Spitsbergen juni 2014 IJsberen Special
Spitsbergen Spitsbergen, het land van de middernachtzon, van sneeuw en ijs. Een ongerept land vol arctisch ‘wildlife’. Hier ben je getuige van enorme kolonies zeevogels die elkaar verdringen op de kliffen en kusten, van de spannende capriolen van walvissen op zee, en van speelse zeehonden en walrussen tussen de prachtig blauwe ijsschotsen. Maar natuurlijk ook van de ijsbeer die in deze witte wereld zijn dappere bestaan leidt.
Schip In juni 2014 hebben we de mogelijkheid om aan boord te gaan van de m/v Ortelius, een van de expeditieschepen van Oceanwide Expeditions, die 120 passagiers kan herbergen. Juni is voor de ijsbeer de beste maand. En we hebben de beste expeditieleider die we ons kunnen wensen: Rinie van Meurs. Als er iemand ijsberen kan spotten, dan is hij het wel. Geurt is al diverse keren met hem op reis geweest. Het schip is uitgerust met rubberen zodiacs waarmee landingen gemaakt worden, maar waarmee we ook langs de gletsjers kunnen cruisen.
Reistijd
Van 22- 30 juni 2014 (waarvan 8 dagen aan boord, 7 nachten)
Klimaat
In juni is het vrij zacht in Spitsbergen, de temperatuur ligt zo’n beetje tussen de 0 en de 12 graden.
Highlights - op zoek naar de ijsbeer - arctische fauna: walrus, walvis, poolvos, zeehonden, robben, rendieren, tientallen Arctische vogelsoorten - arctische landschappen vol pakijs en gletsjers - Füglesangen; kolonie kleine Alken (duizenden waar je gewoon tussen zit) - Liefdefjord / Monaco gletsjer - Middernachtzon, blijvend prachtig licht - Alkefjellet; Kolonie Dikbekzeekoeten op steile basaltklippen - Gevarieerd plantenleven, vergeet de macro niet! - Lezingen aan boord door professor Louis Beyens - Nederlandstalige begeleiding.
Kamers / prijzen De driesterren-kamers hebben allemaal een eigen badkamer met douche en toilet. Er zijn drie opties te boeken; - Quadruple Porthole (4 personen in een hut) 2.750 euro - Triple Porthole (3 personen in een hut) 3.350 euro - Twin Porthole (2 personen in een hut) 3.900 euro Prijzen kunnen nog onderhevig zijn aan schommelingen door variërende brandstofprijzen. De prijzen zijn exclusief de vlucht. Waarschijnlijk kunnen we vanaf Brussel naar Longyearbyen vliegen (hoofdstad Spitsbergen), wat gunstig is omdat wanneer je vanaf Amsterdam vliegt, je een nacht in Oslo moet overblijven (hotelovernachting) alvorens je verder kunt. Beschikbaarheid Er is niet veel beschikbaarheid meer. Voor een goede indruk van de beleving is hierna een artikel omtrent de Ware Wildernis van Spitsbergen opgenomen. Altijd al een keer naar Spitsbergen gewild om met verwondering de arctische wereld te beleven ? Dan is dit je kans!
Wil je mee? Geef je dan nu op via email:
[email protected]
Spitsbergen, de Ware Wildernis
Spitsbergen, de Ware Wildernis Door de gaten in de wolken valt het zonlicht in banen op de besneeuwde bergen die daardoor prachtig worden verlicht. De sneeuw heeft er een mooi zwart-wit patroon op aangebracht omdat ze maar deels is blijven liggen. Ik sta op het dek van het schip te genieten van de eindeloze, ongerepte schoonheid van Spitsbergen. Het is bijna windstil, waardoor de zwart-wit structuren in het zacht golvende water tot mooie vormen gespiegeld worden.
