Studiewijzer BSc-thesis Communicatiewetenschappen Versie maart 2015
Code: Credits:
CPT- 81312 (Thesis Communication Science) 12 ECTS
Heather Baker Studieadviseur
[email protected] Gerry van Nieuwenhoven Opleidingsdirecteur
[email protected] (voor opmerkingen)
Inhoudsopgave 1
Aard en leerdoelen van de BSc-Thesis .................................................................................... 2 1.1
Wat is een thesis?.................................................................................................................... 2
1.2
Leerdoelen van de thesis ......................................................................................................... 2
1.3
Aard van de thesis ................................................................................................................... 2
1.4
Verschil tussen een BSc en MSc-thesis.................................................................................... 3
1.5
Taal .......................................................................................................................................... 4
1.6
Voorvereisten om te kunnen starten ...................................................................................... 4
1.7
Onderwerpkeuze van de thesis ............................................................................................... 4
1.8
Aanbevolen literatuur voor het maken van je thesis .............................................................. 4
1.9
Richtlijnen voor het gebruik van referentiestijlen .................................................................. 5
2
Begeleiding van jouw thesis .................................................................................................... 6 2.1
3
Hoe kom je aan een begeleider? ............................................................................................. 6 Beoordelingsprocedure .......................................................................................................... 8
3.1
Praktische zaken ten behoeve van thesisbeoordeling ............................................................ 8
3.2
Beoordelingsprocedure ........................................................................................................... 8
3.3
Plagiaat, fraude en wangedrag ................................................................................................ 9
Bijlage 1. BSc- thesis contract ............................................................................................................... 12 Bijlage 2. Beoordelingsformulier thesis ................................................................................................ 14 Bijlage 3. Tips voor de rapportage........................................................................................................ 16 Bijlage 4. Overzicht van de taken van de betrokkenen bij de thesis .................................................... 18 Bijlage 5. Vaardigheden voor het maken van een scriptie (Mirande & Wardenaar, 1988) .............. 20 Bijlage 6. Voorwaarden voor een goede BSc-thesis ............................................................................. 22 Bijlage 7. Voorbeeld titelpagina ........................................................................................................... 23 Bijlage 8. Thesis begeleiders CPT.......................................................................................................... 24 Bijlage 9. Voorbeelden scripties ........................................................................................................... 27
1
1
Aard en leerdoelen van de BSc-Thesis
1.1 Wat is een thesis? De BSc-thesis is een individuele proeve van bekwaamheid van verschillende academische vaardigheden, toegepast op het eigen vakgebied, uitmondend in een verslag (thesis) waarmee de bachelor opleiding Communicatiewetenschappen wordt afgesloten. Deze thesis (of scriptie) is verplicht voor alle studenten. Het is een communicatiewetenschappelijk werkstuk over een onderwerp dat is gerelateerd aan het door de student gekozen domein in de Life Sciences. De thesis wordt, onder begeleiding van docenten, zelfstandig uitgevoerd.
1.2 Leerdoelen van de thesis Met de BSc-thesis laat je zien dat je het vakgebied beheerst, dat wil zeggen eerder in de opleiding verworven kennis en onderzoeksvaardigheden kan toepassen én integreren. Daarnaast moet de afronding van de thesis duidelijk maken dat de student: individueel en zelfstandig kan werken; de taak kan overzien, de werkzaamheden weet te plannen en weet uit te voeren binnen de beschikbare tijd; een onderzoeksvraag en -aanleiding kan formuleren en zelfstandig een studie kan verrichten; literatuur kan verkennen en bestuderen conform wetenschappelijke standaarden; de verzamelde gegevens op een kritische wijze kan analyseren en interpreteren; kan rapporteren over de resultaten van dit wetenschappelijk onderzoek in een heldere, logische en leesbare tekst; de thesis mondeling kan verdedigen tegenover de beoordelaars.
1.3 Aard van de thesis De thesis gaat in op een communicatiewetenschappelijke vraagstelling in het door de student gekozen domein in de Life Sciences. Dat betekent dat de thesis in ieder geval is betrokken op een thema dat relevant is voor het gekozen Life Science domein en dat deze relevantie wordt toegelicht in de probleemstelling. De thesis wordt daarom begeleid door een staflid communicatiewetenschappen én een begeleider vanuit het betreffende domein. Dit kan bijvoorbeeld een docent zijn die betrokken was bij een van je Life Science vakken. De omvang van de BSc-thesis is 12 ECTS. De vakcode is: CPT-81812 BSc Thesis Communication Sciences. Gezien de omvang van de BSc-thesis zal het in de meeste gevallen gaan om een literatuuronderzoek. Dat wil zeggen het zoeken en grondig bestuderen van de relevante literatuur, het verzamelen van de benodigde gegevens, het verwerken en analyseren van literatuur (en gegevens) en het zorgdragen voor een goede verslaglegging. Bij die verslaggeving moet er op worden gelet dat de probleemstelling, de onderzoeksvragen, de gehanteerde onderzoeksmethoden en het theoretisch kader zoveel mogelijk op een samenhangende manier worden beschreven. Bij het schrijven van een thesis zal je keuzes moeten maken ten aanzien van de indeling en de omvang van verschillende onderdelen. In bijlage 3 vind je tips voor de indeling van een wetenschappelijk verslag.
2
Theses kunnen al naar gelang hun doelstelling worden onderverdeeld in een aantal verschillende typen literatuuronderzoek, zoals: verkennen van aanwezige literatuur; geven van een overzicht van recente ontwikkelingen; kritische analyse van bestaande theorieën; kritische analyse van discrepanties bij of tussen verschillende auteurs; verbanden leggen tussen verschillende onderzoeksresultaten of theoretische bevindingen; een historisch-analytische beschouwing; toetsing van literatuur, theorieën, concepten dan wel denkbeelden aan de empirie of empirische representaties (bestaande databestanden). Daarnaast is het ook mogelijk een (beperkt) empirisch of experimenteel onderzoek te doen, waarbij ook aandacht en tijd besteed wordt aan het verzamelen van empirische data. In dat geval zal de aard van het onderzoek hypothese-genererend zijn. Gezien het aantal studiepunten is deze mogelijkheid zeer beperkt. De aard en omvang van het onderzoek dienen in elk geval in overeenstemming te zijn met het aantal studiepunten van de thesis (12 ECTS). Gezien de functie van de thesis (toetsing van individuele kennis en vaardigheden) is het niet toegestaan de scriptie samen met anderen te maken; de scriptie moet individueel worden geschreven. Een verplicht onderdeel van de BSc-thesis is het geven van een mondelinge presentatie (colloquium). Voor elke student is er 20 minuten gereserveerd: 10 minuten om te presenteren en 5-10 minuten voor discussie. Deze presentaties zullen waarschijnlijk plaatsvinden in een van de laatste weken van periode 6, uitgaande van de start van je thesis aan het begin van periode 6. Als je op een ander moment in het studiejaar je thesis doet, sluit je in overleg met je begeleider kort wanneer je jouw thesis (resultaten) presenteert. Voor meer informatie neem ter zijner tijd contact op met je studieadviseur.
