Herdenkingsjaar
Slavernijverleden 2013 Terugkijken op ons gezamenlijk verleden is bouwen aan onze toekomst
Op 20 april 2011 is op initiatief van de gemeente Amsterdam en met inbreng van NiNsee, Stichting Herdenking Slavernijverleden 2013 opgericht. De Stichting is een partner van de gemeente Amsterdam en is opgericht om
Inhoudsopgave
haar eigen plannen met betrekking tot de herdenking in Amsterdam vorm te geven. In het jaar 2013 is samen met veel uiteenlopende instellingen en groeperingen een programma met culturele, educatieve en wetenschappelijke activiteiten georganiseerd.
Voorwoord 2
Overal waar in deze publicatie het woord ‘Stichting’ staat, wordt bedoeld de Stichting Herdenking
Inleiding 4
Slavernijverleden 2013.
Activiteiten van de stichting
Het bestuur van Stichting Herdenking Slavernijverleden 2013 bestaat uit:
Thema Wetenschap & Moderne Slavernij
mevrouw Joan Ferrier (voorzitter) Edward Asscher (penningmeester en secretaris) John Leerdam
6 14
Thema Cultuur, Media & Podiumkunsten 22 Thema Spiritualiteit
34
Nationale Herdenking 1 juli
46
Roelof Koops
Thema Musea & Archieven
50
Harry van Waveren
Thema Economie & Handel
64
mevrouw Marian Markelo.
Thema Educatie
72
Nawoord
88
Bijlage 1 Projecten Stichting Herdenking Slavernijverleden 2013
90
Bijlage 2 Overzicht educatieve websites Verder lezen?
94 95
Franc Weerwind mevrouw Joyce Overdijk-Francis
In het Comité van Aanbeveling hebben personen zitting uit diverse geledingen van de maatschappij: van bedrijfsleven, wetenschap, media, cultuur tot sport. Leden van het Comité van Aanbeveling zijn: Roger van Boxtel, Ernst Hirsch Ballin, Frank Dragtenstein, mevrouw Giovanca Ostiana, mevrouw Jetty Mathurin, Jörgen Raymann, Jandino Asporaat, Humberto Tan, mevrouw Izaline Calister, mevrouw Lilian Gonçalves - Ho Kang You, Stephen Small, mevrouw Ivette Forster, Gilbert Wawoe, Stanley Menzo, Raymi Sambo, A.R Artist en mevrouw Gerdi Verbeet.
www.herdenkingslavernijverleden2013.nl
Colofon 96
1
Voorwoord
In 2013 was het 150 jaar geleden dat Nederland de slavernij afschafte. Een beschamende episode in de Nederlandse en mondiale geschiedenis. Op 1 juli werd dat herdacht en gevierd in het Oosterpark in Amsterdam in het bijzijn van het Koninklijk paar, Willem Alexander en Maxima. Ook in de andere delen van het Koninkrijk was er aandacht voor de herdenking. Op Sint Maarten werd 1 juli tot Emancipation Day uitgeroepen en op Curaçao werd op het Brionplein en met verschillende tentoonstellingen aandacht geschonken aan de bijzondere dag. Op Aruba vonden exposities plaats en werd een theaterversie van Hoe duur was de Suiker? opgevoerd. Zelf mocht ik in Rotterdam een slavernijmonument onthullen. Wat mij daarbij trof was dat het Scheepvaart en Transport College Rotterdam de zorg voor dit monument op zich heeft genomen. Door de blijvende betrokkenheid van jongeren en het onderwijs wordt het een levend monument. 1 Juli was het hoogtepunt van een heel jaar, waarin op vele manieren is nagedacht en gesproken over wat het slavernijverleden betekent voor onze huidige samenleving. De beelden daarvan zijn te vinden in dit Visueel jaarverslag van de Stichting Herdenking Slavernijverleden 2013. Twee films brachten het verleden dichtbij: Tula en Hoe duur was de Suiker? Belangrijk was ook de première van de eerste opera in het Papiaments : Katibu di Shon – naar het boek van Carel de Haseth: Slaaf en Meester – in de Stadsschouwburg Amsterdam. Bijzonder daarbij was dat de Curaçaose mezzosopraan Tania Kross tijdens de voorbereidingen om het verhaal van Slaaf en Meester om te zetten in een opera, ontdekte dat haar geschiedenis en de geschiedenis van Carel de Haseth elkaar kruisten. De voorouders van Tania Kross waren slaven op de plantage waarvan de voorouders van Carel de Haseth de eigenaren waren. De invloed van die tijd gaat verder dan anekdotes. Onze samenleving wordt nog steeds geraakt door racisme en discriminatie,en andere vormen van slavernij en mensenhandel steken de kop steeds weer op. Daarom is het bewustzijn van het onaanvaardbare daarvan zo belangrijk. Daartegenover staan de banden tussen alle delen van het Koninkrijk en de gedeelde economische belangen die bijdragen aan de verwerking van het verleden. Deze publicatie geeft een mooi overzicht van alle goede, mooie en nuttige initiatieven van de Stichting Herdenking Slavernijverleden 2013, die dank en waardering verdient voor haar werk.
