Structuurvisie Bergen op Zoom 2030 Nota van Uitgangspunten
Juli 2010
Illustratie door Steven Bouwens, Studio 09
Nota van uitgangspunten
Juli 2010
Inhoudsopgave 1. Inleiding 2. Algemene uitgangspunten 3. Ambities kernen, cultuur en wonen 4. Ambities werken en bereikbaarheid 5. Ambities groen en landschap 6. Uitgangspunten uitvoeringsparagraaf Onderbouwing van de uitgangspunten: 7. Huidig gebruik 8. Lopende projecten 9. Samenvatting beleidsinventarisatie 10. Programmatische aspecten 10.1 Bevolkingsontwikkeling 10.2 Woningbouwprognose 10.3 Bedrijfs- en kantoorontwikkeling 11. Coalitieakkoord Gemeente Bergen op Zoom 12. Uitgangspunten uit de workshop Gebiedsbegrenzing structuurvisie: gemeentegrens Gemeente Bergen op Zoom
Colofon Samenstelling: Gemeente Bergen op Zoom, afdeling Ruimtelijke Ontwikkeling Auteurs: Johan van Beek en Jessica Ocké Kaartmateriaal: Johan van Beek Juli 2010
2
Nota van uitgangspunten
Juli 2010
1. Inleiding structuurvisie is, na het opstellen van een startnotitie, eerst een beleidsinventarisatie uitgevoerd. Op 1 juni 2010 is in de Maagd een workshop georganiseerd voor belangengroeperingen. Aan de hand van verschillende thema’s is daar gediscussieerd over de belangrijke onderwerpen voor de structuurvisie. Op basis van die acties zijn de uitgangspunten in deze ‘Nota van Uitgangspunten’ opgesteld. Duidelijk is geworden dat er keuzes gemaakt moeten worden, maar op welke thema’s moet de nadruk worden gelegd? Deze Nota van Uitgangspunten is bedoeld als discussiestuk voor de gemeenteraad op 8 september 2010. Daarna zal de Nota ook worden besproken met de belangengroeperingen die ook uitgenodigd waren voor de eerdere workshop. De Nota van Uitgangspunten en de reacties op de notitie worden gebruikt om de uiteindelijke structuurvisie op te stellen. Deze zal, conform de Inspraakverordening, 6 weken voor iedereen ter inzage worden gelegd. Tevens wordt een inspraakbijeenkomst georganiseerd. Hierna wordt een voorstel aan de gemeenteraad gedaan tot vaststelling van de structuurvisie.
De structuurvisie geeft richting aan de gewenste ruimtelijke inrichting van de gemeente waardoor voor iedereen in algemene zin duidelijk is of bepaalde initiatieven daarbinnen passen. Voor het gemeentebestuur is de structuurvisie een belangrijk kader voor de afweging van concrete ruimtelijke beslissingen en voor de inzet daartoe van uitvoeringsinstrumenten, zoals het vaststellen van bestemmingsplannen, het beschikbaar stellen van financiële middelen en het sluiten van (bestuurs)overeenkomsten. De structuurvisie gaat tevens in op de wijze waarop de raad zich voorstelt de voorgenomen ontwikkelingen te doen verwezenlijken. Met het van kracht worden van de (nieuwe) Wet ruimtelijke ordening (Wro) op 1 juli 2008 is het verplicht geworden een structuurvisie op te stellen voor het hele grondgebied van de gemeente. Bij de structuurvisie wordt een uitvoeringsparagraaf opgesteld op basis waarvan kostenverhaal bij ruimtelijke ontwikkelingen en planverevening tussen projecten kan plaatsvinden. Met een structuurvisie volgens de (nieuwe) Wet ruimtelijke ordening wordt een integraal product opgesteld waarbij ruimtelijke, programmatische en planeconomische aspecten in direct verband met elkaar worden gewogen.
Inhoud van deze Nota van Uitgangspunten In deze nota worden eerst de uitgangspunten geformuleerd (hoofdstuk 2 tot en met 6). Per thema is aangegeven wat de algemene uitgangspunten zijn en met welke projecten deze vorm gegeven kunnen worden. Daarbij is onderscheid gemaakt tussen Bergen op Zoom, Halsteren, Lepelstraat en het buitengebied. Daarmee wordt tevens voldaan aan de wens van de gemeenteraad om voor Halsteren en Lepelstraat ook een integrale visie te geven. Vervolgens wordt in de hoofdstukken 7 tot en met 12 de onderbouwing gegeven in de vorm van een samenvatting van de belangrijkste uitgangspunten uit het vigerend beleid, de ruimtelijk relevante aspecten uit het coalitie-akkoord, een overzicht van de lopende projecten, de programmatische aspecten en de samenvatting van de workshop.
De nieuwe structuurvisie is tevens een actualisatie van de geldende ‘Structuurvisie Plus’ die destijds samen met de gemeente Roosendaal is opgesteld. Ook Roosendaal maakt een nieuwe structuurvisie. Onderlinge afstemming tussen beide gemeenten over de structuurvisie vindt regelmatig plaats. Dit past binnen de gedachte van een betere regionale samenwerking. Procedure De procedure voor totstandkoming van de structuurvisie is vormvrij. Dit betekent dat de gemeente zelf kan bepalen op welke manier de voorbereiding plaatsvindt en wie daarbij betrokken wordt. Als voorbereiding op het daadwerkelijk opstellen van de
2. Algemene uitgangspunten mogelijk versterken. Voor de toekomstige ontwikkeling van Bergen op Zoom moet worden ingezet op duurzaamheid, kwaliteit, diversiteit en samenwerking. Dat betekent een keuze voor een ontwikkeling die gericht is op de leefbaarheid van Bergen op Zoom. Die duurzaamheid komt bijvoorbeeld tot uitdrukking in het versterken van het stedelijk groen, natuur en water. De keuze voor kwaliteit zal af te lezen zijn aan onder andere de leefomgeving, het onderwijs en de zorg. Dit moet ertoe leiden dat de mensen die in Bergen op Zoom wonen en/of werken de ruimte krijgen voor hun eigen ontplooiing. De keuze voor diversiteit zal zich vertalen in de authenticiteit van wijken en dorpen, een brede werkgelegenheid en daarop aansluitende vormen van onderwijs. Voor deze ontwikkeling moet intensief worden samengewerkt met alle betrokken partijen (Toekomstvisie 2025).
De Wro heeft de structuurvisie als beleidsdocument een prominente rol gegeven. De kern van het structuurvisiebeleid vormt de bestuurlijke wens om ontwikkelingen te realiseren (ambities), of juist af te remmen om kwaliteiten te behouden. Soms op hoofdlijnen, soms in detail. De ene keer globaal, de andere keer concreet. Een structuurvisie is meestal een mix van deze verschillende insteken. Grofweg worden drie typen structuurvisie onderscheiden: - gericht op positionering; - gericht op realisatie van nieuwe projecten; - gericht op regie van ruimtelijke ontwikkelingen.
Projecten Een structuurvisie met als doel het kunnen realiseren van noodzakelijke of gewenste nieuwe ruimtelijke projecten is sterk investeringsgericht. Dit type structuurvisie heeft een sterke relatie met de Grondexploitatiewet en met kostenverhaal. Een structuurvisie die zich ook richt op projecten kent altijd een uitvoeringsparagraaf. Dit onderdeel van de structuurvisie richt zich meer op de korte en middellange termijn dan op de langere termijn en heeft een meer operationeel karakter. In Bergen op Zoom is er sprake van veel ‘lopende’ projecten. In de structuurvisie wordt geen accent gelegd op het in gang zetten van nieuwe projecten.
Positionering Positie in de regio, (economische) kracht,plaats in de woningmarkt, eigenheid en identiteit
Regie
Projecten Operationeel, investeringsgericht, kostenverhaal, grote mate van zekerheid
Gericht op sturing en beoordeling initiatiefplannen, meer functiegericht dan locatiegericht
Regie De regie structuurvisie is niet zozeer gericht op de eigen gemeentelijke projecten, maar op alle mogelijke ruimtelijke initiatieven die in de gemeente aan de orde kunnen zijn. In dit type structuurvisie wordt aangegeven op welke manier sturing wordt gegeven aan initiatieven. Dat kan een initiatief van een burger zijn, een ondernemer, een woningbouwcorporatie of een ontwikkelaar. In deze structuurvisie worden beleidskaders gesteld die de gemeente in staat moeten stellen om de afweging te maken of ze wel of niet bereid is het bestemmingsplan voor een bepaalde ontwikkeling te herzien. Deze beleidskaders zijn meer functiegericht dan locatiegericht.
Positionering De structuurvisie gericht op positioneringsvragen is vooral gericht op het herijken van de rol en functie van de gemeente in het algemeen en in de regio. Ook het benoemen van de identiteit van de gemeente is daarbij van groot belang. De positie van de gemeente is in de Toekomstvisie 2025 grotendeels al vastgelegd. Ook de ruimtelijke visie West–Brabant 2030 gaat in op de positie van de gemeente binnen de regio West-Brabant. De regio wordt geprofileerd als hecht netwerk in de tuin van de delta. Als algemene uitgangpsunten zijn geformuleerd: - kansen zijn gelegen in de regionale positionering langs de A4; - de beeldvorming van de stad; - stad op de Brabantse Wal; - stad tussen water en groen - het benutten van oorspronkelijke kwaliteiten.
