stabulletin j aa r g a n g 24 | n u m m e r 03 | s e p t e m b e r 2009 » pagina 5
» pagina 22
» pagina 24
Afsprakenstelsel CAD
cursusaanbod STABU
Gelijkwaardig merk
Nieuwe Standaard
STABU-Element
Communicatieprocessen
De Stichting STABU is, naar aanleiding van verzoeken uit de markt, het project gestart om een éénduidige koppeling te leggen tussen de Elementenmethode NL/SfB en de STABU2systematiek. Vele partijen in de markt hebben zelf zo’n koppeling gebouwd maar iedereen heeft een eigen invulling daaraan gegeven zodat een standaard ontbreekt. Met de licentiehouder van de NL/SfB, de BNA, is afgesproken dat de Stichting STABU de Elementenmethode elektronisch mag uitgeven onder de voorwaarde dat deze gerespecteerd wordt en alleen uitgebreid mag worden daar waar STABU dat nuttig en noodzakelijk acht. In verband met de noodzakelijke internationale aansluiting op de BIM-Standaards, inclusief de mede door STABU ontwikkelde en beheerde IFD Object Library for buildingSMART, is de internationale SfB systematiek waarvan NL/SfB is afgeleid mede in de ontwikkeling betrokken. De Stichting STABU heeft op basis van testen met tussentijdse resultaten, haar marktpeilingen en de noodzakelijke internationale afstemming
besloten om een nieuwe Standaard STABU-Element uit te brengen die bestaat uit de volgende onderdelen: • Tabel 0 (Omgeving, Gebouwtypes en Ruimten); • Tabel 1 (Elementen) van de NL/SfB afspraken; • daaraan gekoppelde STABU-Bouwdelen en Bouwdeelcomponenten; • daaraan gekoppelde STABU-Installaties en Installatieonderdelen. » lees verder op pagina 3
Vraag het STABU
In deze uitgave o.a. antwoord op de vragen: • Waarom zijn er bij STABU in hoofdstuk 00 “ALGEMEEN” teksten geplaatst die eigenlijk een min of meer administratief karakter hebben en daardoor beter passen in hoofdstuk 01 ”VOOR HET WERK GELDENDE VOORWAARDEN”? • Waarom zijn in de STABU-bestekssystematiek in hoofdstuk 00 onder paragraaf 04 “AANBESTEDING/INSCHRIJVING” teksten geplaatst die eigenlijk precontractueel zijn? » lees de antwoorden vanaf pagina 6
Leidende Principes
Opdrachtgevend Bouwbedrijf De samenleving verandert en de bouw verandert mee. Zeven grote opdrachtgevende bouwbedrijven hebben leidende principes geformuleerd voor de omgang met gespecialiseerde aannemers, toeleveranciers, installateurs en andere partners in de bouw. » lees verder op pagina 20 STABULLETIN | 1
Mapei werd in 1937 opgericht in Milaan en is vandaag de dag de grootste producent ter wereld van lijmen en producten voor de bouw. In de jaren zestig maakt Mapei een begin met de internationalisering om zo goed mogelijk aan de lokale eisen te kunnen voldoen en de transportkosten tot een minimum te beperken. Tot op heden, bestaat de industriële groep van Mapei thans uit 51 zustermaatschappijen met 47 fabrieken verdeeld over 5 continenten in 24 verschillende landen. Daarnaast heeft Mapei een uitgebreid technisch-commercieel netwerk gerealiseerd in de belangrijkste landen ter wereld, dat zorgt voor een krachtige klantenservice en advies ter plaatse op de bouwplaats. Deze service wordt met name gewaardeerd door architecten en bouwvakkers.
PRODUCTEN VOOR KERAMIEK EN NATUURSTEEN
PRODUCTEN VOOR ELASTISCHE EN TEXTIELE BEKLEDING
BETONHULPSTOFFEN
1,7 miljard euro omzet 53 vestigingen wereldwijd meer dan
1150 producten
lijmen - kitten - herstellingsmiddelen chemische producten voor de bouw
6000 werknemers van wie er 720 in onze PRODUCTEN VOOR DE BOUW
PRODUCTEN VOOR HET LEGGEN VAN PARKET
VLOEREN OP CEMENT- EN HARSBASIS
Onderzoeks- en Ontwikkelingscentra werken meer dan
17000 ton aan producten per dag WANDAFWERKING
MAALADDITIEVEN
PRODUCTEN VOOR ONDERGRONDSE WERKEN
meer dan
50000 klanten wereldwijd
Van de redactie Ook deze keer hebben wij weer ons best gedaan om u via dit bulletin te infomeren over diverse ontwikkelingen omtrent STABU en de wensen van haar gebruikers. Naast de gangbare wegen als gebruikersdagen, voorlichtingsbijeenkomsten, beurzen, helpdesk enzovoorts is STABU recent gestart om een ‘gebruikersgroep’ op LinkedIn aan te maken. Dit nieuwe medium willen we graag inzetten om over diverse onderwerpen te discussiëren, c.q. uw mening te horen. Belangstelling? Meldt u aan bij www.LinkedIn.com, bij de “STABU-gebruikers” en vertel wat u vindt van de ontwikkelingen rondom STABU-Element bijvoorbeeld.
Inhoud » pagina 8
• Onder Ede » pagina 10
• Sales in the spotlight • STABU-gebruikersdag scoort goed » pagina 11
• Fabrikantenindex nu ook op internet • Nieuwe fabrikanten met FPS-en in 2009 » pagina 12
• In kort bestek Het huisorgaan van STABU heeft een restyling ondergaan. Door het bulletin te voorzien van een nieuwe indeling, nieuwe koppen boven de diverse rubrieken en met een frisse nieuwe (maar nog steeds groene!) kleur hebben we de bestaande uitstraling een make-over gegeven. Ook met de vernieuwde huisstijl blijven we op de vertrouwde manier informeren over het STABU Bouwbreed Informatiesysteem.
» pagina 14
• Korte berichten » pagina 15
• Klankbord via LinkedIn » pagina 16
• Nieuwe generatie cv-ketels » pagina 18
Wanneer u wilt reageren op een van de artikelen en/of suggesties heeft voor komende uitgaven horen wij dat graag van u via
[email protected].
• Aanbesteders overvragen regelmatig met selectie-eisen » pagina 24
• Projectmanagement bijeenkomsten • Gelijkwaardig merk
ervel K a n a i D
» pagina 25
• Primeur POST HBO besteksdeskundige » pagina 28
• Colofon • Prijsoverzicht
» vervolg van pagina 1 ‘Nieuwe Standaard STABU-Element’ Als partijen in Nederland deze nieuwe Standaard gaan gebruiken kunnen er betere koppelingen gelegd worden tussen tekensystemen, besteksystemen en calculatiesystemen. Deze Standaard is ook gewenst door de steeds belangrijker wordende beheer- en onderhoudsmarkt. De Stichting STABU zal exploitatieovereenkomsten afsluiten met softwarehuizen en uitgevers die deze Standaard willen implementeren in hun bestaande of toekomstige softwareprogramma’s en publicaties. De internationale Standaard inzake objectdefinities die de Stichting STABU ontwikkelt samen met haar partners (IFD Object Library for buildingSMART) zal op termijn ook aan deze Standaard STABU-Element worden gekoppeld opdat STABU-Element ook voor de toekomstige BIM-ontwikkeling (Bouwwerk Informatie Model) bruikbaar is. Koppeling bouw-/installatiedelen Ter discussie heeft gestaan of de STABU Bouw-/Installatiedelen gekoppeld moeten worden op 4e of 3e positie niveau van de Elementenmethode (Tabel 1). Om hier een antwoord op te kunnen geven is in eerste instantie onderzocht welke en hoe de diverse Nederlandse instellingen, organisaties en publicaties gebruik maken van de Elementenmethode. 1e NEN o.a in de normen. • NEN 2634 Termen en definities voor het overdragen van gegevens over kosten- en kwaliteitsaspecten voor bouwprojecten.
• NEN 2767-2 Conditiemeting van bouw- en installatiedelen – Deel 2: Gebrekenlijsten. 2e Uneto/Vni: • Handboek calculatie van Uneto/Vni. 3e Diverse calculatiesoftware. 4e College bouw zorginstellingen. 5e NBD (Sdu Uitgevers). 6e MISSET (Reed Elsevier). 7e Kostenbestanden van diverse kostendeskundige adviesbureaus (o.a. DACE). In zijn algemeenheid kan gesteld worden dat alle organisaties, instellingen en publicaties op hun eigen wijze met de Elementenmethode omgaan. De koppelingen liggen zowel op 2e, 3e of 4e positie niveau soms ook aangevuld met eigen (niet bestaande) (Element)coderingen. Geconcludeerd kan worden dat het in de praktijk onmogelijk zal zijn om alle partijen met één Standaard te bedienen zonder dat zij wijzigingen moeten aanbrengen. Na testen is gebleken dat een goede koppeling op het bouwkundig gebied om een verfijning tot het 4e positie niveau van de Elementenmethode vraagt. Hoewel voor de koppeling van de elektrotechnische en werktuigbouwkundige installaties dit minder noodzakelijk was, is uiteindelijk toch voor het 4e positie niveau gekozen. De 4e positie, het STAGG-niveau van de Elementenmethode is alleen in de Nederlandse versie van de Elementenmethode ontwikkeld. » STABULLETIN | 3
Deze bestaat uit de volgende onderdelen: • Alle relevante kortteksten uit de STABU2-database die gekoppeld kunnen worden aan de bovengenoemde bouwdelen, bouwdeelcomponenten, installaties en installatieonderdelen en geselecteerd voor nieuwbouw en bestaande bouw.
Andere landen kennen dit 4e positie niveau niet of hebben er een eigen afwijkende invulling aan gegeven. Hierbij worden de volgende kanttekeningen geplaatst: 1. niet alle elementen uit de tabel 1 zijn gebruikt; 2. niet alle STABU2-kortteksten zijn gekoppeld (alleen waar het zinvol is); 3. er zijn nieuwe aanvullingen gemaakt om aan te kunnen sluiten op nieuwe bouwtechnieken en nieuwe installaties.
In 2010 zal dit bestand worden uitgebreid met nadere invullingen van de tabel 0, tabel 1, Bouwdelen/Installaties en Bouwdeelcomponenten/Installatieonderdelen (op verschillende niveaus) met beschrijvende eisen opdat hiermede de mogelijkheid wordt gecreëerd voor het systematisch opstellen van het Programma van Eisen, Voorlopig Ontwerp en Definitief Ontwerp en de koppeling met de informatiebehoefte van het Facility Management. Opgemerkt wordt dat op basis van lopend overleg met RGD, Facility Management e.d. de tabel 0 nog aangepast kan worden!
Vertrekpunt en uitbreidingen Op dit moment (augustus 2009) wordt dit nieuwe STABUproduct voorbereid op uitlevering aan de markt. De partijen die een exploitatieovereenkomst STABU-Element afsluiten krijgen de beschikking over de database STABU-Element inclusief de daarvoor ontwikkelde API. De STABU-Element database versie 2009 zal gevuld zijn met de volgende onderdelen: • NL/SfB tabel 0; - Omgeving - Gebouwtypes - Ruimten • NL/SfB tabel 1; • aan tabel 1 gekoppelde STABU Bouwdelen en Bouwdeelcomponenten; • aan tabel 1 gekoppelde STABU Installaties en Installatieonderdelen. Dit geheel noemen we de structuur van STABU-Element.
Voor het vullen van database, ontwikkelen van software en uitgeven van publicaties e.d. gebaseerd op deze ontwikkeling wordt een separate exploitatieovereenkomst aangeboden aan de markt. Hierbij de kanttekening dat indien partijen ook software ontwikkelen voor de STABU-invulling de voorwaarde gesteld wordt dat deze software alleen verkocht mag worden aan partijen die over een geldige STABU-Element licentieovereenkomst beschikken (dezelfde regeling als bij de STABU2-besteksprogrammatuur). Voor de goede orde wordt hierbij vermeld dat de huidige STABU2-structuur onderhouden wordt zoals gebruikelijk maar dat, afhankelijk van het acceptatietempo van STABU-Element, de vorm van het ter beschikking stellen van de STABU2-database zal evolueren.
Daarnaast zal de Stichting STABU in dezelfde database en API een invulling maken van de bovengenoemde structuur.
Voor meer informatie kan contact worden opgenomen met STABU: tel. (0318) 633026 of e-mail:
[email protected].
OPTIMALE VEILIGHEID BIJ WINTERSE GLADHEID FREEWAY
WWW.FREEWAY-SYSTEMS.NL wordt exclusief geleverd door:
LUITJE BROEKEMASTRAAT 5 1447 GB PURMEREND TEL: 0299 - 462734
©
elektrische wegdekverwarming
FREEWAY © Elektrische wegdekverwarming kan worden toegepast in: - hellingbanen bij parkeerkelders en parkeerdekken - op- en afritten van parkeergarages - laadplatforms - wegdekken - bruggen en viaducten - laadkuilen en andere vergelijkbare objecten - autowasstraten FREEWAY © Verwarmingssystemen kunt u ook toepassen als: - dakverwarming - bordes, terras en/of tuinpadverwarming - sportveldverwarming - en in alle andere situaties waar gladheid de veiligheid in gevaar brengt. FREEWAY
©
Het beste alternatief voor het sneeuwvrijhouden van dakdelen
Helpt voorkomen dat dakconstructies instorten door sneeuwgewicht.
