Spelling op maat Kopieerbladen 7
Hoofdauteurs Ton van den Broek Gerard de Haan Eindredactie Marcia Schouten Auteurs Nynke Braaksma Bo Buijs Anneke Luijendijk Anita Middel Marcia Schouten Saskia Tromp-Lantman Cora Verhoeven Mascha Verhulst
Noordhoff Uitgevers
248711.indb 1
08/11/12 10:41 AM
Ontwerp binnenwerk: Aly Pepping, Thesinge Ontwerp omslag: Astrid van der Neut, Rotterdam Illustraties binnenwerk: Coen Hamelink, Utrecht: kopieerblad 1 (6, 7), 2 (7), 6 (1-4) Tseard van der Meulen, Hamburg, Duitsland: kopieerblad 22 (5) Yvonne Windhorst-Maaskant, Alphen a/d Rijn: alle spellingplaatjes Foto’s binnenwerk: Shutterstock, New York: kopieerblad 1 (1-5, 8), 2 (1-6, 8), 6 (5-8), 9, 17, 22 (1-4), 34, 41, 45
© 2012 Noordhoff Uitgevers bv, Groningen/Houten Behoudens de in of krachtens de Auteurswet van 1912 gestelde uitzonderingen mag niets uit deze uitgave worden verveelvoudigd, opgeslagen in een geautomatiseerd gegevensbestand of openbaar gemaakt, in enige vorm of op enige wijze, hetzij elektronisch, mechanisch, door fotokopieën, opnamen of enige andere manier, zonder voorafgaande schriftelijke toestemming van de uitgever. Voor zover het maken van reprografische verveelvoudigingen uit deze uitgave is toegestaan op grond van artikel 16h Auteurswet 1912 dient men de daarvoor verschuldigde vergoedingen te voldoen aan Stichting Reprorecht (postbus 3060, 2130 KB Hoofddorp, www.reprorecht.nl). Voor het overnemen van gedeelte(n) uit deze uitgave in bloemlezingen, readers en andere compilatiewerken (artikel 16 Auteurswet 1912) kan men zich wenden tot Stichting PRO (Stichting Publicatie- en Reproductierechten Organisatie, postbus 3060, 2130 KB Hoofddorp, www.stichting-pro.nl). Eerste uitgave, 2012 SISO 475.22 248711
248711.indb 2
08/11/12 10:41 AM
Inhoud
Klik op het kopieerbladnummer om naar het kopieerblad te gaan. Om terug te keren naar deze pagina, klik op het kopieerbladnummer. categorie
kopieerblad
circus
1
auto’s
2
gladheid
5
majesteit
5
politie
6
dirigent
6
chocolade
9, 10
Nederland
13, 14
thermometer
17, 18
bureau
21, 22
route
21, 22
telefonisch
25, 26
knieën
29, 30
café
33, 34
team
40, 41
spinnetje
44, 45
taxi
48, 49
aquarium
48, 49
W2
3, 4, 7, 8, 11, 12, 15, 16, 19, 20, 31, 32, 35, 36, 38, 39 3, 4, 11, 12, 19, 20, 31, 32, 36, 38, 39
W4
23, 24, 27, 28, 31, 32, 37, 38, 39
W5
42, 43, 46, 47, 50, 51 © Noordhoff Uitgevers bv
W3
De kopieerbladen met antwoorden staan op bladzijde 55-106.
Spelling op maat 7
248711.indb 3
08/11/12 10:41 AM
Kopieerblad
1
Naam circus
1
Schrijf de woorden op de goede regel. conclusie compliment provincie bacterie lucifer respect solliciteren officier combinatie eurocent recept crisis risico cirkel bioscoop citroen precies discussie
c klinkt als /s/
c klinkt als /k/
Schrijf de woorden op. c
3
s
k
…ement
a…tief
advo…aat
…ontra…t
viadu…t
…antoor
…nelweg
…ultuur
de…ember
vi…ite
ban…pas
pre…ies
di…tee
…ijfer
ta…tie…
…inas
…erel
…ollage
Schrijf het woord dat je ziet op. Let op de c!
de
de
de
de
de
de
de
de
© Noordhoff Uitgevers bv
2
Spelling op maat 7
248711.indb 4
08/11/12 10:41 AM
Kopieerblad
2
Naam auto’s
1
Schrijf het meervoud op. Zeg het woord.
2
Wat hoor je aan het eind?
Vul in.
één tosti
twee
één farao
enkele
één pizza
meer
één logee
een paar
één piano
enkele
één menu
drie
één dictee
veel
één duo
twee
één agenda
tien
Schrijf het meervoud in de goede rij. tante concert leerling villa toffee alibi collega pakket datum rijstwafel salto logo machine krokodil fruitteler hijskraan bloedneus alinea
’s
en
Schrijf het woord dat je ziet in het meervoud op.
de
de
de
de
de
de
de
de
© Noordhoff Uitgevers bv
3
s
Spelling op maat 7
248711.indb 5
08/11/12 10:42 AM
Kopieerblad
3 1
Naam
Werkwoorden
Werkwoorden
2
3
Vul in. zuchten (tt)
raden (tt)
beoefenen (tt)
geloven (vt)
leveren (vt)
straffen (vt)
ik ander meer
ik ander meer
2
Onderstreep het onderwerp en de persoonsvorm. Vul in. ik-vorm
erbij
Het circuspubliek lacht om de clown. Amber logeerde vaak op de camping. Fayrouz wordt naar school gebracht. De voetballers raakten geen enkele bal. Vera slaapt ongeveer acht uren per nacht. Hij maakte opmerkingen over mij. Jij vindt Rosa een opmerkelijk personage? Ik lust graag gebakken aardappels. Wij hoefden geen huiswerk te maken. De vrouw plakte kauwgom onder haar stoel.
3
Onderstreep het onderwerp en vul in.
Mijn moeder (houden – tt)
van kleren.
In de krant (staan – tt)
het nieuws.
Hidde (wachten)
gisteren op de bus.
Waarschijnlijk (bellen)
Ramon jou straks.
Iris (waarschuwen – vt) Ik (houden – tt)
van talentenjachten op de tv.
Gisteren (regenen) (zitten)
me.
© Noordhoff Uitgevers bv
ik-vorm
het in Zeeland. de kat nu voor het raam te miauwen?
De hond (drukken – vt)
zijn snuit tegen mij. Spelling op maat 7
248711.indb 6
08/11/12 10:43 AM
Kopieerblad
4 1
Naam
Werkwoorden
Werkwoorden
2
3
Vul in. heersen (tt)
schudden (tt)
plakken (tt)
draven (vt)
stoten (vt)
scheppen (vt)
ik ander meer
ik ander meer
3
Onderstreep en vul de persoonsvorm in. ik/ander/meer
Zojuist (dweilen)
mijn moeder het huis.
ik/ander/meer
Volgende week (zwemmen)
ik/ander/meer
Straks (worden)
ik/ander/meer
Gelukkig (beginnen)
ik/ander/meer
Wij (twijfelen – vt)
ik/ander/meer
Bij het ontbijt (drinken – tt)
ik/ander/meer
Hij (verwachten – vt)
ik/ander/meer
De meisjes (durven – vt)
niet alleen over straat.
ik/ander/meer
Waarom (worden)
ik rood als ik Joep zie?
ik/ander/meer
Gisteren (schoppen)
ik in de zee. de winnaar bekendgemaakt. de vakantie morgen. niet aan je verhaal. ik altijd sap. een voldoende.
jullie mij keihard.
Onderstreep de tijd en het onderwerp en vul de persoonsvorm in. tt/vt
De cabaretier (vermaken)
tt/vt
Kijk! De pijlen (leiden)
tt/vt
De auto van mijn vader (starten)
tt/vt
De luchtballon (landen)
tt/vt
Vincent van Gogh (leven)
tt/vt
Met de zaklamp (verlichten)
tt/vt
De meester (gooien)
tt/vt
Het (lukken)
tt/vt
De bejaarde man (wandelen)
tt/vt
Wij (betalen)
het publiek gisteren. naar de ingang van het gebouw. vanmorgen niet. straks in het weiland. van 1853 tot 1890. de inbreker nu de kamer. zo een krijtje door het lokaal. afgelopen winter niet om te schaatsen.
© Noordhoff Uitgevers bv
2
gister op de snelweg. zojuist te weinig voor de broodjes.
Spelling op maat 7
248711.indb 7
08/11/12 10:43 AM
Kopieerblad
5
Naam gladheid
1
majesteit
Schrijf de woorden op de goede regel. gezelligheid activiteit elektriciteit muzikaliteit voorzichtigheid aanwezigheid verliefdheid actualiteit eenzaamheid mogelijkheid populariteit specialiteit hoeveelheid brutaliteit kwaliteit veiligheid gezondheid originaliteit
Schrijf de woorden op. heid
3
teit
afwezig…
nationali…
waar…
bijzonder…
universi…
reali…
publici…
vuilig…
moeilijk…
nieuwsgierig…
eeuwig…
dankbaar…
creativi…
verkoud…
wijs…
majes…
net…
behulpzaam…
laf…
kwanti…
Schrijf de woorden goed op. lijk vro heid
ze ker on heid
teit stom mi
dui heid de lijk
ta li bru teit
heid lig zel ge
ti vi teit spor
ori gi teit na li
teit spon ni ta
nig heid klei
li teit rea
kun heid dig des
ti vi fes teit
lijk mo ge heid
fa li ci teit
ge gen le heid
© Noordhoff Uitgevers bv
2
Spelling op maat 7
248711.indb 8
08/11/12 10:43 AM
Kopieerblad
6
Naam dirigent
2
3
Kruis aan en schrijf het woord op.
de traditie
de
de relatie
de
de vitamine
de
de scriptie
de
de positie
de
de piste
de
de informatie
de
de conditie
de
Maak woorden op tie. opera
organisa
vakan
presenta
tradi
instan
garan
sollicita
arresta
combina
imita
presta
inspec
illustra
noti
adverten
Schrijf het woord dat je ziet op. Let op de i die klinkt als /ie/!
de
de
de
de
de
de
de
de
© Noordhoff Uitgevers bv
1
politie
Spelling op maat 7
248711.indb 9
08/11/12 10:43 AM
Kopieerblad
7 1
2
Werkwoorden
2
Naam
Vul de persoonsvorm tt in. melden
luisteren
heten
jij
jij
jij
jij
jij
jij
je broer
je vriendje
je vader
knikken
schrijven
vechten
jij
jij
jij
jij
jij
jij
je oma
je zusje
het kind
Onderstreep het onderwerp en de persoonsvorm. Verander daarna de volgorde van het onderwerp en de persoonsvorm. Je rijdt hard.
R¶ÿÎdŸ jœefl ◊hχaŸñrχdŸ?
Jij bindt de hond vast. Je zus raadt het getal. Jij verbindt mijn voet. Je oom redt de kat. Jij biedt 50 euro voor de fiets. Jij brandt je vingers. Jij rijdt met mij mee. Je tante griezelt van slangen. Je kijkt liever op de buienradar.
3
Onderstreep het onderwerp en streep de foute persoonsvorm door. Beloof / Belooft je vriendin op tijd te komen? Heb / Hebt jij wel eens een onvoldoende gekregen? Onthoud / Onthoudt jij die Engelse woordjes wel? © Noordhoff Uitgevers bv
Nies / Niest je nichtje drie keer achter elkaar? Begin / Begint je schoolfeest al om zeven uur? Ren / Rent jij vijf kilometer in een uur? Loop / Loopt je moeder elke dag drie uur? Kijk / Kijkt je vader elke week naar de voetbalwedstrijd? Geloof / Gelooft je de weersvoorspellingen? Ga / Gaat jij dit weekend naar de Efteling? Spelling op maat 7
248711.indb 10
08/11/12 10:43 AM
Kopieerblad
8 1
Werkwoorden
2
Naam
Onderstreep het onderwerp en de persoonsvorm. Verander daarna de volgorde van het onderwerp en de persoonsvorm. Jij rekent die som goed uit. Jij voert ons konijn elke dag. Je tante vindt dat lied mooi. Je moeder loopt naar school. Je stopt voor het verkeerslicht. Je zusje zwemt vaak in zee. Je morst op de grond. Je loopt even met mij mee. Jij vindt het werkstuk goed.
2
Onderstreep het onderwerp en streep de foute persoonsvorm door. Werk / Werkt je vader ook ‘s nachts? Vind / Vindt je hem ook zo leuk? Braad / Braadt je oven het vlees wel mooi bruin? Sein / Seint je met je nieuwe zaklamp? Schrijf / Schrijft je juf een briefje aan je moeder? Heb / Hebt jij je best gedaan? Loop / Loopt je zo hard om de bus te halen? Beantwoord / Beantwoordt jij die brief vandaag nog? Maak / Maakt je vriend zijn huiswerk vanavond? Onderstreep het onderwerp en vul de persoonsvorm tt in. (vinden)
je broer dat wel leuk?
(bieden)
jij evenveel als de ander?
Hoe (verzenden) (houden) (lopen) Hoe lang (breien) Wanneer (laten) Wie (vermoeden)
jij je sms’jes? je meer van vis? je opa ook naar de winkel? je tante over een sok? jij de hond uit? je dat er gewonnen heeft?
(werken)
jij net zo hard als ik?
(branden)
je kachel wel goed?
© Noordhoff Uitgevers bv
3
Spelling op maat 7
248711.indb 11
08/11/12 10:43 AM
Kopieerblad
9
Naam chocolade
1
Schrijf het woord op. Zeg het woord.
Je hoort /sj/, maar schrijft:
Schrijf op.
de
de
de
de Onderstreep de woorden waarin de ch klinkt als /sj/ en schrijf ze op. sjouwen gletsjer
3
charmant
parachute
chantage
champagne
marcheren
bruidsjurk
chef
lunch
sjofel
affiche
sjabloon chagrijnig
losjes
besjes
cheffin
chirurg
Vul in. chirurg
chips
champignons
Tijdens de De
hachee
eet ik altijd twee boterhammen. opereert elke dag minstens één patiënt.
Julia houdt niet van De
broche
op haar pizza. van de winkel zegt wat het personeel moet doen.
Als het aan mij ligt, eet ik elke avond een zak Die saus van stukjes vlees, uien en kruiden heet: Mijn oma draagt altijd een zilveren
© Noordhoff Uitgevers bv
2
op haar blouse.
Spelling op maat 7
248711.indb 12
08/11/12 10:43 AM
Kopieerblad
10
Naam chocolade
1
Schrijf het woord op. Zeg het woord. de
Je hoort /sj/, maar schrijft:
auffeur
Schrijf op. de
ic de man het fi
het
ocomel
de
de
ili
de
de
3
e
de
de
mar
2
et
eren antage
de
Maak woorden met een ch die klinkt als /sj/. zoute …ips
gekke …impansee
pure …ocolade
briljante …irurg
gouden bro…e
rode para…ute
groot affi…e
handige ma…ine
aardige …ef
dure …ampagne
hete …ili
witte …ampignon
lekkere ha…ee
snelle …auffeur
Welk woord hoort erbij? capuchon chips machinist wasmachine rechercheur chic lunch chagrijnig manchet
Iemand die bij de recherche werkt. Dunne, gefrituurde schijfjes aardappel. Apparaat waarmee je kleding wast. © Noordhoff Uitgevers bv
Iets is mooi en duur. Maaltijd tussen de middag. In een slecht humeur zijn. Bestuurder van een trein. Het boord aan een mouw. Muts die aan een jas of trui vastzit.
Spelling op maat 7
248711.indb 13
08/11/12 10:44 AM
Kopieerblad
11 1
Werkwoorden
Werkwoorden
2
3
Naam
Vul in. hele werkwoord
persoonsvorm tt
hele werkwoord
persoonsvorm vt
opbiechten
ik
afmaken
jij
uitoefenen
ik
wij lezen voor
aanpassen
wij
hij meldde aan
ik bel op uitlachen
wij
goedkeuren
ik
afgaan
ik
meedelen
hij
uitladen
hij
wij gooiden weg
wij wachten af
2
wij veegden af
neerzakken
ik
Onderstreep het onderwerp en vul in. ik-vorm Hij (opwinden – tt)
zich hierover
Het bestuur (opheffen – tt)
het verbod
De politie (uitloven – vt)
een beloning
Wij (uitkijken – tt)
naar de vakantie.
Hij (voorlezen – tt)
hem een verhaaltje
Hoe (opsturen – vt)
jullie dit
Die afspraak (uitkomen – tt)
goed
Waardoor (instorten – vt)
het pand
De supporters (uitdagen – vt)
?
hem
Onderstreep het onderwerp en vul de persoonsvorm in. Mijn droom (uitkomen – tt) Hij (aanmelden – vt) Wanneer (afmaken – tt)
nu zich
voor de schoolkrant. jij je huiswerk
De schrijver (aanbieden – tt)
zijn boek
Ik (aanzetten – vt) Hij (uitlachen – vt) Demi (aanwijzen – tt) De meester (goedkeuren – vt) Ik (uitoefenen – tt) Wanneer (meedelen – tt)
?
de computer me gewoon in mijn gezicht Spanje
! op de kaart.
ons voorstel
© Noordhoff Uitgevers bv
3
?
mijn functie al tien jaar je hem het slechte nieuws
?
Spelling op maat 7
248711.indb 14
08/11/12 10:44 AM
Kopieerblad
12 1
Werkwoorden
2
3
Naam
Vul in. hele werkwoord persoonsvorm tt
hele werkwoord
persoonsvorm vt
weglopen
ik
goedmaken
ik
nakijken
jij
terugspelen
jij
wij doen mee
wij zwaaiden uit
vastbinden
jij
opknappen
jij
aangeven
ik
opwachten
ik
wij blazen op
2
Werkwoorden
wij leefden mee
aansteken
hij
doorreizen
hij
omrijden
jij
afbranden
het
Onderstreep het onderwerp en vul in. ik-vorm Deze toets (meetellen – tt)
niet
Mijn vader (uitschudden – tt)
de dekens
Hard (aanbellen – vt)
de collectant
Onze buurman (wegjagen – tt)
katten
Ik (overtrekken – tt)
deze driehoek
Na de rel (opstappen – vt)
de minister
De zeeleeuw (aanvallen – tt)
het meisje
Goed, ik (meespelen – tt) Onderstreep het onderwerp en vul de persoonsvorm in. Ik (terugvinden – tt)
mijn tas
De trainer (uitleggen – vt)
de tactiek
Ik (aanbieden – tt) De agent (aanhouden – tt) Paul (weglopen – tt) Hij (opwachten – vt)
je
aan zijn spelers. om met mij mee te rijden.
de fietser zonder licht zomaar mij na schooltijd
Mijn zus (afstuderen – vt) (afvragen – tt) Wie (samenstellen – vt) (opdrinken – tt)
van huis.
in juni jij je zoiets nooit
?
dat programma
?
je je koffie
?
© Noordhoff Uitgevers bv
3
met jullie
Spelling op maat 7
248711.indb 15
08/11/12 10:44 AM
Kopieerblad
13
Naam Nederland
1
Onderstreep de woorden die je met een hoofdletter schrijft en schrijf ze goed op. noorwegen vanmorgen rembrandt
2
utrecht
italiaans
romeins
maas
januari
westkust
alpen
speeltuin
efteling
nicole
kerkweg
zeeland
tennisclub
achternaam
achmed
De hoofdletters ontbreken. Schrijf de zinnen goed op. mijn huisarts heet astrid vleer.
het belgische elftal verblijft in brussel.
mehmet kijkt naar de boten op de rijn.
griekenland ligt in het zuiden van europa.
het eiland texel is een waddeneiland.
sint-maarten wordt niet in heel nederland gevierd.
3
Geef antwoord op de vragen. Denk aan de hoofdletters! Hoe heet je juf of meester? © Noordhoff Uitgevers bv
In welke straat woon je? In welke plaats woon je? Welke taal of talen spreek jij? Naar welk tv-programma kijk jij? Wat is jouw favoriete land? Naar welke winkel ga je graag? Wat is je favoriete feestdag? Spelling op maat 7
248711.indb 16
08/11/12 10:44 AM
Kopieerblad
14
Naam Nederland
1
Schrijf de woorden in de goede rij. China
Nieuwjaar
Amerikaans mijn kat Tijger
Bevrijdingsdag
oom Willem
2
Vaderdag
Jason de Groot
eigennamen
prinses Maxima Veldweg 1
Eindhoven
Chanoeka
aardrijkskundige namen
namen van feestdagen
Onderstreep de woorden die je met een hoofdletter schrijft. het eiland sicilië hoort ook bij italië. met pasen gaan we wandelen in de ardennen. columbus ontdekte niet indië, maar amerika. sla linksaf bij de kerkweg, dan kom je bij de vermeerlaan. in bijna elke plaats is wel een albert heijn. het ijsselmeer ligt in het noorden van nederland. nick en simone hebben zin in kerstmis.
3
Schrijf goede p plek. j de kaart met de hoofdletters op p de g
samir benasker bosweg 33a 8600 ab sneek
© Noordhoff Uitgevers bv
hoi samir, ik ben nu op tenerife. dat is een canarisch eiland. het ligt vlakbij afrika. na kerstmis ben ik weer thuis. tot snel. groetjes van martijn
Spelling op maat 7
248711.indb 17
08/11/12 10:44 AM
Kopieerblad
15 1
Werkwoorden
2
Naam
Vul in. willen
kunnen
hebben
zijn
mogen
zullen
ik jij ander meer
ik jij ander meer
2
Onderstreep de persoonsvorm en schrijf het hele werkwoord op. Vanaf morgen zal ik altijd mijn huiswerk maken. Gelukkig ben ik al naar school geweest. Mijn moeder is blij met haar nieuwe fiets. Heb je een bedelaar wel eens geld gegeven? Kan jij heel goed schaatsen? Mag jij vuurwerk afsteken? Daarvoor zal je binnen moeten kijken. Het meisje mag zaterdag naar de disco. Mijn zusje kan haar veters al strikken! Onderstreep het onderwerp en vul de persoonsvorm tt in. Samen (zijn) De dokter (hebben) Hij (willen) Mijn zusje (mogen) Jij (zijn) Waar (kunnen) (willen) Waar (hebben) Jullie (mogen)
we in het park geweest. de man onderzocht. een pleister op de wond plakken. laat naar bed. al heel vroeg wakker. hij de plakband vinden? jij niet eerst even douchen?
© Noordhoff Uitgevers bv
3
jij de koekjes verstopt? straks tekenen.
Spelling op maat 7
248711.indb 18
08/11/12 10:44 AM
Kopieerblad
16
Werkwoorden
2
Naam
Vul de tegenwoordige tijd in. puffen
vissen
schaven
begroeten
genieten
vrezen
grinniken
zweten
opletten
controleren
ontwerpen
trappen
strijden
zuchten
drinken
bonzen
verdoven
sluiten
inrichten
eisen
mompelen
ik ander meer
ik ander meer
ik ander meer
ik ander meer
ik ander meer
ik ander
ik ander meer
© Noordhoff Uitgevers bv
meer
Spelling op maat 7
248711.indb 19
08/11/12 10:44 AM
Kopieerblad
17
Naam thermometer
1
Schrijf het woord op. Zeg het woord.
Je hoort /t/, maar schrijft:
Schrijf op.
het
het
de
de
2
t of th? Schrijf het woord in de goede rij. erapeut stop eken me ode egenstander afellaken ermoskan disco eek erugkeren fruit eler uiskomen magne ron mara on
t
Vul in. Drenthe
theorie
therapie
theelepels
Het
thermostaat
thema
van het feest is: piraten.
Heb je de hunebedden in
wel eens gezien?
Ik heb het koud! Wil je de
hoger zetten?
Mijn vader is geslaagd voor het Waar zijn alle Pascal krijgt
-examen.
© Noordhoff Uitgevers bv
3
th
gebleven? om zijn woede te leren beheersen. Spelling op maat 7
248711.indb 20
08/11/12 10:44 AM
Kopieerblad
18
Naam thermometer
1
Kruis aan en schrijf het woord op.
Thailand de therapie
de
thuisblijven de tegenstelling
de
Liesbeth de bibliotheek
de
het theezakje
het
Athene
2
Schrijf de woorden op. = th z = t uiskomst
ans
verzicaal
eezakje
zemperatuur
kriziek
kaedraal
zegelijk
meode
ermosfles
eater
boekzitel
apoeker
kaoliek
kanzoor
Vul in: th of t. Schrijf het woord dan helemaal op. Ik meet mijn temperatuur met de In het recept staat: voeg 3 Eet niet Het
ermometer.
eelepels suiker toe.
eveel snoep! Straks krijg je buikpijn. © Noordhoff Uitgevers bv
3
zelefoon
ema van dit boek is: liefde.
De hoofdstad van Dren
e is: Assen.
Je vindt alle informatie in dat ar Wist je niet dat
ikel.
ailand in Azië ligt?
Hij is meer van de praktijk, dan van de Ik lever mijn recept in bij de apo
eorie.
eek.
Spelling op maat 7
248711.indb 21
08/11/12 10:45 AM
Kopieerblad
19 1
Naam
Werkwoorden
Werkwoorden
2
3
Onderstreep het onderwerp en de persoonsvorm en vul in. ik-vorm
erbij
De muzikant speelde op zijn trompet. De zebra’s vluchtten voor de leeuw. De gids leidt de groep rond. Startte de motor niet? Wat praatten die jongens druk! Ik help mama als papa er niet is. Het vliegtuig uit Praag landt zo meteen. Onthoud je dat telefoonnummer wel?
2
Onderstreep het onderwerp en vul in. ik-vorm Revi (braden – tt) De oude mevrouw (wonen – vt) Hij (betalen – vt) Ik (glijden – tt) Die dingen (onthouden – tt) Sarah en ik (kletsen – vt) Hoe (verzinnen – tt) Jij (vragen – tt) Het (sneeuwen)
daar. de kaartjes voor de film. snel van de glijbaan. mijn broer. veel. hij dat allemaal? haar binnen voor thee. vorige week.
Onderstreep en vul de persoonsvorm in. ik/ander/meer
De politie (rijden – tt)
soms met zwaailichten.
ik/ander/meer
Wij (wennen – vt)
ik/ander/meer
De voetballers (vrezen – vt)
ik/ander/meer
De oude man (horen – tt)
niet zo goed meer.
ik/ander/meer
Het meisje (wachten – vt)
bij de bushalte.
ik/ander/meer
(rekenen – tt)
ik/ander/meer
De jongens (vernielen – vt)
ik/ander/meer
Ik (snappen – vt)
de vraag niet zo goed.
ik/ander/meer
Jij (scheuren – tt)
het blaadje doormidden.
ik/ander/meer
(schuifelen – vt)
snel aan die auto. de tegenstander.
jij de sommen uit? de fiets.
© Noordhoff Uitgevers bv
3
het vlees lekker bruin.
de koeien dichterbij? Spelling op maat 7
248711.indb 22
08/11/12 10:45 AM
Kopieerblad
20
Naam
Werkwoorden
Werkwoorden
2
3
Vul in. controleren (tt)
rillen (vt)
voeren (tt)
verzorgen (tt)
zwaaien (tt)
strelen (vt)
zorgen (vt)
halen (tt)
leggen (vt)
raden (vt)
fietsen (tt)
stoppen (tt)
ontploffen (vt)
lakken (vt)
steppen (tt)
scheiden (vt)
melden (tt)
vouwen (vt)
terugzetten (vt)
afhaken (tt)
opletten (vt)
ik ander meer
ik ander meer
ik ander meer
ik ander meer
ik ander meer
ik ander
ik ander meer
© Noordhoff Uitgevers bv
meer
Spelling op maat 7
248711.indb 23
08/11/12 10:45 AM
Kopieerblad
21
Naam bureau
1
2
route
Kruis aan en schrijf het woord op.
het niveau
het
de douche
de
het bureau
het
het plateau
het
de journalist
de
het parcours
het
het cadeau
het
de patrouille
de
Schrijf de woorden op. oe
ou
Ik zong één c…plet van het lied over k…ien. B…illon vindt ze lekkerder dan s…p. Elke t…rist koopt hier een s…venir. De kok maakt m…s van de c…rgettes. De man zonder ret…rtje kreeg een b…te. Ze is niet enth…siast over dat t…stel. Juf kocht die bl…se in een kleine b…tiek. Die c…reur rijdt wel erg r…keloos. Welk woord hoort erbij? cadeau
coupon coulisse douane route goulash toupet journaal bureau souvenir niveau routine
weg
pruik
geschenk
vleesgerecht
nieuws
kwaliteit
ervaring
bon
aandenken
grensbewaking
schrijftafel
toneel
© Noordhoff Uitgevers bv
3
Spelling op maat 7
248711.indb 24
08/11/12 10:45 AM
Kopieerblad
22
Naam bureau
1
route
Schrijf het woord op. Zeg het woord.
Kruis aan.
Schrijf op.
het
de
de
het
de
2
Maak de woorden los en schrijf ze op. patrouilleretourplateau routeragoutcoupon parcoursniveaujournaal souvenircadeaucoulisse goulashtoupetcouplet blousebureaubouillon
3
Vul in. Een plateau waar je kaas op legt, heet een Een retourtje voor de trein, is een © Noordhoff Uitgevers bv
De route die je kunt wandelen, is een Het bureau van de politie, noem je het Bouillon van vlees, is Een douche die buiten is, heet een Een plant waar courgettes aan groeien, is een Een bakje waar je ragout in doet, is een De winkel waar je een cadeau koopt, heet een Spelling op maat 7
248711.indb 25
08/11/12 10:45 AM
Kopieerblad
23 1
Werkwoorden
4
Naam
Vul de persoonsvorm vt in. springen
vliegen
bedenken
moeten
sluipen
wijzen
ik ander meer
ik ander meer
3
Onderstreep en vul de persoonsvorm vt in. ik/ander/meer
Lotte (krijgen)
op haar verjaardag een cd.
ik/ander/meer
In de vakantie (lezen)
ik/ander/meer
Wij (genieten)
ik/ander/meer
Het meisje (worden)
gevraagd om auditie te doen.
ik/ander/meer
Ik (ontbijten)
graag met yoghurt en muesli.
ik/ander/meer
We (zitten)
ik/ander/meer
De jongens (schrikken)
ik/ander/meer
Pieter (uitglijden)
ik/ander/meer
Die uitspraak (klinken)
ik/ander/meer
Wij (houden)
Matthijs vier boeken. van het warme bubbelbad.
op de grond te eten in de vakantie. van de ontploffing over een bananenschil. als discriminatie. niet van dat reclamespotje.
Onderstreep het onderwerp en vul de persoonsvorm vt in. Rosa en Nadja (zitten)
graag op bed tv te kijken.
In die wedstrijd (zwemmen)
Roel een nationaal record.
Bert (slaan)
met een harde klap op de knop.
Waarom (liegen)
Anne en Max over dat verhaal?
Olga (springen) Abdel en Marnix (eten) Op hun verjaardag (genieten) Mirjam (ontvangen) Geleidelijk (oplopen) (gaan)
een gat in de lucht van blijdschap. hun bord helemaal leeg. ze samen van de taart. elke zondag zakgeld.
© Noordhoff Uitgevers bv
2
de temperatuur in het lokaal Fleur op haar fiets naar België?
Spelling op maat 7
248711.indb 26
08/11/12 10:46 AM
Kopieerblad
24 1
Werkwoorden
4
Naam
Vul de persoonsvorm vt in. nemen
beginnen
eten
sluipen
wijzen
verslaan
ik ander meer
ik ander meer
2
Onderstreep het onderwerp en vul de persoonsvorm vt in. Haar vriendinnen (geven)
Sarah een brownie.
Harald (worden)
op handen gedragen door zijn team.
Fenny (vechten)
tijdens het leren tegen de slaap.
De kakkerlakken (kruipen) Astrid (zijn)
de aanvoerder van het team.
In die wedstrijd (breken)
Wesley zijn enkel.
Na die mislukking (laten)
al zijn vrienden hem in de steek.
Vorige week (verliezen)
mijn club met 2-0 van Heracles.
Na die lange reis (duiken) Peter (geven)
3
onder mijn bed.
we meteen in het zwembad. het meisje een kus.
Onderstreep het onderwerp en de persoonsvorm. Schrijf de persoonsvorm vt achter de zin. Nederland wint alle wedstrijden, behalve de finale. De kinderen zwemmen in het kanaal. Wat vind je van die opmerking? © Noordhoff Uitgevers bv
Zij komen nog maar net op tijd. Er valt een stilte na die opmerking. Hij schrijft het antwoord stiekem in zijn hand. Het rotsblok valt op een geparkeerde auto. Hij helpt de dame met haar zware koffer. Zie je dat sommige beelden zijn omgevallen? We gaan deze taart samen opeten. Spelling op maat 7
248711.indb 27
08/11/12 10:46 AM
Kopieerblad
25
Naam telefonisch
1
Kruis aan en schrijf het woord op.
pessimistisch televisies tropisch democratisch Russisch allergisch prestaties grafisch
2
Schrijf de woorden op. ies
isch
Pas op! Dat spul is chem… Een kasteel is een histor… gebouw. Het team leverde prima prestat… Het verkeer in de spits is chaot… Na de uitzending kreeg ze veel react… Ik vond de clown helemaal niet kom… Het einde van de film is heel romant… De slagboom gaat automat… omhoog. Vul een woord op isch of ische in. België
Mijn tante is gek op
toerist
In de zomer is Valkenburg heel
techniek
De site werkt niet door
humor
Vind jij die komiek
elastiek
Een
alfabet
De boeken staan in
optimist
Farid is altijd erg
Australië
Een kangoeroe is een
bonbons.
problemen. ? broek zit erg comfortabel. volgorde.
© Noordhoff Uitgevers bv
3
dier.
Spelling op maat 7
248711.indb 28
08/11/12 10:46 AM
Kopieerblad
26
Naam telefonisch
1
Onderstreep het woord op isch(e) en schrijf het op. De band speelt altijd weer fantastisch. Dat optreden verliep dramatisch. Het Russische meisje woont hier net. De club kreeg een elektronisch scorebord. De scooter is motorisch helemaal in orde. Medisch gezien is dat niet verstandig. De economische belangen zijn groot. De jongen heeft last van chronische pijn. De meester kijkt de toets kritisch na. Wat vond jij van dat acrobatische nummer?
3
Maak woorden op isch. telefoon
vegetariër
elektriciteit
logica
praktijk
magie
kritiek
Arabië
Siberië
atleet
fantasie
drama
gigant
democratie
historie
België
Vul een woord op isch of ische in. ritme
een
geluid
biologie
een
zeep
Rusland
een
bontmuts
chaos
een
mens
tropen
een
storm
strategie
een
zet
allergie
een
reactie
archeologie
een
onderzoek
Bosnië
een
meisje
keramiek
een
vaas
© Noordhoff Uitgevers bv
2
Spelling op maat 7
248711.indb 29
08/11/12 10:46 AM
Kopieerblad
27 1
Werkwoorden
4
Naam
Vul de persoonsvorm vt in. ik/ander
meer
krijgen zullen smelten weten verzinnen werpen schrijven mogen schieten knijpen
3
Onderstreep en vul de persoonsvorm vt in. ik/ander/meer
Je (kunnen)
mijn fiets wel lenen.
ik/ander/meer
Eefje (snijden)
ik/ander/meer
Aan wie (gaan)
jullie dat vertellen?
ik/ander/meer
Hij (besterven)
het bijna van de schrik.
ik/ander/meer
Ik (moeten)
ik/ander/meer
Elk jaar (krijgen)
ik/ander/meer
Na drie uur (hebben)
ik/ander/meer
Ik (wegen)
ik/ander/meer
Hoe laat (zullen)
de paprika in kleine stukjes.
hier voorzichtig lopen. de boom er een jaarring bij. zij het beiden opgegeven. minder dan Bart-Jan. we naar huis gaan?
Onderstreep het onderwerp en vul de persoonsvorm vt in. Het schip (varen) De oude vrouw (bidden) Wij (zwerven) Ik (bieden) Wij (schuilen) De mannen (schelden)
de haven uit. haar zoon voorzichtig te zijn. door de bossen. de jarige een bloemetje aan. voor de regen onder een afdak. naar elkaar.
Moedig (begeven)
de agent zich te water.
De inbrekers (begraven)
de sieraden in het bos.
De zon (verschuilen)
zich achter de wolken.
© Noordhoff Uitgevers bv
2
Spelling op maat 7
248711.indb 30
08/11/12 10:46 AM
Kopieerblad
28 1
Werkwoorden
4
Naam
Vul de persoonsvorm vt in. ik/ander
meer
bijten bedriegen staan helpen springen spijten smelten wrijven varen
2
Onderstreep het onderwerp en vul de persoonsvorm vt in. Wij (graven) Ik (vermijden) Zijn opmerking (bederven) De honden (jagen) Priscilla (hangen) De cijfers (blijken) (bidden) Gisteren (stijgen) De kinderen (vertrekken)
3
op het strand een diepe kuil. altijd dergelijke moeilijkheden. mijn hele avond. de vogels op. de handdoek aan de haak. nu een stuk hoger. hij in de moskee of in de kerk? de temperatuur wel vijf graden. weer als eerste.
