SOCIAAL BEHOEFTEONDERZOEK Een rapport aan het OCMW Boortmeerbeek - 25 maart 2013
© GfK Significant 2012 | Sociaal behoefteonderzoek | 11 June 2013
1
Inleiding: Achtergrond en doelstellingen Onderzoeksmethode
© GfK Significant 2012 | Sociaal behoefteonderzoek | 11 June 2013
2
Achtergrond en doelstellingen Onderzoeksmethode
Achtergrond en doelstellingen
Onderzoeksmethode
Het onderzoek werd opgezet om gedetailleerde inzichten te verwerven in de noden en behoeften van de inwoners van Boortmeerbeek inzake het sociaal beleid.
Een papieren vragenlijst werd uitgestuurd naar een representatief staal van inwoners van Boortmeerbeek 15-75 jaar.
Het onderzoek kadert in de procedure ‘Metingen van behoefte en tevredenheid’ en kan worden beschouwd als een nulmeting. Herhaling van het onderzoek om de 6 jaar moet de gemeente Boortmeerbeek in staat stellen om:
De steekproeftrekking gebeurde op basis van het bevolkingsregister - representatief op (gekruist): •
Geslacht
•
Leeftijd
•
Deelgemeente
de behoeften en de tevredenheid van de inwoners in kaart te brengen en op een continue basis te monitoren (algemeen en op het vlak van een aantal specifieke domeinen).
De respondent kon de vragenlijst ook online invullen.
lacunes en pijnpunten te detecteren.
In totaal werden N=398 (geldige) interviews gerealiseerd*.
trends en evoluties in kaart te brengen. de impact van projecten en acties op te volgen.
© GfK Significant 2012 | Sociaal behoefteonderzoek | 11 June 2013
Invultijd vragenlijst: ±30 minuten. Veldwerkperiode: 3/12/2012 tot 1/03/2013. *40 vragenlijsten werden ongeldig verklaard en uit de dataset gehaald. Deze vragenlijsten bevatten minder dan 75% van de antwoorden. 3
Responsoverzicht Geschatte respons 40% Reële respons 20% Mogelijke oorzaken: • Lengte vragenlijst (40 bladzijden). • Geen ondersteuning (logo) gemeente. 1e uitstuur
2e uitstuur
n= 1.200 uitgestuurd Periode: • 3 december 2012-4 februari 2013
n= 775 uitgestuurd Periode: • 5 februari-1 maart 2013
n= 240 geantwoord • Online: n=83 • Postaal: n=157
n= 158 geantwoord • Online: n=42 • Postaal: n=116
Totaal n= 398 geantwoord • Online: n=125 • Postaal: n=273 © GfK Significant 2012 | Sociaal behoefteonderzoek | 11 June 2013
4
Structuur van de vragenlijst De vragenlijst werd opgebouwd rond de volgende thema’s:
• Wonen • Opvang van kinderen/jongeren • Zorg en gezondheid •
Medisch
•
Hulp en ondersteuning huishoudelijke taken
•
Ouderenzorg
• Verenigingsleven
© GfK Significant 2012 | Sociaal behoefteonderzoek | 11 June 2013
5
Weging van de resultaten De resultaten werden (licht) gewogen om representatief te zijn voor de totale populatie van inwoners van Boortmeerbeek: Geslacht
Voor weging Na weging
Man
45%
50%
Vrouw
55%
50%
15-25 jaar
13%
16%
26-45 jaar
34%
32%
46-65 jaar
42%
39%
66+ jaar
10%
13%
Boortmeerbeek
43%
48%
Hever/Schiplaken
57%
52%
Leeftijd
Deelgemeente
De wegingsvariabelen werden daarbij onderling gekruist. De resultaten in de 2de kolom komen m.a.w. overeen met de reëele verdeling van de bevolking van Boortmeerbeek (op basis van het bevolkingsregister). Dit rapport bevat alleen de gewogen cijfers. *Tijdens de 2de uitstuur werd gecorrigeerd op basis van de respons na de eerste uitstuur. Subgroepen die ondervertegenwoordigd waren in de steekproef na de eerste uitstuur werden extra geboost tijdens de 2de uitstuur (ten nadele van subgroepen die oververtegenwoordigd waren). © GfK Significant 2012 | Sociaal behoefteonderzoek | 11 June 2013
6
Steekproefbeschrijving Socio-demografische gegevens Geslacht
Leeftijd 38% 34%
50%
50% 17% 12%
Beroep
Opleiding 11%
Loontrekkende: 51% 6%
22% 27%
43% 21% 8%
Basis: Allen, n=398 © GfK Significant 2012 | Sociaal behoefteonderzoek | 11 June 2013
Getallen in grijs geven de percentages voor heel Vlaanderen weer.
7
Steekproefbeschrijving Sociale status Sociale status Alleenstaanden worden meer gevonden in de leeftijdscategorieën 15-25 jaar (nog niet gehuwd of samenwonend) en 46-65 jaar (gescheiden).
12%
Samenwonend of inwonend bij ouders: 88%
Inwonende kinderen In de leeftijdscategorie 26-45 jaar heeft 75% inwonende kinderen. In de leeftijdscategorie 46-65 jaar heeft nog 40% inwonende kinderen.
Basis: Allen, n=398 © GfK Significant 2012 | Sociaal behoefteonderzoek | 11 June 2013
Getallen in grijs geven de percentages voor heel Vlaanderen weer.
8
Steekproefbeschrijving Deelgemeente en historiek Deelgemeente
Hoelang al in Boortmeerbeek woonachtig
= mediaan
Basis: Allen, n=398 © GfK Significant 2012 | Sociaal behoefteonderzoek | 11 June 2013
9
Steekproefbeschrijving Financiële situatie Netto maandinkomen Voor bijna de helft van de alleenstaanden (45%) ligt het netto maandinkomen op minder dan 1.600€ per maand.
= mediaan
Maandelijks gezinsbudget is... Inwoners van wie het maandelijks gezinsbugdet onvoldoende is zijn: -
vooral tussen 26 en 45 jaar oud (40%).
-
vooral woonachtig in Boortmeerbeek en Schiplaken (minder in Hever).
-
vaker gescheiden met kinderen.
-
minder hooggeschoold (31%),
-
minder vaak werkzaam (50% werkt niet) en (als ze werkzaam zijn) vaker deeltijds werkend (38%),
-
vaker invalide (25%) of werkzoekend (15%),
Basis: Allen, n=398 © GfK Significant 2012 | Sociaal behoefteonderzoek | 11 June 2013
10
Evaluatie van het sociaal beleid Algemeen
© GfK Significant 2012 | Sociaal behoefteonderzoek | 11 June 2013
11
Gepercipieerd belang van verschillende thema’s Vooral basisgezondheidszorg en opvang van specifieke doelgroepen (kinderen en jongeren / ouderen) worden als belangrijke sociale thema’s beschouwd - en in iets mindere mate ook een degelijke woning en toegang tot hulp bij huishoudelijke taken. Juridische ondersteuning/bijstand en vooral toegang tot cultuur en vrije tijd worden (relatief gezien) dan weer als minder belangrijke sociale actiepunten gezien.
BOTTOM 2
TOP 2 Toegang tot de opvang van kinderen wordt als een groter actiepunt beschouwd door inwoners met kinderen (96%). Over het algemeen zijn er voor de rest weinig verschillen tussen de geanalyseerde subgroepen.
Basis: Allen, n=398 © GfK Significant 2012 | Sociaal behoefteonderzoek | 11 June 2013
12
Evaluatie sociaal beleid Algemeen vindt de overgrote meerderheid van de inwoners dat er in Boortmeerbeek eerder voldoende inspanningen worden gedaan op het vlak van sociaal beleid. Dit geldt voor de verschillende deelaspecten. Enkel omtrent de gepercipieerde toegang tot juridische ondersteuning/bijstand en omtrent woongelegenheid vindt ±1 op 5 inwoners dat het sociaal beleid ontoereikend is. BOTTOM 2
TOP 2 Van de inwoners met een onvoldoende inkomen vindt 1 op 4 dat er onvoldoende sociale inspanningen worden gedaan. Bij alleenstaanden is dit cijfer niet significant hoger (15%).
In Boortmeerbeek worden er voldoende inspanningen gedaan om te zorgen dat alle inwoners... Toegang cultuur en vrije tijd: scoort lager bij 15-25 jarigen (20% NA) en bij alleenstaanden (18% NA). Opvangmogelijkheden kinderen/jongeren: scoort lager bij inwoners met kinderen tussen 0-2 jaar (26% NA). Hulp bij hh taken: scoort hoger bij 66+ ers (92% A) en lager bij alleenstaanden (25% NA).