Afsprakenstelsel CAD Met het ondertekenen van een overeenkomst is het gedachtegoed van Geïntegreerd Bouwen (GB) overgedragen aan STABU. Hierbij is afgesproken dat STABU verdere stappen zal ondernemen op het gebied van gestructureerde informatieoverdracht in de bouw, waaronder grafische informatie dat al in juni 2007 voor beheer en exploitatie aan STABU is overgedragen via het door GB ontwikkelde GB CAD AfsprakenStelsel. STABU heeft op zich genomen dit verder uit te dragen en te ontwikkelen. De Stichting Geïntegreerd Bouwen wordt opgeheven, maar de naam leeft voort in het GB CAD AfsprakenStelsel, het GB CAS.
Daarnaast bevat het GB CAD AfsprakenStelsel nog additionele informatie die ook in het vorige afsprakenstelsel was opgenomen, maar wat nu niet meer als standaard afspraak geldt: • Arceerpatronen; • Teksten; • Lijntypes. GB CAS is met name bedoeld voor CAD gebruikers die werken met Autodesk programma’s als AutoCAD LT, AutoCAD, AutoCAD Architecture (voorheen Autodesk Architectural Desktop) en Autodesk Revit. Ook voor CAD applicatie ontwikkelaars kan dit document een leidraad zijn, waarmee zij de applicaties zodanig kunnen ontwikkelen dat CAD gebruikers automatisch op basis van dit GB CAD AfsprakenStelsel kunnen werken. Het is geschikt voor 2D en 2½D tekenwerk. Om het voor 3D tekenwerk geschikt te maken (b.v. een pakket als AutoCAD Architecture en Autodesk Revit) is het nodig verdere afspraken vast te leggen die aansluiten op de objecttechnologie die in dit pakket is gebruikt.
Heden Het GB CAD AfsprakenStelsel 4 bevat afspraken over de volgende CAD onderwerpen; • Naamgeving van Layers Dit onderwerp bevat alle informatie over de opbouw van de Layer naam, inclusief de toegepaste coderingen per discipline. • Naamgeving van bibliotheek elementen Hieronder vallen de afspraken voor alle bibliotheek elementen zoals Blocks, Dynamische Blocks, MultiView Blocks, Styles en Families. • Units gebruik Afspraken over het units gebruik per discipline.
Toekomst In de komende periode zal een project worden gestart om de ontwikkeling van 2D naar 3D tekenafspraken voort te zetten. Heeft u ook belangstelling om hieraan deel te nemen? Neem dan contact op met G.C.M. (Bert) van de Goot, e-mailadres
[email protected]. Doelstelling is om te komen tot een breed gedragen GB CAD AfsprakenStelsel die naast het gebruik van 2D tekenwerk ook gedragen wordt door 3D tekenwerk. Product Wilt u gebruik maken van het GB-CAD AfsprakenStelsel GBCAS 4.0, ga dan naar www.gbcas.nl en vul de gegevens in bij “Bestellen”. Bij deze invulling van uw gegevens ook graag de gegevens waar we de factuur heen kunnen sturen en het e-mail adres waar we na binnenkomst van uw betaling uw gebruikersnaam en wachtwoord heen kunnen sturen. U kunt alleen via de website GB-CAS bestellen, uw gegevens (e-mail adres) worden gebruikt om u op de hoogte te houden van wijzingen in het GB-CAD AfsprakenStelsel.
• Koppeling tussen CAD kleuren en plot pennen Afspraken over het gebruik van CAD kleuren in combinatie met plotpennen. • Gebruik van GB CAD afsprakenstelsel in applicaties. De bijlage bevat applicatie afhankelijke afspraken.
Voor meer informatie kunt u contact opnemen met G.C.M. (Bert) van de Goot van de Stichting STABU, telefoon 0318633026 of via mail
[email protected]
STABULLETIN | 5
Van de vragen die onder andere via de telefonische helpdesk, de STABU gebruikersdagen en de diverse cursussen en opleidingen bij de Stichting STABU zijn binnengekomen is een selectie gemaakt, welke in deze rubriek worden weergegeven.
Vraag het
» Waarom zijn er bij STABU in hoofdstuk 00 “ALGEMEEN” teksten geplaatst die eigenlijk een min of meer administratief karakter hebben en daardoor beter passen in hoofdstuk 01 ”VOOR HET WERK GELDENDE VOORWAARDEN”? Bij de integratie van STABU met SRW (Standaard Referentiebestek voor de Woningbouw) in 1990 is deze plaatsing o ntstaan. De onderwerpen waar dit het geval is, zijn werkterrein, aanwezige verontreinigingen, overzicht verrekenbaar gestelde hoeveelheden, verleggingsregeling omzetbelasting, werkzaamheden derden, overzicht stelposten, overzicht voorgeschreven aannemers, geschatte hoeveelheden. Als voorbeeld zal de plaatsing van de tekst “werkterrein” voor worden gelegd. Het STABU-standaardbestek uit 1986 had een hoofdstuk 00 wat er als volgt uit zag:
00 00.01 00.01.10 00.01.20 00.01.30 00.01.40 00.01.50 00.01.60 00.02 00.02.10 00.02.20
ALGEMENE PROJECTGEGEVENS Algemene gegevens Algemene omschrijving van het werk Situering Peilen Door de opdrachtgever beschikbaar te stellen bouwstoffen Stelposten Verrekenbaar gestelde hoeveelheden Derden Werkzaamheden door derden Werkzaamheden ten behoeve van derden
Het in die tijd ook operationele Standaard referentiebestek voor de woningbouw (SRW) had eveneens een hoofdstuk 00 wat er als volgt uitzag (verkort weergegeven):
00 00.--.01 00.--.02 00.--.03 00.--.04 00.--.05 00.--.06 00.--.07 6 | STABULLETIN
ALGEMENE PROJECTGEGEVENS korte beschrijving van het werk: opdrachtgever(s): architect(en): directie: constructeur(s): adviseur voor: bij dit bestek behorende bescheiden:
In de huidige STABU-bestekssystematiek, sinds 1990 dus de geïntegreerde versie van de hiervoor genoemde bestekssystemen, ziet hoofdstuk 00 er als volgt uit (verkort weergegeven):
00 00.01 00.01.10 00.02 00.02.10 00.02.10.01 00.02.10.02 00.02.10.03 00.02.10.04 00.02.10.05 00.02.11
ALGEMEEN ALGEMENE OMSCHRIJVING ALGEMENE OMSCHRIJVING VAN HET WERK ALGEMENE PROJECTGEGEVENS TERREIN- EN BODEMGEGEVENS WERKTERREIN (A210015.000.a01) ROOILIJN BODEMGEGEVENS GRONDWATERSTANDGEGEVENS AANWEZIGHEID VERONTREINIGINGEN (A21005.008.a01) OVERZICHTEN
De STABU specificatie A210015.000.a01 met als specificatienaam- of titel WERKTERREIN zit thans via bepalingnummer 01 gekoppeld aan artikelnummer 00.02.10. Deze specificatiecode A210015 verraadt dat deze specificatie in de zogenaamde A-categorie (Algemene voorwaarden, data met betrekking tot onder andere de U.A.V. 1989) van de STABU-database opgeborgen zit. Het cijfer 21 (A210015) “verklapt” dat het hier een tekst betreft die anticipeert op de U.A.V. 1989 en het cijfer 15 (A210015) staat voor paragraaf 15 “Werkterrein” uit de genoemde U.A.V. 1989. De U.A.V. 1989 zijn de Uniforme Administratieve Voorwaarden (voor werken) en vormen in de STABU-bestekssystematiek 1 van de 6 besteksdelen. Het hierop anticiperende besteksdeel zit in het bestekboek onder 01.02 “Administratieve bepalingen aansluitend op de U.A.V. 1989”. Zoals bekend is, lopen de artikelnummers onder 01.02 synchroon met de paragrafen uit de U.A.V. 1989. De aanvullende administratieve bepalingen over de U.A.V. 1989 paragraaf “Werkterrein” zitten dus in beginsel onder artikel 01.02.15. Deze specificatie A210015.000.a01 zou door middel van een nog te bedenken nieuw bepalingnummer, eigenlijk ook gekoppeld kunnen worden aan 01.02.15; aansluitend op de paragrafen van de U.A.V. 1989. STABU is momenteel aan het onderzoeken of het mogelijk is deze wijzigingen door te voeren. Dit is al voorgelegd aan de Projectgroep Administratieve Bepalingen en wordt ook voorgelegd aan de STABU Klankbordgroep gebruikers.
STABU
» vervolg van pagina 7
Beantwoord door: ing. H.H.M.(Henny) Miltenburg
»Waarom zijn in de STABU-bestekssystematiek in hoofdstuk 00 onder paragraaf 04 “AANBESTEDING/INSCHRIJVING” teksten geplaatst die eigenlijk precontractueel zijn? In principe is aanbesteding inderdaad precontractueel en hoort eigenlijk niet in het bestek (contractueel). Deze teksten zijn geplaatst doordat het in de STABU-systematiek mogelijk is om zaken op te nemen over de aanbesteding doordat dit in de aanbestedingsreglementen wordt gesuggereerd. In de ARW 2005 staan artikelen als: “Indien de aanbesteder het gunningscriterium van de economisch meest voordelige inschrijving hanteert, vermeldt de aanbesteder de informatie, bedoeld in artikel 2.15.2, in de aankondiging tenzij deze informatie in het bestek wordt vermeld.” “De aanbesteder geeft in de aankondiging of in het bestek aan welke referenties, genoemd in artikel 2.8.1, en andere bewijsstukken overgelegd dienen te worden.” “De aanbesteder die het gunningscriterium van de economisch meest voordelige inschrijving hanteert, specificeert in de aankondiging of in het bestek het relatieve gewicht van elk van de door hem gekozen criteria voor de bepaling van de economisch meest voordelige inschrijving. Dit gewicht kan worden uitgedrukt door middel van een marge met een passend verschil tussen minimum en maximum. Wanneer volgens de aanbesteder om aantoonbare redenen geen weging mogelijk is, vermeldt de aanbesteder de criteria in afnemende volgorde van belangrijkheid.”
In het UAR 2001 stond namelijk in artikel 7 lid 1: “Het bestek vermeldt naam en adres van de aanbesteder.” Invulling geven hieraan kan in de STABU-bestekssystematiek op de titelpagina. Het zou wellicht beter zijn geweest als er destijds had gestaan: “De aanbesteder vermeldt in de algemene bekendmaking of in de uitnodiging of in het bestek zijn naam en adres.” Een andere optie is het om de huidige precontractuele teksten in hoofdstuk 00, welke grotendeels geënt zijn op het het UAR-eg 1991 (Europees aanbesteden) en het “populaire” UAR 2001, te herzien door ze af te stemmen op het inmiddels steeds meer gebruikte ARW 2005. STABU is momenteel aan het onderzoeken of het mogelijk is deze wijzigingen door te voeren.
Duurzame verlichtingsoplossingen met toegevoegde waarde voor de professionele eindgebruiker.
“In de aankondiging of in het bestek kan de aanbesteder een inschrijver verzoeken om in zijn inschrijving aan te geven welk gedeelte van de opdracht hij voornemens is aan derden in onderaanneming te geven en welke onderaannemers hij voorstelt. Deze opgave laat de aansprakelijkheid van de hoofdaannemer onverlet.”
-Laatste LED technologie -LUXEON K2 TFFC -Configuratiemogelijkheden met 7 kleuren en 6 lenzen -Dimbaar (0-10V) -Uitstekende warmtehuishouding -Laag energieverbruik -Grondspots, wandspots, downlights, wall washers
“De aanbesteder die varianten toestaat, vermeldt in de aankondiging of in het bestek aan welke minimumeisen deze varianten ten minste dienen te voldoen, en hoe zij worden ingediend.”
LED Light Strip
“De inschrijver moet zijn inschrijving gestand doen gedurende 45 dagen na de dag waarop de aanbesteding heeft plaatsgevonden of, in voorkomend geval, de dag waarop de elektronische veiling is afgerond, tenzij in de aankondiging, het bestek of de nota van inlichtingen een andere termijn is gesteld.”
-Lineaire verlichting -Flexibel en waterdicht -Zeer heldere LEDs -Vaste kleuren en RGB -Dimbaar -Voor binnen en buiten -Functioneel en veelzijdig -Onderhoudsvrij en duurzaam
Daar het meest actuele aanbestedingsreglement, het ARW 2005, in tegenstelling tot het oude UAR 2001, niet expliciet iets enkel in het bestek verwoord wil zien, is het mogelijk om alle precontractuele zaken uit de STABU-bestekssystematiek te verwijderen.
