09euSTSNav.dut Page 1 Monday, June 23, 2008 8:05 AM
Supplement voor het navigatiesysteem
Inhoudsopgave Belangrijke informatie over dit instructieboekje................................2 Hoofdstuk 1 Overzicht ..............................................................................................5 Hoofdstuk 2 Systeeminstellingen .......................................................................... 19 Hoofdstuk 3 Functies en bedieningsorganen van het navigatiesysteem ........... 49 Hoofdstuk 4 Audiosysteem .................................................................................. 167 Hoofdstuk 5 Stemherkenning navigatie ............................................................. 229 Hoofdstuk 6 Bluetooth ......................................................................................... 253 Index ................................................................................................ 271 05AKDUT46
09euSTSNav.dut Page 2 Monday, June 23, 2008 8:05 AM
Belangrijke informatie over dit instructieboekje
■ VOORWOORD GENERAL MOTORS, GM en het GM-embleem, CADILLAC, het Cadillac-embleem en de naam STS zijn gedeponeerde handelsmerken van General Motors Corporation.
...2
DTS en DTS Digital Surround zijn geregistreerde handelsmerken van Digital Theater Systems, Inc.
Geproduceerd onder licentie van Dolby Laboratories. "Dolby" en het symbool met de dubbele D zijn handelsmerken van Dolby Laboratories.
09euSTSNav.dut Page 3 Monday, June 23, 2008 8:05 AM
Belangrijke informatie over dit instructieboekje
Bij deze verklaart DENSO dat dit navigatiesysteem voldoet aan de essentiële eisen en aan de overige relevante bepalingen van Richtlijn 1999/5/EC
Dit supplement bevat de nieuwste gegevens die beschikbaar waren tijdens het ter perse gaan. Wij behouden ons het recht voor om nadien het product te wijzigen zonder voorafgaande kennisgeving. Bewaar dit supplement samen met het instructieboekje in uw voertuig, zodat het voorhanden is wanneer nodig tijdens het rijden. Wanneer u het voertuig verkoopt, laat dan dit supplement en het instructieboekje in het voertuig achter.
Wijzigingen of aanpassingen die niet nadrukkelijk zijn goedgekeurd door de partij verantwoordelijk voor overeenstemming kunnen de bevoegdheid van de gebruiker voor bediening van de apparatuur ongeldig maken.
3 ...
09euSTSNav.dut Page 4 Monday, June 23, 2008 8:05 AM
09euSTSNav.dut Page 5 Monday, June 23, 2008 8:05 AM
–
Hoofdstuk 1 - Overzicht
1 Ov erzic ht
Overzicht navigatiesysteem .................................. 6 Beginnen ................................................................ 7 Installatie van de kaarten-DVD .............................. 9 Startscherm van het navigatiesysteem ................ 10 Het systeem schoonmaken ................................. 11 Fundamentele systeeminformatie...................... 12 Hard keys ............................................................ 12 Alfanumeriek toetsenpaneel................................ 15 Touch sensitive toetsen ....................................... 17
5 ...
09euSTSNav.dut Page 6 Monday, June 23, 2008 8:05 AM
Overzicht ■ OVERZICHT NAVIGATIESYSTEEM
Rear Seat
97.1 MHz
10:26
TMC GPS
1
NT. GLE D R
LN H
CR
RC
UE
EV
32k
LL
Menu Edit
RD LS WEL B’S CO JA
CONST. HL
BE
...6
FM
OD WO ON IFT CL
1. Scherm 2. Aan-/volumeknop 3. Toets kaart-dvd uitwerpen 4. Laadsleuf voor de kaart-dvd 5. Toets laden cd-/dvd-wisselaar 6. Toets uitwerpen cd-/dvd-wisselaar 7. Laadsleuf cd-/dvd-wisselaar Schakelaar 8. schermkanteling 9. Toets BAND 10. Toets AUX (extra) 11. Toets ROUTE 12. Toets Kaart 13. Toets SRCE (bron) 14. Toets Afstelling audio
9 10
3 4
11
5 6 7 2
Edit POI
12
8
13 14 15 16 17
15. Toets CONFIG (configureren) 16. Toets Gesproken aanwijzing herhalen Schakelaar Zoeken/ 17. scannen 18. Knop Afstemmen
18
Raadpleeg "Harde toetsen" onder "Belangrijke informatie over het systeem" verderop in dit hoofdstuk voor meer informatie.
09euSTSNav.dut Page 7 Monday, June 23, 2008 8:05 AM
Hoofdstuk 1 ■ BEGINNEN Uw voertuig is uitgerust met een navigatiesysteem dat de volgende geintegreerde onderdelen heeft: • Audiosysteem • Cd-/dvd-wisselaar voor 6 disks • Televisiesysteem • Bluetooth® Draadloos communicatiesysteem • Spraakherkenning • Voertuigprogrammering en bijzondere eigenschappen Het navigatiesysteem maakt het mogelijk een route te plannen en voorziet in het geven van informatie over het veranderen van richting en route-aanwijzingen op de wegenkaarten met gesproken aanwijzingen. U kunt met het navigatiesysteem een bestemmingsplaats kiezen aan de hand van verschillende methoden en keuzemogelijkheden (adressen, kruispunten, bestemmingen in het geheugen, faciliteiten, enz).
Het navigatiesysteem kan ook interactief met de radio reageren voor het ontvangen van verkeersinformatie, en waarschuwingen over noodtoestanden.
WAARSCHUWING Wanneer u uitgebreid met het entertainment- of navigatiesysteem bezig bent, hebt u meer kans op een aanrijding met letsel of de dood tot gevolg. Veilig rijden gaat voor alles. Gebruik het systeem alleen wanneer de weg- en verkeersomstandigheden dit toelaten. De bestuurder moet zijn volledige aandacht bij het rijden houden.
Voordat u begint met het bedienen van dit systeem is het belangrijk deze handleiding grondig door te nemen om geheel vertrouwd te raken met de werking van het systeem. Neem wanneer uw voertuig staat geparkeerd de tijd om de knoppen en bediening van het systeem te leren kennen en de verschillende functies in te stellen. Op die manier kunt u het systeem gemakkelijker gebruiken en op de weg blijven letten. Opmerking: Als het voertuig rijdt, worden diverse functies uitgeschakeld om de bestuurder minder af te leiden.
7 ...
–
09euSTSNav.dut Page 8 Monday, June 23, 2008 8:05 AM
Overzicht WAARSCHUWING Wanneer u onder het rijden te vaak of te lang naar de bewegende kaart op het navigatiescherm kijkt, kan dit tot ongevallen leiden. U of anderen kunnen gewond raken of zelfs gedood. De bestuurder moet altijd goed blijven opletten tijdens het rijden. Gebruik waar mogelijk de spraakbegeleiding. Het navigatiesysteem is ontworpen om u te helpen tijdens het rijden, maar het kan gebeuren dat de informatie in het systeem niet helemaal volledig is. Toestand op de weg, zoals bijvoorbeeld verbod om te keren, wegomleggingen en wegwerkzaamheden veranderen steeds.
...8
Het is belangrijk om vast te stellen of u de aanwijzingen die het systeem geeft, veilig en binnen de wettelijke beperkingen kunt opvolgen. U kunt de kaartfuncties van het navigatiesysteem alleen gebruiken wanneer er een dvd met kaartgegeven in de laadsleuf van de dvdspeler is geplaatst. Zie "De kaart-dvd plaatsen" verderop in dit hoofdstuk voor meer informatie. Wanneer u in het voertuig stapt of de motor uitschakelt, kan de kaartdisk geluid maken. Dit is normaal. Wanneer de dvd in het systeem is geplaatst, wordt het startscherm op het display weergegeven. Zie "Startscherm van het systeem" verderop in dit hoofdstuk voor meer informatie.
U kunt het navigatiesysteem naar eigen wens instellen met de verschillende opties. Dat werkt als volgt: • Instellingsmenu Wanneer u de taal wilt veranderen die momenteel voor het display is ingesteld, zie dan "Voertuiginstellingenscherm" onder het "Menu Instellingen". Zie voor meer informatie over de kaartfuncties van het navigatiesysteem: • Functies en bedieningsorganen van het navigatiesysteem Zie voor meer informatie over het plannen van een route "Bestemming invoeren" onder "Functies en bediening van het navigatiesysteem".
09euSTSNav.dut Page 9 Monday, June 23, 2008 8:05 AM
Hoofdstuk 1 Het navigatiesysteem kan persoonlijke informatie opslaan in de vorm van reisbestemmingen. Verwijder deze opgeslagen locaties voordat u uw voertuig verkoopt. Zie de volgende informatie: • Geheugenpunten - Geheugenpunten wissen U kunt het informatiecentrum voor de bestuurder gebruiken om het display om te zetten in Engelse of metrische eenheden. Zie "Informatiecentrum voor de bestuurder" in het instructieboekje in uw voertuig voor meer informatie.
Installatie van de kaartenDVD Zie voor instructies over het juiste gebruik van de kaart-dvd het hoofdstuk "Zorg voor uw cd's en dvd's" onder "Navigatieaudiosysteem". Ten tijde van de aflevering van uw auto vanuit de fabriek heeft de dealer wellicht de kaarten-DVD geïnstalleerd. Indien de DVD niet in uw voertuig werd geïnstalleerd toen u de auto kocht, volg dan de volgende aanwijzingen om de DVD te laden: Opmerking: Lees de volgende procedure in zijn geheel door voordat u deze functie gaat gebruiken. 1. Zet het contact aan. 2. Steek de schijf gedeeltelijk in de laadsleuf van de dvd-speler. Het systeem zal het verder naar binnen begeleiden.
Wanneer er een foutmelding wordt weergegeven en/of de disk wordt uitgeworpen, dan heeft er zich een fout voorgedaan. Zie het volgende onder "Navigatieaudiosysteem" voor meer informatie: • Cd-/dvd-wisselaar voor 6 disks - Foutmelding CD Wanneer de dvd in het systeem is geplaatst, wordt het startscherm op het display weergegeven.
9 ...
–
09euSTSNav.dut Page 10 Monday, June 23, 2008 8:05 AM
Overzicht Startscherm van het navigatiesysteem Het beginscherm van het systeem waarschuwt u dat het zeer gevaarlijk is afgeleid te worden tijdens het rijden. Zorg dat u weet hoe het navigatiesysteem werkt voordat u het tijdens het rijden gaat gebruiken. Houd uw aandacht altijd op de weg. Opmerking: Als het voertuig rijdt, worden diverse functies uitgeschakeld om de bestuurder minder af te leiden.
OFF
10:26
WARNING Remember, if you are distracted while driving, you could cause a crash and you or others could be injured or killed. Before using this system while driving, read this owner’s manual and learn how the system operates. Always concentrate on your driving first by keeping your eyes and mind on the road, and your hands on the wheel. Some functions of this system will not operate when the car is moving. See owner’s manual for more information. I agree
Telkens wanneer u het voertuig start en op de toets drukt om de navigatiefuncties te openen, ziet u het beginscherm van het navigatiesysteem.
. . . 10
Als u de momenteel op het systeem ingestelde taal wilt veranderen, doet u het volgende: 1. Raak de zachte toets (taalinstellingen) op het startscherm van het systeem aan.
09euSTSNav.dut Page 11 Monday, June 23, 2008 8:05 AM
Hoofdstuk 1 2. Het menu LANGUAGE SETTINGS (taalinstellingen) wordt weergegeven. 3. Raak de zachte toets naast de gewenste taal aan. De voertuiginformatiedisplays veranderen in de geselecteerde taal. De gesproken aanwijzingen van het systeem worden ook in de geselecteerde taal veranderd. Zie "Scherm Voertuiginstellingen" verderop in dit hoofdstuk voor meer informatie.
Wanneer de taal niet hoeft te worden veranderd, selecteer dan I AGREE (ik ga akkoord). U moet I AGREE (ik ga akkoord) aanraken om het navigatiesysteem te kunnen gaan gebruiken. Op het scherm zal een kaart verschijnen en de huidige plaats van uw auto wordt weergegeven.
Het systeem schoonmaken Wanneer het paneel of display vuil is, veeg het dan af met een droge, zachte doek, bijvoorbeeld een siliciumdoek. –
OPMERKING Gebruik geen schuurdoekje of thinner, alcohol of andere vluchtige oplosmiddelen om het systeem te reinigen. Deze kunnen de buitenste oppervlakken van het systeem beschadigen. Spuit reinigingsmiddel niet rechtstreeks op het systeem. Wanneer u reinigingsmiddel direct op het systeem spuit, kan dit de mechanische onderdelen beïnvloeden.
11 . . .
09euSTSNav.dut Page 12 Monday, June 23, 2008 8:05 AM
Overzicht ■ FUNDAMENTELE SYSTEEMINFORMATIE Dit hoofdstuk beschrijft de basisinformatie die u nodig heeft om het navigatiesysteem te kunnen bedienen. U dient dit hoofdstuk grondig door te lezen om er vertrouwd mee te worden. De basisbediening bestaat uit toetsen (of "harde toetsen"), knoppen en een aanraakscherm. Opmerking: Als het voertuig rijdt, worden diverse functies uitgeschakeld om de bestuurder minder af te leiden.
. . . 12
Hard keys De volgende bedieningsorganen bevinden zich onder het scherm van het navigatiesysteem: • Aan-/volumeknop Druk de knop om het systeem in of uit te schakelen. Draai de aan-/volumeknop naar rechts om het volume te verhogen en naar links om het volume te verlagen. • Toets kaart-dvd uitwerpen Druk op de uitwerptoets naast de bovenste sleuf om de kaartdvd uit te werpen.
•
Toets laden cd-/dvd-wisselaar Druk op deze toets om het laadscherm voor disks weer te geven en disks te laden in de laadsleuf van de wisselaar. Raadpleeg "Cd-/dvd-wisselaar voor 6 disks" onder "Navigatieaudiosysteem" voor meer informatie. • Toets uitwerpen cd-/dvdwisselaar Druk op de uitwerptoets naast de onderste sleuf om disks uit de cd-/dvd-wisselaar te werpen. Raadpleeg "Cd-/dvd-wisselaar voor 6 disks" onder "Navigatieaudiosysteem" voor meer informatie.
09euSTSNav.dut Page 13 Monday, June 23, 2008 8:05 AM
Hoofdstuk 1 •
Schakelaar schermkanteling Druk op de bovenkant of onderkant van de schakelaar om de hoek van het scherm te wijzigen. Er zijn drie kantelstanden voor het scherm. • Toets BAND (Band) Druk op deze harde toets om tussen de beschikbare banden te schakelen: - AM - FM - TV - LW (indien beschikbaar) Raadpleeg "Navigatie-audiosysteem" voor meer informatie.
• Toets AUX (extra) Druk op deze harde toets om schermen voor extra functies te openen. Zie de volgende informatie: - Bluetooth Draadloos communicatiesysteem - Een aanvullend apparaat aansluiten • Toets ROUTE Druk op deze harde toets om het scherm Bestemming invoeren of het scherm Zoekgebied te openen. Zie "Bestemming invoeren" onder "Functies en bedieningsorganen van het navigatiesysteem".
•
Toets Kaart Druk op deze toets om naar het navigatiekaartscherm te gaan. Zie voor meer informatie over de kaartfuncties van het navigatiesysteem: - Functies en bedieningsorganen van het navigatiesysteem • Toets SRCE (bron) Druk op SRCE om tussen de radio en de cd-/dvd-wisselaar te kiezen. Als u de wisselaar wilt selecteren terwijl er geen disks zijn geladen, dan wordt het bericht NO DISC LOADED (geen disk geladen) op het display weergegeven. Raadpleeg "Navigatie-audiosysteem" voor meer informatie.
13 . . .
–
09euSTSNav.dut Page 14 Monday, June 23, 2008 8:05 AM
Overzicht •
. . . 14
Toets Afstelling audio Druk op om het scherm AUDIO ADJUST (audio afstellen) weer te geven. Op dit scherm kunt u de volgende audio-instellingen aanpassen: - klankinstellingen - luidsprekerinstellingen - instellingen DSP (digitale signaalverwerking) - geluidscompensatie AudioPilot - meerkanaalse dvd-audio (surround of tweekanaals) Op dit scherm kunt u ook de toets AUDIO (audio) aanraken om het scherm Audio-instellingen te openen voor meer audiofuncties. Zie het volgende onder "Navigatieaudiosysteem" voor meer informatie: - Scherm AUDIO ADJUST (audio aanpassen)
• Toets CONFIG (configureren) Druk op deze harde toets om het menu Instellingen weer te geven. Met dit menu kunt u één van de diverse opties instellen of aanpassen. Zie "Menu Instellingen" voor meer informatie. • Toets Gesproken aanwijzing herhalen Druk op deze harde toets om de laatste gesproken aanwijzing te herhalen op een geplande route.
•
Schakelaar Zoeken/ scannen Gebruik deze schakelaar om door radiozenders, televisiezenders en cd-/dvd-/MP3-tracks te zoeken of scannen. Raadpleeg "Navigatie-audiosysteem" voor meer informatie. • Knop Afstemmen Draai de knop om handmatig af te stemmen op de volgende of vorige radiozender of televisiezender. Raadpleeg "Navigatie-audiosysteem" voor meer informatie.
09euSTSNav.dut Page 15 Monday, June 23, 2008 8:05 AM
Hoofdstuk 1
A
B
C
D
E
F
G
H
À
Á
Â
Ã
Ä
Å
Æ
I
J
K
L
M
N
O
P
È
É
Ê
Ë
Ì
Í
Î
Ï
Q
R
S
T
U
V
W
X
Ñ
Ò
Ó
Ô
Õ
Ö
Ø
Y
Z
]
–
&
Ú
<
1/2
>
Sym.
Others
Sym.
Alfanumeriek toetsenpaneel Het alfanumerieke toetsenpaneel wordt automatisch beschikbaar wanneer het systeem informatie van u nodig heeft. Raak een teken aan om het te selecteren.
Ù
Ç
–
A-Z
Raak de toets OTHERS (overige) aan om het toetsenbord met speciale tekens of tekens met accenten weer te geven. Er zijn twee pagina's met beschikbare tekens: Raak de linker- of rechterpijl onder aan het toetsenpaneel aan om tussen de pagina's te schakelen. Raak de toets A-Z aan terug naar het alfatoetsenpaneel te gaan.
Raak de toets SYM. (symbool) onder aan het alfatoetsenpaneel aan om het numerieke toetsenpaneel weer te geven.
15 . . .
09euSTSNav.dut Page 16 Monday, June 23, 2008 8:05 AM
Overzicht
Met het numerieke toetsenpaneel kunt u cijfers, leestekens of andere tekens invoeren.
. . . 16
Er zijn drie pagina's met beschikbare symbolen. Raak de linker- of rechterpijl onder aan het toetsenpaneel aan om tussen de pagina's te schakelen. Raak de toets A-Z aan terug naar het alfatoetsenpaneel te gaan.
Raak het spatiesymbool op het scherm A-Z aan om een spatie tussen tekens of woorden in te voegen. Als u een verkeerd teken heeft geselecteerd, raakt u de backspace aan . Om uw selecties van namen gemakkelijker te maken, laat het systeem u alleen een teken selecteren dat op het laatste door u geselecteerde teken kan volgen. Als u er niet in slaagt om een naam of woord in te voeren, moet u het op een andere manier selecteren. Het kan ook gebeuren dat de kaartendatabase die informatie niet bevat of dat het juiste zoekgebied niet is geselecteerd. Zie "Toelichtingen databasedekking" voor meer informatie.
09euSTSNav.dut Page 17 Monday, June 23, 2008 8:05 AM
Hoofdstuk 1 Touch sensitive toetsen De aanraaktoetsen bevinden zich op het scherm. Wanneer u een toets op het scherm aanraakt, kan er een piep klinken. Deze toetsen lichten op wanneer een functie beschikbaar (actief) is en zijn gedimd wanneer ze niet beschikbaar (niet actief) zijn. Er zijn enkele aanraaktoetsen die lichtblauw worden wanneer ze actief zijn en donkerblauw als ze niet actief zijn.
Algemene aanraaktoetsen De volgende aanraaktoetsen worden op veel schermen weergegeven: • (vorige) Raak deze toets aan om terug te gaan naar de vorige pagina. • (annuleren) Druk op deze toets om terug te keren naar het hoofdmenu van de geselecteerde functie. • Toets Band/Bron
U opent het menu Audiobron door de knop linksboven in de hoek van het scherm aan te raken. Zie het volgende onder "Navigatieaudiosysteem" voor meer informatie: - Audiobronmenu
17 . . .
–
09euSTSNav.dut Page 18 Monday, June 23, 2008 8:05 AM
09euSTSNav.dut Page 19 Monday, June 23, 2008 8:05 AM
–– 2 Systeemin stel-
Hoofdstuk 2 - Systeeminstellingen Instellingsmenu ................................................... 20 Afstelling van het scherm ................................... 23 Instellingen navigatiesysteem ............................ 25 Tweedimensionale of driedimensionale weergave ........................................................... 28 Hoofdfaciliteiten selecteren ................................. 30 Navigatiesysteem kalibreren................................ 32 Gebruikersinstellingen......................................... 34 Standaardinstellingen herstellen ......................... 36 Instellingen voor het volume van de spraakbegeleiding.............................................. 37 Scherm Voertuiginstellingen .............................. 38 Waarschuwingssysteem bij afwijken van rijbaan (waar van toepassing) ........................... 39 Werking van het waarschuwingssysteem bij afwijken van rijbaan ...................................... 40 Problemen met het waarschuwingssysteem bij afwijken van rijbaan ...................................... 41 Klokmenu ............................................................. 42 Instellingen voor het geheugen ......................... 44 Instellingen voor de magnetische stabilisatieregeling ............................................. 46
19 . . .
09euSTSNav.dut Page 20 Monday, June 23, 2008 8:05 AM
Systeeminstellingen ■ INSTELLINGSMENU Met het menu Instellingen kunt u schermen openen waarop u verschillende voertuig- en navigatiefuncties kunt configureren. Druk op de harde toets CONFIG (configureren) om het menu Instellingen weer te geven. Op dit scherm zijn de volgende touch sensitive toetsen beschikbaar: • (Instellingen Bluetooth® Draadloos communicatiesysteem) Raak deze toets aan om het instellingsscherm voor het Bluetooth draadloze communicatiesysteem te openen. Zie "Bluetooth® Draadloos communicatiesysteem" in hoofdstuk 6 voor meer informatie.
. . . 20
FM
97.1 MHz
ST
10:26
SELECT SETTING FUNCTION
Vehicle
•
(instellingen voor het scherm) Raak deze toets aan om het menu voor aanpassing van het scherm te openen.
Zie "Scherm aanpassen" verderop in dit hoofdstuk voor meer informatie.
09euSTSNav.dut Page 21 Monday, June 23, 2008 8:05 AM
Hoofdstuk 2 •
(navigatie-instellingen) Selecteer deze optie om verschillende instellingsopties voor het navigatiesysteem aan te passen. Zie "Navigatie-instellingen" verderop in dit hoofdstuk voor meer informatie. • VEHICLE (voertuig) Raak deze toets aan om het menu Voertuiginstellingen te openen. Met het scherm Voertuiginstellingen kunt u de volgende functies configureren: Taalselectie - PERSONAL SETTINGS (persoonlijke instellingen) Zie "Scherm Voertuiginstellingen" verderop in dit hoofdstuk voor meer informatie.
•
Waarschuwingssysteem bij afwijken van rijbaan (waar van toepassing) Raak deze toets aan om deze functie in of uit te schakelen. Zie "Waarschuwingssysteem bij afwijken van rijbaan (waar van toepassing)" voor meer informatie.
• Tijddisplay Raak de toets voor tijdsweergave rechtsboven een menu aan en houd deze ingedrukt om het menu voor het instellen van de klok te openen. Zie "Klokmenu" verderop in dit hoofdstuk voor meer informatie.
–
–
21 . . .
09euSTSNav.dut Page 22 Monday, June 23, 2008 8:05 AM
Systeeminstellingen • DRIVER 1/DRIVER 2/SET EXIT (bestuurder 1/bestuurder 2/ uitstap instellen) Met deze aanraaktoetsen kunt u geheugeninstelling opslaan en oproepen. Zie het volgende verderop in dit hoofdstuk voor meer informatie: - Instellingen voor het geheugen
FM
97.1 MHz
10:26
ST
SELECT SETTING FUNCTION Memory Settings – Driver 1
Push to recall Push and hold to store
Driver 2 Set Exit
Vehicle
Magnetic Ride Control –
Touring Performance
• TOURING/PERFORMANCE (touring/prestaties) Met deze aanraaktoetsen kunt u kiezen tussen de prestatie- en touringwielophanging.
. . . 22
Zie het volgende verderop in dit hoofdstuk voor meer informatie: - Instellingen voor de magnetische stabilisatieregeling
09euSTSNav.dut Page 23 Monday, June 23, 2008 8:05 AM
Hoofdstuk 2 ■ AFSTELLING VAN HET SCHERM Open dit menu als volgt: 1. Druk op de harde toets CONFIG (configureren) om het menu Instellingen weer te geven. 2. Raak aan.
FM
97.1 MHz
10:26 BRISTOL
LEIGH WOODS
Color Scheme Color Mode
–
HOT WELLS
1
2
3
Auto
Day
Night
– – Op dit scherm is het mogelijk het scherm op de volgende manieren aan te passen: • COLOR SCHEME (kleurenschema) Raak de toets 1 aan om het scherm in te stellen op een blauw kleurenschema.
+ +
–
Screen OFF
Raak de toets 2 aan om het scherm in te stellen op een groen kleurenschema. Raak de toets 3 aan om het scherm in te stellen op een bruin kleurenschema.
23 . . .
09euSTSNav.dut Page 24 Monday, June 23, 2008 8:05 AM
Systeeminstellingen • COLOR MODE (kleurstand) AUTO (auto): deze instelling past automatisch het scherm aan op basis van het buitenlicht. DAY (dag): deze instelling laat het scherm in dagstand staan. De weergave op het scherm is gewoonlijk helderder tegen een lichte achtergrond zodat het scherm op zonnige dagen beter gezien kan worden. NIGHT (nacht): deze instelling laat het scherm in nachtstand staan. De weergave op het scherm is gewoonlijk flauwer tegen een donkere achtergrond zodat het scherm op latere uren beter gezien kan worden.
FM
97.1 MHz
10:26 BRISTOL
LEIGH WOODS
Color Scheme Color Mode
HOT WELLS
1
2
3
Auto
Day
Night
– – •
(contrast): Raak de plus (+) of min (-) aan om het schermcontrast aan te passen. • (helderheid): Raak de plus (+) of min (-) aan om de schermhelderheid aan te passen.
. . . 24
+ +
Screen OFF
• SCREEN OFF (scherm uit): raak de toets SCREEN OFF aan om het scherm uit te schakelen. Opmerking: Druk op een willekeurige hard key om het scherm weer in te schakelen.
09euSTSNav.dut Page 25 Monday, June 23, 2008 8:05 AM
Hoofdstuk 2 ■ INSTELLINGEN NAVIGATIESYSTEEM Met dit menu kunt u verschillende instellingsopties voor het navigatiesysteem aanpassen.
FM
97.1 MHz
ST
10:26
NAVIGATION SET UP –
2D/3D View
Quick POI Selection
Calibration
User Setting
Restore System Defaults
Volume
Open dit menu als volgt: 1. Druk op de harde toets CONFIG (configureren) om het menu Instellingen weer te geven.
2. Raak
–
aan.
25 . . .
09euSTSNav.dut Page 26 Monday, June 23, 2008 8:05 AM
Systeeminstellingen Op dit scherm zijn de volgende touch sensitive toetsen beschikbaar: • 2D/3D VIEW (tweedimensionale/driedimensionale weergave) Met deze functie kunt u de kaart- en begeleidingsschermen instellen op tweedimensionale of driedimensionale weergave. Zie "Tweedimensionale of driedimensionale weergave" verderop in dit hoofdstuk voor meer informatie.
FM
ST
10:26
NAVIGATION SET UP
•
. . . 26
97.1 MHz
2D/3D View
Quick POI Selection
Calibration
User Setting
Restore System Defaults
Volume
QUICK POI SELECTION (hoofdfaciliteit selecteren) Met deze functie kunt u de faciliteitcategorieën selecteren die in de lijst met hoofdfaciliteiten moet worden weergegeven.
Zie "Hoofdfaciliteiten selecteren" verderop in dit hoofdstuk voor de volledige lijst. Zie voor informatie over de functies van faciliteiten "Faciliteiten" in hoofdstuk 3.
09euSTSNav.dut Page 27 Monday, June 23, 2008 8:05 AM
Hoofdstuk 2 •
CALIBRATION (kalibratie) Met deze functie kunt u het navigatiesysteem opnieuw kalibreren wanneer de voertuigpositie onjuist op de kaart wordt weergegeven of bij een probleem met het voertuigsnelheidssignaal. Zie voor meer informatie de rubriek "Navigatiesysteem kalibreren" verderop in dit hoofdstuk.
•
USER SETTINGS (gebruikersinstellingen) Met deze functie kunt u verschillende opties voor het routebegeleidingssysteem in- en uitschakelen. Zie "Gebruikersinstellingen" verderop in dit hoofdstuk voor meer informatie. • RESTORE SYSTEM DEFAULTS (standaardwaarden herstellen) Deze functie zal het systeem automatisch volgens de standaardinstellingen opnieuw instellen. Zie voor meer informatie "Standaardwaarden herstellen" verderop in dit hoofdstuk.
•
VOLUME (volume) Met deze functie kunt u het volumeniveau van de gesproken aanwijzingen instellen of de gesproken aanwijzingen aan of uit te zetten. Zie "Instellingen volume begeleiding" verderop in dit hoofdstuk voor meer informatie.
–
–
27 . . .
09euSTSNav.dut Page 28 Monday, June 23, 2008 8:05 AM
Systeeminstellingen Tweedimensionale of driedimensionale weergave Met deze functie kunt u de kaart- en begeleidingsschermen instellen op tweedimensionale of driedimensionale weergave.
FM
97.1 MHz
10:26
2D / 3D View LEIGH WOODS
BRISTOL
HOT WELLS
Map Screen 2D
3D
Guidance Screen 2D 3D BEDMINSTER 200m
Default
Raak voor deze functie de volgende toets op het scherm NAVIGATION SETUP (instellingen navigatiesysteem) aan:
. . . 28
•
NS
JOH
LAN
2D/3D VIEW (tweedimensionale/driedimensionale weergave)
09euSTSNav.dut Page 29 Monday, June 23, 2008 8:05 AM
Hoofdstuk 2 Het systeem vraagt u 2D of 3D te selecteren voor de volgende displays: • MAP SCREEN (kaartscherm) - 2D (tweedimensionaal): raak deze toets aan om het afbeeldingsscherm tweedimensionaal te laten weergeven. - 3D (driedimensionaal): raak deze toets aan om het afbeeldingsscherm driedimensionaal te laten afbeelden.
• GUIDANCE SCREEN (begeleidingsscherm) - 2D (tweedimensionaal): raak deze toets aan als het begeleidingsscherm tweedimensionaal moet worden weergegeven. - 3D (driedimensionaal): raak deze toets aan als het begeleidingsscherm driedimensionaal moet worden weergegeven.
Gebruik met de driedimensionale weergave geselecteerd de pijltjes omhoog/omlaag om de weergavehoek te wijzigen. Raak DEFAULT (standaard) aan om de weergavehoek weer in te stellen op de standaardinstelling.
–
–
29 . . .
09euSTSNav.dut Page 30 Monday, June 23, 2008 8:05 AM
Systeeminstellingen Hoofdfaciliteiten selecteren Met deze functie kunt u de faciliteitcategorieën selecteren die in de lijst met hoofdfaciliteiten moet worden weergegeven.
97.1 MHz
FM
10:26
Q-POI SELECTION Select a Q-POI to Change Category
Petrol Station
Hospital
All Resturants
Golf course
Parking
Hotel
Default Raak voor deze functie de volgende toets op het scherm NAVIGATION SETUP (instellingen navigatiesysteem) aan:
. . . 30
•
QUICK POI SELECTION (hoofdfaciliteit selecteren)
09euSTSNav.dut Page 31 Monday, June 23, 2008 8:05 AM
Hoofdstuk 2 Het scherm Q-POI SELECTION wordt weergegeven. U kunt de standaardcategorieën weer naar de lijst met hoofdfaciliteitcategorieën herstellen door de toets DEFAULT (standaard) aan te raken.
U kunt een categorie met hoofdfaciliteiten in de lijst ook als volgt wijzigen: 1. Selecteer de categorie die u wilt vervangen. Er verschijnt een lijst met categorieën. 2. Selecteer een categorie uit de lijst. 3. Selecteer de gewenste subcategorie wanneer er een lijst met subcategorieën wordt weergegeven. Het systeem keert automatisch terug naar het selectiescherm voor hoofdfaciliteiten. Uw selectie is opgeslagen.
De geselecteerde categorie vervangt de oude categorie in de lijst met hoofdfaciliteiten. Zie voor informatie over de functies van faciliteiten "Faciliteiten" in hoofdstuk 3.
–
–
31 . . .
09euSTSNav.dut Page 32 Monday, June 23, 2008 8:05 AM
Systeeminstellingen Navigatiesysteem kalibreren Met deze functie kunt u het navigatiesysteem opnieuw kalibreren wanneer de voertuigpositie onjuist op de kaart wordt weergegeven of bij een probleem met het voertuigsnelheidssignaal. Raak voor deze functie de volgende toets op het scherm NAVIGATION SETUP (instellingen navigatiesysteem) aan: • CALIBRATION (kalibratie) Het scherm CALIBRATION wordt weergegeven.
FM
97.1 MHz
10:26
CALIBRATION Adjusts the current position. Position/Direction
Select after tire change. Distance
Pas positie van voertuig aan U kunt de positie van uw voertuig op de kaart (bijvoorbeeld wanneer uw voertuig is verscheept) als volgt corrigeren:
. . . 32
1. Raak de toets POSITION/ DIRECTION (positie/richting) aan. Er wordt een kaartscherm geopend.
09euSTSNav.dut Page 33 Monday, June 23, 2008 8:05 AM
Hoofdstuk 2 2. Raak het scherm aan om de positie van het bladersymbool aan te passen. Zie het volgende onder "Kaarten" in hoofdstuk 3 voor meer informatie: - Schaal van de kaarten - Het rollen van de kaart Wanneer u de locatie op de kaart ziet die overeenkomt met de echte huidige locatie van uw voertuig, raak deze dan een keer aan. Het systeem moet de positie van het voertuig op de kaart aanpassen.
3. U moet de toets OK aanraken om de wijzigingen op het scherm te bevestigen. Opmerking: Wanneer er al een route is ingesteld en de toets GUIDE (gids) op het scherm wordt weergegeven, moet u GUIDE selecteren om de route aan te passen.
4. Gebruik de pijltjes op het kaartscherm om het voertuigsymbool in de rijrichting te laten wijzen. 5. Raak de toets OK aan. Zie het volgende verderop in dit hoofdstuk voor meer informatie: • Problemen met route-aanwijzingen
Stem het voertuigsnelheidssignaal af Wanneer u een band verwisselt van uw voertuig, kan het gebeuren dat de afstandsfunctie van het voertuigsnelheidssignaal opnieuw moet worden gekalibreerd wanneer de bandenspanning is gewijzigd of wanneer er een reserveband is gemonteerd. Opmerking: Het navigatiesysteem kalibreert het systeem automatisch opnieuw, maar dat kan langer duren dan wanneer u het handmatig doet. Zo kalibreert u de afstandsfunctie: • Raak de toets DISTANCE (afstand) aan. Zie het volgende verderop in dit hoofdstuk voor meer informatie: • Plaats van het voertuig
33 . . .
–
–
09euSTSNav.dut Page 34 Monday, June 23, 2008 8:05 AM
Systeeminstellingen Gebruikersinstellingen Met deze functie kunt u verschillende opties voor het routebegeleidingssysteem in- en uitschakelen. Raak voor deze functie de volgende toets op het scherm NAVIGATION SETUP (instellingen navigatiesysteem) aan: • USER SETTINGS (gebruikersinstellingen)
FM
97.1 MHz
USER SETTINGS Notify traffic restriction
On
Off
Guidance Screen
On
Off
Freeway Information
On
Off
Arrival Time 1/2
Het scherm USER SETTINGS wordt weergegeven.
. . . 34
10:26
Gebruik de pijltjes omhoog en omlaag op het scherm om door de volgende menu-opties te bladeren.
09euSTSNav.dut Page 35 Monday, June 23, 2008 8:05 AM
Hoofdstuk 2 De volgende menu-items verschijnen op het scherm: • NOTIFY TRAFFIC RESTRICTION (verkeersprobleem melden) Wanneer deze functie is ingeschakeld, meldt het systeem wanneer er sprake van verkeersproblemen is op de huidige route. Raak de toets ON (aan) of OFF (uit) aan om deze functie in of uit te schakelen. • ARRIVAL TIME (aankomsttijd) Raak aan wanneer u wilt dat het navigatiesysteem de verwachte aankomsttijd op uw bestemming toont. Raak aan wanneer u wilt dat het navigatiesysteem de geschatte resterende reistijd tot uw bestemming weergeeft.
• GUIDANCE SCREEN (begeleidingsscherm) Wanneer deze functie is ingeschakeld, geeft het navigatiesysteem automatisch een begeleidingsscherm weer met een ingezoomde weergave van de manoeuvre. Raak de toets ON (aan) of OFF (uit) aan om deze functie in of uit te schakelen. • FREEWAY INFORMATION (informatie over snelwegen) Wanneer deze functie is ingeschakeld en u rijdt op een snelweg tijdens de routebegeleiding, dan geeft het navigatiesysteem automatisch informatie over de snelweg. Raak de toets ON (aan) of OFF (uit) aan om deze functie in of uit te schakelen.
• TEXT SIZE ON MAP (tekstgrootte op de kaart) Let op: Deze functie is niet beschikbaar bij alle uitvoeringen. Met deze functie kunt u de grootte van de tekst aanpassen die op de kaart wordt weergegeven. U kunt de tekstgrootte instellen op groot, medium of klein. • BORDER GUIDANCE (grensinformatie) Wanneer deze functie is ingeschakeld, dan geeft het systeem informatie over grenzen. De vlag van het land dat u binnenrijdt wordt weergegeven.
35 . . .
–
–
09euSTSNav.dut Page 36 Monday, June 23, 2008 8:05 AM
Systeeminstellingen Standaardinstellingen herstellen Deze functie zal het systeem automatisch volgens de standaardinstellingen opnieuw instellen. Raak voor deze functie de volgende toets op het scherm NAVIGATION SETUP (instellingen navigatiesysteem) aan: • RESTORE SYSTEM DEFAULTS (standaardwaarden herstellen) Het scherm SYSTEM DEFAULTS (standaardinstellingen systeem) wordt weergegeven. • Raak de toets OK aan om de standaardinstellingen te herstellen. • Wanneer u een route berekent, berekent het systeem ook de geschatte reistijd voor de route.
. . . 36
FM
10:26
97.1 MHz
SYSTEM DEFAULTS System defaults will be restored. Please see handbook for more information on System defaults.
OK
Average speed
De geschatte reistijd is gebaseerd op de informatie van de berekende route en de gemiddelde snelheid van het voertuig.
Default
Als u de gemiddelde snelheid opnieuw op de standaardwaarden wilt instellen, raakt u de toets DEFAULT (standaard) aan.
09euSTSNav.dut Page 37 Monday, June 23, 2008 8:05 AM
Hoofdstuk 2 Instellingen voor het volume van de spraakbegeleiding Met deze functie kunt u het volumeniveau van de gesproken aanwijzingen instellen of de gesproken aanwijzingen aan of uit te zetten. Raak voor deze functie de volgende toets op het scherm NAVIGATION SET UP (instellingen navigatiesysteem) aan: • VOLUME (volume)
FM
10:26
97.1 MHz
NAVIGATION SET UP –
VOLUME –
Off
1
User Settings
2
3
4
Restore System Defaults
Het scherm VOLUME wordt weergegeven. Stel het volumeniveau voor de gesproken aanwijzingen in door de toetsen 1 tot 6 aan te raken om het volume te verhogen of verlagen, waarbij 1 het laagste volumeniveau en 6 het hoogste is.
5
6
7
Volume
Raak de toets OFF (uit) aan om de gesproken aanwijzingen uit te schakelen.
37 . . .
09euSTSNav.dut Page 38 Monday, June 23, 2008 8:05 AM
Systeeminstellingen ■ SCHERM VOERTUIGINSTELLINGEN Open dit menu als volgt: 1. Druk op de harde toets CONFIG (configureren) om het menu Instellingen weer te geven. 2. Raak VEHICLE (voertuig) aan. Op dit scherm zijn de volgende touch sensitive toetsen beschikbaar: • Taalselectie Gebruik dit menu om de taal te selecteren die het voertuig moet gebruiken voor de weergave van informatie.
FM
Personal Settings
97.1 MHz Language Settings:Driver1 Language set to US English (female) US English (female) US English (male) UK English
Français Italiano Deutsch
Español
• PERSONAL SETTINGS (persoonlijke instellingen) In dit menu kunt u de instelbare functies van uw voertuig naar eigen wens programmeren.
. . . 38
10:26
Zie voor meer informatie of voor het programmeren van functies "Programmeerbare en instelbare functies van de auto" in het instructieboekje van uw auto.
09euSTSNav.dut Page 39 Monday, June 23, 2008 8:05 AM
Hoofdstuk 2 ■ WAARSCHUWINGSSYSTEEM BIJ AFWIJKEN VAN RIJBAAN (WAAR VAN TOEPASSING) Lees de volgende informatie voordat u deze functie gaat gebruiken.
WAARSCHUWING Het waarschuwingssysteem bij afwijken van rijbaan is slechts een waarschuwingssysteem. Het is bedoeld om wegmarkeringen te detecteren. Het systeem is niet in staat het voertuig te sturen of de rand van de weg waar te nemen. De waarschuwing van het systeem is mogelijk niet luid genoeg of geeft u mogelijk niet genoeg tijd om een aanrijding te voorkomen.
WAARSCHUWING Het systeem waarschuwt u alleen wanneer er een wegmarkering wordt waargenomen. Wanneer uw voertuig over een wegmarkering rijdt die niet wordt waargenomen, dan waarschuwt het systeem u niet dat u uw rijbaan verlaat. Dit kan een aanrijding veroorzaken, met als gevolg letsel of schade aan uw voertuig of eigendommen van anderen. De bestuurder moet altijd goed blijven opletten tijdens het rijden. Zorg dat u altijd alert bent zodat u maatregelen kunt nemen om het voertuig op de juiste rijbaan te houden.
Het waarschuwingssysteem bij afwijken van rijbaan gebruikt een camera die tussen de voorruit en de achteruitkijkspiegel is gemonteerd om de wegmarkeringen te detecteren. Het systeem geeft een hoorbare en visuele waarschuwing wanneer uw voertuig over een wegmarkering rijdt zonder dat u uw richtingaanwijzer heeft gebruikt. Het systeem geeft geen waarschuwing wanneer de richtingaanwijzer blijft ingeschakeld of bij scherpe manoeuvres met het voertuig. Deze functie werkt alleen bij snelheden boven 56 km/u.
39 . . .
–
–
09euSTSNav.dut Page 40 Monday, June 23, 2008 8:05 AM
Systeeminstellingen Werking van het waarschuwingssysteem bij afwijken van rijbaan Schakel het systeem als volgt in of uit: 1. Druk op de harde toets CONFIG (configureren). 2. Raak de toets met dit symbool aan om het systeem in of uit te schakelen. Wanneer de toets gemarkeerd is, is deze functie ingeschakeld. Er gaat een groen lampje op het instrumentenpaneel branden wanneer de rijsnelheid hoger is dan 56 km/u en het systeem een wegmarkering links of rechts waarneemt.
. . . 40
Opmerking: Wanneer er geen groen lampje gaat branden, is het systeem niet in werking en wordt er geen waarschuwing gegeven wanneer het voertuig over een wegmarkering rijdt. Zie voor meer informatie het volgende in het instructieboekje van uw voertuig: • Lampjes voor het systeem bij afwijken van rijbaan
09euSTSNav.dut Page 41 Monday, June 23, 2008 8:05 AM
Hoofdstuk 2 De bestuurder waarschuwen Wanneer het systeem is ingeschakeld, gaat er een oranje lampje van het waarschuwingssysteem knipperen wanneer uw voertuig over een gedetecteerde wegmarkering rijdt terwijl de richtingaanwijzer niet was ingeschakeld voordat het voertuig de wegmarkering passeerde. U hoort ook drie geluidssignalen. Kijk altijd in uw spiegels, kijk over uw schouder en schakel de richtingaanwijzer in wanneer u van rijbaan verandert. Het systeem kan soms een onnodige waarschuwing geven voor oneffenheden in de weg, zoals plekken in het asfalt, schaduw of barsten in het wegdek. Dat is normaal. Uw voertuig hoeft dan niet meteen voor onderhoud naar de werkplaats.
WAARSCHUWING Wanneer het zicht matig is, bijvoorbeeld bij mist, regen of sneeuw, dan is de werking van het systeem beperkt. Het systeem geeft geen waarschuwing wanneer een wegmarkering niet wordt waargenomen. Vertrouw niet alleen op het waarschuwingssysteem wanneer u rijdt terwijl het zicht niet optimaal is. Wanneer de camera wordt geblokkeerd door sneeuw, ijs of vuil, of wanneer de voorruit is beschadigd, kan het gebeuren dat het systeem een wegmarkering op de weg voor u niet waarneemt. Het kan dan gebeuren dat het groene systeemlampje op het instrumentenpaneel niet gaat branden. Dit is normaal. Uw voertuig hoeft niet naar de garage. Zorg dat er geen modder, vuil, sneeuw, ijs of dergelijke op de voorruit aanwezig is.
Problemen met het waarschuwingssysteem bij afwijken van rijbaan Wanneer een tijdelijke situatie zorgt dat het systeem niet kan worden ingeschakeld, dan wordt LANE DEPARTURE SYSTEM UNAVAILABLE (systeem bij afwijken rijbaan niet beschikbaar) op het display van het informatiecentrum voor de bestuurder weergegeven. Het systeem gaat weer over op de normale werking wanneer de situatie zich niet meer voordoet. Zorg dat er geen modder, vuil, sneeuw, ijs of dergelijke op de voorruit aanwezig is.
41 . . .
–
–
09euSTSNav.dut Page 42 Monday, June 23, 2008 8:05 AM
Systeeminstellingen Wanneer SERVICE LANE DEPARTURE SYSTEM (onderhoud systeem bij afwijken rijbaan) op het display van het informatiecentrum voor de bestuurder wordt weergegeven, werkt het systeem niet goed. Wanneer dit bericht terug blijft komen, laat het systeem dan zo snel mogelijk repareren. Zie voor meer informatie over berichten van het informatiecentrum voor de bestuurder "Berichten van het informatiecentrum voor de bestuurder" in het instructieboekje van uw auto.