Doel van deze structuurvisie Bij het opstellen van een structuurvisie is het belangrijk te weten welk doel de structuurvisie moet dienen. De verschillende typen krijgen ieder een eigen rol in het proces. De op te stellen structuurvisie is een mix van de 3 genoemde typen structuurvisies. Aangezien het positioneringsvraagstuk reeds in andere documenten is beantwoord en bovendien nauwelijks nieuwe gemeentelijke projecten worden voorgesteld zal de nadruk in deze structuurvisie liggen op het voeren van regie. De lopende projecten worden daarbij uiteraard wel in beeld gebracht en er wordt ook een uitvoeringsparagraaf opgesteld om de onderlinge afstemming tussen projecten te stroomlijnen. De structuurvisie is dus vooral gericht op het uitvoeren van de reeds in gang gezette ontwikkelingen. Projecten uitvoeren heeft voorrang boven nieuwe initiatieven. De structuurvisiekaart zal primair een grondgebieddekkende ‘gebiedenkaart’ zijn met projectaccenten.
Bergen op Zoom heeft een eigen identiteit, die is ontstaan dankzij de overzichtelijke schaal en een aantal bijzondere kenmerken van de gemeente. De veelal creatieve en trotse inwoners van Bergen op Zoom, de historische binnenstad met een Bourgondische sfeer, de ligging aan het water en de bosrijke omgeving zijn de belangrijkste pijlers van de identiteit van de gemeente. Het is van belang dat toekomstige ontwikkelingen bij de identiteit van Bergen op Zoom passen en die waar
3
Nota van uitgangspunten
Juli 2010
3. Ambities kernen, cultuur en wonen Ingezet wordt op de realisatie van woonservicezones en een bijpassende spreiding van supermarkten, waarbij de draagkracht van het gebied niet uit het oog wordt verloren.
Algemeen: Binnen de planperiode tot 2030 is er de tendens van dreigende krimp van de woningmarkt. De keuze voor kwaliteit is daarbij essentieel. Het huidige bouwprogramma biedt voldoende projecten om in de behoefte binnen de planperiode te voorzien. Er zijn derhalve geen nieuwe uitleglocaties nodig. Van groot belang is de monitoring tussen projecten. De woonprojecten dienen qua fasering zodanig op elkaar afgestemd te worden dat de woningen niet gelijktijdig op de woningmarkt komen. Van belang is om de bestaande kwaliteiten van de gemeente te versterken en uit te bouwen. De kansen die zich aandienen, bijvoorbeeld bij herstructurering, moeten benut worden. Bij herstructurering dient voorkomen te worden dat het woningaantal toeneemt. Er mag maximaal 1 op 1 teruggebouwd worden. In geval van substantiële sloop dient onderzoek gedaan te worden naar de mogelijkheid om minder dan 1 op 1 terug te bouwen. Verder dient ingezet te worden op een vergroting van de diversiteit van woonmilieus. De identiteit als Brabantse Wal gemeente zal verder uitgebouwd worden. Bergen op Zoom wil zich profileren als een vestigingsstad met de deuren open. Om de bekendheid te vergroten is citymarketing noodzakelijk. Voor Halsteren zijn de speerpunten de uitbouw van de groene kwaliteiten en het wonen in het groen. Lepelstraat en Heimolen kunnen worden gekwalificeerd als wonen op het platteland.
Illustratie door Steven Bouwens, Studio 09
Stadsdeel
Uitgangspunt (Saldoprojecten met gelijkblijvend aantal zijn niet benoemd) Peildatum 1-1-2010
BERGEN OP ZOOM Kerngebied Stadskern
Uitbouwen bereikte kwaliteiten, doorzetten restauratie en verbeteren binnenstad, in gang zetten van verbeterprojecten voor Stationsomgeving, Havenkwartier en Pleinenplan. Beschermd stadsgezicht uitbouwen. - Stationsomgeving Wonen, kantoren en onderwijs. - Havenkwartier Verbetering openbare ruimte in combinatie met woningbouw. - Pleinenplan Verbetering openbare ruimte, bebouwing bij Korenmarkt. Herstructureringsgebied oude wijken - Fort Zeekant Afronden herstructurering, voorkomen van toenemend woningaantal in de wijk. - Borgvliet-Langeweg Herstructurering volhouden en kansen grijpen waar mogelijk. - Warande west Afronden herstructurering. - Gageldonk west Herstructureren en vergroenen. - Gageldonk oost Na Gageldonk west. - Warande oost Na Warande west. Wijken - Noordgeest-Tuinwijk Monitoren, groenkwaliteit verbeteren om herstructurering te voorkomen. - Meilust Monitoren, groenkwaliteit verbeteren om herstructurering te voorkomen. - Bergse Plaat Monitoren, kwaliteiten onderhouden. Woonwijk in aanbouw Groene Gordijn Inbreidingsplan, herbezinning met vrije kavels (circa 200 woningen). Markiezaten Gefaseerd afbouwen (circa 1400 woningen). Geertruidapolder (incl. Nedalco en Gefaseerd in deelprojecten te realiseren (circa 1350 woningen). plandeel Kijk-in-de-Pot) HALSTEREN Kerngebied Dorpskern Uitbouwen bereikte kwaliteiten, doorzetten project Vogelenzang om kerngebied nieuwe impuls te geven. Wijken Omgeving centrum Monitoren, kwaliteiten onderhouden. De Beek Monitoren, groenkwaliteiten verbeteren om herstructurering te voorkomen. Rode Schouw-Jankenberg Monitoren, kwaliteiten onderhouden. Woonwijk in aanbouw De Schans Afbouwen van de 5e fase (circa 150 woningen). Hoek Grondmolen (kleine locatie) Invulplan met vrije kavels aansluitend aan De Schans (circa 20 woningen). Wouwseweg (Zuneha) (kleine Invulplan op voormalig Zunehaterrein in combinatie met woonwerkkavels (circa 22 locatie) woningen). LEPELSTRAAT Kerngebied Dorpskern Kwalitatieve impuls geven door herbestrating, uitvoeren projectenboek. Overig bebouwd gebied Monitoren, kwaliteiten onderhouden. Woonwijk in aanbouw Bloemendaal II (kleine locatie) Afbouwen, in uitvoering (totaal 30 kavels). BUITENGEBIED Kladde Monitoren, kwaliteiten onderhouden. Klutsdorp Monitoren, kwaliteiten onderhouden. Heimolen Monitoren, kwaliteiten onderhouden. Ruimte voor Ruimte (RvR) woningen RvR Fort Pinsenweg inzetten op onderscheidend woonmilieu (20 woningen). RvR Heimolen inzetten op onderscheidend woonmilieu (10 woningen). Totaal grote woningbouwlocaties Kleine woningbouwlocaties (niet specifiek benoemd) Totaal Huidige voorraad in 2010 Woningvoorraad in 2030
Fasering (uitgangspunt is moment van oplevering woning) 2010-2015 2015-2020 2020-2025 2025-2030 x
x
x
x
x
x x x
x x
x
x x x x x
x x
x
x x x
x x
x x x
x x x
x x x
x x x
200 450 100
750 400
200 450
350
x
x
x x x
x x x
x x x
x x x
100 x x
50
x
x
x x
x
x
x
x x x
x x x
x x x
x x x
x x
Circa 3050 woningen. Circa 750 woningen.
850 150
1200 200
650 250
350 150
Circa 3800 woningen. Circa 29.000 woningen. Circa 32.800 woningen.
1000
1400
900
500
4
Nota van uitgangspunten
Juli 2010
5
Nota van uitgangspunten
Juli 2010
4. Ambitie werken en bereikbaarheid Algemeen: Verbreding van de werkgelegenheid is van belang om minder kwetsbaar te zijn en minder afhankelijk van enkele grote werkgevers. De realisatie van een ‘cultural valley’ biedt daarvoor kansen op het gebied van creatieve industrie. De beeldkwaliteit van werkgebieden kan verbeterd worden door representatieve zijden een kwaliteitsimpuls te geven. Daarnaast dient er meer aandacht te zijn voor duurzaamheid en aanleg van groen op bedrijventerreinen. Via parkmanagement trekken overheid en ondernemers daarin samen op. De verouderde bedrijventerreinen dienen gerevitaliseerd te worden, waarbij ook mogelijkheden voor functiemenging aanwezig zijn. Al te monofunctionele gebieden dienen te worden voorkomen door het gebruik te verbreden. Belangrijk is het bieden van ruimte aan bestaande bedrijven voor vergroting. De snelle afronding van de A4 is van groot economisch belang. De presentatie als gemeente met aantrekkelijke werkgelegenheid dient te worden verbeterd. Bebouwen van De Schans 6e fase en de Ster bij Lepelstraat hebben voorrang boven een ontwikkeling in de Auvergnepolder. Realisatie van een bedrijventerrein in de Auvergnepolder is pas aan de orde als alle andere mogelijkheden zijn benut. De behoefte om tot bedrijfsontwikkeling aldaar te komen is pas aanwezig na 2020 en nu niet aan de orde. Illustratie door Steven Bouwens, Studio 09
Stadsdeel ALGEMEEN Aanleg A4 Afslag Heimolen Goederenspoor Hoofdverkeersstructuur Bevorderen fietsroutes woonwerkverkeer Beeldvorming A4 BERGEN OP ZOOM Diverse functies Kernwinkelgebied Uitloopgebied Zone cultural valley Techniekboulevard Van Konijnenburgweg, De Zeeland, Calandweg Zuid Concentratiegebied kantoren Distributiecentrum Verbeteren doorstroming Rooseveltlaan Bedrijvigheid Gemengde doeleinden Geertruidapolder Gemengde doeleinden Staakberg-Burgerhout Revitalisering bedrijventerrein Lage Meren Revitalisering bedrijventerrein De Poort Noordland-Theodorushaven HALSTEREN Kernwinkelgebied Gemengde doeleinden Wouwseweg Grootschalige detailhandel Intratuin Gemengde doeleinden Oude Molen Oude Molen Schans 6e fase Ster Lepelstraat Buitengebied Zoeklocatie uitbreidingsruimte Auvergnepolder
Uitgangspunt
Fasering 2010-2015
Aanleg zoveel mogelijk bespoedigen. In voorbereiding. Er zijn mogelijkheden voor een hotel en benzineverkooppunt langs de A4 (lopend initiatief). Goederenspoor buiten de stad om, in een tracé langs de A4. Constante aandacht voor onderhouden van de doorstroming. Automobiliteit terugdringen door bevorderen van fietsroutes tussen woon-werkverkeer in de gehele gemeente. Het beeld op de gemeente vanaf de snelweg verbeteren, met aantrekkelijke entrees van de stad.