Tri-O-Light BV Hermesweg 23-25 3771 ND Barneveld
T F I
0342 – 450 506 0342 – 450 232
[email protected]
w w w. t r i o l i g h t . c o m
In deze rubriek geeft de auteur zijn visie op wet- en regelgeving in de bouw
Onder EDE Vertrouwen als fundament We - ik ga er van uit dat u dit met mij eens bent kunnen twee zaken constateren. Ten eerste: dat er nog steeds te veel bouwfouten gemaakt worden in onze branche. En ten tweede: dat het gebrek aan vertrouwen tussen bouwpartners als gevolg van de bouwfraude-enquête nog steeds niet substantieel, althans onvoldoende, lijkt te zijn afgenomen. De vraag dringt zich op of er een verband tussen die twee zaken bestaat. Daarvoor is het nodig nader in te gaan op het begrip bouwfouten. Het breder begrip faalkosten omvat zowel productfouten, zoals ontwerp- en uitvoeringsfouten, als procesfouten, zoals fouten die van invloed zijn op voortgang en kosten van het project, maar ook aan de basis van productfouten kunnen liggen. Terwijl productfouten met betrekking tot de constructieve veiligheid in het algemeen niet zullen voortkomen uit een gebrek aan vertrouwen tussen bouwpartners, kan dat zeker wel het geval zijn bij procesfouten, zoals een slechte planning, een slechte organisatie van de bouwplaats, het slecht nakomen van afspraken of een stroef lopende communicatie. Als oorzaak van faalkosten in de brede betekenis van het woord wordt door onderzoekers miscommunicatie aangewezen als een van de belangrijkste oorzaken (21%), op de voet gevolgd door te weinig aandacht voor uitvoerbaarheid in de ontwerpfase (20%). Beperkt men zich echter tot ontwerp- en uitvoeringsfouten met betrekking tot de constructieve veiligheid, dan komen de percentages anders te liggen. In een rapport van juni 2009 stelt TNO dat 51% van deze categorie bouwfouten tijdens het ontwerp en 37% daarvan tijdens de uitvoering, worden gemaakt. Bij een nadere specificatie van al die bouwfouten komt miscommunicatie nauwelijks voor, evenmin als onvoldoende tijd voor het ontwerp, een leesfout of overmacht. Hoofdoorzaak, zowel in de ontwerpfase als in de uitvoeringsfase, is een gebrek aan kennis en vakmanschap of onvoldoende kwalificatie voor het project. Acties tot verbetering dienen zich te richten op de professionals van ontwerp en uitvoering (en ook op onderwijs en beroepsopleiding), op de opdrachtgevers als het gaat om het inschakelen van onvoldoende gekwalificeerde partijen en op de projectorganisatie. Helaas constateert men een zekere erosie van het vakmanschap (bij voorbeeld, zo stelt prof. Blaauwendraad, de mindere beheersing van toegepaste mechanica). Het zou een kapitale fout zijn te den8 | STABULLETIN
ken dat men dit gebrek aan kennis of vakmanschap kan compenseren door het inschakelen van meer managers of door het invoeren van meer regels. Helaas meent Den Haag de aansprakelijkheid van aannemers te moeten aanscherpen met, gezien de al lang bestaande regelingen hieromtrent, overbodige wetgeving. Naast een noodzakelijke erkenning van de professionaliteit van de bouwpartners boven procedurele correctheid (“rules cannot replace judgement”) is er een onmiskenbare wil in diverse gremia om aan ethische waarden een prominenter belang toe te kennen dan tot nu toe gebruikelijk was, en aldus een basis voor vertrouwen te creëren. Paus Benedictus richtte zich in zijn laatste encycliek tot de bankiers om “de waarlijke ethische fundering van hun activiteiten te herontdekken”, maar het kost niet veel moeite om mutatis mutandis de bankiers te vervangen door leidinggevenden in alle takken van economische bedrijvigheid, waaronder de vertegenwoordigers van alle bouwpartijen. Met andere woorden: winst maken mag, maar niet als dat ten koste gaat van de kwaliteit van proces of product, dan wel ten koste van algemene maatschappelijke belangen. Er is veel veranderd in de bouw in de laatste halve eeuw. Er is een enorm scala aan systemen ontstaan: classificatiesystemen, managementsystemen, communicatiesystemen, kostenbewakingssystemen en dergelijke, waarvan een aantal weliswaar de vaak weerbarstige praktijk niet heeft overleefd, maar een aantal dus wel. Dankzij de ver gevorderde automatisering staan deze laatste systemen ter beschikking van de vele factoren in de bouw. Na goedkeuring van het definitief ontwerp, moet het nu mogelijk zijn om met toepassing van die systemen en videoconferencing, dus zonder je kantoorplek te verlaten, een perfect bouwproces te realiseren. Science fiction, zult u wellicht uitroepen! Waarom eigenlijk? Waarom zou je niet bij correcte toepassing van al die systemen mogen verwachten het beoogde resultaat te bereiken, namelijk een project met de gewenste kwaliteit voor de afgesproken kosten, binnen de geplande uitvoeringstijd, zonder geschillen en met zo min mogelijk hinder aan de omgeving? Wat jammer dat sommige projecten zich hieraan niet willen houden. Want hoe zit het bijvoorbeeld met het Muziekpaleis in Utrecht? Waarom blijkt de bouw ruim 34 miljoen euro duurder te worden dan geraamd? Waarom blijkt de uitvoering een vertraging te belopen van ruim twee jaar? Waarom wordt een bouwvergunning pas tegen het eind van dit jaar verwacht, terwijl het project toch al een hele tijd loopt? Welk management- of ander systeem heeft men verzuimd toe te passen om al deze ellende te vermijden? Dat een gedeelte van de meerkosten te wijten is aan prijsstijgingen lijkt een slap excuus. Van oudsher bestaan er degelijke risicoregelingen waarmee men zich hiertegen kan wapenen en in ieder geval de stijgingen van tevoren kan ramen. Waarom heeft men niet van tevoren de extra veiligheidseisen kunnen voorzien die voor een ander deel van de meerkosten verantwoordelijk zijn? Heb je een rapport van TNO over constructieve veiligheid nodig om als professional te voldoen aan alle voorzienbare veiligheidseisen? Het antwoord op al deze vragen heb ik als buitenstaander niet. Je mag alleen hopen dat dit project niet exemplarisch is voor de Nederlandse bouwnijverheid.
C
Door: ir. Otto Sluizer
Het nieuwe Hermitage museum in Amsterdam laat gelukkig zien hoe het wel kan. Hiervan zou je hopen dat het wel exemplarisch zou kunnen zijn voor onze tak van nijverheid. De vraag is of men bij de Hermitage wel een vruchtbaar gebruik heeft gemaakt van de eerder genoemde systemen. Naar mijn overtuiging zijn de systemen noch in Utrecht noch in Amsterdam de hoofdoorzaak van het falen dan wel slagen van een bouwproces (“a fool with a tool is still a fool”). De professionaliteit van de opdrachtgever en de bouworganisatievorm zullen in beide projecten van doorslaggevend belang zijn geweest. Daarmee kom ik op mijn uitgangspunt terug: is er een verband tussen het vertrouwen in de bouwpartners en de kwaliteit van het bouwproces. Dat vertrouwen blijkt een fundamenteel element te zijn voor een bevredigend bouwproces. In dat kader kun je het streven van de paus naar een ethische fundering van onze activiteiten een handje helpen door het eigen belang van iedere bouwpartner te laten samenvallen met het algemeen belang van een project. Het erkennen dat iedere deelnemer aan een bouwproject recht heeft op een normale winst is een eerste stap. Het er op vertrouwen dat eenieder toch liever vertrouwd en bewonderd wordt dan verguisd en dus in eerste instantie zijn werk goed wil doen is een tweede stap. In conflictsituaties blijkt trouwens dat er meestal meer parallelle dan conflicterende belangen zijn. Het belang van een goede communicatie kan niet genoeg benadrukt worden, zoals een duidelijke omschrijving van de te leveren prestaties bij het sluiten van overeenkomsten, maar bij het bedreigen van het eigen belang van een bouwpartij kunnen afspraken over communicatie door die partij gemakkelijk en zonder scrupules overboord worden gezet. En dus is het evenwijdig laten lopen van de diverse belangen een vaak lastig maar noodzakelijk onderdeel van een beleid voor het scheppen van vertrouwen tussen de bouwpartners. Frappez, frappez toujours! Geen enkele automatisering, geen enkel systeem, geen enkele procedure, kan zonder vakmanschap, creativiteit, ervaring, alertheid. Automatisering, systemen, procedures zijn instrumenten, geen doelen. In een krimpende economie – het EIB verwacht 15% krimp in de bouwproductie voor de komende twee jaar – geldt dit in onverminderde mate.
Reageren op dit artikel? Stuur uw e-mail aan
[email protected] o.v.v. “Reactie Onder Ede”
M
Y
CM
MY
CY CMY
K
Sales in the spotlight
v.l.n.r. Hans Swagers, Esther Ligthart en Herman Kervel vormen het verkoopteam van de Stichting STABU
Het verkoopteam van STABU, bestaande uit ing. J.G.G. (Hans) Swagers en H. (Herman) Kervel is begin dit jaar uitgebreid met mevrouw E.B.J. (Esther) Ligthart. Na ruime ervaring te hebben opgedaan in diverse in- en verkoopfuncties, zowel in binnen- als buitenland is Esther Ligthart bezig om de nieuwe functie bij STABU van marketing & sales officer inhoud te geven. Met name het Project Informatie Management systeem (PIM) behoort tot haar werkveld. Hans Swagers is al 26 jaar werkzaam bij STABU en zogezegd een ‘ouwe rot in het vak’ Van meet af aan is hij nauw betrokken geweest bij de ontwikkeling van de STABU-
systematiek. In de functie van coördinator externe kwaliteit is de heer Swagers het aanspreekput voor de buitenwacht. Tevens is hij verantwoordelijk voor de commerciële activiteiten en de helpdesk. De reeds opgedane ervaring op commercieel gebied komt Herman Kervel uitstekend van pas in zijn functie van commercieel medewerker buitendienst bij de Stichting STABU. Tot zijn takenpakket behoort het relatiebeheer van nieuwe en bestaande fabrikanten en gebruikers. Bij het geven van fabrikantenworkshops komt deze ervaring ook goed van pas.
STABU-gebruikersdag scoort goed Op 17 en 25 juni 2009 heeft STABU de eerste gebruikersdagen van dit jaar gehouden. Deze service wordt nog altijd zeer gewaardeerd door de licentiehouders, blijkt uit de ingevulde evaluatieformulieren. Door ruim 60 bestekschrijvers werden deze STABU-gebruikersdagen bijgewoond. Diverse presentaties zijn gehouden uiteenlopend van nieuwe ontwikkelingen bij STABU, innovatieve verankeringen, restauratiebestekteksten, nieuwe generatie
‘Door ruim 60 bestekschrijvers werden deze STABU-gebruikersdagen bijgewoond.‘ c v-ketels tot en met de economische crisis. Uiteraard was er ook weer ruime aandacht voor vragen. Met alle verzamelde evaluatieformulieren zal STABU gaan kijken hoe in het najaar weer nieuwe invulling aan de traditionele gebruikersdagen zal kunnen worden gegeven. De presentaties van de STABU-gebruikersdagen zijn terug te vinden op de website van STABU (www.stabu.org/Info STABU/STABU relaties). 10 | STABULLETIN
Fabrikantenindex nu ook op Internet Vanuit de markt, zijnde de STABU-licentiehouders, fabrikanten, vereniging FBS, Bestekservicemakers etc., is diverse malen de wens naar voren gekomen om de STABU Fabrikanten Index (SFI) die verspreid wordt op de DVD (offline) samen met de STABU-Catalogus, BRIS Warenhuis etc. ook geschikt te maken voor internet (online).
Om dit te kunnen realiseren is de Stichting STABU met ZeeBoer een samenwerking aangegaan om de functionaliteit van hun bestekservices-portals (www.bestekservices.nl) en de STABU Fabrikanten Index samen te voegen. Om dit in goede banen te leiden is de overige bestekservicemakers gevraagd hieraan mee te werken en gezamenlijk een sterkere positie in de markt te bereiken. In deze index worden uitgebreidere zoekmogelijkheden opgenomen om het gebruikersgemak te vergroten. Door deze samenwerking zullen voor de STABU-uitgave 2009-2 twee fabrikantenindexen verschijnen; de huidige STABU Fabrikanten Index uitgave 2009-2 op DVD èn een online versie op www.bestekservices.nl. Op deze website worden uiteraard alleen de links meegenomen naar online bestekservices, helaas is er geen mogelijkheid om links aan te brengen naar bestekservices die alleen geschikt zijn om op DVD uitgebracht te worden. De functionaliteit van de online zoekmachine zal in samenwerking met de betrokken partijen in de loop der tijd worden uitgebouwd.
Meer informatie? Een nadere toelichting is verkrijgbaar bij: G.C.M. (Bert) van de Goot van STABU; tel. (0318) 633026 of e-mail
[email protected].
