1
BOUWBEDRIJF M.J. de Nijs en zonen BV SOCIAAL Jaarverslag 2013
SOCIAAL JAARVERSLAG 2013
3
2
Voorwoord Wat is een ambacht? Van Dale noemt een oude, specifiek West-Friese betekenis: een waterschapdistrict. Denk aan Geestmerambacht bij Koedijk. Een ambacht kon ook een gilde zijn. Tegenwoordig gebruiken we het woord vooral voor wat de ambachtslieden uitvoeren. Klassieke ambachten die nog bestaan zijn bijvoorbeeld timmerwerk, metselwerk, stucwerk en dergelijke. Maar er komen nieuwe bij: 3D-tekenen is natuurlijk ook een ambacht. Een ambacht moet je leren. In theorie en praktijk. Wij vragen ons af: is er straks nog genoeg instroom van ambachtslieden in de bouwnijverheid? De laatste jaren zijn veel vakkundige krachten uitgestroomd. Om van hun pensioen te gaan genieten, maar vaak ook omdat bouwbedrijven de broekriem aanhaalden of zelfs ophielden te bestaan. Die mensen komen niet vanzelf terug als het weer beter gaat. Zeker in het gebied waar wij werken, de Randstad, moeten we voorkomen dat we van een financiële in een personele crisis komen. Daarom zet De Nijs sterk in op opleiding. Ongeveer dertig leerlingen lopen nu stage bij ons of zijn anderszins bezig met hun opleiding. We organiseren allerlei in-house cursussen en geven onze medewerkers gelegenheid extern cursussen te volgen.
LEAN en BIM 3 Voorwoord 6 Jan Doets, Raad van Commissarissen ‘Winst is een middel, geen doel. Alles is gericht op continuïteit’ 9 Jaap Snellen, CBRE Global Investors ‘We verwachten van onze leveranciers dat ze duurzaam denken en werken’ 11 Wessel de Jonge, architect Cygnus Gymnasium ‘Van klimaatverbetering tot prijswinnende restauratie en herbestemming’ 13 Directie ‘Zwaartepunt in bouwproces verschuift naar voorbereiding’ 17 Veiligheidscommissie ‘Veilig bouwen doe je samen’ 20 Marlies Rohmer, architect ‘We vertrouwen elkaar volkomen; dat werkt ideaal!’ 22 De Nijs Castricum ‘Aanvoelen wat de klant wil. Dat hoort bij het ambacht.’
24 Kengetallen 26 CAN-M1 ‘Optimale motivatie dankzij gedeelde verantwoordelijkheden in LEAN’ 30 Peter Blaauwboer, Directeur Taqa Theater De Vest Alkmaar ‘Onder de indruk van de strakke planning’ 32 Jos Jonkman, Cordares ‘Werknemers in familiebedrijven delen een loyale mentaliteit’ 34 Gemeente Amsterdam, Bureau Social Return ‘De Nijs behandelt Social Return niet als bedreiging, maar als een kans’ 36 Ondernemingsraad ‘Betrokkenheid is de grote kracht van ons bedrijf’ 38 Peter Schilder, timmerman/OR-voorzitter 25 jaar in dienst ‘Ik ben graag tot het eind betrokken bij een werk’ 39 Colofon
Die aandacht is van levensbelang, want we leveren diensten waarvoor we diverse ambachten moeten beheersen en met plezier willen blijven uitoefenen. Het hele bouwproces verandert onder invloed van nieuwe visies en technische ontwikkelingen. We leggen meer nadruk op de voorkant van het proces. Door te werken met BIM en door deelprocessen zo goed mogelijk op elkaar af te stemmen: LEAN management. Informatie wordt steeds bepalender voor het proces. Bijna alle relevante gegevens willen we daarom zo vroeg mogelijk hebben. Zo kunnen we bouwtijd verkorten en faalkosten verminderen zónder op kwaliteit in te leveren. Daar heb je het ambacht weer...
Genoegen in Ambacht Werk om trots op te zijn. Dat kan als je kwaliteit levert en als je - zoals wij - iets maakt waarvan je nog veel jaren kunt genieten. Bouwprofessionals praten daarom vaak in de ik-vorm. “Dat mooie gebouw heb ik gemaakt.” Die bouwprofessionals, onze medewerkers, verzuimen alleen als het nodig is. In 2013 bleef het ziekteverzuim – bij De Nijs altijd al laag – beperkt tot 2,95 %. Een absolute vereiste daarvoor is plezier in je werk en met elkaar, genoegen in je ambacht.
Medewerkers Een sociaal jaarverslag gaat natuurlijk over het personeel van het bedrijf. 2013 was op dat gebied een zeer bewogen jaar. Een overlijden op de bouwplaats van de heer Marc van de Ven en het plotseling overlijden van onze medewerkster Edith Jong hebben een grote impact gehad op onze organisatie. Het verwerken van een dergelijk verlies is ingrijpend. Met ondersteuning van vakkundige mensen, veel begrip en onderlinge steun zijn wij in staat geweest dit verlies grotendeels te verwerken. Wij realiseren ons terdege dat een dergelijk proces niet zo maar is afgerond maar begeleiding en nazorg belangrijk zijn en blijven. 2013 was ook het jaar dat de eerste fase van de transitie van de 3e naar de 4e generatie De Nijs is afgerond, waarmee de continuïteit van het familiebedrijf ‘De Nijs’ gewaarborgd zal blijven.
B o u wb w b e d r ij i j f M . J . D e N ijs i j s En Z on onen Bv
SO C I A A L J A A RVERS L A G 2 0 1 3
4
5
De evaluatie van de in 2012 gehouden personeelsavond, waarbij op creatieve wijze de meningen en ideeën van ons personeel over De Nijs zijn gepeild, leidt tot de navolgende samenvatting van de onderwerpen: • Sociale betrokkenheid. Door onze inzet op het gebied van Social Return on Investment (SROI) en het behalen van het MVO certificaat hebben wij deze doelstelling kunnen realiseren. • Maatwerk. Ruim van te voren stellen wij vast welke koers De Nijs wil varen. Deze koers wordt omgezet in beleid en dit beleid is vastgelegd in ons beleidsplan 2013-2016 met als titel ‘Slagkracht’. • Klanttevredenheid. Het in toenemende mate verzorgen van presentaties voor onze opdrachtgevers geeft ons eenvoudiger de mogelijkheid om onze klanttevredenheid te meten.
• Arbeidsomstandigheden. “Veiligheid doe je met elkaar”. Een statement dat wij maken. Intern hebben wij een veiligheidscommissie die onze interne processen op dit gebied voortdurend evalueert, eventuele hulpmiddelen inventariseert en levert en die als doelstelling het verhogen van het veiligheidsbewustzijn op de bouwplaats heeft. Naast de periodieke inspecties van de bouwplaatsen door Aboma Keboma vinden er ook onaangekondigde inspecties plaats door Adviseurs A&F EuropeWork in de persoon van de heer Frans Hol. De bevindingen van beide inspecties worden direct in de ‘toolbox meetings’ met het personeel besproken. • Van Goed naar Beter. Met ingang van 2014 worden met ons cao personeel individueel functionerings- en beoordelingsgesprekken gevoerd. Doel hiervan is om met een ieder een persoonlijk van ‘goed naar beter’ traject af te spreken.
.G. de Nijs Bouw BV. Samen met de mensen van Bouwbedrijf Jac. de Nijs, onC der leiding van Dennys de Nijs, treden wij nu naar buiten als De Nijs Castricum, met een prima locatie aan de Heereweg 38 te Castricum. • Dag van de Bouw op 1 juni 2013 stond geheel in het teken van het project De Hallen, de herbestemming van een monumentaal gebouw, de voormalige tramremise, te Amsterdam • Social Return on Investment (SROI). Een convenant met bureau SROI is gesloten waarin ons beleid op het instromen van leerlingen en stagiaires wordt beoordeeld. Op bestuurlijk niveau zijn wij betrokken bij Espeq te Heerhugowaard en Bouwtalent (regionaal en landelijk). • Onze kwaliteitscertificaten hebben wij alle weten te behouden. Nieuw is onze kwalificatie als Maatschappelijk Verantwoord Ondernemer (MVO) niveau 3. • Met de vorig jaar al aangekondigde uitbreiding van het kantoor zal in 2014 worden gestart. Het bestaande kantoor krijgt momenteel een frisse opknapbeurt. • Op het gebied van automatisering blijft het elke dag de uitdaging een ongestoorde bedrijfsuitoefening te hebben. Dit vergt veel inspanning. Door meer digitalisering is de aandacht voor opslagcapaciteit en snelheid van verbindingen een prioriteit. Daarbij speelt mee dat meer en meer creativiteit van ICT wordt gevraagd om bouwaansluitingen operationeel te krijgen. Zoals vorig jaar al aangegeven is de productie 2013 inderdaad hoger uitgekomen dan 2012, namelijk op € 175,1 miljoen ten opzichte van € 144,6. Een omvang die tot op heden nog niet werd gehaald. Dit is voor ons geen doel op zich. Onze bezetting hebben wij uitgebreid van 247 naar 265 mensen. Een genormaliseerde productie van € 150 - € 160 miljoen streven wij na, zonder uiteraard onze opdrachtgevers teleur te moeten stellen. Zij waarderen het genoegen in ambacht dat wij willen uitstralen. Het jaar 2013 hebben wij goed kunnen afsluiten met een positief resultaat in een krimpende bouwmarkt en onder moeilijke economische omstandigheden. Dat is een prima prestatie die wij met zijn allen hebben bereikt door hard te werken en scherp te blijven op onze kosten. Natuurlijk was 2013 ook het jaar van het officiële afscheid van Thijs de Nijs als directeur. Een vakman bij wie het ambacht altijd hoog in het vaandel heeft gestaan. Meer dan 40 jaar De Nijs. Grote betrokkenheid bij al het personeel. Op 11 september 2013 hebben directie, Raad van Commissarissen, certificaathouders en partners afscheid genomen van Thijs, die heeft aangegeven ook in de nabije toekomst als adviseur zijn steentje bij te willen blijven dragen aan de onderneming. Wij zijn daar zeer content mee. In ons jaarlijks bestuur verslag staan wij daar bij stil. Zijn betrokkenheid, inzet en prestaties in de afgelopen jaren verdient groot RESPECT.
Tot slot De ontwikkelingen gaan intussen door. Nieuwe normen voor CO2, smart buildings, woningen met domotica, toepassingen van computertechnologie in bijvoorbeeld BIM. We staan op de rand van een spannend tijdperk. Nieuwe ambachten ontstaan, andere veranderen drastisch. Met elkaar moeten we zorgen dat dat tot verbetering leidt. Dat geen ambachtelijke kennis verloren gaat die we nog nodig hebben. En dat we er samen genoegen aan blijven beleven. Met vriendelijke groet, Warmenhuizen, maart 2014
Over 2013 kunnen we samengevat nog de volgende wetenswaardigheden opsommen: • Vanaf het 4e kwartaal 2013 hebben wij het bedrijf De Nijs Castricum geïntroduceerd. Begin 2013 hebben wij 11 personeelsleden overgenomen van
Winfred de Nijs Ton de Nijs Daniëlle de Nijs
B o u w b e d r i j f M . J . D e N i j s En Z o n e n B v
SO C I A A L J A A RVERS L A G 2 0 1 3
6
7
De Raad van Commissarissen van M.J. de Nijs en Zonen BV bestond op 31 december 2013 uit vier personen: Ton Krol, Teun Branbergen, Wim van Vonno en Jan Doets. Zij controleren en ondersteunen de directie bij hun werk. Daarbij is het voortbestaan van De Nijs als gezond bedrijf het
belangrijkste
doel.
Die continuïteit heeft veel kanten waaronder een ambachtelijke, zo blijkt uit het verhaal van commissaris Jan Doets.
‘De werkportefeuille is een gezonde mix van oud en nieuw’ Jan Doets, Raad van Commissarissen
‘Winst is een middel, geen doel. Alles is gericht op continuïteit’
Opdrachtgevers komen vaak terug, evenals architecten. Veel nieuwe opdrachtgevers melden zich omdat ze positieve dingen hebben gehoord. Dat geldt bijvoorbeeld ook bij De Nijs Castricum.
Opbouwend samenwerken
“Het bijzondere aan De Nijs is dat het een familiebedrijf is en blijft. En niet zo maar één: er werken ook veel familieleden. Ooit, bijna 100 jaar geleden, begon de oprichter met een kruiwagen en wat stenen. Eind vorig jaar kwam de vierde generatie aan boord in de directie, in de persoon van Daniëlle.” Voormalig algemeen directeur Thijs trok zich terug uit die directie, maar blijft nauw betrokken als adviseur. Van de derde generatie zijn er nu nog zes aan het werk in het bedrijf en van de vierde generatie zijn er al vier aan de slag. Continuïteit is in die zin dus verzekerd.
Een mooi voorbeeld van hoe goede relaties iets moois tot stand kunnen brengen is project ‘De Hallen’ in Amsterdam. Door inzet van alle betrokkenen – architect André van Stigt, De Nijs, buurtbewoners en betrokken bedrijven en instellingen – werd een goed idee een doortimmerd plan en waren de banken en het Nationaal Renovatie Fonds bereid erin te financieren. Daarbij hoort volgens Jan Doets dat men bij De Nijs graag opbouwend samenwerkt: “Problemen zijn er om op te lossen. Niet om voor weg te lopen. Ook niet om via de rechter af te dwingen, maar door samen te overleggen hoe je het naar ieders tevredenheid aanpakt. Dat levert iedere keer weer op.”
