KATHOLIEKE UNIVERSITEIT LEUVEN
Stromen tussen werkloosheid, werk en OCMW
Vicky Heylen Joost Bollens
POD Maatschappelijke Integratie
Oktober 2006
Hoger instituut voor de arbeid
INHOUDSOPGAVE
ANALYSE VAN DE TRAJECTEN
1
1.
HET SANCTIEBELEID ANNO 2002
1
2.
STEEKPROEFTREKKING EN METHODOLOGIE
4
3.
2.1.
Onderzoekspopulatie en steekproeftrekking
4
2.2.
Trajecten in de Kruispuntbank Sociale Zekerheid
9
ANALYSE 3.1.
Cross-sectionele analyse
3.2.
Longitudinale analyse
9 9 16
3.2.1.
Het traject als opeenvolging van transities
16
3.2.2.
Het traject als geheel
29
4.
BESLUIT
36
5.
BIBLIOGRAFIE
40
Analyse van de trajecten
1
ANALYSE VAN DE TRAJECTEN
Vanaf juli 2004 gaat ‘het plan Vandenbroucke’ van start. Deze nieuwe maatregel vervangt de schorsingsprocedure wegens langdurige werkloosheid door de nieuwe opvolgingsprocedure van het zoekgedrag naar werk. Deze opvolgingsprocedure wordt geleidelijk ingevoerd. In een eerste fase (juli 2004-juni 2005) worden enkel de werklozen jonger dan 30 opgevolgd. Vanaf juli 2005 wordt de procedure dan uitgebreid naar de werklozen jonger dan 40 en vanaf juli 2006 naar de werklozen jonger dan 50. De procedure tot schorsing wegens langdurige werkloosheid wordt dan opgeschort naargelang de nieuwe opvolgingsprocedure in werking treedt. De sancties met betrekking tot de zogenaamde administratieve redenen (foute verklaring, vals stempelmerk of zwart werk) blijven dezelfde als voorheen.Verwacht wordt dat meer werklozen zo geschorst zullen worden. Met de invoering van deze regel wordt dan ook de vraag naar de invloed van de sanctie op het verdere traject van de werkloze gesteld. Gaan geschorste werklozen actiever op zoek naar werk? Zorgt een verscherpt schorsingsbeleid voor een verhoogd aantal aanvragen bij de OCMW’s? Om de impact van deze nieuwe regelgeving te meten, stellen we in dit rapport een nulmeting voor. De trajecten van de personen die gesanctioneerd werden tussen oktober 2002 en december 2003 worden in kaart gebracht en vergeleken met trajecten van niet-gesanctioneerde werklozen. De volgende paragraaf schetst een beeld van het sanctiebeleid in de periode die hier behandeld wordt. In paragraaf 2 wordt de onderzoeksmethodologie toegelicht. Paragraaf 4 bekijkt de trajecten op vanuit verschillende invalshoeken om zo bovenstaande onderzoeksvragen op te lossen.
1. Het sanctiebeleid anno 2002 Een uitkeringsgerechtigde werkloze moet tijdens zijn werkloosheidsperiode een aantal verplichtingen nakomen. Wanneer deze verplichtingen niet nageleefd worden kan de RVA hier sancties aan verbinden. Enerzijds worden een aantal redenen ingeroepen die verzameld kunnen worden onder de noemer 'vrijwillige werkloosheid'. Anderzijds zijn er de zogenaamde administratieve sancties.
2
De RVA vermoedt dat iemand vrijwillig werkloos of verantwoordelijk voor zijn werkloosheid is in een aantal gevallen. Ten eerste kan men een sanctie krijgen in geval van werkverlating zonder wettige reden. Wanneer iemand zelf zijn ontslag geeft of zonder geldige reden afwezig blijft op het werk wordt dit beschouwd als werkverlating. Mogelijke sancties in dit geval zijn een verwittiging of uitsluiting van uitkeringen gedurende 4 tot 52 weken. Een tweede situatie waarin een sanctie kan opgelegd worden, is wanneer men zelf schuld heeft aan zijn ontslag. Deze sanctie kan bestaan uit een verwittiging1 of een verlies van het recht op uitkeringen van 4 tot 26 weken. Ten derde kan men onterechte voorwaarden stellen met betrekking tot uw werkhervatting en zo de facto onbeschikbaar zijn voor de arbeidsmarkt. Wanneer dit het geval is, zal men uitgesloten worden van uitkeringen voor de duur van deze onbeschikbaarheid. Een vierde reden tot sanctie kan ingeroepen worden wanneer men niet ingaat op een uitnodiging van de dienst voor arbeidsbemiddeling of beroepsopleiding. De eventuele sanctie bestaat dan uit een verwittiging of een opschorting van de uitkeringen gedurende 4 tot 52 weken. Na een uitnodiging door de dienst voor arbeidsbemiddeling kan men ook weigeren in te gaan op een passende betrekking of een inschakelingsparcours. In het eerste geval kan men een verwittiging krijgen of de werkloosheidsuitkering verliezen gedurende ten minste 4 en ten hoogste 52 weken. Indien bovendien blijkt dat de werkweigering gebeurde met de opzettelijke bedoeling uitkeringen te blijven ontvangen kan men zelfs voor onbepaalde tijd uitgesloten worden van uitkeringen. Dit is ook een mogelijke sanctie voor degenen die een inschakelingsparcours weigeren. Wanneer het inschakelingsparcours tot slot wel opgestart werd, maar mislukte omwille van een foutieve houding van de werkloze, kan deze een verwittiging krijgen op het recht op uitkering opgeschort zien gedurende 4 tot 52 weken. Naast bovenstaande redenen zijn er nog enkele administratieve redenen voor sancties. Zo is men verplicht bij de aanvraag van de uitkering en bij elke verandering in de persoonlijke of familiale toestand tijdens de werkloosheidsperiode een verklaring af te leggen. Wanneer men door een laattijdige, foutieve of onvolledige verklaring onrechtmatig uitkeringen kan ontvangen, kan men een verwittiging krijgen of een uitsluiting van de uitkeringen gedurende ten minste 1 week en ten hoogste 13 weken. De onrechtmatig ontvangen uitkeringen moeten daarenboven terugbetaald worden. Als men gebruik maakte van een vals stempelmerk of foutieve stukken om uitkeringen te verkrijgen waarop men geen recht heeft, kan men een verwittiging krijgen of
1
Een verwittiging wordt niet gezien als een vaststelling van een overtreding. Dit wil zeggen dat een volgend feit steeds als eerste feit steeds als eerste feit beschouwd wordt en dus niet als herhaling, die zwaarder bestraft wordt.
Analyse van de trajecten
3
gedurende 1 tot 26 weken uitgesloten worden van uitkeringen. Bij een herhaling verliest men het recht op uitkeringen voor onbepaalde duur. Wanneer men werkt, zonder voorafgaandelijk zijn controlekaart in te vullen of deze activiteit aan te geven, kan men eveneens uitgesloten worden voor een periode van 1 tot 26 weken. Naast het verlies van uitkering door een sanctie kan met het recht op uitkeringen ook verliezen door een langdurige werkloosheid (artikel 80). Bepaalde werklozen kunnen immers geschorst worden wanneer de duur van hun werkloosheidsperiode de maximaal toegestane duur overschrijdt. Deze maximale duur verschilt naar leeftijd, geslacht en streek en wordt gedefinieerd als anderhalve maal de gemiddelde werkloosheidsduur. De voorwaarden waaraan men moet beantwoorden om geschorst te worden van het recht van uitkeringen zijn de volgende: − − − − − −
aanspraak kunnen maken op het recht op uitkeringen als samenwonende in de derde vergoedingsperiode of het recht wachtuitkering als samenwonende, jonger dan 50 jaar, geen 20 jaar als loontrekkende kunnen bewijzen het werk niet hebben hervat als voltijds werknemer gedurende ten minste 6 maanden (zonder onderbreking) geen deeltijds werknemer met behoud van rechten zijn, geen PWA-vrijstelling of een vrijstelling voor de uitoefening van de activiteit van stadswachter genieten.
Wanneer de gesanctioneerde tijdens zijn sanctie werkt of ziek wordt, loopt de sanctie gewoon door. Wanneer iemand verschillende sancties krijgt, lopen deze niet gelijktijdig, maar volgen ze elkaar op. De onderstaande tabel geeft een overzicht van het aantal gesanctioneerden in 2002 en 2003. Tabel 1
Gesanctioneerden in 2002 en 2003
vrijwillige werkloosheid
administratieve redenen
langdurige werkloosheid Bron:
sancties verwittigingen uitstel totaal sancties verwittigingen uitstel totaal
RVA statistisch jaarboek 2002-2003
2002
2003
16585 2196 715 19496 6756 4737 455 11948 8116
17116 2208 824 20148 6762 4931 386 12079 8359
4
We gebruiken in dit onderzoek enkel de sancties en dus niet de verwittigingen en uitstel. De volgende paragraaf beschrijft de steekproef en data uitgebreider.
2. Steekproeftrekking en methodologie Nu steeds meer instellingen, waaronder sinds kort ook de POD Maatschappelijke Integratie, gegevens samenbrengen in de Kruispuntbank Sociale Zekerheid (KSZ) kunnen de stromen van één instelling naar een andere nauwkeuriger in kaart gebracht worden. We dienden bij de KSZ een aanvraag in voor de gegevens van de volgende instellingen: RVA, RSZ, RSZPPO, RSVZ en POD Maatschappelijke Integratie. Deze datasets bevatten gegevens met betrekking tot de arbeidsmarktpositie. Aan de hand van een gecodeerd rijksregisternummer dat in elk van deze bestanden voorkomt, kunnen de verschillende posities aan elkaar gekoppeld worden en kunnen de zogenaamde trajecten samengesteld worden. Bijlage 1 beschrijft hoe deze koppeling technisch verliep. 2.1. Onderzoekspopulatie en steekproeftrekking De onderzoekspopulaties worden als volgt gedefinieerd. Voor de gesanctioneerden bekijken we de volledige populatie. Dit wil zeggen dat alle personen die in de periode oktober 2002 tot december 2003 in het zogenaamde sanctiebestand van de RVA voorkomen. In dit bestand vinden we, zoals hoger aangehaald, enkel de effectieve sancties en niet de verwittigingen of uitstel. Om de invloed van de sanctie af te meten willen we deze groep van gesanctioneerden vergelijken met een groep werklozen met gelijkaardige kenmerken die tot dan (nog) niet gesanctioneerd werden. Een vergelijkingsgroep kan samengesteld worden door gebruik te maken van een of andere matchingstrategie. Een eenvoudige één-op-één-matching levert een vergelijkingsgroep waarin er voor iedere gesanctioneerde persoon een op dat moment niet-gesanctioneerde werkloze met vergelijkbare kenmerken (vb. dezelfde leeftijd, geslacht, woonplaats, gezinssituatie, werkloosheidsduur, enz.) zit. Een nadeel van deze eenvoudige matching is dat men slechts op een beperkt aantal kenmerken kan matchen. Als men te veel veranderlijken in rekening wil brengen, loopt men het risico dat niet voor iedere gesanctioneerde een nietgesanctioneerde kan gevonden worden. Propensity Score Matching (PSM), de matching techniek die we hier gebruiken, kan een oplossing vormen voor dit probleem. Deze benadering steunt op de vaststelling dat het matchen op basis van een enkelvoudige score, die de kans op sanctie weergeeft, even consistente schattingen van het effect kan geven dan het
Analyse van de trajecten
5
matchen op basis van alle relevante veranderlijken. In de praktijk bestaat deze matching procedure uit 2 stappen. In de eerste plaats schat men de kans dat iemand gesanctioneerd wordt door de RVA. Dit gebeurt aan de hand van een logistische regressie. Bij de specificatie van dit model kunnen alle relevant geachte kenmerken meegenomen worden. Eenmaal het model geschat, is het eenvoudig om zowel voor de gesanctioneerden als de niet-gesanctioneerden de kans te voorspellen die ze, gegeven een aantal kenmerken, hebben om gesanctioneerd te worden. Vervolgens gaat men matchen door voor iedere gesanctioneerde een nietgesanctioneerde te zoeken met een identieke, of toch vergelijkbare, voorspelde kans op sanctie. In de plaats van te matchen op basis van een combinatie van verschillende kenmerken, volstaat hier dus één kenmerk met name de voorspelde kans op sanctie. Het probleem dat men geen match vindt, zoals zich dat vaak voordoet bij een eenvoudige matching op basis van relatief veel kenmerken, doet zich hier veel minder voor. In de praktijk verliep het samenstellen van de vergelijkingsgroep als volgt. Eerst wordt de kans dat een werkloze heeft om gesanctioneerd te worden berekend voor alle werklozen. Hiervoor wordt een logistische regressie met de volgende onafhankelijke variabelen geschat: − geslacht (man, vrouw); − leeftijdsklasse (25 of jonger, 26-35, 36-45, 46-55, ouder dan 55); − provincie (Antwerpen, Brussel, Vlaams-Brabant, West-Vlaanderen, OostVlaanderen, Henegouwen, Luik, Limburg, Luxemburg, Namen, andere) − gezinssituatie (gehuwd met kind, alleenstaand, gehuwd zonder kind, kind bij gehuwd paar, ongehuwd samenwonend zonder kind, ongehuwd samenwonend met kind, kind bij ongehuwd paar, hoofd eenoudergezin, kind bij eenoudergezin, ander inwonende, wonend in een collectief huishouden, andere); − werkloosheidsduur2 (6 maanden of minder, 7-12 maanden, 13-24 maanden, 25-36 maanden, 37-48 maanden, 49-60 maanden, meer dan 60 maanden). Tabel 2 toont de logistische regressie met als afhankelijke de variabele ‘sanctie’ voor de werkloosheidsperiodes met werkloosheidsduur.