Onderstreep het onderwerp en de persoonsvorm. Schrijf de persoonsvorm vt achter de zin. De fietsers schuilen voor het onweer. Hij schijnt goed te kunnen voetballen. © Noordhoff Uitgevers bv
Verwijt jij hem dat ongeluk? Dat meisje draagt een leuk truitje. Hij verbergt het geld in een kluisje. Er mag niemand meer bij van de brandweer. We schuiven de sneeuw in de sloot. Wordt groep 7a eerste bij dit spel? De weddenschap geldt allang niet meer. Spelling op maat 7
248711.indb 31
08/11/12 10:46 AM
Kopieerblad
29
Naam knieën
1
2
Onderstreep het stukje waar de klemtoon op valt. Schrijf het meervoud op en op. neurie
strategie
theorie
assurantie
kolonie
categorie
amfibie
bacterie
allergie
calorie
braderie
provincie
idee
epidemie
porie
ceremonie
olie
trofee
Schrijf het meervoud op de goede regel. melodie slee drie fantasie porie kopie olie zee idee ree ceremonie epidemie knie kolonie bacterie allergie theorie assurantie
ën
trema + n
3
Vul een woord in het meervoud in. ree
calorie
categorie
assurantie
twee
braderie
Een snoepkraam vind je op alle
provincie
amfibie
kolonie
in het land.
Ons land is verdeeld in twaalf Dieren die op het land en in water leven, noem je: Weet jij hoeveel Indonesië en Suriname waren
er in een plak ontbijtkoek zitten? van Nederland.
Een moeilijk woord voor verzekeringen is: In welke Zullen we dit jaar met z’n
© Noordhoff Uitgevers bv
De jagers schoten op de vluchtende
zullen we die films indelen? op vakantie gaan? Spelling op maat 7
248711.indb 32
08/11/12 10:46 AM
Kopieerblad
30
Naam knieën
1
2
3
Onderstreep het stukje waar de klemtoon op valt. Schrijf het meervoud op en op. provincie
brasserie
galerie
fantasie
drie
bacterie
zee
allergie
orchidee
wee
trofee
parfumerie
assurantie
kolonie
kopie
drie
Vul het meervoud in. fantasie
Zij heeft mooie
bacterie
Deze zeep doodt alle
categorie
Ken je de verschillende
orchidee
In de tuin bloeien prachtige
olie
Van die noten maken ze heerlijke
kolonie
Had Frankrijk vroeger ook
moskee
In Amsterdam staan meerdere
strategie
Bij dit spel zijn er verschillende
calorie
In een plakje ontbijtkoek zitten weinig
?
?
Vul het meervoud in. bijenkorf brasserie fietsenrek ceremonie attractie kledingwinkel twee melodie schoorsteen
Mijn moeder durft in de Efteling niet in alle
Zullen we vandaag met zijn Je mag je fiets niet buiten de Het orkest speelt bekende In alle Door de storm zijn er
iets leuks doen? zetten. uit films. kun je een broodje kaas eten. van het dak gewaaid.
© Noordhoff Uitgevers bv
De werkbijen vliegen af en aan naar de
Bij een huwelijk horen een aantal In deze straat zitten veel dezelfde soort Spelling op maat 7
248711.indb 33
08/11/12 10:46 AM
Kopieerblad
31 1
Werkwoorden
Werkwoorden
Werkwoorden
2
3
4
Naam
Onderstreep het onderwerp en vul de tegenwoordige tijd in. ik-vorm Hij (zich schamen)
voor zijn gedrag.
Het kind (zich snijden)
aan scherp papier.
Wij (zich voelen)
niet zo lekker.
(zich opgeven)
jij
voor de wedstrijd?
De juf (zich verbazen)
echt.
(zich scheren)
je broer
(zich afvragen)
jij
al? dat ook
?
Die mensen (zich bemoeien)
met mij.
Papa (zich herinneren)
niets.
(zich wassen)
3
nooit met zeep?
Onderstreep en vul de persoonsvorm vt in. ik/ander/meer
De man (zich wijden)
aan het schrijven.
ik/ander/meer
Wij (zich vermaken)
ik/ander/meer
Ik (zich afvragen)
ik/ander/meer
(zich ergeren)
ik/ander/meer
Wij (zich melden)
ik/ander/meer
Deze week (zich voelen)
ik/ander/meer
Hoe (zich scheren)
jullie
ik/ander/meer
(zich verslapen)
jij
ik/ander/meer
Ik (zich herinneren)
in het circus. waarom het gebeurde. jij
aan die rommel? aan de balie. ik
goed. ? wel eens? die dag nog.
Onderstreep het onderwerp en vul de persoonsvorm in. Wij (zich vergissen – vt)
in de datum.
Het meisje (zich schamen – vt)
voor de opmerking.
Ik (zich verwonden – tt)
bij het timmerwerk.
Jullie (zich uitsloven – tt)
enorm
Hij (zich verslikken – vt) Waarom (zich opmaken – tt)
in een hete vleeskroket. je zus
Mijn moeder (zich stoten – vt) (zich verbranden – tt)
zo zwaar
?
aan de kastdeur. je
© Noordhoff Uitgevers bv
2
jij
aan de hete ovenschaal?
Spelling op maat 7
248711.indb 34
08/11/12 10:46 AM
Kopieerblad
32 1
Werkwoorden
Werkwoorden
Werkwoorden
2
3
4
Naam
Onderstreep het onderwerp en vul in. ik-vorm De klas (oefenen – tt)
met werkwoorden.
De banketbakkers (maken – vt)
taarten.
De meester (beoordelen – tt)
het werk.
Hani (zich irriteren – tt)
enorm.
We (luisteren – vt)
niet naar de radio.
(nemen – tt)
jij de trein van 9.52 uur?
Ik (wachten – vt)
een kwartier op jullie.
Peter (kunnen – tt)
niet goed dansen.
(willen – tt)
je me even helpen?
Mama (genezen – tt)
3
Onderstreep en vul de persoonsvorm vt in. ik/ander/meer
Ik (luisteren)
niet naar de uitleg.
ik/ander/meer
In het centrum (zien)
ik/ander/meer
Je (schrijven)
ik/ander/meer
Soms (twijfelen)
Amy aan haar antwoord.
ik/ander/meer
Gisteren (gaan)
ik met Marian naar de bioscoop.
ik/ander/meer
(doen)
ik/ander/meer
De vriendinnen (winkelen)
ik/ander/meer
De jongens (voetballen)
ik/ander/meer
De rechters (bestuderen)
we een leuk huis. toch wel netjes?
je vanmiddag boodschappen? in Amsterdam. in het park. de foto.
Onderstreep het onderwerp en vul de persoonsvorm in. Inge (geven) Hij (vinden – tt) Een dag terug (duiken) Ik (kopen)
volgende week vrijdag een feestje. de broek niet mooi. Charissa nog mee. morgen een cadeautje voor Erik.
Wij (kiezen)
toen de verkeerde.
Bianca (betreden)
zojuist het podium
Kees (lopen) Jullie (moeten) De scheidsrechter (fluiten)
een minuut geleden naar de kassa.
© Noordhoff Uitgevers bv
2
van een verkoudheid.
nu naar de juf luisteren. vorige keer ook zo slecht. Spelling op maat 7
248711.indb 35
08/11/12 10:46 AM
Kopieerblad
33
Naam café
1
Schrijf de woorden in de goede rij. café
populair ordinair trottoir canapé dressoir coupé militair reservoir miljonair peignoir privé
air
2
oir
é
Vul in. meubilair saté miljonair spectaculair premier toilet biscuit brancard boulevard privé failliet
Een ander woord voor minister-president is: Jakkes, hij doopt zijn
in de thee.
Die winkel moet sluiten, omdat de eigenaar
is.
De prestaties die hij levert op het WK, zijn Het
in het vakantiehuisje is wat ouderwets.
De patiënt wordt op de
het ziekenhuis binnengebracht.
Ik kan elke dag wel
en patat eten!
Aan de
in Scheveningen liggen veel winkeltjes.
Als je netjes wilt spreken, zeg je geen wc maar Dit is een De
3
zaak. Niemand heeft daar iets mee te maken. heeft twee huizen in het buitenland.
Welk woord hoort erbij?
wc
voetpad
aandenken
geliefd
drinkfles
ochtendjas
avondmaaltijd
middel
bank
pinnetje
lage kast
heldere soep
© Noordhoff Uitgevers bv
souvenir populair taille canapé bidon bouillon punaise peignoir dressoir toilet trottoir diner
Spelling op maat 7
248711.indb 36
08/11/12 10:46 AM
Kopieerblad
34
Naam café
2
In elk samengesteld woord staat een Frans leenwoord. Schrijf het leenwoord op. danscafé
bouillonblokje
satésaus
wespentaille
waterreservoir
privégesprek
souvenirwinkel
dossierkast
bidonhouder
dinerbon
trottoirband
beroepsmilitair
tuinmeubilair
tv-dressoir
wegrestaurant
multimiljonair
Schrijf de woorden op. ill
3
air
oir
é
peign…
spectacul…
portefeu…e
milit…
coup…
fou…eren
priv…
dress…
meda…e
popul…
fa…iet
sat…
ordin…
reserv…
trott…
bou…on
Schrijf het Franse leenwoord dat je ziet op.
de
het
de
het
de
de
© Noordhoff Uitgevers bv
1
Spelling op maat 7
248711.indb 37
08/11/12 10:46 AM
Kopieerblad
35
Werkwoorden
2
Naam
Vul in de tegenwoordige tijd in. zagen
vertrekken
bouwen
passen
collecteren
snappen
zweten
overhoren
schaven
zenden
laten
wassen
wandelen
vieren
wieden
lusten
repareren
draaien
glijden
sluiten
schrijven
ik ander meer
ik ander meer
ik ander meer
ik ander meer
ik ander meer
ik ander
ik ander meer
© Noordhoff Uitgevers bv
meer
Spelling op maat 7
248711.indb 38
08/11/12 10:47 AM
Kopieerblad
36 1
Naam
Werkwoorden
Werkwoorden
2
3
Onderstreep het onderwerp en de persoonsvorm. Vul in. ik-vorm
erbij
Hoe heet u? Welke talen spreekt die jongen? Anton en Rob studeerden aan de universiteit. Haar man werkte bij een bank. Hij verliest al zijn geld met gokken. Zend jij hem voor een boodschap? Hij verlaat het gebouw en gaat naar huis. De dames fronsten hun wenkbrauwen. Bloedt je broertje nog steeds?
3
Onderstreep en vul de persoonsvorm vt in. ik/ander/meer
Ik (strelen)
de konijnen over hun kopjes.
ik/ander/meer
De juf (glimlachen)
ik/ander/meer
De planten (bloeien)
ik/ander/meer
Hij (bederven)
toen mijn feestje.
ik/ander/meer
Toen (winnen)
we ook niet.
ik/ander/meer
Hij (bedanken)
je met een afscheidslied.
ik/ander/meer
Wij (vertonen)
ons nooit.
ik/ander/meer
Het (bestaan)
ik/ander/meer
Ik (knijpen)
naar de meisjes. vorig jaar zo mooi.
al veel langer. hem veel te hard in zijn bil.
Onderstreep het onderwerp en vul de persoonsvorm in. Mama (doorlezen – tt) (bidden – tt) Anouk (steken – vt)
de bijsluiter van het medicijn goed je elke dag voor het eten? met haar honden de weg over.
Het (vriezen)
eergisteren nog harder.
Wij (hebben – vt) Ik (zich afdrogen – tt)
niets te verliezen. goed
(stoppen – tt)
je zusje met ballet?
Ik (zich opwinden – tt)
omdat hij zo laat is.
De hond (begraven – vt)
© Noordhoff Uitgevers bv
2
de kluif in de tuin.
Spelling op maat 7
248711.indb 39
08/11/12 10:47 AM
Kopieerblad
37 1
Werkwoorden
4
Naam
Vul in de verleden tijd in. stinken
zwerven
zoeken
blazen
geven
helpen
ik ander meer
ik ander meer
3
Onderstreep en vul de persoonsvorm vt in. ik/ander/meer
Mijn vader (prijzen)
ik/ander/meer
Vorig uur (afkijken)
ik/ander/meer
Ik (weten)
ik/ander/meer
De jongens (begraven)
ik/ander/meer
De les (beginnen)
ik/ander/meer
Waarom (vermijden)
ik/ander/meer
Wij (bezoeken)
ik/ander/meer
Ik (afvragen)
ik/ander/meer
De boot (varen)
ik/ander/meer
De kinderen (zitten)
mij om mijn mooie cijfers. ik nog best al veel van Egypte. de schat. om 9.00 uur. je haar? gisteren de bioscoop. me
hoeveel je er goed had. een uur terug door de sluis. in de gymzaal.
Onderstreep het onderwerp en vul de persoonsvorm vt in. Ik (overwegen) Wij (slapen)
toen ook op te stappen. daar vorig jaar ook.
De dief (stelen)
toen ook nog haar brommer.
Papa (scheren)
zich vroeger elke dag.
U (slaan) Je (ruiken) Jullie (vlechten) De sneeuw (smelten) De poes (spinnen) (liggen)
toch per ongeluk die vaas omver? nog de stank van het vuur. mooie kransen. bijna onmiddellijk.
© Noordhoff Uitgevers bv
2
en genoot van de zon. jij al langer dan een uur te slapen?
Spelling op maat 7
248711.indb 40
08/11/12 10:47 AM
Kopieerblad
38 1
Werkwoorden
Werkwoorden
Werkwoorden
2
3
4
Naam
Onderstreep het onderwerp en de persoonsvorm in de zin. Kruis de juiste vakjes aan. tt
vt
ik
ander
meer
Verraadt je broer ons plan? Pestte die jongen jou steeds? Dat antwoord wisten wij al! Het water druipt uit zijn kleren. Ik sloot me aan bij zijn mening. Zij trekken hun pyjama aan. Jullie ontvingen een brief van de dokter. De tijger verslindt het hertje.
2
Onderstreep het onderwerp en de persoonsvorm. Schrijf de persoonsvorm vt achter de zin. Jan belt zijn oma elke zondagmiddag op. Wij nemen aan dat het klopte. Die avond verschuilt hij zich. Hij bevindt zich in vreemd gezelschap. Jullie brengen de zalf dagelijks aan. In het weekend dansen we in de discotheek. Mirjam pakt een zak appels en een komkommer. Ik verlies elke week wel een keer mijn sleutels. Vul in. tegenwoordige tijd
verleden tijd
letten
hij
hij
voelen
hij
hij
fietsen
hij
hij
verbieden
hij
hij
springen
hij
hij
rusten
hij
hij
rijgen
hij
hij
knikken
hij
hij
landen
hij
hij
© Noordhoff Uitgevers bv
3
Spelling op maat 7
248711.indb 41
08/11/12 10:47 AM
Kopieerblad
39 1
Werkwoorden
Werkwoorden
Werkwoorden
2
3
4
Naam
Onderstreep het onderwerp en de persoonsvorm. Vul in. ik-vorm
erbij
De juf duldt geen herrie in de les. Hoe red je je daar uit? Ik benijd hem niet met al dat werk. Er wordt beweerd dat we vrij zijn. Bereidde jij de spreekbeurt goed voor? Jij onderhoudt de tuin zelf. Gister beweerde hij dit ook. Op advies zendt hij het met de post. Waarom vermoedden jullie dat? Maandag begeleidden zij het koor.
3
Onderstreep en vul de persoonsvorm tt in. ik/ander/meer
Ik (rijden)
altijd voorzichtig in de stad.
ik/ander/meer
Het fruit (bederven)
op de fruitschaal.
ik/ander/meer
Vanavond (strijden)
ik om de eerste prijs.
ik/ander/meer
Waarom (verhuizen)
ik/ander/meer
(houden)
ik/ander/meer
Haar tante (beloven)
hun een verrassing.
ik/ander/meer
De stenen (plonzen)
in het water.
ik/ander/meer
(onthouden)
jij zijn adres?
ik/ander/meer
Wij (uitstappen)
jullie klas morgen? je moeder van appeltaart?
bij de volgende halte.
Onderstreep het onderwerp en vul de persoonsvorm vt in. De kinderen (beven) Om 11.00 uur (aankomen) Mijn broer (inschrijven) Hij (zeggen)
van angst. ik zich
op Utrecht Centraal. voor een cursus Spaans. dat hij haar niets had gedaan.
De leerlingen (suffen)
onder de les.
Het (gonzen)
van de geruchten.
Verlegen (vragen)
Jesse om een glas water.
De lijster (voeden)
haar jongen met wormen.
Zij (innemen)
© Noordhoff Uitgevers bv
2
iedere dag een lepel hoestdrank Spelling op maat 7
248711.indb 42
08/11/12 10:47 AM
Kopieerblad
40
Naam team
1
Vul in. Zeg het woord.
Je hoort:
Je schrijft:
Schrijf het woord op.
de tank
de
de speech
de
de tandem
de
safe de game
de
de keeper
de
de snack
de
fleece
2
3
de race
de
de flat
de
Er zijn één of twee letters weg. Schrijf de Engelse leenwoorden op. blocno…
w…kend
interv…w
handi…ap
…lub
ra…en
com…ter
fl…t
sc…nner
j…p
ra...ket
servi…
sc…ter
so…p
b…minton
sti…er
j…ns
skateb…rd
Welk woord hoort erbij?
punt maken
muziekgroep
spijkerbroek
oefenen
spel
fiets
televisieserie
trui
wedstrijd
tenten
schrijfblok
doelman
© Noordhoff Uitgevers bv
trainen keeper match blocnote scoren band mountainbike camping sweatshirt jeans game soap
Spelling op maat 7
248711.indb 43
08/11/12 10:47 AM
Kopieerblad
41
Naam team
1
Vul in. Zeg het woord.
Je hoort:
Je schrijft:
Schrijf het Engelse leenwoord op. de
de
de
de
de
de
3
In elk samengesteld woord staat een Engels leenwoord. Schrijf het leenwoord op. teamsport
voetbalclub
computermuis
fotoscanner
vruchtencake
televisieshow
tennistrainer
autosticker
watertank
jongensband
snackwagen
flatgebouw
Vul in. skateboard
cockpit
tandem
service
goalball
fleece
camping
is een balsport voor mensen met een visuele handicap. Dat meisje kan coole trucjes doen met haar De winkel is wat duurder, maar de Is jouw vest van Op die Ik mocht laatst in de Met een
is daar erg goed. of van katoen gemaakt?
© Noordhoff Uitgevers bv
2
kunnen wel honderd tenten staan. kijken van de piloot. kun je lekker hard fietsen. Spelling op maat 7
248711.indb 44
08/11/12 10:47 AM
Kopieerblad
42 1
2
Werkwoorden
5
Naam
Vul in. verleden tijd
voltooid deelwoord
zeggen
de buren
de buren hebben
blazen
de kat
de kat heeft
redden
de agent
de agent heeft
luiden
de klokken
de klokken hebben
rijden
de fietser
de fietser heeft
raken
de pijlen
de pijlen hebben
bidden
het kind
het kind heeft
kiezen
de meisjes
de meisjes hebben
Schrijf het voltooid deelwoord in de goede rij. melden krijgen vinden branden testen bukken vergoeden verzamelen lijden snoepen zitten blijven wieden verpakken oppassen vliegen bevrijden werken
eindigt op d
3
eindigt op t
eindigt op en
Onderstreep het onderwerp en de persoonsvorm. Vul het voltooid deelwoord in. De minister heeft over zijn verleden (liegen) Heb jij mijn laptop van de tafel (pakken)
? © Noordhoff Uitgevers bv
Donny is kwaad naar huis (fietsen) Gelukkig zijn mijn ouders tegen inbraak (verzekeren) Op het feest van Erwin hebben we uren (dansen) De hond van de buren heeft mij (bijten) Die dikke spin is over mijn boek (kruipen) Jim heeft een steengoed smoesje (verzinnen) Het vliegtuig is na een korte vertraging (landen) Spelling op maat 7
248711.indb 45
08/11/12 10:48 AM
Kopieerblad
43 1
Werkwoorden
5
Naam
Schrijf het voltooid deelwoord op. ik heb/ben …
2
3
ik heb/ben …
zingen
tekenen
noemen
branden
ruiken
schatten
bepalen
voetballen
herkennen
zwemmen
huren
sorteren
raden
vragen
publiceren
lozen
Vul in. verleden tijd
voltooid deelwoord
nemen
wij
wij hebben
hakken
de man
hij heeft
liegen
de meisjes
zij hebben
zwemmen
oma
zij heeft
opletten
papa
hij heeft
zuchten
de tuinman
hij heeft
boffen
ik
ik heb
drinken
de zieke
zij heeft
mompelen
de juf
zij heeft
Onderstreep het onderwerp en de persoonsvorm. Vul het voltooid deelwoord in. Hij had de getallen keurig (afronden) Onze provincie werd in april 1945 (bevrijden) © Noordhoff Uitgevers bv
De minister werd door niemand (herkennen) Inmiddels waren alle vakantiespullen (inpakken) Ali en Peter hebben de trein net (missen) In een pannetje hebben we de maïs (poffen) Het kampioensteam werd urenlang (toejuichen) De tentharingen waren helemaal (verroesten) Het licht werd door de spiegel (weerkaatsen) Spelling op maat 7
248711.indb 46
08/11/12 10:48 AM
Kopieerblad
44
Naam spinnetje
1
Schrijf de verkleinwoorden op de goede regel. agenda kassa ketting leuning koning paraplu buiging stro schema schutting sluiting oma menu auto afbeelding beloning la stalling
fotootje
woninkje
2
3
Maak de woorden ‘groot’. opaatje
studiootje
verrassinkje
verdiepinkje
campinkje
zebraatje
puddinkje
pandaatje
accuutje
kanootje
gorillaatje
dicteetje
palinkje
vertellinkje
fotootje
slaatje
radiootje
bestellinkje
Vul het verkleinwoord in. vlo
stalling
slee
haring
individu
Er is een
scheiding
beloning
cola
buiging
voor de mooiste pony.
Ik zet mijn fiets veilig in het
De zangeres maakt na het concert een De jongens trekken elk een
over het ijs.
Mijn vader eet elke dag een zout Ieder
heeft zijn eigen mening.
© Noordhoff Uitgevers bv
Sarah bestelt twee sinas en een
Volgens mij heeft onze kat last van De peuter heeft een kaarsrecht
in zijn haar.
Spelling op maat 7
248711.indb 47
08/11/12 10:48 AM
Kopieerblad
45
Naam spinnetje
1
2
Schrijf de verkleinwoorden op.
het
het
het
het
het
het
het
het
Maak verkleinwoorden en schrijf ze in de goede rij. beloning wang kring iglo chocola bestelling vervalsing nijptang pinda leerling haring slee kilo wandeling scheiding slang jojo berging
fotootje
3
woninkje
ringetje
Maak verkleinwoorden van de onderstreepte woorden. Ik ben al lang abonnee van dat stripblad. © Noordhoff Uitgevers bv
De troon van de koning heeft geen leuning. Bente speelt winkel met de kassa. Op de afbeelding staat een ring. Het schema staat in mijn agenda. Die paraplu is maar een raar ding. Op het menu staat een versiering. De verrassing is een groot ding. Spelling op maat 7
248711.indb 48
08/11/12 10:48 AM
Kopieerblad
1
5
Naam
Vul in. ander tt
2
ander vt
voltooid deelwoord
dragen
hij heeft
vertalen
hij heeft
herstellen
hij heeft
barsten
het is
lukken
het is
besturen
hij heeft
geloven
hij heeft
sluiten
hij heeft
Schrijf het voltooid deelwoord op. ik heb/ben …
3
ik heb/ben …
vernielen
lopen
bezoeken
dringen
vervelen
veroveren
vertellen
bedreigen
verbazen
graven
winnen
doen
betreuren
herhalen
besteden
bestellen
Onderstreep en vul het werkwoord in. pv/vd
Je hebt teveel (opscheppen)
pv/vd
Mijn kleine zusje heeft in mijn trui (knippen)
pv/vd
Het vliegtuig is (neerstorten)
pv/vd
Hij (betwijfelen – vt)
pv/vd
In de zomer hebben we (boffen)
pv/vd
De tuinman (maaien – vt)
pv/vd
Vorig jaar zijn wij naar Zwolle (verhuizen)
pv/vd
De boom was (omhakken)
pv/vd
Waarom (branden)
pv/vd
De meisjes (smeden)
of ik de waarheid sprak. met het weer. het gras.
er zojuist maar een lamp?
© Noordhoff Uitgevers bv
46
Werkwoorden
gister plannen.
Spelling op maat 7
248711.indb 49
08/11/12 10:49 AM
Kopieerblad
47 1
Werkwoorden
5
Naam
Schrijf het voltooid deelwoord in de goede rij. snuiten beweren smeken beleggen binden vervolgen vluchten vergaderen herkennen versieren inlichten wrijven rijden klimmen plakken drukken vertrekken straffen
eindigt op d
3
eindigt op en
Onderstreep en vul het werkwoord in. pv/vd
Het pakje is (afleveren)
pv/vd
Frank heeft weer zijn zin (doordrijven)
pv/vd
Gisteren (kopen)
pv/vd
De kat heeft me (krabben)
pv/vd
Ik heb je al drie keer voor het eten (roepen)
pv/vd
Vorige week (vergroten)
pv/vd
Wie is er in de pauze (overblijven)
pv/vd
De vrouwen (missen)
pv/vd
De keeper (verwachten – vt)
ik een fiets.
ik de foto. ? gisteren de trein. de bal links van hem.
Onderstreep het onderwerp en vul het voltooid deelwoord of de persoonsvorm vt in. (uitrusten)
jij even
na die lange wandeling?
Tijdens de receptie (schudden)
wij veel handen.
Voor het afscheidsfeest werd veel lekkers (inslaan) (bereiden)
jouw moeder heerlijke pannenkoeken?
Hoe heeft jouw vader er vroeger (uitzien)
?
Het meisje heeft (zich snijden) Ik (aantrekken)
tijdens het koken. thuis vast mijn badpak
© Noordhoff Uitgevers bv
2
eindigt op t
Die vrouw heeft vroeger in een koor (zingen) De monteur (aansluiten)
de nieuwe televisie Spelling op maat 7
248711.indb 50
08/11/12 10:49 AM
Kopieerblad
48
Naam taxi
1
aquarium
Schrijf de woorden op de goede regel. aquarel luxe examen quasi excuus complex exemplaar aquaduct textiel frequent cheque extreem explosie flexibel mixer quiz experiment claxon
2
3
Maak woorden met ex. …amen
…clusief
…positie
…treem
…pres
…plosie
…peditie
…port
…cuus
…tra
…periment
…emplaar
Welk woord hoort erbij?
spel
wat betreft
schilderij
vaak voorkomend
ingewikkeld
toeter
luidspreker
muziekinstrument
speciaal
tentoonstelling
zogenaamd
keukenmachine
buigzaam
verontschuldiging
geweven stof
niet echt nodig
© Noordhoff Uitgevers bv
aquarel box claxon saxofoon luxe textiel quiz qua mixer excuus expositie complex exclusief frequent quasi flexibel
Spelling op maat 7
248711.indb 51
08/11/12 10:49 AM
Kopieerblad
49
Naam taxi
1
Vul in. Zeg het woord. de e
Je schrijft:
Schrijf het woord op. de
on
de
het a
arium
het
ue
de
de che de mi
er
de
het a
aduct
het
fre
ent
de e
port
de
Schrijf de woorden op. kw
3
Je hoort:
plosie
de cla
2
aquarium
qu
x
ks
de …aliteit
het a…arel
de ta…i
de bli…chade
…asi
comple…
het …artier
e…pres
de bli…em
de verf…ast
de …iz
het ma…imum
het de…el
e…treem
de e…port
…ekken
Vul in. exclusief
luxe
qua
aquaduct
boxen
frequent
Het geluid van de
expositie
saxofoon
staat wel erg hard.
Ik kijk zeer
naar soaps op de televisie.
Haar schilderijen zijn vanaf morgen te zien in een Mijn oma is dol op antiek en moderne,
spullen.
Bij dit nummer past het geluid van een Door het De stof is duur, maar
mooi. staan er veel minder files.
© Noordhoff Uitgevers bv
De winkels in de PC Hooftstraat zijn zeer
kleur wel erg bijzonder.
Spelling op maat 7
248711.indb 52
08/11/12 10:49 AM
Kopieerblad
50 1
Werkwoorden
5
Naam
Schrijf het voltooid deelwoord op. ik heb/ben …
2
ik heb/ben …
voorspellen
lokken
beledigen
benoemen
weten
vechten
uiten
voltooien
schelden
fluiten
vervoeren
verhuizen
dansen
ontdekken
bezorgen
vissen
Onderstreep het onderwerp en de persoonsvorm en vul in. Mijn zus heeft veel geld (besteden)
aan kleding.
De juf heeft de kinderen (gebieden)
stil te zijn.
Heb jij je tijdens het koken in je vinger (snijden)
?
Mijn nichtje heeft erg van haar vakantie (genieten) De glazenwasser is bijna van zijn ladder (glijden) In de winkel ben ik tegen mijn vriend (botsen) Gisteren hebben wij nieuwe sommen (leren) De vrouw heeft vriendelijk naar ons (glimlachen) Hebben jullie goed (doorwerken)
tijdens de rekenles?
Heeft jouw oom een advertentie in de krant (plaatsen)
3
?
Onderstreep het onderwerp en vul het voltooid deelwoord of de persoonsvorm vt in. Het verkeer (ondervinden)
veel hinder van de sneeuw.
(werpen) Onze buurman (liegen)
jullie je afval in de vuilnisbak? over zijn nieuwe auto.
Mijn zus heeft mij met mijn huiswerk (helpen) Hij (merken) De gemeente (bestrijden)
niet dat hij zijn tas verloor. de ratten in de stad.
© Noordhoff Uitgevers bv
Het jongetje heeft een hoge blokkentoren (bouwen)
De jongen heeft het goede antwoord (fluisteren) Wij hebben de schroeven stevig (aandraaien) Spelling op maat 7
248711.indb 53
08/11/12 10:49 AM
Kopieerblad
1
5
Naam
Vul in. ander tt
2
3
ander vt
voltooid deelwoord
verlangen
heeft
aarzelen
heeft
klinken
heeft
nadenken
heeft
buigen
heeft
praten
heeft
wachten
heeft
redden
heeft
lijden
heeft
optreden
heeft
grommen
heeft
verzorgen
heeft
Onderstreep en vul het werkwoord in. pv/vd
Wij zijn gisteren (verhuizen)
naar het dorp.
pv/vd
De trein was door het ongeluk (vertragen)
pv/vd
Die jongen (verstoren – tt)
pv/vd
Ik (trappen)
pv/vd
De juwelier heeft gaatjes in haar oren (prikken)
pv/vd
De supporters hebben tijdens de wedstrijd (juichen)
pv/vd
Wij waren zeer (verbazen)
pv/vd
Wij (dansen)
steeds de les. vorig weekend in een stukje glas.
over de foto. gister de hele middag.
Maak van elke zin, een zin met een voltooid deelwoord. Ik ging naar de disco. Ik
naar de disco
Hij feliciteerde mij. Hij
mij
Tanja at te veel. Tanja
te veel
Zij fietste naar school. Zij
naar school
Wij verdubbelden onze score. Wij Ik schreef een brief. Ik De storm vernielde veel bomen. De storm Wij leerden voor het dictee. Wij
© Noordhoff Uitgevers bv
51
Werkwoorden
onze score een brief veel bomen voor het dictee Spelling op maat 7
248711.indb 54
08/11/12 10:49 AM
Inhoud Antwoorden
Klik op het kopieerbladnummer om naar het kopieerblad te gaan. Om terug te keren naar deze pagina, klik op het kopieerbladnummer. categorie
kopieerblad
circus
1
auto’s
2
gladheid
5
majesteit
5
politie
6
dirigent
6
chocolade
9, 10
Nederland
13, 14
thermometer
17, 18
bureau
21, 22
route
21, 22
telefonisch
25, 26
knieën
29, 30
café
33, 34
team
40, 41
spinnetje
44, 45
taxi
48, 49
aquarium
48, 49
W2
3, 4, 7, 8, 11, 12, 15, 16, 19, 20, 31, 32, 35, 36, 38, 39 3, 4, 11, 12, 19, 20, 31, 32, 36, 38, 39
W4
23, 24, 27, 28, 31, 32, 37, 38, 39
W5
42, 43, 46, 47, 50, 51 © Noordhoff Uitgevers bv
W3
Spelling op maat 7
248711_1_AW.indd 55
08/11/12 2:56 PM
Kopieerblad
1
Naam circus
1
Schrijf de woorden op de goede regel. conclusie compliment provincie bacterie lucifer respect solliciteren officier combinatie eurocent recept crisis risico cirkel bioscoop citroen precies discussie
pŸ rÏ oviŸ nÏ c®iÇefl, l¶uÏ c®iŸ ffefl rŸ, sÃolŸ l¶iÏ c®i»tÑefl rÇefl nŸ ofoßf¥fØffiÏiχc®iÇeflñrŸ, Åe®uŸ e®uŸñrχocÑefl o•cÑeflºÓn»tfl n»tfl, ÛrÇrÇėcÑe®p»tfl c®iŸñrŸºıkÇkÇeflºılŸlŸ, c®i»tflñrχoefl o£eflºÓnŸnŸ, pŸñrÇėc®iÇe®s ċonÏ o§nχcflºıl¶u¶s l¶u¶sπiÇiÇefl, ċom¶pŸ o§m¶pŸºıl¶iŸl¶iŸºÓmÇ mÇeflºÓn»tfl n»tfl, ◊b‰aÏaχcÀtÑeflñr¶iÇefl ÛrÇrÇe®s®sπpÇpÇėcÀtfl, ċomŸ o§mŸºıbiŸbΩiŸºÓnÏnχa»t®iÇefl, cflñr¶i¶s r¶i¶sπi¶si¶s Ûr¶i¶s r¶i¶sπiÏiχċo,o¢, ◊biÏbΩiχosÃcÌ o¨sÃċoopŸ o•o™pŸ, d¶i¶sÃc®u¶s d¶i¶sÃc®u¶sπsπiÇs iÇefl
c klinkt als /s/
c klinkt als /k/
Schrijf de woorden op. c
s
…ement advo…aat viadu…t …nelweg de…ember ban…pas di…tee ta…tie… …erel
3
k
cÑeflºÓmÇ mÇeflºÓn»tfl n»tfl aχdŸºÓv‰o•ocÌċaχa»tfl ÓviÏ vΩiχaχd¶uχcÀtfl ∏s∑nÇnÇeflºılŸlŸºÓweÌ wÉėg› dÇėcÑeflºÓmŸmŸºıbefl bÉeflñrŸ ◊b‰aŸaŸºÓnŸnŸºık¶pÏ k¶pχa¶s d¶iχcÀtÑeÑefl ¿tÌṫaχcÀt®iÇeflºıkŸkŸ ◊kÇkÇeflñrÇeflºılŸlŸ
a…tief …ontra…t …antoor …ultuur vi…ite pre…ies …ijfer …inas …ollage
aχcÀt®iÇeflºıf≠ ċon»tfl o§n»tflñrχaχcÀtfl ◊kÏkχaŸºÓn»tÌ n»ṫoorŸ o•o§rŸ c®uŸºıl»t®u¶uŸ l»t®u¶uŸñrŸ Óvi¶s vΩi¶sπi»tÑefl i»tÑefl pŸñrÇėc®iÇe®s c®ÿŒÿŒºıffefl≤eflñrŸ ∏sπiŸiŸºÓnÏnχa¶s ċolŸoßlŸºılÏlχaχgœefl
Schrijf het woord dat je ziet op. Let op de c!
de
cÑeflºıllŸŸ
de
ċaχcÀt®u¶s
de
ċaŸºÓvviÏΩiχaŸ
de
ċaŸºÓmmÇÇeflñrχaŸ
de
c®i»tflñrχo£oefleflºÓnnŸŸ
de
p¶iŸºÓnÏnχcÑeÀtfl
de
Óm¶iÏ m¶iχcflñrχofoonŸ oßfμo•o§nŸ
de
aχċc®uŸ
© Noordhoff Uitgevers bv
2
Spelling op maat 7
248711.indb 56
08/11/12 10:49 AM
Kopieerblad
2
Naam auto’s
1
Schrijf het meervoud op. Zeg het woord.
Wat hoor je aan het eind?
iÇefl o•o¢ oo aχaŸ ÅeÑefl eÑefl o•o¢ oo u¶uŸ ÅeÑefl eÑefl o•o¢ oo aχaŸ
één tosti één farao één pizza één logee één piano één menu één dictee één duo één agenda
2
Vul in.
