Sporttechnische bijdrage voor medewerkers Editie 3/2014 In dit nummer
Aan de slag met gedragscodes DO’S & DON’TS in de GSF-jeugdsportclub
Samenstelling: Katrijn Mellemans, Liesbeth Uyttersprot, Annelies Raman, Dafne Verhasselt Bijlage tijdschrift Sportief van de Gezinssportfederatie vzw, Troonstraat 125, 1050 Brussel – voor medewerkers
Inleiding In een sportclub kan er al eens iets mislopen: een lesgever geeft een spottende opmerking, een deelnemer komt steeds te laat, de spelregels worden niet gerespecteerd, ouders zijn niet verdraagzaam naar andere deelnemers of lesgevers toe,… Kortom, de sportbeleving wordt overschaduwd door negatief gedrag of een negatieve houding van lesgevers, ouders of deelnemers. Er wordt niet ethisch verantwoord gesport. De positieve waarden en afspraken van de club worden best bekend gemaakt via een gedragscode. In dit praktisch werkdocument wijzen we je verder de weg in het gebruik van gedragscodes die de rechten van het kind in jouw sportclub waarborgen. Je komt te weten hoe de gedragscode van de Gezinssportfederatie vzw eruit ziet en verneemt hoe je aan de slag kan met concrete ‘ethische’ acties.
1. Rechten van het kind in de sport – wat houdt dit in? Er kunnen heel wat negatieve effecten in de sport voorkomen. Denk maar aan een ongezonde prestatiedruk, het alleen maar laten meespelen van de ‘beste’ spelers, het uitsluiten van kinderen op basis van etniciteit, het niet fair spelen van een spel, geen respect hebben voor elkaar,… GSF vindt het belangrijk dat de jeugdleden beschermd worden tegen deze negatieve effecten en legt de nadruk op de positieve waarden in de jeugdsport, zoals plezier beleven, omgaan met en respect tonen naar mede- en tegenspelers,... Bovendien vindt GSF het belangrijk dat clubverantwoordelijken, trainers, begeleiders, ouders en alle andere personen die met jongeren werken, ethisch en pedagogisch verantwoord omgaan met hun jeugdleden.
2
De rechten van het kind in de sport worden gebundeld in de Panathlon-verklaring over ethiek in de jeugdsport. Je kan deze verklaring ondertekenen op www.sportopjongerenmaat.be. Deze Panathlonverklaring werd als leidraad gebruikt bij de uitwerking van de GSF-gedragscode voor jeugdclubs. In de GSFgedragscode worden alle waarden en normen voor ethisch verantwoorde jeugdsport gebundeld en geduid a.d.h.v. concrete acties en voorbeelden. De GSF-gedragscode wordt verderop in deze bijdrage uitgebreid toegelicht. De gedragscode werd ontwikkeld voor drie doelgroepen: lesgevers, ouders en deelnemers.
2. De GSF-gedragscode Het opstellen van een gedragscode is een eerste stap om aandacht te hebben voor de rechten van het kind in de sport. Een gedragscode stel je best op met een team van (club)medewerkers of vrijwilligers die de waarden en normen voor jouw (jeugd)club bundelt, uitdraagt naar alle leden, ouders en trainers en zorgt voor de naleving van de richtlijnen, zoals opgenomen in de code.
GSF stelde een gedragscode op voor deelnemers, lesgevers en ouders. Deze gedragscodes omvatten de waarden en normen waar GSF voor staat.
2.1 GSF-gedragscode voor lesgevers Respect & afspraken 1. Ik ben ruim op tijd aanwezig en verwittig het bestuur op tijd als ik afwezig zal zijn. Ik zoek mee naar een vervanger die mijn afwezigheid kan opvangen. 2. Ik respecteer alle deelnemers, ongeacht hun kwaliteiten, en hun ouders. 3. Ik maak goede en duidelijke afspraken met de deelnemers en de ouders. Plezierbeleving 4. Ik laat kinderen kind zijn door speelmogelijkheden aan te bieden. Plezier staat voorop. Fair play 5. Ik leer de kinderen omgaan met winst en verlies. 6. Ik ben een voorbeeld van fair play en straal dit ook uit. Ik ban discriminatie en geef iedereen een gelijke kans.
