Studentenbrochure OLV Ziekenhuis Afdeling C7 Moorselbaan 164 9300 Aalst Tel. 053/72 43 31
Studentenbrochure C7
Pagina 1 van 22
Verwelkoming
Met deze brochure willen we je graag welkom heten op de afdeling Neurologie Het geeft je een idee over wie wij zijn, wat wij doen en wat je allemaal kan inoefenen op stage. De hoofdverpleegkundige, stagementoren en het ganse team staan je graag bij met raad en daad. Stel gerust vragen. Wij wensen je een leerrijke en boeiende stage toe.
Namens de ganse equipe
Studentenbrochure C7
Pagina 2 van 22
Inhoudsopgave 1 Voorstelling afdeling ....................................................................................... 4 1.1
Voorstelling van de verpleegafdeling ..................................................... 4
1.2
Voorstelling personeel ........................................................................... 4
1.3
Voorstelling patiëntenpopulatie ............................................................ 5
1.4
Hoe kan je de afdeling bereiken? ........................................................... 5
2. Stageverloop ................................................................................................ 6 2.1
Uurrooster/stage-uren ........................................................................... 6
2.2
Evaluatiemomenten ............................................................................... 6
2.3
Begeleiding ............................................................................................ 7
2.4
Dagtaken als student ............................................................................. 7
2.5
Duidelijke afspraken .............................................................................. 8
3.
Dagindeling ............................................................................................. 11
4.
Meest voorkomende onderzoeken ......................................................... 14
5. Meest voorkomende handelingen ............................................................. 15 6.
Doelstellingen ......................................................................................... 19
Bijlagen ............................................................................................................ 20 1. Veel voorkomende medicatie ................................................................. 20 2
Verklaring van veel gebruikt vakjargon en afkortingen ........................... 21
Studentenbrochure C7
Pagina 3 van 22
1 Voorstelling afdeling 1.1
Voorstelling van de verpleegafdeling
Welkom op de afdeling C7 neurologie. Onze afdeling bevindt zich op de zevende verdieping in de C blok. De afdeling telt 30 bedden en de kamernummers gaan van 700 tot en met 720. Van deze 30 bedden zijn er 10 bedden Stroke unit (acute neurologie), 3 bedden slaaplabo en 17 bedden algemene neurologie.
1.2
Voorstelling personeel
Hoofdverpleegkundige: Gert Vander Stricht Stagementoren:
Kris Wijnant Katrien Bické Christine Maes
Artsen:
Dr. Vieren Marleen Dr. Van Orshoven Marc Dr. Caekebeke Jo Dr. Cypers Gert Dr. Bouckaert Miriam Dr. Assistent
Studentenbrochure C7
Pagina 4 van 22
1.3
Voorstelling patiëntenpopulatie
Neurologie is de discipline in de geneeskunde die patiënten met aandoeningen van het zenuwstelsel behandelt. Het zenuwstelsel is een breed begrip dat kan worden onderverdeeld in vier delen; de hersenen, het ruggenmerg, de zenuwen en de spieren. Uitval van deze gebieden kan zich uiten in bewustzijnsstoornissen, krachtsvermindering, verminderd of veranderd gevoel (tintelingen, doof gevoel, pijn en gevoelloosheid), verandering van gedrag, begripsdaling, spraakproblemen of uitval van andere zintuigen (gehoor, zicht, reuk en smaak). Deze aandoening kunnen zich vrij plots manifesteren, waardoor het leven van de patiënt soms ingrijpend / invaliderend kan veranderen. De aandoeningen die we behandelen op onze afdeling zijn o.a.; CVA/TIA, epilepsie, meningitis, neurologische traumata, Parkinson, dementie, Multiple Sclerose, Guillian-Barré syndroom, Amyotrofische lateraal sclerose, … Een multidisciplinaire aanpak bij neurologische patiënten is aangewezen om de toestand van de patiënt te verbeteren of te stabiliseren.
1.4
Hoe kan je de afdeling bereiken?
Onze afdeling is te bereiken op het telefoonnummer 053/72 43 31 of via mail
[email protected]
Studentenbrochure C7
Pagina 5 van 22
2.
