Startles Humanitair Oorlogsrecht
voor maatschappijleer, geschiedenis, burgerschapsvorming voor middenbouw vmbo, havo, vwo
2
U gaat een les geven over het thema humanitair oorlogsrecht (HOR) en wat de link is met het Nederlandse Rode Kruis. Het humanitair oorlogsrecht is een verzameling internationale regels ter bescherming van mensen tijdens oorlog, bedoeld om menselijk lijden te beperken en/of te voorkomen. Elke oorlog en elk conflict kent regels en grenzen en strijdende partijen moeten zich daaraan houden. Deze informatie biedt de leerlingen in de bovenbouw van het voortgezet onderwijs een kader bij wat ze dagelijks horen over oorlog en zorgt ervoor dat ze leren wat het belang van humanitair oorlogsrecht is. Want ook al is Nederland nu niet in oorlog, we horen elke dag via de media wel over andere oorlogen, soldaten die uitgezonden zijn en vluchtelingen die vanuit oorlogsgebieden naar Nederland komen. Bovendien bestaat er ook in landen zonder oorlog kans op escalatie van geweld. Het bestaan van het humanitair oorlogsrecht is dus van groot belang voor mensen die in oorlog- en conflictgebieden leven, maar ook voor mensen in gebieden waar nu geen oorlog of conflict is. Want hoe meer mensen van het humanitair oorlogsrecht weten, hoe groter de kans dat het wordt nageleefd.
Deze eerste les kan opgevolgd worden door een meer verdiepende les over het humanitair oorlogsrecht die door iemand van het vrijwilligersnetwerk humanitair oorlogsrecht van het Rode Kruis gegeven wordt. Deze lessen kunnen ook over een speciaal thema gaan, zoals kindsoldaten of landmijnen. Indien u eerst een algemene introductie over het Rode Kruis wilt, dan is daar eveneens lesmateriaal voor beschikbaar.
Het Rode Kruis wil met deze lessen de betrokkenheid van jongeren met het werk van het Rode Kruis vergroten en hen inspireren tot het uitvoeren van een maatschappelijke stage voor het Rode Kruis. In deze handleiding vindt u achtergrondinformatie over het thema, een lesopzet (inclusief powerpointpresentatie), makkelijk te kopiëren werkbladen met vragen en opdrachten voor de leerlingen, en antwoordsuggesties. Achtergrondinformatie Het Rode Kruis en het humanitair oorlogsrecht zijn van oudsher met elkaar verbonden. Daarom is het uitdragen van het humanitair oorlogsrecht een unieke taak van het Rode Kruis.
Ontstaan humanitair oorlogsrecht Henry Dunant, een Zwitserse zakenman, kwam in 1859 tijdens één van zijn reizen in de Noord-Italiaanse stad Solferino. Daar had net een intensieve veldslag plaatsgevonden tussen de legers van Frankrijk/Sardinië en Oostenrijk. Dunant was diep geschokt door de duizenden gewonde soldaten die werden achtergelaten op het veld zonder medische verzorging. Samen met de vrouwen uit dorpen in de buurt organiseerde hij hulp. Voor alle slachtoffers, ongeacht bij welke partij ze hoorden. Later schreef hij zijn ervaringen en ideeën op in een boek getiteld ´Een herinnering aan Solferino´. Hij wilde namelijk dat mensen menslievend handelen, dat ze elkaar helpen, dat ze respect tonen voor de ander en dat daarbij menselijke waardigheid boven alles staat. Dit zou altijd moeten gelden, maar vooral in tijden van oorlog, omdat juist dan
Startles : Humanitair oorlogsrecht
Inleiding
3
Alle voorstellen vonden navolging. De internationale afspraken kwamen er in de vorm van verdragen. In 1864 kwam het eerste Verdrag van Genève tot stand, dat de basis vormde van het geschreven humanitair oorlogsrecht. Hierin werd het Rode Kruissymbool aangenomen als beschermend embleem. In 1863 richtte Dunant het Internationale Comité van het Rode Kruis (ICRC) op. In meerdere landen werden vervolgens nationale verenigingen van vrijwillige hulpverleners opgericht, de eerste Rode Kruis verenigingen. Zo werd het Nederlandse Rode Kruis in 1867 opgericht.