2015-2020
2020-2025
2025-2030
x x
x x
x x
x x x
x x x
x x x
x
x
x
Kwaliteiten consolideren en uitbouwen. Aandacht voor de aanloopstraten naar het kernwinkelgebied en verbindingen met de meubelboulevard aan de Van Konijnenburgweg. Aandacht voor vestiging van onderwijs en bedrijven gerelateerd aan cultuur en creatieve industrie. Deze concentreren in de aangegeven zone. Aandacht voor vestiging van onderwijs en bedrijven gerelateerd aan techniek in dit gebied. Locatie voor grootschalige detailhandel versterken door het gebied rondom De Zeeland erbij te betrekken. Tevens in combinatie zien met de mogelijkheden voor leisure en recreatieve mogelijkheden nabij de Binnenschelde. Kantoorontwikkelingen bundelen in de spoorzone, Plein 13 en indien zich kansen voordoen aan de Rooseveltlaan. Locaties onderzoeken voor een goederendistributiecentrum bestemd voor de binnenstad. Bij voorkeur in combinatie met een vrachtwagenparkeerplaats. Aanleg van een turborotonde bij de entree vanaf de A4, vervolgens knelpunten aanpakken bij kruising J. Obrechtlaan-Erasmuslaan.
x x
x x
x x
x
x
x
x
x
x x
x x
x x
x
x
x
x
x
x
x
x
x
Revitalisering van het terrein.
x
x
x
Gemengd gebruik maar ook mogelijkheden voor een bouwmarkt. Wanneer kans zich voordoet.
x
x
x
Terrein opknappen en waar mogelijk vergroenen en de beeldkwaliteit verbeteren.
x
x
x
Terrein opknappen en uitstraling verbeteren, met name richting Randweg West.
x
x
x
Richten op verdere uitgifte van het bedrijventerrein in combinatie met de ontwikkeling van een containerterminal. Op termijn de bereikbaarheid van het terrein opnieuw bezien. Dit in relatie tot een eventuele uitbreiding in de Auvergnepolder.
x
x
Kwaliteiten consolideren. Een impuls aan het gebied geven met de herstructurering rondom Vogelenzang. Zorgdragen voor een goede verhouding tot het project Wouwseweg Locatie voor kleinschalige bedrijvigheid en andere doeleinden i.c.m. wonen. Revitalisering doorzetten. Ruimte bieden voor één supermarkt (verplaatsing) in combinatie met gemengde doeleinden. Verplaatsing op dit moment niet aan de orde. Zorgdragen voor een groene inpassing in de geledingszone tussen de kernen. Mogelijkheden bezien voor de uitbouw als landgoed. Locatie voor lichte bedrijvigheid als overgangsgebied naar het wonen in De Schans. Bijzondere aandacht voor de hoeklocatie langs de Steenbergseweg. Bedrijfsuitgifte afronden met speciale aandacht voor de zichtlocaties langs de A4. Terughoudend zijn met kantoorontwikkeling. Reserveringslocatie voor bedrijvigheid. Ontwikkeling mogelijk maken na het afbouwen van Oude Molen. Daarbij aandacht voor de beeldkwaliteit langs de A4. Zorgen voor een landschappelijke inpassing richting De Schans 5e fase met een brede groenstructuur langs De Schansbaan. Na het volbouwen van de Schans 6e fase kan mogelijk deze locatie aan bod komen voor bedrijfsontwikkeling.
x
Indien alle opties zijn benut voor bedrijfsuitbreiding kan onderzoek gepleegd worden naar een bedrijfslocatie in de Auvergnepolder.
6
x
x
x
x
x
x
x x
x x x
x x
x
Nota van uitgangspunten
Juli 2010
7
Nota van uitgangspunten
Juli 2010
5. Ambitie groen en landschap Algemeen: Bergen op Zoom dient haar kansen te benutten als Brabantse Wal gemeente. Er dient meer aandacht voor groen in de wijken te komen. Gestreefd moet worden naar grotere groene eenheden. Het gebruik van de groengebieden in de stad en de dorpen dient verbeterd te worden. Indien mogelijk worden groenstructuren vergroot. De toegankelijkheid van groen en water buiten de stad dient verbeterd te worden. De ontwikkeling van een recreatieve poort aan de Balsedreef is daarbij een voorwaarde. De kansen die zich aandienen voor de Binnenschelde als gevolg van de verzilting van het Zoommeer dienen benut te worden. Ook het benutten van kansen ten aanzien van (dag)recreatie is van belang. Hierbij worden ook de mogelijkheden van recreatiewoningen onderzocht De geledingszones tussen Bergen op Zoom en Halsteren en tussen Halsteren en Lepelstraat dienen zoveel mogelijk gevrijwaard te blijven van nieuwe bebouwing. De steilrand als onderdeel van de Brabantse Wal kan verder benut worden voor de recreatieve kwaliteit van de stad. De groen-blauwverbinding van ‘De Zoom’ door de stad uitbouwen is wenselijk. Binnen het coulissenlandschap kunnen mogelijkheden geboden worden voor nieuwe landgoederen volgens de provinciale regeling. De realisatie van ruimte-voorruimtewoningen blijven faciliteren is gewenst. Projecten ALGEMEEN Brabantse Wal West Brabantse Waterlinie Waterkwaliteit Binnenschelde Geledingszones tussen kernen bestendigen Steilrand Golfbaan De Heide Bungalowpark De Heide Coulissenlandschap op de Wal Kraggeloop ’t Laag BERGEN OP ZOOM Groenstructuren in de stad meer met elkaar verbinden De Zoom Opwaardering Anton van Duinkerkenpark Stadspark Kijk-in-de-Pot Fietsroutes naar buitengebied verbeteren Recreatieve zone aan de Binnenschelde Kleinschalig groen HALSTEREN Halsteren profileren als woonkern in het groen Groene long versterken Uitloopmogelijkheden Melanen LEPELSTRAAT Lepelstraat profileren als plattelandsdorp Park Bloemendaal
Illustratie door Steven Bouwens, Studio 09
Uitgangspunt
Programma 201020152015 2020
Groenontwikkelprojecten initiëren vanuit de visie op de Brabantse Wal, zoals de aanleg van een recreatieve (groene) poort bij de Balsedreef. Combinatie van groenaanleg en cultuurhistorisch herstel. Gericht op afronding. Mogelijkheden verkennen voor verzilting. Aansluiting zoeken bij landelijke opgave. Ambities blijven verkennen voor een jachthaven. De jachthaven is geen direct project in het kader van de structuurvisie. Verdere vermenging met rode functies is niet gewenst, wel de mogelijkheden verkennen voor verparking van deze gebieden, bijvoorbeeld door de vorming van landgoederen. Landschappelijke kwaliteiten benadrukken. Meer zichtbaar maken in het landschap. Indien kansen zich voordoen. In uitvoering brengen van de aanleg van een golfbaan nabij De Heide (lopend traject) In uitvoering brengen (lopend traject). In het het coulissenlandschap buiten de ecologische hoofdstructuur (EHS) de mogelijkheden bezien voor de aanleg van landgoederen, met als doelstelling de natuurwaarden te versterken. Natuurbouwmogelijkheden benutten indien kansen zich voordoen. Natuurwaarden in ’t Laag verder uitbouwen.
20202025
20252030
x
x
x
x x
x
x
x
x
x
x x x x
x x x x
x
x x
x x
Komen tot een dooraderde groenstructuur lopend door de stad. Indien kansen zich voordoen.
x
x
x
x
Zowel voor ecologische als voor recreatieve doeleinden te benutten. Als apart project te benoemen. Renovatie Anton van Duinkerkenpark en aanleg parkpaviljoen
x x
x
x
x
Parkinrichting heroverwegen om gebruik te doen toenemen. Fietsroutestructuur bezien om toegankelijkheid van het recreatieve buitengebied voor fietsers te verbeteren.
x
x x
x
Recreatieve mogelijkheden verder uitbouwen, indien kansen zich voordoen.
x
x
x
Mogelijkheden voor meer aanleg van kleinschalig groen in de wijken door de oprichting van specifiek groenfonds.
x
x
x
x
Indien kansen zich voordoen.
x
x
x
x
Groengebied van Halsteren behouden en de gebruikswaarde verbeteren. Nieuwe rode functies in deze zone zijn niet gewenst. De uitloopmogelijkheden vanuit Halsteren verbeteren richting De Melanen. Recreatieve potenties van de Melanen verder benutten.
x
x
x
x
x
x
Indien kansen zich voordoen.
x
x
x
x
De gebruikswaarde voor sport en spel van het nieuwe park bestendigen.
x
x
8
x
x
x
Nota van uitgangspunten
Juli 2010
9
Nota van uitgangspunten
Juli 2010
6. Uitgangspunten uitvoeringsparagraaf De ontwikkelingen die binnen de contouren van de structuurvisie in aanmerking komen voor bovenplanse verevening zijn nog niet goed aan te geven. Eerst zal de exacte verevening vorm moeten krijgen, duidelijk is al wel dat verevening plaats dient en zal vinden.
Sinds de invoering van de Wet ruimtelijke ordening (Wro) is het voor gemeenten wettelijk verplicht om in de structuurvisie aan te geven hoe de gemeente denkt de daarin genoemde ontwikkelingen te realiseren. Onder andere moet dus worden aangegeven hoe de ontwikkelingen worden gefinancierd. Daarvoor is het opnemen van een uitvoeringsparagraaf de meest geëigende weg.
