JUBILEUM SY M P O S I U M Energiemix van de toekomst
4 oktober 2011 Omniversum Den Haag
Inhoudsopgave Inhoudsopgave
2
Aanleiding
3
Plaats & Tijd
3
Organisatie
3
Programma
4
Sprekers & Dagvoorzitter
5
Achtergrondinformatie
9
Vragen
2
14
Aanleiding Op dinsdag 4 oktober a.s. organiseert AgroEnergy het symposium “Energiemix van de toekomst”, ter gelegenheid van haar tienjarig bestaan. Het symposium zal plaatsvinden in het Omniversum in Den Haag en is vooral bedoeld voor klanten van AgroEnergy en andere geïnteresseerde tuinders.
Plaats & Tijd Datum Dinsdag 4 oktober 2011 Locatie Omniversum President Kennedylaan 5 2517 JK Den Haag www.omniversum.nl
Organisatie AgroEnergy Elektronicaweg 41 2628 XG DELFT T 088- 895 45 45 F 088- 895 45 50 E
[email protected] W www.agro-energy.nl
Kijk voor uitgebreide informatie en registratie op www.agrosymposium.nl
3
Programma
4
12.00 – 13.00 uur
Ontvangst en registratie van de gasten
13:00 – 13:10 uur
Welkom door dagvoorzitter
13:10 - 13:30 uur
Interview door dagvoorzitter met Frans Hoogervorst, Peter van den Berg, Charles Overgaag en Koos de Vries
13.30 – 13.35 uur
Peiling vooraf
13.35 – 14.15 uur
Ontwikkelingen van duurzame energie op de energiemix van de toekomst
14.15 – 14.20 uur
Peiling nadien
14.20 – 14.25 uur
Peiling vooraf
14.25 – 15.10 uur
Energietransitie en ontwikkelingen van fossiel gas op de energiemix van de toekomst
15.10 – 15.15 uur
Peiling nadien
15.15 – 16.00 uur
Pauze
16.00 – 16.05 uur
Peiling vooraf
16.05 – 16.45 uur
Ontwikkelingen van fossiel elektra op de energiemix van de toekomst
16.45 – 16.50 uur
Peiling nadien
16.50 – 17.05 uur
Samenvatting op rijm
Dominique Engers
17.05 - 17.15 uur
Elevatorpitch Energiemix van de toekomst
Bert den Ouden
17.15 - 17.25 uur
Elevatorpitch “Samen gaan we voor duurzaam”
Kees-Jan Rameau
17.25 – 17.55 uur
Paneldiscussie Panel: Ad van Wijk, Ruud Bos, Hans ten Berge, Kees-Jan Rameau, Bert den Ouden, Charles Overgaag en Koos de Vries
17.55 – 19.00 uur
Afsluiting en borrel met hapjes
Charles Groenhuijsen
Ad van Wijk
Ruud Bos
Hans ten Berge
Sprekers & Dagvoorzitter Dagvoorzitter: Charles Groenhuijsen “Over schone energie op lange termijn moeten we op korte termijn beslissen” Charles Groenhuijsen is al 35 jaar (sinds 1974) actief in de journalistiek waarbij hij brede ervaring opbouwde bij geschreven media (ANP, Volkskrant, Vrij Nederland). Hij werkte 23 jaar bij de publieke omroep als presentator (Nova, NPS) en als correspondent, verslaggever en presentator bij de NOS. Als auteur van zeven boeken en schrijver van honderden columns weet Charles vanuit de meest diverse hoeken perspectief toe te voegen, variërend van meningen vanuit zijn laatste boek over ‘lefschoppers en lamzakken, thuiswerkers en treiteraars, zelfstandigen en zeurpieten’ tot andere inzichten over‘Nederlanders die graag en veel klagen, maar ook energiek creatieve oplossingen weten te bedenken’. Charles is een veel gevraagde spreker en voorzitter. Hij bestrijkt in het Nederlands en Engels een breed scala aan onderwerpen ontleend aan zijn 33 jaar in de journalistiek en zijn boeken over VS en Nederland. Charles Groenhuijsen zal tijdens het symposium optreden als dagvoorzitter.