1.4 Verschil tussen een BSc en MSc-thesis Het zal duidelijk zijn dat de BSc-thesis als afsluiting van de BSc verschilt van de MSc-thesis, die de afsluiting is van de MSc. De sturing door de begeleider zal bij de BSc-thesis groter zijn dan bij de MScthesis. Een ander belangrijk verschil is dat een BSc-thesis meestal –maar niet per definitie– alleen literatuurstudie betreft terwijl een MSc-thesis veelal ook een substantiële component dataverzameling zal bevatten. Voor de helderheid en afbakening van beide ‘afsluitende’ vakken geldt het volgende:
Opdrachtformulering Theoretisch
Methodisch
BSc-thesis Student krijgt enigszins voorgestructureerde opdracht Student moet een aantal theorieën toepassen en noemen Student wordt geholpen bij de keuze van een methode en past deze toe
MSc-thesis Student structureert zelf de opdracht Student inventariseert zelf theorieën, selecteert en brengt ze met elkaar in verband Student kiest zelf de methode en reflecteert op deze toepassing
3
1.5 Taal De thesis mag in het Nederlands of Engels worden geschreven. Voor de beoordeling van de thesis maakt dit in principe geen verschil. Door de thesis in het Engels te schrijven, krijg je de gelegenheid jouw vaardigheid in het schrijven van een Engelse tekst te oefenen en te laten beoordelen. Een andere overweging kan zijn dat het onderwerp sterk internationaal is of dat de literatuur Engelstalig is. 1.6 Voorvereisten om te kunnen starten Om aan een scriptie te mogen beginnen moet je eerst contact opnemen met je studieadviseur om te controleren of je ver genoeg gevorderd bent met je studie. Wanneer je voldoende bent gevorderd met je studie, tekent zij het BSc-thesis contract (bijlage 1). Op basis daarvan heb je recht op begeleiding bij een van de docenten die jouw thesis mogen begeleiden. Je mag aan je thesis beginnen als je de volgende onderdelen hebt behaald: alle vakken uit het eerste jaar; minimaal 42 ECTS uit het tweede jaar; minstens 18 ECTS van de 24 ECTS van jouw Life Science minor. minstens 6 ECTS uit het derde jaar; Op het BSc-thesiscontract geef je aan wie de begeleiders zijn (communicatie en Life Sciences) en wie de tweede beoordelaar is van je thesis. Het is de verantwoordelijkheid van de begeleider van communicatiewetenschappen om deze tweede beoordelaar te benaderen. Er moet ook op het contract vermeld worden wat het onderwerp van de scriptie is en wat de streefdata zijn voor de diverse fasen van de scriptie (zoals werkplan, conceptversie en eindversie en mondelinge presentatie). 1.7 Onderwerpkeuze van de thesis Je bent vrij om zelf je onderwerp te kiezen op een terrein dat relevant is voor de BSc Communicatiewetenschappen. Het is mogelijk om ter inspiratie BCW-scripties in te zien bij jouw studieadviseur. In bijlage 9 vind je voorbeelden van scriptieonderwerpen uit voorgaande jaren. 1.8 Aanbevolen literatuur voor het maken van je thesis Over het maken van een scriptie en het vermijden en oplossen van problemen die zich daarbij kunnen voordoen, bestaan diverse nuttige boekjes en websites. Hieronder vind je enkele bronnen die je kunt raadplegen.
Eco, U., (2000), Hoe schrijf ik een scriptie? (Nederlandse vertaling), 9e druk, Uitgave Ooievaar, Amsterdam. Miranda, M.J.A. & E. Wardenaar, (1988), Scriptieproblemen, 2e druk, Wolters-Noordhoff bv, Groningen. Oosterbaan, W., (1995), Het schrijven van een leesbare scriptie, Uitgave NRC Handelsblad, Rotterdam. Verschuren, P. & H. Doorewaard, (1995), Het ontwerpen van een onderzoek. Utrecht, Uitgeverij Lemma BV. Machi, L.A. & McEvoy B.T. (2009), The Literature Review : six steps to success, California: Corwin Press. Thomas, G. , (2009), How to do your Research Project: A Guide for Students in Education & Applied Social Science, London: SAGE Publications Ltd. Internet: http://educatie-en-school.infonu.nl/diversen/3239-hoe-schrijf-je-een-scriptie.html Internet: http://www.studietips.leidenuniv.nl/scriptie.html 4
1.9 Richtlijnen voor het gebruik van referentiestijlen Belangrijk is dat je consequent voor een bepaalde stijl kiest en alles op eenzelfde manier verwijst. Daarnaast is er nog een boek dat veel wordt gebruikt en waar de referentiestijlen duidelijk worden uitgelegd: Pears, Richard and Shields, Graham, (2009), Cite Them Right: the essential referencing guide, Durham, England: Pear Tree Books. Voor de juiste manier van refereren kan je ook gebruikmaken een ‘citation manager’. Een citation manager helpt je om je referenties op te slaan, te organiseren, te delen en te verwerken op een consistente manier en kan je veel tijdwinst opleveren met het schrijven van je scriptie. Een citation manager die wordt aangeboden door de universiteit is EndNote. Op de meeste computers van de universiteit is EndNote te vinden. Software van het programma kun je ook thuis gebruiken. In dat geval zijn er kosten aan verbonden. Een handleiding voor het gebruiken van EndNote en de kosten van de software kun je vinden op http://library.wur.nl/desktop/services/. Om deze te gebruiken moet je inloggen bij de site van de bibliotheek.