2
We vonden in het sanctiebestand 25219 sancties terug. 21666 van deze sancties kunnen gekoppeld worden aan een werkloosheidsperiode met een werkloosheidsduur en 3553 zonder werkloosheidsduur. We schatten deze logistische regressie dan ook tweemaal; eenmaal met de variabele ‘werkloosheidsduur’ een eenmaal zonder de variabele ‘werkloosheidsduur’.
6
Tabel 2
Logistische regressie met als afhankelijke de variabele sanctie (kans dat de sanctie = 1) met werkloosheidsduur
Variabele
Coëfficiënt
t-statistiek
Constante Geslacht Vrouw Man Leeftijdsklasse ≤ 25 26-35 35-45 46-55 > 55 Provincie Antwerpen Brussel Vlaams Brabant Waals Brabant West Vlaanderen Oost Vlaanderen Henegouwen Luik Limburg Luxemburg Namen Andere Gezinssituatie Gehuwd met kind Alleenstaande Gehuwd zonder kind Kind bij gehuwd paar Ongehuwd samenwonend zonder kind Ongehuwd samenwonend met kind(eren) Kind bij ongehuwd paar Hoofd eenoudergezin Kind eenoudergezin Andere inwonenden Andere Wonend in collectief huishouden Werkloosheidsduur Duur 6 maand en minder 7-12 13-24 25-36 37-48 49-60 Meer dan 60 maanden
-2,678
-93
Referentie 0,244
16,0
Referentie -0,059 -0,557 -1,851 -3,524
-3,1 -24,3 -57,4 -59,9
Referentie -0,495 0,088 -0,522 -0,109 -0,127 -0,714 -0,717 -0,289 -0,118 -0,568 0,354
-18,8 2,9 -11,0 -3,8 -4,9 -28,6 -25,8 -9,6 -2,6 -15,6 3,2
Referentie -0,320 -0,510 -0,263 -0,101 0,204 (0,040) -0,828 -0,209 (0,089) (0,048) (0,138)
-14,9 -14,6 -9,7 -3,0 7,6 0,5 -28,8 -6,4 1,6 1,0 1,0
Referentie -0,110 (0,000) 0,190 0,360 0,333 -0,057
-4,7 0,0 7,5 12,6 10,0 -2,4
De verbanden die niet statistisch significant zijn, zijn tussen haakjes gezet. Bron:
KSZ – DWH Arbeidsmarkt en Sociale Bescherming
De kans op sanctie blijkt te dalen met de leeftijd. Ook de woonplaats vertoont een significant verband met de kans op sanctie. Algemeen lijkt men immers een lagere kans te hebben om gesanctioneerd te worden in provincies met een relatief hoge
Analyse van de trajecten
7
werkloosheid. Tot een werkloosheidsduur van 2 jaar blijft de kans om gesanctioneerd te worden quasi constant. Nadien neemt de kans op sanctionering toe, om vanaf 4 jaar werkloosheid terug te dalen. Vervolgens wordt voor alle personen de voorspelde kans op sanctie berekend via de formule: Pr (sanctie = 1) = (exp(bx))/(1+exp(bx)) Enkele eenvoudige voorbeelden illustreren dit : − ‘een gehuwde man met kind, wonend in Antwerpen en 3 maanden werkloos’ bx = -2,678 + 0,244 = -2,434 Pr (sanctie = 1) = exp (-2,434) / (1+ exp (-2,434)) = 0,080 Deze man heeft dus 8% kans om gesanctioneerd te worden. - ‘een ongehuwd samenwonende man met kinderen uit Antwerpen en 40 maanden werkloos’ bx = -2,678+0,244+0,204+0,360 = -1,87 Pr (sanctie = 1) = exp (-1,87) / (1+exp (-1,87)) = 0,154 Deze man heeft 15,4% kans om gesanctioneerd te worden. Voor iedere gesanctioneerde gaan we na wat zijn a priori kans is op sanctie, bijvoorbeeld 0,154. Vervolgens zoeken we een werkloze wiens kans op sanctie eveneens 0,154 is, maar die tot op dat moment (nog) niet gesanctioneerd werd. Dit wordt dan de match. Voor de 3553 observaties zonder werkloosheidsduur werd een gelijkaardige logistische regressie geschat. Deze wordt getoond in tabel 3.
8
Tabel 3
Logistische regressie met als afhankelijke de variabele sanctie (kans dat de sanctie = 1) zonder werkloosheidsduur
Variabele Constante Geslacht Vrouw Man Leeftijdsklasse ≤ 25 26-35 35-45 46-55 > 55 Provincie Antwerpen Brussel Vlaams Brabant Waals Brabant West Vlaanderen Oost Vlaanderen Henegouwen Luik Limburg Luxemburg Namen Andere Gezinssituatie Gehuwd met kind Alleenstaande Gehuwd zonder kind Kind bij gehuwd paar Ongehuwd samenwonend zonder kind Ongehuwd samenwonend met kind Kind bij ongehuwd paar Hoofd eenoudergezin Kind bij eenoudergezin Andere inwonenden Wonend in collectief huishouden Andere
Coëfficiënt -5,54
t-statistiek -77,7
Referentie 0,817
20,4
Referentie -0,538 -0,950 -1,878 -2,370
-10,9 -17,1 -26,5 -15,5
Referentie 0,275 0,202 0,262 (-0,042) (-0,119) (0,000) (-0,121) (-0,018) (0,133) (0,183) -1,566
3,2 2,7 2,2 -0,7 -1,9 -0,1 1,7 -0,3 1,0 2,0 -5,5
Referentie 0,775 (-0,059) (0,092) 0,418 0,536 0,596 0,717 0,403 0,324 (0,809) 0,614
14,6 -0,8 1,4 5,8 8,7 3,6 7,4 4,8 2,4 1,9 5,0
De verbanden die niet statistisch significant zijn, zijn tussen haakjes gezet. Bron:
KSZ – DWH Arbeidsmarkt en Sociale Bescherming
Voor de 25 219 sancties vinden we zo 25 219 vergelijkbare werklozen die op het moment van de matching (nog) niet gesanctioneerd waren. Omdat personen verschillende malen kunnen gesanctioneerd worden tijdens de bestudeerde periode, vertegenwoordigen deze 25 219 sancties 24 742 personen. Bovendien kunnen personen uit de vergelijkingsgroep meer dan eens gekoppeld worden met een gesanctioneerde. De vergelijkingsgroep bestaat zo uit 23 852 individuele personen.
Analyse van de trajecten
9
2.2. Trajecten in de Kruispuntbank Sociale Zekerheid Zowel voor de gesanctioneerden als voor de personen uit de vergelijkingsgroep trachten we een loopbaantraject te reconstrueren van oktober 2002 tot december 2003. We maken hiervoor gebruik van de gegevens van de RSZ, RSZPPO, RSVZ, RVA en POD Maatschappelijke Integratie die teruggevonden worden in de KSZ. Per kwartaal weten we bij welke instellingen de respondenten gekend zijn. Iemand kan in hetzelfde kwartaal een- of meermaals in de administratieve bestanden van een instelling voorkomen. Aangezien de bestanden die doorgegeven worden aan de KSZ niet steeds concrete datums bevatten is het niet mogelijk om de chronologie binnen één kwartaal weer te geven. In de volgende paragraaf worden verschillende exploraties op de data voorzien.
3. Analyse Er bestaan verschillende manieren om loopbaangegevens of trajecten te analyseren. Eerst bekijken we de data cross-sectioneel. Dit wil zeggen dat de steekproef beschreven wordt op een specifiek moment, hier in een kwartaal, zonder dat hier rekening gehouden wordt met het voorbije of het volgende kwartaal. Vervolgens benutten we het longitudinale karakter van de data ten volle. Hierbij houden we immers niet enkel rekening met de positie in een gegeven kwartaal, maar ook met de posities in de vorige en volgende kwartalen. Enerzijds komt zo een analyse van de overgangen van het ene kwartaal naar het volgende aan bod. Hier zijn we vooral geïnteresseerd in de arbeidsmarktpositie het kwartaal nadat een werkloze gesanctioneerd werd. Anderzijds worden bepaalde (delen van) trajecten als geheel geanalyseerd. Ook hier richten we ons in de eerste plaats op het traject na de sanctie. 3.1. Cross-sectionele analyse In deze eerste analyse van de data gaan we na bij welke instellingen een persoon teruggevonden wordt in de verschillende kwartalen van de bestudeerde periode. Hierbij wordt abstractie gemaakt van het aantal keer dat een persoon voorkomt in hetzelfde kwartaal3. Tabel 4 geeft een overzicht per kwartaal. Er wordt een onderscheid gemaakt tussen de doelgroep, de gesanctioneerde werklozen, en de vergelijkingsgroep, de personen die op het moment van de match werkloos, maar (nog) niet gesanctioneerd waren. De percentages die weergegeven worden zijn kolompercentages berekend op basis van het totaal aantal werklozen in de doelgroep (24 742) dan wel in de vergelijkingsgroep (23 852). 3
Iemand met verschillende jobs of verschillende werkloosheidsperiodes binnen een kwartaal, komt meer dan eens in dat kwartaal voor in de bestanden van de RSZ of RVA.