OFF
10:26 Clock Adjust Display Type 12 Hour
GPS TIME
24 Hour
Daylight Savings
10
AM
26
PM
WET
CET
■ KLOKMENU Open dit menu als volgt: • Houd de toets voor de tijdsweergave rechts boven in het scherm ingedrukt.
. . . 42
:
EET
Op dit scherm zijn de volgende touch sensitive toetsen beschikbaar: • 12 Hour (12 uur): raak 12 Hour aan om de klok op de 12-uursinstelling te zetten.
09euSTSNav.dut Page 43 Monday, June 23, 2008 8:05 AM
Hoofdstuk 2 • 24 Hour (24 uur): raak 24 Hour aan om de klok op de 24-uursinstelling te zetten. • AM: raak deze toets aan om de 12-uursweergave op a.m. (vóór 12 uur 's middags) te zetten. • PM: raak deze toets aan om de 12-uursweergave op p.m. (na 12 uur 's middags) te zetten. • : raak een pijltje omhoog aan om het uur of de minuten te verhogen. • : raak een pijltje omlaag aan om het uur of de minuten te verlagen.
• WET (Western Europe Time): raak deze toets aan om de tijdszone voor West-Europa te selecteren. • CET (Central Europe Time): raak deze toets aan om de tijdszone voor Midden-Europa te selecteren. • EET (Eastern Europe Time): raak deze toets aan om de tijdszone voor Oost-Europa te selecteren. • GPS TIME (tijd GPS-systeem): raak deze toets aan om de tijd van het navigatiesysteem in te stellen op de huidige tijd van het GPS-systeem.
• DAYLIGHT SAVINGS (zomertijd): raak deze toets aan om de zomertijd aan te houden. Wanneer de zomertijdfunctie wordt ingeschakeld, wordt de tijd op de klok een uur vooruitgezet. Raak de toets nogmaals aan om deze functie uit te schakelen. De uren op de klok nemen met een uur tegelijkertijd af.
43 . . .
–
–
09euSTSNav.dut Page 44 Monday, June 23, 2008 8:05 AM
Systeeminstellingen ■ INSTELLINGEN VOOR HET GEHEUGEN Met de geheugenfunctie kunnen twee verschillende bestuurders (bestuurder 1 of bestuurder 2) de door hun gekozen instellingen in het geheugen van het systeem opslaan en weer oproepen voor de volgende functies: • bestuurdersstoel • buitenspiegels • telescopisch stuurkolom Opmerking: Wanneer er terwijl u rijdt wijzigingen worden aangebracht in de stand van het head-up-display (waar van toepassing), de instellingen van het audiosysteem, het klimaatregelsysteem of het navigatiesysteem, dan worden deze automatisch opgeslagen wanneer het contact wordt uitgeschakeld.
. . . 44
FM
97.1 MHz
10:26
ST
SELECT SETTING FUNCTION Memory Settings – Push to recall Push and hold to store
Driver 1 Driver 2 Set Exit
Vehicle
Magnetic Ride Control –
Touring Performance
De toetsen DRIVER 1 (bestuurder 1), DRIVER 2 (bestuurder 2) en SET EXIT (uitstap instellen) worden rechts van het hoofdmenu voor instellingen weergegeven.
09euSTSNav.dut Page 45 Monday, June 23, 2008 8:05 AM
Hoofdstuk 2 Sla de geheugeninstellingen als volgt op: 1. Het contact moet in de stand accessoirestand staan of de accessoirevoeding moet ingeschakeld zijn. De transmissie moet in P (parkeren) staan of het voertuig moet gestopt worden. 2. Schakel de koplampen uit om te voorkomen dat de accu leegloopt. 3. Druk op een knop op de afstandsbediening van de bestuurder om bestuurder 1 of bestuurder 2 te identificeren. Het nummer achter op de afstandsbediening komt overeen met bestuurder 1 of bestuurder 2. 4. Druk op de harde toets CONFIG (configureren) om het menu Instellingen weer te geven.
5. Stel de stand van de bestuurdersstoel, de buitenspiegels en de stuurkolom naar wens in. - Sla de positie als een rijpositie op door DRIVER 1 of DRIVER 2 aan te raken en ingedrukt te houden om de positie voor bestuurder 1 of bestuurder 2 op te slaan. - Sla de positie als uitstappositie op voor de geselecteerde bestuurder door SET EXIT aan te raken en ingedrukt te houden. U hoort twee pieptonen om aan te geven dat de standen opgeslagen zijn.
U kunt de opgeslagen geheugenstand van de geselecteerde bestuurder als volgt oproepen: 1. Het contact moet in de stand accessoirestand staan of de accessoirevoeding moet ingeschakeld zijn. De transmissie moet in P (parkeren) staan of het voertuig moet gestopt worden. 2. Druk op de harde toets CONFIG (configureren) om het menu Instellingen weer te geven. 3. Raak DRIVER 1, DRIVER 2 of SET EXIT aan om de gewenste positie op te roepen.
45 . . .
–
–
09euSTSNav.dut Page 46 Monday, June 23, 2008 8:05 AM
Systeeminstellingen Wanneer het voertuig in P (parkeren) staat, hoort u een piep en wordt de geheugenstand opgeroepen. U kunt het oproepen uit het geheugen afbreken door op een willekeurige bedieningstoets voor stoel of spiegel te drukken. Opmerking: De transmissie moet in de stand P (parkeren) staan. Wanneer het voertuig niet in P (parkeren) staat, hoort u drie piepen en wordt de geheugenstand niet opgeroepen. Zie voor meer informatie "Programmeerbare en instelbare functies van de auto" in het instructieboekje van uw auto.
FM
97.1 MHz
10:26
ST
SELECT SETTING FUNCTION Memory Settings – Push to recall Push and hold to store
Driver 1 Driver 2 Set Exit
Vehicle
Magnetic Ride Control –
Touring Performance
■ INSTELLINGEN VOOR DE MAGNETISCHE STABILISATIEREGELING Met deze functie kunt u selecteren tussen de prestatie- en touringwielophanging.
. . . 46
09euSTSNav.dut Page 47 Monday, June 23, 2008 8:05 AM
Hoofdstuk 2 De toetsen TOURING (touring) en PERFORMANCE (prestaties) worden rechts van het hoofdmenu voor instellingen weergegeven. • PERFORMANCE (stand prestatie) Raak deze toets aan om deze optie te selecteren. De prestatiewielophanging wordt gebruikt wanneer de wegomstandigheden of persoonlijke voorkeur meer controle vereisen
Deze instelling geeft een strak, stevig weggedrag en een nauwkeurige reactie op de wegomstandigheden.
• TOURING (stand touring) Raak deze toets aan om deze optie te selecteren. De stand Touring is voor normaal rijden in de stad en op snelwegen. In deze stand is het voertuig soepel en zacht geveerd. Dit is de standaardinstelling. Wanneer een functie ingeschakeld is, wordt de bijbehorende zachte toets gemarkeerd.
47 . . .
–
–
09euSTSNav.dut Page 48 Monday, June 23, 2008 8:05 AM
09euSTSNav.dut Page 49 Monday, June 23, 2008 8:05 AM
––– 3 Functies en bedienings
Hoofdstuk 3 - Functies en bedieningsorganen van het navigatiesysteem Functies en bedieningsorganen van het navigatiesysteem.................................................51 Geef bestemming op ...........................................52 Stel het zoekgebied in..........................................53 Invoermethoden voor bestemmingen .................55 Invoermethode voor bestemmingen: Adres ........56 Invoermethode voor bestemmingen: Faciliteit ....60 Invoermethode voor bestemmingen: Over de kaart schuiven .......................................64 Invoermethode voor bestemmingen: Kruising ....65 Invoermethode voor bestemmingen: Postcode...67 Invoermethode voor bestemmingen: Oprit/afrit snelweg..............................................68 Invoermethode voor bestemmingen: Geheugenpunt ...................................................70 Invoermethode voor bestemmingen: Vorige bestemming ............................................71 Invoermethoden voor bestemmingen: Coördinaten .......................................................72 Invoermethode voor bestemmingen: Voorkeurbestemming .........................................74 Invoermethode voor bestemmingen: Thuisbestemming...............................................75 Met uw route beginnen.......................................76 Drie Routes ..........................................................79 Navigation Menu (Navigatie) .............................81
Route-opties......................................................... 83 Zoekvoorwaarde ................................................. 86 Omweg............................................................... 88 Routevoorkeuren................................................. 89 Bestemming en tussenstops................................ 92 Route weergeven ................................................ 93 Voorvertoning van route ..................................... 96 CALCULATE (berekenen)................................... 100 CANCEL GUIDANCE (begeleiding annuleren) .. 100 Opgeslagen locaties .......................................... 101 Geheugenpunten .............................................. 104 Geheugenpunten opslaan................................. 105 Het aanpassen van geheugenpunten................ 105 Geheugenpunten wissen .................................. 114 Aanpassen van de categorienaam..................... 115 Gebied vermijden .............................................. 116 Een vermijdgebied opslaan ............................... 117 Naam bewerken voor vermijdgebied................ 118 Vermijdgebied verplaatsen................................ 119 Vermijdgebieden verwijderen ........................... 120 Bestemming en tussenstops .............................. 121 Een routepunt toevoegen ................................. 122 De volgorde van tussenstops wijzigen .............. 123 De locatie van tussenstops wijzigen .................. 124 Een routepunt wissen........................................ 124 Alle tussenstops verwijderen ............................. 125
49 . . .
09euSTSNav.dut Page 50 Monday, June 23, 2008 8:05 AM
Hoofdstuk 3 - Functies en bedieningsorganen van het navigatiesysteem Thuis ..................................................................126 De thuisbestemming opslaan ............................127 De thuisbestemming bewerken.........................127 De thuisbestemming verwijderen......................127 Vorige bestemming ............................................128 Voorkeurbestemmingen .....................................129 Voorkeurbestemmingen opslaan .......................129 Naam voorkeurbestemming bewerken .............130 De locatie van een voorkeurbestemming bewerken..........................................................131 Telefoonnummer voorkeurbestemming bewerken..........................................................131 Voorkeurbestemmingen verwijderen.................132 RDS-TMC (radiodatasysteem verkeersberichtenkanaal) .................................133 Pictogrammen RDS-TMC-gebeurtenis...............141 Informatiedisplay voor gebeurtenispictogrammen ...............................142 Plaatsen van belang ...........................................142 Lokale faciliteiten zoeken ...................................144 Informatie over faciliteit .....................................145
. . . 50
Kaarten............................................................... 146 Kaartbereik ........................................................ 146 Installatie van de kaarten-DVD .......................... 146 Startscherm van het navigatiesysteem .............. 146 Stel het zoekgebied in....................................... 146 Kaartaanpassingen ............................................ 147 Schaal van de kaarten ....................................... 147 Het rollen van de kaart...................................... 147 Symbolen.......................................................... 148 Automatische herroutering .............................. 160 Rijden door verschillende gebieden................. 160 Head-up-display (indien van toepassing) ........ 160 De afstandsbediening gebruiken ..................... 161 Global Positioning System (GPS) ..................... 162 Plaats van het voertuig ..................................... 163 Problemen met route-aanwijzingen ................ 164 Indien het systeem onderhoud behoeft .......... 165 Bestellen van kaarten-DVD's............................. 165 Toelichtingen databasebereik........................... 165
09euSTSNav.dut Page 51 Monday, June 23, 2008 8:05 AM
Hoofdstuk 3 ■ FUNCTIES EN BEDIENINGSORGANEN VAN HET NAVIGATIESYSTEEM In dit hoofdstuk worden de functies van het navigatiesysteem behandeld. Het navigatiesysteem maakt het mogelijk een route te plannen en voorziet in het geven van informatie over het veranderen van richting en route-aanwijzingen op de wegenkaarten met gesproken aanwijzingen. U kunt met het navigatiesysteem een bestemmingsplaats kiezen aan de hand van verschillende methoden en keuzemogelijkheden (adressen, kruispunten, bestemmingen in het geheugen, faciliteiten, enz). Het navigatiesysteem is ontworpen om u te helpen tijdens het rijden, maar het kan gebeuren dat de informatie in het systeem niet helemaal volledig is.
Toestand op de weg, zoals bijvoorbeeld verbod om te keren, wegomleggingen en wegwerkzaamheden veranderen steeds. Het is belangrijk om vast te stellen of u de aanwijzingen die het systeem geeft, veilig en binnen de wettelijke beperkingen kunt opvolgen. Als het voertuig rijdt, worden diverse functies uitgeschakeld om de bestuurder minder af te leiden. U kunt de kaartfuncties van het navigatiesysteem alleen gebruiken wanneer er een dvd met kaartgegeven in de laadsleuf van de dvdspeler is geplaatst. Zie de volgende informatie: • Installatie van de kaarten-DVD • Startscherm van het navigatiesysteem
Hier ziet u de belangrijkste harde toetsen waarmee u de functies van het navigatiesysteem kunt gebruiken: • Toets ROUTE Druk op deze harde toets om het scherm Bestemming invoeren of het scherm Zoekgebied te openen. In het menu Bestemming invoeren kunt u een route plannen door een bestemming te kiezen met behulp van één van de volgende methoden. Zie het volgende verderop in dit hoofdstuk voor meer informatie: - Geef bestemming op • Toets Kaart Druk op deze toets om naar het navigatiekaartscherm te gaan. De stemherkenningfunctie van het navigatiesysteem zorgt ervoor dat u het navigatie- of audiosysteem handsfree kunt bedienen. Zie hoofdstuk 5 voor informatie over de functie spraakherkenning.
51 . . .
–
–
–
09euSTSNav.dut Page 52 Monday, June 23, 2008 8:05 AM
Functies en bedieningsorganen van het navigatiesysteem ■ GEEF BESTEMMING OP Druk op de harde toets ROUTE om het scherm DESTINATION ENTRY (bestemming invoeren) te openen. In het menu Bestemming invoeren kunt u een route plannen door een bestemming te kiezen met behulp van één van de volgende methoden. Zie "Invoermethoden voor bestemmingen" verderop in dit hoofdstuk.
FM
10:26
ST 97.1 MHz DESTINATION ENTRY
Region 1
2
3
Via het scherm Bestemming invoeren kunt u het zoekgebied van het navigatiesysteem bekijken of wijzigen.
. . . 52
4
5
Zie "Het zoekgebied instellen" om het zoekgebied van het navigatiesysteem te wijzigen.
09euSTSNav.dut Page 53 Monday, June 23, 2008 8:05 AM
Hoofdstuk 3 Stel het zoekgebied in Het huidige zoekgebied wordt gemarkeerd in de kaartafbeelding op het scherm Bestemming invoeren. Bekijk voordat u een invoermethode voor bestemmingen selecteert de kaartafbeelding om te controleren of uw bestemming zich in het huidige zoekgebied bevindt.
97.1 MHz FM SEARCH AREA A
B
CH
D
DK
E
F
UK
I
L
ST
Rear Seat
10:26 –
–
–
United Kingdom Wijzig als volgt het zoekgebied van het navigatiesysteem: 1. Druk op de harde toets ROUTE om het scherm DESTINATION ENTRY (bestemming invoeren) te openen.
2. Raak de toets REGION (regio) aan. Het systeem opent het scherm SEARCH AREA (zoekgebied).
53 . . .
09euSTSNav.dut Page 54 Monday, June 23, 2008 8:05 AM
Functies en bedieningsorganen van het navigatiesysteem 3. Wanneer een pijl omhoog of omlaag op het scherm oplicht, kunt u deze aanraken om omhoog of omlaag door de lijst met regio's te bladeren. 4. Raak de juiste toets aan om de gewenste regio te selecteren. De geselecteerde regio wordt gehighlight op de kaartafbeelding. De displayregel onder in het scherm toont de beschrijving van het geselecteerde gedekte gebied.
97.1 MHz FM SEARCH AREA A
B
CH
D
DK
E
F
UK
I
L
ST
Rear Seat
10:26
United Kingdom Zie de handleiding voor de kaart-dvd van het navigatiesysteem voor de uitleg over het kaartbereik en de gedetailleerde lijst met steden in elke regio. Deze handleiding zou in de hoes van uw kaart-dvd moeten zitten.
. . . 54
5. Raak aan om terug te keren naar het vorige scherm.
09euSTSNav.dut Page 55 Monday, June 23, 2008 8:05 AM
Hoofdstuk 3 INVOERMETHODEN VOOR BESTEMMINGEN In het menu Bestemming invoeren kunt u een route plannen door een bestemming te kiezen met behulp van één van de volgende methoden. Elk pictogram op het scherm staat voor een andere invoermethode voor bestemmingen. Bekijk voordat u een invoermethode voor bestemmingen selecteert de kaartafbeelding om te controleren of uw bestemming zich in het huidige zoekgebied bevindt. Zie "Het zoekgebied instellen" om het zoekgebied van het navigatiesysteem te wijzigen. Raak het pictogram op het scherm aan om een invoermethode voor bestemmingen te selecteren. Deze methodes worden in dit hoofdstuk uitgelegd.
FM
10:26
ST 97.1 MHz DESTINATION ENTRY
–
–
–
Region 1
2
3
U zult merken dat terwijl het voertuig rijdt alleen de invoermethoden "Voorkeurbestemming" en "Thuis" beschikbaar zijn. De andere invoermethoden voor bestemmingen zijn niet beschikbaar wanneer het voertuig rijdt.
4
5
Wanneer u een locatie heeft ingevoerd met een van de invoermethoden voor bestemmingen, wordt er een kaart weergegeven met de locatie. Zie "Met uw route beginnen" voor meer informatie.
55 . . .
09euSTSNav.dut Page 56 Monday, June 23, 2008 8:05 AM
Functies en bedieningsorganen van het navigatiesysteem Invoermethode voor bestemmingen: Adres Met deze invoermethode voor de bestemming kunt u een bestemming aan de hand van een adres invoeren. U moet het navigatiesysteem voorzien van een huisnummer, een straatnaam en een stad.
97.1 MHz
FM
ADDRESS Street
Input Street Name
****
City A
B
C
D
E
F
G
H
I
J
K
L
M
N
O
P
Q
R
S
T
U
V
W
X
Y
Z
]
–
&
Others
Zo gebruikt u deze invoermethode voor de bestemming: 1. Druk op de harde toets ROUTE om het scherm DESTINATION ENTRY (bestemming invoeren) te openen.
. . . 56
10:26
ST
Sym.
List
2. Raak het pictogram aan. Het systeem gaat naar het scherm Adres.
09euSTSNav.dut Page 57 Monday, June 23, 2008 8:05 AM
Hoofdstuk 3 3. Geef de naam van een straat op door het alfabetische toetsenpaneel aan te raken. Zie "Alfanumerieke toetsenpaneel" voor meer informatie. Als u bijvoorbeeld de straat Route de l'Abadie zoekt, moet u de naam invoeren als Abadie, Route de l'. Als u Rue Bachelet zoekt, voert u Bachelet, Rue in. Nadat u de informatie heeft ingevoerd, zoekt het systeem automatisch naar beschikbare namen. Terwijl u een naam invoert, wordt de toets LIST (List) beschikbaar als er selecteerbare namen zijn. Het aantal beschikbare mogelijkheden in de lijst wordt rechts van het invoerveld weergegeven.
4. Raak de toets LIST aan om de lijst te bekijken of voer meer informatie in zodat de lijst kleiner wordt. Het systeem toont automatisch een lijst wanneer het aantal gevonden mogelijkheden vier of minder is. 5. Selecteer de straatnaam uit de lijst.
6. Wanneer de kaartendatabase bepaalt dat de geselecteerde straat slechts in één plaats binnen het zoekgebied bestaat, dan wordt die plaats automatisch geselecteerd. Anders geeft het systeem een lijst met plaatsen waar een straat met die naam is te vinden. Selecteer de juiste plaatsnaam. 7. Er wordt een cijfertoetsenpaneel weergegeven. Voer het huisnummer in met het cijfertoetsenpaneel en druk daarna op de toets OK. Er wordt een kaart met de bestemming weergegeven.
57 . . .
–
–
–
09euSTSNav.dut Page 58 Monday, June 23, 2008 8:05 AM
Functies en bedieningsorganen van het navigatiesysteem Zie "Met uw route beginnen" voor meer informatie. Er kunnen meerdere straten in de kaartendatabase met dezelfde naam staan. Daarom kan het lastig zijn de juiste straatnaam te selecteren uit de lijst. Wanneer dit gebeurt, raden we u aan eerst de plaatsnaam in te voeren. Raak de toets CITY (plaatsnaam) op het scherm Straatnaam aan om de plaatsnaam in te voeren.
. . . 58
U kunt een plaatsnaam kiezen met behulp van één van de opties die op het scherm worden vermeld. • ANY CITY (elke plaats) Selecteer deze optie om terug te keren naar de invoermethode Straatnaam. • 5 NEAREST CITIES (5 dichtstbijzijnde plaatsen) Selecteer deze optie om een plaats te selecteren uit een lijst met de vijf plaatsen die zich het dichtst bij uw huidige locatie bevinden.
• INPUT CITY NAME (plaatsnaam invoeren) Selecteer deze optie om de plaatsnaam in te voeren met behulp van het lettertoetsenpaneel. Zie "Alfanumerieke toetsenpaneel" voor meer informatie. Nadat u de informatie heeft ingevoerd, zoekt het systeem automatisch naar beschikbare namen. Terwijl u een naam invoert, wordt de toets LIST (List) beschikbaar als er selecteerbare namen zijn. Raak de toets LIST aan om de lijst te bekijken of voer meer informatie in zodat de lijst kleiner wordt. Het systeem toont automatisch een lijst wanneer het aantal gevonden mogelijkheden vier of minder is.
09euSTSNav.dut Page 59 Monday, June 23, 2008 8:05 AM
Hoofdstuk 3 • LAST 5 CITIES (laatste vijf plaatsen) Met deze optie kunt u een plaatsnaam kiezen uit een lijst met de vijf namen van plaatsen die het laatst door het systeem werden gebruikt. Selecteer de gewenste plaatsnaam uit de lijst die het systeem geeft. Het systeem gaat naar het invoerscherm voor adressen. Geef de naam van een straat op door het alfabetische toetsenpaneel aan te raken. Zie "Alfanumerieke toetsenpaneel" voor meer informatie.
Nadat u de informatie heeft ingevoerd, zoekt het systeem automatisch naar beschikbare namen. Terwijl u een naam invoert, wordt de toets LIST (List) beschikbaar als er selecteerbare namen zijn. Het aantal beschikbare mogelijkheden in de lijst wordt rechts van het invoerveld weergegeven. Raak de toets LIST aan om de lijst te bekijken of voer meer informatie in zodat de lijst kleiner wordt. Het systeem toont automatisch een lijst wanneer het aantal gevonden mogelijkheden vier of minder is. Selecteer de straatnaam uit de lijst.
Het systeem vraagt u het huisnummer of adres in te voeren. Opmerking: Het systeem geeft het adresnummerbereik weer dat beschikbaar is voor de straat. Voer het huisnummer in met behulp van het cijfertoetsenpaneel. Raak de toets OK aan. Er wordt een kaart met de bestemming weergegeven. Zie "Met uw route beginnen" voor meer informatie.
59 . . .
–
–
–
09euSTSNav.dut Page 60 Monday, June 23, 2008 8:05 AM
Functies en bedieningsorganen van het navigatiesysteem Invoermethode voor bestemmingen: Faciliteit Met deze optie kunt een bestemming kiezen in de lijst met faciliteiten.
97.1 MHz
FM
10:26
POINT OF INTEREST Name
Input POI Name
Category
****
City
A
B
C
D
E
F
G
H
I
J
K
L
M
N
O
P
Q
R
S
T
U
V
W
X
Y
Z
]
–
&
Others
Zo gebruikt u deze invoermethode voor de bestemming:
. . . 60
Rear Seat
ST
Sym.
List
1. Druk op de harde toets ROUTE om het scherm DESTINATION ENTRY (bestemming invoeren) te openen.
09euSTSNav.dut Page 61 Monday, June 23, 2008 8:05 AM
Hoofdstuk 3 2. Raak het pictogram aan. Het systeem geeft het scherm Faciliteit weer. Er zijn drie manieren waarop u een faciliteit als bestemming kunt selecteren op dit scherm. Zie "Een faciliteit selecteren op naam, categorie of plaats". 3. Selecteer de gewenste faciliteit. Raak indien beschikbaar de toets OK aan. Er wordt een kaart met de bestemming weergegeven.
Zie "Met uw route beginnen" voor meer informatie. Opmerking: Zie voor informatie over de functies van faciliteiten "Faciliteiten" verderop in dit hoofdstuk.
Een faciliteit selecteren op naam, categorie of plaats U kunt op een van de volgende manier naar een faciliteit zoeken: • Wanneer het nog niet is geselecteerd, raak dan de toets NAME (naam) aan. Voer een faciliteit in met behulp van het alfabetisch toetsenpaneel. Zie "Alfanumerieke toetsenpaneel" voor meer informatie.
–
–
–
61 . . .
09euSTSNav.dut Page 62 Monday, June 23, 2008 8:05 AM
Functies en bedieningsorganen van het navigatiesysteem • Als u uw zoekopdracht naar faciliteiten wilt beperken tot een specifiek type of categorie, raak dan de toets CATEGORY (categorie) aan. Selecteer een categorie en daarna de gewenste subcategorie. Het systeem geeft een lijst met beschikbare faciliteiten weer. Wanneer de lijst met beschikbare faciliteiten voor de geselecteerde categorie nog te lang is, dan kunt u de naam van de faciliteit invoeren.
. . . 62
Er verschijnt een alfanumeriek toetsenpaneel. Voer een faciliteit in met behulp van het alfabetisch toetsenpaneel. Zie "Alfanumerieke toetsenpaneel" voor meer informatie.
• Als u de plaats weet waar de faciliteit zich bevindt, raak dan de toets CITY (plaats) aan. Wanneer u dit item selecteert, verschijnt het volgende menu: - ANY CITY (elke plaats) Selecteer deze optie om terug te gaan naar het invoerscherm voor de faciliteit. - 5 NEAREST CITIES (5 dichtstbijzijnde plaatsen) Selecteer deze optie om een plaats te selecteren uit een lijst met de vijf plaatsen die zich het dichtst bij uw huidige locatie bevinden.
09euSTSNav.dut Page 63 Monday, June 23, 2008 8:05 AM
Hoofdstuk 3 - INPUT CITY NAME (plaatsnaam invoeren) Selecteer deze optie om de plaatsnaam in te voeren met behulp van het lettertoetsenpaneel. Er verschijnt een alfanumeriek toetsenpaneel. Zie "Alfanumerieke toetsenpaneel" voor meer informatie. Het systeem toont automatisch een lijst wanneer het aantal gevonden mogelijkheden vier of minder is.
- LAST 5 CITIES (laatste vijf plaatsen) Selecteer deze optie om een plaats te selecteren uit een lijst met de namen van de laatste vijf plaatsen die het systeem heeft gebruikt. Selecteer de gewenste plaatsnaam uit de lijst die het systeem geeft. Voer een faciliteit in met behulp van het alfabetisch toetsenpaneel. Zie "Alfanumerieke toetsenpaneel" voor meer informatie.
Wanneer een faciliteit of een stadsnaam wordt ingevoerd, wordt de toets LIST (lijst) beschikbaar zodra er lijst met gegevens is gevonden. Raak de toets LIST aan om de lijst te bekijken of voer meer informatie in zodat de lijst kleiner wordt. Het systeem toont automatisch een lijst wanneer het aantal gevonden mogelijkheden vier of minder is. Selecteer de gewenste locatie uit de lijst. Er wordt een kaart met de bestemming weergegeven. Zie "Met uw route beginnen" voor meer informatie.
63 . . .
–
–
–
09euSTSNav.dut Page 64 Monday, June 23, 2008 8:05 AM
Functies en bedieningsorganen van het navigatiesysteem
T.
Route Preference
UR
CH
RD LL DA N RA
LN
N CLIFTON WOOD BRISTOL GLEROAD, RD CR UE EV LL BE
. . . 64
10:26
97.1 MHz
OD WO ON IFT CL
BRA V AST ALE
CH
Met deze optie kunt u een bestemming kiezen door over de kaart te schuiven. Zo gebruikt u deze invoermethode voor de bestemming: 1. Druk op de harde toets ROUTE om het scherm DESTINATION ENTRY (bestemming invoeren) te openen. 2. Raak het pictogram aan. Op het scherm zal een kaart verschijnen en de huidige plaats van uw auto wordt weergegeven. 3. Gebruik het schuifsymbool en de functie voor in- en uitzoomen om de gewenste bestemming op de kaart te vinden. Zie de "Mapschalen" voor meer informatie.
FM
EL ’S W OB AC
Invoermethode voor bestemmingen: Over de kaart schuiven
T. A.
SOU ARGYL PL
NW
CLIFTO
200m
OA D 4. Tik op het kaartscherm op de locatie van de gewenste bestemming. De bestemming wordt op de kaart gemarkeerd.
Zie "Met uw route beginnen" voor meer informatie.
09euSTSNav.dut Page 65 Monday, June 23, 2008 8:05 AM
Hoofdstuk 3 Invoermethode voor bestemmingen: Kruising
97.1 MHz
FM
Rear Seat
ST
10:26
INTERSECTION 1st St.
Input first Street Name
–
****
2nd St. A
B
C
D
E
F
G
H
I
J
K
L
M
N
O
P
Q
R
S
T
U
V
W
X
Y
Z
]
Met deze functie kunt u een bestemming selecteren door de kruisende wegen waarop u wilt reizen in te voeren. Ga als volgt te werk om een kruising in te voeren: 1. Druk op de harde toets ROUTE om het scherm DESTINATION ENTRY (bestemming invoeren) te openen.
–
&
Others
2. Raak het pictogram
aan.
Sym.
–
–
List
Het systeem gaat naar het scherm Kruising.
65 . . .
09euSTSNav.dut Page 66 Monday, June 23, 2008 8:05 AM
Functies en bedieningsorganen van het navigatiesysteem
. . . 66
97.1 MHz
FM
Rear Seat
ST
10:26
INTERSECTION 1st St.
Input first Street Name
****
2nd St. A
B
C
D
E
F
G
H
I
J
K
L
M
N
O
P
Q
R
S
T
U
V
W
X
Y
Z
]
3. Voer de naam van de eerste straat op de kruising in met behulp van het alfabetische toetsenpaneel. Zie "Alfanumerieke toetsenpaneel" voor meer informatie. Nadat u de informatie heeft ingevoerd, zoekt het systeem automatisch naar beschikbare namen. Terwijl u een naam invoert, wordt de toets LIST (List) beschikbaar als er selecteerbare namen zijn. Het aantal beschikbare mogelijkheden in de lijst wordt rechts van het invoerveld weergegeven. Raak de toets LIST aan om de lijst te bekijken of voer meer informatie in zodat de lijst kleiner wordt. Het systeem toont automatisch een lijst wanneer het aantal gevonden mogelijkheden vier of minder is. Selecteer de straatnaam uit de lijst.
–
&
Others
4. Voer met behulp van het alfabetische toetsenpaneel de naam van de tweede straat in. Selecteer de straatnaam uit de lijst.
Sym.
List
Er wordt een kaart met de bestemming weergegeven. Zie "Met uw route beginnen" voor meer informatie.
09euSTSNav.dut Page 67 Monday, June 23, 2008 8:05 AM
Hoofdstuk 3 Invoermethode voor bestemmingen: Postcode
97.1 MHz
FM
10:26
ST
ZIP CODE –
Input Zip Code 1
2
3
4
5
6
7
8
A
B
C
D
E
F
G
H
I
J
K
L
M
N
O
P
Q
R
S
T
U
V
W
X
Y
Z
]
Met deze optie kunt u bestemming invoeren met behulp van een postcode. Zo gebruikt u deze invoermethode voor de bestemming: 1. Druk op de harde toets ROUTE om het scherm DESTINATION ENTRY (bestemming invoeren) te openen. 2. Raak het pictogram aan. Het systeem gaat naar het scherm Postcode. 3. Voer de postcode in met het cijfertoetsenpaneel.
4. Raak de toets OK aan. Er wordt een kaart met de bestemming weergegeven.
9
0 –
–
OK
Zie "Met uw route beginnen" voor meer informatie.
67 . . .
09euSTSNav.dut Page 68 Monday, June 23, 2008 8:05 AM
Functies en bedieningsorganen van het navigatiesysteem Invoermethode voor bestemmingen: Oprit/afrit snelweg 97.1 MHz
FM
10:26
FREEWAY ENT/EXIT Freeway
Input Freeway Name
738
Ent./Exit A
B
C
D
E
F
G
H
I
J
K
L
M
N
O
P
Q
R
S
T
U
V
W
X
Y
Z
–
&
Others
2. Raak het pictogram aan. Het systeem opent het scherm Oprit/afrit snelweg.
. . . 68
Rear Seat
ST
]
U kunt een oprit of afrit van een snelweg als bestemming selecteren. Zo gebruikt u deze invoermethode voor de bestemming: 1. Druk op de harde toets ROUTE om het scherm DESTINATION ENTRY (bestemming invoeren) te openen.
Sym.
List
3. Wanneer deze optie nog niet is geselecteerd, raak dan de toets FREEWAY (snelweg) aan.
09euSTSNav.dut Page 69 Monday, June 23, 2008 8:05 AM
Hoofdstuk 3 4. Voer met behulp van het lettertoetsenpaneel de naam van de snelweg in. Snelwegen kunnen een naam en een nummer hebben. Het kan zijn dat u naar deze naam of dit nummer moet verwijzen wanneer u de snelweginformatie invoert. Er wordt ook naar snelwegen verwezen met hun afgekorte naam. Autobahn 81 wordt bijvoorbeeld geselecteerd door A81 in te voeren. Gebruik waar van toepassing afkortingen. Zie "Alfanumerieke toetsenpaneel" voor meer informatie. Nadat u de informatie heeft ingevoerd, zoekt het systeem automatisch naar beschikbare namen. Terwijl u een naam invoert, wordt de toets LIST (List) beschikbaar als er selecteerbare namen zijn.
Het aantal beschikbare mogelijkheden in de lijst wordt rechts van het invoerveld weergegeven. Raak de toets LIST aan om de lijst te bekijken of voer meer informatie in zodat de lijst kleiner wordt. Het systeem toont automatisch een lijst wanneer het aantal gevonden mogelijkheden vier of minder is. 5. Selecteer een snelweg uit de lijst. 6. De opties ENTRANCE (oprit) of EXIT (afrit) worden weergegeven. Selecteer ENTRANCE om de oprit naar de snelweg te selecteren of kies EXIT om de afrit van de snelweg te selecteren.
7. Het systeem geeft een lijst weer met alle opritten en afritten van de snelweg die u heeft ingevoerd. De lijst kan op naam of op afstand vanaf de huidige locatie worden gesorteerd. Opmerking: - Wanneer het systeem geen lijst kan geven, moet u misschien de naam van de oprit of afrit van de snelweg met het toetsenpaneel invoeren. 8. Selecteer de gewenste op- of afrit voor de snelweg. Er wordt een kaart met de bestemming weergegeven. Zie "Met uw route beginnen" voor meer informatie.
69 . . .
–
–
–
09euSTSNav.dut Page 70 Monday, June 23, 2008 8:05 AM
Functies en bedieningsorganen van het navigatiesysteem Invoermethode voor bestemmingen: Geheugenpunt Via dit menu kunt u een bestemming selecteren door een geheugenpunt (een bestemming uit het geheugen) te kiezen. Zo gebruikt u deze invoermethode voor de bestemming: 1. Druk op de harde toets ROUTE om het scherm DESTINATION ENTRY (bestemming invoeren) te openen.
. . . 70
2. Raak het pictogram aan. Het scherm Geheugenpunten geeft de volgende categorieën met geheugenpunten weer: - PERSONAL (privé) - BUSINESS (zakelijk) - ENTERTAINMENT (amusement) - MARKED POINT (gemarkeerd punt) 3. Selecteer de categorie waarin het geheugenpunt moet worden opgeslagen. Het systeem geeft de geheugenpunten die in de geselecteerde categorie zijn opgeslagen. De geheugenpunten kunnen op datum, naam, afstand of pictogram worden gesorteerd.
4. Selecteer de gewenste bestemming uit de lijst met geheugenpunten. Er wordt een kaart met de bestemming weergegeven. Zie "Met uw route beginnen" voor meer informatie.
09euSTSNav.dut Page 71 Monday, June 23, 2008 8:05 AM
Hoofdstuk 3 Invoermethode voor bestemmingen: Vorige bestemming Met deze functie kunt u één van de laatste 100 bestemmingen die u in het systeem heeft ingevoerd als bestemming selecteren. Zo gebruikt u deze invoermethode voor de bestemming: 1. Druk op de harde toets ROUTE om het scherm DESTINATION ENTRY (bestemming invoeren) te openen. 2. Raak het pictogram aan. Het systeem gaat naar het scherm Vorige bestemming. 3. U kunt PREVIOUS START POINT (vorige beginpunt) selecteren of u kunt met de pijltjes omhoog en omlaag de lijst met vorige bestemming weergeven.
FM
97.1 MHz
ST
10:26
PREVIOUS DEST. –
Previous Start Point 1 60 HYDE PARK GATE, LONDON
–
2 4 SHERATON STREET, SOHO, LONDON –
Sort by - Wanneer u PREVIOUS START POINT selecteert, plant het systeem een route naar het beginpunt van de laatst ingevoerde route.
Name
Date
- Wanneer u een bestemming uit de lijst wilt kiezen, kunt u de lijst op naam of op datum sorteren.
71 . . .
09euSTSNav.dut Page 72 Monday, June 23, 2008 8:05 AM
Functies en bedieningsorganen van het navigatiesysteem Wanneer u een bestemming heeft geselecteerd, wordt er een kaart met de bestemming weergegeven. Zie "Met uw route beginnen" voor meer informatie. Het geheugen met vorige bestemmingen laat u niet weten wanneer u meer dan 100 bestemmingen heeft opgeslagen. Het systeem zal de langst opgeslagen bestemming verwijderen en de meest recente aan de lijst toevoegen. Zie voor het verwijderen van vorige bestemmingen "Opgeslagen locaties" verderop in dit hoofdstuk.
FM
97.1 MHz
10:26
COORDINATES N
S
LONG. W
E
LAT.
Input latitude
1
2
3
4
5
6
7
8
9
0
Invoermethoden voor bestemmingen: Coördinaten Met deze optie kunt u een bestemming selecteren door de breedte- en lengtegraad in te voeren.
. . . 72
° ,
OK
Zo gebruikt u deze invoermethode voor de bestemming: 1. Druk op de harde toets ROUTE om het scherm DESTINATION ENTRY (bestemming invoeren) te openen.
09euSTSNav.dut Page 73 Monday, June 23, 2008 8:05 AM
Hoofdstuk 3 2. Raak het pictogram aan. Het systeem gaat naar het scherm Coördinaten. 3. Raak N (noord) of S (zuid) naast LAT (breedtegraad) aan om de breedtegraad in te voeren. 4. Voer de coördinaat van de breedtegraad in met het cijfertoetsenpaneel. Wanneer er geldige coördinaten zijn ingevoerd, gaat de toets OK branden.
5. Wanneer deze brandt, raak dan de toets OK aan. Nu moet u de lengtegraad in kunnen voeren. 6. Raak E (oost) of W (west) naast LONG (lengtegraad) aan om de lengtegraad in te voeren. 7. Voer de coördinaat van de lengtegraad in met het cijfertoetsenpaneel. 8. Raak de toets OK aan. Er wordt een kaart met de bestemming weergegeven.
Zie "Met uw route beginnen" voor meer informatie. Wanneer de coördinaten buiten het bereik van de kaart vallen, geeft het systeem aan dat er geen informatie over die locatie beschikbaar is.
–
–
–
73 . . .
09euSTSNav.dut Page 74 Monday, June 23, 2008 8:05 AM
Functies en bedieningsorganen van het navigatiesysteem
1
2
3
4
5
Invoermethode voor bestemmingen: Voorkeurbestemming Met deze optie kunt u een bestemming selecteren uit een lijst met vijf eerder opgeslagen bestemmingen. Elke voorkeurbestemming wordt opgeslagen onder één van de genummerde aanraaktoetsen onderin het scherm Bestemming invoeren. Raak de bijbehorende voorkeurtoets aan om een voorkeurbestemming te selecteren.
. . . 74
Opmerking: U kunt ook een ingestelde bestemming selecteren met de spraakherkenningsfunctie van het navigatiesysteem. Zie hoofdstuk 5 voor informatie over de functie spraakherkenning.
Er wordt een kaart met de bestemming weergegeven. U zult merken dat terwijl het voertuig rijdt alleen de invoermethoden "Voorkeurbestemming" en "Thuis" beschikbaar zijn. De andere invoermethoden voor bestemmingen zijn niet beschikbaar wanneer het voertuig rijdt. Wanneer er geen voorkeurbestemmingen zijn opgeslagen, is deze invoermethode voor bestemmingen niet beschikbaar. Zie voor het opslaan, bewerken of verwijderen van een voorkeurbestemming "Voorkeurbestemming" onder "Opgeslagen locaties" verderop in dit hoofdstuk. Zie "Met uw route beginnen" voor meer informatie.
09euSTSNav.dut Page 75 Monday, June 23, 2008 8:05 AM
Hoofdstuk 3
1
2
3
4
5
Invoermethode voor bestemmingen: Thuisbestemming Met deze functie kunt u een route plannen naar één eerder opgeslagen bestemming, welke u geselecteerd heeft als een 'thuis'bestemming. Zo gebruikt u deze invoermethode voor de bestemming: 1. Druk op de harde toets ROUTE om het scherm DESTINATION ENTRY (bestemming invoeren) te openen.
2. Raak de toets (thuis) aan. Er wordt een kaart met de bestemming weergegeven. U kunt ook de thuisbestemming selecteren met de spraakherkenningsfunctie van het navigatiesysteem. Zie hoofdstuk 5 voor informatie over de functie spraakherkenning. U zult merken dat terwijl het voertuig rijdt alleen de invoermethoden "Voorkeurbestemming" en "Thuis" beschikbaar zijn. De andere invoermethoden voor bestemmingen zijn niet beschikbaar wanneer het voertuig rijdt.
Wanneer er geen thuisbestemming is opgeslagen, is deze invoermethode voor bestemmingen niet beschikbaar. Zie voor het opslaan, bewerken of verwijderen van de thuisbestemming "Opgeslagen locaties" verderop in dit hoofdstuk: Zie "Met uw route beginnen" voor meer informatie.
–
–
–
75 . . .
09euSTSNav.dut Page 76 Monday, June 23, 2008 8:05 AM
Functies en bedieningsorganen van het navigatiesysteem
FM
10:26
97.1 MHz T.
Route Preference
UR
CH
CR UE EV LL BE
RD LL DA N RA
LN
N CLIFTON WOOD BRISTOL GLEROAD, RD OD WO ON IFT CL
Wanneer u een locatie heeft ingevoerd met een van de invoermethoden voor bestemmingen, wordt er een kaart weergegeven met de locatie.
EL ’S W OB AC
■ MET UW ROUTE BEGINNEN
CH
BRA V AST ALE
T. A.
SOU ARGYL PL
NW
CLIFTO
200m
OA D
Op dit kaartscherm zijn de volgende instellingen voor routeplanning beschikbaar:
. . . 76
•
of Met deze aanraaktoetsen kunt u de locatie instellen als eindbestemming of als een tussenstop (een stop onderweg naar de eindlocatie).
09euSTSNav.dut Page 77 Monday, June 23, 2008 8:05 AM
Hoofdstuk 3 Raak aan om de locatie als uw eindbestemming in te stellen. - Wanneer u het bestemmingssymbool aanraakt, begint het systeem de route te berekenen. Wanneer u uw routevoorkeuren wilt aanpassen, moet u dat eerst doen, voordat u het bestemmingssymbool selecteert.
Raak om de locatie als een tussenstop in te stellen. Zie "Bestemming en tussenstops" onder "Opgeslagen locaties" later in dit hoofdstuk voor meer informatie. U kunt de routebegeleiding starten door een eindbestemming in te voeren.
• ROUTE PREFERENCE (routevoorkeuren) Raak deze toets aan wanneer u de toegestane reismethoden wilt wijzigen. Zie "Routevoorkeuren" onder "Route-opties" verderop in dit hoofdstuk voor meer informatie. Wanneer uw routevoorkeuren naar wens zijn aangepast en er een eindbestemming is ingesteld, gaat het systeem de route berekenen. Er wordt een nieuw kaartscherm geopend.
77 . . .
–
–
–
09euSTSNav.dut Page 78 Monday, June 23, 2008 8:05 AM
Functies en bedieningsorganen van het navigatiesysteem Op dit kaartscherm zijn de volgende instellingen voor routeplanning beschikbaar: • CHG. ROUTE (route wijzigen) Deze toets wordt op het kaartscherm weergegeven nadat er een bestemming is ingesteld. Raak deze toets aan om het menu met route-opties te openen. Zie "Route-opties" verderop in dit hoofdstuk voor meer informatie. • 3ROUTES (3 routes) Deze toets wordt op het kaartscherm weergegeven nadat er een bestemming is ingesteld. Wanneer u deze toets aanraakt, geeft het systeem maximaal drie mogelijke routes naar uw bestemming weer: Zie "Drie routes" verderop in dit hoofdstuk voor meer informatie.
. . . 78
FM
97.1 MHz
10:26 Quick
LEIGH WOODS
BRISTOL HOT WELLS
29
km
21
hr min
BE OM
BEDMINSTER 1k
Chg.route
• GUIDE (begeleiding) Deze toets wordt op het scherm weergegeven nadat er een route is berekend.
Total 3routes
29km ANE
L Guide EditNS JOH
Raak GUIDE (begeleiding) aan om de berekende route in te stellen en met de routebegeleiding te beginnen.
09euSTSNav.dut Page 79 Monday, June 23, 2008 8:05 AM
Hoofdstuk 3 Drie Routes Wanneer u de toets 3ROUTES op het kaartscherm aanraakt, geeft het systeem maximaal drie mogelijke routes naar uw bestemming weer: • QUICK (snel) • NORMAL (normaal) • SHORT (kort) De kaart geeft elke route in een andere kleur weer.
FM
ST
97.1 MHz
NETHERLANDS BELGIUM
10:26 Info. –
GERMANY Quick 1143km 11h 50m SWITZERLANDNormal 1410km 14h 35m FRANCE
–
Short 993km 10h 34m
–
256k 32k
Het systeem geeft het totaal aantal kilometers en geschatte reistijd voor elke route aan.