Familie en relaties
Expertise en MVO
Je wordt alleen certificaathouder als je daadwerkelijk in het bedrijf werkt. “Dan heb je een voorbeeldfunctie; moet je presteren en meedoen. Je kunt je niet laten voorstaan op je DNA.” De slogan luidt: wat goed is voor het bedrijf, is goed voor de familie. “Daarbij realiseert men zich terdege dat het bedrijf veel meer is dan de familie: medewerkers, onderaannemers, opdrachtgevers, leveranciers en andere belanghebbenden, zogenaamde ‘stakeholders’.” Goede relaties met die stakeholders spelen een grote rol. De Nijs probeert een klantenzaak te zijn.
De komende jaren bestaat de werkportefeuille van De Nijs uit een gezonde mix van oud en nieuw. Nieuwbouw in verschillende categorieën, maar ook nieuw leven voor bestaande gebouwen. “Dat past goed bij de brede expertise die aanwezig is in het bedrijf. Van timmerfabriek tot eigen ontwikkeling! ” En dat alles gebeurt Maatschappelijk Verantwoord Ondernemend, bij De Nijs geen modegril: het was er al. Het krijgt nu een naam en een certificaat en we bouwen het uit voor de toekomst.
B o u w b e d r i j f M . J . D e N i j s En Z o n e n B v
SO C I A A L J A A RVERS L A G 2 0 1 3
8
9
Jaap Snellen, CBRE Global Investors
‘We verwachten van onze leveranciers dat ze duurzaam denken en werken’ Nieuw Amsterdam is sinds de oplevering in 1986 overwegend in gebruik geweest bij ING Bank. Het immense kantoorgebouw werd destijds ontwikkeld door Nationale Nederlanden Vastgoed. “Daar waren wij ooit onderdeel van”, vertelt Jaap. “In 1998 zette Nationale Nederlanden haar kantoorbeleggingen in een fonds: het Dutch Office Fund. In 2011 verkocht ING haar vastgoedvermogensbeheeractiviteiten in Europa en Azië aan CBRE Inc.”
Veel terug voor 1 euro
‘Als je op de beurs genoteerd staat, moet je elke dag scoren’
Stichting Administratiekantoor Jan Doets is, naast lid van de Raad van Commissarissen, voorzitter van de Stichting Administratiekantoor De Nijs. Die stichting geeft de certificaten uit en is de enige aandeelhouder in M.J. de Nijs en Zonen Holding BV. De certificaathouders brengen hun meningen in de stichtingsvergadering en de stichting stemt namens hen in de aandeelhoudersvergadering.
De betrokken houding van de familie straalt ook af op de medewerkers. Vaak werken meerdere generaties van dezelfde familie bij het bedrijf. “Relatief veel mensen zijn al langer dan 25 of 40 jaar in dienst. Zo’n dienstverband begint tegenwoordig meestal met instroom via het leerlingwezen of met een opleidingsstage. Jongeren leren op die manier niet alleen het vak maar ook dit bijzondere bedrijf kennen. Andersom leert het bedrijf de persoon kennen. Past die binnen de filosofie, dan willen we graag dat hij blijft.” Winfred zet zich enorm in voor opleidingen, onder meer als bestuurder bij opleidingsbedrijf ESPEQ, vertelt Jan Doets. Er zijn meer voorbeelden: “De Muiderkerktoren was een restauratieproject dat niemand zag zitten. De Nijs kocht de toren voor 1 euro en ging aan de slag. Het werd een voorbeeldproject waar leerlingen werden ingezet op alle gebieden. Niet alleen op de bouwplaats, maar tot in de makelaardij toe. Daar zijn heel veel jonge mensen een paar stappen verder gekomen.” Zo draagt De Nijs haar steentjes bij aan de maatschappij: “En daar krijg je veel voor terug. Juist in continuïteit.”
CBRE Global Investors is één
Verantwoord risico
van ’s werelds grootste ver-
“Medio 2007 was nieuwAmsterdam zwaar verouderd. We stelden herontwikkeling voor aan ING Bank.” De kredietcrisis gooide roet in het eten. ING Bank zegde de huur van het gebouw op. “We maakten een ontwikkelingsplan zonder huurder startten voor eigen risico met de eerste fase.” Vervolgens bleek dat hard werken ook in crisistijd loont: “Zestien maanden later waren voor nagenoeg het hele gebouw, zo’n 40.000 m2, de huurcontracten getekend.”
Geen slaaf van de conjunctuur
gen die CBRE Global Investors
Niet alleen de personele en de genetisch bepaalde betrokkenheid, de brede expertise, de gevarieerde portefeuille en de inzet voor opleidingen dragen bij aan continuïteit. Ten opzichte van grote, beursgenoteerde bouwbedrijven heeft De Nijs het voordeel dat alle aandelen in handen zijn van nauw betrokken familieleden. “Die grote bedrijven moeten op de korte termijn scoren, anders daalt hun beurswaarde. De Nijs is in de gelegenheid zich eerst te richten op continuïteit op de langere termijn en zich dan pas druk te gaan maken over de winst van vandaag. We hebben de vrijheid om conjunctuur en structuur naast elkaar te beleven.” Dat is economisch gezien een groot voordeel. Goed voor je solvabiliteit: een gezonde verhouding tussen eigen vermogen en totaal vermogen. “Ben je solvabel, dan heb je meer vertrouwen. Opdrachtgevers weten: dat bedrijf zal niet omvallen, dus mijn bouwproject komt wel af. Want als de aannemer het niet redt, heb je altijd een hoop extra kosten. Wij kunnen goed bouwen en men weet dat we het ook af zullen maken.”
in Groot Amsterdam in beheer
mogensbeheerders
op
het
gebied van vastgoedbeleggingen; onderdeel van internationaal vastgoedbedrijf CBRE Inc. Ze voeren strategisch ma-
Kwaliteit en functionaliteit
nagement uit voor vastgoed-
Bij de herontwikkeling lag de focus op drie zaken: kwaliteit, functionaliteit en duurzaamheid. “Allereerst kwaliteit. Dan hebben we het ook over de kwaliteit van het gebouw in relatie tot de omgeving. Het was een introverte reus met donker glas, die niet communiceerde met het omliggende plein. We hebben de plint uitgebouwd met glazen serres vol voorzieningen. De gemeente pakt intussen het voorheen vrij doodse plein aan.” De functies van het gebouw zijn verbreed; om levendigheid en veiligheid te creëren, maar ook om de in het gebouw gevestigde kantoren beter te kunnen faciliteren. Het geheel herbergt nu voor driekwart kantoorruimte. De overige ruim 10.000 m2 is gevuld met een Hampton by Hilton hotel en meerdere horecabedrijven.”
beleggingen van institutionele beleggers. Asset manager Jaap Snellen is verantwoordelijk voor alle kantoorbeleggin-
heeft. Snellen vertelt over de herontwikkeling - opgele-
Duurzaamheid
verd in november 2013 - van
De huurders van het CBRE Dutch Office Fund zijn veelal grote bedrijven en instellingen. Voor hen is duurzaamheid een punt van nog steeds groeiend belang. Het fonds was dan ook bereid daarin te investeren en verwachtte op het gebied van duurzaamheid veel van de betrokken aannemers en leveranciers. “Uiteindelijk is het gelukt het energielabel van F naar A te krijgen. Ook kregen we een BREEAM Very Good ontwerpcertificaat. In theorie is ‘Excellent’ het hoogst haalbare, maar bij herontwikkeling is een dergelijke investering praktisch niet rendabel te maken. Onder meer omdat de beoordelingsmethodiek is ontworpen voor nieuwbouw en dus geen punten toebedeelt voor hergebruik. Dat terwijl in nieuwAmsterdam
het
gebouw
‘nieuwAmster-
dam’ in Amsterdam Zuidoost.
Op de beurs is alleen geld belangrijk, bij De Nijs spelen meer aspecten mee. “Natuurlijk wil je winst maken. Een bedrijf kan niet zonder winst en wil ook blijven groeien. Maar dat is bij De Nijs geen doel op zich, meer een middel om via investeringen en een buffer de continuïteit te blijven waarborgen.” Daarin past ook de oprichting van De Nijs Castricum, een succesvolle investering in een andere hoek van dezelfde markt. Bovendien spelen er niet alleen economische motieven: “Het gaat ook om de medewerkers en hun gezinnen, om plezier in je werk en om de schoonheid van het ambacht.” B o u w b e d r i j f M . J . D e N i j s En Z o n e n B v
SO C I A A L J A A RVERS L A G 2 0 1 3
10
11
wessel de jonge, architect Cygnus Gymnasium
de gehele casco betonstructuur alsmede 50% van de gevel zijn hergebruikt. We hebben er dus in de zin van BREEAM (Building Research Establishment Environmental Assessment Methodology) alles uit gehaald. Ook met dank aan De Nijs.”
‘Van klimaatverbetering tot prijswinnende restauratie en herbestemming’
Van het één komt het ander Bouwbedrijf De Nijs stond op de shortlist bij aanbesteding van de eerste fase van het werk, ook vanwege goede ervaringen in het verleden. “Ze kwamen met de beste aanbieding. Dat betekende dat ze aan de slag konden met ongeveer een kwart van het totale project. Daarbij zijn tevens de voorwaarden vastgelegd voor prijsvorming van opvolgende fases. Vanwege de snelle verhuur en de goede ervaringen met De Nijs zijn alle fases achtereenvolgend uitgevoerd. Uiteindelijk heeft De Nijs het hele gebouw gedaan.” Ze waren daarbij coördinerend hoofdaannemer. De gevel werd door een onderaannemer aangepakt. Voor de installaties waren twee nevenaannemers aan het werk.
Al in 2008 begon voor Wessel de Jonge het werk aan het schoolgebouw in de zogenaamde ‘Parooldriehoek’: van oorsprong een rangeerterrein van de NS, waar na de Tweede Wereldoorlog kantoren verrezen voor diverse dagbladen. “Die kranten zijn nu weg en er moet een mooie woon-werkbuurt met een park komen. De school zal daar onderdeel van uitmaken.”
Frisse Scholen Ambachtelijke smeerolie ‘Het BREEAM ‘Very Good’ ontwerpcertificaat is optimaal, want ‘Excellent’ is financieel niet haalbaar bij herontwikkeling’
Voor Jaap Snellen was het, zeker in aanvang, een intensief project. Zijn taak - zijn ambacht – is de smeerolie te zijn in het proces. “Zorgen dat iedereen betrokken blijft en dat de sfeer goed is. Partijen helpen samenwerken, zorgen dat ze niet tegenover elkaar blijven staan. Het grootste deel van het gebouw moest onder enorme tijdsdruk worden opgeleverd aan de huurder. De belangen van de aannemer en de huurder waren daarbij niet gelijk. Iedereen werkte opbouwend mee aan een oplossing.” Jaap is heel tevreden over de samenwerking met De Nijs. Die tevredenheid komt overigens niet uit de lucht vallen, want de keuze viel niet voor niets op een middelgroot bouwbedrijf: “Die zijn in het algemeen het fijnst om mee te werken. Groot is heel afstandelijk, klein soms financieel onzeker. De Nijs is bovendien een familiebedrijf en daarbij hoort veel commitment. Ze leveren een goed product, in een goede verstandhouding. Altijd betrokken en nooit bezig met onnodige strijd. Dat is voor ieder ingewikkeld project een pluspunt.”
Wessel de Jonge Architecten BNA BV was verantwoordelijk voor de restauratie en herbestemming van onder meer de Van Nellefabriek
Oorspronkelijk was de opdracht beperkt: verbeter de klimaatbeheersing. “Scholen hebben van oudsher geen ventilatiesystemen. Men opent ramen voor ventilatie. Maar de Wibautstraat is de belangrijkste slagader van de stad. Heel veel verkeer, lawaai en fijnstof. De ramen kunnen dus niet meer open. Af en toe werden in het gebouw schrikbarend hoge temperaturen en CO2-waarden gemeten. “ Een alternatieve oplossing was gewenst. Meer scholen hebben dit euvel. Daarom is er een subsidieregeling van het ministerie: ‘Frisse Scholen’.”
in Rotterdam en ‘Zonnestraal’ in Hilversum. Met De Nijs als aannemer wonnen ze in 2013 de Geurt Brinkgreve Bokaal, een prijs voor restauratie en herbestemming
van
de
Gemeente
Amsterdam, voor hun werk aan
het
Cygnus
Gymna-
sium aan de Wibautstraat. Een
herkenbaar
bijgenaamd
‘het
gebouw, Schip’.