Nieuwe fabrikanten met FPS-en in 2009 In het STABU-bestand is ruimte gereserveerd voor, in samenwerking met STABU opgestelde, productspecificaties van toeleveranciers. Daarbij gaat het uitsluitend om productspecificaties die informatie bevatten ten behoeve van het bestek en niet om andere productinformatie. Naam Sika Group Erdo Climarad Bisolar ADT Alfa laval Nebiprofa Abeco Eputan Fassawall Icopal Morgo folietechniek Hercules Korado Atecpro Fabromont Crawford OWA HC-PS Foreco Centendo Schomburg Frits Jurgens Lamikon Kingspan Tarec
Plaats Brussel Capelle a/d IJssel Oldenzaal Roden Woerden Breda Klundert Veghel Meerkerk Zutphen Groningen Zutphen Tienray Haren Amsterdam Schmitten Heerhugowaard Amsterdam Waalwijk Gorinchem Delft Hoogeveen Slochteren Apeldoorn Turnhout
Producten dakbedekking dakbedekking, pu coating, pv modulen hybride oplossing wtw,verwarmen en ventileren pv modulen beveiligingapparatuur, brandmeldinstallatie,vlammenmelder warmtewisselaar,koeltoren,doorstroomtoestel dakbedekking,dakisolatie dak, gevel, element, sandwichpaneel kunststof sportvloeren, vloerbedekking kunststof wandfolie dakbedekking specialist in dak en wandfolies vooraf vervaardigde steenachtige elementen verwarmingslichamen, radiatoren dilatatie voegafdekkingsprofiel textiele vloerbedekking, kugelgarn deuren, aandrijfsystemen, dockshelters, dockseals, docklevellers plafondsystemen, minerale wol parkeergarage ventilatiesystemen houten, buitenberging NAI-architectuurplaquette pleistermortel, tegellijm, bitumenemulsie taatsdeur, binnen montagekozijn, pui kozijn isolatieschaal, kunstofschuimschaal STABULLETIN | 11
De Bond van Nederlandse Bestekdeskundigen BNB streeft naar het bevorderen van de kennis, het inzicht en de vaardigheid van de bestekdeskundigen.
In kort Nevenbestek installaties en “demarcatie” In bepaling 00.03.10-01 (Werkzaamheden derden) kan de bestekschrijver vermelden, welke werkzaamheden, benodigd voor het realiseren van een project, niet door de aannemer zullen worden uitgevoerd, maar door een “derde”. Een overeenkomst wordt in principe gesloten tussen twee partijen (opdrachtgever en aannemer). Elke (rechts)persoon anders dan deze twee partijen kan worden beschouwd als een “derde”. In geval van werkzaamheden aan hetzelfde project door meerdere aannemers, zal de opdrachtgever met meerdere partijen overeenkomsten sluiten. De aannemers van de verschillende werken moeten ten opzichte van elkaar worden beschouwd “derden”. Het begrip “derden” wordt in veel bestekken te pas en te onpas gebruikt. Vooral in het laatste geval kan dat voor de opdrachtgever vervelende gevolgen hebben. In dit artikel wordt de afbakening van werkzaamheden van twee of meer partijen, door middel van een “demarcatielijst” onder de loep genomen. Er wordt gepleit voor het nauwkeurig samenstellen van nevenbestekken door de ontwerpende disciplines en het vermijden van overbodige bepalingen. De begrenzing van door verschillende partijen uit te voeren werken Het uitvoeren van in elkander grijpende werken en de coördinatie daarvan is geregeld in paragraaf 31 van de U.A.V. 1989. De afstemming van de administratieve bepalingen in de bestekken van bij de uitvoering van het project betrokken nevenaannemers is reeds eerder beschreven in het STABU bulletin van maart 2008. De vraag, waar veel bestekschrijvers meer worstelen is “hoe maak ik duidelijk welke de begrenzingen zijn van de werkzaamheden van elk van de nevenaannemers”? Het antwoord op deze vraag wordt reeds gegeven door de definitie van “het bestek” in paragraaf 1 lid 1 van de U.A.V. 1989: “...de beschrijving van het werk, de daarbij behorende tekeningen, de voor het werk geldende voorwaarden, de nota van inlichtingen en het proces-verbaal van aanwijzing;...”. Als we de “voor het werk gelden voorwaarden”, de “nota van inlichtingen” en het “proces verbaal van aanwijzing” even vergeten, staan de ontwerper van het gebouw slechts “de beschrijving van het werk” en “de daarbij behorende tekeningen” ter beschikking om de begrenzingen van de werkzaamheden van elke aannemer vast te leggen. 12 | STABULLETIN
De reikwijdte van de U.A.V. 1989 Met andere woorden: de grenzen van de door verschillende partijen uit te voeren werken dienen door de ontwerpers te worden vastgelegd in bestekboek en tekeningen. De begrenzingen moeten onderwerp van overleg zijn tussen de bij het project betrokken ontwerpers van de verschillende disciplines. Men dient zich daarbij te realiseren dat elke overeenkomst (op basis van de STABU systematiek) met een aannemer van bouwkundige of installatietechnische werken wordt geregeerd door de U.A.V. 1989 1). Daardoor zijn alle bij het werk betrokken nevenaannemers gehouden aan (onder meer) de volgende bepalingen. Overeenkomsten met nutsbedrijven zullen nagenoeg altijd worden geregeerd door de leveringsvoorwaarden van deze bedrijven.
1)
Bepalingen • Hij is verplicht al datgene te verrichten, wat naar de aard van de overeenkomst door de wet, de billijkheid of het gebruik wordt gevorderd of tot een behoorlijke aanwending der bouwstoffen behoort. (U.A.V. 1989, Par. 6 lid 1, tweede alinea). • De verplichtingen van de aannemer omvatten mede: a) de levering van de nodige bouwstoffen en het verrichten van de no dige werkzaamheden; b) de beschikbaarstelling van gereedschap, materieel, hulpmaterialen, hulpstoffen, hulpwerken en andere hulpmiddelen, nodig voor de uitvoering van het werk en het verrichten van de nodige hulpwerkzaamheden; c) de betaling van precario, kosten van aansluiting van hulpleidingen en dergelijke. (U.A.V. 1989, Par. 6 lid 3). • Na gebruik en uiterlijk bij de oplevering moet het werkterrein naar genoegen van de directie zoveel mogelijk weder in de oorspronkelijke toestand worden opgeleverd. • De aannemer gedoogt - zonder aanspraak op andere vergoedingen dan de in het volgende lid bedoelde - dat door derden, aan wie de directie zulks toestaat, tegelijkertijd en te zelfder plaatse wordt gewerkt. (U.A.V. 1989, Par. 31 lid 3). • Hij gedoogt, dat daarbij gebruik wordt gemaakt van reeds gemaakt werk en gemaakte hulpwerken. Voor dit gebruik kan de aannemer aanspraak op bijbetaling doen gelden, indien meer van hem wordt verlangd dan redelijkerwijs van hem kan worden gevergd. (U.A.V. 1989, Par. 31 lid 3).
BESTEK Door: ir. S.W. (Sietze) Wierda namens BNB
De “demarcatielijst” Ondanks deze bepalingen in de U.A.V. 1989 worden door veel installatie-adviseurs in hun “demarcatielijst” bepalingen ten behoeve van opname in het bouwkundige nevenbestek aangedragen, die de indruk wekken dat de bepalingen van de U.A.V. uitsluitend gelden voor de aannemer van bouwkundige werken. In de praktijk werden onder meer de volgende bloemrijke teksten aangetroffen: •Verticaal/horizontaal transport van de grote componenten bestaande uit: luchtbehandelingskasten, dakafzuigventilatoren, verdeler/verzamelaar, regelkasten en expansievaten, olieafscheider, vetvangput, koelmachines, buffervaten etc.
‘Er wordt gepleit voor het nauwkeurig samenstellen van nevenbestekken door de ontwerpende disciplines en het vermijden van overbodige bepalingen.’
•Het beschikbaar stellen van gas, water en elektriciteit voor het vullen en beproeven van de werktuigbouwkundige installaties, verbruikskosten zijn voor de bouwkundige aannemer. De transportkosten (vanuit Zuid-Korea?) van door derden te verwerken componenten kunnen, evenals de kosten van gas, water en elektriciteit niet door een nevenaannemer eenduidig worden begroot. Het werk en de uitvoering daarvan zijn ingevolge U.A.V. par. 6 voor rekening van de aannemer, dus ook voor rekening van de aannemer van installatietechnische werken. Niemand weerhoudt nevenaannemers er overigens van met elkaar omtrent dit onderwerp een onderlinge regeling te treffen. Deelontwerpen moeten op elkaar worden afgestemd In juridische zin is er geen verschil tussen een aannemer van bouwkundige werken en een aannemer van werktuigkundige of elektrotechnische werken. Er kan dus geen sprake van zijn, dat bepaalde verplichtingen alleen zouden gelden voor de aannemer van bouwkundige werken en andere voor de aannemer van installatietechni-
sche werken. Evenmin bestaan er bepalingen, dat de ene aannemer zijn handen vuil zou mogen maken en de andere niet. Duidelijk is wel, dat bepaalde delen van het werk soms beter kunnen worden opgenomen in het nevenbestek van ene aannemer dan in dat van de andere. Deze afstemming tussen de ontwerpende partijen dient uiterlijk in de bestekfase plaats te vinden. Zie voorbeeld in kader. In veel andere gevallen is het opdragen van werkzaamheden aan een derde nodeloos ingewikkeld. Bijvoorbeeld: het graven en dichten van sleuven voor de aanleg van een buitenrioleringsleiding maakt zonder nadere bepalingen onderdeel uit van het nevenbestek van de aannemer van de installatietechnische werken. (zie U.A.V. par. 6 lid 1, tweede alinea en par. 15 lid 4). Er is geen enkele reden om het graven en dichten van de sleuven aan een derde op te dragen.
Voorbeeld Het opnemen van invoerbuizen in betonnen constructiedelen. De plaats en de aard van invoerbuizen dient door de ontwerpers in onderling overleg te worden vastgesteld. Immers de plaats, de afmetingen en de technische eigenschappen van de invoerbuizen hebben invloed op het constructieve ontwerp van een betonnen constructiedeel. De afmetingen en specificaties van de invoerbuizen zijn ook afhankelijk van de eisen die worden gesteld door de aard en de omvang van de installatie en/of de eisen van het betreffende nutsbedrijf. In dit geval ligt het voor de hand de invoerbuizen op te nemen in de beschrijving en de tekeningen van het bouwkundige werk. Of de doorvoerbuizen door de aannemer worden geleverd, dan wel door/namens de opdrachtgever kan in de werkbeschrijving worden vastgelegd. STABULLETIN | 13
Klein nieuws dat we u toch niet wilden onthouden.
Korte Berichten t NAi e h in n e g in ll te s n o to n e T
dan een museum. Het is urinstituut (NAi) is méér ctu hite Arc ds lan der Ne t He waar op verschillende ma kelijke culturele instelling een voor iedereen toegan geving. teed aan de ontworpen om nieren aandacht wordt bes
t eerste deel aagmaquettes uit 1912. He restauratie van de prijsvr isch beeld lpower schetst een histor van de tentoonstelling Coo Vanaf 1 tot 13 r het Raadhuis van 1912. rondom de prijsvraag voo ineerde mai in de foyer de vijf genom september toont het NA uwe Stadswerpwedstrijd voor het Nie quettes uit de huidige ont rondom dit en nieuwe ontwikkelingen kantoor. Alle activiteiten NAi site. project zijn te volgen op de
, ontworpen door Jo Coeest in een markant gebouw uisv geh 3 199 s sind is i NA Het centrum van Rotterdam. van het Museumpark in het nen, gelegen aan de rand jk es bewaard en toegankeli rijke archieven en collecti In het NAi worden belang erond r mogelijkheden voo . Het instituut voorziet in gemaakt voor het publiek del van tentoonstellingen m voor discussie. Door mid zoek en biedt een platfor rkveld als het grote publiek zowel het professionele we i NA het wil ties lica pub en een van de meest belang stimuleren. Het NAi bezit . informeren, inspireren en reld we ter w en landschap r, architectuur, stedenbou rieu inte van es lecti col e rijk i te bekijken waaronder: tentoonstellingen in het NA Komende tijd zijn diverse uit 1912 quettes van de Coolsingel Coolpower, prijsvraagma sie plaatsvond over de ont eden dat de eerste discus gel r jaa 100 a bijn al is t He Coolsingel. Aanleiding dhuis aan de Rotterdamse werpwedstrijd voor het Raa het Rotterdamse gemeen n de actuele plannen van me vor tie osi exp de r voo de oor en de voltooiing van van het Nieuwe Stadskant tebestuur voor de bouw
STABUm@il
U ws over STAB regelmatig nieu om ijk el og gi m een di Het is ook heeft hiervoor U AB ST . en ijg kr gein uw inbox te , STABUm@il ven geroepen le t he in f rie worden over tale nieuwsb geïnformeerd in ar da l za ig at danaamd. Regelm als gebruikers nementen zo ve -e U AB ST den actuele zogenaamde n, etc. Zo wor ze ur be , en av tg ht gen, nieuwe ui en de aandac el weergegeven tik ar rt ko n si onze web te zaken in ee tikelen die op ar e er id re eb tg ongevestigd op ui x per jaar verz dt ongeveer 6 or w il @ m U oo formatie k staan. STAB en. Wilt u de in rd ee ss re te ïn ge U, den naar alle site van STAB aan via de web ch zi u dt el m ontvangen, www.stabu.org
14 | STABULLETIN
Designing Coexistence erdam architectuur biënnale Rott van de 4e internationale ntoonstelfdte januari 2010 zal de hoo Van 24 september t/m 10 rnationale arCoexistence van de 4e inte ling Open City: Designing NAi. Met am (IABR) te zien zijn in het chitectuur biënnale Rotterd de grootste binding tussen de straat en een nieuwe en directe ver 4e IABR lethet gebouw zich tijdens de tentoonstellingszaal opent City: Desigam. De bezoeker van Open terlijk naar de stad Rotterd grootschalig het ‘Forum’ waar zich een ning Coexistence start in nde tentoonen City bevindt met inleide doorloopmodel van de Op er van het lieksactiviteiten in het kad stellingen, faciliteiten en pub nstellingen, Forum zijn de zes subtentoo Event Program. Vanuit het heid, Refuge, i, te bezichtigen; Maakbaar verspreid over het hele NA at en Collective. Reciprocity, Community, Squ atie op www.nai.nl Kijk voor de laatste inform
M@il van P
IM
Interesse o m op de ho ogte te wo lerlei inform rden geho uden van a atie, speci fi le k ro ndom PIM is een PIM ? Voor dit -nieuwsbri d o e e f l o pgezet me nieuwe re t achtergro leases, eve n d e n nementen bij liteit en de , uitgebreid rgelijke. Stu e function au r een e-mail met als on aan pim@ derwerp “n st a b u .nl ieuwsbrief per e-mail PIM” en on op regelma tvang deze tige basis.