Waardering 7. Ik geef opbouwende feedback en complimenteer de kinderen als ze iets goed hebben gedaan. Ik geef geen spottende opmerkingen. Ik draag bij aan de ontwikkeling van het zelfvertrouwen van de kinderen. Veiligheid 8. Ik zorg voor een veilige sportomgeving en voorzie materiaal aangepast aan de leeftijd en de vaardigheid van de kinderen. 9. Ik zorg ervoor dat bedrog en (seksueel) misbruik niet plaatsvinden. 10. Ik maak duidelijk dat pesten niet kan. Ik ban alle vormen van agressie en geweld. Kwaliteit 11. Ik bied een degelijke sportles of training aan, aangepast aan de leeftijd van de kinderen, en blijf mijn vaardigheden bijscholen.
2.2 GSF-gedragscode voor ouders Respect & afspraken 1. Ik breng mijn kind op tijd naar de sportles. Ik verwittig tijdig indien mijn kind afwezig zal zijn. 2. Ik kom gemaakte afspraken na. 3. Ik ben verdraagzaam naar andere ouders en kinderen toe. 4. Ik toon respect voor de vrijwilligers en lesgevers. Plezierbeleving 5. Ik vind het belangrijk dat mijn kind plezier maakt tijdens het sporten. Ik dwing mijn kind niet om te presteren, maar moedig aan om zijn/haar sport te beoefenen. Fair play 6. Ik leer mijn kind omgaan met winst en verlies.
Waardering 7. Ik aanvaard dat mijn kind niet altijd de beste is, maar prijs hem als hij zijn best heeft gedaan. 8. Ik toon interesse in de sport van mijn kind en breng regelmatig een bezoek aan de training. 9. Ik waardeer de inzet van de vrijwilligers en lesgevers die de sportactiviteit van mijn kind mogelijk maken. Veiligheid 10. Ik zie er op toe dat mijn kind het nodige sportgerief bij zich heeft. 11. Ik toon respect voor het materiaal en de accommodatie. 12. Ik tolereer geen pestgedrag van mijn kind en reageer gepast op negatief gedrag.
2.3 GSF-gedragscode voor deelnemers Respect & afspraken 1. Ik tracht altijd tijdig aanwezig te zijn en verontschuldig me indien ik te laat ben. 2. Ik hou me aan gemaakte afspraken. 3. Ik respecteer de spelregels en het materiaal, mijn mede- en tegenstanders, de trainer en de accommodatie. 4. Ik zet me in tijdens de sportles. Ik help spontaan bij het klaarzetten en opruimen van het sportveld. 5. Ik blijf van andermans spullen af. Ik vraag of ik iets mag lenen.
Plezierbeleving 6. Ik kom naar de sportclub om plezier te maken en samen te sporten met de andere kinderen. Fair play 7. Ik speel het spel eerlijk en blijf sportief bij winst en verlies. Waardering 8. Ik bedank de trainer voor de leuke training. Veiligheid 9. Ik pest, discrimineer, bedrieg of misbruik niet. Ik ban alle vormen van agressie en geweld. 10. Ik heb steeds het nodige sportmateriaal bij.
3
3. Aan de slag met de GSF-gedragscode Kan je club zich vinden in onze gedragscode? Staat jouw club voor dezelfde waarden en normen als de Gezinssportfederatie? Laten we er dan meteen aan beginnen! Maak de GSF-gedragscode kenbaar aan je leden! Uiteraard ben je vrij om bepaalde richtlijnen aan te passen aan jouw clubwerking of kan je de code uitbreiden met bijkomende richtlijnen die van toepassing zijn op jouw (jeugd)sportclub.
Promotie voeren en de leden bewust maken van de gedragscode kan je op talrijke manieren doen. We geven je graag enkele voorbeelden en good practices mee: • Gebruik verschillende kanalen om de gedragscode bekend te maken. Communiceer de gedragscode via de website van je club, de club-nieuwsbrief, onthaalbrochure voor ouders en deelnemers, sociale media (o.a. Facebook of Twitter), flyer, affiches en spandoeken, een infomoment, … • Zet elke maand op je website of Facebook-pagina een andere gedragsregel in de kijker. • Werk een postercampagne uit. Je kan een algemene poster maken met een overzicht van de richtlijnen of ervoor kiezen om voor elke maand van het jaar een affiche te maken. Per maand belicht je een andere thema of focus je op een bepaalde richtlijn uit de gedragscode. De postercampagne kan je richten naar ouders en/of deelnemers. • Laat ouders en deelnemers de affiche ondertekenen.
