Strategische agenda 2013-2015 Stand van zaken 2013, accenten 2014
Congres 28 november 2013
Strategische Agenda 2013 – 2015
Stand van zaken 2013, accenten 2014
Inhoud
Inleiding ................................................................................................................................................... 3 Thema 1: Gezonde woningmarkt ............................................................................................................ 3 Thema 2. Toegevoegde waarde corporatiesector .................................................................................. 4 Thema 3.Toekomst financiële stelsel ...................................................................................................... 6 Thema 4. Integere sector ........................................................................................................................ 6 Subthema 4.1 Werkgeverszaken ......................................................................................................... 7 Thema 5. Duurzame ledenbinding .......................................................................................................... 7 Toekomst vereniging – op weg naar vereniging 2.0 ........................................................................... 8
2
Inleiding Om de ambities van het bestuur en de vereniging te helpen realiseren, is in 2009 door Aedes gestart met een ‘Strategische Agenda’. Deze agenda wordt jaarlijks geactualiseerd. Inmiddels zijn een aantal doelen gerealiseerd en richt Aedes zich nog sterker op belangenbehartiging. Voor de periode 2013–2015 is een ‘Strategische Agenda’ opgesteld voor een langere doorloopperiode. In deze update wordt de stand van zaken van eind 2013 weergegeven en worden de accenten gelegd voor 2014. De hoofdlijnen en thema’s van de eerder vastgestelde ‘Strategische Agenda 2013-2015’ blijven vanzelfsprekend gelijk. Ten aanzien van het landelijk beleid voor de corporatiesector blijft verandering de enige constante. Zo komt de Herzieningswet opnieuw op tafel. Dit keer niet met de eerder uitgelekte novelle van minister Blok, maar met de afspraken die Kabinet en Aedes hebben gemaakt en die door de vereniging zijn bekrachtigd op 3 oktober 2013. De voorbereidingen op de Parlementaire Enquête hebben in 2013 onder meer geresulteerd in het Aedes-onderzoek ‘De balans verstoord’, een blik in de spiegel voor de hele corporatiesector. Daarnaast wordt een aantal thema’s uitgewerkt waarbij nadrukkelijk naar de toekomst wordt gekeken. Vanzelfsprekend gaat in 2014 binnen en buiten de sector veel aandacht uit naar de Parlementaire Enquête. En er wordt aandacht besteed aan de legitimiteit van corporaties en de rol van corporaties bij het thema beschikbaarheid en betaalbaarheid. Aedes werkt aan de verdere ontwikkeling van het Corporatie Benchmark Centrum (CBC), de concretisering van de normeringsdiscussie, versterking van compliance en cultuur binnen de vereniging, en de uitwerking van een nieuwe novelle op de Herzieningswet. Op de cao-tafel zullen de pensioenregeling en vereenvoudigde cao belangrijke uitdagingen zijn. Voor de periode 2013-2015 zijn een viertal inhoudelijke thema’s en één randvoorwaardelijk thema benoemd. Voor ieder thema is een afzonderlijk bestuursteam verantwoordelijk. Hieronder worden de doelstellingen en verwachte resultaten per thema benoemd en beschreven. Verdere uitwerking in concrete activiteiten staat in de jaarplannen van de afdelingen van Aedes. Zo brengt de gehele vereniging dezelfde inhoudelijke focus aan. Doel hiervan is om een sterke mobiliserende kracht binnen de sector tot stand te brengen. Bestuursteams fungeren als klankbord van het Algemeen Bestuur en bereiden de besluitvorming voor. Per bestuursteam zorgt een lid van het managementteam voor de operationele voortgang en interne afstemming. Het bestuur stuurt zo op hoofdlijnen de strategische dossiers aan. De werkorganisatie draagt zorg voor de voorbereiding, input voor strategische afwegingen, kennis en natuurlijk de uitvoering en terugkoppeling na bestuursbesluit. De vereniging bepaalt het kader door het vaststellen van de ‘Strategische Agenda’ en de jaarlijkse begroting.
Thema 1: Gezonde woningmarkt Aedes streeft naar een beter functionerende woningmarkt door middel van een integrale aanpak. Dus zowel de huur- als de koopmarkt zijn onderdeel van analyse en hervorming. Hier willen we aan werken door met marktkennis toegevoegde waarde te leveren; in de beleidsadvisering intern en de regionale en landelijke netwerken extern. Aedes neemt de taak op zich om de regionale woningmarkten verder in kaart te brengen zodat de positie van corporaties hierin duidelijk wordt.