Klankbord via LinkedIn STABU heeft in juni 2009 een eigen groep gecreëerd op LinkedIn; de STABU gebruikersgroep. STABU heeft haar eerste pas gezet in de wereld van Social Networks. Linkedin is gekozen omdat het een puur zakelijk network is en omdat het 1.1 miljoen Nederlandse professionals telt. Op Linkedin is het mogelijk om zich bij een groep aan te melden. Er zijn er duizenden. STABU bestaat voor en door de bouw en wil zich graag met haar licentiehouders, klanten en geïnteresseerden verbinden. Nu dus ook via Linkedin en u kunt hier mee praten, nieuws lezen, aankondigingen lezen. En verder kunt u vragen stellen, aan discussies deelnemen, maar ook uw netwerk vergroten! Kortom; wij nodigen u van harte uit om zich met ons op Linkedin te verbinden! Dat Web 2.0 interactief internetten mogelijk heeft gemaakt zal de meeste van u niet ontgaan zijn. Wie kent niet de Blog’s, Forums , Communities en Social Networks die als paddenstoelen uit de grond zijn gerezen en die een steeds grotere rol spelen. Ook al maakt u (nog) niet actief gebruik van één van deze mogelijkheden om met anderen te communiceren, dan zullen namen als Facebook, Twitter, Linkedin en Hyves u vast niet zijn ontgaan. Web 2.0 maakt het mogelijk om sneller en effectiever informatie uit te wisselen en dat zorgt samen met het gebruikersgemak, voor een grote populariteit onder alle leeftijden in de bevolking. Op dit moment is er een enorme stijging van 55+ op sites als Facebook bijvoorbeeld. Eigenlijk kun je stellen dat er naast onze normale “op straat” maatschappij een hele nieuwe maatschappij is ontstaan; de virtuele maatschappij. En waar de normale maatschappij zich vooral kenmerkt door verharding, zie je in de virtuele maatschappij juist verzachting ontstaan. Denk aan het belangeloos delen van informatie, de informele benadering op zakelijke social networks en de opensource software, waarbij mensen over de hele wereld meewerken aan software die gratis beschikbaar is voor iedereen.
Dit is een zeer interessante ontwikkeling en de cijfers liegen er niet om! Facebook bijvoorbeeld kent in januari 2007 40.000 leden wereldwijd. In juni 2009 waren dat er 200 miljoen.
Er begeven zich heel wat bedrijven op Social Networks. Dit is niet zo vreemd, want het is een snelle, tijdsbesparende ma-
Eigenlijk kun je stellen dat er naast onze normale “op straat” maatschappij een hele nieuwe maatschappij is ontstaan; de virtuele maatschappij
Er zijn ruwweg 2 vormen van Social Networks te onderscheiden; de Fun networks, denk aan Hyves, Facebook, Twitter en de zakelijke networks zoals bijvoorbeeld Linkedin. In beiden gevallen is de meest voorkomende motivatie om deel te nemen, het zich verbinden met anderen. Of dit nu vrienden en kennissen zijn, of mensen die een zelfde hobby of interesse delen.
In het zakelijk Social Networken is het verbinden met mensen uit dezelfde beroepsgroep, klanten en toekomstige klanten de reden waarom dit zo ontzettend populair is en waardoor dit alleen nog maar zal toenemen.
nier om met de klanten of doelgroepen te communiceren. Het is goedkoop en mits goed gebruikt, kan een bedrijf behoorlijk veel informatie over haar klanten beluisteren en verzamelen. Dit kan helpen om de marketingstrategie te verbeteren, maar ook om behoeften uit de markt te anticiperen. Bovendien kan een bedrijf zich echt verbinden met haar doelgroep en klanten. Kortom voor bedrijven biedt het naast verbinden, de mogelijkheid om te luisteren, luisteren en nog eens luisteren!
Voor vragen over de gebruikersgroep van STABU op Linkedin kunt u contact opnemen met Esther Ligthart van STABU; tel. (0318) 633026 of e-mail
[email protected]. STABULLETIN | 15
Nieuwe generatie CV-ketels de toegevoegde waarde Op de meest recente gebruikersdag van STABU werd het voor het voetlicht gebracht; innovatie leeft en zeker in de cv-ketel branche! Manager Sales Support van Remeha, Ruud Brunst, heeft met zijn 26 jaar ervaring in de installatiebranche deze boodschap duidelijk overgedragen aan de aanwezige bestekschrijvers/licentiehouders tijdens de gebruikerdag op 25 juni 2009. Reden voor de redactie van STABU-bulletin om hem eens naar de laatste stand van zaken te vragen. Een stukje geschiedenis De geschiedenis van Remeha begint in 1935 in Apeldoorn, waar Gerard van Reekum aanvankelijk een technisch handelsbureau start. Wanneer in 1948 een eigen ijzergieterij in gebruik wordt genomen, legt het bureau zich ook toe op de productie van gietijzeren pijpen en ketels voor centrale verwarming. Aanvankelijk waren dit ketels voor vaste brandstoffen (bijv. cokes), na 1955 kwam ook het oliestoken langzaam op gang en ook werden ketels ontwikkeld voor stadsgas. In de jaren ‘63-’65 heeft Nederland de eerste aardgasvondsten gedaan. De doorontwikkeling van de (atmosferische) gasketel is vervolgens op gang gekomen. In de jaren ‘70 werden ook overdrukketels, met voorzetbrander, gemaakt voor olie en/of gas. Tot in de jaren 1990 werden er atmosferische (staande) gasketels geproduceerd in de vermogensrange van 14 tot 1215 kW. HR-ketels In de jaren direct volgend op de eerste energiecrisis is de ontwikkeling van hoog rendementsketels op gang gekomen met de condenserende (HR) verwarmingsketel. In eerste instantie werd er toegelegd op de ontwikkeling en productie van (grotere) atmosferische HR-ketels, met vermogens tot uiteindelijk bijna 1300 kW. In 1985 werd ook de productie van wandgasketels ter hand genomen; een type toestel dat gemeengoed zou worden in de Nederlandse woning. Inmiddels zijn de rendementen van HR-ketels gestegen tot het absoluut haalbare en is de uitstoot van milieuvervuilende stoffen geminimaliseerd. Gietijzer wordt meer en meer vervangen door aluminium en de toestellen worden steeds compacter. De ontwikkeling van de HRe-ketel heeft een grote vlucht genomen; een hoog rendement combiketel die tegelijk elektriciteit levert voor thuisgebruik.
Mededeling Remeha is een innovatieve producent van centrale verwarmingsproducten en maakt deel uit van De Dietrich Remeha Group die met 2300 medewerkers een omzet realiseert van ruim € 600 miljoen. De Dietrich Remeha Group, met het hoofdkantoor in Apeldoorn, is een groeiende organisatie met productielocaties in Frankrijk, Nederland en diverse verkoopkantoren verspreid over Europa.
16 | STABULLETIN
Ruud Brunst
STABU “Vanuit de markt kregen we al gauw vragen over het gebruik van de STABU-systematiek en de wens om bestekteksten te kunnen selecteren, direct in de database”, aldus Ruud Brunst. “De geluiden die we zelfs horen waren ‘hoe goed je producten ook zijn; als je niet in STABU staat, dan selecteer ik je nooit’. Uiteraard hebben we er meteen werk van gemaakt. In het begin stuurden we bij elke offerte een uitgewerkt STABU-bestek elektronisch mee. We kregen er vervolgens zoveel vraag naar, dat we besloten hebben om alle producten uit te werken en deze allemaal op de website te zetten. Hoewel het nu niet meer uniek is, waren we wel een van de eerste in de ketelbranche die dit deed en tot op de dag van vandaag worden deze bestekteksten veelvuldig gedownload. Opgezet volgens de STABU-systematiek zien de teksten er ook professioneel uit”, aldus de manager sales support van Rehema. Duurzaamheid en innovatie Innovatie heeft een belangrijke bijdrage geleverd aan Remeha’s leidende positie binnen de Europese verwarmingsbranche. Dankzij grote investeringen in R&D is Remeha een belangrijke speler op het gebied van duurzame en efficiënte producten. Daarnaast heeft De Dietrich Remeha Group, het internationale concern waar Remeha deel van uitmaakt, een
sterke Europese positie op het gebied van warmtepompen. “De laatste innovatie van Remeha is de ultramoderne HRe®-ketel, die uniek is doordat de cv-ketel in staat is elektriciteit te genereren. Remeha is trots om het eerste bedrijf te zijn dat een HRe®combiketel op de markt brengt. Deze ketel reduceert de CO2 uitstoot per huishouden met maar liefst 1000 kg per jaar. Dit komt overeen met het ongeveer vier maanden niet gebruiken van een auto. “
“Met het toepassen van de nieuwste technologieën kunnen we met recht zeggen dat cv-ketels een toegevoegde waarde hebben”, aldus Ruud Brunst van Remeha.
“De HRe®-ketel kan tot 1kW aan elektriciteit voor huishoudelijk gebruik leveren, waardoor ook de energierekening van een gemiddeld gezin beduidend lager wordt. Naar verwachting zal de jaarlijkse besparing op de energiekosten tussen de €300 en €400 liggen. Dit is een bijdrage aan de transitie naar een duurzame toekomst die werkelijk verschil maakt.” Duurzame energie “De verdere besparing van het HR-ketelrendement is beperkt, dit samen met de stijgende energiekosten, aanzienlijke ontwikkelingen in de techniek, de liberalisering in de energiemarkt en natuurlijk de milieuaspecten heeft ervoor gezorgd dat we nog een kritisch naar het begrip ‘duurzame energie’ hebben ge-
keken. Onze definitie wordt gevormd door ‘onuitputtelijke energie waar generaties hierna geen nadelige gevolgen ondervinden’. In september 2009 zal Remeha met een gasadsorptiewarmtepomp op de markt komen. en tevens collectieve zonneboilersystemen in het assortiment opnemen. De free piston stirling engine (FPSE) is een van de onderdelen van de HRe-ketel die in 2010 zal worden toegevoegd worden aan de productenrange van Remeha. Deze gaswandketel wordt gestookt op aardgas; het is echter een combiketel. Naast warmte voor tapwater en verwarming levert deze ook elektriciteit. Het overschot aan opgewekte stroom is mogelijk om terug te leveren aan het net. Met het toepassen van de nieuwste technologieën kunnen we met recht zeggen dat cv-ketels een toegevoegde waarde hebben”, aldus Ruud Brunst van Remeha.
Toekomst-proof! Eén ding is zeker: standaard IP-techniek in nieuwe gebouwen. Dé infrastructuur voor een supersnelle breedbandverbinding. Internet, telefonie, tv en ook deurvideo-installaties gaan over deze verbinding. Voor gebouwen van de toekomst presenteren wij het nieuwste IP-deurvideosysteem. Puur en krachtig voor opvallende prestaties.
Technische specificaties: • TCP/IP techniek • Power over Ethernet, Peer to Peer • Onbeperkt koppelen van panelen en monitoren • Op afstand muteren
Op vercoma.nl vindt u uitgebreide informatie over onze deurcommunicatieen domoticasystemen. U kunt ons natuurlijk ook bellen op 075 - 621 76 28.
vercoma.nl
100% IP-deurvideosysteem
Stichting Marktwerking Installatietechniek is een stichting die aanbestedingsprocedures ten behoeve van installatiebedrijven verder wil verbeteren. Daarbij streeft SMI naar evenwichtige, objectieve en transparante vraagen aanbodverhoudingen.
