SROI in Veenendaal
-
Juni 2013
Het Kader
2
Samenvatting In de visie van het gemeentebestuur van Veenendaal staat participatie centraal. Een manier om hier aan bij te dragen is de invoering van Social Return On Investment. SROI draagt teven bij aan het stimuleren van maatschappelijk verantwoord ondernemen. De voorliggende notitie geeft de kaders voor SROI in Veenendaal. Social Return On Investment is in onze definitie het opnemen van sociale voorwaarden, eisen en wensen in inkoop-, aanbestedingstrajecten, zodat contractanten een bijdrage leveren aan de uitvoering van het Veenendaalse beleid ten aanzien van het bieden van werkgelegenheid aan mensen met een afstand tot de arbeidsmarkt. Veenendaal richt zich hierbij primair op: – Mensen met een Bijstandsuitkering – Mensen met een SW indicatie Op termijn zal deze doelgroep worden uitgebreid. Voor de toepassing van SROI bij inkoop en aanbesteding zijn er twee mogelijkheden:
Aanbestedingen / inkoop tot € 200.000,- :
Aanbestedingen / inkoop boven € 200.000,-
Ondernemer maakt inzichtelijk hoe hij presteert op gebied van maatschappelijk ondernemen
SROI is verplicht. Primair in natura (inzet van doelgroepers). Wanneer dit niet doelmatig te realiseren is, kan de gemeente kiezen voor het contant maken van SROI.
In de bestekken verplichten wij ondernemers om invulling te geven aan SROI. De wijze waarop deze eis wordt vormgegeven hangt af van de aanbesteding. De essentie is dat we streven naar een percentage van 5% van de aanneemsom. In principe vragen aan de opdrachtnemer om in zijn offerte in beeld te brengen op welke wijze hij/zij vorm denkt te kunnen geven aan SROI. Dan wordt bij de beoordeling van de offertes een onderdeel gewijd aan SROI. Een ondernemer die in zijn offerte een onderbouwd voorstel voor toepassing van SROI geeft zal beter scoren dan een ondernemer die alleen aangeeft dat hij SROI wil toepassen. In deze notitie wordt ingegaan op de rolverdeling rondom SROI binnen de gemeentelijke organisatie. Ook wordt beschreven welke acties in gang worden gezet om van SROI een blijvend succes te maken.
3
4
1.
Inleiding
In de visie van het gemeentebestuur van Veenendaal staat participatie centraal; “Iedereen werkt, leert of is maatschappelijk actief”. In de beleidsvisie “Iedereen actief” staan de speerpunten van het beleid rondom de invoering van de Wet werken naar vermogen beschreven. Eén van de speerpunten is vorm geven aan Social Return On Investment (SROI). SROI kan er niet alleen aan bijdragen dat meer mensen aan het werk zijn, met SROI kunnen we ondernemers de mogelijkheid bieden om maatschappelijk verantwoord te ondernemen. Daarom heeft SROI ook in het Milieukwaliteitsplan (mei 2012) een plek gekregen. Hierin staat bij de doelstellingen voor de komende jaren vermeld dat we “met opdrachtnemers afspraken willen maken over arbeidsplaatsen, leerwerkplekken en stageplekken voor doelgroepen bij inkoop van diensten en werken”. Met de voorliggende notitie geven we het kader voor SROI in Veenendaal. We beschrijven wat we onder SROI verstaan (H.2) en hoe het proces rondom SROI moet verlopen (H.3). Het laatste hoofdstuk gaat over de vervolgacties die we in gang zetten (H.4).
5
2.
Wat is SROI
Van SROI bestaan verschillende definities. Oorspronkelijk is het een meetmethode die het rendement van maatschappelijke investeringen meet. Wij gebruiken SROI hier als volgt: Social Return On Investment is het opnemen van sociale voorwaarden, eisen en wensen in inkoop-, aanbestedingstrajecten, zodat contractanten een bijdrage leveren aan de uitvoering van het Veenendaalse beleid ten aanzien van het bieden van werkgelegenheid aan mensen met een afstand tot de arbeidsmarkt. SROI moet er toe leiden dat we meer mensen uit onze doelgroepen aan het werk helpen. Dit kan op verschillende manieren: - door mensen uit de doelgroep een werkplek, werkervaringsplaats of stageplaats te bieden; - door (delen van) de werkzaamheden te laten uitvoeren door de sociale werkplaats IW-4; - door een financiële bijdrage te leveren aan het Participatiebudget van de gemeente Veenendaal. (het budget voor re-integratie, inburgering en scholing). Hieronder beschrijven we allereerst welke doelgroep we onderscheiden (par. 2.1). Vervolgens beschrijven we de inhoudelijke uitgangspunten die we hanteren bij SROI (par. 2.2).