Stageverloop
2.1
Uurrooster/stage-uren
Uurrooster verpleegkundigen en zorgkundigen V (vroegdienst)
07.00u-12.00u en 12.30u-15.06u
V6
07.00u-13.00u
G (dagdienst)
08.00u-12.30u en 13.30u-17.00u
A (avondwacht)
13.54u-17.30u en 18.00u-22.00u
N (nachtdienst)
21.45u-07.15u
Uurrooster studenten V (vroegdienst)
07.00u-12.00u en 13.00u-15.30u
G (dagdienst)
08.00u-12.00u en 13.00u-16.30u
GL
08.30u-13.00u en 14.00u-17.00u
A (avondwacht)
14.00u-17.30u en 18.00u-22.00u
N (nachtdienst)
21.45u-07.15u
2.2
Evaluatiemomenten
Op onze afdeling willen wij je, als team, helpen om al je vooropgestelde doelstellingen te bereiken. Dit kunnen we bekomen door een goede communicatie en duidelijke afspraken na te streven. Noteer dus voor dat je op stage komt duidelijk je doelstellingen op je evaluatieformulier zodat wij weten wat je wenst in te oefenen. Wij verwachten dat de student dagelijks een korte zelfevaluatie doet. Dit ter voorbereiding van de feedback die je vraagt aan de persoon met wie je werkt. Laat deze feedback gericht zijn naar je doelstellingen voor deze stageperiode.
Studentenbrochure C7
Pagina 6 van 22
Halverwege de stage zal de stagementor een tussentijdse evaluatie opstellen. Tijdens dit gesprek kunnen we kort overlopen welke doelstellingen reeds bereikt zijn en aan welke je nog verder kan werken. Bij het einde van de stage zal de stagementor je eindevaluatie invullen. 2.3
Begeleiding
Neem je leerproces in eigen handen! Als student wordt je gelinkt aan een bepaalde verpleegkundige, het liefst aan een stagementor. Samen met de verpleegkundige sta je in voor de verzorging van de toegewezen patiënten. Om te weten welke patiënten jij moet verzorgen, raden we je aan om elke dag in de werkverdeling te kijken. De werkverdeling: Groep 1 Groep 2 Groep 3
2.4
700-702 en 719 en 720 707-713 703-706 en 714-718
Dagtaken als student
Zoals hierboven beschreven, word je aan een collega gelinkt. Onder zijn/haar supervisie kan je, afhankelijk van de module/jaar en de vooropgestelde doelstellingen, verpleegtechnische handelingen uitvoeren. Belangrijk: heb aandacht voor de totaalzorg en de individuele behoeften van de neurologische patiënt. De dagtaken als student hangt ook samen met de uren die je werkt: Als vroegdienst kan je van 7u00 tot 8u30 helpen de medicatie toedienen samen met de verpleegkundige waar je tijdens de ochtendverzorging mee werkt.
Studentenbrochure C7
Pagina 7 van 22
De patiënten van het slaaplabo worden gewekt en de elektroden worden verwijderd. (vraag hiervoor steeds bij welke patiënt het onderzoek kan gestopt worden) Als dagdienst begin je samen met de verpleegkundigen om 8u het ontbijt rond te delen. Geef de patiënt een comfortabele houding in bed of aan tafel, help mee om de boterhammen te smeren en om de potjes reeds te openen. Als je de patiënt niet kent, vraag gerust aan de verpleegkundigen wat de aandachtspunten zijn bij die patiënt. Bv. Slechtziend, halfzijdige verlamming, eten geven, … Cave: Slikproblemen. Voor de middag kan je samen met de verpleegkundige de medicatie van 12u toedienen. Tijdens de rustigere momenten in de dag kan je de verzorgingswagens aanvullen samen met een zorgkundige. Elke student mag de ochtendbriefing van 7.00u bijwonen. Bij beloproepen patiënten gaat ieder om beurt de bellen beantwoorden. 2.5
Duidelijke afspraken
Patiëntenidentificatie Controleer steeds de identificatie van de patiënt dmv naam en geboortedatum te vragen en de identificatiearmband na te kijken. Bednummering Kijk goed de kamer- en bednummering na. Dit kan je zien aan de deur en op de bedbalk. Uurroosters en werkverdeling De uurroosters worden afgesproken met de stagementoren. Probeer deze zo collegiaal mogelijk op te stellen. Dit wil zeggen; verdeel de shiften en werkverdeling tussen stroke unit en algemene neurologie. We trachten de eerstjaarsstudenten te laten starten op de algemene neurologie en de tweede- en derdejaarsstudenten op de stroke unit.