Analyse van de trajecten
Tabel 4
10
Voorkomen bij de verschillende instellingen (RVA (hoofd- en sanctiebestand), RSZ, RSZPPO, RSVZ en OCMW) per kwartaal (crosssectioneel)
doelgroep (DG) = 24742 vergelijkingsgroep (VG) = 23852
kwartaal 1 DG N
geen instelling onbekend totaal geen instelling 1 instelling ocmw rszppo rsvz rsz rva sanctie totaal 1 instelling
kwartaal 2 VG
%
N
DG %
N
kwartaal 3 VG
%
N
DG %
N
kwartaal 4 VG
%
N
DG %
N
kwartaal 5 VG
%
N
DG %
N
VG %
N
%
584 584
2 2
922 922
4 4
1370 1370
6 6
720 720
3 3
2261 2261
9 9
484 484
2 2
3166 3166
13 13
461 461
2 2
4208 4208
17 17
4132 4132
17 17
66 75
0 0
71 160
0 1
100 80
0 0
66 94
0 0
150 117
1 0
28 111
0 0
181 158
1 1
13 109
0 0
186 213
1 1
68 276
0 1
72
0
112
0
102
0
57
0
215
1
75
0
324
1
93
0
2364 10793 13 13383
10 44 0 54
3351 11785 9 15488
14 49 0 65
2025 9300 311 11918
8 38 1 48
2246 12714 2 15179
9 53 0 64
2731 7626 366 11205
11 31 1 45
2233 12880 6 15333
9 54 0 64
2913 6694 546 10816
12 27 2 44
1937 13186 0 15338
8 55 0 64
424 3366 5676 483 10348
2 14 23 2 42
215 4190 9237 0 13986
1 18 39 0 59
Analyse van de trajecten Tabel 4
11
Voorkomen bij de verschillende instellingen (RVA (hoofd- en sanctiebestand), RSZ, RSZPPO, RSVZ en OCMW) per kwartaal (crosssectioneel) (vervolg)
doelgroep (DG) = 24742 vergelijkingsgroep (VG) = 23852 2 instellingen rszppo ocmw rszppo rsvz rszppo rsz rszppo rva rsvz ocmw rsz ocmw rsz rsvz rva ocmw rva rsvz rva rsz Sanctie ocmw Sanctie rszppo Sanctie rsvz Sanctie rsz Sanctie rva totaal 2 instellingen
kwartaal 1 DG N
kwartaal 2 VG
%
DG
N
%
N
kwartaal 3 VG
%
DG
N
%
N
kwartaal 4 VG
%
DG
N
%
N
kwartaal 5 VG
%
DG
N
%
N
VG %
N
%
31 3 24 185 2
0 0 0 1 0
67 1 42 339 1
0 0 0 1 0
27 2 23 140 1
0 0 0 1 0
38 2 27 339 0
0 0 0 1 0
30 3 25 142 2
0 0 0 1 0
21 1 31 393 3
0 0 0 2 0
32 3 25 108 2
0 0 0 0 0
12 2 12 412 1
0 0 0 2 0
47 5 40 111 6
0 0 0 0 0
11 5 64 278 0
0 0 0 1 0
50
0
42
0
75
0
29
0
84
0
19
0
78
0
10
0
118
0
27
0
90 281 225 6015 9 1 1 37 1902 8856
0 1 1 24 0 0 0 0 8 36
97 170 176 6185 1 0 0 20 4 7145
0 1 1 26 0 0 0 0 0 30
51 388 258 5201 41 16 44 415 2200 8882
0 2 1 21 0 0 0 2 9 36
58 187 225 6731 0 1 0 11 2 7650
0 1 1 28 0 0 0 0 0 32
74 480 206 4765 45 28 49 702 2138 8773
0 2 1 19 0 0 0 3 9 35
51 211 241 6766 2 0 0 7 2 7748
0 1 1 28 0 0 0 0 0 32
105 493 187 4048 42 41 67 887 2222 8340
0 2 1 16 0 0 0 4 9 34
60 195 261 6804 0 0 0 5 3 7777
0 1 1 29 0 0 0 0 0 33
127 479 143 3777 67 27 62 794 2061 7864
1 2 1 15 0 0 0 3 8 32
107 125 181 4750 0 0 0 0 0 5548
0 1 1 20 0 0 0 0 0 23
12 Tabel 4
Voorkomen bij de verschillende instellingen (RVA (hoofd- en sanctiebestand), RSZ, RSZPPO, RSVZ en OCMW) per kwartaal (crosssectioneel) (vervolg)
doelgroep (DG) = 24742 vergelijkingsgroep (VG) = 23852
DG
kwartaal 2
VG
DG
N
%
N
%
N
0 1 1 22 1
0 0 0 0 0
1 1 1 30 2
0 0 0 0 0
0 3 0 19 2
rszppo rva rsz
56
0
53
0
rsz rsvz ocmw rva rsvz ocmw rva rsz ocmw rva rsz rsvz
0 6 155 154 0 0 0 41 0 5 1 214 36 1088 1781
0 0 1 1 0 0 0 0 0 0 0 1 0 4 7
0 3 57 123 0 0 0 0 0 3 1 0 0 9 284
0 0 0 1 0 0 0 0 0 0 0 0 0 0 1
3 instellingen rszppo rsvz ocmw rszppo rsz ocmw rszppo rsz rsvz rszppo rva ocmw rszppo rva rsvz
sanctie rszppo ocmw
sanctie rszppo rsvz Sanctie rszppo rsz sanctie rszppo rva sanctie rsvz ocmw sanctie rsz ocmw
sanctie rsz rsvz sanctie rva ocmw
sanctie rva rsvz sanctie rva rsz totaal 3 instellingen
12
kwartaal 1
kwartaal 3 VG
%
DG
N
%
N
0 0 0 0 0
1 1 1 27 7
0 0 0 0 0
0 2 0 9 2
28
0
53
0
1 1 160 138 1 0 8 36 0 33 13 364 72 1481 2360
0 0 1 1 0 0 0 0 0 0 0 1 0 6 10
0 1 66 130 0 0 1 0 0 1 0 0 0 7 296
0 0 0 1 0 0 0 0 0 0 0 0 0 0 1
kwartaal 4 VG
%
DG
N
%
N
0 0 0 0 0
1 0 2 16 6
0 0 0 0 0
0 1 0 17 2
49
0
51
0
2 2 195 106 6 0 9 38 1 56 32 288 75 1430 2302
0 0 1 0 0 0 0 0 0 0 0 1 0 6 9
0 3 65 128 0 0 0 0 0 1 0 0 0 6 279
0 0 0 1 0 0 0 0 0 0 0 0 0 0 1
kwartaal 5 VG
%
DG
N
%
N
0 0 0 0 0
1 2 1 18 5
0 0 0 0 0
0 6 1 10 1
23
0
59
0
2 7 176 114 4 1 13 41 0 65 21 282 58 1402 2229
0 0 1 0 0 0 0 0 0 0 0 1 0 6 9
1 1 54 129 0 0 0 0 0 1 0 1 0 1 274
0 0 0 1 0 0 0 0 0 0 0 0 0 0 1
VG %
N
%
0 0 0 0 0
0 0 1 10 5
0 0 0 0 0
28
0
41
0
0 4 170 96 9 1 16 47 0 67 32 288 78 1276 2130
0 0 1 0 0 0 0 0 0 0 0 1 0 5 9
0 1 36 90 0 0 0 0 0 0 0 0 0 0 184
0 0 0 0 0 0 0 0 0 0 0 0 0 0 1
Analyse van de trajecten Tabel 4
13
Voorkomen bij de verschillende instellingen (RVA (hoofd- en sanctiebestand), RSZ, RSZPPO, RSVZ en OCMW) per kwartaal (crosssectioneel) (vervolg) kwartaal 1
doelgroep (DG) = 24742 vergelijkingsgroep (VG) = 23852
DG N
kwartaal 2
VG %
N
DG %
N
kwartaal 3 VG
%
N
DG %
N
kwartaal 4 VG
%
N
DG %
N
kwartaal 5 VG
%
N
DG %
N
VG %
N
%
4 instellingen rszppo rva rsvz ocmw rszppo rva rsz ocmw rszppo rva rsz rsvz rva rsz rsvz ocmw sanctie rszppo rsz ocmw
0 7 1 0 0
0 0 0 0 0
0 5 4 1 0
0 0 0 0 0
0 4 0 4 0
0 0 0 0 0
1 4 2 0 0
0 0 0 0 0
0 4 0 2 1
0 0 0 0 0
0 3 1 1 0
0 0 0 0 0
0 5 0 2 2
0 0 0 0 0
0 1 0 0 0
0 0 0 0 0
0 1 0 1 1
0 0 0 0 0
0 0 2 0 0
0 0 0 0 0
sanctie rszppo rva ocmw
3
0
0
0
5
0
0
0
7
0
0
0
10
0
0
0
3
0
0
0
0 9 0 5 82 26 133
0 0 0 0 0 0 1
0 0 0 0 3 0 13
0 0 0 0 0 0 0
0 14 0 2 152 30 211
0 0 0 0 1 0 1
0 0 0 0 0 0 7
0 0 0 0 0 0 0
1 12 0 6 115 49 197
0 0 0 0 0 0 1
0 0 0 0 3 0 8
0 0 0 0 0 0 0
0 17 0 2 118 32 188
0 0 0 0 0 0 1
0 0 0 0 1 0 2
0 0 0 0 0 0 0
1 23 1 4 124 29 188
0 0 0 0 1 0 1
0 0 0 0 0 0 2
0 0 0 0 0 0 0
3 1 1 5
0 0 0 0
0 0 0 0
0 0 0 0
0 0 1 1
0 0 0 0
0 0 0 0
0 0 0 0
0 0 4 4
0 0 0 0
0 0 0 0
0 0 0 0
1 0 1 2
0 0 0 0
0 0 0 0
0 0 0 0
3 0 1 4
0 0 0 0
0 0 0 0
0 0 0 0
sanctie rszppo rva rsvz sanctie rszppo rva rsz sanctie rsz rsvz ocmw sanctie rva rsvz ocmw sanctie rva rsz ocmw sanctie rva rsz rsvz totaal 4 instellingen 5 instellingen sanctie rszppo rva rsz ocmw sanctie rszppo rva rsz rsvz sanctie rva rsz rsvz ocmw totaal 5 instellingen
Bron:
KSZ – DWH Arbeidsmarkt en Sociale Bescherming
Analyse van de trajecten
14
Ruim de helft van de respondenten komt slechts bij 1 instelling per kwartaal voor. Het gaat dan zowel bij de doel- als de vergelijkingsgroep vrijwel steeds om de RVA. Ongeveer een derde vinden we in 2 datasets terug. Enerzijds gaat het hier om personen die tijdens hetzelfde kwartaal zowel een periode van werk als één van werkloosheid kennen. Anderzijds vinden we ook personen die tijdens hun werkloosheidsperiode gesanctioneerd werden. Zij komen dan zowel in het hoofdbestand als in het sanctiebestand van de RVA voor. Het spreekt voor zich dat deze laatste combinatie vooral belangrijk is bij personen uit de doelgroep. Het voorkomen in meer dan 3 instellingen is minder frequent, maar geeft wel een aanwijzing voor de mogelijke complexiteit van de trajecten. In een volgende stap wordt het aantal verschillende arbeidsmarktposities beperkt tot vijf. In plaats van vast te houden aan de verschillende instellingen RSZ, RSVZ, RRZPPO definiëren we deze categorieën als ‘werk’. De posities ‘sanctie’, ‘werkloos’, ‘OCMW’ en ‘onbekend’ blijven behouden. Daarnaast blijft het ook mogelijk om in hetzelfde kwartaal combinaties van verschillende posities zoals ‘werk en werkloosheid’ te onderscheiden. Bij zulke combinaties is het echter opnieuw niet mogelijk om aan te geven of men nu werkte en dan werkloos werd, of omgekeerd of dat men verschillende periodes van werk en werkloosheid afwisselde. Tabel 5 geeft een overzicht per kwartaal en maakt een onderscheid tussen de doel- en de vergelijkingsgroep