Als voorbeeld kan gedacht worden aan onderstaande vereveningen: - Nieuwbouw woningbouw herstructurering woningbouw: Herstructureringsfonds woningbouw; - Nieuwbouw bedrijventerreinen herstructurering bedrijventerreinen: Herstructureringsfonds bedrijventerreinen.
De Wro biedt gemeenten de mogelijkheid om bovenplanse kosten te verhalen door een in te stellen fonds waarvoor bijdragen kunnen worden gevraagd in de op te stellen exploitatieplannen. Ook kunnen in anterieure overeenkomsten financiële bijdragen aan ruimtelijke ontwikkelingen worden bedongen. Het betreft hier in feite in beide gevallen vormen van bovenplanse verevening, in het ene geval via de publiekrechtelijke route, in het andere geval via de privaatrechtelijke route.
Bijdrage in ruimtelijke ontwikkelingen De gemeente kan met een particuliere eigenaar in een anterieure overeenkomst vastleggen dat de eigenaar een financiële bijdrage levert aan de ruimtelijke ontwikkelingen. Voorbeelden van financiële bijdragen aan ruimtelijke ontwikkelingen zijn bijdragen aan maatschappelijk belangrijke functies zoals natuur, recreatie, waterberging en infrastructuur in een ander gebied. Dit andere gebied hoeft niet in de directe omgeving van de ontwikkelingslocaties te liggen. De ruimtelijke ontwikkeling hoeft ook geen betrekking te hebben op de grondexploitatie seq. Vaak zal de locatie geen direct profijt hebben van de functie waaraan bijgedragen wordt. De bijdrage dient echter wel redelijk te zijn. Daarbij speelt het verband tussen de locatie en de functie een rol als ook de hoogte van de bijdrage.
Onder bovenplanse kosten worden zowel verstaan kosten voor bovenplanse voorzieningen als locatieverevening. Voor zowel bovenplanse verevening via het exploitatieplan als via één of meer anterieure overeenkomsten is een basis in de structuurvisie vereist. Meer concreet houdt dit vereiste in dat de locaties waarvan de bijdragen ten laste komen als wel de locaties of voorzieningen waaraan de bijdragen ten goede komen in de structuurvisie moeten worden benoemd. Ook moet de onderlinge samenhang tussen de verdien- en verlieslocaties/voorzieningen worden aangegeven. Dit wordt in de uitvoeringsparagraaf gedaan. Kostenverhaal ruimtelijke ontwikkelingen Om van de mogelijkheden van ‘kostenverhaal’ gebruik te maken is het (voor in ieder geval de meeste elementen) verplicht (en voor een enkel ander element aan te bevelen vanuit het oogpunt van transparantie en rechtszekerheid) om een structuurvisie op te stellen conform de vereisten zoals gesteld wordt in de Wro. Van belang is dat ruimtelijke ontwikkelingen in een structuurvisie zijn opgenomen. In de structuurvisie wordt een overzicht gemaakt van dergelijke projecten en ruimtelijke ontwikkelingen.
Om een dergelijke bijdrage overeen te komen is het wel belangrijk dat de voor een bepaalde ontwikkeling gevraagde bijdrage in de structuurvisie is vastgelegd. Om het risico van vordering uit onverschuldigde betaling te beperken is het verstandig om de koppeling tussen de ontwikkeling en de maatschappelijke functie nader te onderbouwen. De bijdrage aan een ruimtelijke ontwikkeling dient in ieder geval redelijk en billijk te zijn. Dit betekent o.a. dat een dergelijke bijdrage niet mag leiden tot een onrendabele ontwikkeling voor desbetreffende eigenaar. De bijdrage voor een bepaalde ruimtelijke ontwikkeling dient in principe wel financieel onderbouwd te zijn. Een dergelijk bijdrage is net als een anterieure overeenkomst niet afdwingbaar.
Bovenwijkse voorzieningen Met de komst van de nieuwe Wro krijgen gemeenten duidelijke en betere publiekrechtelijke instrumenten voor kostenverhaal, verevening en locatie-eisen bij particuliere grondexploitatie. Één van de aspecten die een rol speelt bij het kostenverhaal zijn de bovenwijkse voorzieningen, voorzieningen die van nut zijn voor meerdere exploitatiegebieden. Bij elke bovenwijkse voorziening zal voortaan gekeken worden naar welke ruimtelijke plannen dan wel projecten voldoen aan de criteria profijt, toerekenbaarheid en proportionaliteit.
Als voorbeeld kan de Landschapsinvesteringsregel genoemd worden, dit provinciaal ruimtelijk beleid (Verordening Ruimte, fase 2) moet ten tijde van het desbetreffende planologisch besluit (bestemmingsplan of projectbesluit) zeker zijn gesteld en heeft een kwaliteitsverbetering van het landschap als doel. De gemeente kan een landschapsfonds instellen waarvan de basis in de structuurvisie ligt (landschappelijk verbetering conform deze regeling). Een dergelijk fonds wordt dan gevoed door de in de Verordening ruimte bepaalde (minimale) financiële bijdrage. Dat fonds kan dan ter kwaliteitsverbetering in het buitengebied worden ingezet.
De bovenwijkse voorzieningen zijn opgenomen in de nota Bovenwijkse voorzieningen (het opstellen van deze nota zal separaat lopen dus niet tezamen met de Structuurvisie). In deze nota worden de voorzieningen concreet benoemd, de kosten ervan begroot en gefaseerd in de tijd. Dit zal na vaststelling, in beginsel jaarlijks worden geactualiseerd of zoveel eerder als dit noodzakelijk wordt geacht.
Eventueel gewenste verevening welke niet is gebaseerd op kostenverhaal middels bovenwijkse voorzieningen of bovenplanse verevening cf. artikel 6.13 lid 7 Wro kan beschouwd worden als een bijdrage aan ruimtelijke ontwikkelingen, mits hiervoor wel (enige) motivatie kan worden gegeven.
Bovenplanse verevening – bijdrage in ruimtelijke ontwikkeling Naast afspraken over kosten van de grondexploitatie van een ontwikkelingslocatie kunnen ook afspraken en regels met betrekking tot bovenplanse verevening vastgelegd worden. Hierbij wordt wel onderscheid gemaakt tussen bovenplanse verevening (art. 6.13 lid 7 Wro) en een financiële bijdrage in een ruimtelijke ontwikkeling (art. 6.24 lid 1 Wro).
Verankering in de structuurvisie Om de ambities te verwezenlijken zal de structuurvisie voorzien in een projectenoverzicht. Het projectenoverzicht wordt samengesteld uit de doorlopende projecten en de ambities die als project worden benoemd. In het overzicht wordt de status van een project, de relatie met andere projecten, welke financieringsbron kan worden aangesproken en van welke partijen subsidie verwacht kan worden aangegeven.
Bovenplanse verevening Op basis van het artikel 6.13 lid 7 Wro kan de gemeente regels opstellen voor resultaatverevening tussen functioneel en ruimtelijk samenhangende ontwikkelingen. Functioneel betekent in deze aanpak, dat de ontwikkelingen van eenzelfde soort moeten zijn (woningbouwprojecten, bedrijventerreinen etc). Ruimtelijk wil zeggen dat een zekere (ruimtelijke) samenhang moet zijn tussen de desbetreffende projecten. De mate waarin een ontwikkeling met een positief resultaat kan bijdragen aan een gelijksoortige ontwikkeling (bv. nieuwbouw herstructurering) wordt bepaald aan de hand van de drie criteria (profijt, proportionaliteit en toerekenbaarheid PPT toets).
Nadere uitwerking De structuurvisie geeft de hoofdlijnen van het ruimtelijk beleid weer. Strategische beleidskeuzen worden verder uitgewerkt in sectoraal operationeel beleid. Bij de daadwerkelijke uitvoering van projecten zullen de wijze van financiering en mogelijkheden van kostenverhaal nadrukkelijk in beeld moeten worden gebracht. Daarnaast is het monitoren van beleid van belang om doorwerking van het beleid en het behalen van de beoogde ambities te bepalen. Projecten waarin niet wordt voorzien Gedurende de looptijd van de structuurvisie kunnen initiatieven zich aandienen waarin de structuurvisie niet voorziet. Dit betekent echter niet dat voor uitvoering van deze initiatieven de structuurvisie herzien moet worden. Als initiatieven bijdragen aan verwezenlijking van de ambities van deze structuurvisie kan altijd worden besloten daaraan medewerking te verlenen.
Deze vorm van verevening is zowel in het exploitatieplan als in de anterieure overeenkomst afdwingbaar. In de anterieure overeenkomst is de PPT toets niet van toepassing. De bovenplanse verevening kan door middel van een fonds worden geïmplementeerd. Voorwaarde voor deze regeling is, dat de betreffende ontwikkelingen in de structuurvisie worden opgenomen en benoemd.
10
Nota van uitgangspunten
Juli 2010
ONDERBOUWING VAN DE UITGANGSPUNTEN: 7. Huidig gebruik In onderstaande vlakkenkaart zijn de hoofdfuncties per deelgebied aangegeven zoals deze veelal op dit moment in gebruik zijn.
11
Nota van uitgangspunten
Juli 2010
8. Lopende projecten Lopende projecten
Aard van het project
Programma
Status
Pleinenplan Stadskern NoordOost
Gebiedsgerichte opwaardering deel van de binnenstad
Herinrichting openbaar gebied. Verbeteren panden. Ca. 50 woningen (terrein Korenmarkt) Vervanging 180 woningen (Huize Catharina).
Gedeeltelijk in uitvoering, gedeeltelijk in voorbereiding.