Toegang tot diensten voor ouderen: scoort hoger bij 66+ ers (96% A). Toegang tot juridische diensten: scoort lager bij 15-25 jarigen (45% NA). Toegang tot een behoorlijke woning: scoort lager bij alleenstaanden (28% NA) en mensen met een onvoldoende inkomen (30% NA).
Basis: Allen, n=398 © GfK Significant 2012 | Sociaal behoefteonderzoek | 11 June 2013
13
Perceptie van het takenpakket van het sociaal beleid De onderstaande grafiek toont de correlatie (het verband of de samenhang) tussen: - enerzijds de mate waarin een inwoner vindt dat er in Boortmeerbeek voldoende inspanningen worden gedaan op het vlak van elk afzonderlijk thema - en anderzijds zijn of haar perceptie dat er voldoende inspanningen worden gedaan op het vlak van sociaal beleid in het algemeen. Een correlatie ligt altijd tussen 0 en 1 - hoe dichter bij 1 de correlatie des te sterker het verband. Vanaf ±0.40 à 0.45 spreken we van een eerder sterke correlatie of samenhang. Op deze manier kunnen we afleiden welke van de sociale thema’s voor de inwoners van Boortmeerbeek deel uitmaken van het sociaal beleid van de gemeente (en welke niet of minder). Zo wordt het duidelijk dat de (gepercipieerde) kerntaken van het OCMW voornamelijk liggen op wonen en ouderenzorg (en in mindere mate ook op hulp bij huishoudelijke taken). Opvallend hierbij is dat vooral cultuur en (voornamelijk) basisgezondheidszorg in het hoofd van de inwoners geen deel uitmaken van het sociaal beleid of de taken van het OCMW. De reden hierachter lijkt echter verschillend: cultuur wordt duidelijk niet als een belangrijk sociaal thema (of basisbehoefte) beschouwd - terwijl de behoeften op het vlak van basisgezondheidszorg volgens de inwoners al voldoende gecovered worden. Hieruit blijkt reeds dat een belangrijk actiepunt naar de toekomst eruit zal bestaan de inwoners correct te informeren over het takenpakket van het sociaal beleid en over de bredere inhoud ervan. behoorlijk wonen
0,51
toegang tot diensten voor ouderen
0,47
hulp en ondersteuning bij huishoudelijke taken
0,44
toegang tot juridische ondersteuning en bijstand
0,42
toegang tot opvang van kinderen en jongeren
0,41
toegang tot cultuur, vrije tijdsbesteding en verenigingen toegang tot basisgezondheidszorg
© GfK Significant 2012 | Sociaal behoefteonderzoek | 11 June 2013
0,36 0,33
14
Prioriteitenkaart Er is duidelijk nog ruimte voor verbetering op het vlak van de gepercipieerde kerntaken van het sociaal beleid (voornamelijk wonen).
Uitbouwen: Hoge correlatie & hoge score
Bewaken: Beperkte corr. & lage score
Vasthouden: Beperkte correlatie
Impact op de perceptie dat het sociaal beleid goed functioneert
Verbeteren: Hoge correlatie & lage score
Perceptie dat er voldoende inspanningen worden © GfK Significant 2012 | Sociaal behoefteonderzoek | 11 June 2013 gedaan op dit vlak (% helemaal akkoord)
Basis: Allen, n=398
17
Evaluatie van het sociaal beleid in het algemeen Conclusies: Perceptie van belangrijke sociale thema’s of basisbehoeften De resultaten tonen aan dat voor de inwoners van Boortmeerbeek de belangrijkste sociale thema’s of basisbehoeften de volgende zijn (in deze volgorde):
Toegang tot basisgezondheidszorg
Toegang tot opvang van specifieke doelgroepen (kinderen/jongeren en ouderen)
Het recht op een behoorlijke woning
Toegang tot huishoudelijke hulp
Juridische bijstand en cultuur worden duidelijk veel minder als een (belangrijk) sociaal thema gezien.
© GfK Significant 2012 | Sociaal behoefteonderzoek | 11 June 2013
18
Evaluatie van het sociaal beleid in het algemeen Conclusies: Perceptie van de kerntaken van het sociaal beleid De belangrijkste (gepercipieerde) taken van het sociaal beleid in Boortmeerbeek liggen op het vlak van:
Wonen
Toegang tot ouderenzorg
Hulp en ondersteuning bij het huishouden
en in mindere mate ook op het vlak van:
Toegang tot juridische ondersteuning
Toegang tot opvang van kinderen en jongeren
Een opvallende vaststelling is m.a.w. dat basisgezondheidszorg (ook al is het het belangrijkste sociale thema) niet als één van de kerntaken van het sociaal beleid wordt beschouwd. De reden hierachter kan worden gezocht en gevonden in de bestaande perceptie dat alle inwoners zowieso reeds voldoende toegang hebben tot basisgezondheidszorg, waardoor deze behoefte vervalt. Of deze perceptie al dan niet terecht is, zal blijken uit het vervolg van dit document.
Ook cultuur wordt duidelijk niet beschouwd als een kerntaak van het sociaal beleid en van het OCMW. De reden is hier echter verschillend: cultuur wordt niet gezien als een belangrijk sociaal thema (lees: als een basisbehoefte van de mens). Deze bevindingen wijzen al aan dat er bij (een deel) van de inwoners een foutief beeld bestaat over de inhoud van het sociaal beleid en de taken en verantwoordelijkheden ervan. © GfK Significant 2012 | Sociaal behoefteonderzoek | 11 June 2013
19
Wonen
© GfK Significant 2012 | Sociaal behoefteonderzoek | 11 June 2013
20
Algemene gegevens huidige woning Type woning - eigenaar/huurder - maandelijkse kosten Bijna alle (bevraagde) inwoners wonen in een open of halfopen bebouwing. Het grootste deel van de steekproef is ook eigenaar van zijn woning. De maandelijkse kosten voor lening of huur bedragen 500 à 1.000€ per maand.
Type woning
Maandelijkse kosten
Eigenaar of huurder
Alleenstaanden (23%) en inwoners met een onvoldoende inkomen (18%) zijn vaker huurder van hun woning. Alleenstaanden betalen gemiddeld een minder groot bedrag per maand voor hun lening of huur.
Basis: Allen, n=398 © GfK Significant 2012 | Sociaal behoefteonderzoek | 11 June 2013
21
Evaluatie sociaal beleid De evaluatie van het sociaal beleid op het vlak van wonen laat nog veel ruimte voor verbetering zien op het vlak van informatie en aanbod. Een substantieel deel van de inwoners (±1 op 5) geeft ook aan moeite te hebben met de maandelijkse afbetaling van de woning of met werken die zich opdringen aan de woning. Dit laatste is nog sterker het geval bij alleenstaanden en bij inwoners van wie het inkomen onvoldoende is om rond te komen (13% van de BOTTOM 2 TOP 2 inwoners).
Alleenstaanden zijn het er minder mee eens dat:
In Boortmeerbeek...
-
er voldoende woningen zijn voor alle gezinstypes (58% NA)
-
er voldoende premies zijn (62% NA).
Bij 46% van de alleenstaanden laat de financiële situatie het niet toe om makkelijk de maandelijkse huur/lening af te betalen. 44% van de alleenstaanden zegt moeilijkheden te hebben zijn of haar woning gemakkelijk te onderhouden en herstellen indien nodig. Inwoners van wie het inkomen onvoldoende is vinden dat er onvoldoende premies zijn (69%). De financiële situatie laat voor 55% van deze inwoners niet toe de huur of lening gemakkelijk af te betalen en de woning te onderhouden en herstellen.
Basis: Allen, n=398 © GfK Significant 2012 | Sociaal behoefteonderzoek | 11 June 2013
22
Prioriteitenkaart Op de totale steekproef bekeken liggen de prioriteiten voornamelijk op het aanbod van voldoende kwaliteitsvolle en betaalbare woningen (te koop of te huur).
Uitbouwen: Hoge correlatie & hoge score
Bewaken: Beperkte corr. & lage score
Vasthouden: Beperkte correlatie
Impact op de algemene perceptie dat er voldoende inspanningen worden gedaan rond wonen
Verbeteren: Hoge correlatie & lage score
Perceptie dat er voldoende inspanningen worden gedaan op dit vlak (% akkoord) © GfK Significant 2012 | Sociaal behoefteonderzoek | 11 June 2013
Basis: Allen, n=398
23
Tevredenheid ivm huidige woning Tevredenheid - Nood aan renovaties Het gros van de inwoners van Boortmeerbeek is wel degelijk tevreden over zijn of haar woning. Alleenstaanden en inwoners met een onvoldoende inkomen blijken ook hier weer de meest kwetsbare groep. De tevredenheid ligt bij hen lager dan bij de andere inwonersgroepen. Bovendien stellen we vast dat net bij deze groepen de noodzaak van grote renovaties en/of aanpassingen in de nabije toekomst zich opdringt.