Uit de praktijk
Aanbesteders overvragen regelmatig met selectie-eisen De dagelijkse praktijk van SMI bestaat uit het steekproefsgewijs screenen van aanbestedingsprocedures op juistheid en praktische uitvoerbaarheid voor gegadigden. De diverse geschiktheid- en selectie-eisen dienen in balans te zijn met de aard en omvang van het aan te besteden project. Dat deze balans nogal eens ver is te zoeken, blijkt uit de volgende praktijkvoorbeelden. Referentieprojecten De uitvoeringswerkzaamheden van een nieuw multifunctioneel centrum met een omvang van een kleine 3.000 m2 brutovloeroppervlak (bvo) werd aanbesteed. Het betrof een Europese aanbesteding met het besluit aanbestedingen overheidsopdrachten (BAO) van toepassing. Het centrum zou huisvesting moeten gaan bieden voor diverse gebruikers zoals een kinderopvang, basisschool, enkele winkels, peuterspeelzaal, dorpshuis en binnensportgelegenheid. Installatietechnisch betrof het geen echt complex werk; de diverse gebruikers vragen niet om extra of bijzondere installaties. Toch stelde de aanbesteder veel extra eisen aan de vakbekwaamheid, met name ervaring op het gebied van werken, waarbij sprake is van bovengenoemde gebruikers, die dus qua aard overeenkwamen. Met nog extra punten te verdienen als er sprake was van meerdere gebruikers in 1 referentieproject. Terwijl de installaties qua aard van een peuterspeelzaal en een kinderopvang of basisschool niet noemenswaardig van elkaar afwijken. Voor zover de aard van de installaties niet afwijkend zijn van elkaar bij verschillende gebruikers, is dit onderscheid in basisschool, peuterspeelzaal etc. niet van belang. En mag dus niet gevraagd worden. Bovendien werd er ook nog eens gewerkt met een uitgewerkt bestek, zonder enige ruimte voor de installateur om andere oplossingen voor de installaties door te voeren. Dan heeft het weinig zin om zulke gedetailleerde referentieprojecten te vragen. Ervaring met betreffende installaties is dan afdoende, want meer wordt bij de uitvoering van een uitgewerkt bestek niet verlangd. Ook was er nog een onderscheid aangebracht in de grootte van de referentieprojecten: een project met dezelfde omvang qua bvo’s was meer punten waard dan een referentieproject dat groter was dan het multifunctioneel centrum. Ook dit onderscheid is niet reëel; immers als je in staat bent een groter project te maken, ben je ook instaat een kleiner project te maken. Het selecteren van kleinere installateurs, is hiermee te kort door de bocht - mocht dat de achterliggende reden zijn -. Wel professionele reactie Voor SMI was er dus werk aan de winkel! De aanbesteder werd op deze misslagen in de aanbesteding gewezen. De aanbesteder was meteen overtuigd dat 18 | STABULLETIN
‘Het huidig economisch klimaat zorgt ervoor dat opdrachtgevers extra voorzichtig zijn bij het uitkiezen van de juiste partij voor hun opdracht. Dat is een gezonde instelling, maar het kan ook doorslaan en tot negatieve effecten leiden.’ inschrijvers die ervaring hadden met grotere projecten gelijk beoordeeld dienen te worden met hen die referentieprojecten van gelijke omvang hadden. Maar het punt van hoe meer soorten gebouwen gelijk aan de gebruikers van het te bouwen centrum, hoe beter gewaardeerd, zag men geen noodzaak tot aanpassing. Na het benadrukken dat de “specifiek geduide werkzaamheden” die de aanbesteder aangaf, toch echt op de installatiewerkzaamheden moeten slaan - en nìet op de gebruiksfunctie van een gebouw op zich - , stelde de aanbesteder
van
SMI
Door: mr. Margreet van Deurzen & ir. Pieter van den Eijnden
gelukkig zijn eisen bij. Je kunt als aanbesteder alleen volstaan met de aanduiding van het gebruik van een gebouw of ruimte, als daarmee de specifieke aard van de installatiewerkzaamheden aangeduid kunnen worden, bijvoorbeeld een laboratorium.
Deze aanbesteder, een gemeente in het noorden, trad overigens professioneel op door helder uitleg over de eerdere beslissingen en uitgangspunten te geven en reageerde adequaat daar waar alsnog ingezien werd dat het echt anders moest. En zulk gedrag valt nog niet van elke aanbesteder te zeggen!. Financiële eisen Het huidig economisch klimaat zorgt ervoor dat opdrachtgevers extra voorzichtig zijn bij het uitkiezen van de juiste partij voor hun opdracht. Dat is een gezonde instelling, maar het kan ook doorslaan en tot negatieve effecten leiden. Recentelijk werd als minimum eis gesteld dat de inschrijver minimaal diende te beschikken over een A score in de PD rating van Graydon of Pyng (de laatste is overigens onderdeel van Graydon), beide dienstverleners op gebied van kredietmanagement. De aanbesteder gaf als uitleg dat gezocht is naar een manier om alleen ondernemingen te selecteren als inschrijvers, die er financieel goed voorstaan. De grootste bezwaren zijn de volgende; De organisatie waarbij deze rating verkrijgbaar is, is een commerciële instelling. Voor de betreffende rapportage moet betaald worden ( thans € 100 !) , en dat terwijl men nog niet eens geselecteerd is. Daarnaast diende ook de gebruikelijke financiële informatie, waaronder een accountantsverklaring en een bankverklaring, ingediend te worden. Met de nodige kosten. Al met al heel veel financiële informatie met dubbele kosten. En ook nog eens in de fase waarop nog geen zekerheid is of men mag inschrijven. Als deze manier overall door aanbesteders wordt toegepast en men bedenkt dat bedrijven gemiddeld aan tien selecties moeten deelnemen om één werk daadwerkelijk te verkrijgen dan is het eenvoudig te constateren dat dit tot een disproportionele lastenverzwaring leidt. Ook is niet transparant hoe deze commerciële instellingen deze ratings vaststellen, zodat ook niet uit te sluiten valt of subjectieve elementen – wat uit den boze is - van invloed zijn. Kortom voldoende reden om zo’n eis te laten vallen. Een ander voorbeeld is dat het percentage voor de verlangde bankgarantie wordt verhoogd van 5% naar 10 tot zelfs 15%. Voor iedereen is helder dat bankgaranties (en ook al de daaraan voorafgaande bankverklaringen) beslag leggen op de kredietruimte van de bedrijven. Het huidige economische klimaat treft bedrijven daarin extra hard. Banken stellen hogere eisen en zijn veel terughoudender. Door het percentage te verhogen komen bedrijven eerder aan hun limiet, zodat zij met minder aanbestedingen kunnen meedoen. En dat leidt uiteindelijk tot minder opdrachten... de wereld op zijn kop?!?
SMI ondersteunt - met kennis, expertise en praktisch ( juridisch) advies - individuele installateurs op het gebied van aanbestedingen en contractvorming van installatietechnische werken in Nederland. Doordat SMI een onafhankelijke partij is, kan zij bij uitstek de aanbestedende partij op onjuistheden wijzen. SMI slaat bovendien een brug tussen installatiebedrijven enerzijds en de aanbestedende partijen in de bouwkolom anderzijds, als het gaat om aanbestedingsreglementen en de gevolgen ervan voor de dagelijkse praktijk.
Dit geldt ook voor de gevallen waarin de bankgarantie volledig door moet blijven lopen gedurende de onderhoudsperiode, die vaak tot 1 jaar na oplevering doorloopt. Dat legt onevenredig zwaar beslag op de kredietruimte en de bankgarantiekosten lopen door. Ook hiervoor geldt een oproep aan aanbesteders om hiermee bij de eisen zorgvuldig om te gaan. Dan blijft er genoeg leven in de sector om deze periode van zwaar weer te overbruggen. Wilt u, aanbesteder, nadere informatie over hoe de markt tegen zaken aankijkt? Neem dan eens contact op via
[email protected] of bel 079 – 32377 62. STABULLETIN | 19
» vervolg van pagina 1 ‘Leidende Principes Opdrachtgevend Bouwbedrijf ’
Op weg naar duurzame same
Doel Het doel van de leidende principes is om professionele samenwerking en ketenverantwoordelijkheid in de bouw te bevorderen. De principes beogen duidelijkheid te scheppen voor ketenpartners en bieden houvast aan inkopers en contractmanagers. Kernwaarden/ Leidende Principes Uitgangspunt is het verbinden van het economische principe met kernwaarden als maatschappelijke verantwoordelijkheid, integriteit, transparantie en duurzaamheid. Opdrachtgevende bouwbedrijven verwachten van publieke en private opdrachtgevers dat zij maatschappelijk verantwoord met hen omgaan en dat zij ruimte bieden voor duurzaamheid en innovatie. Het opdrachtgevend bouwbedrijf wil met de opdrachtnemers omgaan, zoals het ook zelf graag behandeld wil worden door zijn opdrachtgever. Van de opdrachtnemers en partners verlangt het opdrachtgevend bouwbedrijf dat zij zich ook professioneel, integer, transparant en maatschappelijk verantwoord gedragen. Als er wordt samengewerkt op basis van prijs en kwaliteit en als er ruimte is voor innovatie ligt duurzame samenwerking en een optimaal resultaat in het verschiet. Uitwerking/ Gedragsregels Maatschappelijke verantwoordelijkheid Het opdrachtgevend bouwbedrijf en de opdrachtnemer houden zich vanzelfsprekend aan wet- en regelgeving. Het opdrachtgevend bouwbedrijf zorgt er samen met de opdrachtnemer voor dat medewerkers hun taken sociaal verantwoord, veilig (arbeidsomstandigheden) en duurzaam kunnen uitvoeren. Van de opdracht20 | STABULLETIN
nemer/toeleverancier wordt verlangd dat deze de kwaliteit van de geleverde dienst / het product borgt en zorg draagt voor een duurzaam, veilig en voor de omgeving acceptabel proces. Het opdrachtgevend bouwbedrijf en opdrachtnemer/toeleverancier zijn samen ketenverantwoordelijk. Dit houdt in dat het opdrachtgevend bouwbedrijf en de opdrachtnemers de verantwoordelijkheid hebben om duurzaam in te kopen. Integriteit & Betrouwbaarheid Het opdrachtgevend bouwbedrijf gaat zakelijk en open om met opdrachtnemers, toeleveranciers en andere partners. Selectie vindt plaats op basis van prijs én kwaliteit. Er wordt fair omgegaan met aanbiedingen van ketenpartners. Vanzelfsprekend wordt ook van de ketenpartners geëist dat zij zich aldus opstellen. Afspraak is afspraak; ook dit principe geldt in beide richtingen. Toeleveranciers en opdrachtnemers worden gestimuleerd om zich te ontwikkelen tot co-maker en/of preferred supplier zodat optimaal wordt samengewerkt in de keten. Pro-actieve, innovatieve opdrachtnemers zijn aantrekkelijke partners voor de grote bouwbedrijven. Transparantie Het opdrachtgevend bouwbedrijf zorgt voor duidelijke en transparante processen en procedures. Het opdrachtgevend bouwbedrijf spant zich in om opdrachtnemers en toeleveranciers tijdig en duidelijk te informeren. De opdrachtnemer
Ondertekende bedrijven
nwerking
wordt betrokken bij de planning en waar relevant is er overleg over de omstandigheden waaronder een opdracht moet worden uitgevoerd. De opdracht wordt verstrekt op grond van vooraf bepaalde en helder gecommuniceerde criteria. Duurzaamheid Het opdrachtgevend bouwbedrijf geeft concrete invulling aan het streven naar duurzame ontwikkeling. Dit komt tot uitdrukking in zowel de bedrijfsvoering als in de projecten. Ook van de opdrachtnemer wordt verwacht dat hij verantwoord en duurzaam omgaat met materialen, afval en energie. Het opdrachtgevend bouwbedrijf, gespecialiseerde aannemers, toeleveranciers en andere partners zijn schakels in een keten van idee tot realisatie en beheer. Van publieke en private opdrachtgevers wordt verwacht dat zij ruimte bieden voor duurzame oplossingen. Dit gaat verder dan het stellen van duurzaamheidseisen aan producten en materialen. Het opdrachtgevend bouwbedrijf en de ketenpartners verwachten van overheid dat zij duurzame ontwikkeling bevordert door wetgeving, duurzaam en innovatief aanbesteden en voorlichting en publiciteit hierover. In lijn daarmee stelt het opdrachtgevend bouwbedrijf zich open voor goede suggesties van opdrachtnemers op het punt van duurzaamheid.
Naast de zeven grootste bouwbedrijven van Nederland heeft een groep middelgrote bouw- en infrabedrijven zich begin 2009 geschaard achter de leidende principes van het maatschappelijk verantwoord ondernemerschap in de bouw. Hiermee onderstrepen de bedrijven het belang voor een betere samenwerking met partners om zo meer ruimte te creëren voor een integrale aanpak, duurzaamheid en innovatie. Het gaat om de volgende bedrijven: •Ballast Nedam •BAM •Bouwbedrijf De Vries en Verburg •Colijn Aannemersbedrijf •Dura Vermeer •Freesmij •GMB Holding •Hegeman Beton- en Industriebouw •Heijmans •Lareco Nederland •Mourik Groot-Ammers •Ooms Nederland Holding •Rasenberg •Roelofs Wegenbouw •Strukton •TBI •Traffic Service Van Strien •Van den Herik •Volker Wessels
Heijmans, Strukton, TBI en VolkerWessels. Met de publicatie van deze leidende principes willen deze grote opdrachtgevende bouwbedrijven een impuls geven aan duurzame samenwerking en maatschappelijk verantwoord ondernemen in de bouw. Bouwbedrijven die zich willen aansluiten bij dit initiatief zijn van harte welkom. De initiatiefnemers zijn zich ervan bewust dat de praktijk van vandaag nog niet altijd overeenkomt met de hier verwoorde leidende principes. Het gaat hier om de ambitie om beter te bouwen, beter samen te werken, op weg naar een nieuwe bouwcultuur, samen met u!