Studentenbrochure C7
Pagina 8 van 22
Orde en netheid Voor een vlot verloop van de zorg en vervoer van patiënten, vragen we dat alle karren langs de linker kant van de afdelingsgang staan. Met links bedoelen we, links als je de gang op komt. Respecteer de richtlijnen omtrent handhygiëne Gebruik van de pictogrammen Voor een zo vlot mogelijke communictie rond de beperkingen van de vaardigheden van onze neurologische patiënt, wordt gebruik gemaakt van pictogrammen. Deze bevinden zich op het magnetisch bord boven elk patiëntenbed. De pictogrammen worden bepaald door de verpleegkundigen, logopedisten en ergotherapeuten. Aandacht wordt zeker gevraagd bij patiënten met slikstoornissen. Cfr picto “geen orale voeding” en “niets drinken”. Bij enige twijfel; vraag het aan de verpleegkundige.
Studentenbrochure C7
Pagina 9 van 22
Legende pictogrammen Transfers zijn zelfstandig
March is zelfstandig
Transfers met 1 persoon
March met 1 persoon
Transfers met 2 personen
March met 2 personen
Transfers met tillift
March met loophulpmiddel
Aandacht wisselhouding en positionering
Niets drinken
Neglect: stimuleren langs linkerzijde
Geen orale voeding
Neglect: stimuleren langs rechts
Vloeistoffen indikken
Patiënt is ADL (ochtendtoilet) zelfstandig ADL (ochtendtoilet) gedeeltelijke hulp Studentenbrochure C7
Diabeet
Apraxie aanwezig Pagina 10 van 22
3.
Dagindeling
07.00 u:
- Overdracht van de nachtverpleegkundige aan de verpleegkundigen, Studenten en zorgkundigen. - V of V6 controleert de medicatie aan bed en deelt ze uit. Tekent af met paraaf. - Glycemie prikken. - Glycemiecontrole + toedienen van insuline - Dagelijkse controle van de microsonde - Sondevoeding aanhangen - Hier kan ook al plaats zijn voor de eerste verzorging van enkele pat’n. 08.00 u: - Opdienen, voorbereiden en hulp bieden bij het ontbijt en toedienen medicatie, Patiënten nieuw glas geven en zorgen voor fris water. Voeding rapporteren op het daarvoor voorziene blad aan de eetwaren. - Vervoer van patiënten naar onderzoeken - Overdracht naar de dagdienst door de verantwoordelijke. 08.30 u: - Verzorging in 3 groepen. Elke verpleegkundige krijgt een groep aangeduid. - Er wordt per groep een verantwoordelijke verpleegkundige aangeduid die ook zal meetoeren met de artsen. - Rapporteren van bloeddruk, pols en neuroparameters - Noteren van diurese en vocht per os - De rapportage van de zorg aan bed in KWS - Patiënten in zetel zetten (eventueel in rolstoel) en goed installeren (plegische arm goed positioneren, voor kinesitherapie (eerst naar toilet laten gaan). - Opruimen van de kamer+ bedpannen en urinaals dagelijks vernieuwen. 11.00 u:
Studentenbrochure C7
Pagina 11 van 22
- Sorteren van linnen, spoelruimte in orde brengen (samen met zorgkundigen) - Verzorgingswagens en linnenwagens in orde brengen en aanvullen (klaarzetten voor de namiddag) - Kar van slaaplabo controleren en aanvullen. 11.30 u: - Opdienen, voorbereiden en hulp bieden bij het middagmaal - Afruimen middagmaal en scoren/invullen eetfiche aan bed van de patiënt - Controle droogleggen en alle patiënten die niet zelfstandig in bed kunnen helpen - Controle, toedienen van middagmedicatie 12.00 u: - Na afruimen, patiënten installeren in bed (eerst naar toilet laten gaan, indien nodig) - Bedlegerige patiënten wisselhouding geven en vervangen van incontinentie materiaal. 13.30 u: - Bedeling koffie Rustig moment : maak gebruik van de informatie aanwezig op de afdeling. 14.00 u: - Overdracht naar avondwacht 15.00 u: - Controle parameters + registratie 15.30 u: - Namiddagverzorging; controle droogleggen en zo mogelijk patiënten opzetten aan tafel om te eten. Aandacht voor de mondhygiëne van de patiënt. - Wisselhouding 16.15 - Controle BSG + toedienen van insuline - Medicatie bedelen voor avondmaal Studentenbrochure C7 Pagina 12 van 22