5
2
Begeleiding van jouw thesis
Als je aan je thesis wilt beginnen, neem je eerst contact op met je studieadviseur om na te gaan of je voldoende bent gevorderd met je studie. Wanneer dat het geval is, tekent je studieadviseur het desbetreffende onderdeel van het BSc-thesiscontract (zie bijlage 1). De scriptie dient aan te sluiten bij je gekozen Life Science minor. Binnen BCW heb je altijd twee begeleiders voor de BSc-thesis. De eerste begeleider van je thesis is een staflid communicatiewetenschappen van de leerstoelgroep Strategic Communication of de leerstoelgroep Knowledge, Technology and Innovation. 2.1 Hoe kom je aan een begeleider? Met de thesiscoördinator van CPT (Mieke Muijres,
[email protected]) kun je overleggen bij welke docent je de thesis wilt onderbrengen. De eerste verantwoordelijkheid voor de begeleiding van de thesis ligt bij deze docent. Een tweede begeleider kies je, in overleg met de eerste begeleider, uit de staf van een leerstoelgroep die relevant is voor het door jou gekozen domein in de Life Sciences. Dit is een leerstoelgroep buiten de sociale wetenschappen. De tweede begeleider zal letten op de relevantie van de onderzoeksvraag vanuit het Life Science domein. De tweede begeleider kan jou uiteraard ook adviseren over relevante literatuur. De verdeling van de begeleiding is in principe 70% communicatiewetenschap – 30% Life Science. Als er goede redenen zijn om hiervan af te wijken, wordt de verdeling van tevoren vastgelegd in het aangepaste thesiscontract. De begeleiding van een thesis kan uit de volgende onderdelen bestaan: 1. Advisering bij onderwerpkeuze De thesisbegeleiders adviseren bij het kiezen van een onderwerp. De begeleiders kunnen suggesties doen voor mogelijke onderwerpen. Voor een eerste oriëntatie kan de student de begeleiders om enige startliteratuur vragen. De uiteindelijke onderwerpkeuze dient de student zelf te maken op basis van zelf verzamelde achtergrondinformatie. Zie bijlage 9 om een idee te krijgen van eerder geschreven scripties en onderwerpen. 2. Opstellen thesiscontract Wanneer beide thesisbegeleiders en de student overeenstemming hebben bereikt over een concreet onderwerp en de globale aanpak van het onderzoek worden de afspraken vastgelegd in het BScthesiscontract (zie bijlage 1). De bedoeling van het thesiscontract is dat de student en de begeleiders weten waar ze aan toe zijn. In dit contract staat welke verplichtingen de docenten en de student tegenover elkaar op zich hebben genomen. Voor de docenten is dat bijvoorbeeld het geven van begeleiding op de afgesproken momenten. Voor de student bijvoorbeeld het inleveren van conceptteksten op afgesproken deadlines. De volgende personen moeten een kopie ontvangen van het thesiscontract: jouw studieadviseur, jouw begeleider communicatiewetenschappen, jouw begeleider van de Life Sciences en de thesiscoördinator van CPT.
6
3. Advisering bij afbakening onderwerp en opzet van het onderzoek Het zal in veel gevallen noodzakelijk zijn om binnen een gekozen onderwerp een nadere afbakening te maken van het te bewerken thema en de te raadplegen literatuur. Dit is in de eerste plaats de taak van de student zelf, die de begeleiders concrete voorstellen voorlegt. Bij de bespreking zien de begeleiders erop toe dat de plannen realistisch en uitvoerbaar zijn binnen de beschikbare tijd. De student maakt een werkplan waarin primair aandacht wordt besteed aan de nadere precisering en afbakening van de onderzoeksvragen en het onderzoeksontwerp en een globale indeling in hoofdstukken. Over de uiteindelijke omvang van de scriptie, zoals aantal woorden of pagina’s (A4) getypte tekst (exclusief literatuurlijst, citaten en illustraties) worden ook afspraken gemaakt. 4. Voortgangsgesprekken en becommentariëring conceptteksten In het ontwikkelingsproces van de thesis zullen regelmatig gesprekken plaatsvinden waarin de student samen met de begeleider(s) bespreekt hoe de voortgang verloopt en of de werkwijze moet worden aangepast, afhankelijk van de fase waarin the thesis zich bevindt. De thesisbegeleiders beslissen samen of de student op dezelfde manier kan doorwerken of dat het proces moet worden aangepast. Het aantal gesprekken wordt in overleg met de begeleiders vastgelegd in het thesiscontract. Voordat de eindversie van een thesis wordt ingeleverd, krijgt de student de gelegenheid (digitale) conceptversies van hoofdstukken en tenslotte ook een conceptversie van het geheel voor commentaar voor te leggen aan beide begeleiders. In het thesiscontract kan worden vastgelegd hoe vaak de student de gelegenheid krijgt een concepttekst in te leveren en welk percentage van de beoordelingscriteria bijdragen aan het eindcijfer.
7
3
Beoordelingsprocedure
3.1 Praktische zaken ten behoeve van thesisbeoordeling Om je thesis te kunnen laten beoordelen wordt er van je verwacht dat je vier hard copy exemplaren van de uiteindelijke scriptie inlevert. Deze exemplaren lever je in bij de docent (eerste begeleider). Eén exemplaar voor jouw begeleider vanuit CPT. Eén exemplaar voor jouw begeleider vanuit de Life Sciences. Eén exemplaar voor de tweede beoordelaar vanuit CPT. Eén ‘schoon’ exemplaar is bedoeld voor CPT (t.b.v. archivering) . Daarnaast moet je binnen twee weken na afronding van je thesis een pdf-bestand versie van je scriptie opsturen naar: de studieadviseur; het secretariaat van CPT. Jouw BSc-thesis kan dan gebruikt worden tijdens voorlichtingsactiviteiten aan potentiële studenten of ter illustratie aan eigen studenten. Daarnaast wordt het document beschikbaar gemaakt in de bibliotheek. Als je thesis is beoordeeld, ontvangt je studieadviseur ook graag een kopie van het ingevulde en ondertekende beoordelingsformulier. De printkosten voor de thesis kunnen vergoed worden door de leerstoelgroep waarbij je je scriptie hebt geschreven, overleg dit met je (eerste) begeleider en vergeet niet het bonnetje van de printkosten mee te nemen. In het Studentenstatuut 2014/2015 staat het volgende geschreven over kopieer en printkosten: ‘Kopieer- en printkosten van drie exemplaren van het eindverslag van stage, afstudeervak, bachelorafsluiting en academisch mastercluster komen voor rekening van WU (in dit geval de departementen) en kunnen –zo nodig via de coördinator van het vak– worden gedeclareerd bij de betreffende leerstoelgroep/ het bureau van de betreffende kenniseenheid. Als de student er voor kiest meer dan noodzakelijk te besteden, bijvoorbeeld ter verfraaiing van het verslag, zijn de meerkosten voor rekening van de student.’ Over het algemeen geldt dat wanneer het document in zwart-wit wordt uitgeprint, met een kleurenprint voor de voorkant, alle voorgenoemde kosten worden vergoed. 3.2 Beoordelingsprocedure De beoordeling van de thesis heeft niet alleen betrekking op de vorm en de inhoud van het uiteindelijke werkstuk, maar ook op het proces van totstandkoming ervan (opzet, uitvoering, ontwikkeling onderzoeksvaardigheden). De thesis wordt in onderlinge samenspraak beoordeeld door: 1. de begeleider communicatiewetenschappen die zowel het onderzoeksproces en de bijbehorende vaardigheden als het uiteindelijke rapport in de beoordeling meeneemt, 2. de begeleider vanuit het domein in de Life Sciences die met name de relevantie voor het domein beoordeelt, 3. een tweede beoordelaar/examinator van communicatiewetenschappen die vanuit zijn/haar positie zich voornamelijk richt op de kwaliteit van het uiteindelijke rapport. De tweede beoordelaar/examinator van communicatiewetenschappen is bij voorkeur een van de hoogleraren, maar deze taak kan aan een ander staflid worden gedelegeerd. Het is de verantwoordelijkheid van de begeleider van communicatiewetenschappen om deze tweede beoordelaar te benaderen. 8
Voor de beoordeling wordt gebruik gemaakt van een standaardbeoordelingsformulier. In bijlage 2 staat welk gewicht aan de beoordelingscategorieën kan worden toegekend. Hierover kun je nadere afspraken maken met beide begeleiders en van tevoren vastleggen in het thesiscontract. Naast de standaardcategorieën kunnen speciale punten van beoordeling, die van belang zijn voor het uiteindelijke eindoordeel, worden toegevoegd aan het formulier. Het ingevulde beoordelingsformulier wordt samen met een ‘schoon’ exemplaar van de thesis door CPT bewaard. Voor een overzicht van de beoordelingscriteria in het standaard beoordelingsformulier zie bijlage 2. In het formulier worden vier onderdelen beoordeeld die allemaal een relatief gewicht in het totaaloordeel hebben. De verschillende onderdelen zijn: 1. De onderzoeksvaardigheden van de student. Dit gaat over het proces waardoor de thesis tot stand gekomen is. Het minimum resultaat van dit onderdeel moet een 5,5 zijn. De dagelijkse begeleider is uiteraard degene die dit het beste kan beoordelen; 2. Voor het thesisrapport moet, net als bij de onderzoekvaardigheden, een minimum van een 5,5 worden gehaald. De tweede beoordelaar/examinator, die idealiter alle theses van de leerstoelgroep beoordeelt en dus een goed overzicht heeft, is degene die dit in overleg met de begeleider het beste kan beoordelen; 3. Het colloquium (mondelinge presentatie van je scriptie), is verplicht voor BCW studenten. Dit onderdeel is niet verplicht voor alle BSc opleidingen binnen Wageningen University. Voor het colloquium worden alle jaargenoten uitgenodigd. In sommige gevallen worden ook BCW studenten van andere studiejaren uitgenodigd. Je mag zelf ook belangstellenden uitnodigen. Indien mogelijk worden presentaties gebundeld in de dezelfde week. Neem even contact op met je studieadviseur als hier onduidelijkheden over zijn. Het colloquium wordt beoordeeld door jouw begeleider vanuit CPT; 4. Het eindgesprek. Het eindgesprek vind plaats tussen de student en de beide begeleiders, daarnaast is er een tweede beoordelaar vanuit communicatiewetenschappen aanwezig bij het eindgesprek. Het cijfer wordt in overleg door beide begeleiders en de tweede communicatie beoordelaar bepaald. Daarnaast kunnen –indien gewenst– nog andere specifieke bijzonderheden worden toegevoegd aan het beoordelingsformulier, die van belang zijn voor het uiteindelijke eindoordeel. Het ingevulde beoordelingsformulier wordt tezamen met de scriptie door de leerstoelgroep bewaard.
3.3 Plagiaat, fraude en wangedrag In het Studentenstatuut 2014/2015 (artikel 21 en 22) staat het volgende vermeld over plagiaat, fraude en wangedrag: ‘Artikel 21 Fraude: omschrijving begrip en verbod 1. Het is de student verboden fraude te plegen. Indien een student fraudeert kan de examencommissie de in de wet en in deze regeling omschreven maatregelen treffen. 2. Als fraude wordt aangemerkt het plegen of het hiertoe gelegenheid geven van de in dit artikellid opgesomde handelingen: a. aan het tentamen deelnemen zonder daartoe gerechtigd te zijn, b. tijdens het tentamen boeken, syllabi, aantekeningen of andere geschriften, schriftelijk of elektronisch of online, raadplegen en/ of bij zich hebben, waarvan de 9
c. d. e. f. g. h.
i.
j.
raadpleging uitdrukkelijk volgens het Study Handbook of de studiewijzer dan wel volgens onderhavig hoofdstuk van deze regeling niet is toegestaan, tijdens het tentamen bij medestudenten afkijken of met medestudenten of derden, op welke wijze dan ook, binnen of buiten de tentamenruimte, informatie uitwisselen, zich tijdens het tentamen voor iemand anders uitgeven, zich op het tentamen door iemand anders laten vertegenwoordigen, de uitgereikte vragenformulieren en/of antwoordformulieren verwisselen of met anderen uitwisselen, zich voor de datum of het tijdstip waarop het tentamen wordt afgenomen, in het bezit stellen van de vragen of de opgaven van het betreffende tentamen, enige vorm van plagiaat plegen, waaronder hier wordt verstaan het voor een werkstuk, een scriptie of enige andere vorm van tekst die onderdeel uitmaakt van het onderwijs, tekst, letterlijk, in eigen bewoordingen of in vertaling, over te nemen zonder dit als citaat aan te duiden en zonder de correcte vermelding van de bron, tijdens het tentamen rekenmachines, computers, mobiele telefoons of apparaten met vergelijkbare functies voorhanden hebben tenzij dit van te voren uitdrukkelijk door de examinator is toegestaan, ieder bedrieglijk handelen of nalaten van of namens de student dat het vormen van een juist oordeel over de kennis, inzicht en/ of vaardigheden van de student geheel of gedeeltelijk onmogelijk maakt.