“De glastuinbouw moet bij innovatie rond schone energie voorop blijven lopen”
Spreker: Ad van Wijk Ontwikkelingen van duurzame energie op de energiemix van de toekomst “We hebben uitermate spilzieke energiesystemen, we verspillen wel 98%” Prof. Dr. Ad van Wijk (1956) is één van de meest invloedrijke en innovatieve ondernemers op het gebied van duurzame energie in Europa. Van Wijk studeerde natuurkunde aan de Universiteit Utrecht en promoveerde daar op een onderzoek naar windenergie en elektriciteitsproductie. Ook werkte hij aan de Universiteit Utrecht als hoofd van de onderzoeksgroep Energy and Environment. In 1984 richtte hij het bedrijf Ecofys op (later onderdeel van Econcern). Econcern leverde diensten en producten op het gebied van duurzame energie en energie-efficiëntie. Van Wijk was tot 2009 bestuursvoorzitter van Econcern. Ad van Wijk kreeg diverse belangrijke prijzen voor zijn excellente ondernemerschap. Zo was hij onder andere Ondernemer van het jaar in 2007. In datzelfde jaar ontving hij ook de Amsterdam Private Equity Club Award. In 2008 werd hij gekozen tot Topman van het jaar. Ook bekleedde hij diverse commissariaten, onder andere bij Holland Solar Energy en BioMCN. Nu is Ad van Wijk een onafhankelijke Duurzame energie-ondernemer en -adviseur en is hij buitengewoon deeltijdhoogleraar Future Energy Systems aan de TU Delft. Hij is lid van de Economic Development Board Rotterdam en van de Koninklijke Hollandsche Maatschappij der Wetenschappen Ad van Wijk zal tijdens het symposium spreken over de ontwikkelingen van duurzame energie op de energiemix van de toekomst.
“Klanten willen helemaal geen energie, ze willen televisie kijken, een warm huis of een warme kas” 5
Spreker: Ruud Bos Energietransitie en de 0ntwikkelingen van fossiel gas op de energiemix van de toekomst “De energiemix van de toekomst kan niet zonder gas (en kolen/biomassa en wind)” Ruud Bos is een echte energieman. Na zijn studie bedrijfskunde in Groningen begon Ruud bij de handelstak van Gasunie. Daarna was hij commercieel directeur bij Eneco en mede verantwoordelijk voor de ontwikkeling van AgroEnergy. Later trad hij in dienst bij GDF SUEZ, het Franse energiebedrijf dat een grote energietak heeft. Voor GDF SUEZ werkte Ruud de afgelopen twee jaar in Houston, VS, waar hij verantwoordelijk was voor de olie- en gasproductie in deze regio. Op dit moment is Ruud CEO van Electrabel Nederland en o.a. lid van het bestuur van de KVGN (Koninklijke Vereniging van Gasfabrikanten in Nederland) en vicevoorzitter van de Vereniging Energie Nederland. Ruud Bos zal tijdens het symposium spreken over de energietransitie en in het bijzonder de ontwikkelingen van fossiel gas op de energiemix van de toekomst.
“Concurrentieposities worden bepaald door de marktprijzen”
Spreker: Hans ten Berge Ontwikkelingen van fossiel elektra op de energiemix van de toekomst “Tuinbouwproducten die niet op een maatschappelijk verantwoorde wijze geproduceerd worden, zijn gewoonweg onverkoopbaar binnen 10 jaar! Zo simpel ligt het.” Afgestudeerd in twee studies, namelijk bedrijfsadministratie aan de TU Delft en scheikunde aan de Universiteit van Utrecht en Tiffin (Ohio) was Hans ten Berge eerst werkzaam bij Exxon Chemicals en daarna als directeur bij Kemira. Daarna switchte Hans naar de energiebranche waar hij van 1999 tot 2006 werkzaam was bij Eneco en als lid van de Raad van Bestuur verantwoordelijk was voor de succesvolle stappen van AgroEnergy. Vanaf 2007 bekleedt Hans de positie van secretaris generaal bij the Union of the Electricity Industry, Eurelectric. Ook is hij lid van de Raad van Commissarissen van APX-ENDEX. Hans ten Berge zal tijdens het symposium spreken over de ontwikkelingen van fossiel elektra op de energiemix van de toekomst.
“Bij een tuinder voor de toekomst gaat leveringszekerheid van energie altijd boven duurzaamheid en gaat duurzaamheid altijd boven kosten!”
