thema DE MOOISTE HUTTENTOCHTEN Berghutten: je zweert erbij of je mijdt ze als het even kan. Lange tijd rekende ik mijzelf stellig tot de categorie der
De favoriete
HUTTEN TOCHTEN van onze redactie
huttenmijders. Te druk, te lawaaiig. Tot voor enige jaren. Toen kreeg het ‘huttengevoel’ ook mij te pakken en sindsdien geef ik me over aan de charme en – niet onbelangrijk – het gerief van een huttenovernachting.
S
teeds vaker vind ik mijzelf genoegelijk koutend op een huttenterras met tochtgenoten en wildvreemden, of handenwarmend bij de houtkachel, buikje vol, slokje onder handbereik en bedje gespreid. Zelfs het eeuwige gevecht van raam open, raam dicht verstoort mijn evenwicht niet. Verstand komt met de jaren. Of ik ben opeens ‘zen’ geworden. Waar kwam dan toch die weerzin van vroeger vandaan? Opeens herinner ik het me weer: de Gnifettihut, jaren geleden! Prachtige oude Italiaanse hut, daar niet van, maar dat stof en dat gestommel en geklos op een onzalig vroeg uur door klimmers die zich klaarmaakten voor de Signalkuppe! En ’s morgens met branderige ogen door de onderbroken nachtrust een oudbakken wit bolletje wegwerken. Gezeur, vind ik achteraf. Bovendien zijn hutten tegenwoordig vaak van alle gemakken voorzien; lees maar het verslag van Mark van Hattems reis naar Slovenië op bladzijde 61. Ben ik nu van mijn geloof af en verkies ik een huttentrektocht boven een tocht met mijn eigen lieve tentje? Nee, dat nu ook weer niet, je kunt niet alles hebben. Maar ik ben wel om, want niet alleen stellen hutten me in staat dagenlang op hoogte te blijven zonder af te hoeven dalen voor leeftocht, ze betekenen ook een lichte rugzak zonder kook- en eetgerei, drinkwater bij de hand, een knapperend vuurtje en... gezellige reuring. Lees op de volgende bladzijden welke huttentochten onze Bergen Magazine-redacteuren tot hun favorieten rekenen en laat je door hen inspireren. (Marcia van Bijnen)
Ù Overal in de Alpen vind je gezellige berghutten op de prachtigste plekken, zoals deze Rifugio Tuckett (Brenta Dolomieten) Foto: Marcia van Bijnen. BERGEN magazine
17
thema DE MOOISTE HUTTENTOCHTEN
EUROPAWEG 3 dagen
Wallis – Zwitserland
De wandeling over de Europaweg hoog boven het Mattertal is volgens een geraadpleegde internetsite de “schönste Höhenweg der Alpen”. Als we het station van bergmetropool Zermatt uitlopen, zijn onze verwachtingen dan ook hoog gespannen. Via een geleidelijk stijgend pad door mooie lariksbossen bereiken we onze eerste slaapplaats op de Täschalp. Wat een grandioze omgeving! Blikvangers zijn de rond 4500 meter hoge Weisshorn en Täschhorn. De volgende dag lopen we hoog boven het Mattertal verder noordwaarts. We kijken terug op Zermatt en de Matterhorn. Dan moeten we door een tunnel en langs een overdekte galerij om ons te behoeden voor steenslag van de hoger gelegen hellingen. Boven het dorpje Randa wacht een steile afdaling tot vlak boven het dal. Hier zijn de hellingen namelijk te instabiel geworden om in een rechte lijn naar de hut te lopen. Het goedmaken van de verloren hoogtemeters kost de nodige zweetdruppels, maar de beloning is zoet. Onze tweede slaapplek, de Europahut, ligt in een oase van groen lariksbos. Het terras is een heerlijke plek om een paar uur te niksen en de klimroute op de Weisshorn te bestuderen. Op de derde dag stijgen we geleidelijk naar een hoogte van bijna 2700 meter. Daarna passeren we een enorm blokkenveld met om de twee meter een markering. Met dit mooie weer lijkt dat overdreven, maar ik kan me voorstellen dat de rood-witte verfklodders bij mistig weer meer dan welkom zijn. Steeds ontdekken we nieuwe bergen aan de horizon. Aan de overkant van het Rhônedal herkennen we Bietschhorn en Aletschhorn. Rechts krijgen we zicht op de indrukwekkende Riedgletscher en een handvol nog niet eerder gespotte vierduizenders. Tot slot brengt een lange afdaling ons naar de bushalte in het gehuchtje Gasenried. De mooiste hoogtewandeling? Wie weet. In elk geval zijn we een grandioze bergervaring rijker. (Bert Vonk)