De minister van Binnenlandse Zaken en Koninkrijksrelaties,
Ronald Plasterk
dr. R.H.A. Plasterk
3
Inleiding
Vorig jaar werd op 1 juli in het Amsterdamse Oosterpark in aanwezigheid van het koningspaar herdacht dat het 150 jaar geleden is dat de slavernij formeel werd afgeschaft in de toenmalige Nederlandse koloniën Suriname en de Nederlandse Antillen. Met deze publicatie willen we terugblikken op het herdenkingsjaar, maar dan wel met de blik naar de toekomst gericht. In de aanloop naar de herdenking is er in en rondom Amsterdam een aanstekelijke hoeveelheid zichtbare, voelbare en bijna tastbare energie vrij gekomen die zonder de betrokkenheid van vele partijen en met name ook de (financiële) steun van de gemeente Amsterdam niet mogelijk was geweest. Die energie en financiële ondersteuning heeft zich vertaald in een groot aantal producties. Dat alles was echter niet mogelijk geweest als niet alle leden van het bestuur van de Stichting zich zo hadden ingezet. Dat was niet alleen hartverwarmend om te zien, maar eigenlijk ook echt nodig om zo’n herdenkingsjaar op touw te zetten. Het ging niet alleen om 1 juli, maar om het héle jaar 2013. Van 1 januari tot 31 december. Behalve de vele projecten van veel verschillende initiatiefnemers, hield de Stichting zelf het thema op de agenda door elke maand óf zelf een spraakmakend project te organiseren óf aansluiting te zoeken bij evenementen die al op de agenda stonden (zie volgende 4 pagina’s).
Joan Ferrier
Als we niet met elkaar zo op één lijn hadden gezeten, krijg je dit niet voor elkaar. Daar ben ik heel dankbaar voor. Ook wil ik het NiNsee hartelijk danken voor de samenwerking en voorbereiding van de herdenking op 1 juli. In totaal werden er meer dan 120 projecten gerealiseerd. Van de opera Katibu di Shon tot films als Hoe duur was de suiker? Van educatieve lesprogramma’s als Untold, the story tot de 4-delige tv-serie De Slavernij Voorbij? Van de muzikale voorstelling Geen Liefde Zonder Vrijheid tot de theatervoorstelling Obia. En dan heb ik 114 projecten niet
genoemd. Het was hartverwarmend om te zien wat er allemaal mogelijk is als iedereen de schouders eronder zet. Natuurlijk, 150 jaar afschaffing slavernij is ook een aanleiding. Temeer waar ook de rol van Nederland zelf voorwerp van zelfonderzoek was. Maar het elan reikte verder dan een herdenking alleen. Er werd met lesprogramma’s en debatten uitvoerig stilgestaan bij hedendaagse vormen van slavernij, zoals gedwongen prostitutie en kinderarbeid. En breder bij vooroordelen, racisme en discriminatie. De herdenking kreeg daarmee een eigen dynamiek die heel veel mensen in Nederland en in het bijzonder in Amsterdam goed heeft gedaan. Het brengt ons dichter bij elkaar. We staan pas aan het begin van een langdurig proces van bewustwording en zelfonderzoek. Een proces dat zich ook de komende generaties verder zal voltrekken. Het zwaartepunt van de aandacht zou daarbij bij kinderen en jongeren moeten liggen. Aandacht voor deze thematiek op school en tijdens de opvoeding is enorm belangrijk. Het is niet makkelijk. Niet voor de oorspronkelijke Nederlanders om hun rol in de geschiedenis onder ogen te zien en evenmin voor de nazaten van de slaven die in de loop der jaren hier een plek hebben gevonden. In dat opzicht worden we door ons gedeelde verleden gelijk behandeld. Maar het is een gezamenlijke verantwoordelijkheid om het slavernijverleden te verwerken. We