2.1
De doelgroep
Met SROI richten wij ons zoals genoemd op “mensen met een afstand tot de arbeidsmarkt”. Dit kan op verschillende manieren worden geïnterpreteerd. Wij hanteren wij als doelgroepen voor SROI: – Mensen met een bijstandsuitkering – Mensen met een SW indicatie Overigens zullen wij de opdrachtnemers stimuleren om doelgroepers uit onze kaartenbak of van het regionale SW-bedrijf IW-4 in te zetten. Maar, als een opdrachtnemer zelf doelgroepers in dienst neemt vanuit een andere gemeente tellen ook deze mee bij het voldoen aan de SROI-verplichting.
Groeimodel Hierboven staat de doelgroep waar we nu mee van start gaan. Op termijn zal de doelgroep worden uitgebreid met mensen met een WW-uitkering en scholieren met een BBL-traject. Om voor deze laatste groepen ook een rol te kunnen spelen in het begeleiden naar werk/stage-plaatsen zijn goede werkafspraken met het UWV en de scholen noodzakelijk. Deze werkafspraken kunnen onderdeel worden van de brede werkgeversbenadering die wordt ontwikkeld.
6
2.2
Inhoudelijke uitgangspunten
Ondergrens omvang opdracht In principe komen alle contracten in aanmerking voor toepassing van SROI. Het gaat dus om de inkoop van diensten, werken en leveringen. Om SROI werkbaar te maken dient de opdracht die wordt aanbesteed enige omvang te hebben. SROI wordt daarom door ons toegepast bij opdrachten met een omvang van € 200.000,- of meer (gelijk aan het drempelbedrag voor Europese aanbesteding). Bij opdrachten met een omvang minder dan € 200.000,- wordt SROI niet vereist. Wel willen we de opdrachtnemers verleiden om maatschappelijk verantwoord te ondernemen. Zo kunnen we bijvoorbeeld als gunningscriterium opnemen dat opdrachtnemers aantoonbaar moeten maken dat ze maatschappelijk verantwoord ondernemen. Dit laatste bij voorkeur via de prestatieladder sociaal ondernemen (www.PSO-nederland.nl.). Voorkeur voor bereidwillige ondernemers Draagvlak voor SROI is bij ondernemers geen vanzelfsprekendheid. Veelal zien ze SROI als een belemmering, een extra voorwaarde die ze mee moeten nemen in hun bieding. De laatste jaren komt hier langzaam maar zeker wel verandering in en zien ondernemers de meerwaarde van SROI. Wij streven ernaar die opdrachtnemers te selecteren die bereid zijn SROI toe te passen en zelf ook ideeën hebben hoe SROI gerealiseerd kan worden. Op deze manier krijgt de inzet van doelgroepers binnen het bedrijf draagvlak en heeft de omvang van de overeengekomen inzet een realistische omvang. Geen verdringing van vaste medewerkers Door tegenstanders van SROI wordt er op gewezen dat toepassing van SROI kan leiden tot verdringing van vaste medewerkers bij de opdrachtnemer. Of verdringing daadwerkelijk een rol speelt hangt af de branche en de specifieke marktomstandigheden in deze branche, maar ook van de omvang van het opdrachtnemende bedrijf. Onze insteek is te kiezen voor bereidwillige ondernemers die vooraf bedenken hoe binnen hun bedrijf SROI georganiseerd kan worden. Deze aanpak selecteert ondernemers die een reëel beeld hebben van de mogelijkheden binnen hun bedrijf en ook weten hoe verdringing kan worden voorkomen. Onder Europese aanbestedingsgrens: SROI mag buiten de opdracht plaatsvinden Wij zien SROI als een integraal onderdeel van de aanbesteding. Bij opdrachten boven de Europese aanbestedingsdrempel geldt de wettelijke plicht dat er een relatie is tussen het onderwerp van inkoop en de voorwaarden die in de aanbesteding worden opgenomen. De mogelijkheden voor inzet van doelgroepers worden hierdoor beperkt. Bij opdrachten onder de Europese aanbestedingsdrempel willen wij de mogelijkheden voor de inzet van doelgroepers vergroten. Daarom bieden we bij deze opdrachten de mogelijkheid om doelgroepers ook in te zetten bij andere werkzaamheden dan alleen voor de opdracht die wordt aanbesteed. Voor de afspraken in het kader van SROI wordt dan een separate overeenkomst opgesteld welke is gekoppeld aan het aanbestedingscontract. Voordeel hiervan is dat de inzet van SROI ook kan doorlopen na afloop van de aanbestede werkzaamheden. Dit maakt, zeker bij leveringen, een langere werkperiode van de doelgroepers mogelijk.