Havenkwartier
Opwaardering (openbare ruimte, gas-fabriekterrein, gemeentewerf, brandweer-kazerne, Westersingel, openen binnenhaven)
Ca. 100 (zorg-)woningen op Gemeentewerf. Overig programma nog nader te bepalen.
Visie is vastgesteld, projecten moeten nog in gang worden gezet.
Stationsomgeving
Kantoren en woningen
Rooseveltlaan
Kantoren en infrastructuur
Nobellaan
Onderwijs
De Zeeland
Grootschalige detailhandel en supermakt XL
Calandweg Zuid
Leisure en evenementen
Waterpaviljoen Boulevard (strand)
Recreatie en leisure
Markiezaten
Wonen
Geertruidapolder (incl. Kijk in de Pot)
Wonen en werken
Nog in onderzoek, heroriëntatie vindt plaats.
Onderzoeksfase.
Groene Gordijn
Wonen
Ca. 200 woningen. Herbestemming kazernegebouwen. Herinrichting openbaar gebied.
In voorbereiding.
Noordland
Bedrijven
Uitgifte resterende 29 ha. bedrijventerrein.
Planologisch geregeld.
Containerterminal
Bedrijven
Terminal voor overslag van goederen.
Planologisch geregeld.
Staakberg - Burgerhout
Bedrijven
Heroverweging vindt plaats.
Onderzoeksfase.
Fort Zeekant
Herstructurering
Borgvliet - Langeweg
Herstructurering
Gageldonk - West
Herstructurering
Warande West
Herstructurering
ABG Zuid-oost singel
Herontwikkeling
Bergen op Zoom
Halsteren Centrum Halsteren (Vogelenzang)
Herstructurering deel dorpskern
Ca. 100 woningen. Kantoren station 13.000 m2 bvo, gemengd 10.000m2 bvo. doorlopend tot 2020. "Turbo-rotonde" Sterrenlaan. Gefaseerd op de markt komen van kantoren. Diverse onderwijsgebouwen (techniek-boulevard) worden gerealiseerd voor 2015. Ca. 3380 m2 AH XL, 8000 m2 bvo PDV-GDV. Ca. 4000 m2 bvo bouwmarkt.
Bestemmingsplan in voorbereiding. Structuurvisie Rooseveltlaan is kader voor initiatieven. Bestemmingsplan in procedure gebracht. Bestemmingsplanprocedure in voorbereiding.
Intentieovereenkomst gesloten met ontwikkelende partij. Intentieovereenkomst gesloten met ontwikkelende Restaurant + Tele Ski baan. partij. Planologisch geregeld (m.u.v. het gedeelte ten zuiden Ca. 1400 woningen (waarvan 150 in aanbouw), doorlopend tot 2020. van de Markiezaatsweg), gedeeltelijk in uitvoering.
Bioscoop, evenementenhal.
Ca. 350 woningen (vervanging) Herinrichting openbaar gebied. ca. 80 woningen (vervanging). Voorzieningencentrum ca. 3.800 m². Brede School. Herinrichting openbaar gebied. Vervangen ca. 200 woningen tot 2015, 250 tot 2020. Voorzieningencentrum. Brede School. Herinrichting openbaar gebied. Vervangen ca. 250 woningen. Herinrichting openbaar gebied. Herontwikkeling Guido Gezellelaan. Nog nader te bepalen. Vervangende nieuwbouw, geen toename aantal woningen. Centrumvoorzieningen. Ca. 22 woningen. Woon-werkkavels.Gemeng-de voorzieningen, waaronder supermarkt.
In uitvoering. In uitvoering. In voorbereiding, onderzoeksfase. In uitvoering. Onderzoeksfase.
In voorbereiding.
Wouwseweg
Herstructurering
De Schans 5e fase Hoek Grondmolen/Kastanjelaan
Wonen
Ca. 150 woningen nog te bouwen tot 2015.
In uitvoering.
Wonen
Ca. 20 kavels (woningen).
Bestemmingsplan in procedure.
Oude Molen
Bedrijven
Uitgifte resterende 4 ha bedrijfsterrein.
De Schans 6e fase
Bedrijven en wonen
200 woningen. 10 ha bedrijventerrein.
In uitgifte, voor eilanden is nieuw bestemmingsplan in procedure. Structuurplan vastgesteld, bestemmingsplan nog niet gestart.
projectboek Lepelstraat
Herstructurering
Herinrichting openbaar gebied (Doorlopend project tot ca. 2014).
In voorbereiding.
Bloemendaal II
Wonen
Omvat 30 kavels, nog ca. 18 kavels uit te geven.
Bestemmingsplan onherroepelijk, in uitvoering.
Toerisme – groen
Realiseren Natuur- en Milieueducatiecentrum.
In voorbereiding.
Wonen
Ca. 20 woningen.
Bestemmingsplan in procedure.
Wonen
Ca. 10 woningen.
Bestemmingsplan in procedure.
Wonen
Landgoed met bijbehorende landschappelijke inrichting.
Bestemmingsplan in procedure.
Herinrichting openbaar gebied. Beleefbaar maken oude linie. Uitkijkpunt. Realiseren bungalowpark. Saneren campings.
In uitvoering, bestemmingsplan in procedure voor realisatie resterende onderdelen.
Bestemmingsplan in procedure.
Lepelstraat
Buitengebied Recreatieve poort Ruimte voor ruimte Fort Pinsen Ruimte voor ruimte Heimolen Landgoed Ter Wal westzijde Lepelstraat
West-Brabantse Waterlinie Cultuur en groen Bergse Heide bungalowpark
Recreatie
Bergse Heide golfbaan
Recreatie
Golfbaan met bijbehorende voorzieningen.
Planologisch geregeld. Uitvoering is initiatief ontwikkelaar.
Binnenschelde
Recreatie
Verbeteren waterkwaliteit. Recreatieve/attractieve waarde verhogen
In voorbereiding, onderzoeksfase.
Randweg Zuid
Infrastructuur
Nieuwe aansluiting ‘Zuid’ op A58.
In voorbereiding, MER loopt voor aansluiting.
Knooppunt Randweg Zuid
Voorzieningen
Benzineverkooppunt. Hotelontwikkeling met congresruimte.
In voorbereiding.
A4
Infrastructuur
Aansluiting Steenbergen.
Tracébesluit in voorbereiding.
12
Bestemmingsplan in werking, nog niet onherroepelijk.
Nota van uitgangspunten
Juli 2010
13
Nota van uitgangspunten
Juli 2010
9. Samenvatting Beleidsinventarisatie Op dit moment zijn veel verschillende beleidsnotities van toepassing die in meer of mindere mate een ruimtelijke relevantie kennen. De bestaande beleidsnotities zijn themagericht geïnventariseerd en gebundeld in een separaat beschikbaar document. Zie hiervoor de Beleidsinventarisatie Structuurvisie Bergen op Zoom (juli 2010). Vanuit de beleidsinventarisatie komen de volgende belangrijke items voor de structuurvisie naar voren:
(Boven)gemeentelijk algemeen: 1. De structuurvisie moet voorzien zijn van een uitvoeringsparagraaf en kostenverhaal; 2. De structuurvisie moet digitaal opgesteld worden conform de praktijkrichtlijn gemeentelijke structuurvisies; 3. Het type structuurvisie dient helder geformuleerd te worden (Positionering, Projecten, Regie); 4. Bergen op Zoom profileren in de regio; 5. Communicatie en samenwerking met andere (buur)gemeenten; 6. Versterken regionale identiteit met gebiedsgerichte ontwikkelingsstrategieën; 7. Beeldvorming van de stad;
Ruimtelijke Visie West-Brabant 2030
Informatie uit de Verordening Ruimte,fase 1 en 2 (in ontwerp) Provincie NoordBrabant
Informatie uit de Verordening Ruimte fase 1, Provincie Noord-Brabant
Informatie uit de ontwerp Cultuurhistorische Waardenkaart, Provincie Noord-Brabant
14
Nota van uitgangspunten
Juli 2010
30. Samenhang supermarkten met woonservicegebieden bezien; 31. Aanwijzen locatie voor (uitbreiding van) perifere / grootschalige detailhandel als regionale toplocatie; 32. Aanwijzen locatie(s) voor evenemententerreinen; 33. Recreatief gebruik Binnenschelde (in relatie tot ruimte voor de rivier) 34. Jachthaven in de nabijheid van de historische binnenstad; 35. Knooppunten en fiets/wandelroutes koppelen; 36. Versterken fiets- , ruiter-, en wandelroutes richting het buitengebied; 37. Funshoppen door hoogwaardige onderscheidende detailhandel; 38. Realiseren discotheek, bioscoop, openluchttheater en poppodium; 39. Topsport faciliteren en benutten voor promotie;
Infrastructuur en parkeren
Toekomstvisie 2025, illustratie Steven Bouwens, Studio 09
40. Ontwikkelingen langs de A4; 41. Goederenspoorlijn realiseren langs A58; 42. Ruimte creëren voor realisatie afrit Heimolen en verbeteren knooppunt Soomland; 43. Verbetering knooppunt Rooseveltlaan; 44. Aanwijzen locatie voor vrachtwagenparkeerterrein; 45. Realisatie stedelijk distributiecentrum voor bevoorrading/aanvoer aan de binnenstad; 46. Aanleggen optimale infrastructuur om korte routes te realiseren (auto en fiets); 47. Fietsroute in noord-zuid richting over de Brabantse Wal; 48. Promoten verkeer over water door onder meer aanleg containerterminal; 49. Afkoopregeling parkeerfonds labellen; 50. Terugdringen parkeren in de wijken en binnenstad; 51. Aanwijzen locaties voor parkeergarages; 52. Tracé 380kV-hoogspanningsverbinding meenemen; 53. Stimuleren openbaar vervoer;
Leefbaarheid en wonen 8. Sturen op eindvoorraad woningen; 9. Overcapaciteit woningen benutten om minder goed functionerende gebouwen te slopen; 10. Rekening houden met beperkte krimp vanaf 2025; 11. Realiseren woonservicegebieden; 12. Nadruk op kwaliteit woningbouwprogramma; 13. Stedelijke vernieuwing Nieuw-Borgvliet en Gageldonk; 14. Afstemming woningaanbod op behoefte; 15. Diversiteit woonmilieus behouden en versterken; 16. Na afronding van De Markiezaten en De Schans de woningbouwcontour in stand te houden door in te zetten op inbreidingslocaties in plaats van uitbreidingslocaties voor woningbouw; 17. Wijkmonitoring ten behoeve van bijsturing; 18. Meer gebruiksruimte voor groen en spelen binnen de bebouwde kom; 19. Realiseren brede scholen; 20. Voldoende basisonderwijs in de wijken; 21. Kleinschalige buitensportvoorzieningen in de wijken; 22. Kunst in de openbare ruimte;
Mirt Verkenningen
Natuur, landschap, water en cultuurhistorie 54. Ontwikkeling Brabantse wal (versterking kleinschalig karakter, kwaliteit en beleving steilrand); 55. Herstellen van de Zoom/Kraggeloop als ecologische verbindingszone; 56. Natuurontwikkeling Halstersch Laag; 57. Oost-westverbinding groenstructuur door de stad; 58. Groene geledingszone tussen Bergen op Zoom - Halsteren en Halsteren – Lepelstraat; 59. Handhaven stadspark Kijk in de Pot en inrichting heroverwegen; 60. Bergen op Zoom als Deltastad-> nader profileren als havenstad; 61. Benutten recreatieve potentie groene en blauwe elementen (watersportboulevard); 62. Realisatie groene en blauwe poorten; 63. Verzilting Zoommeer ter verbetering waterkwaliteit; 64. Rekening houden met externe werking Natura 2000; 65. Continue groene kraag rond de stad; 66. Tegengaan verdroging Brabantse Wal; 67. Openheid tussen Roosendaal en Bergen op Zoom; 68. Compensatie voor projecten die verhardingen met zich meebrengen (1:1); 69. Rekening houden met boven- en ondergrondse cultuurhistorische waarden; 70. Begrenzing beschermd stadsgezicht aangeven; 71. Recreatieve routes langs cultuurhistorische erfgoed; 72. Water terugbrengen in Gedempte Haven;
Woonservicegebieden
Economie, bedrijvigheid en toerisme 23. 24. 25. 26. 27. 28. 29.
