Stichting Uittreding Werknemers Agrarische Sectoren (SUWAS I) Jaarverslag 2008
colofon administrateur Syntrus Achmea Pensioenbeheer Rijnzathe 10, de Meem Postbus 3183, 3502 GD de Meern telefoon 0900165 65 65
Inhoud 1
Jaarverslag
1.1
Kerncijfers
5 6
1.2
Algemene gegevens
8
1.3
Verslag van het bestuur
10
2
Jaarrekening
15
2.1
Balans per 31 december 2008
13
2.2
Rekening van baten en lasten over het boekjaar 2008
18
2.3
Kasstroomoverzicht
19
2.4
Algemene toelichting
20
2.5
Toelichting op de balans
21
2.6
Toelichting op de rekening van baten en lasten
26
3
Overige gegevens
28
3.1
Vaststelling van de jaarrekening door het bestuur
29
3.2
Accountantsverklaring
30
3.3
Resultaatbestemming
32
1 Jaarverslag
1.1 Kerncijfers
Meerjarenoverzichten Financiële gegevens (x € 1.000)
^^^•^^^^^^^^^^
2005
2004
2003
71.971
76.771
H^^^^^^^^^^^^^HBH^^^^^^H HHHI^^^^^^^^^^^^^^I^^^^^^^^^^^^^^^^^^^H^^^^^^^•^^••MHH^^^M
^^^^^^^^^H^^^^^^H 91.638 96.185
••^^^^^^^•^^^^^^^^•••^^^^^^^^••^^^^^^^^^•B
Premiebaten
87.381
66.748
4,0
4,0
4,0
77.61 61
59.327
61.507
61.837
63.010
61.579
6.616
6.534
7.454
7.648
6.332
977
1.190
1.013
977
727
731
118.680
91.244
88.361
79.091
67.780
62.970
Rendement
-6,0%
2,1%
3.3%
10,5%
6,1%
4,5%
Beleggingsopbrengst
-5.276
1.947
2.893
7.928
4.163
3.066
Premiepercentage (%) Uitkeringen Pensioenpremie Administratie- en uitvoeringskosten Belegd vermogen
6.502
3,15
3,25
3,35
Reserves
135.598
132.288
109.305
91.717
91.741
92.604
Resultaat
3.310
22.983
17.588
-24
-863
9.477
Het bestuur heeft besloten het premiepercentage van 4% te handhaven. De toename van de premiebaten is het gevolg van de toename in het totaal van de loonsom. De premie is, naar aanleiding van de besluitvorming rond de nieuwe pensioenregeling in de bedrijfstak, zo vastgesteld dat naar verwachting per ultimo 2011 binnen het fonds voldoende reserves zijn om de dan nog lopende verplichtingen tot maximaal 2015 te kunnen financieren. Het tot dan toe positieve resultaat zal dan jaarlijks aan de reserves moeten worden toegevoegd.
VUT-verplichtingen In verband met de nieuwe wet- en regelgeving heeft het bestuur besloten tot de invoering van een deelnamegrens van 55 jaar per 1 januari 2005 en het instellen van een Spaar-VUT-regeling. In het bestuursverslag wordt hierop nader ingegaan. De hieruit voortvloeiende verplichtingen, alsmede de verplichtingen uit hoofde van reeds ingegane VUT-uitkeringen worden in de toelichting op de balans onder "Niet in de balans opgenomen verplichtingen" weergegeven.
1
Dit is inclusief de garantieregeling Bedrijfspensioenfonds voor de Landbouw ad € 18.014.. Sinds 1 augustus 2005 worden vanuit Stichting
Bedrijfspensioenfonds voor de Landbouw de uitkeringen verzorgd in het kader van de Garantieregeling. Deze uitkeringen komen ten laste van Stichting Uittreding Werknemers Agrarische Sectoren (SUWASI) en zijn in 2006 met terugwerkende kracht afgerekend. Van de totale last in 2008 heen € 9.684 belrekking op boekjaar 2008 en € 8.330 op voorgaande jaren.