4
• Je kan de ethische thema’s en richtlijnen verwerken in een jaarkalender. Voor elke maand maak je een mooie foto (met de clubleden, bestuur, lesgevers,…) die een ethisch verantwoord sportthema belicht. Elke foto wordt ondersteund door een richtlijn uit de gedragscode. • Bedruk gadgets met ethisch verantwoorde slogans voor deelnemers, ouders en lesgevers (vb. buttons, partijvestjes, textielstickers, bierviltjes voor in de cafetaria, …). Zo maak je duidelijk dat jouw club investeert in ethisch verantwoord sporten. • Verras je lesgevers met een T-shirt met leuke opdruk, vb. ‘100% GSF-lesgever’ of ‘I <3 fair play’. Hierna kan je een concreet actieplan terugvinden per doelgroep (lesgevers, ouders en deelnemers). In de eerste kolom vind je steeds het thema, in de tweede kolom een korte verwijzing naar de gedragscode en in de derde kolom mogelijke acties en tips die jouw club of lesgever kan uitwerken.
3.1 Gedragscodes voor lesgevers Thema
Respect en afspraken
Plezier beleving
Fair play
Waardering
Veiligheid
Kwaliteitsvol aanbod
Gedragscode voor lesgevers
Acties die de lesgever kan toepassen tijdens de sportles
• Maak in het begin van het seizoen/lessenreeks duidelijke afspraken met je collega- lesgevers. 1 Aanwezigheid • Maak een planning van overlegmomenten met het lesgeversteam. Maak tijdens elke vergadering een agenda op van vervangingen. • Duid eventueel een vaste vervanger aan. • Wees respectvol en verdraagzaam naar alle deelnemers en hun ouders toe, ongeacht culturele achtergrond, huidskleur, geloof of afkomst. 2 Respect • Benader alle deelnemers en ouders steeds correct. Veroordeel niet op basis van aan/ afwezigheden, kwaliteiten of beperkingen. • Hou voor aanvang van de eerste les een kort infomoment voor de deelnemers en Goede & duidelijke ouders, waarin je de afspraken toelicht en duidt (vb. Maak de afspraak dat ouders de 3 afspraken les niet onderbreken, maar geef hen de tijd en de mogelijkheid om op het einde van de les vragen te stellen.) • Las in elke les één of meerdere spelmomenten in. 4 Plezier voorop • Laat de deelnemers soms mee beslissen welke oefeningen er gegeven worden. • Vraag op het einde van de les of de deelnemers het leuk vonden. • Geef de sterke en minder sterke deelnemers evenveel speelkansen. Differentieer Omgaan met winst en zodat minder vaardige deelnemers ook de kans krijgen om winst te beleven. 5 verlies • Leer de deelnemers elkaar feliciteren omwille van hun inzet en goede acties, niet omwille van winst of verlies. Stel zelf het voor• Ban discriminatie en geef iedereen een gelijke kans. 6 beeld • Geef ten allen tijde het goede voorbeeld en maak duidelijk dat vals spelen niet kan. • Geef geen spottende opmerkingen. • Leer complimenteren: geef tijdens de les aan elke deelnemer een complimentje. • Laat niet toe dat de kinderen elkaar uitlachen, maar stimuleer dat ze elkaar compliPositieve feedback 7 menteren. & complimentjes • Organiseer een complimentjesdag. • Maak een complimentenmuur, een muur met namen/foto’s van al de deelnemers. Onder elke naam/foto kunnen positieve eigenschappen genoteerd worden. • Bespreek de mogelijke gevaren van bepaalde materialen op een vergadering. Gebruik enkel veilig en duurzaam materiaal. Wissel ideeën uit met de collega-lesgevers. 8 Veilige sportomgeving • Kijk regelmatig het materiaal na. Verwijder het materiaal als het niet meer veilig is. Werk preventief, maak de kinderen duidelijk wat ze wel en niet mogen doen. (vb. niet bijten in zwemplankjes, balletjes, …) • Stel iemand aan als vertrouwenspersoon. Maak via verschillende kanalen duidelijk wie deze persoon is en waarvoor je bij hem/haar terecht kan. Bedrog en (seksueel) • Bespreek met collega-lesgevers wat wel en niet kan op het vlak van lichame9 misbruik lijk of seksueel grensoverschrijdend gedrag in de sport. Een handig instrument is het vlaggensysteem van Sensoa en VSF. Dit pakket kan je gratis bestellen via www.ethicsandsport.com/nl/x/431/vlaggensysteem. • Reageer kordaat op alle vormen van ongewenst gedrag, pestgedrag, verbale of 10 Pesten en agressie fysieke agressie. Maak duidelijk aan de kinderen dat dit niet kan. • Geef steeds het goede voorbeeld naar de kinderen toe. • School regelmatig bij (www.gsf.be/opleidingen-bijscholingen). Neem deel aan de jaarlijkse sporttechnische bijscholingsdag van GSF in november in Antwerpen. 11 Kwaliteit & bijscholing • Informeer bij het begin van het sportjaar naar de beginsituatie van de deelnemers. Je kan per deelnemer een fiche aanmaken, waarin medische, motorische, sociale, cognitieve en andere belangrijke informatie bewaard wordt.