Hoe tevreden bent u over uw woning...
BOTTOM 2
TOP 2
Inwoners met een onvoldoende inkomen en/of alleenstaanden zijn minder tevreden over hun woning: - Inwoners met onvoldoende inkomen: 12% algemeen - 11% op het vlak van grootte - 12% op het vlak van comfort. - Alleenstaanden: 12% algemeen - 16% op het vlak van grootte - 10% op het vlak van comfort.
Bij deze subgroepen moeten er ook vaker renovaties gebeuren binnen de komende 5 jaar (64% bij inwoners met onvoldoende inkomen en 58% bij alleenstaanden).
Basis: Allen, n=398 © GfK Significant 2012 | Sociaal behoefteonderzoek | 11 June 2013
24
Behoefte aan sociale oplossingen De behoefte aan sociale woonoplossingen lijkt eerder gematigd. We zien echter opnieuw bij de meest kwetsbare groep van alleenstaanden en vooral inwoners met een onvoldoende inkomen dat de behoefte hier sterk toeneemt. Een eerder grote groep van de inwoners van Boortmeerbeek geeft dan weer aan wel degelijk behoefte te hebben aan premies of subsidies voor bouwen of verbouwen. Ook de geteste diensten scoren positief en kunnen rekenen op een grote interesse in de bredere laag van de inwoners.
BOTTOM 2
TOP 2 Vooral inwoners met een onvoldoende inkomen en/of alleenstaanden hebben meer nood aan sociale oplossingen op het vlak van wonen: Inwoners met een onvoldoende inkomen:
! n=330
-
Kopen sociale woning/bouwgrond: 27%
-
Huren sociale woning: 27%
-
Premies: 58%
-
Centraal punt / woonconsulent: 72%
-
Lening tegen lage rentevoet: 62%
Alleenstaanden: -
Kopen sociale woning/bouwgrond: 21%
-
Huren sociale woning: 16%
-
Premies: 60%
-
Centraal punt / woonconsulent: 58%
-
Lening tegen lage rentevoet: 61%
Algemeen neemt de behoefte aan sociale oplossingen op het vlak van wonen ook sterk af met de leeftijd van de respondent en is dit vooral een behoefte die zich manifesteert bij inwoners -46 jaar (zelfs bij 15-25 jarigen die nog thuiswonen - om financiële redenen ?).
Basis: Allen, n=398 © GfK Significant 2012 | Sociaal behoefteonderzoek | 11 June 2013
25
Bekendheid en gebruik van sociale oplossingen De bekendheid van sociale oplossingen op het vlak van wonen is eerder beperkt (vooral van het sociaal verhuurkantoor Social).
SOCiAL
Sociale huisvestingsmaatschappij Respondenten ingeschreven bij de sociale huisvestingsmaatschappij zijn eerder alleenstaand en hebben een inkomen dat onvoldoende is.
Premies/subsidies Opvallend is dat net inwoners met de grootste behoefte aan premies en subsidies minder op de hoogte zijn van het bestaan ervan:
Basis: Allen, n=398 © GfK Significant 2012 | Sociaal behoefteonderzoek | 11 June 2013
-
Onvoldoende inkomen: 23% ongekend
-
Alleenstaanden: 21% ongekend
Zij hebben ook minder vaak premies aangevraagd. 27
Toekomstige woonintentie in Boortmeerbeek Opvallend (en deels verontrustend) is dat in de jongste leeftijdsgroep 1 op 4 inwoners zegt binnen 5 à 10 jaar niet langer in Boortmeerbeek te zullen wonen.
BOTTOM 2
TOP 2
Van de jongste leeftijdsgroep 15-25 jaar zegt 24% binnen 5 à 10 jaar niet meer in Boortmeerbeek te willen/zullen wonen.
Basis: Allen, n=398 © GfK Significant 2012 | Sociaal behoefteonderzoek | 11 June 2013
28
Andere zaken i.v.m. wonen die nog nodig zijn in Boortmeerbeek Spontane commentaren
• Informatie i.v.m. premies/subsidies • Betaalbare woningen/sociale woningen voor jongeren, alleenstaanden (met of zonder kinderen), mindervaliden, senioren (serviceflats, kangoeroewoningen)… • Betaalbare bouwgronden • Rusthuis • Infrastructuur (wegen, voetpaden, fietspaden, riolering…) • Verkeersveiligheid • Energiebesparende maatregelen
Basis: Allen, n=398 © GfK Significant 2012 | Sociaal behoefteonderzoek | 11 June 2013
29
Evaluatie van het sociaal beleid op het vlak van wonen Conclusies Uit de resultaten blijkt dat er bij de inwoners van Boortmeerbeek wel degelijk een perceptie bestaat dat het sociaal woonbeleid hiaten bevat. Een meerderheid van de steekproef is van mening dat:
er onvoldoende betaalbare kwalitatieve woningen te koop (54%) en te huur (52%) zijn.
er onvoldoende premies zijn van overheidswege om wonen betaalbaar te maken en te houden (49%).
er onvoldoende sociale woningen zijn (46%).
Bovendien voelt het gros van de inwoners zich onvoldoende geïnformeerd op dit vlak (60%) en is het onduidelijk waar ze terecht kunnen met vragen (50%). 1 op 5 inwoners geeft ook aan moeite te hebben met het afbetalen van de woning of met het (laten) uitvoeren van grote herstellingswerken indien nodig. Deze cijfers nemen enkel toe wanneer we kijken naar de subgroep van inwoners van wie het inkomen onvoldoende is om gemakkelijk rond te komen - toch 14% van alle bevraagde inwoners. Daarentegen is de tevredenheid over de huidige woning eerder groot en is de expliciete behoefte aan sociale oplossingen (sociale woning of bouwgrond) eerder beperkt - behalve bij de risicogroep van inwoners met een onvoldoende inkomen en alleenstaanden. Er wordt daarentegen wel degelijk een behoefte uitgedrukt t.a.v. informatie op het vlak van wonen aan de ene kant en t.a.v. premies en subsidies voor renovaties en energiezuinige maatregelen aan de andere kant. Deze laatste behoefte kan duidelijk worden gelinkt aan de grootte van de subgroep die aangeeft dat grote werken of renovaties aan de eigen woning zich binnen de komende 5 jaar aandienen. © GfK Significant 2012 | Sociaal behoefteonderzoek | 11 June 2013
30
Opvang van kinderen en jongeren
© GfK Significant 2012 | Sociaal behoefteonderzoek | 11 June 2013
31
Evaluatie aanbod aan opvangmogelijkheden Algemeen kunnen we het aanbod van de opvangmogelijkheden als eerder positief beschouwen. Voor kinderen van de kleuter- en lagere school zijn er duidelijk voldoende opvangmogelijkheden. Enkel op het vlak van kinderen die nog niet naar school gaan stellen we vast dat de opvangmogelijkheden voor een deel van de steekproef niet voldoet. Voor kinderen van middelbare schoolleeftijd en zieke kinderen zijn de opvangmogelijkheden ruim onvoldoende doch de cijfers op de volgende slides tonen duidelijk dat die minder belangrijk of noodzakelijk zijn. BOTTOM 2
TOP 2 De opvangmogelijkheden van kinderen/jongeren in het algemeen worden minder positief onthaald bij inwoners met kinderen tussen 0-2 jaar (26% NA).
In Boortmeerbeek worden er voldoende inspanningen gedaan op het vlak van...
Inwoners met kinderen tussen 0 en 6 jaar zijn het er minder vaak mee eens dat er voldoende opvangmogelijkheden zijn voor kinderen 0-3 jaar (57% NA bij inwoners met kinderen 0-2 jaar en 44% NA bij inwoners met kinderen 3-6 jaar).
Basis: Met kids, n=175 © GfK Significant 2012 | Sociaal behoefteonderzoek | 11 June 2013
32
Prioriteitenkaart
Uitbouwen: Hoge correlatie & hoge score
Bewaken: Beperkte corr. & lage score
Vasthouden: Beperkte correlatie
Impact op de algemene perceptie dat er voldoende inspanningen worden gedaan rond opvang
Verbeteren: Hoge correlatie & lage score
Perceptie dat er voldoende inspanningen worden gedaan op dit vlak (% akkoord) © GfK Significant 2012 | Sociaal behoefteonderzoek | 11 June 2013
Basis: Met kids, n=175
33
Evaluatie opvangmogelijkheden Algemeen zien de inwoners van Boortmeerbeek weinig problemen op het vlak van bereikbaarheid van scholen en opvangmogelijkheden. Ook de betaalbaarheid scoort eerder goed. Het aanbod aan ontmoetingsinitiatieven laat dan weer wel meer te wensen over. Tevens is het duidelijk dat er nood is aan meer informatie rond kinderopvang. BOTTOM 2
TOP 2
In (de omgeving van) Boortmeerbeek...