Volumeveranderingen In aantallen Toekenningen Aangesloten werkgevers
2008
2007
2006
2005
2004
545
562
860
643
605
20.898
20.691
21.874
22.284
22.317
Het aantal toekenningen in 2008 is ten opzichte van 2007 gedaald van 562 naar 545. Aangesloten werkgevers Sector
Aantal werkgevers 2008
Cultuur Technische Werken Landbouwwerktuigen Exploit. Ondemem. Bos en Natuur Bedrijfsverzorgingsdiensten
2007
2006
3
3
38
2.618
2.567
2.626
208
211
194
37
31
28
Sorteerbedrijven
0
1
14
Veen- en turfstrooiselbedrijven Groenvoederdrogerijen
0
0
4
Tuinzaadbedrjjven Hoveniersbedrijven Nederlandse Algemene keuringsdienst Vlasbedrijf Tuincentra Rundveeverbetering ,
8
8
19
34
31
73
2.988
2.797
2.723
0 1
0
1
1
1
17
17
22
29
30
34
216
230
267
Dierhouderij
2.866
2.713
2.827
Glastuinbouw
3.884
3.981
4.244
Paddestoelen
Open teelten Landbouw
1.672
1.681
1.916
Open teelten Tuinbouw
3.641
3.700
3.984
998
1.009
1.085
1.470
1.468
1.526
7
7
11
Open teelten Bloembollen Open teelten Boomkwekerij Weefselkweek
104
104
103
Zelder De Schepper
3
3
0
2
2
0
Noorder Dierenpark
1
1
0
12
12
0
11
12
0
1
1
0
Bloembollengroothandel
Grontmij Varkensverbetering Hoge Veluwe Gebr. Van Kessel
3
Agterberg
3
Hommel
1
Een andere, niet vermelde, CAO Geen CAO van toepassing Totaal
46
46
95
14
15
41
20.898
20.691
21.874
1.2 Algemene gegevens Statutaire doelstelling De naam van de stichting is: Stichting Uittreding Werknemers Agrarische Sectoren (SUWAS).
Zij is gevestigd te Den Haag. Doelstelling De stichting stelt zich ten doel de vervroegde uittreding van werknemers in agrarische bedrijfstakken te financieren. De financiering geschiedt uit daartoe door de werkgevers en /of werknemers in die bedrijfstakken verstrekte gelden. Statutaire colleges Bestuur De stichting wordt bestuurd door een bestuur bestaande uit twaalf leden, die als volgt worden benoemd: Namens de werkgeversorganisaties: •
drie leden te benoemen door LTO Nederland (Land- en Tuinbouw Organisatie Nederland)
•
één lid te benoemen door de CUMELA Nederland (Cultuurtechnische werken en grondverzet, Meststoffendistributie en Loonwerken in de Agrarische sector in Nederland)
•
één lid te benoemen door de VHG (Vereniging van Hoveniers en Groenvoorzieners)
• één lid te benoemen door de overige werkgeversorganisaties. Namens de werknemersorganisaties: •
vier leden te benoemen door FNV Bondgenoten:
•
twee leden te benoemen door de CNV BedrijvenBond.
Het bestuur benoemt uit de bestuursleden-werkgevers een werkgeversvoorzitter en uit de bestuursleden-werknemers een werknemersvoorzitter, telkens voor de duur van vier jaar. Zij treden beurtelings voor de duur van een jaar op als voorzitter. De heer H.Th.J. Vulto is aan de werkgeverszijde de voorzitter. De heer G. Roest is aan werknemerszijde de voorzitter. Samenstelling bestuur per 31 december 2008 Leden werkgeverszijde Plaatsvervangende leden
Organisatie!