blijven de verhalen vertellen van Tula, van het slavenschip Leusden, van Elieser, van de Rebelse Vrouwen en van Louis Mercier, de slaaf, en Wilmoe van Uytrecht, de planter. Dit doen we om samen te herinneren en samen waakzaam te blijven dat racisme, discriminatie en economische uitbuiting geen kans krijgen. Daar gaan we mee door in 2014, 2015, 2016 en net zo lang totdat we dit verleden samen hebben verwerkt. Dat is de enige manier om gezamenlijk te bouwen aan een toekomst die gebaseerd is op vrijheid en respect voor de rechten van ieder mens.
5
Activiteiten van de Stichting
Start Herdenkingsjaar: 19 januari, Amsterdam
Open Monumentendagen: 14 juli, 14 en 15 september
Debatreeks: 15 februari, 16 mei, 26 november De Balie
Stadsschouburg 1 juli
1 juni start Keti Kotimaand: kranslegging ambtswoning
Lesmateriaal Juni
Tula Herdenking 17 augustus
Boekenweekgeschenk: boekenbal 15 maart 2013
7
Activiteiten van de stichting
De ketenen verbroken: 16 en 18 augustus
Tentoonstelling, Zwart & Wit: 1 november 2013 – 1 juli 2014 Jongerenevenement 2 december
Onderwijsbijeenkomst 13 november
Jongerenevenement 2 december
Grachtenfestival 17 augustus
9
‘Amsterdam houdt 1 juli levend’ Edward Asscher is in het dagelijkse leven presidentdirecteur van diamantbedrijf Royal Asscher in Amsterdam. In de Stichting was hij zowel secretaris als penningmeester. En daar had hij het drukker mee dan hij van te voren had gedacht: het opstellen van de begroting, samen met collega’s evalueren van de ingediende plannen en daarna de financiele afhandeling. Dat kwam vooral omdat er meer plannen werden ingediend dan het bestuur had verwacht. Er werd in totaal voor 2,5 miljoen euro aan plannen aangevraagd en uiteindelijk voor 1 miljoen gehonoreerd. Asscher: ‘Dat is een hele goede besteding geweest. Het heeft enorm veel effect gehad, qua publiciteit maar ook qua bewustwording bij de bevolking. En ook als tegemoetkoming aan diegenen bij wie dit al vele jaren leeft. Surinamers en Antillianen hebben echt gevoeld dat ze geen vergeten groep zijn.’ Hij heeft ‘ontzettend veel’ geleerd. Asscher: ‘Ik heb goed kennis kunnen maken met de Surinaams-Antilliaanse gemeenschap en met de gevoelens die daar leven. Ik was daarvoor al vele jaren bezig met met mensenrechten en dit was eigenlijk een soort verlengstuk daarvan.’ Met name de tentoonstelling in het Scheepvaartmuseum heeft hem getroffen. Daar zag hij de misère op die schepen levensecht voor zich. Van de viering zelf vond hij het prachtig dat de
10
net ingehuldigde koning en koningin er bij waren. Asscher: ‘Dat onderstreepte nog eens dat Nederland zich bewust is van dit het verleden.’ Als penningmeester heeft hij gezien hoe belangrijk het is dat er finaniering was voor alle projecten. Asscher: ‘Je kunt de beste bedoelingen hebben, maar om vorm te geven aan al die emoties zul je ook financiering moeten hebben. Dat was afgelopen jaar door Amsterdam goed geregeld. En dit jaar ook nog. Maar hoe hou je dat op de agenda zonder geld? Asscher: ‘Als penningmeester betreur ik het dat de vorige regering de subsidie heeft ingetrokken van het NiNsee. En met name betreur ik het dat ze die hebben ingetrokken per 1 januari 2013; het begin van het jaar dat we gingen vieren. Het was een stuk eleganter geweest als ze dat aan het eind hadden gedaan. En ja, hoe nu verder? Het is duidelijk dat er uit Den Haag geen geld komt. Wél uit Amsterdam: de gemeente houdt 1 juli levend.’