Wat later werpt het warme avondlicht even een oranje gloed mozaïek van pakijs. Als de zon dan op haar laagst is verdwijnt ook de warmere kleur en maakt plaats voor het bijzondere ‘nachtlicht’ dat de gehele zomer aan blijft. Pas in de winter zal het licht voor lange tijd doven, nu is het 24 uur per dag licht. Hier, op 81° noorderbreedte met de Noordpool als dichtstbijzijnde buurman, bepaalt de natuur het ritme van het leven. De mens kan zich slechts aanpassen.
Het is een adembenemend stuk natuur waar je stil van wordt.
Spitsbergen is de ware wildernis, een land zonder voetsporen. Hoewel… toch zie ik wel voetsporen; gelukkig niet van de mens maar van de ijsbeer die hier in dit landschap van pakijs zijn dappere bestaan (nog?) leidt. Ik voel me bevoorrecht deelgenoot te kunnen zijn van zijn witte wereld. Kauwend op een stuk robbenvlees dat hij tussen zijn poten stevig vasthoudt, ligt hij op het ijs.
De fauna van Spitsbergen heeft natuurlijk nog veel meer in huis naast ijsberen en walrussen; poolvossen, rendieren, diverse soorten robben en walvissen. De meest voorkomende walvissen zijn de Bultrug en de Minkwalvis. De Beluga houdt zich graag op in de fjorden. Daarnaast zijn er vele zeevogels die in het voorjaar op Spitsbergen
Krijsende Grote Burgemeesters houden hem gezelschap, hopend ook een stukje van de maaltijd te kunnen bemachtigen. De sneeuw is deels roodgekleurd door bloed, evenals de snuit van de ijsbeer. Een van de vogels wordt aan het lijntje gehouden; hij heeft zojuist een pees uit het dode dier getrokken waar hij mee weg wil vliegen, maar de pees wil niet loslaten. Ook de prachtig witte ivoormeeuw vliegt rond het sneeuwbuffet.
De gehele archipel Spitsbergen is een groot wildreservaat vol Arctisch ‘wildlife’. Deze status van reservaat heeft ze nu bijna 40 jaar en de bescherming heeft zijn vruchten afgeworpen. Ik heb me laten vertellen dat de populatie ijsberen een gezonde toename laat zien, evenals het aantal walrussen.
komen broeden. In de Hinlopenstraat ligt de Alkberg (Alkefjellet), een basaltklif van enkele kilometers lang waar naar schatting zo’n 100.000 Dikbekzeekoeten broeden. Ook andere zeevogels (Drieteenmeeuw en Papegaaiduiker) maken gebruik van deze reusachtige rots om hun kroost voort te brengen. Het is er een herrie van jewelste, vooral als de Grote Burgemeester er neerstrijkt op zoek naar een lekker eitje. De klif is gigantisch hoog, hier voel je de eigen nietigheid in deze immense natuur als je er in een zodiak onderlangs vaart. De basalt is zwart van kleur, maar door de uitwerpselen van al die vogels is het zwart verruild voor wit en roze. De Dikbekzeekoeten zitten tegen de steile klif aangedrukt op smalle richels om hun ei te leggen en uit te broeden. De expeditieleider vertelt ons over de dappere sprong van het kuiken in het diepe; de kuikens wagen de sprong naar zee van zo’n 100 meter hoog.