H.Th.J. Vulto (werkgeversvoorzitter)
G. van der Grind
LTO Nederland
J. van Haarlem
J.H. de Boer
N. van Ruiten
J. den Dekker
LTO Nederland LTO Nederland
J. Mans
Mw. J.H. Zweverink-Bosch
CUMELA Nederland
A. Kraan
Vacature
VHG
J.J.W.M. van den Oever
Vacature
Nederlandse Bond van Boomkwekers
Leden werknemerszijde
Plaatsvervangende leden
Organisatie
G.P.M.J. Roest (werknemersvoorzitter)
Vacature
FNV Bondgenoten
Mw. M.C. Bense Vacature
Vacature Vacature
FNV Bondgenoten
Vacature
Vacature
FNV Bondgenoten
G.H. Koudys
R. Zwijnenburg
CNV BedrijvenBond
J. Bosma
R. Zwijnenburg
CNV BedrijvenBond
FNV Bondgenoten
De heer Roest was in 2008 voorzitter. Het bestuur is in het jaar 2008 twee keer bijeen gekomen.
Bestuursbureau Ter ondersteuning van de besturen van diverse fondsen in de agrarische en groene sector hebben sociale partners een bestuursbureau opgericht. Ook het bestuur van het fonds maakt gebruik van dit bestuursbureau. Het bestuursbureau ondersteunt het bestuur. Met ingang van 2009 verzorgt het bestuursbureau ook het secretariaat van het bestuur. Actor Bureau voor Sectoradvies Boerhaavelaan 30 Postbus 28 2700 AA Zoetermeer Administrateur Syntrus Achmea Pensioenbeheer te De Meern In 2007 kreeg de fusie tussen Interpolis Pensioenen en Achmea verder vorm. De pensioenbedrijven van beide concerns, Interpolis Pensioenen en PVF Achmea, gaan nu verder als één organisatie. Per januari 2008 is de naam Syntrus Achmea geïntroduceerd. Onder Syntrus Achmea vallen de onderdelen Syntrus Achmea Pensioenbeheer, Syntrus Achmea Vastgoed en Syntrus Achmea Vermogensbeheer. Accountant Ernst & Young Accountants LLP te Den Haag Adressen werkgevers- en vakorganisaties LTO Nederland Postbus 29773 2502 LT Den Haag (070-3382700) www.lto.nl CUMELA Nederland Postbus 1156 3860 BD Nijkerk (033- 2474999) www.cumela.nl
VHG Postbus 1010 3990 CA Houten (030- 6595550) www.vhg.org FNV Bondgenoten Postbus 9208 3506 GE Utrecht (0900-9690 www.fnvbondgenoten.nl CNV BedrijvenBond Postbus 2525 3500 GM Utrecht (030-7511500) www.cnvbedrijvenbond.nl
1.3 Verslag van het bestuur Het bestuur van de Stichting Uittreding Werknemers Agrarische Sectoren (SUWAS l) brengt hierbij verslag uit over de verrichte werkzaamheden en het gevoerde beleid in het jaar 2008. Het doel van de jaarverslaglegging is om informatie te verschaffen over de financiële positie, resultaten en wijzigingen in de financiële positie van het fonds. Deze presentatie van de verslaglegging is afgestemd op de richtlijnen voor de jaarverslaggeving. Aanspraak op uitkering vervroegde uittreding De SUWAS regeling biedt werknemers die werkzaam zijn binnen de aangesloten sectoren de mogelijkheid om, afhankelijk van het geboortejaar, conform de staffel op pagina 10 uit te treden. De uitkering bedraagt in principe 80% van de uitkeringsgrondslag gebaseerd op het salaris in het derde jaar vóór uittreding (refertejaar). De voorwaarde om aanspraak te maken op de Vervroegde uittreding is dat de werknemer gedurende de laatste tien jaren voorafgaand als