5
3.2 Gedragscodes voor ouders Gedragscode voor lesgevers
Thema
Respect en afspraken
Plezier beleving
Fair play
Waardering
1
Aanwezigheid
2
Afspraken nakomen
3
Verdraagzaamheid
4
Respect voor vrijwilligers
• Stimuleer de ouders om tijdig thuis te vertrekken, zodat de deelnemers op tijd in de sporthal of het zwembad zijn. • Maak de afspraak met de ouders om de lesgever of clubverantwoordelijke tijdig te verwittigen, telefonisch of per mail, als men niet aanwezig kan zijn. • Hou aanwezigheden bij met een kleurensysteem. Groen = op tijd, oranje = aanwezig maar te laat, rood = afwezig en niets laten weten, blanco = niet aanwezig maar wel laten weten. • Maak duidelijke afspraken met de ouders. Goede afspraken maken goede vrienden! • Communiceer de afspraken bondig en duidelijk, via verschillende kanalen (herhaling kan in dit geval geen kwaad). • Verwijs op het inschrijvingsformulier naar (de richtlijnen uit) de gedragscode en waar de gedragscode kan teruggevonden worden. • Ontwerp een onthaalbrochure voor de ouders waarin alle afspraken kort en bondig worden toegelicht. • Maak een website aan en hou de informatie up to date. Op de website kan je belangrijke meldingen snel communiceren. • Organiseer, buiten de sportlessen, ook activiteiten waar ouders elkaar kunnen leren kennen, vb. opendeurdag, toonmoment van de deelnemers, (sport)quiz, familiesportdag,… • Laat de ouders supporteren voor het hele team. Maak duidelijk dat de ouders andere kinderen en ouders mogen feliciteren met goede resultaten. • Maak duidelijk dat er in de club een open cultuur heerst. Als de ouders vragen hebben bij de aanpak van de lesgevers, kan dit steeds, na de les, besproken worden.
5
Plezier maken
• Maak duidelijk dat je een recreatieve club bent waar spelplezier voorop staat.
6
Omgaan met winst en verlies
• Beloon ouders die positief supporteren of sportief omgaan met de resultaten van hun kind en andere deelnemers (vb. elke supporter krijgt een button met een positieve boodschap: ‘Ik supporter fair!’ of ‘Fair play is de max!’) • Deel tijdens een les stickers (of andere gadgets) uit met positieve slogans.
7
Positief bekrachtigen
• Geef (positieve) feedback naar de ouders toe over de inzet van hun kind tijdens de sportles. Laat ouders zich fier voelen over de motivatie en vaardigheden van hun kind.
8
Interesse
• Spreek de ouders aan over de inzet van de kinderen. Informeer hen over het reilen en zeilen van de club via nieuwsbrieven, website, … • Organiseer een opendeurdag met toonmoment van de deelnemers. Probeer zoveel mogelijk ouders naar je club- of opendeurdag te laten komen. • Organiseer op het einde van de lessenreeks een gezinssportdag. Op deze dag gaan de ouders mee het water of de sporthal in. Op deze manier leren de ouders elkaar en de clubvrijwilligers beter kennen.
9
Inzet van vrijwilligers en lesgevers
10 Sportuitrusting
Veiligheid
Respect voor 11 materiaal en infrastructuur 12 Pesten en agressie
6
Acties, gericht naar de ouders, die de club/lesgever kan ondernemen
• Nodig de ouders uit om zelf, als vrijwilliger, een handje te komen helpen tijdens een activiteit (vb. wafelverkoop, eetfestijn, quiz, … ) • Maak duidelijk aan de ouders dat een degelijke sportuitrusting noodzakelijk is voor een veilig verloop van de les. • Maak een voorraad van tweedehandsmateriaal of materialen die niet meer passen (vb. zwemvliezen, …). Deelnemers waarvan de ouders de middelen niet hebben om hierin te voorzien of deelnemers die eigen materiaal zijn vergeten, kunnen hier gebruik van maken. • Kijk streng toe waar schoeisel moet uitgedaan worden om een ruimte te betreden. • Hang waar nodig een affiche op “Bedankt om deze ruimte netjes achter te laten”. • Maak de ouders duidelijk dat ze hun sigarettenpeuken in de daarvoor voorziene assenbakken moeten werpen. • Ontwerp een onthaalbrochure voor ouders waarin duidelijk vermeld staat dat pest gedrag niet getolereerd wordt en wat de gevolgen zijn.