Raak INFO. (informatie) aan om meer informatie over elke route te zien.
79 . . .
09euSTSNav.dut Page 80 Monday, June 23, 2008 8:05 AM
Functies en bedieningsorganen van het navigatiesysteem De volgende informatie wordt op het scherm INFO FOR 3 ROUTES (informatie voor drie routes) weergegeven: geschatte reistijd afstand in rechte lijn naar bestemming afstand afgelegd op tolwegen afstand afgelegd op snelwegen 1
FM
97.1 MHz
10:26
INFO FOR 3 ROUTES Quick
Normal
Short
11h 40m 1130km
14h 58m 1451km
10h 19m 985km
0.0km 1125km
0.322km 1446km
211km 956km
0.0km 0.0km
0.0km 0.0km
0.0km 0.0km
5
10
afstand afgelegd per veerboot afstand afgelegd per trein
. . . 80
Raak aan om terug te keren naar het vorige scherm. Raak QUICK, NORMAL of SHORT aan om de gewenste route te selecteren.
09euSTSNav.dut Page 81 Monday, June 23, 2008 8:05 AM
Hoofdstuk 3 ■ NAVIGATION MENU (NAVIGATIE) Op het scherm NAV. MENU (navigatiemenu) kunt u alle routebegeleidingsfuncties van het navigatiescherm instellen.
FM
97.1 MHz
ST
10:26
NAV. MENU –
–
Change route
Memory Points
RDS-TMC –
Om dit menu te openen, gaat u als volgt te werk: 1. Druk op de toets om het navigatiekaartscherm te openen.
2. Raak de toets MENU (menu) aan.
81 . . .
09euSTSNav.dut Page 82 Monday, June 23, 2008 8:05 AM
Functies en bedieningsorganen van het navigatiesysteem Op dit scherm zijn de volgende touch sensitive toetsen beschikbaar: • CHANGE ROUTE (route wijzigen) Selecteer deze optie om de methoden voor uw routeplanning aan te passen. Het scherm ROUTE OPTIONS (route-opties) wordt weergegeven. Zie "Route-opties" voor meer informatie.
. . . 82
•
MEMORY POINTS (geheugenpunten) Selecteer deze optie voor het opslaan, bewerken of verwijderen van verschillende bestemmingen of locaties. Het scherm STORED LOCATIONS (opgeslagen locaties) wordt weergegeven. Zie "Opgeslagen locaties" voor meer informatie.
•
RDS-TMC (radiodatasysteem - verkeersberichtenkanaal) Selecteer deze optie om de functie Verkeersberichtenkanaal van het radiodatasysteem te gebruiken. Zie "RDS-TMC (radiodatasysteem - verkeersberichtenkanaal)" verderop in dit hoofdstuk voor meer informatie.
09euSTSNav.dut Page 83 Monday, June 23, 2008 8:05 AM
Hoofdstuk 3 ■ ROUTE-OPTIES Selecteer dit menu om de methoden voor uw routeplanning aan te passen. Open het menu met de toets CHG. ROUTE (route wijzigen) wanneer het op het kaartscherm wordt weergegeven of ga als volgt te werk: 1. Druk op de toets om het navigatiekaartscherm te openen. 2. Raak de toets MENU (menu) aan.
97.1 MHz FM ROUTE OPTIONS
ST
Rear Seat
10:26 –
Search condition
Detour
Route Pref.
Dest. & Way Pt.
Display route
Route Preview
Calculate
3. Raak de toets CHANGE ROUTE (route wijzigen) aan.
–
–
Cancel Guidance
Het scherm ROUTE OPTIONS (route-opties) wordt weergegeven.
83 . . .
09euSTSNav.dut Page 84 Monday, June 23, 2008 8:05 AM
Functies en bedieningsorganen van het navigatiesysteem Op dit scherm zijn de volgende touch sensitive toetsen beschikbaar: Let op: de beschikbaarheid van deze opties hangt ervan af of er een route wordt gepland of dat er een geplande route wordt gereden. • SEARCH CONDITN (zoekvoorwaarde) Met deze functie kunt u de methoden voor het plannen van een route die tussen elke tussenstop en tussen de laatste tussenstop en de eindbestemmingen worden gebruikt wijzigen en variëren. Zie "Zoekvoorwaarde" verderop in dit hoofdstuk voor meer informatie.
. . . 84
97.1 MHz FM ROUTE OPTIONS
Rear Seat
10:26
Search condition
Detour
Route Pref.
Dest. & Way Pt.
Display route
Route Preview
Calculate
•
ST
DETOUR (omweg) Met deze functie kunt u een omweg maken rond een probleemgebied terwijl u volgens een geplande route reist.
Cancel Guidance
Zie "Omweg" verderop in dit hoofdstuk voor meer informatie.
09euSTSNav.dut Page 85 Monday, June 23, 2008 8:05 AM
Hoofdstuk 3 •
ROUTE PREF. (routevoorkeuren) Met deze functie kunt u selecteren welke reismethode het navigatiesysteem kan gebruiken bij het berekenen van een route. Zie "Routevoorkeuren" verderop in dit hoofdstuk voor meer informatie. • DEST. & WAY PT. (bestemming en tussenstops) Met deze functie kunt u routepunten toevoegen, aanpassen en wissen. Dit zijn bestemmingen die u op een route naar uw eindbestemming kunt instellen. Zie "Bestemming en tussenstops" onder "Opgeslagen locaties" later in dit hoofdstuk voor meer informatie.
•
DISPLAY ROUTE (route weergeven) Met deze functie kunt u de volledige geplande route op het kaartscherm zien. Zie "Route weergeven" verderop in dit hoofdstuk voor meer informatie. • ROUTE PREVIEW (voorbeeld van de route) Met deze functie kunt u een voorbeeld van de volledige geplande route zien, door de route bladeren en de route bewerken. Zie "Voorbeeld van de route" verderop in dit hoofdstuk voor meer informatie.
• CALCULATE (berekenen) Raak deze toets aan om een route te berekenen met de geselecteerde bestemming en opties voor routeplanning. Wanneer de route is berekend, wordt er een kaartscherm weergegeven. Raak GUIDE (begeleiding) aan om de berekende route in te stellen en met de routebegeleiding te beginnen of raak CHG. ROUTE (route wijzigen) aan om terug te keren naar het scherm Route-opties. • CANCEL GUIDANCE (begeleiding annuleren) Raak deze toets aan wanneer u de huidige route wilt annuleren.
85 . . .
–
–
–
09euSTSNav.dut Page 86 Monday, June 23, 2008 8:05 AM
Functies en bedieningsorganen van het navigatiesysteem Zoekvoorwaarde Met deze functie kunt u de methoden voor het plannen van een route die tussen elke tussenstop en tussen de laatste tussenstop en de eindbestemmingen worden gebruikt wijzigen en variëren.
FM
97.1 MHz
10:26
ST
SEARCH CONDITION
17 KRIBBESTRAAT, ELSENES Quick 1
Short
17 KRIBBESTRAAT, ELSENE, ELS Quick
Normal
Short
Current Position Calculate Open deze functie door de volgende toets op het scherm ROUTE OPTIONS (route-opties) aan te raken:
. . . 86
•
SEARCH CONDITN (zoekvoorwaarde)
09euSTSNav.dut Page 87 Monday, June 23, 2008 8:05 AM
Hoofdstuk 3 Het scherm SEARCH CONDITION (zoekvoorwaarde) wordt weergegeven. Op dit scherm staat een gesorteerde lijst met opgeslagen tussenstops en de bestemming van uw huidige route. Wanneer een pijl omhoog of omlaag op het scherm oplicht, kunt u deze aanraken om omhoog of omlaag door de lijst met locaties te bladeren. U kunt tussen elke locatie in de lijst een methode voor routeplanning selecteren.
De volgende methoden voor routeplanning kunnen beschikbaar zijn: • QUICK (snel) De snelste route is de route met kortste geschatte rijtijd. • NORMAL (normaal) • SHORT (kort) Het systeem bepaalt de kortste route op basis van de kortste afstand.
Wanneer de gewenste methoden voor routeplanning zijn geselecteerd, raak dan CALCULATE (berekenen) aan om de route te berekenen. –
–
–
87 . . .
09euSTSNav.dut Page 88 Monday, June 23, 2008 8:05 AM
Functies en bedieningsorganen van het navigatiesysteem Omweg Met deze functie kunt u een omweg maken rond een probleemgebied terwijl u volgens een geplande route reist. Open deze functie door de volgende toets op het scherm ROUTE OPTIONS (route-opties) aan te raken: • DETOUR (omweg) Het scherm DETOUR (omweg) wordt weergegeven.
FM
97.1 MHz
ST
10:26
DETOUR
1km
3km
5km
Whole Route
Selecteer de gewenste afstand voor de omweg door de bijbehorende toets op het scherm aan te raken.
. . . 88
Rear Seat
Wanneer u een omweg rondom de volledige geplande route wilt maken, raak dan WHOLE ROUTE (volledige route) aan.
09euSTSNav.dut Page 89 Monday, June 23, 2008 8:05 AM
Hoofdstuk 3 Routevoorkeuren Met deze functie kunt u selecteren welke reismethode het navigatiesysteem kan gebruiken (op basis van de informatie in het systeem en de informatie op de kaart-dvd) bij het berekenen van een route: • grote wegen • wegen met tijdbeperking • autotreinen • tolwegen • veerboten Open deze functie door de volgende toets op het scherm ROUTE OPTIONS (route-opties) aan te raken: • ROUTE PREF. (routevoorkeuren) Het scherm ROUTE PREFERENCES (routevoorkeuren) wordt weergegeven.
FM
97.1 MHz
ST
10:26
ROUTE PREFERENCES –
Allow Major roads
Allow Toll Road
Allow Time Restricted Road
Allow Ferry
–
–
Allow car train
Calculate
Opmerking: U kunt het scherm Routevoorkeuren direct vanaf het kaartscherm openen dat wordt weergegeven nadat u een bestemming heeft ingevoerd.
Zie "Met uw route beginnen" voor meer informatie.
89 . . .
09euSTSNav.dut Page 90 Monday, June 23, 2008 8:05 AM
Functies en bedieningsorganen van het navigatiesysteem Op dit scherm zijn de volgende touch sensitive toetsen beschikbaar: • ALLOW MAJOR ROADS (grote wegen toestaan) Druk op deze toets om deze functie in en uit te schakelen. Schakel deze functie in wanneer u wilt dat het navigatiesysteem snelwegen gebruikt bij het berekenen van een route.
FM
97.1 MHz
ST
10:26
ROUTE PREFERENCES Allow Major roads
Allow Toll Road
Allow Time Restricted Road
Allow Ferry
Allow car train
Calculate
• ALLOW TIME RESTRICTED ROADS (wegen met tijdsbeperking toestaan) Druk op deze toets om deze functie in en uit te schakelen.
. . . 90
Schakel deze functie in wanneer u wilt dat het navigatiesysteem wegen met tijdbeperking gebruikt bij het berekenen van een route.
09euSTSNav.dut Page 91 Monday, June 23, 2008 8:05 AM
Hoofdstuk 3 • ALLOW CAR TRAIN (autotrein toestaan) Druk op deze toets om deze functie in en uit te schakelen. Schakel deze functie in wanneer u wilt dat het navigatiesysteem de autotrein gebruikt bij het berekenen van een route.
• ALLOW TOLL ROAD (tolwegen toestaan) Druk op deze toets om deze functie in en uit te schakelen. Schakel deze functie in wanneer u wilt dat het navigatiesysteem tolwegen gebruikt bij het berekenen van een route. • ALLOW FERRY (veerboot toestaan) Druk op deze toets om deze functie in en uit te schakelen. Schakel deze functie in wanneer u wilt dat het navigatiesysteem veerboten gebruikt bij het berekenen van een route.
De volgende aanraaktoetsen zijn beschikbaar in dit scherm: • CALCULATE (berekenen) • (vorige) Raak als er een bestemming is ingesteld een van deze toetsen aan om een route te berekenen met de geselecteerde bestemming en opties voor routeplanning.
–
–
–
91 . . .
09euSTSNav.dut Page 92 Monday, June 23, 2008 8:05 AM
Functies en bedieningsorganen van het navigatiesysteem Bestemming en tussenstops Met deze functie kunt u routepunten toevoegen, aanpassen en wissen. Dit zijn bestemmingen die u op een route naar uw eindbestemming kunt instellen. Het systeem laat u tot vijf routepunten instellen, exclusief uw eindbestemming. Open het menu als volgt: • Raak de toets DEST. & WAY PT. (Bestemming en tussenstop) op het scherm ROUTE OPTIONS (route-opties) aan.
FM
97.1 MHz
Rear Seat
10:26
DEST. & WAY POINT Stored Way Points Passed Way Points
: :
0/5 0
Add
Edit
Delete
Del.All
Edit Category
• Raak de toets DEST. & WAY PT. (Bestemming en tussenstops) op het scherm STORED LOCATIONS (opgeslagen locaties) aan.
. . . 92
ST
Het scherm DEST. & WAY POINT (bestemming en tussenstop) wordt weergegeven. Zie "Bestemming en tussenstops" onder "Opgeslagen locaties" later in dit hoofdstuk voor meer informatie.
09euSTSNav.dut Page 93 Monday, June 23, 2008 8:05 AM
Hoofdstuk 3 Route weergeven Met deze functie kunt u de volledige geplande route op het kaartscherm zien. Open deze functie door de volgende toets op het scherm ROUTE OPTIONS (route-opties) aan te raken: • DISPLAY ROUTE (route weergeven)
FM
97.1 MHz
10:26
Route with pref. LEIGH WOODS
GPS
Turn List –
BRISTOL HOT WELLS
23km –
29
km
BE OM BEDMINSTER 64k
Total
–
29km E
NS
JOH
LAN
Het systeem gaan naar de hoofdnavigatiekaart en zoomt uit om de volledige geplande route weer te geven.
93 . . .
09euSTSNav.dut Page 94 Monday, June 23, 2008 8:05 AM
Functies en bedieningsorganen van het navigatiesysteem Wanneer de toets TURN LIST (lijst met afslagen) aanraakt, krijgt u een stap-voor-staplijst met straatnamen, de afstand die u op die weg rijdt en de afslagen die u moet maken tijdens de geplande route.
FM
97.1 MHz
ST
10:26
TURN LIST LEWINS MEAD
Avoid
0.5km
HOTWELL ROAD
Avoid
0.7km
Avoid
CLIFTON VALE Avoid Street 0/10 Wanneer een pijl omhoog of omlaag op het scherm oplicht, kunt u deze aanraken om omhoog of omlaag door de lijst met locaties te bladeren.
. . . 94
Delete
Reroute
Wanneer u een locatie wilt vermijden, raak dan de toets AVOID (vermijden) voor die locatie aan. Raak AVOID opnieuw aan wanneer u de selectie wilt opheffen.
09euSTSNav.dut Page 95 Monday, June 23, 2008 8:05 AM
Hoofdstuk 3 Nadat u AVOID (vermijden) voor elke locatie die u wilt vermijden heeft geselecteerd, raakt u REROUTE (route herberekenen) of (vorige) aan om de route opnieuw te berekenen.
Zo kunt u een te vermijden locatie annuleren nadat de route opnieuw is berekend: 1. Raak de toets DELETE (verwijderen) aan. De lijst met vermeden punten zal verschijnen.
2. Selecteer het te vermijden punt/gebied dat gewist moet worden. Let op: raak DEL. ALL (alles wissen) als u alle vermeden locaties wilt annuleren. Er verschijnt een bevestigingsvenster. Raak YES (ja) aan om de locatie weer in de route op te nemen. Raak NO (nee) om de handeling te annuleren.
–
–
–
95 . . .
09euSTSNav.dut Page 96 Monday, June 23, 2008 8:05 AM
Functies en bedieningsorganen van het navigatiesysteem Voorvertoning van route Met deze functie kunt u een voorbeeld van de volledige geplande route zien, door de route bladeren en de route bewerken. Open deze functie door de volgende toets op het scherm ROUTE OPTIONS (route-opties) aan te raken: • ROUTE PREVIEW (voorbeeld van de route) Er wordt een kaartscherm geopend. Op dit scherm zijn de volgende touch sensitive toetsen beschikbaar: • Raak deze toets aan om de eerder gemarkeerde locatie over te slaan.
. . . 96
FM
97.1 MHz
ST
Rear Seat
10:26
Route preview (Next Dest. or WP)
BRISTOL
IGH WOODS
HOT WELLS
1.8
km
BEDMINSTER 200m
E
Edit S LAN
OHN
J
De eerder gemarkeerde locatie kan het beginpunt, een tussenstop of een faciliteit zijn, afhankelijk van de stand die op het scherm EDIT ROUTE PREVIEW (voorvertoning van route bewerken) werd geselecteerd.
Zie "Voorvertoning van route" verderop in dit hoofdstuk voor meer informatie.
09euSTSNav.dut Page 97 Monday, June 23, 2008 8:05 AM
Hoofdstuk 3 •
• Raak deze toets kort aan om terug in de route te bladeren naar de eerder gemarkeerde locatie. De eerder gemarkeerde locatie kan het beginpunt, een tussenstop of een faciliteit zijn, afhankelijk van de stand die op het scherm EDIT ROUTE PREVIEW (voorvertoning van route bewerken) werd geselecteerd. Zie "Voorvertoning van route" verderop in dit hoofdstuk voor meer informatie. Raak de toets herhaaldelijk aan om de bladersnelheid te verhogen of te verlagen.
• Raak deze toets aan de bladerfunctie te onderbreken. Raak of aan om opnieuw de bladerfunctie te starten.
Raak deze toets kort aan om voorwaarts in de route te bladeren naar de volgende gemarkeerde locatie. De volgende gemarkeerde locatie kan de eindbestemming, een tussenstop of een faciliteit zijn, afhankelijk van de stand die op het scherm EDIT ROUTE PREVIEW (voorvertoning van route bewerken) werd geselecteerd. Zie "Voorvertoning van route" verderop in dit hoofdstuk voor meer informatie. Raak de toets herhaaldelijk aan om de bladersnelheid te verhogen of te verlagen.
97 . . .
–
–
–
09euSTSNav.dut Page 98 Monday, June 23, 2008 8:05 AM
Functies en bedieningsorganen van het navigatiesysteem • Raak deze toets aan om de volgende gemarkeerde locatie over te slaan. De volgende gemarkeerde locatie kan de eindbestemming, een tussenstop of een faciliteit zijn, afhankelijk van de stand die op het scherm EDIT ROUTE PREVIEW (voorvertoning van route bewerken) werd geselecteerd. Zie "Voorvertoning van route" verderop in dit hoofdstuk voor meer informatie.
. . . 98
• EDIT (bewerken) Raak deze toets aan om het scherm EDIT ROUTE PREVIEW (voorvertoning van route bewerken) te openen. Op dit scherm kunt u de stand voor gemarkeerde locatie (bestemming/tussenstop of faciliteit) voor de overslaan- en bladerfuncties op het kaartscherm Voorbeeld van route selecteren. Zie "Voorvertoning van route" verderop in dit hoofdstuk voor meer informatie.
Wanneer de stand voor gemarkeerde locatie is ingesteld op "faciliteit" in het scherm voorvertoning van route bewerken en u wilt de volgende of vorige faciliteit overslaan of er naartoe bladeren, dan wordt de volgende toets op het scherm weergegeven: • INFO (informatie) Raak de toets INFO aan om naam, adres, plaatsnaam en telefoonnummer (indien beschikbaar) te bekijken. Wanneer alles naar wens is, raakt u aan om terug te keren naar het scherm Route-opties.
09euSTSNav.dut Page 99 Monday, June 23, 2008 8:05 AM
Hoofdstuk 3 Voorvertoning van route bewerken Raak EDIT (bewerken) op het scherm voorvertoning van route aan om het scherm EDIT ROUTE PREVIEW (voorvertoning van route bewerken) te openen. Op dit scherm kunt u de stand voor gemarkeerde locatie (bestemming/ tussenstop of faciliteit) voor de overslaan- en bladerfuncties op het kaartscherm Voorbeeld van route selecteren. Op dit scherm zijn de volgende touch sensitive toetsen beschikbaar: • TO NEXT DEST. OR WP (naar volgende bestemming of tussenstop) Raak deze toets aan wanneer u wilt dat de overslaan- en bladerfuncties de volgende of vorige bestemming of tussenstop zoeken.
FM
97.1 MHz
ST
Rear Seat
10:26
EDIT ROUTE PREVIEW
To next Dest. or WP
–
To next POI
Delete Petrol Station All Resturants Parking
–
Hospital Golf course
–
Hotel
Others • TO NEXT POI (naar volgende faciliteit) Met deze functie kunt u de overslaan- en bladerfuncties gebruiken om de vorige en volgende faciliteit binnen een gekozen faciliteitcategorie te gebruiken.
De faciliteitcategorieën op dit scherm komen overeen met de categorieën die zijn geselecteerd door de functie Hoofdfaciliteit. Zie "Hoofdfaciliteit selecteren" onder "Instellingen navigatiesysteem" in hoofdstuk 2 voor meer informatie.
99 . . .
09euSTSNav.dut Page 100 Monday, June 23, 2008 8:05 AM
Functies en bedieningsorganen van het navigatiesysteem Wanneer u deze functie wilt gebruiken, raakt u eerst de toets voor de gewenste faciliteitcategorie en daarna de toets TO NEXT POI aan. De overslaan- en bladerfuncties vinden alleen faciliteiten langs de route die in de geselecteerde categorie staan. Raak DELETE (verwijderen) om geen faciliteit te selecteren.
. . . 100
CALCULATE (berekenen) Raak deze toets aan om een route te berekenen met de geselecteerde bestemming en opties voor routeplanning. Wanneer de route is berekend, wordt er een kaartscherm weergegeven. Raak GUIDE (begeleiding) aan om de berekende route in te stellen en met de routebegeleiding te beginnen of raak CHG. ROUTE (route wijzigen) aan om terug te keren naar het scherm Route-opties.
CANCEL GUIDANCE (begeleiding annuleren) Raak deze toets aan wanneer u de huidige route wilt annuleren. Er verschijnt een bevestigingsvenster. • Raak YES (ja) aan om de huidige route te verwijderen. • Raak NO (nee) aan om verder te gaan met de huidige route.
09euSTSNav.dut Page 101 Monday, June 23, 2008 8:05 AM
Hoofdstuk 3 ■ OPGESLAGEN LOCATIES Met dit menu kunt u verschillende bestemmingen of locaties opslaan, categoriseren, bewerken of verwijderen. Om dit menu te openen, gaat u als volgt te werk: 1. Druk op de toets om het navigatiekaartscherm te openen. 2. Raak de toets MENU (menu) aan.
FM
97.1 MHz
ST
Rear Seat
10:26
STORED LOCATIONS –
Memory Points
Avoid Area
Dest. & Way Pt.
Home
Previous Dest.
Preset Dests.
Display Memory Pt. Icons 3. Raak de toets MEMORY POINTS (geheugenpunten) aan.
–
–
Calculate
Het scherm STORED LOCATIONS (opgeslagen locaties) wordt weergegeven.
101 . . .
09euSTSNav.dut Page 102 Monday, June 23, 2008 8:05 AM
Functies en bedieningsorganen van het navigatiesysteem Op dit scherm zijn de volgende touch sensitive toetsen beschikbaar: • MEMORY POINTS (geheugenpunten) Zie voor meer informatie "Geheugenpunten" verderop in dit hoofdstuk. • AVOID AREA (gebied vermijden) Zie voor meer informatie "Gebied vermijden" verderop in dit hoofdstuk.
FM
97.1 MHz
ST
10:26
STORED LOCATIONS
Memory Points
Avoid Area
Dest. & Way Pt.
Home
Previous Dest.
Preset Dests.
Display Memory Pt. Icons •
. . . 102
Rear Seat
DEST. & WAY PT. (bestemming en tussenstop) Zie voor meer informatie "Bestemming en tussenstops" verderop in dit hoofdstuk.
•
Calculate HOME (thuis) Zie "Thuis" verderop in dit hoofdstuk voor meer informatie.
09euSTSNav.dut Page 103 Monday, June 23, 2008 8:05 AM
Hoofdstuk 3 •
PREVIOUS DEST. (vorige bestemming) Zie voor meer informatie "Vorige bestemming" verderop in dit hoofdstuk. • PRESET DESTS. (voorkeurbestemmingen) Zie "Voorkeurbestemmingen" verderop in dit hoofdstuk voor meer informatie.
• DISPLAY MEMORY PT. ICONS (pictogrammen voor geheugenpunten weergeven) Raak deze toets aan om de pictogrammen voor geheugenpunten op de kaart weer te geven. • CALCULATE (berekenen) Raak deze toets aan om met de routeberekening voor de geselecteerde bestemming te beginnen.
•
(vorige) Raak deze toets aan om terug te gaan naar het vorige scherm.
–
–
–
103 . . .
09euSTSNav.dut Page 104 Monday, June 23, 2008 8:05 AM
Functies en bedieningsorganen van het navigatiesysteem GEHEUGENPUNTEN Met dit menu kunt u de geheugenpunten opslaan, bewerken en verwijderen. U kunt maximaal 60 geheugenpunten per bestuurder opslaan. Om dit menu te openen, gaat u als volgt te werk: • Raak de toets MEMORY POINTS (geheugenpunten) op het scherm STORED LOCATIONS (opgeslagen locaties) aan.
FM
ST
97.1 MHz
MEMORY POINTS Stored Memory Points
Rear Seat
:
10:26
0/60
Del.All PERSONAL BUSINESS ENTERTAINMENT MARKED POINT U kunt geheugenpunten voor de volgende categorieën opslaan: • PERSONAL (privé) • BUSINESS (zakelijk) • ENTERTAINMENT (amusement)
. . . 104
• MARKED POINT (gemarkeerd punt) Deze categorienamen kunnen naar wens worden gewijzigd. Zie "Categorienaam bewerken" verderop in dit hoofdstuk.
09euSTSNav.dut Page 105 Monday, June 23, 2008 8:05 AM
Hoofdstuk 3 Geheugenpunten opslaan 1. Raak de toets MEMORY POINTS (geheugenpunten) op het scherm STORED LOCATIONS (opgeslagen locaties) aan. 2. Selecteer één van de categorieën. 3. Raak de toets ADD (toevoegen) aan. 4. Voer een locatie in. Zie "Bestemming invoeren" eerder in dit hoofdstuk voor meer informatie. Er wordt een kaart met de locatie weergegeven.
5. Raak de toets INFO (informatie) aan (als deze beschikbaar is) om de adresinformatie van het geselecteerde punt te bekijken. 6. Raak OK aan om een punt als een geheugenpunt op te slaan.
Het aanpassen van geheugenpunten Met deze functie kunt u de inhoud die in het geheugen staat opgeslagen aanpassen. De volgende items kunnen worden aangepast: • Naam van een geheugenpunt • Categorisering van een geheugenpunt • Naamlabel van een geheugenpunt • Locatie van een geheugenpunt op de kaart • Geheugenpunt-icoon • Telefoonnummer van een geheugenpunt
105 . . .
–
–
–
09euSTSNav.dut Page 106 Monday, June 23, 2008 8:05 AM
Functies en bedieningsorganen van het navigatiesysteem Aanpassen van een geheugenpuntnaam Met deze functie kunt u de naam van een opgeslagen geheugenpunt wijzigen. Ga als volgt te werk om de naam van een item te wijzigen: 1. Raak de toets MEMORY POINTS (geheugenpunten) op het scherm STORED LOCATIONS (opgeslagen locaties) aan.
FM
97.1 MHz
10:26
EDIT MEMORY POINTS
THE BETSEY TROTWOOD 60 HYDE PARK GATE, LONDON 4 SHERATON STREET, SOHO, LONDON
Sort by
Dist.
2. Selecteer de categorie van het geheugenpunt.
. . . 106
ST
Icon
Name
Date
3. Raak de toets EDIT (bewerken) aan. Het scherm EDIT MEMORY POINTS (geheugenpunten bewerken) wordt weergegeven.
09euSTSNav.dut Page 107 Monday, June 23, 2008 8:05 AM
Hoofdstuk 3 4. De geheugenpunten kunnen op datum, naam, afstand of pictogram worden gesorteerd. - Als u de lijst op afstand wilt sorteren, raakt u DIST aan. - Als u de lijst op pictogram wilt sorteren, raakt u ICON aan. - Als u de lijst op naam wilt sorteren, raakt u NAME aan. - Als u de lijst op datum wilt sorteren, raakt u DATE aan.
FM
97.1 MHz
10:26
ST
EDIT MEMORY POINT
Icon Name
Category SOHO
Show Name
Add Nametag Position
–
PERSONAL On
–
Off
LONDON, W1D LAT.N51°10’23” LONG.E4°20’23”
–
Tel. 5. Selecteer het geheugenpunt dat u wilt aanpassen.
Het scherm EDIT MEMORY POINT (geheugenpunt bewerken) wordt weergegeven.
107 . . .
09euSTSNav.dut Page 108 Monday, June 23, 2008 8:05 AM
Functies en bedieningsorganen van het navigatiesysteem 6. Raak de toets NAME (naam) aan. 7. Gebruik het alfabettoetsenpaneel en de backspace om de naam te bewerken. 8. Raak de toets OK aan.
. . . 108
Categorisering van het geheugenpunt Met deze functie kunt u een geheugenpunt van de ene naar de andere categorie verplaatsen. U kunt een geheugenpunt als volgt naar een andere categorie verplaatsen: 1. Raak de toets MEMORY POINTS (geheugenpunten) op het scherm STORED LOCATIONS (opgeslagen locaties) aan. 2. Selecteer de huidige categorie van het geheugenpunt. 3. Raak de toets EDIT (bewerken) aan. Het scherm EDIT MEMORY POINTS (geheugenpunten bewerken) wordt weergegeven.
4. Selecteer het geheugenpunt dat u wilt aanpassen. Het scherm EDIT MEMORY POINT (geheugenpunt bewerken) wordt weergegeven. 5. Raak de toets CATEGORY (categorie) aan. Er verschijnt een lijst met categorieën. 6. Raak de toets voor de categorie waarin het geheugenpunt moet komen aan. Er wordt een melding weergegeven om de wijziging in categorie te bevestigen.
09euSTSNav.dut Page 109 Monday, June 23, 2008 8:05 AM
Hoofdstuk 3 Het naamlabel van een geheugenpunt opslaan/verwijderen U kunt het naamlabel voor een geheugenpunt als volgt opslaan: 1. Raak de toets MEMORY POINTS (geheugenpunten) op het scherm STORED LOCATIONS (opgeslagen locaties) aan. 2. Selecteer de huidige categorie van het geheugenpunt. 3. Raak de toets EDIT (bewerken) aan. Het scherm EDIT MEMORY POINTS (geheugenpunten bewerken) wordt weergegeven.
4. Selecteer het geheugenpunt dat u wilt aanpassen. Het scherm EDIT MEMORY POINT (geheugenpunt bewerken) wordt weergegeven. 5. Raak de toets ADD NAMETAG (naamlabel toevoegen) aan. 6. U hoort "Name Please" (naam). Geef aan wat u het geheugenpunt wilt noemen. Als de naam kort is, wacht dan enkele seconden voordat u de naam zegt.
7. Het systeem herhaalt wat er is opgenomen en daarna wordt u gevraagd het naamlabel te bevestigen. Zeg "Yes" (ja) om te bevestigen. Zeg "No" (nee) om te annuleren. Wanneer een naamlabel is opgeslagen, verandert de toets ADD NAMETAG op het scherm Geheugenpunt bewerken en wordt DEL NAMETAG (naamlabel verwijderen) weergegeven. Raak DEL NAMETAG (naamlabel verwijderen) aan om het naamlabel te verwijderen.
109 . . .
–
–
–
09euSTSNav.dut Page 110 Monday, June 23, 2008 8:05 AM
Functies en bedieningsorganen van het navigatiesysteem Het naamlabel van een geheugenpunt op de kaart weergeven Met de functie SHOW NAME (naam weergeven) op het scherm Geheugenpunt bewerken kunt u het naamlabel van het geheugenpunt op het kaartscherm instellen. 1. Raak de toets MEMORY POINTS (geheugenpunten) op het scherm STORED LOCATIONS (opgeslagen locaties) aan.
. . . 110
2. Selecteer de huidige categorie van het geheugenpunt. 3. Raak de toets EDIT (bewerken) aan. Het scherm EDIT MEMORY POINTS (geheugenpunten bewerken) wordt weergegeven. 4. Selecteer het geheugenpunt dat u wilt aanpassen. Het scherm EDIT MEMORY POINT (geheugenpunt bewerken) wordt weergegeven.
5. Wanneer de naam op het kaartscherm moet worden weergegeven, raak dan ON (aan) naast de optie SHOW NAME (naam weergeven) aan. Wanneer de naam van het kaartscherm moet worden verwijderd, raak dan OFF (uit) aan.
09euSTSNav.dut Page 111 Monday, June 23, 2008 8:05 AM
Hoofdstuk 3 Verplaatsen van een geheugenpunt De locatie van een geheugenpunt kan als volgt op de kaart worden aangepast: 1. Raak de toets MEMORY POINTS (geheugenpunten) op het scherm STORED LOCATIONS (opgeslagen locaties) aan. 2. Selecteer de categorie van het geheugenpunt. 3. Raak de toets EDIT (bewerken) aan. Het scherm EDIT MEMORY POINTS (geheugenpunten bewerken) wordt weergegeven.
4. Selecteer het geheugenpunt dat u wilt aanpassen. Het scherm EDIT MEMORY POINT (geheugenpunt bewerken) wordt weergegeven. 5. Raak de toets POSITION (positie) aan. Er verschijnt een kaartenscherm met de positie van dit geheugenpunt.
6. Raak de kaart aan om het geheugenpunt naar een nieuwe locatie te verplaatsen. 7. Raak de toets OK aan. Het geheugenpunt is nu verplaatst. Het scherm EDIT MEMORY POINT (geheugenpunt bewerken) wordt weergegeven.
–
–
–
111 . . .
09euSTSNav.dut Page 112 Monday, June 23, 2008 8:05 AM
Functies en bedieningsorganen van het navigatiesysteem Icoon voor het aanpassen van een geheugenpunt Met deze functie kunt u het pictogram van een geheugenpunt wijzigen. Zo wijzigt u een pictogram: 1. Raak de toets MEMORY POINTS (geheugenpunten) op het scherm STORED LOCATIONS (opgeslagen locaties) aan. 2. Selecteer de categorie van het geheugenpunt.
. . . 112
3. Raak de toets EDIT (bewerken) aan. Het scherm EDIT MEMORY POINTS (geheugenpunten bewerken) wordt weergegeven. 4. Selecteer het geheugenpunt dat u wilt aanpassen. Het scherm EDIT MEMORY POINT (geheugenpunt bewerken) wordt weergegeven. 5. Raak de toets ICON (pictogram) aan. Het pictogramscherm voor het bewerken van geheugenpunten wordt weergegeven.
6. Selecteer de icoon die u wilt gebruiken. Er zijn twee pagina's met standaardpictogrammen en een pagina met geluidsverbeteringspictogramm en. Het nieuwe pictogram wordt naast de knop ICON (pictogram) op het scherm Geheugenpunt bewerken weergegeven.
09euSTSNav.dut Page 113 Monday, June 23, 2008 8:05 AM
Hoofdstuk 3 Aanpassen van het telefoonnummer van een geheugenpunt. Ga als volgt te werk om een telefoonnummer voor een geheugenpunt toe te voegen of aan te passen: 1. Raak de toets MEMORY POINTS (geheugenpunten) op het scherm STORED LOCATIONS (opgeslagen locaties) aan. 2. Selecteer de categorie van het geheugenpunt.
3. Raak de toets EDIT (bewerken) aan. Het scherm EDIT MEMORY POINTS (geheugenpunten bewerken) wordt weergegeven. 4. Selecteer het geheugenpunt dat u wilt aanpassen. Het scherm EDIT MEMORY POINT (geheugenpunt bewerken) wordt weergegeven.
5. Raak de toets TEL. (telefoon) aan. Er verschijnt een alfanumeriek toetsenpaneel. 6. Gebruik het toetsenpaneel om het telefoonnummer toe te voegen of te bewerken. 7. Raak de toets OK aan.
–
–
–
113 . . .
09euSTSNav.dut Page 114 Monday, June 23, 2008 8:05 AM
Functies en bedieningsorganen van het navigatiesysteem Geheugenpunten wissen Enkelvoudige geheugenpunten wissen Om een enkelvoudig geheugenpunt te wissen: 1. Raak de toets MEMORY POINTS (geheugenpunten) op het scherm STORED LOCATIONS (opgeslagen locaties) aan. 2. Selecteer de categorie van het geheugenpunt. 3. Raak de toets DELETE (verwijderen) aan. Het scherm DELETE POINT (punt verwijderen) wordt weergegeven. De geheugenpunten kunnen op datum, naam, afstand of pictogram worden gesorteerd.
. . . 114
FM
97.1 MHz
ST
SOHO IGH WOODS
TA
10:26
BRISTOL
HOT WELLS
Delete this Memory Point?
Yes
BEDMINSTER
No
E
NS JOH
4. Selecteer het geheugenpunt dat u wilt wissen. Er wordt een kaart met de locatie weergegeven. Er wordt een bevestigingsvenster weergegeven.
LAN
5. Raak YES (ja) aan om het geheugenpunt te verwijderen. Raak NO (nee) om de handeling te annuleren.
09euSTSNav.dut Page 115 Monday, June 23, 2008 8:05 AM
Hoofdstuk 3 Wissen van alle geheugenpunten in een categorie: Om alle geheugenpunten in een categorie te wissen: 1. Raak de toets MEMORY POINTS (geheugenpunten) op het scherm STORED LOCATIONS (opgeslagen locaties) aan. 2. Selecteer de gewenste categorie. 3. Raak de toets DEL. ALL (alles wissen) aan. Er verschijnt een bevestigingsvenster. 4. Raak YES (ja) aan om de geheugenpunten te verwijderen. Raak NO (nee) om de handeling te annuleren.
Aanpassen van de categorienaam Met deze functie kunt u de naam van een categorie wijzigen. Ga als volgt te werk om de naam van een categorie te wijzigen: 1. Raak de toets MEMORY POINTS (geheugenpunten) op het scherm STORED LOCATIONS (opgeslagen locaties) aan. 2. Selecteer de gewenste categorie.
3. Raak de toets EDIT CATEGORY (categorie bewerken) aan. Er verschijnt een alfanumeriek toetsenpaneel. 4. Gebruik het toetsenpaneel om de naam van de categorie te bewerken. 5. Raak de toets OK aan.
–
–
–
115 . . .
09euSTSNav.dut Page 116 Monday, June 23, 2008 8:05 AM
Functies en bedieningsorganen van het navigatiesysteem GEBIED VERMIJDEN Met dit menu kunt u een te vermijden gebied opslaan, bewerken en verwijderen terwijl u een route aan het plannen bent. Het systeem kan ook maximaal tien punten in het geheugen opslaan zodat de gebieden automatisch worden vermeden wanneer er een route wordt gepland. Om dit menu te openen, gaat u als volgt te werk: • Raak de toets AVOID AREA (gebied vermijden) op het scherm STORED LOCATIONS (opgeslagen locaties) aan.
FM
Rear Seat
10:26
AVOID AREA Stored Areas
:
0/10
Add
Edit
Delete
Del.All
Edit Category
Het scherm AVOID AREA (gebied vermijden) heeft de volgende aanraaktoetsen: • ADD (toevoegen) • EDIT (bewerken)
. . . 116
ST
91.7 MHz
• DELETE (wissen) • DEL ALL (alles wissen)
09euSTSNav.dut Page 117 Monday, June 23, 2008 8:05 AM
Hoofdstuk 3 Een vermijdgebied opslaan Ga als volgt te werk om een punt of gebied dat u wilt vermijden, te registreren: 1. Raak de toets AVOID AREA (gebied vermijden) op het scherm STORED LOCATIONS (opgeslagen locaties) aan. 2. Raak de toets ADD (toevoegen) aan.
3. Voer een locatie in. Zie "Bestemming invoeren" eerder in dit hoofdstuk voor meer informatie. Er wordt een kaart met de locatie weergegeven.
4. Verklein of vergroot het gebied rond het gebied dat u wilt vermijden door de toetsen REDUCE (verkleinen) of ENLARGE (vergroten) te gebruiken. Wanneer u locaties op snelwegen wilt vermijden, raden wij u aan het te vermijden gebied op minimale schaal te beperken. Er wordt een X op de kaart weergegeven, geen vak. Zo weet het systeem dat de snelweg zelf moet worden vermeden, niet het gebied rondom de snelweg. 5. Raak de toets OK aan.
117 . . .
–
–
–
09euSTSNav.dut Page 118 Monday, June 23, 2008 8:05 AM
Functies en bedieningsorganen van het navigatiesysteem Naam bewerken voor vermijdgebied Zo bewerkt u de naam van een te vermijden gebied: 1. Raak de toets AVOID AREA (gebied vermijden) op het scherm STORED LOCATIONS (opgeslagen locaties) aan. 2. Raak de toets EDIT (bewerken) aan. De lijst met vermeden punten zal verschijnen. 3. Selecteer het gewenste te vermijden punt. 4. Raak de toets NAME (naam) aan. Er verschijnt een alfanumeriek toetsenpaneel. 5. Gebruik het toetsenpaneel om de naam toe te voegen of te bewerken.
. . . 118
FM
97.1 MHz
10:26
ST
EDIT AVOID AREA
Name Show Name Position
On
Off
DEAN STREET, W1D 3NE LAT.N51°10’23” LONG.E4°20’23”
6. Raak de toets OK aan. Wanneer de naam op het kaartscherm moet worden weergegeven, raak dan ON (aan) naast de optie SHOW NAME (naam weergeven) aan.
Wanneer de naam van het kaartscherm moet worden verwijderd, raak dan OFF (uit) aan.
09euSTSNav.dut Page 119 Monday, June 23, 2008 8:05 AM
Hoofdstuk 3 Vermijdgebied verplaatsen De locatie van een te vermijden gebied kan als volgt op de kaart worden aangepast: 1. Raak de toets AVOID AREA (gebied vermijden) op het scherm STORED LOCATIONS (opgeslagen locaties) aan. 2. Raak de toets EDIT (bewerken) aan. De lijst met vermeden punten zal verschijnen.
3. Selecteer het gewenste te vermijden punt. 4. Raak de toets POSITION (positie) aan. Er wordt een kaartscherm met de positie van dit te vermijden gebied weergegeven. 5. Raak de kaart aan om het te vermijden punt te verplaatsen.
6. Verklein of vergroot het gebied rond het gebied dat u wilt vermijden door de toetsen REDUCE (verkleinen) of ENLARGE (vergroten) te gebruiken. 7. Raak de toets OK aan.
–
–
–
119 . . .
09euSTSNav.dut Page 120 Monday, June 23, 2008 8:05 AM
Functies en bedieningsorganen van het navigatiesysteem Vermijdgebieden verwijderen Een enkel vermijdgebied verwijderen Zo verwijdert u een vermijdgebied: 1. Raak de toets AVOID AREA (gebied vermijden) op het scherm STORED LOCATIONS (opgeslagen locaties) aan. 2. Raak de toets DELETE (verwijderen) aan. De lijst met vermeden punten zal verschijnen.
. . . 120
3. Selecteer het te vermijden gebied dat moet worden verwijderd. Gebruik eventueel de bladerpijltjes. Er wordt een kaart met de locatie weergegeven. 4. Het systeem vraagt u nu uw keuze te bevestigen door YES (Ja) of NO (Nee) te selecteren. Raak YES (Ja) aan en het gebied wordt niet langer vermeden wanneer u een route plant. Raak NO (nee) om de handeling te annuleren.
Alle vermijdgebieden verwijderen Zo verwijdert u alle vermijdgebieden: 1. Raak de toets AVOID AREA (gebied vermijden) op het scherm STORED LOCATIONS (opgeslagen locaties) aan. 2. Raak de toets DEL. ALL (alles wissen) aan. Er verschijnt een bevestigingsvenster. 3. Raak YES (ja) aan om de vermijdgebieden te verwijderen. Raak NO (nee) om de handeling te annuleren.
09euSTSNav.dut Page 121 Monday, June 23, 2008 8:05 AM
Hoofdstuk 3 BESTEMMING EN TUSSENSTOPS Met deze functie kunt u routepunten toevoegen, aanpassen en wissen. Dit zijn bestemmingen die u op een route naar uw eindbestemming kunt instellen. Het systeem laat u tot vijf routepunten instellen, exclusief uw eindbestemming. • Opmerking: Er moet een eindbestemming worden ingevoerd voordat er een route kan worden berekend. Het navigatiesysteem geeft geen route die alleen op tussenstops is gebaseerd. Open het menu als volgt: • Raak de toets DEST. & WAY PT. (Bestemming en tussenstops) op het scherm STORED LOCATIONS (opgeslagen locaties) aan.
FM
97.1 MHz
ST
TA
: :
3/5 0
10:26
DEST. & WAY POINT Stored Way Points Passed Way Points
Add
Edit
Delete
Del.All
–
–
–
• Raak de toets DEST. & WAY PT. (Bestemming en tussenstop) op het scherm ROUTE OPTIONS (route-opties) aan.
Het scherm DEST. & WAY POINT (Bestemming en tussenstop) heeft de volgende aanraaktoetsen: • ADD (toevoegen) • EDIT (bewerken) • DELETE (wissen) • DEL ALL (alles wissen)
121 . . .
09euSTSNav.dut Page 122 Monday, June 23, 2008 8:05 AM
Functies en bedieningsorganen van het navigatiesysteem Een routepunt toevoegen Met deze functie kunt u routepunten tijdens uw reis naar uw eindbestemming toevoegen. Opmerking: Met deze functie kunt u ook de eindbestemming wijzigen. Verricht de volgende handelingen om een routepunt toe te voegen: 1. Open het scherm DEST. & WAY POINT (bestemming en tussenstop). 2. Raak de toets ADD (toevoegen) aan. 3. Voer een locatie in. Zie "Bestemming invoeren" eerder in dit hoofdstuk voor meer informatie. 4. Er wordt een kaart met de locatie weergegeven. Raak om de locatie als een tussenstop in te stellen.
. . . 122
FM
ST
97.1 MHz
TA
10:26
ADD WAY POINT
Add Add BRISTOL
Add
2
60 HYDE PARK GATE, LONDON
Add
1
BEDMISTER
Add
Current Position
Add
5. Tenzij u de eerste tussenstop heeft ingevoerd, geeft het systeem nu het scherm ADD WAYPOINT (tussenstop toevoegen) weer. Op dit scherm staat een gesorteerde lijst met opgeslagen tussenstops en de bestemming van uw huidige route.