werknemer werkzaam is geweest in de sector. Hiertoe zijn geen wederkerigheidafspraken gemaakt met bepaalde bedrijfstakken. Per individuele werknemer wordt gekeken of hij of zij aanspraak maakt op de wederkerigheid. Wijzigingen in oudedagsvoorziening agrarische sector Op 1 januari 2006 is in werking getreden de Wet VUT, Prepensioen en Levensloop (VPL). Volgens deze wet wordt met ingang van 1 januari 2006 VUT en prepensioen niet meer fiscaal ondersteund. Voor werknemers die op deze datum 55 jaar of ouder zijn, kan de VUT-regeling echter wel fiscaal begunstigd worden voortgezet. Om voor fiscale ondersteuning van de VUT-regeling in aanmerking te blijven komen, is het VUT-regtement per 1 januari 2006 aangevuld met de mogelijkheid van uitstel en maximering. Als een deelnemer besluit om op een later tijdstip dan op de reglementaire ingangsdatum gebruik te maken van de VUTregeling, dan wordt de totale uitkering actuarieel herrekend. We noemen dit ook wel Spaar-VUT. Hierdoor wordt de uitkering per maand hoger. Indien de uitkering door de herrekening meer dan 100% van het laatstverdiende loon bedraagt, wordt het meerdere omgezet in ouderdomspensioen. Besloten regeling Met ingang van 1 januari 2006 is SUWAS een besloten regeling. Werknemers die op 1 januari 2006 al gebruik maakten van SUWAS of nog geen gebruik maken maar al wel recht hadden, behouden het recht op de "oude" regeling (SUWAS, BPL-Flex met garantieregeling en het huidige BPL ouderdomspensioen). Voor deze groep is per 1 januari 2006 spaar-VUT ingevoerd. Werknemers krijgen zo de mogelijkheid om de ingang van hun VUT-urtkering uit te stellen, waarbij de uitkering vanaf 1 januari 2006 met inachtneming van algemeen aanvaarde actuariële grondslagen wordt herrekend. De uitgestelde uitkering dient in te gaan vóór de 65-jarige leeftijd voor de werknemers die enkel aan Suwas l deelnemen of voor de werknemers die niet voldoen aan de garantieregeling. Voorwerknemers die gebruik maken van de Bedrijfspensioenfonds van de Landbouw (BPL)-Fiex uitkering en voldoen aan de voorwaarden voor de garantieregeling geldt dat de uitkering in dient te gaan vóór de 64-jarige leeftijd. Zij ontvangen voor de periode van 64 tot 65 jaar een aanvulling vanuit Suwas l op hun prepensioen. Voor werknemers die geboren zijn vóór 1 januari 1950 is de oude regeling, inclusief SUWAS, BPL Flex en garantieregeling, van kracht gebleven. Wel wordt de uittreedteeftijd stapsgewijs verhoogd op basis van de volgende staffel: geboortejaar
(rich t) uittreed leef tijd
1946
60
1947
60,5
1948
61
1949
61,5
Deze werknemers gaan, afhankelijk van hun geboortejaar, tussen 60 en 62 jaar met de VUT (SUWAS). Vanaf 64 jaar ontvangt de werknemer prepensioen (BPL Ftex-pensioen) en een uitkering uit de garantieregeling. De garantieregeling vult het prepensioen aan tot het niveau van de VUT-uitkering. Dit is 80% van het brutoloon in het refertejaar. Het refertejaar is het derde jaar vóór het jaar waarin de VUT ingaat. Vanaf 65 jaar gaat het ouderdomspensioen in.