7
Definitieve invulling SROI wordt in overleg bepaald. De definitieve invulling van SROI wordt bepaald in overleg tussen de opdrachtnemer en de gemeente. In onderling overleg wordt bepaald voor welke werkzaamheden de doelgroepers worden ingezet, welke begeleiding wordt georganiseerd, wie dit organiseert en hoe verder na afloop van de opdracht. Een alternatieve invulling: contant maken van SROI Het organiseren van SROI vraagt extra inspanning van de opdrachtnemer en de gemeente. Ondanks deze extra inspanning kan het gebeuren dat SROI niet tot stand komt. Ook is het mogelijk dat een ondernemer bij voorbaat aangeeft geen mogelijkheden te zien voor feitelijke toepassing van SROI. In deze gevallen bestaat er een alternatief voor de bovengenoemde invulling van SROI. Dit betreft de mogelijkheid om een financiële bijdrage van enige omvang (een percentage van de omzetwaarde van de opdracht c.q. de aanneemsom) te storten in het gemeentelijk participatie-budget. Dit geld wordt daarna door de gemeente ingezet om mensen met afstand tot de arbeidsmarkt aan het werk te helpen. De hoogte van de bijdrage wordt bepaald als percentage van het aanbestedingsbedrag. In principe gaan we uit van 5% van het totale bedrag, excl. BTW. Bij aanbestedingsopdrachten die zeer arbeidsextensief maken de loonkosten een beperkt deel uit van de totale prijs. Hierdoor is het lastiger om SROI te realiseren. Daarom is de regel dat wanneer de loonkosten minder dan 30% van de opdracht uitmaken, de bovengenoemde bijdrage 5% van de loonsom bedraagt. Bij raamcontracten gaan we uit van de bovengenoemde percentages van de geraamde omzet. Het uiteindelijke bedrag kan gedurende de looptijd van het contract, op basis van de ervaringen in het eerste jaar, mogelijk worden bijgesteld. Keuze voor contant maken door gemeente Wij gaan primair uit van een inzet voor SROI in natura. Deze heeft in alle gevallen de voorkeur. Het contant maken van SROI zien we als een tweede keuze. De keuze of SROI bij een opdracht in natura moet worden geleverd of contant kan worden gemaakt, wordt door de gemeente gemaakt. Kwaliteit boven kwantiteit Wanneer we in een bestek SROI voorschrijven beoordelen we de offertes op de kwaliteit van de door de opdrachtnemer voorgestelde Social Return, en niet op de kwantiteit. Wij geven in de bestekken aan hoe groot het aandeel SROI is dat wij als streven hebben. Maar we gaan niet, zoals in sommige gemeenten gebeurt, een minimumpercentage eisen. We zoeken ondernemers die willen, niet die het als moeten ervaren.
Social return duurder? Bij veel opdrachtgevers bestaat de angst dat, door de inzet van social return, opdrachten duurder uitvallen. Uit onderzoek van TNO blijkt dat er geen aanwijzingen zijn dat social return tot hogere aanneemsommen leidt. Eventuele kosten die gemaakt worden voor de uitvoering van social return worden niet doorberekend in de offerte. Het idee is dat het komt door de concurrentie tussen opdrachtnemers (marktwerking) en het feit dat de extra kosten te verwaarlozen zijn bij de totale aanneemsom.