Met het initiatief van Dunant om dergelijke regels in een verdrag neer te leggen werd er pas een begin gemaakt met het geschreven oorlogsrecht. Inmiddels zijn er talloze verdragen met regels over bescherming van personen, het gebruik van wapens en manieren van oorlogen. De vier Verdragen van Genève uit 1949 behoren tot de belangrijkste internationale afspraken. Deze verdragen zijn door alle landen ter wereld ondertekend. Natuurlijk zijn oorlogen veranderd in de loop van de tijd. Het oorlogsrecht blijft dan ook constant in ontwikkeling. Zo zijn bijvoorbeeld de Verdragen van Genève uitgebreid met drie Aanvullende Protocollen en is er in december 2008 het Clustermunitie Verdrag ondertekend door vele landen, waaronder Nederland.
Wat is het humanitair oorlogsrecht? Het humanitair oorlogsrecht is een verzameling internationale regels met het doel om de schadelijke gevolgen van oorlog voor mensen te beperken en te voorkomen. Dit gebeurt op twee manieren: • het beschermt mensen die niet of niet langer deelnemen aan het conflict (burgers, medisch en religieus personeel, krijgsgevangenen, gewonden en zieken); • het stelt grenzen aan het gebruik van wapens en manieren van oorlogvoering. Henry Dunant is dus de grondlegger van zowel het Rode Kruis als het geschreven humanitair oorlogsrecht. Want regels voor oorlogvoering bestaan al net zolang als oorlogen zelf. In alle culturen en religies zijn dit soort regels terug te vinden. Een voorbeeld uit het oude islamitisch recht: de eerste kalief, Abu Bakr, schoonvader van de profeet Mohammed, verbood het om diegenen die niet vechten, zoals kinderen, zieken, en geestelijken, aan te vallen. Ook de katholieke kerk vaardigde regels uit voor het voeren van oorlog. Het aanvallen van kerkelijke gebouwen, geestelijken, vrouwen en pelgrims was verboden.
Het humanitair oorlogsrecht is van toepassing zodra er sprake is van een gewapend conflict, internationaal of niet-internationaal. Alle partijen bij het conflict zijn op gelijke wijze gebonden aan de regels van het humanitair oorlogsrecht. Dit betekent dat het niet uitmaakt wie het conflict begonnen is of wie er gelijk heeft. En al houdt de ene partij zich niet aan regels, dan heeft de andere partij nog steeds de plicht om dit wel te doen. Humanitair oorlogsrecht verplicht strijdende partijen altijd onderscheid te maken tussen andere strijders en burgers. Strijders mogen
Startles : Humanitair oorlogsrecht
mensen heel kwetsbaar zijn. Dunant deed in zijn boek daarom drie voorstellen: • in ieder land zou een vereniging van vrijwilligers moeten worden opgericht die in geval van oorlog zou zorgen voor zieke en gewonde soldaten van beide partijen. • landen zouden onderling afspraken moeten maken over neutrale en onpartijdige hulpverlening aan zieken en gewonden. • er moest een herkenbaar symbool worden aangenomen dat diende ter bescherming van de medische hulpverleners en de slachtoffers die zij verzorgden.