¿tÌṫos¡ o¨s¡t®iŸ’ ∏s enkele ◊faŸ fμaŸñrχaχo¢o’ ∏s meer p¶iŸºÓzŸzŸºÓzÏzχaŸ’ ∏s een paar ◊lÏlχogœ o•gœeÑe®s enkele p¶iχaŸºÓnÏ nχoo¢’ ∏s drie ÓmÇ mÇeflºÓnn¶uŸ¶uŸ’ ∏s veel d¶iχcÀtÑeÑe®s twee d¶uχo¢ o’ ∏s tien aχgœeflºÓnÏ nχdχaŸ’ ∏s twee
Schrijf het meervoud in de goede rij. tante concert leerling villa toffee alibi collega pakket datum rijstwafel salto logo machine krokodil fruitteler hijskraan bloedneus alinea
’s
s
ÓviŸ vΩiŸºıllŸŸºıllÏχaŸ’ ∏s aŸºıll¶iŸ¶iŸºıbbiŸΩi’Ÿ ∏s ċolŸoßlŸºılÇlÇėggÎgÎaŸ’ ∏s ∏sÃaŸ sÃaŸºıl»tÌl»ṫoo¢’ ∏s ◊lÏlχogÎo o•gÎgÎo¢’ ∏s aŸºıl¶iŸl¶iŸºÓnÇnÇėaŸ’ ∏s
¿tÌṫaŸºÓn»tÑe®s n»tÑe®s ¿tÌṫofoßf¥f≤ffeÑe®s eÑe®s dχa»t®uŸºÓm¶s m¶s Ûr¶ÿÒs¡ r¶ÿÒs¡ ÿÒ tflºÓw‰aŸaŸºıffefl≤eflºıl¶sl¶s ÓmÏmχaχcflºıh¶iŸ h¶iŸºÓnÇnÇe®s ◊fr¶u¶i»tÀtÑefl fÚr¶u¶i»tÀtÑeflºılÇlÇeflñr¶s
ċonÏ o§nχcÑeflñr»tÑeflºÓnŸnŸ ◊lÇlÇeÑeflñrŸºıl¶iŸl¶iŸºÓnÏnχgœeflºÓnŸnŸ pχaŸºıkŸkŸºıkÇkÇeÀtÀtÑeflºÓnŸnŸ ◊kŸkŸñrχokÏ oßkχod¶iŸ o•d¶iŸºılŸlŸºılÇlÇeflºÓnŸnŸ ◊h¶ÿÒs∂kŸ h¶ÿÒs∂kŸ ÿÒ ñrχaŸºÓnÇnÇeflºÓnŸnŸ ◊b∞lÏlχoeÌ o£ėdŸºÓnÇnÇe®uŸºÓzÇzÇeflºÓnŸnŸ
Schrijf het woord dat je ziet in het meervoud op.
de
◊kÏkχaŸºÓnnÏχo¢o’ ∏s
de
ċolÏoßlχa’ ∏s
de
ÓzÇzÇeflºıbbrÏørχa’ ∏s
de
p¶iχaŸºÓnÏnχo’ ∏s
de
pχaŸñrχa¶pŸºıl¶u l¶u’ ∏s
de
◊kk¶iŸ¶iŸºÓwwiΩi’ ∏s
de
◊biŸbΩiŸºıkk¶iŸ¶iŸºÓnn¶i¶i’ ∏s
de
a¶u»ṫo’ ∏s
© Noordhoff Uitgevers bv
3
en
Spelling op maat 7
248711.indb 57
08/11/12 10:50 AM
Kopieerblad
3 1
Naam
ik ander meer
raden (tt)
Óz¶uÏ z¶uχcflºıh»tfl h»tfl Óz¶uÏ z¶uχcflºıh»tfl h»tfl Óz¶uÏ z¶uχcflºıh»tÑefl h»tÑeflºÓnŸnŸ
2
3
ik ander meer
beoefenen (tt)
ÛrÏrχaχaχdŸ ÛrÏrχaχaχd»tfl ÛrÏrχaχdÇeflºÓnŸnŸ
geloven (vt)
◊beÌ bÉėoefl o£eflºıffefl≤eflºÓnŸnŸ ◊beÌ bÉėoefl o£eflºıffefl≤eflºÓn»tfl n»tfl ◊beÌ bÉėoefl o£eflºıfeflf≤eflºÓnÇnÇeflºÓnŸnŸ
leveren (vt)
gœeflºılÏlχoofdÇ o•oßfμdÇefl gœeflºılÏlχoofdÇ o•oßfμdÇefl gœeflºılÏlχoofdÇ o•oßfμdÇeflºÓnŸnŸ
straffen (vt)
◊lÇlÇeflºÓvefl vÉeflñrχdÇefl ◊lÇlÇeflºÓvefl vÉeflñrχdÇefl ◊lÇlÇeflºÓvefl vÉeflñrχdÇeflºÓnŸnŸ
∏s¡s¡tflñrχaŸºıftÑefl f√tÑefl ∏s¡s¡tflñrχaŸºıftÑefl f√tÑefl ∏s¡s¡tflñrχaŸºıftÑefl f√tÑeflºÓnŸnŸ
Onderstreep het onderwerp en de persoonsvorm. Vul in. ik-vorm Het circuspubliek lacht om de clown. p Amber logeerde vaak op de camping. g Fayrouz wordt naar school gebracht. y De voetballers raakten geen enkele bal. Vera slaapt p ongeveer acht uren per nacht. Hijj maakte opmerkingen over mij. Jijj vindt Rosa een opmerkelijk personage? Ik lust graag gebakken aardappels. Wijj hoefden geen huiswerk te maken. De vrouw plakte kauwgom onder haar stoel. p
3
Werkwoorden
Vul in. zuchten (tt)
2
Werkwoorden
◊lÏlχaχcflºıhhŸŸ ◊lÏlχogœ o•gœeÑeflñrŸ Ów‰o§orÏrχdŸ ÛrÏrχaχaŸºıkkŸŸ ∏s∂lÏs∂lχaχa¶pŸ ÓmÏmχaχaŸºıkkŸŸ ÓviŸ vΩiŸºÓnnÏχdŸ ◊l¶u¶s¡ l¶u¶s¡tfl ◊hÏhχoefl o£eflºıf≠ pŸºılÏlχaŸºıkŸkŸ
erbij
¿tfltfl dÇefl ¿tfltfl ¿tÑefltÑeflºÓnnŸŸ ¿tfltfl ¿tÑefltÑefl ¿tfltfl – dÇeflºÓnnŸŸ ¿tÑefltÑefl
Onderstreep het onderwerp en vul in. ik-vorm
◊hÏhχouÏ o™uχd»tfl van kleren. In de krant (staan – tt) het nieuws. ∏s¡s¡ṫaχa»tfl Hidde (wachten) Ów‰aÏaχcflºıhh»tÀtÑefl »tÀtÑefl gisteren op de bus. Waarschijnlijk (bellen) ◊befl bÉeflºıll»tfl»tfl Ramon jou straks. Iris (waarschuwen – vt) Ów‰aÏaχaŸñr¶sÃcflºıhh¶uŸ¶uŸºÓw‰dÇdÇefl me. Ik (houden – tt) ◊hÏhχouÏ o™uχdŸ van talentenjachten op de tv. Gisteren (regenen) ÛrÇrÇėgœeflºÓnÏnχdÇefl het in Zeeland. (zitten) Z¶i»tfl de kat nu voor het raam te miauwen? De hond (drukken – vt) dŸñr¶uŸºıkk»tÑefl »tÑefl zijn snuit tegen mij. Mijn j moeder (houden – tt)
© Noordhoff Uitgevers bv
◊hÏhχo™ouÏuχdŸ ∏s¡s¡ṫaŸ Ów‰aÏaχcflºıhh»tfl»tfl ◊befl bÉeflºıllŸŸ Ów‰aÏaχaŸñr¶sÃcflºıh¶uŸ h¶uŸºÓw· ◊hÏhχo™ouÏuχdŸ ÛrÇrÇėgœeflºÓnŸnŸ Óz¶i»tfl z¶i»tfl dŸñr¶uŸºıkkŸŸ
Spelling op maat 7
248711.indb 58
08/11/12 10:51 AM
Kopieerblad
1
Naam
ik ander meer
◊hÇhÇeÑeflñr¶s ◊hÇhÇeÑeflñr¶s¡tfl ◊hÇhÇeÑeflñr¶sªeflºÓnŸnŸ draven (vt)
ik ander meer
dŸñrχaχaŸºıffdÇμdÇefl dŸñrχaχaŸºıffdÇμdÇefl dŸñrχaχaŸºıfdÇ fμdÇeflºÓnŸnŸ
3
schudden (tt)
∏sÃcflsÃcflºıh¶uÏ h¶uχdŸ ∏sÃcflsÃcflºıh¶uÏ h¶uχd»tfl ∏sÃcflsÃcflºıh¶uÏ h¶uχdχdÇeflºÓnŸnŸ stoten (vt)
∏s¡s¡ṫootÀtÑefl o•o«tÀtÑefl ∏s¡s¡ṫootÀtÑefl o•o«tÀtÑefl ∏s¡s¡ṫootÀtÑefl o•o«tÀtÑeflºÓnŸnŸ
plakken (tt)
pŸºılÏlχaŸºıkŸkŸ pŸºılÏlχaŸºık»tfl k»tfl pŸºılÏlχaŸºıkŸkŸºıkÇkÇeflºÓnŸnŸ scheppen (vt)
∏sÃcflsÃcflºıhÇhÇe®p»tÑefl ∏sÃcflsÃcflºıhÇhÇe®p»tÑefl ∏sÃcflsÃcflºıhÇhÇe®p»tÑeflºÓnŸnŸ
Onderstreep en vul de persoonsvorm in. ik/ander/meer ik/ander/meer ik/ander/meer ik/ander/meer ik/ander/meer ik/ander/meer ik/ander/meer ik/ander/meer ik/ander/meer ik/ander/meer
3
2
Vul in. heersen (tt)
2
Werkwoorden
dŸºÓwwe®iŸ Ée®iŸºıllÏχdÇefl mijn moeder het huis. Volgende week (zwemmen) ik in de zee. ÓzŸzŸºÓwefl wÉeflºÓmmŸŸ Straks (worden) Ów‰o§orÏrχd»tfl de winnaar bekendgemaakt. Gelukkig (beginnen) ◊beÌ bÉėgÒgÒiŸºÓn»tfl n»tfl de vakantie morgen. Wij (twijfelen – vt) ¿tfltflºÓwÿŒ wΩÿŒºıfeflf≤eflºılÏlχdÇeflºÓnŸnŸ niet aan je verhaal. Bij het ontbijt (drinken – tt) ik altijd sap. dŸñr¶iŸºÓnŸnŸºıkŸkŸ Hij (verwachten – vt) Óvefl vÉeflñrŸºÓw‰aÏaχcflºıhh»tÀtÑefl »tÀtÑefl een voldoende. De meisjes (durven – vt) d¶uŸñrŸºıfdÇ fμdÇeflºÓnŸnŸ niet alleen over straat. Waarom (worden) ik rood als ik Joep zie? Ów‰o§orÏrχdŸ Gisteren (schoppen) ∏sÃcflsÃcflºıhÏhχop»tÑefl o™p»tÑeflºÓnŸnŸ jullie mij keihard. Zojuist (dweilen)
Onderstreep de tijd en het onderwerp en vul de persoonsvorm in. tt/vt tt/vt tt/vt tt/vt tt/vt tt/vt tt/vt tt/vt tt/vt tt/vt
Óvefl vÉeflñrŸºÓmmÏχaχaŸºıkk»tÑefl »tÑefl het publiek gisteren. Kijk! De pijlen (leiden) pj ◊lÇlÇe®iχdÇeflºÓnnŸŸ naar de ingang van het gebouw. De auto van mijn vanmorgen niet. j vader (starten) ∏s¡s¡ṫaŸñr»tÀtÑefl De luchtballon (landen) straks in het weiland. ◊lÏlχaŸºÓnnÏχd»tfl Vincent van Gogh van 1853 tot 1890. g (leven) ◊lÇlÇeÑeflºıffdÇμdÇefl Met de zaklamp (verlichten) Óvefl vÉeflñrŸºıl¶iÏl¶iχcflºıh»tfl h»tfl de inbreker nu de kamer. De meester (gooien) zo een krijtje door het lokaal. gÎo•o™i»tfl gÎooi»tfl Het (lukken) afgelopen winter niet om te schaatsen. ◊l¶uŸ l¶uŸºıkk»tÑefl »tÑefl De bejaarde man (wandelen) j Ów‰aŸaŸºÓnnÏχdÇeflºıllÏχdÇefl gister op de snelweg. Wijj (betalen) ◊beÀtÌ bÉeÀṫaχaŸºıllÏχdÇeflºÓnnŸŸ zojuist te weinig voor de broodjes. De cabaretier (vermaken)
© Noordhoff Uitgevers bv
4
Werkwoorden
Spelling op maat 7
248711.indb 59
08/11/12 10:51 AM
Kopieerblad
5
Naam gladheid
1
majesteit
Schrijf de woorden op de goede regel. gezelligheid activiteit elektriciteit muzikaliteit voorzichtigheid aanwezigheid verliefdheid actualiteit eenzaamheid mogelijkheid populariteit specialiteit hoeveelheid brutaliteit kwaliteit veiligheid gezondheid originaliteit
gœefl zÇefl lŸ l¶iÏ gŒ hÇe®iÏ dŸ, v oorŸ z¶iÏ cfl h»t®iÏ gŒ hÇe®iÏ dŸ, aÏ aŸ nŸ wefl z¶iÏ gŒ hÇe®iÏ dŸ Óvefl vÉeflñrŸºıl¶iÇl¶iÇeflºıffdŸμdŸºıhÇhÇe®iχdŸ, ÅeÑefl eÑeflºÓnŸnŸºÓzÏzχaχaŸºÓmŸmŸºıhÇhÇe®iχdŸ, ÓmÏmχogœ o•gœgœeflºıl¶ÿŒl¶ÿŒÿŒºıkŸkŸºıhÇhÇe®iχdŸ ◊hÏhχoefl o£eflºÓveÑefl vÉeÑeflºılŸlŸºıhÇhÇe®iχdŸ, Óve®iŸ vÉe®iŸºıl¶iÏl¶iχgŒºıhÇhÇe®iχdŸ, gœeflºÓzÏzχonÏ o§nχdŸºıhÇhÇe®iχdŸ aχcÀt®iŸºÓvi»tÑe®i»tfl vΩi»tÑe®i»tfl, ÅefleflºılÇlÇeflºık»tfl k»tflñr¶iχc®i»tÑe®i»tfl, Óm¶uŸ m¶uŸºÓz¶iŸz¶iŸºıkÏkχaŸºıl¶i»tÑe®i»tfl l¶i»tÑe®i»tfl aχcÀt®uχaŸºıl¶i»tÑe®i»tfl l¶i»tÑe®i»tfl, pχop¶uŸ o™p¶uŸºılÏlχaŸñr¶i»tÑe®i»tfl, ∏sπpÇpÇėc®iχaŸºıl¶i»tÑe®i»tfl l¶i»tÑe®i»tfl ◊br¶u»tÌ bør¶u»ṫaŸºıl¶i»tÑe®i»tfl l¶i»tÑe®i»tfl, ◊kŸkŸºÓw‰aŸaŸºıl¶i»tÑe®i»tfl l¶i»tÑe®i»tfl, or¶iÏ o§r¶iχgÒiŸºÓnÏnχaŸºıl¶i»tÑe®i»tfl l¶i»tÑe®i»tfl Schrijf de woorden op. heid
teit
afwezig… waar… universi… publici… moeilijk… eeuwig… creativi… wijs… net… laf…
3
aŸºıffwefl ÚwÉeflºÓz¶iÏz¶iχgŒºıhÇhÇe®iχdŸ Ów‰aÏaχaŸñrŸºıhÇhÇe®iχdŸ uŸºÓn¶iŸ n¶iŸºÓvveflÉeflñr¶sπi»tÑe®i»tfl r¶s i»tÑe®i»tfl p¶uŸºıb∞l¶iÏl¶iχc®i»tÑe®i»tfl ÓmÏmχoe®iŸ o£e®iŸºıl¶ÿŒl¶ÿŒÿŒºıkŸkŸºıhÇhÇe®iχdŸ ÅeÑe®uŸ eÑe®uŸºÓwiÏ wΩiχgŒºıhÇhÇe®iχdŸ cflñrÇėa»t®iŸºÓvvi»tÑe®i»tfl Ωi»tÑe®i»tfl ÓwÿÒs∂hÇ wΩÿÒÿÒs∂hÇe®iχdŸ ÓnÇnÇeÀtflºıhhÇÇe®iχdŸ ◊lÏlχaŸºıf¥hÇhÇe®iχdŸ
nationali… bijzonder… reali… vuilig… nieuwsgierig… dankbaar… verkoud… majes… behulpzaam… kwanti…
ÓnÏnχa»t®iχo§onÏnχaŸºıll¶i»tÑe®i»tfl ¶i»tÑe®i»tfl ◊bÿŒ bΩÿŒÿŒºÓzÏzχonÏ o§nχdÇeflñrŸºıhÇhÇe®iχdŸ ÛrÇrÇėaŸºıll¶i»tÑe®i»tfl ¶i»tÑe®i»tfl Óvu¶iŸ vΩu¶iŸºıl¶iÏl¶iχgŒºıhÇhÇe®iχdŸ Ón¶iÇ n¶iÇe®uŸºÓwsÃgÒiÇ w∫sÃgÒiÇ gÒ eflñr¶iχgŒºıhÇhÇe®iχdŸ dχaŸºÓnnŸŸºıkkŸŸºıb‰aÏaχaŸñrŸºıhhÇÇe®iχdŸ Óvefl vÉeflñrŸºıkkÏχo™ouÏuχdŸºıhhÇÇe®iχdŸ ÓmÏmχa¶jœjœjœe®s¡tÑe®i»tfl ◊befl bÉeflºıh¶uŸ h¶uŸºıl¶pŸ l¶pŸºÓzÏzχaχaŸºÓmŸmŸºıhÇhÇe®iχdŸ ◊kŸkŸºÓw‰aŸaŸºÓnn»t®i»tÑe®i»tfl »t®i»tÑe®i»tfl
Schrijf de woorden goed op. lijk vro heid teit stom mi ta li bru teit ti vi teit spor teit spon ni ta li teit rea ti vi fes teit fa li ci teit
ÓvrÏ vørχol¶ÿŒ oßl¶ÿŒºıkŸkŸºıhÇhÇe®iχdŸ ∏s¡s¡ṫo§omŸmŸºÓmm¶i»tÑe®i»tfl ¶i»tÑe®i»tfl ◊br¶u»tÌ bør¶u»ṫaŸºıll¶i»tÑe®i»tfl ¶i»tÑe®i»tfl ∏sπpÏpχor»t®iŸ o§r»t®iŸºÓvi»tÑe®i»tfl vΩi»tÑe®i»tfl ∏sπpÏpχon»tÌ o§n»ṫaŸºÓn¶i»tÑe®i»tfl n¶i»tÑe®i»tfl ÛrÇrÇėaŸºıll¶i»tÑe®i»tfl ¶i»tÑe®i»tfl ◊ffe®s¡ ≤e®s¡t®iŸºÓvi»tÑe®i»tfl vΩi»tÑe®i»tfl ◊faÏfμaχc®iŸºıl¶i»tÑe®i»tfl l¶i»tÑe®i»tfl
ze ker on heid dui heid de lijk heid lig zel ge ori gi teit na li nig heid klei kun heid dig des lijk mo ge heid ge gen le heid
o§onŸnŸºÓzzÇÇeflºıkkÇÇeflñrŸºıhhÇÇe®iχdŸ d¶u¶iχdÇeflºıl¶ÿŒl¶ÿŒÿŒºıkŸkŸºıhÇhÇe®iχdŸ gœeflºÓzÇzÇeflºılŸlŸºıl¶iÏl¶iχgŒºıhÇhÇe®iχdŸ o§r¶iχgÒgÒiŸºÓnÏnχaŸºıl¶i»tÑe®i»tfl or¶iÏ l¶i»tÑe®i»tfl ◊kŸkŸºılÇlÇe®iŸºÓn¶iÏ n¶iχgŒºıhÇhÇe®iχdŸ dÇe®s∂k¶uŸºÓnÏnχd¶iχgŒºıhÇhÇe®iχdŸ ÓmÏmχogœ o•gœgœeflºıl¶ÿŒl¶ÿŒÿŒºıkŸkŸºıhÇhÇe®iχdŸ gœeflºılÇlÇėgœeflºÓnŸnŸºıhÇhÇe®iχdŸ
© Noordhoff Uitgevers bv
2
Spelling op maat 7
248711.indb 60
08/11/12 10:51 AM
Kopieerblad
Naam dirigent
1
Kruis aan en schrijf het woord op.
✗
de traditie de relatie
de scriptie
✗ ✗
de positie de piste de informatie
✗
de conditie
de de de
✗ ✗
de de de
✗ ✗
de de
tfl rÏ aÏ d¶i»t®iÇefl ÛrÇrÇeflºıllÏχa»t®iÇefl Óvi»tÌ vΩi»ṫaŸºÓmm¶iŸ¶iŸºÓnnÇÇefl ∏sÃcflsÃcflñr¶i¶p»t®iÇefl pχoso¨sπi»t®iÇ i»t®iÇefl p¶i¶s¡tÑefl iŸºÓnŸnŸºıforŸ fμo§rŸºÓmÏmχa»t®iÇefl ċonÏ o§nχd¶i»t®iÇefl
Maak woorden op tie. opera vakan tradi garan arresta imita inspec noti
3
✗ ✗
✗
de vitamine
2
politie
o™opÇpÇeflñrχa»t®iÇefl Óv‰aŸaŸºıkkÏχaŸºÓnn»t®iÇ »t®iÇefl ¿tfltflñrχaχd¶i»t®iÇefl gÎaŸñrχaŸºÓn»t®iÇ n»t®iÇefl aŸñrŸñrÇe®s¡ṫa»t®iÇefl iŸºÓmm¶i»tÌ ¶i»ṫa»t®iÇefl iŸºÓn¶s n¶sπpÇpÇėcÀt®iÇefl ÓnÏnχo«ot®i»t®iÇ t®i»t®iÇefl
organisa presenta instan sollicita combina presta illustra adverten
o§orÏrχgÎaŸºÓn¶i¶sÃa»t®iÇ n¶i¶sÃa»t®iÇefl pŸñrÇe®sªeflºÓn»tÌ n»ṫa»t®iÇefl iŸºÓn¶s¡ n¶s¡ṫaŸºÓnn»t®iÇ »t®iÇefl ∏sÃolŸ sÃoßlŸºıll¶i϶iχc®i»ṫa»t®iÇefl ċomŸ o§mŸºıbbiŸΩiŸºÓnnÏχa»t®iÇefl pŸñrÇe®s¡ṫa»t®iÇefl iŸºılŸlŸºıl¶u¶s¡ l¶u¶s¡tflñrχa»t®iÇefl aχdŸºÓvveflÉeflñr»tÑeflºÓnn»t®iÇ »t®iÇefl
Schrijf het woord dat je ziet op. Let op de i die klinkt als /ie/!
de
d¶iχaŸºÓmmÏχaŸºÓnn»tfl»tfl
de
gÒi»ṫaχaŸñrŸ
de
oßl¶iŸºıfaŸfμaŸºÓn»tfl ol¶iŸ n»tfl
de
◊biŸbΩiŸºıkk¶iŸ¶iŸºÓnn¶iŸ¶iŸ
de
¿tfltflñr¶iχaŸºÓnÏnχgœeflºılŸlŸ
de
aŸºıbbr¶iŸ ør¶iŸºıkkÏχo•ooso¨s
de
◊k¶iŸk¶iŸºÓwwiŸΩiŸ
de
◊llÏχaŸºÓmm¶p¶iÏ ¶p¶iχonŸ o§nŸ
© Noordhoff Uitgevers bv
6
Spelling op maat 7
248711.indb 61
08/11/12 10:51 AM
Kopieerblad
7 1
Werkwoorden
2
Naam
Vul de persoonsvorm tt in. melden
ÓmÇ mÇeflºıllÏχd»tfl ÓmÇ mÇeflºıllÏχdŸ ÓmÇ mÇeflºıllÏχd»tfl
luisteren
jij
jij je broer
schrijven
jij
2
◊l¶u¶i¶s¡ l¶u¶i¶s¡tÑeflñr»tfl jij ◊l¶u¶i¶s¡ l¶u¶i¶s¡tÑeflñrŸ ◊l¶u¶i¶s¡ l¶u¶i¶s¡tÑeflñr»tfl je vriendje
jij
knikken
◊kŸkŸºÓnn¶iŸ¶iŸºıkk»tfl»tfl ◊kŸkŸºÓnn¶iŸ¶iŸºıkkŸŸ ◊kŸkŸºÓnn¶iŸ¶iŸºıkk»tfl»tfl
∏sÃcflsÃcflºıhŸhŸñr¶ÿŒÿŒºıftflf√tfl ∏sÃcflsÃcflºıhŸhŸñr¶ÿŒÿŒºıf≠ ∏sÃcflsÃcflºıhŸhŸñr¶ÿŒºıftflf√tfl
jij je oma
◊hÇhÇeÑeÀtfl ◊hÇhÇeÑeÀtfl ◊hÇhÇeÑeÀtfl
jij
jij je vader
vechten
jij
ÓveÌ vÉėcflºıhh»tfl»tfl ÓveÌ vÉėcflºıhh»tfl»tfl ÓveÌ vÉėcflºıhh»tfl»tfl
jij jij je zusje
jij het kind
Onderstreep het onderwerp en de persoonsvorm. Verander daarna de volgorde van het onderwerp en de persoonsvorm. Je rijdt j hard. Jijj bindt de hond vast. Je zus raadt het getal. Jijj verbindt mijn voet. Je oom redt de kat. Jijj biedt 50 euro voor de fiets. Jijj brandt je vingers. Jijj rijdt j met mij mee. Je tante griezelt van slangen. g Je kijkt j liever op de buienradar.
3
heten
R¶ÿÎdŸ ÿÎ jœefl ◊hÏhχaŸñrχdŸ? BÈiŸºÓnÏnχdŸ jÒÿ› dÇefl ◊hÏhχonÏ o§nχdŸ Óv‰a¶s¡ a¶s¡tfl? Rχaχaχd»tfl jœefl Óz¶u¶s z¶u¶s ◊hÇhÇeÀtfl gœeÀṫaŸºılŸlŸ? V±eflñrŸºıbiŸbΩiŸºÓnÏnχdŸ jÒÿ› Óm¶ÿŒ m¶ÿŒÿŒºÓnŸnŸ Óv‰o£oeÀtfl eÀtfl? RÇėd»tfl jœefl oomŸ o•o§mŸ dÇefl ◊kÏkχa»tfl? BÈiÇėdŸ jÒÿ› 50 Åe®uŸ e®uŸñrχoo¢ Óv‰o•oorŸ o§rŸ dÇefl ◊fiÇfØiÇeÀt®s? BÜrχaŸºÓnÏnχdŸ jÒÿ› jœefl ÓviŸ vΩiŸºÓnÏnχgœeflñr¶s? R¶ÿÎdŸ ÿÎ jÒÿ› ÓmÇ mÇeÀtfl Óm¶ÿ› m¶ÿ›ÿ› ÓmÇ mÇeÑefl? GÊGÊr¶iÇeflºÓzÇzÇeflºıl»tfll»tfl jœefl ¿tÌṫaŸºÓn»tÑefl n»tÑefl Óv‰aŸaŸºÓnŸnŸ ∏s∂lÏs∂lχaŸºÓnÏnχgœeflºÓnŸnŸ? K¶ÿŒºıkŸkŸ jœefl ◊l¶iÇl¶iÇeflºÓvefl vÉeflñrŸ opŸ o™pŸ dÇefl ◊bu¶iÇ bΩu¶iÇeflºÓnŸnŸñrχaχdχaŸñrŸ?
Onderstreep het onderwerp en streep de foute persoonsvorm door. Beloof / Belooft jje vriendin op tijd te komen? Heb / Hebt jjijj wel eens een onvoldoende gekregen? Onthoud / Onthoudtt jjijj die Engelse woordjes wel? © Noordhoff Uitgevers bv
Nies / Niest jje nichtje j drie keer achter elkaar? Begin / Begint jje schoolfeest al om zeven uur? Ren / Rent jjijj vijf kilometer in een uur? Loop / Loopt jje moeder elke dag drie uur? Kijk / Kijkt jje vader elke week naar de voetbalwedstrijd? Geloof / Gelooftt jje de weersvoorspellingen? Ga / Gaatt jjijj dit weekend naar de Efteling? Spelling op maat 7
248711.indb 62
08/11/12 10:52 AM
Kopieerblad
8 1
Werkwoorden
Onderstreep het onderwerp en de persoonsvorm. Verander daarna de volgorde van het onderwerp en de persoonsvorm. Jijj rekent die som goed uit. Jijj voert ons konijn elke dag. Je tante vindt dat lied mooi. Je moeder loopt p naar school. Je stopt p voor het verkeerslicht. Je zusje j zwemt vaak in zee. Je morst op de grond. Je loopt p even met mij mee. Jijj vindt het werkstuk goed.
2
2
Naam
RÇeflºıkÇkÇeflºÓnŸnŸ jÒÿ› d¶iÇefl ∏sÃomŸ sÃo§mŸ gÎoeÌ gÎgÎo£ėdŸ u¶i»tfl? VÄo£efleflñrŸ jÒÿ› on¶s o§n¶s ◊kÏkχon¶ÿŒ o§n¶ÿŒÿŒºÓnŸnŸ ÅefleflºılŸlŸºıkÇkÇefl dχaχg›? VÈiŸºÓnÏnχd»tfl jœjœjœefl ¿tÌṫaŸºÓn»tÑefl n»tÑefl dχa»tfl Å◊l¶iÇl¶iÇėdŸ ÓmÏmχooiŸ o•o™iŸ? Lχoop»tfl o•o™p»tfl jœjœjœefl ÓmÏmχoeÌ o£ėdÇeflñrŸ ÓnÏnχaχaŸñrŸ ∏sÃcflsÃcflºıhÏhχoolŸ o•oßlŸ? SÍṫopŸ o™pŸ jœjœjœefl Óv‰o•oorŸ o§rŸ ◊hÇhÇeÀtfl Óvefl vÉeflñrŸºıkÇkÇeÑeflñr¶s∂l¶iχcflºıh»tfl h»tfl? ZŸºÓwefl wÉeflºÓm»tfl m»tfl jœefl Óz¶u¶s z¶u¶sπjœjœefl Óv‰aÏaχaŸºıkŸkŸ iŸºÓnŸnŸ ÓzÇzÇeÑefl? Mχor¶s o§r¶s jœefl opŸ o™pŸ dÇefl gÊrÏ gÊ ‡onÏ o§nχdŸ? LχoopŸ o•o™pŸ jœefl ÅefleflºÓvefl vÉeflºÓnŸnŸ ÓmÇ mÇeÀtfl Óm¶ÿ› m¶ÿ›ÿ› ÓmÇ mÇeÑefl? VÈiŸºÓnÏnχdŸ jÒÿ› ◊hÇhÇeÀtfl Ówefl wÉeflñrŸºık¶s¡ k¶s¡t®uŸºıkŸkŸ gÎoeÌ gÎo£ėdŸ?
Onderstreep het onderwerp en streep de foute persoonsvorm door. Werk / Werkt jje vader ook ‘s nachts? Vind / Vindtt je j hem ook zo leuk? Braad / Braadt jje oven het vlees wel mooi bruin? Sein / Seintt jje met je nieuwe zaklamp? Schrijf / Schrijft jje jjuf een briefje aan je moeder? Heb / Hebtt jjijj je best gedaan? Loop / Looptt jje zo hard om de bus te halen? Beantwoord / Beantwoordt jjijj die brief vandaag nog? Maak / Maakt jje vriend zijn huiswerk vanavond?
3
Onderstreep het onderwerp en vul de persoonsvorm tt in.
VÈiŸºÓnnÏχd»tfl jje broer dat wel leuk? (bieden) BÈiÇėdŸ jjijj evenveel als de ander? Hoe (verzenden) Óvefl vÉeflñrŸºÓzzÇÇeflºÓnnÏχdŸ jjijj je sms’jes? (houden) Hχo™ouÏuχdŸ jje meer van vis? (lopen) Lχoop»tfl o•o™p»tfl jje opa p ook naar de winkel? Hoe lang (breien) ◊brÇ børÇe®i»tfl jje tante over een sok? Wanneer (laten) ◊lÏlχaχa»tfl jjijj de hond uit? Wie (vermoeden) Óvefl vÉeflñrŸºÓmmÏχo£oeÌėdŸ jje dat er gewonnen heeft? (werken) W±eflñrŸºıkkŸŸ jjijj net zo hard als ik? (branden) BÜrχaŸºÓnnÏχd»tfl jje kachel wel goed?
© Noordhoff Uitgevers bv
(vinden)
Spelling op maat 7
248711.indb 63
08/11/12 10:52 AM
Kopieerblad
9
Naam chocolade
1
Schrijf het woord op. Zeg het woord.
2
Je hoort /sj/, maar schrijft:
Schrijf op.
cflºıhŸhŸ
de
cflºıh¶iŸ h¶iŸºÓm¶pÏ m¶pχaŸºÓn¶sª n¶sªeÑefl
cflºıhŸhŸ
de
cflºıhÏhχocÌo•ċolÏoßlχaχdÇefl, cflºıhÏhχocÌo•ċolÏoßlχaŸ
cflºıhŸhŸ
de
ċa¶p¶uχcflºıhÏhχonŸ o§nŸ
cflºıhŸhŸ
de
Ów‰a¶s∑mÏ a¶s mχaχcflºıhh¶iŸ¶iŸºÓnnÇÇefl
Onderstreep de woorden waarin de ch klinkt als /sj/ en schrijf ze op. sjouwen gletsjer
charmant p parachute
chantage g
champagne p g
marcheren
bruidsjurk
sjofel
affiche
sjabloon chagrijnig g j g
losjes
besjes
cheffin
chirurg g
cflºıhÏhχaŸñrŸºÓmÏmχaŸºÓn»tfl n»tfl, pχaŸñrχaχcflºıh¶u»tÑefl h¶u»tÑefl, aŸºıf¥fØffiÏiχcflºıhÇhÇefl cflºıhÏhχaŸºÓn»tÌ n»ṫaχgœefl, cflºıhÏhχaŸºÓm¶pÏ m¶pχaχgŒºÓnÇnÇefl, cflºıhÇhÇeflºıf¥fØfiŸf iŸºÓnŸnŸ ÓmÏmχaŸñrχcflºıhÇhÇeflñrÇeflºÓnŸnŸ, cflºıhÏhχaχgÊr¶ÿŒºÓn¶iÏ n¶iχg›, cflºıh¶iŸ h¶iŸñr¶uŸñrχg› Vul in. chirurg
Tijdens de De
chef
chips
◊l¶uŸ l¶uŸºÓnnÏχcflºıhhŸŸ cflºıh¶iŸ h¶iŸñr¶uŸñrχg›
Julia houdt niet van De
lunch
cflºıhÇhÇeflºıf≠
champignons
hachee
broche
eet ik altijd twee boterhammen. opereert elke dag minstens één patiënt.
cflºıhÏhχaŸºÓm¶p¶iÏ m¶p¶iχgŒºÓnÏnχon¶s o§n¶s
op haar pizza.
van de winkel zegt wat het personeel moet doen.
Als het aan mij ligt, eet ik elke avond een zak Die saus van stukjes vlees, uien en kruiden heet: Mijn oma draagt altijd een zilveren
◊brÏbørχo•ocflcflºıhhÇÇefl
cflºıh¶i¶p¶s h¶i¶p¶s ◊hÏhχaχcflºıhhÇÇeÑefl
© Noordhoff Uitgevers bv
3
op haar blouse.
Spelling op maat 7
248711.indb 64
08/11/12 10:52 AM
Kopieerblad
10
Naam chocolade
1
Schrijf het woord op. Zeg het woord. de
Je hoort /sj/, maar schrijft:
cflºıhŸhŸ cflºıhŸhŸ cflºıhŸhŸ cflºıhŸhŸ cflºıhŸhŸ cflºıhŸhŸ cflºıhŸhŸ cflºıhŸhŸ
auffeur ic
de man het fi
e
de
ocomel
de
ili
mar de
2
et
eren antage
cflºıhÏhχa¶uŸºıf¥f≤fe®uŸ e®uŸñrŸ cflºıh¶iÏ h¶iχcfl de ÓmÏ mχaŸºÓnnÏχcflºıhhÇÇeÀtfl het ◊ffiÏ ØiχcflºıhÇhÇefl de cflºıhÏ hχocÌo•ċomÇ o§mÇeflºılŸlŸ de cflºıh¶iŸ h¶iŸºıll¶iŸ¶iŸ ÓmÏmχaŸñrχcflºıhhÇÇeflñrÇeflºÓnnŸŸ de cflºıhÏ hχaŸºÓn»tÌ n»ṫaχgœefl de
Maak woorden met een ch die klinkt als /sj/. zoute …ips pure …ocolade gouden bro…e groot affi…e aardige …ef hete …ili lekkere ha…ee
3
Schrijf op.
cflºıh¶i¶p¶s h¶i¶p¶s cflºıhÏhχo•ocÌċoßolÏlχaχdÇefl ◊brÏbørχo•ocflcflºıhhÇÇefl aŸºıf¥fØffiÏiχcflºıhÇhÇefl cflºıhÇhÇeflºıf≠ cflºıh¶iŸ h¶iŸºıl¶iŸl¶iŸ ◊hÏhχaχcflºıhhÇÇeÑefl
gekke …impansee briljante …irurg rode para…ute handige ma…ine dure …ampagne witte …ampignon snelle …auffeur
cflºıh¶iŸ h¶iŸºÓm¶pÏ m¶pχaŸºÓn¶sª n¶sªeÑefl cflºıh¶iŸ h¶iŸñr¶uŸñrχg› pχaŸñrχaχcflºıh¶u»tÑefl h¶u»tÑefl ÓmÏmχaχcflºıhh¶iŸ¶iŸºÓnnÇÇefl cflºıhÏhχaŸºÓm¶pÏ m¶pχaχgŒºÓnÇnÇefl cflºıhÏhχaŸºÓm¶p¶iÏ m¶p¶iχgŒºÓnÏnχonŸ o§nŸ cflºıhÏhχa¶uŸºıf¥f≤fe®uŸ e®uŸñrŸ
Welk woord hoort erbij? capuchon chips machinist wasmachine rechercheur chic lunch chagrijnig manchet
Dunne, gefrituurde schijfjes aardappel. Apparaat waarmee je kleding wast. Iets is mooi en duur. Maaltijd tussen de middag. In een slecht humeur zijn. Bestuurder van een trein. Het boord aan een mouw. Muts die aan een jas of trui vastzit.