6
Sneldichteres: Dominique Engers Dominique Engers ontwikkelde als sneldichter een afsluitende act voor congressen, symposia, debatten en andere verbale bijeenkomsten. Als rijmende notulist woont zij het congres van begin tot eind bij en verslaat alles wat gebeurt en gezegd wordt. Aan het eind van het symposium verzorgt zij de afsluiting in de vorm van een gezongen samenvatting. In deze gezongen samenvatting passeert al het gezegde en gebeurde nogmaals op ludieke wijze de revue. Het optreden duurt ongeveer een kwartier en de sneldichteres wordt hierbij begeleid door een pianist.
Panellid: Bert den Ouden Bert den Ouden is CEO (Chief Executive Officer) van APX-ENDEX. Den Oudens hele werkzame leven staat in het teken van energie. Eerst duurzame energie, nu verhandelbare energie. Hij begon zijn carrière bij consultancybedrijf Centrum voor Energiebesparing en Schone Technologie. Daarna was hij projectleider bij EnergieNed en werkzaam bij het Ministerie van Economische Zaken. Bert den Ouden was één van de oprichters van APX-ENDEX in 1999 en nauw betrokken bij de liberalisering van de energiemarkt. Bert den Ouden zal tijdens het symposium als panellid optreden tijdens de paneldiscussie en een korte presentatie geven over zijn visie op de Energiemix van de toekomst.
Panellid: Kees-Jan Rameau Ir. C.J. (Kees-Jan) Rameau is sinds april 2008 lid van de Raad van Bestuur van Eneco Holding N.V. Hij startte begin 2004 als directeur Strategie bij Eneco. Begin 2007 werd hij benoemd tot directeur Business to Business. Voordat Rameau bij Eneco in dienst trad, was hij actief op strategisch, financieel en operationeel gebied bij de Boston Consulting Group, TPG (nu TNT) en McKinsey & Company. Hij studeerde technische natuurkunde in Delft en behaalde een MBA van INSEAD in Fontainebleau. Kees-Jan is tevens lid van de Raad van Advies van Energy MBA Nijenrode en lid van de Raad van Advies van AgroEnergy. Kees-Jan Rameau zal tijdens het symposium als panellid optreden in de paneldiscussie en tijdens een korte presentatie zijn visie geven op ‘Samen gaan we voor duurzaam’.
7
Panellid: Charles Overgaag Charles is kweker en ondernemer in het Westland. Charles is directeur van Kwekerij Leo Overgaag & Zn. en verantwoordelijk voor de dagelijkse leiding en het energiemanagement. Hij denkt in mogelijkheden en oplossingen en werkt hierom samen met partners met expertise. Hij runt de Santinikwekerij, participeert in een transportonderneming, is mede-initiatiefnemer van een telersvereniging en mede-eigenaar van een exportonderneming. Charles Overgaag zal tijdens het symposium als panellid optreden in de paneldiscussie .
Panellid: Koos de Vries Koos de Vries teelt al jarenlang komkommers op glastuinbouwbedrijf De Vries Erica. Hij is al jarenlang sectievoorzitter van LTO-Noord. Veel tuinders kennen Koos, en Koos kent veel tuinders. Koos voelt zich al sinds het begin thuis bij Agro-Energy. Koos kijkt zeker naar mogelijkheden om in de toekomst duurzame energie toe te passen. “Maar de tuinbouw is nu eenmaal economisch gedreven, en tot nu toe heb ik nog geen toepassing van duurzame energie rond kunnen rekenen”, aldus Koos. Koos de Vries zal tijdens het symposium als panellid optreden in de paneldiscussie .
8
Achtergrondinformatie Wat zijn de ontwikkelingen van energie volgens het International Energy Agency1? De vraag op wereldniveau naar energie stijgt Volgens de World Energy Outlook 2010 van het International Energy Agency is het tijdperk van goedkope olie voorbij met een dal van rond de 20 dollar per barrel eind jaren 90. Tussen 2010 en 2035 zet de stijgende trend die zich daarna heeft ingezet verder door. Rekening houdende met de commitments afgegeven in het accoord van Kopenhagen groeit het energieverbruik t/m 2035 op wereldniveau verder met 36% vooral veroorzaakt door China die bijna alle groei voor haar rekening neemt. Hierbij zie je een stijging in de vraag naar alle soorten brandstoffen (kolen, olie, gas, nucleair, water en andere duurzame energie) in de niet OECD landen, echter de vraag naar olie en kolen daalt wel duidelijk in de OECD landen.