Vooral inwoners met heel jonge kinderen reageren minder positief op het vlak van opvangmogelijkheden. Zij vinden meer dan de andere inwoners (met kinderen) dat: -
de opvangmogelijkheden niet gemakkelijk bereikbaar zijn (23% NA bij inwoners met kinderen 0-2 jaar).
-
betaalbaar zijn (33% NA bij inwoners met kinderen 0-2 jaar).
-
flexibel zijn op het vlak van uren (30% NA bij inwoners met kinderen 0-2 jaar).
-
er voldoende financiële tegemoetkomingen zijn (49% NA bij inwoners met kinderen 0-2 jaar).
-
er voldoende informatie wordt verschaft op het vlak van opvang (67% NA bij inwoners met kinderen 0-2 jaar).
-
het duidelijk is waar ze terecht kunnen met vragen (62% NA bij inwoners met kinderen 0-2 jaar en 57% NA bij inwoners met kinderen 3-6 jaar).
Basis: Met kids, n=175 © GfK Significant 2012 | Sociaal behoefteonderzoek | 11 June 2013
34
Prioriteitenkaart
Uitbouwen: Hoge correlatie & hoge score
Bewaken: Beperkte corr. & lage score
Vasthouden: Beperkte correlatie
Impact op de algemene perceptie dat er voldoende inspanningen worden gedaan rond opvang
Verbeteren: Hoge correlatie & lage score
Perceptie dat er voldoende inspanningen worden gedaan op dit vlak (% akkoord) © GfK Significant 2012 | Sociaal behoefteonderzoek | 11 June 2013
Basis: Met kids, n=175
35
Opvangwijze en organisatiegemak Kinderen die nog niet naar school gaan
De moeilijkst te organiseren oplossingen zijn een crèche buiten Boortmeerbeek (51% moeilijk te organiseren) - zelf thuis zijn (43%) - andere familieleden (43%). De crèche in Boortmeerbeek is het makkelijkst te organiseren als opvangmogelijkheid (86% gemakkelijk te organiseren). Maar let op: heel kleine sample sizes !
TOP 2 67%
BOTTOM 2 33% Basis: Met nog niet-schoolgaande kids, n=27 © GfK Significant 2012 | Sociaal behoefteonderzoek | 11 June 2013
36
Factoren die een rol spelen bij de schoolkeuze Kinderen die nog niet naar school gaan
Vanaf welke leeftijd naar school
Factoren bij keuze school
Basis: Met nog niet-schoolgaande kids, n=27 © GfK Significant 2012 | Sociaal behoefteonderzoek | 11 June 2013
37
Opvangwijze en organisatiegemak Kinderen kleuter- en lagere schoolleeftijd
Opvang voor of na school:
Opvang voor of na school
Opvang tijdens vakantieperiodes
Voor- en/of naschoolse opvang buiten de school wordt als het gemakkelijkst te organiseren ervaren (85% gemakkelijk). Opvang door andere familieleden blijkt het moeilijkst om te organiseren (79% moeilijk).
Opvang tijdens vakantieperiodes: Algemeen zijn alle opvangoplossingen tijdens de vakantieperiodes eerder moeilijk te organiseren voor 50 à 70% van de inwoners (behalve voor de ouders die zelf thuis zijn tijdens de schoolvakanties).
Basis: Met schoolgaande kids 3-12 jaar, n=85 © GfK Significant 2012 | Sociaal behoefteonderzoek | 11 June 2013
38
Bekendheid van en behoefte aan Ravot Kinderen kleuter- en lagere schoolleeftijd
Bekendheid Ravot
Gebruik Ravot
Vooral inwoners met kinderen tussen 3 en 6 jaar maken gebruik van Ravot. Alle inwoners die zeggen behoefte te hebben aan de diensten van Ravot maken hier ook (in meerdere of mindere mate) gebruik van. Op dit vlak is er m.a.w. geen hiaat tussen behoefte en bekendheid / gebruik.
BOTTOM 2
TOP 2
! n=50
Basis: Met schoolgaande kids 3-12 jaar, n=85 © GfK Significant 2012 | Sociaal behoefteonderzoek | 11 June 2013
39
Factoren die een rol spelen bij de schoolkeuze Kinderen kleuter- en lagere schoolleeftijd
Vanaf welke leeftijd naar school
! n=53
Factoren bij keuze school
Basis: Met schoolgaande kids 3-12 jaar, n=85 © GfK Significant 2012 | Sociaal behoefteonderzoek | 11 June 2013
! n=53 41
Opvangwijze en organisatiegemak Kinderen middelbare schoolleeftijd Het aantal middelbare schoolkinderen die voor of na op school worden opgevangen is heel klein.
Opvang voor of na school
Opvang tijdens vakantieperiodes
Basis: Met schoolgaande kids middelbare school, n=38 © GfK Significant 2012 | Sociaal behoefteonderzoek | 11 June 2013
42
Factoren die een rol spelen bij de schoolkeuze Kinderen middelbare schoolleeftijd Bij kinderen van middelbare schoolleeftijd vervallen de opvangmogelijkheden voor en na school volledig als factor voor de schoolkeuze.
Basis: Met schoolgaande kids middelbare school, n=38 © GfK Significant 2012 | Sociaal behoefteonderzoek | 11 June 2013
43
Opvangwijze bij ziekte
Basis: Met kids 0-18 jaar, n=132 © GfK Significant 2012 | Sociaal behoefteonderzoek | 11 June 2013
44
Gemak om financiële last te dragen Voor een deel van de inwoners van Boortmeerbeek (vooral ouders van kinderen op de lagere en middelbare school) wegen de kosten van school en vrije tijd zwaar door op het gezinsbudget en is het betalen ervan niet altijd evident.
Onze financiële gezinssituatie laat het toe om gemakkelijk... BOTTOM 2
TOP 2
De moeilijkheid om de financiële last te dragen neemt toe met de leeftijd van de kinderen: -
10% van de inwoners met kinderen 712 jaar en 18% van de inwoners met kinderen 13-18 jaar zegt het moeilijk te hebben om de schoolkosten te betalen.
-
20% van de inwoners met kinderen 712 jaar en 23% van de inwoners met kinderen 13-18 jaar zegt het moeilijk te hebben de kosten van de vrijetijdsactiviteiten te betalen.
Basis: Met kids 0-18 jaar, n=132 © GfK Significant 2012 | Sociaal behoefteonderzoek | 11 June 2013
45
Finaniële uitgaven verbonden aan kinderen Algemeen stijgen de kosten verbonden aan school en vrije tijd met de leeftijd van het kind. Enkel de kosten van kinderopvang zijn vooral hoog bij 0-2 jarigen die nog niet naar school gaan.
Gemiddelde kosten / maand
Vervoerskosten van/naar school
Schoolkosten
Kinderopvang Schoolkosten: 21€ bij 0-2j / 48€ bij 3-6j / 90€ bij 7-12j / 159€ bij 13-18j / 203€ bij 18+. Vervoerskosten school: 0-2j 5€ / 3-6j 11€ / 7-12j 19€ / 13-18j 39€ / 18+ 49€. Kinderopvang: 0-2j 285€ / 3-6j 125€ / 7-12j 31€ / 13-18j 5€ / 18+ 4€.
€ 90 Gemiddelde kosten / jaar
€ 20
Opvang vakantieperiodes
€ 87
Vrijetijdsbesteding Vakantie-opvang: 0-2j 158€ / 3-6j 414€ / 712j 640€ / 13-18j 347€ / 18+ 250€. Vrije tijdsbesteding: 0-2j 160€ / 3-6j 405€ / 7-12j 396€ / 13-18j 561€ / 18+ 474€.
Basis: Met kids 0-18 jaar, n=132
€ 336
© GfK Significant 2012 | Sociaal behoefteonderzoek | 11 June 2013
! n=87
€ 420
! n=88 46
Behoefte aan sociale oplossingen De uitgedrukte behoefte aan sociale tegemoetkomingen is dan ook reëel.
Kortingen of tegemoetkomingen voor opvang BOTTOM 2
TOP 2
De behoefte aan kortingen voor opvang daalt met de leeftijd van de kinderen: -
Inwoners met kinderen 0-2j: 37%
-
Inwoners met kinderen 3-6 jaar: 26%
-
Inwoners met kinderen 7-12 jaar: 28%
-
Inwoners met kinderen 13-18 jaar: 18%
Schoolpremies of -toelagen De behoefte aan schoolpremies stijgt met de leeftijd van de kinderen:
-
Inwoners met kinderen 0-2j: 23%
-
Inwoners met kinderen 3-6 jaar: 25%
-
Inwoners met kinderen 7-12 jaar: 27%
-
Inwoners met kinderen 13-18 jaar: 37%
Basis: Met kids 0-18 jaar, n=132 © GfK Significant 2012 | Sociaal behoefteonderzoek | 11 June 2013
47
Bekendheid van sociale oplossingen De bestaande oplossingen zijn vaak niet gekend (in het geval van opvang) of niet toereikend.