ÛrÇrÇėcflºıhÇhÇeflñrχcflºıhÇhÇe®uŸñrŸ cflºıh¶i¶p¶s h¶i¶p¶s Ów‰a¶s∑mÏ a¶s mχaχcflºıhh¶iŸ¶iŸºÓnnÇÇefl cflºıh¶iÏ h¶iχcfl ◊l¶uŸ l¶uŸºÓnnÏχcflºıhhŸŸ cflºıhÏhχaχgÊgÊr¶ÿŒ Ê ÿŒºÓn¶iÏ n¶iχg› ÓmÏmχaχcflºıh¶iŸ h¶iŸºÓn¶i¶s¡ n¶i¶s¡tfl ÓmÏmχaŸºÓnnÏχcflºıhhÇÇeÀtfl ċa¶p¶uχcflºıhÏhχonŸ o§nŸ
© Noordhoff Uitgevers bv
Iemand die bij de recherche werkt.
Spelling op maat 7
248711.indb 65
08/11/12 10:52 AM
Kopieerblad
11 1
Werkwoorden
2
3
Naam
Vul in. hele werkwoord
persoonsvorm tt
opbiechten
◊biÇbΩiÇėcflºıh»tfl h»tfl opŸ o™pŸ jij ÓmÏ mχaχaŸºık»tfl k»tfl aŸºıf≠
afmaken
hele werkwoord
persoonsvorm vt
aχaŸºÓnnŸŸºÓmmÇÇeflºıllÏχdÇeflºÓnnŸŸ
ik
hij meldde aan
o£oefleflºıfeflf≤eflºÓnÏnχdÇefl u¶i»tfl wij pχa¶s¡tÑeflºÓnŸ nŸ aχaŸºÓnŸnŸ
uitoefenen
ik
Óv‰o•oorŸ o§rŸºıllÇÇeflºÓzzÇÇeflºÓnnŸŸ o™pŸºıbefl opŸ bÉeflºılŸlŸºılÇlÇeflºÓnŸnŸ
wij lezen voor
uitlachen
◊lÏlχaχcflºıhÇhÇeflºÓnŸnŸ u¶i»tfl goedkeuren ik gÎ meedelen gÎaŸÎ aŸºıf≠ hij ◊lÏlχaχaχd»tfl u¶i»tfl ÓweÌ wÉėgÎgÎooiÇ gÎgÎo•o™iÇeflºÓnŸnŸ
ik
wij wachten af
ik
afgaan uitladen
aŸºıfw fÚw‰aÏaχcflºıh»tÑefl h»tÑeflºÓnŸnŸ
2
Werkwoorden
aanpassen
aŸºıfveÌ fÚvÉėgœeflºÓnŸnŸ
ik bel op
wij veegden af
◊kÇkÇe®uŸñrχdÇefl gÎgÎoeÌ gÎo£ėdŸ hij dÇeÑeflºıllÏχdÇefl ÓmÇ mÇeÑefl
wij
wij gooiden weg
neerzakken
ÓzÏzχaŸºık»tÑefl k»tÑefl ÓnÇnÇeÑeflñrŸ
Onderstreep het onderwerp en vul in. ik-vorm
ÓwiŸ wΩiŸºÓnÏnχdŸ opŸ o™pŸ ◊hÇhÇeflºıf≠ opŸ o™pŸ ◊lÏlχoof o•oßf≠ u¶i»tfl ◊k¶ÿŒ k¶ÿŒÿŒºıkŸkŸ u¶i»tfl ◊lÇlÇeÑe®s Óv‰o•oorŸ o§rŸ ∏s¡s¡t®u¶uŸñrŸ opŸ o™pŸ ◊kÏkχo§omŸmŸ u¶i»tfl ∏s¡s¡ṫo§or»tfl r»tfl iŸºÓnnŸŸ dχaχaχg› u¶i»tfl
3
ÓwiŸ wΩiŸºÓnnÏχd»tfl zich hierover opŸ o™pŸ Het bestuur (opheffen – tt) ◊hÇhÇeflºıfftfl√tfl het verbod opŸ o™pŸ De politie (uitloven – vt) p ◊lÏlχoofdÇ o•oßfμdÇefl een beloning u¶i»tfl Wijj (uitkijken – tt) ◊k¶ÿŒ k¶ÿŒÿŒºıkÇkÇeflºÓnŸnŸ u¶i»tfl naar de vakantie. Hijj (voorlezen – tt) ◊lÇlÇeÑe®s¡tfl hem een verhaaltje Óv‰o•oorŸ o§rŸ Hoe (opsturen – vt) dit ∏s¡s¡t®u¶uŸñrχdÇeflºÓnnŸŸ jullie j o™pŸ ? opŸ Die afspraak (uitkomen – tt) p ◊kÏkχo§om»tfl m»tfl goed u¶i»tfl Waardoor (instorten – vt) ∏s¡s¡ṫor»tÀtÑefl o§r»tÀtÑefl het pand p iŸºÓnŸnŸ ? De supporters (uitdagen – vt) dχaχaχgÎdÇeflºÓnŸ pp nŸ hem u¶i»tfl Hijj (opwinden – tt)
Onderstreep het onderwerp en vul de persoonsvorm in. j droom (uitkomen – tt) Mijn
◊kÏkχom»tfl o§m»tfl
nu
u¶i»tfl
ÓmÇ mÇeflºıllÏχdχdÇefl zich aχaŸºÓnnŸŸ voor de schoolkrant. Wanneer (afmaken – tt) jij ÓmÏmχaχaŸºıkkŸŸ j j je huiswerk aŸºıf≠ ? De schrijver (aanbieden – tt) zijn boek j ◊biÇbΩiÇėd»tfl aχaŸºÓnnŸŸ Ik (aanzetten – vt) de computer ÓzÇzÇeÀtÀtÑefl aχaŸºÓnnŸŸ Hijj (uitlachen – vt) ◊lÏlχaχcflºıhh»tÑefl »tÑefl me gewoon in mijn gezicht u¶i»tfl ! Demi (aanwijzen – tt) ÓwÿÒs¡ wΩÿÒs¡tfl Spanje aχaŸºÓnnŸŸ op de kaart. De meester (goedkeuren – vt) ◊kÇkÇe®uŸñrχdÇefl ons voorstel gÎoeÌ gÎo£ėdŸ Ik (uitoefenen – tt) o£eflºıfeflf≤eflºÓnŸnŸ mijn functie al tien jaar oefl u¶i»tfl Wanneer (meedelen – tt) dÇeÑeflºılŸlŸ jej hem het slechte nieuws ÓmÇ mÇeÑefl ?
© Noordhoff Uitgevers bv
Hijj (aanmelden – vt)
Spelling op maat 7
248711.indb 66
08/11/12 10:52 AM
Kopieerblad
12 1
Werkwoorden
2
3
Naam
Vul in. hele werkwoord persoonsvorm tt
hele werkwoord
persoonsvorm vt
◊lÏlχoopŸ o•o™pŸ ÓweÌ wÉėg› jij ◊k¶ÿŒ k¶ÿŒºık»tfl k»tfl ÓnÏnχaŸ
goedmaken
ik
ÓmÇ mÇeÑėdχoefl o£eflºÓnŸnŸ
wij doen mee
u¶i»tflºÓzzŸŸºÓw‰aÏaχa¶iÇeflºÓnnŸŸ
wij zwaaiden uit
vastbinden
◊biŸbΩiŸºÓnÏnχd»tfl Óv‰a¶s¡ a¶s¡tfl ik gœeÑeflºıf≠ aχaŸºÓnŸ nŸ
opknappen
jij
o™pŸºıb∞lÏlχaŸºÓzÇzÇeflºÓnŸnŸ opŸ
wij blazen op
ÓmÇ mÇeÑeflºılÇlÇeflºÓvefl vÉeflºÓnŸnŸ
wij leefden mee
aansteken
hij
∏s¡s¡tÑeÑeflºık»tfl k»tfl aχaŸºÓnŸnŸ jij Ûr¶ÿÎd»tfl r¶ÿÎd»tfl omŸ o§mŸ
doorreizen
hij
weglopen nakijken
aangeven
omrijden
2
Werkwoorden
ik
jij
terugspelen
opwachten
afbranden
ÓmÏmχaχaŸºık»tÑefl k»tÑefl gÎgÎoeÌ gÎo£ėdŸ jij ∏sπpÇ pÇeÑeflºılÏlχdÇefl ¿tÑefltÑeflñr¶uχg› ◊kŸkŸºÓnÏnχa¶p»tÑefl opŸ o™pŸ ik Ów‰aÏ aχcflºıh»tÀtÑefl h»tÀtÑefl opŸ o™pŸ ÛrÇrÇe®i¶sÃdÇefl dχo•oorŸ o§rŸ het ◊brÏ børχaŸºÓnÏnχdχdÇefl aŸºıf≠
Onderstreep het onderwerp en vul in. ik-vorm
¿tÑefltÑeflºıllŸŸ ÓmÇ mÇeÑefl ∏sÃcflsÃcflºıhh¶u϶uχdŸ u¶i»tfl ◊befl bÉeflºıllŸŸ aχaŸºÓnnŸŸ jÎjÎaχaχg› ÓweÌ wÉėg› ¿tfltflñrÇeflºıkŸkŸ ovefl o§vÉeflñrŸ ∏s¡s¡ṫa¶pŸ opŸ o™pŸ Óv‰aŸaŸºıllŸŸ aχaŸºÓnnŸŸ ∏sπpÇpÇeÑeflºılŸlŸ ÓmÇ mÇeÑefl
3
¿tÑefltÑeflºıll»tfl»tfl niet ÓmÇ mÇeÑefl Mijn j vader (uitschudden – tt) ∏sÃcfl sÃcflºıhh¶u϶uχd»tfl de dekens u¶i»tfl Hard (aanbellen – vt) ◊befl bÉeflºıllÏχdÇefl de collectant aχaŸºÓnnŸŸ Onze buurman (wegjagen – tt) jÎaχaχg⁄tfl katten ÓweÌ wÉėg› Ik (overtrekken – tt) ¿tfltflñrÇeflºıkkŸŸ deze driehoek ovefl o§vÉeflñrŸ Na de rel (opstappen – vt) ∏s¡s¡ṫa¶p»tÑefl de minister opŸ o™pŸ De zeeleeuw (aanvallen – tt) Óv‰aŸaŸºıll»tfl»tfl het meisje aχaŸºÓnnŸŸ Goed, ik (meespelen – tt) ∏sπpÇpÇeÑeflºılŸlŸ met jullie ÓmÇ mÇeÑefl Deze toets (meetellen – tt)
Onderstreep het onderwerp en vul de persoonsvorm in.
ÓviŸ vΩiŸºÓnnÏχdŸ mijn tas ¿tÑefltÑeflñr¶uχg› De trainer (uitleggen – vt) ◊lÇlÇėgÎdÇefl de tactiek u¶i»tfl aan zijn spelers. Ik (aanbieden – tt) ◊biÇbΩiÇėdŸ je aχaŸºÓnnŸŸ om met mij mee te rijden. De agent (aanhouden – tt) g ◊hÏhχouÏ o™uχd»tfl de fietser zonder licht aχaŸºÓnnŸŸ Paul (weglopen – tt) ◊lÏlχoop»tfl o•o™p»tfl zomaar ÓweÌ wÉėg› van huis. Hijj (opwachten – vt) Ów‰aÏaχcflºıhh»tÀtÑefl »tÀtÑefl mij na schooltijd opŸ o™pŸ Mijn j zus (afstuderen – vt) ∏s¡s¡t®uχdÇeÑeflñrχdÇefl in juni aŸºıf≠ (afvragen – tt) VÜrχaχaχg› jijj j je zoiets nooit aŸºıf≠ ? Wie (samenstellen – vt) ∏s¡s¡tÑeflºılÏlχdÇefl dat programma ∏sÃaŸ sÃaŸºÓmmÇÇeflºÓnnŸŸ ? (opdrinken – tt) DÜr¶iŸºÓnnŸŸºıkkŸŸ jje je koffie opŸ o™pŸ ?
© Noordhoff Uitgevers bv
Ik (terugvinden – tt)
Spelling op maat 7
248711.indb 67
08/11/12 10:52 AM
Kopieerblad
13
Naam Nederland
1
Onderstreep de woorden die je met een hoofdletter schrijft en schrijf ze goed op. noorwegen g vanmorgen rembrandt
utrecht
italiaans
romeins
maas
januari
westkust
alpen p
speeltuin
efteling g
nicole
kerkweg g
zeeland
tennisclub
achternaam
achmed
NχoorŸ o•o§rŸºÓweÌ wÉėgœeflºÓnŸnŸ, U»tflñrÇėcflºıh»tfl h»tfl, Mχaχa¶s N¶iχċolÇoßlÇefl, KÇeflñrŸºıkŸkŸºÓweÌ wÉėg›, IÍṫaŸºıl¶iÏl¶iχaχaŸºÓn¶s n¶s AŸºıl¶pÇ l¶pÇeflºÓnŸnŸ, ZÇeÑeflºılÏlχaŸºÓnÏnχdŸ, RÇeflºÓmŸmŸºıbrÏbørχaŸºÓnÏnχd»tfl RχomÇ o§mÇe®iŸºÓn¶s, n¶s, EflºıftÑefl f√tÑeflºıl¶iŸl¶iŸºÓnÏnχg›, AχcflºıhŸhŸºÓmÇ mÇėdŸ
2
De hoofdletters ontbreken. Schrijf de zinnen goed op. mijn huisarts heet astrid vleer.
M¶ÿŒºÓnŸnŸ ◊h¶u¶i¶sÃaŸ h¶u¶i¶sÃaŸñr»t®s ◊hÇhÇeÑeÀtfl A¶s¡tflñr¶iχdŸ VÖlÇeÑeflñrŸ. het belgische elftal verblijft in brussel.
HÇeÀtfl B±eflºılÏlχgÒi¶sÃcflºıhÇhÇefl ÅefleflºılŸlŸºıftÌf√ṫaŸºılŸlŸ Óvefl vÉeflñrŸºıb∞l¶ÿŒl¶ÿŒºıftflf√tfl iŸºÓnŸnŸ BÜr¶u¶s ¶u¶sπsªsªeflºılŸlŸ. mehmet kijkt naar de boten op de rijn.
MÇeflºıhŸhŸºÓmÇ mÇeÀtfl ◊k¶ÿŒ k¶ÿŒºık»tfl k»tfl ÓnÏnχaχaŸñrŸ dÇefl ◊b‰o«otÑefltÑeflºÓnŸnŸ opŸ o™pŸ dÇefl R¶ÿŒºÓnŸnŸ. griekenland ligt in het zuiden van europa.
GÊr¶iÇeflºıkÇkÇeflºÓnŸnŸºılÏlχaŸºÓnÏnχdŸ ◊l¶iÏl¶iχg⁄tfl iŸºÓnŸnŸ ◊hÇhÇeÀtfl Óz¶u¶iÏ z¶u¶iχdÇeflºÓnŸnŸ Óv‰aŸaŸºÓnŸnŸ E®uŸñrχopÏ o™pχaŸ. het eiland texel is een waddeneiland.
HÇeÀtfl Åe®iŸe®iŸºıllÏχaŸºÓnnÏχdŸ T±eflºÓxxÑeflÑeflºıllŸŸ i¶s ÅeÑefl eÑeflºÓnnŸŸ WÄaχdχdÇeflºÓnnÇÇe®iŸºıllÏχaŸºÓnnÏχdŸ. sint-maarten wordt niet in heel nederland gevierd.
SÈiŸºÓnn»tfl»tfl-MχaχaŸñr»tÑeflºÓnnŸŸ Ów‰o§orÏrχd»tfl Ón¶iÇ n¶iÇeÀtfl iŸºÓnŸnŸ ◊hÇhÇeÑeflºıllŸŸ NÇėdÇeflñrŸºıllÏχaŸºÓnnÏχdŸ gœeflºÓviÇ vΩiÇeflñrχdŸ.
3
Geef antwoord op de vragen. Denk aan de hoofdletters! Hoe heet je juf of meester? © Noordhoff Uitgevers bv
In welke straat woon je? In welke plaats woon je? Welke taal of talen spreek jij? Naar welk tv-programma kijk jij? Wat is jouw favoriete land? Naar welke winkel ga je graag? Wat is je favoriete feestdag? Spelling op maat 7
248711.indb 68
08/11/12 10:52 AM
Kopieerblad
14
Naam Nederland
1
Schrijf de woorden in de goede rij. China
Nieuwjaar
Amerikaans mijn kat Tijger
Bevrijdingsdag
oom Willem
pŸñr¶iŸºÓn¶sª n¶sªe®s MχaŸºÓx®iŸ x®iŸºÓmÏmχaŸ o•o§mŸ WÈiŸºılŸlŸºılÇlÇeflºÓmŸmŸ oomŸ Óm¶ÿŒ m¶ÿŒÿŒºÓnŸnŸ ◊kÏkχa»tfl TÈÿÿÎgœÎgœeflñrŸ JÎa¶sÃo§nŸ dÇefl GÊrχootfl JÎa¶sÃonŸ o•o«tfl
2
Vaderdag
Jason de Groot
eigennamen
prinses Maxima Veldweg 1
Eindhoven
Chanoeka
aardrijkskundige namen
namen van feestdagen
Cflºıh¶iŸ h¶iŸºÓnÏnχaŸ AŸºÓmÇ mÇeflñr¶iŸºıkÏkχaχaŸºÓn¶s n¶s V±eflºılÏlχdŸºÓweÌ wÉėg› 1 E®iŸºÓnÏnχdŸºıhÏhχovefl o§vÉeflºÓnŸnŸ
N¶iÇe®uŸºÓwjÎaÏ wΩjÎjÎaχaŸñrŸ B±eflºÓvr¶ÿÎd¶iŸ vør¶ÿÎd¶iŸ ÿÎ ºÓnÏnχgÒsÃdχaχg› VÄaχdÇeflñrχdχaχg› CflºıhÏhχaŸºÓnÏnχoefl o£eflºıkÏkχaŸ
Onderstreep de woorden die je met een hoofdletter schrijft. het eiland sicilië hoort ook bij italië. met p pasen gaan we wandelen in de ardennen. columbus ontdekte niet indië, maar amerika. sla linksaf bij de kerkweg, g dan kom je bij de vermeerlaan. in bijna elke plaats is wel een albert heijn. j het ijsselmeer ligt in het noorden van nederland. j nick en simone hebben zin in kerstmis. Schrijf goede p plek. j de kaart met de hoofdletters op p de g hoi samir, ik ben nu op tenerife. dat is een canarisch eiland. het ligt vlakbij afrika. na kerstmis ben ik weer thuis. tot snel. groetjes van martijn
samir benasker bosweg 33a 8600 ab sneek
HχoiŸo™iŸ SÄaŸºÓm¶iŸ m¶iŸñrŸ, I°kŸ ◊befl bÉeflºÓnŸnŸ Ón¶uŸ n¶uŸ opŸ o™pŸ T±eflºÓnÇnÇeflñr¶iŸºıffefl≤efl. DÄa»tfl i¶s ÅeÑefl eÑeflºÓnŸnŸ ĊaŸºÓnÏnχaŸñr¶i¶sÃcflºıhŸhŸ Åe®iŸe®iŸºılÏlχaŸºÓnÏnχdŸ. SÄaŸºÓmm¶iŸ¶iŸñrŸ B±eflºÓnnÏχa¶s∂kÇeflñrŸ HÇeÀtfl ◊l¶iÏl¶iχg⁄g⁄tfl Óv∞lÏlχaŸºıkŸkŸºıbÿ› bΩÿ›ÿ› AŸºıfr¶iŸ fÚr¶iŸºıkÏkχaŸ. BÄo¨s∑wÉ weÌėg› 33aŸ NχaŸ KÇeflñr¶s¡tflºÓm¶i¶s m¶i¶s ◊befl bÉeflºÓnŸnŸ iŸºıkŸkŸ ÓweÑefl wÉeÑeflñrŸ ¿tfltflºıh¶u¶i¶s. h¶u¶i¶s. 8600 AŸB SÜnÇeÑeflºıkŸkŸ TÄo«ttflfl ∏s∑nÇnÇeflºıllŸŸ. GÊrχoeÀt®jœ o£eÀt®jœe®s Óv‰aŸaŸºÓnŸnŸ MχaŸñr»t®ÿŒºÓnŸnŸ
© Noordhoff Uitgevers bv
3
Spelling op maat 7
248711.indb 69
08/11/12 10:52 AM
Kopieerblad
1
2
Naam
Vul in. willen
kunnen
ÓwiŸ wΩiŸºılŸlŸ ÓwiŸ wΩiŸºılŸlŸ, ÓwiŸ wΩiŸºıl»tfll»tfl ÓwiŸ wΩiŸºılŸlŸ ÓwiŸ wΩiŸºılŸlŸºılÇlÇeflºÓnŸnŸ
ik jij ander meer
◊kÏkχaŸºÓnŸnŸ ◊k¶uŸ k¶uŸºÓn»tfl n»tfl, ◊kÏkχaŸºÓnŸnŸ ◊kÏkχaŸºÓnŸnŸ ◊k¶uŸ k¶uŸºÓnŸnŸºÓnÇnÇeflºÓnŸnŸ
zijn ik jij ander meer
2
mogen
◊befl bÉeflºÓnŸnŸ ◊befl bÉeflºÓn»tfl n»tfl i¶s Óz¶ÿŒ z¶ÿŒºÓnŸnŸ
◊hÇhÇeflºıb· ◊hÇhÇeflºıbÕtfltfl ◊hÇhÇeÑeflºıfftfl√tfl ◊hÇhÇeflºıb∞bÉbefleflºÓnŸnŸ zullen
ÓmÏmχaχg› ÓmÏmχaχg› ÓmÏmχaχg› ÓmÏmχogœ o•gœeflºÓnŸnŸ
ÓzÏzχaŸºılŸlŸ Óz¶uŸ z¶uŸºıl»tfll»tfl, ÓzÏzχaŸºılŸlŸ ÓzÏzχaŸºılŸlŸ Óz¶uŸ z¶uŸºılŸlŸºılÇlÇeflºÓnŸnŸ
Onderstreep de persoonsvorm en schrijf het hele werkwoord op. Vanaf morgen zal ik altijd mijn huiswerk maken. Gelukkig ben ik al naar school geweest. Mijn moeder is blij met haar nieuwe fiets. Heb je een bedelaar wel eens geld gegeven? Kan jij heel goed schaatsen? Mag g jij vuurwerk afsteken? Daarvoor zal je binnen moeten kijken. Het meisje mag g zaterdag naar de disco. Mijn zusje kan haar veters al strikken!
3
hebben
Óz¶uŸ z¶uŸºıllŸŸºıllÇÇeflºÓnnŸŸ Óz¶ÿŒ z¶ÿŒºÓnŸnŸ Óz¶ÿŒ z¶ÿŒÿŒºÓnŸnŸ ◊hÇhÇeflºıb∞bÉbefleflºÓnŸnŸ ◊k¶uŸ k¶uŸºÓnnŸŸºÓnnÇÇeflºÓnnŸŸ ÓmÏmχogœ o•gœgœeflºÓnŸnŸ Óz¶uŸ z¶uŸºılŸlŸºılÇlÇeflºÓnŸnŸ ÓmÏmχogœ o•gœgœeflºÓnŸnŸ ◊k¶uŸ k¶uŸºÓnŸnŸºÓnÇnÇeflºÓnŸnŸ
Onderstreep het onderwerp en vul de persoonsvorm tt in.
Óz¶ÿŒ z¶ÿŒºÓnŸnŸ
Samen (zijn)
◊hÇhÇeÑeflºıftflf√tfl
De dokter (hebben)
ÓwiŸ wΩiŸºıllŸŸ
Hijj (willen)
Mijn j zusje j (mogen) Jijj (zijn)
◊befl bÉeflºÓnn»tfl»tfl WÈiŸºıllŸŸ
Waar (hebben) Jullie (mogen)
de man onderzocht.
een pleister op de wond plakken.
ÓmÏmχaχg›
laat naar bed.
al heel vroeg wakker.
◊kÏkχaŸºÓnnŸŸ
Waar (kunnen) (willen)
we in het park geweest.
© Noordhoff Uitgevers bv
15
Werkwoorden
hijj de plakband vinden?
jjijj niet eerst even douchen?
◊hÇhÇeflºıb· mχogœ o•gœeflºÓnŸnŸ
jjijj de koekjes verstopt? straks tekenen.
Spelling op maat 7
248711.indb 70
08/11/12 10:53 AM
Kopieerblad
16
Werkwoorden
2
Naam
Vul de tegenwoordige tijd in.
ik ander meer
p¶uŸºıf≠ p¶uŸºıfftfl√tfl p¶uŸºıf¥f≤fefleflºÓnŸnŸ begroeten
ik ander meer
◊beÌ bÉėgÊgÊrχoeÀtfl o£eÀtfl ◊beÌ bÉėgÊgÊrχoeÀtfl o£eÀtfl ◊beÌ bÉėgÊrχoeÀtÑefl o£eÀtÑeflºÓnŸnŸ grinniken
ik ander meer
gÊ ºÓnŸnŸºÓn¶iŸ gÊr¶iŸ n¶iŸºıkŸkŸ gÊgÊr¶iŸºÓnŸnŸºÓn¶iŸ n¶iŸºık»tfl k»tfl gÊr¶iŸºÓnŸnŸºÓn¶iŸ n¶iŸºıkÇkÇeflºÓnŸnŸ controleren
ik ander meer
ċon»tfl o§n»tflñrχolÇoßlÇeÑeflñrŸ ċon»tfl o§n»tflñrχolÇoßlÇeÑeflñr»tfl ċon»tfl o§n»tflñrχolÇoßlÇeflñrÇeflºÓnŸnŸ strijden
ik ander meer
∏s¡s¡tflñr¶ÿÎdŸ ÿÎ ∏s¡s¡tflñr¶ÿÎd»tfl ÿÎ ∏s¡s¡tflñr¶ÿÎdÇeflºÓnŸnŸ bonzen
ik ander meer
◊b‰o§on¶s n¶s ◊b‰o§on¶s¡ n¶s¡tfl ◊b‰o§onŸnŸºÓzÇzÇeflºÓnŸnŸ inrichten
ik ander meer
Ûr¶iÏr¶iχcflºıh»tfl h»tfl iŸºÓnŸnŸ Ûr¶iÏr¶iχcflºıh»tfl h»tfl iŸºÓnŸnŸ Ûr¶iÏr¶iχcflºıh»tÑefl h»tÑeflºÓnŸnŸ iŸºÓnŸnŸ
vissen
Óvi¶s vΩi¶s Óvi¶s¡ vΩi¶s¡tfl Óvi¶s vΩi¶sπsªsªeflºÓnŸnŸ genieten
gœeflºÓn¶iÇ n¶iÇeÀtfl gœeflºÓn¶iÇ n¶iÇeÀtfl gœeflºÓn¶iÇ n¶iÇeÀtÑeflºÓnŸnŸ zweten
ÓzŸzŸºÓweÑeÀtfl wÉeÑeÀtfl ÓzŸzŸºÓweÑeÀtfl wÉeÑeÀtfl ÓzŸzŸºÓweÀtÑefl wÉeÀtÑeflºÓnŸnŸ ontwerpen
on»tfl o§n»tflºÓwefl wÉeflñr¶pŸ on»tfl o§n»tflºÓwefl wÉeflñr¶p»tfl on»tfl o§n»tflºÓwefl wÉeflñr¶pÇeflºÓnŸnŸ zuchten
Óz¶uÏ z¶uχcflºıh»tfl h»tfl Óz¶uÏ z¶uχcflºıh»tfl h»tfl Óz¶uÏ z¶uχcflºıh»tÑefl h»tÑeflºÓnŸnŸ verdoven
Óvefl vÉeflñrχdχo•oofoßf≠ Óvefl vÉeflñrχdχo•ooftfl oßf√tfl Óvefl vÉeflñrχdχo§ovefl vÉeflºÓnnŸŸ eisen
Åe®i¶s e®i¶s Åe®i¶s¡ e®i¶s¡tfl Åe®i¶sª e®i¶sªeflºÓnŸnŸ
schaven
∏sÃcflsÃcflºıhÏhχaχaŸºıf≠ ∏sÃcflsÃcflºıhÏhχaχaŸºıftflf√tfl ∏sÃcflsÃcflºıhÏhχaŸºÓvefl vÉeflºÓnŸnŸ vrezen
ÓvrÇ vørÇeÑe®s ÓvrÇ vørÇeÑe®s¡tfl ÓvrÇ vørÇeflºÓzÇzÇeflºÓnŸnŸ opletten
◊lÇlÇeÀtfl opŸ o™pŸ ◊lÇlÇeÀtfl opŸ o™pŸ ◊lÇlÇeÀtÀtÑeflºÓnŸnŸ opŸ o™pŸ trappen
¿tfltflñrχa¶pŸ ¿tfltflñrχa¶p»tfl ¿tfltflñrχa¶p¶pÇeflºÓnŸnŸ drinken
dŸñr¶iŸºÓnŸnŸºıkŸkŸ dŸñr¶iŸºÓnŸnŸºık»tfl k»tfl dŸñr¶iŸºÓnŸnŸºıkÇkÇeflºÓnŸnŸ sluiten
∏s∂l¶u¶i»tfl s∂l¶u¶i»tfl ∏s∂l¶u¶i»tfl s∂l¶u¶i»tfl ∏s∂l¶u¶i»tÑefl s∂l¶u¶i»tÑeflºÓnŸnŸ mompelen
ÓmÏmχom¶pÇ o§m¶pÇeflºılŸlŸ ÓmÏmχom¶pÇ o§m¶pÇeflºıl»tfll»tfl ÓmÏmχom¶pÇ o§m¶pÇeflºılÇlÇeflºÓnŸnŸ
© Noordhoff Uitgevers bv
puffen
Spelling op maat 7
248711.indb 71
08/11/12 10:53 AM
Kopieerblad
17
Naam thermometer
1
Schrijf het woord op. Zeg het woord.
2
Je hoort /t/, maar schrijft:
Schrijf op.
tfl hŸ
het
¿tfltflºıhÇhÇėa»tÑeflñrŸ
¿tfltflºıhŸhŸ
het
¿tfltflºıhÇhÇeÑeflºÓzÏzχaŸºık¶jœk¶jœefl
¿tfltflºıhŸhŸ
de
◊biŸbΩiŸºıb∞l¶iÏl¶iχo«otfltflºıhhÇÇeÑeflºıkkŸŸ
¿tfltflºıhŸhŸ
de
¿tfltflºıhÇhÇeflñrŸºÓmmÏχo§omÇ mÇeÀtÑeflñrŸ
t of th? Schrijf het woord in de goede rij. erapeut stop eken me ode egenstander afellaken ermoskan disco eek erugkeren fruit eler uiskomen magne ron mara on
t
th
∏s¡s¡ṫop»tÑefl o™p»tÑeflºıkÇkÇeflºÓnŸnŸ ¿tÑeÌtÑėgœeflºÓn¶s¡ n¶s¡ṫaŸºÓnÏnχdÇeflñrŸ ¿tÌṫaŸºıffefl≤eflºılŸlŸºılÏlχaŸºıkÇkÇeflºÓnŸnŸ ¿tÑefltÑeflñr¶uχgŒºıkÇkÇeflñrÇeflºÓnŸnŸ ◊ffr¶u¶i»tÀtÑefl Úr¶u¶i»tÀtÑeflºılÇlÇeflñrŸ ÓmÏmχaχgŒºÓnÇnÇeÀtflñrχonŸ o§nŸ Vul in. Drenthe
Het
theorie
therapie
¿tfltflºıhÇhÇeflºÓmmÏχaŸ
theelepels
thermostaat
thema
van het feest is: piraten.
DÜrÇeflºÓnn»tfl»tflºıhhÇÇefl wel eens gezien? Ik heb het koud! Wil je de ¿tfltflºıhÇhÇeflñrŸºÓmmÏχo¨os¡s¡ṫaχa»tfl hoger zetten? Mijn vader is geslaagd voor het ¿ttflflºıhhÇÇėo§or¶iÇ r¶iÇefl -examen. Waar zijn alle ¿tfltflºıhÇhÇeÑeflºılÇlÇe®pÇeflºıl¶sl¶s gebleven? Pascal krijgt ¿tfltflºıhÇhÇeflñrχa¶p¶iÇefl om zijn woede te leren beheersen. Heb je de hunebedden in
© Noordhoff Uitgevers bv
3
¿tfltflºıhÇhÇeflñrχa¶pÇe®u»tfl ÓmÇ mÇeÀtflºıhÏhχodÇ o•dÇefl ¿tfltflºıhÇhÇeflñrŸºÓmÏmχos∂kÏ o¨s∂kχaŸºÓnŸnŸ d¶i¶sÃċotfl o«tflºıhÇhÇeÑeflºıkŸkŸ ¿tfltflºıh¶u¶i¶s∂kÏ h¶u¶i¶s∂kχomÇ o§mÇeflºÓnŸnŸ ÓmÏmχaŸñrχa»tflºıhÏhχonŸ o§nŸ
Spelling op maat 7
248711.indb 72
08/11/12 10:53 AM
Kopieerblad
18
Naam thermometer
1
Kruis aan en schrijf het woord op.
✗ ✗ ✗
Thailand de therapie thuisblijven
✗ ✗ ✗
de tegenstelling
✗ ✗ ✗ ✗
Liesbeth de bibliotheek het theezakje Athene
2
✗ ✗ ✗
✗
T°hχa¶iŸºıllÏχaŸºÓnnÏχdŸ de ¿tfltflºıhÇ hÇeflñrχa¶p¶iÇefl ¿tfltflºıh¶u¶i¶s∂b h¶u¶i¶s∂b∞l¶ÿŒl¶ÿŒÿŒºÓvefl vÉeflºÓnŸnŸ de ¿tÑeÌ tÑėgœœeflºÓn¶s¡ n¶s¡tÑeflºılŸlŸºıl¶iŸl¶iŸºÓnÏnχg› L¶iÇe®s∂beÀtfl ®s∂bÉeÀtflºıhŸhŸ de ◊biŸ bΩiŸºıb∞l¶iÏl¶iχotfl o«tflºıhÇhÇeÑeflºıkŸkŸ het ¿tfltflºıhÇ hÇeÑeflºÓzÏzχaŸºık¶jœk¶jœefl A»tflºıhÇhÇeflºÓnÇnÇefl
Schrijf de woorden op. = th z = t zelefoon ans eezakje
kriziek zegelijk ermosfles
boekzitel kaoliek
uiskomst
verzicaal zemperatuur
kaedraal meode eater
apoeker kanzoor
¿tfltflºıh¶u¶i¶s∂kÏ h¶u¶i¶s∂kχo§om¶s¡ m¶s¡tfl Óvefl vÉeflñr»t®iχċaχaŸºıllŸŸ ¿tÑefltÑeflºÓm¶pÇ m¶pÇeflñrχa»t®u¶uŸñrŸ ◊kÏkχa»tflºıhhÇÇėdŸñrχaχaŸºıllŸŸ ÓmÇ mÇeÀtflºıhhÏχo•odÇdÇefl ¿tfltflºıhÇhÇėa»tÑeflñrŸ a¶pχotfl o«tflºıhÇhÇeflºıkÇkÇeflñrŸ ◊kÏkχaŸºÓnn»tÌ»ṫo•oorŸ o§rŸ
Vul in: th of t. Schrijf het woord dan helemaal op. Ik meet mijn temperatuur met de In het recept staat: voeg 3 Eet niet
¿tfltfl
¿tfltflºıhŸhŸ ermometer.
¿tfltflºıhŸhŸ eelepels suiker toe.
eveel snoep! Straks krijg je buikpijn.