Verankering De zeven grote opdrachtgevende bouwbedrijven nemen de leidende principes op in hun bedrijfsvoering en werken de principes voor eigen medewerkers verder uit. De principes worden op de websites van de bedrijven gepubliceerd. Op weg naar duurzame samenwerking Deze leidende principes zijn een initiatief van BallastNedam, BAM, DuraVermeer, STABULLETIN | 21
De Stichting STABU biedt een breed pakket opleidingen aan, gericht op de dagelijkse bestekspraktijk. Een korte opsomming is hieronder vermeld. Een volledig overzicht is op de website van STABU (www.stabu.org) opgenomen.
Cursusaanbod
Cursus STABU-bestekssystematiek Om de invoering van de STABU-bestekssystematiek binnen uw organisatie snel en effectief te laten verlopen, wordt door STABU een dagcursus georganiseerd. In één dag raakt u volledig vertrouwd met de STABU-systematiek. De prijs van deze cursus bedraagt € 365,-- exclusief BTW per persoon (prijsstelling 2009), inclusief lesmateriaal en lunch. Op de volgende data is nog plaats: » 13 oktober 2009, 24 november 2009 Cursus STABU Bestekken lezen De Stichting STABU helpt ontvangers van projectbestekken met het kritisch beoordelen van de inhoud. Waar zitten de voetangels en klemmen in de projectbestekken? Welke risico’s zitten erin verborgen? In een ochtend en een middag worden deze belangrijke zaken toegelicht. In deze cursus wordt uitgebreid aandacht besteed aan de uitleg van die administratieve en technische zaken die grote invloed kunnen hebben op de verantwoordelijkheid en aansprakelijkheid van de uitvoerende en toeleverende bedrijven in de bouw. Met deze kennis kunnen de bedrijfsrisico’s beter ingeschat worden. Dus alle zaken die invloed hebben op zekerheidstelling, garantie, coördinatie, aansprakelijkheid, verzekeringen en geschillen komen aan de orde. De prijs van deze cursus bedraagt € 365,-- exclusief BTW per persoon (prijsstelling 2009), inclusief lesmateriaal en lunch.
draagt € 365,-- exclusief BTW per persoon (prijsstelling 2009), inclusief lesmateriaal en lunch. Op de volgende data is nog plaats: » 24 september 2009, 26 november 2009 Opleiding Bestekschrijver (24 dagdelen) Deze opleiding tot professionele bestekschrijver behandelt alle relevante onderdelen voor het opstellen van projectbestekken. Ook de nieuwe ontwikkelingen op het terrein van de materialen vragen een steeds grotere kennis en deskundigheid van de bestekschrijver. In de andere bestaande cursussen en opleidingen wordt weliswaar aandacht besteed aan het belangrijke onderdeel “bestekken” maar niet in die mate dat daarmee de professionaliteit van de bestekschrijver wordt verhoogd. Op verzoek van velen heeft de Stichting STABU daarom deze opleiding opgezet. Uitgangspunt daarbij is de kennisoverdracht door ervaren docenten, gericht op de dagelijkse praktijk. De opleiding is zowel bouwkundig als installatietechnisch georiënteerd. De opzet van de opleiding is zodanig dat direct kan worden ingespeeld op veranderingen in de praktijk. Tot op heden hebben ruim 750 deelnemers deze opleiding met goed gevolg afgesloten. De prijs van de opleiding is € 3150,-- exclusief BTW per persoon (prijsstelling 2009), inclusief diners, syllabi, overig studiemateriaal en examengelden. Op de volgende startdata is nog plaats: » 8 september 2009, 10 september 2009, 25 november 2009
Op de volgende data is nog plaats: » 22 september 2009, 3 november 2009, 8 december 2009
Opfriscursus Bestekschrijver (4 dagdelen) Speciaal bedoeld voor degenen die de Opleiding Bestekschrijver hebben gevolgd en bijgeschoold willen worden over de meest recente ontwikkelingen.
Cursus Actualiteit in wet- en regelgeving in de B&U-sector Deze cursus Actualiteit in wet- en regelgeving in de B&U-sector is speciaal bedoeld voor hen die graag bijgeschoold willen worden over de meest recente ontwikkelingen in wet- en regelgeving in deze sector.
Hoe houdt men zijn kennis up-to-date? Zeker op dit moment, met enerzijds een grote werkdruk die het gevolg is van de grote bouwportefeuille en anderzijds het hoge tempo van nieuwe regelgeving op nationaal en Europees vlak, is dat een moeilijke zaak. Hoe staat het nu precies met geïntegreerde contractvorming, wet BIBOB, de vernieuwde Woningwet, Bouwstoffenbesluit (BSB), CE-markering en KOMO, enz?
De cursus is o.a. bestemd voor gebruikers, direct en indirect, van de STABU-bestekssystematiek zoals architecten- en ingenieursbureaus, de opdrachtgevende overheid, woningbouwverenigingen, projectontwikkelaars en aannemers- en installatiebedrijven, leveranciers en producenten van bouwstoffen die in bestekken worden voorgeschreven en iedereen die in zijn of haar dagelijkse functie in het bouwproces te maken heeft met wet- en regelgeving. Door middel van deze cursus, van één dag, is men weer geheel op de hoogte van alle valkuilen in bouwcontracten en weet men hoe deze te vermijden.De prijs van deze cursus be-
Deze cursus bestaat uit vier dagdelen (verdeeld over 2 ochtenden en middagen, inclusief lunch). De prijs van deze cursus bedraagt € 640,-- exclusief BTW per persoon (prijsstelling 2009), inclusief lesmateriaal en lunch.
22 | STABULLETIN
Op de volgende data is nog plaats: » 6 en 7 oktober 2009 Cursus Garanties in de bouw Garanties spelen in de bouw een belangrijke rol. Toch is het een niet éénduidig begrip. Om u wegwijs te maken in de complexe wereld van garanties, wordt door de Stichting STABU een ééndaagse cursus georganiseerd. Tijdens deze dag raakt u volledig vertrouwd
STABU 2009 september, oktober, november & december
met het fenomeen garanties in de bouw. De prijs van deze cursus bedraagt € 365,-exclusief BTW per persoon (prijsstelling 2009), inclusief lesmateriaal en lunch. Op de volgende data is nog plaats: » 15 oktober 2009, 10 december 2009 Cursus Verzekeringen in de bouw Op 1 januari 2006 is het nieuwe verzekeringsrecht, opgenomen in Titel 7.17 van het Nieuwe Burgerlijk Wetboek, in werking getreden. Het huidige verzekeringsrecht in het Wetboek van Koophandel bestond namelijk al ruim 160 jaar en was volgens de wetgever hard aan vernieuwing toe. Het nieuwe verzekeringsrecht zal de relatie verzekeraar en verzekerde, zo is de verwachting, in sterke mate beïnvloeden. Om u wegwijs te maken in het nieuwe verzekeringsrecht en de gevolgen hiervan voor de bouw, wordt door de Stichting STABU een ééndaagse cursus georganiseerd. Tijdens deze dag raakt u volledig vertrouwd met het fenomeen verzekeringen in de bouw. De prijs van deze cursus bedraagt € 365,-- exclusief BTW per persoon (prijsstelling 2009), incl. lesmateriaal en lunch. Op de volgende data is nog plaats: » 3 september 2009, 10 december 2009 Cursus Nieuwe contractvormen in de bouw Geïntegreerde contractvormen in de B&U sector zijn niet langer exclusief het domein van rijksopdrachtgevers. Om u wegwijs te maken in geïntegreerde contracten in de B&U-sector, wordt door de Stichting STABU een ééndaagse cursus georganiseerd. Tijdens deze dag raakt u volledig vertrouwd met het fenomeen geïntegreerde contracten in de B&U-sector. De prijs van deze cursus bedraagt € 420,-- exclusief BTW per persoon (prijsstelling 2009), inclusief lesmateriaal en lunch. Op de volgende data is nog plaats: » 15 of 17 september 2009, 17 of 19 november 2009 Cursus Dé (rol van) standaardvoorwaarden (UAV/UAVTI etc.) bij aanneming van werk in de B&U-sector Standaardvoorwaarden spelen in de bouw een belangrijke rol. Om u wegwijs te maken in de complexe wereld van standaardvoorwaarden in bouwcontracten, wordt door de Stichting STABU een driedaagse cursus georganiseerd. Tijdens deze dagen raakt u inhoudelijk geheel vertrouwd met het fenomeen standaardvoorwaarden in het algemeen en dé (rol van) standaardvoorwaarden (UAV/UAVTI etc.) bij aanneming van werk in de B&U-sector specifiek. De prijs van deze cursus bedraagt € 915,-- exclusief BTW per persoon (prijsstelling 2009), inclusief lesmateriaal en lunch. Op de volgende data is nog plaats: » 27, 28, 29 oktober 2009
Bedrijfsgerichte cursussen Alle cursussen & opleidingen zijn ook mogelijk “ín-company” en compleet af te stemmen op de wensen van ùw organisatie.
NIEUW! Actuele ontwikkelingen in Projectmanagement Projectmanagement is een vak dat vaak al werkende is aangeleerd. Veelal is dat een uitstekende leerschool om de praktische kanten van het vak onder de knie te krijgen, maar daar staat tegenover dat de onderliggende theorie vaak onderbelicht blijft. De laatste jaren hebben zich ontwikkelingen in het vakgebied voorgedaan die juist op die theoretische aspecten van projectmanagement hun invloed uitoefenen. Te denken valt aan de tendens om steeds vroeger in het proces het contract af te sluiten; het specificeren van de bouwopgave op basis van het prestatieconcept; de wens tot vroege prijszekerheid; de nieuwe geïntegreerde contractvormen op basis van de UAVgc; het aansprakelijkheidsregime van de standaard contractvoorwaarden en rechtspositieregeling dat achterblijft ten opzicht van de huidige wetgeving; de nieuwe aparte aanbestedingsreglementen voor private en publieke aanbesteders; het “gunnen op waarde” in plaats van op de laagste prijs; de Verborgen Gebreken Verzekering met bijbehorende Technisch Inspectie Service als antwoord op de vraag van opdrachtgevers naar garantie op het eindproduct in plaats van kwaliteitscertificering op materialen; de toegenomen regelgeving; enz. Doordat veel ervaren projectmanagers en projectleiders nogal in beslag worden genomen door hun onderhanden zijnde projecten, mag niet van hen worden verwacht dat zij in detail van deze actuele ontwikkelingen op de hoogte zijn. De prijs van deze driedaagse cursus bedraagt € 915,-- exclusief BTW per persoon (prijsstelling 2009), inclusief lesmateriaal en lunch. Voor 2009 zijn de volgende lesdata bekend: » 14 (dag 1), 21 (dag 2) & 28 oktober 2009 (dag 3) Meer informatie Neem voor meer informatie over welke cursus het meest aansluit op uw behoeften contact op met het hoofd opleidingen ing. H.H.M. (Henny) Miltenburg. Informatie over beschikbaarheid van plaats e.d. is te verkrijgen bij mevr. E. (Evelien) van der Tuuk: T. (0318) 633026 /
[email protected]. De meest actuele stand van zaken vindt u op www.stabu.org.
Zover bij de Stichting STABU bekend zijn deze cursussen/opleidingen erkende PBO activiteitstypen zoals vastgesteld in de Regeling Permanente Beroepsontwikkeling (PBO) van de BNA en voldoet als activiteit aan de wettelijke bij- en nascholingsverplichting voor architecten, opgenomen in de Wet op de Architectentitel, voortvloeiend uit de Europese Kwalificatierichtlijn welke de onderlinge erkenning van beroepskwalificaties in de Europese Unie regelt. STABULLETIN | 23
Projectmanagement bijeenkomsten De samenleving wordt complexer, de projecten ook. Om met vele zelfstandig opererenden aan een project te werken is een goede informatiedeling en behoud van alle informatie, beschikking overal etc. van uiterst belang. Nadruk wordt steeds meer gelegd op het belang van goede transparante informatiedeling, maar ook juist voor beheer en facilitymanagement is het van onschatbare waarde om alle informatie betreffende een pand of project bij elkaar te hebben. Graag wil STABU u informeren over alle ontwikkelingen omtrent projectmangement. Ook zullen sprekers worden uitgenodigd om hun visie erop te geven. De grote koepelorganisaties van de Nederlandse Bouwnijverheid hebben een convenant met de Regieraad bouw af-
gesloten om het “Vernieuwingsoffensief Bouw” uit te voeren. Deze organisaties zijn ook vertegenwoordigd in het Algemeen Bestuur van STABU, zoals BNA, ONRI, Ministerie van Defensie, Ministerie VROM, Aedes, VNG, Bouwend Nederland, UNETO-VNI en NVTB. Een zeer belangrijk instrument voor dit offensief is de verbetering in de communicatie. Daartoe heeft STABU “PIM” ontwikkeld als belangrijkste wegvoorbereider van het uiteindelijk beoogde Bouw Informatie Model (BIM).