4
Zeven basisregels Het humanitair oorlogsrecht kent zeven basisregels: 1. Wie niet of niet meer meevecht moet altijd worden beschermd en menswaardig worden behandeld, tot welke partij hij of zij ook behoort. 2. Een vijandige soldaat die zich overgeeft of zich heeft ontwapend mag niet worden gedood of verwond. 3. De oorlogvoerende partijen moeten de gewonden en zieken samenbrengen, verzorgen en beschermen. Ook artsen en verpleegkundigen, ziekenhuizen en ambulances moeten worden beschermd tegen aanvallen. De emblemen (Rode Kruis, Rode Halve Maan, Rode Kristal) worden gebruikt als teken van die bescherming. 4. Soldaten en burgers die gevangen zijn genomen moeten menswaardig worden behandeld. Tegen hen mag geen geweld worden gebruikt en ze mogen niet worden gemarteld. Zij hebben het recht om te schrijven met hun familie en om hulp te ontvangen. 5. Iedereen die voor de rechter moet verschijnen heeft recht op een eerlijk proces. Niemand mag worden veroordeeld voor iets dat hij niet heeft gedaan. Niemand mag worden gemarteld of wreed worden behandeld. 6. Wapens en manieren van oorlogvoering die onnodig lijden veroorzaken zijn verboden. Voor de oorlogvoerende partijen is de keuze van wapens en methoden om oorlog te voeren daarom niet onbeperkt. 7. De burgerbevolking moet zoveel mogelijk worden gespaard. Daarom moeten de strijdende partijen altijd een goed onderscheid
maken tussen burgers en soldaten. Burgers en hun bezittingen mogen niet worden aangevallen. Aanvallen mogen alleen gericht zijn op militaire doelen. Rode Kruis Het Internationale Rode Kruis is actief in oorlogsgebieden. Belangrijke taken zijn dan: • strijdende partijen herinneren aan hun verantwoordelijkheid en verplichtingen volgens het humanitair oorlogsrecht; • uitdragen van het oorlogsrecht aan relevante doelgroepen; • bemiddelen en faciliteren bij de uitwisseling van gevangenen; • bezoeken van gevangenen (krijgsgevangenen, politieke gevangenen en burgers), tevens om te onderhandelen over verbetering van hun omstandigheden; • humanitaire hulp bieden (voedsel, water, medische hulp, onderdak, kleding enzovoort); • contact mogelijk maken tussen gevangenen en hun familie; • contact tussen familieleden herstellen en vermisten opsporen.
Het Rode Kruis kan dit werk in oorlogsgebieden doen omdat het staat voor neutraliteit, één van de zeven grondbeginselen van het Rode Kruis (naast onpartijdigheid, onafhankelijkheid, menslievendheid, algemeenheid, eenheid en vrijwilligheid > hierover vindt u meer in de
Startles : Humanitair oorlogsrecht
worden aangevallen, burgers niet. Dit is het principe van onderscheid. Bij een aanval op een militair doel kan er nevenschade optreden, bijvoorbeeld in de vorm van burgerslachtoffers. Daarom moeten de militaire voordelen van een aanval altijd worden afgewogen tegen deze nadelige gevolgen voor burgers, andere beschermde personen of gebouwen. Dit mag niet excessief of buitensporig zijn. Dit is het principe van proportionaliteit. Ook verbiedt het humanitair oorlogsrecht het gebruik van sommige wapens en munitie (zoals dum-dumkogels). Zo is het gebruik van wapens die onnodige verliezen en ernstig lijden veroorzaken of die met name burgers of het milieu treffen verboden. Daartoe horen bijvoorbeeld anti-personeelsmijnen, chemische en biologische wapens.
5
In Nederland De Nederlandse overheid heeft, net als alle andere landen die partij zijn bij de Verdragen van Genève, de verplichting om het humanitair oorlogsrecht bekend te maken binnen de krijgsmacht en het algemene publiek voor te lichten. Het Nederlandse Rode Kruis heeft hierbij een aanvullende taak. De verspreiding van het humanitair oorlogsrecht is van oudsher al een kerntaak van de nationale Rode Kruis en Rode Halve Maan Verenigingen. Het bestaan van het humanitair oorlogsrecht heeft ook alles te maken met respect voor elkaar, voor elkaars menselijke waardigheid. Ongeacht wie je bent en of je het met elkaar eens bent of niet.
Belangrijke feiten • De Verdragen van Genève zijn door alle landen geratificeerd. • Er zijn tot nu toe (november 2010) 46 landen partij bij het Clustermunitieverdrag (108 landen hebben ondertekend, veel daarvan moeten nog ratificeren). • Er liggen ongeveer 110 miljoen landmijnen verspreid over meer dan 70 landen. • Iedere 20 minuten stapt er iemand op een landmijn.