3
Doel hiervan is om, vanuit deze regionale woningmarktanalyses, te komen tot regionale woningmarktvisies. Deze leiden tot versterking van de regionale samenwerking en effectievere regionale en nationale belangenbehartiging. Binnen de kennisontwikkeling op het gebied van regionale woningmarkten past ook de, mede door Aedes geïnitieerde en gefinancierde, uitrol van de studie van het Economisch Instituut Bouw (EIB) naar beleidsscenario’s voor de regionale en nationale woningmarkten. Verder vergroten we onze kennis en inzicht in de structurele vraag- en aanbodontwikkelingen, nationaal en regionaal, met een gekwantificeerde blik in de toekomst. Hiermee wordt inzicht geboden in de investeringsbeslissingen van corporaties en onderbouwen we de benodigde integrale lange termijn aanpak. Zo streven we onder andere naar voldoende aanbod van woningen van de juiste soort op de juiste plek. Voor de lange termijn zijn bij de analyse en beoordeling van wet- en regelgeving en andere initiatieven in de sector onder meer leidend: een gelijk speelveld tussen huur en koop, de verschuiving van objectsubsidies naar subjectsubsidies en duurzame financiering. Bovendien zijn op weg naar een beter functionerende woningmarkt de transitie-effecten voor de betaalbaarheid, de beschikbaarheid en de bereikbaarheid van woningen cruciaal. Deze effecten worden zo veel als mogelijk in overleg met De Woonbond, Vereniging Nederlandse Gemeenten (VNG) en ministerie van Wonen gemonitord. Het congres heeft in het najaar van 2013 een motie aangenomen waarin is opgenomen dat betaalbaarheid en voldoende beschikbaarheid van woningen kerntaken zijn van de corporatie. In het voorjaar van 2014 formuleert Aedes hierover uitgangspunten, waarbij aandacht zal worden besteed aan de definitie van betaalbaarheid, de mogelijkheden van corporaties om hier op te kunnen sturen en de beleidsvrijheid van corporaties in relatie tot de gewenste financiële degelijkheid. Om de woningmarkt beter te laten functioneren wil Aedes uiteindelijk meer ruimte in het huurbeleid. Aedes pleit er daarom voor om op termijn marktconforme huren in te voeren. Daar kan de woningmarkt naar toe groeien door de huren op basis van de huursombenadering vanaf 2015 jaarlijks te verhogen met inflatie plus een bepaald percentage. Aedes werkt volgend jaar concreet aan de uitwerking van de huursombenadering. Hierbij wordt gekeken naar de mogelijke systematiek en de gevolgen voor de woningmarkt en de financiering van woningcorporaties. Verder zullen, op basis van een evaluatie van de inkomensafhankelijke huuraanpassing in 2013, knelpunten worden geanalyseerd en verbeteringen worden aangedragen voor de huurprijsaanpassing in 2014. We zetten er op in deze huurstijging via de huursombenadering eerder gerealiseerd te krijgen. Verder worden in 2014 concrete aanzetten gegeven tot verdere innovatie en flexibilisering op het brede terrein van de woningmarkt. Hierbij wordt onder meer gedacht aan het verder bevorderen van doorstroming via nieuwe en andere huurcontracten zoals flex-wonen, wijzen van woningtoewijzing en financiering.
Thema 2. Toegevoegde waarde corporatiesector Dit thema van de Strategische Agenda omvat een tweeledig doel. Enerzijds is het streven om de ruimte te behouden voor corporaties om maatschappelijke prestaties te blijven leveren. Anderzijds is het streven om deze maatschappelijke prestaties beter zichtbaar te maken en zodoende de maatschappelijke legitimering en reputatie te verbeteren.