In het water zijn ze veilig, maar de weg naar het water is gevaarlijk, aan de voet van het klif zwerven poolvossen rond op zoek naar een ei of naar een ongelukkig kuiken dat uit het nest valt of bij de sprong de zee niet haalt. Een dier dat je hart steelt is de Walrus. Met zijn grappige platte neus en een bovenlip vol borstelachtige snorharen omringd door een dikke speknek vol rimpels is hij een lust voor het oog. Sociale dieren die, aan de littekens op de huid te zien, toch ook weleens ruzie hebben. Het is een nieuwsgierig dier dat je heel onderzoekend aankijkt met zijn kleine ogen, mits je hem heel voorzichtig benadert. Zo lag ik plat op mijn buik op het strand te kijken naar een groepje walrussen spelend in het water. Ze wentelden, duwden elkaar om met hun flippers of hielden elkaar daarmee vast, of ze dreven op hun rug zodat alleen de slagtanden en de neus boven water kwamen. Af en toe keken ze even onze kant op alsof ze wilden checken of wij nog wel keken. Op een gegeven moment kwam er eentje onze kant uit zwemmen en bleek dat ik op de eerste rij lag… hij kwam recht mijn lens in zwemmen. Het late licht scheen prachtig op zijn lijf en toen hij dichtbij was kwam zijn kop hoog het water uit. Hij keek heel nieuwsgierig in de lens… het roept emoties op als je zo ‘contact’ hebt met een wild dier, in die mate dat ik vergat om beelden te maken! Tja, de beleving is ook wat waard! Over de bijzondere fauna van Spitsbergen kun je een boek schrijven, maar vergeet de flora niet. Ondanks het koude klimaat is die namelijk zeker zo bijzonder, zo’n 170 verschillende arctische plantensoorten weten hier te overleven. De gemiddelde jaartemperatuur ligt onder de 0 graden. Net als andere arctische gebieden kent Spitsbergen ‘permafrost’. De bodem bevriest tot op grote diepte (zo’n 300 meter). Het gekke is dat de bevroren bodem zelfs in hun voordeel werkt. Zonder ‘permafrost’ zou de bodem namelijk uitdrogen, de vrieskou voorkomt dat het oppervlaktewater in de bodem wegzakt. Plantensoorten bieden kou en wind het hoofd door weinig eisen te stellen en ‘laag bij de grond’ te blijven. Bossen zijn er dan ook niet, kleine wilgen en de dwergberk zijn de enige ‘houtachtige’ soorten. Als we over de toendra wandelen komen we dan ook het kleurenpalet van deze sterke kleine soorten overal tegen. Lieflijke paarse polletjes ‘Purple Saxifraga’ geven het landschap kleur. Dit plantje heeft zich zodanig aangepast dat ze mag zeggen dat ze het meest Noordelijk groeiende plantje ter wereld is. Geelwitte bloemetjes van de ‘Svalbard Poppy’ en de ‘Arctic Mouse-ear’ bloeien stoer tussen de keien. De keien zelf zorgen voor oranje in het landschap; dieporanje korstmossen sieren het gesteente, waartussen af en toe wat frisgroen rendiermos de kop opsteekt.
En dan komt daar ineens het rendier zelf achter een heuvel tevoorschijn dat ons vanaf een afstandje nieuwsgierig opneemt. Een dier dat niet op afstand blijft is de Noordse Stern, blijkbaar ligt haar nest hier ergens op de toendra. Ze verdedigt het door ons nogal agressief aan te vallen waarbij je moet oppassen dat ze je niet werkelijk met haar snavel in je hoofd pikt. Verder wandelen met het statief boven ons hoofd is de oplossing, natuurlijk kijken we goed uit waar we onze voeten neer zetten, haar broedgebied respecterend. Ook de kleur blauw siert het Arctische landschap; het diepblauw van de gletsjer met haar steile ijswanden, met schuin afhangende puntige stukken die elke moment af kunnen breken van die machtige ijsrivier. Zo’n gletsjer is wel zo iets moois, daar word je stil van. Af en toe hoor je ergens hoger op de gletsjer het geluid van ‘onweer’ (alsof het dondert), knappend ijs dat voort wordt gestuwd richting de zee. Krijsende meeuwen vliegen voor de blauwe ijswand langs. En dan het oergeluid, de knal van het afkalvende ijs dat in zee dondert en het water daarbij hoog laat opspuiten. Dit oeroude landschap is door de natuur al miljoenen jaren gepolijst en geveild door de ijsrivieren. Spitsbergen, met alles wat erin leeft, vult je geest met bezinning en verwondering. Het is een land waar je van gaat houden.
Spitsbergen