• Er zijn ongeveer 250.000 kindsoldaten in de wereld. • Van alle soldaten is 10% een kind. • Van alle kinderen die tijdens een oorlog hun ouders kwijt raken, vindt slechts 25% hun ouders terug. Handige links www.rodekruis.nl (> dit zijn wij > humanitair oorlogsrecht) www.icrc.org (War & Law) http://nl.wikipedia.org/wiki/Humanitair_oorlogs recht www.un.org/icty www.icc-cpi.int Lesopzet Deze startles over het humanitair oorlogsrecht en de rol van het Rode Kruis daarbij neemt één lesuur in beslag. U kunt gebruik maken van de powerpointpresentatie die het Rode Kruis hiervoor heeft ontwikkeld (titel: ppt Humanitair oorlogsrecht - startles). Een samenvatting van deze presentatie vindt u in deze handleiding. Na de les of als huiswerk kunt u de leerlingen zelfstandig laten werken met de vragen & opdrachten op de werkbladen, die makkelijk te kopiëren zijn. U vindt tevens antwoordsuggesties in deze handleiding. Deze kunt u eveneens kopiëren en aan de leerlingen geven. Of u bespreekt de antwoorden gezamenlijk in de klas. De vragen en opdrachten zijn er op gericht om de leerlingen het belang van humanitair oorlogsrecht te laten inzien. De opdrachten lopen op in moeilijkheidsgraad en sluiten aan bij verschillende leerstijlen. Afhankelijk van het niveau waaraan u les geeft, kunt u zelf opdrachten uitkiezen voor de leerlingen of u geeft uw leerlingen de vrijheid om zelf te kiezen welke opdrachten ze maken aansluitend bij hun niveau en leerstijl/motivatie. Er zijn twee extra opdrachten geformuleerd die meer vragen dan het reproduceren van de informatie die in de les is gegeven. Ze vragen leerlingen om een mening te vormen, om informatie te zoeken op internet en om de inzet van creativiteit.
Startles : Humanitair oorlogsrecht
lessen over het Rode Kruis). Neutraliteit betekent dat het Rode Kruis zich niet mengt in politieke, godsdienstige of ideologische discussies. Het kiest dus geen partij in een conflict voor een land of groep. Het kiest alleen partij voor de slachtoffers ongeacht tot welke partij zij horen. Door neutraal te zijn krijgt het Rode Kruis toegang tot gebieden met slachtoffers van gewapende conflicten of in detentiecentra om daar hulp te kunnen bieden. Bij neutraliteit hoort ook de vertrouwelijke werkwijze: het Rode Kruis werkt voornamelijk door middel van stille diplomatie. Wantoestanden komen niet in de krant, een enkele uitzondering daargelaten, omdat dit de toegang later tot gebieden of gevangenissen zou kunnen belemmeren.
6
Doelen van de les • Leerlingen weten wat humanitair oorlogsrecht is. • Leerlingen kunnen beschrijven waarom het bestaan van humanitair oorlogsrecht belangrijk is. • Leerlingen weten welke rol het Rode Kruis in oorlogen heeft. • Leerlingen zijn enthousiast om een maatschappelijke stage voor het Rode Kruis te vervullen. Samenvatting presentatie Toelichtende teksten die u bij de presentatie kunnen ondersteunen vindt u in de powerpointpresentatie zelf (notities). De onderwerpen die aan bod komen zijn: 1) Inleiding + programma (5 minuten). 2) Humanitair oorlogsrecht (5 minuten). Bedoeld om de voorkennis van de leerlingen te activeren. 3) Ontstaan humanitair oorlogsrecht (5 minuten). Al bij de start van het Rode Kruis zijn regels van het oorlogsrecht opgeschreven. 4) Video humanitair oorlogsrecht (20 minuten). 5) Zeven basisregels (10 minuten).
Startles : Humanitair oorlogsrecht
6) Rol Rode Kruis (5 minuten). Het Rode Kruis is van het begin af aan betrokken bij het uitdragen van de regels van het humanitair oorlogsrecht.
7
Vragen & opdrachten leerlingen 1. Nederland In Nederland is op dit moment geen oorlog, maar in de rest van de wereld zijn op verschillende plaatsen oorlogen en conflicten gaande. Deze hebben gevolgen voor de hele wereld, ook voor Nederland. Vluchtelingen vertrekken uit hun eigen land en komen soms terecht in Nederland. Landen zenden internationale (vredes)troepen uit om te ondersteunen bij het oplossen van conflicten. a. Kun je drie recente gewapende conflicten noemen? b. Hoe weet je dat deze conflicten spelen? c. Nederland is soms ook betrokken bij oorlogen in de wereld. Op welke manieren is dat mogelijk? d. Merk jij zelf iets van deze betrokkenheid van Nederland bij oorlogen? Hoe dan?