16.30 u: - Opdienen, voorbereiden en hulp bieden bij het avondmaal - Afruimen avondmaal 18.30 u: - Infusen vervangen (18 u - 6u) - Controle en toediening avondmedicatie - Patiënten van het slaaplabo installeren 20.00 u: - Start avondverzorging: medicatie, kameropschik - Aandacht voor mondhygiëne - Urinezakken leegmaken en diurese opschrijven - Controle bloeddruk, T°, pols en neuroparameters - Controle BSG +insuline toedienen - Rapporteren in KWS - Verzorgingskar in orde brengen 21.45 u: - Overdracht naar nachtploeg 22.00 u: - 1e nachtronde: observatie van alle patiënten. - Toedienen van medicatie en toezicht op perfusies. - Medicatie klaarleggen voor de komende 24u. - Rapportage van de onderzoeken. - Lijst opmaken van nuchtere patiënten. 02.00 u: - 2e nachtronde: observatie van alle patiënten - Controle droogleggen en toepassen wisselhouding 05.30 u: - 3e nachtronde: observatie van alle patiënten - Pols, temperatuur en bloeddruk en rapportage in KWS - Controle droogleggen en toepassen wisselhouding - Verzorgingskar in orde brengen Studentenbrochure C7
Pagina 13 van 22
4.
Meest voorkomende onderzoeken
Voor sommige onderzoeken dienen de patiënten nuchter te blijven. Dit houdt in geen eten of drinken vanaf middernacht. De nuchterlijst vind je aan de opdienkar. RX: (röntgenfoto’s) - Thorax - Abdomen - Slikfunctie CT: (computer tomografie) - Schedel - Thorax - Abdomen (N) MR (magnetische resonantie) - Hersenen - Cervicale wervelzuil (CWZ) - Lumbale wervelzuil (LWZ) - Dorsale wervelzuil (DWZ) Echografie/duplex - Halsvaten - Abdomen (N) - Lever (N) - Onderste ledematen Labo: - Bloed - Urine - Faeces - MRSA-screening - Sputum - Lumbaal vocht EEG: Elektro-Encefalogram Geëvoceerde potentialen EMG: Elektromyografie ECG: Elektrocardiogram Vestibulaire proeven Holter: cardiale monitoring Studentenbrochure C7
Pagina 14 van 22
Lumbaal punctie Echo cardio - TTE: Trans thoracale echografie - TEE: Trans oesophagale echografie (N) Wanneer je interesse hebt om een onderzoek bij te wonen kan dat na overleg met de hoofdverpleegkundige georganiseerd worden. 5.
Meest voorkomende handelingen
EERSTE JAARS Initiatie verpleegkunde -
Organisatie van de afdeling leren kennen. Bed – en kameropschik. Hygiënische zorgen en bijkomende zorgen: mondtoilet, haarwassingen,… Pols, temperatuur, bloeddruk en ademhaling observeren. Hulp bij voeding. Patiënt correct installeren en positioneren Gebruik incontinentiemateriaal, conveen Meatustoilet. Gebruik van tillift. Preventie van decubitus: wisselhouding, alternating matras Preventie van flebitis: TED kousen
Verpleegkundige basiszorg -
Idem initiatie. Zuurstof en äerosoltherapie. Orale en rectale medicatie toedienen. Lavement. Eenvoudige wondzorg : droog aseptisch verband Wondhechtingen verwijderen. IM, SC inspuiting. Aandacht bij patiënten met slikstoornissen
Studentenbrochure C7
Pagina 15 van 22
TWEEDE JAARS -
Idem eerste jaar. Glycemiebepalingen. Aanpassingschema kunnen toepassen. Alle toedieningen van insuline en soorten insuline kennen. Herkennen van hypo- en hyperglycemie. Complexe wondzorg Plaatsen en controleren van microsonde en maagsonde Sondevoeding. Medicatie toedienen SC,IM,IV,ID. Blaassondages, midstream, supra-pubische sonde, blaasspoeling. Plaatsen infuus, leidingen, controle IV perfusiesysteem, verzorging centrale katheter. Berekenen van de inloopsnelheid van het infuus, vochtbalans opstellen en afsluiten. Bloedafname. Gebruik van monitoring. Bijwonen en eventueel assisteren van een lumbale punctie.