Raak de gewenste toets ADD (toevoegen) aan om de opgeslagen tussenstop in de gewenste volgorde in te voegen. 6. Herhaal de vorige stappen om maximaal vijf tussenstops in te voegen.
09euSTSNav.dut Page 123 Monday, June 23, 2008 8:05 AM
Hoofdstuk 3 De volgorde van tussenstops wijzigen Met deze functie kunt u de volgorde van tussenstops tijdens de reis naar uw eindbestemming wijzigen. 1. Open het scherm DEST. & WAY POINT (bestemming en tussenstop). 2. Raak de toets EDIT (bewerken) aan. Het scherm CHANGE ORDER (volgorde wijzigen) wordt weergegeven. Op dit scherm staat een gesorteerde lijst met opgeslagen tussenstops en de bestemming van uw huidige route.
FM
97.1 MHz
ST
TA
10:26
CHANGE ORDER –
Undo
–
60 HYDE PARK GATE 3
BRISTOL
3
2
HOT WELLS
2
Chg. Loc.
1
BEDMISTER
1
OK
3. Raak de adressen van de tussenstops aan in de volgorde waarin ze langs de route moeten worden weergegeven. Het eerst adres dat u selecteert wordt als tussenstop 1 gemarkeerd, enzovoort.
–
4. Raak de toets OK aan.
123 . . .
09euSTSNav.dut Page 124 Monday, June 23, 2008 8:05 AM
Functies en bedieningsorganen van het navigatiesysteem De locatie van tussenstops wijzigen Met deze functie kunt u de locatie van een tussenstop wijzigen. 1. Open het scherm DEST. & WAY POINT (bestemming en tussenstop). 2. Raak de toets EDIT (bewerken) aan. Het scherm CHANGE ORDER (volgorde wijzigen) wordt weergegeven. Op dit scherm staat een gesorteerde lijst met opgeslagen tussenstops en de bestemming van uw huidige route.
. . . 124
3. Raak de toets CHG. LOC. (locatie wijzigen) aan. Het scherm CHANGE LOCATION (locatie wijzigen) wordt weergegeven. 4. Selecteer de tussenstop die u wilt verwijderen. Er wordt een kaart met de locatie weergegeven. 5. Raak de kaart aan om de tussenstop naar een nieuwe locatie te verplaatsen. 6. Raak de toets OK aan. Het scherm STORED LOCATIONS (opgeslagen locaties) wordt weergegeven.
Een routepunt wissen Met de toets DELETE (verwijderen) op het scherm DEST. & WAY POINT (bestemming en tussenstop) kunt u een tussenstop of de eindbestemming uit uw route verwijderen. U kunt een tussenstop of de eindbestemming als volgt verwijderen: 1. Open het scherm DEST. & WAY POINT (bestemming en tussenstop). 2. Raak de toets DELETE (verwijderen) aan.
09euSTSNav.dut Page 125 Monday, June 23, 2008 8:05 AM
Hoofdstuk 3 3. Selecteer de locatie die u wilt verwijderen. Er wordt een kaart met de locatie weergegeven. Er wordt een bevestigingsvenster weergegeven. 4. Raak YES (ja) aan om de locatie te verwijderen. Raak NO (nee) om de handeling te annuleren.
Alle tussenstops verwijderen Met de toets DEL. ALL (alles wissen) op het scherm DEST. & WAY POINT (bestemming en tussenstop) kunt u alle tussenstops en de eindbestemming uit uw route verwijderen.
Ga als volgt te werk om alle tussenstops en de eindbestemming te verwijderen: 1. Open het scherm DEST. & WAY POINT (bestemming en tussenstop). 2. Raak de toets DEL. ALL (alles wissen) aan. Er verschijnt een bevestigingsvenster. 3. Raak YES (ja) aan om alle tussenstops en de eindbestemming te verwijderen. Raak NO (nee) om de handeling te annuleren.
125 . . .
–
–
–
09euSTSNav.dut Page 126 Monday, June 23, 2008 8:05 AM
Functies en bedieningsorganen van het navigatiesysteem THUIS Met deze functie kunt u de thuisbestemming opslaan, bewerken en verwijderen. Om dit menu te openen, gaat u als volgt te werk: • Raak de toets HOME (thuis) op het scherm STORED LOCATIONS (opgeslagen locaties) aan.
ST
91.7 MHz
FM
Rear Seat
HOME Home
:
0/10
Add
Edit
Delete
Del.All
Edit Category
Het scherm HOME (thuis) heeft de volgende aanraaktoetsen: • ADD (toevoegen)
. . . 126
• EDIT (bewerken) • DELETE (wissen)
10:26
09euSTSNav.dut Page 127 Monday, June 23, 2008 8:05 AM
Hoofdstuk 3 De thuisbestemming opslaan
De thuisbestemming bewerken
De thuisbestemming verwijderen
Ga als volgt te werk om een thuisbestemming op te slaan: 1. Raak de toets HOME (thuis) op het scherm STORED LOCATIONS (opgeslagen locaties) aan. 2. Raak de toets ADD (toevoegen) aan. 3. Voer een locatie in. Zie "Bestemming invoeren" eerder in dit hoofdstuk voor meer informatie. 4. Raak de toets OK aan. Het thuispictogram gaat nu branden op het scherm DESTINATION ENTRY (bestemming invoeren).
Ga als volgt te werk om de thuisbestemming te bewerken: 1. Raak de toets HOME (thuis) op het scherm STORED LOCATIONS (opgeslagen locaties) aan. 2. Raak de toets EDIT (bewerken) aan. Er wordt een kaart met de locatie weergegeven. 3. Raak het kaartscherm aan om de locatie van de bestemming te wijzigen. 4. Raak de toets OK op het kaartscherm aan om de bestemming op te slaan.
Ga als volgt te werk om de thuisbestemming te verwijderen: 1. Raak de toets HOME (thuis) op het scherm STORED LOCATIONS (opgeslagen locaties) aan. 2. Raak de toets DELETE (verwijderen) aan. Er wordt een kaart met de locatie weergegeven. Er wordt een bevestigingsvenster weergegeven. 3. Raak YES (ja) aan om de bestemming te verwijderen. Raak NO (nee) om de handeling te annuleren.
127 . . .
–
–
–
09euSTSNav.dut Page 128 Monday, June 23, 2008 8:05 AM
Functies en bedieningsorganen van het navigatiesysteem VORIGE BESTEMMING Met deze functie kunt u één van de laatste 100 bestemmingen die u in het systeem heeft ingevoerd als bestemming selecteren. Het geheugen met vorige bestemmingen laat u niet weten wanneer u meer dan 100 bestemmingen heeft opgeslagen. Het systeem zal de langst opgeslagen bestemming verwijderen en de meest recente aan de lijst toevoegen. Zie het volgende onder "Bestemming invoeren" eerder in dit hoofdstuk voor meer informatie: • Invoermethode voor bestemmingen: Vorige bestemming
. . . 128
Ga als volgt te werk om een bestemming handmatig uit de lijst te verwijderen: 1. Raak de toets PREVIOUS DEST. (vorige bestemming) op het scherm STORED LOCATIONS (opgeslagen locaties) aan. 2. Raak de toets DELETE (verwijderen) aan. 3. Selecteer de bestemming die u wilt verwijderen. Er wordt een kaart met de locatie weergegeven. Er wordt een bevestigingsvenster weergegeven. 4. Raak YES (ja) aan om de bestemming te verwijderen. Raak NO (nee) om de handeling te annuleren.
Zo verwijdert u alle bestemmingen uit de lijst: 1. Raak de toets PREVIOUS DEST. (vorige bestemming) op het scherm STORED LOCATIONS (opgeslagen locaties) aan. 2. Raak de toets DEL. ALL (alles wissen) aan. Er verschijnt een bevestigingsvenster. 3. Raak YES (ja) aan om alle bestemmingen uit de lijst te verwijderen. Raak NO (nee) om de handeling te annuleren.
09euSTSNav.dut Page 129 Monday, June 23, 2008 8:05 AM
Hoofdstuk 3 VOORKEURBESTEMMINGEN Met deze functie kunt u maximaal vijf voorkeurbestemmingen opslaan, bewerken en verwijderen. Om dit menu te openen, gaat u als volgt te werk: • Raak de toets PRESET DESTS. (voorkeurbestemmingen) op het scherm STORED LOCATIONS (opgeslagen locaties) aan. Het scherm met voorkeurbestemmingen heeft de volgende aanraaktoetsen: • ADD (toevoegen) • EDIT (bewerken) • DELETE (wissen) • DEL ALL (alles wissen)
Voorkeurbestemmingen opslaan Zo slaat u een voorkeurbestemming op: 1. Raak de toets PRESET DESTS. (voorkeurbestemmingen) op het scherm STORED LOCATIONS (opgeslagen locaties) aan. 2. Raak de toets ADD (toevoegen) aan. 3. Raak het pictogram van de gewenste, genummerde voorkeur. 4. Voer een locatie in. Zie "Bestemming invoeren" eerder in dit hoofdstuk voor meer informatie.
5. Raak de toets OK aan. Het pictogram van de bijbehorende genummerde voorkeurbestemming brandt nu op het scherm DESTINATION ENTRY (bestemming invoeren). Zie het volgende onder "Bestemming invoeren" eerder in dit hoofdstuk voor meer informatie: • Invoermethode voor bestemmingen: Voorkeurbestemming
–
–
–
129 . . .
09euSTSNav.dut Page 130 Monday, June 23, 2008 8:05 AM
Functies en bedieningsorganen van het navigatiesysteem Naam voorkeurbestemming bewerken Zo bewerkt u de naam van een voorkeurbestemming: 1. Raak de toets PRESET DESTS. (voorkeurbestemmingen) op het scherm STORED LOCATIONS (opgeslagen locaties) aan. 2. Raak de toets EDIT (bewerken) aan. 3. Selecteer de voorkeurbestemming die u wilt bewerken. 4. Raak de toets NAME (naam) aan. Er verschijnt een alfanumeriek toetsenpaneel. 5. Gebruik het toetsenpaneel om de naam toe te voegen of te bewerken.
. . . 130
FM
97.1 MHz
ST
TA
10:26
EDIT PRESET DEST.
Name Show Name Position
On
Off
DEAN STREET, W1D 3NE LAT.N51°10’23” LONG.E4°20’23”
Tel. 6. Raak de toets OK aan. Wanneer de naam op het kaartscherm moet worden weergegeven, raak dan ON (aan) naast de optie SHOW NAME (naam weergeven) aan.
Wanneer de naam van het kaartscherm moet worden verwijderd, raak dan OFF (uit) aan.
09euSTSNav.dut Page 131 Monday, June 23, 2008 8:05 AM
Hoofdstuk 3 De locatie van een voorkeurbestemming bewerken
Telefoonnummer voorkeurbestemming bewerken
Zo bewerkt u de locatie van een voorkeurbestemming: 1. Raak de toets PRESET DESTS. (voorkeurbestemmingen) op het scherm STORED LOCATIONS (opgeslagen locaties) aan. 2. Raak de toets EDIT (bewerken) aan. 3. Selecteer de voorkeurbestemming die u wilt bewerken. 4. Raak de toets POSITION (positie) aan. Er wordt een kaart met de locatie weergegeven. 5. Raak het kaartscherm aan om de locatie van de bestemming te wijzigen. 6. Raak de toets OK op het kaartscherm aan om de bestemming op te slaan.
Zo kunt u het telefoonnummer van een voorkeurbestemming toevoegen of bewerken: 1. Raak de toets PRESET DESTS. (voorkeurbestemmingen) op het scherm STORED LOCATIONS (opgeslagen locaties) aan. 2. Raak de toets EDIT (bewerken) aan. 3. Selecteer de voorkeurbestemming die u wilt bewerken.
4. Raak de toets TEL. (telefoon) aan. Er verschijnt een alfanumeriek toetsenpaneel. 5. Gebruik het toetsenpaneel om het telefoonnummer toe te voegen of te bewerken. 6. Raak de toets OK aan. Wanneer er een Bluetooth®-telefoon is aangesloten, kunt u de toets (kiezen/gesprek beëindigen) wanneer u wilt dat het systeem dat nummer belt.
131 . . .
–
–
–
09euSTSNav.dut Page 132 Monday, June 23, 2008 8:05 AM
Functies en bedieningsorganen van het navigatiesysteem Voorkeurbestemmingen verwijderen Een enkele voorkeurbestemming verwijderen Zo verwijdert u een voorkeurbestemming: 1. Raak de toets PRESET DESTS. (voorkeurbestemmingen) op het scherm STORED LOCATIONS (opgeslagen locaties) aan. 2. Raak de toets DELETE (verwijderen) aan. Het scherm DELETE PRESET DEST. (voorkeurbestemming verwijderen) wordt weergegeven.
. . . 132
3. Selecteer de bestemming die u wilt verwijderen. Er wordt een kaart met de locatie weergegeven. Er wordt een bevestigingsvenster weergegeven. 4. Raak YES (ja) aan om de bestemming te verwijderen. Raak NO (nee) om de handeling te annuleren.
Alle voorkeurbestemmingen verwijderen Zo verwijdert u alle voorkeurbestemmingen: 1. Raak de toets PRESET DESTS. (voorkeurbestemmingen) op het scherm STORED LOCATIONS (opgeslagen locaties) aan. 2. Raak de toets DEL. ALL (alles wissen) aan. Er verschijnt een bevestigingsvenster. 3. Raak YES (ja) aan om alle voorkeurbestemming te verwijderen. Raak NO (nee) om de handeling te annuleren.
09euSTSNav.dut Page 133 Monday, June 23, 2008 8:05 AM
Hoofdstuk 3 ■ RDS-TMC (RADIODATASYSTEEM - VERKEERSBERICHTENKANAAL) Opmerking: Afhankelijk van de regio waarin u zich bevindt, kan deze functie niet beschikbaar zijn. Het verkeersberichtenkanaal (TMC), alleen beschikbaar via het FM-radiodatasysteem (RDS), is een digitaal kanaal dat wordt gebruikt voor het uitzenden van verkeersinformatie. TMC-informatie wordt via de normale FM-radioantenne ontvangen. Informatie voor een RDS-TMCgebeurtenis wordt ontvangen en elke 30 minuten bijgewerkt. Het systeem kan maximaal 100 gebeurtenissen opslaan. Als er meer dan 100 gebeurtenissen worden ontvangen, slaat het systeem de gebeurtenissen op die nieuwer zijn en een hogere prioriteit hebben.
FM
97.1 MHz
ST
10:26
RDS-TMC
Show RDS-TMC info.
–
Dynamic navigation
Voice guidance Country
Auto
Manual
–
Sweden
Select Station
-SR P3-
Traffic on route
All traffic events
De informatie wordt meteen op het scherm weergegeven terwijl het bericht wordt ontvangen, in de vorm van pictogrammen of tekstberichten.
–
Zie "RDS-TMC gebeurtenispictogrammen" later in dit hoofdstuk voor een beschrijving van de beschikbare gebeurtenispictogrammen en het prioriteitsniveau van elk pictogram.
133 . . .
09euSTSNav.dut Page 134 Monday, June 23, 2008 8:05 AM
Functies en bedieningsorganen van het navigatiesysteem U hoeft niet meer te wachten op geplande verkeersberichten of naar een bepaald programma te luisteren. U kunt de verkeersinformatie ontvangen wanneer uw voertuig zich binnen het ontvangstbereik van een RDS-TMC-zender bevindt en de functie TMC is ingeschakeld. Opmerking: Dit systeem geeft TMC-informatie weer zolang de TMC-gegevens gratis zijn. Het systeem ondersteunt geen gemengde gegevens van providers die voor services laten betalen. De functie RDS-TMC en de bijbehorende menu-opties zijn beschikbaar op het menuscherm RDS-TMC.
FM
97.1 MHz
10:26
RDS-TMC
Show RDS-TMC info.
Dynamic navigation
Voice guidance Country
Auto
Manual
Sweden
Select Station
-SR P3-
Traffic on route
All traffic events
Om dit menu te openen, gaat u als volgt te werk: 1. Druk op de toets om het navigatiekaartscherm te openen.
. . . 134
ST
2. Raak de toets MENU (menu) aan. 3. Raak de toets RDS-TMC aan.
09euSTSNav.dut Page 135 Monday, June 23, 2008 8:05 AM
Hoofdstuk 3 Op dit scherm zijn de volgende touch sensitive toetsen beschikbaar: • SHOW RDS-TMC INFO. (RDSTMC-informatie weergeven) • DYNAMIC NAVIGATION (dynamische navigatie) • VOICE GUIDANCE (spraakbegeleiding) • COUNTRY: AUTO or MANUAL (land selecteren: automatisch of handmatig)
• SELECT STATION (zender selecteren) • TRAFFIC ON ROUTE (verkeer op route) • ALL TRAFFIC EVENTS (alle verkeersgebeurtenissen) Zie verderop in dit hoofdstuk voor meer informatie over deze functies.
SHOW RDS-TMC INFO. (RDSTMC-informatie weergeven) Raak deze toets aan om de functie TMC in te schakelen. Raak de toets nogmaals aan om deze functie uit te schakelen. Wanneer de toets gemarkeerd is, is deze functie ingeschakeld. Het ontvangstpictogram voor het verkeersinformatiekanaal en de pictogrammen voor de verkeersinformatie worden op het kaartscherm weergegeven. Het pictogram voor TMC-ontvangst verandert van kleur om de gebeurtenis met de hoogste prioriteit op de begeleidingsroute aan te geven en om aan te geven of de functie Dynamische navigatie is in- of uitgeschakeld.
135 . . .
–
–
–
09euSTSNav.dut Page 136 Monday, June 23, 2008 8:05 AM
Functies en bedieningsorganen van het navigatiesysteem Als de functie Dynamische navigatie is ingeschakeld, is de kleur van het ontvangstpictogram licht. Als de functie Dynamische navigatie is uitgeschakeld, is kleur van het ontvangstpictogram donker. Zie "RDS-TMC gebeurtenispictogrammen" later in dit hoofdstuk voor een beschrijving van de beschikbare gebeurtenispictogrammen en het prioriteitsniveau van elk pictogram.
. . . 136
Als de kaartschaal meer dan 4 km is uitgezoomd, dan verdwijnt het pictogram voor de TMC-ontvangst en wordt het volgende bericht weergegeven: • TMC INFORMATION IS NOT SHOWN WHEN ZOOMED OUT BEYOND 4KM MAP SCALE. (TMC-informatie wordt niet weergegeven wanneer er meer dan 4 km op de kaartschaal wordt uitgezoomd.) Als de RDS-TMC-ontvanger niet is aangesloten, staat er een streep door het ontvangstpictogram.
Opmerking: De andere RDS-TMC-opties die op dit scherm worden weergegeven, kunnen alleen worden geselecteerd wanneer de functie RDS-TMC is ingeschakeld.
09euSTSNav.dut Page 137 Monday, June 23, 2008 8:05 AM
Hoofdstuk 3 DYNAMIC NAVIGATION (dynamische navigatie) Raak terwijl de TMC-functie is ingeschakeld deze toets aan om deze optie in of uit te schakelen. Schakel deze optie in om het navigatiesysteem de verkeersinformatie mee te nemen bij het berekenen van een route. Wanneer de toets gemarkeerd is, is deze functie ingeschakeld. Wanneer u op een berekende route rijdt en het systeem gebeurtenisgegevens ontvangt die aangeven dat er binnen 50 km file is, dan stelt het systeem een alternatieve route voor.
Er wordt een bevestigingsvenster weergegeven. Het bericht vermeldt de verkeersgebeurtenis en geeft het verschil in afstand tussen de huidige en voorgestelde route. U kunt de voorgestelde route accepteren en opnieuw laten berekenen door YES (ja) aan te raken. Wanneer u de huidige route wilt aanhouden, raakt u NO (nee) aam. Opmerking: Ongeacht de instelling van de functie Dynamische navigatie probeert het systeem altijd de TCM-gebeurtenis "Closed Road" (afgesloten weg) te vermijden bij het berekenen van een route.
Het systeem kan onder de volgende bijzondere omstandigheden een "Closed Road" (afgesloten weg) niet vermijden: • Er is geen andere route naar de bestemming beschikbaar. • De afstand van de alternatieve route is te groot. • De gebeurtenis wordt alleen voorspeld (niet actueel). • Er is een tussenstop ingesteld op de route tussen de huidige positie en de locatie van de gebeurtenis.
137 . . .
–
–
–
09euSTSNav.dut Page 138 Monday, June 23, 2008 8:05 AM
Functies en bedieningsorganen van het navigatiesysteem VOICE GUIDANCE (spraakbegeleiding) Raak terwijl de TMC-functie is ingeschakeld deze toets aan om deze optie in of uit te schakelen. Schakel deze optie in wanneer u wilt dat het navigatiesysteem u gesproken aanwijzingen geeft voor een verkeerssituatie op uw route. Wanneer de toets gemarkeerd is, is deze functie ingeschakeld.
. . . 138
COUNTRY: AUTO or MANUAL (land selecteren: automatisch of handmatig) Wanneer de TMC-functie is ingeschakeld, kunt u een van de volgende opties selecteren: • Raak AUTO (automatische selectie) aan wanneer het systeem de verkeersinformatie automatisch moet ophalen van een RDSTMC-zender in het land waar u rijdt met uw voertuig. • Raak MANUAL (handmatige selectie) aan wanneer u bij de grens tussen twee landen rijdt en u het land wilt kiezen waarvan de verkeersinformatie moet worden weergegeven. Het scherm SELECT COUNTRY (land selecteren) wordt weergegeven.
De displayregel naast deze twee toetsen toont het land waarvan het systeem nu informatie ontvangt. Wanneer u in een gebied rijdt waar TMC-uitzendingen niet beschikbaar zijn, geeft de displayregel OUTSIDE COVERAGE (buiten bereik) weer. SELECT STATION (zender selecteren) Wanneer de TMC-functie is ingeschakeld, maar u naar een disk in de cd-/dvd-wisselaar luistert, dan kunt u via deze optie de RDS-TMCzender selecteren waarvan de verkeersinformatie moet worden verkregen (wanneer er meerdere zenders beschikbaar zijn). De displayregel naast deze toets toont de huidige zender.
09euSTSNav.dut Page 139 Monday, June 23, 2008 8:05 AM
Hoofdstuk 3 TRAFFIC ON ROUTE (verkeer op route) Wanneer de TMC-functie is ingeschakeld, raak dan deze toets aan om een lijst met verkeersgebeurtenissen langs uw route weer te geven. Naast elke vermelde verkeersgebeurtenis kunt u een van de volgende opties selecteren: • MAP (kaart) Raak deze toets aan om de verkeersgebeurtenis op de kaart weer te geven. • DETAIL (detail) Raak deze toets aan om meer gedetailleerde informatie over een verkeersgebeurtenis te zien.
FM
97.1 MHz
ST
10:26
TRAFFIC ON ROUTE Road works E20
5.6 km Detail –
Map
Stationary traffic E20
–
Map
15 km
Detail –
Map Detail Opmerking: • Deze functie werkt alleen als het voertuig op de geplande route rijdt.
Wanneer u deze functie probeert te activeren terwijl uw voertuig niet op de geplande route rijdt, dan geeft het systeem een foutmelding.
139 . . .
09euSTSNav.dut Page 140 Monday, June 23, 2008 8:05 AM
Functies en bedieningsorganen van het navigatiesysteem ALL TRAFFIC EVENTS (alle verkeersgebeurtenissen) Wanneer de TMC-functie is ingeschakeld, raak dan deze toets aan om een lijst met alle verkeersgebeurtenissen weer te geven. Het systeem geeft eerst een lijst met wegnamen. Selecteer de gewenste wegnaam uit de lijst. Het systeem geeft dan een lijst met maximaal 20 verkeersgebeurtenissen (met basisgegevens over elke gebeurtenis) op de geselecteerde weg. De gebeurtenissen staan vermeld in volgorde van de afstand tot uw huidige voertuigpositie. Wanneer een pijl omhoog of omlaag op het scherm oplicht, kunt u deze aanraken om omhoog of omlaag door de weergegeven lijst te bladeren.
. . . 140
FM
97.1 MHz
ST
10:26
ALL TRAFFIC EVENTS Road works E20
Map 5.6 km Detail
Map
Stationary traffic E20
15 km
Detail Map Detail
Naast elke vermelde verkeersgebeurtenis kunt u een van de volgende opties selecteren: • MAP (kaart) Raak deze toets aan om de verkeersgebeurtenis op de kaart weer te geven.
• DETAIL (detail) Raak deze toets aan om meer gedetailleerde informatie over een verkeersgebeurtenis te zien.
09euSTSNav.dut Page 141 Monday, June 23, 2008 8:05 AM
Hoofdstuk 3 Pictogrammen RDS-TMCgebeurtenis
Pictogram
Hieronder ziet u een lijst met gebeurtenispictogrammen en hun beschrijving. Deze pictogrammen worden op het kaartscherm weergegeven wanneer het navigatiesysteem RDS-TMCgegevens ontvangt. Wanneer er een pictograminformatie wordt aangeraakt, wordt er korte informatie gegeven in een vakje op het kaartscherm. Zie "Informatieweergave gebeurtenispictogram" verderop in dit hoofdstuk voor meer informatie.
Beschrijving
Prioriteitskleur TMContvangstindicator
Afgesloten weg
Zwart (Prioriteitsniveau 1)
Stilstaand verkeer
Rood (Prioriteitsniveau 2)
File
Oranje (Prioriteitsniveau 3)
Ongevallen
Roze (Prioriteitsniveau 4)
Wegwerkzaamheden
Roze (Prioriteitsniveau 4)
Gevaar
Roze (Prioriteitsniveau 4)
Wegomstandigheden
Geel (Prioriteitsniveau 5)
Weer
Geel (Prioriteitsniveau 5)
Vertragingen
Geel (Prioriteitsniveau 5)
Parkeren
Wit
Informatie of Werkt niet
Wit
–
P
–
–
141 . . .
09euSTSNav.dut Page 142 Monday, June 23, 2008 8:05 AM
Functies en bedieningsorganen van het navigatiesysteem Informatiedisplay voor gebeurtenispictogrammen
■ PLAATSEN VAN BELANG
Het systeem kan korte of gedetailleerde informatie voor elk pictogram weergeven. Wanneer er een pictograminformatie wordt aangeraakt, wordt er korte informatie gegeven in een vakje op het kaartscherm. Raak de toets INFO (informatie) aan om gedetailleerdere informatie weer te geven. Opmerking: • Wanneer u een gebeurtenispictogram op de kaart aanraakt terwijl meerdere gebeurtenissen dicht bij elkaar ligt, dan geeft het systeem korte informatie weer voor de eerste gebeurtenis en wordt NEXT (volgende) op het display weergegeven. Raak NEXT aan om door de displays met korte informatie over de gebeurtenissen te bladeren.
Met deze functie kunt u pictogrammen voor faciliteitcategorieen (zoals benzinestations, restaurants, hotels, etc.) op het kaartscherm weergeven. Er kunnen pictogrammen voor maximaal vijf faciliteitcategorieën op de kaart worden weergegeven.
. . . 142
Zo stelt u pictogrammen in op de kaart: 1. Raak het kaartscherm aan. 2. Raak de toets POI (faciliteit) aan. Het kan nodig zijn de kaartschaal te verkleinen naar 1 km of minder. Het scherm QUICK POI (hoofdfaciliteit) wordt weergegeven.
09euSTSNav.dut Page 143 Monday, June 23, 2008 8:05 AM
Hoofdstuk 3 3. Selecteer een categorie uit de lijst. Als de gewenste categorie of subcategorie niet in de lijst met hoofdfaciliteiten wordt weergegeven, doe dan het volgende: - Raak de toets LIST CATEGORIES (lijst categorieën) aan. Selecteer in deze lijst een categorie en daarna de gewenste subcategorie. U kunt in dit scherm ook DELETE (verwijderen) selecteren om de geselecteerde categorie uit de lijst met hoofdfaciliteiten te verwijderen of u kunt SHOW (weergeven) selecteren om de lijst en het kaartscherm aan de hand van de huidige selecties bij te werken.
4. Selecteer maximaal vijf categorieën uit de lijst.
Er worden pictogrammen voor de geselecteerde pictogrammen weergegeven op het kaartscherm bij de locaties van de faciliteiten. Opmerking: Wanneer een geselecteerde pictogramcategorie al op de kaart wordt weergegeven, dan worden de pictogrammen van de kaart verwijderd wanneer de categorie wordt geselecteerd.
Alle pictogrammen voor hoofdfaciliteiten verwijderen Met deze functie kunt u de weergegeven pictogrammen van het kaartscherm verwijderen. Ga als volgt te werk om de faciliteiticonen van het kaartenscherm te verwijderen. 1. Raak het kaartenscherm één keer aan. 2. Raak de toets POI (faciliteit) aan. Het kan nodig zijn de kaartschaal te verkleinen naar 1 km of minder. Het scherm QUICK POI (hoofdfaciliteit) wordt weergegeven. 3. Raak de toets POI OFF (faciliteit uit) aan. De pictogrammen voor faciliteiten worden van het kaartscherm verwijderd.
143 . . .
–
–
–
09euSTSNav.dut Page 144 Monday, June 23, 2008 8:05 AM
Functies en bedieningsorganen van het navigatiesysteem Lokale faciliteiten zoeken Zo zoekt u lokale faciliteiten: 1. Raak het kaartscherm aan. 2. Raak de toets POI (faciliteit) aan. De schaal moet 1 km of minder zijn. Het scherm QUICK POI (hoofdfaciliteit) wordt weergegeven. 3. Raak de toets ALL LOCAL POI'S (alle lokale faciliteiten) aan. Wanneer de toets niet kan worden geselecteerd, moet u tenminste een van de zes faciliteitcategorieën op het scherm aanraken. Wanneer er minimaal een categorie is geselecteerd, wordt de toets ALL LOCAL POI'S beschikbaar.
. . . 144
FM
97.1 MHz
ST
Driver
10:26
LOCAL POI’S
TOTAL
0.9km
SHELL
1.0km
TOTAL
1.6km
ESSO
1.7km
TOTAL
1.8km
Sort by
Dist.
4. Er wordt een lijst met beschikbare faciliteiten (binnen een straal van 32 km van uw huidige locatie) weergegeven.
Icon
Name
Route
U kunt uit de volgende opties kiezen om de lijst te sorteren: - sorteren op afstand - sorteren op faciliteitpictogram - sorteren op naam - sorteren op route
09euSTSNav.dut Page 145 Monday, June 23, 2008 8:05 AM
Hoofdstuk 3 5. Selecteer de gewenste locatie uit de lijst en het systeem zal de gekozen faciliteit op het kaartenscherm laten zien.
Informatie over faciliteit Het systeem kan u informatie laten zien over een faciliteit die op de kaart wordt weergegeven. Het systeem kan korte of gedetailleerde informatie voor elk pictogram weergeven. U moet eerst het pictogram op de kaart selecteren met de bladerfunctie van het navigatiesysteem. Beweeg een vinger over het kaartscherm totdat het bladersymbool het gewenste pictogram omcirkelt. Wanneer beschikbaar wordt er een venster geopend met korte informatie over de faciliteit.
Raak de toets INFO. (informatie) aan om gedetailleerdere informatie weer te geven. Opmerking: Het kan zijn dat de database niet alle informatie over bepaalde faciliteiten bevat. De informatie voor een faciliteit kan zijn gewijzigd nadat de kaart is geproduceerd. Controleer de informatie over de faciliteit voordat u vertrekt.
–
–
–
145 . . .
09euSTSNav.dut Page 146 Monday, June 23, 2008 8:05 AM
Functies en bedieningsorganen van het navigatiesysteem ■ KAARTEN
Kaartbereik
Dit hoofdstuk bevat fundamentele informatie die u nodig heeft betreffende de kaartendatabase.
De kaarten zijn opgeslagen op een dvd. Zie de handleiding voor de kaartdvd van het navigatiesysteem voor de uitleg over het kaartbereik en de gedetailleerde lijst met steden in elke regio. Deze handleiding zou in de hoes van uw kaart-dvd moeten zitten.
. . . 146
Installatie van de kaartenDVD Zie "Beginnen" in hoofdstuk 1.
Startscherm van het navigatiesysteem Zie "Beginnen" in hoofdstuk 1.
Stel het zoekgebied in Zie "Het zoekgebied instellen" onder "Bestemming invoeren" eerder in dit hoofdstuk voor meer informatie.
09euSTSNav.dut Page 147 Monday, June 23, 2008 8:05 AM
Hoofdstuk 3 Kaartaanpassingen Het systeem stelt u in staat om de afbeeldingsschaal van de kaart aan te passen. Bovendien schuift de kaart automatisch mee met de richting waarin uw voertuig zich beweegt.
200m –
–
Schaal van de kaarten
Het rollen van de kaart
Als u de kaart op grotere of kleinere schaal wilt bekijken, raakt u de schaalpijltjes op de kaart aan. U kunt de hoeveelheid detail van de kaart wijzigen door in of uit te zoomen met de pijltjestoetsen of door de schaal op de balk aan te raken. Het systeem zal de kaart aanpassen. De schaal van een kaart kan variëren van 50 m tot 206 km.
Raak het kaartscherm om het even waar twee keer aan en het rolsymbool zal verschijnen. Gebruik deze functie om door de kaart te rollen. U kunt uw vinger in elke richting buiten het rolsymbool houden en de kaart zal in die richting doorrollen totdat u uw vinger van het kaartscherm haalt.
147 . . .
–
09euSTSNav.dut Page 148 Monday, June 23, 2008 8:05 AM
Functies en bedieningsorganen van het navigatiesysteem Als u rolt terwijl uw voertuig in de stand P (Parkeren) staat, rolt het systeem eerst met een langzamere snelheid. Deze snelheid neemt toe als u het kaartenscherm constant aanraakt. Indien u rolt wanneer uw voertuig zich voortbeweegt, heeft u één rolsnelheid en een beperkte afstand om te rollen. U dient het kaartscherm aan te blijven raken om een langere afstand af te rollen. Wanneer u over de kaart schuift, geeft het systeem het adres van de locatie van het bladersymbool weer. De afstand van de huidige positie van uw voertuig tot de locatie van het bladersymbool wordt ook weergegeven.
. . . 148
Als u de bladerfunctie heeft gebruikt om over de kaart te schuiven en uw voertuigpictogram verdwijnt, druk dan op de harde toets (kaart) om naar de huidige voertuiglocatie op de kaart terug te keren. U kunt de bladerfunctie op de kaart gebruiken om een bestemming in te stellen. Zie de volgende informatie: • Invoermethode voor bestemmingen: Over de kaart schuiven
Symbolen Onderstaande symbolen zijn de meest gebruikelijke die op het kaartenscherm verschijnen.
09euSTSNav.dut Page 149 Monday, June 23, 2008 8:05 AM
Hoofdstuk 3
–
Voertuigsymbool Uw voertuig wordt met dit symbool afgebeeld. Het geeft op het kaartenscherm de huidige positie en de richting waarin uw voertuig rijdt aan.
Bestemmingsymbool Dit symbool verschijnt op de kaart om uw bestemming aan te geven nadat een route is gepland.
Symbool voor tussenstop toevoegen Met dit symbool kunt u tussenstops tijdens de reis naar uw eindbestemming toevoegen.
149 . . .
–
–
09euSTSNav.dut Page 150 Monday, June 23, 2008 8:05 AM
Functies en bedieningsorganen van het navigatiesysteem
Routepuntsymbool Wanneer een tussenstop aan uw route is toegevoegd, dan ziet u dit symbool op de kaart. Het routepuntsymbool wordt van één tot vijf genummerd, afhankelijk van het aantal routepunten dat u ingesteld heeft.
. . . 150
Symbool voor afstand naar bestemming Dit symbool geeft de afstand naar uw eindbestemming aan. Dit symbool wordt alleen weergegeven wanneer u over de kaart schuift of wanneer de functie voor de geschatte reistijd niet beschikbaar is.
Symbool voor afstand naar eindbestemming en geschatte reistijd Dit symbool geeft de afstand naar uw eindbestemming aan en daarnaast de geschatte resterende reistijd of de geschatte aankomsttijd, afhankelijk van de geselecteerde instelling. Zie "Gebruikersinstellingen" onder "Instellingen navigatiesysteem" in hoofdstuk 2 voor meer informatie.
09euSTSNav.dut Page 151 Monday, June 23, 2008 8:05 AM
Hoofdstuk 3 De voertuigicoon zal zich altijd naar de bovenkant van het scherm begeven ongeacht de kompasrichting. De gearceerde driehoek geeft Noord aan. Raak het symbool voor noord boven of Voertuig boven aan om tussen de twee weergaven te wisselen.
495
km
Symbool voor Hemelsbrede afstand naar eindbestemming Dit symbool geeft de Hemelsbrede afstand tussen uw voertuig en uw eindbestemming aan. Het symbool voor Hemelsbrede afstand naar eindbestemming wordt weergegeven voordat u aan uw route begint of wanneer u zich op een weg bevindt waar navigatiebegeleiding niet beschikbaar is.
–
–
Symbolen voor noord boven en voertuig boven Dit symbool geeft aan dat de kaartweergave "Noorden boven" is. In de stand Noordelijke richting is Noord altijd boven in het kaartenscherm, ongeacht de richting waarin het voertuig rijdt. Dit symbool geeft aan de kaartweergave "Naar boven" is.
–
151 . . .
09euSTSNav.dut Page 152 Monday, June 23, 2008 8:05 AM
Functies en bedieningsorganen van het navigatiesysteem
TMC
GPS Symbool voor "Satellietsignaal onbeschikbaar" Telkens wanneer het navigatiesysteem niet in staat is om het signaal van het Global Positioning System te ontvangen, wordt dit symbool afgebeeld. Zie "Global Positioning System (GPS)" voor meer informatie.
. . . 152
Pijlsymbool Dit pijlsymbool wordt weergegeven wanneer de naam van een locatie te lang is om afgebeeld te worden. Raak de linker of rechter pijl aan om door de naam te rollen.
Symbool Verkeersberichtenzender Zie "RDS-TMC (radiodatasysteem verkeersberichtenzender)" eerder in dit hoofdstuk voor meer informatie.
09euSTSNav.dut Page 153 Monday, June 23, 2008 8:05 AM
Hoofdstuk 3
POI –
Symbool voor volgende afslag Dit symbool geeft de positie aan van de instructie voor de volgende afslag.
Symbool Geheugenpunten Raak de kaart op een willekeurige plek aan om deze toets weer te geven. Als u daarna de toets Symbool Geheugenpunten aanraakt, wordt de huidige locatie op de kaart automatisch opgeslagen als een geheugenpunt in de categorie MARKED POINT (gemarkeerd punt). Zie de volgende informatie: • Opgeslagen locaties - Geheugenpunten
Symbool POI (faciliteit) Raak de kaart op een willekeurige plek aan om deze toets weer te geven. Als u daarna de toets POI aanraakt, wordt het scherm QUICK POI (hoofdfaciliteit) weergegeven. Zie het volgende, eerder in dit hoofdstuk, voor meer informatie: • plaatsen van belang
153 . . .
–
–
09euSTSNav.dut Page 154 Monday, June 23, 2008 8:05 AM
Functies en bedieningsorganen van het navigatiesysteem
10:26
97.1 MHz NT. GLE D R
LN CH
km
T. A.
SOU
min
Menu Edit
5.63
UR
km
15
CH
196.3 BRA V2 LE AST Ahr
CR UE EV LL BE
Symbool voor weergave begeleidingsvenster Raak dit symbool aan om de opties voor weergave van het begeleidingsvenster weer te geven.
RD
D RAN
OD WO ON IFT CL
ALL
EL ’S W OB AC
FM
ARGYL PL
NW
CLIFTO
200m
RANDALL ROAD
OA D Met deze functie kunt u een van de volgende opties selecteren: • Symbool voor enkele-kaart modus Raak dit symbool aan om de modus voor enkele kaart als de weergave voor het begeleidingsvenster te selecteren.
. . . 154
Het scherm geeft meer van de kaart weer, met een venster dat de richting van en de afstand tot de eerstvolgende manoeuvre weergeeft. Let op: de beschikbaarheid van de weergave van dit venster is afhankelijk van uw huidige route.
09euSTSNav.dut Page 155 Monday, June 23, 2008 8:05 AM
Hoofdstuk 3
ST
10:26
B CO JA
NST. HL 97.1CO MHz
FM
NT. GLE D R
LN
UE
EV
LN H
ARGYL PL
CR
Raak het symbool voor noord boven of Voertuig boven aan om tussen de twee weergaven te wisselen.
OD
WO
200m
ON
RAN
RD
–
UR
LL
IFT
LL DA
Menu
RD
–
CH
km
BE
653.3
ALL
D RAN
CH
NT. GLE D R
OD WO ON IFT CL
5.63
CL
Symbool voor dubbelekaartstand Raak dit symbool aan om de modus voor dubbele kaart als de weergave voor het begeleidingsvenster te selecteren. Het systeem geeft een gedeeld scherm. De kaart wordt aan beide zijden van het scherm weergegeven, maar elke zijde heeft een andere schaal en rijrichting. Raak het scherm ergens in de rechterkaart aan om de schaal, of de tweedimensionale of driedimensionale weergave te wijzigen, of om de faciliteitsfunctie in of uit te schakelen.
HU RC
•
–
NW
CLIFTO
RANDALL ROAD Let op: de beschikbaarheid van de weergave van dit venster is afhankelijk van uw huidige route.
155 . . .
09euSTSNav.dut Page 156 Monday, June 23, 2008 8:05 AM
BRA EAS V T E RD
AM
NE LD
200m
Wanneer u de volgende afslag nadert, geeft het systeem automatisch een ingezoomde weergave van de eerstvolgende manoeuvre.
LE
CLIFTON VALE 0.2km
OLD BREAD STREET
RD
CLIFTON VA
HOTW ELL
Menu
10:26
LEWINS MEAD 0.5km
GO
7
POLYGON RD
km
TA
HOTWELL ROAD 0.7km
4.0
hr min
. . . 156
ST
AMB
YR
D
97.1 MHz
ROS
Y AVE
FM GOLD NE
CLIFTO
Symbool voor afslagenlijst Raak dit symbool aan om de stand voor de afslagenlijst als de weergave voor het begeleidingsvenster te selecteren. Het systeem geeft een lijst met de komende drie manoeuvres. Richtingpijlen, straatnamen en de afstand tot de volgende afslag worden ook weergegeven.
RCHAN TS
•
N
Functies en bedieningsorganen van het navigatiesysteem
Let op: de beschikbaarheid van de weergave van dit venster is afhankelijk van uw huidige route.
09euSTSNav.dut Page 157 Monday, June 23, 2008 8:05 AM
BRA EAS V T E RD
AM
ST
10:26
CLIFTON VALE
–
GO
LD
NE
AMB
YR
D
97.1 MHz
ROS
Y AVE
FM GOLD NE
CLIFTO
–
4 40
hr min
Menu
CLIFTON VA
200m
Wanneer u de volgende afslag nadert, geeft het systeem automatisch een ingezoomde weergave van de eerstvolgende manoeuvre.
LE
1.6 km
OLD BREAD STREET
RD
km
HOTW ELL
450
POLYGON RD
Symbool voor "Alleen volgende afslag" Raak dit symbool aan om de stand "Alleen volgende afslag" als de weergave voor het begeleidingsvenster te selecteren. Het systeem geeft de volgende afslag weer. Een richtingpijl, de straatnaam en de afstand tot de volgende afslag worden ook weergegeven.
RCHAN TS
•
N
Hoofdstuk 3
Let op: de beschikbaarheid van de weergave van dit venster is afhankelijk van uw huidige route.
157 . . .
–
09euSTSNav.dut Page 158 Monday, June 23, 2008 8:05 AM
Functies en bedieningsorganen van het navigatiesysteem Symbool begeleidingsscherm Raak dit symbool aan om alleen de eerstvolgende manoeuvre weer te geven, samen met een kleine kaart van de manoeuvre. Deze kaart wordt weergegeven wanneer u een afslag nadert.
FM
ST
97.1 MHz 0
CLIFTON VALE CLIFTON VALE
AMBRO km
4 39
hr min
GOL DNE Y RD
Menu
500
POLYGON
RD
200m
Wanneer u deze functie wilt uitschakelen, zie dan "Gebruikersinstellingen" onder "Instellingen navigatiesysteem" in hoofdstuk 2.
. . . 158
10:26
m
CLIFTON VALE
HOTWEL L
449
Driver
HOTWEL L
•
700 m
OLD BREAD STREET Let op: de beschikbaarheid van de weergave van dit venster is afhankelijk van uw huidige route.
09euSTSNav.dut Page 159 Monday, June 23, 2008 8:05 AM
ST
97.1 MHz
10:26
AMB
ROS
E RD
Y AVE
FM GOLD NE
A31
72
24 9.3km
– 0h05m
km
23 447
km
4 38
hr min
6.2km
0h03m
–
22 4.9km
–
Menu 200m
Zelfs wanneer u het symbool voor begeleiding snelweg niet handmatig selecteert, geeft het navigatiesysteem automatisch begeleiding op de snelweg weer bij een route op een snelweg.
A31/E21/E23
RD
Symbool voor begeleiding snelweg Raak dit symbool aan om het nummer van de volgende afslag, de afstand tot de afslag en de beschikbare faciliteiten bij de afslag weer te geven. Het systeem geeft ook een venster weer met de richting naar en de afstand tot de volgende manoeuvre. Wanneer een pijl omhoog of omlaag op het scherm oplicht, kunt u deze aanraken om omhoog of omlaag door de weergegeven lijst te bladeren. U kunt de beschikbare faciliteiten bij een afslag weergeven door de afslag te selecteren en daarna de toets MAP (kaart) aan te raken.
CLIFTO
•
N
Hoofdstuk 3
Wanneer u deze functie wilt uitschakelen, zie dan "Gebruikersinstellingen" onder "Instellingen navigatiesysteem" in hoofdstuk 2. Let op: de beschikbaarheid van de weergave van dit venster is afhankelijk van uw huidige route.
159 . . .
09euSTSNav.dut Page 160 Monday, June 23, 2008 8:05 AM
Functies en bedieningsorganen van het navigatiesysteem ■ AUTOMATISCHE HERROUTERING
■ RIJDEN DOOR VERSCHILLENDE GEBIEDEN
Wanneer uw bestemming is ingesteld en u wijkt af van de geplande route, zal het systeem automatisch beginnen te herrouteren. U kunt de nieuwe route gehighlight op het scherm zien.