Op 14 oktober en 10 november 2009 worden voorlichtingsbijeenkomsten over Project Informatie Management georganiseerd. STABU nodigt u van harte uit om hieraan deel te nemen. U kunt zich aanmelden via een e-mail aan
[email protected].
Gelijkwaardig merk In de bestekteksten van een op de STABU-bestekssystematiek gebaseerd bestek voor een (bouw)werk worden veelal teksten gehanteerd die verwijzen naar een fabrikant/leverancier. Het is namelijk een bekend gegeven in bestekkenland dat een bestekschrijver efficiënter en eenvoudiger merkgericht een bestek kan opstellen dan merkloos. Soms worden aan fabrikant/leverancier gebonden bestekteksten kreten toegevoegd als “of gelijkwaardig”, “o.g.”, “overeenkomstige hoedanigheid”, “of daarmee overeenstemmend” etc. In de nieuwe STABU-brochure “o.g.” in een STABU-bestek” geeft auteur ing. H.H.M. (Henny) Miltenburg, hoofd opleidingen bij STABU, een uiteenzetting van de beweegreden van de bestekschrijver om dit te, in sommige gevallen moeten, doen. Op een STABU-bestek zijn de Uniforme Administratieve Voorwaarden voor de uitvoering van werken 1989 (UAV 1989) van toepassing verklaard via de STABU-Standaard. In de UAV 1989 is ondermeer de aansprakelijkheid en verantwoordelijkheid geregeld tussen de opdrachtgever, namens wie de bestekschrijver het bestek schrijft, en de aannemer. Zo regelt de UAV 1989 wie in beginsel aansprakelijk is voor het in het bestek voorschrijven van onderaannemers, constructies, werkwijzen, bouwstoffen en leveranciers. Simpelweg komt het er op neer dat degene (opdrachtgever of aannemer) die volgens het bestek bepaald, indien dit verkeerd uitpakt tijdens de uitvoering van het werk, het gelag meestal betaald. De brochure zal voornamelijk de consequenties van voorgeschreven bouwstoffen en leveranciers in een bestek behandelen. In de STABU-bestekssystematiek zitten op het niveau van de bouwstofrubriek in een bestekpost veel vooringevulde teksten van fabrikanten en leveranciers van bouwstoffen, de zogenaamde Fabrikant gebonden Product Specificaties (FPSen). De bestekschrijver krijgt deze teksten dus op een presenteerblaadje aangereikt. Ook een praktische reden om merkgebonden te schrijven! 24 | STABULLETIN
Conform de UAV 1989 lijkt het dus vanuit de opdrachtgever bezien in beginsel niet verstandig om expliciet een bouwstof en/of leverancier voor te schrijven in het bestek in verband met de verantwoordelijkheid die hij daarmee naar zich toe trekt conform de UAV 1989. Zoals gezegd is het fabrikant/leverancier, dus merkgericht, bestek schrijven vaak wel eenvoudiger voor de bestekschrijver en duidelijker voor de lezer. De toevoeging “o.g.” kan in dat geval zinvol zijn als de opdrachtgever de geschetste verantwoordelijkheden, in combinatie met meer keuzevrijheden voor de aannemer, graag bij de aannemer wenst neer te leggen. Deze nieuwe STABU-brochure zal hier, met vele voorbeelden van bestekteksten, inhoudelijk op ingaan.
Primeur POST HBO Bestekdeskundige Op woensdagavond 8 juli 2009 zijn op de Haagse Hogeschool de diploma´s uitgereikt van de post HBO opleidingen die het afgelopen seizoen werden verzorgd. De negen cursisten van de vernieuwde leergang bestekdeskundige ontvingen hun diploma uit handen van cursusleider en docent bestektheorie Sietze Wierda.
Van links naar rechts René van Wijk, André Stolk, Paul Grimminck, Dirk Mudde, Fred Nagel, Henk Fortuin, Rob de Kruijs, Leen Versloot, Jacob Klok en Sietze Wierda (docent).
In deze post HBO opleiding, die is geïnitieerd door de BNB (Bond van Nederlandse Bestekdeskundigen), staat het (STABU) bestekboek als contractdocument centraal. De pilot is, als vervolg op de oude BNB leergang bestekdeskundige, de
‘In deze post HBO opleidingstaat het (STABU) bestekboek als contractdocument centraal.’ eerste aanzet voor de volledige uitwerking van het beroepscompetentieprofiel van de bestekdeskundige b&u zoals vastgesteld binnen het succesvol afgesloten EKB (Erkenning Kosten- en Bestekdeskundigen) project. Naast de BNB waren, bij dit door Senter Novem gesubsidieerde project, ook o.a. de NVBK (Nederlandse Vereniging van Bouwkostendeskundigen), de HAN (hogeschool Arnhem Nijmegen), de HHS (Haagse Hogeschool) en STABU (hoofd opleidingen ing. H.H.M. (Henny) Miltenburg) betrokken. De vernieuwde leergang verschaft een stevige juridische basiskennis en inzicht in de voorkomende contract- en organisatievormen, alsmede in aanbestedingen en verzekeringen. Training in persoonlijke vaardigheden bereidt de cursisten voor
Gespecialiseerd in esthetisch verantwoorde duivenwering.
op een effectief optreden als “bouwcontractadviseur” in alle fasen van het bouwproces. Een begeleidingscommissie zal zich in de nabije toekomst buigen over de juiste afstemming tussen o.a. deze HHS/ BNB cursus, de STABU opleiding bestekschrijver en de cursussen en opleidingen aan de NVBK kant. In de pipeline zit ook het ondertekenen van een MOU (Memorandum of Understanding) door de EKB participanten om de samenwerking en kruisbestuiving ook in het post-EKB tijdperk inhoudelijk vorm te geven. Tevens is het de bedoeling om in de toekomst een minor met als werktitel “bestekken en begroten” (met ongetwijfeld een gewichtige Engelse naamsvariant) te ontwikkelen voor de reguliere HBO studenten, zodat deze al eerder in het technisch onderwijs in aanraking komen met bestekken- en bouwkostendeskundigheid.
Postbus 43 6720 AA Bennekom
Of het nu gaat om overheidsgebouwen, restauratiepanden,
t. +31(0) 653 18 93 73
kerken, monumenten of problemen bij het MKB, met onze jarenlange ervaring lossen wij menig probleem professioneel op.
f. +31(0) 318 41 99 49
[email protected] gerdon.nl
Voor meer informatie kunt u onze brochure opvragen of een bezoek brengen aan onze website.
Vakwerk waar wij trots op zijn!
STABU Producten &
STABU2-bestekssystematiek met STABU-Standaard
STABU-website
•1700 licentiehouders;
• Zeer veel informatie beschikbaar:
•Opleiding Bestekschrijver (onder toezicht BNA/ONRI).
•2300 professionele gebruikers;
• Voorbeeldbestekken;
• Cursus STABU-bestekssystematiek.
•50% van totale bouwomzet per jaar zijn projecten beschreven met STABU²-systematiek (€ 25 miljard).
• Juridische toelichtingen contracten;
• Cursus STABU Bestekken lezen.
• Dagelijks up-to-date houden.
STABU-cursussen en opleidingen
• Cursus Garanties in de bouw. • Relevant nieuws voor de doelgroepen.
•Twee updates per jaar; distributie via dvd en internet.
• www.stabu.org
•Inclusief 700 fabrikanten met ± 250.000 producten inclusief index
• Module wetten, besluiten en regelgeving (Bris)
• Opfriscursus Bestekschrijver. • Cursus Actualiteit in wet- en regelgeving. • Cursus Verzekeringen in de bouw. • Cursus Nieuwe contractvormen in de bouw. • Cursus Dé (rol van) Standaardvoorwaarden (UAV/ UAVTI etc.) bij aanneming van werk in de B&U-sector. • Cursus Actuele ontwikkelingen in projectmanagement. • Bedrijfsgerichte cursussen.
diensten uitgelicht
CAD-afsprakenstelsel
Objectenbibliotheek
PIM
• Vanaf april 2007.
• IFD Library for buildingSMART.
• Update GB CAD Afspraken Stelsel van 1995, inclusief vraagbaak, helpdesk en gebruikersinformatie.
• Grote investering: € 1,5 miljoen.
• Nationaal Project Informatie Managementsysteem specifiek voor de Nederlandse bouwnijverheid inclusief de nieuwe elementgerichte bestekssystematiek en relevante documenten.
• Sinds kort financiële ondersteuning PSIBouw.
• www.gbcas.nl. • www.ifd-library.org.
• www.werkenmetpim.nl
• Te bestellen via internet. • proefproject in Nederland.
• Te bestellen via internet.
De Bouw Meester
Meer weten? Neem contact op met Stichting STABU, Ede.
• Ontwikkeling en beheer van de nationale vraagbaak bouwrecht voor alle betrokkenen in het bouwproces, inclusief de bijbehorende onderwijsmodules. Stichting STABU Postbus 36 6710 BA EDE Telefoon: (0318) 63 30 26 Telefax: (0318) 63 59 57 E-mail:
[email protected] Website: www.stabu.org
colofon Willy Brandtlaan 81 | 6716 RJ Ede (Gld.) | Tel.: (0318) 63 30 26 | Fax: (0318) 63 59 57 | E-mail:
[email protected] | Website: www.stabu.org
September 2009 Vierentwintigste jaargang no.3 Het STABU-bulletin is het viermaal per jaar verschijnende huisorgaan van de Stichting STABU over de voortgang van het STABU Bouwbreed Informatiesysteem. Teksten: mr. M.C.A. van Deurzen ir. P.A.A. van den Eijnden ir. M.L.A.M. van Hezik ing. H.H.M. Miltenburg ir. O. Sluizer E.B.J. Ligthart ir. S.W. Wierda Dit blad wordt geproduceerd en geredigeerd door: Stichting STABU Mevr. D.B. Kervel Postbus 36 6710 BA EDE Telefoon: (0318) 63 30 26 Telefax: (0318) 63 59 57 E-mail:
[email protected] Website: www.stabu.org Inlichtingen over advertentietarieven bij STABU.
Prijsoverzicht STABU-producten e STABU-bestekssystematiek voor de woning- en utiliteitsbouw bestaat uit: D • STABU-bestanden op dvd; • STABU-Standaard 2007 (boekvorm); • 1 Wachtwoord voor het beveiligde gedeelte van de STABU-website. De STABU-bestekssystematiek wordt geleverd na afsluiting van een licentieovereenkomst waaraan een abonnement gekoppeld is. Deze licentie-overeenkomst wordt aangegaan voor een tijdvak van drie kalenderjaren alsmede het jaar waarin de licentieovereenkomst wordt afgesloten. De genoemde prijzen zijn inclusief leverings- en administratiekosten en zijn exclusief de verschuldigde BTW. De STABU-Standaard 2007 is tevens separaat te verkrijgen. De tarieven voor 2009 zijn d.d. 10 december 2008 door het Algemeen Bestuur van de Stichting STABU vastgesteld op: Aanschaf Licentie STABU in de periode
STABU COMPLEET (t/m 5 werkplekken*)
januari t/m maart april t/m juni juli t/m september oktober t/m december
€ 930,-€ 697,50 € 465,-€ 232,50
Aanschaf Licentie STABU in de periode
STABU COMPACT (t/m 5 werkplekken*)
januari t/m maart april t/m juni juli t/m september oktober t/m december
€ 390,-€ 292,50 € 195,-€ 97,50
Overname van de inhoud: graag na overleg met de redactie. Hoewel uiterste zorg is nagestreefd, staan wij niet in voor eventuele (druk)fouten en/of onvolledigheden en aanvaarden auteurs en redactie deswege geen aansprakelijkheid. ISSN: 1384-7872 Vormgeving: skerp functionele communicatie, Doetinchem Drukker: Senefelder Misset Doetinchem
28 | STABULLETIN
*Per vijf werkplekken wordt de prijs verdubbeld. De gelieerde systeemhuizen hebben speciaal voor het “STABU-Compact” gebruik ook hun STABU-programma tegen gereduceerde prijzen beschikbaar gesteld. De STABU-Standaard 2007; dit is het boek waarin de basis kwaliteitseisen staan omschreven waaraan een werk moet voldoen op zowel technisch als administratief gebied: STABU-Standaard 2007
€ 75,--
Project Informatie Management (PIM) De prijs wordt bepaald door: • soort organisatie • grootte van de organisatie, gebaseerd op totaal aantal werknemers. Een rekenmodel is opgenomen op www.werkenmetpim.nl Het GB CAD-Afsprakenstelsel (GB CAS) is primair bedoeld voor gestructureerd tekenwerk van 2D CAD-tekeningen en informatie-uitwisseling. Geïntegreerd Bouwen (GB), als eigenaar/beheerder/uitgever van het GB CAS, heeft werkzaamheden uitgevoerd die hebben geleid tot een nieuwe en geheel herziene uitgave, versie 4. De Stichting GB is met de Stichting STABU overeengekomen dat deze laatste de distributie, de promotie en het onderhoud van het GB CAS 4.0 ter hand neemt. Distributie vindt plaats via internet: www.gbcas.nl GB-CAS
€ 145,--