4
De legitimatie van (het handelen van) corporaties en de sector is al geruime tijd onderwerp van discussie. Feitelijk is dit de vraag naar de toegevoegde waarde: waar staan corporaties voor, hoe wordt daar invulling aan gegeven, wat zijn de prestaties en wie heeft in dit alles zeggenschap. Een van de conclusies in het rapport ‘De balans verstoord’ is dat de legitimatie van de corporaties verbeterd dient te worden. Het legitimeringsvraagstuk is vanuit verschillende invalshoeken aan te vliegen en bevat vele inhoudelijke issues. De thematiek afpellend gaat het om drie zaken. Allereerst moet het werkdomein van corporaties helder worden benoemd: waar zijn we wel en waar niet voor? Het tweede thema spitst zich toe op de ‘stuurknuppel’, oftewel bij wie halen we onze legitimering op? Het derde thema is de verantwoording, de ‘hoe’ vraag. Aedes zal in het voorjaar van 2014 een visie op legitimatie publiceren die op al deze onderdelen ingaat. Dit is zowel van belang voor de ordeningsvraagstukken die voortvloeien uit ‘Toezicht met Bite’ als voor toekomstige keuzes, die weer samenhangen met de Parlementaire Enquête. De Herzieningswet geeft helder de kaders aan van het werkterrein voor corporaties: zorgen voor goede, betaalbare huisvesting voor mensen die daar op de woningmarkt onvoldoende toe in staat zijn. Corporaties presteren daarnaast op terreinen als duurzaamheid, maatschappelijk vastgoed en leefbaarheid. Aedes spant zich in om deze prestaties zichtbaar te maken en om de gewenste wettelijke ruimte te behouden. De afspraken tussen Aedes en Kabinet hebben meer duidelijkheid gebracht over de wettelijke ruimte. De eerder uitgelekte novelle is daarmee van tafel. Het is van essentieel belang deze afspraken om te zetten in de definitieve Woningwet. De kaders waarbinnen corporaties opereren liggen dan voor de lange termijn vast. Binnen het thema ‘toegevoegde waarde corporatiesector’ wordt strategisch nagedacht over de positie van corporaties op de woningmarkt en welke varianten voor de institutionele inrichting van het stelsel mogelijk zijn. Het wonen en het vastgoed blijven. Maar de specifieke positie van woningcorporaties tussen markt, maatschappij en overheid zal nadrukkelijk onderwerp van discussie zijn en daarmee een belangrijk strategisch onderwerp. Reputatiemanagement en maatschappelijke legitimering spelen hierbij een belangrijke rol. Vooruitblikken na de Parlementaire Enquête vraagt ook om nieuwe vormen van maatschappelijke legitimatie. Niet alleen antwoord op de vraag ‘doen we de dingen goed?’, maar ook: ‘doen we de goede dingen?’ Daarbij zou een beter antwoord gegeven moeten worden op de vraag: van wie is de woningcorporatie? En hoe worden deze vragen beantwoord als het gaat om de inrichting van de ‘governance’ van corporaties? Althans, beter passend bij deze tijd. Doel is om een nieuwe visie te ontwikkelen die voor langere tijd antwoord geeft op die vragen en ingaat op de eisen en wensen die de omgeving aan de corporatiesector stelt. Vanuit het programma ‘Woningcorporaties Nederland – dichtbij huis’ wordt gewerkt aan het herstel van maatschappelijk vertrouwen door het verbeteren van de dialoog van corporaties met hun omgeving en het uitdragen van een gezamenlijk verhaal. Op deze manier wil Aedes zichtbaar vorderingen maken ten aanzien van de kwesties die afbreuk doen aan de reputatie van de sector. De uitvoering van dit programma gebeurt door Aedes samen met een veertigtal koplopers en, zo is het plan, uiteindelijk de hele sector. Voor de uitvoering en realisatie van deze plannen is geduld en doorzettingsvermogen vereist.
5
Thema 3. Toekomst financiële stelsel Het huidige financiële stelsel biedt aanzienlijke voordelen in termen van lagere rentelasten en de beschikbaarheid van financieringsvormen. Het stelsel heeft ook een aantal consequenties. Zo dragen collega-corporaties de lasten van collega’s die financieel in de problemen komen. En slecht gedrag zet druk op de geïnstitutionaliseerde solidariteit in het stelsel, dat wordt ondersteund door de rijks- en gemeente-achtervang. Voor de komende jaren wordt het stelsel opnieuw doordacht. Hierbij is nadrukkelijk aandacht voor de prikkels die uitgaan van banken en internationale kapitaalverschaffers, de positie en mogelijkheden van het Waarborgfonds Sociale Woningbouw (WSW) en fondsinitiatieven. Tegelijkertijd is bezinning noodzakelijk op de solidariteit en de invulling hiervan die in het stelsel besloten ligt. Leidend daarbij is handhaving van de borgstelling. Belangrijk onderdeel hiervan is de wijze waarop de actuele volkshuisvestelijke opgave in Nederland, zowel Daeb (diensten van algemeen economisch belang) als niet-Daeb, ook op de lange termijn gefinancierd kan worden en hoe deze zich mede in het licht van het woningmarktbeleid structureel ontwikkelt. De vraagstukken rond financierbaarheid van zowel Daeb-activiteiten als niet-Daeb activiteiten zullen in 2014 prominent op de agenda staan. De Herzieningswet zal mogelijk voorzien in een stringentere splitsing van financiering van Daeb en niet-Daeb activiteiten. Verbreding van het aantal aanbieders en financieringsmogelijkheden is dan ook zeer wenselijk. Bij de financiering richt Aedes zich zowel op Daeb- als niet-Daeb-activiteiten. Hierbij worden verschillende financieringsalternatieven onderzocht en uitgewerkt, bijvoorbeeld de rol van pensioenenfondsen en het ontwikkelen van een netwerk van vragers en aanbieders van niet geborgd geld. Verder onderzoekt Aedes de mogelijkheden voor financiering van investeringen op wijkniveau door middel van bijvoorbeeld ‘crowdfunding’, volksaandelen en ‘partnerships’ met het bedrijfsleven. Daarbij zal Aedes waar nodig lobbyen om de wet- en regelgeving zodanig aan te passen dat deze vormen van financiering beschikbaar zijn. Tenslotte richt Aedes zich op het optimaal benutten van potentiële subsidies en fondsen, met name in het kader van de duurzaamheidsagenda. En Aedes zal het benutten van financieringsen subsidiebronnen, zoals de ‘European Investment Bank’ (EIB) en Europese fondsen, actief stimuleren.
