Supplement behorend bij Foeken, Maarten (2010). Speel je eigen keuringsdienst. NVOX (35)09, p 434-436 Overzichten stuifmeel: zie laatste drie pagina’s
Mogelijke vragen: 1. Honing (1) Voorbeeldvragen: 1. Wat is het verschil tussen nectar en honing? 2. Wat is de functie en effect van het enzym amylase in het algemeen? 3. Waar komt de amylase in honing vandaan? 4. Verklaar het verdwijnen van de blauwe kleur, indien amylase aanwezig is. 5. Wat doen imkers om het verwijderen van de honing voor de bijen te compenseren? 2. Honing (2) Voorbeeldvragen: 1. Wat wordt er precies bedoeld met: ‘de ene dienst is de andere waard’? 2. Stuifmeelkorrels komen eigenlijk bij toeval in de honing. Wat is hun eigenlijke functie? 3. Welk type stuifmeelkorrels heb je gevonden en komt die waarneming overeen met wat je (later) op het etiket van het potje honing hebt kunnen lezen? 4. Waartoe worden de kleurstof saffranine toegevoegd? 5. Wat houdt de term: bloemvast in? 3. Jodium Voorbeeldvragen: 1. In welke stofwisselingsreacties speelt jodium een zeer belangrijke rol? 2. Krop of struma is goed te zien. Waardoor wordt die verdikking van de hals veroorzaakt? 3. Hormonen spelen bij struma een belangrijke rol. Om welke hormonen gaat het? 4. Wat heeft de hypofyse in dit verband hiermee te maken? 5. Welke effecten kunnen optreden bij een tekort aan jodium in de voeding? 6. Welke zouten bevatten jodium en zijn dus te gebruiken bij de broodproductie? 7. Geef zo mogelijk de chemische reactievergelijking, die in de buis optreedt. 4. Kleurstoffen Voorbeeldvragen: 1. Zoek uit (via zoekmachines op internet) , wat het effect van bepaalde kleurstoffen op het gedrag, met name kinderen, kan zijn. 2. Komt het resultaat van je proef overeen met wat op het etiket van het voedingsmiddel staat? 3. Wat zijn precies E-nummers? 5. Melk Voorbeeldvragen: 1. Zoek uit (via zoekmachines op internet), wat lactose-intolerantie is en wat de gevolgen zijn voor mensen, die toch lactose binnen krijgen. 2. Zoek uit, wat het verschil is tussen intolerantie, een overgevoeligheid en een allergie. 3. Wat is de directe oorzaak van het verschijnsel lactose-intolerantie. 4. Verklaar het verschil in resultaat van je uitgevoerde proeven. 5. Lactose is zeer goed oplosbaar en daardoor moeilijk, zo niet onmogelijk te verwijderen. Welke methodes zijn gebruikt om de lactose er toch uit te krijgen?
Mogelijke antwoorden: Honing (1) 1. Nectar is het plantaardig product, dat door de bijen na bewerking wordt omgezet in honing. 2. Amylase splitst zetmeel in maltose (een suiker). Dat is een goed oplosbare suiker, die door maltase gesplitst kan worden in glucose, de universele brandstof, die goed opneembaar is in het lichaam. 3. Van de bijen zelf. 4. Zetmeel kleurt met de jodiumoplossing blauw. Als de zetmeel wordt afgebroken door amylase dan zal ook de blauwe kleur verdwijnen. 5. Ze ruilen de honing tegen een suikeroplossing (als voedsel voor de bijen)
Honing (2) 1.Bijen zorgen voor de bestuiving van de bloemen en krijgen daarvoor nectar terug. 2. Stuifmeelkorrels moeten op de stempels komen en daarna via een stuifmeelbuis de eicellen in de zaadknoppen bevruchten. 3. Zie eigen resultaat. 4. Stuifmeelkorrels worden daardoor gekleurd en dan zijn ze met de lichtmicroscoop beter van hun omgeving te onderscheiden. 5. Bijen vliegen in een bepaalde periode steeds op dezelfde bloemen. Daardoor komt ook het juiste stuifmeel van de ene bloem op de juiste, bijbehorende stempel van een andere bloem.
Jodium 1. Jodium helpt als onderdeel van het schildklierhormoon het stofwisselingsniveau (verbranding) op peil te houden. 2. Door een opeenhoping van schildklierhormoon, dat nog niet “af” is en daardoor binnen de schildklier blijft “wachten”. 3. Het schildklierstimulerend hormoon (SSH) uit de hypofyse en het schildklierhormoon uit de schildklier (SH) 4. De hypofyse produceert door terugkoppeling het SSH. 5. De verbranding komt op een lager niveau. Daardoor is er te weinig energie, zowel voor de mentale als de lichamelijke ontwikkeling. 6. Zie resultaat van de proef. 7. Het nitriet reageert mogelijk met de jodium in het zout tot een andere vorm van jodium, die in staat is om zetmeet te kleuren.
Kleurstoffen 1. Kleurstoffen zouden bij kinderen kunnen leiden tot concentratieverlies, luidruchtigheid, impulsiviteit, agressiviteit, over-activiteit, niet stil kunnen zitten, enz. Het is geen allergie. De verschijnselen doen wel denken aan ADHD. De geleerden zijn het nog niet met elkaar eens. Mogelijk, dat kinderen, die al druk zijn door kleurstoffen extra druk worden. 2. Zie het resultaat van de proef. 3. Een nummer, dat wordt toegekend aan een stof, die aan voedsel wordt toegevoegd.: de zogenaamde additieven. (zie ook E-nummers bij wikipedia.org voor een compleet overzicht)
Melk 1. Lactose heet ook wel melksuiker. Lactose-intolerantie wordt veroorzaakt het onvermogen de lactose in de darm te splitsen in glucose en galactose.. Het benodigde enzym lactase ontbreekt. Daardoor krijgt iemand darmklachten (krampen, buikpijn, winderigheid en diarree). In Nederland heeft ca 9% van de bevolking daar last van. 2. Lactose-intolerantie is iets anders dan koemelk-allergie. Dan gaat het om de eiwitten in koemelk. Het immuunsysteem komt dan in werking. Soms gaat dat veel te ver en ontstaat er echt een levensbedreigende situatie, want de reactie van het immuunsysteem is dan sterk overdreven. Overgevoeligheid is een enorm uitgebreid begrip. Je kan voor alles wel overgevoelig zijn: harde geluiden, parfum, nare mensen, geen kritiek kunnen verdragen, enz. 3. Het ontbreken van het enzym lactase. 4. Zie het resultaat van de proef. 5. Een oplossing is het laten opeten door bacteriën (o.a. yoghurt en aanverwante producten). Bij de bereiding van harde kaas en boter is de lactose vrijwel verdwenen. Magere melkpoeder heeft de hoogste concentratie (50 gram per 100 gram). Ook het toevoegen van lactase aan melk kan het gehalte doen verlagen.