Ruimte en rust Als je nadenkt over klimaatregeling, kom je bij duurzaamheid terecht. Verwarmingsefficiëntie, dubbel glas en dergelijke. “De restauratie van de gevel kwam er daarom bij, net als de upgrade van het verwarmingssysteem.” Uiteindelijk kreeg Wessel ook opdracht het interieur te transformeren tot een eigentijds schoolgebouw, met respect voor het historische karakter. “Van zichzelf is het een prachtig gebouw, opgetrokken uit natuurlijke materialen. Maar het zag er afgeleefd en ordinair uit. Al het mooie was afgedekt met viezigheid. Een onprettige plek.” Hoge hekken, detectiepoorten. Veel technische problemen. Felle kleuren gaven het beton een goedkope uitstraling. “Een kakafonie van flauwekul”, zegt De Jonge. “De echte kwaliteit van het gebouw verdronk daarin. Van binnen was alles opgedeeld in kleine hokjes. Een onoverzichtelijke, benauwde, onfrisse boel. Onze hoofdtaak was opschonen. Licht, ruimte en rust brengen.”
Technisch gym Het gebouw is nu weer naturel. “Het heeft geen kleur nodig, want die brengen de leerlingen er in.” Het ROC dat er als laatste gebruik van maakte, vertrok nadat de overkoepelende scholenorganisatie failliet ging. Cygnus kwam bovendrijven als nieuwe gebruiker. Het gymnasium sloot heel goed aan bij de oorspronkelijke functie: de Christelijke LTS ‘Patrimonium’. “Cygnus is een ‘technisch’ gymnasium, gericht op het aanwakkeren van de wetenschappelijke nieuwsgierigheid van de leerlingen. Onder meer door diverse vakken, alfa én bèta, met elkaar te vermengen in laboratoriumsituaties. Werkplaatsen, dat past in de oorspronkelijke LTS-setting.” Cygnus is een ‘zwart’ gymnasium, begonnen in Oost. Een jonge school, met pas twee eindexamenjaren achter de rug. Ze doen het heel goed. Veel ouders uit Oud Zuid sturen hun kind inmiddels liever naar Cygnus dan naar het Barlaeus Gymnasium.
Aangenomen Ook de oorspronkelijk ingehuurde aannemer viel weg. In de volgende aanbesteding viel de keuze op De Nijs: goed bekend in Amsterdam en de beste offerte qua prijs en kwaliteit. Wessel was tevreden, want hij had van collega’s gehoord B o u w b e d r i j f M . J . D e N i j s En Z o n e n B v
SO C I A A L J A A RVERS L A G 2 0 1 3
12
13
dat het goed samenwerken was. “We hebben even aan elkaar moeten wennen, maar het vertrouwen groeide snel. Ik zou in de toekomst wel meer projecten met deze aannemer willen doen. “
Flexibiliteit gevraagd Toen duidelijk werd dat Cygnus kwam, was er meteen een hele krappe deadline. “Ook tijdens het uitvoeringsproces moesten we nog zaken oplossen. Van iedereen werd veel flexibiliteit en meedenkvermogen gevraagd.” Bovendien had het gebouw een paar verrassingen in petto. “Toen het ROC er nog zat, mochten we niet onder de vloerbedekking kijken. Pas tijdens de uitvoering ontdekten we dat op veel plaatsen prachtig parket lag. Te laat om er nog overal iets mee te kunnen doen. Maar er is ook heel veel wél gelukt! Bijvoorbeeld het herstel en de restauratie van het naturelbeton.” ‘De leerlingen brengen kleur in de school’
Kunst terug Bij de nieuwbouw in 1956 is in de dragende muren van het schoolgebouw een groot aantal betonreliëfs meegegoten. Kunstwerken die tandwielen, elektriciteitsmasten en dergelijke voorstellen. Het bouwproces was dus deels aangepast aan de kunstenaar, aldus Wessel. “Heel bijzonder! Het gebouw zit er vol mee. Vooral de trappenhuizen. Veel was overgeschilderd. Dat is door gespecialiseerde restauratoren in de oorspronkelijke staat teruggebracht. De Nijs heeft zich er, ondanks de beperkte tijd, voor ingezet dat die restauratoren hun werk konden doen. Het meeste was op tijd klaar, sommige stukken zijn later gerestaureerd. Die kunst maakt het gebouw tot een feest!”
Multifunctioneel De sportzaal op het dak is in ere hersteld. De school wilde ook een theaterruimte. De vloer van de sportzaal ligt 80 centimeter hoger dan die van de naastgelegen mediatheek. “We hebben een gat in de tussenmuur gemaakt. Nu kan de sportzaal dienst doen als podium en de mediatheek als zaal.” De begane grond van het gebouw is ingericht op het publieke domein. De fitnessruimte in de voormalige smederij en bijvoorbeeld de schoolkantine zijn straks ook toegankelijk voor buurtbewoners. Het park sluit dan aan op het schoolterrein. ‘Het Schip’ wordt de parel van de Parooldriehoek.
directie de Nijs
‘Zwaartepunt in bouwproces verschuift naar voorbereiding’ Tegen
de
economische
wind in een goede omzet draaien en intussen belangrijke stappen nemen voor
continuïteit
in
de
toekomst: de directie van
“We zijn er in geslaagd het zwaartepunt in het bouwproces meer naar de voorbereiding te brengen. Daarbij maken we behulp van LEAN management en, in digitale zin, van het Bouwwerk Informatie Model (BIM). De komende jaren rollen we dit verder uit”, vertelt algemeen directeur Winfred de Nijs. “Bovendien hebben we in 2013 het certificaat Maatschappelijk Verantwoord Ondernemen niveau 3 behaald. Ook daarmee gaan we verder.” Verder is de continuïteit in de eigendomsstructuur van het bedrijf gewaarborgd: “Nieuwe certificaathouders hebben hun intrede gedaan.”
De Nijs is in zakelijke zin goed te spreken over 2013.
2013 heeft De Nijs veel gegeven. Er lopen mooie opdrachten en voor de komende jaren is de orderportefeuille redelijk goed gevuld. “We kijken met behoorlijk wat vertrouwen naar de toekomst”, zegt Winfred. Toch zal het niet zonder slag of stoot gaan: “Er komen nog moeilijke jaren, maar we denken dat we het ergste hebben gehad. Door tijdige aanpassing van onze werkwijze en zienswijze gaan we gezond door de crisis.”
Saamhorigheid in vertwijfeling Zakelijk mag 2013 een relatief goed jaar geweest zijn, in menselijke zin is de herinnering pijnlijk. Op 13 augustus verongelukte een collega van Fast Bekistingen en Steigerbouw bij de bouw van de Brede School Houthavens. Alle investeringen in veiligheid konden niet voorkomen dat Marc van de Ven een noodlottig ongeval overkwam. Ons medeleven gaat uit naar de nabestaanden. Op 18 november overleed ‘Tante Lief’, echtgenote van voormalig directeur Jaap de Nijs. “Tot het laatst sprak zij ons aan op onze sociale plicht. Een voorbeeld van haar betrokkenheid: de avond voor ze stierf wilde Tante Lief worden bijgepraat over het plotselinge overlijden van administratief medewerker Edith Jong, twee dagen eerder.” Edith was een mooie, sportieve vrouw van veertig met brede interesses. “Haar plotselinge dood heeft velen van ons persoonlijk geraakt. De schok was groot, het verdriet niet te overzien en de verbroedering niet te meten: saamhorigheid in onze vertwijfeling. Zo sleep je elkaar erdoorheen. We gaan verder, maar dat hadden we veel liever gedaan met Edith erbij.” B o u w b e d r i j f M . J . D e N i j s En Z o n e n B v
SO C I A A L J A A RVERS L A G 2 0 1 3
14
15
bevordert de sfeer, ook op de werkvloer. Het leidt tot mooie bijeffecten, bijvoorbeeld toen gewerkt werd aan het dak van de tramremise van De Hallen: na de schaft bekeek men samen wat er omhoog moest en loste dat dan samen op. “ Op woensdag 11 september 2013 is - in aanwezigheid van de Raad van Commissarissen en alle certificaathouders met hun partners - afscheid genomen van Thijs de Nijs als directeur. Thijs had officieel op 1 juli 2013 zijn functie als directeur beëindigd.
BIM We steken dus meer tijd en energie in de voorbereiding. Werkvoorbereiders beginnen eerder. Ook de bedrijfsleider en externe partners komen in een vroeger stadium aan tafel. Ze maken samen een vliegende start. Het Bouwwerk Informatie Model is daarbij een belangrijk middel. “We gebruiken het inmiddels voor eigen projecten en alles wat we in de ontwerpfase binnenkrijgen. Je ziet in het computermodel al of iets kan of niet. Dat betekent: minder bouwfouten en meer efficiency, dus lagere kosten.” Collega Lex Ransijn is vrijgemaakt als BIMcoördinator. Hij heeft er zowel bij EYE als De Ontmoeting mee gewerkt en zet nu een BIM-roadmap tot 2016 uit in de organisatie, aldus Daniëlle: “Via de RGDnorm werken we aan uniformiteit en optimale kwaliteit in bouwinformatie.”
Thijs was meer dan 40 jaar werkzaam bij bouwbedrijf De Nijs. Zijn carrière liep van uitvoerder tot eindverantwoordelijk op directieniveau. In die jaren groeide het bedrijf van lokale aannemer tot regionale speler. Winfred vindt dat we veel te danken hebben aan zijn voorganger: “Vooral het vorm en inhoud geven aan onze ‘core business’, het bouwen van binnenstedelijke opgaven, is een van zijn grote verdiensten. Ook zijn meedenken in het proces om het huidige bedrijf in deze organisatievorm te laten werken, getuigt van visie naar de toekomst.” Thijs heeft aangegeven om ook in de nabije toekomst, als adviseur, zijn steentje bij te blijven dragen aan de onderneming. “Het ambacht heeft bij Thijs altijd hoog in het vaandel gestaan”, zegt Ton de Nijs. “Bouwen is immers een vak.” Timmerlieden, metselaars, kraanmachinisten, uitvoerders, werkvoorbereiders, projectleiders en kantoorpersoneel; voor een ieder stond de deur altijd open. ’Problemen bestaan niet, oplossingen wel’, is altijd het motto van Thijs geweest. “Veel aandacht voor het personeel, waarbij met name ook Nel werd betrokken. De Sinterklaasattentie voor het personeel, aandacht voor zieken en voor de gezinnen - kortom de steun van Nel, de vrouw naast de man - was er altijd. De directie bedankt Thijs en Nel voor hun jarenlange inzet, inbreng en ondersteuning voor het bedrijf. “Elke dag is er topsport bedreven en daarom zijn wij content dat we Thijs als adviseur nog aan het bedrijf hebben kunnen binden. Het is ook goed dat we de tijd nemen om zijn kennis over te dragen en tegelijk toch ook nog weer nieuwe uitdagingen aangaan. Mede namens het personeel en de Raad van Commissarissen zijn wij het er unaniem over eens dat er maar een woord passend is: HULDE!”
‘Minder bouwfouten en meer efficiëncy, dus lagere kosten’
Directiestructuur en managementteam Na het vertrek van Thijs, per 1 juli 2013, hebben we het directieteam versterkt met Daniëlle de Nijs. Daniëlle, behorende tot de vierde generatie van de familie, is tevens het eerste vrouwelijke directielid bij De Nijs. In de afgelopen twee jaar heeft zij zich het bedrijf eigen weten te maken en met haar kennis en kunde, opgedaan in vijftien jaar accountancy, zal zij ons directieteam goed kunnen versterken. Daniëlle kon meteen aan de slag, want in 2013 stelden directie en managementteam een ‘Beleidsplan 2013-2016’ vast met als titel ‘Slagkracht’. “In deze tijd en in deze markt moet je krachtig zijn en krachtig overkomen.” Volgens Daniëlle ligt de uitdaging in het optimaliseren van interne bedrijfsprocessen door meer en efficiënter samen te werken: “Zo verkorten we de doorlooptijd en dragen eraan bij dat het werk voor onze medewerkers leuk blijft en zelfs leuker wordt.”
Betrokken bijdragen Iedereen levert een bijdrage. De kunst is die bijdragen optimaal in elkaar te passen. Daarvoor is overzicht nodig. Dat overzicht creëren we nu gezamenlijk, bijvoorbeeld in LEAN management en BIM. Zo is betrokkenheid van alle partijen gegarandeerd. We vormen (h)échte bouwteams. Van opdrachtgever tot onderaannemer. “Traditioneel bepaalde de uitvoerder de planning en de rest hield zich daar aan”, zegt Daniëlle. “LEAN management is samen plannen en samen realiseren. Met alle betrokkenen, ook onderaannemers en leveranciers. Dat B o u w b e d r i j f M . J . D e N i j s En Z o n e n B v
Jongeren enthousiasmeren
‘Duurzaamheid en kosten op de langere termijn winnen aan belang’
Ook opleidingsbeleid is deel van het plan. Werken in de bouw is voor lang niet alle jongeren aantrekkelijk. Vroeg op, buiten bij vies weer en – anno 2013 onvoldoende baangarantie. “De jongens en meisjes die wél willen, kunnen we het vak leren. Die proberen we voor het ambacht en voor ons bedrijf te enthousiasmeren. Daarom koesteren we onze relatie met opleiders als ESPEQ en BouwMensen Amsterdam. Ook het ‘Convenant Social Return’ met de gemeente Amsterdam stimuleert ons in deze richting. Verder bezinnen we ons op nieuwe, wervende initiatieven: hoe maak je jongeren enthousiast voor de bouw?”