PRAKTISCH Karakter Stevige hoogtewandeling langs steile berghellingen. Goede paden, enkele forse stijgingen en dalingen, familiewandeling met oudere kinderen (va 12 jaar). Vertrek- en eindpunt Vertrekpunt: Station Zermatt Eindpunt: Gasenried (bushalte) of Grächen (+ 1 uur, bushalte). Bus naar St. Niklaus. Met trein terug naar Zermatt of naar Visp in het Rhônedal. Duur en hoogteverschil Totale duur: 13-15 uur. Totaal ong. 2000 meter stijgen en dalen, goed verdeeld; langste afdaling (ca. 1000 m) op dag 3. Route Zermatt (1680 m) – Meiggern (1870 m) – Täschalp/Europaweghütte (2225 m) – Europahütte (2220 m) – Galenberg (2581 m) – Grathorn (2343 m) – Gasenried (bus) – Grächen (bus) Uitbreiding: van Grächen met kabelbaan naar Hannigalp en de spectaculaire Balfrin Höhenweg naar Saas Fee volgen. Samen met de Europaweg vormt deze de Swiss Tour Monte Rosa (Schweizer Wanderweg 27). Tip Wie drie dagen stevig wil doorwandelen kan ook met eigen auto of taxi naar Täschalp gaan en vandaar in drie dagen naar Saas Fee wandelen. NB: de mooie start via de hoogtewandeling Alp Tufteren– Täschalp is momenteel vanwege aardverschuivingen niet begaanbaar. Kaarten LKS Blatt 274T Visp en 284T Mischabel, 1: 50.000 Kümmerly+Frey Blatt 24 Zermatt – Saas Fee, 1: 60.000 Meer weten? • www.europaweghuette.ch – reserveren Europaweghütte • www.randa.ch/tourismus/berghuetten/europahuette – reserveren Europahütte • www.europaweg.ch • www.wanderland.ch/de/routen/route-027.html
Ú De Europahütte met op de achtergrond de Weisshorn. Foto: Bert Vonk
18
BERGEN magazine
BERGEN magazine
19
thema DE MOOISTE HUTTENTOCHTEN
TOUR DE LA FONT SANCTE 3 dagen
Queyras – Frankrijk
Deze trektocht loopt rond de Pics de La Fonte Sancte (3385 m), de hoogste berg van de Queyras. Het avonturengehalte is hoog, want de Col du Sanglier staat in geen enkele Franse publicatie en de Col de la Colette Verte is de mooiste pas van de Queyras. Spannend is hij ook, maar gelukkig is de afdaling via steil gruis-met-grip veel beter dan hij er uitziet. Na de Pas du Curé volgt een verwarrend gemarkeerd pad – dat niet goed op de kaart staat – naar Refuge Cîme du Mélezet. De volgende dag is de Pointe Sud du Rocher de l’Eissassa (2971 m) vanaf de Col Tronchet een goede graadmeter voor de Col du Sanglier. Is die berg te moeilijk (T4), kies dan op dag 3 de variant. De dag eindigt in Maljasset, een gehucht in de Haute-Ubaye met maar liefst drie onderkomens. Wij sliepen in het gezellige Maison d’Hôtes Les Zélés. De volgende dag, voorbij La Barge – bij de beek, waar een miniem bordje op een boom gespijkerd is – begint het paadje, dat snel vervaagt, naar de lastige Col du Sanglier. In dit eenzame gebied wijzen steenmannetjes je alle kanten op; je moet zelf je weg zoeken. Op het eerste gezicht lijkt de afdaling van de col over de steile puin- en rotsblokkenhelling onmogelijk. Heb je daar geen vertrouwen in, dan is er de variant waardoor de moeilijkheden op de hele trektocht beperkt worden tot één traject, namelijk de korte passage met kabels op weg naar de Col de la Colette Verte en de afdaling van de Pas du Curé. De laatste col, de Col des Houerts, ligt verstopt en is telkens tóch nog een stuk verder weg. Daarna wordt het landschap steeds lieflijker, het steile stuk door een lariksbos is magnifiek.