Indien u van plan bent om door verschillende gebieden te rijden, dient u wellicht het gebied te veranderen dat het gebied afbeeldt waar u naar toe reist. • Eerste methode: Wijzig het zoekgebied als u dichter bij het gebied waar u naartoe reist komt. • Tweede methode: Wijzig het zoekgebied wanneer u de instellingen voor uw bestemming en route invoert. Zie "Bestemming invoeren" eerder in dit hoofdstuk voor meer informatie.
. . . 160
■ HEAD-UP-DISPLAY (INDIEN VAN TOEPASSING) Wanneer er een route is gepland, kan het head-up-display begeleidingsinformatie geven als het voertuig een afslag nadert. Wanneer het voertuig in een woongebied rijdt, wordt de begeleidingsinformatie voor afslagen weergegeven wanneer het voertuig 0,80 km van de volgende afslag is verwijderd. Wanneer het voertuig op de snelweg rijdt, wordt de begeleidingsinformatie voor afslagen weergegeven wanneer het voertuig 2,0 km van de volgende afslag is verwijderd.
09euSTSNav.dut Page 161 Monday, June 23, 2008 8:05 AM
Hoofdstuk 3
1 3 2
4
De volgende begeleidingsinformatie voor afslagen wordt weergegeven: 1. Richtingpijl 2. Afstandsbalk De lengte van de balk neemt af als het voertuig de eerstvolgende afslag nadert. 3. Straatnaam
4. Schaal van de afstandsbalk De schaal van de afstandsbalk is 0,80 km in woongebieden en 2,0 km op snelwegen. Deze waarde verandert niet als u een bocht nadert. Nadat het voertuig een afslag heeft genomen, wordt de volgende informatie 10 seconden op het display weergegeven: • de naam van de volgende straat waarnaar u moet afslaan • de afstand tot de volgende straat waarnaar u moet afslaan Zie "Head-up-display" in het instructieboekje van uw voertuig voor meer informatie.
■ DE AFSTANDSBEDIENING GEBRUIKEN Wanneer persoonlijke instellingen voor het voertuig zijn ingesteld tijdens het programmeren van functies, dan wordt Bestuurder 1 of Bestuurder 2 op het scherm of op het instrumentenpaneel weergegeven wanneer u uw voertuig start. Het nummer achter op de afstandsbediening komt overeen met bestuurder 1 of bestuurder 2. Het navigatiesysteem kan apart geheugenpunten voor bestuurders 1 en 2 opslaan. Zie voor meer informatie "Programmeerbare en instelbare functies van de auto" in het instructieboekje van uw auto.
161 . . .
–
–
–
09euSTSNav.dut Page 162 Monday, June 23, 2008 8:05 AM
Functies en bedieningsorganen van het navigatiesysteem ■ GLOBAL POSITIONING SYSTEM (GPS) Het navigatiesysteem stelt de positie van uw voertuig vast met behulp van satellietsignalen, diverse voertuigsignalen en kaartgegevens. Het GPS-systeem laat de juiste huidige positie van uw voertuig zien met behulp van signalen die door de GPS-satellieten worden verzonden. Wanneer uw voertuig geen signalen van de satellieten ontvangt, wordt er op het kaartscherm een symbool weergegeven. Zie het volgende, eerder in dit hoofdstuk, voor meer informatie: • Kaarten - Symbolen Symbool voor "Satellietsignaal onbeschikbaar"
. . . 162
Soms kunnen storingen als gevolg van de toestand van de satelliet, wegenconfiguratie, toestand van het voertuig en/of andere omstandigheden invloed uitoefenen op het nauwkeurig door het navigatiesysteem vaststellen van de positie van het voertuig. Als gevolg van de volgende omstandigheden kan dit systeem misschien niet verkrijgbaar zijn of kunnen er storingen ontstaan: • het satellietsignaal wordt gehinderd door hoge gebouwen, een grote vrachtwagen of een tunnel • er bevinden zich voorwerpen op het hoedenplank • een satelliet is niet in staat signalen te verzenden als gevolg van reparatie of verbeteringen • Er is zonweringsfolie van een derde partij op de achterruit aangebracht.
OPMERKING Breng geen zonweringsfolie van andere fabrikanten op de ruiten aan. De zonweringsfolie zal het systeem verhinderen om Global Positioning System signalen op te vangen en het zou een systeemstoring kunnen veroorzaken. Wellicht moet u de ruit vervangen om het probleem op te lossen. De reparaties worden niet gedekt door uw garantie. Als u problemen ondervindt, zie dan verderop in dit hoofdstuk voor meer informatie: • Plaats van het voertuig • Problemen met route-aanwijzingen • Indien het systeem onderhoud behoeft
09euSTSNav.dut Page 163 Monday, June 23, 2008 8:05 AM
Hoofdstuk 3 ■ PLAATS VAN HET VOERTUIG Soms is de positie van het voertuig op de kaart niet nauwkeurig als gevolg van één of meer toestanden die hierna zijn vermeld: • Het wegsysteem is veranderd. • De auto rijdt op gladde oppervlakken zoals op zand, steenslag en/ of sneeuw. • De auto rijdt over kronkelige wegen. • De auto rijdt over een lange rechte weg. • De auto nadert een hoog gebouw of een groot gebouw. • De verharde wegen lopen naast een snelweg. • De auto is juist getransporteerd door een voertuig of veerboot.
• De positie-kalibratie is verkeerd afgesteld. • De auto rijdt met hoge snelheden. • De auto herhaalt een aantal richtingveranderingen door vooruit en achteruit te rijden of door gebruik te maken van een keerplek op een parkeerplaats. • De auto rijdt een parkeerplaats, garage of een overdekte parkeerplaats in of uit. • Wanneer het GPS-signaal niet wordt ontvangen. • De auto is uitgerust met dakdragers. • De auto is uitgerust met sneeuwkettingen • De banden zijn vervangen. • De bandenspanning is onjuist.
• Wanneer met versleten banden wordt gereden. • De eerste keer dat de kaart-dvd in het apparaat wordt gestoken. • De accukabels zijn een aantal dagen losgekoppeld geweest. • De auto rijdt in druk verkeer waar zeer langzaam wordt gereden en de auto herhaalde malen gestopt en gestart wordt. Als u problemen met uw navigatiesysteem heeft, kan het zijn dat het systeem moet worden gekalibreerd. Er kunnen problemen ontstaan door verschillen in bandenspanning of door de montage van een reservewiel. Kalibreer het systeem als volgt: • Instellingen navigatiesysteem - Navigatiesysteem kalibreren
163 . . .
–
–
–
09euSTSNav.dut Page 164 Monday, June 23, 2008 8:05 AM
Functies en bedieningsorganen van het navigatiesysteem ■ PROBLEMEN MET ROUTE-AANWIJZINGEN Onjuiste route-aanwijzingen kunnen plaatsvinden onder één van de volgende omstandigheden: • De auto heeft niet de afslag genomen die door het systeem werd aangegeven. • Bij automatische herberekening van de route kan de routebegeleiding niet beschikbaar zijn voor de volgende afslag naar rechts of links. • Het kan zijn dat de nieuwe route niet gewijzigd is tijdens het automatisch opnieuw bepalen van de route. • Wanneer u op een kruising afslaat, is er geen routebegeleiding. • In sommige gevallen worden er meerdere plaatsnamen genoemd.
. . . 164
• Het automatisch herberekenen van de route kan lang duren wanneer u hard rijdt. • Wanneer u naar een bestemming gaat zonder tussenstops aan te doen, kan de automatische herberekening van de route u terug sturen naar de ingestelde tussenstop. • De route bevat een inrijverbod gedurende bepaalde perioden of seizoenen of andere voorschriften die kunnen gelden. • U kunt naar sommige routes niet zoeken. • De route naar de bestemming wordt wellicht niet afgebeeld wanneer er nieuwe wegen zijn, als wegen recentelijk zijn gewijzigd of wanneer bepaalde wegen niet op de kaarten-DVD staan. Raadpleeg "Bestellen van kaarten-DVD's" in dit hoofdstuk.
Als u problemen met uw navigatiesysteem heeft, kan het zijn dat het systeem moet worden gekalibreerd. Kalibreer het systeem als volgt: • Instellingen navigatiesysteem - Navigatiesysteem kalibreren
09euSTSNav.dut Page 165 Monday, June 23, 2008 8:05 AM
Hoofdstuk 3 ■ INDIEN HET SYSTEEM ONDERHOUD BEHOEFT
■ BESTELLEN VAN KAARTEN-DVD'S
■ TOELICHTINGEN DATABASEBEREIK
Als u nog steeds moeilijkheden ondervindt met uw navigatiesysteem en de informatie in dit instructieboekje hebt gelezen, raadpleeg dan uw dealer.
De kaarten-DVD in uw voertuig bevat de nieuwste informatie die verkrijgbaar was toen uw voertuig werd verkocht. De kaarten-DVD wordt één keer per jaar herzien, mits de kaarteninformatie gewijzigd is. Neem contact met uw dealer op om een nieuwe kaarten-DVD te bestellen.
De kaarten zijn opgeslagen op een DVD. Dekkingsgebieden binnen Europa variëren met betrekking tot het niveau in kaartdetails dat beschikbaar is voor een willekeurig gebied. Sommige gebieden worden gedetailleerder weergegeven dan andere gebieden. Zodra kaart-DVD's worden bijgewerkt, kunnen er meer details beschikbaar worden voor gebieden die voorheen slechts een beperkt aantal details kenden. Zie "Bestellen van kaarten-DVD's" eerder in dit hoofdstuk. Zie voor meer informatie over databasebereik de handleiding Navigatiesysteem Kaartendisk die in de hoes van de kaarten-dvd zit.
165 . . .
–
–
–
09euSTSNav.dut Page 166 Monday, June 23, 2008 8:05 AM
09euSTSNav.dut Page 167 Monday, June 23, 2008 8:05 AM
––– – 4 Audio sys-
Hoofdstuk 4 - Audiosysteem Audiosysteem .....................................................168 Scherm AUDIO ADJUST (audio aanpassen) .....170 Instellen van de klank.........................................171 Luidsprekers afstellen .........................................172 Digital Signal Processing (DSP) ..........................172 Automatische geluidscompensatie ....................173 Dvd-audiomodus...............................................174 Afstelling surroundgeluid luidspreker.................175 Scherm Audio-instellingen .................................176 Gebruik van de radio..........................................180 Audiobronmenu ................................................182 Voorkeurzenders opslaan en oproepen..............185 Band-specifieke voorkeurzenders ......................185 Voorkeurzenders van meerdere banden ...........186 Radio Datasysteem (RDS) ...................................188 Cd-/dvd-wisselaar voor 6 disks..........................192 Toets SRCE (bron) .............................................193 Disks in de cd-/dvd-wisselaar plaatsen ..............193 Een disk selecteren ............................................195 CD's uitwerpen .................................................195 Een audio-cd afspelen .........................................196 Een MP3-audiobestand afspelen.........................199 Een DVD afspelen................................................204 Foutmelding CD .................................................213 Zorg voor uw cd- en dvd-speler..........................213 Zorg voor uw cd's en dvd's .................................213
Televisiesysteem................................................. 214 Inschakelen van het televisiesysteem.................. 215 Menu Televisie.................................................... 216 Televisiezender selecteren................................... 219 Schermweergave van de kanalen....................... 221 Voorkeuzezenders .............................................. 221 Zenders handmatig instellen ............................ 221 AUTO STORE (automatisch opslaan) ............... 223 Spraakherkenningsopdrachten........................... 224 Waarschuwingsscherm voor de bestuurder ....... 224 Regio .................................................................. 225 Een aanvullend apparaat aansluiten ................ 226 Aanpassing van de audio-instellingen ............. 227
167 . . .
09euSTSNav.dut Page 168 Monday, June 23, 2008 8:05 AM
Audiosysteem ■ AUDIOSYSTEEM WAARSCHUWING Vermijd of minimaliseer activiteiten met de geluidsinstallatie of navigatiesysteem wanneer u rijdt. U kunt de macht over het stuur verliezen en uzelf en anderen in gevaar brengen. De bestuurder moet altijd goed blijven opletten tijdens het rijden.
. . . 168
OPMERKING Extra gemonteerde elektronische apparatuur zoals een geluidsinstallatie, een cd-speler, MCzender/ontvanger, autotelefoon of zend-/ontvanginstallatie kunnen een negatieve invloed uitoefenen op de werking van motor, radio of overige systemen en deze zelfs beschadigen. Neem bij twijfel contact op met uw dealer. Neem contact op met uw dealer voordat u extra uitrusting toevoegt. Controleer ook de nationale regelgeving voor mobiele radioen telefooneenheden.
Om de radio te kunnen inschakelen, moet het contact aangezet zijn of de accessoirevoeding ingeschakeld zijn. Zie "Reservevoeding" in het instructieboekje in uw voertuig voor meer informatie. Het audiosysteem wordt gestuurd met behulp van menu's op het scherm van het navigatiesysteem. De audio-menu's zijn in dit hoofdstuk beschreven. Zie "Bedieningsorganen op het stuurwiel" in het instructieboekje van uw voertuig voor meer informatie.
09euSTSNav.dut Page 169 Monday, June 23, 2008 8:05 AM
Hoofdstuk 4 Aan/uit-toets Druk lichtjes op de knop om het systeem in te schakelen. Druk nog een keer op de knop om het systeem uit te schakelen. –
–
–
–
Volumeregelaar Draai de knop naar rechts om het volume te laten toenemen en naar links om het te laten afnemen.
Toets SRCE (bron) Druk op SRCE om tussen de radio en de cd-/dvd-wisselaar te kiezen.
169 . . .
09euSTSNav.dut Page 170 Monday, June 23, 2008 8:05 AM
Audiosysteem ■ SCHERM AUDIO ADJUST (AUDIO AANPASSEN) Druk op om het scherm AUDIO ADJUST (audio afstellen) weer te geven. Op dit scherm kunt u de volgende audio-instellingen aanpassen: • klankinstellingen Zie "Instellen van de klank" verderop in dit hoofdstuk om de klank aan te passen. • luidsprekerinstellingen Zie "Aanpassen van de speakers" verderop in dit hoofdstuk om de speakers aan te passen.
FM Audio Pilot
97.1 MHz
DSP:
Mid
– – – –
10:26
Center Point
Front
+ + + + Normal
• instellingen DSP (digitale signaalverwerking) Zie voor informatie over de functie DSP "Digitale signaalverwerking (DSP)" verderop in dit hoofdstuk.
. . . 170
Rear Seat
AUDIO ADJUST
Multichannel Audio
ST
Left
Right Rear
Driver
Talk
Rear Seat
• Geluidscompensatie AudioPilot® Zie "Automatische geluidscompensatie" verderop in dit hoofdstuk voor meer informatie.
09euSTSNav.dut Page 171 Monday, June 23, 2008 8:05 AM
Hoofdstuk 4 • meerkanaalse dvd-audio (surround of tweekanaals) Zie "Dvd-audiomodus" verderop in dit hoofdstuk voor meer informatie. • AUDIO Raak deze toets aan om het menu Audio-instellingen te openen. Zie "Scherm Audio-instellingen" verderop in dit hoofdstuk voor meer informatie. Telkens wanneer een bestuurder de audio-instellingen voor voorkeurzenders kiest of verandert, worden de wijzigingen automatisch opgeslagen door het systeem.
Instellen van de klank Druk op om het scherm AUDIO ADJUST (audio afstellen) weer te geven. Voor het instellen van de lage tonen, hoge tonen en middentonen gaat u als volgt te werk: • (hoge tonen): raak de toetsen plus (+) of min (-) aan om het gewenste niveau te selecteren. Raak de middelste stand op de balk aan om het niveau uit te balanceren.
• MID (midrange): raak de toetsen MID plus (+) of min (-) aan om het gewenste niveau te selecteren. Raak de middelste stand op de balk aan om het niveau uit te balanceren. • (lage tonen): raak de toetsen plus (+) of min (-) aan om het gewenste niveau te selecteren. Raak de middelste stand op de balk aan om het niveau uit te balanceren.
–
–
–
–
171 . . .
09euSTSNav.dut Page 172 Monday, June 23, 2008 8:05 AM
Audiosysteem Luidsprekers afstellen Druk op om het scherm AUDIO ADJUST (audio afstellen) weer te geven. Om de balans of de fade van de luidspreker aan te passen, doet u het volgende: • Balans: raak de toets LEFT (links) aan voor meer geluid uit de luidspreker links in het voertuig en raak de toets RIGHT (rechts) aan voor meer geluid uit de luidspreker rechts in het voertuig. De middelste stand balanceert het geluid uit tussen de linker- en rechterluidsprekers. • Fade: raak de toets FRONT (voor) aan voor meer geluid uit de luidspreker voor in het voertuig en raak de toets REAR (achter) aan voor meer geluid uit de luidspreker achter in het voertuig. De middelste stand zorgt dat het geluid tussen de voorste en achterste luidsprekers uitgebalanceerd is.
. . . 172
Digital Signal Processing (DSP) Deze functie biedt u de keuze uit vijf verschillende luisterervaringen. U kunt deze gebruiken terwijl u naar de radio of de wisselaar luistert. Druk op om het scherm AUDIO ADJUST (audio afstellen) weer te geven.
Hieronder volgt een beschrijving van de vijf DSP-keuzes: • CENTER POINT Met deze instelling is Bose® 5.1 Studio Surround Sound® mogelijk. • NORMAL (normaal) Raak deze toets aan om DSP uit te schakelen. Gebruik deze instelling alleen voor geluidsbronnen zonder surround. • DRIVER (bestuurder) Kies deze instelling voor de best mogelijke geluidskwaliteit voor de bestuurder. Gebruik deze instelling alleen voor geluidsbronnen zonder surround.
09euSTSNav.dut Page 173 Monday, June 23, 2008 8:05 AM
Hoofdstuk 4 • TALK (praatprogramma) Deze toets wordt gebruikt tijdens het luisteren naar uitzendingen zonder muziek, zoals nieuwsberichten, praatprogramma's en sportprogramma's. TALK zorgt ervoor dat gesproken woorden heel duidelijk klinken. Gebruik deze instelling alleen voor geluidsbronnen zonder surround. • REAR SEAT (achterbank) Kies deze instelling voor de best mogelijke geluidskwaliteit voor de inzittenden achterin de auto. Gebruik deze instelling alleen voor geluidsbronnen zonder surround.
• 5.1 SURROUND Raak terwijl u naar een dvd luistert deze toets aan om van het volledige effect van surroundgeluid te genieten. - Opmerking: Deze functie is alleen beschikbaar wanneer CENTERPOINT is ingeschakeld. Zie "Surroundluidspreker aanpassen" verderop in dit hoofdstuk voor meer informatie.
Automatische geluidscompensatie Deze functie is beschikbaar op het scherm AUDIO ADJUST (audio aanpassen). Met deze functie controleert de geluidsinstallatie continu het achtergrondgeluid dat kan ontstaan door veranderende wegomstandigheden, veranderende rijsnelheden of zelfs open ramen. Het geluid wordt automatisch aangepast om de effecten van bijgeluiden te minimaliseren. Deze functie werkt het beste bij lagere geluidsvolumes, waar het achtergrondgeluid meestal harder is dan het volume van de geluidsinstallatie.
173 . . .
–
–
–
–
09euSTSNav.dut Page 174 Monday, June 23, 2008 8:05 AM
Audiosysteem Bij hogere volumes kan er geen of weinig aanpassing zijn. Gebruik de functie Automatische geluidscompensatie door de toets AUDIO PILOT aan te raken. Wanneer de toets is gemarkeerd, is deze functie ingeschakeld. Raak de toets nogmaals aan om deze functie uit te schakelen.
. . . 174
Dvd-audiomodus Druk op om het scherm AUDIO ADJUST (audio afstellen) weer te geven. Raak wanneer beschikbaar de toets MULTI-CHANNEL (meerkanaals) aan om de dvd-audiobron in de surroundstand af te spelen. Zie "Surroundluidspreker aanpassen" verderop in dit hoofdstuk voor meer informatie.
Raak de toets nog een keer aan om de dvd-audiobron in de tweekanaals stand af te spelen. Opmerking: De dvd-audiomodus is afhankelijk van de media in de dvd-wisselaar.
09euSTSNav.dut Page 175 Monday, June 23, 2008 8:05 AM
Hoofdstuk 4 Afstelling surroundgeluid luidspreker Deze functie is beschikbaar op het scherm AUDIO ADJUST (audio aanpassen). Met de afstelling van de surroundluidspreker kunt u het niveau van het surroundgeluid verhogen of verlagen.
De afstelling van de surroundluidspreker is beschikbaar wanneer een van de volgende functies is ingeschakeld: • Dvd-audiomodus MULTICHANNEL (meerkanaals) Zie "Dvd-audiomodus" eerder in dit hoofdstuk. • Instelling digitale signaalverwerking CENTER POINT. Zie "Digitale signaalverwerking (DSP)" eerder in dit hoofdstuk.
Stel de luidsprekers als volgt af op het gewenste surroundniveau: • (luidsprekerniveau): raak de toetsen plus (+) of min (-) aan om het gewenste niveau te selecteren. Raak de middelste stand op de balk aan om het niveau uit te balanceren.
–
–
–
–
175 . . .
09euSTSNav.dut Page 176 Monday, June 23, 2008 8:05 AM
Audiosysteem Scherm Audio-instellingen Deze functie is beschikbaar op het scherm AUDIO ADJUST (audio aanpassen). Raak AUDIO aan om het scherm Audio-instellingen te openen. De items die op dit scherm zijn te zien, zijn afhankelijk van de actieve audiobron.
FM
234 kHz
10:26PM
Auto Store Info Category Traffic Regional Variant
De volgende items kunnen op het scherm worden weergegeven: • AUTO STORE (automatisch opslaan) Raak de toets aan om deze functie voor de huidige audiobron in of uit te schakelen.
. . . 176
Wanneer de toets is gemarkeerd, is deze functie ingeschakeld. Wanneer de functie is ingeschakeld, wordt de toets AUTO STORE beschikbaar op het scherm van het audiobronmenu.
09euSTSNav.dut Page 177 Monday, June 23, 2008 8:05 AM
Hoofdstuk 4 •
INFO (informatie) Dit is een RDS-functie. RDS-voorzieningen zijn alleen beschikbaar voor FM-zenders die RDS-informatie uitzenden. Raak de toets aan om deze functie in of uit te schakelen. Wanneer de toets is gemarkeerd, is deze functie ingeschakeld. Wanneer de functie is ingeschakeld, wordt de toets INFO beschikbaar op het scherm van het audiobronmenu.
•
CATEGORY (categorie) Dit is een RDS-functie. RDS-voorzieningen zijn alleen beschikbaar voor FM-zenders die RDS-informatie uitzenden. Raak de toets aan om deze functie in of uit te schakelen. Wanneer de toets is gemarkeerd, is deze functie ingeschakeld. Wanneer de functie is ingeschakeld, wordt de toets CATEGORY beschikbaar op het scherm van het audiobronmenu.
•
TRAFFIC (verkeer) Dit is een RDS-functie. RDS-voorzieningen zijn alleen beschikbaar voor FM-zenders die RDS-informatie uitzenden. Raak de toets aan om deze functie in of uit te schakelen. Wanneer de toets is gemarkeerd, is deze functie ingeschakeld. De radio zoekt zenders die verkeersberichten uitzenden. Opmerking: Deze functie is alleen voor gebruik beschikbaar wanneer de radio is ingesteld op de FMband of wanneer de cd-/dvdaudiobron actief is.
177 . . .
–
–
–
–
09euSTSNav.dut Page 178 Monday, June 23, 2008 8:05 AM
Audiosysteem • (bediening voor cd/mp3) Deze optie is alleen beschikbaar wanneer u de audiostanden voor cd of mp3 gebruikt. Raak de toets aan om deze functie in of uit te schakelen. Wanneer de toets is gemarkeerd, is deze functie ingeschakeld. Wanneer deze functie is ingeschakeld, worden de knoppen voor terugspoelen, vooruitspoelen, afspelen, onderbreken, vorige map en volgende map op het scherm voor de cd-/dvd-wisselaar beschikbaar.
. . . 178
•
REGIONAL VARIANT (regionale variant) Met dit menu-item kunt u de functie Region (Regio) in- en uitschakelen. Dit is een RDS-functie. RDS-voorzieningen zijn alleen beschikbaar voor FM-zenders die RDS-informatie uitzenden. Met RDS kan het audiosysteem een sterkere zender in het netwerk zoeken wanneer een zender te zwak wordt. Wanneer de regiofunctie is geactiveerd, wordt het zoeken naar een zender met een sterker signaal beperkt tot netwerkzenders binnen dezelfde regio. Raak de toets aan om deze functie in of uit te schakelen. Wanneer de toets is gemarkeerd, is deze functie ingeschakeld.
• AUDIO LANGUAGE (audiotaal) Dit item is alleen beschikbaar voor video-dvd's. Raak deze toets aan om de audiotaal te wijzigen. Er wordt een lijst met beschikbare talen door de huidige disk weergegeven. Selecteer de gewenste taal.
09euSTSNav.dut Page 179 Monday, June 23, 2008 8:05 AM
Hoofdstuk 4 • SUBTITLE LANGUAGE (ondertitelingstaal) Dit item is alleen beschikbaar voor video-dvd's. Met deze optie kunt u de taal van de ondertiteling selecteren. Er wordt een lijst met beschikbare talen door de huidige disk weergegeven. Selecteer de gewenste taal.
• MENU LANGUAGE (menutaal) Dit item is alleen beschikbaar voor video-dvd's. Met deze optie kunt u de taal van de menutekst van de dvd selecteren. Er wordt een lijst met beschikbare talen door de huidige disk weergegeven. Selecteer de gewenste taal.
• PARENTAL LEVEL (niveau kinderslot) Dit item is alleen beschikbaar voor video-dvd's. Raak deze toets aan wanneer u het kinderslot wilt instellen. Voer een wachtwoord in met het toetsenpaneel. Er kunnen verschillende opties voor het kinderslot op dit scherm worden weergegeven. Gebruik de zachte toetsen op het scherm om de functie kinderslot naar wens in te stellen.
–
–
–
–
179 . . .
09euSTSNav.dut Page 180 Monday, June 23, 2008 8:05 AM
Audiosysteem ■ GEBRUIK VAN DE RADIO U opent het menu Audiobron door de knop linksboven in de hoek van het scherm aan te raken. Zie "Audiobronmenu" voor meer informatie. De volgende radioknoppen bevinden zich op het scherm van het navigatiesysteem:
•
. . . 180
Aan-/volumeknop Druk lichtjes op de knop om het systeem in te schakelen. Druk nog een keer op de knop om het systeem uit te schakelen.
Draai de knop naar rechts om het volume te laten toenemen en naar links om het te laten afnemen.
09euSTSNav.dut Page 181 Monday, June 23, 2008 8:05 AM
Hoofdstuk 4 • Toets BAND (Band) Druk op deze harde toets om te schakelen tussen AM, FM, TV en LW (lange golf), indien beschikbaar. Zie "Audiobronmenu" voor meer informatie. • Toets SRCE (bron) Druk op SRCE om tussen de radio en de cd-/dvd-wisselaar te kiezen. • Toets Afstelling audio Druk op om het scherm AUDIO ADJUST (audio afstellen) weer te geven. Zie het volgende, eerder in dit hoofdstuk, voor meer informatie: - Scherm AUDIO ADJUST (audio aanpassen)
•
Schakelaar Zoeken/ scannen Druk op het pijltje omhoog of omlaag en de radio gaat naar de volgende hogere of volgende lagere zender en blijft daar staan. Houd het pijltje omhoog of omlaag kort ingedrukt om langs zenders te scannen. De radio scant een radiozender, geeft deze enkele seconden weer en gaat vervolgens naar de volgende radiozender. Druk de schakelaar nogmaals in om deze functie uit te schakelen.
•
Knop Afstemmen Draai de knop om handmatig af te stemmen op radiozenders.
–
–
–
–
181 . . .
09euSTSNav.dut Page 182 Monday, June 23, 2008 8:05 AM
Audiosysteem Audiobronmenu U opent het menu Audiobron door de knop linksboven in de hoek van het scherm aan te raken. Op dit scherm zijn de volgende touch sensitive toetsen beschikbaar: • AM: raak deze toets op het scherm aan om AM-radio te selecteren. • FM: raak deze toets op het scherm aan om de FM-radioband te selecteren.
AM
Rear Seat
1584 kHz
AM
Scan
1584 kHz
Auto Store
FM
TV AM
LW AM531
AM603
AM998
• TV: raak deze toets op het scherm aan om de televisie te selecteren. Zie "Televisiesysteem" voor meer informatie.
. . . 182
10:26
AM1071
A.B.C AM1404
AM1602
• LW: raak deze toets op het scherm aan om lange-golfradio te selecteren (indien beschikbaar).
09euSTSNav.dut Page 183 Monday, June 23, 2008 8:05 AM
Hoofdstuk 4 • Aanraaktoetsen voor voorkeurzenders Onder in het scherm ziet u zes aanraaktoetsen voor voorkeurzenders. Met de aanraaktoetsen kunt u uw favoriete zenders opslaan. Raadpleeg "Voorkeurzenders instellen en oproepen" verderop in dit hoofdstuk voor meer informatie. • A.B.C Met deze functie kunt u maximaal 42 extra voorkeurzenders instellen met de zeven beschikbare voorkeurzenderlijsten. Raadpleeg "Voorkeurzenders instellen en oproepen" verderop in dit hoofdstuk voor meer informatie.
• CATEGORY (categorie) Wanneer dit item is ingeschakeld, dan wordt deze aanraaktoets op het menuscherm voor de audiobron weergegeven. Dit is een RDS-functie. Zie "Radiodatasysteem" verderop in dit hoofdstuk voor meer informatie. RDS-voorzieningen zijn alleen beschikbaar voor FM-zenders die RDS-informatie uitzenden. U kunt dit item uitschakelen zodat de toets niet langer op het scherm wordt weergegeven. Zie "Scherm Audio-instellingen" eerder in dit hoofdstuk.
• INFO (informatie) Wanneer dit item is ingeschakeld, dan wordt deze aanraaktoets op het menuscherm voor de audiobron weergegeven. Dit is een RDS-functie. Zie "Radiodatasysteem" verderop in dit hoofdstuk voor meer informatie. RDS-voorzieningen zijn alleen beschikbaar voor FM-zenders die RDS-informatie uitzenden. U kunt dit item uitschakelen zodat de toets niet langer op het scherm wordt weergegeven. Zie "Scherm Audio-instellingen" eerder in dit hoofdstuk.
183 . . .
–
–
–
–
09euSTSNav.dut Page 184 Monday, June 23, 2008 8:05 AM
Audiosysteem • AUTO STORE (automatisch opslaan) Wanneer dit item is ingeschakeld, dan wordt deze aanraaktoets op het menuscherm voor de audiobron weergegeven. Met deze functie kunt u de radiozenders met de sterkste signalen als voorkeuzezenders opslaan. Raadpleeg "Voorkeurzenders instellen en oproepen" verderop in dit hoofdstuk voor meer informatie. U kunt dit item uitschakelen zodat de toets niet langer op het scherm wordt weergegeven. Zie "Scherm Audio-instellingen" eerder in dit hoofdstuk.
. . . 184
• SCAN (scannen): raak deze toets aan om langs de zenders op de huidige frequentieband te scannen. Het audiosysteem gaat dan naar een zender, laat enkele seconden horen en gaat daarna naar de volgende zender. Raak SCAN aan om te stoppen met scannen. Wanneer u SCAN twee seconden ingedrukt houdt, kunt u door de voorkeurzenders van de huidige band scannen. Druk nogmaals op de toets SCAN om met scannen te stoppen.
Opmerking: Wanneer u SCAN aanraakt en twee seconden ingedrukt houdt terwijl de voorkeurstand met meerdere banden actief is, dan scant de radio door de voorkeurzenders tot de voorkeurzenderlijst van meerdere banden. Tijdens het scannen verandert de radio waar nodig de banden en schermweergaven, op basis van de voorkeurzenderlijst van meerdere banden. Zie "Voorkeurzenders van meerdere banden" onder "Voorkeurzenders opslaan en oproepen" voor meer informatie.
09euSTSNav.dut Page 185 Monday, June 23, 2008 8:05 AM
Hoofdstuk 4 Voorkeurzenders opslaan en oproepen Uw radio biedt drie methoden voor het opslaan van zenders onder de aanraaktoetsen die onder in het scherm van het menu Audiobron worden weergegeven. • Band-specifieke voorkeurzenders • Voorkeurzenders automatisch opslaan • Voorkeurzenders van meerdere banden
BAND-SPECIFIEKE VOORKEURZENDERS Aanraaktoetsen voor voorkeurzenders Met de zes aanraaktoetsen kunt u uw zes favoriete zenders voor elke radiofrequentieband opslaan. Om een radiozender als voorkeuzezender op te slaan, gaat u als volgt te werk: 1. Raak de toets AM, FM of LW aan om de gewenste radioband te selecteren. 2. Stem af op de gewenste radiozender. 3. Raak één van de zes voorkeuzetoetsen aan en houd deze meer dan twee seconden vast totdat u een piep hoort.
4. Druk op om het scherm AUDIO ADJUST (audio afstellen) weer te geven. Stel de klank, luidspreker en DSP-instellingen (digitale signaalverwerking) naar wens af. Na enkele seconden inactiviteit treedt een time-out op van het display. Wanneer dezelfde band is geselecteerd en u die aanraaktoets aanraakt, dan wordt die voorkeurzender opgeroepen. Herhaal dit voor elke voorkeuze en bandbreedte.
–
–
–
–
185 . . .
09euSTSNav.dut Page 186 Monday, June 23, 2008 8:05 AM
Audiosysteem AUTO STORE (automatisch opslaan) Wanneer dit item is ingeschakeld in het scherm Audio-instellingen, dan wordt deze aanraaktoets op het scherm voor de audiobronmenu weergegeven. Met deze functie kunt u de radiozenders met de sterkste signalen als voorkeuzezenders opslaan.
. . . 186
Verricht de volgende handelingen om van deze functie gebruik te maken: • Raak AUTO STORE aan. De radio doorzoekt automatisch de huidige band en slaat de zes radiozenders met het sterkste signaal op. Zenders worden op volgorde onder de aanraaktoetsen opgeslagen, te beginnen met de huidige zender. Let op: deze functie is niet beschikbaar als de functie Voorkeurzenders voor meerdere banden is ingeschakeld Raak AUTO STORE nog een keer aan om terug te keren naar de oorspronkelijke voorkeurzenders. U kunt dit item uitschakelen zodat de toets niet langer op het scherm wordt weergegeven. Zie "Scherm Audio-instellingen" eerder in dit hoofdstuk.
VOORKEURZENDERS VAN MEERDERE BANDEN Uw geluidsinstallatie kan maximaal 42 extra voorkeurzenders opslaan met de zeven beschikbare voorkeurzenderlijsten voor meerdere banden. De lijstnamen zijn A, B, C, D, E, F en G. Er kunnen op elke lijst 6 voorkeurzenders worden opgeslagen. De voorkeurzenders op een lijst kunnen van verschillende radiobanden zijn. In lijst C kunnen bijvoorbeeld voorkeurzenders van AM-band en van de FM-band staan. Raak A.B.C aan om de lijst met voorkeurzenders voor meerdere banden te openen. Blader door de lijst door het pijltje links of rechts aan te raken.
09euSTSNav.dut Page 187 Monday, June 23, 2008 8:05 AM
Hoofdstuk 4 De naam van de huidige lijst wordt tussen de pijlen weergegeven. De opgeslagen zenders voor elke lijst worden weergegeven op de aanraaktoetsen voor de voorkeurzenders onder in het scherm. Raak de toets van de gewenste voorkeurzender aan. Er wordt tussen de banden van de radio geschakeld (indien nodig) en de geselecteerde zender wordt opgeroepen. Raak A.B.C nog een keer aan om de stand voor voorkeurzenders voor meerdere banden af te sluiten.
U kunt een radiozender als volgt aan een voorkeurzenderlijst voor meerdere banden opslaan: 1. Raak A.B.C aan om de stand voor voorkeurzenders voor meerdere banden te openen. 2. Blader naar de gewenste lijst. 3. Raak de toets AM, FM of LW aan om de gewenste radioband te selecteren. 4. Stem af op de gewenste radiozender. 5. Raak één van de zes voorkeuzetoetsen aan en houd deze meer dan twee seconden vast totdat u een piep hoort.
6. Druk op om het scherm AUDIO ADJUST (audio afstellen) weer te geven. Stel de klank, luidspreker en DSP-instellingen (digitale signaalverwerking) naar wens af. Na enkele seconden inactiviteit treedt een time-out op van het display. 7. Herhaal de stappen voor elke voorkeurzender in elke lijst.
–
–
–
–
187 . . .
09euSTSNav.dut Page 188 Monday, June 23, 2008 8:05 AM
Audiosysteem U kunt als volgt een voorkeurzender uit de lijst met voorkeurzenders voor meerdere banden oproepen: 1. Raak A.B.C aan om de stand voor voorkeurzenders voor meerdere banden te openen. 2. Blader naar de gewenste lijst. 3. Raak de toets van de gewenste voorkeurzender aan. Er wordt tussen de banden van de radio geschakeld (indien nodig) en de geselecteerde zender wordt opgeroepen.
. . . 188
RADIO DATASYSTEEM (RDS) Uw auto is voorzien van een RDS radio. RDS betekent Radio Data System, hetgeen inhoudt dat gecodeerde informatie via de FMfrequentie kan worden doorgegeven.
Met de RDS-functie heeft u de volgende mogelijkheden: • alleen radiozenders opzoeken met het type programma waarnaar u wilt luisteren. • berichten ontvangen met betrekking tot lokale en nationale noodsituaties • berichten van radiozenders ontvangen en weergeven • zenders met verkeersinformatie zoeken
09euSTSNav.dut Page 189 Monday, June 23, 2008 8:05 AM
Hoofdstuk 4 RDS-voorzieningen zijn alleen beschikbaar voor FM-zenders die RDS-informatie uitzenden. Het RDS-systeem is altijd ingeschakeld. Als u heeft afgestemd op een RDSzender, wordt de naam van de radiozender of oproepletters op het display weergegeven. Het programmatype en de programmanaam kunnen ook op het display worden weergegeven. In uitzonderlijke gevallen kan een radiozender onjuiste informatie uitzenden waardoor de radiofuncties niet juist zullen werken. Als dit gebeurt, moet u contact opnemen met de radiozender.
Verkeersinformatie Wanneer de optie TRAFFIC (verkeer) is ingeschakeld, kunnen de volgende pictogrammen in de titelbalk boven in het menuscherm voor de audiobron worden weergegeven: • [ ] (geen verkeersberichten) Dit pictogram geeft aan dat de huidige ingestelde zenders geen verkeersberichten uitzenden. • [TA] (verkeersberichten) Dit pictogram geeft aan dat de huidige ingestelde zenders verkeersberichten uitzenden. Zie "Scherm Audio-instellingen" eerder in dit hoofdstuk voor het inof uitschakelen van de verkeersberichten.
INFO (informatie) Wanneer dit item is ingeschakeld, dan wordt deze aanraaktoets op het menuscherm voor de audiobron weergegeven. Raak deze toets aan om verzonden RDS-berichten van de huidige gekozen radiozender weer te geven. U kunt dit item uitschakelen zodat de toets niet langer op het scherm wordt weergegeven. Zie "Scherm Audio-instellingen" eerder in dit hoofdstuk.
–
–
–
–
189 . . .
09euSTSNav.dut Page 190 Monday, June 23, 2008 8:05 AM
Audiosysteem CATEGORY (categorie) Wanneer dit item is ingeschakeld, dan wordt deze aanraaktoets op het menuscherm voor de audiobron weergegeven. Raak deze toets aan om de categorieen RDS-programmatypen weer te geven. Op elke aanraaktoets voor voorkeurzenders wordt een categorie van een selecteerbaar programmatype weergegeven, in plaats van de voorkeurzenders.
. . . 190
Een categorie programmatype kan subcategorieën programmatypen hebben, zoals: • POP (popmuziek) Rockmuziek Classic Rock Hits voor volwassenen Top 40 Goud van oud Nostalgie Student • EASY (easy listening) Rockballads Rustige muziek Rhythm and Blues Soft Rhythm and Blues Religieuze muziek
• TALK (praatprogramma) Nieuws Informatie Sport Praatprogramma Taal Religieus praatprogramma Talkshow Publiek Weer • CNTRY (countrymuziek) • CLASS (klassiek) • JAZZ (jazz)
09euSTSNav.dut Page 191 Monday, June 23, 2008 8:05 AM
Hoofdstuk 4 Raak de gewenste toets voor voorkeurzenders aan om een programmatype te selecteren. De radio gaat op zoek naar de eerste zender die programma's uitzendt van het geselecteerde programmatype. Als er geen zender wordt gevonden, wordt NONE FOUND (niets gevonden) op het display weergegeven. De ontvanger keert terug naar de laatst ingestelde zender. Het laatst geselecteerde programmatype wordt gebruikt voor zoeken scanstanden. Raak de toets CATEGORY opnieuw aan om de weergave van Programmatype uit te schakelen. De voorkeurzenders en de zoek- en scanfuncties werken verder zonder RDS. U kunt dit item uitschakelen zodat de toets niet langer op het scherm wordt weergegeven. Zie "Scherm Audio-instellingen" eerder in dit hoofdstuk.
Alternatieve frequenties Met RDS kan het audiosysteem een sterkere zender in het netwerk zoeken wanneer een zender te zwak wordt. Een netwerk kan over grote afstand zijn verspreid. Een netwerk kan radiostations hebben in een geheel land of continent. Elk netwerk is verdeeld in gebieden. Voor deze gebieden is plaatselijk nieuws zoals weerberichten en verkeerssituaties beschikbaar. Wanneer de regiofunctie is geactiveerd, wordt het zoeken naar een zender met een sterker signaal beperkt tot netwerkzenders binnen dezelfde regio.
Kijk voor het in- en uitschakelen van de regiofunctie het volgende onder "Menu Audio-instellingen" eerder in dit hoofdstuk: • REGIONAL VARIANT (regionale variant)
–
–
–
–
191 . . .
09euSTSNav.dut Page 192 Monday, June 23, 2008 8:05 AM
Audiosysteem ■ CD-/DVD-WISSELAAR VOOR 6 DISKS Dit systeem kan de volgende mediaformaten afspelen: • Dvd - Video • Dvd - Video (DTS) • Dvd - Audio • Cd - Digitale audio (CD - DA) • Cd - DA (DTS) • Cd - Tekst • Cd - Extra • MP3 - Cd • CDR • CDRW
Disc Track 11 Song : Track 1
Scan
Artist : Album : Disc 1 Folder : OFF 1
2
Het systeem kan eventueel ook de volgende mediaformaten afspelen, afhankelijk van de gebruikte software bij het schrijven: • DVD - R • DVD - RW
. . . 192
10:26
0 : 16
3
4
5
6
Het systeem speelt DTS- en Dolby®tracks in surround uit.
09euSTSNav.dut Page 193 Monday, June 23, 2008 8:05 AM
Hoofdstuk 4 Bij het afspelen van een CD-R kan de geluidskwaliteit minder zijn als gevolg van de kwaliteit van de CDR, de opnamemethode, de kwaliteit van de opgenomen muziek of de manier waarop de CD-R is behandeld. Het gevolg kan zijn overslaan, problemen met het vinden van tracks en/of met het in- en uitvoeren van CD-R's. Wanneer deze problemen zich voordoen, controleer dan de onderzijde van de cd op schade of probeer een cd waarvan u weet dat hij goed is.
OPMERKING Voorkom schade: • Gebruik geen bekraste of beschadigde cd's. • Breng geen papieren labels aan op cd's. De labels kunnen vast komen te zitten in de speler. • Steek slechts een cd per keer in het apparaat. • Houd vreemde materialen, vloeistoffen en stof uit de buurt van de sleuf.
TOETS SRCE (BRON) Druk op SRCE om tussen de radio en de cd-/dvd-wisselaar te kiezen. Wanneer u de cd-/dvd-wisselaar selecteert, wordt het scherm van de cd-/dvd-wisselaar op het display weergegeven. Als u de wisselaar wilt selecteren terwijl er geen disks zijn geladen, dan wordt het bericht NO DISC LOADED (geen disk geladen) op het display weergegeven. TOETS AFSTELLING AUDIO Zie voor het aanpassen van de audio-instellingen "Scherm AUDIO ADJUST (audio aanpassen)" eerder in dit hoofdstuk. TOETS LADEN CD-/DVD-WISSELAAR Druk op deze toets om het laadscherm voor disks weer te geven en disks te laden in de laadsleuf van de wisselaar.
DISKS IN DE CD-/DVD-WISSELAAR PLAATSEN Met dit systeem kunt u maximaal 6 disks achter elkaar afspelen. Om een afzonderlijke schijf te plaatsen, gaat u als volgt te werk: 1. Druk op . 2. Volg de instructies op het scherm op. Opmerking: De aanraaktoetsen (genummerd van 1 tot en met 6) onder in het scherm staan voor de zes beschikbare disksleuven. Als er al een disk in de sleuf is geplaatst, dan geeft de aanraaktoets voor die sleuf het mediatype van de disk weer.
193 . . .
–
–
–
–
09euSTSNav.dut Page 194 Monday, June 23, 2008 8:05 AM
Audiosysteem 3. Raak de toets voor de gewenste, beschikbare disksleuf aan. Wanneer er geen sleuf is geselecteerd, dan laadt het systeem de disk in de eerste beschikbare sleuf. 4. Wanneer INSERT DISC X (disk X plaatsen) op het display wordt weergegeven, plaatst u de disk gedeeltelijk in de sleuf. De disk wordt dan automatisch naar binnen getrokken door het systeem. De aanraaktoets voor die sleuf geeft dan het mediatype van de disk weer. De disk wordt afgespeeld.
. . . 194
Om meerdere schijven te plaatsen, gaat u als volgt te werk: 1. Houd ingedrukt. 2. Wanneer INSERT DISC 1 (disk 1 plaatsen) op het display wordt weergegeven, plaatst u de disk gedeeltelijk in de sleuf. De disk wordt dan automatisch naar binnen getrokken door het systeem. Opmerking: Wanneer u meerdere disks laadt, dan geeft het systeem het mediatype van de disk op de aanraaktoets pas weer nadat de disk is gelezen.
3. Wanneer INSERT DISC X op het display wordt weergegeven, kunt u de volgende disk plaatsen. 4. Herhaal de voorgaande stap tot alle cd's geplaatst zijn. Probeer niet meer dan zes CD's te plaatsen. U kunt het laadproces stoppen voordat de zesde disk is geplaatst door de knop "cancel" (annuleren) aan te raken. De laatst geplaatste cd begint met afspelen.