3. Basisregels humanitair oorlogsrecht Regel 1 Iedere persoon die niet of niet langer meevecht moet menswaardig worden behandeld. Regel 2 Strijders die zich overgeven mogen niet worden aangevallen. Regel 3 Gewonden moeten worden verzorgd. Medisch personeel moet worden beschermd. Regel 4 Gevangen strijders en burgers moeten menswaardig worden behandeld. Zij hebben het recht met hun familie te corresponderen. Regel 5 Iedereen heeft recht op een eerlijk proces. Martelen is verboden. Regel 6 Gebruik van wapens die onnodige verliezen of ernstig lijden veroorzaken is niet toegestaan. Regel 7 Alleen militaire doelen mogen worden aangevallen. Burgers en burgerobjecten moeten worden gespaard. a. Lees de zeven basisregels van het humanitair oorlogsrecht eens goed door. Welke is voor jou het belangrijkste? Geef argumenten waarom je dat vindt. b. Maak een poster (tekenen, foto’s, computer) waarop je de betekenis van jouw belangrijkste regel duidelijk maakt. 4. Grondbeginselen Voor het Rode Kruis zijn zeven grondbeginselen van groot belang bij de uitvoering van hun werk. Zowel in Nederland als internationaal. a. In conflictgebieden zijn met name drie grondbeginselen belangrijk. Welke zijn dat? Je kunt kiezen uit: O Menslievendheid O Eenheid O Neutraliteit O Vrijwilligheid O Algemeenheid O Onafhankelijkheid O Onpartijdigheid
Startles : Humanitair oorlogsrecht
2. Humanitair oorlogsrecht Welke definitie van humanitair oorlogsrecht is juist? a. O Een verzameling regels om oorlog te voeren waar mensen bij betrokken zijn. O Een verzameling regels die zorgt dat militairen beschermd worden. O Een verzameling regels ter bescherming van mensen die niet of niet meer deelnemen aan de strijd tijdens een oorlog. b. Wie heeft gezorgd dat deze regels schriftelijk zijn vastgelegd? O Henry Dunant O Het Internationale Rode Kruis O Het Nederlandse Rode Kruis c. Hoe lang bestaat het humanitair oorlogsrecht op papier al? O sinds mensenheugenis O sinds 1864 O sinds 1949
8
b. Zet bij de beschrijvingen het juiste grondbeginsel: • We kiezen nooit partij. Alleen voor slachtoffers. • We beslissen onafhankelijk van de overheid, zodat we altijd volgens onze grondbeginselen kunnen blijven werken. • Mensen in de grootste nood worden door ons het eerst geholpen, zonder aanziens des persoons. Als je meer informatie wilt weten over de grondbeginselen kun je ze ook terugvinden op de site van het Rode Kruis. c. Waarom zijn deze drie grondbeginselen voor het Rode Kruis belangrijk juist als zij in oorlogsgebieden werken? 5. Voorlichting De Nederlandse overheid heeft, net als alle andere landen die partij zijn bij de Verdragen van Genève, de verplichting om het humanitair oorlogsrecht bekend te maken binnen de krijgsmacht en het algemene publiek voor te lichten. a. Waarom moet de krijgsmacht op de hoogte zijn van het humanitair oorlogsrecht? b. En waarom moet het algemene publiek op de hoogte zijn? Verwerk in je antwoord het begrip ‘respect’ of ‘waardigheid’. c. Had jij zelf al ooit over het humanitair oorlogsrecht gehoord of gelezen? Zo ja, waar dan?
a. Kijk goed naar de grafiek en vul de volgende cijfers op de juiste plaats in: 9 - 10 - 15 - 65 - 90 In de Eerste Wereldoorlog was ……% van de slachtoffers burger. Dat aantal steeg in de Tweede Wereldoorlog tot ….. % en in de huidige tijd ligt het op ….. %. Tegenwoordig zijn dus ….. van de ….. slachtoffers van oorlogen burgers. b. Welke regel van het humanitair oorlogsrecht geldt hier? c. Vul de volgende woorden op de juiste plaats in: onderscheid - strijders - aard - vijand - gevechtslinies - burgers Door de ……... van de oorlogen, het ontbreken van duidelijke ……….. en het gebruiken van guerrillatactieken wordt het ………….. tussen burgers en …………. steeds onduidelijker.………… worden bijvoorbeeld gedwongen om voedsel en onderdak te verschaffen aan de ene groepering, maar door dit te doen worden zij de ……….. van een andere.
Startles : Humanitair oorlogsrecht
6. Aantal burgerslachtoffers
9
d.