PRAKTISCH Karakter Niet voor kinderen. Steil stijgen en afdalen. Markering uitstekend tot matig. Moeilijkheidsgraad Hoofdroute: T4, stokken en stevig schoeisel essentieel. Met variant: T3. Route Val d’Escreins (1781 m) – Col de la Colette Verte (2900 m) – Pas du Curé (2783 m) – Pied du Mélezet (1702 m) of Refuge Cîme du Mélezet (1822 m) – Col Tronchet (2661 m) – Maljasset (1905 m) – Col du Sanglier (2646 m) – Col des Houerts (2871 m) – Val d’Escreins. Variant dag 3: V.a. Maljasset over D25, dan rechtsaf GR naar Col des Houerts (T2). Vertrek- en eindpunt Parkeerplaats einde Val d’Escreins (1781 m). Hier ligt Refuge Basse Rua. Duur en hoogteverschil 4 tot 7 uur per dag, stijgen/dalen in totaal: 3315 m. Tip Vanaf Pointe d’Escreins (3038 m) is het uitzicht grandioos en totaal anders dan vanaf Col des Houerts (T3). Kaarten/gidsje IGN 3537 ET Guillestre; 3637 OT Mont Viso,1:25.000 Met uitzicht op de Écrins, Robert Eckhardt en Noes Lautier, Uitgeverij Robert Weijdert, ISBN 9789080602007
B&B Maison d’Hôtes Les Zélés in Maljasset (1905 m) vonden wij het leukste overnachtingsadres en niet de duurdere CAF-hut. Foto: Robert Eckhardt Þ
Ú Op de Col de la Colette Verte. Links de Pointe de la Saume (3043 m). De piramide aan de horizon is de Pic de Rochebrune (3320 m). Foto: Robert Eckhardt
20
BERGEN magazine
BERGEN magazine
21
thema DE MOOISTE HUTTENTOCHTEN
DRIELANDENTREK 3 tot 5 dagen
Hohe Tauern – Oostenrijk
Ik krijg geen genoeg van de versteende rauwheid die de Zillertaler Alpen en de Hohe Tauern door het afkalven van het gletsjerijs prijsgeven. Gletsjers zijn er gelukkig nog steeds. Wel honderd ijstongen draperen de massieven van de Großvenediger- en de Riesenferner in het grensgebied van de Länder Salzburg, Tirol en het Italiaanse Zuid-Tirol. Hier liggen zes authentieke berghutten die je in verschillende combinaties aan elkaar kunt rijgen. Het begint bij het stokoude Krimmler Tauernhaus in het Achental, te voet in tweeënhalf uur te bereiken vanaf de Krimmlerwatervallen. Voorbij de herberg begint het echte werk. De bergpaden volgen eeuwenoude routes die werden gebruikt om met koopwaar of vee de brede bergpassen (Tauern) over te steken. Via de Krimmler Tauern kom je boven het Ahrntal uit, dus in Italië. Een mooie omweg voor wie een dag extra heeft is om eerst achter in het Achental links naar de comfortabele Warnsdorfer Hütte te klimmen, of anders rechts steil omhoog over de pas naar de Birnlücken Hütte, een Italiaans onderkomen op roepafstand van de grenspilaar. Een paar uur verder langs de mooie Via Vetta d’Italia kom je over het Heilig-GeistJöchl weer Oostenrijk binnen en volg je de markeringen over rotsen naar de Plauener Hütte boven het stuwmeer van Zillergründl. De subliem gelegen Richter Hütte bereik je van daaruit via de fraaie via ferrata naar de Gamsscharte. Ben je niet zo’n held, laat dan de Plauener Hütte links liggen en ga over de gezekerde Windbachscharte naar de Richter Hütte (dan wordt je tocht wel een ‘tweelandentrek’). De laatste dag wandel je dan naar het Tauernhaus en de watervallen terug, of ga je eerst nog een schnitzel eten op de Zittauer Hütte alvorens via de Gerlosstausee en de bus terug naar Krimml te gaan. (Jonathan Vandevoorde)