¿tfltflºıhŸhŸ ema van dit boek is: liefde. De hoofdstad van Dren ¿tfltflºıhŸ hŸ e is: Assen. Je vindt alle informatie in dat ar ¿tfltfl ikel. Wist je niet dat T°hŸ ailand in Azië ligt? Hij is meer van de praktijk, dan van de ¿tfltflºıhŸ hŸ eorie. Ik lever mijn recept in bij de apo ¿tfltflºıhŸ hŸ eek. Het
¿tfltflºıhÇhÇeflñrŸºÓmmÏχo§omÇ mÇeÀtÑeflñrŸ ¿tfltflºıhÇhÇeÑeflºılÇlÇe®pÇeflºıl¶sl¶s ¿tÑefltÑeflºÓvveÑefl ÉeÑeflºıllŸŸ ¿tfltflºıhÇhÇeflºÓmmÏχaŸ DÜrÇeflºÓnn»tfl»tflºıhhÇÇefl aŸñr»t®iŸºıkkÇÇeflºıllŸŸ T°hχa¶iŸºıllÏχaŸºÓnnÏχdŸ ¿tfltflºıhÇhÇėo§or¶iÇ r¶iÇefl a¶pχotfl o«tflºıhÇhÇeÑeflºıkŸkŸ
© Noordhoff Uitgevers bv
3
¿tÑefltÑeflºılÇlÇeflºıffoonŸ μo•o§nŸ ¿tfltflºıhÏhχaŸºÓnn¶s¶s ¿tfltflºıhÇhÇeÑeflºÓzÏzχaŸºık¶jœk¶jœefl ◊kŸkŸñr¶i»t®iÇeflºıkkŸŸ ¿tÑeÌtÑėgœeflºıl¶ÿŒl¶ÿŒÿŒºıkŸkŸ ¿tfltflºıhÇhÇeflñrŸºÓmÏmχos∂f o¨s∂f¥lÇf lÇe®s ◊b‰o£oefleflºıkk»t®i»tÑefl »t®i»tÑeflºıllŸŸ ◊kÏkχa»tflºıhhÏχoßol¶iÇl¶iÇeflºıkkŸŸ
Spelling op maat 7
248711.indb 73
08/11/12 10:53 AM
Kopieerblad
19 1
Naam
Werkwoorden
2
3
Onderstreep het onderwerp en de persoonsvorm en vul in.
De muzikant speelde op zijn trompet. p De zebra’s vluchtten voor de leeuw. De gids g leidt de groep rond. Startte de motor niet? Wat p praatten die jjongens druk! g Ik help p mama als papa er niet is. Het vliegtuig g g uit Praag g landt zo meteen. Onthoud je j dat telefoonnummer wel?
2
Werkwoorden
ik-vorm
erbij
∏sπpÇpÇeÑeflºılŸlŸ Óv∞l¶uÏ l¶uχcflºıh»tfl h»tfl ◊lÇlÇe®iχdŸ ∏s¡s¡ṫaŸñr»tfl pŸñrχaχa»tfl ◊hÇhÇeflºıl¶pŸ l¶pŸ ◊lÏlχaŸºÓnÏnχdŸ o§n»tflºıhÏhχouÏ on»tfl o™uχdŸ
dÇefl ¿ttÑeflÑeflºÓnnŸŸ ¿tfltfl ¿ttÑeflÑefl ¿ttÑeflÑeflºÓnnŸŸ – ¿tfltfl –
Onderstreep het onderwerp en vul in. ik-vorm
◊brÏbørχaχaχdŸ Ów‰o•oonŸ o§nŸ ◊beÀtÌ bÉeÀṫaχaŸºıllŸŸ gŒºıl¶ÿÎdŸ l¶ÿÎdŸ ÿÎ o§n»tflºıhÏhχouÏ on»tfl o™uχdŸ ◊kŸkŸºıllÇÇeÀt®s Óvefl vÉeflñrŸºÓzz¶iŸ¶iŸºÓnnŸŸ ÓvrÏ vørχaχaχg› ∏s∑nÇnÇeÑe®uŸºÓw·
◊brÏbørχaχaχd»tfl
De oude mevrouw (wonen – vt)
het vlees lekker bruin.
Ów‰o•oonÏ o§nχdÇefl
daar.
◊beÀtÌ bÉeÀṫaχaŸºıllÏχdÇefl de kaartjes voor de film. Ik (glijden – tt) gŒºıl¶ÿÎdŸ l¶ÿÎdŸ snel van de glijbaan. Die dingen (onthouden – tt) o§n»tflºıhhÏχo™ouÏuχd»tfl mijnj broer. on»tfl Sarah en ik (kletsen – vt) ◊kŸkŸºıllÇÇeÀt®s¡tÑeflºÓnnŸŸ veel. Hoe (verzinnen – tt) ÓvveflÉeflñrŸºÓzz¶iŸ¶iŸºÓnn»tfl»tfl hijj dat allemaal? Jijj (vragen – tt) ÓvrÏ vørχaχaχg⁄tfl haar binnen voor thee. Het (sneeuwen) vorige week. ∏s∑nÇnÇeÑe®uŸºÓw‰dÇdÇefl Hijj (betalen – vt)
Onderstreep en vul de persoonsvorm in. ik/ander/meer ik/ander/meer ik/ander/meer ik/ander/meer ik/ander/meer ik/ander/meer ik/ander/meer ik/ander/meer ik/ander/meer ik/ander/meer
Ûr¶ÿÎd»tfl r¶ÿÎd»tfl soms met zwaailichten. Wij (wennen – vt) snel aan die auto. Ówefl wÉeflºÓnnÏχdÇeflºÓnnŸŸ De voetballers (vrezen – vt) ÓvrÇ vørÇeÑe®sÃdÇeflºÓnnŸŸ de tegenstander. De oude man (horen – tt) ◊hÏhχoor»tfl o•o§r»tfl niet zo goed meer. Het meisje (wachten – vt) Ów‰aÏaχcflºıhh»tÀtÑefl »tÀtÑefl bij de bushalte. (rekenen – tt) jij de sommen uit? RÇeflºıkkÇÇeflºÓnnŸŸ De jongens (vernielen – vt) Óvefl vÉeflñrŸºÓnn¶iǶiÇeflºıllÏχdÇeflºÓnnŸŸ de fiets. Ik (snappen – vt) de vraag niet zo goed. ∏s∑nÏnχa¶p»tÑefl Jij (scheuren – tt) ∏sÃcflsÃcflºıhhÇÇe®uŸñr»tfl het blaadje doormidden. (schuifelen – vt) SÄcflºıh¶u¶iŸ h¶u¶iŸºıfeflf≤eflºılÏlχdÇeflºÓnŸnŸ de koeien dichterbij? De politie (rijden – tt)
© Noordhoff Uitgevers bv
3
Revi (braden – tt)
Spelling op maat 7
248711.indb 74
08/11/12 10:53 AM
Kopieerblad
20
Naam
Werkwoorden
Werkwoorden
2
3
Vul in.
ik ander meer
ċon»tfl o§n»tflñrχolÇoßlÇeÑeflñrŸ ċon»tfl o§n»tflñrχolÇoßlÇeÑeflñr»tfl ċon»tfl o§n»tflñrχolÇoßlÇeflñrÇeflºÓnŸnŸ verzorgen (tt)
ik ander meer
Óvefl vÉeflñrŸºÓzÏzχorÏ o§rχg› Óvefl vÉeflñrŸºÓzÏzχorÏ o§rχg⁄g⁄tfl Óvefl vÉeflñrŸºÓzÏzχorÏ o§rχgœeflºÓnŸnŸ zorgen (vt)
ik ander meer
ÓzÏzχorÏ o§rχgÎgÎdÇefl ÓzÏzχorÏ o§rχgÎgÎdÇefl ÓzÏzχorÏ o§rχgÎdÇeflºÓnŸnŸ raden (vt)
ik ander meer
ÛrÏrχaχaχdχdÇefl ÛrÏrχaχaχdχdÇefl ÛrÏrχaχaχdχdÇeflºÓnŸnŸ ontploffen (vt)
ik ander meer
o§on»t®pŸ n»t®pŸºılÏlχoftÑefl oßf√tÑefl o§n»t®pŸºılÏlχoftÑefl on»t®pŸ oßf√tÑefl o§n»t®pŸºılÏlχoftÑefl on»t®pŸ oßf√tÑeflºÓnŸnŸ scheiden (vt)
ik ander meer
∏sÃcflsÃcflºıhÇhÇe®iχdχdÇefl ∏sÃcflsÃcflºıhÇhÇe®iχdχdÇefl ∏sÃcflsÃcflºıhÇhÇe®iχdχdÇeflºÓnŸnŸ terugzetten (vt)
ik ander meer
ÓzÇzÇeÀtÀtÑefl ¿tÑefltÑeflñr¶uχg› ÓzÇzÇeÀtÀtÑefl ¿tÑefltÑeflñr¶uχg› ÓzÇzÇeÀtÀtÑeflºÓnŸnŸ ¿tÑefltÑeflñr¶uχg›
rillen (vt)
Ûr¶iŸr¶iŸºılÏlχdÇefl Ûr¶iŸr¶iŸºılÏlχdÇefl Ûr¶iŸr¶iŸºılÏlχdÇeflºÓnŸnŸ zwaaien (tt)
ÓzŸzŸºÓw‰aÏaχa¶iŸ ÓzŸzŸºÓw‰aÏaχa¶i»tfl ÓzŸzŸºÓw‰aÏaχa¶iÇeflºÓnŸnŸ halen (tt)
voeren (tt)
Óv‰o£oefleflñrŸ Óv‰o£oefleflñr»tfl Óv‰o£oefleflñrÇeflºÓnŸnŸ strelen (vt)
∏s¡s¡tflñrÇeÑeflºılÏlχdÇefl ∏s¡s¡tflñrÇeÑeflºılÏlχdÇefl ∏s¡s¡tflñrÇeÑeflºılÏlχdÇeflºÓnŸnŸ leggen (vt)
◊hÏhχaχaŸºılŸlŸ ◊hÏhχaχaŸºıl»tfll»tfl ◊hÏhχaŸºılÇlÇeflºÓnŸnŸ
◊llÇÇėgÎgÎdÇefl ◊llÇÇėgÎgÎdÇefl ◊lÇlÇėgÎdÇeflºÓnŸnŸ
fietsen (tt)
stoppen (tt)
◊ffiÇØiÇeÀt®s ◊ffiÇØiÇeÀt®s¡tfl ◊fiÇfØiÇeÀt®sªeflºÓnŸnŸ lakken (vt)
◊lÏlχaŸºık»tÑefl k»tÑefl ◊lÏlχaŸºık»tÑefl k»tÑefl ◊lÏlχaŸºık»tÑefl k»tÑeflºÓnŸnŸ melden (tt)
ÓmÇ mÇeflºılÏlχdŸ ÓmÇ mÇeflºılÏlχd»tfl ÓmÇ mÇeflºılÏlχdÇeflºÓnŸnŸ afhaken (tt)
◊hÏhχaχaŸºıkŸkŸ aŸºıf≠ ◊hÏhχaχaŸºık»tfl k»tfl aŸºıf≠ ◊hÏhχaŸºıkÇkÇeflºÓnŸnŸ aŸºıf≠
∏ss¡¡ṫo™opŸpŸ ∏ss¡¡ṫo™op»tfl p»tfl ∏s¡s¡ṫop¶pÇ o™p¶pÇeflºÓnŸnŸ steppen (tt)
∏s¡s¡tÑe®pŸ ∏s¡s¡tÑe®p»tfl ∏s¡s¡tÑe®p¶pÇeflºÓnŸnŸ vouwen (vt)
Óv‰o™ouŸuŸºÓw‰dÇdÇefl Óv‰o™ouŸuŸºÓw‰dÇdÇefl Óv‰o™ouŸuŸºÓw‰dÇdÇeflºÓnŸnŸ opletten (vt)
◊lÇlÇeÀtÀtÑefl opŸ o™pŸ ◊lÇlÇeÀtÀtÑefl opŸ o™pŸ ◊lÇlÇeÀtÀtÑeflºÓnŸnŸ opŸ o™pŸ
© Noordhoff Uitgevers bv
controleren (tt)
Spelling op maat 7
248711.indb 75
08/11/12 10:53 AM
Kopieerblad
Naam bureau
1
Kruis aan en schrijf het woord op.
✗
het niveau
het bureau het plateau
✗ ✗ ✗ ✗
de journalist het parcours het cadeau
✗ ✗
de patrouille
Ónn¶iŸ¶iŸºÓvveÌÉėa¶uŸ de dχouÏ o™uχcflºıhhÇÇefl het ◊buŸ bΩuŸñrÇėa¶uŸ het pŸºılÏlχa»tÑėa¶uŸ de e jÎouŸ jÎo™uŸñrŸºÓnÏnχaŸºıl¶i¶s¡ l¶i¶s¡tfl het pχaŸñrχċouŸ o™uŸñr¶s het ċaχdÇėa¶uŸ de pχa»tflñrχou¶iŸ o™u¶iŸºılŸlŸºılÇlÇefl het
✗
de douche
2
Schrijf de woorden op. oe
ou
ċou¶pŸ o™u¶pŸºılÇlÇeÀtfl, ◊kÏkχoe®iÇ o£e®iÇeflºÓnŸnŸ ◊b‰o™ou¶iŸ u¶iŸºılŸlŸºılÏlχonŸ o§nŸ, ∏sÃoe®pŸ sÃo£e®pŸ ¿tÌṫoefl o£eflñr¶i¶s¡tfl, ∏sÃouŸ sÃo™uŸºÓvefl vÉeflºÓn¶iŸ n¶iŸñrŸ ÓmÏmχoe®s, o£e®s, ċouŸ o™uŸñrχgœeÀtÀtÑe®s ÛrÇrÇeÀṫouŸ o™uŸñr»t®jœjœefl, ◊b‰o£oeÀtÑefl eÀtÑefl ÅefleflºÓn»tfl n»tflºıhÏhχou¶s o™u¶sπiÏiχa¶s¡tfl, ¿tÌṫoe®s¡ o£e®s¡tÑeflºılŸlŸ ◊b∞lÏlχou¶sª o™u¶sªefl, ◊b‰o£oeÀt®iÇ eÀt®iÇeflºıkŸkŸ ċouŸ o™uŸñrÇe®uŸñrŸ, ÛrÏrχoefl o£eflºıkÇkÇeflºılÏlχoos o•o¨s
Ik zong één c…plet van het lied over k…ien. B…illon vindt ze lekkerder dan s…p. Elke t…rist koopt hier een s…venir. De kok maakt m…s van de c…rgettes. De man zonder ret…rtje kreeg een b…te. Ze is niet enth…siast over dat t…stel. Juf kocht die bl…se in een kleine b…tiek. Die c…reur rijdt wel erg r…keloos.
3
route
Welk woord hoort erbij? cadeau
weg geschenk nieuws ervaring aandenken schrijftafel
coupon coulisse douane route goulash toupet journaal bureau souvenir niveau routine
ÛrÏrχo™ou»tÑefl u»tÑefl ċaχdÇėa¶uŸ jÎo™uŸñrŸºÓnÏnχaχaŸºılŸlŸ jÎouŸ ÛrÏrχo™ou»t®iŸ u»t®iŸºÓnnÇÇefl ∏sÃouŸ sÃo™uŸºÓvveflÉeflºÓnn¶iŸ¶iŸñrŸ ◊buŸ bΩuŸñrÇėa¶uŸ
pruik vleesgerecht kwaliteit bon grensbewaking toneel
¿tÌṫou¶pÇ o™u¶pÇeÀtfl gÎo™uŸºılÏlχa¶s∂hŸ gÎouŸ Ón¶iŸ n¶iŸºÓvveÌÉėa¶uŸ ċou¶pÏ o™u¶pχonŸ o§nŸ dχouÏ o™uχaŸºÓnnÇÇefl ċouŸ o™uŸºıll¶i¶s¶i¶sπsªsªefl
© Noordhoff Uitgevers bv
21
Spelling op maat 7
248711.indb 76
08/11/12 10:53 AM
Kopieerblad
Naam bureau
1
Schrijf het woord op. Zeg het woord.
Kruis aan.
Schrijf op.
✗
het
de
◊b∞lÏlχou¶sª o™u¶sªefl
✗
de
dχo™ouÏuχcflºıhhÇÇefl
het
✗
de
◊buŸ bΩuŸñrÇėa¶uŸ ¿tÌṫou¶pÇ o™u¶pÇeÀtfl
Maak de woorden los en schrijf ze op. patrouilleretourplateau routeragoutcoupon parcoursniveaujournaal souvenircadeaucoulisse goulashtoupetcouplet blousebureaubouillon
3
ċaχdÇėa¶uŸ
✗
✗
2
route
pχa»tflñrχou¶iŸ o™u¶iŸºılŸlŸºılÇlÇefl, ÛrÇrÇeÀṫouŸ o™uŸñrŸ, pŸºılÏlχa»tÑėa¶uŸ ÛrÏrχou»tÑefl o™u»tÑefl, ÛrÏrχaχgÎgÎou»tfl gÎo™u»tfl, ċou¶pÏ o™u¶pχonŸ o§nŸ pχaŸñrχċouŸ o™uŸñr¶s, Ón¶iŸ n¶iŸºÓveÌ vÉėa¶uŸ, jÎjÎouŸ jÎo™uŸñrŸºÓnÏnχaχaŸºılŸlŸ ∏sÃouŸ sÃo™uŸºÓvefl vÉeflºÓn¶iŸ n¶iŸñrŸ, ċaχdÇėa¶uŸ, ċouŸ o™uŸºıl¶i¶s l¶i¶sπsªsªefl gÎo™uŸºılÏlχa¶s∂hŸ, ¿tÌṫou¶pÇ gÎgÎouŸ o™u¶pÇeÀtfl, ċou¶pŸ o™u¶pŸºılÇlÇeÀtfl ◊b∞lÏlχou¶sª o™u¶sªefl, ◊buŸ bΩuŸñrÇėa¶uŸ, ◊b‰o™ou¶iŸ u¶iŸºılŸlŸºılÏlχonŸ o§nŸ
Vul in. Een plateau waar je kaas op legt, heet een Een retourtje voor de trein, is een De route die je kunt wandelen, is een Het bureau van de politie, noem je het Bouillon van vlees, is Een douche die buiten is, heet een Een plant waar courgettes aan groeien, is een Een bakje waar je ragout in doet, is een De winkel waar je een cadeau koopt, heet een
◊kÏkχaχa¶s a¶sπpŸpŸºılÏlχa»tÑėa¶uŸ ¿tfltflñrÇe®iŸºÓnŸnŸñrÇeÀṫouŸ o™uŸñr»t®jœjœefl Ów‰aŸaŸºÓnnÏχdÇeflºıllŸŸñrχo™ou»tÑefl u»tÑefl pχol¶i»t®iÇ oßl¶i»t®iÇeflºıbuŸ bΩuŸñrÇėa¶uŸ Óv∞lÇlÇeÑe®s∂b‰o™ Ñe®s∂b ou¶iŸ u¶iŸºıllŸŸºıllÏχo§onŸnŸ ◊bu¶i»tÑefl bΩu¶i»tÑeflºÓnnÏχdχo™ouÏuχcflºıhhÇÇefl ċouŸ o™uŸñrχgœeÀtÀtÑe®pŸºılÏlχaŸºÓn»tfl n»tfl ÛrÏrχaχgÎgÎou»tfl gÎo™u»tflºıb‰aŸaŸºık¶jœk¶jœjœefl ċaχdÇėa¶uŸºÓwiŸ wΩiŸºÓnŸnŸºıkÇkÇeflºılŸlŸ
© Noordhoff Uitgevers bv
22
Spelling op maat 7
248711.indb 77
08/11/12 10:53 AM
Kopieerblad
23 1
Werkwoorden
4
Naam
Vul de persoonsvorm vt in. springen
vliegen
∏sπpŸpŸñrχonÏ o§nχg› ∏sπpŸpŸñrχonÏ o§nχg› ∏sπpŸpŸñrχonÏ o§nχgœeflºÓnŸnŸ
ik ander meer
Óv∞lÏlχoog› o•o•g›g› Óv∞lÏlχoog› o•o•g›g› Óv∞lÏlχogœ o•gœeflºÓnŸnŸ
moeten ik ander meer
2
◊bbeÌÉėdχaχcflºıhh»tfl»tfl ◊bbeÌÉėdχaχcflºıhh»tfl»tfl ◊beÌ bÉėdχaχcflºıh»tÑefl h»tÑeflºÓnŸnŸ
sluipen
ÓmÏmχoe®s¡ o£e®s¡tfl ÓmÏmχoe®s¡ o£e®s¡tfl ÓmÏmχoe®s¡ o£e®s¡tÑeflºÓnŸnŸ
wijzen
∏s∂lÏs∂lχoopŸ o•o™pŸ ∏s∂lÏs∂lχoopŸ o•o™pŸ ∏s∂lÏs∂lχopÇ o™pÇeflºÓnŸnŸ
ÓwweÑe®s ÉeÑe®s ÓwweÑe®s ÉeÑe®s Ówefl wÉeflºÓzÇzÇeflºÓnŸnŸ
Onderstreep en vul de persoonsvorm vt in. ik/ander/meer
Lotte (krijgen)
ik/ander/meer
In de vakantie (lezen)
ik/ander/meer ik/ander/meer ik/ander/meer ik/ander/meer ik/ander/meer ik/ander/meer ik/ander/meer ik/ander/meer
3
bedenken
◊kŸkŸñrÇeÑėg›
op haar verjaardag een cd.
Matthijs vier boeken. ◊lÏlχa¶s Wij (genieten) gœeflºÓnÏnχotÑefl o«tÑeflºÓnŸnŸ van het warme bubbelbad. Het meisje (worden) Ówefl wÉeflñrχdŸ gevraagd om auditie te doen. Ik (ontbijten) o§n»tflºıbbeÑeÀtfl on»tfl ÉeÑeÀtfl graag met yoghurt en muesli. We (zitten) ÓzÏzχa»tÑeflºÓnnŸŸ op de grond te eten in de vakantie. De jongens (schrikken) ∏sÃcflsÃcflºıhhŸŸñrχoßokŸkŸºıkkÇÇeflºÓnnŸŸ van de ontploffing Pieter (uitglijden) gŒºılÇlÇeÑėdŸ u¶i»tfl over een bananenschil. Die uitspraak (klinken) als discriminatie. ◊kŸkŸºılÏlχonŸ o§nŸºıkŸkŸ Wij (houden) ◊h¶iÇ h¶iÇeflºıllÏχdÇeflºÓnnŸŸ niet van dat reclamespotje.
Onderstreep het onderwerp en vul de persoonsvorm vt in. Rosa en Nadja j (zitten) In die wedstrijd (zwemmen)
ÓzÏzχa»tÑeflºÓnnŸŸ ÓzŸzŸºÓw‰o§omŸmŸ
graag op bed tv te kijken. Roel een nationaal record.
∏s∂lÏs∂lχoeÌ o£ėg› met een harde klap op de knop. Waarom (liegen) ◊lÏlχogœ o•gœeflºÓnŸnŸ Anne en Max over dat verhaal? Olga g (springen) ∏sπpŸpŸñrχo§onÏnχg› een gat in de lucht van blijdschap. Abdel en Marnix (eten) a»tÑeflºÓnnŸŸ hun bord helemaal leeg. Op hun verjaardag (genieten) ze samen van de taart. gœeflºÓnÏnχotÑefl o«tÑeflºÓnŸnŸ Mirjam (ontvangen) elke zondag zakgeld. j o§n»tflºÓviŸ on»tfl vΩiŸºÓnÏnχg› Geleidelijk (oplopen) ◊l¶iÇl¶iÇe®pŸ de temperatuur p in het lokaal o™pŸ opŸ (gaan) GÒiŸºÓnÏnχg› Fleur op haar fiets naar België?
© Noordhoff Uitgevers bv
Bert (slaan)
Spelling op maat 7
248711.indb 78
08/11/12 10:54 AM
Kopieerblad
24 1
Werkwoorden
4
Naam
Vul de persoonsvorm vt in. nemen ik ander meer
beginnen
nÏ aŸ mŸ ÓnÏnχaŸºÓmŸmŸ ÓnÏnχaŸºÓmÇ mÇeflºÓnŸnŸ
beÌ gÎgÎonŸ ◊beÌ bÉėgÎgÎonŸ gÎo§nŸ ◊beÌ bÉėgÎonŸ gÎo§nŸºÓnÇnÇeflºÓnŸnŸ
sluipen ik ander meer
2
a»tfl a»tfl a»tÑeflºÓnŸnŸ
wijzen
∏s∂lÏs∂lχoopŸ o•o™pŸ ∏s∂lÏs∂lχoopŸ o•o™pŸ ∏s∂lÏs∂lχopÇ o™pÇeflºÓnŸnŸ
verslaan
ÓweÑe®s wÉeÑe®s ÓweÑe®s wÉeÑe®s Ówefl wÉeflºÓzÇzÇeflºÓnŸnŸ
ÓvveflÉeflñr¶s∂lχo£oeÌėg› ÓvveflÉeflñr¶s∂lχo£oeÌėg› Óvefl vÉeflñr¶s∂lχoeÌ o£ėgœeflºÓnŸnŸ
Onderstreep het onderwerp en vul de persoonsvorm vt in.
gÎaŸºÓvefl vÉeflºÓnŸnŸ
Haar vriendinnen (geven)
ÓwweflÉeflñrχdŸ Óv‰o•ocflcflºıhh»tfl»tfl
Harald (worden) Fenny y (vechten)
De kakkerlakken (kruipen) Astrid (zijn)
Ów‰a¶s a¶s
In die wedstrijd (breken) Na die mislukking (laten) Vorige week (verliezen) Na die lange reis (duiken) Peter (geven)
3
eten
gÎaŸºıf≠
Sarah een brownie.
op handen gedragen door zijn team. tijdens het leren tegen de slaap.
◊kŸkŸñrχopÇ o™pÇeflºÓnŸnŸ
onder mijn bed.
de aanvoerder van het team.
◊brÏbørχaŸºıkkŸŸ ◊l¶iÇl¶iÇeÀtÑeflºÓnnŸŸ Óvefl vÉeflñrŸºıllÏχo•oorŸ o§rŸ dχoßokÇkÇeflºÓnnŸŸ
Wesley y zijn enkel. al zijn j vrienden hem in de steek. mijn j club met 2-0 van Heracles. we meteen in het zwembad.
het meisje een kus.
Onderstreep het onderwerp en de persoonsvorm. Schrijf de persoonsvorm vt achter de zin.
Ów‰o§onŸnŸ ÓzŸzŸºÓw‰o§omŸmŸºÓmmÇÇeflºÓnnŸŸ De kinderen zwemmen in het kanaal. Óv‰o§onÏnχdŸ Wat vind jje van die opmerking? ◊kŸkŸºÓw‰aŸaŸºÓmmÇÇeflºÓnnŸŸ Zijj komen nog maar net op tijd. Er valt een stilte na die opmerking. ÓviÇ vΩiÇeflºıllŸŸ Hijj schrijft j het antwoord stiekem in zijn hand. ∏sÃcflsÃcflºıhŸhŸñrÇeÑeflºıf≠ Het rotsblok valt op een geparkeerde auto. ÓviÇ vΩiÇeflºıllŸŸ Hijj helpt p de dame met haar zware koffer. ◊h¶iÇ h¶iÇeflºıl¶pŸ l¶pŸ Zie je j dat sommige beelden zijn omgevallen? ÓzÏzχaχg› We gaan deze taart samen opeten. g gÒiŸºÓnÏnχgœeflºÓnŸnŸ
© Noordhoff Uitgevers bv
Nederland wint alle wedstrijden, behalve de finale.
Spelling op maat 7
248711.indb 79
08/11/12 10:54 AM
Kopieerblad
25
Naam telefonisch
Kruis aan en schrijf het woord op.
pessimistisch televisies tropisch democratisch
✗
✗ ✗
✗ ✗ ✗ ✗
✗ ✗ ✗
Russisch allergisch
✗ ✗
prestaties grafisch
2
✗
Schrijf de woorden op. ies
isch
Pas op! Dat spul is chem… Een kasteel is een histor… gebouw. Het team leverde prima prestat… Het verkeer in de spits is chaot… Na de uitzending kreeg ze veel react… Ik vond de clown helemaal niet kom… Het einde van de film is heel romant… De slagboom gaat automat… omhoog.
3
✗
pÇe®s®sπsπiŸs iŸºÓm¶i¶s¡ m¶i¶s¡t®i¶sÃcflºıhŸhŸ ¿tÑefltÑeflºıllÇÇeflºÓvvi¶sΩi¶sπiÇiÇe®s ¿tfltflñrχop¶i¶sÃcfl o™p¶i¶sÃcflºıhŸhŸ dÇeflºÓmmÏχo•ocflcflñrχa»t®i¶sÃcflºıhhŸŸ R¶u¶sπsπi¶sÃcfl R¶u¶s s i¶sÃcflºıhhŸŸ aŸºılŸlŸºılÇlÇeflñrχgÒi¶sÃcflºıhŸhŸ pŸñrÇe®s¡ṫa»t®iÇe®s gÊrχaŸºıfi¶sÃcfl fØi¶sÃcflºıhŸhŸ
cflºıhÇhÇeflºÓmm¶i¶sÃcfl ¶i¶sÃcflºıhhŸŸ ◊h¶i¶s¡ h¶i¶s¡ṫo§or¶i¶sÃcfl r¶i¶sÃcflºıhhŸŸ pŸñrÇe®s¡ṫa»t®iÇe®s cflºıhÏhχaχo«ot®i¶sÃcfl t®i¶sÃcflºıhhŸŸ ÛrrÇÇėaχcÀt®iÇe®s ◊kÏkχo§om¶i¶sÃcfl m¶i¶sÃcflºıhhŸŸ ÛrrÏχo§omÏmχaŸºÓnn»t®i¶sÃcfl »t®i¶sÃcflºıhhŸŸ a¶u»ṫo§omÏmχa»t®i¶sÃcflºıhhŸŸ
Vul een woord op isch of ische in. België toerist techniek humor elastiek alfabet optimist Australië
B±eflºılÏlχgÒi¶sÃcflºıhÇhÇefl bonbons. In de zomer is Valkenburg heel ¿tÌṫoefl o£eflñr¶i¶s¡t®i¶sÃcflºıhŸhŸ De site werkt niet door ¿tÑeÌtÑėcflºıhhŸŸºÓnn¶i¶sÃcfl ¶i¶sÃcflºıhhÇÇefl problemen. Vind jij die komiek ◊h¶uŸ h¶uŸºÓmmÏχo§or¶i¶s¡ r¶i¶s¡t®i¶sÃcflºıhhŸŸ ? Een ÅefleflºılÏlχa¶s¡t®i¶sÃcflºıhhÇÇefl broek zit erg comfortabel. De boeken staan in aŸºılŸlŸºıffaŸμaŸºıbeÀt®i¶sÃcfl bÉeÀt®i¶sÃcflºıhÇhÇefl volgorde. Farid is altijd erg o™p»t®iŸºÓm¶i¶s¡ op»t®iŸ m¶i¶s¡t®i¶sÃcflºıhŸhŸ Een kangoeroe is een A¶u¶s¡tflñrχaŸºıll¶i¶sÃcfl ¶i¶sÃcflºıhhŸŸ dier. Mijn tante is gek op
© Noordhoff Uitgevers bv
1
Spelling op maat 7
248711.indb 80
08/11/12 10:54 AM
Kopieerblad
26
Naam telefonisch
Onderstreep het woord op isch(e) en schrijf het op.
◊ffaŸμaŸºÓn»tÌ n»ṫa¶s¡t®i¶sÃcflºıhŸhŸ dŸñrχaŸºÓmÏmχa»t®i¶sÃcflºıhŸhŸ R¶u¶sπsπi¶sÃcfl R¶u¶s s i¶sÃcflºıhhÇÇefl ÅefleflºılÇlÇeflºıkk»tfl»tflñrχo§on¶i¶sÃcfl n¶i¶sÃcflºıhhŸŸ ÓmÏmχo«otÌṫo§or¶i¶sÃcfl r¶i¶sÃcflºıhhŸŸ MÇėd¶i¶sÃcflºıhhŸŸ ÅeÌėċo§onÏnχo§om¶i¶sÃcfl m¶i¶sÃcflºıhhÇÇefl cflºıhŸhŸñrχo§on¶i¶sÃcfl n¶i¶sÃcflºıhhÇÇefl ◊kŸkŸñr¶i»t®i¶sÃcflºıhhŸŸ aχcflñrχoßobb‰a»t®i¶sÃcfl a»t®i¶sÃcflºıhhÇÇefl
De band speelt altijd weer fantastisch. Dat optreden verliep dramatisch. Het Russische meisje woont hier net. De club kreeg een elektronisch scorebord. De scooter is motorisch helemaal in orde. Medisch gezien is dat niet verstandig. De economische belangen zijn groot. De jongen heeft last van chronische pijn. De meester kijkt de toets kritisch na. Wat vond jij van dat acrobatische nummer?
2
Maak woorden op isch. telefoon elektriciteit praktijk kritiek Siberië fantasie gigant historie
3
¿tÑefltÑeflºılÇlÇeflºıffon¶i¶sÃcfl μo§n¶i¶sÃcflºıhŸhŸ ÅefleflºılÇlÇeflºıkk»tfl»tflñr¶i¶sÃcflºıhhŸŸ pŸñrχaŸºık»t®i¶sÃcfl k»t®i¶sÃcflºıhŸhŸ ◊kŸkŸñr¶i»t®i¶sÃcflºıhhŸŸ SÈiŸºıbbeflÉeflñr¶i¶sÃcflºıhhŸŸ ◊ffaŸμaŸºÓn»tÌ n»ṫa¶s¡t®i¶sÃcflºıhŸhŸ gÒgÒiχgÎgÎaŸºÓn»t®i¶sÃcfl n»t®i¶sÃcflºıhŸhŸ ◊h¶i¶s¡ h¶i¶s¡ṫo§or¶i¶sÃcfl r¶i¶sÃcflºıhhŸŸ
vegetariër logica magie Arabië atleet drama democratie België
ÓvveÌÉėgœeÀṫaŸñr¶i¶sÃcflºıhhŸŸ ◊lÏlχogÒi¶sÃcfl o•gÒgÒi¶sÃcflºıhŸhŸ ÓmmÏχaχgÒgÒi¶sÃcflºıhhŸŸ AŸñrχaŸºıbi¶sÃcfl bΩi¶sÃcflºıhŸhŸ a»tflºıllÇÇeÀt®i¶sÃcflºıhhŸŸ dŸñrχaŸºÓmmÏχa»t®i¶sÃcflºıhhŸŸ dÇeflºÓmmÏχo•ocflcflñrχa»t®i¶sÃcflºıhhŸŸ B±eflºılÏlχgÒi¶sÃcflºıhŸhŸ
Vul een woord op isch of ische in. ritme
een
biologie
een
Rusland
een
chaos
een
tropen
een
strategie
een
allergie
een
archeologie
een
Bosnië
een
keramiek
een
Ûr¶i»tfl r¶i»tflºÓmm¶i¶sÃcfl ¶i¶sÃcflºıhhŸŸ ◊biÏbΩiχolÏoßlχogÒi¶sÃcfl o•gÒgÒi¶sÃcflºıhÇhÇefl R¶u¶sπsπi¶sÃcfl R¶u¶s s i¶sÃcflºıhhÇÇefl cflºıhÏhχaχo«ot®i¶sÃcfl t®i¶sÃcflºıhhŸŸ ¿tfltflñrχop¶i¶sÃcfl o™p¶i¶sÃcflºıhÇhÇefl ∏s¡s¡tflñrχa»tÑėgÒgÒi¶sÃcflºıhÇhÇefl aŸºılŸlŸºılÇlÇeflñrχgÒgÒi¶sÃcflºıhÇhÇefl aŸñrχcflºıhÇhÇėolÏoßlχogÒi¶sÃcfl o•gÒgÒi¶sÃcflºıhŸhŸ BÄo¨s∑n¶i¶sÃcfl n¶i¶sÃcflºıhhŸŸ ◊kÇkÇeflñrχaŸºÓmm¶i¶sÃcfl ¶i¶sÃcflºıhhÇÇefl
geluid zeep bontmuts mens storm
© Noordhoff Uitgevers bv
1
zet reactie onderzoek meisje vaas
Spelling op maat 7
248711.indb 81
08/11/12 10:54 AM
Kopieerblad
27 1
Werkwoorden
4
Naam
Vul de persoonsvorm vt in. ik/ander krijgen zullen smelten weten verzinnen werpen schrijven mogen schieten knijpen
2
3
meer
◊kŸkŸñrÇeÑėg› ÓzÏzχouŸ o™uŸ ∏s∑mÏmχol»tfl oßl»tfl Ówi¶s¡ wΩi¶s¡tfl Óvefl vÉeflñrŸºÓzÏzχonŸ o§nŸ ÓwiÇ wΩiÇeflñr¶pŸ ∏sÃcflsÃcflºıhŸhŸñrÇeÑeflºıf≠ ÓmÏmχocflo•cflºıh»tfl h»tfl ∏sÃcflsÃcflºıhÏhχootfl o•o«tfl ◊kŸkŸºÓnÇnÇeÑe®pŸ
◊kŸkŸñrÇėgœeflºÓnŸnŸ ÓzÏzχouÏ o™uχdÇeflºÓnŸnŸ ∏s∑mÏmχol»tÑefl oßl»tÑeflºÓnŸnŸ Ówi¶s¡ wΩi¶s¡tÑeflºÓnŸnŸ Óvefl vÉeflñrŸºÓzÏzχonŸ o§nŸºÓnÇnÇeflºÓnŸnŸ ÓwiÇ wΩiÇeflñr¶pÇeflºÓnŸnŸ ∏sÃcflsÃcflºıhŸhŸñrÇeflºÓvefl vÉeflºÓnŸnŸ ÓmÏmχocflo•cflºıh»tÑefl h»tÑeflºÓnŸnŸ ∏sÃcflsÃcflºıhÏhχotÑefl o«tÑeflºÓnŸnŸ ◊kŸkŸºÓnÇnÇe®pÇeflºÓnŸnŸ
Onderstreep en vul de persoonsvorm vt in. ik/ander/meer
Je (kunnen)
ik/ander/meer
Eefje (snijden)
ik/ander/meer
Aan wie (gaan)
ik/ander/meer
Hij (besterven)
ik/ander/meer
Ik (moeten)
ik/ander/meer
Elk jaar (krijgen)
ik/ander/meer
Na drie uur (hebben)
ik/ander/meer
Ik (wegen)
ik/ander/meer
Hoe laat (zullen)
◊kÏkχonŸ o§nŸ ∏s∑nÇnÇeÑėdŸ gÒgÒiŸºÓnÏnχgœeflºÓnŸnŸ ◊be®s¡ bÉe®s¡t®iÇeflñrŸºıf≠ ÓmÏmχo£oe®s¡ e®s¡tfl ◊kŸkŸñrÇeÑėg› ◊hhÏχaχdχdÇeflºÓnnŸŸ Ów‰o•oog› o•g› ÓzÏzχouÏ o™uχdÇeflºÓnnŸŸ
mijn fiets wel lenen. de paprika in kleine stukjes. jullie dat vertellen? het bijna van de schrik. hier voorzichtig lopen. de boom er een jaarring bij. zij het beiden opgegeven. minder dan Bart-Jan. we naar huis gaan?