Edward Asscher
11
In 1482 werd het fort São Jorge da Mina, ook wel fort Elmina genoemd, in het huidige Ghana door de Portugezen gebouwd. Hier werden gevangenen gekocht, afkomstig uit verschillende gebieden langs de kust. Na 1550 kwam, door de opkomst van de suikerindustrie, de handel in mensen naar Brazilië op gang. Het fort werd in 1637 door Nederlanders veroverd op de Portugezen. Zo kreeg Nederland een sterke positie in de slavenhandel.
13
‘Het ging en gaat om mensenrechten’ Dit jaar kon volgens Joyce Overdijk-Francis met name tot stand kunnen komen dankzij het College en de Raad van Amsterdam die daar de middelen voor hebben vrijgemaakt. Francis: ‘Je kunt zo’n grootse herdenking en viering niet afhankelijk maken van een paar organisaties in Amsterdam. Dat vond ik heel positief. En de Stichting toonde heel veel energie naar buiten. Want uiteindelijk moeten de mensen het maken, ook al heb je geld.’
Thema Wetenschap & Moderne Slavernij Bestuurslid Joyce Overdijk-Francis was ambassadeur van het thema ‘Wetenschap en Moderne Slavernij’.
Een belangrijk motief voor het thema Wetenschap & Moderne Slavernij was dat we onze geschiedenis moeten kennen. Je moet de feiten kennen. Wetenschap had betrekking op de Trans-Atlantische slavernij. Moderne slavernij had betrekking op allerlei vormen van uitbuiting op bouwplaatsen, in de visserij, prostitutie, horeca, in textielfabrieken en voedselverwerkingsbedrijven, inclusief de mensenhandel die daarmee gepaard gaat. Francis: ‘Dat is een behoorlijk lastige combinatie. Het zijn namelijk onvergelijkbare grootheden. Je vraagt je wel af waarom mensen elkaar in een positie van onderdrukking en uitbuiting willen stoppen.’ De Stichting wilde echter niet dat er discussie zou ontstaan over de manier waarop zij de Trans-Atlantische slavernij afzette tegen vormen van moderne slavernij. Francis: ‘We konden wel in het licht van de moderne slavernij het Nederlandse slavernijverleden een plek geven in de samenleving. Bij zowel de ‘Trans-Atlantische slavernij’ als de ‘Moderne slavernij’ ging en gaat het om mensen aan wie geen mense-
lijke waardigheid werd toegekend en dus ging en gaat het om de mensenrechten.’ Er zijn drie projecten georganiseerd. In Zuidoost heeft Hi5/IZI-solutions samen met FairWork een expositie over moderne vormen van slavernij georganiseerd aan de hand van beeld en tekst. Daarnaast stelde FairWork een gratis toegankelijke buitenexpositie samen over slavernij vroeger en nu. Op negen grote platen werden aan de ene kant beelden en tekst getoond van het Trans-Atlantische slavernijverleden en aan de andere kant een beeld met tekst over een moderne vorm van slavernij. Francis: ‘Dat was nog lastig genoeg. Doel was om mensen op een laagdrempelige manier bewust te maken van het bestaan en de vormen van slavernij, toen en nu. Dat is goed gelukt. Mensen namen er echt de tijd voor. Ook toeristen.’ Op 19 juni 2013 is de expositie geopend bij de Stopera in Amsterdam en verhuisde op 19 juli naar het Museumplein in Amsterdam. Een derde project dat samen met het College voor de Mensenrechten werd georganiseerd was een symposium op 26 november 2013 over mensenrechten in relatie tot het thema. Francis pleit er voor om het momentum vast te houden en de thematiek inhoudelijk verder te ontwikkelen: ‘Dat we bedrijven en overheid erbij betrokken houden. Want dit gaat verder dan maatschappelijk verantwoord ondernemen. In dat opzicht is het mooi dat volgend jaar de tentoonstelling is te zien in Middelburg als daar nationaal wordt herdacht dat 200 jaar geleden de slavenhandel werd afgeschaft.’