Kortingen of tegemoetkomingen voor opvang Van de respondenten die niet in aanmerking kwamen voor kortingen voor opvang zegt nochtans 59% er wel behoefte aan te hebben.
! n=89 Schoolpremies of -toelagen
Basis: Met kids 0-18 jaar, n=132 © GfK Significant 2012 | Sociaal behoefteonderzoek | 11 June 2013
! n=88 48
Behoefte aan ondersteuning bij de opvoeding De behoeften op het vlak van ondersteuning bij de opvoeding situeren zich voornamelijk op het vlak van gespreksnamiddagen (vooral bij kinderen van de kleuter- en lagere school) en een dienst waar je informatie kan opvragen of een gesprek kan voeren (vooral bij kinderen <12 jaar).
BOTTOM 2
TOP 2
De behoefte aan gespreksnamiddagen of avonden is vooral groot bij inwoners met kinderen van kleuter en lagere schoolleeftijd: 44% bij inwoners met kinderen 3-6 jaar en 46% bij kinderen 7-12 jaar. De behoefte aan een dienst voor info, een adviesgesprek, … daalt met de leeftijd: -
47% bij inwoners met kinderen 0-2j
-
36% bij inwoners met kinderen 3-6j
-
31% bij inwoners met kinderen 7-12j
-
23% bij inwoners met kinderen 13-18j
De behoefte aan hulp aan huis bij het maken van huiswerk is er vooral bij inwoners met kinderen tussen 7 en 12 jaar (24%). De behoefte aan hulp aan huis bij de opvoeding daalt met de leeftijd van de kinderen: -
21% bij inwoners met kinderen 0-2j
-
17% bij inwoners met kinderen 3-6j
-
17% bij inwoners met kinderen 7-12j
-
6% bij inwoners met kinderen 13-18j
Basis: Met kids 0-18 jaar, n=132 © GfK Significant 2012 | Sociaal behoefteonderzoek | 11 June 2013
49
Andere zaken i.v.m. opvang van kinderen/jongeren die nog nodig zijn in Boortmeerbeek Spontane commentaren
• Meer en bredere opvang (jongeren middelbare school, kinderen onder de 2,5 jaar, probleemkinderen, kinderen met een handicap…) • Opvang zieke kinderen • Meer aanbod tijdens vakanties (meer sport in vrije tijd, kampen…) • Speeltuintjes
Basis: Allen, n=398 © GfK Significant 2012 | Sociaal behoefteonderzoek | 11 June 2013
50
Evaluatie van het sociaal beleid op het vlak van opvang van kinderen en jongeren - Conclusies Algemeen is de evaluatie van het aanbod aan voor- en naschoolse kinderopvang in Boortmeerbeek sterk gerelateerd aan de leeftijd van het kind / de kinderen in kwestie. Nood aan opvang stelt zich duidelijk vooral voor kinderen tussen 0 en 12 jaar (dus voorschoolse opvang en opvang van kinderen van de kleuter- en lagere school). • De opvangmogelijkheden van kinderen van de kleuter- en lagere school worden daarbij eerder positief geëvalueerd op het vlak van aanbod en bereikbaarheid - hoewel het organiseren van de opvang van kleuter- en lagere schoolkinderen eerder moeilijk is en blijft voor ±1 op 3 van de ouders (oplopend tot 42% in de vakantieperiodes). In dit kader kunnen we ook de grote bekendheid en het relatief grote gebruik van Ravot zien (45% van de inwoners met kinderen tussen 3 en 12 jaar doet minstens af en toe een beroep op de diensten van Ravot). Bovendien kennen alle inwoners die behoefte hebben aan de diensten van Ravot deze opvangmogelijkheid en doen ze er allen beroep op. Er is m.a.w. geen discrepantie tussen de behoefte en de bekendheid op dit vlak). • De voorschoolse opvangmogelijkheden liggen dan weer duidelijk heel wat moeilijker: 57% van de inwoners met kinderen tussen 0 en 2 jaar en 44% van de inwoners met kinderen tussen 3 en 6 jaar ervaren de opvangmogelijkheden hier als ontoereikend. De ondervraagde inwoners zijn het er quasi unaniem over eens dat de opvangmogelijkheden voor kinderen van middelbare schoolleeftijd in Boortmeerbeek heel schaars zijn. Deze blijken echter ook minder belangrijk: • De impact ervan op de evaluatie van de mogelijkheden voor kinderopvang in het algemeen is vrijwel onbestaande. • De opvangmogelijkheden voor en na school spelen quasi geen rol meer in de keuze van een middelbare school (daar waar dit wel het geval is voor 35 à 50% van de inwoners met kinderen van kleuter- en lagere schoolleeftijd). • De organisatie van de opvang van middelbare schoolkinderen wordt duidelijk als veel gemakkelijker gezien dan voor kinderen van kleuter- en lagere school.
© GfK Significant 2012 | Sociaal behoefteonderzoek | 11 June 2013
51
Evaluatie van het sociaal beleid op het vlak van opvang van kinderen en jongeren - Conclusies Ook op het vlak van kinderopvang wegen de kosten vrij zwaar door op het gezinsbudget - met stijgende kosten en toenemende (gepercipieerde) moeilijkheid naarmate de leeftijd van het kind stijgt. Bijna 1 op 3 ouders met kinderen tussen 0 en 18 jaar geven dan ook aan dat ze behoefte hebben aan een toelage voor kinderopvang of schoolkosten. Opvallend zijn hier echter: enerzijds dat het grootste deel van de inwoners die al dergelijke toelagen aanvroegen er niet in aanmerking voor kwamen (hoewel ze er wel degelijk een behoefte aan uitdrukken). anderzijds de relatief grote onbekendheid van het bestaan van een mogelijke toelage voor kinderopvang.
De vorige bevinding kunnen we tevens zien binnen het kader van de algemene perceptie (50%) dat er een gebrek is aan informatie rond kinderopvang en dat het niet duideljk is waar men terecht kan bij vragen daaromtrent.
Ook op het vlak van ondersteuning bij opvoeding is er eerder nood aan informatie dan aan daadwerkelijke hulp aan huis (bij het opvoeden of bij het maken van huiswerk).
© GfK Significant 2012 | Sociaal behoefteonderzoek | 11 June 2013
52
Zorg en gezondheid
© GfK Significant 2012 | Sociaal behoefteonderzoek | 11 June 2013
53
Evaluatie basisgezondheidszorg De meerderheid van de Boortmeerbekenaars is van mening dat het aanbod aan en de bereikbaarheid van de zorgverleners in de omgeving voldoende zijn. Ook op het vlak van basisgezondheidszorg stellen we vast dat de meest kwetsbare groep het financieel niet gemakkelijk heeft. Het gros van de inwoners voelt zich niet of onvoldoende geïnformeerd op het vlak van hulp bij basisgezondheidszorg. Opvallend is wel dat de duidelijkheid hieromtrent toeneemt met de leeftijd van de respondent.
BOTTOM 2
TOP 2
In Boortmeerbeek (en omgeving)... De duidelijkheid over waar men terecht kan bij vragen rond hulp en bijstand bij basisgezondheidszorg neemt toe met de leeftijd: -
39% bij 26-45j
-
52% bij 46-65j
-
60% bij 66+ ers
Respondenten van 66+ jaar voelen zich ook beter geïnformeerd rond hulp bij basisgezondheidszorg (64%). Alleenstaanden en respondenten met onvoldoende inkomen hebben het moeilijker om gezondheidszorg te betalen:
Basis: Allen, n=398 © GfK Significant 2012 | Sociaal behoefteonderzoek | 11 June 2013
-
43% van de inwoners met onvoldoende inkomen en 21% van de alleenstaanden heeft het niet makkelijk om de kosten te betalen,
-
37% van de inwoners met onvoldoende inkomen vindt dat er onvoldoende premies en tegemoetkomingen zijn, 54
Impact op de algemene perceptie dat er voldoende inspanningen worden gedaan rond basisgezondheidszorg
Prioriteitenkaart basisgezondheidszorg
Verbeteren: Hoge correlatie & lage score
Uitbouwen: Hoge correlatie & hoge score
Bewaken: Beperkte corr. & lage score
Vasthouden: Beperkte correlatie
Perceptie dat er voldoende inspanningen worden gedaan op dit vlak (% akkoord) © GfK Significant 2012 | Sociaal behoefteonderzoek | 11 June 2013
Basis: Allen, n=398
55
Gezondheid afgelopen 12 maanden
Tevredenheid over eigen gezondheid BOTTOM 2
TOP 2
Er is een positief verband tussen leeftijd en de tevredenheid over de eigen gezondheid: hoe ouder men wordt hoe minder tevreden men blijkt over de eigen gezondheid. Inwoners met een onvoldoende inkomen zijn vaker ontevreden over hun gezondheid (31% ontevreden).