Analyse van de trajecten
Tabel 5
15
Voorkomen bij de verschillende arbeidsmarktposities (werkloos, sanctie, werk, ocmw, onbekend) per kwartaal (cross-sectioneel) (vervolg) kwartaal 1
doelgroep (DG) = 24742 vergelijkingsgroep (VG) = 23852
DG N
kwartaal 2 VG
%
N
DG %
N
kwartaal 3 VG
%
N
DG %
N
kwartaal 4 VG
%
N
DG %
N
kwartaal 5 VG
%
N
DG %
N
VG %
N
%
onbekend ocmw
584 66
2 0
922 71
4 0
1370 100
6 0
720 66
3 0
2261 150
9 1
484 28
2 0
3166 181
13 1
461 13
2 0
4208 186
17 1
4132 68
17 0
werkloos
1079 3
44
1178 5
49
9300
38
1271 4
53
7626
31
1288 0
54
6694
27
1318 6
55
5676
23
9237
39
werk sanctie
2629 13
11 0
3764 9
16 0
2283 311
9 1
2485 2
10 0
3165 366
13 1
2504 6
10 0
3528 546
14 2
2214 0
9 0
4176 483
17 2
4858 0
20 0
werkloos ocmw werk ocmw werk werkloos sanctie ocmw sanctie werkloos sanctie werk
281 84 6637 9 1902 40
1 0 27 0 8 0
170 112 6882 1 4 21
1 0 29 0 0 0
388 107 5767 41 2200 496
2 0 23 0 9 2
187 69 7487 0 2 13
1 0 31 0 0 0
480 120 5270 45 2138 820
2 0 21 0 9 3
211 44 7586 2 2 7
1 0 32 0 0 0
493 115 4482 42 2222 1030
2 0 18 0 9 4
195 27 7670 0 3 5
1 0 32 0 0 0
479 177 4156 67 2061 932
2 1 17 0 8 4
125 38 5347 0 0 0
1 0 22 0 0 0
werk werkloos ocmw sanctie werk ocmw sanctie werk werkloos sanctie werkloos ocmw
190 5 1201 214
1 0 5 1
96 3 9 0
0 0 0 0
188 34 1633 364
1 0 7 1
99 1 7 0
0 0 0 0
212 64 1605 288
1 0 6 1
88 1 6 0
0 0 0 0
207 71 1550 282
1 0 6 1
74 1 1 1
0 0 0 0
186 78 1454 288
1 0 6 1
47 0 0 0
0 0 0 0
sanctie werk werkloos ocmw
94
0
3
0
160
1
0
0
132
1
3
0
133
1
1
0
135
1
0
0
Bron:
KSZ – DWH Arbeidsmarkt en Sociale Bescherming
Analyse van de trajecten
16
De vereenvoudiging van de posities zoals die is weergegeven in bovenstaande tabel, wordt ook in de volgende paragraaf, waar we de gegevens longitudinaal bekijken verdergezet. 3.2. Longitudinale analyse 3.2.1. Het traject als opeenvolging van transities De KSZ verzamelt longitudinale gegevens. Dit wil zeggen dat per kwartaal bijgehouden wordt in welke arbeidsmarktpositie een persoon zich bevindt. Wanneer al deze posities aan elkaar gekoppeld worden, kunnen we een traject samenstellen. Dit traject kan bekeken worden als een opeenvolging van verschillende overgangen of transities. In deze context definiëren we een transitie als de overgang van het ene kwartaal naar het volgende en dus niet als een transitie van de ene positie (vb. werk) naar de andere (vb. werkloosheid). Dit heeft opnieuw te maken met het feit dat we binnen een kwartaal de opeenvolging van de verschillende posities niet kennen. Deze transities kunnen samengevat worden in een matrix. Zulke transitiematrix verbindt dus de posities van 2 opeenvolgende periodes; in de rijen vinden we de uitgangspositie in de kolommen de bestemming. In tabellen 6 tot en met 9 geven we de matrices voor de opeenvolgende overgangen van het ene kwartaal naar het volgende voor de gesanctioneerde werklozen. Aangezien de dataset 24 742 gesanctioneerde werklozen telt, tellen we dus ook telkens 24 742 transities. Tabel 10 sommeert dan de transities over de verschillende kwartalen. In deze matrix worden dus 98 968 (=4 x 24 742) transities of 4 transities per persoon bekeken. In tabel 11, tot slot, worden de percentages weergegeven. Dit maakt het eenvoudiger om te zien welke transities relatief gesproken het meeste voorkomen.
Analyse van de trajecten
sanctie werkloos ocmw
sanctie werk werkloos
sanctie werk ocmw
werk werkloos ocmw
sanctie werk
sanctie werkloos
sanctie ocmw
werk werkloos
werk ocmw
werkloos ocmw
sanctie
werk
werkloos
ocmw
kwartaal 1 onbekend ocmw werkloos werk sanctie werkloos ocmw werk ocmw werk werkloos sanctie ocmw sanctie werkloos sanctie werk werk werkloos ocmw sanctie werk ocmw sanctie werk werkloos sanctie werkloos ocmw
onbekend
kwartaal 2
Totaal
Arbeidsmarktpositie van de personen uit de doelgroep in kwartaal 1 ten opzichte van de positie in kwartaal 2 sanctie werk werkloos ocmw
Tabel 6
17
7 18 4 4 0 0 5 1 3 23 2 2 0 5 22 4
217 4 6969 200 8 72 2 827 1 728 9 13 0 183 58 9
42 0 57 1123 0 0 4 564 0 122 4 11 0 347 0 9
0 0 255 2 0 0 0 43 0 6 0 2 0 3 0 0
14 22 23 20 1 77 11 19 4 42 3 20 3 13 89 27
1 6 0 9 0 4 29 5 0 8 1 9 0 15 12 8
62 0 931 891 1 12 6 3150 0 111 15 24 0 544 8 12
2 0 17 1 0 10 0 5 0 1 0 2 0 0 2 1
45 0 1720 53 1 21 0 332 0 15 3 6 0 2 2 0
0 0 69 15 0 1 0 393 0 3 0 3 0 11 0 1
4 9 10 31 0 20 21 23 0 1 0 24 1 13 13 18
0 1 2 0 0 2 0 19 0 0 0 9 0 1 0 0
6 0 345 167 2 3 1 1078 0 3 1 13 0 13 1 0
3 5 192 9 0 55 1 60 1 2 0 25 1 3 5 2
1 0 23 22 0 3 3 80 0 0 0 26 0 0 0 2
584
sanctie werk werkloos ocmw
180 1 176 82 0 1 1 38 0 837 2 1 0 48 2 1
Totaal
1370
100
9300
2283
311
388
107
5767
41
2200
496
188
34
1633
364
160
24742
Bron:
KSZ – DWH Arbeidsmarkt en Sociale Bescherming
66 10793 2629 13 281 84 6637 9 1902 40 190 5 1201 214 94
18 Arbeidsmarktpositie van de personen uit de doelgroep in kwartaal 2 ten opzichte van de positie in kwartaal 3
sanctie werkloos ocmw
sanctie werk werkloos
sanctie werk ocmw
werk werkloos ocmw
sanctie werk
sanctie werkloos
sanctie ocmw
werk werkloos
werk ocmw
werkloos ocmw
72 0 75 1117 25 2 13 774 0 131 324 12 4 600 3 13
58 0 243 10 1 1 2 33 0 15 0 2 0 0 1 0
10 31 20 12 3 88 13 6 18 62 6 14 9 13 139 36
5 11 0 7 0 1 27 2 2 6 3 13 4 7 17 15
51 1 994 562 8 29 6 2528 0 187 95 38 4 716 20 31
1 4 15 3 0 8 1 10 0 1 0 0 0 0 2 0
25 1 1795 25 1 14 0 250 0 17 0 8 0 2 0 0
7 0 72 196 0 3 1 516 0 5 2 4 0 14 0 0
0 9 5 18 1 25 21 19 2 7 2 20 6 18 23 36
0 1 6 10 0 2 7 18 1 1 1 12 1 2 0 2
16 0 397 148 0 1 1 1015 0 4 1 13 0 9 0 0
6 5 167 2 0 47 1 36 1 1 0 15 0 1 4 2
0 2 22 10 0 18 3 56 0 0 1 19 0 1 0 0
Totaal
2261
150
7626
3165
366
480
120
5270
45
2138
820
212
64
1605
288
132
24742
Bron:
18
KSZ – DWH Arbeidsmarkt en Sociale Bescherming
Totaal
234 8 5323 89 62 144 2 466 2 944 25 16 1 185 112 13
sanctie
werk
6 25 1 1 0 5 5 1 12 31 1 2 4 6 40 10
1370
sanctie werk werkloos ocmw
879 2 165 73 210 0 4 37 3 788 35 0 1 59 3 2
kwartaal 2 onbekend ocmw werkloos werk sanctie werkloos ocmw werk ocmw werk werkloos sanctie ocmw sanctie werkloos sanctie werk werk werkloos ocmw sanctie werk ocmw sanctie werk werkloos sanctie werkloos ocmw
ocmw
werkloos
onbekend
kwartaal 3
sanctie werk werkloos ocmw
Tabel 7
100 9300 2283 311 388 107 5767 41 2200 496 188 34 1633 364 160
Analyse van de trajecten
Arbeidsmarktpositie van de personen uit de doelgroep in kwartaal 3 ten opzichte van de positie in kwartaal 4
Bron:
sanctie werkloos ocmw
sanctie werk werkloos
sanctie werk ocmw
werk werkloos ocmw
sanctie werk
sanctie werkloos
sanctie ocmw