Werkgelegenheid stimuleren; Verbreden werkgelegenheidsstructuur; Verbreden onderwijsaanbod (HBO) passend bij identiteit en werkgelegenheid; Ontwikkeling ‘ster’ van Lepelstraat; Reservering voor de Auvergnepolder; Realiseren containerterminal Noordland; Ontwikkeling recreatieve as; 15
Nota van uitgangspunten
Juli 2010
76. Convenant duurzaam bouwen meenemen bij bovenwijkse voorzieningen en als onderdeel van kostenverhaal op particuliere ontwikkelingen; 77. Bedrijven stimuleren om zo milieuvriendelijk mogelijk te produceren (cradle to cradle); 78. Duurzaam ruimtegebruik op bedrijventerreinen;
Buitengebied 79. 80. 81. 82. 83.
Faciliteren recreatieve ontwikkelingen buitengebied (o.m. pleisterplaatsen); Versterken toeristische routes door mogelijkheden voor knooppuntfuncties; Mogelijkheden verbrede landbouw; Ruimte voor landgoederen; Bepalen verbeteringsprojecten in het buitengebied om gelden ‘Ruimte voor Ruimte’ in te zetten; 84. Ruimte voor ruimte beleid toepassen/bijstellen.
Landschapsontwikkelingsplan en groenstructuurplan
Water en ruimte ateliers Toekomstschets Brabantse Wal
Milieu en duurzaamheid 73. Ruimtelijke ontwikkeling volgt vanuit een visie op duurzaamheid; 74. Realisatie natuur- en milieueducatief centrum; 75. Klimaatneutraal 2025;
16
Nota van uitgangspunten
Juli 2010
10. Programmatische aspecten woningbehoefteprognose van de provincie Noord-Brabant, die eind 2008 door Provinciale Staten is vastgesteld.
10.1 Bevolkingsontwikkeling
Jaar
Algemeen Het Centraal Bureau voor de Statistiek (CBS) en het Planbureau voor de Leefomgeving (PBL) hebben in november 2009 de Regionale bevolkings- en huishoudensprognose 2009-2040 uitgebracht. Deze prognose geeft een samenhangend toekomstbeeld van de ontwikkelingen op het gebied van bevolking en huishoudens van alle gemeenten in Nederland. In de nieuwe prognose, die volgt op de prognose die in 2007 werd uitgebracht, zijn de recente regionale ontwikkelingen in geboorte, sterfte, verhuizingen en internationale migratie verwerkt. Ook zijn de veronderstellingen voor de woningbouw bijgewerkt op basis van de meest recente gegevens. De prognose beoogt de meest waarschijnlijke toekomstige ontwikkeling te geven voor de komende dertig jaar.
2010 2015 2020 2025 2030 2035 2040
Provincie 65.365 65.595 65.705 65.760 65.640 65.205 64.450
Huishoudens CBS/PBL 29.100 30.200 31.300 32.100 32.500 32.500 32.200
Provincie 29.015 30.135 31.435 32.145 32.430 32.350 32.065
Beide prognoses laten een vergelijkbaar beeld zien voor wat betreft de te verwachten ontwikkeling van de bevolking: een geringe toename van de bevolking tot omstreeks 2025, waarna de bevolking gaat afnemen. Het maximaal te bereiken inwonertal komt daarbij in de prognose van het CBS/PBL ca. 1.500 hoger uit dan in de provinciale prognose. Het te verwachten aantal huishoudens wordt in beide prognoses nagenoeg gelijk berekend.
De teneur van de nieuwe bevolkingsprognose is dat de komende dertig jaar in delen van Nederland, vooral in de periferie, een omvangrijke bevolkingskrimp zal optreden. In ruim een kwart van de Nederlandse gemeenten daalt het aantal bewoners tot 2040 met meer dan 2,5%. Daarentegen groeit het aantal bewoners in de meer centrale delen van Nederland, vooral in de Randstad. De totale bevolking van Nederland blijft overigens doorgroeien: in 2040 telt ons land volgens de prognose 17,5 miljoen inwoners, ongeveer één miljoen meer dan nu. Deze groei komt vooral tot stand omdat Nederland volgens de prognoses van het CBS de komende decennia een beduidend vestigingsoverschot zal hebben.
10.2 Woningbouwprognose Beleidsplan Wonen 2004-2008 Ontwikkelingen op de woningmarkt blijven moeilijk te voorspellen. De veranderlijkheid van de markt is echter groot en binnen enkele jaren kan een andere situatie ontstaan. Stagnerende doorstroming op de woningmarkt door hoge koopprijzen, een onzekere economische situatie en een lage woningproductie waren de aandachtspunten in het Beleidsplan Wonen 2004-2008. In het Beleidsplan Wonen 2004-2008 is daarom naast kwaliteit van woningen sterk ingezet op een voortvarend bouwprogramma. De opgelopen woningtekorten door een stagnerende woningproductie, moesten aangepakt worden. Naast ontwikkeling van De Schans, Cort Heyligerskazerne, Bergse Haven en de herstructureringswijken, moest de Markiezaten op korte termijn zorgen voor veel productie. Ondersteund door beleid van VROM leek het een verstandige strategie om in te zetten op meer investeringen in de duurdere huursector met het perspectief van mogelijke verkoop bij gewijzigde omstandigheden; de duurdere huursector als brug tussen de huur- en koopmarkt. Met de ontwikkeling van bovengenoemde locaties werd gewerkt naar een geplande totale eindvoorraad van ca. 34.000 woningen rond 2030.
Bevolking In de nieuwe bevolkingsprognose van het CBS/PBL neemt de bevolking van de gemeente Bergen op Zoom de komende jaren nog geleidelijk toe, tot rond 2030 een maximum is bereikt van rond 67.200 inwoners. In de periode daarna loopt het inwonertal langzaam terug, maar blijft boven het huidige inwonertal (ca. 65.500 inwoners). Verloop aantal inwoners gemeente Bergen op Zoom volgens de laatste regionale bevolkingsprognose van CBS/PBL 80000
70000
60000
Aantal inwoners
Bevolking CBS/PBL 65.044 65.264 66.148 66.848 67.209 66.935 65.882
50000
Inwoners totaal
Beleidsplan Wonen 2010-2014 Hoewel voor het bepalen van de gemeentelijke woningvoorraad de stip op de horizon uitgangspunt blijft, zal in tussenliggende perioden conjuncturele verschijnselen bestaan, die een ander licht zullen werpen op de geplande woningvoorraad. Op dit moment is er sprake van een economische ongunstige tijd, wat zich onder meer doorvertaald in een zeer matige afzet van woningen op de markt. Ook de discussie rondom de in aantocht zijnde bevolkingskrimp zal straks mogelijk een rol gaan spelen. Bij het opstellen van het Beleidsplan Wonen 2010-2014 wordt daarom extra aandacht besteed aan een kwalitatief woonbeleid, gericht op een kwalitatief passend aanbod van woningen en woonmilieus voor de bevolking, nu en in de toekomst. Dit is tevens nodig omdat gemeente met de geplande woningmarktproductie de capaciteit van de gemeente voor het komend decennium nagenoeg heeft gevuld. Kwaliteit wordt niet alleen gezocht in een passend woningaanbod en in aantrekkelijke woonmilieus, ook duurzaamheid neemt daarbij een steeds belangrijkere plaats in. Dat beperkt zich niet alleen tot het realiseren van woningen en woonomgevingen die het milieu zo min mogelijk ongunstig beïnvloeden; het gaat ook om duurzaamheid in de zin van het ontwikkelen van woningen die hun aantrekkelijkheid en functie in de toekomst kunnen behouden en die de “tand des tijds” kunnen doorstaan.