09euSTSNav.dut Page 195 Monday, June 23, 2008 8:05 AM
Hoofdstuk 4 EEN DISK SELECTEREN Raak op het scherm voor de cd-/ dvd-wisselaar één van de genummerde toetsen onder in het scherm aan om van de ene naar de andere in de wisselaar geladen disk te gaan. Als er maar twee disks zijn geladen, kunt u alleen de toetsen 1 en 2 gebruiken.
CD'S UITWERPEN Druk op (bevindt zich naast de laadsleuf van de wisselaar) om een disk uit te werpen. Selecteer de disk die u wilt uitwerpen door de corresponderende genummerde toets aan te raken. Opmerking: Wanneer u geen genummerde toets aanraakt om een disk te selecteren, werpt het systeem de disk in de huidige sleuf uit.
EJECTING DISC wordt op het display weergegeven. De speler zal de disk uitwerpen. Als de disk niet binnen 10 seconden wordt verwijderd, wordt hij automatisch teruggetrokken in de speler. Houd de uitwerptoets ingedrukt om alle disks uit te werpen. De speler zal de cd automatisch uitwerpen. Het disknummer wordt op het display weergegeven. Verwijder de cd. Als de cd is verwijderd, wordt de volgende cd uitgeworpen. Dat gaat door totdat alle cd's zijn verwijderd.
195 . . .
–
–
–
–
09euSTSNav.dut Page 196 Monday, June 23, 2008 8:05 AM
Audiosysteem Een audio-cd afspelen Raak op het scherm voor de cd-/ dvd-wisselaar één van de genummerde toetsen onder in het scherm aan om van de ene naar de andere in de wisselaar geladen disk te gaan. Wanneer u een audio-cd afspeelt, worden de volgende aanraaktoetsen op het display weergegeven: • (afspelen)* Raak deze toets aan om een disk af te laten spelen. Het kan tot 15 seconden duren voordat het apparaat de disk heeft gescand. Wanneer de scan is voltooid, wordt de disk afgespeeld.
Disc Track 11
10:26
0 : 16
Song : Track 1
Scan
Artist : Album : Disc 1 Folder : OFF 1
•
2
(onderbreken)* Raak deze toets aan om een disk tijdelijk stop te zetten. Raak de toets opnieuw aan of raak de afspeeltoets aan om verder te gaan met afspelen.
3
4
5
6
• (terugspoelen)* Raak deze toets aan om een track of disk snel terug te spoelen.
* Opmerking: De toetsen voor afspelen, onderbreken, terugspoelen en vooruitspoelen worden op het display weergegeven, als de optie Bediening cd/mp3 is ingeschakeld op het scherm Audio-instellingen van het instellingsmenu. Wanneer er een disk is geplaatst en het scherm van de cd-/dvd-wisselaar actief is, maar deze knoppen niet op het scherm worden weergegeven, kunt u in 'Scherm Audio-instellingen' in hoofdstuk 2 meer informatie vinden over het inschakelen van de bediening voor cd/mp3.
. . . 196
09euSTSNav.dut Page 197 Monday, June 23, 2008 8:05 AM
Hoofdstuk 4 • (vooruitspoelen)* Raak deze toets aan om een track of disk snel vooruit te spoelen.
• SCAN (scannen) Raak deze toets herhaaldelijk aan om door de volgende afspeelstanden te scannen: - SCAN (een disk scannen) Het systeem speelt de eerste paar seconden van elke track op de geselecteerde disk af. Raak OFF (uit) om deze functie te stoppen. Anders stopt deze functie automatisch wanneer alle tracks zijn gescand.
-
SCAN (alle disks scannen) Het systeem speelt de eerste paar seconden van elk tracks op alle disks van hetzelfde mediatype af. Raak OFF (uit) om deze functie te stoppen. Anders stopt deze functie automatisch wanneer alle tracks zijn gescand.
–
–
–
–
* Opmerking: De toetsen voor afspelen, onderbreken, terugspoelen en vooruitspoelen worden op het display weergegeven, als de optie Bediening cd/mp3 is ingeschakeld op het scherm Audio-instellingen. Wanneer er een disk is geplaatst en het scherm van de cd-/dvd-wisselaar actief is, maar deze toetsen niet op het scherm worden weergegeven, dan kunt u in 'Scherm Audio-instellingen' eerder in dit hoofdstuk meer informatie vinden over het inschakelen van de bediening voor cd/mp3.
197 . . .
09euSTSNav.dut Page 198 Monday, June 23, 2008 8:05 AM
Audiosysteem •
(willekeurig) Raak deze toets herhaaldelijk aan om door de volgende afspeelstanden te scannen: - RND (willekeurig afspelen van de tracks op de huidige disk) Het systeem speelt de tracks willekeurig af, dus niet op volgorde. Raak OFF (uit) om deze functie te stoppen. RND (willekeurig afspelen van de tracks op alle disks) Het systeem speelt alle tracks op alle disks van hetzelfde mediatype willekeurig af. Raak OFF (uit) om deze functie te stoppen.
. . . 198
•
(herhalen) Raak deze toets herhaaldelijk aan om door de volgende afspeelstanden te scannen: - RPT (track herhalen) De huidige track wordt herhaald. Raak OFF (uit) om deze functie te stoppen. - RPT (disk herhalen) Alle tracks op de geselecteerde disk worden herhaald. Raak OFF (uit) om deze functie te stoppen.
Schakelaar Zoeken/ scannen Druk op het pijltje omhoog om naar het volgende nummer op de cd te gaan. Wanneer u naar de laatste track op de disk luistert, gaat u met het pijltje omhoog naar de eerste track op de volgende disk van hetzelfde mediatype of naar de eerste track van de huidige disk. Druk op het pijltje omlaag om naar het begin van de huidige of vorige track te gaan. Wanneer u naar het eerste nummer op de cd luistert, kunt u met het pijltje omlaag naar het laatste nummer op de cd.
09euSTSNav.dut Page 199 Monday, June 23, 2008 8:05 AM
Hoofdstuk 4 Een MP3-audiobestand afspelen Hieronder ziet u een lijst met richtlijnen voor het maken van een MP3disk die compatibel is met dit audiosysteem: • Schakelfrequentie: 16 kHz, 22,05 kHz, 24 kHz, 32 kHz en 44,1 kHz • Ondersteunde bitsnelheden: 32, 40, 48, 56, 64, 80, 96, 112, 128, 160, 192, 224, 256 en 320 kbps • De radio ondersteunt versies 1.0 of 1.1 voor informatie met ID3-tag. Waar beschikbaar geeft de radio de bestandsnaam, de naam van een track, de naam van een artiest, de naam van een album en de naam van de directory weer. • Bestands- en mapnamen mogen maximaal 32 tekens (inclusief spaties) lang zijn.
• Hoewel een maximum van 192 mappen wordt aangeraden, kan de disk maximaal 253 mappen bevatten, met een maximale hiërarchie van acht mappen. • Maak een mapstructuur waarin u gemakkelijk liedjes kunt vinden terwijl u rijdt. U kunt de nummers organiseren op album door per album een map te gebruiken. Elke map of album mag maximaal 18 liedjes bevatten. • De bestanden kunnen op CD-R of CD-RW met een maximale capaciteit van 700 MB worden opgenomen. • MP3-bestanden op dvd's kunnen niet met dit systeem worden afgespeeld. • De radio kan een CD-R/RW met zowel *.cda- als *.mp3-bestanden afspelen.
Wanneer u zich niet aan deze richtlijnen houdt, ontstaat er een disk niet compatibel kan zijn met dit audiosysteem. Het kan dan gebeuren dat de disk niet kan worden afgespeeld. Raak op het scherm voor de cd-/ dvd-wisselaar één van de genummerde toetsen onder in het scherm aan om van de ene naar de andere in de wisselaar geladen disk te gaan.
–
–
–
–
199 . . .
09euSTSNav.dut Page 200 Monday, June 23, 2008 8:05 AM
Audiosysteem Wanneer u een MP3-cd afspeelt, worden de volgende aanraaktoetsen op het display weergegeven: • (afspelen)* Raak deze toets aan om een disk af te laten spelen. Het kan tot 15 seconden duren voordat het apparaat de disk heeft gescand. Wanneer de scan is voltooid, wordt de disk afgespeeld. • DISPLAY Raak deze toets aan om de MP3afspeellijst weer te geven. Gebruik de pijltjes omhoog en omlaag om door de lijst te bladeren. Selecteer de map of de track.
Disc Folder Track 2 33 1 Display
10:26
0 : 16
Scan
Song : Move Your Feet Artist : Junior Senior Album : Disc 1 Folder : 32 - End Of Music
1
2
3
De functies scannen, willekeurig en herhalen zijn in dit menu beschikbaar.
OFF 4
5
6
Raak DISPLAY nog een keer aan om terug te keren naar het hoofdscherm.
* Opmerking: De toetsen voor afspelen, onderbreken, terugspoelen en vooruitspoelen worden op het display weergegeven, als de optie Bediening cd/mp3 is ingeschakeld op het scherm Audio-instellingen van het instellingsmenu. Wanneer er een disk is geplaatst en het scherm van de cd-/dvd-wisselaar actief is, maar deze knoppen niet op het scherm worden weergegeven, kunt u in 'Scherm Audio-instellingen' in hoofdstuk 2 meer informatie vinden over het inschakelen van de bediening voor cd/mp3.
. . . 200
09euSTSNav.dut Page 201 Monday, June 23, 2008 8:05 AM
Hoofdstuk 4 •
Hoofddirectory Raak deze toets aan om naar de hoofddirectory (waar van toepassing) te gaan. In deze stand kunt u een map voor afspelen selecteren. • HOME (thuis) Raak deze toets aan om naar de beginmap te gaan. De beginmap is de eerste map op de disk.
• (terugspoelen)* Raak deze toets aan om snel terug door een track te spoelen. • (vooruitspoelen)* Raak deze toets aan om snel voorwaarts door een track te spoelen. • (onderbreken)* Raak deze toets aan om een disk tijdelijk stop te zetten. Raak de toets opnieuw aan of raak de afspeeltoets aan om verder te gaan met afspelen. • (vorige map)* Raak deze toets aan om terug naar de vorige map te gaan. • (volgende map)* Raak deze toets aan om naar de volgende map te gaan.
• SCAN (scannen) Raak deze toets herhaaldelijk aan om door de volgende afspeelstanden te scannen: SCAN (map scannen) Het systeem speelt de eerste paar seconden van elke track in elke map op de geselecteerde disk af. Raak OFF (uit) om deze functie te stoppen. Anders stopt deze functie automatisch wanneer alle tracks zijn gescand.
–
–
–
–
* Opmerking: De toetsen voor afspelen, onderbreken, terugspoelen, vooruitspoelen, vorige map en volgende map worden op het display weergegeven, als de optie Bediening cd/mp3 is ingeschakeld op het scherm Audio-instellingen. Wanneer er een disk is geplaatst en het scherm van de cd-/dvd-wisselaar actief is, maar deze toetsen niet op het scherm worden weergegeven, dan kunt u in 'Scherm Audio-instellingen' eerder in dit hoofdstuk meer informatie vinden over het inschakelen van de bediening voor cd/mp3.
201 . . .
09euSTSNav.dut Page 202 Monday, June 23, 2008 8:05 AM
Audiosysteem -
SCAN (een disk scannen) Het systeem speelt de eerste paar seconden van elke track op de geselecteerde disk af. Raak OFF (uit) om deze functie te stoppen. Anders stopt deze functie automatisch wanneer alle tracks zijn gescand. SCAN (alle disks scannen) Het systeem speelt de eerste paar seconden van elk tracks op alle disks van hetzelfde mediatype af. Raak OFF (uit) om deze functie te stoppen. Anders stopt deze functie automatisch wanneer alle tracks zijn gescand.
. . . 202
•
(willekeurig) Raak deze toets herhaaldelijk aan om door de volgende afspeelstanden te scannen: RND (willekeurig binnen map) Het systeem speelt de tracks in de huidige map willekeurig af, niet op volgorde. Raak OFF (uit) om deze functie te stoppen. - RND (willekeurig afspelen van de tracks op de huidige disk) Het systeem speelt de tracks willekeurig af, dus niet op volgorde. Raak OFF (uit) om deze functie te stoppen.
-
RND (willekeurig afspelen van de tracks op alle disks) Het systeem speelt alle tracks op alle disks van hetzelfde mediatype willekeurig af. Raak OFF (uit) om deze functie te stoppen.
09euSTSNav.dut Page 203 Monday, June 23, 2008 8:05 AM
Hoofdstuk 4 •
(herhalen) Raak deze toets herhaaldelijk aan om door de volgende afspeelstanden te scannen: - RPT (track herhalen) De huidige track wordt herhaald. Raak OFF (uit) om deze functie te stoppen. RPT (map herhalen) De tracks in de huidige map worden herhaald. Raak OFF (uit) om deze functie te stoppen. - RPT (disk herhalen) De huidige disk wordt herhaald. Raak OFF (uit) om deze functie te stoppen.
• Knop Gecombineerde disk Raak wanneer nodig deze toets aan om te schakelen tussen CDDA- en MP3-mediabestanden op dezelfde disk.
Schakelaar Zoeken/ scannen Druk op het pijltje omhoog om naar het volgende nummer op de cd te gaan. Wanneer u naar de laatste track op de disk luistert, gaat u met het pijltje omhoog naar de eerste track op de volgende disk van hetzelfde mediatype of naar de eerste track van de huidige disk. Druk op het pijltje omlaag om naar het begin van de huidige of vorige track te gaan. Wanneer u naar het eerste nummer op de cd luistert, kunt u met het pijltje omlaag naar het laatste nummer op de cd.
203 . . .
–
–
–
–
09euSTSNav.dut Page 204 Monday, June 23, 2008 8:05 AM
Audiosysteem Een DVD afspelen De dvd-speler is bedoeld om dvd's af te spelen met een specifiek videoformaat en regiocode. Dvd's zijn geschikt voor dit systeem als ze aan de volgende criteria voldoen: • PAL-videoformaat • Regiocode
Disc Group Track 2 1 1
Display
Audio Angle
Cursor
Subtitle
Menu
Screen Adjust
DVD menu
Search
1
2
3
Het videoformaat en/of de regiocode van de dvd kan op het label van de dvd staan. Let wel dat dvd's met de regiocode ALL (alle) geschikt zijn voor spelers met alle regiocodes wanneer de disk en de speler hetzelfde videoformaat gebruiken.
. . . 204
10:26
0 : 00
4
5
6
Raak op het scherm voor de cd-/ dvd-wisselaar één van de genummerde toetsen onder in het scherm aan om van de ene naar de andere in de wisselaar geladen disk te gaan.
09euSTSNav.dut Page 205 Monday, June 23, 2008 8:05 AM
Hoofdstuk 4 Wanneer u een audio- of video-dvd selecteert, worden de volgende aanraaktoetsen op het display weergegeven: Opmerking: U kunt de volgende aanraaktoetsen verbergen tijdens het afspelen van een dvd. Raak het scherm dan op een willekeurige plek aan. Raak het scherm nog een keer aan om de toetsen opnieuw weer te geven. Sommige functies zijn specifiek voor audio- of video-dvd's en werken niet bij beide soorten dvd's.
• DISPLAY Raak deze toets aan om het menu met extra opties voor audio- of video-dvd's te openen. Zie het volgende verderop in dit hoofdstuk voor meer informatie: - Menu Display • CURSOR: raak deze toets aan om naar de pijltjes naar links/ rechts en omhoog/omlaag op het scherm te gaan. Met de cursors kunt u door de menu-opties op het scherm navigeren. Zie het volgende verderop in dit hoofdstuk voor meer informatie: - Menu Cursor • MENU: raak deze toets aan om de opties voor het menu Dvd te openen. Of deze toets beschikbaar is, hangt af van het soort dvd dat u gebruikt.
• DVD MENU (menu Dvd): raak deze toets aan om het menu Video-dvd te openen. De dvd moet afspelen om deze functie te selecteren. • AUDIO: raak deze toets aan om de audiotaal die u hoort te wijzigen. U kunt kiezen uit Engels en Frans. De dvd moet afspelen om deze functie te selecteren. Of deze functie beschikbaar is, hangt af van de dvd.
–
–
–
–
205 . . .
09euSTSNav.dut Page 206 Monday, June 23, 2008 8:05 AM
Audiosysteem • ANGLE (hoek): raak deze toets aan om de weergavehoek van de dvd aan te passen. Bij sommige dvd's kunt u de camerahoek wijzigen. Of deze functie beschikbaar is, hangt af van de dvd. • SUBTITLE (ondertiteling): raak deze toets aan om met ondertiteling af te spelen. U kunt kiezen uit Engels, Frans en Uit. De dvd moet afspelen om deze functie te selecteren. Of deze functie beschikbaar is, hangt af van de dvd.
. . . 206
• SCREEN ADJUST (scherm aanpassen) Raak deze toets aan om het menu voor aanpassing van het beeld te openen. Zie het volgende verderop in dit hoofdstuk voor meer informatie: - Menu Beeldaanpassing • SEARCH (zoeken) Raak deze toets aan om op een dvd te zoeken op titel/groep of op hoofdstuk/track. - Raak de toets KEYPAD (toetsenpaneel) aan. Er wordt een cijfertoetsenpaneel weergegeven. - Voer het nummer van de titel/ groep of het nummer van het hoofdstuk/track met het cijfertoetsenpaneel in. - Raak de toets OK aan. - Raak de toets SEARCH opnieuw aan om deze functie af te sluiten.
• (terug) Raak deze toets aan om een track of disk snel terug te spoelen. • (vooruit) Raak deze toets aan om een track of disk snel vooruit te spoelen. • (afspelen) Raak deze toets aan om een disk af te laten spelen. • (onderbreken) Raak deze toets aan om een disk tijdelijk stop te zetten. Raak de toets opnieuw aan of raak de afspeeltoets aan om verder te gaan met afspelen.
09euSTSNav.dut Page 207 Monday, June 23, 2008 8:05 AM
Hoofdstuk 4 •
(stop): Raak deze toets aan de DVD te stoppen. • (frame advance): raak deze toets aan om de dvd in slowmotion af te spelen.
Schakelaar Zoeken/ scannen Druk op het pijltje omhoog om naar de volgende track in de huidige groep te gaan. Wanneer u de laatste track van de huidige groep afspeelt, kunt u met het pijltje omhoog naar de eerste track van de volgende groep terugkeren. Als u op het pijltje omhoog drukt terwijl u de laatste track van de laatste groep afspeelt, krijgt u een foutmelding op het scherm.
Druk op het pijltje omlaag om naar het begin van de huidige track te gaan. Druk op het pijltje omlaag om naar de vorige track in de huidige groep te gaan. Wanneer u de eerste track van de huidige groep afspeelt, kunt u met het pijltje omlaag naar de laatste track van de vorige groep terugkeren. Als u op het pijltje omlaag drukt terwijl u de eerste track van de eerste groep afspeelt, krijgt u een foutmelding op het scherm.
–
–
–
–
207 . . .
09euSTSNav.dut Page 208 Monday, June 23, 2008 8:05 AM
Audiosysteem Menu Display Raak de toets DISPLAY (display) op het scherm van de cd-/dvd-wisselaar aan voor extra dvd-opties. • (pagina omhoog) Raak deze toets aan om omhoog door de pagina's op een audiodvd te bladeren.
Disc Group Track 2–– ––
Center Point
:
Display
10:26 Scan
OFF HOME 1
•
. . . 208
2
(pagina omlaag) Raak deze toets aan om omlaag door de pagina's op een audiodvd te bladeren.
3
4
5
6
• HOME (thuis) Raak deze toets aan om terug te keren naar de beginpagina van de disk.
09euSTSNav.dut Page 209 Monday, June 23, 2008 8:05 AM
Hoofdstuk 4 • SCAN (scannen) Deze functie is niet beschikbaar voor video-dvd's. Raak deze toets aan om de eerste paar seconden van elke track in de huidige groep op de geselecteerde disk te horen. Raak OFF (uit) om deze functie te stoppen. Anders stopt deze functie automatisch wanneer alle tracks zijn gescand.
•
(willekeurig) Deze functie is niet beschikbaar voor video-dvd's. Raak deze toets aan om de tracks in de huidige groep op de geselecteerde disk in willekeurige volgorde te horen. Raak OFF (uit) om deze functie te stoppen.
•
(herhalen) Deze functie is niet beschikbaar voor video-dvd's. Raak deze toets aan om de geselecteerde track te herhalen. Raak de toets nog een keer aan om de huidige groep op de geselecteerde disk te herhalen. Raak OFF (uit) om deze functie te stoppen.
–
–
–
–
209 . . .
09euSTSNav.dut Page 210 Monday, June 23, 2008 8:05 AM
Audiosysteem Menu Cursor Raak de toets CURSOR (cursor) op het scherm van de cd-/dvd-wisselaar aan om de cursortoetsen weer te geven. • Gebruik de pijltjes om naar de gewenste menu-optie te bladeren. Raak ENTER aan om uw keuze te maken. • Raak KEYPAD (toetsenpaneel) aan om het cijfertoetsenpaneel weer te geven. Voer het nummer van de gewenste track met het cijfertoetsenpaneel in. Raak ENTER aan om uw keuze te maken. Het systeem speelt de gevraagde track af.
. . . 210
Disc Title Chapter 3 1 1
0:02:15
10:26
Keypad
Return Enter
• Raak een van de volgende toetsen aan om terug te gaan naar het vorige scherm:
(vorige) - RETURN (terug)
09euSTSNav.dut Page 211 Monday, June 23, 2008 8:05 AM
Hoofdstuk 4 Menu Beeldaanpassing Raak de toets SCREEN ADJUST (scherm aanpassen) op het scherm van de cd-/dvd-wisselaar aan om het volgende menu te openen: • (contrast): raak de plus (+) of min (-) aan om het contrast van het scherm aan te passen. • (helderheid): Raak de plus (+) of min (-) aan om de schermhelderheid aan te passen. • TINT (tint): raak de plus (+) of min (-) aan om de tint van het scherm aan te passen. • (kleur): raak R (rood) of G (groep) aan om de kleur van het scherm aan te passen.
Disc Title Chapter 2–– ––
Center Point
10:26
–
–
–
+
–
+
Tint
–
+
R
G
–
–
Met dit menu kunt het formaat van het dvd-beeld aanpassen. • : raak deze toets aan om breedbeeld te selecteren.
•
: raak deze toets aan om volledig beeld te selecteren. • : raak deze toets aan om normaal beeld te selecteren.
211 . . .
09euSTSNav.dut Page 212 Monday, June 23, 2008 8:05 AM
Audiosysteem Instellingen voor de geluidskwaliteit van audio-dvd's Audio-dvd's worden meestal opgezet met meerdere kopieën van het album op de disk, met elke kopie of "groep" opgeslagen met een andere digitale coderingstechniek. Groep 1 kan bijvoorbeeld het album in PPCM-audio (packed pulse code modulation) afspelen en Groep 2 kan het album in Dolby® Surround afspelen. Voor de beste geluidskwaliteit van een audio-dvd kan het zijn dat u de ingestelde groep moet aanpassen.
. . . 212
Ga als volgt te werk om de huidige instellingen te wijzigen: 1. Open het scherm voor de cd-/ dvd-wisselaar met het voertuig in P (parkeren). 2. Raak de toets SEARCH (zoeken) aan. 3. Voer het groepsnummer in met behulp van het cijfertoetsenpaneel. 4. Raak de toets ENTER (enter) aan. 5. Druk op om het scherm AUDIO ADJUST (audio afstellen) weer te geven. 6. Raak de toets MULTI-CHANNEL (meerkanaals) aan om deze te markeren en de dvdaudiobron in de surroundstand af te spelen. Wanneer het DTS- of Dolby®-logo op de statusbalk wordt weergegeven, maar de toets MULTI-CHANNEL grijs is, dan kunnen er twee audiostreams binnen een groep zijn.
Als dit het geval is, kunt u als volgt een andere audiostream selecteren: 1. Open het scherm voor de cd-/ dvd-wisselaar met het voertuig in P (parkeren). 2. Raak de toets AUDIO aan. 3. Druk op om het scherm AUDIO ADJUST (audio afstellen) weer te geven. Controleer of de toets MULTICHANNEL is geselecteerd. De toets MULTI-CHANNEL kan alleen worden geselecteerd bij het afspelen van DTS- of Dolby®-tracks in surround.
09euSTSNav.dut Page 213 Monday, June 23, 2008 8:05 AM
Hoofdstuk 4 Foutmelding CD Onder bepaalde omstandigheden kan een disk niet goed afspelen. Indien een storing plaatsvindt wanneer u tracht een CD af te spelen, dan kan de oorzaak liggen in grote hitte, rijden op een oneffen weg, vocht of een beschadigde of verkeerd naar binnen geschoven CD. Tenzij de CD is beschadigd, kan het afspelen alleen plaatsvinden wanneer de omstandigheden weer normaal zijn. Er kan een melding worden weergegeven wanneer een disk ondersteboven wordt geplaatst, de speler de disk niet kan lezen of het diskformaat niet compatibel is met de cd-/ dvd-speler. Er wordt ook een melding weergegeven wanneer er een kaart-dvd in de cd-speler is geplaatst.
Plak geen papieren labels op de disks omdat ze in de speler kunnen blijven steken. Er kan zich een storing voordoen wanneer er een probleem was bij het branden van de disk. Het gaat hierbij om: • de toestand van de disk zelf • de opname-omstandigheden van de disk de MP3-geluidskwaliteit kan worden beïnvloed door de compressietechniek die tijdens het opnemen is gebruikt. • de "oppak"-omstandigheden van de speler Indien storingen steeds weer plaatsvinden of indien een storing niet kan worden verholpen, neem dan contact op met uw dealer. Geef foutcodes die misschien op het display zijn verschenen aan uw dealer.
Zorg voor uw cd- en dvdspeler Het gebruik van reinigings-CD's voor de CD-lens wordt afgeraden. Het gebruik van lensreinigings-CD's kan resulteren in de vervuiling van de optische lens van de CD-speler.
–
Zorg voor uw cd's en dvd's Hanteer de cd's/dvd's met grote zorg. Bewaar ze in de originele doosjes of andere verpakking en stel ze niet bloot aan direct zonlicht en stof. Wanneer het oppervlak van een cd/dvd vervuild is, maak dan een schone, zachte doek vochtig met een zacht sopje en veeg de cd/dvd vanuit het midden naar de randen schoon. Raak het signaaloppervlak onder geen enkele omstandigheid aan tijdens het hanteren van een schijf. Houd schijven vast bij de buitenrand of bij het middelste gat en de buitenrand.
213 . . .
–
–
–
09euSTSNav.dut Page 214 Monday, June 23, 2008 8:05 AM
Audiosysteem ■ TELEVISIESYSTEEM Het televisiesysteem zorgt voor een beeld op het displayscherm en audio via de luidsprekers van het audiosysteem. U zal het meeste plezier van uw systeem krijgen indien u zich eerst vertrouwd maakt met het gebruik en de werking van deze voorziening. Controleer wat uw televisiesysteem kan doen en hoe de bediening plaatsvindt om er zeker van te zijn dat u zoveel mogelijk kunt profiteren van de geavanceerde techniek die ingebouwd is. Om de radio te kunnen inschakelen, moet het contact aangezet zijn of de accessoirevoeding ingeschakeld zijn. Zie "Reservevoeding" in het instructieboekje in uw voertuig voor meer informatie.
. . . 214
TV
CH
2
10:26 CH
AM
2
Scan Auto Store Screen Adjust
FM
TV
CENTRAL EUROPE
Country
LW
TV
A.B.C
TV 2
TV 5
TV 12
Deze functie werkt niet tenzij het voertuig in P (parkeren) staat.
TV 18
TV 24
TV 28
Als het voertuig niet in P (staat), wordt er een bericht op het scherm weergegeven waarin wordt gemeld dat het videobeeld niet beschikbaar is onder het rijden.
09euSTSNav.dut Page 215 Monday, June 23, 2008 8:05 AM
Hoofdstuk 4 Audio blijft beschikbaar, de afstem-, zoek- en scanfuncties blijven werken en de spraakherkenningsopdrachten blijven beschikbaar. Zie hoofdstuk 5 voor informatie over de functie spraakherkenning. Het tunersysteem van de televisie werkt alleen goed als de functie Regio op de juiste regio is ingesteld. Raadpleeg "Regio" verderop in dit hoofdstuk voor meer informatie.
De volgende knoppen werken voor het televisiesysteem en de televisiezenders hetzelfde als voor de radio en de radiozenders: • Aan-/volumeknop • Toets BAND (Band) • Toets SRCE (bron) • Toets Afstelling audio Zie voor informatie over het aanpassen van de audio-instellingen het scherm "AUDIO ADJUST (audio aanpassen)" eerder in dit hoofdstuk. • Schakelaar Zoeken/ scannen • Knop Afstemmen Zie "De radio gebruiken" voor meer informatie. De verschillende functies van het televisiesysteem worden in dit hoofdstuk uitgelegd.
Inschakelen van het televisiesysteem U kunt het televisiesysteem als volgt gebruiken: • TV Wanneer het menu voor de audiobron op het scherm wordt weergegeven, raakt u TV aan om de televisieaudioband en het televisievideobeeld te selecteren. • Toets BAND (Band) Druk op deze harde toets om te schakelen tussen AM, FM, TV en LW (lange golf), indien beschikbaar. Wanneer het menu voor de audiobron op het scherm wordt weergegeven terwijl de toets BAND wordt ingedrukt om het televisiesysteem te selecteren, dan krijgt u het televisiebeeld. Wanneer het televisiebeeld op het scherm wordt weergegeven, kunt u het menu Televisie weergeven of verbergen door het display aan te raken.
215 . . .
–
–
–
–
09euSTSNav.dut Page 216 Monday, June 23, 2008 8:05 AM
Audiosysteem Menu Televisie Met het menu Televisie kunt de basisfuncties van het televisiesysteem aanpassen. Op dit scherm zijn de volgende touch sensitive toetsen beschikbaar: • AM: raak deze toets op het scherm aan om AM-radio te selecteren. • FM: raak deze toets op het scherm aan om de FM-radioband te selecteren.
TV
CH
2
10:26 CH
AM
Scan Auto Store Screen Adjust
FM
TV
CENTRAL EUROPE
Country
LW
TV
A.B.C
TV 2
TV 5
TV 12
• TV: wanneer het televisiesysteem actief is, is deze toets grijs.
. . . 216
2
TV 18
TV 24
TV 28
• LW: raak deze toets op het scherm aan om lange-golfradio te selecteren (indien beschikbaar).
09euSTSNav.dut Page 217 Monday, June 23, 2008 8:05 AM
Hoofdstuk 4 • Aanraaktoetsen voor voorkeurzenders Onder in het scherm ziet u zes aanraaktoetsen voor voorkeurzenders. Met de aanraaktoetsen kunt u uw favoriete zenders opslaan. Zie "Voorkeuzezenders" voor meer informatie. • A.B.C Zie "Voorkeurzenders opslaan en oproepen" onder "De radio gebruiken" eerder in dit hoofdstuk voor meer informatie.
• COUNTRY (land) Het tunersysteem van de televisie werkt alleen goed als de functie Regio op de juiste regio is ingesteld. Met deze toets kunt u de selectielijst Region of Operation (werkingsregio) openen en het zenderfrequentiebereik van het systeem aan uw ontvangstgebied aanpassen. Raadpleeg "Regio" verderop in dit hoofdstuk voor meer informatie.
• SCREEN ADJUST (scherm aanpassen) Raak deze toets aan om het menu voor aanpassing van het beeld te openen. U kunt met dit menu de kleur, het contrast en de helderheid van het beeld aanpassen en u kunt de beeldgrootte aanpassen. Zie het volgende, eerder in dit hoofdstuk, voor meer informatie: - Een DVD afspelen Menu Beeldaanpassing
–
–
–
–
217 . . .
09euSTSNav.dut Page 218 Monday, June 23, 2008 8:05 AM
Audiosysteem • AUTO STORE (automatisch opslaan) Wanneer deze optie is ingeschakeld, dan wordt deze aanraaktoets in het menu Televisie weergegeven. Raak deze toets aan om de opgeslagen voorkeurzenders te vervangen door de zenders met het sterkste bereik in de onmiddellijke omgeving. Zie "AUTO STORE (automatisch opslaan)" onder "Voorkeurzenders" verderop in dit hoofdstuk voor meer informatie. U kunt dit item uitschakelen zodat de toets niet langer op het scherm wordt weergegeven. Zie "Scherm Audio-instellingen" eerder in dit hoofdstuk.
. . . 218
• SCAN (scannen) Raak deze toets aan om de beschikbare televisiezenders te scannen. Het systeem gaat naar een kanaal, geeft deze enkele seconden weer en gaat vervolgens naar het volgende kanaal. Raak de toets nogmaals aan om deze functie uit te schakelen. Wanneer u SCAN twee seconden ingedrukt houdt, kunt u door de huidige voorkeurzenders scannen. Raak de toets nogmaals aan om deze functie uit te schakelen.
Raak, indien gewenst, het televisiebeeld aan om het menu Televisie te verbergen. Raak het opnieuw aan om het menu weer te openen.
09euSTSNav.dut Page 219 Monday, June 23, 2008 8:05 AM
Hoofdstuk 4 Televisiezender selecteren U kunt als volgt een zender selecteren: • Knop Afstemmen Draai de knop om handmatig af te stemmen op televisiezenders.
•
Schakelaar Zoeken/ scannen Druk op één van de zijden van de schakelaar en laat weer los. De tuner gaat naar de eerstvolgende hogere of lagere zender en blijft hierop afgestemd. De tuner zal niet stoppen bij kanalen met zwakke ontvangst. Houd een van de zijden van de schakelaar kort ingedrukt om langs de zenders te scannen. Het systeem gaat naar een kanaal, geeft deze enkele seconden weer en gaat vervolgens naar het volgende kanaal. De tuner zal niet stoppen bij kanalen met zwakke ontvangst. Druk de schakelaar nogmaals in om deze functie uit te schakelen.
• Audiobediening op het stuurwiel: Voorkeurzender zoeken Gebruik de toets 1-6 op het stuur om door de voorkeurzenders te bladeren. Zie het instructieboekje van uw voertuig voor meer informatie.
–
–
–
–
219 . . .
09euSTSNav.dut Page 220 Monday, June 23, 2008 8:05 AM
Audiosysteem • Aanraaktoetsen voor voorkeurzenders Onder in het scherm ziet u zes aanraaktoetsen voor voorkeurzenders. Stem af op een gewenst voorkeurzender door de bijbehorende toets aan te raken. Zie "Voorkeuzezenders" voor meer informatie.
. . . 220
• SCAN (scannen) Raak deze toets aan om de beschikbare televisiezenders te scannen. Het systeem gaat naar een kanaal, geeft deze enkele seconden weer en gaat vervolgens naar het volgende kanaal. Raak de toets nogmaals aan om deze functie uit te schakelen. Wanneer u SCAN twee seconden ingedrukt houdt, kunt u door de huidige voorkeurzenders scannen. Raak de toets nogmaals aan om deze functie uit te schakelen.
• Spraakherkenning Zie "Radio- en tv-opdrachten" in hoofdstuk 5 voor informatie over het selecteren van een televisiezender met behulp van de functie Voice Recognition (spraakherkenning).
09euSTSNav.dut Page 221 Monday, June 23, 2008 8:05 AM
Hoofdstuk 4 Schermweergave van de kanalen Wanneer het televisiesysteem actief is, wordt het nummer van de geselecteerde zender in de titelbalk boven in het scherm weergegeven. Het menu Televisie, indien zichtbaar, geeft ook het nummer van de zender.
Voorkeuzezenders Uw televisiesysteem biedt twee methoden voor het opslaan van zenders op de aanraaktoetsen die onder in het scherm voor het menu Televisie worden weergegeven. • Zenders handmatig instellen • AUTO STORE (automatisch opslaan)
ZENDERS HANDMATIG INSTELLEN Onder in het scherm ziet u zes aanraaktoetsen voor voorkeurzenders. Met de aanraaktoetsen kunt u uw favoriete zenders opslaan.
–
–
–
–
221 . . .
09euSTSNav.dut Page 222 Monday, June 23, 2008 8:05 AM
Audiosysteem Voorinstellingen voor TV-kanaal instellen: 1. Stem af of zoek het gewenste kanaal. Zie "Kiezen van een televisiekanaal" eerder beschreven in dit hoofdstuk. 2. Raak één van de zes voorkeuzetoetsen aan en houd deze meer dan twee seconden vast totdat u een piep hoort. Het zendernummer wordt weergegeven in de toets waaronder de voorkeurzender is opgeslagen. 3. Druk op om het scherm AUDIO ADJUST (audio afstellen) weer te geven. Stel de klank, luidspreker en DSP-instellingen (digitale signaalverwerking) naar wens af. Na enkele seconden inactiviteit treedt een time-out op van het display. Herhaal dit voor elke voorkeuzetoets.
. . . 222
Opmerking: Wanneer de regio-instelling is gewijzigd met de functie Region of Operation, dan worden de opgeslagen zenders niet overgezet naar de voorkeurzenders in de nieuwe regio. Raadpleeg "Regio" verderop in dit hoofdstuk voor meer informatie.
Een voorkeuze-TV-kanaal selecteren: Stem af op een gewenst voorkeurzender door de bijbehorende toets aan te raken. U kunt als volgt een voorkeurzender selecteren: • Audiobediening op het stuurwiel: Voorkeurzender zoeken • SCAN (scannen) • Spraakherkenning Zie het volgende, eerder in dit hoofdstuk, voor meer informatie: • Televisiezender selecteren
09euSTSNav.dut Page 223 Monday, June 23, 2008 8:05 AM
Hoofdstuk 4 AUTO STORE (AUTOMATISCH OPSLAAN) Wanneer deze optie is ingeschakeld, dan wordt deze aanraaktoets in het menu Televisie weergegeven. Raak deze toets aan om de opgeslagen voorkeurzenders te vervangen door de zenders met het sterkste bereik in de onmiddellijke omgeving. Het systeem doorzoekt automatisch de beschikbare zenders die in de ingestelde Region of Operation beschikbaar zijn en slaat de zes zenders met de sterkste ontvangst op. Deze functie slaat geen zenders op met een zwakke ontvangst. Wanneer de functie voor automatisch opslaan klaar is, stemt het systeem automatisch af op de sterkste zender die is gevonden.
TV
CH
2
10:26 CH
AM
2
Scan
TV
CEN TRAL EUROPE
Country
LW
Auto Store
A.B.C
TV 2
–
Auto Store Screen Adjust
FM
TV 5
TV 12
TV 18
TV 24
–
–
TV 28 –
Opmerking: Wanneer de regio-instelling is gewijzigd met de functie Region of Operation, dan worden de opgeslagen zenders niet overgezet naar de voorkeurzenders in de nieuwe regio.
Raadpleeg "Regio" verderop in dit hoofdstuk voor meer informatie.
223 . . .
09euSTSNav.dut Page 224 Monday, June 23, 2008 8:05 AM
Audiosysteem Wanneer u deze toets nog een keer aanraakt, gaat het systeem terug naar de oorspronkelijk opgeslagen voorkeurzenders. U kunt dit item uitschakelen zodat de toets niet langer op het scherm wordt weergegeven. Zie "Scherm Audio-instellingen" eerder in dit hoofdstuk.
. . . 224
Spraakherkenningsopdrachten Zie hoofdstuk 5 voor informatie over de functie spraakherkenning.
Waarschuwingsscherm voor de bestuurder Er kan een waarschuwingsscherm worden weergegeven wanneer de televisietuner oververhit raakt. TV HOT (televisie heet) wordt op het display weergegeven. Het waarschuwingsscherm van de televisietuner geeft aan dat de televisie oververhit is geraakt. Wanneer de tuner is afgekoeld, werkt het apparaat weer als normaal.
09euSTSNav.dut Page 225 Monday, June 23, 2008 8:05 AM
Hoofdstuk 4 Regio Het tunersysteem van de televisie werkt alleen goed als de functie Regio op de juiste regio is ingesteld. Om de selectielijst voor de werkingsregio te open en het zenderfrequentiebereik van het systeem aan te passen aan uw ontvangstgebied, gaat u als volgt te werk: 1. Raak in het menu Televisie COUNTRY (land) aan. De ingestelde regio wordt op het display weergegeven. 2. Raak de het pijltje rechts of links aan om door de lijst met regio's te bladeren.
TV
CH
2
10:26 CH
AM
2
Scan
FM
TV
CENTRAL EUROPE
Country
LW
TV
A.B.C
TV 2
–
Auto Store Screen Adjust
TV 5
TV 12
TV 18
TV 24
–
–
TV 28 –
3. Selecteer de regio die van toepassing is op uw weergavegebied.
Als u niet de juiste regio selecteert, kan de werking van het televisiesysteem verminderen.
225 . . .
09euSTSNav.dut Page 226 Monday, June 23, 2008 8:05 AM
Audiosysteem ■ EEN AANVULLEND APPARAAT AANSLUITEN Met de audio-/videoadapters kunt u een audio-/videoapparaat, zoals een handcomputer of videocamera, op het navigatiesysteem aansluiten. De audio-/video-ingangssignalen van de afspeelbron worden weergegeven op het scherm van het navigatiesysteem en zijn via de luidsprekers van het audiosysteem te horen. Het aanvullende videobeeld is alleen beschikbaar zijn wanneer de versnellingsbak in de stand P (parkeren) staat. Bestuurders wordt aangeraden extra apparatuur in te stellen terwijl het voertuig in P (parkeren) staat. Sluit de ingangsbron aan op de contacten voor de audio-/videoingangsignalen in de middenconsole met een standaard RCA-kabel.
. . . 226
Volg de instructies van de fabrikant op. De contacten voor de video- en de audio-ingangssignalen (links en rechts) zijn gemarkeerd met tekens en kleuren zodat u het juiste contact gemakkelijk kunt vinden. • Het gele contact is voor het video-ingangssignaal. • Het rode contact is voor het audio-ingangssignaal rechts. • Het witte contact is voor het audio-ingangssignaal links. • Gebruik voor andere apparaten met slechts één audioaansluiting het witte contact.
Speel het extra apparaat af aan de hand van de instructies voor het apparaat. Druk op AUX (op het voorpaneel van het navigatiesysteem) om het extra apparaat te selecteren. Raak de toets VIDEO IN/OUT (video in/uit) op het scherm aan. Als u het afspelen van het extra apparaat wilt stoppen, druk dan op een van de volgende toetsen om een andere bron te selecteren. • Toets BAND (Band) • Toets SRCE (bron)
09euSTSNav.dut Page 227 Monday, June 23, 2008 8:05 AM
Hoofdstuk 4 ■ AANPASSING VAN DE AUDIO-INSTELLINGEN Met deze functie kunnen twee verschillende bestuurders hun eigen audio-instellingen opslaan en weer oproepen. De instellingen die door het audiosysteem worden opgeroepen, zijn afhankelijk van de afstandsbediening (1 of 2) die werd gebruikt voor het ontgrendelen van het voertuig. Het nummer op de achterkant van de afstandsbediening komt overeen met bestuurder 1 of bestuurder 2.
De instellingen worden automatisch ingesteld op de stand die het laatst door de geïdentificeerde bestuurder was ingesteld. De instellingen kunnen ook worden opgeroepen met de opties voor de geheugeninstellingen in het menu voor instellingen. Zie het volgende in hoofdstuk 2 voor meer informatie: • Instellingsmenu
U kunt de geheugeninstellingen ook oproepen met de functie spraakherkenning van het systeem. Zie hoofdstuk 5 voor informatie over de functie spraakherkenning. Wanneer accuvoeding is onderbroken en later weer aangesloten, dan is het niet nodig om de voorkeuzestations opnieuw af te stellen aangezien het audiosysteem deze stations in het geheugen bewaart.
–
–
–
–
227 . . .
09euSTSNav.dut Page 228 Monday, June 23, 2008 8:05 AM
09euSTSNav.dut Page 229 Monday, June 23, 2008 8:05 AM
––– –– 5 Na vigatie ste mh er-
Hoofdstuk 5 - Spraakherkenning voor het navigatiesysteem Navigatie stemherkenning ................................230 Spraakherkenning inschakelen............................230 Helpscherm spraakherkenning............................232 Hulpopdrachten ................................................233 Scherm opdrachtlijst .........................................234 Scherm Bedieningshandleiding ........................235 Gesproken opdrachten .......................................236 Universele opdrachten ......................................236 Displayopdrachten ............................................237 Algemene navigatieopdrachten ........................237 Kaartopdrachten ...............................................238
Bestemmingsopdrachten ................................. 239 Naamlabelopdrachten ..................................... 240 Begeleidingopdrachten .................................... 240 Radio- en televisieopdrachten .......................... 242 CD-opdrachten ................................................ 244 DVD-opdrachten .............................................. 245 Klimaatregelingsopdrachten ............................ 246 Aanpassingsopdrachten ................................... 248 Raamopdrachten .............................................. 248 Telefoonopdrachten ......................................... 248 Opdrachten voor faciliteit ................................ 250
229 . . .
09euSTSNav.dut Page 230 Monday, June 23, 2008 8:05 AM
Navigatie stemherkenning ■ NAVIGATIE STEMHERKENNING Met de spraakherkenningsfunctie van het navigatiesysteem kunt u de volgende functies handsfree bedienen: • Navigatiesysteem • Audiosysteem • Klimaatregeling • Ramen • Geheugen • Bluetooth®-telefoon
. . . 230
Spraakherkenning kan worden gebruikt wanneer het contact is ingeschakeld of in de accessoirestand staat, of wanneer de accessoirevoeding actief is. Spraakherkenning is alleen te gebruiken wanneer er een kaartendvd voor het navigatiesysteem in het systeem is geplaatst. De spraakherkenningsfunctie kan opdrachten in vijf talen herkennen. Zie het volgende in hoofdstuk 2 om een taal voor de systeemdisplays en voor de spraakherkenningsfunctie te selecteren: • Scherm Voertuiginstellingen Belangrijk: het navigatiesysteem herkent alleen opdrachten in de geselecteerde taal.
Spraakherkenning inschakelen Druk op de stuurwielknop voor spraakherkenning om de spraakherkenning te activeren. Laat de toets los als u een piep hoort. Het audiosysteem zal, mits het aanstaat, het volume naar nul terugbrengen. Wanneer spraakherkenning actief is, wordt op het navigatiescherm weergegeven.
09euSTSNav.dut Page 231 Monday, June 23, 2008 8:05 AM
Hoofdstuk 5 Spreek duidelijk een opdracht uit. Voor een lijst met beschikbare opdrachten, zie "Gesproken opdrachten" verderop in dit hoofdstuk. Wanneer de opdracht wordt herkend, kan het volgende gebeuren: • Het systeem voert de functie uit. of • Het systeem vraagt om bevestiging.