Deeltijd-VUT Vanaf 1 januari 2003 bestaat de mogelijkheid om naast een gedeeltelijke VUT-uitkering te blijven werken voor 50%. De uitkering bedraagt in deze gevallen 40% van de uitkeringsgrondslag en mag in 2008 met werken worden aangevuld tot 100%. Vereiste is wel dat men werkzaam blijft binnen de agrarische sector bij een Suwas-aangesloten werkgever. Maakt men eenmaal gebruik van de regeling, dan kan men alsnog besluiten volledig met de VUT te gaan, een overstap terug van volledige VUT naar deeltijd-VUT is echter niet mogelijk. Bijverdienen naast de VUT-uitkering In 2007 is het bestuur tot besluit gekomen dat het voor VUT-gerechtigden met ingang van 1 januari 2008 toegestaan is, om bij te verdienen naast de VUT-uitkering zonder dat dit gevolgen heeft voor de uitkering. Hierbij dient men een nieuw dienstverband aan te gaan of als freelancer te gaan werken. Er mag bijverdiend worden binnen of buiten de agrarische en groene sector. Er kan echter niet onbeperkt bijverdiend worden, omdat er een maximum aan gesteld is. De inkomsten en de uitkering samen mogen per kalenderjaar niet meer bedragen dan 125% van de uitkeringsgrondslag (dit is het loon waarop de VUT-uitkering is gebaseerd). De inkomsten dienen gemeld te worden bij de administratie. Indien sprake is van deeltijd-VUTmag ook bijverdiend worden. Als deelnemer aan de deeltijd-VUT (50% werken en 50% met de VUT) geldt dat bovenop de deeltijd-VUT-uitkering (40% van de uitkeringsgrondslag) tot 112,5% van de uitkeringsgrondslag bijverdiend mag worden. Indexatie van de VUT-uitkering Het bestuur heeft besloten om vanaf 1 januari 2008 de CAO Open Teelten niet meer te volgen om de VUT-uitkering te indexeren. In plaats daarvan zal vanaf 1 januari 2008 het prijsindexcijfer worden toegepast. Begin juli 2007 werd de CAO Open Teelten afgesloten, waarbij per 1 juli 2007 een loonsverhoging is afgesproken van 3%. Deze verhoging is met terugwerkende kracht toegepast in de uitkering van januari 2008. Per saldo ontvangt de VUT-gerechtigde in januari 2008 dus de CAO-verhoging van 3%, de nabetaling over de maanden juli 2007 tot en met december 2007 én de verhoging op basis van de prijsindex van 1,48%. BELEGGINGSBELEID Terugblik wereldeconomie De financiële sector in grote problemen Het hele jaar 2008 stond in het teken van de wereldwijde financiële crisis. De situatie bij veel financiële instellingen verslechterde in een kort tijdsbestek en het systeem schudde op haar grondvesten. Er kwam een einde aan het zelfstandig voortbestaan van een fors aantal financiële instellingen, met als dieptepunt het faillissement van Lehman Brothers. Daarnaast deden veel instellingen een beroep op de centrale banken of overheden voor financiële ondersteuning. De totale verwachte verliezen voor financiële instellingen zijn gedurende 2008 continu naar boven bijgesteld en wereldwijd opgelopen tot meer dan 1.000 miljard Amerikaanse dollars. De terughoudendheid van banken om geld uit te lenen belemmert de economische groei wereldwijd. Diverse landen in recessie Het uitbreken van een kredietcrisis werd vorig jaar als een van de risico's gezien. Daarnaast werd wereldwijd een forse afkoeling van de economische groei verwacht. Dit bleek in de eerste helft van 2008 ook het geval te zijn. Optimisten wezen op stabiliserende factoren die een recessie zouden kunnen voorkomen, zoals de gezonde financiële positie van het bedrijfsleven en de fiscale stimulansen die waren aangekondigd. Maar de kredietcrisis kwam er toch. Vooral het faillissement van Lehman Brothers bleek grote gevolgen te hebben. De kredietmarkten bevroren als gevolg van de vertrouwenscrisis. De Verenigde Staten zijn nu officieel in recessie, net als diverse Europese landen en Japan. Opmerkelijk was de grote snelheid waarmee de gebeurtenissen elkaar in 2008 opvolgden en de heftigheid waarmee financiële markten reageerden. Overheden en centrale banken probeerden de crisis te bezweren Nu faillissementen bij banken dreigden, vervulden de centrale banken hun functie van "lender of last resort". Overheden traden actief
op en nationaliseerden financiële instellingen, zoals American International Group en Fortis. Wereldwijd namen overheden en
centrale banken daarnaast diverse andere maatregeien, waaronder net Troubled Assets Relief Program (TARP*). Er werd een plan gelanceerd om de balansen van financiële instellingen via kapitaalinjecties te versterken en zo de kredietverlening weer op gang te helpen. Veel centrale banken, waaronder de Europese Centrale Bank. verlaagden de rente. Zo werd de korte beleidsrente in de VS tot bijna 0% verlaagd. De Federal Reserve ('FED') kondigde aan beleggingen te gaan opkopen (onder meer hypotheekgerelateerde producten en staatsobligaties). Deze en andere maatregelen hadden tot doel een implosie van het financiële systeem te voorkomen. Paniek beheerste de financiële markten Ondanks alle steunmaatregelen bleef er sprake van een algehele aversie tegen het nemen van risico's op de financiële markten. Vrijwel alle risicovolle beleggingscategorieën hadden in 2008 last van negatieve rendementen. Na het faillissement van Lehman Brothers werd gevreesd voor een ineenstorting van het financiële systeem en ontstond wereldwijd paniek. De beweeglijkheid van de mankten ("volatiliteit") steeg gedurende het jaar tot extreme hoogte, maar herstelde aan het eind van het jaar weer enigszins van de recordniveaus. Gevoerd beleid Portefeuilfewaarde De waarde van de portefeuille en de verdeling van het vermogen over de verschillende beleggingscategorieën aan het einde van het jaar ten opzichte van de situatie aan het begin van het jaar wordt weergegeven in onderstaande tabel:
Aandelen Vastrentende waarden Liquide middelen Totaal
Performance Onderstaande tabel geeft de performance weer uitgesplitst naar de verschillende categorieën waarin voor het pensioenfonds wordt belegd.