Inwoners 0 t/m 19 jaar
40000
Inwoners 20 t/m 64 jaar Inwoners 65 jaar e.o
30000
20000
10000
0 2040
2035
2030
2025
2020
2015
2010
De nieuwe prognose wijkt daarmee duidelijk af van de vorige prognose van 2007, waarin werd voorzien dat het inwonertal van Bergen op Zoom alleen maar zou afnemen waarbij de gemeente rond 2025 nog ca. 63500 inwoners zou tellen, zo’n 2000 personen minder dan op dit moment. Nog enkele andere uitkomsten uit de nieuwste bevolkingsprognose van het CBS/PBL, voor zover het de gemeente Bergen op Zoom betreft. De komende 20 jaar: - neemt het aantal 0 t/m 19 jarigen geleidelijk (verder) af (- ca 1000 personen), - neemt het aantal inwoners in de leeftijdsgroep 20 t/m 64 jaar af met ca 3000 personen, - neemt het aantal 65-plussers aanzienlijk toe (+ ca 6000 personen), - neemt het aantal inwoners van niet-westerse herkomst met ca een kwart toe (+ ca 2200 personen); de toename komt volledig voor rekening van de herkomstgroep overig niet-westers (dwz anders dan Turks, Marokkaans, Surinaams/Antilliaans).
Taakstellend versus optioneel Voor de vraag naar woningbouwlocaties wordt een onderscheid gemaakt tussen de “taakstellende woningvoorraad” en de “optionele woningvoorraad”. Onderscheid tussen beide is dat de taakstellende woningvoorraad is afgeleid van demografische ontwikkelingen en een provinciaal ruimtelijk beleid inzake steden en dorpen. De optionele woningvoorraad is afgeleid van gemeentelijk beleid dat inspeelt op kansen, mogelijkheden ter versterking van werkgelegenheid, economie etc. binnen de gemeente (complete stad) en de gewenste ruimtelijke ontwikkeling van deze gemeente.
Huishoudens De tweejaarlijkse prognose van de combinatie CBS/PBL bevat naast een bevolkingsprognose ook een huishoudensprognose. Uit de huishoudensprognose komt naar voren dat het aantal huishoudens in Bergen op Zoom zal blijven toenemen tot omstreeks 2030. Bergen op Zoom telt op dat moment ruim 32.500 huishoudens, dat is ca 3.500 meer dan heden. Blijkens de prognose zal vooral het aantal eenpersoonshuishoudens aanzienlijk toenemen, tot omstreeks 2030 met ca. 3.000; het aantal meerpersoonshuishoudens stabiliseert zich min of meer op het huidige niveau. Het aantal huishoudens van niet-westerse herkomst neemt de komende 20 jaar met ca 2.200 toe, aldus de prognose van het CBS/PBL.
Voor een taakstellende eindvoorraad wordt uitgegaan van 32.800 woningen per 2030. De bestaande voorraad (opgeleverde woningen) per augustus 2010 is circa 29.000. Dit betekent een potentiële behoefte aan 3.800 extra woningen. Momenteel is een aantal projecten in voorbereiding c.q. uitvoering waarin totaal 2.350 woningen zijn gepland. Hierbij is het project Bergse Haven niet meegerekend. In verband met ontwikkelingen van maatschappelijk belang in bestaand stedelijk gebied wordt daartoe een contingent van 150 woningen extra gereserveerd boven de geplande 600. Totaal komt het aantal voor binnenstedelijke projecten op circa 750 woningen. Dat betekent dat, om aan de taakstellende eindvoorraad te kunnen
Prognose CBS/PBL vergeleken met provinciale prognose In het onderstaande overzicht zijn de uitkomsten van de prognose van het CBS/PBL voor Bergen op Zoom gezet naast de uitkomsten van de bevolkings- en 17
Nota van uitgangspunten
Juli 2010
voldoen en rekening houdend met de lopende projecten van het Groene Gordijn, Markiezaten en afronding van De Schans 5e fase er ten minste 1.300 woningen in het project Bergse Haven moeten worden gerealiseerd.
Hiervoor is nog geen planologische regeling. Dit betreffen zogenaamde ‘zachte’ plannen. In de behoefteraming is overigens wel uitgegaan van de eerdere beoogde functieverandering van bedrijventerrein Geertruidapolder naar een woongebied.
Bouwopgaaf Per saldo bestaat er voor deze gemeente een aanzienlijke bouwopgaaf waarbij tot 2030 ruim 5.000 woningen (circa 3.800 nieuwbouw en 1.200 vervanging) zijn betrokken. Voor een goed functionerende woningmarkt is het gewenst dat vraag en aanbod goed op elkaar zijn afgestemd (kwalitatief/kwantitatief); in het nieuwe Beleidsplan Wonen zullen voorstellen worden gedaan hoe daarin kan worden voorzien. Voor de Structuurvisie kan worden volstaan met onderstaand taakstellend overzicht dat vnl. op uitbreiding van de voorraad is gericht. In het overzicht zijn de crisis-effecten, lopende contracten en de afbuigende ontwikkeling van de vraag op termijn verwerkt.
Door het bureau Oranjewoud is onderzoek gedaan naar potentiële ontwikkellocaties langs de A4. Daarbij is een economische verkenning gedaan binnen de A4-regio (Bergen op Zoom, Steenbergen, Tholen en Woensdrecht). De werkgelegenheidsprognoses zijn gebaseerd op de lange termijn scenario’s van het Centraal Planbureau. De geraamde werkgelegenheid in de A4-regio loopt in 2020, afhankelijk van het scenario, uiteen tussen 51.300 banen en 60.300 banen. De vraag naar additioneel bedrijventerrein tot 2020 is afhankelijk van het lange termijn economische ontwikkelingsscenario. Indien uitgegaan wordt van een Transatlantic Market (meer marktgerichtheid, wat leidt tot hogere welvaart, uitbreiding EU is geen succes) betekent dit een vraag in de A4-regio naar 61 ha. netto. Indien de huidige zachte plannen worden omgezet in harde plannen dan is er voldoende capaciteit tot 2020. In deze situatie is de vervangingsvraag en bovenregionale vraag niet meegerekend. Indien daarvan sprake is dan kan er onvoldoende aanbod ontstaan. De druk op de ruimte blijft dus groot.
Raming woningen nieuwbouw Locatie Tot. 2010-2015 Groene Gordijn 200 200 Schans 5e fase 150 100 De Markiezaten 1400 450 Bergse Haven 1300 100 Binnenstedelijk 750 150 Totaal per periode 3800 1000 (5x200)
2015-2020 50 750 400 200 1400 (5x280)
2020-2025 200 450 250 900 (5x180)
2025-2030 -
Een prognose voor na 2020 is lastig. De Stadsregio Rotterdam geeft aan dat er ook bij een constante economische groei in de periode 2020-2030 vraag blijft naar havengerelateerde droge bedrijventerreinen voor grootschalige logistiek en distributie, gunstig gesitueerd tussen de mainport en het afzetgebied/achterland. De noord-zuidstromen, waaronder de nieuwe A4 in West-Brabant, nodigen daartoe uit. West-Brabant is aangeduid als logistieke hot spot van Nederland. Deze ontwikkelingen wijzen op een verwachte toename van ruimteclaims vanuit de logistieke bedrijvigheid na 2020. Voor de A4-regio geldt een ruimtedruk voor grootschalige logistieke functies rekening houdend met de robuuste ontwikkeling van het landschap.
350 150 500 (5x100)
e.e.a. excl. herstructurering
Het vorenstaande laat onverlet dat om moverende reden kan worden geopteerd voor een andere eindvoorraad dan waarvan in de taakstelling wordt uitgegaan. Aanleiding voor een kleinere eindvoorraad kan zijn de huidige woningmarktsituatie, mogelijk tegenvallende economische ontwikkelingen, invloed van concurrerende projecten in omliggende gemeenten etc. Aanleiding voor een grotere eindvoorraad kan zijn een toenemende economische ontwikkeling op regionaal niveau (maintance valley; A4, v.v.), ruimtelijke mogelijkheden voor het ontwikkelen van bijzondere woonmilieus waardoor bovenregionale aantrekkingskracht ontstaat (stad en water) etc. Op basis van dergelijke argumenten is eertijds voor een planologische capaciteit gekozen waarmee een eindvoorraad van ca 34.000 woningen in beginsel mogelijk is. Het moge duidelijk zijn dat tussen planning en realiteit als gevolg van niet beïnvloedbare effecten altijd verschillen blijven bestaan en dat derhalve planologisch van een realistische bandbreedte moet worden uitgegaan die periodiek kan worden bijgesteld (zie ook het onderzoek van CPB). Voor de Gemeente Bergen op Zoom biedt het project Bergse Haven hiertoe voldoende mogelijkheden.
Kwalitatief De behoefte aan bedrijventerreinen uit de traditionele bedrijventerreinsectoren neemt in de regio Midden- en West-Brabant tot 2020 verder toe. De traditionele sectoren groeien echter minder hard dan de meer dienstverlenende sectoren (financiële en zakelijke dienstverlening, zorgsector, leisure, retail en overheid/onderwijs). Het huidige provinciale beleid laat dergelijke activiteiten maar in beperkte mate toe op bedrijventerreinen. Voor de regionale economie is het wel belangrijk om deze ruimtevraag te accommoderen en hiervoor (specifieke) locaties (‘gemengde economische terreinen’) te hebben / ontwikkelen. De industrie is redelijk stabiel. De werkgelegenheid neemt weliswaar af, maar de ruimtebehoefte neemt toe. Het is belangrijk om bedrijventerrein te hebben voor bedrijven in zwaardere milieucategorieën. In de stedelijke regio is tevens vraag naar bedrijventerrein met een hoogwaardige verschijningsvorm (15%-20% van de vraag). De Ster bij Lepelstraat komt hiervoor in aanmerking. Uit het onderzoek naar ontwikkellocaties langs de A4 blijkt dat de logistiek een kansrijke sector is.