werk werkloos
werk ocmw
werkloos ocmw
231 13 4159 95 62 226 2 509 5 956 71 29 2 244 74 16
114 2 37 1625 29 0 27 538 1 114 508 15 7 497 3 11
107 1 331 22 4 1 0 62 0 13 2 0 0 3 0 0
11 35 21 10 3 113 5 12 19 50 10 14 15 15 134 26
3 13 1 4 3 1 35 2 4 6 4 3 9 6 7 14
35 4 555 592 11 38 7 2142 1 121 156 60 3 721 9 27
3 5 10 4 0 2 3 11 0 2 0 2 0 0 0 0
43 0 1815 49 1 18 1 276 0 13 1 3 0 2 0 0
7 0 65 409 1 0 2 507 0 5 17 3 0 14 0 0
1 7 4 14 0 21 16 20 2 4 5 32 15 19 20 27
0 0 3 16 0 2 5 33 0 0 1 6 1 1 2 1
11 1 337 190 0 5 1 986 0 2 2 5 0 9 0 1
6 1 147 10 0 36 7 49 1 0 0 20 1 1 2 1
1 0 17 11 0 9 4 74 0 1 0 15 0 0 1 0
2261
3166
181
6694
3528
546
493
115
4482
42
2222
1030
207
71
1550
282
133
24742
KSZ – DWH Arbeidsmarkt en Sociale Bescherming
Totaal
werk
13 52 1 4 1 2 5 2 11 22 5 3 8 12 33 7
sanctie
werkloos
1675 16 123 110 251 6 0 47 1 829 38 2 3 61 3 1
ocmw
kwartaal 3 onbekend ocmw werkloos werk sanctie werkloos ocmw werk ocmw werk werkloos sanctie ocmw sanctie werkloos sanctie werk werk werkloos ocmw sanctie werk ocmw sanctie werk werkloos sanctie werkloos ocmw sanctie werk werkloos ocmw Totaal
onbekend
kwartaal 4
sanctie werk werkloos ocmw
Tabel 8
19
150 7626 3165 366 480 120 5270 45 2138 820 212 64 1605 288 132
20 Arbeidsmarktpositie van de personen uit de doelgroep in kwartaal 4 ten opzichte van de positie in kwartaal 5
Bron:
20
sanctie werkloos ocmw
sanctie werk werkloos
sanctie werk ocmw
werk werkloos ocmw
sanctie werk
sanctie werkloos
sanctie ocmw
werk werkloos
werk ocmw
werkloos ocmw
175 14 3490 29 73 228 1 338 1 894 90 22 1 244 60 16
207 9 35 2185 43 1 22 416 0 136 617 14 5 474 2 10
114 0 275 29 8 1 0 44 0 11 1 0 0 0 0 0
7 37 14 1 6 109 4 4 22 54 13 13 24 13 129 29
2 21 1 9 0 1 58 2 6 7 7 10 14 11 16 12
37 0 439 449 21 36 5 1989 0 185 215 48 2 696 8 26
4 3 24 10 0 7 4 8 0 4 1 2 0 0 0 0
36 1 1708 45 0 18 0 233 0 8 1 6 0 4 1 0
23 0 76 386 0 0 1 404 0 1 14 7 1 19 0 0
5 6 3 11 1 22 8 5 2 4 15 25 14 20 19 26
0 4 4 26 0 0 3 20 0 1 2 14 1 1 1 1
14 0 334 185 0 2 0 902 0 1 1 4 0 10 1 0
6 2 163 11 0 47 2 30 0 4 0 18 0 1 3 1
0 1 18 17 0 10 0 56 1 1 1 22 1 2 2 3
3166
4208
186
5676
4176
483
479
177
4156
67
2061
932
186
78
1454
288
135
24742
KSZ – DWH Arbeidsmarkt en Sociale Bescherming
Totaal
werk
12 71 2 6 8 3 5 0 6 22 5 0 6 4 29 7
sanctie
werkloos
2524 12 108 129 386 8 2 31 4 889 47 2 2 51 11 2
ocmw
kwartaal 4 onbekend ocmw werkloos werk sanctie werkloos ocmw werk ocmw werk werkloos sanctie ocmw sanctie werkloos sanctie werk werk werkloos ocmw sanctie werk ocmw sanctie werk werkloos sanctie werkloos ocmw sanctie werk werkloos ocmw Totaal
onbekend
kwartaal 5
sanctie werk werkloos ocmw
Tabel 9
181 6694 3528 546 493 115 4482 42 2222 1030 207 71 1550 282 133
Analyse van de trajecten
Arbeidsmarktpositie van de personen uit de doelgroep in kwartaal x ten opzichte van de positie in kwartaal x+1
Bron:
sanctie werkloos ocmw
sanctie werk werkloos
sanctie werk ocmw
werk werkloos ocmw
10 12 66 18 0 27 8 34 0 8 1 6 0 0 4 1
149 2 7038 172 3 71 1 1091 0 53 5 23 0 10 3 0
37 0 282 1006 1 4 4 1820 0 14 33 17 1 58 0 1
10 31 22 74 2 88 66 67 6 16 22 101 36 70 75 107
0 6 15 52 0 6 15 90 1 2 4 41 3 5 3 4
47 1 1413 690 2 11 3 3981 0 10 5 35 0 41 2 1
21 13 669 32 0 185 11 175 3 7 0 78 2 6 14 6
2 3 80 60 0 40 10 266 1 2 2 82 1 3 3 5
29296
13152
1706
1840
519
19675
195
8621
3278
793
247
6242
1222
560
98968
19941
KSZ – DWH Arbeidsmarkt en Sociale Bescherming
Totaal
185 5 2919 2494 41 115 24 9809 1 604 481 170 9 2677 45 96
sanctie ocmw
11 51 2 29 3 7 149 11 12 27 15 35 27 39 52 49
werk werkloos
42 125 78 43 13 387 33 41 63 208 32 61 51 54 491 118
werk ocmw
279 1 1104 63 13 3 2 182 0 45 3 4 0 6 1 0
7381
413 205 670 7 2140 9 3522 195 80 4 856 304 54
435 11 204 6050 97 3 66 2292 1 503 1453 52 16 1918 8 43
857 39
werkloos ocmw
sanctie werk
617
sanctie werkloos
11005
sanctie
38 166 8 15 9 10 20 4 32 98 13 7 18 27 124 28
werk
5258 31 572 394 847 15 7 153 8 3343 122 5 6 219 19 6
werkloos
ocmw
kwartaal x onbekend ocmw werkloos werk sanctie werkloos ocmw werk ocmw werk werkloos sanctie ocmw sanctie werkloos sanctie werk werk werkloos ocmw sanctie werk ocmw sanctie werk werkloos sanctie werkloos ocmw sanctie werk werkloos ocmw Totaal
onbekend
kwartaal x+1
sanctie werk werkloos ocmw
Tabel 10
21
497 34413 11605 1236 1642 426 22156 137 8462 2386 797 174 5989 1148 519
22 Arbeidsmarktpositie van de personen uit de doelgroep in kwartaal x ten opzichte van de positie in kwartaal x+1
(percentages)
Bron:
22
sanctie werk werkloos ocmw
sanctie werkloos ocmw
sanctie werk werkloos
sanctie werk ocmw
werk werkloos ocmw
sanctie werk
sanctie werkloos
sanctie ocmw
werk werkloos
werk ocmw
werkloos ocmw
sanctie
werk
werkloos
ocmw
kwartaal x onbekend ocmw werkloos werk sanctie werkloos ocmw werk ocmw werk werkloos sanctie ocmw sanctie werkloos sanctie werk werk werkloos ocmw sanctie werk ocmw sanctie werk werkloos sanctie werkloos ocmw sanctie werk werkloos ocmw Totaal
onbekend
kwartaal x+1
Totaal
Tabel 11
5 0 1 0 1 0 0 0 0 3 0 0 0 0 0 0
0 0 0 0 0 0 0 0 0 0 0 0 0 0 0 0
1 0 20 0 0 1 0 2 0 4 0 0 0 1 0 0
0 0 0 6 0 0 0 2 0 1 1 0 0 2 0 0
0 0 1 0 0 0 0 0 0 0 0 0 0 0 0 0
0 0 0 0 0 0 0 0 0 0 0 0 0 0 0 0
0 0 0 0 0 0 0 0 0 0 0 0 0 0 0 0
0 0 3 3 0 0 0 10 0 1 0 0 0 3 0 0
0 0 0 0 0 0 0 0 0 0 0 0 0 0 0 0
0 0 7 0 0 0 0 1 0 0 0 0 0 0 0 0
0 0 0 1 0 0 0 2 0 0 0 0 0 0 0 0
0 0 0 0 0 0 0 0 0 0 0 0 0 0 0 0
0 0 0 0 0 0 0 0 0 0 0 0 0 0 0 0
0 0 1 1 0 0 0 4 0 0 0 0 0 0 0 0
0 0 1 0 0 0 0 0 0 0 0 0 0 0 0 0
0 0 0 0 0 0 0 0 0 0 0 0 0 0 0 0
7 1 35 12 1 2 0 22 0 9 2 1 0 6 1 1
11
1
30
13
2
2
1
20
0
9
3
1
0
6
1
1
100
KSZ – DWH Arbeidsmarkt en Sociale Bescherming
Analyse van de trajecten
23
Bijna de helft van de transities bevinden zich op de diagonaal van de matrix. Dit zijn de zogenaamde stabiele transities waarbij de positie in een bepaald kwartaal hetzelfde is als die in het daaropvolgende kwartaal. In het kader van dit onderzoek zijn we voornamelijk geïnteresseerd in de overgangen die men maakt na een sanctie. Hierbij kunnen de volgende vragen gesteld worden: Hoe reageren personen op een sanctie? Zien we de meeste transities naar werk, naar inactiviteit? Hangt het soort uitstroom samen met een aantal achtergrondkenmerken? In de volgende tabellen werden alle uitgangsposities waarin ‘sanctie’ voorkwam samengenomen4: sanctie – sanctie ocmw – sanctie werkloos – sanctie werk – sanctie werk ocmw – sanctie werk werkloos – sanctie werkloos ocmw – sanctie werk werkloos ocmw. Tabel 12 geeft de positie het kwartaal na een sanctie en bekijkt tevens ook enkele achtergrondkenmerken (leeftijdsklasse, geslacht, gezinssituatie).
4
Het kan zijn dat de sanctie hier aan het begin van het kwartaal viel en personen tijdens het kwartaal zelf reeds uitstroomden naar werk of inactiviteit. Bij gebrek aan voldoende data gegevens kunnen we vaak echter niet weten of deze ‘vermeende uitstroom’ zich effectief pas na de sanctie situeert.