Onderstreep het onderwerp en vul de persoonsvorm vt in. Het schip p (varen)
Óv‰o£oefleflñrŸ
de haven uit.
◊b‰aÏaχdŸ haar zoon voorzichtig te zijn. Wijj (zwerven) ÓzŸzŸºÓwiÇ wΩiÇeflñrŸºÓvveflÉeflºÓnnŸŸ door de bossen. Ik (bieden) ◊b‰o•oodŸ o•dŸ de jarige een bloemetje aan. Wijj (schuilen) voor de regen onder een afdak. ∏sÃcflsÃcflºıhhÏχoßolÇlÇeflºÓnnŸŸ De mannen (schelden) naar elkaar. ∏sÃcflsÃcflºıhhÏχoßolÏlχdÇeflºÓnnŸŸ Moedig (begeven) ◊beÌ bÉėgÎaŸºıf≠ de agent g zich te water. De inbrekers (begraven) de sieraden in het bos. ◊beÌ bÉėgÊgÊrχoefl o£eflºÓvefl vÉeflºÓnŸnŸ De zon (verschuilen) zich achter de wolken. Óvefl vÉeflñr¶sÃcflºıhÏhχoolŸ o•oßlŸ
© Noordhoff Uitgevers bv
De oude vrouw (bidden)
Spelling op maat 7
248711.indb 82
08/11/12 10:54 AM
Kopieerblad
28 1
Werkwoorden
4
Naam
Vul de persoonsvorm vt in. ik/ander bijten bedriegen staan helpen springen spijten smelten wrijven varen
2
◊beÑeÀtfl bÉeÑeÀtfl ◊beÌ bÉėdŸñrχo•oog› o•g› ∏s¡s¡ṫo§onÏnχdŸ ◊h¶iÇ h¶iÇeflºıl¶pŸ l¶pŸ ∏sπpŸpŸñrχonÏ o§nχg› ∏sπpÇpÇeÑeÀtfl ∏s∑mÏmχoßol»tfll»tfl ÓwrÇ wørÇeÑeflºıf≠ Óv‰o£oefleflñrŸ
◊beÀtÑefl bÉeÀtÑeflºÓnnŸŸ ◊beÌ bÉėdŸñrχogœ o•gœeflºÓnŸnŸ ∏s¡s¡ṫo§onÏnχdÇeflºÓnnŸŸ ◊h¶iÇ h¶iÇeflºıl¶pÇ l¶pÇeflºÓnŸnŸ ∏sπpŸpŸñrχonÏ o§nχgœeflºÓnŸnŸ ∏sπpÇpÇeÀtÑeflºÓnŸnŸ ∏s∑mÏmχoßol»tÑefl l»tÑeflºÓnnŸŸ ÓwrÇ wørÇeflºÓvveflÉeflºÓnnŸŸ Óv‰o£oefleflñrÇeflºÓnnŸŸ
Onderstreep het onderwerp en vul de persoonsvorm vt in. Wijj (graven) Ik (vermijden) Zijn j opmerking p g (bederven) De honden (jagen) Priscilla (hangen) De cijfers (blijken) j (bidden) Gisteren (stijgen) De kinderen (vertrekken)
3
meer
gÊrχoefl o£eflºÓvefl vÉeflºÓnŸnŸ Óvefl vÉeflñrŸºÓmmÇÇeÑėdŸ
op het strand een diepe kuil. altijd dergelijke moeilijkheden.
mijn hele avond. ◊beÌ bÉėd¶iÇeflñrŸºıf≠ de vogels op. jÎo£ėgœeflºÓnŸnŸ jÎjÎoeÌ de handdoek aan de haak. ◊h¶iŸ h¶iŸºÓnÏnχg› nu een stuk hoger. ◊b∞lÇlÇeflºıkÇkÇeflºÓnŸnŸ hijj in de moskee of in de kerk? BÄaχdŸ de temperatuur wel vijf graden. ∏s¡s¡tÑeÑėg› p weer als eerste. Óvefl vÉeflñr»tflñrχokŸ oßkŸºıkÇkÇeflºÓnŸnŸ
Onderstreep het onderwerp en de persoonsvorm. Schrijf de persoonsvorm vt achter de zin.
∏sÃcflsÃcflºıhhÏχoßolÇlÇeflºÓnnŸŸ Hijj schijnt j goed te kunnen voetballen. ∏sÃcflsÃcflºıhhÇÇeÑeflºÓnnŸŸ Verwijt j jjijj hem dat ongeluk? V±eflñrŸºÓwweÑeÀtfl ÉeÑeÀtfl Dat meisje j draagt g een leuk truitje. dŸñrχoeÌ o£ėg› Hijj verbergt g het geld in een kluisje. Óvefl vÉeflñrŸºıb‰o§orÏrχg› Er mag g niemand meer bij van de brandweer. ÓmÏmχocflo•cflºıh»tfl h»tfl We schuiven de sneeuw in de sloot. ∏sÃcflsÃcflºıhhÏχo§ovefl vÉeflºÓnnŸŸ Wordt g groep p 7a eerste bij dit spel? W±eflñrχdŸ De weddenschap allang niet meer. p geldt g gÎoßlχdŸ gÎolÏ
© Noordhoff Uitgevers bv
De fietsers schuilen voor het onweer.
Spelling op maat 7
248711.indb 83
08/11/12 10:54 AM
Kopieerblad
29
Naam knieën
1
Onderstreep het stukje waar de klemtoon op valt. Schrijf het meervoud op en op. neurie theorie kolonie amfibie allergie g braderie idee porie p olie
2
ÓnÇnÇe®uŸñr¶iÇëflºÓnnŸŸ ¿tfltflºıhÇhÇėo§or¶iÇ r¶iÇeÑëflºÓnnŸŸ ◊kÏkχoßolÏlχo§on¶iÇ n¶iÇëflºÓnnŸŸ aŸºÓmŸmŸºıffiŸØiŸºıbiÇbΩiÇeÑëflºÓnŸnŸ aŸºılŸlŸºılÇlÇeflñrχgÒgÒiÇeÑëflºÓnŸnŸ ◊brÏbørχaχdÇeflñr¶iÇeÑëflºÓnŸnŸ iχdÇeÑeÑëflºÓnnŸŸ pχor¶iÇ o§r¶iÇëflºÓnŸnŸ oßl¶iÇëflºÓnnŸŸ ol¶iÇ
strategie g assurantie categorie bacterie calorie provincie epidemie ceremonie trofee
∏s¡s¡tflñrχa»tÑėgÒiÇeÑëflºÓnŸnŸ a¶sπsπuŸ a¶s s uŸñrχaŸºÓnn»t®iÇ »t®iÇëflºÓnnŸŸ ċa»tÑėgÎgÎor¶iÇ gÎo§r¶iÇeÑëflºÓnŸnŸ ◊b‰aÏaχcÀtÑeflñr¶iÇëflºÓnŸnŸ ċaŸºıllÏχo§or¶iÇ r¶iÇeÑëflºÓnnŸŸ pŸñrχoviŸ o§vΩiŸºÓnÏnχc®iÇëflºÓnŸnŸ Åe®p¶iÏ e®p¶iχdÇeflºÓm¶iÇ m¶iÇeÑëflºÓnŸnŸ cÑeflñrÇeflºÓmmÏχo§on¶iÇ n¶iÇeÑëflºÓnnŸŸ ¿tfltflñrχofeÑeÑëfl oßf≤eÑeÑëflºÓnŸnŸ
Schrijf het meervoud op de goede regel. melodie slee drie fantasie porie kopie olie zee idee ree ceremonie epidemie knie kolonie bacterie allergie theorie assurantie
ën
trema + n
3
ÓmÇ mÇeflºılÏlχod¶iÇ o•d¶iÇeÑëflºÓnŸnŸ, ∏s∂lÇs∂lÇeÑeÑëflºÓnŸnŸ, dŸñr¶iÇeÑëflºÓnŸnŸ ◊faŸfμaŸºÓn»tÌ n»ṫa¶s a¶sπiÇiÇeÑëflºÓnŸnŸ, ◊kÏkχop¶iÇ o™p¶iÇeÑëflºÓnŸnŸ, ÓzÇzÇeÑeÑëflºÓnŸnŸ iχdÇeÑeÑëflºÓnŸnŸ, ÛrÇrÇeÑeÑëflºÓnŸnŸ, Åe®p¶iÏ e®p¶iχdÇeflºÓm¶iÇ m¶iÇeÑëflºÓnŸnŸ ◊kŸkŸºÓn¶iÇ n¶iÇeÑëflºÓnŸnŸ, aŸºılŸlŸºılÇlÇeflñrχgÒgÒiÇeÑëflºÓnŸnŸ, ¿tfltflºıhÇhÇėor¶iÇ o§r¶iÇeÑëflºÓnŸnŸ pχor¶iÇ o§r¶iÇëflºÓnŸnŸ, ol¶iÇ oßl¶iÇëflºÓnŸnŸ, cÑeflñrÇeflºÓmÏmχon¶iÇ o§n¶iÇëflºÓnŸnŸ ◊kÏkχolÏoßlχon¶iÇ o§n¶iÇëflºÓnŸnŸ, ◊b‰aÏaχcÀtÑeflñr¶iÇëflºÓnŸnŸ, a¶s a¶sπsπuŸ s uŸñrχaŸºÓn»t®iÇ n»t®iÇëflºÓnŸnŸ
Vul een woord in het meervoud in. ree
calorie
categorie
assurantie
twee
braderie
provincie
amfibie
kolonie
◊brÏbørχaχdÇeflñr¶iÇeÑëflºÓnnŸŸ in het land. De jagers schoten op de vluchtende ÛrÇrÇeÑeÑëflºÓnnŸŸ Ons land is verdeeld in twaalf pŸñrχoviŸ o§vΩiŸºÓnÏnχc®iÇëflºÓnŸnŸ, pŸñrχoviŸ o§vΩiŸºÓnÏnχc®iÇe®s Dieren die op het land en in water leven, noem je: aŸºÓmŸmŸºıfiŸfØiŸºıbiÇbΩiÇeÑëflºÓnŸnŸ Weet jij hoeveel er in een plak ontbijtkoek zitten? ċaŸºıllÏχo§or¶iÇ r¶iÇeÑëflºÓnnŸŸ Indonesië en Suriname waren ◊kÏkχolÏoßlχon¶iÇ o§n¶iÇëflºÓnŸnŸ, ◊kÏkχolÏoßlχon¶iÇ o§n¶iÇe®s van Nederland. Een moeilijk woord voor verzekeringen is: a¶s a¶sπsπuŸ s uŸñrχaŸºÓn»t®iÇ n»t®iÇëflºÓnŸnŸ, a¶s a¶sπsπuŸ s uŸñrχaŸºÓn»t®iÇ n»t®iÇe®s In welke zullen we die films indelen? ċa»tÑėgÎor¶iÇ gÎo§r¶iÇeÑëflºÓnŸnŸ Zullen we dit jaar met z’n op vakantie gaan? ¿tfltflºÓweÑeÑëfl wÉeÑeÑëflºÓnnŸŸ
© Noordhoff Uitgevers bv
Een snoepkraam vind je op alle
Spelling op maat 7
248711.indb 84
08/11/12 10:54 AM
Kopieerblad
30
Naam knieën
1
Onderstreep het stukje waar de klemtoon op valt. Schrijf het meervoud op en op. provincie galerie drie zee orchidee trofee assurantie kopie
2
brasserie fantasie bacterie allergie wee parfumerie kolonie drie
◊brÏbørχa¶sπsª a¶s sªeflñr¶iÇeÑëflºÓnnŸŸ ◊ffaŸμaŸºÓn»tÌ n»ṫa¶s a¶sπiÇiÇeÑëflºÓnnŸŸ ◊b‰aÏaχcÀtÑeflñr¶iÇëflºÓnnŸŸ aŸºılŸlŸºılÇlÇeflñrχgÒiÇeÑëflºÓnŸnŸ ÓwweÑeÑëfl ÉeÑeÑëflºÓnnŸŸ pχaŸñrŸºıffuŸØuŸºÓmÇ mÇeflñr¶iÇeÑëflºÓnŸnŸ ◊kÏkχolÏoßlχo§on¶iÇ n¶iÇëflºÓnnŸŸ dŸñr¶iÇeÑëflºÓnnŸŸ
Vul het meervoud in. fantasie bacterie categorie orchidee olie kolonie moskee strategie calorie
3
pŸñrχoviŸ o§vΩiŸºÓnÏnχc®iÇëflºÓnŸnŸ gÎaŸºılÇlÇeflñr¶iÇeÑëflºÓnŸnŸ dŸñr¶iÇeÑëflºÓnnŸŸ ÓzÇzÇeÑeÑëflºÓnnŸŸ o§rχcflºıhh¶i϶iχdÇeÑeÑëflºÓnnŸŸ orÏ ¿tfltflñrχofeÑeÑëfl oßf≤eÑeÑëflºÓnŸnŸ a¶sπsπuŸ a¶s s uŸñrχaŸºÓnn»t®iÇ »t®iÇëflºÓnnŸŸ ◊kÏkχop¶iÇ o™p¶iÇeÑëflºÓnŸnŸ
◊faŸfμaŸºÓn»tÌ n»ṫa¶s a¶sπiÇiÇeÑëflºÓnŸnŸ Deze zeep doodt alle ◊b‰aÏaχcÀtÑeflñr¶iÇëflºÓnŸnŸ Ken je de verschillende ċa»tÑėgÎgÎor¶iÇ gÎo§Î r¶iÇeÑëflºÓnŸnŸ In de tuin bloeien prachtige o§rχcflºıh¶iÏ orÏ h¶iχdÇeÑeÑëflºÓnŸnŸ Van die noten maken ze heerlijke oßl¶iÇëflºÓnnŸŸ ol¶iÇ Had Frankrijk vroeger ook ◊kÏkχolÏoßlχon¶iÇ o§n¶iÇëflºÓnŸnŸ, ◊kÏkχolÏoßlχon¶iÇ o§n¶iÇe®s In Amsterdam staan meerdere ÓmÏmχos∂kÇ o¨s∂kÇeÑeÑëflºÓnnŸŸ Bij dit spel zijn er verschillende ∏ss¡¡tflñrχa»tÑėgÒgÒiÇeÑëflºÓnnŸŸ In een plakje ontbijtkoek zitten weinig ċaŸºılÏlχor¶iÇ o§r¶iÇeÑëflºÓnŸnŸ Zij heeft mooie
?
?
Vul het meervoud in. bijenkorf brasserie fietsenrek ceremonie attractie kledingwinkel twee melodie schoorsteen
a»tÀtflñrχaχcÀt®iÇe®s ◊bÿœ bΩÿœeflºÓnŸnŸºıkÏkχorŸ o§rŸºÓvefl vÉeflºÓnŸnŸ iets leuks doen? ¿ttflflºÓwweÑeÑëfl ÉeÑeÑëflºÓnnŸŸ zetten. ◊ffiÇØiÇeÀt®sªeflºÓnŸnŸñrÇeflºıkŸkŸºıkÇkÇeflºÓnŸnŸ uit films. ÓmÇ mÇeflºıllÏχo•od¶iÇ d¶iÇeÑëflºÓnnŸŸ
De werkbijen vliegen af en aan naar de Zullen we vandaag met zijn Je mag je fiets niet buiten de Het orkest speelt bekende
kun je een broodje kaas eten. ◊brÏbørχa¶sπsª a¶s sªeflñr¶iÇeÑëflºÓnnŸŸ Door de storm zijn er van het dak gewaaid. ∏sÃcflsÃcflºıhhÏχo•oor¶s¡ o§r¶s¡tÑeflºÓnnÇÇeflºÓnnŸŸ Bij een huwelijk horen een aantal cÑeflñrÇeflºÓmÏmχon¶iÇ o§n¶iÇëflºÓnŸnŸ, cÑeflñrÇeflºÓmÏmχon¶iÇ o§n¶iÇe®s In deze straat zitten veel dezelfde soort ◊kŸkŸºılÇlÇėd¶iŸºÓnÏnχgŒºÓwiŸ wΩiŸºÓnŸnŸºıkÇkÇeflºıl¶sl¶s In alle
© Noordhoff Uitgevers bv
Mijn moeder durft in de Efteling niet in alle
Spelling op maat 7
248711.indb 85
08/11/12 10:54 AM
Kopieerblad
31 1
Naam
Werkwoorden
Werkwoorden
Werkwoorden
2
3
4
Onderstreep het onderwerp en vul de tegenwoordige tijd in. ik-vorm
∏sÃcflsÃcflºıhÏhχaχaŸºÓmŸmŸ ÓmÇ mÇefl ∏s∑n¶ÿÎdŸ n¶ÿÎdŸ ÿÎÎ ÓmÇ mÇefl Óv‰o£oefleflºılŸlŸ ÓmÇ mÇefl gœeÑeflºıf≠ ÓmÇ mÇefl opŸ o™pŸ Óvefl vÉeflñrŸºıb‰aÏaχa¶s ÓmÇ mÇefl ∏sÃcflsÃcflºıhÇhÇeÑeflñrŸ ÓmÇ mÇefl ÓvrÏ vørχaχaχg› ÓmÇ mÇefl aŸºıf≠ ◊befl bÉeflºÓmÏmχoe®iŸ o£e®iŸ ÓmÇ mÇefl ◊hÇhÇeflñr¶iŸºÓnŸnŸºÓnÇnÇeflñrŸ ÓmÇ mÇefl Ów‰a¶s a¶s ÓmÇ mÇefl
2
Onderstreep en vul de persoonsvorm vt in. ik/ander/meer ik/ander/meer ik/ander/meer ik/ander/meer ik/ander/meer ik/ander/meer ik/ander/meer ik/ander/meer ik/ander/meer
3
∏sÃcflsÃcflºıhhÏχaχaŸºÓmm»tfl»tfl Óz¶iÏz¶iχcflºıhhŸŸ voor zijn gedrag. Het kind (zich snijden) ∏s∑n¶ÿÎd»tfl n¶ÿÎd»tfl ÿÎÎ Óz¶iÏz¶iχcflºıhŸhŸ aan scherp papier. Wijj (zich voelen) niet zo lekker. Óv‰o£oefleflºılÇlÇeflºÓnŸnŸ on¶s o§n¶s (zich opgeven) GœeÑeflºıf≠ jij jœjœjœefl opŸ o™pŸ voor de wedstrijd? De jjuf (zich verbazen) echt. Óvefl vÉeflñrŸºıb‰aÏaχa¶s¡tfl Óz¶iÏz¶iχcflºıhŸhŸ (zich scheren) SÄcflºıhhÇÇeÑeflñr»tfl jje broer Óz¶iÏz¶iχcflºıhhŸŸ al? (zich afvragen) VÜrχaχaχg› jjijj jœefl dat ook aŸºıf≠ ? Die mensen (zich bemoeien) ◊befl bÉeflºÓmÏmχoe®iÇ o£e®iÇeflºÓnŸnŸ Óz¶iÏz¶iχcflºıhŸhŸ met mij. Papa p (zich herinneren) ◊hÇhÇeflñr¶iŸºÓnnŸŸºÓnnÇÇeflñr»tfl Óz¶iÏz¶iχcflºıhhŸŸ niets. (zich wassen) WÄa¶s jjijj jœefl nooit met zeep?
Hijj (zich schamen)
ÓwÿÎdÏ wΩÿÎÿÎdχdÇefl Óz¶iÏz¶iχcflºıhŸhŸ aan het schrijven. Wij (zich vermaken) Óvefl vÉeflñrŸºÓmÏmχaχaŸºık»tÑefl k»tÑeflºÓnŸnŸ on¶s o§n¶s in het circus. Ik (zich afvragen) ÓvrÏ vørχoeÌ o£ėg› ÓmÇ mÇefl aŸºıf≠ waarom het gebeurde. (zich ergeren) EflñrχgœœeflñrχdÇefl jij jœefl aan die rommel? Wij (zich melden) aan de balie. ÓmÇ mÇeflºılÏlχdχdÇeflºÓnŸnŸ on¶s o§n¶s Deze week (zich voelen) Óv‰o£oefleflºıllÏχdÇefl ik ÓmmÇÇefl goed. Hoe (zich scheren) ∏sÃcflsÃcflºıhÏhχo§orÇrÇeflºÓnnŸŸ jullie jœefl, jÒuŸºılŸlŸºıl¶iÇl¶iÇefl ? (zich verslapen) V±eflñr¶s∂l¶iÇe®pŸ jij jœefl wel eens? Ik (zich herinneren) ◊hÇhÇeflñr¶iŸºÓnŸnŸºÓnÇnÇeflñrχdÇefl ÓmÇ mÇefl die dag nog. De man (zich wijden)
Onderstreep het onderwerp en vul de persoonsvorm in. in de datum. Óvefl vÉeflñrχgÒgÒi¶s¡tÑeflºÓnŸnŸ on¶s o§n¶s Het meisje j (zich schamen – vt) ∏sÃcflsÃcflºıhÏhχaχaŸºÓmÏmχdÇefl Óz¶iÏz¶iχcflºıhŸhŸ voor de opmerking. Ik (zich verwonden – tt) bij het timmerwerk. Óvefl vÉeflñrŸºÓw‰o§onÏnχdŸ ÓmÇ mÇefl Jullie (zich uitsloven – tt) enorm ∏s∂lÏs∂lχovefl o§vÉeflºÓnŸnŸ jœefl, jÒuŸ jÒ ºılŸlŸºıl¶iÇl¶iÇefl u¶i»tfl. Hijj (zich verslikken – vt) in een hete vleeskroket. Óvefl vÉeflñr¶s∂l¶iŸºık»tÑefl k»tÑefl Óz¶iÏz¶iχcflºıhŸhŸ Waarom (zich opmaken – tt) ÓmÏmχaχaŸºıkk»tfl»tfl jje zus Óz¶iÏz¶iχcflºıhhŸŸ zo zwaar opŸ o™pŸ ? Mijn aan de kastdeur. j moeder (zich stoten – vt) ∏s¡s¡ṫootÀtÑefl o•o«tÀtÑefl Óz¶iÏz¶iχcflºıhhŸŸ (zich verbranden – tt) BÜrχaŸºÓnnÏχdŸ jje jœefl aan de hete ovenschaal?
© Noordhoff Uitgevers bv
Wijj (zich vergissen – vt)
Spelling op maat 7
248711.indb 86
08/11/12 10:54 AM
Kopieerblad
32 1
Naam
Werkwoorden
Werkwoorden
Werkwoorden
2
3
4
Onderstreep het onderwerp en vul in. ik-vorm
o£oefleflºıffefl≤eflºÓnŸnŸ ÓmÏmχaχaŸºıkŸkŸ ◊beÌ bÉėoorÏ o•o§rχdÇeÑeflºılŸlŸ iŸñrŸñr¶i»tÑeÑeflñrŸ ÓmÇ mÇefl ◊l¶u¶i¶s¡ l¶u¶i¶s¡tÑeflñrŸ ÓnÇnÇeÑeflºÓmŸmŸ Ów‰aÏaχcflºıh»tfl h»tfl ◊kÏkχaŸºÓnŸnŸ ÓwiŸ wΩiŸºılŸlŸ gœeflºÓnÇnÇeÑe®s
met werkwoorden.
ÓmÏmχaχaŸºık»tÑefl k»tÑeflºÓnŸnŸ taarten. De meester (beoordelen – tt) ◊beÌ bÉėo•oorÏ o§rχdÇeÑeflºıll»tfl»tfl het werk. Hani (zich irriteren – tt) enorm. iŸñrŸñr¶i»tÑeÑeflñr»tfl Óz¶iÏz¶iχcflºıhhŸŸ We (luisteren – vt) ◊l¶u¶i¶s¡ l¶u¶i¶s¡tÑeflñrχdÇeflºÓnnŸŸ niet naar de radio. (nemen – tt) jij NÇeÑeflºÓmmŸŸ j j de trein van 9.52 uur? Ik (wachten – vt) Ów‰aÏaχcflºıhh»tÀtÑefl »tÀtÑefl een kwartier op jullie. Peter (kunnen – tt) niet goed dansen. ◊kÏkχaŸºÓnnŸŸ (willen – tt) je WÈiŸºıllŸŸ j me even helpen? Mama (genezen – tt) gœeflºÓnÇnÇeÑe®s¡tfl van een verkoudheid. De banketbakkers (maken – vt)
Onderstreep en vul de persoonsvorm vt in. ik/ander/meer ik/ander/meer ik/ander/meer ik/ander/meer ik/ander/meer ik/ander/meer ik/ander/meer ik/ander/meer ik/ander/meer
3
o£eflºıfeflf≤eflºÓn»tfl oefl n»tfl
niet naar de uitleg. ◊l¶u¶i¶s¡ l¶u¶i¶s¡tÑeflñrχdÇefl In het centrum (zien) we een leuk huis. ÓzÏzχaχgœeflºÓnŸnŸ Je (schrijven) toch wel netjes? ∏sÃcflsÃcflºıhŸhŸñrÇeÑeflºıf≠ Soms (twijfelen) ¿tfltflºÓwÿŒ wΩÿŒºıfeflf≤eflºılÏlχdÇefl Amy aan haar antwoord. Gisteren (gaan) gÒgÒiŸºÓnÏnχg› ik met Marian naar de bioscoop. (doen) je vanmiddag boodschappen? D±eÑėdŸ De vriendinnen (winkelen) ÓwiŸ wΩiŸºÓnnŸŸºıkkÇÇeflºıllÏχdÇeflºÓnnŸŸ in Amsterdam. De jongens (voetballen) Óv‰o£oeÀtfl eÀtflºıb‰aŸaŸºıllÏχdÇeflºÓnnŸŸ in het park. De rechters (bestuderen) ◊be®s¡ bÉe®s¡t®uχdÇeÑeflñrχdÇeflºÓnnŸŸ de foto. Ik (luisteren)
Onderstreep het onderwerp en vul de persoonsvorm in. Inge g (geven)
gœeÑeflºıftflf√tfl
Hijj (vinden – tt) Een dag terug (duiken)
volgende week vrijdag een feestje.
ÓviŸ vΩiŸºÓnnÏχd»tfl dχo•ookŸ oßkŸ
de broek niet mooi. Charissa nog mee.
morgen een cadeautje voor Erik. ◊kÏkχoopŸ o•o™pŸ Wijj (kiezen) toen de verkeerde. ◊kÏkχozÇ o§zÇeflºÓnnŸŸ Bianca (betreden) zojuist het podium ◊beÀtfl bÉeÀtflñrχaχdŸ Kees (lopen) een minuut geleden naar de kassa. ◊l¶iÇl¶iÇe®pŸ Jullie (moeten) nu naar de juf luisteren. ÓmÏmχo£oeÀtÑefl eÀtÑeflºÓnnŸŸ De scheidsrechter (fluiten) ◊f¥lÏlχootfl o•o«tfl vorige keer ook zo slecht. Ik (kopen)
© Noordhoff Uitgevers bv
2
De klas (oefenen – tt)
Spelling op maat 7
248711.indb 87
08/11/12 10:54 AM
Kopieerblad
33
Naam café
1
Schrijf de woorden in de goede rij. café
populair ordinair trottoir canapé dressoir coupé militair reservoir miljonair peignoir privé
air
oir
pχop¶uŸ o™p¶uŸºılÏlχa¶iŸñrŸ o§rχd¶iŸºÓnnÏχa¶iŸñrŸ orÏ Óm¶iŸ m¶iŸºıll¶i»tÌ ¶i»ṫa¶iŸñrŸ Óm¶iŸ m¶iŸºıl¶jÎonÏ l¶jÎo§nχa¶iŸñrŸ
2
é
¿tfltflñrχo«otÀtÌ tÀṫo™oiŸiŸñrŸ dŸñrÇe®sπsÃo™ ®s sÃoiŸiŸñrŸ ÛrÇrÇe®sªeflñrŸºÓv‰o™oiŸiŸñrŸ pÇe®iχgŒºÓnÏnχoiŸo™iŸñrŸ
ċaŸºıféflf≤éfl ċaŸºÓnÏnχa¶pÇéfl ċou¶pÇ o™u¶pÇéfl pŸñr¶iŸºÓvéfl vÉéfl
Vul in. meubilair saté miljonair spectaculair premier toilet biscuit brancard boulevard privé failliet
pŸñrÇeflºÓm¶iÇ m¶iÇeflñrŸ
Een ander woord voor minister-president is: Jakkes, hij doopt zijn
◊bi¶sÃc®u¶i»tfl bΩi¶sÃc®u¶i»tfl
is. ◊ffa¶iŸ μa¶iŸºılŸlŸºıl¶iÇl¶iÇeÀtfl ∏sπpÇpÇėcÀṫaχc®uŸºılÏlχa¶iŸñrŸ
Die winkel moet sluiten, omdat de eigenaar De prestaties die hij levert op het WK, zijn
ÓmÇ mÇe®uŸºıbbiŸΩiŸºıllÏχa¶iŸñrŸ
Het
in de thee.
in het vakantiehuisje is wat ouderwets.
◊brÏbørχaŸºÓnnÏχċaŸñrχdŸ het ziekenhuis binnengebracht. Ik kan elke dag wel en patat eten! ∏sÃa»tÑéfl sÃa»tÑéfl Aan de in Scheveningen liggen veel winkeltjes. ◊b‰o™ouŸuŸºıllÇÇeflºÓv‰aŸaŸñrχdŸ Als je netjes wilt spreken, zeg je geen wc maar ¿tÌṫoiŸo™iŸºıllÇÇeÀtfl Dit is een zaak. Niemand heeft daar iets mee te maken. pŸñr¶iŸºÓvéfl vÉéfl De heeft twee huizen in het buitenland. Óm¶iŸ m¶iŸºıl¶jÎonÏ l¶jÎo§nχa¶iŸñrŸ De patiënt wordt op de
Welk woord hoort erbij? souvenir populair taille canapé bidon bouillon punaise peignoir dressoir toilet trottoir diner
wc aandenken drinkfles avondmaaltijd bank lage kast
¿tÌṫoiŸo™iŸºıllÇÇeÀtfl ∏sÃouŸ sÃo™uŸºÓvveflÉeflºÓnn¶iŸ¶iŸñrŸ ◊biÏbΩiχdχo§onŸnŸ d¶iŸºÓnnÇÇeflñrŸ ċaŸºÓnÏnχa¶pÇéfl dŸñrÇe®s®sπsÃo™ sÃoiŸiŸñrŸ
voetpad geliefd ochtendjas middel pinnetje heldere soep
¿tfltflñrχo«otÀtÌ tÀṫo™oiŸiŸñrŸ pχop¶uŸ o™p¶uŸºılÏlχa¶iŸñrŸ pÇe®iχgŒºÓnÏnχoiŸo™iŸñrŸ ¿tÌṫa¶iŸºıllŸŸºıllÇÇefl p¶uŸºÓnÏnχa¶i¶sªefl ◊b‰o™ou¶iŸ u¶iŸºıllŸŸºıllÏχo§onŸnŸ
© Noordhoff Uitgevers bv
3
Spelling op maat 7
248711.indb 88
08/11/12 10:54 AM
Kopieerblad
34
Naam café
In elk samengesteld woord staat een Frans leenwoord. Schrijf het leenwoord op. danscafé satésaus waterreservoir souvenirwinkel bidonhouder trottoirband tuinmeubilair wegrestaurant
2
bouillonblokje wespentaille privégesprek dossierkast dinerbon beroepsmilitair tv-dressoir multimiljonair
◊b‰o™ou¶iŸ u¶iŸºıllŸŸºıllÏχo§onŸnŸ ¿tÌṫa¶iŸºıllŸŸºıllÇÇefl pŸñr¶iŸºÓvéfl vÉéfl dχoso¨sπsπiÇs iÇeflñrŸ d¶iŸºÓnÇnÇeflñrŸ Ómm¶iŸ¶iŸºıll¶i»tÌ ¶i»ṫa¶iŸñrŸ dŸñrÇe®s®sπsÃo™ sÃoiŸiŸñrŸ Ómm¶iŸ¶iŸºıll¶jÎonÏ ¶jÎo§nχa¶iŸñrŸ
Schrijf de woorden op. ill
air
peign… portefeu…e coup… priv… meda…e fa…iet ordin… trott…
3
ċaŸºıféflf≤éfl ∏sÃa»tÑéfl sÃa»tÑéfl ÛrÇrÇe®sªeflñrŸºÓv‰o™oiŸiŸñrŸ ∏sÃouŸ sÃo™uŸºÓvveflÉeflºÓnn¶iŸ¶iŸñrŸ ◊biÏbΩiχdχo§onŸnŸ ¿tfltflñrχo«otÀtÌ tÀṫo™oiŸiŸñrŸ ÓmÇ mÇe®uŸºıbbiŸΩiŸºıllÏχa¶iŸñrŸ ÛrÇrÇe®s¡ṫa¶uŸñrχaŸºÓnn»tfl»tfl oir
é
pÇe®iχgŒºÓnÏnχoiŸo™iŸñrŸ pχor»tÑefl o§r»tÑeflºıfe®u¶iŸ f≤e®u¶iŸºılŸlŸºılÇlÇefl ċou¶pÇ o™u¶pÇéfl pŸñr¶iŸºÓvéfl vÉéfl ÓmÇ mÇėdχa¶iŸºıllŸŸºıllÇÇefl ◊fa¶iŸ fμa¶iŸºılŸlŸºıl¶iÇl¶iÇeÀtfl o§rχd¶iŸºÓnnÏχa¶iŸñrŸ orÏ ¿tfltflñrχo«otÀtÌ tÀṫo™oiŸiŸñrŸ
spectacul… milit… fou…eren dress… popul… sat… reserv… bou…on
∏sπpÇpÇėcÀṫaχc®uŸºılÏlχa¶iŸñrŸ Óm¶iŸ m¶iŸºıll¶i»tÌ ¶i»ṫa¶iŸñrŸ ◊fou¶iŸ fμo™u¶iŸºılŸlŸºılÇlÇeflñrÇeflºÓnŸnŸ dŸñrÇe®s®sπsÃo™ sÃoiŸiŸñrŸ pχop¶uŸ o™p¶uŸºılÏlχa¶iŸñrŸ ∏sÃa»tÑéfl sÃa»tÑéfl ÛrÇrÇe®sªeflñrŸºÓv‰o™oiŸiŸñrŸ ◊b‰o™ou¶iŸ u¶iŸºıllŸŸºıllÏχo§onŸnŸ
Schrijf het Franse leenwoord dat je ziet op.
de
p¶uŸºÓnÏnχa¶i¶sªefl
het
¿tfltflñrχo™oi»tÀtÌ i»tÀṫo™oiŸiŸñrŸ
de
◊bbrÏørχaŸºÓnnÏχċaŸñrχdŸ
het
¿tÌṫoiŸo™iŸºıllÇÇeÀtfl
de
◊bbi¶sÃc®u¶i»tfl Ωi¶sÃc®u¶i»tfl
de
© Noordhoff Uitgevers bv
1
ÓmmÇÇėdχa¶iŸºıllŸŸºıllÇÇefl
Spelling op maat 7
248711.indb 89
08/11/12 10:54 AM
Kopieerblad
35
Werkwoorden
2
Naam
Vul in de tegenwoordige tijd in.
ik ander meer
ÓzÏzχaχaχg› ÓzÏzχaχaχg⁄g⁄tfl ÓzÏzχaχgœeflºÓnŸnŸ passen
ik ander meer
pχa¶s pχa¶s¡tfl pχa¶s a¶sπsªsªeflºÓnŸnŸ zweten
ik ander meer
ÓzŸzŸºÓweÑeÀtfl wÉeÑeÀtfl ÓzŸzŸºÓweÑeÀtfl wÉeÑeÀtfl ÓzŸzŸºÓweÀtÑefl wÉeÀtÑeflºÓnŸnŸ zenden
ik ander meer
ÓzÇzÇeflºÓnÏnχdŸ ÓzÇzÇeflºÓnÏnχd»tfl ÓzÇzÇeflºÓnÏnχdÇeflºÓnŸnŸ wandelen
ik ander meer
Ów‰aŸaŸºÓnÏnχdÇeflºılŸlŸ Ów‰aŸaŸºÓnÏnχdÇeflºıl»tfll»tfl Ów‰aŸaŸºÓnÏnχdÇeflºılÇlÇeflºÓnŸnŸ lusten
ik ander meer
◊l¶u¶s¡ l¶u¶s¡tfl ◊l¶u¶s¡ l¶u¶s¡tfl ◊l¶u¶s¡ l¶u¶s¡tÑeflºÓnŸnŸ glijden
ik ander meer
gŒºıl¶ÿÎdŸ l¶ÿÎdŸ ÿÎ gŒºıl¶ÿÎd»tfl l¶ÿÎd»tfl ÿÎ gŒºıl¶ÿÎdÇ l¶ÿÎdÇeflºÓnŸnŸ
vertrekken
Óvefl vÉeflñr»tflñrÇeflºıkŸkŸ Óvefl vÉeflñr»tflñrÇeflºık»tfl k»tfl Óvefl vÉeflñr»tflñrÇeflºıkŸkŸºıkÇkÇeflºÓnŸnŸ collecteren
ċolŸoßlŸºılÇlÇėcÀtÑeÑeflñrŸ ċolŸoßlŸºılÇlÇėcÀtÑeÑeflñr»tfl ċolŸoßlŸºılÇlÇėcÀtÑeflñrÇeflºÓnŸnŸ overhoren
ovefl o§vÉeflñrŸºıhÏhχoorŸ o•o§rŸ ovefl o§vÉeflñrŸºıhÏhχoor»tfl o•o§r»tfl ovefl o§vÉeflñrŸºıhÏhχorÇ o§rÇeflºÓnŸnŸ laten
◊lÏlχaχa»tfl ◊lÏlχaχa»tfl ◊lÏlχa»tÑeflºÓnŸnŸ vieren
ÓviÇ vΩiÇeflñrŸ ÓviÇ vΩiÇeflñr»tfl ÓviÇ vΩiÇeflñrÇeflºÓnŸnŸ repareren
ÛrÇrÇe®pχaŸñrÇeÑeflñrŸ ÛrÇrÇe®pχaŸñrÇeÑeflñr»tfl ÛrÇrÇe®pχaŸñrÇeflñrÇeflºÓnŸnŸ sluiten
∏s∂l¶u¶i»tfl s∂l¶u¶i»tfl ∏s∂l¶u¶i»tfl s∂l¶u¶i»tfl ∏s∂l¶u¶i»tÑefl s∂l¶u¶i»tÑeflºÓnŸnŸ
bouwen
◊b‰o™ouŸuŸºÓw· ◊b‰o™ouŸuŸºÓwÕtfltfl ◊b‰o™ouŸuŸºÓwefl wÉeflºÓnŸnŸ snappen
∏s∑nÏnχa¶pŸ ∏s∑nÏnχa¶p»tfl ∏s∑nÏnχa¶p¶pÇeflºÓnŸnŸ schaven
∏sÃcflsÃcflºıhÏhχaχaŸºıf≠ ∏sÃcflsÃcflºıhÏhχaχaŸºıfftfl√tfl ∏sÃcflsÃcflºıhÏhχaŸºÓvefl vÉeflºÓnŸnŸ wassen
Ów‰a¶s a¶s Ów‰a¶s¡ a¶s¡tfl Ów‰a¶sπsª a¶s sªeflºÓnŸnŸ wieden
ÓwiÇ wΩiÇėdŸ ÓwiÇ wΩiÇėd»tfl ÓwiÇ wΩiÇėdÇeflºÓnŸnŸ draaien
dŸñrχaχa¶iŸ dŸñrχaχa¶i»tfl dŸñrχaχa¶iÇeflºÓnŸnŸ schrijven
∏sÃcflsÃcflºıhŸhŸñr¶ÿŒÿŒºıf≠ ∏sÃcflsÃcflºıhŸhŸñr¶ÿŒÿŒºıftflf√tfl ∏ssÃcflÃcflºıhhŸŸñr¶ÿŒºÓvveflÉeflºÓnnŸŸ
© Noordhoff Uitgevers bv
zagen
Spelling op maat 7
248711.indb 90
08/11/12 10:54 AM
Kopieerblad
1
Werkwoorden
2
3
Naam
Onderstreep het onderwerp en de persoonsvorm. Vul in. ik-vorm Hoe heet u? Welke talen spreekt die jjongen? p g Anton en Rob studeerden aan de universiteit. Haar man werkte bij een bank. Hijj verliest al zijn geld met gokken. Zend jjijj hem voor een boodschap? Hijj verlaat het gebouw en gaat naar huis. De dames fronsten hun wenkbrauwen. Bloedt jje broertje j nog steeds?