Aandelen
-41.8%
Vastrentende waarden Liquide middelen
Totaal
-4,7%
Tactische Asset Allocatie De beleggingsportefeuille van het VUT-fonds omvatte aan het begin van het jaar een beperkte overweging op aandelen ten koste van obligaties. Na de daling van de aandelenmarkten in 2007 leken aandelen ondanks de minder gunstige economische vooruitzichten beter gewaardeerd dan obligaties. De financiële crisis zette echter onverwacht hard door en had een zware impact op . de financiële markten. Eind augustus werd besloten een groot deel van het surplus aan aandelen af te bouwen. De reden hiervoor was het toegenomen risico van gedwongen verkopen ("deleveraging"), dit ondanks de relatief aantrekkelijke waardering en de aangekondigde maatregelen om de crisis en stagnerende economie te lijf te gaan. De overweging op aandelen werd tot het eind van het jaar gedeeltelijk gehandhaafd. Per saldo werd met dit onderdeel van het beleggingsbeleid een negatief resultaat behaald. Staatsobligaties en bedrijfsobligaties De financiële markten kenmerkten zich in 2008 door een grote mate van angst en onzekerheid. Dit leidde tot een sterke stijging van volatiliteit. Per saldo stegen de koersen van staatsleningen in zowel de Eurozone als de Verenigde Staten. Dit werd voornamelijk veroorzaakt door lagere inflatieverwachtingen. Daarnaast zagen beleggers staatsleningen als veilige belegging. De markt voor bedrijfsobligaties had het in 2008 heel moeilijk. Onder invloed van de kredietcrisis liepen de risicopremies van bedrijfsobligaties op tot niet eerder vertoonde niveaus. Deze risicopremies zijn de opslagen die bedrijven moeten betalen bovenop de rente voor staatsleningen. De financiële sector werd het zwaarst geraakt. De positie in bedrijfsobligaties en met name die in de financiële sector hadden een sterk negatief effect op de waarde van de portefeuille. De resultaten op staatsobligaties konden dit onvoldoende compenseren. Aandelen Voor de aandelenmarkten was 2008 een zeer slecht jaar. De Europese, Amerikaanse en Japanse aandelenmarkten sloten het jaar respectievelijk 45%, 36% en 26% lager af ten opzichte van 2007 (gemeten in euro's). De aandelenmarkt in de regio Pacific ex Japan en de opkomende landen lieten een nog negatiever rendement zien van respectievelijk 50% en 51%. Als gevolg hiervan daalde het percentage van aandelen in het totale vermogen van het fonds sterk tot 15%. Alle sectoren sloten het jaar af met een negatief resultaat. De daling werd het sterkst gedreven door de financiële en cyclische sectoren. De aandelenportefeuille kende uiteindelijk een sterk negatief rendement dat wel licht hoger uitkwam dan de benchmark. Verantwoord beleggen Het fonds belegt uitsluitend in aandelenbeleggingsfondsen en/of-pools. Het grootste gedeelte van de aandelenportefeuille wordt belegd in door Syntrus Achmea Vermogensbeheer beheerde aandelenpools, die een maatschappelijk verantwoord beleggingsbeleid voeren. Als uitgangspunt hanteren deze pools de principes van de Global Compact van de Verenigde Naties. Deze tien principes zijn gerelateerd aan de mensenrechten, arbeidsnormen, milieu en anticorruptie. Zij vinden hun oorsprong in internationaal breed geaccepteerde verdragen zoals de Universele Verklaring voor de Rechten van de Mens en de conventies van de International Labour Organisation. Het beleid voor verantwoord beleggen binnen deze pools wordt uitgevoerd door SAVB en bestaat uit de volgende onderdelen: •
uitsluiten van controversiële wapens
•
engagement en aangaan van dialoog met ondernemingen, en
•
corporate governance en stemmen op aandeelhoudersvergaderingen.