De schitterend gelegen Richterhütte. Foto: Jonathan Vandevoorde Þ
PRAKTISCH
Karakter Verschillende combinaties mogelijk. Goede conditie nodig voor de hoogteverschillen en steile stukken. Moeilijkheidsgraad Afwisselend terrein. Een paar pasovergangen zijn gezekerd met een staalkabel. Voor de Gamsscharte (facultatief) heb je een klettersteiguitrusting nodig. Route Voorbeeld inclusief de Gamsscharte. Watervallen – Krimmler Tauernhaus (1631 m) – Warnsdorfer Hütte (2324 m) – Birnlücken Hütte (2441 m) – Plauener Hütte (2364 m) – Richter Hütte (2367 m, via Gamsscharte) – Zittauer Hütte (2328 m). Variant: van de Birnlücken Hütte kan je ook via de Windbachscharte naar de Richterhütte. Vertrek- en eindpunt Parkeerplaats Trattenköpfl langs de straatweg naar de Gerlospas. Duur en hoogteverschil Alle hutten liggen gemiddeld op 3 tot 4 uur van elkaar, beh. Birnlücken Hütte – Plauener Hütte (7 uur), variant ong. 6½ uur. Dagelijks 800 à 1200 m stijgen en/of dalen. Tip Gamsspitzl (2888 m) vanuit de Warnsdorfer Hütte. Schitterend uitzicht op Großvenediger en gletsjers. Kaarten/gidsje Alpenvereinskarte 35/3, Zillertaler Alpen Ost, 1:25.000 Kompass 38, Venedigergruppe – Oberpinzgau, 1:50.000 Wandelen in de Oostenrijkse Alpen, Jonathan Vandevoorde e.a., Dominicus Adventure, ISBN 9789025750053
Boven het Ahrntal. Foto: Jonathan Vandevoorde Ú
22
BERGEN magazine
BERGEN magazine
23
thema DE MOOISTE HUTTENTOCHTEN
HET PURE BERGLEVEN 3 tot 4 dagen
Bellunese Dolomieten – Italië
De rood-witte routetekens zijn verweerd. Over paden hangt gras. Tot in de verste verten heerst stilte. De Bellunese Dolomieten zijn onontdekt en onontgonnen. Hier vind je het bergleven in zijn puurste vorm. Vanuit Val Canzoi zijn verscheidene trektochten te maken naar afgelegen plekken. Een van de mooiste routes gaat steil omhoog richting Passo Finestra. Een stevige klim van ruim drie uur. Eenmaal boven word je verwelkomd door het vriendelijke uitzicht op Rifugio Bòz, een van de weinige bemande berghutten in het gebied. Na een goedkope overnachting in Bòz brengt de volgende etappe je naar de Cimonega-vallei. Het is een prachtige route met een paar passages langs afgronden die aan alle angsten van de sporadisch passerende wandelaars appelleren. In de groene vallei onder de loodrechte Sass de Mura staat een klein onbemand hutje met een open haard, een hout gestookt kooktoestel en een paar zwartgeblakerde pannetjes. Onder het dak is een vliering met enkele schuimrubber matrasjes. Hogerop in het dal bevinden zich twee stalen hutjes, de Bivacchi Bodo e Feltre. Deze maken deel uit van de beroemde Alta Via 2, maar een overnachting in het knusse Cimonega is te prefereren. Het smalle pad naar Brendol is berucht, omdat het langs een monsterlijke afgrond loopt en hier en daar door gras wordt overgroeid. In vroeger eeuwen is hier een monnik met zijn schaapskudde verongelukt en in het ravijn gestort. De plek waar dat gebeurde wordt door de lokale bevolking ‘het gat van de monnik’ genoemd. Tegenwoordig hangt er gelukkig een ketting. In Brendol liggen twee boerderijen, waarvan er één is omgebouwd tot hut voor de parkwachters. In de andere worden in de zomermaanden koeien gehouden. Je kunt er overnachten in eenvoudige accommodaties of terug afdalen naar Val Canzoi. (Frank Peters)