Wat wil de cartoonist met deze cartoon duidelijk maken? 7. Kind en oorlog Geef aan of de volgende beweringen waar of niet waar zijn: 1) Er zijn wereldwijd 2 miljoen kinderen op de vlucht. 2) Van alle soldaten is 10% een kind. 3) Kinderen die hun familie zijn kwijtgeraakt in de oorlog vinden ze altijd weer terug.
Wikileaks onthult meeste militaire geheimen ooit De onthullingssite WikiLeaks.org heeft gezorgd voor het omvangrijkste lek van militaire geheimen ooit. De site publiceerde zaterdagochtend 391.832 verslagen over de oorlog in Irak, tussen 1 januari 2004 tot 31 december 2009. De verslagen zijn opgesteld door militairen van het Amerikaanse leger.
De verslagen geven details van 109.032 oorlogsslachtoffers in Irak, waarvan 66.081 burgers. Dat komt uit op een gemiddelde van 31 burgerslachtoffers per dag gedurende zes jaar. Volgens WikiLeaks is de oorlog in Irak daarmee vijf keer zo dodelijk als de strijd in Afghanistan. Oprichter Julian Assange van WikiLeaks zegt dat de verslagen het bewijs leveren voor oorlogsmisdaden. Hij zei dat er genoeg materiaal is voor veertig moordzaken. „Er zijn verslagen van burgers die willekeurig werden gedood bij controleposten, van Iraakse gevangenen die zijn gefolterd door coalitietroepen en van Amerikaanse militairen die een heel huizenblok opblazen omdat er één verdachte op het dak zit.”
Bron: Trouw, 23 oktober 2010 a. Volgens de oprichter van Wikileaks leveren de verslagen bewijs voor oorlogsmisdaden. Welke misdaden noemt hij? b. Zet achter de misdaden die Wikileaks noemt welke regel uit het humanitair oorlogsrecht aan de orde is.
Startles : Humanitair oorlogsrecht
8. Uit de krant
10
c. Sommige mensen vinden het goed dat WikiLeaks deze feiten onthult, anderen vinden dit niet goed. Zoek op internet minstens één argument van voorstanders en één van tegenstanders. d. Formuleer daarna je eigen mening. e. Zou het Rode Kruis dit soort verslagen in de publiciteit brengen? Waarom wel of niet? Extra 9. Discussie Discussieer in groepjes over de volgende stellingen: 1) Als de ene partij zich niet aan het oorlogsrecht houdt, hoeft de andere partij dat ook niet te doen. 2) Burgerslachtoffers zijn onvermijdelijk tijdens een oorlog. 3) Soldaten die zich schuilhouden in een school of ziekenhuis mogen worden aangevallen. Hou de regels van het humanitair oorlogsrecht goed bij de hand. Schrijf op wat de regels van het humanitair oorlogsrecht over de stellingen zeggen. Bij de antwoordsuggesties kun je na de discussie nalezen hoe het humanitair oorlogsrecht van toepassing is bij de stellingen. 10. Leef je in ‘Mijn motto was: doden of gedood worden. Veel verder gingen mijn gedachten niet. We vochten al meer dan twee jaar. Doden was een dagelijkse routine geworden. Ik voelde voor niemand medelijden. Mijn jeugd was voorbij gegaan zonder dat ik het gemerkt had en het leek wel of mijn hart bevroren was.’
Probeer je eens in te leven in het leven van iemand die door een landmijn zijn benen is verloren, in een kindsoldaat, in een krijgsgevangene die gemarteld wordt. Mensen die eigenlijk door het humanitair oorlogsrecht beschermd worden. Schrijf een verhaal waarin je het Nederlandse publiek duidelijk maakt wat je hebt meegemaakt en hoe belangrijk het is dat het humanitair oorlogsrecht bestaat en wordt nageleefd.