Beroep gedaan op medische zorgverstrekker Er is een positief verband tussen leeftijd en de mate waarin in de afgelopen 12 maanden beroep werd gedaan op verschillende medische zorgverstrekkers. Vrouwelijke inwoners hebben vaker beroep gedaan op de huisarts (27% 6 keer of meer). Alleenstaanden hebben minder vaak beroep gedaan op een verpleegkundige aan huis (100% niet) en zijn minder vaak in het ziekenhuis opgenomen (86% niet). Inwoners met een onvoldoende inkomen hebben vaker beroep gedaan op alle types medische zorgverstrekkers. Basis: Allen, n=398 © GfK Significant 2012 | Sociaal behoefteonderzoek | 11 June 2013
56
Evaluatie hulp en ondersteuning bij huishoudelijke taken Ook op het vlak van hulp en ondersteuning in het huishouden is het voor een groot deel van de inwoners niet duidelijk waar ze informatie kunnen vinden. (Waarschijnlijk) mede hierdoor wordt het aanbod op dit vlak door bijna de helft van de steekproef als onvoldoende beschouwd. Opvallend is opnieuw dat de oudere inwoners zich hierover beter geïnformeerd voelen. Opnieuw zien we dat het voor een substantieel deel van de inwoners niet altijd evident en makkelijk is om de financiële kosten van hulp bij het huishouden te dragen.
BOTTOM 2
In Boortmeerbeek...
TOP 2
Alleenstaande inwoners: -
vinden vaker dat het aanbod onvoldoende groot is (52%).
-
vinden vaker dat er onvoldoende premies zijn (48%).
-
geven vaker aan dat hun financiële situatie niet toelaat om de kosten van huishoudelijke ondersteuning te dragen (31%).
Inwoners met een onvoldoende inkomen: -
geven vaker aan onvoldoende info te hebben over huishoudelijke ondersteuning (67%) of niet te weten waar ze terecht moeten met vragen (65%).
-
vinden vaker dat er onvoldoende premies zijn (47%).
-
zeggen vaker dat hun financiële situatie de kosten voor huishoudelijke hulp niet toelaat (54%).
-
vinden vaker dat het aanbod niet voldoende is (50%).
Er is een positief verband tussen leeftijd en:
Basis: Allen, n=398 © GfK Significant 2012 | Sociaal behoefteonderzoek | 11 June 2013
-
de mate waarin men zich geïnformeerd voelt (45% A bij 46-65 jaar en 59% bij 66+).
-
de bekendheid van en vertrouwdheid met de bronnen van informatie (55% van de 46-65 jarigen en 67% van de 66+ ers geeft aan te weten waar terecht te kunnen bij vragen). 57
Impact op de algemene perceptie dat er voldoende inspanningen worden gedaan rond hulp bij huishouden
Prioriteitenkaart hulp en ondersteuning bij huishoudelijke taken
Verbeteren: Hoge correlatie & lage score
Uitbouwen: Hoge correlatie & hoge score
Bewaken: Beperkte corr. & lage score
Vasthouden: Beperkte correlatie
Perceptie dat er voldoende inspanningen worden gedaan op dit vlak (% akkoord) © GfK Significant 2012 | Sociaal behoefteonderzoek | 11 June 2013
Basis: Allen, n=398
58
Evaluatie dienstverlening voor ouderen Ook op het vlak van ouderenzorg is de informatiedoorstroming eerder beperkt en weet ongeveer de helft van de steekproef niet waar ze terecht kunnen bij vragen hieromtrent. Opvallend is echter dat ook hier de oudste leeftijdsgroep (66+) zelf beter op de hoogte is dan de jongere inwoners.
Zowel het beeld over ouderenzorg als de geïnformeerdheid op dat vlak is beter bij inwoners van 66+. Zij:
BOTTOM 2
-
vinden vaker dat ze voldoende geïnformeerd zijn omtrent de dienstverlening voor ouderen (14% HA en 59% A) en weten vaker waar ze terecht kunnen voor informatie (29% HA en 67% A).
-
vinden vaker dat er voldoende diensten zijn die ervoor zorgen dat ouderen zo lang mogelijk thuis kunnen blijven (76%) en dat er voldoende opvangmogelijkheden zijn voor ouderen die dat niet meer kunnen (67%).
-
vinden vaker er voldoende initiatieven genomen worden op het vlak van vrijetijdsbesteding (31% HA en 71% A).
-
vinden vaker dat de diensten waarop ouderen beroep kunnen doen betaalbaar zijn (86%).
TOP 2
In Boortmeerbeek (en omgeving)...
Inwoners met een onvoldoende inkomen blijken ook op het vlak van ouderenzorg minder goed geïnformeerd en hebben een minder positief beeld op dit vlak. Zij:
Basis: Allen, n=398 © GfK Significant 2012 | Sociaal behoefteonderzoek | 11 June 2013
-
weten minder goed waar ze terecht kunnen voor vragen (61%).
-
vinden minder dat er voldoende mogelijkheden zijn voor ouderen die thuis willen blijven wonen (47% NA).
-
vinden minder dat er voldoende opvangvoorzieningen zijn voor ouderen die niet meer thuis kunnen blijven (65% NA).
-
vinden minder dat de diensten voor ouderen betaalbaar zijn (50% NA). 59
Impact op de algemene perceptie dat er voldoende inspanningen worden gedaan rond ouderenzorg
Prioriteitenkaart dienstverlening voor ouderen
Verbeteren: Hoge correlatie & lage score
Uitbouwen: Hoge correlatie & hoge score
Bewaken: Beperkte corr. & lage score
Vasthouden: Beperkte correlatie
Perceptie dat er voldoende inspanningen worden gedaan op dit vlak (% akkoord) © GfK Significant 2012 | Sociaal behoefteonderzoek | 11 June 2013
Basis: Allen, n=398
60
Uitbesteding huishoudelijke taken
Wordt uitbesteed aan: Kinderen
Ouders
Andere familie
Externe diensten
5%
10%
9%
78%
9%
16%
19%
66%
8%
18%
17%
60%
3%
27%
14%
61%
12%
44%
25%
19%
17%
20%
38%
37%
11%
60%
37%
33%
26%
19%
20%
45%
26%
37%
31%
11%
17%
34%
11%
60%
25%
26%
0%
49%
43%
32%
0%
25%
Er is een verband tussen leeftijd en de mate waarin huishoudelijke taken worden uitbesteed: hoe ouder men wordt, hoe minder huishoudelijke taken worden uitbesteed (51% van de 26-45 jarigen besteed niets uit vs. 59% van de 46-65 jarigen en 74% van de 66+ ers). Alleenstaanden besteden minder uit in het algemeen (40% niets) - behalve koken (13% besteedt dit uit).
Basis: Allen ouder dan 25 jaar, n=342 © GfK Significant 2012 | Sociaal behoefteonderzoek | 11 June 2013
61
Kennis en gebruik diensten ivm zorg en gezondheid Het gevoel onvoldoende geïnformeerd te zijn m.b.t. het aanbod van diensten ivm zorg en gezondheid zien we inderdaad bevestigd in de (on)bekendheid ervan.
Totaal bekend 73% 62% 63% 52%
61% 44%
53% 56%
Ook een dienst zoals kraamzorg is niet beter bekend bij de jongere leeftijdsgroep.
47%
Het gebruik van alle diensten is eerder laag (maar hoger bij de 66+ jarigen).
40%
© GfK Significant 2012 | Sociaal behoefteonderzoek | 11 June 2013
De meeste diensten zijn daarbij beter gekend door 46+ ers: hulp bij het wassen en strijken thuis - maaltijdbereiding thuis boodschappendienst - ondersteuning bij mobiliteitsproblemen - ondersteuning bij administratie en gezinsbudget mantelzorgpremie. Een aantal diensten zijn vooral gekend door 66+ ers: persoonsverzorging huisvesting voor ouderen.
57%
Basis: Allen, n=398
Over het algemeen zijn de oudere inwoners beter geïnformeerd over de diensten die door het OCMW worden aangeboden.
Inwoners met een onvoldoende inkomen zijn beter op de hoogte van (het bestaan van) een aantal specifieke diensten: ondersteuning bij psychische of sociale problemen - ondersteuning bij administratie en gezinsbudget - persoonsverzorging boodschappendienst . Zij hebben ook al vaker gebruik gemaakt van deze diensten. 62
Behoefte aan diensten ivm zorg en gezondheid De behoefte aan bestaande diensten ivm zorgen en gezondheid is eerder beperkt en is iets groter voor schoonmaakhulp en hulp bij wassen en strijken thuis.