Analyse van de trajecten
sanctie werk werkloos ocmw
sanctie werkloos ocmw
sanctie werk werkloos
sanctie werk ocmw
werk werkloos ocmw
sanctie werk
sanctie werkloos
sanctie ocmw
werk werkloos
werk ocmw
349 2
5149 26
4039 20
68 0
1030 5
224 1
3954 20
14 0
74 0
108 1
334 2
22 0
61 0
38 0
17 0
20051 100
leeftijdsklasse (kolom%) 15-24 25-34 35-44 45-64 geslacht (kolom%)
16 47 28 9
34 36 24 7
25 37 22 16
24 46 23 7
18 49 18 16
25 35 25 14
32 42 19 8
26 41 22 10
36 14 36 14
39 34 20 7
23 44 24 8
35 31 27 7
55 23 9 14
25 48 23 5
26 37 29 8
29 41 18 12
24 41 24 11
man vrouw
27 73
67 33
57 43
57 43
51 49
60 40
69 31
66 34
50 50
59 41
67 33
70 30
77 23
69 31
76 24
59 41
53 47
Bron:
KSZ – DWH Arbeidsmarkt en Sociale Bescherming
Totaal
4570 23
sanctie
werk
uitstroom (aantal) uitstroom (rij %)
ocmw
werkloos
werkloos ocmw
De positie in het kwartaal volgend op een sanctie naar achtergrondkenmerken (doelgroep)
onbekend
Tabel 12
24
Analyse van de trajecten
25
sanctie werk werkloos ocmw
Totaal
68 0
1030 5
224 1
3954 20
14 0
74 0
108 1
334 2
22 0
61 0
38 0
17 0
20051 100
Gehuwde met kind Gehuwde zonder kind Kind bij een gehuwd paar Ongehuwd samenwonend met kind Ongehuwd samenwonend zonder kind Kind bij een ongehuwd paar Hoofd eenoudergezin Kind in een eenoudergezin Alleenstaande Andere inwonende Wonend in collectief huishouden Overige
49 5 11 11
10 2 11 7
19 6 13 9
29 5 16 11
19 6 6 15
9 3 4 7
6 1 8 7
22 6 15 9
0 0 0 14
16 7 18 8
26 5 10 11
6 4 7 5
14 0 23 9
25 5 15 5
11 8 0 5
24 0 0 18
28 5 13 10
4 1 3 4 8 2 0 2
5 1 14 7 34 3 1 5
5 1 9 7 24 2 0 4
8 1 4 7 15 2 0 3
6 1 10 6 26 0 1 3
4 0 20 4 43 1 1 5
4 0 13 6 43 4 1 6
7 1 7 7 21 2 0 3
0 0 21 7 50 0 0 7
5 0 7 8 22 1 0 8
8 0 5 6 20 0 1 7
4 1 15 4 47 2 1 3
0 0 14 0 41 0 0 0
7 0 3 7 31 3 0 0
3 0 13 0 55 0 0 5
0 0 12 6 35 0 0 6
6 1 7 6 19 2 0 3
Bron:
sanctie werk werkloos
sanctie werk ocmw
sanctie werk
sanctie ocmw
werk ocmw
sanctie
ocmw
KSZ – DWH Arbeidsmarkt en Sociale Bescherming
sanctie werkloos ocmw
4039 20
werk werkloos ocmw
5149 26
sanctie werkloos
349 2
werk werkloos
4570 23
werkloos ocmw
werk
uitstroom (aantal) uitstroom (rij %) lipro-positie (kolom%)
onbekend
werkloos
Tabel 12 De positie in het kwartaal volgend op een sanctie naar achtergrondkenmerken (doelgroep) (vervolg)
Analyse van de trajecten
26
De eerste 2 rijen van tabel 12 geven aan dat welke arbeidsmarktpositie een gesanctioneerde heeft in het kwartaal volgend op zijn/haar sanctie. Een kwart vinden we het kwartaal na de sanctie niet meer terug in de onderzochte bestanden. We vinden hen terug in de categorie ‘onbekend’. Enerzijds gaat het hier om personen die terugvallen op andere inactiviteitsuitkeringen zoals invaliditeitsuitkeringen of pensioenen. Aangezien onze vraag aan de KSZ deze instellingen niet bevatte, hebben we geen indicaties over de grootte van deze groep. Anderzijds omvat deze groep de personen die zich vrijwillig, dan wel verplicht volledig terugtrekken uit de arbeidsmarkt. Ruim een kwart (26%) van de gesanctioneerden wordt terug werkloos na een sanctie. 20% stroomt uit naar werk en 20% is in het volgende kwartaal zowel aan het werk als werkloos. Ongeveer 10% verkrijgt het kwartaal na een sanctie een vergoeding van het OCMW. 2% is enkel terug te vinden in de OCMW-betalingsbestanden. De anderen zijn daarnaast ook geregistreerd door de RVA, RSZ, RSZPPO of RSVZ. Door de achtergrondkenmerken van de gesanctioneerden te bestuderen, kan nagegaan worden of bepaalde groepen van werklozen bij een sanctie meer uitstromen naar bepaalde richtingen. Werklozen uit de jongste leeftijdscategorie, 15-24, stromen relatief gezien meer uit naar het OCMW. Gesanctioneerden ouder dan 45 krijgen in het kwartaal volgend op een sanctie vaak opnieuw een werkloosheidsuitkering. De middelste leeftijdsklassen lijken iets meer uit te stromen naar werk of verdwijnen uit de dataset. Dit laatste hangt vermoedelijk samen met hun gezinssituatie en geslacht. Vrouwen en gehuwden met een kind zijn het kwartaal na een sanctie vaak meer niet meer terug te vinden in de bestudeerde bestanden. Waarschijnlijk kunne ze geen aanspraak maken op andere uitkeringen (OCMW, invaliditeit, pensioen, … ) en vallen ze terug op de inkomsten van een partner. Bij degenen die het kwartaal volgend op een sanctie wel vaker een vergoeding aanvragen en verkrijgen bij het OCMW zijn mannen en eenoudergezinnen oververtegenwoordigd. De analyses uit deze paragraaf richten zich in de eerste plaats op wat er gebeurde met de personen uit de doelgroep vlak na hun sanctie. We kunnen deze analyses ook maken voor de referentiepersonen. Tabel 13 bekijkt de situatie van deze personen het kwartaal na de matching, d. i. het kwartaal nadat hun evenknie uit de doelgroep gesanctioneerd werd.
Analyse van de trajecten
38
7
leeftijdsklasse (kolom%) 15-24 25-34 35-44 45-64 geslacht (kolom%) man vrouw Bron:
Totaal
sanctie werk werkloos ocmw
sanctie werkloos ocmw
sanctie werk werkloos
sanctie werk ocmw
werk werkloos ocmw
sanctie werk
sanctie werkloos
werk werkloos
werk ocmw
werkloos ocmw
sanctie
werk
ocmw
1336
uitstroom (aantal) uitstroom (rij %)
werkloos
De positie in het kwartaal volgend op het matchingmoment naar achtergrondkenmerken (vergelijkingsgroep)
onbekend
Tabel 13
27
2470
2
155
36
5804
2
3
66
1
3
1
1
0
1013 3 51
12
0
1
0
29
0
0
0
0
0
0
0
2005 1 100
25 39 23 12
61 26 8 5
21 39 24 15
31 43 19 7
0 100 0 0
43 35 16 5
33 39 19 8
27 41 22 11
0 0 100 0
0 67 33 0
47 30 17 6
0 100 0 0
33 67 0 0
100 0 0 0
0 100 0 0
25 40 23 12
48 52
61 39
45 55
61 39
50 50
56 44
61 39
61 39
100 0
33 67
47 53
100 0
33 67
0 100
100 0
51 49
KSZ – DWH Arbeidsmarkt en Sociale Bescherming
28
sanctie werk werkloos ocmw
sanctie werkloos ocmw
sanctie werk werkloos
sanctie werk ocmw
werk werkloos ocmw
sanctie werk
sanctie werkloos
werk werkloos
38 0
10133 51
2470 12
2 0
155 1
36 0
5804 29
2 0
3 0
66 0
1 0
3 0
1 0
1 0
20051 100
Gehuwde met kind Gehuwde zonder kind Kind bij een gehuwd paar Ongehuwd samenwonend met kind Ongehuwd samenwonend zonder kind Kind bij een ongehuwd paar Hoofd eenoudergezin Kind in een eenoudergezin
26 5 15 9
3 3 3 8
27 5 16 9
19 5 18 10
0 0 0 0
7 2 8 6
11 0 8 14
18 4 17 10
0 0 0 0
67 0 0 0
5 0 5 9
0 100 0 0
33 33 0 0
0 0 0 0
0 0 0 0
25 5 16 9
8 2 7 7
8 3 8 8
7 1 8 6
10 2 5 9
50 0 50 0
3 1 16 10
0 0 31 3
9 2 8 7
0 0 0 0
33 0 0 0
2 0 23 5
0 0 0 0
0 33 0 0
0 0 0 0
8 1 7 7
Alleenstaande Andere inwonende Wonend in collectief huishouden Overige
13 3 1 5
42 0 8 8
14 3 1 5
14 3 1 6
0 0 0 0
35 2 4 6
25 0 3 6
17 3 1 5
50 50 0 0
0 0 0 0
35 0 8 11
0 0 0 0
0 0 0 0
100 0 0 0
0 0 0 0 10 0 0 0 0
Bron:
KSZ – DWH Arbeidsmarkt en Sociale Bescherming
werk
Totaal
1336 7
sanctie
uitstroom (aantal) uitstroom (rij %) lipro-positie (kolom%)
werkloos
ocmw
werk ocmw
werkloos ocmw
De positie in het kwartaal volgend op het matchingmoment naar achtergrondkenmerken (vergelijkingsgroep) (vervolg)
onbekend
Tabel 13
15 2 0 5
Analyse van de trajecten
29
De personen uit de vergelijkingsgroep mogen dan wel een even grote kans op sanctie hebben als hun gelijke uit de doelgroep, ze worden niet gesanctioneerd en zijn dus ook niet verplicht hun arbeidsmarktpositie aan te passen. Dit blijkt duidelijk uit tabel 13. Iets meer dan de helft van de werklozen is het volledige kwartaal na de matching werkloos. Deze groep bestaat iets meer dan gemiddeld uit vrouwen, ouderen en alleenstaanden. Bijna 30% is dat betreffende kwartaal zowel werkloos als werkend en 12% stroomde enkel uit naar werk. In deze 2 categorieën zijn mannen licht oververtegenwoordigd ten opzichte van vrouwen. 7% van de vergelijkingspersonen verdwijnen uit de bestudeerde bestanden het kwartaal na de matching. Bovendien blijkt er in de vergelijkingsgroep geen significante uitstroom naar de OCMW’s te zijn. Terwijl bovenstaande analyses ons meer kunnen vertellen over de dadelijke gevolgen van een sanctie kunnen we meer lange termijn evoluties gemakkelijker vatten aan de hand van een analyse van het volledige traject. 3.2.2. Het traject als geheel Wanneer de verschillende posities voor de 5 kwartalen met elkaar verbonden worden, kunnen we het traject dat de respondenten volgden tijdens de bestudeerde periode reconstrueren. Dit traject kan als geheel bestudeerd worden. De grote moeilijkheid is echter dat door de veelheid van verschillende arbeidsmarktposities en mogelijke combinaties tijdens een kwartaal er erg veel verschillende trajecten mogelijk zijn. Op basis van een indeling op basis van de arbeidsmarktposities (werk, werkloos, OCMW, sanctie, onbekend of een combinatie van deze) en zonder verder rekening te houden met het aantal jobs, het aantal contacten met het OCMW, de RVA, enz. vinden we 5134 verschillende loopbanen. In de tabellen 14 en 15 wordt een overzicht gegeven van de 10 meest voorkomende trajecten voor respectievelijk de gesanctioneerde en de nietgesanctioneerde werklozen.