Artikel 22 Procedure bij het constateren van fraude, maatregelen en sancties 1. Wanneer bij of ten aanzien van het afleggen van een tentamen fraude wordt geconstateerd of ernstig vermoed, deelt de examinator of de surveillant dit terstond mede aan de student en maakt daarvan aantekening op het door de student in te leveren werk. Tevens neemt de examinator of de surveillant eventuele bewijsstukken in. De student mag zijn tentamen vervolgen. 2. Zo spoedig mogelijk na afloop van het tentamen waarbij fraude is geconstateerd, of -indien de examinator of de surveillant niet onmiddellijk kan vaststellen of de student fraude heeft gepleegd zo spoedig mogelijk nadat de examinator naderhand de fraude heeft vastgesteldmaakt de examinator of de surveillant een schriftelijk verslag met betrekking tot de fraude. Indien de student heeft geweigerd eventuele bewijsstukken te overhandigen wordt dit in het schriftelijk verslag gemeld. De examinator verstrekt dit verslag aan de examencommissie en kan een voorstel doen inzake de op te leggen sanctie(s). De examencommissie stelt de student in de gelegenheid schriftelijk commentaar op het verslag te leveren. 3. Afhankelijk van de ernst van de gepleegde fraude, herhaalde fraude daaronder begrepen, kan de voorzitter van de examencommissie de volgende sancties opleggen: a. berisping, b. de beslissing dat voor de betrokken student geen uitslag van het betreffende tentamen wordt vastgesteld, c. uitsluiting van het betreffende tentamen voor ten hoogste een jaar, d. uitsluiting van het examen voor ten hoogste een jaar, e. uitsluiting van een of meer tentamenperiodes en uitsluiting van practica, thesis en stage of welke praktische oefening dan ook tijdens een of meer onderwijsperiodes, f. het gedurende een periode van ten hoogste een jaar opschorten van de beoordeling van scripties, schriftelijke verslagen of theses., g. een combinatie van bovenstaande maatregelen.
10
Wanneer in het kader van groepsonderwijs fraude door de examencommissie is vastgesteld als groepsfraude, kunnen alle leden van de betreffende groep studenten sancties genoemd onder a t/m g opgelegd krijgen. 4. Als naar het oordeel van de examencommissie ernstige fraude is gepleegd, mag de examencommissie aan het College van Bestuur voorstellen om de inschrijving van de betreffende student te beëindigen. Het College van Bestuur besluit daarover. 5. De examencommissie deelt de student(en) de opgelegde sanctie(s) schriftelijk mede en archiveert.’
11
Bijlage 1.
BSc- thesis contract
Gegevens student: Naam: .......................................................................................... Reg. nr.:…………………………...................... Adres: .......................................................................................... Opleiding en specialisatie: ………........... Tel.: ............................................................................................. Verklaring studieadviseur: Naam: ......................................................................................... , heeft zich op de hoogte gesteld van de studievorderingen, en gaat akkoord met de plannen voor het maken van een BSc-thesis.
Datum: ......................................................
Handtekening:……………………………………
Gegevens thesisbegeleider /eerste beoordelaar Naam thesisbegeleider/ eerste beoordelaar en Leerstoelgroep: ……………..……………………………………………………………………………… Gegevens tweede thesisbegeleider: Naam tweede begeleider en Leerstoelgroep: ……………..……………………………………………………………………………… Gegevens tweede beoordelaar : Naam tweede beoordelaar en Leerstoelgroep: ……………..………………………………………………………………………………
Afspraken over te maken BSc-thesis: 1. Onderwerp …………………………………………………………………………………………………………………………………………………. …………………………………………………………………………………………………………………………................................................ 2. Omvang en code …………………………………………………………………………………………................................................ 3. Streefdata:
1. Start werkzaamheden:
……………………………….
2. Inleveren concept-werkplan:
……………………………….
3. Bespreking concept-werkplan:
……………………………….
4. Inleveren conceptversie thesis:
………………………………..
5. Bespreking conceptversie:
……………………………….
6. Inleveren eindversie thesis:
……………………………….
Andere afspraken: ………………………………...
Ondertekening: Eerste thesisbegeleider :........................................... Tweede thesisbegeleider : ......................................................
Student: ………………………………. 12
Status van het Thesis Contract - Het contract dient om de afspraken met betrekking tot het doen van een BSc-thesis vast te leggen tussen student en leerstoelgroep. In die zin is het een nadere invulling en uitwerking van de wederzijdse rechten en plichten die partijen op basis van de WHW, de OER en het studentenstatuut al hebben. Invullen en ondertekenen - Dit formulier dient namens de leerstoelgroep en door de student voor aanvang van de werkzaamheden ingevuld te worden; - Na aanvulling of bijstelling van het contract krijgt de student een nieuwe kopie. Problemen en klachten - Bij problemen of klachten omtrent begeleiding en beoordeling kan de student zich wenden tot: - haar / zijn opleidingsdirecteur; - een Studentendecaan; - de Onderwijscoördinator van de betrokken leerstoelgroep; - de Examencommissie; of - de Vertrouwenspersoon. - Zo nodig kan de juridische afdeling behulpzaam zijn bij het kiezen van de meest gerede instantie voor en bij het indienen van de klacht.
13
Bijlage 2.
Beoordelingsformulier thesis
14
15
Bijlage 3. Tips voor de rapportage Voorbeeld indeling van een BSc-thesis Onderstaande lijst –uit Verschuren en Doorewaard (1995) en http://educatie-enschool.infonu.nl/diversen/3239-hoe-schrijf-je-een-scriptie.html– is een suggestie en geen voorschrift. Afhankelijk van de omvang van het onderzoek en het type (literatuuronderzoek of empirisch onderzoek) kunnen onderdelen toegevoegd of weggelaten worden, of in één hoofdstuk samengevoegd. Probeer in plaats van onderstaande hoofdstuktitels meer concrete, op het onderwerp toegesneden titels te kiezen. Omslagpagina en titelblad Pakkende titel, auteur, leerstoelgroep, eerste en tweede begeleider, datum. Voorwoord Hierin kunnen persoonlijke getinte opmerkingen. Samenvatting Hierin wordt de kern van de scriptie beschreven. Inhoudsopgave Inclusief paginanummering, men kan eventueel de lijst van tabellen, grafieken en diagrammen apart opnemen. Inleiding De inleiding bevat de context van of de aanleiding tot de onderzoeksvraag en bevat de doelen vraagstelling. Inhoudelijke oriëntatie Hierbij gaat het om literatuurverkenning, analyseonderwerpen en hypothesen of beoordelingscriteria. Methodische verantwoording Hierin wordt het technisch ontwerp beschreven, keuze van databronnen en de wijze van dataverzameling. Resultaten De resultaten vormen een feitelijke weergave van wat je gevonden hebt. Behandel deze bevindingen in volgorde van de onderzoeksvragen, niet in volgorde van een eventuele vragenlijst. Discussie. In de discussie interpreteer en verklaar je de resultaten van je onderzoek en vergelijk je deze met resultaten uit de literatuur. Ook bespreek je in de discussie eventuele opmerkingen in verband met de methodiek, tekortkomingen van jouw eigen onderzoek en suggesties voor de toekomst. Conclusie en aanbevelingen In de conclusie worden verbanden gelegd; een conclusie volgt uit de resultaten (of uit de literatuurstudie). Er wordt hierin ook gereflecteerd op het gehanteerde theoretisch kader. Literatuurlijst Hierin worden alle geraadpleegde bronnen opgesomd, inclusief websites. De bronnen kunnen op volgorde van verwijzen of op alfabetische volgorde worden genoteerd. Bijlagen In de tekst moet duidelijk naar de bijlagen worden verwezen.