DERDE JAARS -
Idem eerste en tweede jaar. Totaalzorg bij een neurologische patiënt inclusief geven van overdracht. Bijwonen staff en multidisciplinaire vergadering. Luchtwegaspiratie. Verzorging trachea (binnen- en buitencanule). Gebruik van infuuspompen. Neurologische parameters opvolgen en interpreteren. ECG nemen en interpreteren. Cardiale monitoring opvolging en interpreteren. Specifieke handelingen van de afdeling: De MRC krachtschaal De kracht van de ledematen wordt gescoord volgens de krachtschaal van het “medical research council”. De schaal test de vier ledematen op een schaal van 0-5. We spreken van: Studentenbrochure C7
Pagina 16 van 22
5/5: De kracht is normaal, niet te overwinnen. 4/5: Er kan kracht worden gegeven, maar deze is te overwinnen. 3/5: De patiënt kan tegen de zwaartekracht bewegen, maar kan geen kracht geven. 2/5: De patiënt kan het lidmaat in het veld van de zwaartekracht bewegen. 1/5: Er is beweging in de spier zichtbaar. 0/5: Er is geen beweging of spieractiviteit zichtbaar. Welke ledematen testen we? In de bovenste ledematen gaan we proximaal de m. deltoïdeus testen door arm of elleboog omhoog te duwen. De m. biceps gaan we testen door de arm te plooien. Distaal gaan we knijpkracht van de handen testen. In de onderste ledematen kunnen we proximaal de m. psoas testen door het been omhoog te heffen. Of door het been te plooien en de knie naar de buik toe te trekken. (dit kan een verschil geven vooral bij zwaarlijvige patiënten) Distaal laten we de voet naar zich toe trekken. Schematische voorstelling: Kracht/reactie op pijn
Distaal
Proximaal
Studentenbrochure C7
Distaal
Proximaal
Distaal
Li been
Proximaal
Li arm
Distaal
Re arm Re been Proximaal
Kracht/reactie op pijn
Pagina 17 van 22
In dit schema noteren we de score van 0 – 5. Zo hebben we een overzicht van de krachten in de loop van de tijd. Zo worden mogelijke veranderingen in de kracht sneller gezien. Let wel : in dit schema valt het op dat de score van de rechter lichaamshelft aan de linkerzijde van het schema staat en omgekeerd. De reden hiervan is dat dit schema wordt afgenomen met het gezicht naar de patiënt toe. De krachtscore is een momentopname en kan afhankelijk zijn van de patiënt en/of onderzoeker. Daarom is het zeer belangrijk om de patiënt te motiveren om een zo groot mogelijke coöperatie te krijgen. Er kunnen in de krachtscore ook nuances optreden. Men kan soms spreken van 4+/5 of 3-/5. Dit is om een bepaalde trend duidelijk te maken. Bijvoorbeeld; in het begin van de shift scoor je 3/5, maar naarmate de observatie vind je dat de kracht verbetert maar nog niet voldoende om 4/5 te scoren. Dan kan men dit weergeven door 3+/5 te scoren. Omgekeerd wanneer het zou verslechten, maar toch nog niet slecht genoeg om 2/5 te scoren, dan kan men dit rapporteren door 3-/5 te scoren.
Studentenbrochure C7
Pagina 18 van 22
6.
Doelstellingen
Deze worden door de studenten bij aanvang van de stage zelf bepaald aan de hand van de leerdoelen. Wij verwachten van jou als student dat je een lerende houding aanneemt en interesse toont in de neurologische patiënt. Initiatief nemen zal altijd geapprecieerd worden. De volgende doelstellingen willen wij accentueren voor onze afdeling: •
een goede totaalzorg geven aan onze neurologische patiënten met oog voor nazorg (haren, nagels, mondzorg,…)
•
een warme, begripvolle communicatie kunnen aangaan met onze patiënten en hun familie
•
Empatisch kunnen omgaan met patiënten, rekening houdend met hun eigen levensritme, levensstijl en levenswaarden.