PRAKTISCH Karakter Huttentrektocht door een prachtig stil gebied met één of twee overnachtingen in onbemande hutten. Moeilijkheidsgraad Een paar steile passages en paden langs diepe afgronden. Minder geschikt voor kinderen. Prima te doen voor wandelaars met een goede conditie. Route De hutten liggen op gemiddeld 4 tot 5 uur van elkaar. Dag 1: Val Canzoi (710 m) – Passo Finestra (1766 m) – Rifugio Bòz (1718 m). Optioneel: Monte Colsent (2020 m) of Monte Neva (2228 m). Dag 2: Rifugio Bòz (1718 m) – Col dei Bechi (1960 m) – Cimonega (1632 m). Optioneel: Bivacchi Walter Bodo e Feltre (1930 m) of iets verder Passo Comedon (2067 m). Dag 3: Cimonega (1632 m) – ‘Gat van de monnik’/Forcella dell’Omo (1946 m) – Brendol (1708 m) – Val Canzoi (710 m). Vertrek- en eindpunt In de afgelegen Canzoi-vallei in de buurt van het stuwmeer. Duur en hoogteverschil Dag 1: 4 tot 7 uur, 1050 – 1500 m stijgen en 50 – 500 m dalen Dag 2: 4 tot 5 uur, 250 – 350 m stijgen en 330 – 430 m dalen Dag 3: 4 tot 7 uur, 310 m stijgen en 240 – 1230 m dalen Tip Neem eten, lucifers en gasbrander mee voor de twee nachten in de onbemande hutten. Kaart Tabacco 023 Alpi Feltrine - Le Vette – Cimònega, 1:25.000
Ú Rifugio Bòz (1718 m) is een van de weinige bemande hutten in het gebied. Foto: Frank Peters
24
BERGEN magazine
BERGEN magazine
25
thema DE MOOISTE HUTTENTOCHTEN
Refuge du Chardonnet (2223 m). Foto: Robert Eckhardt Ù
Het wondermooie Grand Lac met de Roche Colombe (2832 m). Wie steenbokken wil zien, moet hier naartoe gaan. Foto: Robert Eckhardt
ß
PRAKTISCH Karakter Hoofdroute ongeschikt voor kinderen; de trektocht met makkelijke varianten wél. Markering is goed tot matig: bordjes, verfstrepen, steenmannetjes. Deels ongemarkeerd. Moeilijkheidsgraad Hoofdroute: T4, stokken en stevig schoeisel essentieel. Varianten: T2, met stukje T3 (Col de Roche Noire). Route Dag 1: Névache (1620 m) – Refuge Buffère (2076 m) – Col de Roche Noire (2693 m) – Refuge du Chardonnet (2223 m). Dag 2: Refuge du Chardonnet (2223 m) – Crête de la Casse Blanche (colletje ca. 2850 m) – Refuge Laval/Chalets de Laval (2012 m). Dag 3: Chalets de Laval (2012 m) – Refuge des Drayères (2167 m) – Refuge Ricou (2115 m). Dag 4: Refuge Ricou (2115 m) – Pas du Lac Blanc (2935 m) – Névache (ca. 1600 m). Vertrek- en eindpunt Névache (1600 m). Na Névache in zomerseizoen verplichte pendelbus. Duur en hoogteverschil 5 tot 6 uur per dag. Stijgen/dalen in vier dagen: 4015 m. Tip 1 Op dag 2, 3 en 4 kun je resp. Tête de la Cassille (3069 m; T5), Mont Thabor (3178 m; T2) en Pic du Lac Blanc (2980 m; T3) op. Tip 2 Hutten sluiten half september. Je kunt de tocht doen in dagtochten v.a. Camping Fontcouverte. September en oktober mooiste tijd. Refuge des Drayères en Refuge Ricou hebben winterruimte, alles zelf meenemen. Kaarten/gidsje IGN 3535 OT Névache/Mont Thabor en 3536 OT Briançon, 1:25.000 Met uitzicht op de Écrins, Robert Eckhardt en Noes Lautier, Uitgeverij Robert Weijdert, ISBN 9789080602007