Zenden en ontvangen Communicatie is een ander speerpunt. De website is in 2013 vernieuwd. “We willen onszelf helder profileren naar twee doelgroepen: een zakelijke en een particuliere. We willen duidelijk laten zien wat we doen en waar we het meest trots op zijn. Ook onze inzet voor Maatschappelijk Verantwoord Ondernemen communiceren we, zowel intern als extern. Afgelopen jaar hebben we het MVO-certificaat niveau 3 behaald.” Dat is geen eindpunt: het is pas het begin. “Eind 2016 willen we op niveau 4 zitten. Dat bereiken we door nóg duurzamer te werken en door onze relaties – opdrachtgevers, onderaannemers en leveranciers - bij het hoe en waarom te betrekken.” Voor feedback – hun waardering peilen - en om het goede voorbeeld te geven. In 2013 is een MVO-commissie ingesteld binnen De Nijs. Die evalueert nu en maakt een stappenplan tot 2016. Dat plan zal gaan over een ‘CO2 footprint’ en richting bepalen in duurzaamheid. Ook heel praktisch: “Nu al is er een elektrische auto voor ritjes tussen Warmenhuizen en Amsterdam. Uiteindelijk willen we het wagenpark verduurzamen, waarschijnlijk op aardgas. “ In MVO is ook de presentatie naar de buurt belangrijk: informatieverstrekking, contacten en bouwplaatsinrichting. Daaronder vallen bijvoorbeeld afvalscheiding en zichtbare maatregelen als zonnepanelen op de keet. “Verder willen we de veiligheid optimaliseren voor medewerkers, bezoekers en omgeving. Ook daarvoor is een interne commissie actief.”
Toekomstige kwaliteit Geen toekomst zonder verleden. In bouwen moet je willen blijven leren van je ervaringen. “Wat we in de toekomst ook bouwen”, meent Winfred, “Het zal bij
S O C I A A L J A A RVER S L A G 2 0 1 3
16
17
ons passen; bij het ambacht dat we beheersen. Woningen, utiliteit, industrieel, openbaar, alle mengvormen. Het kwaliteitsniveau waarmee we dat maken, willen we behouden en versterken. Met goede organisatie en gedegen voorbereiding. Onze kracht is binnen tijd en budget de kwaliteit te leveren die de opdrachtgever bij ons heeft ingekocht. Daarin willen we blijven excelleren. Ik ben er van overtuigd dat we dat kunnen.” Ook in 2013 liet De Nijs het weer zien. Bijvoorbeeld bij de renovatie van het Cygnus Gymnasium: “Een jong monument waar met heel veel respect voor het ambacht aan is gewerkt.” Dan Ru Paré van Marlies Rohmer. “Ook een prachtig schoolgebouw. En de Hiswa Marina in Amsterdam is af. Daar kun je met trots rondlopen en laten zien wat je hebt gemaakt. De kunst is die trots in het werk over te dragen aan de volgende generatie medewerkers. Er verandert veel, maar die basis moet blijven.”
Meest voordelig Wat er verandert? Processen en methodieken bijvoorbeeld. En criteria bij aanbesteding, aldus Ton de Nijs. “De planinhoud is tegenwoordig belangrijker dan in vroeger jaren.” Dat geldt ook voor de duurzaamheid van je aanpak: hoe ga je met de omgeving om? “Vroeger ging het om het envelopje met de laagste prijs. Dat werd ter plekke geopend. Je wist meteen waar je aan toe was. Nu duurt het weken en win je het lang niet altijd meer met de laagste prijs. Duurzaamheid en de kosten op de lange termijn winnen aan belang. Dat noemen we EMVI: de economisch meest voordelige inschrijving.” ‘Onze kracht: binnen tijd en budget de bij ons ingekochte kwaliteit leveren’
Opgeleverd in 2013 Naast Cygnus Gymnasium, Ru Paré en Hiswa Marina werden in 2013 onder meer het NRC-gebouw aan het Amsterdamse Rokin en Theater De Vest in Alkmaar opgeleverd, vertelt Ton. “En het Robert Kochplantsoen, met onder meer een opvangcentrum voor daklozen. In Amsterdam Slotervaart is de laatste hand gelegd aan een Multifunctioneel Centrum met daarboven 48 woningen. En in Amsterdam Zuidoost leverden we het Nieuw Amsterdamgebouw op. Dat is een plaatje geworden! Van stug kantoorgebouw naar open en vriendelijk onderdeel van de omgeving.” Een groot gedeelte is nu verhuurd aan NUON. De rest is vooral horeca, waaronder het Hampton Hilton Hotel.
Iedere twee maanden komt de
veiligheidscommissie
van De Nijs bij elkaar. Ze ondersteunen de directie bij het formuleren van beleid rond veiligheid. In de commissie zijn diverse disciplines vertegenwoordigd: di-
Portefeuille 2014-2015 “In april 2014 hopen we de M1 woontoren in Centrumgebied Amsterdam Noord op te leveren. Later in het jaar volgen De Ontmoeting in Amstelveen, Oostpoort in Amsterdam Watergraafsmeer en de Brede School Houthavens. Aan het eind van het jaar De Hallen.” Verder wordt gewerkt aan Bernardus en aan het WestFries Gasthuis in Hoorn. “Dit jaar starten we in Amsterdam onder meer met de C&A aan het Damrak, een kantoor van De Nederlandsche Bank aan de Sarphatistraat, het voormalige Elseviergebouw in West en ‘Katharina’ in de Czaar Peterbuurt. In Den Helder bouwen we schouwburg ‘De Kampanje’.” De timmerfabriek van De Nijs heeft een druk jaar met kozijnenproductie voor Bernardus en Katharina, het West-Fries Gasthuis en de Waterschapsbuurt.
rectie,
managementteam,
projectmanagement, soneelszaken, en Onder
per-
uitvoering
procesmanagement. de
leuzen
‘Veilig
bouwen doe je samen’ en ‘Je werkt veilig of je werkt niet’ wil De Nijs de veiligheid op de bouw vergroten.
Veiligheidscommissie
‘Veilig bouwen doe je samen’ Honderd procent veiligheidsgarantie heb je nooit, aldus kwaliteitsfunctionaris René Moormann. “We willen de veiligheid optimaliseren. Het gevaar zit in een klein hoekje, maar je moet álles doen om ongelukken te voorkomen!” De commissie bracht de belangrijkste risico’s in kaart en doet nu voorstellen voor acties. Op een ‘veiligheidskaart’ zijn vier deelgebieden aangegeven: • Voorbereiding en organisatie • Communicatie • Controle en uitvoering • Orde en netheid Binnen deze vier deelgebieden zijn aandachtgebieden bepaald. Daaraan worden acties gekoppeld. “We scherpen onze bouwplaatsregels aan”, vertelt directielid Daniëlle de Nijs. “En we brengen het onderwerp veiligheid bij alle bijeenkomsten als vast agendapunt onder de aandacht.”
Vreemde ogen dwingen
En het ambacht? “Het ambacht is alle dagen verschillend”, vindt Ton. “Het genoegen dus ook, hoewel de variatie een deel van het genoegen bepaalt. De Nijs Castricum bouwt mooie villa’s waarbij ambachtelijk timmer- en metselwerk komt kijken.” Een mooi voorbeeld van ambachtelijk vernuft is zichtbaar bij De Hallen, op de plaats waar de trams de voormalige remise binnen kwamen. De enorme puien en deuren zijn opgeknapt en deels nieuw gemaakt; inclusief details en glaslatten.” Een genoegen om te maken, maar ook om te zien.
Al jaren komen met regelmaat veiligheidsexperts van Aboma op de bouwplaats. Samen met René Moormann of de uitvoerder van dienst maken ze een veiligheidsronde. René: “Er worden foto’s genomen en afwijkende zaken genoteerd. Op basis van de rapportages kunnen we bepaalde trends waarnemen. Signalen die vertaald kunnen worden naar beleid, naar structurele maatregelen.” Afgelopen jaar is een derde partij – in de persoon van Frans Hol – gevraagd een viertal bouwplaatsen te bezoeken en daar een eigen rapport over te maken. “Frans heeft nu een goed beeld van hoe wij werken. Binnenkort verwacht ik zijn rapport. Dat wordt dan ook voorgelegd aan de directie, en
B o u w b e d r i j f M . J . D e N i j s En Z o n e n B v
S O C I A A L J A A RVER S L A G 2 0 1 3
Handwerk
18
19
Uitvoerder verantwoordelijk
besproken in de commissie.” Daniëlle vult aan: “Uiteindelijk gaat een overkoepelende rapportage naar directie, MT, ondernemingsraad, veiligheidscommissie en andere betrokkenen. Naar aanleiding daarvan kunnen we zo nodig bepaalde punten verscherpen om de veiligheid te optimaliseren.”
Wat betekent veiligheidsbeleid voor een uitvoerder? Wat doe je er mee? Joeri: “Je bent er niet steeds specifiek mee bezig, maar wel de hele dag door op de achtergrond. Als uitvoerder controleer je het bouwkundige verhaal. Daarbij heb je voortdurend je ogen open voor gevaarlijke/onveilige situaties en handelingen. En je moet er in voorkomende gevallen – tegen wie dan ook – iets van durven zeggen.” In het verleden werkte Edwin bij andere aannemers. Vaak was de afdeling Materieel verantwoordelijk voor de veiligheid op de bouwplaatsen. “Bij De Nijs moet je als uitvoerder zelf bekwaam zijn om dat te doen. Ik kan altijd sparren met collega Jac de Jong van onze Materieeldienst, maar de verantwoordelijkheid ligt op mijn bordje!”
Regels en sancties Wat is veilig? Daarvoor moet een kader zijn, vindt Martin de Waal. Als MT-lid en projectmanager is Martin de ‘linking pin’ tussen het management en de bouwput. “Het begint met hygiëne. Een opgeruimde bouwplaats is veiliger.” Uitvoerders Edwin Blom en Joeri Bakker knikken instemmend. Met het doel veilig gedrag op de bouwplaats af te dwingen, bereidt bouwbedrijf De Nijs sanctiebeleid voor. Overtreding van de bouwplaatsregels leidt binnenkort tot een waarschuwing. Bij herhaling kunnen sancties genomen worden. “We willen geen gedoogcultuur”, zegt Martin. “Door te sanctioneren trekken we een duidelijke grens tussen wat wel en wat niet kan. Dat komt de veiligheid alleen maar ten goede.“
Communicatie van levensbelang De uitvoerders worden de scharnieren in het sanctiebeleid. Zij moeten medewerkers aanspreken op onveilig gedrag en bij herhaling moeten ze besluiten in te grijpen. “Het sanctiebeleid is geaccordeerd door de ondernemingsraad”, zegt Daniëlle. “We gaan het nu op korte termijn uitrollen.” Personeelsfunctionaris Jochem Leeuwerke vult aan: “We zullen het goed en duidelijk moeten communiceren. En zorgen dat overal en voor iedereen dezelfde regels gelden.” Edwin beaamt dat de communicatie van doorslaggevend belang kan zijn. “Sommige collega’s werkten hier al lang voordat er ooit een woord over sancties gevallen is. Het moet voor iedereen glashelder zijn! Ook voor onderaannemers en hun medewerkers, zodat het niet nieuw voor ze is als zich iets voordoet.” ‘Alles wat effe is, is onveilig’
Duidelijk en breed gedragen ‘Een opgeruimde bouwput is veiliger’
Dat kan best moeilijk, meent hij: “Je beste man maakt ook wel eens een fout. Dan geef je hem een draai om zijn oren. De tweede keer zal hij een afkoelperiode in de keet als sanctie opgelegd krijgen. Dat doe je dus liever niet met je beste kracht. Die laat je liever doorwerken. Lastig, maar we moeten er mee dealen.” Belangrijk is dat het sanctiebeleid breed gedragen wordt. “Dan is het regelgeving, net als géén bier voor minderjarigen.” Volgens Joeri zal het wellicht even moeten wennen, maar vervolgens goed kunnen werken. “Onderaannemers vragen nu al wanneer het komt. Ze willen duidelijkheid. Dat is goed.” Daniëlle denkt dat het ook veel uit kan maken dat helder is dat men die regels niet alleen voor zichzelf opvolgt, maar voor ieders veiligheid. Ze herinnert aan de leuze: “Veilig bouwen doen we samen!” “Alles staat of valt uiteindelijk met discipline”, zegt Martin. “Zowel in veilig gedrag als in het opleggen van sancties bij het uitblijven van veilig gedrag. We moeten zeggen wat we doen en doen wat we zeggen. We hebben al heel duidelijke afspraken. Als iedereen zich daar aan zou houden, was er geen probleem. Maar je hoort nog steeds te vaak: ‘O, daar wist ik niks van’. Daar doen we nu iets aan.”
Haast, bravoure en gemakzucht Waar zit het in, dat onveilige gedrag? Is het gemakzucht of onwetendheid? Gemakzucht wordt een paar keer genoemd. Vooral in combinatie met de hoge werkdruk. Haast. Martin: “Vaak hoor je het excuus dat iets snel moet. Soms leidt dat tot onveilige bravoure: even over een balk balanceren terwijl je veiliger kunt omlopen. Dat kan gemakkelijk fout gaan. Bovendien: snel hoeft goed en veilig helemaal niet te bijten, want een opgeruimde bouwplaats werkt ook sneller!” Joeri vult aan: “En in een veilige situatie werk je prettiger.” Veiligheid draagt dus ook bij aan kwaliteit en aan genoegen in het ambacht.