Startles : Humanitair oorlogsrecht
Ismael Beah, boek ‘Ver van huis’ , voormalig kindsoldaat in Sierra Leone
11
Antwoordsuggesties 1. a. Afghanistan, Irak, Colombia, voormalig Joegoslavië (Sarajevo), Georgië-Rusland, Sri Lanka, Gaza (Israël) enzovoort. b. Eigen antwoord, bijvoorbeeld: via de kranten, televisie, internet. c. Sturen van (vredes)troepen, opnemen van vluchtelingen uit een oorlog, politieke steun geven, of zoals in WOII: zelf aangevallen worden/in oorlog raken. d. Eigen antwoord, bijvoorbeeld via de politiek, de media. 2. a. Een verzameling regels ter bescherming van mensen die niet of niet meer deelnemen aan de strijd tijdens een oorlog. b. Henry Dunant. c. Sinds 1864. 3. a. Eigen antwoord. b. Eigen antwoord. 4. a. Neutraliteit, onafhankelijkheid, onpartijdigheid. b. We kiezen nooit partij. Alleen voor slachtoffers. = neutraliteit; * We beslissen onafhankelijk van de overheid, zodat we altijd volgens onze grondbeginselen kunnen blijven werken. = onafhankelijkheid; * Mensen in de grootste nood worden door ons het eerst geholpen: zonder aanzien des persoons = onpartijdigheid. c. Omdat deze drie grondbeginselen ervoor zorgen dat het Rode Kruis toegang krijgt tot oorlogsgebieden of gevangenissen, zodat ze daar hulp kunnen verlenen. 5.
6. a. In de Eerste Wereldoorlog was 15% van de slachtoffers burger. Dat aantal steeg in de Tweede Wereldoorlog tot 65% en in de huidige tijd ligt het op 90%. Tegenwoordig zijn dus 9 van de 10 slachtoffers van oorlogen burgers. b. Alleen militaire doelen mogen worden aangevallen. Burgers en burgerobjecten moeten worden gespaard (principe van onderscheid). c. Door de aard van de oorlogen, het ontbreken van duidelijke gevechtslinies en het gebruiken van guerrillatactieken wordt het onderscheid tussen burgers en strijders steeds onduidelijker. Burgers worden bijvoorbeeld gedwongen om voedsel en onderdak te verschaffen aan de ene groepering, maar door dit te doen worden zij de vijand van een andere. Verder worden oorlogen steeds vaker uitgevoerd door niet-statelijke gewapende groeperingen. Tenslotte spelen conflicten zich steeds meer in bevolkte gebieden af. d. Dat er vaak meer aandacht is voor de soldaten die slachtoffer worden van een oorlog dan voor de burgers, terwijl dat er meer zijn.
Startles : Humanitair oorlogsrecht
a. Omdat de krijgsmacht de regels van het oorlogsrecht moet meewegen bij het nemen van beslissingen in een oorlogssituatie, ze passen de regels toe wanneer ze in oorlog zijn, als zij de regels niet kennen, kunnen ze zich er ook niet aan houden. b. Hoe meer mensen de regels kennen, hoe beter ze zullen worden nageleefd. Alleen met deze regels kunnen we de menselijke waardigheid van mensen in oorlog, zoals burgers, krijgsgevangenen, zieken enzovoort waarborgen, want iedereen heeft recht op een menswaardige behandeling, ook midden in de chaos van een oorlog. Daarbij is het belangrijk dat iedereen een kader heeft bij wat ze allemaal zien over oorlog. Niet alles is zomaar normaal en niet alles mag zomaar. c. Eigen antwoord.