15
Expositie Slavernij vroeger en nu Fairwork Thema Wetenschap & Moderne Slavernij
De Balie
De Balie organiseerde drie debatten gerelateerd aan verleden, heden en toekomst. In de verschillende debatten kwamen de juridische, maatschappelijke en psychologische gevolgen van het Nederlandse slavernijverleden aan bod. De thema’s die in deze debattenreeks centraal stonden waren: officiële excuses en herstelbetalingen, de gevolgen van het slavernijverleden op hedendaagse familiestructuren en discriminatie, racisme anno 2013 en de rolmodellen van nu.
17
‘Uiterst betrokken zalen’ Mirthe Frese is programmamaker bij De Balie. Ze heeft afgelopen jaar samen met de Stichting drie debat-programma’s gemaakt en georganiseerd, verspreid over het jaar. Vooral John Leerdam heeft zich daar namens de Stichting mee bemoeid. Omdat de debatten over het jaar waren verspreid, was het een heel jaar lang een thema in de Balie. De zaal was elke keer volledig uitverkocht. ‘Uiterst betrokken zalen’, aldus Frese. Vooral in het tweede en derde programma was zwart heel erg oververtegenwoordigd. Frese: De interesse voor die onderwerpen komt kennelijk meer uit de zwarte dan uit de witte gemeenschap.’ Ook zaten er opvallend veel jonge mensen bij, die zich overduidelijk met het debat wilden bemoeien. Frese: ‘Ze zaten vaak op hun iPad of notitieboekjes mee te schrijven. Ik denk dat er een nieuwe generatie aan het opstaan is, die veel duidelijker en luider zijn stem zal laten horen dan de generatie daarvoor. Dat vond ik wel indrukwekkend.’ Duidelijk is in elk geval dat met deze herdenking 150 jaar, echt een begin is gemaakt voor een nieuw gesprek in de samenleving. Frese: ‘Het speelt ont-zet-tend! Helaas vooralsnog alleen in de gemeenschap zelf en nog niet in de hele samenleving.’ In het eerste debat wilde de organisatie op een bepaalde manier naar het verleden kijken, namelijk gelinkt aan een nationaal excuus. Alles opgehangen aan het feit dat Willem-Alexander koning zou worden en dat dat dus een mooi moment zou zijn waarop Nederland bij monde van de nieuwe koning excuses zou aanbieden aan de nazaten van de slaven in het koninkrijk. Frese: ‘Natuurlijk kwamen daar ook de juridische aspecten over herstelbetalingen bij aan de orde. Maar meer in de zin van: hoe ga je nu om met dat verleden en wat is daarover nu het historisch besef?’ Het tweede programma was meer gericht op de psychosociale gevolgen van het slavernijverleden. Het programma
18 Wetenschap & Moderne Slavernij
heette: ‘Van slavernij tot tienermoeder’. Er werd dus de suggestie gewekt dat er een verband was tussen het slavernijverleden en en het feit dat onder Surinaams/Antilliaanse vrouwen het percentage tienermoeders duidelijk hoger is dan in de rest van Nederland. Het ging bijvoorbeeld ook over één-ouder-gezinnen en over het feit dat mannen minder vaak thuis voor hun kinderen zorgen. Frese: ‘Dat was heel interessant. Gloria Wekker, hoogleraar gender en etniciteit, had daar ook een interessant verhaal over: hoe de manvrouw-verhoudingen voor, tijdens en na de slavernij waren. En of daar een verband tussen was.’ De organisatie wilde eindigen met een blik vooruit. Frese: ‘In ons laatste programma vroegen we ons af in hoeverre het bewustzijn van het slavernijverleden nou eigenlijk was doorgedrongen bij de autochtone Nederlander. Vlak daarvoor ontstond die Zwarte Pieten discussie, die natuurlijk wel duidelijk maakte hoe heftig de tegenstrijdigheden soms waren en hoe weinig kennis er eigenlijk was.’ In het algemeen was de conclusie dat er veel te weinig in het onderwijs wordt gedaan aan het Nederlandse slavernijverleden. Dat kwam continu naar boven. Frese: ‘Op een gegeven moment zei iemand in de zaal: Nou, dat heb ik wél gehad op school, maar dat werd een beetje weggeboed. Ik vermoed dat de algemene kennis over het onderwerp vrij klein is en dat iedereen er dan misschien vanuit gaat dat dat aan het onderwijs ligt. Maar dat is meer een wild guess. De aanwezigen vonden in elk geval dat er veel meer aandacht moest komen voor dit verleden.’ Hoe kunnen we een vervolg geven aan deze maatschappelijke discussie? Frese: ‘Er werden een paar onderwerpen aangehaald die heel belangrijk zijn om te blijven bespreken, zoals de enorme ongelijkheid in jeugdwerkeloosheid. Ik denk dat we daar als De Balie nog wel iets mee zullen gaan doen. Net als met het rapport van Amnesty over etnische profilering. Duidelijk is wel dat er nog veel debatten nodig zijn.’