Taakstellende- en optionele woningvoorraad zijn niet alleen bepalend voor de vraag naar planologische ruimte. Naast deze uitgangspunten zijn enkele andere aspecten aan de orde die voor planning en fasering eveneens relevant zijn te weten: Planuitval; planuitval kan om allerlei reden aan de orde zijn. Om te voorkomen dat een en ander zijn weerslag op de woningvoorraad heeft ligt het in de rede om in voorkomende gevallen een reserve voorhanden te hebben. Voorstel is om hiervoor ca 10% van de geplande nieuwbouwproductie uit te gaan i.c. 400 woningen, het project Bergse Haven kan hierin voorzien. Krimp op termijn; binnen de exploitatietermijn van woningen die nu worden gebouwd, valt het moment waarop van een afnemende woningbehoefte sprake zal zijn. Qua omvang kan worden gesteld dat de afname in 2040 ruim 1% t.o.v. 2030 zal zijn; het gaat daarbij om ca. 400 woningen. De komende discussie zal zich vooralsnog richten op de vraag voor minder uitbreiding in uitleggebieden of nieuwe ruimte in bestaande wijken. Vanuit volkshuisvestings-optiek wordt vooralsnog voor het laatste geopteerd. Vervanging: Naast het realiseren van nieuwe woningen t.b.v. voorraaduitbreiding geldt dat een deel van de bestaande voorraad aan de eisen van de tijd moet worden aangepast. Dit krijgt gestalte middels wijkgerichte aanpak door renovatie en sloop met vervangende nieuwbouw. Voor deze plannen zijn wel planologische procedures vereist, maar extra ruimtevraag is hierbij niet aan de orde. Aanvullend zijn voor het optioneel bouwprogramma de volgende uitgangspunten aan de orde: de onderlinge concurrentiepositie van ingeplande projecten; de afstemmingsafspraken die op regionaal niveau worden gemaakt; de uitkomst(en) van de discussie inzake hoe om te gaan met krimp op termijn.
Conclusie Voortgangsrapportage Werken 2009 Het is van provinciaal belang om voldoende en gedifferentieerd aanbod bedrijventerreinen te plannen tot 2020. Gelet op de vraag betekent dit dat verdere uitbreiding van het aanbod in huidige programma’s tot 2020 niet nodig is. De provincie wil erop sturen dat zolang mogelijk gebruik kan worden gemaakt van het geplande aanbod. Aandacht dient hierbij te zijn voor herstructurering van verouderde bedrijventerreinen. Kantoren Het geven van een programma voor dit type bedrijvigheid is niet eenvoudig. De vraag naar kantoren is een moeilijke markt die lastig te plannen is. In deze structuurvisie wordt uitgegaan van het bestaande bouwprogramma voor kantoren. In de gemeentelijke ontwikkelingsvisie voor de Rooseveltlaan (vastgesteld december 2007) wordt de stadsentree vanaf de A4 via de Rooseveltlaan naar het station als een belangrijke economische drager gezien voor kantoorontwikkeling. De ligging nabij het station én de A4/A58 maakt deze locatie aantrekkelijk voor (inter)nationale bedrijven/kantoren zich te vestigen. Daarnaast is voor de stationsomgeving een bestemmingsplan in voorbereiding dat voorziet in kantoren, zakelijke en maatschappelijke dienstverlening, onderwijs en een hotel van in totaal 23.000 m² bruto vloeroppervlak. Dit bouwprogramma is ook gericht op de economische versterking van Bergen op Zoom en de binnenstad in het bijzonder. Het stationsgebied en de Rooseveltlaan zijn de belangrijkste vestigingslocaties voor kantoren, zakelijke en maatschappelijke dienstverlening.
10.3 Bedrijfs- en kantoorontwikkeling Kwantitatief Jaarlijks worden door alle Regionale Plannings Overleggen (RPO’s) voortgangsrapportages op het gebied van werken opgesteld. Daarmee wordt een overzicht gegeven van de ontwikkelingen op het gebied van bedrijventerreinen in de regio. De totale voorraad bedrijventerrein in Bergen op Zoom was per 1 januari 2009 568,9 ha bruto. (Bron: IBIS 2009). Dit betreft zowel het in gebruik zijnde als het niet in gebruik zijnde bedrijventerrein. Binnen de stedelijke regio (Bergen op Zoom, Halderberge, Moerdijk, Roosendaal) is nog ca. 1200 ha bedrijventerrein voorradig. Uit onze eigen gegevens blijkt dat in onze gemeente per augustus 2010 nog ca. 36 ha. aan bedrijventerrein beschikbaar is, waarvan ca. 8 ha. gereserveerd. De uitgifte van bedrijventerreinen de afgelopen 10 jaar is gemiddeld ca. 3 ha. per jaar geweest. De Ster bij Lepelstraat (20 ha.) en De Schans 6e fase (10 ha.) zijn daarnaast voorziene plannen die in de genoemde beschikbare terreinen niet zijn meegerekend.
Onlangs is op initiatief van minister Huizinga van VROM en de Vereniging van Institutionele beleggers in Vastgoed Nederland (IBVN) een kantorentop gehouden, waarbij is afgesproken structurele leegstand van kantoren aan te pakken. Nieuwbouw zal alleen nog kunnen plaatsvinden als het gaat om de bouw van kwalitatief hoogwaardige kantoren op binnenstedelijke en goed bereikbare locaties (per auto, fiets, openbaar vervoer). Dit moet een eind maken aan de wildgroei van kantoorparken aan de randen van steden. Huizinga gaat wettelijk vastleggen dat nieuwe locaties buiten bestaand stedelijk gebied geen werkbestemming mogen krijgen, als bestaande locaties nog voldoende mogelijkheden voor herontwikkeling bieden. In het licht van deze landelijke ontwikkeling is een hoger bouwprogramma dan reeds is voorzien op de locaties Rooseveltlaan en Stationsomgeving niet aan de orde.
18
Nota van uitgangspunten
Juli 2010
11. Coalitieakkoord Gemeente Bergen op Zoom Hieronder volgt een opsomming van de ruimtelijk relevante aspecten uit het coalitieakkoord (7 april 2010) ten behoeve van de structuurvisie. Het collegeprogramma was op het moment van opstelling nog niet beschikbaar.
Toerisme - Verdere versterking binnenstad, evenementen, het versterken Binnenschelde en Boulevard als sport en recreatiegebied. - Herinrichting Bergse Heide, onderzoek naar de mogelijkheden voor gepaste recreatie in de omgeving van de Melanen. - Brabantse Wal beleid doorzetten. - Stimuleringsfonds voor projecten op het gebied van duurzaamheid, mobiliteit, techniek en innovatie.
Algemeen - Actualisering structuurvisie. - Intensiveren samenwerking Roosendaal, steeds onderling contact. - Streven naar een zo breed mogelijk scala aan onderwijsvoorzieningen. Wonen en leven - Het dorpse karakter van Halsteren en Lepelstraat behouden. - Potentie als woongemeente verzilveren, Bergen op Zoom beter promoten als woon- en werkgemeente. - In 2025 ongeveer 25% van de bewoners boven de 65 jaar. - Herstructurering oude wijken Warande en Gageldonk West. - Optimale invulling van bestaande plannen: De Markiezaten, voormalige Bergse Haven, De Schans en Bloemendaal II. - Nadrukkelijke relatie tussen ontwikkelingen voormalige Bergse Haven, het Zeelandcomplex, de nieuwbouw van de brandweer, verbinding stadscentrum en de ontwikkeling Westersingel. - Voor de heroverweging van het voormalige plan Bergse Haven blijven uitgaan van het hoogste ambitieniveau. - Stad van stoet en spel, relatie poppodium.
Detailhandel - Detailhandel: verplaatsing van detailhandel uit de binnenstad moet worden tegengegaan. - Leisure ontwikkeling op de Vlaszak, gepaard met opwaardering. - Pleinenplan doorzetten. - Halsteren: 2 supermarkten in de kern. Verkeer - Bereikbaarheid: turborotonde aan de Rooseveltlaan, knelpunt Jacob Obrechtlaan, Erasmuslaan. - Stedelijk distributiecentrum. - Toekomst voor afritten Bergen op Zoom A58. - A4 voltooien. - Stimuleren van het gebruik van fiets en openbaar vervoer.
Economie - Keuze voor kwaliteit en duurzaamheid. - Tot 2020 (rapport Oranjewoud) wordt binnen Bergen op Zoom en de regio in voldoende plancapaciteit voorzien in de ruimtebehoefte voor werklocaties. - Herinrichten Theodorushaven en Lage Meren. - Realiseren geplande uitbreidingen bedrijfsterrein Ster Lepelstraat en Schans 6e fase. - Strategische reservering opnemen in de Auvergnepolder, waarbij uitbreiding, aansluitend aan het terrein van Sabic, tot maximaal 60 hectare als norm geldt.
Natuur en milieu - Waterkwaliteit Binnenschelde. - Nieuwe fiets- en wandelpaden. - Groene buffers tussen de kernen behouden. - Groene long in Halsteren behouden. - Uitbreiding kassengebied en een grootschalig windmolenpark zijn niet aan de orde.
12. Uitgangspunten uit de workshop
19
Nota van uitgangspunten
Juli 2010
20
Nota van uitgangspunten
Juli 2010
21