BOTTOM 2
TOP 2
De behoefte aan schoonmaakhulp en hulp bij het wassen en strijken (i.e. de meest gewenste diensten) is voornamelijk zichtbaar bij de 26-45 jarigen (respectievelijk 48% en 23%). 5% van de 66+ ers vermeldt een behoefte aan ondersteuning bij mobiliteitsproblemen.
7% van de 46-65 jarigen heeft behoefte aan huisvesting voor ouderen (ouders ?). 4% van de 15-25 jarigen en 6% van de 2645 jarigen heeft behoefte aan kraamzorg. Inwoners met een onvoldoende inkomen zeggen vaker behoefte te hebben aan diensten ivm zorg en gezondheid: -
hulp bij het wassen en strijken thuis (25%)
-
mantelzorgpremie (21%)
-
ondersteuning bij psychische of sociale prblemen (15%)
-
ondersteuning bij administratie en gezinsbudget (14%)
-
onderstuening bij mobiliteitsproblemen (10%)
-
persoonsverzorging (8%)
-
boodschappen doen (7%)
-
maaltijdbereiding thuis (5%)
Basis: Allen, n=398 © GfK Significant 2012 | Sociaal behoefteonderzoek | 11 June 2013
63
Behoefte aan (toekomstige) thuiszorgdiensten De behoefte aan een aantal nieuwe diensten daarentegen is dan weer groter (klusjesdienst centraal punt voor vragen - tuinonderhoud - een ontmoetingscentrum).
26+ ers hebben vaker behoefte aan:
BOTTOM 2
TOP 2
-
een klusjesdienst voor kleine klusjes (44% bij 26-65 jarigen).
-
een centraal punt voor vragen rond zorgverlening (44% bij 26-65 jarigen).
-
een dienstencentrum of ontmoetingsplaats (±30% bij 26+ ers).
-
een dienst voor tuinonderhoud (39% bij 26-45 jarigen - 42% bij 46-65 jarigen 47% bij 66+ ers).
De oudere leeftijdsgroepen hebben vaker behoefte aan: -
een sociaal restaurant (±1 op 4 van de 46+ ers).
-
een dienst die warme maaltijden aan huis levert (±1 op 4 van de 46+ ers).
-
een dienst voor vervoer en verplaatsingen (24% van de 45-65 jarigen en 20% van de 66+ ers).
Alleenstaande inwoners hebben vaker behoefte aan een klusjesdienst voor kleine klusjes (50%). Respondenten met een onvoldoene inkomen hebben vaker behoefte aan: -
een klusjesdienst: 58%.
-
een dienst voor tuinonderhoud: 47%.
-
een sociaal restaurant: 38%.
-
een dienst die warme maaltijden aan huis levert: 33%.
-
een boodschappendienst: 25%.
Basis: Allen, n=398 © GfK Significant 2012 | Sociaal behoefteonderzoek | 11 June 2013
64
Specifieke verzorging voor inwonende persoon
Gemiddeld aantal uren / week: 63,7u (min = 9u - max = 168u)
Basis: Allen, n=398
Wat doet respondent voor inwonende persoon: • Alles • Hulp in huishouden/boodschappen • Morele en geestelijke ondersteuning • Naar afspraken met arts/ziekenhuis • Administratie
! n=13
© GfK Significant 2012 | Sociaal behoefteonderzoek | 11 June 2013
! n=16 65
Specifieke verzorging voor niet-inwonende persoon
Vooral de 46-65 jarigen (24%) verzorgen vaker een persoon die niet bij hen inwoont (ouders of schoonouders).
Gemiddeld aantal uren / week: 6,8u (min = 1u - max = 28u)
Wat doet respondent voor niet-inwonende persoon: • Hulp in huishouden/boodschappen • Administratie/financiën • Mantelzorg • Kleine klusjes (huis en tuin) • Sociaal contact • Medicatie • Vervoer (doktersbezoeken, winkelen…)
Basis: Allen, n=398 © GfK Significant 2012 | Sociaal behoefteonderzoek | 11 June 2013
66
Bereidheid vrijwilligerswerk voor vervoersdienst De bereidheid om zelf als vrijwilliger bij te springen in een vervoersdienst is heel beperkt.
BOTTOM 2
TOP 2
Basis: Allen, n=398 © GfK Significant 2012 | Sociaal behoefteonderzoek | 11 June 2013
67
Andere zaken i.v.m. zorg en gezondheid die nog nodig zijn in Boortmeerbeek Spontane commentaren
• (Tijdelijke/betaalbare) opvang voor ouderen/zieken • Te weinig plaats in het rusthuis • Toegankelijke informatie voor ouderen/overzicht van de beschikbare diensten • Betere informatie • Hulp aan huis • Psychologische begeleiding
Basis: Allen, n=398 © GfK Significant 2012 | Sociaal behoefteonderzoek | 11 June 2013
68
Evaluatie van het sociaal beleid op het vlak van zorg en gezondheid - Conclusies Ook op het vlak van zorg en gezondheid kunnen we vastellen dat er nood is aan een betere informatiedoorstroming naar de inwoners. Dit wordt indirect ook bevestigd door de geringe bekendheid van het bestaande aanbod aan ondersteuning op dit vlak en door de eerder grote behoefte die wordt uitgedrukt t.a.v. een centraal punt waar men terecht kan bij vragen hieromtrent (4 op 10 inwoners). Opvallend is dat de oudere leeftijdsgroep claimt beter geïnformeerd te zijn - zowel op het vlak van medische gezondheidszorg als op het vlak van huishoudelijke ondersteuning en ouderenzorg.
Specifiek op het vlak van medische gezondheidszorg wordt het aanbod en de bereikbaarheid van de gespecialiseerde hulpverleners unaniem als goed en toereikend ervaren. De beschikbaarheid van (vooral) huishoudelijke hulp en (ook) hulp voor ouderen wordt dan weer duidelijk als een werkpunt beschouwd. Echter, ook hier kan de hierboven vermelde onwetendheid en onbekendheid van het aanbod een impact hebben. We zien immers dat de oudere inwoners, die zich beter geïnformeerd voelen in het algemeen, ook beter bekend zijn met het beschikbare aanbod enerzijds en een positiever beeld hebben van de bestaande dienstverlening anderzijds.
Ook op het vlak van zorg en gezondheid stellen we vast dat de subgroep van inwoners met een onvoldoende inkomen het moeilijk heeft - zowel wat betreft de financiële last ervan als het vinden van de juiste informatie. Dit is zeker een aandachtspunt aangezien net deze groep vaker beroep doet op deze diensten en er vaker nood aan heeft.
© GfK Significant 2012 | Sociaal behoefteonderzoek | 11 June 2013
69
Evaluatie van het sociaal beleid op het vlak van zorg en gezondheid - Conclusies Er is duidelijk interesse in en behoefte aan een aantal (bestaande en nieuwe) diensten op het vlak van zorg en gezondheid:
Klusjesdienst (40%)
Tuinonderhoud (37%)
Dienstencentrum (30%)
Schoonmaakhulp (29%)
© GfK Significant 2012 | Sociaal behoefteonderzoek | 11 June 2013
70
Verenigingsleven
© GfK Significant 2012 | Sociaal behoefteonderzoek | 11 June 2013
71
Evaluatie verenigingsleven De perceptie dat het verenigingsleven in Boortmeerbeek ontoereikend is komt grotendeels van de jongste leeftijdscategorie (15-25 jaar).
BOTTOM 2
TOP 2 Algemeen zijn de oudere leeftijdsgroepen meer tevreden over de initatieven die worden genomen op het vlak van vrije tijd en verenigingsleven: -
50% van de 15-25 jarigen en 39% van de 26-45 jarigen vindt dat er onvoldoende initiatieven worden genomen om de sociale samenhang te bevorderen (vs. slechts 26% van de 4654 jarigen en 21% van de 66+ ers).
-
29% van de 15-25 jarigen vindt dat er onvoldoende aandacht is voor het verenigingsleven (vs. 23% van de 2645 jarigen en 18% van de 46+ ers).
-
36% van de 15-25 jarigen vindt dat er onvoldoende aandacht is voor vrije tijd en samenleven (vs. 21% bij 26-45 jarigen, 18% bij 46-65 jarigen en 15% bij 66+ ers).
In Boortmeerbeek...
34% van de inwoners met een onvoldoende inkomen is van mening dat er in Boortmeerbeek onvoldoende aandacht is voor het verenigingsleven.