2
◊hÇhÇeÑeÀtfl ∏sπpŸpŸñrÇeÑeflºıkŸkŸ ∏s¡s¡t®uχdÇeÑeflñrŸ Ówefl wÉeflñrŸºıkkŸŸ Óvefl vÉeflñrŸºıll¶iǶiÇe®s ÓzÇzÇeflºÓnnÏχdŸ Óvefl vÉeflñrŸºıllÏχaχa»tfl ◊ffrÏÚrχon¶s o§n¶s ◊b∞lÏlχoeÌ o£ėdŸ
– ¿tfltfl dÇeflºÓnŸnŸ ¿tÑefltÑefl ¿tfltfl – – ¿tÑefltÑeflºÓnnŸŸ ¿tfltfl
Onderstreep en vul de persoonsvorm vt in. ik/ander/meer ik/ander/meer ik/ander/meer ik/ander/meer ik/ander/meer ik/ander/meer ik/ander/meer ik/ander/meer ik/ander/meer
3
erbij
∏s¡s¡tflñrÇeÑeflºıllÏχdÇefl de konijnen over hun kopjes. De juf (glimlachen) gŒºıl¶iŸl¶iŸºÓmŸmŸºılÏlχaχcflºıh»tÑefl h»tÑefl naar de meisjes. De planten (bloeien) ◊b∞lÏlχo£oe®iÏe®iχdÇeflºÓnnŸŸ vorig jaar zo mooi. Hij (bederven) toen mijn feestje. ◊beÌ bÉėd¶iÇeflñrŸºıf≠ Toen (winnen) we ook niet. Ów‰o§onŸnŸºÓnnÇÇeflºÓnnŸŸ Hij (bedanken) ◊beÌ bÉėdχaŸºÓnnŸŸºıkk»tÑefl »tÑefl je met een afscheidslied. Wij (vertonen) ons nooit. Óvefl vÉeflñr»ṫo•oonÏ o§nχdÇeflºÓnnŸŸ Het (bestaan) al veel langer. ◊be®s¡ bÉe®s¡ṫo§onÏnχdŸ Ik (knijpen) hem veel te hard in zijn bil. ◊kŸkŸºÓnÇnÇeÑe®pŸ Ik (strelen)
Onderstreep het onderwerp en vul de persoonsvorm in. Mama (doorlezen – tt) (bidden – tt) Anouk (steken – vt)
◊lÇlÇeÑe®s¡tfl BÈiχdŸ
de bijsluiter van het medicijn goed
dχo•oorŸ o§rŸ
jje elke dag voor het eten?
∏s¡s¡ṫaŸºıkkŸŸ
met haar honden de weg over.
eergisteren nog harder. ÓvrÏ vørχo•oorŸ o§rŸ Wijj (hebben – vt) niets te verliezen. ◊hÏhχaχdχdÇeflºÓnnŸŸ Ik (zich afdrogen – tt) goed dŸñrχoog› o•o•g› ÓmÇ mÇefl aŸºıf≠ (stoppen – tt) je SÍṫop»tfl o™p»tfl j zusje j met ballet? Ik (zich opwinden – tt) omdat hij zo laat is. ÓwiŸ wΩiŸºÓnÏnχdŸ ÓmÇ mÇefl opŸ o™pŸ De hond (begraven – vt) de kluif in de tuin. ◊beÌ bÉėgÊrχoefl o£eflºıf≠ Het (vriezen)
© Noordhoff Uitgevers bv
36
Werkwoorden
Spelling op maat 7
248711.indb 91
08/11/12 10:54 AM
Kopieerblad
37 1
Werkwoorden
4
Naam
Vul in de verleden tijd in. stinken ik ander meer
zwerven
∏s¡s¡ṫonŸ o§nŸºıkŸkŸ ∏s¡s¡ṫonŸ o§nŸºıkŸkŸ ∏s¡s¡ṫonŸ o§nŸºıkÇkÇeflºÓnŸnŸ blazen
ik ander meer
2
geven
◊b∞l¶iÇl¶iÇe®s ◊b∞l¶iÇl¶iÇe®s ◊b∞l¶iÇl¶iÇeflºÓzÇzÇeflºÓnŸnŸ
gÎaŸ gÎ ºıf≠ gÎaŸ gÎ ºıf≠ gÎaŸºÓvefl vÉeflºÓnŸnŸ
ÓzÏzχocflo•cflºıh»tfl h»tfl ÓzÏzχocflo•cflºıh»tfl h»tfl ÓzÏzχocflo•cflºıh»tÑefl h»tÑeflºÓnŸnŸ helpen
◊hh¶iǶiÇeflºıll¶pŸ¶pŸ ◊hh¶iǶiÇeflºıll¶pŸ¶pŸ ◊h¶iÇ h¶iÇeflºıl¶pÇ l¶pÇeflºÓnŸnŸ
Onderstreep en vul de persoonsvorm vt in. ik/ander/meer ik/ander/meer ik/ander/meer ik/ander/meer ik/ander/meer ik/ander/meer ik/ander/meer ik/ander/meer ik/ander/meer ik/ander/meer
3
ÓzŸzŸºÓwiÇ wΩiÇeflñrŸºıf≠ ÓzŸzŸºÓwiÇ wΩiÇeflñrŸºıf≠ ÓzŸzŸºÓwiÇ wΩiÇeflñrŸºÓvefl vÉeflºÓnŸnŸ
zoeken
pŸñrÇeÑe®s mij om mijn mooie cijfers. Vorig uur (afkijken) ik nog ◊kÇkÇeÑeflºıkkŸŸ aŸºıf≠ Ik (weten) best al veel van Egypte. Ówi¶s¡ wΩi¶s¡tfl De jongens (begraven) de schat. ◊beÌ bÉėgÊgÊrχoefl o£eflºÓvefl vÉeflºÓnŸnŸ De les (beginnen) om 9.00 uur. ◊beÌ bÉėgÎonŸ gÎo§nŸ Waarom (vermijden) je haar? Óvefl vÉeflñrŸºÓmmÇÇeÑėdŸ Wij (bezoeken) ◊befl bÉeflºÓzzÏχo•ocflcflºıhh»tÑefl »tÑeflºÓnnŸŸ gisteren de bioscoop. Ik (afvragen) ÓvrÏ vørχoeÌ o£ėg› me aŸºıf≠ hoeveel je er goed had. De boot (varen) een uur terug door de sluis. Óv‰o£oefleflñrŸ De kinderen (zitten) in de gymzaal. ÓzÏzχa»tÑeflºÓnnŸŸ Mijn vader (prijzen)
Onderstreep het onderwerp en vul de persoonsvorm vt in. toen ook op te stappen. o§ovefl vÉeflñrŸºÓw‰o•oog› o•g› Wijj (slapen) daar vorig jaar ook. ∏s∂l¶iÇ s∂l¶iÇe®pÇeflºÓnŸnŸ De dief (stelen) toen ook nog haar brommer. ∏ss¡¡ṫaŸºıllŸŸ Papa zich vroeger elke dag. p (scheren) ∏sÃcflsÃcflºıhhÏχo•oorŸ o§rŸ U (slaan) toch per ongeluk die vaas omver? ∏s∂lÏs∂lχoeÌ o£ėg› Je (ruiken) nog de stank van het vuur. ÛrÏrχookŸ o•oßkŸ Jullie (vlechten) mooie kransen. Óv∞lÏlχo•ocflcflºıhh»tÑefl »tÑeflºÓnnŸŸ De sneeuw (smelten) ∏s∑mÏmχoßol»tfll»tfl bijna onmiddellijk. De poes (spinnen) p ∏sπpÏpχonŸ o§nŸ en genoot van de zon. (liggen) Lχaχg› jijj j al langer dan een uur te slapen?
© Noordhoff Uitgevers bv
Ik (overwegen)
Spelling op maat 7
248711.indb 92
08/11/12 10:54 AM
Kopieerblad
38 1
Werkwoorden
Werkwoorden
Werkwoorden
2
3
4
Naam
Onderstreep het onderwerp en de persoonsvorm in de zin. Kruis de juiste vakjes aan. tt
ik
✗
Verraadt jje broer ons plan?
Dat antwoord wisten wijj al!
✗ ✗
Ik sloot me aan bij zijn mening.
✗
✗
Zijj trekken hun pyjama aan.
✗ ✗
✗
Jullie ontvingen g een brief van de dokter.
✗
De tijger jg verslindt het hertje.
meer
✗
✗
Het water druipt p uit zijn kleren.
ander
✗ ✗
✗ ✗
Pestte die jongen j g jou steeds?
2
vt
✗
Onderstreep het onderwerp en de persoonsvorm. Schrijf de persoonsvorm vt achter de zin.
◊befl bÉeflºılÏlχdÇefl opŸ o™pŸ Wijj nemen aan dat het klopte. ÓnÏnχaŸºÓmmÇÇeflºÓnnŸŸ aχaŸºÓnnŸŸ Die avond verschuilt hijj zich. ÓvveflÉeflñr¶sÃcflºıhhÏχo•oolŸoßlŸ Óz¶iÏz¶iχcflºıhhŸŸ Hijj bevindt zich in vreemd gezelschap. ◊befl bÉeflºÓv‰o§onÏnχdŸ Óz¶iÏz¶iχcflºıhhŸŸ Jullie brengen g de zalf dagelijks aan. ◊brÏbørχaχcflºıhh»tÑefl »tÑeflºÓnnŸŸ aχaŸºÓnnŸŸ In het weekend dansen we in de discotheek. dχaŸºÓnn¶s¡¶s¡tÑeflºÓnnŸŸ Mirjam pakt een zak appels en een komkommer. j p pχaŸºık»tÑefl k»tÑefl Ik verlies elke week wel een keer mijn sleutels. Óvefl vÉeflñrŸºıllÏχo•oorŸ o§rŸ Jan belt zijn oma elke zondagmiddag op. p
Vul in.
letten voelen fietsen verbieden springen rusten rijgen knikken landen
tegenwoordige tijd
verleden tijd
◊lÇlÇeÀtfl hij Óv‰o£ oefleflºıl»tfll»tfl hij ◊ffiÇ ØiÇeÀt®s¡tfl hij Óvefl vÉeflñrŸºıbiÇbΩiÇėd»tfl hij ∏sπpŸ pŸñr¶iŸºÓnÏnχg⁄tfl hij Ûr¶u¶s¡ r¶u¶s¡tfl hij Ûr¶ÿÎg⁄tfl r¶ÿÎg⁄tfl ÿÎg⁄ hij ◊kŸkŸºÓn¶iŸ n¶iŸºık»tfl k»tfl hij ◊lÏlχaŸºÓnÏ nχd»tfl
hij
hij
◊lÇlÇeÀtÀtÑefl hij Óv‰o£ oefleflºılÏlχdÇefl hij ◊ffiÇ ØiÇeÀt®s¡tÑefl hij Óvefl vÉeflñrŸºıb‰o•oodŸ o•dŸ hij ∏sπpŸ pŸñrχonÏ o§nχg› hij Ûr¶u¶s¡ r¶u¶s¡tÀtÑefl hij ÛrÇ rÇeÑėg› hij ◊kŸkŸºÓn¶iŸ n¶iŸºık»tÑefl k»tÑefl hij ◊lÏlχaŸºÓnÏ nχdχdÇefl
© Noordhoff Uitgevers bv
3
Spelling op maat 7
248711.indb 93
08/11/12 10:54 AM
Kopieerblad
39 1
Werkwoorden
Werkwoorden
Werkwoorden
2
3
4
Naam
Onderstreep het onderwerp en de persoonsvorm. Vul in. ik-vorm
d¶uŸºıllÏχdŸ ÛrÇrÇėdŸ ◊befl bÉeflºÓn¶ÿÎdŸ n¶ÿÎdŸ Ów‰o§orÏrχdŸ ◊befl bÉeflñrÇe®iχdŸ o§nχdÇeflñrŸºıhhÏχo™ouÏuχdŸ onÏ ◊befl bÉeflºÓwweÑefl ÉeÑeflñrŸ ÓzÇzÇeflºÓnÏnχdŸ Óvefl vÉeflñrŸºÓmmÏχo£oeÌėdŸ ◊beÌ bÉėgœeflºılÇlÇe®iχdŸ
De juf j duldt geen herrie in de les. Hoe red je j je daar uit? Ik benijd j hem niet met al dat werk. Er wordt beweerd dat we vrij zijn. Bereidde jij j j de spreekbeurt goed voor? Jijj onderhoudt de tuin zelf. Gister beweerde hijj dit ook. Op advies zendt hijj het met de post. Waarom vermoedden jjullie dat? Maandag begeleidden zijj het koor. g
2
¿tfltfl – – ¿tfltfl dÇefl ¿tfltfl dÇefl ¿tfltfl dÇeflºÓnŸnŸ dÇeflºÓnŸnŸ
Onderstreep en vul de persoonsvorm tt in. ik/ander/meer
Ik (rijden)
ik/ander/meer
Het fruit (bederven)
ik/ander/meer ik/ander/meer ik/ander/meer ik/ander/meer ik/ander/meer ik/ander/meer ik/ander/meer
3
erbij
Ûr¶ÿÎdŸ r¶ÿÎdŸ
altijd voorzichtig in de stad.
op de fruitschaal. ◊beÌ bÉėdÇeflñrŸºıftflf√tfl Vanavond (strijden) ik om de eerste prijs. ∏s¡s¡tflñr¶ÿÎdŸ ÿÎ Waarom (verhuizen) Óvefl vÉeflñrŸºıh¶u¶i¶s¡ h¶u¶i¶s¡tfl jullie klas morgen? (houden) je moeder van appeltaart? Hχo™ouÏuχd»tfl Haar tante (beloven) hun een verrassing. ◊befl bÉeflºılÏlχooftfl o•oßf√tfl De stenen (plonzen) in het water. pŸºılÏlχonŸ o§nŸºÓzÇzÇeflºÓnŸnŸ (onthouden) jij zijn adres? OÜn»tflºıhhÏχo™ouÏuχdŸ Wij (uitstappen) ∏s¡s¡ṫa¶p¶pÇeflºÓnŸnŸ u¶i»tfl bij de volgende halte.
Onderstreep het onderwerp en vul de persoonsvorm vt in. van angst. ◊beÑefl bÉeÑeflºıfdÇ fμdÇeflºÓnŸnŸ Om 11.00 uur (aankomen) ◊kŸkŸºÓw‰aŸaŸºÓmŸmŸ ik aχaŸºÓnnŸŸ op Utrecht Centraal. Mijn j broer (inschrijven) ∏sÃcflsÃcflºıhŸhŸñrÇeÑeflºıf≠ zich iŸºÓnŸnŸ voor een cursus Spaans. Hijj (zeggen) dat hij haar niets had gedaan. ÓzÇzÇe®iŸ De leerlingen onder de les. g (suffen) ∏sπuŸuŸºıftÑefl f√tÑeflºÓnŸnŸ Het (gonzen) van de geruchten. gÎo§n¶sÃdÇefl gÎon¶sÃdÇ Verlegen (vragen) Jesse om een glas water. ÓvrÏ vørχoeÌ o£ėg› De lijster (voeden) haar jongen met wormen. j Óv‰o£oeÌėdχdÇefl Zijj (innemen) ÓnÏnχaŸºÓmmŸŸ iedere dag een lepel hoestdrank iŸºÓnŸnŸ
© Noordhoff Uitgevers bv
De kinderen (beven)
Spelling op maat 7
248711.indb 94
08/11/12 10:54 AM
Kopieerblad
40
Naam team
1
Vul in. Zeg het woord. de tank de speech de tandem safe de game de keeper de snack fleece de race de flat
2
efl iÇefl Åeflefl ÅeÑefl eÑefl ÅeÑefl eÑefl iÇefl Åeflefl iÇefl ÅeÑefl eÑefl Åeflefl
Je schrijft:
aŸ ÅeÑefl eÑefl aŸ aŸ aŸ ÅeÑefl eÑefl aŸ ÅeÑefl eÑefl aŸ aŸ
Schrijf het woord op.
¿tÌṫaŸºÓnnŸŸºıkkŸŸ de ∏sπpÇ pÇeÑėcflºıhhŸŸ de ¿tÌṫaŸºÓn nÏχdÇeflºÓmmŸŸ ∏sÃaŸ sÃaŸºıfeflf≤efl de gÎ gÎaŸºÓmÇ mÇefl de ◊kkÇÇeÑe®pÇeflñrŸ de ∏s∑nÏ nχaχcflºıkkŸŸ ◊f¥lÇlÇeÑėcÑefl de ÛrÏrχaχcÑefl de ◊f¥lÏlχa»tfl
de
Er zijn één of twee letters weg. Schrijf de Engelse leenwoorden op. blocno… interv…w …lub com…ter sc…nner ra...ket sc…ter b…minton j…ns
3
Je hoort:
◊b∞lÏlχo•ocflcflºÓnnÏχo«otÑefltÑefl iŸºÓnn»tÑefl »tÑeflñrŸºÓvviÇΩiÇeflºÓw· cflºıl¶uŸ l¶uŸºıb· ċom¶p¶u»tÑefl o§m¶p¶u»tÑeflñrŸ ∏sÃcÌsÃċaŸºÓnnŸŸºÓnnÇÇeflñrŸ ÛrÏrχaχcflºıkkÇÇeÀtfl ∏sÃcÌsÃċo•ootÑefl o«tÑeflñrŸ ◊b‰aÏaχdŸºÓmm¶iŸ¶iŸºÓnn»tÌ»ṫo§onŸnŸ jœėaŸºÓn¶s n¶s
w…kend handi…ap ra…en fl…t j…p servi… so…p sti…er skateb…rd
ÓweÑefl wÉeÑeflºıkkÇÇeflºÓnnÏχdŸ ◊hÏhχaŸºÓnÏnχd¶iχċa¶pŸ ÛrÏrχaχcÑeflºÓnnŸŸ ◊f¥lÏlχa»tfl jœeÑe®pŸ ∏sªsªeflñrŸºÓvviÏΩiχcÑefl ∏sÃoa¶pŸ sÃo•a¶pŸ ∏s¡s¡t®iχcflºıkkÇÇeflñrŸ ∏s∂kÏs∂kχa»tÑeflºıb‰o•oaŸaŸñrχdŸ
Welk woord hoort erbij?
punt maken spijkerbroek spel televisieserie wedstrijd schrijfblok
∏sÃcÌsÃċo§orÇrÇeflºÓnnŸŸ jœėaŸºÓn¶s n¶s gÎaŸºÓmÇ mÇefl ∏sÃoa¶pŸ sÃo•a¶pŸ ÓmÏmχa»ṫcflºıhhŸŸ ◊b∞lÏlχo•ocflcflºÓnnÏχo«otÑefltÑefl
muziekgroep oefenen fiets trui tenten doelman
◊b‰aŸaŸºÓnnÏχdŸ ¿tfltflñrχa¶iŸºÓnnÇÇeflºÓnnŸŸ ÓmmÏχo™ouŸuŸºÓnn»tÌ»ṫa¶iŸºÓnnŸŸºıbbiŸΩiŸºıkkÇÇefl ∏s∑wÉ weÌėa»t®s∂h¶iŸñr»tfl ċaŸºÓm¶p¶iŸ m¶p¶iŸºÓnÏnχg› ◊kÇkÇeÑe®pÇeflñrŸ
© Noordhoff Uitgevers bv
trainen keeper match blocnote scoren band mountainbike camping sweatshirt jeans game soap
Spelling op maat 7
248711.indb 95
08/11/12 10:54 AM
Kopieerblad
41
Naam team
2
Vul in. Zeg het woord.
Je schrijft:
Schrijf het Engelse leenwoord op.
ÅeÑefl eÑefl
aŸ
de
ċaŸºıkkÇÇefl
Åeflefl
aŸ
de
◊f¥lÏlχa»tfl
uŸºÓw·
uÇefl
de
◊b‰aŸaŸñrŸºıbbeÌÉėc®uÇefl
o£efl oefl
uŸ
de
ċom¶p¶u»tÑefl o§m¶p¶u»tÑeflñrŸ
iÇefl
ÅeÌėaŸ
de
jœėaŸºÓn¶s n¶s
iÇefl
ÅeÑefl eÑefl
de
◊kkÇÇeÑe®pÇeflñrŸ
In elk samengesteld woord staat een Engels leenwoord. Schrijf het leenwoord op. teamsport computermuis vruchtencake tennistrainer watertank snackwagen
3
Je hoort:
¿tÑeÌtÑėaŸºÓmmŸŸ ċom¶p¶u»tÑefl o§m¶p¶u»tÑeflñrŸ ċaŸºıkkÇÇefl ¿tfltflñrχa¶iŸºÓnnÇÇeflñrŸ ¿tÌṫaŸºÓnnŸŸºıkkŸŸ ∏s∑nÏnχaχcflºıkkŸŸ
voetbalclub fotoscanner televisieshow autosticker jongensband flatgebouw
cflºıl¶uŸ l¶uŸºıb· ∏sÃcÌsÃċaŸºÓnnŸŸºÓnnÇÇeflñrŸ ∏s∂hÏ s∂hχo§oww· ∏s¡s¡t®iχcflºıkkÇÇeflñrŸ ◊b‰aŸaŸºÓnnÏχdŸ ◊f¥lÏlχa»tfl
Vul in. skateboard
cockpit
GÎo•aŸºılŸlŸºıb‰aŸaŸºılŸlŸºılŸlŸ GÎoaŸ
tandem
service
goalball
camping
is een balsport voor mensen met een visuele handicap.
Dat meisje kan coole trucjes doen met haar De winkel is wat duurder, maar de
∏s∂kÏs∂kχa»tÑeflºıb‰o•oaŸaŸñrχdŸ is daar erg goed. ∏sªsªeflñrŸºÓvviÏΩiχcÑefl
◊f¥lÇlÇeÑėcÑefl Op die ċaŸºÓm¶p¶iŸ m¶p¶iŸºÓnÏnχg› Ik mocht laatst in de ċocflo•cflºık¶p¶i»tfl k¶p¶i»tfl Met een ¿tÌṫaŸºÓnnÏχdÇeflºÓmmŸŸ Is jouw vest van
fleece
of van katoen gemaakt?
© Noordhoff Uitgevers bv
1
kunnen wel honderd tenten staan. kijken van de piloot. kun je lekker hard fietsen. Spelling op maat 7
248711.indb 96
08/11/12 10:54 AM
Kopieerblad
42 1
Werkwoorden
5
Naam
Vul in. verleden tijd
2
zeggen
de buren
blazen
de kat
redden
de agent
luiden
de klokken
rijden
de fietser
raken
de pijlen
bidden
het kind
kiezen
de meisjes
voltooid deelwoord
ÓzÇzÇe®iχdÇeflºÓnnŸŸ ◊b∞l¶iÇl¶iÇe®s ÛrÇrÇėdχdÇefl ◊l¶u¶iÏ l¶u¶iχdχdÇeflºÓnnŸŸ ÛrÇrÇeÑėdŸ ÛrÏrχaχaŸºıkk»tÑefl »tÑeflºÓnnŸŸ ◊b‰aÏaχdŸ ◊kÏkχozÇ o§zÇeflºÓnnŸŸ
gœeflºÓzÇzÇėgÎgÎdŸ de kat heeft gœeflºıb∞lÏlχaŸºÓzÇzÇeflºÓnŸnŸ de agent heeft gœeflñrÇėdŸ de klokken hebben gœeflºıl¶u¶iÏ l¶u¶iχdŸ de fietser heeft gœeflñrÇėdÇeflºÓnŸnŸ de pijlen hebben gœeflñrχaχaŸºık»tfl k»tfl het kind heeft gœœeflºıbeÌ bÉėdÇeflºÓnŸnŸ de meisjes hebben gœeflºıkÏkχozÇ o§zÇeflºÓnŸnŸ de buren hebben
Schrijf het voltooid deelwoord in de goede rij. melden krijgen vinden branden testen bukken vergoeden verzamelen lijden snoepen zitten blijven wieden verpakken oppassen vliegen bevrijden werken
eindigt op d
gœeflºÓmÇ mÇeflºılÏlχdŸ gœeflºıbrÏbørχaŸºÓnÏnχdŸ Óvefl vÉeflñrχgÎgÎoeÌ gÎo£ėdŸ Óvefl vÉeflñrŸºÓzÏzχaŸºÓmÇ mÇeflºılÏlχdŸ gœeflºÓwiÇ wΩiÇėdŸ ◊befl bÉeflºÓvr¶ÿÎdŸ vør¶ÿÎdŸ
gœeÀtÑe®s¡tfl gœeflºıbuŸ bΩuŸºık»tfl k»tfl gœe®s®s∑nÏnχoe®p»tfl o£e®p»tfl Óvefl vÉeflñr¶pχaŸºık»tfl k»tfl o™pχgœe®pχa¶s¡tfl opÏ gœeflºÓwefl wÉeflñrŸºık»tfl k»tfl
eindigt op en
gœeflºıkŸkŸñrÇėgœeflºÓnŸnŸ gœeflºÓv‰o§onÏnχdÇeflºÓnŸnŸ gœeflºılÇlÇėdÇeflºÓnŸnŸ gœeflºÓzÇzÇeÀtÑeflºÓnŸnŸ gœeflºıb∞lÇlÇeflºÓvefl vÉeflºÓnŸnŸ gœeflºÓv∞lÏlχogœ o•gœeflºÓnŸnŸ
Onderstreep het onderwerp en de persoonsvorm. Vul het voltooid deelwoord in. De minister heeft over zijn verleden (liegen) Heb jij j j mijn laptop van de tafel (pakken) Donnyy is kwaad naar huis (fietsen) Gelukkig zijn j mijn j ouders tegen inbraak (verzekeren) Op het feest van Erwin hebben we uren (dansen) De hond van de buren heeft mij (bijten) Die dikke spin p is over mijn boek (kruipen) Jim heeft een steengoed smoesje (verzinnen) Het vliegtuig g g is na een korte vertraging (landen)
gœeflºılÏlχogœ o•gœgœeflºÓnŸnŸ gœœe®pχaŸºık»tfl k»tfl gœeflºıfiÇfØiÇeÀt®s¡tfl Óvefl vÉeflñrŸºÓzÇzÇeflºıkÇkÇeflñrχdŸ gœėdχaŸºÓn¶s¡ n¶s¡tfl gœeflºıbeÀtÑefl bÉeÀtÑeflºÓnŸnŸ gœeflºıkŸkŸñrχopÇ o™pÇeflºÓnŸnŸ Óvefl vÉeflñrŸºÓzzÏχo§onŸnŸºÓnnÇÇeflºÓnnŸŸ gœeflºılÏlχaŸºÓnÏnχdŸ
? © Noordhoff Uitgevers bv
3
eindigt op t
Spelling op maat 7
248711.indb 97
08/11/12 10:55 AM
Kopieerblad
1
5
Naam
Schrijf het voltooid deelwoord op. ik heb/ben … zingen noemen ruiken bepalen herkennen huren raden publiceren
2
tekenen branden schatten voetballen zwemmen sorteren vragen lozen
gœeÀtÑeflºıkÇkÇeflºÓnÏnχdŸ gœeflºıbrÏbørχaŸºÓnÏnχdŸ gœe®sÃcflºıhÏhχa»tfl gœeflºÓv‰o£oeÀtfl eÀtflºıb‰aŸaŸºılÏlχdŸ gœeflºÓzŸzŸºÓw‰o§omŸmŸºÓmÇ mÇeflºÓnŸnŸ gœe®sÃor»tÑeÑefl ®sÃo§r»tÑeÑeflñrχdŸ gœeflºÓvrÏ vørχaχaχgÎdŸ gœeflºılÏlχoosÃdŸ o•o¨sÃdŸ
Vul in.
nemen hakken liegen zwemmen opletten zuchten boffen drinken mompelen
3
gœeflºÓzÏzχonÏ o§nχgœeflºÓnŸnŸ gœeflºÓnÏnχoefl o£eflºÓmÏmχdŸ gœeflñrχokÇ oßkÇeflºÓnŸnŸ ◊be®pÏ bÉe®pχaχaŸºılÏlχdŸ ◊hÇhÇeflñrŸºıkkÇÇeflºÓnnÏχdŸ gœeflºıh¶u¶uŸ h¶u¶uŸñrχdŸ gœeflñrχaχdÇeflºÓnŸnŸ gœe®p¶uŸºıb∞l¶iÏl¶iχcÑeÑeflñrχdŸ
ik heb/ben …
verleden tijd
voltooid deelwoord
ÓnÏnχaŸºÓmmÇÇeflºÓnnŸŸ de man ◊hhÏχaŸºıkk»tÑefl »tÑefl de meisjes ◊lÏlχogœ o•gœeflºÓnŸnŸ oma ÓzŸzŸºÓw‰o§omŸmŸ papa ◊lÇlÇeÀtÀtÑefl opŸ o™pŸ de tuinman Óz¶uÏ z¶uχcflºıhh»tÀtÑefl »tÀtÑefl ik ◊b‰oßoftÑefl f√tÑefl de zieke dŸñrχonŸ o§nŸºıkŸkŸ de juf ÓmÏmχom¶pÇ o§m¶pÇeflºılÏlχdÇefl
wij hebben
wij
hij heeft zij hebben zij heeft hij heeft hij heeft ik heb zij heeft zij heeft
gœeflºÓnÏnχomÇ o§mÇeflºÓnŸnŸ gœeflºıhÏhχaŸºık»tfl k»tfl gœeflºılÏlχogœ o•gœeflºÓnŸnŸ gœeflºÓzŸzŸºÓw‰o§omŸmŸºÓmÇ mÇeflºÓnŸnŸ o™pχgœeflºılÇlÇeÀtfl opÏ gœeflºÓz¶uÏ z¶uχcflºıh»tfl h»tfl gœeflºıb‰oßoftflf√tfl gœėdŸñrχonŸ o§nŸºıkÇkÇeflºÓnŸnŸ gœeflºÓmÏmχom¶pÇ o§m¶pÇeflºılÏlχdŸ
Onderstreep het onderwerp en de persoonsvorm. Vul het voltooid deelwoord in. Hijj had de getallen keurig (afronden) Onze provincie werd in april 1945 (bevrijden) p De minister werd door niemand (herkennen) Inmiddels waren alle vakantiespullen (inpakken) p Ali en Peter hebben de trein net (missen) In een pannetje hebben we de maïs (poffen) Het kampioensteam werd urenlang (toejuichen) p De tentharingen g waren helemaal (verroesten) Het licht werd door de spiegel (weerkaatsen)
aŸºıfgœfμgœeflñrχonÏ o§nχdŸ ◊bbeflÉeflºÓvvr¶ÿÎdŸ ør¶ÿÎdŸ ÿÎ ◊hÇhÇeflñrŸºıkÇkÇeflºÓnÏnχdŸ iŸºÓnÏnχgœe®pχaŸºık»tfl k»tfl gœœeflºÓm¶i¶s¡ m¶i¶s¡tfl gœe®pχoftfl oßf√tfl ¿tÌṫoeÌ o£ėgœe®jÒu¶iχcflºıh»tfl h»tfl Óvefl vÉeflñrŸñrχo£oe®s¡ e®s¡tfl ÓweÑefl wÉeÑeflñrŸºıkkÏχaχa»t®s¡tfl
© Noordhoff Uitgevers bv
43
Werkwoorden
Spelling op maat 7
248711.indb 98
08/11/12 10:55 AM
Kopieerblad
44
Naam spinnetje
1
Schrijf de verkleinwoorden op de goede regel. agenda kassa ketting leuning koning paraplu buiging stro schema schutting sluiting oma menu auto afbeelding beloning la stalling
fotootje
woninkje
2
Maak de woorden ‘groot’. opaatje verrassinkje campinkje puddinkje accuutje gorillaatje palinkje fotootje radiootje
3
aχgœeflºÓnÏnχdχaχa»t®jœjœœefl, ◊kÏkχa¶s a¶sπsÃaÏ sÃaχa»t®jœjœefl, pχaŸñrχa¶pŸºıl¶u¶u»t®jœ l¶u¶u»t®jœefl ∏s¡s¡tflñrχoot®jœ o•o«t®jœjœefl, ∏sÃcflsÃcflºıhÇhÇeflºÓmÏmχaχa»t®jœjœefl, omÏ o§mχaχa»t®jœefl ÓmÇ mÇeflºÓn¶u¶u»t®jœ n¶u¶u»t®jœefl, a¶u»ṫoot®jœ o•o«t®jœefl, ◊lÏlχaχa»t®jœefl ◊kÇkÇeÀtÀt®iŸºÓnŸnŸºık¶jœk¶jœjœefl, ◊lÇlÇe®uŸºÓn¶iŸ n¶iŸºÓnŸnŸºık¶jœk¶jœjœefl, ◊kÏkχon¶iŸ o§n¶iŸºÓnŸnŸºık¶jœk¶jœjœefl ◊bu¶iÏ bΩu¶iχgÒgÒiŸºÓnŸnŸºık¶jœk¶jœjœefl, ∏sÃcflsÃcflºıh¶u»tÀt®iŸ h¶u»tÀt®iŸºÓnŸnŸºık¶jœk¶jœjœefl, ∏s∂l¶u¶i»t®iŸ s∂l¶u¶i»t®iŸºÓnŸnŸºık¶jœk¶jœjœefl aŸºıf¥bÉbeÑefl eÑeflºılÏlχd¶iŸºÓnŸnŸºık¶jœk¶jœefl, ◊befl bÉeflºılÏlχon¶iŸ o§n¶iŸºÓnŸnŸºık¶jœk¶jœefl, ∏s¡s¡ṫaŸºılŸlŸºıl¶iŸl¶iŸºÓnŸnŸºık¶jœk¶jœefl o™opÏpχaŸ Óvefl vÉeflñrŸñrχa¶s a¶sπsπiŸs iŸºÓnÏnχg› ċaŸºÓm¶p¶iŸ m¶p¶iŸºÓnÏnχg› p¶uχdχd¶iŸºÓnÏnχg› aχċc®uŸ gÎo§r¶iŸºılŸlŸºılÏlχaŸ gÎgÎor¶iŸ pχaŸºıl¶iŸl¶iŸºÓnÏnχg› ◊fotÌ fμo«ṫoo¢ ÛrÏrχaχd¶iχo¢o
studiootje verdiepinkje zebraatje pandaatje kanootje dicteetje vertellinkje slaatje bestellinkje
∏s¡s¡t®uχd¶iχo¢o Óvefl vÉeflñrχd¶iÇe®p¶iŸºÓnÏnχg› ÓzÇzÇeflºıbrÏbørχaŸ pχaŸºÓnÏnχdχaŸ ◊kÏkχaŸºÓnnÏχo¢o d¶iχcÀtÑeÑefl Óvefl vÉeflñr»tÑeflºılŸlŸºıl¶iŸl¶iŸºÓnÏnχg› ∏s∂lÏs∂lχaŸ ◊be®s¡ bÉe®s¡tÑeflºılŸlŸºıl¶iŸl¶iŸºÓnÏnχg›
Vul het verkleinwoord in. vlo
stalling
Er is een
slee
haring
individu
◊befl bÉeflºılÏlχon¶iŸ o§n¶iŸºÓnŸnŸºık¶jœk¶jœefl
scheiding
beloning
cola
buiging
voor de mooiste pony.