De vraag naar olie stijgt, de opvang in olieproductie verandert De vraag naar olie stijgt door de booming vraag naar mobiliteit in de opkomende economieën, maar de productie van olie uit de huidige in gebruik zijnde velden neemt sterk af. Deze sterke daling wordt maar gedeeltelijk opgevangen door een lichte stijging in productie van LNG en onconventionele olie. Het gat moet vooral opgevangen worden door productie van olie uit velden die nog ontwikkeld of ontdekt moeten worden. De olieproductie zal het hardst stijgen in Saudi Arabia en Irak met als gevolgd dat het marktaandeel van OPEC stijgt van 41% naar 52% in 2035, waarmee het niveau weer wordt geëvenaard van voor de eerste oliecrisis van 1973-1974.
Een gouden eeuw voor gas? Gas zal een sleutelrol spelen in het matchen van de energievraag. De vraag zal met 44% stijgen, vooral veroorzaakt door China en het Midden Oosten. Onconventioneel gas neemt 35% van de groei tot 2035 voor haar rekening met een rol voor nieuwe leveranciers. Het gasoverschot zal vrij snel tot een piek komen, maar zal maar vrij langzaam afbouwen. Dit gasoverschot zal druk blijven uitoefenen op gasexporteurs om vooral weg te blijven van olie-indexaties, met name in Europa. Lage prijzen zouden kunnen leiden tot een sterkere vraag naar gas, waarmee duurzame energie en kolen in elektriciteitsopwekking weggedrongen worden.
Kolen blijft de backbone van de wereld elektriciteitsproductie Hoewel een daling in elektriciteitsproductie d.m.v. kolen in de OECD landen afneemt, wordt deze daling overgecompenseerd door een enorme toename elders, vooral in China, waar 600 GW aan nieuwe capaciteit de huidige capaciteit van de US, EU en Japan overstijgt.
Vraag naar duurzame energie komt sterk op De vraag naar duurzame energie verdriedubbelt tussen 2008 en 2035, gedreven door de elektriciteitsproductie waar het aandeel van duurzame energie stijgt van 19% in 2008 naar 32% in 2035. Maar alleen als er voldoende overheidssteun is, hoewel hogere prijzen voor fossiele brandstoffen en dalende kosten in investeringen wel een aansporend effect hebben op de groei. China is hierbij de marktleider in CO2 gunstige technologieën. Door haar schaalgrootte en push om de rol van CO2 gunstige technologieën uit te breiden, speelt China een sleutelrol in het naar beneden drukken van de kosten, waarvan alle landen kunnen profiteren. 1
Tekst is opgesteld op basis van het document “Presentation to the press” op www.worldenergyoutlook.org 9
Wat zijn de ontwikkelingen van energie volgens The Energy Report van het Wereld Natuur Fonds en Ecofys2? The Energy Report beschrijft hoe de hele wereld in de komende veertig jaar kan overschakelen op volledig duurzame energie. Het rapport bevat een gedetailleerde analyse en scenario van Ecofys en een toelichting van wereldwijde natuurbeschermingsorganisatie WWF. Centraal staat de fundamentele vraag: ‘Kan de hele wereld tegen 2050 zijn overgestapt op volledig duurzame energie?’ Het scenario is gebaseerd op drie belangrijke pijlers: elektrificatie van het autoverkeer, consequent doorvoeren van energiebesparende maatregelen en het veel beter benutten van bioenergie wereldwijd. Het scenario is niet alleen een antwoord op de eindigheid van fossiele brandstoffen, het voorkomt ook dat de opwarming van de aarde de cruciale grens van 20C overschrijdt.
Scenario zonder nieuwe kerncentrales Het energiescenario van het WNF, waaraan 2 jaar is gewerkt met adviesbureau Ecofys, maakt verregaande keuzes. Zo wordt uitbreiding van het bestaande arsenaal aan kernenergie vermeden ten gunste van hernieuwbare bronnen, als zon, wind en biomassa. Vloeibare brandstoffen blijven nodig voor de zware scheepvaart en de luchtvaart, maar ook aan die vraag kan grotendeels worden voldaan uit biologische bronnen. De hoogwaardige technologie die nodig is voor de productie van nieuwe generaties biobrandstoffen (zoals algen), biedt grote kansen aan de sterke agro-industriële sector in Nederland. Uitgangspunt voor de berekeningen in het WNF-rapport, is de toepassing van bewezen technologieën. Dat biedt de garantie dat dit scenario reeds uitvoerbaar is bij de huidige stand van de technologie. Het is vrijwel zeker dat technologische doorbraken in de komende decennia een versnelde uitvoering van het scenariomogelijk maken tegen lagere kosten.
