Sport en Economie Arnhem, november 2012
Inhoud • • • • • •
Sport en economie als begrip Consumentenuitgaven aan sport Overheidsuitgaven aan sport Sport gerelateerde productie en toegevoegde waarde Werkgelegenheid in de sport Literatuuropgave
Sport en economie: een breed begrip (1/2) • In deze factsheet wordt een overzicht gegeven van (geldstromen binnen) dit brede domein. • Verschillende onderzoeken hebben verschillende uitgangspunten van het begrip “Sport en economie”: dit leidt tot verschillende cijfers in de verschillende onderzoeken
Consumentenuitgaven aan sport: schematische weergave op basis van onderzoeken Uitgaven aan sport door consumenten
Actieve sportbeoefening
Zichtbare uitgaven: o.a. lidmaatschapsgelden, uitgaven aan kleding en attributen
Passieve sportbeoefening*: live of via media volgen van sportwedstrijden
Onzichtbare uitgaven: o.a. kantine uitgaven, sportvakanties, kosten voor verzekeringen, kinderoppas
* In de satellietrekening sport spreekt men niet van passieve sportbeoefening maar van “bredere maatschappelijke belangstelling voor sport”. Hieronder schaart men bv. ook opbrengsten van sport in de media en het gokken op wedstrijden
Consumentenuitgaven aan sport Bron
Besteding aan*
Jaartal
Totale bevolking NL
Huishouden / p.p.
Rapportage sport 2010
Zichtbare actieve sportdeelname
2007
€ 3,3 miljard
€ 458,- (huishouden)
Rapportage sport 2010
Passieve sportdeelname, (amateur- en profsport)
2008/2009
-
€ 7,31 (per persoon per bezoek)
Rapportage Sport 2010
Passieve sportdeelname, (profsport)
2008/2009
-
€ 14,78 (per persoon per bezoek)
Satellietrekening Sport
Consumentenuitgaven totaal
2006
€ 6,8 miljard
-
Overheidsuitgaven aan sport: CBS Statline “Uitgaven aan cultuur, sport en recreatie” Uitgaven door de overheid aan ‘Sport Totaal’ tussen 2006 en 2010 SPORT TOTAAL Uitsplitsing: jaartallen
Totale overheid
Rijk
Provincies
gemeenten
Gemeenschap. regelingen
Bruto
netto
Bruto
netto
Bruto
netto
Bruto
netto
Bruto
Netto
2010
1627
1241
113
111
15
15
1499
1115
1
-
2009
1616
1226
113
111
14
14
1488
1101
0
-
2008
1491
1112
105
103
17
16
1369
993
0
-
2007
1383
1017
97
96
9
8
1276
912
0
-
2006
1370
1022
119
118
11
10
1241
895
0
0
• Verschil bruto/netto: de overheid genereert ook inkomsten (bruto – inkomsten = netto). Dit is voornamelijk te zien bij de gemeenten door bv. verhuur van sportaccommodaties.
• Sport Totaal bestaat uit: ‘Sportaccommodaties’, ‘Sportclubs en –raden’ en ‘Overige sport’. Op de volgende pagina wordt van het jaar 2010 de uitsplitsing weergegeven. Bron:
- CBS Statline, tabellen opgevraagd op 24-09-2012
Overheidsuitgaven aan sport: CBS Statline “Uitgaven aan cultuur, sport en recreatie” Uitgaven door de overheid aan Sport in 2010 JAAR: 2010 Uitsplitsing: uitgaven
Totale overheid
Rijk
Provincies
gemeenten
Gemeenschap. regelingen
Bruto
netto
Bruto
netto
Bruto
netto
Bruto
netto
Bruto
netto
Sportaccommodaties
1260
923
-
-
1
1
1258
922
1
-
Sportclubs en –raden
223
197
65
65
9
9
149
123
-
-
Overige sport
144
121
48
46
5
5
91
70
0
-
Sport totaal
1627
1241
113
111
15
15
1499
1115
1
-
• Verschil bruto/netto: de overheid genereert ook inkomsten (bruto – inkomsten = netto). Dit is voornamelijk te zien bij de gemeenten door bv. verhuur van sportaccommodaties.
Bron:
- CBS Statline, tabellen opgevraagd op 24-09-2012
Overheidsuitgaven aan sport volgens Satellietrekening sport • In de Satellietrekening Sport worden de overheidsuitgaven op 2,6 miljard euro geraamd. Dit rapport hanteert de ruimste definitie, meegenomen worden bv. ook kosten voor gymles op school en sportopleidingen (samen 1,2 miljard euro).