16
Tips voor het schrijven Hieronder volgt een aantal tips voor het schrijven van je BSc-thesis: Scheid verwijzingen (wat heb je gelezen) van resultaten (wat je ermee gedaan hebt) en meningen (wat je er zelf van vindt); Zorg voor een logische opbouw; Wees consistent in taalgebruik en spelling; zorg dat taal aansluit bij doelgroep (zie ook de tips voor het schrijven); Zorg voor een overzichtelijke lay-out; Wees concreet, precies en zorgvuldig; Formuleer kort en bondig; vermijd de passieve vorm; Vermijd tangconstructies; vermijd jargon, neem eventueel een afkortingenlijst op; Maak gebruik van een ‘citation manager’ zoals Endnote. Dit programma helpt je met het refereren.
17
Bijlage 4.
Overzicht van de taken van de betrokkenen bij de thesis
1. Taken student Voordat je kunt beginnen met het schrijven van je bachelor thesis moet het hele eerste jaar van je bachelor opleiding zijn gehaald en minimaal 42 studiepunten van je tweede jaar (inclusief 18 ECTS van jouw Life Science minor). Wanneer je aan deze voorwaarden voldoet, ga je naar de studieadviseur die toestemming zal geven via het thesiscontract, wanneer je inderdaad zo ver bent dat je mag beginnen met de BSc-thesis. Op het BSc-thesiscontract moet je vervolgens aangeven wie de thesisbegeleiders en de tweede beoordelaar zijn van je thesis. Tenslotte moet er op het contract vermeld worden wat het onderwerp van de scriptie is en wat de streefdata zijn voor de diverse fasen van de scriptie (zoals werkplan, conceptversie en eindversie en eindgesprek). Het BSc-thesisbeoordelingsformulier (wat gebruikt wordt door alle maatschappijwetenschappelijke opleidingen) is opgenomen in bijlage 2. Aan de hand van de aandachtspunten van het formulier worden jouw thesis en het proces dat tot deze thesis heeft geleid door beide thesisbegeleiders en de tweede beoordelaar geëvalueerd. 2. Taken studieadviseur De studieadviseur verklaart in het BSc-thesiscontract (bijlage 1) dat je voldoet aan de hierboven gestelde voorvereisten. De studieadviseur kan je direct doorverwijzen naar een bepaalde docent met het onderwerp van je keuze of naar de thesiscoördinator van CPT. 3. Taken thesiscoördinator De thesiscoördinator van de gekozen leerstoelgroep stuurt je door naar een geschikte docent (= thesisbegeleider Communicatiewetenschappen/eerste beoordelaar). De thesiscoördinator maakt een overzicht van alle binnen het studiejaar gemaakte scripties en stuurt die samen met een kopie van de beoordelingsformulieren, uiterlijk één maand na het einde van elk academisch jaar (dus voor 1 oktober), door naar de secretaris van de Examencommissie. Elke leerstoelgroep houdt een archief bij waarin alle beoordelingsformulieren, contracten en scripties worden opgenomen. 4. Taken thesisbegeleider Communicatiewetenschappen De BSc-thesisbegeleider is allereerst verantwoordelijk voor het controleren van het ontvangen thesiscontract van de student. Alleen als de studieadviseur goedkeuring heeft gegeven mag de docent de student gaan begeleiden. Eerder mag er niet aan de BSc-thesis begonnen worden. De BScthesisbegeleider is verantwoordelijk voor de inhoudelijke begeleiding van de student. Jullie leggen samen de afspraken vast in het BSc-thesiscontract en jij stuurt een kopie van het ingevulde contract door naar de studieadviseur. De thesisbegeleider helpt met het zoeken naar een thesisbegeleider werkzaam bij een Life Science leerstoelgroep die aansluit bij jouw minor. Daarnaast zoekt deze thesisbegeleider een tweede beoordelaar binnen CPT (COM of KTI) die betrokken wordt bij de eindbeoordeling van de scriptie. 5. Taken thesisbegeleider Life Sciences Deze BSc-thesisbegeleider is verantwoordelijk voor de inhoudelijke begeleiding van de student en de relevantie van het onderwerp voor het betreffende Life Science domein. Jullie leggen samen de afspraken vast in het BSc-thesiscontract.
18
6. Taken tweede beoordelaar De tweede beoordelaar van de BSc-thesis is medeverantwoordelijk voor de beoordeling van het eindresultaat van de thesis. Hij/zij beoordeelt het verslag met behulp van het beoordelingsformulier (zie bijlage 2). 7. Taken Examencommissie De Examencommissie ziet erop toe dat de beoordeling goed en uniform plaatsvindt.
19
Bijlage 5.