Ondernemerskansen VNO-NCW-voorzitter Bernard Wientjes ontving het eerste exemplaar uit handen van WNF-directeur Johan van de Gronden, die bij deze gelegenheid de kansen voor het Nederlandse bedrijfsleven benadrukte: “Al te vaak denken we in termen van bedreigingen. Laten we het einde van het fossiele brandstoftijdperk toch vooral zien als dé ondernemerskans van de eeuw. De Nederlandse kenniseconomie met zijn sterke agri-business heeft een voortreffelijke uitgangspositie. Maar dan moeten we er ook vol op inzetten." Het doel onderschrijft VNO-NCW, maar 2050 is voor voorzitter Wientjes een 'stip op de horizon'. "Natuurlijk kunnen technologische doorbraken het bereiken van deze stip in 2050 realistischer maken, maar zo lang dat niet het geval is, moeten we in onze energiemix niets uitsluiten, ook kernenergie niet," aldus Wientjes. “Maar er zijn ook gemeenschappelijke paden die kunnen worden bewandeld, zoals de bio-based economy."
Besparing na 2030 De totale investeringskosten van het WNF-energiescenario bedragen per landgemiddeld 1,5 tot 2 procent van het BNP (Bruto Nationaal Product) per jaar tot 2030. Daarna dalen de kosten sterk, ten opzichte van handhaving van het conventionele alternatief gebaseerd op olie, kolen en kernenergie. De kosten voor een volledig duurzaam energiescenario zijn daarmee vergelijkbaar met het gebruik van de resterende olie- en kolenvoorraad en de bouw van kerncentrales, zij het met winst voor natuur, klimaat en samenleving. 2
10
Bron: ‘Energiescenario: 100% duurzaam in 2050’ op www.wnf.nl/nl/actueel/nieuws/?act=actueel.details&bericht=6222 Bron: ‘About the Energy Report’ op www.ecofys.nl/nl/publicaties/The-Energy-Report-Ecofys-NL.asp
Hoofdconclusies: • • •
Met de huidige technologie kan duurzame energie tegen 2050 voorzien in 95% van de mondiale energiebehoefte. Dit kan worden bereikt met behoud van het huidige wooncomfort. De lange-termijnvoordelen van deze omschakeling kunnen de kosten die er tussen nu en 2050 voor moeten worden gemaakt ruimschoots overtreffen.
Een volledige overschakeling naar duurzame energie vereist dat fossiele brandstof niet langer wordt gebruikt om te voorzien in de energiebehoefte. Toeleveringsketens en markten voor energie zullen moeten veranderen. Er zullen lastige keuzen moeten worden gemaakt.
11
Wat zijn de ontwikkelingen van energie volgens Merit Order? Peter van den Berg van AgroEnergy Vraag en aanbod bepalen de prijs De markten voor gas- en elektriciteit in Noordwest Europa zijn geliberaliseerd. Dat betekent dat met elkaar concurrerende bedrijven (waarvan de aandelen al dan niet in handen van overheden zijn) de investeringsbeslissingen nemen in productie van gas en elektriciteit. Vraag en aanbod bepalen de prijs; de prijselasticiteit is op korte termijn beperkt doordat voor een aanzienlijk deel van het productie vermogen geldt dat de variabele kosten veel lager zijn dan de integrale kosten en voor de vraag geldt dat deze slechts beperkt reageert op prijsschommelingen. Op een termijn van 3-5 jaar is de prijselasticiteit redelijk groot, omdat in die tijd productievermogen kan worden op- of afgebouwd. De genoemde bedrijven nemen dus hun korte termijn make-or-buy beslissing en hun lange termijn investeringsbe-slissingen obv (verwachte) vraag en aanbod. Hierbij is variabele respectievelijk integrale kostprijs bepalend. Immers: • een productie eenheid wordt uitgeschakeld als de spotprijs < variabele kosten • een investering in een productie eenheid is alleen zinvol als de verwachte marktprijs > integrale kostprijs
De volgorde in de merit order Het plaatje van de merit order op elektriciteitsproductie geeft aan dat kerncentrales en de meeste vormen van duur-zame energie (wind op land, zon) lage variabele kosten hebben. Dat in tegenstelling tot kolen en gasgestookte cen-trales. Indien er veel geïnvesteerd wordt aan de voorkant van de merit order (dus in nucleair en duurzaam), komt de spotprijs omlaag en ‘vallen’ er rechts in de afbeelding hieronder meer oude gas- en kolencentrales af die op variabele kosten reeds verliesgevend worden. Met het uitschakelen van de 8000 MW oude kerncentrales in Duitsland direct na de kernramp in Japan, gebeurde precies het omgekeerde: het vermogen links in de merit order verminderde waardoor de prijs steeg en oude conventionele centrales weer konden opstarten. WKK in de tuinbouw staat in het plaatje links van nieuwe conventionele centrales. Dit betekent dat WKK in de tuinbouw pas onrendabel wordt als zelfs de nieuwe gas- en kolencentrales niet meer kostendekkend kunnen draaien.