Sportgerelateerde productie en toegevoegde waarde (1/2) • Verschillende soorten producten: – Goederen: sportmaterialen, bouw van sportaccommodaties, sportvoeding, sportgerelateerde drukpers – commerciële diensten: handel, horeca, media/communicatie, vervoer – niet-commerciële diensten*: sportaanbod, gymlessen/sportopleidingen (overheid), exploitatie, sportgerelateerde gezondheidszorg
* Tot de niet-commerciële diensten worden ook diensten van bv. fitnesscentra en maneges gerekend, die wel een winstoogmerk hebben. Bron:
- CBS/HAN (2012) Satellietrekening Sport
Sportgerelateerde productie en toegevoegde waarde (2/2) A
Sportgerelateerde productie (€ en %)
% sport t.o.v. NL totaal
Toegevoegde waarde (€ en %)
% sport t.o.v. NL totaal
Goederen
€ 1,1 miljard (12%)
0,3%
€ 360 miljoen (8%)
0,3%
Commerciële diensten
€ 2,6 miljard (28%)
0,6%
€ 1,3 miljard (28%)
0,6%
Niet-commerciële diensten
€ 5,5 miljard (60%)
3,1%
€ 3 miljard (64%)
2,7%
B
Sportgerelateerde Toegevoegde waarde
Totaal NL
Goederen
8%
27%
Commerciële diensten
28%
50%
Niet-commerciële diensten
64%
23%
De niet-commerciële dienstverlening speelt een relatief grote rol in de sport, zoals te zien is in tabel A. In vergelijking met de totale Nederlandse economie (tabel B) is te zien dat de nietcommerciële dienstverlening in de sport een grotere rol speelt dan die in de totale Nederlandse economie. Bron:
- CBS/HAN (2012) Satellietrekening Sport
Werkgelegenheid in de Sport • Algemeen • Satellietrekening Sport: brede definitie – Onmogelijk om precieze werkgelegenheid in “Sport” te onderzoeken: een bedrijf produceert bijvoorbeeld sportproducten én niet-sportproducten.
• Rapportage Sport: – Onderscheid in sportclubs, maneges/sportscholen/zeilsurfscholen, exploitanten van sportaccommodaties, en fitnesscentra
• Policy Research Company: – Onderscheid in sportbonden/sportverenigingen, commerciële acticiviteiten m.b.t. sport, en overheid en sport.
Werkgelegenheid volgens Satellietrekening Sport • 130.000 mensen werkzaam in de sport • Grotere kans op meerdere banen p.p in Sport dan in overige Nederlandse economie • Sport kent relatief lage arbeidsproductiviteit: – € 49.000 per arbeidsjaar in Sport, t.o.v. – € 73.000 per arbeidsjaar in totale Nederlandse economie – Oorzaak: groot deel is werkzaam binnen bedrijfstakken met relatief lage toegevoegde waarde per arbeidsjaar.
Bron:
- CBS/HAN (2012) Satellietrekening Sport
Werkgelegenheid volgens Rapportage Sport Personeel in loondienst
Personeel niet in loondienst
Aantal personen in loondienst
Arbeidsvolume Absoluut (fte)
Arbeidsvolume absoluut (fte)
1. Amateursportclubs
12.970
3.710
580
2. Maneges, sportscholen, zeil- en surfscholen
6.230
2.790
4.040
3. Totaal 1 + 2 + betaald voetbal
21.500
8.550
4.500
4. Exploitanten van sportAccommodaties
17.590
8.720
1.850
5. fitnesscentra
26.300
11.600
-
Totaal 3 + 4 + 5
65.390
28.870
6.350
- Van alle amateursportclubs heeft 15% één of meerdere personen in loondienst.
Het gaat dan met name om veldvoetbal, golf, tennis, individuele zaalsport en veldsport. - Van de maneges, sportscholen, zeil- en surfscholen is dit 22%. Daarnaast heeft 90% van deze organisaties één of meerdere personen niet in loondienst. Dit betreft voor 96% de directeur/eigenaar.
Bron:
- CBS Statline, tabellen opgevraagd op 24-09-2012
Werkgelegenheid volgens Policy Research Corporation Sportverenigingen en sportclubs (in fte)
Commerciële activiteiten m.b.t. sport (in fte)
Overheid en sport (in fte)
BVO’s
3.200
Fitnesscentra
11.580
Gymleraren
12.300
Sportbonden
1.000
Particuliere sportaccomm.
11.420
Gemeentelijke sportaccomm.
8.650
NOC*NSF
135
Handel in sportuitrusting
7.188
Gezondheidszorg
3.244
Vervoer
7.040
Sportopleidingen
1.775
Maneges/zeil-/surfsport
2.530
Beleidsmedewerkers
1.035
Uitgevers
2.213
Politie-inzet (voetbal)
180
Tv/kabel
2.202
Overige sportgerelateerde handel*
2.114
Sportgerelateerde productie**
649
Totaal fte
46.936
Totaal fte
27.184
Totaal fte
3.580
* handel in fietsen, tv’s/radio’s en gedrukte media ** productie van fietsen, sportuitrusting en tv’s/radio’s
Bron:
- Policy Research Corporation, 2008
Literatuurlijst •
CBS / HAN (2012) Satellietrekening Sport: De bijdrage van sport aan de Nederlandse economie. Den Haag: Centraal Bureau voor de Statistiek
•
CBS Statline (2012) Overheid; uitgaven cultuur, sport en recreatie. Opgevraagd op 24-092012 van http://statline.cbs.nl/StatWeb/publication/?DM=SLNL&PA=70130ned&D1=4243,45-46,48-49,51-52&D2=a&D3=7-11&HDR=G1&STB=G2,T&VW=T
•
Policy Research Corporation (2008) De economische betekenis van sport.
•
SCP / W.J.H. Mulier Instituut (2008) Rapportage Sport 2008. Den Haag: Sociaal en Cultureel Planbureau
•
SCP / W.J.H. Mulier Instituut (2010) Sport: een leven lang; Rapportage Sport 2010. Den Haag: Sociaal en Cultureel Planbureau
•
Kenniscentrum Beroepsonderwijs Arbeidsmarkt (2011) Arbeidsmarktmonitor Sport 2011. Nijmegen: Kenniscentrum Beroepsonderwijs Arbeidsmarkt