TOUR DE LA CLARÉE 4 dagen
Vallée de la Clarée en Cerces –
Frankrijk
In elke publicatie over de Cerces en de Vallée de la Clarée in de Hautes Alpes staat een trektocht, maar niet déze. Mijn Tour de la Clarée is de mooiste, want hij verbindt het woeste hart van de Cerces met het lieflijke landschap van het riviertje de Clarée. Je wandelt over vlaktes met murmelende beken naar juweeltjes van bergmeren, waarin zich onwaarschijnlijk steile puinhellingen en grijsgele dolomietachtige toppen weerspiegelen. Dag twee voert je naar een van de fraaiste plekken in de Hautes-Alpes. Tot de Lacs de la Casse Blanche is makkelijk. Die meertjes zijn overigens een prachtige dagtocht met kinderen vanuit het dal, want ’s morgens vroeg zijn er vrijwel zeker gemzen. En als je moeflons ziet, liggen er – onzichtbaar voor de mens – wolven op de loer. Daarboven ligt de moeilijke Crête de la Casse, hét domein van de steenbokken, die je soms heel dichtbij laten komen. Als het angstzweet je al in het couloir naar deze crête uitbreekt, keer dan om en neem de variant via Fontcouverte naar Chalets de Laval, want de afdaling naar het Lac Rouge is nóg steiler. Maar dan mis je wel de verrassing: in de Combe du Lac Rouge ligt een relict uit de ijstijd, een puingletsjer. De laatste dag is pittig, met een finale door het dal Le Vallon, dat aan weerszijden ingesloten is door ruige bergwanden. Daartussen liggen uitgestrekte almweiden met een zee van bloemen, totdat de schapen komen en alle flora opvreten. Te pittig: loop dan van Refuge Ricou via Lac Laramon naar Névache. (Robert Eckhardt)
26
BERGEN magazine
BERGEN magazine
27
thema DE MOOISTE HUTTENTOCHTEN
GIAU WAUW! 4 dagen
Dolomieten – Italië
Zeg dat wel: wauw. Het gebied rond de Passo Giau biedt een zeldzame diversiteit aan Dolomietenlandschappen. En je treft er een web aan bergpaden waarlangs je een eigen draad door het gebied kunt spinnen. De bui is overgetrokken, de espresso is op. Flarden mist dansen rond grillige rotstorens als we door puin naar de eerste forcella klimmen. Een bloemrijke traverse leidt vervolgens langs bloeiende edelweiss en grazende gemzen. De Pelmo is een beest van een rotsklomp. Af en toe steekt hij z’n kop door de nevels. Een tweede pas brengt ons bij Rifugio Palmieri, gelegen naast het Lago Federa. Regendruppels slaan kraters in het verstilde wateroppervlak en in het spiegelbeeld van de Croda da Lago. De volgende dag wachten bossen vol verwrongen pijnbomen, doorsneden door ravijnen. Later lopen we rond de Cinque Torri. We zien een slang op de rotsen die zich warmt in de zon en klimmers die tegen de wanden kleven. In de namiddag bestijgen we de Nuvolau (2575 m). Weinig moeite, veel uitzicht. Vanuit Rifugio Averau gaan we richting de Lagazuoi. Tunnels en loopgraven uit de Eerste Wereldoorlog geven strategisch zicht over de omgeving. We dalen af in het Val Travenanzes, een