Thema 4. Integere sector De corporatiesector neemt een bijzondere positie in tussen markt en overheid en is verantwoordelijk voor een aanzienlijk maatschappelijk gebonden vermogen. Hierdoor heeft de sector een grote invloed op hoe 5 miljoen mensen in Nederland wonen. Dit maakt dat er hoge eisen aan de kwaliteit van ‘checks and balances’ van de sector moeten worden gesteld. En dat de sector die hoge eisen ook aan zichzelf moet stellen. Door in 2012 ‘Toezicht met Bite’ te ontwikkelen heeft Aedes hier stappen in gezet. Inmiddels is gestart met de implementatie van de in ‘Toezicht met Bite’ aangekondigde maatregelen. De leden willen aanscherping van toezicht en ook zwaardere naleving van eigen codes, al heeft dat ook consequenties voor de dagelijkse praktijk. Belangrijk thema is ook de toetsing en continue bevordering van geschiktheid van bestuurders en commissarissen. Dit pakken we samen op met de Vereniging van Toezichthouders in Woningcorporaties (VTW) en het ministerie.
6
De transparantie, verantwoording en betrokkenheid richting publiek en stakeholders wordt verder vergroot. Voor 2014 zullen de lidmaatschapseisen van Aedes worden aangescherpt. Hier stopt het niet. Verandering in cultuur en gedrag realiseer je niet door het vaststellen en strikter handhaven van regels. Maar vooral door het bevorderen van het handelen naar de ‘geest’ hiervan. Een combinatie van ‘compliance’ en cultuur versterkt elkaar. Als het gaat om professionalisering van de bedrijfsvoering in de sector wordt er gewerkt aan reductie van de bedrijfslasten. Door via het CBC inzichtelijk te maken wat de prestaties van corporaties op dit vlak zijn, wordt een proces op gang gebracht dat moet leiden tot reductie van de bedrijfslasten. Voor de volgende fase, normering van deze lasten, wordt in het voorjaarscongres een besluit gevraagd op welke indicatoren genormeerd en gehandhaafd wordt. Tevens zal geschetst worden op welke wijze de validiteit en hoogte van de norm gemonitord wordt. Er zal een groeipad worden geschetst hoe en wanneer corporaties aan de normen kunnen voldoen en de kwaliteit van de normen wordt verbeterd. Voor het verkrijgen van draagvlak voor de ontwikkelde normering is een intensieve evaluatie noodzakelijk.