3.3 Gedragscodes voor deelnemers Gedragscode voor lesgevers
Thema
Respect en afspraken
Plezier beleving
1
Aanwezigheid
2
Afspraken nakomen
3
Respect
4
Inzet
5
Respect voor materiaal (van anderen)
6
Plezier maken
Fair play
7
Omgaan met winst en verlies
Waardering
8
Dank je lesgever
9
Pesten en agressie
Veiligheid 10 Sportuitrusting
Acties, gericht naar de deelnemers, die de club/lesgever kan ondernemen • Last van laatkomers en afwezigen? Werk met een stempelkaart/stempelposter. Wanneer alle deelnemers op tijd naar de sportles komen (of verwittigd hebben dat ze niet of later zullen zijn wegens geldige reden), krijgen ze een stempel. Wanneer ze 10 stempels verzameld hebben, krijgen ze een gadget (vb. club-t-shirt, button met ethisch verantwoorde slogan op, ...) • Communiceer bij het begin van de lessenreeks duidelijk de afspraken die je maakt met de deelnemers. De mondelinge communicatie kan ondersteund worden door visuele communicatiemiddelen, vb. een poster met oplijsting van de afspraken (a.d.h.v. een tekening of cartoon). • Beloon deelnemers die zich aan de afspraken houden met een complimentje. • Spreek bij het begin van het sportjaar af hoe de deelnemers omgaan met materiaal en de accommodatie, met de lesgever, elkaar en de tegenstander. (vb. maak hen duidelijk dat er niet gelachen wordt met de prestaties van anderen.) • Laat een slogan, gebaseerd op de gedragscode, of een foto ondertekenen door de hele groep (vb. een foto waar kinderen elkaar de hand schudden). • Geef aan de kinderen duidelijke instructies hoe het materiaal moet klaargezet of opgeruimd worden. Ontwerp eventueel een plannetje van de zaal of opbergkast, waar alle materiaal schematisch staat weergegeven. Spreek af dat niemand de zaal mag verlaten voordat al het materiaal opgeruimd is. • Beloon een deelnemer die zich extra heeft ingezet met een ‘waarderingssticker’. Je kan (textiel)stickers laten aanmaken met leuke aanmoedigingen op (vb. ‘Jij verdient een dikke duim!’, ‘Bravo!’, ‘Een DIKKE merci!’,…) • Kijk erop toe dat elke deelnemer zorg draagt voor zijn eigen sportmateriaal en dat van anderen. Voorzie vaste opbergruimten voor materiaal. Verwacht van de deelnemers dat ze het materiaal steeds netjes op de juiste plaats opbergen. • Maak de deelnemers duidelijk dat ze in de eerste plaats komen sporten voor het plezier en niet om te winnen. • Creëer een open klimaat waarbij de deelnemers steeds bij de lesgever of clubverantwoordelijke terecht kunnen met vragen of opmerkingen. Stel zelf vragen aan de deelnemers (vb. ‘vond je de les leuk vandaag?’, ‘welke oefening vond je het leukst?’,…), hierdoor merken zij dat de lesgever open staat voor feedback. • Plaats een postbus of maak een mailadres aan waar de deelnemers feedback kunnen posten. • Geef een opmerking bij onsportief gedrag. Bespreek met de deelnemers bepaalde situaties waarin onsportief gedrag zich heeft voorgedaan en bespreek hoe zij hier beter hadden op kunnen reageren. Maak op voorhand duidelijk dat het om de inzet en goede acties draait en niet zozeer om wie wint of verliest. • Laat een partijvestje of t-shirt bedrukken met een ethisch verantwoorde slogan, vb. ‘Ik sport fair!’ of ‘Fair play! Iedereen doet mee’. Ontwerp eventueel zelf een originele slogan waarmee je de kinderen wil sensibiliseren. • Organiseer ‘de (h)eerlijke spelnamiddag’ voor de deelnemers (cfr. p. 8 voor meer info). • Speel het ganzenbordspel ‘I <3 fair play!’ met de deelnemers (cfr. p.4 voor meer info). Het ganzenbordspel kan je huren of aankopen in de GSF-webshop (www.gsf.be/webshop). • Deel een gadget uit (sticker, kaartje, …) en laat de deelnemers hierop een boodschap schrijven voor hun lesgever. Nadien mogen ze deze sticker op