30
Tabel 14
De meest voorkomende trajecten bij de groep van de doelgroep traject
werkloos +werkloos +werkloos +werkloos +sanctie werkloos
aantal 1199
werkloos +werkloos +werkloos +sanctie werkloos +onbekend werkloos +werkloos +sanctie werkloos +onbekend+onbekend werkloos +sanctie werkloos +onbekend+onbekend+onbekend sanctie werkloos +onbekend+onbekend+onbekend+onbekend
752 634 583 582
werkloos +werkloos +sanctie werkloos +werkloos +werkloos werkloos +sanctie werkloos +werkloos +werkloos +werkloos sanctie werkloos +werkloos +werkloos +werkloos +werkloos werkloos +werkloos +werkloos +sanctie werkloos +werkloos
554 536 512 466
werk werkloos + werk werkloos + werk werkloos + werk werkloos +sanctie werk werkloos Totaal
328
Bron:
6146 (25%)
KSZ – DWH Arbeidsmarkt en Sociale Bescherming
Een kwart van de werklozen, gesanctioneerd tussen oktober 2002 en december 2003, herkent zijn/haar traject gedurende die periode in bovenstaande tabel. Na een sanctie blijken personen vaak te verdwijnen uit de administratieve databanken. De categorie ‘onbekend’ blijkt vaak ook een zeer stabiele categorie. Daarnaast blijkt een tweede groep gesanctioneerden na een sanctie dadelijk terug te vallen op de werkloosheid. Tabel 15
De meest voorkomende trajecten bij de groep van de vergelijkingsgroep traject
werkloos +werkloos +werkloos +werkloos +werkloos werkloos +werkloos +werkloos +werkloos +onbekend werk werkloos + werk werkloos + werk werkloos + werk werkloos + werk werkloos werk werkloos + werk werkloos + werk werkloos + werk werkloos + werk werk werkloos +werkloos +werkloos +werkloos +werkloos werkloos +werkloos +werkloos +werkloos + werk werkloos werk + werk werkloos + werk werkloos + werk werkloos + werk werkloos werk werkloos + werk werkloos + werk + werk + werk werk werkloos + werk werkloos + werk werkloos + werk + werk werk + werk werkloos + werk werkloos + werk werkloos + werk Totaal Bron:
KSZ – DWH Arbeidsmarkt en Sociale Bescherming
aantal 6060 2541 2060 1088 389 311 259 256 250 233 13447 (56%)
Analyse van de trajecten
31
Bij de vergelijkingsgroep vertegenwoordigen de 10 meest voorkomende trajecten de meerderheid. Een groot deel van hen is gedurende de volledige bestudeerde periode steeds en enkel gekend bij de RVA. Verder zien we heel wat wisselwerking met periodes waarin men werkt. De uitstroom naar inactiviteit komt minder vaak voor. Naast de veel voorkomende trajecten die beschreven worden in bovenstaande tabellen, zijn er vele trajecten met per kwartaal verschillende combinaties van posities die slechts een aantal keer voorkomen in de steekproef. Om ook deze loopbanen te bestuderen werden een aantal aanpassingen doorgevoerd. In de eerste plaats starten alle trajecten in het ‘kwartaal s’. Dit is het kwartaal waarin een persoon gesanctioneerd werd. Voor de personen uit de vergelijkingsgroep is dit het moment waarop hun evenknie uit de doelgroep gesanctioneerd werd. Vervolgens wordt nagegaan welk traject de respondenten doorliepen na dit sanctiemoment. Aangezien we ervan uitgaan dat een sanctie tot 2 kwartalen na een sanctie nog een invloed kan hebben op het traject wordt de positie in kwartaal s+1 en kwartaal s+2 weergegeven. 5 876 sancties vielen in het vierde kwartaal en 5 498 sancties in het vijfde en laatste kwartaal, voor deze kunnen we niet achterhalen wat de positie van deze personen 1 tot 2 kwartalen na het sanctiekwartaal was. Omdat we alle beschikbare informatie ten volle willen benutten, worden deze trajecten meegenomen in de analyses. Bij de berekening van de percentages houden we niettemin steeds rekening met deze onvolledige observaties. Omdat men tijdens een kwartaal bij verschillende instanties kan gekend zijn en al deze mogelijke combinaties de grote lijnen snel dreigen te vertroebelen, bekijken we telkens slechts 1 positie (vb. OCMW, werk,…). Tabel 16 geeft aan of men een vergoeding kreeg van het OCMW in hetzelfde kwartaal als de sanctie of tot 2 kwartalen later.
32
Tabel 16
Traject na de sanctie gericht op de positie ‘OCMW’
Verkreeg men een vergoeding van het OCMW in het … kwartaal s? kwartaal s+1? kwartaal s+2?
doelgroep
vergelijkingsgroep
ja ja ja ja ja neen ja neen neen ja neen neen neen ja neen neen Totaal van kwartaal 1 tot en met 3 ja ja ja neen neen ja neen neen Totaal van kwartaal 4 ja neen Totaal van kwartaal 5 Totaal % ‘ja’ in kwartaal s % ‘ja’ in kwartaal s+1 % ‘ja’ in kwartaal s+2
365 595 446 19 252 150 249 11768 13845 373 146 212 5145 5876 531 4967 5498 25219 9,8% 10,4% 5,7%
111 58 68 2 41 45 14 13506 13845 48 19 23 5786 5876 54 5444 5498 25219 1,4% 1,5% 1,4%
Bron:
ja neen neen ja ja ja neen neen -
KSZ – DWH Arbeidsmarkt en Sociale Bescherming
Tabel 16 geeft aan hoeveel personen in de periode na hun sanctionering (of voor de personen uit de vergelijkingsgroep na de sanctionering van hun evenknie bij de doelgroep) een vergoeding van het OCMW uitgekeerd kregen. Onderaan de tabel werden op basis van deze gegevens een aantal percentages berekend. Bij de vergelijkingsgroep blijft het aandeel personen die een vergoeding bij het OCMW aanvragen en verkrijgen beperkt en constant op 1,5%. Bij de doelgroep daarentegen krijgt 9,8% van de gesanctioneerden reeds een vergoeding in hetzelfde kwartaal van hun sanctie. Voor dit sanctiekwartaal is niet met zekerheid geweten of de sanctie vóór de vergoeding van het OCMW viel, maar omwille van het grote verschil met de vergelijkingsgroep vermoeden we dit wel. In het eerste kwartaal na de sanctie vinden we opnieuw ruim 10% gesanctioneerden terug bij het OCMW, maar in het tweede kwartaal na een sanctie halveert dit percentage bijna. Dit kan betekenen dat het OCMW vaak een eerder kortstondige uitweg is en dat de meeste personen na verloop van tijd weer terecht komen in andere posities als ‘werkloosheid’ en ‘werk’. De duur van de sanctie kan hierin vanzelfsprekend een grote rol in spelen. Tabel 17 bekijkt daarom dezelfde vraag, maar houdt tegelijkertijd ook rekening met de duur van de sanctie (1 tot 13 weken, 13 tot 26 weken, 26 tot 52 weken, definitief (omwille van langdurige werkloosheid) of onbepaalde duur).
Analyse van de trajecten
Tabel .17
33
Traject na de sanctie gericht op de positie ‘OCMW ‘ en rekening houdend met de sanctieduur
VG
onbepaalde duur DG VG
DG
VG
1 0 0 0 0 0 0 18 19 0 0 0 7 7 0 4 4 30 3,1% 3,6% 5,0%
21 6 4 1 23 14 6 112 187 5 1 3 18 27 1 8 9 224 17,4% 30,0% 32,0%
44 30 14 1 35 32 11 4191 4358 30 9 21 2051 2112 37 1881 1918 8388 2,0% 2,7% 2,6%
17 7 16 0 15 9 3 4291 4358 14 4 5 2089 2112 20 1898 1918 8388 0,9% 0,9% 0,9%
Krijgt men een vergoeding van het OCMW…
1 tot 13 weken
14 tot 26 weken
26 tot 52 weken
kwartaal s?
kwartaal s+2?
DG
VG
DG
VG
DG
ja neen neen ja ja ja neen neen
237 505 421 14 137 84 213 7015 8627 298 136 157 2917 3507 433 2904 3338 15471 13,2% 12,8% 5,5%
83 46 45 1 25 35 10 8381 8627 33 15 17 3441 3507 33 3304 3338 15471 1,7% 1,8% 1,7%
57 53 7 3 55 20 20 440 655 40 0 28 154 223 60 169 229 1106 19,9% 28,9% 20,5%
9 3 6 1 0 0 1 635 655 0 0 1 222 223 1 228 229 1106 1,8% 1,6% 1,6%
6 1 0 0 1 1 0 10 19 0 0 2 5 7 1 3 4 30 25,3% 36,9% 40,0%
kwartaal s+1?
ja ja ja ja ja neen ja neen neen ja neen neen neen ja neen neen Totaal van kwartaal 1 t/m 3 ja ja ja neen neen ja neen neen Totaal van kwartaal 4 ja neen Totaal van kwartaal 5 Totaal % ‘ja’ in kwartaal s % ‘ja’ in kwartaal s+1 % ‘ja in kwartaal s+2
-
DG= doelgroep VG= vergelijkingsgroep Bron:
KSZ – DWH Arbeidsmarkt en Sociale Bescherming
1 2 2 0 1 0 0 181 187 0 0 0 27 27 0 9 9 224 2,1% 1,7% 1,0%
definitief
Analyse van de trajecten
34
Tabel 17 geeft inderdaad grote verschillen naargelang de duur van de sanctie weer. Ongeveer 60% van de gesanctioneerde werklozen kreeg een sanctie van 1 tot 13 weken. Circa 13% onder hen krijgt tijdens deze sanctieperiode een vergoeding van het OCMW. Van zodra de sanctie afgelopen is valt dit percentage drastisch terug. Wanneer personen een langere sanctie opgelegd krijgen, zien we dat het aandeel dat een uitkering aanvraagt en krijgt stijgt tot bijna een kwart van de personen die een sanctie van minimaal 26 weken opgelegd kregen. Men dient hier wel in het achterhoofd te houden dat het hier om kleine aantallen gaat: sanctie van 26 to 52 weken vertegenwoordigen immers slechts 30 personen of 0,1% van alle sancties opgelegd tussen oktober 2002 en december 2003. Een langere sanctie hangt ook samen met een langere afhankelijkheid van het OCMW. Daar waar we bij de kortste sancties een terugval vonden in het tweede kwartaal na de sanctie is dit bij de langere sancties minder het geval. Werklozen die geschorst worden omwille van langdurige werkloosheid blijven uitgesloten van werkloosheidsuitkeringen tot ze erin slagen opnieuw hun rechten op te bouwen. We omschrijven de sanctieduur in tabel 17 dan ook als definitief. In de periode van oktober 2002 tot en met december 2003 werden er 8388 van deze definitieve sancties opgelegd. Zij vertegenwoordigen ongeveer een derde van alle sancties in deze periode. De personen een sanctie opliepen wegens langdurige werkloosheid maken veel minder aanspraak op vergoedingen van het OCMW. Dit heeft waarschijnlijk alles te maken met hun gezinssituatie. Men moet immers gezinshoofd of alleenstaande zijn om een uitkering bij het OCMW aan te vragen. Tabel 18 opgebouwd als tabel 16 en bekijkt de positie ‘werk’ Op basis van deze tabel willen we afleiden of personen die gesanctioneerd werden door de RVA vaker of sneller aan het werk zijn na een sanctie.
Analyse van de trajecten
Tabel 18
35
Traject na sanctie gericht op de positie ‘werk ‘( RSZ, RSZPPO en RSVZ)
Is men aan het werk in … kwartaal s? kwartaal s+1?
kwartaal s+2?
doelgroep
vergelijkingsgroep
ja ja ja ja ja neen ja neen neen ja neen neen neen ja neen neen totaal van kwartaal 1 tot en met 3
ja neen neen ja ja ja neen neen
4389 499 916 329 850 585 197 6081 13845
4395 612 609 260 590 569 152 6657 13845
ja ja ja neen neen ja neen neen totaal van kwartaal 4
-
2214 561 460 2641 5876
2168 299 344 3065 5876
ja neen totaal van kwartaal 5 totaal
-
2573 2925 5498 25219
2362 3136 5498 25219
45,5% 43,6% 44,4%
42,5% 41,9% 42,0%
% ‘ja’ in kwartaal s % ‘ja’ in kwartaal s+1 % ‘ja’ in kwartaal s+2 Bron:
KSZ – DWH Arbeidsmarkt en Sociale Bescherming
Zowel in het sanctiekwartaal als in de 2 daaropvolgende kwartalen is het percentage werkenden iets hoger bij de gesanctioneerden dan bij de nietgesanctioneerden. Het verschil blijft weliswaar zeer beperkt. Er blijken ook geen grote verschillen te zijn tussen de opeenvolgende kwartalen; iets meer dan 40% is gekend bij RSZ, RSVZ of RSZPPO. Tot slot geeft tabel 19 aan of personen die gesanctioneerd worden na hun sanctie minder teruggevonden worden in de bestudeerde bestanden.