Subthema 4.1 Werkgeverszaken Als werkgeversvertegenwoordiger is Aedes mede verantwoordelijk voor de ontwikkeling van passende, marktconforme arbeidsvoorwaarden in de sector. De arbeidsvoorwaarden in de branche zijn van hoge kwaliteit, maar de kosten zijn in tijden van krimp en bezuiniging steeds moeilijker op te brengen zijn. Aedes vindt het belangrijk dat de ontwikkeling van de personeelskosten zich aanpassen aan de ontwikkelingen in de samenleving. Deze uitgangspunten zullen leidend zijn voor de cao-onderhandelingsdelegatie. Voor de onderhandelingen in 2014 betekent dit, dat de vereenvoudiging en aanpassing van de pensioenregeling en cao voor een belangrijk deel de agenda zullen bepalen. Het resultaat van de onderhandeling zal voor de realisatie dienen te zorgen van een deel van de noodzakelijke kostenreductie binnen de sector. Duurzame inzetbaarheid is het sleutelwoord voor het personeelsbeleid in de sector. Ook in 2014 zullen corporaties handreikingen krijgen om oudere medewerkers duurzaam inzetbaar te houden binnen het bedrijf. Daarnaast zal op basis van onderzoek een arbeidsmarktbeleid voor de sector worden ontwikkeld. 2014 zal voor een belangrijk deel in het teken staan van het afsluiten en implementeren van een nieuwe pensioenregeling voor de sector. Nieuwe wetgeving en de kosten van de huidige regeling maken een drastische herziening van de bestaande regeling noodzakelijk. Belangrijke speerpunten in 2014 zijn, naast het voorlichten van de leden, de tijdige besluitvorming in de BAC en het Aedes bestuur.
Thema 5. Duurzame ledenbinding Duurzame ledenbinding is middel en doel tegelijk voor een goed functionerende brancheorganisatie. Om namens de leden te kunnen optreden en inhoudelijk draagvlak te creëren, is voortreffelijke aansluiting bij de leden noodzakelijk. En andersom: Aedes bestaat bij de gratie van duurzame ledenbinding. In het proces rondom de afspraken tussen Aedes en kabinet is wederom gebleken dat het betrekken van leden bij inhoudelijke thema’s van belang is om het draagvlak en bovenal commitment te vergroten. In 2014 zal het accent liggen op het betrekken van leden bij het beleid en ook op het verstrekken van informatie over effecten van beleid. Dit zal met name gebeuren door bijeenkomsten te organiseren, waarbij leden in klein verband kunnen
7
discussiëren over beleidsinhoudelijke thema’s. En door daarnaast informatiebijeenkomsten te organiseren over belangrijke thema’s. Ook zal er speciale aandacht zijn voor de manier waarop met de leden wordt gecommuniceerd. Belangrijk punt is en blijft de cultuurverandering binnen de vereniging. Hierbij is steeds meer vanzelfsprekend aandacht voor naleving van codes maar ook voor gedragsnormen binnen de vereniging. De uitkomsten van het in 2013 gehouden ledenonderzoek, een eerste 0-meting, zullen tevens worden omgezet in aanscherping van het beleid.
Toekomst vereniging – op weg naar vereniging 2.0 De vereniging staat onder druk vanwege interne en externe veranderingen. En binnen de vereniging bestaan nog steeds verschillende zienswijzen over belangrijke thema’s. Al is dan eerder door het congres het besluit genomen dat de overheid verantwoordelijk is voor de betaalbaarheid, dat betekent niet dat de leden zich niet ook betrokken, bezorgd en ook verantwoordelijk kunnen voelen voor de betaalbaarheid. Zeker als het de primaire doelgroep aangaat. Vanuit verenigingsperspectief is het belangrijk dat dit thema geen splijtzwam wordt. Want dat is niet in het belang van de belangenbehartiging. En daarmee ook niet in het belang van de huurders. Het onderscheid tussen groot, klein, stad en platteland kan niet worden weggenomen. De verschillen zijn en blijven groot. Toch lijkt er meer begrip te ontstaan en daaraan gekoppeld meer respect voor de verschillende belangen. Dat heeft ook effect voor het functioneren van groeperingen binnen de sector, zoals MKW, De Vernieuwde Stad en Kences. Bovendien is een verschuiving waarneembaar waarbij regionale netwerken ontstaan en corporaties elkaar vinden in een gemeenschappelijke regionale belangenbehartiging binnen dezelfde woningmarkt. Aedes als brancheorganisatie staat voor het collectief belang, maar heeft tegelijkertijd aandacht voor deze belangrijke regionale verschillen. De financiële druk op de corporaties veroorzaakt ook druk op de hoogte van de contributie. De afgelopen jaren is deze verlaagd, maar de verwachting is dat deze in de toekomst nog fors verlaagd zal moeten worden. Dit betekent dat er nog scherper wordt gekeken naar de kosten. En dat het te besteden budget beperkt wordt. Daarnaast wordt gewerkt aan een plan om minder contributieafhankelijk te worden en daarmee toekomstbestendiger. Ter inspiratie wordt hiervoor gekeken naar andere brancheorganisaties, waar de druk op de contributie-inkomsten ook speelt en waar over verschillende oplossingsrichtingen wordt nagedacht.
8
www.aedes.nl