Geen ‘effe’ “Alles wat ‘effe’ is, is onveilig”, zegt Daniëlle. Joeri geeft een voorbeeld: ”Effe die borstwering weg, ik zet ‘m zo weer terug.” Kleine, onvoorbereide en onaangekondigde veranderingen kunnen van een veilige situatie een onveilige maken. “Geen ‘effe’ dus’, besluit Edwin. “En altijd je zesde zintuig op scherp!”
B o u wb e d r ij f M . J . D e N ijs En Z on e n B v
S O C I A A L J A A RVER S L A G 2 0 1 3
20
21
Marlies Rohmer, architect
‘We vertrouwen elkaar volkomen; dat werkt ideaal!’ Architectenbureau Marlies Rohmer is het liefst van begin tot eind betrokken in een sturende rol. Total engineering heet dat. De architect
heeft
daarbij
De samenwerking tussen Rohmer en De Nijs concentreert zich daar dan ook op, bijvoorbeeld de herontwikkeling van ESPEQ in 2008. Anno 2013 werkten ze aan twee scholen. Eén daarvan is Brede School ’t Meervoud, bij De Nijs beter bekend onder de naam ‘Ru Paré’, naar een schilderes die in de Tweede Wereldoorlog 52 Joodse kinderen redde en naamgeefster werd van één van de in ’t Meervoud gevestigde scholen. Het andere project is de Energieneutrale Brede School in de Amsterdamse Houthavens.
voortdurend het overzicht.
Jurkgevel
Op die manier kun je ar-
“Beide scholen kennen een vergelijkbaar concept”, vertelt Marlies Rohmer. “Een robuust betonnen, maar toch flexibel casco. Een vrij generieke structuur met in het midden een afwijking in het casco. Daar zit het hart van de school.” Een ring van lokalen ligt aan de gevel. De structuur wordt in het midden doorbroken door aula’s en speellokalen. “Een afwisseling van flexibel en hard. De duurzame, mooi verouderende gevel van prefab metselwerk betonelementen hangt er als een soort jurk overheen. De ornamentiek hangt er tegenaan en zou in de toekomst vervangen kunnen worden.”
chitectuur,
constructie,
installatietechniek en het binnenmilieu perfect op elkaar afstemmen. In de 25 jaar dat het bureau bestaat, wonnen ze veel prijzen. Vooral voor schoolgebouwen.
Schijnbare tegenstellingen Architectenbureau Rohmer zoekt steeds patronen en ornamentiek in alle gevels. Vaak geprefabriceerd. “Vroeger waren manuren goedkoop en was het materiaal duur. Nu is het precies andersom. Ook de metselaar is over het algemeen niet meer wat hij was. Bij De Nijs zijn echt goede vaklieden aan het werk, maar de klassieke metselkunst is zelfs bij hen aan het verdwijnen.” Marlies werkt met ruimte, licht en gevelpatronen. Enerzijds generiek en flexibel, anderzijds heel specifiek, herkenbaar. Technisch heel praktisch, ruimtelijk heel bijzonder. “Dat geldt voor beide gebouwen. Verder probeer ik principes die ik in de kantorenbouw heb geleerd - installaties, kabelgoten et cetera - ook in scholenbouw toe te passen.”
Vaak de scherpste prijs De Europese aanbesteding voor de Brede School Houthavens was een bijzondere. Architectenbureau Rohmer won het van 40 andere kandidaten, onder wie architectonische kanonnen als Herzberger en Mecanoo. Marlies noemt dergelijke aanbestedingen ‘topsport en tombola tegelijk’. “Je kunt op één van de 400 punten winnen. We hebben het in elk geval weer gered.” Bij de keuze van een aannemer was ze nauw betrokken: “Dan staat de Nijs bij mij altijd bovenaan de lijst. Ik bepaalde zelf ook mee wie het uiteindelijk werd, en zat aan tafel bij de selectie. Na voorselectie bleven vijf aannemers over. De laatste selectie gebeurde puur op prijs.” De Nijs won: “We begrijpen elkaar inmiddels goed. Bij De Nijs weten ze dus hoe ze onze tekeningen moeten vertalen. Daardoor komen ze vaak met de scherpste prijs.”
Ambacht en perfectie Het bouwen verandert voortdurend. Marlies en bouwbedrijf De Nijs vinden elkaar in de wens het ambacht overeind te houden. Samen bouwen is voor Rohmer en De Nijs altijd een wisselwerking. “Ze kijken kritisch mee en komen met goede opmerkingen. Wij tekenen natuurlijk geen onzin, maar zij durven verbetervoorstellen te doen. Zo helpen ze mij ook mijn werk te perfectioneren. We vertrouwen elkaar volkomen, dat werkt ideaal!” B o u wb e d r ij f M . J . D e N ijs En Z on e n B v
‘De Nijs staat bij mij altijd bovenaan de lijst’
Rijkdom van context tot detail Marlies Rohmer en haar medewerkers ontwerpen driedimensionale gebouwen. Geen plaatjes in context geplakt, maar markante objecten met een eigen karakter. “Het mooie van een meerdimensionaal gebouw is dat de rijkdom van de verschillende lagen - van context tot detail - er vanaf straalt zonder al te expliciet te worden.” Die rijkdom zorgt ervoor dat gebouwen lang meegaan. Want zo’n object breek je niet zo snel af. Je zult er eerder een andere bestemming voor zoeken. “Duurzaamheid ontstaat niet door spaarzaamheid, maar juist door zwaarte en overdaad. Ik wil pleiten voor rijke architectuur die tot in het kleinste detail is uitgewerkt. Als de architectuur karakter heeft en respect afdwingt, zal de gebruiker het beter onderhouden.”
Uniek binnen de context Bij de ene opdracht past het gebouw zich op tijdloze wijze bescheiden aan de omgeving aan. Bij de andere is het duidelijk een kind van zijn tijd, een geraffineerd maatkostuum. Architectuur hoeft niet eenduidig te zijn, aldus Marlies: “Architectuur moet verleiden en verrassen. Gelaagdheid naast het grote gebaar. Ik probeer al die lagen onder te brengen in een totaalconcept. Robuuste vormen in baksteen voor het ene ontwerp, ragfijn staal en glas voor een ander. Soms kiezen we materialen die voorkomen in de omgeving, soms expliciet niet.” Uiteraard altijd in overleg met de opdrachtgever en aan de hand van wat de situatie vraagt. “We willen graag gebouwen maken die uniek zijn en toch goed in hun context passen.” SOCIAAL JAARVERSLAG 2013
22
23
de Nijs Castricum
Aanvoelen wat de klant wil. Dat hoort bij het ambacht Michiel de Nijs, eigenaar van C.G. de Nijs Bouw B.V., nam het initiatief voor de samenwerking: “Ik wilde mijn medewerkers zekerheid blijven bieden in de toekomst. Daarom reed ik naar Warmenhuizen om nauwe samenwerking voor te stellen. Inmiddels is die samenwerking een feit.“
Drie bedrijven komen samen
Eind 2013 betrok De Nijs Castricum het gerenoveerde bedrijfspand aan de Heereweg 38 in Bakkum. Daaraan gingen drie drukke jaren vooraf. Per 1 januari 2011 werd Jac. de Nijs BV heropgericht als dochterbedrijf van M.J. de Nijs en Zonen. In februari 2013 sloten de medewerkers van
De eerste vraag die opkomt, is hoe het zit met de familienaam. Bedrijfsleider Dennys de Nijs legt uit: M.J. de Nijs, oprichter van het huidige moederbedrijf, was een oom van de oprichters van de beide andere bedrijven. Die waren broers van elkaar. Bijzonder is dat op het terrein aan de Heereweg de echtgenote van M.J. de Nijs werd geboren: Anna Castricum.” Een gevonden feit”, vult Michiel aan. “Wellicht is het toeval, maar voor de historie van het familiebedrijf een mooi detail.”
Planmatig en projectmatig In opdracht van woningcorporaties, zorggroepen en een grote Noord-Hollandse winkelketen verzorgt De Nijs Castricum het onderhoud en beheer van een groot aantal panden, verspreid over de provincie. Ook waterleidingbedrijf Pwn en het Gerechtsgebouw aan de Amsterdamse Parnassusweg behoren tot de portefeuille. “Veel van het werk is meerjarig, planmatig onderhoud”, vertelt Dennys. “Maar we werken ook projectmatig. Op dit moment bijvoorbeeld aan het Noord-Hollands Archief in Haarlem.” Dat project bestaat voor een deel uit restauratie, aldus Michiel. In die categorie werkt De Nijs Castricum ook aan de kerktoren van Aartswoud en de watertoren in Overveen.
C.G. de Nijs aan. Samen gin-
Onder de indruk
gen ze aan het werk, onder
Het regionale Midden- en Kleinbedrijf heeft in De Nijs Castricum een sterke en ervaren partner. Zo wordt op dit moment gewerkt aan renovatie van de Brinkmanpassage in het centrum van Haarlem. Michiel was onder de indruk toen hij zag hoeveel kennis en ervaring er bij De Nijs is over en met dergelijke binnenstedelijke bouwprojecten: “Je werkt op krappe, moeilijk bereikbare locaties. Dat vraagt om uitgekiende logistiek.”
meer met het opknappen van het pand aan de Heereweg. De Nijs Castricum is specialist in onderhoud en beheer,
restauratie/reno-
vatie en bouw en verbouw voor bedrijven en particulieren. Van dakkapel tot uitbouw, van stadswinkel
‘Van onderhoud en beheer tot bouw en verbouw’
De Kern Een belangrijke overeenkomst tussen M.J/Jac. en C.G. de Nijs is de lengte van het gemiddelde dienstverband. Veel medewerkers zijn hun hele carrière actief bij het familiebedrijf. “Daardoor raken ze goed op elkaar ingespeeld”, zegt Michiel. “Ze delen enthousiasme voor het werk, liefde voor het vak, passie voor het ambacht.” Naast oude rotten in het vak werken bij De Nijs Castricum ook relatief jonge mensen. Stuk voor stuk vaklieden. Metselaars, timmerlieden, mechanisch vaklieden en een werkvoorbereider. Want het bedrijf organiseert alles in het operationele traject in principe zelfstandig van het moederbedrijf. Alleen bij zeer grote drukte en hele specifieke klussen kan het zijn dat mensen uit Warmenhuizen worden ingeleend. “Daar, op het hoofdkantoor, benutten we wel de diensten van de administratie en enkele stafafdelingen.”
De schil Particuliere bouw Een heel andere uitdaging is het bouwen voor particuliere opdrachtgevers. Villa’s bijvoorbeeld, waarvan De Nijs Castricum er de afgelopen jaren al een flink aantal bouwde, onder meer in de duinen bij Bergen. Daarnaast zijn er ook heel gewone opdrachten, benadrukt Dennys. “We werken met even veel plezier aan een dakkapelletje, een raamrenovatie of een uitbouw aan een woning.”
tot duinvilla.
Inlenen is zelden nodig, want rond de kern van vaste medewerkers verzamelde De Nijs Castricum een stevige schil van ervaren ZZP-ers. Samen kunnen al deze vaklieden eigenlijk alles maken wat je kunt bedenken. “Die ZZP-ers komen niet uit de lucht vallen”, zegt Dennys. “Veel van hen waren ooit in dienst bij De Nijs. Met anderen hebben we al (veel) vaker gewerkt. Vakkundige mensen op wie we kunnen bouwen.” Ze worden geselecteerd op beleving, vertelt Michiel. “We zitten dicht op de klant dus we hebben graag mensen die met die klant meedenken en plezierig zijn in de omgang. Zeker bij particuliere opdrachten, want dan is de opdrachtgever meestal emotioneel betrokken bij het werk. Dat moet je herkennen en daar moet je mee om kunnen gaan.” Ook dat hoort bij het ambacht.