Vaardigheden voor het maken van een scriptie (Mirande & Wardenaar, 1988)
I. Individueel en zelfstandig kunnen werken 1. gedurende enkele weken met een taak bezig kunnen zijn 2. helemaal individueel kunnen werken 3. weten wat je zelf wil 4. eigen werk kunnen indelen en plannen 5. doorzetten en volhouden 6. jezelf in de hand kunnen houden 7. zelf contact zoeken met de begeleider 8. eigen beperkingen kennen 9. eigen fouten kunnen corrigeren 10. gemotiveerd zijn II. De taak kunnen overzien 11. relatie taak met beschikbare tijd kunnen overzien 12. plannen van werkzaamheden 13. de tijd per onderdeel of fase bewaken 14. vooruitzien en anticiperen op wat nog komt 15. de omvang van de werkzaamheden bewaken III. Literatuuronderzoek kunnen verrichten 16. zelf een geschikt scriptie-onderwerp kunnen kiezen 17. onderzoekbaarheid van een onderwerp kunnen inschatten 18. onderwerp nader afbakenen en een concrete probleemstelling kunnen formuleren 19. relevante literatuurbronnen kunnen zoeken en vinden 20. relevante literatuurbronnen selecteren en gebruiken 21. literatuurgegevens op overzichtelijke wijze kunnen samenvatten en weergeven 22. literatuurgegevens kunnen interpreteren in het licht van de probleemstelling 23. conclusies kunnen trekken op grond van de gegevens in relatie tot de probleemstelling 24. conclusies kunnen relateren aan een theoretisch kader 25. gedane keuzes kunnen motiveren en verantwoorden IV. Schriftelijk rapporteren 26. vormgevingsaspecten kennen en toepassen 27. een logische structuur hanteren 28. indelen van de scriptie in hoofdstukken, paragrafen, alinea’s en bijbehorende titels 29. lay-out van tekst, tabellen en figuren beheersen 30. juist verwerken van bijzondere tekstdelen (zoals voorwoord, bijlagen, noten, literatuurlijst, referenties, citaten, samenvatting) 31. duidelijk formuleren 32. eenduidig definiëren 33. consistent schrijven 34. hanteren van een juiste stijl 35. foutloos spellen 36. een samenvatting schrijven 37. met een tekstverwerker omgaan V. Beheersing van het vak 38. eigen visie hebben op, dan wel creativiteit ontplooien t.o.v. het vakgebied. 20
39. algemene discipline specifieke (basis)kennis bezitten en toepassen 40. discipline specifieke denkwijze toepassen 41. discipline specifieke kaders en begrippen toepassen 42. methodologische kennis toepassen 43. statistische kennis toepassen 44. overzicht hebben over (ontwikkelingen in) het eigen vakgebied 45. grondige kennis van het scriptie-onderwerp bezitten / verwerven
21
Bijlage 6.
Voorwaarden voor een goede BSc-thesis
Als je rekening houdt met… Onderwerpkeuze 1. Voldoende voorkennis over het onderwerp.
2. Voldoende motivatie t.a.v. onderwerp.
Afbakening onderwerp / probleemstelling 3. Realistische doelstelling.
4. Voldoende nauwkeurige probleemstelling; Voldoende afbakening van onderwerp.
Selectie en ordening van gegevens 5. Voldoende selectief verzamelen van literatuurgegevens. 6. Voldoende zicht hebben op samenhang van gegevens en complexiteit van onderwerp.
Schriftelijk rapporteren 7. Een deugdelijke opzet voor de scriptie. 8. De vaardigheid om het op papier zetten van begrijpelijke tekst.
9. Aanvaarden van kritiek op conceptteksten.
Uitvoering en controle van werkzaamheden 10. Voldoende zelfdiscipline
Advies: 1. Zorg dat je voldoende voorkennis hebt van het te kiezen onderwerp, of dat de gewenste voorkennis binnen redelijke termijn is te verwerven. 2. Maak voor jezelf duidelijk waarom je een bepaald onderwerp kiest; begin niet aan een onderwerp waarbij je twijfelt of het je zal blijven interesseren. 3. Neem niet teveel hooi op je vork! Kies een onderwerp voor je scriptie dat redelijkerwijs binnen de beschikbare tijd uitvoerbaar is. 4. Formuleer een duidelijke probleemstelling voor je scriptie; baken het onderwerp zo scherp mogelijk af. Voorkom dat je 'verdrinkt' in de veelheid van aspecten die er aan een onderwerp te behandelen zijn. 5. Weet waarnaar je precies moet zoeken; voorkom dat je achteraf moet schiften in een overmaat aan literatuurgegevens. 6. Voorkom dat je eerst allerlei literatuurgegevens gaat verzamelen en je pas daarna gaat afvragen welke samenhang daartussen zou kunnen bestaan. Leg direct de linken en denk ‘out of the box’, kijk breder. 7. Probeer een goede indeling van hoofdstukken en paragrafen te maken. 8. Voorkom dat het schrijfproces in een impasse raakt; raadpleeg een van de boekjes uit de literatuurlijst; vraag zo nodig advies aan begeleider of thesiscoördinator. 9. Beschouw commentaar/kritiek op eerste teksten niet als teken van falen, maar als een normale stap om tot een leesbare tekst te komen. 10. Maak een realistische tijdsplanning met ruimte voor andere bezigheden die je ook belangrijk vindt; bekijk wekelijks of je voldoende voortgang maakt; voorkom dat je de voortgang van je scriptie frustreert doordat je je niet aan je werkplanning houdt.
22
Bijlage 7. Voorbeeld titelpagina Het is raadzaam om voor je titelpagina een voorblad te maken. Hierop vermeld je minimaal de titel van je thesis, jouw eigen naam, de maand/jaar waarop je het hebt ingeleverd en je kunt hier een bijpassend plaatje invoegen. Naast een eventueel voorblad moet een thesis in ieder geval beschikken over een titelpagina (NED/ENG), waarop je vermeldt: het type document (BSc-Thesis); de naam van je BSc; de titel en eventueel ondertitel van je thesis; de naam van de leerstoelgroep; de vakcode van de thesis; jouw naam en registratienummer; de naam van je begeleider; de maand waarin je jouw thesis hebt ingeleverd; Dit kan er als volgt uit zien:
Risk perception of alcohol consumption BSc-Thesis Communication Science CPT 81812 Naam Student 900512-009-... (registratienr.) Supervisor Dr. ………. Leerstoelgroep Supervisor Dr. .............Leerstoelgroep
July 2015 Wageningen University
23
Bijlage 8.