Thema Wetenschap & Moderne Slavernij
Symposium college rechten van de mens
de Balie
Slavenschepen voor Sint Eustatius. De WestIndische-Compagnie (WIC) investeerde naast goudhandel ook in de slavenvaart. Hierin hadden de bewindhebbers een zeer groot deel van het bedrijfskapitaal geïnvesteerd en het was de omvangrijkste scheepvaartactiviteit van de WIC. In de periode 1674-1740 heeft de compagnie 383 schepen uitgereed. Van alle slavenreizen die zijn gemaakt, werden er 235 met eigen vaartuigen, 134 met gehuurde schepen en 14 met in beslag genomen smokkelschepen uitgevoerd. Atlas van Stolk Rotterdam
21
Thema Cultuur, Media & Podium kunsten
Internationale dimensies voor Amsterdam van belang Als bestuurslid was John Leerdam ambassadeur voor de thema’s ‘Cultuur, Media en Podiumkunsten’. Daarnaast was hij ambassadeur van de debatten over Slavernij toen en nu in de Balie. Verspreid over het hele jaar vonden er heel wat manifestaties en uitvoeringen plaats en het gaat nog door. ‘Ik heb een jaar achter de rug, dat wil je niet weten.’
John Leerdam was acht jaar lang woordvoerder Kunst & Cultuur in de Tweede Kamer, media-woordvoerder (deels) en woordvoerder koninkrijksrelaties.
‘Ik heb steeds gezocht naar de verbinding binnen het hele koninkrijk en daarbuiten. Ik keek naar Amsterdam, naar de landelijke uitstraling en naar de internationale dimensie van de slavernij. Want ik wilde de link leggen met wat er buiten gebeurt. Vandaar ook dat we met de ondersteuning van de film Tula: The revolt en Hoe duur was de suiker? heel nadrukkelijk de internationale dimensies hebben opgezocht. Die laatste film is gebaseerd op de gelijknamige en eveneens succesvolle theatervoorstelling, die weer is gebaseerd op het boek van Cynthia Mc Leod. Katibu di Shon, de eerste opera in het Papiaments, gaat nu naar Curaçao en Aruba. De internationale dimensies zijn voor de stad Amsterdam van belang, voor Nederland, voor het Koninkrijk maar ook voor de internationale uitstraling. Als wij klaar zijn met de Stichting gaan de films nog naar allerlei internationale festivals. ‘Dit is een wereldwijd verhaal. Mensen die van Afrika naar Noord- en Zuid-Amerika zijn getransporteerd en van daaruit
in Europa terecht zijn gekomen. Indiërs en Indonesiërs die als contractarbeiders naar Suriname zijn gelokt en daar onder exact dezelfde erbarmelijke omstandigheden te werk werden gesteld. Er is meer dat zich verbindt met Nederland en Amsterdam en ons slavernijverleden dan wij denken. Het is in zekere zin één grote diaspora waarin al die mensen zich bewegen. De herdenking is vooral een witte kant. De zwarte kant vind je terug in de generaties van de afstammelingen van de slaven ná de afschaffing. Dan is het van belang dat we ook in Nederland weten dat dit onderdeel uitmaakt van onze geschiedenis. Het is van belang dat we met elkaar dat bewustwordingstraject ingaan. Dat slavernij is afgeschaft, maar eigenlijk is vervangen door veel subtielere vormen van uitbuiting. Tot op de dag van vandaag. Wereldwijd. En als Nederland het voortouw kan nemen om in gezamenlijkheid de discussies aan te gaan over racisme, uitbuiting en mensenhandel dan lopen we vooruit op heel veel grote landen waar diezelfde thema’s nu spelen. Het gaat om culturele diversiteit in steden waar meer dan de helft een bi-culturele achtergrond heeft. Dit verhaal is nog lang niet klaar.’