∏s¡s¡ṫaŸºılŸlŸºıl¶iŸl¶iŸºÓnŸnŸºık¶jœk¶jœjœefl Sarah bestelt twee sinas en een ċolÏoßlχaχa»t®jœjœefl De zangeres maakt na het concert een ◊bu¶iÏ bΩu¶iχgÒiŸºÓnŸnŸºık¶jœk¶jœefl De jongens trekken elk een over het ijs. ∏s∂lÇs∂lÇeÑeÀt®jœjœjœefl Mijn vader eet elke dag een zout ◊hhÏχaŸñr¶iŸºÓnnŸŸºıkk¶jœ¶jœefl Ieder heeft zijn eigen mening. iŸºÓnÏnχd¶iŸºÓviÏ vΩiχd¶u¶u»t®jœefl Volgens mij heeft onze kat last van Óv∞lÏlχoot®jœ o•o«t®jœjœjœe®s, Óv∞lÏlχooi»t®jœ o•o™i»t®jœe®s De peuter heeft een kaarsrecht in zijn haar. ∏sÃcflsÃcflºıhÇhÇe®iχd¶iŸºÓnŸnŸºık¶jœk¶jœefl
© Noordhoff Uitgevers bv
Ik zet mijn fiets veilig in het
Spelling op maat 7
248711.indb 99
08/11/12 10:55 AM
Kopieerblad
45
Naam spinnetje
1
2
Schrijf de verkleinwoorden op.
het
◊kÏkχaŸºÓnÏnχoot®jœ o•o«t®jœefl
het
pχa¶s¡ṫaχa»t®jœefl
het
ÓzÇzÇeflºıbrÏbørχaχa»t®jœefl
het
p¶iχaŸºÓnÏnχoot®jœ o•o«t®jœefl
het
pχaŸñrχa¶pŸºıl¶u¶u»t®jœ l¶u¶u»t®jœefl
het
aχċc®u¶u»t®jœefl
het
∏s∂lÏs∂lχaχa»t®jœefl
het
ÛrÏrχaχd¶iχoot®jœ o•o«t®jœefl
Maak verkleinwoorden en schrijf ze in de goede rij. beloning wang kring iglo chocola bestelling vervalsing nijptang pinda leerling haring slee kilo wandeling scheiding slang jojo berging
fotootje
iχgŒºılÏlχoot®jœ o•o«t®jœjœefl cflºıhÏhχocÌo•ċolÏoßlχaχa»t®jœefl p¶iŸºÓnÏnχdχaχa»t®jœefl ∏s∂lÇs∂lÇeÑeÀt®jœjœefl ◊k¶iŸk¶iŸºılÏlχoot®jœ o•o«t®jœefl jÎo™jÎo•o«t®jœefl jÎojÎoot®jœ
ringetje
◊befl bÉeflºılÏlχon¶iŸ o§n¶iŸºÓnŸnŸºık¶jœk¶jœjœjœefl ◊be®s¡ bÉe®s¡tÑeflºılŸlŸºıl¶iŸl¶iŸºÓnŸnŸºık¶jœk¶jœjœjœefl Óvefl vÉeflñrŸºÓv‰aŸaŸºıl¶sl¶sπiŸiŸºÓnŸnŸºık¶jœk¶jœefl ◊hÏhχaŸñr¶iŸºÓnŸnŸºık¶jœk¶jœjœefl ∏sÃcflsÃcflºıhÇhÇe®iχd¶iŸºÓnŸnŸºık¶jœk¶jœjœefl ◊befl bÉeflñrχgÒiŸºÓnŸnŸºık¶jœk¶jœefl
Ów‰aŸaŸºÓnÏnχgœeÀt®jœjœefl ◊kŸkŸñr¶iŸºÓnÏnχgœeÀt®jœefl Ón¶ÿÒp»tÌ n¶ÿÒp»tÌ ÿÒ ‡aŸºÓnÏnχgœeÀt®jœjœefl ◊lÇlÇeÑeflñrŸºıl¶iŸl¶iŸºÓnÏnχgœeÀt®jœjœefl Ów‰aŸaŸºÓnÏnχdÇeflºıl¶iŸl¶iŸºÓnÏnχgœeÀt®jœefl ∏s∂lÏs∂lχaŸºÓnÏnχgœeÀt®jœefl
Maak verkleinwoorden van de onderstreepte woorden. Ik ben al lang abonnee van dat stripblad. De troon van de koning heeft geen leuning. Bente speelt winkel met de kassa. Op de afbeelding staat een ring. Het schema staat in mijn agenda. Die paraplu is maar een raar ding. Op het menu staat een versiering. De verrassing is een groot ding.
aŸºıb‰o§onŸnŸºÓnÇnÇeÑeÀt®jœjœjœefl, ∏s¡s¡tflñr¶i¶pŸºıb∞lÏlχaχaχd¶jœefl ◊kÏkχon¶iŸ o§n¶iŸºÓnŸnŸºık¶jœk¶jœjœefl, ◊lÇlÇe®uŸºÓn¶iŸ n¶iŸºÓnŸnŸºık¶jœk¶jœjœefl ÓwiŸ wΩiŸºÓnŸnŸºıkÇkÇeflºıl»t®jœ l»t®jœjœefl, ◊kÏkχa¶s a¶sπsÃaÏ sÃaχa»t®jœjœefl aŸºıf¥bÉbeÑefl eÑeflºılÏlχd¶iŸºÓnŸnŸºık¶jœk¶jœjœefl, Ûr¶iŸr¶iŸºÓnÏnχgœeÀt®jœjœefl ∏sÃcflsÃcflºıhÇhÇeflºÓmÏmχaχa»t®jœjœefl, aχgœeflºÓnÏnχdχaχa»t®jœjœefl pχaŸñrχa¶pŸºıl¶u¶u»t®jœ l¶u¶u»t®jœjœefl, d¶iŸºÓnÏnχgœeÀt®jœjœjœefl ÓmÇ mÇeflºÓn¶u¶u»t®jœ n¶u¶u»t®jœjœefl, Óvefl vÉeflñr¶sr¶sπiÇiÇeflñr¶iŸºÓnŸnŸºık¶jœk¶jœjœefl Óvefl vÉeflñrŸñrχa¶s a¶sπsπiŸs iŸºÓnŸnŸºık¶jœk¶jœefl, d¶iŸºÓnÏnχgœeÀt®jœefl
© Noordhoff Uitgevers bv
3
woninkje
Spelling op maat 7
248711.indb 100
08/11/12 10:55 AM
Kopieerblad
1
5
Naam
Vul in. ander tt dragen vertalen herstellen barsten lukken besturen geloven sluiten
2
dŸñrχaχaχg⁄g⁄tfl Óvefl vÉeflñr»ṫaχaŸºıl»tfll»tfl ◊hÇhÇeflñr¶s¡tÑeflºıll»tfl»tfl ◊b‰aŸaŸñr¶s¡tfl ◊l¶uŸ l¶uŸºıkk»tfl»tfl ◊be®s¡ bÉe®s¡t®u¶uŸñr»tfl gœœeflºılÏlχooftfl o•oßf√tfl ∏s∂l¶u¶i»tfl s∂l¶u¶i»tfl
ander vt
voltooid deelwoord
dŸñrχoeÌ o£ėg› Óvefl vÉeflñr»ṫaχaŸºılÏlχdÇefl ◊hÇhÇeflñr¶s¡tÑeflºıllÏχdÇefl ◊b‰aŸaŸñr¶s¡tÀtÑefl ◊l¶uŸ l¶uŸºıkk»tÑefl »tÑefl ◊be®s¡ bÉe®s¡t®u¶uŸñrχdÇefl gœœeflºılÏlχoofdÇ o•oßfμdÇefl ∏s∂lÏs∂lχootfl o•o«tfl
Schrijf het voltooid deelwoord op. ik heb/ben … vernielen bezoeken vervelen vertellen verbazen winnen betreuren besteden
3
gœėdŸñrχaχgœeflºÓnŸnŸ hij heeft Óvefl vÉeflñr»ṫaχaŸºıllÏχdŸ hij heeft ◊hÇ hÇeflñr¶s¡tÑeflºıllÏχdŸ het is gœœeflºıb‰aŸ aŸñr¶s¡tÑeflºÓnŸnŸ het is gœœeflºıl¶uŸ l¶uŸºık»tfl k»tfl hij heeft ◊be®s¡ bÉe®s¡t®u¶uŸñrχdŸ hij heeft gœeflºılÏlχoofdŸ o•oßfμdŸ hij heeft gœe®s∂lχotÑefl o«tÑeflºÓnŸnŸ hij heeft
Óvefl vÉeflñrŸºÓnn¶iǶiÇeflºıllÏχdŸ ◊befl bÉeflºÓzzÏχo•ocflcflºıhh»tfl»tfl Óvefl vÉeflñrŸºÓvveÑefl ÉeÑeflºıllÏχdŸ Óvefl vÉeflñr»tÑeflºıllÏχdŸ Óvefl vÉeflñrŸºıb‰aÏaχa¶sÃdŸ gœeflºÓw‰o§onŸnŸºÓnÇnÇeflºÓnŸnŸ ◊beÀtfl bÉeÀtflñrÇe®uŸñrχdŸ ◊be®s¡ bÉe®s¡tÑeÑėdŸ
ik heb/ben … lopen dringen veroveren bedreigen graven doen herhalen bestellen
gœeflºılÏlχopÇ o™pÇeflºÓnŸnŸ gœėdŸñrχonÏ o§nχgœeflºÓnŸnŸ Óvefl vÉeflñrχo§ovefl vÉeflñrχdŸ ◊beÌ bÉėdŸñrÇe®iχgÎdŸ gœėgÊrχaŸºÓvefl vÉeflºÓnŸnŸ gœėdχaχaŸºÓnŸnŸ ◊hÇhÇeflñrŸºıhÏhχaχaŸºılÏlχdŸ ◊be®s¡ bÉe®s¡tÑeflºıllÏχdŸ
Onderstreep en vul het werkwoord in. pv/vd pv/vd pv/vd pv/vd p pv/vd pv/vd p pv/vd pv/vd pv/vd p pv/vd p
o™pχgœe®sÃcflºıhÇhÇe®p»tfl opÏ Mijn kleine zusje heeft in mijn trui (knippen) gœeflºıkŸkŸºÓn¶i¶p»tfl n¶i¶p»tfl Het vliegtuig is (neerstorten) ÓnÇnÇeÑeflñrχgœe®s¡ṫor»tfl o§r»tfl Hij (betwijfelen – vt) ◊beÀtfl bÉeÀtflºÓwÿŒ wΩÿŒºıfeflf≤eflºılÏlχdÇefl of ik de waarheid sprak. In de zomer hebben we (boffen) met het weer. gœeflºıb‰oßoftflf√tfl De tuinman (maaien – vt) het gras. ÓmÏmχaχa¶iχdÇefl Vorig jaar zijn wij naar Zwolle (verhuizen) ÓvveflÉeflñrŸºıhh¶u¶i¶sÃdŸ ¶u¶i¶sÃdŸ De boom was (omhakken) o§mχgœeflºıhÏhχaŸºık»tfl omÏ k»tfl Waarom (branden) er zojuist maar een lamp? ◊brÏbørχaŸºÓnnÏχdχdÇefl De meisjes (smeden) gister plannen. ∏s∑mÇ mÇeÑėdχdÇeflºÓnnŸŸ Je hebt teveel (opscheppen)
© Noordhoff Uitgevers bv
46
Werkwoorden
Spelling op maat 7
248711.indb 101
08/11/12 10:55 AM
Kopieerblad
47 1
Werkwoorden
5
Naam
Schrijf het voltooid deelwoord in de goede rij. snuiten beweren smeken beleggen binden vervolgen vluchten vergaderen herkennen versieren inlichten wrijven rijden klimmen plakken drukken vertrekken straffen
eindigt op d
eindigt op t
◊befl bÉeflºÓwweÑefl ÉeÑeflñrχdŸ ◊befl bÉeflºılÇlÇėgÎgÎdŸ Óvefl vÉeflñrŸºÓv‰oßolÏlχgÎdŸ Óvefl vÉeflñrχgÎgÎaχdÇeflñrχdŸ ◊hÇhÇeflñrŸºıkkÇÇeflºÓnnÏχdŸ Óvefl vÉeflñr¶sπiÇ r¶s iÇeflñrχdŸ
gœe®s®s∑nÏnχotÑefl o«tÑeflºÓnŸnŸ gœeflºıb‰o§onÏnχdÇeflºÓnŸnŸ gœeflºÓwrÇ wørÇeflºÓvefl vÉeflºÓnŸnŸ gœeflñrÇėdÇeflºÓnŸnŸ gœeflºıkŸkŸºılÏlχomŸ o§mŸºÓmÇ mÇeflºÓnŸnŸ Óvefl vÉeflñr»tflñrχoßokŸkŸºıkkÇÇeflºÓnnŸŸ
Onderstreep en vul het werkwoord in. pv/vd pv/vd pv/vd p pv/vd pv/vd pv/vd p pv/vd pv/vd p pv/vd p
3
gœe®s®s∑mÇ mÇeÑeflºık»tfl k»tfl gœeflºÓv∞l¶uÏ l¶uχcflºıh»tfl h»tfl iŸºÓnÏnχgœœeflºıl¶iÏl¶iχcflºıh»tfl h»tfl gœe®pŸºılÏlχaŸºık»tfl k»tfl gœėdŸñr¶uŸºık»tfl k»tfl gœe®s¡tflñrχaŸºıftflf√tfl
aŸºıfgœfμgœeflºılÇlÇeflºÓvefl vÉeflñrχdŸ Frank heeft weer zijn zin (doordrijven) dχoorÏ o•o§rχgœėdŸñrÇeflºÓvefl vÉeflºÓnnŸŸ Gisteren (kopen) ik een fiets. ◊kÏkχocflo•cflºıhh»tfl»tfl De kat heeft me (krabben) gœeflºıkŸkŸñrχaŸºıb‰dŸdŸ Ik heb je al drie keer voor het eten (roepen) gœeflñrχoe®pÇ o£e®pÇeflºÓnŸnŸ Vorige week (vergroten) ik de foto. Óvefl vÉeflñrχgÊrÏÊ ‡ootÀtÑefl o•o«tÀtÑefl Wie is er in de pauze (overblijven) ? o§vÉeflñrχgœeflºıb∞lÇlÇeflºÓvefl ovefl vÉeflºÓnŸnŸ De vrouwen (missen) gisteren de trein. Óm¶i¶s¡ m¶i¶s¡tÑeflºÓnnŸŸ De keeper (verwachten – vt) Óvefl vÉeflñrŸºÓw‰aÏaχcflºıhh»tÀtÑefl »tÀtÑefl de bal links van hem. Het pakje is (afleveren)
Onderstreep het onderwerp en vul het voltooid deelwoord of de persoonsvorm vt in. (uitrusten)
R¶u¶s¡tÀtÑefl
Tijdens de receptie (schudden)
u¶i»tfl ∏sÃcflsÃcflºıhh¶u϶uχdχdÇeflºÓnnŸŸ
jjijj even
Voor het afscheidsfeest werd veel lekkers (inslaan) (bereiden)
B±eflñrÇe®iχdχdÇefl
na die lange wandeling? wijj veel handen.
iŸºÓnÏnχgœe®s∂lχaχgœeflºÓnŸnŸ
jjouw moeder heerlijke pannenkoeken?
? u¶i»ṫgœeflºÓz¶iÇ z¶iÇeflºÓnŸnŸ Het meisje tijdens het koken. j heeft (zich snijden) Óz¶iÏz¶iχcflºıhŸhŸ gœe®s®s∑nÇnÇėdÇeflºÓnŸnŸ Ik (aantrekken) thuis vast mijn badpak ¿tfltflñrχoßokŸkŸ aχaŸºÓnnŸŸ Die vrouw heeft vroeger in een koor (zingen) gœeflºÓzÏzχonÏ o§nχgœeflºÓnŸnŸ De monteur (aansluiten) de nieuwe televisie ∏s∂lÏs∂lχo•ootfl o«tfl aχaŸºÓnnŸŸ Hoe heeft jouw vader er vroeger (uitzien) j
© Noordhoff Uitgevers bv
2
eindigt op en
Spelling op maat 7
248711.indb 102
08/11/12 10:55 AM
Kopieerblad
48
Naam taxi
1
aquarium
Schrijf de woorden op de goede regel. aquarel luxe examen quasi excuus complex exemplaar aquaduct textiel frequent cheque extreem explosie flexibel mixer quiz experiment claxon
◊l¶uŸ l¶uŸºÓxÑefl xÑefl, ÅefleflºÓxÌẋaŸºÓmÇ mÇeflºÓnŸnŸ, ÅefleflºÓxÌẋc®u¶u¶s ċom¶pŸ o§m¶pŸºılÇlÇeflºÓxflxfl, ÅefleflºÓxÑefl xÑeflºÓm¶pŸ m¶pŸºılÏlχaχaŸñrŸ, ¿tÑefltÑeflºÓxÀt®iÇ xÀt®iÇeflºılŸlŸ ÅefleflºÓxÀtfl xÀtflñrÇeÑeflºÓmŸmŸ, ÅefleflºÓx®pŸ x®pŸºılÏlχoso¨sπiÇiÇefl, ◊f¥lÇlÇeflºÓx®iŸ x®iŸºıbefl bÉeflºılŸlŸ Óm¶iŸ m¶iŸºÓxÑefl xÑeflñrŸ, ÅefleflºÓx®pÇ x®pÇeflñr¶iŸºÓmÇ mÇeflºÓn»tfl n»tfl, cflºılÏlχaŸºÓxÌẋonŸ o§nŸ aχqÙuχaŸñrÇeflºılŸlŸ, qÙuχa¶s a¶sπiŸiŸ, aχqÙuχaχd¶uχcÀtfl ◊frÇfÚrÇėqÙuÇeflºÓn»tfl n»tfl, cflºıhÇhÇėqÙuÇefl, qÙu¶iŸºÓzŸzŸ
2
Maak woorden met ex. …amen …positie …pres …peditie …cuus …periment
3
ÅefleflºÓxÌẋaŸºÓmmÇÇeflºÓnnŸŸ ÅefleflºÓx®pÏ x®pχoso¨sπi»t®iÇ i»t®iÇefl ÅefleflºÓx®pŸ x®pŸñrÇe®s ÅefleflºÓx®pÇ x®pÇėd¶i»t®iÇefl ÅefleflºÓxÌẋc®u¶u¶s ÅefleflºÓx®pÇ x®pÇeflñr¶iŸºÓmÇ mÇeflºÓn»tfl n»tfl
…clusief …treem …plosie …port …tra …emplaar
ÅefleflºÓxÌẋcflºıl¶u¶s l¶u¶sπiÇiÇeflºıf≠ ÅefleflºÓxÀtfl xÀtflñrÇeÑeflºÓmmŸŸ ÅefleflºÓx®pŸ x®pŸºılÏlχoso¨sπiÇiÇefl ÅefleflºÓx®pÏ x®pχor»tfl o§r»tfl ÅefleflºÓxÀtfl xÀtflñrχaŸ ÅefleflºÓxÑefl xÑeflºÓm¶pŸ m¶pŸºılÏlχaχaŸñrŸ
Welk woord hoort erbij?
spel schilderij ingewikkeld luidspreker speciaal zogenaamd buigzaam geweven stof
qÙu¶iŸºÓzŸzŸ aχqÙuχaŸñrÇeflºılŸlŸ ċom¶pŸ o§m¶pŸºılÇlÇeflºÓxflxfl ◊b‰o§oxflxfl ÅefleflºÓxÌẋcflºıl¶u¶s l¶u¶sπiÇiÇeflºıf≠ qÙuχa¶s a¶sπiŸiŸ ◊f¥lÇlÇeflºÓx®iŸ x®iŸºıbefl bÉeflºılŸlŸ ¿tÑefltÑeflºÓxxÀt®iÇ Àt®iÇeflºıllŸŸ
wat betreft vaak voorkomend toeter muziekinstrument tentoonstelling keukenmachine verontschuldiging niet echt nodig
qÙuχaŸ ◊ffrÇÚrÇėqÙuÇeflºÓn»tfl n»tfl cflºılÏlχaŸºÓxxÌ̇o§onŸnŸ ∏sÃaŸ sÃaŸºÓxÌẋofoonŸ oßfμo•o§nŸ ÅefleflºÓx®pÏ x®pχoso¨sπi»t®iÇ i»t®iÇefl Óm¶iŸ m¶iŸºÓxxÑeflÑeflñrŸ ÅefleflºÓxÌẋc®u¶u¶s ◊l¶uŸ l¶uŸºÓxxÑeflÑefl
© Noordhoff Uitgevers bv
aquarel box claxon saxofoon luxe textiel quiz qua mixer excuus expositie complex exclusief frequent quasi flexibel
Spelling op maat 7
248711.indb 103
08/11/12 10:55 AM
Kopieerblad
Naam taxi
1
Vul in. Zeg het woord. de e
arium
de che
ue
de mi
er
het a
aduct
fre
ent
de e
Je schrijft:
◊k¶sk¶s ◊k¶sk¶s ◊kŸkŸºÓw· ◊kŸkŸ ◊k¶sk¶s ◊kŸkŸºÓw· ◊kŸkŸºÓw· ◊k¶sk¶s
on
het a
port
Schrijf het woord op.
Óxflxfl Óxflxfl qÙuŸ qΔ Óxflxfl qÙuŸ qÙuŸ Óxflxfl
ÅeeflflºÓxx®pŸ®pŸºıllÏχo¨ossπiÇiÇefl de cflºıllÏχaŸºÓxxÌ̇o§onŸnŸ het aχqÙuχaŸñr¶i¶uŸºÓmŸmŸ de cflºıhÇhÇėqÙuÇefl de Ómm¶iŸ¶iŸºÓxxÑeflÑeflñrŸ het aχqÙuχaχd¶uχcÀtfl ◊frÇfÚrÇėqÙuÇeflºÓn»tfl n»tfl de ÅefleflºÓx®pÏ x®pχor»tfl o§r»tfl de
Schrijf de woorden op. kw
qu
de …aliteit de ta…i …asi het …artier de bli…em de …iz het de…el de e…port
3
Je hoort:
plosie
de cla
2
aquarium
x
ks
◊kŸkŸºÓw‰aŸaŸºıll¶i»tÑe®i»tfl ¶i»tÑe®i»tfl ¿tÌṫaŸºÓxx®iŸ®iŸ qÙuχa¶s a¶sπiŸiŸ ◊kŸkŸºÓw‰aŸaŸñr»t®iÇeflñrŸ ◊b∞l¶iŸl¶iŸºıkk¶sª¶sªeflºÓmmŸŸ qÙu¶iŸºÓzŸzŸ dÇeflºıkk¶sª¶sªeflºıllŸŸ ÅefleflºÓx®pÏ x®pχor»tfl o§r»tfl
het a…arel de bli…chade comple… e…pres de verf…ast het ma…imum e…treem …ekken
aχqÙuχaŸñrÇeflºılŸlŸ ◊b∞l¶iŸl¶iŸºıkk¶sÃcfl ¶sÃcflºıhhÏχaχdÇefl ċom¶pŸ o§m¶pŸºılÇlÇeflºÓxflxfl ÅefleflºÓx®pŸ x®pŸñrÇe®s Óvefl vÉeflñrŸºıf¥kŸkŸºÓw‰a¶s¡ a¶s¡tfl ÓmÏmχaŸºÓxx®iŸ®iŸºÓmm¶uŸ¶uŸºÓmmŸŸ ÅefleflºÓxÀtfl xÀtflñrÇeÑeflºÓmmŸŸ ◊kŸkŸºÓwefl wÉeflºıkkŸŸºıkkÇÇeflºÓnnŸŸ
Vul in. exclusief
luxe
Het geluid van de
qua
aquaduct
boxen
frequent
◊b‰o§oxÑefl xÑeflºÓnnŸŸ ◊frÇfÚrÇėqÙuÇeflºÓn»tfl n»tfl
ÅefleflºÓxÌẋcflºıl¶u¶s l¶u¶sπiÇiÇeflºıf≠ naar soaps op de televisie.
Haar schilderijen zijn vanaf morgen te zien in een Mijn oma is dol op antiek en moderne, Bij dit nummer past het geluid van een
aχqÙuχaχd¶uχcÀtfl De stof is duur, maar qÙuχaŸ Door het
saxofoon
staat wel erg hard.
De winkels in de PC Hooftstraat zijn zeer Ik kijk zeer
expositie
ÅefleflºÓx®pÏ x®pχoso¨sπi»t®iÇ i»t®iÇefl
◊l¶uŸ l¶uŸºÓxxÑeflÑefl spullen. ∏sÃaŸ sÃaŸºÓxÌẋofoonŸ oßfμo•o§nŸ
mooi.
staan er veel minder files.
© Noordhoff Uitgevers bv
49
kleur wel erg bijzonder.
Spelling op maat 7
248711.indb 104
08/11/12 10:55 AM
Kopieerblad
50 1
Werkwoorden
5
Naam
Schrijf het voltooid deelwoord op. ik heb/ben … voorspellen beledigen weten uiten schelden vervoeren dansen bezorgen
2
ik heb/ben …
Óv‰o•oor¶s o§r¶sπpÇpÇeflºılÏlχdŸ ◊befl bÉeflºılÇlÇėd¶iχgÎdŸ gœeflºÓweÀtÑefl wÉeÀtÑeflºÓnŸnŸ gœe®u¶i»tfl gœe®sÃcflºıhÏhχolÏoßlχdÇeflºÓnŸnŸ Óvefl vÉeflñrŸºÓv‰o£oefleflñrχdŸ gœėdχaŸºÓn¶s¡ n¶s¡tfl ◊befl bÉeflºÓzÏzχorÏ o§rχgÎdŸ
gœeflºılÏlχok»tfl oßk»tfl ◊befl bÉeflºÓnÏnχoefl o£eflºÓmÏmχdŸ gœeflºÓv‰o•ocflcflºıh»tÑefl h»tÑeflºÓnŸnŸ Óv‰oßol»tÌl»ṫo•ooiÏo™iχdŸ gœeflºıf¥lÏlχotÑefl o«tÑeflºÓnŸnŸ Óvefl vÉeflñrŸºıh¶u¶i¶sÃdŸ h¶u¶i¶sÃdŸ o§n»ṫdÇeflºıkk»tfl»tfl on»tÌ gœeflºÓvi¶s¡ vΩi¶s¡tfl
lokken benoemen vechten voltooien fluiten verhuizen ontdekken vissen
Onderstreep het onderwerp en de persoonsvorm en vul in. aan kleding. ◊be®s¡ bÉe®s¡tÑeÑėdŸ De juf stil te zijn. j heeft de kinderen (gebieden) gœeflºıb‰o•odÇdÇeflºÓnŸnŸ Heb jij ? j j je tijdens het koken in je vinger (snijden) gœe®s®s∑nÇnÇėdÇeflºÓnŸnŸ Mijn j nichtje j heeft erg van haar vakantie (genieten) gœeflºÓnÏnχotÑefl o«tÑeflºÓnŸnŸ De glazenwasser is bijna van zijn ladder (glijden) g gœėgŒºılÇlÇėdÇeflºÓnŸnŸ In de winkel ben ik tegen mijn vriend (botsen) gœeflºıb‰o«ot®s¡ t®s¡tfl Gisteren hebben wijj nieuwe sommen (leren) gœeflºılÇlÇeÑeflñrχdŸ De vrouw heeft vriendelijk naar ons (glimlachen) gœėgŒºıl¶iŸl¶iŸºÓmŸmŸºılÏlχaχcflºıh»tfl h»tfl Hebben jullie goed (doorwerken) j dχoorÏ o•o§rχgœeflºÓwefl wÉeflñrŸºık»tfl k»tfl tijdens de rekenles? Heeft jouw oom een advertentie in de krant (plaatsen) j gœe®pŸºılÏlχaχa»t®s¡tfl ? Mijn j zus heeft veel geld (besteden)
Onderstreep het onderwerp en vul het voltooid deelwoord of de persoonsvorm vt in. Het verkeer (ondervinden)
o§nχdÇeflñrŸºÓv‰o§onÏnχdŸ onÏ
Het jongetje j g j heeft een hoge blokkentoren (bouwen) (werpen)
WÈiÇeflñr¶pÇeflºÓnŸnŸ
Onze buurman (liegen)
De gemeente (bestrijden) g
gœeflºıb‰o™ouŸuŸºÓw‰dŸdŸ jjullie je afval in de vuilnisbak?
◊lÏlχoog› o•o•g›
Mijn j zus heeft mij met mijn huiswerk (helpen) Hijj (merken)
veel hinder van de sneeuw.
ÓmÇ mÇeflñrŸºıkk»tÑefl »tÑefl ◊be®s¡ bÉe®s¡tflñrÇeÑėdŸ
De jongen j g heeft het goede antwoord (fluisteren) Wijj hebben de schroeven stevig (aandraaien)
over zijn nieuwe auto.
gœeflºıhÏhχol¶pÇ oßl¶pÇeflºÓnŸnŸ niet dat hij zijn tas verloor. de ratten in de stad.
© Noordhoff Uitgevers bv
3
gœeflºıf¥l¶u¶i¶s¡ l¶u¶i¶s¡tÑeflñrχdŸ aχaŸºÓnÏnχgœėdŸñrχaχa¶iχdŸ Spelling op maat 7
248711.indb 105
08/11/12 10:55 AM
Kopieerblad
51 1
Werkwoorden
5
Naam
Vul in. ander tt verlangen aarzelen klinken nadenken buigen praten wachten redden lijden optreden grommen verzorgen
2
Óvefl vÉeflñrŸºılÏlχaŸºÓnÏnχgÎgÎdÇefl aχaŸñrŸºÓzzÇÇeflºıllÏχdÇefl ◊kŸkŸºılÏlχo§onŸnŸºıkkŸŸ dχaχcflºıhh»tfl»tfl ÓnÏnχaŸ ◊b‰o•oog› o•g› pŸñrχaχa»tÀtÑefl Ów‰aÏaχcflºıhh»tÀtÑefl »tÀtÑefl ÛrÇrÇėdχdÇefl ◊lÇlÇeÑėdŸ ¿tfltflñrχaχdŸ opŸ o™pŸ gÊrχomÏ o§mχdÇefl Óvefl vÉeflñrŸºÓzÏzχorÏ o§rχgÎdÇefl
voltooid deelwoord heeft heeft heeft heeft heeft heeft heeft heeft heeft heeft heeft heeft
Óvefl vÉeflñrŸºılÏlχaŸºÓnÏnχgÎgÎdŸÎ gœėaχaŸñrŸºÓzÇzÇeflºılÏlχdŸ gœeflºıkŸkŸºılÏlχonŸ o§nŸºıkÇkÇeflºÓnŸnŸ ÓnÏnχaχgœœėdχaχcflºıh»tfl h»tfl gœeflºıb‰o•ogœgœeflºÓnŸnŸ gœe®pŸñrχaχa»tfl gœeflºÓw‰aÏaχcflºıh»tfl h»tfl gœœeflñrÇėdŸ gœeflºılÇlÇėdÇeflºÓnŸnŸ o™pχgœeÀtflñrÇėdÇeflºÓnŸnŸ opÏ gœėgÊrχomÏ o§mχdŸ Óvefl vÉeflñrŸºÓzÏzχorÏ o§rχgÎdŸ
Onderstreep en vul het werkwoord in. pv/vd pv/vd pv/vd p pv/vd p pv/vd pv/vd pv/vd pv/vd p
3
Óvefl vÉeflñrŸºılÏlχaŸºÓnÏnχg⁄g⁄tfl aχaŸñrŸºÓzzÇÇeflºıll»tfl»tfl ◊kŸkŸºıll¶iŸ¶iŸºÓnnŸŸºıkk»tfl»tfl dÇeflºÓnnŸŸºıkk»tfl»tfl ÓnÏnχaŸ ◊bu¶iÏ bΩu¶iχg⁄tfl pŸñrχaχa»tfl Ów‰aÏaχcflºıhh»tfl»tfl ÛrÇrÇėd»tfl ◊l¶ÿÎd»tfl l¶ÿÎd»tfl ¿tfltflñrÇeÑėd»tfl opŸ o™pŸ gÊrχom»tfl o§m»tfl Óvefl vÉeflñrŸºÓzÏzχorÏ o§rχg⁄tfl
ander vt
naar het dorp. Óvefl vÉeflñrŸºıhh¶u¶i¶sÃdŸ ¶u¶i¶sÃdŸ De trein was door het ongeluk (vertragen) ÓvveflÉeflñr»tflñrχaχaχgÎdŸ Die jongen (verstoren – tt) steeds de les. Óvefl vÉeflñr¶s¡ṫo•oor»tfl o§r»tfl Ik (trappen) vorig weekend in een stukje glas. ¿tfltflñrχa¶p»tÑefl De juwelier heeft gaatjes in haar oren (prikken) gœœe®pŸñr¶iŸºık»tfl k»tfl De supporters hebben tijdens de wedstrijd (juichen) gœe®jÒu¶iχcflºıh»tfl h»tfl Wij waren zeer (verbazen) over de foto. Óvefl vÉeflñrŸºıb‰aÏaχa¶sÃdŸ Wij (dansen) gister de hele middag. dχaŸºÓnn¶s¡¶s¡tÑeflºÓnnŸŸ Wij zijn gisteren (verhuizen)
Maak van elke zin, een zin met een voltooid deelwoord.
◊befl bÉeflºÓnnŸŸ naar de disco gœėgÎgÎaχaŸºÓnŸnŸ Hij feliciteerde mij. Hij mij ◊hÇhÇeÑeflºıfftfl√tfl gœeflºıfeflf≤eflºıl¶iÏl¶iχc®i»tÑeÑeflñrχdŸ Tanja at te veel. Tanja ◊hÇhÇeÑeflºıftflf√tfl te veel gœėgœeÀtÑeflºÓnŸnŸ Zij fietste naar school. Zij i¶s naar school gœœeflºıffiÇØiÇeÀt®s¡tfl Wij verdubbelden onze score. Wij ◊hÇ hÇeflºıb∞bÉbefleflºÓnnŸŸ onze score Óvefl vÉeflñrχd¶uŸºıb∞bÉbefleflºılÏlχdŸ Ik schreef een brief. Ik een brief ◊hÇhÇeflºıb· gœe®sÃcflºıhŸhŸñrÇeflºÓvefl vÉeflºÓnŸnŸ De storm vernielde veel bomen. De storm ◊hÇhÇeÑeflºıftflf√tfl veel bomen Óvefl vÉeflñrŸºÓn¶iÇ n¶iÇeflºılÏlχdŸ Wij leerden voor het dictee. Wij ◊hÇ hÇeflºıb∞bÉbefleflºÓnŸnŸ voor het dictee gœeflºılÇlÇeÑeflñrχdŸ
© Noordhoff Uitgevers bv
Ik ging naar de disco. Ik
Spelling op maat 7
248711.indb 106
08/11/12 10:55 AM