8
2.3
Het waarderen van de SROI inzet in een offerte
In het voorgaande zijn de uitgangspunten voor SROI genoemd. Hieronder zoomen we in op de wijze waarop SROI wordt beoordeeld in een offerte. SROI is belangrijk maar niet doorslaggevend bij de aanbesteding Wij organiseren SROI om contractanten een bijdrage te laten leveren aan de uitvoering van het Veenendaalse beleid ten aanzien van het bieden van werkgelegenheid aan mensen met een afstand tot de arbeidsmarkt. Bij de beoordeling van offertes zal SROI een belangrijk onderdeel gaan vormen maar, niet doorslaggevend zijn. Bij de beoordeling van offertes streven we naar contractanten die: - het werk waar het om gaat goed uitvoeren; - met wie het prettig samenwerken is; - een goede invulling kunnen en willen geven aan SROI. Kwaliteit van het voorstel is bepalend. In de bestekken vragen wij aan de opdrachtnemer om in een Plan van Aanpak in beeld te brengen op welke wijze hij/zij vorm denkt te kunnen geven aan SROI. Bij de beoordeling van de offertes wordt een onderdeel gewijd aan SROI. Hierbij wordt beoordeeld of het Plan van Aanpak van de ondernemer aansluit bij de opdracht en, of het doelmatig kan worden georganiseerd. Hiervoor wordt gekeken naar aspecten zoals: - Hoeveel doelgroepers worden aan werk(ervaringsplaats) geholpen? - Betreft het tijdelijke of vaste plekken? Als het tijdelijk is, gedurende welke termijn? - Omgerekend naar loonkosten, wordt dan het in het bestek opgenomen streven gehaald? - Wat voor werk gaat het om? - Hoe denkt de opdrachtnemer over de (organisatie van de) begeleiding? - Heeft de opdrachtnemer inventieve ideeën over SROI? Een ondernemer die een onderbouwd voorstel indient zal beter scoren dan een ondernemer die alleen aangeeft dat hij SROI wil toepassen.
2.5
Fondsvorming
Zoals genoemd bestaat de mogelijkheid voor de opdrachtnemer om, wanneer SROI niet “in natura” gerealiseerd wordt, een bijdrage te storten in een fonds. Dit fonds wordt ingezet om mensen met afstand tot de arbeidsmarkt aan het werk te helpen. De SROI-bijdrage kan eventueel ook worden ingezet voor projecten die voorkomen dat mensen een afstand tot de arbeidsmarkt krijgen. Bijvoorbeeld gericht op werklozen die als zelfstandige verder gaan. Dit zal, op aangeven van de ondernemer, per geval beoordeeld moeten worden.
9
3.
Het proces van SROI bij aanbesteding
Voor de uitvoering van SROI is een goede samenwerking noodzakelijk tussen interne en externe partijen. In dit hoofdstuk gaan we in op de betrokkenen, het proces en de rollen van de betrokkenen.
3.1
Betrokken partijen
Binnen de gemeente zijn de volgende drie partijen betrokken: - Inkoper (afkomstig van de afdeling die de aanbesteding in gang zet) - Accountmanager W&I (PD - Werk & Inkomen) - Adviseur inkoop (FZ - ICT & inkoop) Buiten de gemeente zijn betrokken: - de contractant of opdrachtnemer - de cliënt(en) / doelgroeper(s) - uitvoeringsorganisaties (IW-4 e.a.) Daarnaast kan er eventueel een externe partij worden betrokken voor de begeleiding van de doelgroeper(s). Deze partij werkt, afhankelijk van de te maken afspraken, in opdracht van gemeente of de opdrachtnemer. Opmerking: In de notitie “Iedereen actief”wordt al aangekondigd dat we werken naar een integrale werkgeversbenadering. Deze kan, op termijn , zorgen voor een ietwat andere rolverdeling tussen de betrokken partijen.
3.2
Wie doet wat?