Thesis begeleiders CPT
Leerstoelgroep CPT Hieronder wordt een overzicht gegeven van scriptiebegeleiders binnen de sectie Communication Philosophy and Technology (CPT), met per begeleider een lijst van mogelijke onderwerpen. Mocht je nog helemaal niet weten bij wie, neem dan eerst contact op met Mieke Muijres, de onderwijscoördinator (
[email protected]). Op de website van CPT (www.wageningenurnl/cpt) vind je een overzicht van actuele thesisonderwerpen. Prof. dr. Noelle Aarts Strategische communicatie in relatie tot verandering Conflict en onderhandeling met speciale aandacht voor de inrichting en het gebruik van de ruimte Frames en framing, onderzoek naar frame constructie in interactie Communicatie, zelforganisatie en netwerken Gesprekken en verhalen Dr. Severine van Bommel Communicatie en innovatie in relatie tot beheer van natuurlijke hulpbronnen met specifieke aandacht voor bos- en natuurbeheer Interpretatieve analyse van communicatie- en innovatieprocessen Standaardisering en certificeringspraktijken in relatie tot duurzaamheidsvraagstukken Organisational ethnography, storytelling Conflicts and non-violent conflict de-escalation Prof. dr. Peter Feindt Communicatie m.b.t. klimaatsverandering Conflictmanagement m.b.t. landbouw, landschapsplanning, milieu etc. Duurzaam consumentengedrag Interplay tussen virtuele en real life communicatie (social media) Democratische innovatie en duurzame transities Politieke communicatie en participatie Dr. Kees Jansen Landbouw en voedingstechnologie in relatie tot ontwikkelingsvraagstukken (met name in Latijns-Amerika) Sociale (on)gelijkheid Regulatie pesticiden (praktijk, internationale afspraken etc.) Politieke ecologie
Dr. ir. Laurens Klerkx Kennis- en innovatiesystemen in relatie tot landbouw en gezondheidsvoorlichting De invloed van institutionele achtergrond op het handelen in kennis- en innovatiesystemen Multi-stakeholder interactie bij innovatie en de rol van facilitators hierin Rolverdelingen in innovatieprocessen en innovatiesystemen
24
Prof. dr. ir. Cees Leeuwis De rol van communicatie in innovatieprocessen met betrekking tot duurzame landbouw, plattelandsontwikkeling, beheer van natuurlijke bronnen en gezondheidsbevordering De analyse van technische, mentale en organisatorische aspecten van innovaties De analyse van sociaal leren en conflict management in multi-stakeholder netwerken Monitoring en evaluatie van innovatie processen Dr. Rico Lie Internationale communicatie, globalisering en cultuur Informatiemaatschappij en Informatie- en Communicatietechnologieën (ICT's) Theorieën over ontwikkelingscommunicatie en alternatieve media Interculturele communicatie en identiteiten Kwalitatief sociaal wetenschappelijk onderzoek Dr. Anne Marike Lokhorst Interventies gericht op het veranderen van duurzaam gedrag Determinanten van milieurelevant gedrag en duurzame consumptie Sociale beïnvloeding, nieuwe sociale media en duurzaam gedrag Kwantitatief onderzoek Dr. Harro Maat Praktijk van mensen in het omgaan met nieuwe technologieën (zoals nieuwe voedselgewassen) Geschiedenis van de landbouwontwikkeling Migratie Armoede- gerelateerde zaken Dr. Barbara van Mierlo Nicheontwikkeling en systeeminnovatie: rol van pilot projecten Duurzame socio-technische verandering Communicatie in het Nederlandse milieubeleid Procesmonitoring, leren en institutionele verandering Interactieve beleidsvorming Werkvelden: duurzame energie; landbouw; water; leefbaarheid Prof. dr Hedwig te Molder Discourse analyse/discursieve psychologie: onderzoek naar alledaags taalgebruik Communicatie over nieuwe technologieën, met speciale aandacht voor (nutri)-genomics, functional foods en biotechnologie ‘Expert’ -‘leek’ communicatie Gespreksanalyse over voeding en gezondheid Communicatie door en met wetenschappelijke experts
25
Dr. Annemarie van Paassen Leer- en onderhandelingsprocessen voor natural resource management in ontwikkelingslanden Capaciteitsopbouw en organisatieontwikkeling Monitoring en evaluatie Agrarische kennis, onderzoek en voorlichting in ontwikkelingslanden Kennismanagement en leernetwerken De rol van computermodellen en modeleren voor leren Samenwerking tussen sociale en technische wetenschappen Dr. Marijn Poortvliet Risicocommunicatie, in het bijzonder de sociaalpsychologische mechanismen die hierin een rol spelen zoals bijv. onzekerheid, vertrouwen, rechtvaardigheid, motivatieprocessen, etc. Kwantitatief onderzoek Dr. Stephen Sherwood Pesticide-related diseases Communication and nutrition Dr. Sietze Vellema Development and technology studies with a focus on partnerships, certification and institutional arrangements in global value chains and agribusiness Dr. Emely de Vet Psychologie van gezonde voeding en beweging Psychologische en omgevingsdeterminanten van gezondheidsgedrag Impulsiviteit en zelfregulatie Sociale beïnvloeding bij het maken van gezonde keuzes Serious gaming en fun interventies voor het promoten van gezondheidsgedrag Dr. Margit van Wessel Beleid en communicatie, communicatie tussen overheid en burgers, democratische vernieuwing Politieke communicatie Organisaties en communicatie Kwalitatief onderzoek
26
Bijlage 9. Voorbeelden scripties Thesis titel
Minor
The contribution of practice theories to the understanding of households’ waste management Developing a village-plan for Herveld-Andelst Communicatie over bescherming op zee Consumer intentions concerning antibiotic usage during meat production: the role of risk perception, cognitive beliefs and affect The relation between a contested human-animal boundary and nature conservation Exclusive breastfeeding during the first 6 months: an analysis of determinants and a proposed communication intervention Consumer’s acceptance of the Pasteur Sensor Tag Genetically Modified Maize Crop ‘Pioneer 1507’ – The European public towards food risks Measuring the quality of life of overweight or obese people Obesity, normal weight, and nudging: what role does effort play in choosing food alternatives? Claiming knowledge and expertise: a discursive psychology view on the discussion on water safety by multiple lines of flood defence ADHD in de media: media-analyse over de ontwikkelingen van de discours rondom ADHD van 2002 – 2012 How is climate change presented in Dutch national newspapers concerning the warm winter of 2013/2014 in the Netherlands? Let’s talk Science
Urban Environmental Management
Determinants of breakfast consumption and physical activity Purchase-related parent-child communication in a retail environment Framing ‘Corporate Social Responsibility’ in social media, The case of Greenpeace and Mattel: ‘Barbie, I don’t date girls that are into deforestation’
Landscape Planning Marine Ecology and Governance Food & Technology
Sustainability Health, Communication and Nutrition
Nutrition Behaviour and Health Health, Communication and Nutrition Health sciences Food and Health Global Change: Implications for Policy Making
Social Health & Physiology
People and Environmental Change
Communication for Public Health and Lifestyle Factors & Human Health throughout Life Food and Health Health and Communication Urban Environmental Management
27