De toekomst Aan behoud van dat ambacht draagt De Nijs Castricum steentjes bij in de vorm van leerlingplekken en stageplaatsen. Want de dagelijkse praktijk van onderhoud, restauratie en nieuwbouw biedt voldoende gelegenheid om ervaring op te doen en te leren met gepaste trots je ambacht uit te voeren. Ze willen dat we hoe dan ook dezelfde optimale kwaliteit kunnen blijven leveren.” B o u wb e d r ij f M . J . D e N ijs En Z on e n B v
SOCIAAL JAARVERSLAG 2013
24
25
Kengetallen DIENSTVERBAND Mannen Vrouwen DIENSTJAREN (gem 14,56 jr.) Onbepaalde Tijd 214 17 Bepaalde Tijd 31 3 0 jaar 30 1 jaar 10 Totaal 245 20 2 jaar 7 3 - 4 jaar 26 5 - 9 jaar 61 Jubilarissen 2013 10 - 14 jaar 30 15 - 19 jaar 16 25 jaar 1 20 - 24 jaar 22 40 jaar 0 25 - 29 jaar 20 30 - 39 jaar 36 40 + 7 PARTTIME / FULLTIME Mannen Vrouwen Totaal 265 Parttimers 23 15 Fulltimers 222 5 Totaal 245 20 ZIEKTEVERZUIM 2010 2011 2012 2013 Percentage 2,64 3,54 3,35 2,95 Meldingen (aantal) 219 209 210 227 Melding (medewerkers) 53,84% 53,88% 51,41% 57,08% Ziektedagen 1.712 2.229 2.159 1.954 2013 IN DIENST PER 31-12 BOUW-cao Project BOUW-cao Timmerfabriek Stagiaires UTA UTA-cao
2010
2011
2012
112 110 107 24 22 23 19 14 17 109 111 118
2013
116 26 23 123
in dienst
15 3 26 16
uit dienst
6 0 20 11
Totaal (incl. stagiaires) 264 257 265 288 60 37 OPLEIDINGEN Personen (BOUW + UTA) Cursusdagen Cursuskosten (€)
2010 2011 2012 2013 126 166 139 116 339 362 360 311 134.212 109.592 133.489 164.283
B o u wb e d r ij f M . J . D e N ijs En Z on e n B v
Gevolgde CAO cursussen zijn o.a. Gevolgde UTA cursussen zijn o.a. Uitvoerder kleine bouw Allround uitvoerder B&U Betonuitvoering VCA vol (basis en herhaling) Tekeninglezen KOB - HBO Vrachtwagen / Chauffeursopleiding Betonuitvoering Stellen, monteren van prefab elementen Revit Herkennen en voorkomen van bouwfouten Solibri Model Checks Isolatietechnieken Gebruikerstraining thermografie Bouwlood toepassen Lean bouwen Code 95 (chauffeurs rijbewijs) Hijsveiligheid Leermeester (herhalingsdag) Garantieklachten Opstellen en gebruik bouwliften Stellen, monteren van prefab elementen BHV / EHBO (herhaling) BHV / EHBO (herhaling) VCA (basis en herhaling) BIM management / projectleiders
LEEFTIJDSOPBOUW Bouwplaats UTA medewerkers medewerkers
20 - 24 25 - 29 30 - 34 35 - 39 40 - 44 45 - 49 50 - 54 55 - 59 60 - 66
13 17 16 8 8 22 16 30 12
2 11 19 17 12 18 22 13 9
Man Vrouw
15 27 33 22 18 36 32 42 20
0 1 2 3 2 4 6 1 1
Totaal 142 123 245 20 Gem.Leeftijd 43,67
Leeftijdsopbouw Bouwplaats medewerkers 20 - 24 25 - 29 30 - 34 35 - 39 40 - 44 45 - 49 50 - 54 55 - 59 60 - 66
S O C I A A L J A A RVER S L A G 2 0 1 3
Leeftijdsopbouw UTA medewerkers 20 - 24 25 - 29 30 - 34 35 - 39 40 - 44 45 - 49 50 - 54 55 - 59 60 - 66
26
27
In Amsterdam Noord werken gemeente en stadsdeel al jaren aan de ontwikkeling
van
Amsterdam
Centrumgebied Noord
(CAN).
Winkelcentrum Boven ’t IJ
CAN-M1
Puthoppen
‘Optimale motivatie dankzij gedeelde verantwoordelijkheden in LEAN’
Syntrus Achmea was er vanaf het begin bij. Ontwikkelcombinatie CZAN zou de toren ontwikkelen, maar zag daar uiteindelijk van af. “CZAN wilde wel betrokken blijven”, zegt ontwikkelingsmanager Evert Meijer. “Daarom droegen ze ons een betrouwbare partner aan om het geheel mee uit te ontwikkelen.” Dat was De Nijs. Die namen ook het risico voor vijf bedrijfsunits, bij elkaar 680 m2, in de plint van school en woontoren. “Er lag al een plan. Ymere wordt eigenaar van de 25 sociale huurwoningen. De overige 90 appartementen vallen in de vrije sector.” Voor De Nijs was de overstap naar de naastgelegen bouwput een kleine. In april 2012 werd het CCN opgeleverd, niet veel later ging de eerste paal van M1 de grond in.
Nu is het ‘Stationsgebied’ aan de beurt: stedelijke bebouwing rond de beginhalte van de Noord-Zuidlijn. Eén kavel werd vooruit getrokken. Daar kwamen een school en een woontoren. De school, Community College Noord (kortweg CCN) van het ROC Amsterdam, is inmiddels opgeleverd door De Nijs aan een straat die ‘Gare du Nord’ heet. Tegen de school aan – ze delen zelfs de parkeervoorziening onder het CCN - verrijst woontoren M1.
op het Buikslotermeerplein is in herontwikkeling, de woongebieden liggen grotendeels aan de westzijde van de Nieuwe Leeuwarbouw vertraagd. Deelgebied is
‘In het voortraject zijn alle discussies gevoerd, dan kun je in de uitvoeringsfase doorwerken’
Volgens Evert heeft de locatie in principe alles mee: “Bovenop een mobiliteitsknooppunt. De Noord-Zuidlijn komt hier, maar er zijn ook snelle busverbindingen. Het vernieuwde winkelcentrum ligt vlakbij. Je woont hier rustig in een groene omgeving, met alles bij de hand.” De rest van het gebied wordt nog ontwikkeld. Dat gaat langzamer dan gehoopt. Toch loopt de verhuur van M1 goed. Niet alleen vanwege de locatie: “We bouwen goede woningen met mooie plattegronden. Het gebouw en de parkeervoorziening hebben een hoog kwaliteitsniveau dat op de Zuidas niet zou misstaan. Die meerwaarde trekt huurders, ondanks het voor Noord relatief exclusieve huurproduct.” Camiel Honselaar, projectontwikkelaar bij De Nijs, noemt meer pluspunten: “Het uitzicht is fantastisch. Weids, tot in Almere en het centrum van Amsterdam. Een bakstenen gebouw met gebouwd parkeren en deels portiekontsluiting. Anders dan in Noord gebruikelijk. De meeste gebouwen zijn er van beton, hebben galerijontsluiting en parkeren op het maaiveld.”
derweg. Door de crisis is de Elzenhagen
Toplocatie
inmiddels
wel grotendeels ontwikkeld.
Betrokken raken Evert was al eerder met de M1 toren bezig: visievorming, contracten en initiatieven. Projectmanager Thyrza Hoorn van Syntrus Achmea kwam er in de ontwerpfase bij. “Ik schoof aan bij een ontwerpteam met onder meer de architect, een kostendeskundige en de constructeur.” Thyrza is verantwoordelijk voor de ontwerpfase en de kwaliteitscontrole namens de klant. Ze zorgt voor een goed product, nauw samenwerkend met de uitvoerder van De Nijs, René Hoegee. Camiel: “Voor De Nijs begon het met de Europese aanbesteding van Community Center Noord. Die wonnen we. Als goed ontwikkelaar heb je contact met je buren, dus er was overleg met CZAN. Wij boden aan om vast wat voorzieningen te treffen. De school en de toren zijn tenslotte sterk met elkaar verbonden projecten; ook in letterlijke zin.” Met de directie van De Nijs werd Camiel uitgenodigd bij AM - partner in CZAN - te komen praten. “Ze legden het ontwerp van M1 uit en vroegen of we daarmee binnen een specifiek budget zodanig konden bouwen dat de gemeente haar goedkeuring zou verlenen.”
Ondernemend ontzorgen De Nijs Projectontwikkeling ging akkoord met turnkey oplevering van de M1 toren: Syntrus Achmea neemt namens Pensioenfonds Wonen een compleet, gereed gebouw af. “Voor ons een zorg minder”, zegt Thyrza. “Het heeft lang geduurd. Eerder zekerheid was fijner geweest.” Evert knikt. “We hebben ervaren hoeveel het uitmaakt of je met een ambtelijke organisatie te maken hebt of met een ondernemende partner als De Nijs.” René Hoegee werd voor Thyrza het aanspreekpunt. “Die garantie geven we alle opdrachtgevers”, aldus Camiel. “Eén aanspreekpunt voor dagelijkse zaken en zo min mogelijk schijven als het om ingewikkelder problemen gaat.” B o u w b e d r i j f M . J . D e N i j s En Z o n e n B v
SO C I A A L J A A RVERS L A G 2 0 1 3
28
29
Eerst denken, dan doen Dergelijke problemen voorkom je door in het voortraject alle nodige discussies te voeren. “Dan is het opgelost vóór de start bouw en kun je tijdens de uitvoeringsfase gewoon doorwerken. Dat is onze visie op samenwerken en communiceren: problemen op tafel, alles is bespreekbaar. Steeds in goed overleg.” Zo kost het veel minder tijd en energie, beaamt Evert. “Het meeste doe je in één keer goed. Voor ons belangrijk, want alles wat voorafgaat aan de oplevering en betaling van de huurpenningen is voor onze klant niet interessant. Wél risicovol. Dus als er een goed, betrouwbaar team zit, kunnen we snel verder.”
LEANing forward Het project bevindt zich nu in de uitvoeringsfase. René Hoegee zit daar namens De Nijs bovenop en Thyrza Hoorn namens Syntrus Achmea. René: “We komen weinig problemen tegen, geen open vragen. Korte bouwvergaderingen, alles dankzij goede voorbereiding.” De Nijs heeft besloten M1 als pilotproject in te zetten voor LEAN management. “Door de stagnatie in de ontwikkeling vielen er wat achterstanden in te halen”, vertelt René. Hij geeft toe dat hij in eerste instantie nogal sceptisch was over LEAN. “Het is nogal wat om de onderaannemers zo veel eigen verantwoordelijkheid te geven. Maar het heeft gewerkt; een groot deel van de achterstanden is al ingehaald.”
Samen slimmer en sneller Hoe werkt LEAN in de praktijk? René kan het ons vertellen: “Eerst overlegden we wat we wilden gaan doen. Vervolgens bepaalden we wat mogelijk was en vulden gezamenlijk de planning in. Iedereen is betrokken bij het proces, mag meedenken.” Camiel heeft dat ook ervaren. “Dan ben je allemaal bereid net een stapje harder te werken, elkaar te ondersteunen. Je hebt plezier in het gezamenlijk snel en goed nemen van hobbels. Soms help je elkaar als de schouders eronder moeten. Dat is slim en proactief acteren.”
‘Groot deel startachterstand is al ingehaald!’
Vóór LEAN was René aan het coachen en sussen tussen vier partijen. “Nu is er harmonie, motivatie en betrokkenheid.” Daar leert De Nijs iets wezenlijks van, denkt hij: “Het brengt meer efficiency want de planning kan korter en de kosten lager. Deze werkwijze vergroot onze kans op mooie, nieuwe opdrachten!”
Elkaar scherp houden Evert heeft al eerder ervaren dat bouwers graag binnen een eigen budget verantwoordelijk zijn. “Ze vinden het vaak prettig om ’t zelf uit te zoeken. En op deze manier – met vermindering van risico’s in de planvoorbereiding – kunnen we met veel vertrouwen een project eerder uit handen geven.” Woningcorporatie Ymere onderhoudt ook contact, maar Thyrza is er vaker. “Nu om de week en mijn kwaliteitscontroleur komt wekelijks. Je weet welke kwaliteit je wilt en als er iets is, kun je meteen samen ingrijpen.” Iedereen bij De Nijs kent Thyrza, zegt René. “Jullie aanwezigheid draagt bij aan de eindkwaliteit. We houden elkaar scherp. Voor de samenwerking en het eindresultaat is dat alleen maar goed.”
B o u w b e d r i j f M . J . D e N i j s En Z o n e n B v
S O C I A A L J A A RVER S L A G 2 0 1 3
30
31
Peter Blaauwboer, directeur Taqa Theater De Vest Alkmaar
open. We vroegen dus veel van onze bouwpartner: tijdens de bouwvak werken en heel veel maken in korte tijd. Ik raakte onder de indruk van de ijzeren planningsdisipline bij De Nijs. Altijd de juiste mensen op het juiste moment op de juiste plaats. Een ingewikkeld proces wat ze tot in de puntjes beheersen! “ Tijdens die zomermaanden werd onder meer gewerkt aan het moderniseren van de grote zaal. “Theateropvattingen zijn in 35 jaar rigoureus veranderd. De benodigde beenruimte ook.” De foyers werden heringericht, er werd een omloop aangebracht rond de bovenzaal, kantoorvoorzieningen kregen een open structuur met meer flexplekken en de vergadervleugel werd ingrijpend opgeknapt. Er kwam een nieuwe artiestenfoyer, centraal gelegen in het gebouw. “Wat De Nijs ook goed kan is afspraken maken en nakomen, want op 4 oktober was alles klaar. Geen dag eerder of later. Als buitenstaander zie je dáár het vakmanschap aan af. Pas later zag ik dat ze ook nog eens kwaliteit hadden geleverd.”
‘Onder de indruk van de strakke planning’
Genoegen -> kwaliteit
Het hart van theater De Vest wordt gevormd door twee theaterzalen. Een grote met 700 stoelen en een kleine met vlakke vloer, die plaats biedt aan 280 bezoekers. Die kijken naar toneel, moderne en klassieke dans of ze bezoeken bijvoorbeeld het ‘peuterfestival’ of de ouderenmatinee. De Vest is er voor heel Alkmaar, aldus directeur Peter Blaauboer. Met een divers aanbod voor diverse publieksdoelgroepen.