Hieronder beschrijven we voor de verschillende stappen in het proces rondom een aanbesteding welke activiteiten er van belang zijn voor SROI. De rolverdeling tussen de betrokkenen vormt onderdeel van deze beschrijving. Uitgangspunt De inkoper is verantwoordelijk voor een goed verloop van de aanbesteding (van begin aanbesteding tot afronding werkzaamheden). Ook een goede organisatie van SROI rondom de aanbesteding is zijn/haar verantwoordelijkheid. Hij/zij wordt hierbij ondersteund door de adviseur inkoop en de accountmanager W&I. Wanneer het SROI-gedeelte langer doorloopt dan de aanbestede opdracht kan de verantwoordelijkheid voor de begeleiding van het resterende SROI deel door de accountmanager worden overgenomen. Aanloopfase De inkoper ontwikkelt een beeld van de gewenste opdracht. Hij/zij overlegt met de adviseur inkoop over de procedures en processen rondom de aanbesteding. Als de opdracht mogelijkerwijs in aanmerking komt voor SROI (voorwaarden genoemd in par. 2.1) neemt hij/zij ook contact op met de accountmanager W&I over de aankomende aanbesteding. De adviseur inkoop kan vooral procesmatig adviseren over de toepassing van SROI in de opdracht. De accountmanager geeft vooral inhoudelijk advies. Beide kunnen helpen bij het op een juiste wijze opzetten van de bestekteksten.
10
Beoordeling offertes De potentiële opdrachtnemers beschrijven in hun offerte/reactie op de aanbesteding hoe zij vorm en inhoud denken te geven aan SROI. De adviseur inkoop en de accountmanager adviseren de inkoper bij het beoordelen hiervan. Contact met de ondernemer Als een keuze gemaakt is met welke opdrachtnemer we verder gaan, is het aan de inkoper om het contact met de opdrachtnemer te organiseren. Ook zorgt de inkoper er voor dat de opdrachtnemer in contact komt met de accountmanager W&I. Overleg over invulling SROI De accountmanager bespreekt met de opdrachtnemer hoe bij deze opdracht invulling gegeven kan worden aan SROI. Onderwerpen die hierbij aan de orde komen zijn: - de werkzaamheden - wensen/eisen t.a.v. de deelnemende doelgroeper(s) - werkvorm (vaste dienst, leerstage, e.d.) - begeleiding (in welke vorm, door wie) - financiën - scholing - hoe te handelen als het niet loopt zoals het zou moeten De gesprekken moeten leiden tot overeenstemming en afspraken over de gezamenlijke doelstellingen, werkwijze, financiën, e.d. Voor de eventuele inzet van SW-ers wordt door de accountmanager contact opgenomen met IW-4. De werkafspraken over deze inzet worden meegenomen in de afspraken met de opdrachtnemer. De accountmanager informeert de inkoper over de inhoud en voortgang van de gesprekken. Opstellen SROI-overeenkomst De afspraken over SROI worden vastgelegd in een aanvullende overeenkomst behorende bij de hoofdovereenkomst van de aanbesteding. Deze overeenkomst wordt binnen een maand na de gunning ondertekend door de betrokken partijen. De inkoper is eindverantwoordelijk voor deze aanvullende overeenkomst. Bij het niet-nakomen van de overeenkomst wordt automatisch terug gevallen op het contant maken van SROI. Werving doelgroeper(s) De accountmanager gaat op zoek naar doelgroepers die mogelijk kunnen worden ingezet bij deze opdracht. Wanneer nodig wordt ook gezocht in de kaartenbak van omliggende gemeenten. De opdrachtnemer is eindverantwoordelijk voor de werving en selectie van de deelnemers. Hij/zij maakt de definitieve keuze wie wordt ingezet. Uitvoering De opdrachtnemer is verantwoordelijk voor de uitvoering van het contract, en daarmee ook voor het opnemen van SROI. De uitwerking van het SROI-gedeelte kan hij/zij overdragen aan de accountmanager W&I. Van belang is dat het addendum over SROI wel in het aanbestedingsdossier wordt opgenomen als onderdeel van het contract.
11
Monitoring De inkoper is verantwoordelijk voor het goede verloop van de aanbesteding. Hij/zij moet daarom ook zicht houden op het SROI-gedeelte. Over de inhoud en werkwijze van de monitoring kan hij/zij afspraken maken met de accountmanager W&I. Bij eventuele problemen gedurende het traject is de inkoper verantwoordelijk voor de reactie vanuit de gemeente. Waar nodig of gewenst wordt dit afgestemd met de adviseur inkoop of de accountmanager W&I. Evaluatie Na afronding van de werkzaamheden zorgt de inkoper voor de afronding van het aanbestedingstraject incl. de financiën). Ook het SROI-gedeelte wordt, onder zijn/haar verantwoordelijkheid, afgerond. Bij het afronden van de werkzaamheden wordt tevens intern geëvalueerd wat de aanbesteding heeft opgeleverd. Hierbij wordt ook het SROI-deel van de opdracht meegenomen. Wanneer SROI een doorlooptijd heeft die langer is dan de hoofdopdracht kan de accountmanager W&I verantwoordelijk worden gemaakt voor het deelcontract. Inkoper en accountmanager zorgen in dat geval samen voor een goede interne overdracht.