36
Tabel 19
Traject na een sanctie gericht op de positie ‘onbekend’
Verdwijnt men uit alle bestudeerde databestanden in … kwartaal s? kwartaal s+1? kwartaal s+2? doelgroep
vergelijkingsgroep
ja ja ja ja ja neen ja neen neen ja neen neen neen ja neen neen totaal van kwartaal 1 tot en met 3
ja neen neen ja ja ja neen neen
0 0 0 0 2555 340 565 10386 13845
0 0 0 0 128 886 171 12660 13845
ja ja ja neen neen ja neen neen totaal van kwartaal 4
-
0 0 1405 4471 5876
0 0 1060 4816 5876
ja neen totaal van kwartaal 5
-
0 5498 5498
0 5498 5498
totaal
25219
25219
% ‘ja’ in kwartaal s % ‘ja’ in kwartaal s+1 % ‘ja’ in kwartaal s+2
0,0% 22,9% 20,9%
0,0% 6,9% 7,3%
Bron:
KSZ – DWH Arbeidsmarkt en Sociale Bescherming
Een persoon behoort tot de categorie ‘onbekend’ wanneer hij/zij niet teruggevonden wordt in de bestanden van de RVA (noch in het hoofdbestand, noch in het sanctiebestand), RSZ, RSZPPO en RSVZ. In het sanctiekwartaal vinden we dus niemand terug in de categorie ‘onbekend’. De gesanctioneerden zijn immers minstens bekend in het sanctiebestand van de RVA en de vergelijkingspersonen in het hoofdbestand. Het kwartaal na de sanctie verdwijnt een vijfde van de gesanctioneerden uit de bestanden. Bij de niet-gesanctioneerde vergelijkbare werklozen is dit 7%. De categorie ‘onbekend’ blijkt als uitstroomcategorie vaak erg duurzaam.
4. Besluit Het schorsingsbeleid van de RVA is sinds de inwerkingtreding van ‘het plan Vandenbroucke’ in 2004 grondig gewijzigd. De schorsingsprocedure voor langdurige werkloosheid wordt door dit plan vervangen door een opvolgingsprocedure naar het zoekgedrag van werk. Voortaan wordt de werkloze
Analyse van de trajecten
37
niet meer automatisch geschorst wanneer hij voldoet aan bepaalde voorwaarden5 en een bepaalde werkloosheidsduur overschrijdt, maar wordt gecontroleerd of de werkloze voldoende inspanningen doet om werk te vinden. Gemiddeld gezien zullen werklozen sneller gecontroleerd worden en daarenboven kunnen alle werklozen en niet enkel de samenwonende geschorst worden in dit nieuwe plan6. Het beleid ten aanzien van schorsingen omwille van vrijwillige werkloosheid of administratieve sancties blijft ongewijzigd. OCMW’s zijn bezorgd dat dit nieuwe beleid een invloed kan hebben op het aantal rechthebbenden dat zich bij hen aanbiedt voor een vergoeding. Om na te gaan of deze vrees gegrond is, kan gebruik gemaakt worden van de gegevens van de KSZ. Deze bevatten immers zowel sanctiegegevens van de RVA als betalingsgegevens van de OCMW’s. Bij de start van dit project waren de gegevens tot december 2003 beschikbaar zodat we een nulmeting, van net voor de implementatie van de nieuwe opvolgingsprocedure, kunnen uitvoeren. Dit hoofdstuk verzamelt een aantal exploraties op de gegevens van de KSZ. Naast de sanctiegegevens van de RVA en de (betalings)gegevens van de OCMW’s vroegen we ook het hoofdbestand van de RVA en gegevens van de RSZ, de RSZPPO en de RSVZ op om na te gaan wat de invloed van een sanctie op het verdere traject door deze instellingen. Om het netto-effect van de sanctie te meten werd naast de doelgroep, die bestaat uit alle werklozen die in de 5 kwartalen tussen oktober 2002 en december 2003 gesanctioneerd werden, een vergelijkingsgroep van werklozen die op het moment van de matching (nog) niet gesanctioneerd waren, samengesteld. Als inleiding werd kwartaal na kwartaal bekeken bij welke instellingen (RVA, OCMW, RSZ, RSZPPO, RSVZ) de bestudeerde personen gekend waren. Meestal ging het hier slechts om 1 of 2 instellingen in hetzelfde kwartaal. Gezien de aard van de doel- en vergelijkingsgroep ging het hier meestal om de RVA. Wanneer een persoon bij meer dan één instelling gekend is, geldt wel de beperking dat aan de hand van de data geen volgorde kan bepaald worden. Vervolgens werd de link tussen de opeenvolgende kwartalen gelegd en werd in eerste instantie nagegaan, wat de arbeidsmarktpositie het kwartaal volgend op de start van de sanctie is. Een kwart van de gesanctioneerden verdwijnt uit de bestudeerde administratieve bestanden in het kwartaal volgend op de start van een sanctie.
5 6
samenwonend, jonger dan 50, geen 20 jaar loontrekkend, geen vrijsteling (PWA, stadwachter), geen deeltijds werknemer met behoud van rechten , geen werkhervatting gedurende minimaal 6 maanden Bij gezinshoofden of alleenstaanden of samenwonenden met een laag gezinsinkomen wordt de werkloosheidsuitkering initieel gedurende 6 maanden veminderd tot het niveau van het leefloon en vervolgens afgeschaft.
38
Mogelijk duiken ze wel op in de administratieve bestanden van instellingen die niet betrokken waren in onze data-aanvraag, zoals de RIZIV (Rijksdienst voor Ziekte- en Invaliditeitsverzekering) of de RVP (Rijksdienst voor Pensioenen). Het gaat hier echter voornamelijk om vrouwen en gehuwden met kind(eren). We vermoeden dan ook dat deze mensen zich terugtrekken uit de arbeidsmarkt en omwille van het feit dat ze noch gezinshoofd, noch alleenstaande zijn geen aanspraak kunnen maken op een uitkering van het OCMW. Wanneer ook de gegevens van VDAB, FOREM, ORBEM/BGDA beschikbaar zijn in de KSZ zal het wel mogelijk zijn na te gaan of deze personen al dan niet werkzoekend zijn. Een kwart van de gesanctioneerden maakt het kwartaal na de start van een sanctie dadelijk terug de overgang naar uitkeringsgerechtigde werkloze, de meerderheid van de sancties duurt dan ook minder dan een kwartaal. 40% is het kwartaal na de start van een sanctie aan het werk. De helft onder hen is naast dit werk ook werkloos in datzelfde kwartaal. 10% van de gesanctioneerden, tot slot, verkrijgen het kwartaal na hun sanctie een vergoeding van het OCMW. Slechts 2% vinden we uitsluitend in de bestanden van het OCMW terug, meestal wordt de OCMW-vergoeding immers in hetzelfde kwartaal nog gecombineerd met inkomsten uit werk of de werkloosheid. In een laatste stap werd niet alleen de onmiddellijke transitie na de start van een sanctie bekeken, maar gingen we ook na of het effect van de sanctie een invloed heeft op het verdere traject. Wat ons in het kader van dit onderzoek vooral interesseert, is het verband tussen een sanctie en de afhankelijkheid van een vergoeding van het OCMW. Gemiddeld blijkt 10% van de gesanctioneerden dadelijk na de sanctie, dit is dan nog in hetzelfde of in het volgende kwartaal, een vergoeding krijgt van het OCMW. Het feit dat dit bij de vergelijkingsgroep7 slechts voor 1,5% het geval is, geeft aan dat er onmiskenbaar een verband is tussen de sanctie en de instroom bij een OCMW. Twee kwartalen na de sanctie is het aandeel gesanctioneerden dat nog steeds een vergoeding krijgt van het OCMW teruggevallen tot 5,7%. Een belangrijke bepalende factor in deze blijkt evenwel de sanctieduur te zijn. De meerderheid van de sancties in de periode oktober 2002-december 2003 zijn van relatief korte duur, i.e. van 1 tot 13 weken. Bij deze groep zien we ongeveer 13% van de gesanctioneerden die vrij snel na de sanctie een overstap maken naar een OCMW, het tweede kwartaal na de start van een sanctie is deze groep echter gehalveerd. Velen hebben hun sanctieperiode ondertussen immers beëindigd en krijgen vaak terug een werkloosheidsuitkering. Naarmate dat de sanctieduur stijgt, stijgt ook het aandeel gesanctioneerden dat een beroep doet op het OCMW. Bovendien blijft men ook langer afhankelijk van een vergoeding van het OCMW.
7
De vergelijkingsgroep bestaat uit werklozen die vergelijkbaar zijn naar gezinssituatie, geslacht, leeftijd, provincie en werkloosheidsduur maar niet gesanctioneerd zijn op het moment dat hun evenknie uit de doelgroep wel gesanctioneerd werd.
Analyse van de trajecten
39
Het gaat hier dan steeds om administratieve sancties of sancties omwille van onvrijwillige werkloosheid. Van degenen die omwille van langdurige werkloosheid geschorst worden doet slechts een marginaal klein deel een beroep op bijstand van het OCMW. Dit is logisch aangezien één van de voorwaarden om geschorst te worden omwille van langdurige werkloosheid is dat men samenwonend is. Deze samenwonenden hebben echter vaak geen recht op een vergoeding bij het OCMW en vallen waarschijnlijk dus terug op de inkomsten van hun partner. Het gevaar bestaat dat wanneer gezinshoofden en alleenstaanden in het nieuwe beleid voor langere tijd (of tot ze opnieuw hun rechten op een uitkering opbouwen) geschorst worden, het aantal aanvragen en de duur van de afhankelijkheid van het OCMW zal toenemen. Naast de afhankelijkheid van het OCMW werd ook nagegaan welk aandeel verdween uit de bestudeerde bestanden en welk aandeel aan het werk ging. Een op vijf van alle gesanctioneerden komen in de kwartalen volgend op een sanctie niet voor in de bestudeerde bestanden, ze zijn dus niet aan het werk en krijgen geen werkloosheidsuitkering of bijstand van het OCMW. Het valt op dat deze uitstroom vaak erg duurzaam is. Het gaat hier dus om personen die zich vrijwillig of verplicht terugtrekken uit de arbeidsmarkt. Bij de vergelijkingsgroep blijft de uitstroom naar ‘onbekend’ beperkt tot 7%. Een mogelijk effect van een sanctie is dus dat meer mensen zich terugtrekken uit de arbeidsmarkt en niet meer kunnen bereikt worden met tewerkstellingsmaatregelen. De invloed van een sanctie op het tewerkgesteld zijn, is aan de hand van deze analyses minder gemakkelijk in te schatten. Louter op het vlak van tewerkstellingspercentages (i.e. is de persoon in een bepaald kwartaal gekend bij de RSZ, RSZPPO of RSVZ) zijn er geen grote verschillen tussen doel- en vergelijkingsgroep in de bestudeerde kwartalen. Iets meer dan 4 op 10 van zowel doel-als vergelijkingsgroep zijn in de bestudeerde kwartalen minstens één dag aan het werk. Mogelijk zijn er wel verschillen naar de kwaliteit van de tewerkstelling, maar dit werd in dit onderzoek niet van naderbij bekeken. Tot slot wilden we door deze nulmeting ook nagaan of het aan de hand van de gegevens van het Datawarehouse Arbeidsmarkt en Sociale Bescherming (KSZ) mogelijk was stromen tussen werkloosheid, werk en OCMW in kaart te brengen. Bovenstaande analyses geven aan dat deze databank toelaat deze stromen te kwantificeren.
40
5. Bibliografie www.rva.be www.ksz.be de Lathouwer L., Cockx B., Bogaerts K. & J. Ries De impact van schorsing artikel 80 in de werkloosheidsverzekering op herintrede en armoede.‐ In: Actuele problemen met betrekking tot de sociale cohesie, Gent, Academia, 2003, p. 229 Wets, J. (1998). Communicerende vaten? Een onderzoek naar de relatie tussen werkloosheid en sociale bijstand. Deel1: Nieuwe aanvragen bij de OCMW’s. HIVA, KULeuven.