hun lesgever plakken of de kaartjes op een wasdraad omhoog hangen. • Tolereer geen pestgedrag (zowel verbaal als fysiek) bij de deelnemers. Reageer gepast. Geef een waarschuwing aan de deelnemer, spreek de ouders aan en tracht samen naar een gepaste oplossing te zoeken. Bij herhaaldelijk negatief gedrag kan de deelnemer in de club geweigerd worden. Communiceer de gevolgen van (herhaaldelijk) pestgedrag, zowel naar deelnemer als ouder. • Verwacht niet zonder meer dat elke deelnemer beschikt over gepast sportmateriaal en –kledij (vb. omwille van beperkte financiële middelen, onwetendheid over kwaliteitsvol sportmateriaal,...). Voorzie eventueel tweedehandsmateriaal en –kledij voor kansarme deelnemers, koop met de club sportmateriaal aan dat de deelnemers kunnen gebruiken of lenen tijdens de les, …
7
4. Concrete actie: de (h)eerlijke spelnamiddag De (h)eerlijke spelnamiddag is een speelse activiteit om de GSF-gedragscode in de jeugdsportclub extra in de kijker te zetten. Tijdens deze (h)eerlijke spelnamiddag wordt de gedragscode op speelse wijze via een ganzenbord aan de leden (en hun ouders) toegelicht. Wanneer je een (h)eerlijke spelnamiddag organiseert voor je jeugdleden, verdien je bovendien 10 extra punten in het jeugdsportproject ‘Van Basic tot Best’. Meer info over het jeugdsportproject vind je op www.gsf.be/van-basic-tot-best.
Spelregels Er wordt gestart met een korte speluitleg waarna lesgevers (en/of ouders) een groepje kinderen begeleiden. Het doel kan eruit bestaan om: 1. zo snel mogelijk het eindvakje te bereiken of 2. de volledige gedragscode te verzamelen. De groepen zijn om beurten aan zet. Een groepslid gooit met de dobbelsteen en zet vervolgens de groepspion een aantal vakjes vooruit (evenveel als het aantal gegooide ogen op de dobbelsteen). Er zijn vakjes met kleuren en vakjes met ganzen. Bij elke kleur hoort een opdracht. Wanneer de opdracht gelukt is, gaat de groep terug naar het spelbord. Hier krijgt de groep een deel van de gedragscode. Daarna wacht de groep haar beurt af om opnieuw met de dobbelsteen te gooien.
is met de opdracht, mag deze groep eerst gooien. Daarna is de aanmoedigende groep aan de beurt. Beide krijgen een strookje met een stuk van de gedragscode. Op vakjes met een gans moet de pion, afhankelijk van de achtergrondkleur, ‘x-aantal’ vakjes vooruit/ achteruit geplaatst worden: - gans op wit vakje: het aantal gegooide ogen vooruit - gans op geel vakje: 2 vakjes achteruit - gans op zwart vakje: 2 vakjes vooruit. Wanneer een groepje op of voorbij 63 komt of wanneer de strookjes van de gedragscode zijn uitgedeeld, stopt het spel. Er wordt een applaus gegeven voor elk groepje en alle strookjes worden samen op een groot plakbord gehangen zodat de gedragscode compleet is. Hang dit plakbord in je clublokaal, zo benadruk je ook nadien dat je club achter deze gedragscode staat.
Kleurlegende: • Komt de groep op een paars, donkerblauw of lichtblauw vakje, dan wordt er een speelkaart van de bijhorende kleur genomen en wordt de opdracht op deze speelkaart uitgevoerd (de begeleider/lesgever leest de opdracht voor). • Komt de groep op een groen vakje, dan schrijft de groep een naam van iemand van een andere groep op een groot bord. Hiernaast schrijft de groep een compliment/positieve eigenschap van deze persoon. Voor iemand een tweede compliment kan krijgen, moet iedereen van de groep één compliment gekregen hebben. • Komt de groep op een oranje vakje, dan gaat de groep een andere groep aanmoedigen tijdens een opdracht. Wanneer deze groep klaar
8
Wil je graag meer informatie of wil je meteen aan de slag met de (h)eerlijke spelnamiddag? Contacteer
[email protected] en wij sturen je alle nodige informatie toe.