12
7. 1) Niet waar, is 20 miljoen. 2) Waar. 3) Niet waar, slechts 25%. 8. a. 1) burgers die willekeurig gedood zijn. 2) Iraakse gevangenen die gefolterd zijn. 3) Amerikaanse militairen die een heel huizenblok opblazen omdat er één verdachte op het dak zit. b. 1) Alleen militaire doelen mogen worden aangevallen. Burgers en burgerobjecten moeten worden gespaard. 2) Gevangen strijders en burgers moeten menswaardig worden behandeld. 3) Alleen militaire doelen mogen worden aangevallen. Burgers en burgerobjecten moeten worden gespaard. Hier geldt ook het beginsel van proportionaliteit. De nevenschade van een aanval mag niet buitensporig zijn. c. Voorstander = deze feiten horen bekend te worden gemaakt. Tegenstander = militairen en mensen die in de oorlog hebben meegedaan lopen gevaar op vervolging, omdat hun namen vaak onvoldoende gecensureerd zijn. d. Eigen antwoord. e. Nee, het Rode Kruis zou dit niet openbaar maken. Dit komt voort uit het grondbeginsel van neutraliteit. Het Rode Kruis werkt vertrouwelijk om altijd en overal hulp te kunnen blijven bieden. Aantal argumenten bij de discussies: 1) Als de ene partij zich niet aan het oorlogsrecht houdt, hoeft de andere partij dat ook niet te doen: Zodra er sprake is van een gewapend conflict moeten de strijdende partijen zich aan het oorlogsrecht houden. Ook als de ene partij zich er niet aan houdt, moet de andere partij dat wel doen. Eigenlijk is dit logisch: als je tegenstander bij een partijtje voetbal een overtreding begaat, betekent dit immers niet dat jij dit ook mag doen. De regels gelden nog steeds en het streven is juist om alle partijen zich eraan te laten houden, niet om de regels overboord te gooien wanneer ze overtreden worden. Anders ben je net zoals degene die je bestrijdt. 2) Burgerslachtoffers zijn onvermijdelijk tijdens een oorlog: Het uitgangspunt van het humanitair oorlogsrecht is dat alleen militairen en militaire objecten mogen worden aangevallen. Burgers en burgerobjecten zijn beschermd. Echter, het kan voorkomen dat bij een aanval toch burgers worden geraakt als ‘nevenschade’ (collateral damage). Zij zijn dan niet het directe doel van de aanval, maar worden slachtoffer van een aanval op een militair doel. Dit is niet perse verboden onder het humanitair oorlogsrecht, het erkent dat het in een oorlog soms onvermijdelijk is om burgerslachtoffers te maken. Echter, er moet altijd een zorgvuldige afweging worden gemaakt of het aantal mogelijke burgerslachtoffers in verhouding staat tot het directe militaire voordeel van de aanval. Dit is het beginsel van proportionaliteit. Ook moeten er voorzorgsmaatregelen worden getroffen om burgerslachtoffers zoveel mogelijk te voorkomen of beperken. Het humanitair oorlogsrecht verbiedt dus het direct aanvallen van burgers, maar accepteert wel dat er bij het aanvallen van militaire doelen burgerslachtoffers kunnen vallen. Waar de grens van ‘acceptabel collateral damage’ precies ligt is moeilijk te bepalen, want dat kan van situatie tot situatie verschillen. Uiteindelijk kan een rechter er zijn oordeel over vellen. 3) Soldaten die zich schuilhouden in een school of ziekenhuis mogen worden aangevallen: Burgerobjecten zoals scholen en ziekenhuizen mogen niet direct worden aangevallen. Soms komt het echter voor dat strijders zich begeven tussen burgers, bijvoorbeeld in een dichtbevolkte woonwijk, school of ziekenhuis. Ze zijn dan minder zichtbaar voor de tegenpartij. Bovendien zal de tegenpartij minder snel aanvallen omdat er een groot risico op burgerslachtoffers is. Het oorlogsrecht verbiedt dat strijders zich tussen burgers verstoppen om een aanval van de tegenpartij te voorkomen. Als er zich toch strijders in bijvoorbeeld een vluchtelingenkamp schuilhouden, mag dit kamp in principe niet worden aangevallen omdat
Startles : Humanitair oorlogsrecht
9.
13
het een burgerobject is. Maar omdat er wel strijders in het kamp zijn, kan een aanval op het kamp mogelijk toch worden gerechtvaardigd vanuit militair oogpunt. De aanval moet dan wel specifiek op de strijders zijn gericht en niet op het hele kamp. Bovendien moet er een zorgvuldige proportionaliteitstoets aan vooraf gaan en moeten er voorzorgsmaatregelen worden genomen om ervoor te zorgen dat er zo min mogelijk burgerslachtoffers vallen. 10. Eigen antwoord. Colofon Dit lesmateriaal is geschreven voor het middelbaar onderwijs in opdracht van het Nederlandse Rode Kruis. Het lesmateriaal is ontwikkeld door CEC, Geertje van der Pas, in samenwerking met het Nederlandse Rode Kruis. Samenstelling en redactie: Geertje van der Pas, Inez de Boer, Dagmar Ravensbergen, Willem Gisbergen, Suzanne Goedmakers, Iris van Ganzenwinkel, Paul van Oers, Immanuel Nijssen, Marjolein Bos. Ontwerp: LosDos creative media.
Startles : Humanitair oorlogsrecht
Copyright: Het Nederlandse Rode Kruis, 2011.