Wanneer de reactie van het systeem niet overeenkomt met de gesproken opdracht, houd dan ingedrukt om de opdracht te annuleren. Als het systeem moeilijkheden ondervindt bij het herkennen van de opdrachten, dient u de opdrachten zachter uit te spreken. Soms zal het systeem een gesproken opdracht niet begrijpen. Probeer het opnieuw indien dit gebeurt. Indien een gesproken opdracht niet beschikbaar is, zal het systeem feedback geven, gebaseerd op beschikbaarheid. Zie "Helpscherm voor spraakherkenning" verderop in dit hoofdstuk.
Tijdens gebruik van stemherkenning dient het geluidsniveau in het voertuig tot een minimum beperkt te worden. Het systeem herkent gesproken opdrachten wellicht niet wanneer er teveel lawaai is. –
–
–
–
–
231 . . .
09euSTSNav.dut Page 232 Monday, June 23, 2008 8:05 AM
Navigatie stemherkenning Helpscherm spraakherkenning Spreek duidelijk een van de helpopdrachten uit om het helpscherm voor de spraakherkenning te openen. Zie "Helpopdrachten" verderop in dit hoofdstuk. Als dit scherm op het display wordt weergegeven, kunt u een van de volgende opties kiezen: • COMMAND LIST (opdrachtlijst) Open het scherm: - Raak de toets COMMAND LIST (opdrachtlijst) op het scherm VOICE RECOG. HELP (help spraakherkenning) aan.
FM
97.1 MHz
10:26
VOICE RECOG. HELP Command List
Nav. Map Nav. Help
OK Operating Guide Nav
Disp.
Radio
Phone
CD
Nametag
DVD
Etc.
Heater
Raak de gewenste toets aan om een lijst met gesproken opdrachten weer te geven.
. . . 232
Talk
Zie "Scherm met opdrachtlijst" verderop in dit hoofdstuk.
09euSTSNav.dut Page 233 Monday, June 23, 2008 8:05 AM
Hoofdstuk 5 • OPERATING GUIDE (bedieningshandleiding) Open het scherm: - Raak de toets OPERATING GUIDE (bedieningshandleiding) op het scherm VOICE RECOG. HELP (help spraakherkenning) aan. Het systeem geeft aanwijzingen voor het gebruik van de spraakherkenningsfuncties. Zie "Scherm bedieningshandleiding" verderop in dit hoofdstuk.
HULPOPDRACHTEN Spreek duidelijk een van de helpopdrachten uit om het helpscherm voor de spraakherkenning te openen. • DISPLAY HELP (help display) • RADIO HELP (help radio) • CD HELP (help cd) • DVD HELP (help dvd) • HEATER HELP (help verwarming) • HEAT HELP (help warmte) • AIR CONDITIONING HELP (help airconditioning) • AC HELP (help airconditioning) • DRIVER HELP (help bestuurder) • WINDOWS (ramen) • PHONE HELP (help telefoon) • TELEPHONE HELP (help telefoon)
Opmerking: Helpopdrachten zijn alleen beschikbaar wanneer het voertuig stilstaat. –
–
–
–
–
233 . . .
09euSTSNav.dut Page 234 Monday, June 23, 2008 8:05 AM
Navigatie stemherkenning SCHERM OPDRACHTLIJST Op dit scherm zijn de volgende touch sensitive toetsen beschikbaar: • NAV (navigatie) Raak deze toets aan om een lijst met navigatieopdrachten weer te geven. • RADIO Raak deze toets aan om een lijst met radio-opdrachten weer te geven. • CD Raak deze toets aan om een lijst met cd-opdrachten weer te geven. • DVD Raak deze toets aan om een lijst met dvd-opdrachten weer te geven. • HEATER (verwarming) Raak deze toets aan om een lijst met opdrachten voor het klimaatregelsysteem weer te geven.
. . . 234
FM
97.1 MHz
Talk
10:26
VOICE RECOG. HELP Command List Nav. Map Nav. Help
OK Operating Guide Nav
Disp.
Radio
Phone
CD
Nametag
DVD
Etc.
Heater
• DISP. (display) Raak deze toets aan om een lijst met displayopdrachten weer te geven. • PHONE (telefoon) Raak deze toets aan om een lijst met telefoonopdrachten weer te geven.
• NAMETAG (naamlabel) Raak deze toets aan om een lijst met naamlabelopdrachten weer te geven. • ETC. (etcetera) Raak deze toets aan om een lijst met diverse opdrachten weer te geven.
09euSTSNav.dut Page 235 Monday, June 23, 2008 8:05 AM
Hoofdstuk 5 SCHERM BEDIENINGSHANDLEIDING Op dit scherm zijn de volgende touch sensitive toetsen beschikbaar: • START Raak deze toets aan om instructies voor het volgende weer te geven: - het spraakherkenningssysteem gebruiken • CANCEL (annuleren) Raak deze toets aan om instructies voor het volgende weer te geven: - annuleeropdrachten - wat moet u doen bij storingen - andere handige tips
FM
97.1 MHz
ST
10:26
VOICE RECOG. HELP
OK
Command List
–
Operating Guide
Push the talk switch briefly. State a command clearly after the beep sound. Recognized command will be executed.
Start –
Cancel Dest.
–
Audio Nametag
–
• DEST. (bestemming) Raak deze toets aan om instructies voor het volgende weer te geven: - uw route plannen - bestemmingsopdrachten
• AUDIO Raak deze toets aan om instructies voor het volgende weer te geven: - Radio-opdrachten
235 . . .
–
09euSTSNav.dut Page 236 Monday, June 23, 2008 8:05 AM
Navigatie stemherkenning • NAMETAG (naamlabel) Raak deze toets aan om instructies voor het volgende weer te geven: - naamlabels gebruiken en opslaan
. . . 236
Gesproken opdrachten De volgende lijst laat alle beschikbare gesproken opdrachten en een korte omschrijving van elk zien. Let op: woorden tussen hoekige haken zijn optioneel. Raadpleeg de hiervoor gegeven instructies om de gesproken opdrachten te gebruiken.
UNIVERSELE OPDRACHTEN Gebruik deze opdrachten om op de vragen van het systeem te reageren. • CANCEL (annuleren) Deze opdracht annuleert de vorige opdracht. • YES (ja): deze opdracht bevestigt reacties van het systeem. • NO (nee): deze opdracht annuleert een opdracht. • ENTER DESTINATION (bestemming invoeren) Deze opdracht zorgt dat het systeem het huidige gemarkeerde punt als de eindbestemming toevoegt. • ADD [TO] WAYPOINT (tussenstop toevoegen) Deze opdracht zorgt dat het systeem het huidige gemarkeerde punt als tussenstop toevoegt.
09euSTSNav.dut Page 237 Monday, June 23, 2008 8:05 AM
Hoofdstuk 5 DISPLAYOPDRACHTEN • DISPLAY [SET] ENGLISH UNITS (Engelse eenheden weergeven) Met deze opdracht kunt u de weergaven in Engelse eenheden bekijken. • DISPLAY [SET] METRIC UNITS (metrieke eenheden weergeven) Met deze opdracht kunt u de weergaven in metrieke eenheden bekijken. • DISPLAY [SET] DAY MODE (dagmodus weergeven) Deze opdracht stelt de instelling van het scherm in op de dagmodus. Zie "Scherm aanpassen" in hoofdstuk 2 voor meer informatie.
• DISPLAY [SET] NIGHT MODE (nachtmodus weergeven) Deze opdracht stelt de instelling van het scherm in op de nachtmodus. Zie "Scherm aanpassen" in hoofdstuk 2 voor meer informatie. • DISPLAY [SET] AUTO MODE (automatische modus weergeven) Deze opdracht stelt de instelling van het scherm in op de automatische modus. Zie "Scherm aanpassen" in hoofdstuk 2 voor meer informatie.
ALGEMENE NAVIGATIEOPDRACHTEN • NAVIGATION [SHOW] CURRENT POSITION (navigatie huidige positie tonen), NAVIGATION [SHOW] CURRENT LOCATION (huidige locatie tonen): Met deze opdrachten geeft het systeem de huidige voertuigpositie op het kaartscherm weer. • NAVIGATION [SHOW] MAP (navigatie kaart tonen) Met deze opdracht geeft het systeem het kaartscherm weer.
–
–
–
–
–
237 . . .
09euSTSNav.dut Page 238 Monday, June 23, 2008 8:05 AM
Navigatie stemherkenning • NAVIGATION [COMMAND] HELP (navigatie opdrachthelp), NAVIGATION [COMMAND LIST] (navigatie opdrachtlijst) Deze opdrachten zorgen dat het systeem de opdrachthelplijst voor de navigatie zegt. • NAVIGATION REPEAT [VOICE] [GUIDANCE] (navigatie gesproken aanwijzing herhalen) Met deze opdracht herhaalt het systeem de laatste gesproken aanwijzing wanneer er een bestemming is ingesteld.
. . . 238
KAARTOPDRACHTEN • NAVIGATION ZOOM IN (navigatie inzoomen) Met deze opdracht zoomt het systeem in als het kaartscherm wordt weergegeven. • NAVIGATION ZOOM OUT (navigatie uitzoomen) Met deze opdracht zoomt het systeem uit als het kaartscherm wordt weergegeven. • NAVIGATION [CHANGE] MAP DIRECTION (navigatie richting kaart wijzigen) Deze opdracht zorgt ervoor dat het systeem de richting van het voertuig van Noordelijke richting in Naar boven of van Naar boven in Noordelijke richting wijzigt op het kaartscherm.
• NAVIGATION STORE [THIS POINT] (navigatie dit punt opslaan), NAVIGATION MARK [THIS POINT] (navigatie dit punt markeren) Met deze opdrachten markeert het systeem de locatie als een geheugenpunt in het kaartscherm. • NAVIGATION [CHANGE TO] 3D MAP [MODE] (navigatie veranderen in driedimensionale kaartweergave) Met deze opdracht geeft het systeem het kaartscherm driedimensionaal weer.
09euSTSNav.dut Page 239 Monday, June 23, 2008 8:05 AM
Hoofdstuk 5 • NAVIGATION [CHANGE TO] 2D MAP [MODE] (navigatie veranderen in tweedimensionale kaartweergave) Met deze opdracht geeft het systeem het kaartscherm tweedimensionaal weer.
BESTEMMINGSOPDRACHTEN • NAVIGATION [GO] HOME (navigatie naar huis), NAVIGATION [SELECT] HOME (navigatie thuis selecteren) Deze opdrachten zorgen dat het systeem de thuisbestemming als de huidige bestemming invoert. • NAVIGATION [GO TO] PREVIOUS DESTINATION (navigatie naar vorige bestemming) Met deze opdracht gebruikt het systeem de laatste bestemming als de nieuwe bestemming.
• NAVIGATION [GO TO] PRESET DESTINATION # (navigatie naar voorkeurbestemming #) Met deze opdracht stelt het systeem de huidige voorkeurbestemming (een, twee, drie, vier of vijf) als de nieuwe bestemming. De opdracht werkt alleen wanneer er een voorkeurbestemming naar de voorkeurpositie is ingesteld.
–
–
–
–
–
239 . . .
09euSTSNav.dut Page 240 Monday, June 23, 2008 8:05 AM
Navigatie stemherkenning NAAMLABELOPDRACHTEN Het systeem slaat maximaal tien naamlabels voor bestemming en tien naamlabels voor telefoonnummers op. • NAVIGATION STORE NAME (navigatie naam opslaan) Met deze opdracht laat u het systeem weten dat u een naamlabel wilt opslaan voor de huidige locatie of een telefoonnummer. U hoort "Name Please" (naam). Geef de naam die bij de huidige locatie of telefoonnummer moet worden opgeslagen. Het systeem herhaalt wat er is opgenomen en daarna wordt u gevraagd het naamlabel te bevestigen. - Zeg "Yes" (ja) om te bevestigen. - Zeg "No" (nee) om te annuleren.
. . . 240
• NAVIGATION GO TO [DESTINATION] (NAMETAG) (navigatie naar naamlabel bestemming), NAVIGATION SELECT [DESTINATION] (NAMETAG) (navigatie naamlabel bestemming selecteren), Deze opdrachten zorgen dat het systeem naar de bestemming gaat die bij het genoemde naamlabel hoort. Het systeem vraagt u het naamlabel in te stellen als tussenstop of eindbestemming. - Zeg "Waypoint" (tussenstop) of "Destination" (bestemming).
BEGELEIDINGOPDRACHTEN • NAVIGATION LOUDER (navigatie luider) Met deze opdracht verhoogt het systeem het volume van de gesproken navigatieopdrachten. • NAVIGATION SOFTER (navigatie zachter) Met deze opdracht verlaagt het systeem het volume van de gesproken navigatieopdrachten.
09euSTSNav.dut Page 241 Monday, June 23, 2008 8:05 AM
Hoofdstuk 5 • NAVIGATION [SHOW] WHOLE ROUTE [MAP] (navigatie hele routekaart weergeven), NAVIGATION [SHOW] ENTIRE ROUTE [MAP] (navigatie volledige routekaart weergeven) Met deze opdrachten geeft het systeem de volledige route weer als er een bestemming is ingesteld. • NAVIGATION SHOW NEXT WAYPOINT [MAP] (navigatie volgende tussenstop kaart weergeven) Met deze opdracht geeft het systeem het kaartoverzicht van de locatie van de volgende tussenstop weer als er één ingesteld is.
• NAVIGATION SHOW DESTINATION [MAP] (navigatie bestemming kaart weergeven) Met deze opdracht geeft het systeem het kaartoverzicht van de locatie van de eindbestemming weer als er één ingesteld is. • NAVIGATION DELETE NEXT WAYPOINT (navigatie volgende tussenstop verwijderen), NAVIGATION CANCEL NEXT WAYPOINT (navigatie volgende tussenstop annuleren) Met deze opdrachten wordt de volgende tussenstop uit de route verwijderd.
• NAVIGATION DELETE DESTINATION (navigatie bestemming verwijderen), NAVIGATION CANCEL DESTINATION (navigatie bestemming annuleren) Met deze opdrachten wordt een bestemming geannuleerd als er één ingesteld is. • NAVIGATION DELETE ALL WAYPOINTS AND DESTINATION (navigatie alle tussenstops en bestemming verwijderen), NAVIGATION CANCEL ALL WAYPOINTS AND DESTINATION (navigatie alle tussenstops en bestemming annuleren) Met deze opdrachten worden alle ingestelde tussenstops en de eindbestemming geannuleerd.
241 . . .
–
–
–
–
–
09euSTSNav.dut Page 242 Monday, June 23, 2008 8:05 AM
Navigatie stemherkenning • NAVIGATION VOICE GUIDANCE OFF (navigatie spraakbegeleiding uit) Met deze opdracht schakelt het systeem de gesproken navigatieopdrachten uit indien er een bestemming is ingesteld. • NAVIGATION VOICE GUIDANCE (navigatie spraakbegeleiding) Met deze opdracht schakelt het systeem de gesproken navigatieopdrachten in. • NAVIGATION DETOUR [ENTIRE ROUTE] (navigatie omleiding volledige route) Deze opdracht zorgt dat het systeem de omleidingsfunctie activeert tijdens het rijden van een geplande route.
. . . 242
RADIO- EN TELEVISIEOPDRACHTEN Deze opdrachten werken voor de radio- en televisieaudiobronnen. • RADIO Met deze opdracht wordt het audiosysteem ingeschakeld. • RADIO TURN OFF (radio uitschakelen) Met deze opdracht wordt het audiosysteem uitgeschakeld. • RADIO [SET] BALANCE CENTER (radio middenbalans instellen), RADIO [SET] BALANCE MIDDLE (radio middenbalans instellen) Met deze opdrachten balanceert het systeem het geluid uit tussen de luidsprekers links en rechts.
• RADIO [SET] FADE CENTER (radio fade midden instellen), RADIO [SET] FADE MIDDLE (radio fade midden instellen) Met deze opdrachten balanceert het systeem het geluid uit tussen de luidsprekers voor en achter. • RADIO SCAN UP (radio omhoog scannen), RADIO SCAN DOWN (radio omlaag scannen) Met deze opdrachten wordt het systeem geïnstrueerd om alle zenders met een goede ontvangst te scannen en elke zender van de huidige audioband even weer te geven. Het systeem zal de zenders voorof achteruit scannen, afhankelijk van de opdracht die gebruikt is.
09euSTSNav.dut Page 243 Monday, June 23, 2008 8:05 AM
Hoofdstuk 5 • RADIO [BAND] [SELECT] AM (radio AM selecteren) Deze opdracht schakelt het audiosysteem over op de AMfrequentie. • RADIO [BAND] [SELECT] FM (radio FM selecteren) Deze opdracht schakelt het audiosysteem over op de FM-frequentie. • RADIO [BAND] [SELECT] LW (lange golf radioband selecteren), RADIO [BAND] [SELECT] LONGWAVE (lange golf radioband selecteren) Deze opdracht schakelt het audiosysteem over op de LW-frequentie (lange golf).
• RADIO [BAND] [SELECT] TELEVISION (radio televisie selecteren), RADIO [BAND] [SELECT] TV (radio televisie selecteren) Deze opdrachten zorgen dat het audiosysteem overschakelt op de televisie. • RADIO [SELECT] (FREQUENCY) AM (radio AM-frequentie selecteren) Deze opdracht schakelt het audiosysteem over op de AMfrequentie.
• RADIO [SELECT] (FREQUENCY) FM (radio FM-frequentie selecteren) Deze opdracht schakelt het audiosysteem over op de FM-frequentie. • RADIO [SELECT] (FREQUENCY) LW (frequentie lange golf radio selecteren), RADIO [SELECT] (FREQUENCY) LONGWAVE (frequentie lange golf radio selecteren) Deze opdracht schakelt het audiosysteem over op de LW-frequentie (lange golf).
–
–
–
–
–
243 . . .
09euSTSNav.dut Page 244 Monday, June 23, 2008 8:05 AM
Navigatie stemherkenning • RADIO [SELECT] (CHANNEL) TV (radio televisiezender selecteren), RADIO [SELECT] (CHANNEL) TELEVISION (radio televisiezender selecteren) Deze opdrachten zorgen dat het audiosysteem overschakelt naar de opgegeven televisiezender. • RADIO [SHOW] [NEXT] PRESET (radio volgende voorkeurzender weergeven) Met deze opdracht wordt het systeem geïnstrueerd de volgende voorkeurfrequentie voor de actieve audioband te selecteren.
. . . 244
CD-OPDRACHTEN Deze opdrachten zijn alleen beschikbaar wanneer er een cd, MP3 of dvd is geplaatst. • CD Met deze opdracht wordt de cd/dvd-speler ingeschakeld. • CD TURN OFF (cd uitschakelen) Met deze opdracht wordt de cd/dvd-speler uitgeschakeld.
• CD [SET] BALANCE CENTER (cd middenbalans instellen), CD [SET] BALANCE MIDDLE (cd middenbalans instellen) Met deze opdrachten balanceert het systeem het geluid uit tussen de luidsprekers links en rechts. • CD [SET] FADE CENTER (cd fade midden instellen), CD [SET] FADE MIDDLE (cd fade midden instellen) Met deze opdrachten balanceert het systeem het geluid uit tussen de luidsprekers voor en achter.
09euSTSNav.dut Page 245 Monday, June 23, 2008 8:05 AM
Hoofdstuk 5 • CD SCAN UP (cd omhoog scannen) Met deze opdracht scant het systeem omhoog door de tracks of hoofdstukken. • CD SELECT [DISC] # TRACK # (cd # track # selecteren), CD SELECT [DISC] # CHAPTER # (cd # hoofdstuk # selecteren) Met deze opdrachten gaat het systeem naar de gespecificeerde disk (een, twee, drie, vier, vijf of zes) en de gespecificeerde track of hoofdstuk op de disk (een, twee, drie, etc.). • CD EJECT [DISC] # (cd # uitwerpen) Deze opdracht zorgt dat het systeem de opgegeven disk uitwerpt (een, twee, drie, vier, vijf of zes).
DVD-OPDRACHTEN Deze opdrachten zijn alleen beschikbaar wanneer er een cd, MP3 of dvd is geplaatst. • DVD Met deze opdracht wordt de cd-/dvd-speler ingeschakeld. • DVD TURN OFF (dvd uitschakelen) Met deze opdracht wordt de cd-/dvd-speler uitgeschakeld.
• DVD [SET] BALANCE CENTER (dvd middenbalans instellen), DVD [SET] BALANCE MIDDLE (dvd middenbalans instellen) Met deze opdrachten balanceert het systeem het geluid uit tussen de luidsprekers links en rechts. • DVD [SET] FADE CENTER (dvd fade midden instellen), DVD [SET] FADE MIDDLE (dvd fade midden instellen) Met deze opdrachten balanceert het systeem het geluid uit tussen de luidsprekers voor en achter.
–
–
–
–
–
245 . . .
09euSTSNav.dut Page 246 Monday, June 23, 2008 8:05 AM
Navigatie stemherkenning • DVD SCAN UP (dvd omhoog scannen) Met deze opdracht scant het systeem omhoog door de tracks of hoofdstukken. • DVD SELECT [DISC] # TRACK # (dvd # track # selecteren), DVD SELECT [DISC] # CHAPTER # (dvd # hoofdstuk # selecteren) Met deze opdrachten gaat het systeem naar de gespecificeerde disk (een, twee, drie, vier, vijf of zes) en de gespecificeerde track of hoofdstuk op de disk (een, twee, drie, etc.). • DVD EJECT [DISC] # (dvd # uitwerpen) Deze opdracht zorgt dat het systeem de opgegeven disk uitwerpt (een, twee, drie, vier, vijf of zes).
. . . 246
KLIMAATREGELINGSOPDRACHTEN • HEATER [SET] FAN HIGH (verwarming ventilator hoog), HEAT [SET] FAN HIGH (verwarming ventilator hoog) Deze opdrachten zorgen dat het systeem de ventilatorsnelheid verhoogt. Herhaal de opdracht totdat de gewenste ventilatorsnelheid is bereikt. • HEATER [SET] FAN LOW (verwarming ventilator laag), HEAT [SET] FAN LOW (verwarming ventilator laag) Deze opdrachten zorgen dat het systeem de ventilatorsnelheid verlaagt. Herhaal de opdracht totdat de gewenste ventilatorsnelheid is bereikt.
• HEATER DEFROST (verwarming ontdooien), HEATER DEFOG (verwarming ontwasemen), HEAT DEFROST (warmte ontdooien), HEAT DEFOG (warmte ontwasemen) Met deze opdrachten schakelt het systeem de ontdooifunctie voor en achter in. • HEATER FRONT DEFROST (verwarming ontdooien voor), HEATER FRONT DEFOG (verwarming ontwasemen voor), HEAT FRONT DEFROST (warmte ontdooien voor), HEAT FRONT DEFOG (warmte ontwasemen voor) Met deze opdrachten schakelt het systeem de ontdooifunctie voor in.
09euSTSNav.dut Page 247 Monday, June 23, 2008 8:05 AM
Hoofdstuk 5 • HEATER REAR DEFROST (verwarming ontdooien achter), HEATER REAR DEFOG (verwarming ontwasemen achter), HEAT REAR DEFROST (warmte ontdooien achter), HEAT REAR DEFOG (warmte ontwasemen achter) Met deze opdrachten schakelt het systeem de ontdooifunctie achter in. • AIR CONDITIONING [SET] FAN HIGH (airconditioning ventilator hoog), AC [SET] FAN HIGH (airconditioning ventilator hoog) Deze opdrachten zorgen dat het systeem de ventilatorsnelheid verhoogt. Herhaal de opdracht totdat de gewenste ventilatorsnelheid is bereikt.
• AIR CONDITIONING [SET] FAN LOW (airconditioning ventilator laag), AC [SET] FAN LOW (airconditioning ventilator laag) Deze opdrachten zorgen dat het systeem de ventilatorsnelheid verlaagt. Herhaal de opdracht totdat de gewenste ventilatorsnelheid is bereikt. • AIR CONDITIONING DEFROST (airconditioning ontdooien), AC DEFROST (airconditioning ontdooien), AIR CONDITIONING DEFOG (airconditioning ontwasemen), AC DEFOG (airconditioning ontwasemen) Met deze opdrachten schakelt het systeem de ontdooifunctie voor en achter in.
• AIR CONDITIONING FRONT DEFROST (airconditioning ontdooien voor), AC FRONT DEFROST (airconditioning ontdooien voor), AIR CONDITIONING FRONT DEFOG (airconditioning ontwasemen voor), AC F RONT DEFOG (airconditioning ontwasemen voor) Met deze opdrachten schakelt het systeem de ontdooifunctie voor in. • AIR CONDITIONING REAR DEFROST (airconditioning ontdooien achter), AC REAR DEFROST (airconditioning ontdooien achter), AIR CONDITIONING REAR DEFOG (airconditioning ontwasemen achter), AC REAR DEFOG (airconditioning ontwasemen achter) Met deze opdrachten schakelt het systeem de ontdooifunctie achter in.
247 . . .
–
–
–
–
–
09euSTSNav.dut Page 248 Monday, June 23, 2008 8:05 AM
Navigatie stemherkenning AANPASSINGSOPDRACHTEN • SET DRIVER ONE (bestuurder één instellen), SET DRIVER TWO (bestuurder twee instellen) Met deze opdrachten schakelt het systeem tussen de opgeslagen instellingen voor Bestuurder 1 en voor Bestuurder 2. Zie voor meer informatie "Programmeerbare en instelbare functies van de auto" in het instructieboekje van uw auto.
. . . 248
• SELECT DRIVER ONE (bestuurder één selecteren) Met deze opdracht roept het systeem de instellingen voor stoel, stuurwiel en navigatie voor Bestuurder 1 op. • SELECT DRIVER TWO (bestuurder twee selecteren) Met deze opdracht roept het systeem de instellingen voor stoel, stuurwiel en navigatie voor Bestuurder 2 op.
RAAMOPDRACHTEN • WINDOWS UP (ramen omhoog), WINDOWS DOWN (ramen omlaag) Met deze opdrachten opent of sluit het systeem de ramen helemaal. TELEFOONOPDRACHTEN Deze opdrachten zijn alleen beschikbaar wanneer er een Bluetooth®telefoon is gekoppeld aan het navigatiesysteem, de telefoon in het voertuig ligt en is ingeschakeld.
09euSTSNav.dut Page 249 Monday, June 23, 2008 8:05 AM
Hoofdstuk 5 • TELEPHONE ENTER (telefoon invoeren), PHONE ENTER (telefoon invoeren) Deze opdrachten zorgen dat het systeem de volgende opdracht als een telefoonnummer interpreteert. Het telefoonnummer kan in een keer of in delen worden opgenoemd. • CORRECTION (correctie) Met deze opdracht wist het systeem het laatste deel van het gesproken telefoonnummer. • DELETE (wissen) Met deze opdracht wist het systeem het volledige telefoonnummer.
• DIAL (kiezen) Met deze opdracht kiest het systeem het eerder genoemde telefoonnummer. • TELEPHONE DIAL NAME (telefoon naam kiezen), PHONE DIAL NAME (telefoon naam kiezen) Deze opdrachten zorgen dat het systeem een telefoonnummer voor een opgeslagen naam kiest. Het systeem vraagt een naam en vraagt daarna bevestiging van de naam voordat het opgeslagen telefoonnummer wordt gekozen.
• TELEPHONE REDIAL (telefoonnummer opnieuw kiezen), PHONE REDIAL (telefoonnummer opnieuw kiezen), TELEPHONE RECALL (telefoonnummer opnieuw kiezen) PHONE RECALL (telefoonnummer opnieuw kiezen) Met deze opdrachten kiest het systeem het vorige telefoonnummer nog een keer. • TELEPHONE HELP (telefoon help), PHONE HELP (telefoon help) Als u deze opdracht uitspreekt, reageert het systeem met de lijst met gesproken opdrachten die momenteel voor u beschikbaar zijn. Helpopdrachten zijn alleen beschikbaar wanneer het voertuig stilstaat.
249 . . .
–
–
–
–
–
09euSTSNav.dut Page 250 Monday, June 23, 2008 8:05 AM
Navigatie stemherkenning OPDRACHTEN VOOR FACILITEIT Bij de volgende opdrachten geeft het systeem waar mogelijk pictogrammen weer op het kaartscherm wanneer de kaartschaal is ingesteld op 1 km of minder. • Auto-opdrachten - NAVIGATION GAS STATION (navigatie benzinestation) - NAVIGATION GAS (navigatie benzine) - NAVIGATION PARKING (navigatie parkeren) - NAVIGATION PARKING LOT (navigatie parkeerplaats) - NAVIGATION PARKING GARAGE (navigatie parkeergarage) - NAVIGATION CAR PARK (navigatie parkeerterrein) - NAVIGATION GM (navigatie General Motors)
. . . 250
• Entertainmentlocaties - NAVIGATION BOWLING CENTER (navigatie bowlcentrum) - NAVIGATION BOWLING ALLEY (navigatie kegelbaan) - NAVIGATION CASINO (navigatie casino) - NAVIGATION CINEMA (navigatie bioscoop) - NAVIGATION GOLF COURSE (navigatie golfbaan) - NAVIGATION HISTORICAL MONUMENT (navigatie historisch monument) - NAVIGATION ICE SKATING CENTER (navigatie schaatsbaan) - NAVIGATION ICE RINK (navigatie kunstijsbaan) - NAVIGATION MUSEUM (navigatie museum)
- NAVIGATION MUSIC CLUB (navigatie discotheek) - NAVIGATION SKI RESORT (navigatie skioord) - NAVIGATION SKIING (navigatie skiën) - NAVIGATION SPORT CENTER (navigatie sportcentrum) - NAVIGATION SPORTS COMPLEX (navigatie sportcomplex) - NAVIGATION STADIUM (navigatie stadion) - NAVIGATION PERFORMING ARTS (navigatie podiumkunst) - NAVIGATION TOURIST ATTRACTION (navigatie toeristische trekpleister) - NAVIGATION TOURIST INFORMATION (navigatie toeristische informatie) - NAVIGATION WINERY (navigatie wijnmakerij)
09euSTSNav.dut Page 251 Monday, June 23, 2008 8:05 AM
Hoofdstuk 5 • Openbare gebouwen - NAVIGATION TOWN CENTER (navigatie centrum kleine stad) - NAVIGATION CITY CENTER (navigatie centrum grote stad) - NAVIGATION CITY HALL (navigatie gemeentehuis) - NAVIGATION CIVIC CENTER (navigatie openbaar centrum) - NAVIGATION COMMUNITY CENTER (navigatie gemeenschapshuis) - NAVIGATION CONVENTION CENTER (navigatie congrescentrum) - NAVIGATION EXHIBITION CENTER (navigatie tentoonstellingsruimte) - NAVIGATION HIGHER EDUCATION (navigatie hoger onderwijs)
- NAVIGATION UNIVERSITY (navigatie universiteit) - NAVIGATION COLLEGE (navigatie hogeschool) - NAVIGATION HOSPITAL (navigatie ziekenhuis) - NAVIGATION PARKS & RECREATION (navigatie parken en recreatie) - NAVIGATION PARK & RECREATION (navigatie park en recreatie) - NAVIGATION RECREATION (navigatie recreatie) - NAVIGATION AMUSEMENT PARK (navigatie pretpark)
• Restaurantlocaties - NAVIGATION RESTAURANT (navigatie restaurant) - NAVIGATION I'M HUNGRY (navigatie ik heb honger) - NAVIGATION SHOW RESTAURANT (navigatie restaurant weergeven) - NAVIGATION CHINESE RESTAURANT (navigatie Chinees restaurant), NAVIGATION CHINESE FOOD (navigatie Chinese gerechten) - NAVIGATION FAST FOOD (navigatie fast food), NAVIGATION FAST FOOD RESTAURANT (navigatie fast-foodrestaurant)
–
–
–
–
–
251 . . .
09euSTSNav.dut Page 252 Monday, June 23, 2008 8:05 AM
Navigatie stemherkenning - NAVIGATION FRENCH RESTAURANT (navigatie Frans restaurant), NAVIGATION FRENCH FOOD (navigatie Franse gerechten) - NAVIGATION ICE CREAM PARLOR (navigatie ijssalon) - NAVIGATION ITALIAN RESTAURANT (navigatie Italiaans restaurant), NAVIGATION ITALIAN FOOD (navigatie Italiaanse gerechten) - NAVIGATION JAPANESE RESTAURANT (navigatie Japans restaurant), NAVIGATION JAPANESE FOOD (navigatie Japanse gerechten) - NAVIGATION OTHER RESTAURANT (navigatie overige restaurant), NAVIGATION OTHER FOOD (navigatie overige gerechten)
. . . 252
• Winkellocaties - NAVIGATION SHOPPING (navigatie winkelen) - NAVIGATION SHOPPING CENTER (navigatie winkelcentrum) • Vervoer - NAVIGATION AIRPORT (navigatie vliegveld) - NAVIGATION BUS STATION (navigatie busstation) - NAVIGATION FERRIES (navigatie veerboten) - NAVIGATION FERRY TERMINAL (navigatie veerbootterminal) - NAVIGATION HOTEL (navigatie hotel)
- NAVIGATION PARK & RIDE (navigatie reizen en parkeren) - NAVIGATION RENTAL CAR AGENCY (navigatie autoverhuurbedrijf) - NAVIGATION REST AREA (navigatie pleisterplaats) - NAVIGATION REST STOP (navigatie aire) - NAVIGATION TRAIN STATION (navigatie treinstation) • P.O.I. OFF (faciliteit uit) Met deze opdracht sluit het systeem de opdrachtmodus Faciliteit af.
09euSTSNav.dut Page 253 Monday, June 23, 2008 8:05 AM
–– –– –– 6 Bl ue to ot h
Hoofdstuk 6 - Bluetooth Bluetooth® Draadloos communicatiesysteem. 254 Uw Bluetooth-telefoon instellen ......................... 254 Scherm voor Bluetooth-instellingen ................. 256 Scherm Bluetooth-telefoon ................................ 260 Kiezen en bellen met uw Bluetooth-telefoon ..... 262 Scherm Telefoonboek......................................... 263 Telefoonnummers in het telefoonboek toevoegen, bewerken of verwijderen .............. 266 Scherm Recente gesprekken .............................. 268 Vanuit de navigatieschermen kiezen .................. 269
253 . . .
09euSTSNav.dut Page 254 Monday, June 23, 2008 8:05 AM
Bluetooth ■ BLUETOOTH® DRAADLOOS COMMUNICATIESYSTEEM Het navigatiesysteem is voorzien van het Bluetooth® draadloze communicatiesysteem. Met dit systeem kunt u een Bluetooth-compatibele telefoon handsfree gebruiken. U kunt ook een telefoonboek voor gebruik in uw voertuig instellen. Er kunnen maximaal 12 telefoons in het Bluetooth-systeem worden geregistreerd, maar er mag maar een telefoon per keer worden aangesloten.
. . . 254
Uw Bluetooth-telefoon instellen Uw telefoon moet compatibel met Bluetooth zijn om het Bluetoothsysteem te kunnen gebruiken. Zie de gegevens van uw telefoon of uw telefoon Bluetooth ondersteunt. Als uw telefoon Bluetooth ondersteunt, moet uw telefoon aan het audiosysteem worden gekoppeld.
U kunt het navigatiesysteem als volgt gebruiken om de telefoon te koppelen: 1. Druk op de harde toets CONFIG (configureren) om het menu Instellingen weer te geven. 2. Raak de toets (Bluetooth) aan. Het scherm voor Bluetooth-instellingen wordt weergegeven. 3. Uw telefoon moet detecteerbaar zijn en de Bluetooth-functie moet zijn ingeschakeld, anders kan het Bluetooth-systeem de telefoon niet vinden.
09euSTSNav.dut Page 255 Monday, June 23, 2008 8:05 AM
Hoofdstuk 6 4. Raak de toets SEARCH (zoeken) aan. Het zoekt naar compatibele Bluetooth-apparaten. Wanneer het systeem uw telefoon vindt, wordt de apparaatnaam van de telefoon op het scherm weergegeven. 5. Selecteer uw apparaat door het pictogram naast de apparaatnaam aan te raken. Gebruik eventueel de bladerpijltjes.
6. Raak de toets CONNECT (verbinden) aan. Uw telefoon en het Bluetoothsysteem maken verbinden. 7. Volg de instructies op het scherm van de telefoon op. De instructies zijn afhankelijk van de telefoon. Zie de gegevens van de telefoon voor meer informatie. 8. Selecteer de "standaardfunctie" zodat het voertuig automatisch probeert verbinding te maken met de telefoon zodra u in het voertuig stapt.
U kunt de telefoon als volgt aan het navigatiesysteem koppelen: 1. Druk op de harde toets CONFIG (configureren) om het menu Instellingen weer te geven. 2. Raak de toets (Bluetooth) aan. Het scherm voor Bluetooth-instellingen wordt weergegeven. 3. Raak de toets RECEIVE (ontvangen) aan. 4. Gebruik de zoekfunctie van de telefoon om het voertuig in de lijst met gevonden Bluetoothapparaten op de telefoon te selecteren.
–
–
–
–
–
–
255 . . .
09euSTSNav.dut Page 256 Monday, June 23, 2008 8:05 AM
Bluetooth 5. Volg de instructies op het scherm van de telefoon op. De instructies zijn afhankelijk van de telefoon. Zie de gegevens van de telefoon voor meer informatie. 6. Selecteer de "standaardfunctie" zodat het voertuig automatisch probeert verbinding te maken met de telefoon zodra u in het voertuig stapt.
FM
91.7 MHz
ST
DEVICE LIST
–– :––
0/12 Device Address
Device Name
Connect
MyInfo T6161
Receive
Nokie 6310
Default Registered Device
New Device
SCHERM VOOR BLUETOOTH-INSTELLINGEN Om dit menu te openen, gaat u als volgt te werk: 1. Druk op de harde toets CONFIG (configureren) om het menu Instellingen weer te geven.
. . . 256
Search
2. Raak de toets (Bluetooth) aan. Het scherm voor Bluetooth-instellingen wordt weergegeven.
09euSTSNav.dut Page 257 Monday, June 23, 2008 8:05 AM
Hoofdstuk 6 Op dit scherm zijn de volgende touch sensitive toetsen beschikbaar: • MY INFO (mijn informatie) Raak deze toets aan om de gegevens van uw Bluetooth-apparaat weer te geven, inclusief de naam en informatie over de koppelingscode. Als de gegevens van uw Bluetooth-apparaat worden weergegeven, raak dan DEVICE NAME (apparaatnaam) aan om de naam van het apparaat te bewerken. Raak PASS-Key® (code) aan om de koppelingscode voor uw voertuig te bewerken.
De standaard apparaatnaam van het systeem is Cadillac STS. De standaard koppelingscode is ingesteld op 1234. We raden u aan de standaardcode te veranderen in een nummer dat u gemakkelijk kunt onthouden. • (pagina omhoog) Raak deze toets aan om een pagina per keer omhoog te bladeren. • (pagina omlaag) Raak deze toets aan om een pagina per keer omlaag te bladeren. • (annuleren) Raak deze toets aan om terug te keren naar het menu Instellingen.
• REGISTERED DEVICE (geregistreerd apparaat) Raak deze toets aan om een lijst met alle Bluetooth-telefoons die voor uw voertuig zijn geregistreerd (gekoppeld) weer te geven. U kunt met deze lijst het volgende doen: - uw standaardapparaat instellen - de telefoons wijzigen die in het voertuig worden gebruikt - naar een nieuw apparaat zoeken - een apparaat verwijderen - een nieuw apparaat ontvangen of verbinden
–
–
–
–
–
–
257 . . .
09euSTSNav.dut Page 258 Monday, June 23, 2008 8:05 AM
Bluetooth • NEW DEVICE (nieuw apparaat) Raak deze toets aan wanneer u een nieuwe telefoon voor gebruik in het voertuig wilt toevoegen. Vanuit dit menu kunt u nieuw apparaat ontvangen of naar nieuwe apparaten zoeken.
FM
91.7 MHz
ST
DEVICE LIST
–– :––
0/12 Device Address
Device Name
Connect
MyInfo T6161
Receive
Nokie 6310
Default Registered Device
•
. . . 258
New Device
(vorige) Raak deze toets aan om terug te gaan naar het vorige scherm.
Search
• CONNECT (verbinden) Raak deze toets aan om uw telefoon met het Bluetooth-systeem te verbinden.
09euSTSNav.dut Page 259 Monday, June 23, 2008 8:05 AM
Hoofdstuk 6 • RECEIVE (ontvangen) Raak deze toets aan om Bluetooth-systeem verbinding te laten maken met uw telefoon wanneer u de telefoon gebruikt om deze aan het systeem te koppelen. Wanneer deze toets is ingedrukt, wacht het navigatiesysteem totdat er een apparaat wordt aangekoppeld. • (verwijderen) U kunt een gekoppeld apparaat verwijderen door het apparaat in de apparatenlijst te selecteren en aan te raken.
• DEFAULT (standaard) U kunt een gekoppeld apparaat als standaard instellen door het apparaat in de apparatenlijst te selecteren en DEFAULT aan te raken. De apparaatnaam wordt in de apparatenlijst onderstreept. Het systeem maakt automatisch verbinding met het standaardapparaat wanneer u in uw voertuig stapt.
• SEARCH (zoeken) Raak deze toets aan om het systeem te laten zoeken naar alle beschikbare Bluetooth-telefoons in een bepaald gebied. –
–
–
–
–
–
259 . . .
09euSTSNav.dut Page 260 Monday, June 23, 2008 8:05 AM
Bluetooth Scherm Bluetooth-telefoon Druk op de harde toets AUX om het scherm BLUETOOTH PHONE (Bluetooth-telefoon) te openen. Het scherm wordt ook weergegeven als er geen telefoon is verbonden. Opmerking: Als er geen telefoon is verbonden, geeft het systeem het volgende bericht: • BLUETOOTH PHONE NOT AVAILABLE, PLEASE CHECK PHONE. (Bluetooth-telefoon niet beschikbaar, controleer telefoon.) De informatie die op dit scherm wordt gegeven is afhankelijk van de informatie die van de telefoon wordt ontvangen.
. . . 260
FM
91.7 MHz
–– :–– Switch Call
BLUETOOTH PHONE
1 4
GHI
7
PQRS
2
ABC
5
JKL
8
TUV
3
DEF
6
MNO
Hands Free Private Last 10
9
WXYZ
O
OPER
Sommige telefoons ondersteunen deze functie niet. Terwijl dit scherm is geopend, kunt u verschillende functies gebruiken om een nummer te kiezen of een gesprek te voeren.
Op dit scherm zijn de volgende touch sensitive toetsen beschikbaar: • (Bluetooth) Raak deze toets aan om het menu Bluetooth te openen.
09euSTSNav.dut Page 261 Monday, June 23, 2008 8:05 AM
Hoofdstuk 6 • Cijfertoetsenpaneel Gebruik het cijfertoetsenpaneel om een telefoonnummer handmatig toe te voegen. • (gespreksstatus) Hier wordt de status van het gesprek aangegeven. Er wordt aangegeven of de telefoon zich binnen het servicebereik bevindt en hoe sterk het signaal is. • (backspace) Als u een verkeerd nummer heeft geselecteerd, kunt u het met de backspace verwijderen. - Raak deze toets aan en laat weer los om nummers één voor één te verwijderen. - Houd deze toets ingedrukt om alle nummers tegelijk te verwijderen.
• SWITCH CALL (wisselgesprek) Raak deze toets aan om van gesprek te wisselen bij wisselgesprek. • HANDS FREE (handsfree) Raak deze toets aan om de telefoon in de handsfreestand te zetten zodat u de telefoon via de luidsprekers hoort. • PRIVATE (privé) Raak deze toets aan om de telefoon uit de handsfreestand te halen en het gesprek via de handset te voeren. • LAST 10 (laatste 10) Raak deze toets aan om een lijst met recente gesprekken te openen. Het systeem geeft de laatste tien gemaakte gesprekken of de laatste tien ontvangen gesprekken aan.
U kunt bellen en telefoonnummers opslaan met behulp van de lijst met recente gesprekken. Zie het volgende verderop in dit hoofdstuk voor meer informatie: - Scherm Recente gesprekken • (telefoonboek) Raak deze toets aan om het telefoonboek te openen. Op het scherm Telefoonboek kunt u namen en telefoonnummers opslaan en mensen bellen met de opgeslagen nummers. Dit telefoonboek staat los van het telefoonboek dat op uw mobiele telefoon is opgeslagen. De gegevens kunnen niet onderling worden overgedragen. Zie het volgende verderop in dit hoofdstuk voor meer informatie: - Scherm Telefoonboek
–
–
–
–
–
–
261 . . .
09euSTSNav.dut Page 262 Monday, June 23, 2008 8:05 AM
Bluetooth •
(kiezen/gesprek beëindigen) Nadat u met het cijfertoetsenpaneel een telefoonnummer heeft ingevuld, kunt u het met deze toets bellen. Wanneer u belt, wordt de toets rood. U kunt het gesprek met die toets beëindigen.
. . . 262
Kiezen en bellen met uw Bluetooth-telefoon Als uw telefoon is ingesteld, is hij klaar voor gebruik. 1. Druk op de harde toets AUX om het scherm BLUETOOTH PHONE (Bluetooth-telefoon) te openen. 2. Raak de toets (Bluetooth) aan. 3. Voer het telefoonnummer in met het cijfertoetsenpaneel of selecteer het telefoonnummer met de lijst met recente gesprekken of het telefoonboek.
4. Raak de toets (kiezen/ gesprek beëindigen) aan om te bellen. 5. Als u klaar bent, raakt u de toets (kiezen/gesprek beëindigen) nog een keer aan om de verbinding te verbreken. De toetsen van het telefoonscherm zijn niet beschikbaar tijdens het rijden om de bestuurder niet af te leiden.
09euSTSNav.dut Page 263 Monday, June 23, 2008 8:05 AM
Hoofdstuk 6 Scherm Telefoonboek Op het scherm Telefoonboek kunt u namen en telefoonnummers opslaan en mensen bellen met de opgeslagen nummers. U opent dit scherm door de toets (telefoonboek) op het scherm BLUETOOTH PHONE (Bluetoothtelefoon) of het scherm met recente gesprekken aan te raken. U kunt nummers aan het telefoonboek toevoegen met de toets NEW (nieuw) in dit scherm of door een nummer in de lijst met recente gesprekken te selecteren en SAVE (opslaan) aan te raken.
FM
91.7 MHz
ST
–– :––
PHONE BOOK – New Bob Jones
Edit
–
Mary Smith Joe Brown
All
–
Last 10
–
Zie het volgende verderop in dit hoofdstuk voor meer informatie: • Telefoonnummers in het telefoonboek toevoegen, bewerken of verwijderen
• Scherm Recente gesprekken –
–
263 . . .