•
De basisprincipes hanteren rond ziekenhuishygiëne met nadruk op een correcte handhygiëne
•
Aandacht en kennis hebben rond decubituspreventie op onze afdeling
•
Acute delier leren herkennen
•
Het vaststellen en behandelen van hypo- en hyperglycemie
•
Het leren diagnosticeren van een globus door middel van bladderscan.
•
Aandacht en kennis vergaren rond valproblematiek op onze afdeling.
•
Aandacht en kennis vergaren rond slikproblematiek.
•
Aandacht en kennis vergaren rond positionering van de neurologische patiënt.
Neem je leerproces in eigen handen!
Studentenbrochure C7
Pagina 19 van 22
We wensen je alvast een leerrijke en leuke stageperiode. Aarzel niet om bij problemen, vragen contact op te nemen met één van de stagementoren. Bijlagen 1.
•
Veel voorkomende medicatie
anti-aggregerende medicatie: bv. Asaflow®, Aggrenox®, Plavix®,
•
anticoagulantia = bloedverdunnende medicatie: bv. Marcoumar®, Marevan®, Sintrom®, Clexane®
•
NOAC (nieuwe orale anticoagulantia): bv. Pradaxa®, Xarelto®, Eliquis®
•
antihypertensiva = bloeddrukverlagende medicatie: bv. Amlor®, Coversyl®, Emconcor®, IV Trandate®, IV Ebrantil®, Nimotop®
•
anti aritmica: bv. Sotalex®, Lanoxine®, Cordarone®
•
hypolipemiërende medicatie: bv. Lipitor®, Zocor®, Totalip®,
•
diuretica = vochtafdrijvende medicatie: bv. Lasix®, Aldactone®, Burinex®
•
maag- en darmmedicatie: bv. Zantac®, Zurcale®, Losec®
•
anti-emitica = medicatie tegen braken: bv. Primperan®, Motilium®, Litican®
•
laxativa = medicatie tegen obstipatie: bv. Forlax®, Bifiteral®, Studentenbrochure C7
Pagina 20 van 22
•
analgetica, antipyretica en anti-inflammatica = pijnstillende, koorts- en ontstekingswerende medicatie: bv. Dafalgan®, Brufen®, Tradonal®, Durogesic®, MS Direct®
•
Hypnotica, sedativa en anxiolytica = slaap en kalmeermedicatie, medicatie tegen angst: bv. Loramet®, Temesta®, Lexotan®, Valium®, Xanax®, Stilnoct®
•
neuroleptica = antipsychotica bv. Seroquel®, Zyprexa®, Haldol®,
•
antiparkinson medicatie: bv. Prolopa®, Permax®, Stalevo®, Requip®
•
anti-epileptica: bv. Depakine®, Keppra®, Diphantoïne®, Tegretol®
•
antidiabetica: bv. Glucophage®, Glurenorm®, uni Diamicron®, Amarylle®, Actrapid®, Insulatard®, Mixtard®, Novorapid®, Lantus®, Humuline®,
•
luchtwegmedicatie: bv. Combivent®, Duovent®,
•
antibiotica: bv. Augmentin®, Avelox®, Furadantine®, Floxapen®, Rocephine®, Tazocin®, Ciproxine®,
2
Verklaring van veel gebruikt vakjargon en afkortingen
Plegie: verlamming Parese: krachtsvermindering Hemianopsie: uitval van een gezichtsveld Dysarthrie: moeilijk articuleren Studentenbrochure C7
Pagina 21 van 22
Afasie: geen taal Sensorische dysfasie: begripstoornissen Motorische afasie: taalproductiestoornissen Dysfagie: moeilijk slikken Facialisparese: gelaatsverlamming Neglect: verwaarlozing Thrombolyse: toedienen klonteroplossende medicatie CVA: cerebro vasculaire accident TIA: Transient ischemic attack EPI: epilepsie MS: Multiple sclerose PD: parkinson disease GBS: Guillain Barré syndroom ALS: Amyotroof lateraal sclerose AMI: Acuut myocard infarct VKF: Voorkamerfibrilatie DAT: Daling algemene toestand ADL: Activiteiten dagelijks leven BSG: bedside glycemie aHT: arteriële hypertensie LP: Lumbaal punctie Ms: microsonde BS: Blaassonde SPS: supra pubische sonde IFT: Intensive Follow-up treatement
Studentenbrochure C7
Pagina 22 van 22