Verhouding onderling in de merit order In de merit order zit impliciet ook draaipatroon en draaiuren verwerkt. Belangrijk is om deze expliciet te maken: • kern- en kolencentrales: gericht op base; kolen is tot op zekere hoogte moduleerbaar
12
• • •
zonnepanelen: leveren op peakuren als de zon schijnt van voorjaar t/m najaar. Drukt het aantal peakuren met een hoge prijs en is hiermee een rechtstreekse concurrent van de WKK en gascentrales wind: draait 2000-2500 uren per jaar; onvoorspelbaar; is een concurrent van kern en kolen; WKK en gascen-trales gascentrales en WKK: nodig om korte termijn vraag en aanbod te moduleren; deze moeten echter meer uren draaien voor de vaste kostendekking; bij WKK geldt dat de warmte-opbrengst oploopt met de gasprijs, dus WKK wordt rendabeler naarmate de gasprijs stijgt
Wat betekent dit voor de investeringsbeslissing van de energiebedrijven:? •
•
•
het verschil tussen variabele kosten van duurzame en nucleaire productie enerzijds en kolen/gas gestookte centrales anderzijds is zo groot, dat dit een groot risico vormt voor de investeerder. De enige markt waar nog marge gemaakt kan worden lijkt de korte termijn balancering; WKK en gascentrales hebben hiervoor de laagste integrale kostprijs binnen duurzaam en kern is van groot belang dat een kerncentrale een veel langere terugverdientijd krijgt dan de meeste duurzame investeringen (uitgaande van subsidie en kostprijsverlaging duurzaam). Hiermee wordt het investeren in duurzaam minder risicovol dan in kernenergie. Dit beschouwend lijkt het begrip energiemix (waarbij bewuste politieke keuzes gemaakt werden t.a.v. spreiding van aanvoerrisico op brandstoffen) haar relevantie te verliezen; in de huidige marktsetting kan geen speler zich veroorloven om een veel duurdere brandstof te kiezen, ook al zou dat gunstig zijn voor de spreiding.
Welke vragen roepen deze 3 verschillende visies op? •
• • • • •
Er zit een groot verschil in de inschatting van de snelheid en massaliteit waarmee duurzame energieproductie op gang zal komen. Hoe zit het nu werkelijk? Welke factoren bepalen nu werkelijk de keuzes van energiebedrijven in de komende 10 jaar? In hoeverre zijn ‘oude’ stuurmechanismen als de planeconomie die tot nu toe de ontwikkeling van de energiesector bepaald hebben, nog van belang. Zo nee, wat zijn de nieuwe stuurmechanismen? Duurzame energie heeft alleen een kans van slagen met overheidssteun of kan nu al met gebruikmaking van de huidige technologie (zonder overheidssteun) de transitie worden ingezet? Hoe verhoudt een einde van het fossiele brandstoftijdperk in 2050, waarbij IEA gas als relatief goedkoop t.o.v. kolen en olie ziet, zich tot een huidige investeringsdrang in kolengestookte energiecentrales? Wat is de onderliggende driver, gezien de visie van Ecofys, om nu te starten met investeren in kerncentrales? Wie wint de race als brandstof voor mobiliteit: olie, gas of (duurzame) elektriciteit? In hoeverre zal de verduurzaming leiden tot een verhoging van de energieprijs of zit een hoge energieprijs verduurzaming in de weg? Welke bron gaat voor de flexibiliteit zorgen in een verduurzamende economie?
13
Vragen Algemene vragen •
Wat verwacht je in de energiebehoefte-ontwikkeling in de komende 10 jaar Noord-WestEuropa?