Het is altijd afwachten of een nieuwe theaterzaal ‘werkt’. Er moet contact zijn tussen artiesten en publiek om krachtig theater te brengen. Deze zaal werkt prima, vertelt Peter. “Alle 700 stoelen staan goed op het toneel gericht, als een soort schelp. We krijgen nog steeds positieve reacties van de artiesten: dat ze blij zijn met hoe ze het publiek weten te bereiken. Dat de lach ‘direct terugkomt’ en dat ze de nuances kunnen horen in de reacties van het publiek. Zo maak je samen – artiest en publiek – de voorstelling bijzonder.” Want als een artiest genoegen beleeft aan zijn ambacht, is dat goed voor de kwaliteit van zijn werk. “Dat zal voor een timmerman of metselaar niet anders zijn.”
Gevarieerd aanbod “Naast de reguliere voorstellingen organiseren we cultuureducatie: voorstellingen voor basis- en vervolgonderwijs met als randaanbod inleidingen, nabesprekingen, thema-avonden en dergelijke.” Iedere zomer is De Vest gesloten. “Dan organiseren we buiten op het plein een Zomerfestival met een laagdrempelig aanbod voor Alkmaarders en toeristen. Nu alleen nog ‘Zomer op ’t Plein’, maar we breiden in 2014 uit met ‘Zomer in de Mare’.”
B2B
Alkmaar is een flinke provinciestad. Toch staat er maar één echt theater: De Vest. Dat theater moest worden aangepast aan de moderne theateropvattingen en aan de groeiende interesse van het bedrijfsleven voor congrescentra met een culturele touch.
Van groeiend belang is de ‘Business to business’-functie. Het centraal gelegen theater is een populaire plek voor congressen, vergaderingen, feesten en partijen. Vooral voor de zakelijke markt. Bij de verbouwing is ook aan de vergadervleugel veel aandacht besteed. Een en ander wordt ondersteund vanuit het stijlvolle café-restaurant, ook geopend voor theaterpubliek en passanten. Theater De Vest werd opgeleverd in 1978. De eerste ingrijpende aanpassingen vonden al plaats in 2000. “Toen werd een vlakke vloerzaal gemaakt. In 2004 is de trekwandinstallatie vervangen door een professionele hijsinstallatie. Uiteindelijk vond in 2013 een grondige renovatie plaats. Nu kunnen we weer 15 jaar mee!”
Vol overtuiging
‘Genoegen in je ambacht is goed voor de kwaliteit van je werk’
Bij de officiële heropening van het theater in oktober sprak Peter zijn waardering uit voor de medewerkers van De Nijs. “Ik maakte afspraken met de directie. Die werden op de werkvloer waargemaakt. Doelgericht. Van die professionaliteit heb ik genoten. Ik heb gezien hoe mensen het uiterste van zichzelf gaven om voor ons het afgesprokene tot stand te brengen. Ook medewerkers in de voorbereiding en de uitvoering. Er is fors doorgewerkt. Niets dan respect!” Je proeft bij veel mensen de regionale trots. ”Het is ook een beetje hún theater. Ik denk dat die insteek bij De Nijs hoort. Het versterkt het ambachtelijke gevoel. Dan maak je iets met volle overtuiging.”
Weerloos Voor De Nijs begon dit project heel anders. Peter neemt ons een paar jaar mee terug in de tijd: “Bij de Nieuwe Doelen zou een nieuw cultuurgebouw verrijzen. Yxie, naar een gedicht van de Alkmaarse kunstduizendpoot Lucebert. Diens gedachtengoed en een deel van de collectie zouden een plek krijgen in zijn geboortestad. Met filmhuis, kleine theatervoorziening en belangrijke horecapoot.” De architect was geselecteerd, het ontwerp klaar en de aanbesteding werd gewonnen door bouwbedrijf De Nijs. Toen bleek het gelijk van Lucebert: alles van waarde is weerloos. De prestigieuze opdracht, passend bij De Nijs, ging niet door. “De bouwer vatte het sportief op, maar verwachtte op den duur wel vervangend werk. Dat kwam toen besloten werd De Vest te renoveren.”
IJzeren discipline Kenmerkend voor het project was het krappe tijdschema. De renovatie vond plaats rond de zomersluiting. “We begonnen in mei en gingen vier oktober weer B o u w b e d r i j f M . J . D e N i j s En Z o n e n B v
S O C I A A L J A A RVER S L A G 2 0 1 3
32
33
terug in de lengte van de dienstverbanden bij De Nijs en bijvoorbeeld in het lage ziekteverzuim. “
Jos jonkman, cordares
‘Werknemers in familiebedrijven delen een loyale mentaliteit’
“We doen geen werving en selectie: we leveren de kersen op de taart.”
Flexibele inzet Ook bij zijn afscheid in september 2013 kreeg Jos speciale aandacht van De Nijs. Hij nam ruim de tijd om zijn opvolger in te werken en verkende intussen zelf de markt, want stilzitten is er voor Jos niet bij. “Ik heb 45 jaar gewerkt bij de club. Dan kruip je niet achter de geraniums.” Jos heeft nog steeds een verbintenis met Cordares (nu APG groep) via de SWAP; Samen Werken Aan Projecten in de Derde Wereld. Verder zorgt hij - samen met een compagnon – vanuit Arcoflex BV voor flexibele inzet van hoogopgeleid UTA-personeel in en buiten Nederland: detachering, payrolling, financieel en administratief advies.
Relatie belangrijk Arcoflex doet niet aan werving en selectie. Ze bemiddelen alleen professionals die ze van relaties krijgen toegeschoven. “Vaak zijn het heel sterke krachten die bij reorganisaties wegmoeten vanwege het ‘afspiegelingsprincipe’. Dat is snijden in goed vlees. Wij proberen deze mensen te herplaatsen, zodat ze behouden blijven voor de bouwnijverheid. Zij kunnen ook voor andere bedrijven de kersen op de taart zijn.“ Huur je iemand in en je wilt hem of haar later in vaste dienst, dan kom je er met Arcoflex financieel wel uit: “Wij gaan immers voor de relatie en wat die op den duur oplevert. Zo denken ze ook bij De Nijs. De lange termijn is minstens zo belangrijk als de omzet van vandaag.”
Of hij wil of niet; afscheid nemen van De Nijs valt Jos Jonkman moeilijk. Lange tijd
vertegenwoordigde
hij Cordares – tot 2002 het Sociaal Fonds Bouwnijverheid (SFB) – bij ons bedrijf. In 2013 ging hij met pensioen, maar hij wordt nog regelmatig gesignaleerd.
Lengte en breedte Aanspreekpunt Eind tachtiger jaren kwam Jos als inspecteur van het SFB in aanraking met De Nijs. In september 1994 werd een team opgericht van 11 adviseurs, verdeeld over het land. Die waren vanuit de regiokantoren - dicht bij hun relaties - aanspreekpunt voor de grote werkgevers over alles wat te maken had met de SFB Groep en de daaronder resulterende werkmaatschappijen. Senior adviseur Jonkman hield De Nijs als key-account onder zijn hoede. “Ik kwam een paar keer per jaar in Warmenhuizen. Meestal sprak ik met Winfred de Nijs en Rob Klappe.”
Koning Klant Jos gaf, naast het management van zijn ‘eigen’ relaties, leiding aan een aantal relatiebeheerders van SFB. In 2002 veranderde het landschap van de bedrijfsverenigingen rigoureus door de oprichting van het UWV. Jos stapte met een achttal anderen over naar Cordares. Hij ging de ‘top 10’ doen: “BAM, Ballast Nedam, Dura Vermeer en dergelijke. En een paar zelf geselecteerde bedrijven, waaronder bouwbedrijf De Nijs.” Later wilde Jos bij het jubileum van ESPEQ een van zijn teamleden voorstellen als nieuwe relatiemanager aan Winfred de Nijs. “Dat liep anders. Winfred zei: ‘Ik dacht het toch van niet. Jij blijft tot je laatste werkdag bij en voor ons.’ Niets persoonlijks naar mijn collega, maar Winfred wilde dat ik het bleef doen.” De klant is koning. “Met plezier heb ik Cordares bij De Nijs vertegenwoordigd tot mijn pensioen.”
En die lange termijn is in goede handen, aldus Jonkman. Niet alleen door de actieve inzet voor opleidingen. “Er is ook oog voor vernieuwing: eigentijds projectmanagement, inzet van nieuwe technieken voor het voorbereidingsproces en maatschappelijk verantwoord ondernemen.” Jos maakte al kennis met het nieuwe directielid Daniëlle de Nijs, in het kader van Publiek Private Samenwerkingsprojecten. “Dat speelt nu vooral nog bij de hele grote aannemers, maar bedrijven als De Nijs zullen er ook meer en meer mee te maken krijgen. Een interessante markt!” Hij roemt de brede aanpak en de manier waarop toekomstige certificaathouders met alle facetten van de bouw kennis maken via de ‘De Nijs Academy’. “Bouwteams, eigen ontwikkeling, openbare en onderhandse aanbestedingen, timmerfabriek, restauratie en renovatie, utiliteit, onderhoud… ze hebben alles in huis. Met opvallend weinig faalkosten en tijdverlies. Mede dankzij BIM, maar ook al zonder: door de instelling van de medewerkers en door gedegen voorbereiding.”
Loyaliteit Vier jaar geleden kreeg Jos vier bypasses. Er waren complicaties, eerst een longontsteking, later longemfyseem. En passant werd een melanoom op zijn been weggehaald. Een half jaar later was hij weer aan het werk. “Tijdens zo’n ziekteperiode leer je De Nijs pas goed kennen. Dan blijkt dat je veel meer dan een zakelijke relatie hebt. Typisch voor familiebedrijven. Er werken andere mensen, met een warmere mentaliteit. Trouwe medewerkers met passie voor vak en bedrijf. Klokkijkers en jobhoppers passen niet in die wereld. Dat zie je B o u w b e d r i j f M . J . D e N i j s En Z o n e n B v
SO C I A A L J A A RVERS L A G 2 0 1 3
35
34
Ieder ambacht moet je in theorie en praktijk leren vóór je jezelf vakman kunt noemen. Gemeente, opleiders en aannemers werken samen bij het scholen van kansarme Amsterdamse jongeren voor de bouwnijverheid. Jochem Leeuwerke
(Personeelszaken
De Nijs) ontmoet Giancarlo Carboni en Ezra Hendriks, respectievelijk
manager
en adviseur van Bureau Social Return (BSR) van de gemeente Amsterdam, opgericht in 2008.
Gemeente Amsterdam, Bureau Social Return
Uitstraling
‘De Nijs behandelt Social Return niet als bedreiging, maar als een kans’
“We proberen zoveel mogelijk de taal van de markt te spreken,” vult Ezra aan. “Gedeelde winst is daarbij essentieel, zonder de beleidskeuzes van de gemeente Amsterdam uit het oog te verliezen.’’ Er is interesse uit het hele land: Daniëlle de Nijs leidde afvaardigingen van de gemeenten Groningen, Haarlem en Heerlen rond op ‘De Hallen’ om te laten zien hoe het in praktijk werkt. “Jullie doen dit al langer. Wij zelf nog niet op deze manier.” Oude wijn in nieuwe zakken? De koppeling aan de opleidingen is niet nieuw, maar dit succes wel. Volgens Jochem maakt het ook uit hoe ondernemers naar de arbeidsmarkt kijken: “Natuurlijk kun je Social Return zien als bedreiging. Wij zien het als een kans. Want De Nijs wil continuïteit. Daarbij is toestroom van personeel essentieel. Timmerlieden en metselaars, MTS-ers en HTS-ers. Die moeten zes jaar eerder instromen dan ze zelfstandig aan het werk gaan. In het kader van Social Return doen we dat met een specifieke Amsterdamse doelgroep. Door die combinatie van gezamenlijke behoeften past het naadloos in ons MVO-beleid.”
“Wil je zaken doen met de Gemeente? Dan geef je iets terug met werkgelegenheid, stageplaatsen of arbeidstoeleiding”, vat Giancarlo samen. “Die benadering bleek te simpel. Aannemers boden tegen elkaar op met leerlingplekken en wij hadden onvoldoende geschikte kandidaten. Na evaluatie in 2010 zijn we ons gaan richten op professioneel opdrachtgeverschap. We verbreedden de doelgroep tot alle Amsterdammers met afstand tot de arbeidsmarkt, waaronder jongeren zonder startkwalificatie.” Samen met marktpartijen en brancheorganisaties is dit verder uitgebouwd tot het programma Social Return 2.0. “Daarin staat de afstand (nog) meer centraal, naast de vraag van de werkgever.” Nu berekent het bureau een bepaalde waarde per opdracht en overlegt met de leveranciers hoe zij die waarde teruggeven aan de stad. In expertise, in plekken of iets anders. “We proberen het samen optimaal te organiseren.“
Goede PR Giancarlo is blij met de aansprekende bouwlocaties van De Nijs. “Onze mensen zijn daadwerkelijk, zichtbaar, aan de slag. Iedereen ziet dat Social Return geen papieren tijger is. En de projecten waaraan ze werken – bijvoorbeeld De Hallen – hebben een positieve impact op de omgeving, de stad. Zo raakt uiteindelijk iedereen betrokken en enthousiast.” Dat is goede PR, vindt hij: “De consument wil dat je iets doet met duurzaamheid. Wil je concurreren in de moderne markt, dan ga je daar in mee. Ook met Social Return. De bottom line blijft tellen: geld verdienen. Maar dit leeft ook op een hoger abstractieniveau.” Dat moet ‘normaal’ worden en het moet niet blijven bij afspraken voor drie jaar, aldus Ezra. “We willen doorgaan. Een goede, blijvende onderlinge relatie is dus heel belangrijk.”