09euSTSNav.dut Page 264 Monday, June 23, 2008 8:05 AM
Bluetooth Dit telefoonboek staat los van het telefoonboek dat op uw mobiele telefoon is opgeslagen. De gegevens kunnen niet onderling worden overgedragen. Op dit scherm zijn de volgende touch sensitive toetsen beschikbaar: • (pagina omhoog) Raak deze toets aan om een pagina per keer omhoog te bladeren. • (omhoog bladeren) Raak deze toets aan om een invoer per keer omhoog te bladeren. • (omlaag bladeren) Raak deze toets aan om een invoer per keer omlaag te bladeren.
. . . 264
FM
91.7 MHz
ST
–– :––
PHONE BOOK New Bob Jones
Edit
Mary Smith Joe Brown
All Last 10
•
(pagina omlaag) Raak deze toets aan om een pagina per keer omlaag te bladeren.
• Selectietoetsen U selecteert een invoer in de lijst in het midden van het scherm door de toets ernaast aan te raken.
09euSTSNav.dut Page 265 Monday, June 23, 2008 8:05 AM
Hoofdstuk 6 • VIDEO (video) Raak deze toets (waar beschikbaar) aan bij gebruik van een extra apparaat. Zie "Een extra apparaat aansluiten" in hoofdstuk 4 voor meer informatie. • (annuleren) Raak deze toets aan om terug te keren naar het scherm BLUETOOTH PHONE (Bluetooth-telefoon). • (vorige) Raak deze toets aan om terug te gaan naar het vorige scherm.
• NEW (nieuw) Raak deze toets aan om een nieuwe invoer voor het telefoonboek te maken. Zie het volgende verderop in dit hoofdstuk voor meer informatie: - Telefoonnummers in het telefoonboek toevoegen, bewerken of verwijderen • EDIT (bewerken) Raak deze toets aan om een bestaande telefoonboekinvoer te bewerken. Zie het volgende verderop in dit hoofdstuk voor meer informatie: - Telefoonnummers in het telefoonboek toevoegen, bewerken of verwijderen • ALL (alles verwijderen) Raak deze toets aan alle invoeren uit de huidige lijst te verwijderen.
• LAST 10 (laatste 10) Raak deze toets aan om een lijst met recente gesprekken te openen. Het systeem geeft de laatste tien gemaakte gesprekken of de laatste tien ontvangen gesprekken aan. U kunt bellen en telefoonnummers opslaan met behulp van de lijst met recente gesprekken. Zie het volgende verderop in dit hoofdstuk voor meer informatie: - Scherm Recente gesprekken
–
–
–
–
–
–
265 . . .
09euSTSNav.dut Page 266 Monday, June 23, 2008 8:05 AM
Bluetooth •
(kiezen/gesprek beëindigen) Nadat u een telefoonboekinvoer uit de lijst heeft geselecteerd, kunt u met deze toets het gesprek maken. Wanneer u belt, wordt de toets rood. U kunt het gesprek met die toets beëindigen. • (bladeren naar einde/ begin) Met deze schermtoetsen kunt u door een invoer bladeren.
. . . 266
TELEFOONNUMMERS IN HET TELEFOONBOEK TOEVOEGEN, BEWERKEN OF VERWIJDEREN U kunt als volgt een nieuw nummer aan het telefoonboek toevoegen: 1. Raak NEW (nieuw) aan. 2. Raak de toets "naam" aan. Voer met behulp van het toetsenpaneel de naam in. Raak de toets "telefoonnummer" aan. Voer het telefoonnummer in met behulp van het toetsenpaneel. Het systeem ondersteunt maximaal 24 tekens per invoer.
3. U kunt ook een naamlabel voor spraakherkenning toevoegen, als u dit wenst. Er kunnen maximaal 20 naamlabels voor het telefoonboek tegelijk zijn ingesteld. 4. Raak OK aan wanneer u klaar bent.
09euSTSNav.dut Page 267 Monday, June 23, 2008 8:05 AM
Hoofdstuk 6 U kunt als volgt een nummer uit het telefoonboek verwijderen: 1. Raak de toets (telefoonboek) aan. 2. Selecteer het gewenste nummer. U selecteert een invoer in de lijst in het midden van het scherm door de toets ernaast aan te raken. 3. Raak de toets EDIT (bewerken) aan. 4. Raak de toets (verwijderen) aan. 5. Het systeem vraagt u nu uw keuze te bevestigen door YES (Ja) of NO (Nee) te selecteren. Raak YES (ja) aan om het nummer te verwijderen. Raak NO (nee) om de handeling te annuleren.
U kunt als volgt een naamlabel aan een nummer in het telefoonboek toevoegen: 1. Raak de toets (telefoonboek) aan. 2. Selecteer het gewenste nummer. U selecteert een invoer in de lijst in het midden van het scherm door de toets ernaast aan te raken. 3. Raak de toets EDIT (bewerken) aan. 4. Raak de toets ADD NAMETAG (naamlabel toevoegen) aan.
5. U hoort "Name Please" (naam). Zeg de naam die bij het nummer hoort. 6. Het systeem herhaalt wat er is opgenomen en daarna wordt u gevraagd het naamlabel te bevestigen. Zeg "Yes" (ja) om te bevestigen. Zeg "No" (nee) om te annuleren.
–
–
–
–
–
–
267 . . .
09euSTSNav.dut Page 268 Monday, June 23, 2008 8:05 AM
Bluetooth Zo verwijdert u een naamlabel: 1. Raak de toets (telefoonboek) aan. 2. Selecteer het gewenste nummer. U selecteert een invoer in de lijst in het midden van het scherm door de toets ernaast aan te raken. 3. Raak de toets EDIT (bewerken) aan. 4. Raak DEL NAMETAG (naamlabel verwijderen) aan om het naamlabel te verwijderen. 5. Het systeem vraagt u nu uw keuze te bevestigen door YES (Ja) of NO (Nee) te selecteren.
. . . 268
Scherm Recente gesprekken Open dit scherm door de toets LAST 10 (laatste 10) op een van de volgende schermen aan te raken: • Scherm Bluetooth-telefoon • Scherm Telefoonboek Het systeem geeft de laatste tien gemaakte gesprekken of de laatste tien ontvangen gesprekken aan. De laatste gesprekken staan boven aan de lijst.
Op dit scherm zijn de volgende touch sensitive toetsen beschikbaar: • (pagina omhoog) Raak deze toets aan om een pagina per keer omhoog te bladeren. • (omhoog bladeren) Raak deze toets aan om een invoer per keer omhoog te bladeren. • (omlaag bladeren) Raak deze toets aan om een invoer per keer omlaag te bladeren. • (pagina omlaag) Raak deze toets aan om een pagina per keer omlaag te bladeren.
09euSTSNav.dut Page 269 Monday, June 23, 2008 8:05 AM
Hoofdstuk 6 • Selectietoetsen U selecteert een invoer in de lijst in het midden van het scherm door de toets ernaast aan te raken. • (annuleren) Raak deze toets aan om terug te keren naar het scherm BLUETOOTH PHONE (Bluetooth-telefoon). • (vorige) Raak deze toets aan om terug te gaan naar het vorige scherm. • (bladeren naar einde/ begin) Met deze schermtoetsen kunt u door een invoer bladeren. • SAVE (opslaan) Raak deze toets aan om een geselecteerde invoer in het telefoonboek op te slaan.
•
•
•
•
•
ALL (alles verwijderen) Raak deze toets aan alle invoeren uit de huidige lijst te verwijderen. (telefoonboek) Raak deze toets aan om het telefoonboek te openen. (kiezen/gesprek beëindigen) Nadat u een telefoonboekinvoer uit de lijst heeft geselecteerd, kunt u met deze toets het gesprek maken. Wanneer u belt, wordt de toets rood. U kunt het gesprek met die toets beëindigen. SENT (verzonden) Raak deze toets aan om de laatste tien uitgaande gesprekken weer te geven. RECEIVED (ontvangen) Raak deze toets aan om de laatste tien inkomende gesprekken weer te geven.
Vanuit de navigatieschermen kiezen Wanneer er een Bluetooth-telefoon is aangesloten, kunt u met de toets (kiezen/gesprek beëindigen) de telefoonnummers op navigatieschermen kiezen. U kunt bijvoorbeeld het telefoonnummer voor een faciliteit of voorkeurbestemming kiezen. Raak de toets INFO (info) aan als deze op het display wordt weergegeven. De toets (kiezen/gesprek beëindigen) wordt naast het nummer weergegeven. Raak de toets (kiezen/gesprek beëindigen) aan om te bellen.
–
–
–
–
–
–
269 . . .
09euSTSNav.dut Page 270 Monday, June 23, 2008 8:05 AM
09euSTSNav.dut Page 271 Monday, June 23, 2008 8:05 AM
Index A Aan Aan-/volumeknop ............................6, 12, 180, 215 Aanpassen Aanpassen van Categorienaam ..........................115 Aanpassen van Geheugenpuntnaam ..................106 Geheugenpunt Categorisering ...........................108 Geheugenpunt Verplaatsing ...............................111 Geheugenpunten ...............................................105 Aanpassing Aanpassing van de audio-instellingen .................227 Aanpassingsopdrachten spraakherkenning ........248 Aanpassingsopdrachten .........................................248 Aanraaktoetsen NAV (navigatie) ..................................................234 RADIO ........................................................ 234, 242 Aanwijzing Toets Gesproken aanwijzing herhalen ..............6, 14 Adres ........................................................................56 Adresboek Bewerken ............................................................131 Een adres invoeren .............................................131 Items verwijderen ...............................................131 Afstemmen Knop Afstemmen .....................6, 14, 181, 215, 219 Alfanumeriek toetsenpaneel .....................................15 Algemene navigatieopdrachten .............................237
Audio Aanpassing van de audio-instellingen .................227 Afstelling surroundgeluid luidspreker ..................175 Audio-instelling CENTERPOINT ..........................172 Audiosysteem .....................................................168 Automatische geluidscompensatie .....................173 Cd-/dvd-wisselaar ...............................................192 De klank instellen ................................................171 De luidsprekers aanpassen ..................................172 De Radio Beluisteren ...........................................180 Digitale signaalverwerking ..................................172 Dvd-audiomodus ................................................174 Een audio-cd afspelen .........................................196 Een dvd afspelen .................................................204 Een MP3-audiobestand afspelen .........................199 Knop Afstemmen .................... 6, 14, 181, 215, 219 Menu Audiobron ................................................182 Optie MAIN MENU (hoofdmenu) AUDIO .. 171, 235 Scherm AUDIO ADJUST (audio afstellen) ... 170, 181 Scherm Audio-instellingen ..................................176 Toets Afstelling audio .............. 6, 14, 181, 193, 215 Toets BAND ............................ 6, 13, 181, 215, 226 Toets Band/Bron ...................................................17 Toets SRCE (bron) ...6, 13, 169, 181, 193, 215, 227 Voorkeurzender zoeken ......................................219
271 . . .
09euSTSNav.dut Page 272 Monday, June 23, 2008 8:05 AM
Index A (vervolg) AUDIO Optie MAIN MENU (hoofdmenu) AUDIO . 171, 235 AUDIO ADJUST Scherm Audio afstellen .............................. 170, 181 Audiosysteem .........................................................168 Cd-/dvd-wisselaar ...............................................192 De Radio Beluisteren ...........................................180 Audiotaal selecteren ...............................................178 Automatisch opslaan Voorinstellingen AUTOSTORE (automatisch opslaan) ..... 176, 184, 186, 218, 223 Automatische geluidscompensatie .........................173 Automatische Herroutering ....................................160 AUTOSTORE (automatisch opslaan) ............................. 176, 184, 186, 218, 223 AUX (extra) ..........................................................6, 13
B Band Toets BAND .............................6, 13, 181, 215, 226 Toets Band/Bron ...................................................17 Bandspecifieke voorkeurzenders ............................185 Bedieningsorganen Aan-/volumeknop ............................6, 12, 180, 215 Harde toetsen .......................................................12 Knop Afstemmen .....................6, 14, 181, 215, 219
. . . 272
Schakelaar Zoeken/ scannen ........ 6, 14, 181, 198, 203, 207, 215, 219 Toets Afstelling audio .............. 6, 14, 181, 193, 215 Toets AUX (extra) ..............................................6, 13 Toets BAND ............................ 6, 13, 181, 215, 226 Toets Band/Bron ...................................................17 Toets CONFIG (configureren) ...........................6, 14 Toets Gesproken aanwijzing herhalen ..............6, 14 Toets Kaart ................................................. 6, 13, 51 Toets kaart-dvd uitwerpen ................................6, 12 Toets ROUTE .............................................. 6, 13, 51 Toets SRCE (bron) ...6, 13, 169, 181, 193, 215, 227 Toets uitwerpen cd-/dvd-wisselaar ....................6, 12 Begeleiding GUIDE (gids) .........................................................78 Problemen met routebegeleiding .......................164 Stemherkenning Opdrachten .............................240 Symbool "Alleen volgende afslag" ......................157 Symbool Begeleidingsscherm .............................158 Symbool Begeleidingsvensterweergave ..............154 Symbool Lijst afslagen ........................................156 Symbool Snelwegbegeleiding ............................159 Symbool Stand dubbele kaart ............................155 Symbool Stand enkele kaart ...............................154 Begeleiding annuleren .................................... 85, 100 Begeleidingsopdrachten .........................................240
09euSTSNav.dut Page 273 Monday, June 23, 2008 8:05 AM
Index B (Continued) Begeleidingsscherm Tweedimensionale of driedimensionale weergave .............................................................28 Begin Beginscherm navigatiesysteem .............................10 Beginnen ....................................................................7 Bestemming Bestemming en tussenstops .........................92, 121 De thuisbestemming bewerken ..........................127 De thuisbestemming opslaan .............................127 De thuisbestemming verwijderen .......................127 Geheugenpunten .........................................82, 102 Invoermethode bestemming Adres ......................56 Invoermethode bestemming Coördinaten ...........72 Invoermethode bestemming Faciliteit ..................60 Invoermethode bestemming Geheugenpunt .......70 Invoermethode bestemming Kruising ..................65 Invoermethode bestemming oprit/afrit snelweg ..68 Invoermethode bestemming Over de kaart bladeren ........................................64 Invoermethode bestemming Postcode ................67 Invoermethode bestemming Thuis ......................75 Invoermethode Ingestelde bestemming .......74, 130 Invoermethode Vorige bestemming .............71, 128 Invoermethoden voor bestemming ......................55 Naam voorkeurbestemming bewerken ..............130
Opgeven ...............................................................52 Stemherkenning Opdrachten .................... 235, 239 Telefoonnummer voorkeurbestemming bewerken ...........................................................131 Thuis ...................................................................126 Voorkeurbestemmingen .....................................129 Voorkeurbestemmingen opslaan ........................129 Voorkeurbestemmingen verwijderen ..................132 Vorige Bestemming ............................................128 Bestemming invoeren Invoermethode bestemming Adres ......................56 Invoermethode bestemming Coördinaten ...........72 Invoermethode bestemming Faciliteit ..................60 Invoermethode bestemming Geheugenpunt .......70 Invoermethode bestemming Kruising ..................65 Invoermethode bestemming oprit/afrit snelweg ..68 Invoermethode bestemming Over de kaart bladeren ........................................64 Invoermethode bestemming Postcode .................67 Invoermethode bestemming Thuis .......................75 Invoermethode Ingestelde bestemming ...... 74, 130 Invoermethode Vorige bestemming ............ 71, 128 Invoermethoden voor bestemming ......................55 Bestemmingen Functie LAST 10 (laatste 10) bestemmingen ......................................... 261, 265 Bestemmingopdrachten ................................ 235, 239
273 . . .
09euSTSNav.dut Page 274 Monday, June 23, 2008 8:05 AM
Index B (vervolg) Bestemmingsymbool .............................................149 Bluetooth Bluetooth Draadloos communicatiesysteem ......254 Bron Toets Band/Bron ...................................................17 Toets SRCE (bron) ...6, 13, 169, 181, 193, 215, 227
C Categorieën ...........................................................104 Aanpassen van Categorienaam ..........................115 Amusement ..................................................70, 104 Geheugenpunt Categorisering ...........................108 Gemarkeerd Punt .........................................70, 104 Privé ..............................................................70, 104 Thuis .................................................. 102, 201, 208 Zakelijk ..........................................................70, 104 Categorisering ........................................................108 Cd Een audio-cd afspelen .........................................196 Een MP3-audiobestand afspelen ........................199 Toets laden cd-/dvd-wisselaar .................. 6, 12, 193 Cd-/dvd-wisselaar ...................................................192 Laadsleuf cd-/dvd-wisselaar .................................... 6 Toets uitwerpen cd-/dvd-wisselaar ...................6, 12 Cd-opdrachten .......................................................244 Cd-opdrachten stemherkenning ............................244
. . . 274
CENTERPOINT Audio-instelling CENTERPOINT ..........................172 CHG. ROUTE (route wijzigen) ..................................78 Communicatie Bluetooth Draadloos communicatiesysteem .......254 Compact Disc Een audio-cd afspelen .........................................196 Een MP3-audiobestand afspelen .........................199 CONFIG (configureren) ....................................... 6, 14 Contrast .......................................................... 24, 211 Coördinaten .............................................................72
D De klank instellen ...................................................171 De luidsprekers aanpassen .....................................172 De Radio Beluisteren ..............................................180 Radio Datasysteem .............................................188 De thuisbestemming bewerken .............................127 De thuisbestemming opslaan .................................127 De thuisbestemming verwijderen ..........................127 Digitale signaalverwerking (DSP) ...........................172 Disk Laadsleuf cd-/dvd-wisselaar ....................................6 Laadsleuf kaart-dvd .................................................6 Toets laden cd-/dvd-wisselaar .................. 6, 12, 193 Display Toets DISPLAY ............................................ 200, 205
09euSTSNav.dut Page 275 Monday, June 23, 2008 8:05 AM
Index D (vervolg) Displayopdrachten .................................................237 Door de kaart rollen ...............................................147 Drie routes ......................................................... 78, 79 DSP-modus gebruiken ...........................................172 DVD Een dvd afspelen .................................................204 Dvd Dvd-audiomodus ................................................174 Kaarten-dvd's bestellen .......................................165 Laadsleuf kaart-dvd ................................................. 6 PAL-videoformaat ...............................................204 Regiocode ...........................................................204 Toets kaart-dvd uitwerpen ................................6, 12 Dvd-opdrachten .....................................................245
E Een audio-cd afspelen ............................................196 Een dvd afspelen ....................................................204 Regiocode ...........................................................204 Videoformaat ......................................................204 Een extra apparaat aansluiten ................................226 Een MP3-audiobestand afspelen ............................199 Extra apparaat Een extra apparaat aansluiten .............................226 Toets AUX (extra) ..............................................6, 13
F Faciliteit ........................................................... 60, 142 Faciliteit ...............................................................142 Hoofdfaciliteit .......................................................30 Informatie faciliteit ..............................................145 Lokale faciliteiten zoeken ....................................144 Stemherkenning Opdrachten .............................250 Symbool POI (faciliteit) .......................................153 Faciliteit Opdrachten ..............................................250 Foutmeldingen .......................................................213 Functie Laatste 10 bestemmingen ................ 261, 265 Fundamentele systeeminformatie ............................12
G Gebied Instellen van het Zoekgebied ................................53 Gebruikersinstellingen ..............................................34 Geef Bestemming Op ...............................................52 Geheugenpunten ........................................ 82, 102 Thuis ...................................................................126 Vorige Bestemming ............................................128 Gegevens invoeren Alfanumeriek toetsenpaneel .................................15 Geheugen Geheugeninstellingen ...........................................44 Geheugenpunt ..........................................70, 82, 102
275 . . .
09euSTSNav.dut Page 276 Monday, June 23, 2008 8:05 AM
Index G (vervolg) Geheugenpuntcategorieën ....................................104 Geheugenpunten .......................................... 104, 153 Aanpassen van Geheugenpunten .......................105 Aanpassen van Geheugenpuntnaam ..................106 Aanpassen van Iconen ........................................112 Categorisering ....................................................108 Geheugenpunten opslaan ..................................105 Geheugenpunten Wissen ...................................114 Gemarkeerd Punt .........................................70, 104 Het naamlabel van een geheugenpunt op de kaart weergeven ................................................110 Het naamlabel van een geheugenpunt opslaan/ verwijderen ........................................................109 Het Telefoonnummer Wijzigen ...........................113 Pictogrammen voor geheugenpunten weergeven ........................................................103 Thuisgeheugen .................................. 102, 201, 208 Verplaatsing ........................................................111 Geheugenpunten beheren Geheugenpunten opslaan ..................................105 Geheugenpunten opslaan ......................................105 Geheugenpunten Wissen .......................................114 Geluid Afstelling surroundgeluid luidspreker ..................175 Automatische geluidscompensatie .....................173 De klank instellen ................................................171 De luidsprekers aanpassen ..................................172
. . . 276
Digitale signaalverwerking ..................................172 Geluidsinstallatie Een audio-cd afspelen .........................................196 Een dvd afspelen .................................................204 Een MP3-audiobestand afspelen .........................199 Geluidssysteem .......................................................168 Cd-/dvd-wisselaar ...............................................192 Gemarkeerd Punt ............................................ 70, 104 Gesproken Toets Gesproken aanwijzing herhalen ..............6, 14 Gesproken Opdrachten ..........................................236 Global Positioning System (GPS) ............................162 GPS-systeem Symbool "Satellietsignaal niet beschikbaar" ........152 GUIDE (gids) ............................................................78
H Harde toetsen ...........................................................12 Aan-/volumeknop ............................6, 12, 180, 215 Knop Afstemmen .................... 6, 14, 181, 215, 219 Schakelaar Zoeken/ scannen ........ 6, 14, 181, 198, 203, 207, 215, 219 Toets Afstelling audio .............. 6, 14, 181, 193, 215 Toets AUX (extra) ..............................................6, 13 Toets BAND ............................ 6, 13, 181, 215, 226 Toets CONFIG (configureren) ...........................6, 14 Toets Gesproken aanwijzing herhalen ..............6, 14 Toets Kaart ................................................. 6, 13, 51 Toets kaart-dvd uitwerpen ................................6, 12
09euSTSNav.dut Page 277 Monday, June 23, 2008 8:05 AM
Index H (vervolg) Toets ROUTE .............................................. 6, 13, 51 Toets SRCE (bron) ...6, 13, 169, 181, 193, 215, 227 Toets uitwerpen cd-/dvd-wisselaar ...................6, 12 Head-up-display .....................................................160 Helderheid ....................................................... 24, 211 Herhalen Toets Gesproken aanwijzing herhalen ..............6, 14 Herroutering Automatische Herroutering ................................160 Hoofdfaciliteit ...........................................................30 Hoofdscherm Audio Taalselectie ..........................................................190 Hulp Stemherkenning Opdrachten .............................233 Hulpopdrachten .....................................................233
I Iconen Aanpassen van Iconen ........................................112 Indien het Systeem Onderhoud Nodig Heeft .........165 Informatie faciliteit ..................................................145 Ingestelde bestemming ................................... 74, 130 Installeren van de kaarten-DVD ..................................9 Instellen van het Zoekgebied ...................................53 Instellingen Geheugeninstellingen ...........................................44 Instellingen magnetische stabilisatieregeling ........46 Navigatie-instellingen ...........................................25 Scherm Audio-instellingen ..................................176 Scherm Voertuiginstellingen .................................38 Standaard .............................................................36 Toets CONFIG (configureren) ...........................6, 14 Toets DISPLAY menu SETUP (instellingen) ............................................. 200, 205 Volume Gesproken Begeleiding ............................37 Instellingen magnetische stabilisatieregeling ............46 Instellingen Volume Gesproken Begeleiding ............37 Instellingsmenu ........................................................20 Items in het adresboek toevoegen, bewerken of verwijderen .....................................131
277 . . .
09euSTSNav.dut Page 278 Monday, June 23, 2008 8:05 AM
Index K Kaart Laadsleuf kaart-dvd ................................................. 6 RDS-TMC-gebeurtenispictogram .......................141 Symbool "Alleen volgende afslag" ......................157 Symbool Begeleidingsscherm .............................158 Symbool Begeleidingsvensterweergave ..............154 Symbool Lijst afslagen ........................................156 Symbool Snelwegbegeleiding ............................159 Symbool Stand dubbele kaart ............................155 Symbool Stand enkele kaart ...............................154 Toets Kaart ................................................. 6, 13, 51 Tweedimensionale of driedimensionale weergave 28 Kaarten ...................................................................146 Aanpassingen .....................................................147 Door de kaart rollen ............................................147 Installeren van de kaarten-DVD .............................. 9 Schalen ...............................................................147 Kaarten-dvd's bestellen ..........................................165 Kaarten-dvd's kopen ...............................................165 Kalibratie navigatiesysteem ......................................32 Klank De klank instellen ................................................171 Kleur COLOR MODE (kleurstand) ..................................24 COLOR SCHEME (kleurenschema) .......................23 Klimaatregeling Spraakherkenningopdrachten ............................246
. . . 278
Klimaatregelingsopdrachten ..................................246 Klok ..........................................................................21 Menu Klok ............................................................42 Knop Aan-/volumeknop ............................6, 12, 180, 215 Knop Afstemmen .................... 6, 14, 181, 215, 219 Knoppen Voorkeurzender zoeken ......................................219 Kruising ....................................................................65
L Laden Laadsleuf cd-/dvd-wisselaar ....................................6 Laadsleuf kaart-dvd .................................................6 Toets laden cd-/dvd-wisselaar .................. 6, 12, 193 LAST 10 (laatste 10) ...................................... 261, 265 Lokale faciliteiten zoeken ........................................144 Luidsprekers Afstelling surroundgeluid luidspreker ..................175 De luidsprekers aanpassen ..................................172
M MAIN MENU (hoofdmenu) Optie AUDIO ............................................. 171, 235 Menu Gebruikersinstellingen ..........................................34 Hoofdfaciliteit .......................................................30 Instellingsmenu .....................................................20 Menu Audiobron ................................................182
09euSTSNav.dut Page 279 Monday, June 23, 2008 8:05 AM
Index M (vervolg) Menu Klok ............................................................42 Menu Televisie ....................................................216 Navigatie-instellingen ...........................................25 Navigatiemenu .....................................................81 Optie MAIN MENU (hoofdmenu) AUDIO . 171, 235 RADIO (radio) ............................................ 234, 242 Route-opties .........................................................83 Toets DISPLAY menu SETUP (instellingen) . 200, 205 Menu Audiobron ....................................................182 Menutaal selecteren ...............................................179 Met uw route beginnen ...........................................76 MP3 Een MP3-audiobestand afspelen ........................199 Multifunctioneel Functie LAST 10 (laatste 10) bestemmingen ......................................... 261, 265 Multifunctionele toetsen Toets DISPLAY menu SETUP (instellingen) . 200, 205
N Naam vermijdgebied bewerken .............................118 Naam voorkeurbestemming bewerken ..................130
Naamlabel Het naamlabel van een geheugenpunt op de kaart weergeven ......................................110 Het naamlabel van een geheugenpunt opslaan/ verwijderen ........................................................109 Naamlabelopdrachten spraakherkenning ...........240 Naamlabelopdrachten ...........................................240 Namen Aanpassen van Categorienaam ...........................115 Aanpassen van Geheugenpuntnaam ..................106 Navigatie Algemene navigatieopdrachten spraakherkenning ..............................................237 Beginscherm navigatiesysteem .............................10 Functie LAST 10 (laatste 10) bestemmingen ......................................... 261, 265 Functies en bedieningsorganen van het navigatiesysteem .................................................51 Gebruikersinstellingen ..........................................34 Navigatie-instellingen ...........................................25 Navigatiemenu .....................................................81 Overzicht van het navigatiesysteem .......................6 Route-opties ..........................................................83 Standaardinstellingen herstellen ...........................36 Toets Kaart ................................................. 6, 13, 51 Toets ROUTE .............................................. 6, 13, 51
279 . . .
09euSTSNav.dut Page 280 Monday, June 23, 2008 8:05 AM
Index O Omgaan met Geheugenpunten Aanpassen ..........................................................105 Aanpassen van Geheugenpuntnaam ..................106 Aanpassen van Iconen ........................................112 Categorisering ....................................................108 Geheugenpuntcategorieën .................................104 Verplaatsing ........................................................111 Wissen ................................................................114 Omleiding ................................................................88 Omweg ............................................................. 84, 88 Onderhoud, Indien het Systeem Nodig Heeft .......165 Onderhoudt Navigatiesysteem Pas de Positie van Uw Voertuig Aan ......................32 Stem Snelheidsignaal van Voertuig Af ..................33 Ondertitelingstaal selecteren ..................................179 Opdrachten Aanpassingsopdrachten ......................................248 Algemene navigatieopdrachten ..........................237 Begeleidingsopdrachten .....................................240 Bestemmingopdrachten ............................ 235, 239 Cd-opdrachten ...................................................244 Displayopdrachten .............................................237 Dvd-opdrachten .................................................245 Faciliteit Opdrachten ..........................................250 Gesproken Opdrachten ......................................236 Hulpopdrachten .................................................233 Klimaatregelingsopdrachten ...............................246
. . . 280
Naamlabelopdrachten ........................................240 Raamopdrachten spraakherkenning ...................248 Radio- en televisieopdrachten .............................242 Telefoonopdrachten spraakherkenning ..............248 Universele opdrachten ........................................236 Opgeslagen locaties ...............................................101 Over de kaart bladeren .............................................64
P Pas Positie van Voertuig Aan .....................................32 Pictogrammen Faciliteit ...............................................................142 Informatie faciliteit ..............................................145 Lokale faciliteiten zoeken ....................................144 Pictogrammen voor geheugenpunten weergeven .........................................................103 RDS-TMC-gebeurtenispictogram ........................141 Pijlsymbool .............................................................152 Plaats van het voertuig ...........................................163 Plan Route Geef Bestemming Op ...........................................52 Geheugenpunten ........................................ 82, 102 Thuis ...................................................................126 Vorige Bestemming ............................................128 POI Symbool POI (faciliteit) .......................................153 Postcode ...................................................................67 Problemen met routebegeleiding ..........................164 Punt, Geheugen .............................................. 82, 102
09euSTSNav.dut Page 281 Monday, June 23, 2008 8:05 AM
Index R Raam Spraakherkenningsopdrachten ...........................248 Raamopdrachten ....................................................248 Radio Audiosysteem .....................................................168 Bandspecifieke voorkeurzenders .........................185 De Radio Beluisteren ...........................................180 Menu Audiobron ................................................182 Opdrachten stemherkenning .............................245 RADIO ........................................................ 234, 242 Radio Datasysteem .............................................188 Radio- en televisieopdrachten spraakherkenning ..............................................242 Voorinstellingen AUTOSTORE (automatisch opslaan) ........................... 176, 184, 186, 218, 223 Voorkeurzenders opslaan en oproepen ..............185 Voorkeurzenders voor meerdere banden ... 185, 186 RADIO (radio) ................................................ 234, 242 Radio Datasysteem (RDS) .......................................188 RDS RDS-TMC (verkeersberichtenkanaal radiodatasysteem) .......................................82, 133 RDS-TMC-gebeurtenispictogram .......................141 RDS Modus Gebruiken ...........................................188 RDS-TMC verkeersberichten ...............................................189
Regie Werkingsregio televisie ........................................225 Regio Instellen van het Zoekgebied ................................53 Regio's Reizen door regio's ..............................................160 Regiocode dvd .....................................................................204 Regionale kaarten Toelichtingen databasebereik .............................165 Reizen door Regio's ................................................160 Rolsymbool .............................................................147 Route 3 ROUTES .......................................................78, 79 Automatische Herroutering ................................160 Begeleiding annuleren ................................. 85, 100 Bestemming en tussenstops ........................ 92, 121 CHG. ROUTE (route wijzigen) ...............................78 GUIDE (gids) .........................................................78 Met uw route beginnen ........................................76 Omleiding .............................................................88 Problemen met routebegeleiding .......................164 Route berekenen ............................85, 91, 100, 103 Route weergeven ..................................................93 Route-opties ..........................................................83 Routevoorbeeld ..............................................85, 96 Routevoorbeeld bewerken ....................................99
281 . . .
09euSTSNav.dut Page 282 Monday, June 23, 2008 8:05 AM
Index R (vervolg) Routevoorkeuren ............................................77, 89 Toets ROUTE............................................... 6, 13, 51 Zoekvoorwaarde ...................................... 84, 86, 87 ROUTE .......................................................... 6, 13, 51 Route berekenen ...............................85, 91, 100, 103 Route plannen Begeleiding annuleren ..................................85, 100 Bestemming en tussenstops .........................92, 121 Invoermethode bestemming Adres ......................56 Invoermethode bestemming Coördinaten ...........72 Invoermethode bestemming Faciliteit ..................60 Invoermethode bestemming Geheugenpunt .......70 Invoermethode bestemming Kruising ..................65 Invoermethode bestemming oprit/afrit snelweg ..68 Invoermethode bestemming Over de kaart bladeren ........................................64 Invoermethode bestemming Postcode ................67 Invoermethode bestemming Thuis ......................75 Invoermethode Ingestelde bestemming .......74, 130 Invoermethode Vorige bestemming .............71, 128 Invoermethoden voor bestemming ......................55 Omleiding ............................................................88 Route berekenen ...........................85, 91, 100, 103 Route weergeven ..................................................93
. . . 282
Routevoorbeeld ..............................................85, 96 Routevoorbeeld bewerken ....................................99 Routevoorkeuren ............................................77, 89 Zoekvoorwaarde ...................................... 84, 86, 87 Route weergeven .....................................................93 Route-opties .............................................................83 Begeleiding annuleren ................................. 85, 100 Bestemming en tussenstops ........................ 92, 121 Omleiding .............................................................88 Route berekenen ............................85, 91, 100, 103 Route weergeven ..................................................93 Routevoorbeeld ..............................................85, 96 Routevoorbeeld bewerken ....................................99 Routevoorkeuren ............................................77, 89 Zoekvoorwaarde ...................................... 84, 86, 87 Routepunten Een Routepunt Toevoegen 116, 121, 122, 126, 129 Een Routepunt Wissen ........................................124 Routepuntsymbool .................................................150 Routevoorbeeld ................................................. 85, 96 Bewerken ..............................................................99 Routevoorbeeld bewerken .......................................99 Routevoorkeur Omweg ..........................................................84, 88 Routevoorkeuren ............................................... 77, 89
09euSTSNav.dut Page 283 Monday, June 23, 2008 8:05 AM
Index S Scannen Schakelaar Zoeken/ scannen ........ 6, 14, 181, 198, 203, 207, 215, 219 Schaal van een kaart ...............................................147 Schakelaar Schakelaar Zoeken/ scannen ........ 6, 14, 181, 198, 203, 207, 215, 219 Schakelaar schermkanteling .................................6, 13 Scherm Beginscherm navigatiesysteem .............................10 COLOR MODE (kleurstand) ..................................24 COLOR SCHEME (kleurenschema) .......................23 Schakelaar schermkanteling .............................6, 13 Scherm AUDIO ADJUST (audio afstellen) ... 170, 181 Scherm Audio-instellingen ..................................176 Scherm Voertuiginstellingen .................................38 Schermaanpassing ................................................23 Schermaanpassing ...................................................23 Contrast ........................................................24, 211 Helderheid ....................................................24, 211 Schoonmaken Het systeem schoonmaken ...................................11 Service navigatiesysteem Kalibratie navigatiesysteem ...................................32
Snelweg Oprit/afrit snelweg ................................................68 Symbool Snelwegbegeleiding ............................159 Spraak Aanpassingsopdrachten ......................................248 Algemene navigatieopdrachten s praakherkenning ................................................237 Displayopdrachten spraakherkenning ................237 Helpscherm spraakherkenning ...........................232 Klimaatregelingsopdrachten spraakherkenning ..246 Naamlabelopdrachten spraakherkenning ...........240 Raamopdrachten spraakherkenning ...................248 Radio- en televisieopdrachten spraakherkenning 242 Spraakherkenning activeren ................................230 Telefoonopdrachten spraakherkenning ..............248 Spraakherkenning Aanpassingsopdrachten ......................................248 Displayopdrachten ..............................................237 Helpscherm .........................................................232 Klimaatregelingsopdrachten ...............................246 Naamlabelopdrachten ........................................240 Raamopdrachten ................................................248 Radio- en televisieopdrachten .............................242 Spraakherkenning activeren ................................230 Telefoonopdrachten ............................................248
283 . . .
09euSTSNav.dut Page 284 Monday, June 23, 2008 8:05 AM
Index S (vervolg) Spraakherkenning Algemene navigatieopdrachten ..........................237 SRCE (bron) ................6, 13, 169, 181, 193, 215, 227 Stabilisatie Instellingen magnetische stabilisatieregeling ........46 Standaardinstellingen herstellen ...............................36 Stem Cd-opdrachten stemherkenning ........................244 Dvd-opdrachten stemherkenning ......................245 Gesproken Opdrachten ......................................236 Hulpopdrachten Stemherkenning ......................233 Stemherkenning ........................................ 220, 230 Stemherkenning Begeleidingsopdrachten ..........240 Stemherkenning Bestemmingopdrachten . 235, 239 Stemherkenning Faciliteit Opdrachten ...............250 Universele opdrachten stemherkenning .............236 Stem Snelheidsignaal van Voertuig Af ......................33 Stemherkenning ............................................ 220, 230 Begeleidingsopdrachten .....................................240 Bestemmingopdrachten ............................ 235, 239 Cd-opdrachten ...................................................244 Dvd-opdrachten .................................................245 Faciliteit Opdrachten ..........................................250 Gesproken Opdrachten ......................................236 Hulpopdrachten .................................................233 Universele opdrachten ........................................236 Surroundgeluid ......................................................175
. . . 284
Symbolen ...............................................................148 Afstand naar Bestemming ...................................150 Afstand naar Bestemming en Geschatte Reistijd .150 Bestemmingsymbool ..........................................149 Eindbestemming .................................................149 Geschatte Reistijd ................................................150 Hemelsbrede afstand naar Bestemming .............151 Huidige Positie van Voertuig ...............................149 Noordelijke Richting ...........................................151 Pijl .......................................................................152 Rolsymbool .........................................................147 Routepunt ...........................................................150 Symbool "Alleen volgende afslag" ......................157 Symbool "Satellietsignaal niet beschikbaar" ........152 Symbool Begeleidingsscherm .............................158 Symbool Begeleidingsvensterweergave ..............154 Symbool Geheugenpunten ................................153 Symbool Lijst afslagen ........................................156 Symbool POI (faciliteit) .......................................153 Symbool Snelwegbegeleiding ............................159 Symbool Stand dubbele kaart ............................155 Symbool Stand enkele kaart ...............................154 Symbool Verkeersberichtenzender ......................152 Symbool voor tussenstop toevoegen ..................149 Voertuigrichting ..................................................151 Voertuigsymbool .................................................149 Volgende Afslag ..................................................153 Symbool "Alleen volgende afslag" ..........................157
09euSTSNav.dut Page 285 Monday, June 23, 2008 8:05 AM
Index S (vervolg) Symbool "Satellietsignaal niet beschikbaar" ...........152 Symbool Begeleidingsscherm ................................158 Symbool Begeleidingsvensterweergave .................154 Symbool Geheugenpunten ....................................153 Symbool Lijst afslagen ............................................156 Symbool Snelwegbegeleiding ................................159 Symbool Stand dubbele kaart ................................155 Symbool Stand enkele kaart ...................................154 Symbool Voertuigrichting ......................................151 Symbool voor Afstand naar Bestemming ...............150 Symbool voor Afstand naar Bestemming en Geschatte Reistijd .................................................150 Symbool voor Geschatte Reistijd ............................150 Symbool voor Hemelsbrede Afstand naar Bestemming .........................................................151 Symbool voor Noordelijke Richting ........................151 Symbool voor Volgende Afslag ..............................153 Symbool, Bestemming ...........................................149 Symbool, Voertuig .................................................149
T Taal .........................................................................190 audiotaal selecteren ............................................178 menutaal selecteren ............................................179 ondertitelingstaal selecteren ...............................179
Telefoon Bluetooth Draadloos communicatiesysteem .......254 Spraakherkenningsopdrachten ...........................248 Telefoonboek Scherm Telefoonboek ................................ 262, 263 Telefoonnummer Het Telefoonnummer van een Geheugenpunt Wijzigen ....................................113 Telefoonnummer voorkeurbestemming bewerken .............................................................131 Telefoonopdrachten ...............................................248 Televisie Het televisiesysteem inschakelen .........................215 Menu Televisie ....................................................216 Radio- en televisieopdrachten spraakherkenning ..............................................242 Televisiezender selecteren ...................................219 Voorkeurzenders .................................................221 Werkingsregio .....................................................225 Televisiesysteem .....................................................214 Thuis ................................................................ 75, 126 De thuisbestemming bewerken ..........................127 De thuisbestemming opslaan .............................127 De thuisbestemming verwijderen .......................127 Thuisgeheugen ......................................102, 201, 208 Tijddisplay ................................................................21
285 . . .
09euSTSNav.dut Page 286 Monday, June 23, 2008 8:05 AM
Index T (vervolg) TMC RDS-TMC (verkeersberichtenkanaal radiodatasysteem) .......................................82, 133 RDS-TMC-gebeurtenispictogram .......................141 Symbool Verkeersberichtenzender .....................152 Verkeersberichten ...............................................189 Toelichtingen databasebereik .................................165 Toets Functie LAST 10 (laatste 10) bestemmingen ......................................... 261, 265 Toets Afstelling audio ...............6, 14, 181, 193, 215 Toets AUX (extra) ..............................................6, 13 Toets BAND (band) ..................6, 13, 181, 215, 226 Toets Band/Bron ...................................................17 Toets CONFIG (configureren) ...........................6, 14 Toets Gesproken aanwijzing herhalen ..............6, 14 Toets Kaart ................................................. 6, 13, 51 Toets kaart-dvd uitwerpen ................................6, 12 Toets ROUTE .............................................. 6, 13, 51 Toets SRCE (bron) ...6, 13, 169, 181, 193, 215, 227 Toets uitwerpen cd-/dvd-wisselaar ...................6, 12
. . . 286
Toets DISPLAY ................................................ 200, 205 Toets laden cd-/dvd-wisselaar ..................... 6, 12, 193 Toets NAV (navigatie) .............................................234 Toetsen Harde toetsen .......................................................12 Toetsen, aanraaktoetsen NAV (navigatie) ...................................................234 Toetsen, Touch Sensitive ..........................................17 Touch Sensitive Toetsen ...........................................17 Tussenstop Symbool voor tussenstop toevoegen ..................149 Tussenstops Alle tussenstops verwijderen ...............................125 Bestemming en tussenstops ........................ 92, 121 De locatie van tussenstops wijzigen ....................124 De volgorde van tussenstops wijzigen ................123 TV Werkingsregio .....................................................225 Tweedimensionale of driedimensionale weergave ...28
09euSTSNav.dut Page 287 Monday, June 23, 2008 8:05 AM
Index U Uitwerpen Toets kaart-dvd uitwerpen ................................6, 12 Toets uitwerpen cd-/dvd-wisselaar ...................6, 12 Universeel Opdrachten stemherkenning .............................236 Universele opdrachten ...........................................236
V Verkeer RDS-TMC (verkeersberichtenkanaal radiodatasysteem) .......................................82, 133 RDS-TMC-gebeurtenispictogram .......................141 Symbool Verkeersberichtenzender .....................152 Verkeersberichten ...............................................189 Verkeersberichten Toets TP ..............................................................189 Verkeersberichtenkanaal .................................. 82, 133 Verkeersberichtenzender RDS-TMC-gebeurtenispictogram .......................141 Vermijden Naam vermijdgebied bewerken .........................118 Vermijdgebied ....................................................116 Vermijdgebied registreren ..................................117 Vermijdgebied verplaatsen .................................119
Vermijden Vermijdgebieden verwijderen .............................120 Vermijdgebied ........................................................116 Naam vermijdgebied bewerken .........................118 Registreren ..........................................................117 Vermijdgebied verplaatsen ..................................119 Vermijdgebieden verwijderen .............................120 Vermijdgebied registreren ......................................117 Vermijdgebied verplaatsen .....................................119 Vermijdgebieden verwijderen .................................120 Verplaatsing Geheugenpunt Verplaatsing ...............................111 Videoformaat ..........................................................204 Voertuigsymbool ....................................................149 Volume Aan-/volumeknop ............................6, 12, 180, 215 Automatische geluidscompensatie .....................173 Volume Gesproken Begeleiding ............................37 Voorinstellingen Voorinstellingen AUTOSTORE (automatisch opslaan) ..... 176, 184, 186, 218, 223 Voorkeurbestemmingen .........................................129 Naam voorkeurbestemming bewerken ..............130 Telefoonnummer voorkeurbestemming bewerken ...........................................................131 Voorkeurbestemmingen opslaan ........................129 Voorkeurbestemmingen verwijderen ..................132
287 . . .
09euSTSNav.dut Page 288 Monday, June 23, 2008 8:05 AM
Index V (vervolg) Voorkeurbestemmingen opslaan ............................129 Voorkeurbestemmingen verwijderen .....................132 Voorkeurzenders Bandspecifieke voorkeurzenders .........................185 Voorkeurzenders opslaan en oproepen ..............185 Voorkeurzenders voor meerdere banden ... 185, 186 Voorkeurzenders voor meerdere banden ...... 185, 186 Vorige Bestemming ................................................128 Vorige bestemming ......................................... 71, 128
W Waarschuwingssysteem bij afwijken van rijbaan ............................................................. 21, 39 Weergave Tweedimensionale of driedimensionale weergave .............................................................28 Weergeven Het naamlabel van een geheugenpunt op de kaart weergeven ...........................................110 Pictogrammen voor geheugenpunten weergeven .........................................................103 Wissen Geheugenpunten Wissen ...................................114
. . . 288
Z Zender Voorkeurzenders .................................................221 Zenders Bandspecifieke voorkeurzenders .........................185 Voorinstellingen AUTOSTORE (automatisch opslaan) ..... 176, 184, 186, 218, 223 Voorkeurzenders opslaan en oproepen ...............185 Voorkeurzenders voor meerdere banden ... 185, 186 Zoek Instellen van het Zoekgebied ................................53 Zoeken Schakelaar Zoeken/ scannen ........ 6, 14, 181, 198, 203, 207, 215, 219 Voorkeurzender zoeken ......................................219 Zoekgebied ..............................................................53 Zoekvoorwaarde ......................................... 84, 86, 87 Zorg en onderhoud van het audiosysteem Zorg voor de cd- en dvd-speler ..........................213 Zorg voor uw cd's en dvd's .................................213