besloten komdal omzoomd door machtige rotswanden in bonte kleurschakeringen. Een smal spoor voert pal onderlangs een waterval. In sluiers stort die van de kliffen. Door een chaos van huizenhoge rotsblokken bereiken we Rifugio Giussani. De laatste dag vormt de Tofana di Rozes (3225 m) ons hoog(s)te punt. De Dolomieten liggen aan onze voeten en in de verte glinsteren de sneeuwtoppen van de Centrale Alpen. Later lopen we langs de voet van de zojuist beklommen rotskathedraal en zijn gebarsten zuidwand. Richting Passo Giau verrassen prachtige vegetaties en kleine valleitjes met opvallende details. Ze houden de tocht tot het einde toe spannend. (Dirk-Sytze Kootstra)
PRAKTISCH Karakter Voor geoefende wandelaars langs comfortabele hutten met goed eten. Vertrek- en eindpunt Passo Giau, ten zuidwesten van Cortina d’Ampezzo. Duur en hoogteverschillen 3 tot 6 uur per dag, 2500 m stijgen (+ 900 m met kabelbanen) en 3400 m dalen. Op dag 2 en 4 mogelijkheid voor een top (resp. + 30 min en + 3 uur) Route Passo Giau (2236 m) – Forcella Giau (2360 m) – Forcella Ambrizzola (2277 m) – Rifugio da Lago Palmieri (2839 m) – Cinque Torri – Rifugio Averau (2413 m) – Forcella Averau (2435 m) – Passo Falzarego (2117 m) – Kabelbaan Lagazuoi – Forcella Travenanzes (2507 m) – Val Travenanzes – Rifugio Giussani (2561 m) – Forcella Col dei Bos (2331 m) – Kabelbaan Cinque Torri – Rifugio Scoiattoli (2225 m) – Passo Giau (2236 m). Alternatief (facultatief): diverse mogelijkheden, bijvoorbeeld: in plaats van kabelbaan, klettersteig door tunnels WOI nemen naar de Lagazuoi. Toppen van Nuvolao en Tofana di Rozes zijn facultatief. Tips Loopgraven met informatiepanelen uit WOI rond Cinque Torri. Wijnkaart Rifugio Averau. Kaart Kompass WK 617, Cortina d’Ampezzo/ Dolomiti Ampezzane, 1:25.000
Rifugio Averau steekt mooi af tegen de gelijknamige rotstop. Foto: www.bandion.it
Ý
Ù Bijna bovenop de Nuvolau. Op de achtergrond verschuilt de top van de Tofana di Rozes zich in een wolk. Foto: Frank Peters
28
BERGEN magazine
BERGEN magazine
29
thema DE MOOISTE HUTTENTOCHTEN
ZELF VAN HUT NAAR HUT?
HIER E ZIJN ONZ
TIPS!
Hoe plan ik een meerdaagse huttentocht? De redactie krijgt
lezen handig is als je lengte, hoog-
naar de huttenwaard altijd, ook bui-
geregeld vragen van lezers over waar en hoe je moet beginnen.
teverschillen, terrein en moeilijk-
ten het seizoen. Aldus verfijn je
De vragen en antwoorden hebben we verzameld op Bergwijzer.
heidsgraad van de etappes
gaandeweg de planning van je
nl. De voornaamste tips zetten we hier op een rijtje.
grofweg wilt inschatten.
eigen huttentocht.
1
Waar kan ik een huttentocht ondernemen?
2
3
Hoe stippel ik een tocht uit?
Dubbelcheck
4
Mijn tocht is bekend. En nu?
Kies eerst een bestemming en
Om deze informatie te checken kun
Check op de site van elke hut
Er zijn letterlijk duizenden moge-
raadpleeg de toeristische website.
je je verdiepen in de vele wandel-
vooraf wanneer hij open is, want
lijkheden te bedenken, vooral in de
Vaak vind je een overzicht van de
gidsjes over het uitgekozen gebied.
dat kan nogal eens verschillen.