Opbouwende aanpak Die omslag bracht alles op gang. Giancarlo: “We analyseerden de markt en toetsten regelmatig bij onze samenwerkingspartners of we op de juiste route zaten. We presenteerden Social Return 2.0 tijdens de ledenvergadering van Bouwend Amsterdam. Dat was spitsroeden lopen, maar een paar ondernemers zagen de mogelijkheden. Onder hen Daniëlle De Nijs.” De betrokkenheid van opleidingsinstituten als BouwMensen Amsterdam bleek doorslaggevend. “De Nijs is een grote speler in de hoofdstad. BouwMensen zei: ga daar eens praten, wij gaan wel mee. We hebben toen de kaders gezamenlijk op een flip-over uitgetekend en ‘ingekleurd’ aan de hand van de wensen van alle partijen. Een glasheldere manier van werken.” Het gaat om verbinding op de langere termijn. En de ambitie samen oplossingen te vinden waarvan iedereen er beter wordt. “Dan is het aantrekkelijk om met elkaar in zee te gaan.”
Netwerken
‘Het gaat niet alleen om geven, er valt ook iets te halen’
“Wij zoeken bedrijven die met jonge Amsterdammers in zee willen”, vervolgt hij. “Dat wil niet iedereen. We zijn heel blij met jullie. Bij De Nijs maakt het niet uit waar de kandidaten wonen. Wel wat jullie met ze kúnnen. Er is veel ervaring met de doelgroep en jullie weten hoe je ze moet begeleiden.” Daarbij komt dat BouwMensen Amsterdam een voorselectie doet, zegt Jochem: “Dat verhoogt de slagingskans.” Alle partijen investeren vooral op de lange termijn. De Nijs en de opleiders in continuïteit en vakmanschap, de Gemeente in werkgelegenheid en opleiding voor de jeugd. De Nijs was één van de eerste bedrijven die positief betrokken raakten bij het Social Returnverhaal. “Die partners zijn onze ambassadeurs geworden”, zegt Giancarlo. “Ze helpen ons bij het opbouwen en benutten van een netwerk. Via hen komen we in contact met anderen. We hebben geleerd dat we niet altijd zelf hoeven te stoten; je kunt ook caramboleren.”
Menselijk aspect De broodnodige relatie met het bedrijfsleven is enorm verbeterd voor het Bureau Social Return. Pure winst, aldus Giancarlo. “Men begrijpt dat we niet alleen iets vragen; er valt ook iets te halen. De beste gesprekken heb je met familiebedrijven. De leiding daar heeft persoonlijke affiniteit met de medewerkers. Bij de grote bedrijven is meer afstand. Na dat eerste gesprek in Warmenhuizen reden we terug naar Amsterdam met het gevoel dat er iets ging gebeuren.”
B o u wb e d r ij f M . J . D e N ijs En Z on e n B v
SOCIAAL JAARVERSLAG 2013
36
37
Ondernemingsraad
‘Betrokkenheid is de grote kracht van ons bedrijf’
In
juni
2013
kozen
‘Iedereen moet doordrongen zijn van het belang van veiligheid en eenduidigheid.’
Veranderingen Een deel van het gevaar zit volgens Jan in veranderingen op de bouwplaats. “Bouwmethodieken ontwikkelen zich en dan moet iedereen gelijke tred houden.” Een probleem voor de toekomst is volgens Mark een groeiend aantal nietNederlandse medewerkers bij onderaannemers. “Niet de mensen zelf, maar wel een taalbarrière in combinatie met de oplopende werkdruk. Veel van deze vaklieden hebben heel andere bouwmethodieken geleerd dan wij.” Het belangrijkste vindt hij dat we samen de veiligheid moeten versterken. Daar is Sjaak het mee eens: “Eén misstap kan fataal zijn. Dat moet bij iedereen tussen de oren zitten. En dan nog blijft er altijd risico.” Soms lopen op een werk maar 10 procent eigen medewerkers, vult Peter aan. “Dan moet je heel heldere afspraken hebben en blijven investeren in de kwaliteit van de mensen die de bouwplaats op komen.” Nationaliteit maakt daarbij niet uit, denkt Sjaak. “Iedereen moet doordrongen zijn van het belang van veiligheid en eenduidigheid.”
de
medewerkers van De Nijs een
nieuwe
ren. Algemeen directeur Winfred De Nijs heeft daar onlangs indringend met ons over gesproken. Ook wij willen, waar het kan, de veiligheid optimaal waarborgen.” Dirk vertelt dat de directie een veiligheidscommissie in het leven heeft geroepen. “In die commissie zit geen OR-lid”, zegt Mark. “Dat hoeft ook niet, want het is een zeer goed samengestelde club. We gaan ervan uit dat ze hun bevindingen ook met ons zullen delen.”
onderne-
Ambacht
mingsraad. Peter Schilder
De nieuwe ploeg kon direct aan de bak. Wat waren de belangrijkste speerpunten in 2013?
OR-leden
Ook het ambacht verandert. Peter vindt het een prachtige combinatie: “Het huidige technologische niveau, gekoppeld aan bouwmethodieken van vroeger en nu.” Mensen leren het vak in theorie en praktijk, zegt Chris. “De Nijs ondersteunt allebei. Voor de continuïteit in de toekomst, maar ook uit pure betrokkenheid”. Mark: “Als je ambities hebt, krijg je hier kansen. Zo lang je maar bent als het bedrijf zelf: ambachtelijk en betrouwbaar. Doen wat je zegt en rustig beslissen, gedegen voorbereid.” Die voorbereiding is ook een ambacht geworden, vindt Dirk. “Altijd voorop lopen, maar nooit ergens zo maar induiken.” Ook bij het beleid rond Maatschappelijk Verantwoord Ondernemen is de OR zijdelings betrokken. “We denken mee op alle gebieden”, vertelt Sjaak. “We kijken er kritisch naar en hopen dat het een groot succes wordt. Want als je dit goed doet, wordt iedereen er sterker van!”
raadswerk groeien vóór hij
Sanctiebeleid
Naam
Functie
die taak op zich neemt.
“In het kader van veiligheid en gezondheid is overleg over sanctiebeleid”, vertelt Jan. “Het idee is dat medewerkers die een bouwplaatsregel overtreden, eerst gewaarschuwd worden. Bij een derde keer volgen sancties.” Volgens Mark moet dat beleid goed worden voorbereid. Dirk knikt: “We willen helderheid over waar de grens ligt en we willen op iedere bouwplaats hetzelfde regime.” En daarbuiten: “Als je bijvoorbeeld de werkplek rookvrij verklaart moet dat voor iedereen gelden”, vindt Sjaak. “Het beleid gaat ook over beperkt gebruik van smartphones op de bouwplaats. Als het afleidt, kan het gevaarlijke situaties veroorzaken.” Voor Peter is het vrij eenvoudig. “Ik verhuur mezelf acht uur per dag, dus ik gebruik die mobiele telefoon alleen voor privézaken wanneer dat nodig is. Facebook of een spelletje kan een andere keer.”
Chris Bakker Timmerman Sociaal beleid Jan Petter Reproductiemedewerker Cursusbeleid Peter Schilder Timmerman Voorzitter Dirk Smit Timmerman, werkbegeleider Leerlingen en leermeesters Mark Wulf Uitvoerder Secretaris Anja van de Zande Financieel medewerker Veiligheid, gezondheid en welzijn Sjaak van Zelm Kraanmachinist Arbo-commissie
werd voorzitter en Mark Wulf secretaris. Ook Chris Bakker trad toe tot de ondernemingsraad. Op den duur zal Mark de voorzittershamer
overnemen
van Peter, maar hij wil als nieuw OR-lid goed in het
Taak in OR
Bedankt!
In 2012 en 2013 organiseerde de ondernemingsraad een enquête onder de medewerkers. Jan vertelt dat de meeste punten die daar uit kwamen nog in behandeling zijn. “Werkdruk bijvoorbeeld, dat kwam ook uit andere onderzoeken naar voren.” Een ander punt is ‘orde en netheid’, aldus Peter: “Vooral op de bouwplaats, direct gekoppeld aan veiligheid.” Veiligheid is en blijft altijd een speerpunt, meent Sjaak. “Ondanks alle voorzorgen kunnen ongelukken gebeu-
De OR maakt van de gelegenheid gebruik om drie mensen te bedanken die afscheid namen: allereerst Ed van Roon na zes jaar ondernemingsraad en Arbocommissie. Dan Willem van Benschop na drie rondes als OR-voorzitter. En natuurlijk Thijs de Nijs, zegt Chris. “Thijs trad in 2013 terug als directielid. We zien hem gelukkig nog bijna alle dagen.” Thijs zal nooit helemaal loslaten, denkt Mark. ”Hij kent iedereen bij naam en is oprecht geïnteresseerd. Gelukkig bezit de huidige directie datzelfde talent.” Peter: “Dat waarderen we, zo gaan we met elkaar om. Ook met de vaste schil van onderaannemers.” Je spreekt dezelfde taal. Je gunt elkaar wat. En dan is het fijn werken. Met elkaar. Aan ambachtelijke hoogstandjes. Met genoegen.
B o u w b e d r i j f M . J . D e N i j s En Z o n e n B v
SO C I A A L J A A RVERS L A G 2 0 1 3
Enquête
38
39
peter schilder, Timmerman/OR-voorzitter, 25 jaar in dienst
‘Ik ben graag tot het eind betrokken bij een werk’ “Een paar jaar later stond ik te bouwen aan de plek waar ik in mijn diensttijd woonde: de Oranje Nassaukazerne in Amsterdam. Een prachtig werk, zoals wel meer in die 25 jaar. Bijvoorbeeld pakhuis ‘De Pelikaan’ tegenover het Scheepvaartmuseum. Of de Graansilo’s. Of het Olympisch Kwartier, het Conservatorium, de Hermitage...”
Samenstelling Jochem Leeuwerke en Rob Klappe Tekst Vooijs tekst & productie, Amsterdam, Bert Vooijs Ontwerp en realisatie Tirza Teule grafisch ontwerp, Alkmaar Drukwerk Drukkerij Aeroprint, Ouderkerk aan de Amstel Fotografie Rob Verhagen, Alkmaar
Zelfstandig werken Door de jaren heen werkte timmerman Peter onder verschillende uitvoerders. Vooral veel onder Willem van Benschop, zijn voorganger als OR-voorzitter. Als timmerman is Peter het liefst van het begin tot het eind betrokken bij een werk. “In ieder geval aan het eind vind ik het heerlijk om zelfstandig betrokken te zijn bij de oplevering. Dan kun je veel zelf oplossen en ben je bijna je eigen uitvoerder.” In de zomer van 1988 kwam Peter Schilder uit Militaire Dienst. Indertijd bestond er nog ‘dienstplicht’: bijna alle Nederlandse mannen dienden
ruim
een
jaar
van hun leven in het leger. Toen Peters ‘tour of duty’
Twee keer in OR De ondernemingsraad van M.J. de Nijs en Zonen BV is opgericht in 1999. Peter was bij die oprichting betrokken. Hij was secretaris en zat in de Arbocommissie. Enkele jaren geleden meldde hij zich voor een tweede termijn in de OR. “Je hoort niet alles, maar wel véél meer als je in de OR zit.” Afgelopen jaar werd Peter gekozen tot voorzitter. Daarmee volgt hij de eerder genoemde Willem van Benschop op die het voorzitterschap - net als daarvoor zijn broer Jos - lange tijd bekleedde. “Willem moest na drie termijnen als voorzitter stoppen. We hadden graag met hem door gewild, maar zo zijn de afspraken nu eenmaal.”
er op zat, kwam hij al snel
Gezamenlijke taak
- via een klusje bij een ken-
Het is een flinke verantwoordelijkheid, maar: “Zeker als we in rustig vaarwater blijven, komt het wel goed. Gelukkig heb ik veel feedback van bijvoorbeeld onze secretaris Mark Wulf. Bovendien werk ik met Dirk Smit op dezelfde klus en de rest denkt natuurlijk ook mee. Want je moet het met z’n allen doen.” Peter vindt De Nijs een fantastisch bedrijf om voor te werken. “Helder en eerlijk! Je wordt gehoord. Niet alleen als OR-lid, maar ook als individuele medewerker. We nemen elkaar hier serieus. Dat is een belangrijke basis!”
nis - in aanraking met Thijs de Nijs.
‘We nemen elkaar hier serieus: een belangrijke basis!’
B o u w b e d r i j f M . J . D e N i j s En Z o n e n B v
S O C I A A L J A A RVER S L A G 2 0 1 3
Bouwbedrijf M.J. de Nijs en Zonen BV, Oudewal 21, 1749 CA Warmenhuizen, Postbus 1, 1749 ZG Warmenhuizen Telefoon 0226 - 39 70 00,
[email protected], www.denijs.nl