Basis: Allen, n=398 © GfK Significant 2012 | Sociaal behoefteonderzoek | 11 June 2013
72
Impact op de algemene perceptie dat er voldoende inspanningen worden gedaan op het vlak van verenigingsleven
Prioriteitenkaart
Verbeteren: Hoge correlatie & lage score
Uitbouwen: Hoge correlatie & hoge score
Bewaken: Beperkte corr. & lage score
Vasthouden: Beperkte correlatie
Basis: Allen, n=398
Perceptie dat er voldoende inspanningen worden gedaan op dit vlak (% akkoord)
© GfK Significant 2012 | Sociaal behoefteonderzoek | 11 June 2013
73
Activiteiten vrije tijd De perceptie dat het verenigingsleven in Boortmeerbeek ontoereikend is bij jongeren zien we gereflecteerd in hun participatie: zij zijn veel vaker lid van een club of vereniging buiten Boortmeerbeek (daar waar oudere inwoners even vaak lid zijn een club of vereniging maar dan wel in de gemeente).
Lidmaatschap club of vereniging
Algemeen zijn alle leeftijdsgroepen even vaak lid van een vereniging. De oudere leeftijdsgroepen zijn echter vaker lid van een vereniging in Boortmeerbeek (31% bij de 45-65 jarigen en 48% van de 66+ ers). De jongere leeftijdsgroepen zijn vaker lid van een vereniging buiten Boortmeerbeek (±30% bij 15-45 jarigen). Respondenten met een onvoldoende inkomen zijn minder vaak lid van een vereniging in het algemeen (62% geen lid).
x per Min. 1x / Min. 1x / Min. 1x / jaar week maand jaar 61
51%
66%
72%
39
30%
40%
43%
24
19%
59%
87%
34
28%
66%
92%
20
17%
36%
67%
44
42%
73%
88%
! n=369 ! n=344
De 26-45 jarigen gaan gemiddeld nog meerdere keren per week bij hun ouders op bezoek. De 46+ ers gemiddeld 1 keer per week bij hun kinderen. Jongeren gaan vaker bij vrienden (77 keer per jaar vs. 30 à 22 bij de andere leeftijdsgroepen) en andere familieleden (36 keer per jaar vs. 27 à 18) op bezoek. Zij doen ook vaker activiteiten samen met anderen (77 keer per jaar vs. ±40). De oudste leeftijdsgroep gaat dan weer vaker bij de buren langs (32 keer per jaar vs. 15 à 20 bij de andere leeftijdsgroepen). Alleenstaanden hebben over het algemeen vaker sociale contacten dan samenwonenden.
Basis: Allen, n=398 © GfK Significant 2012 | Sociaal behoefteonderzoek | 11 June 2013
Inwoners met een onvoldoende inkomen doen minder vaak activiteiten samen met anderen. 74
Eenzaamheid en verveling 20% van de inwoners voelt zich af en toe eenzaam. 17% zegt zich regelmatig te vervelen. Opvallend daarbij is dat deze gevoelens voornamelijk zichtbaar zijn bij de jongere leeftijdscategorieën. Ook bij alleenstaanden en vooral bij inwoners met een onvoldoende inkomen nemen deze gevoelens duidelijk toe in frequentie.
Eenzaamheid
Het gevoel van eenzaamheid wordt minder frequent met de leeftijd: 26% van de 15-25 jarigen verveelt zich regelmatig of af en toe vs. 20% bij 26-45 jarigen - 18% bij 46-65 jarigen - 17% bij 66+ ers. Ook de frequentie van een verveeld gevoel neemt af met de leeftijd: 49% van de 15-25 jarigen verveelt zich minstens af en toe vs. 15% bij 26-45 jarigen - 9% bij 46-65 jarigen - 9% bij 66+ ers.
Verveling
Van de alleenstaanden: - voelt 38% zich minstens af en toe eenzaam. 12% zelfs regelmatig. - verveelt 18% zich regelmatig (vs. 9% van de samenwonenden). Van de inwoners met een onvoldoende inkomen: - voelt 53% zich minstens af en toe eenzaam. - verveelt 29% zich minstens af en toe.
Basis: Allen, n=398 © GfK Significant 2012 | Sociaal behoefteonderzoek | 11 June 2013
75
Finaniële uitgaven verbonden aan vrijetijdsbesteding
Inwoners met een onvoldoende inkomen geven iets minder uit aan vrijetijdsbesteding (204€ gemiddeld vs. 277€). Er is bij hen een grote groep (51%) die niets uitgeeft aan vrije tijd.
Gemiddelde uitgaven / jaar € 261
Basis: Allen, n=398 © GfK Significant 2012 | Sociaal behoefteonderzoek | 11 June 2013
76
Evaluatie van het sociaal beleid op het vlak van vrije tijd en verenigingsleven - Conclusies We konden eerder al vaststellen dat toegang tot cultuur en verenigingsleven over het algemeen minder sterk wordt beschouwd als een sociaal thema en dus minder vaak als een taak van het sociaal beleid. De reden hierachter kan waarschijnlijk worden gelegd in een perceptie dat op dit vlak slechts inspanningen mogen worden gedaan als alle andere (basis)behoeften zijn vervuld (cfr. de pyramide van Maslow).
Toch stellen we opnieuw vast dat ook op dit vlak wel degelijk een potentieel risico bestaat in de doelgroep van inwoners met een onvoldoende inkomen (niet zozeer in termen van evaluatie doch wel in termen van gedrag):
Zij kennen een meer frequent gevoel van verveling (29%) en eenzaamheid (53%).
Zij doen minder vaak activiteiten met anderen.
De helft van deze subgroep zegt geen uitgaven te doen op dit vlak.
Vooral jongeren zijn kritisch en streng in hun evaluatie van het verenigingsleven in Boortmeerbeek: Zij vinden vaker dat er onvoldoende aandacht is voor vrije tijd en samenleven en dat er onvoldoende initiatieven worden genomen op dit vlak. De voorgaande bevinding wordt bevestigd door het feit dat ze ook vaker effectief lid zijn van een club of vereniging buiten Boortmeerbeek. Zij geven over het algemeen aan vaker te kampen te hebben met geen gevoel van verveling en eenzaamheid. Mogelijks kunnen we hier een link zoeken met het feit dat 1 op 4 jongeren aangeeft niet meer in Boortmeerbeek te willen wonen binnen 5 à 10 jaar.
© GfK Significant 2012 | Sociaal behoefteonderzoek | 11 June 2013
77
Andere interessante resultaten
© GfK Significant 2012 | Sociaal behoefteonderzoek | 11 June 2013
78
Bekendheid en gebruik van de sociale en juridische dienst van het OCMW Boortmeerbeek
De sociale dienst is meer bekend bij: -
de oudere respondenten (71% bij 4665 jarigen en 81% bij 66+ ers).
Ook het gebruik van de sociale dienst is hoger in deze leeftijdsgroep.
Bekendheid sociale dienst
Gebruik sociale dienst Alleenstaanden en inwoners met een onvoldoende inkomen kennen de sociale dienst dan weer minder vaak. Toch zien we dat vooral bij deze groepen het gebruik wel hoger ligt (lees: als ze de sociale dienst kennen, maken ze er ook vaker gebruik van).
Bekendheid juridische dienst
Gebruik juridische dienst
Ook de juridische dienst is meer bekend bij de oudere leeftijdsgroep (57% bij 46-65 jarigen en 63% bij 66+ ers). Het gebruik is hier vooral hoog bij 46-65 jarigen (10%). Alleenstaanden kennen de juridische dienst even vaak als samenwonenden maar hebben hem al vaker gebruikt (10%). Inwoners met een onvoldoende inkomen kenne de juridische dienst iets minder vaak maar maken er wel iets vaker gebruik van (5%).
Basis: Allen, n=398 © GfK Significant 2012 | Sociaal behoefteonderzoek | 11 June 2013
79
Leesfrequentie gemeentelijk infoblad Boortmeerbeek
Het gemeentelijk infoblad wordt vooral gelezen door 26+ ers (slechts 4,5 op 10 nummers door 15-25 jarigen vs. 8 à 9 nummers bij 26+ ers).
Ik lees ... op 10 nummers
Basis: Allen, n=398 © GfK Significant 2012 | Sociaal behoefteonderzoek | 11 June 2013
80
Bijkomende suggesties of opmerkingen Spontane commentaren
• • • • •
Infoblad aantrekkelijker maken Verkeersveiligheid Cultureel aanbod Meer informeren Netheid (meer vuilbakken, tegen sluikstorten)
Basis: Allen, n=398 © GfK Significant 2012 | Sociaal behoefteonderzoek | 11 June 2013
81
DISCUSSIE
GfK Significant, Geldenaaksebaan 329, 3001 Heverlee (Leuven) Phone +32 16 74 24 24, Fax +32 16 74 24 01, E-mail
[email protected] © GfK Significant 2012 | Sociaal behoefteonderzoek | 11 June 2013
85
© GfK Significant 2012 | Sociaal behoefteonderzoek | 11 June 2013
86