Volumeveranderingen Hieronder volgt een overzicht van werknemers naar geboortejaar die een aanvraag bij de SUWAS l hebben ingediend: Afgewezen Aanspraak
Jaar Aanvragen
Geen Toegekend Gebruik
1927 1928 1929 1930 1931 1932 1933 1934 1935 1936 1937 1938 1939 1940 1941 1942 1943 1944 1945 1946 1947 1948 1949 1950 1951
1 14.073
O 419
1 453
437 446 492 510 520 545 546 571 562 575 559 652 612 592 597 673 788 702 646 917 742 8 O O O 12.692
163
13.201
Overzicht van werknemers waar van de aanvraag is afgewezen Voor de werknemers in de geboortejaren 1941 tot en met 1951 die niet in aanmerking kwamen voor een uitkering vanuit de SUWAS l worden in het volgende overzicht de redenen hiervan uitgesplitst. Jaar
1941
1942
1943
1944
1945
21 -
1946
1947
1948
1949
26
1
2
1950
?95?
Reden 1
14
7
0
1
II
1
1
-
-
III
2
1
-
-
IV
3
3
0
1
I
Niet voldaan aan refertevoorwaarden;
II
geen werknemer in de zin van de regeling;
III
werkgever neemt niet deel aan de regeling;
IV
AAW/WAO-uitkering, a.o. 80-100%.
1
21 .
• -
1
-
2
1
1
1 _
2.1 (na verwerking van het voorstel resultaatbestemming) Activa
(x€ LOOD)
31.12.2008
31.12.2007
Aandelen
18.584
23.437
Obligaties Onderhandse leningen
99.625 471
67.299 508
118.680
91.244
18.666
17.565
328
582 9.350
Financiële vaste activa Beleggingen
Vorderingen en overlopende activa
2.5.1
2.5.2
Te vorderen premies Te vorderen intrest Rekening-courant Interpolis Pensioenbeheer
7.966
B.V. Overige vorderingen
Liquide middelen
Totaal
2.5.3
2.484
2.035
29.444
29.532
13.772
28.396
161.896
149.172
Passiva (x€ 1.000) Eigen vermogen
31.12.2007
6.385 129.213
12.034 120.254
135.598
132.288
6.632
2.5.4
Beleggingsreserve Bestemmingsreserve
Overige schulden en overlopende passiva Te betalen pensioenpremie
31.12.2008
2.5.5
Te betalen Garantieregeling
18.014
15.256 -
Loonheffing en sociale lasten
1.445
1.393
Overige schulden
Totaal
207
235
26.298
16.884
161.896
149.172
2.2 (x€ 1.000)
2008
2007
96.185 -5.276
91.638 1.947
Baten Premies Opbrengst beleggingen
2.6.1 2.6.2
Overige baten
641
18
91.550
93.603
Lasten Uitkeringen
77.616
59.327
Sociale lasten
2.775
2.506
Pensioenpremie
6.502
6.616
977
1.190
2
-
368
981
88.240
70.620
3.310
22.983
Uitgaande waardeoverdracht Administratie-en uitvoeringskosten Overige lasten
2.6.3
2.6.4
Tbevoegrng/Vrijvaf voorziening dubieuze debiteuren
Voordelig resultaat