•
In welke vormen van energie-ontwikkelingen wordt in de komende 10 jaar geïnvesteerd? •
Elektriciteit, gas en thermische energie
•
Decentraal versus centraal
•
Welke kritische succesfactoren bepalen dit?
•
In hoeverre heeft politiek invloed op deze beslissingen?
•
Wat betekenen deze ontwikkelingen voor de glastuinbouwsector in Nederland? •
Ontwikkeling commodityprijzen: gas, elektra, CO2
•
Investeringen in conversietechnieken: denk hierbij aan WKK, aardwarmte/geothermie, duurzame bronnen
Ontwikkelingen van duurzame energie op de energiemix van de toekomst •
Waarom mag worden aangenomen dat de integrale investeringskosten in duurzame energie zoveel lager worden ten opzichte van nu, zoals Ecofys/WNF voorspellen?
•
Vanaf welk moment zal in Nederland duurzame energie zonder overheidssteun kunnen worden toegepast?
•
Welke vorm van duurzame energie als eerst en hoe ontwikkelt zich de duurzame mix?
•
Welke kritische succesfactoren spelen een rol in deze ontwikkeling?
•
Moeten we bij duurzame energie denken aan grootschalige toepassingen (bv biomassa vergassing; grote windmolenparken op zee; een woestijn vol zonnepanelen) of aan meer kleinschalige toepassingsvormen? In hoeverre wordt dit bepaald door ruimtelijke ordening?
•
Wat betekent de ontwikkelingen voor de tuinbouwsector: welke keuze moet de tuinder maken: moet hij first mover willen zijn en hoge kosten maken maar hopelijk ook vervolgens ook een voorsprong hebben. Of kan hij beter volger zijn en instappen als de investeringskosten en -risico’s gedaald zijn?
14
Ontwikkelingen van fossiel gas op de energiemix van de toekomst •
Welke veranderingen in vraag en aanbod van gas en de gasstromen voorzie je voor de komende 10 jaar en wat voor consequentie heeft dit voor de gaskwaliteit?
•
Hoe kijk jij aan tegen de verschillen in drie geschetste energievisies; welke spreekt je het meest aan en waarom?
•
Hoe kijkt GDF Suez aan tegen de technische en economische ontwikkeling in energieproductie en wat betekent dit voor investeringen in gasproductie en –transport en in elektriciteitsproductie?
•
Hoe zie je de concurrentiepositie van gas versus kolen en de concurrentie tussen elektraproductie uit zon en uit gas?
•
Vanuit je ervaring bij GDF Suez, wat zijn voor zo’n groot energiebedrijf de doorslaggevende factoren bij inves-teringsbeslissingen (m.a.w. hoe bepaalt zo’n bedrijf waar ze voor gaat)?
•
Welke prijsscenario’s voor gas en elektriciteit acht je reëel voor de komende jaren?
•
Wat betekent dit geheel in jouw ogen voor beslissingen die de tuinders moeten maken over energie?
Ontwikkelingen van fossiel elektra op de energiemix van de toekomst •
Welke veranderingen in vraag en aanbod van elektriciteit en de elektrastromen voorzie je voor de komende 10 jaar en wat voor consequenties heeft dit voor de elektrakwaliteit en leveringszekerheid?
•
Hoe kijk jij aan tegen de verschillen in drie geschetste energievisies; welke spreekt je het meest aan en waarom?
•
Hoe kijken de grote utilities in Europa aan tegen de technische en economische ontwikkeling in energieproductie en wat betekent dit voor investeringen in netten en in elektriciteitsproductie?
•
Hoe zie je de concurrentiepositie van diverse brandstoffen voor de productie van elektriciteit?
•
Wat zijn voor de grote utilities in Europa de doorslaggevende factoren bij investeringsbeslissingen (m.a.w. hoe bepaalt zo’n bedrijf waar ze voor gaat)?
•
Wat zie jij als rol voor energiepolitiek van de nationale en Europese overheid?
•
Welke prijsscenario’s voor gas en elektriciteit acht je reëel voor de komende jaren?
•
Wat betekent dit geheel in jouw ogen voor beslissingen die de tuinders moeten maken over energie?
15
AgroEnergy Elektronicaweg 41 2628 XG Delft T 088 - 895 45 45 F 088 - 895 45 50 E
[email protected] I www.agro-energy.nl