12
4.
Het vervolg
Het voorliggend memo geeft het kader voor SROI. In dit laatste hoofdstuk beschrijven we de acties die we op gaan pakken om van SROI een succes te maken.
4.1
Implementatie
Opnemen in aanbestedingsbeleid In deze notitie staan verschillende inhoudelijke en procedurele afspraken over de toepassing van SROI bij inkoop en aanbesteding. Om deze afspraken voor de lange termijn en voor alle betrokkenen scherp te krijgen en te houden is het gewenst dat de afspraken rondom SROI onderdeel gaan uitmaken van het aanbestedingsbeleid. (actie: medio 2013) Draagvlak vergroten Het vastleggen van afspraken in het aanbestedingsbeleid is geen garantie voor succes. Het is van belang dat alle betrokken binnen onze organisatie nut en noodzaak en vooral, de mogelijkheden van SROI onderkennen. Daarom gaan we werken aan draagvlak bij de inkopende afdelingen en de inkopers in het bijzonder. (actie: medio 2013) Daarnaast gaan we werken aan draagvlak bij externe partijen. Hierbij denken we vooral aan lokale en regionale partijen met wie wij regelmatig zaken doen. Bewustwording van nut en noodzaak van SROI én van de mogelijkheden staat hierbij centraal. (actie: medio 2013)
4.2
Actueel houden kader
Monitoring en evaluatie Wij gaan SROI monitoren en op termijn ook evalueren. Met de monitoring willen we in beeld houden bij hoeveel opdrachten SROI is toegepast en welke resultaten hiermee bereikt worden. De ervaring die we opdoen zou aanleiding kunnen vormen voor aanpassing van de afspraken. Het is daarom gewenst een moment te kiezen waarop de ervaringen van de betrokkenen binnen onze organisatie worden gedeeld. De informatie die dit oplevert kan het succes van SROI versterken. Ook is het te overwegen om de externe partijen (de opdrachtnemers) te vragen naar hun ervaringen en aanbevelingen. (actie eind 2013) Veranderende wet- en regelgeving De wet- en regelgeving rondom participatie (huidige WWB, SW) is aan verandering onderhevig. Hoewel het op dit moment nog niet wordt voorzien zouden wetswijzigingen aanleiding kunnen vormen voor aanpassing van de afspraken rondom SROI. De afdeling B&O bewaakt dit en zorgt, wanneer nodig, voor aanpassing van het kader.
13
4.3
Uitbreiding afspraken
Uitbreiding van de doelgroep De afspraken in dit kader gaan uit van een doelgroep die bestaat uit cliënten van de huidige WWB en SW. Op termijn kan deze doelgroep worden uitgebreid met mensen met een WW-uitkering en scholieren met een BBL-traject. Om voor deze laatste ook een rol te kunnen spelen in het begeleiden naar werk/stage-plaatsen zijn goede werkafspraken met het UWV en de scholen noodzakelijk. Deze werkafspraken kunnen onderdeel worden van de brede werkgeversbenadering die wordt ontwikkeld. Samenwerking in de Regio Behalve naar het uitbreiden van de doelgroep zullen we ook kijken naar de mogelijkheden om verder samen te werken met gemeenten in de Regio, in bijzonder met Rhenen en Renswoude. Op dit moment voert Veenendaal namens deze laatste twee gemeenten werkzaamheden uit op het gebed van W&I. Het is gewenst afspraken te maken zodat de inkopen van Rhenen en Renswoude ook met SROI worden uitgevoerd. Dit maakt het mogelijk om bij meer inkooptrajecten SROI toe te passen en deelnemers te zoeken in een grote gezamenlijke kaartenbak en/of de regionale sociale werkvoorziening. (actie: medio 2013) Ook willen we in regionaal verband (FoodValley) samenwerken om het draagvlak voor SROI te vergroten. De wijze waarop bepalen we samen met onze partners in de regio. (actie: medio 2013)
14