Alpen en de Pyreneeën is de dicht-
berghutten met contactgegevens.
Maar onmisbaar is de informatie op
Soms blijft een hut maar tot half
heid aan berghutten groot. En die
Soms staan op dergelijke sites ook
de website van de hut: elke berghut
september open,
zijn in allerlei combinaties ‘aan
‘standaard’ huttentochten waarvan
is te vinden op de officiële site van
terwijl de vol-
elkaar te knopen’. Wil je het ruig of
de beschrijving nogal eens heel
de alpenvereniging van het betref-
gende hut tot
wil je het groen? Wil je kortere
globaal is, maar zo kom je wel op
fende land. Op zo’n pagina worden
half oktober
etappes of houd je van een pittige
ideeën! Inspiratie vind je ook in
ook de verbindingen naar de omlig-
in bedrijf is.
uitdaging? Je begint je zoektocht
deze en vorige edities van Bergen
gende hutten opgesomd. Zo kom je
Wij advise-
op internet, met een kaart of met
Magazine en op bergwijzer.nl.
er snel achter of een bepaald tracé
ren om
een wandelgidsje. En dan ga je
Vervolgens ga je op een topo-
bijvoorbeeld te zwaar is of te riskant
vooraf te
puzzelen! (Of verkies je een kant-
grafische wandelkaart de verbin-
vanwege een gletsjer, steenslag of
reserveren,
en-klare tocht, dan hebben wij
dingen tussen de hutten bestude-
sneeuwvelden vroeg in het seizoen.
vooral in het
voor jou hieronder een perfecte
ren. Zo ontwerp je een routeplan,
Dan moet je je route aanpassen. En
weekend. Dat kan buiten
aanbieding).
waarbij enige kennis van kaart-
als je het echt wilt weten kan bellen
het seizoen vaak via e-mail, maar ga er in het wandelseizoen van uit dat de huttenwaard daarboven
EXCLUSIEVE LEZERSREIS
Samen van hut naar hut met Bergen Magazine Van 2 tot en met 7 september 2014 organiseert Bergen Magazine i.s.m. Mild Adventures speciaal voor haar lezers een huttentocht in Oostenrijk. Vier dagen lang trekken we samen van berghut naar berghut rond het ijzige hart van de Hohe Tauern: de Großvenediger
alleen maar een mobieltje heeft en geen internet! Het is een ongeschreven regel dat je je afmeldt als je tochtplannen wijzigen: anders gebeurt het dat een huttenwaard(in) andere wandelaars een bed weigert, terwijl jij niet komt opdagen.
(3664 m). De tocht wordt geleid door hoofdredacteur Jonathan Vandevoorde, die ook gediplomeerd bergwandelgids is. Jonathan kent het gebied erg goed en vertelt onderweg alles over het landschap en de natuur van het grootste nationaal park in de Alpen.
Prijs: € 574,– Prijs per persoon o.b.v. halfpension. We slapen in gemeenschappelijke kamers en Matrazenlager. Schrijf je in vóór 5 juli 2014 en ontdek samen met Bergen Magazine een van de meest ongerepte landschappen van de Oost-Alpen! Details over het programma en een inschrijfformulier vind je op Bergwijzer.nl/
5
Wat kost een overnachting?
Hoewel de overnachtingsprijzen relatief ‘democratisch’ zijn, kunnen maaltijden en drinken aan de prijs zijn. Als lid van een bergsportvereniging geniet je korting op de overnachtingsprijs en heb je ’s avonds vaak recht op een gunstig geprijsde dagschotel.
bergenmagazine-2014-3 of direct op http://bit.ly/lezersreis Deze huttentocht wordt exclusief voor onze lezers georganiseerd in samenwerking met Mild Adventures – samen de bergen beleven (www.mildadventures.org).
30
BERGEN magazine
Meer tips voor je eigen huttentocht, praktische informatie en nuttige links vind je op: bergwijzer.nl/bergenmagazine-2014-3