23
23
Curaçao cultuuragenda 2013
Thema Cultuur, Media & Podiumkunsten
De Curaçao cultuurgids + agenda 2013, met foto’s van Sinaya Wolfert. De korte interviews, verhalen en foto’s hebben bijna allemaal een link met het slavernijverleden. Omdat je er het hele jaar doorheen bladerde, bleef de thematiek “op de agenda”.
25
25
‘Waarom zou ik niet trots zijn?’ Izaline Calister was op allerlei manieren bij de herdenking betrokken en was ook op heel veel gelegenheden aanwezig. Bij de aftrap in het Tropenmuseum, op het Grachtenfestival en op de Parade met de muziektheatervoorstelling Geen liefde zonder vrijheid. Ook buiten de herdenking om is Calister erg actief met de emancipatie van zwarte jongeren en vrouwen. Ze zegt heel blij te zijn geweest met alle aandacht voor de afschaffing en heeft afgelopen jaar vooral op cultureel gebied gezien als een heel rijk jaar. Calister: ‘Als kunstenaar ben ik vooral gericht op kunst en in dat opzicht heb ik afgelopen jaar hele mooie, bijzondere dingen gezien.’ Hoogtepunt was dat ze een jarenlange droom heeft kunnen waarmaken door het verhaal te kunnen vertellen van Geen liefde zonder vrijheid. Calister: ‘Daar liep ik al zo lang mee rond. Eigenlijk was het een droom dat dat kon in dat belangrijke jaar.’ De voorstelling zette het licht vol op het Curaçaose slavernijverleden. Calister: ‘Ik zag het als een mooie manier om mensen te vertellen hoe het er een beetje aan toeging. Begrip kweken voor het hele gebeuren zonder dat je met een opgeheven vingertje mensen gaat vertellen wie goed/ fout was, maar meer mensen laten delen in een verhaal dat eigenlijk een gezamenlijk verhaal is. Het is natuurlijk een geromantiseerd verhaal, maar dat is naast een historisch verhaal ook een – hele goeie – manier om mensen te raken.’ In Geen liefde zonder vrijheid, speelde Calister samen met Jörgen Raymann de slaven Buchi Fil en Mosa Nena, een tragische legende rond de sterke slaaf en de mooiste vrouw van de plantage. De voorstelling is geproduceerd door het Volksoperahuis. Calister: ‘Het verhaal leert ons dat je in bijna alle situaties niet te maken hebt met mensen die hetzij volledig goed-, hetzij volledig kwaadwillend zijn. Omstandigheden maken dat mensen beslissingen nemen die heel
26 Cultuur, Media & Podiumkunsten
verkeerd kunnen uitpakken voor de één of voor de ander. Ik zie de geschiedenis niet zo zwart en wit zoals het soms allemaal wordt gepresenteerd. Mensen namen zo goed en zo kwaad als het ging beslissingen en deden dingen in de hoop dat het goed zou uitpakken. En soms deed het dat wel en soms deed het dat niet. Het is een verhaal; over hoe mensen in die tijd leefden en probeerden te overleven.’ Er is volgens Calister verschil tussen het slavernijverleden van Suriname en Curaçao: ‘Suriname is zo’n groot land waardoor er daar een levendige vluchtmogelijkheid was. Slaven konden verdwijnen in het grote oerwoud. Curaçao is gewoon een eiland. De slaven daar konden gewoon nergens heen. Ik weet het niet, maar misschien hadden slaven daardoor minder hoop. In de behandeling zal niet veel verschil zijn geweest. Je had slaveneigenaren die goed waren voor de slaven en je had er die dat niet waren. Ik heb wel het idee dat de afschaffing veel meer leeft onder de Surinaamse bevolking dan onder de Curaçaose bevolking. Het is daar ook niet echt geïnstitutionaliseerd door de regering. Keti-Koti kent iedereen in Suriname en alle Surinamers in Nederland. En ik denk dat er heel veel Antillianen zijn die niet weten dat 17 augustus Tula-dag is. Er wordt de laatste jaren wel steeds meer aan gedaan, ook vanuit de regering, vanuit de Cas di Cultura. Maar het is nog niet iets geworden van iedereen.’ Izaline Calister is ‘heel trots’ op haar verleden, op haar afkomst: ‘Ik kan er niks aan doen dat de geschiedenis die loop heeft gehad. Er zijn ook hele mooie dingen uit voortgekomen. Ik ben heel trots op de muziek die wij maken. En dat komt ook door de Afrikaanse invloeden, maar ook door de Europese en Latijns-Amerikaanse invloeden. Ik vind onze taal prachtig, mede ook vanwege de Afrikaanse invloed. Dus ik zou niet weten waarom ik daar niet trots op zou zijn. De slavernij was een zwarte bladzijde in ons aller geschiedenis, maar wij kunnen er niks aan doen. Het was nu eenmaal zo. Wat er daarna mee is gebeurd, dat is voor mij nu belangrijker.’
Thema Cultuur, Media & Podiumkunsten
Izaline Calister is een CuraçaosNederlands zangeres, componiste en liedjesschrijfster. Ze heeft veel persoonlijk engagement bij de hele thematiek en vraagt daarbij in het bijzonder aandacht voor het Curaçaose slavernijverleden.
Izaline Calster, Geen Liefde zonder vrijheid: Geen Liefde zonder vrijheid vertelt een verhaal over onmogelijke liefde, de universele drang naar vrijheid en het zoeken van je eigen weg. De voorstelling is gebaseerd op een beroemd gedicht van de Curaçaose schrijver Pierre Lauffer (1920-1981). Artistiek gezien was het verhaal een prachtige vermenging van muziek, theater, klassieke muziek en traditionele percussie-instrumenten van Curaçao.
27
Thema Cultuur, Media & Podiumkunsten
Het project De Slavernij Voorbij bestaat uit een 4-delige tv serie, een lespakket en peer-educators die op hun scholen lessen geven. Het project is groter geworden en jongeren waren meer betrokken dan vooraf verwacht. De door de NTR uitgezonden tv-serie spreekt een brede landelijke doelgroep aan. In totaal hebben 400.000 kijkers een aflevering gezien. Er werd na elke aflevering veel op Twitter en Facebook over geschreven.
29
Aangeboden: Stadsschouwburg
Thema Cultuur, Media & Podiumkunsten Stadsschouwburg 1 juli
Melle Daamen is directeur van de Stadsschouwburg in Amsterdam. Hij bracht de herdenking uit Zuidoost en Oost naar de centrale stad, op het Leidseplein. Daarmee maakte hij de herinnering en viering Amsterdam-breed. Hij bleef maar herhalen: de deuren van de Stadsschouwburg staan open voor de Surinaamse en Antilliaanse gemeenschap. Al jaren voor het herdenkingsjaar had Daamen actief aangeboden om de schouwburg een centrale rol te laten spelen bij de herdenking van het slavernijverleden op 1 juli 2013. Uiteindelijk is de Stadsschouwburg ook het begin en het einde geweest van die dag met het ontbijt ’s ochtends en de opera ’s avonds. Daamen: ‘Het is belangrijk om aandacht te geven aan deze episode in onze geschiedenis. Ik wil de schouwburg als maatschappelijke plek neerzetten. Een plek voor alle Amsterdammers. En met de inzet van de Stadsschouwburg geef je ook meer cachet aan de herdenking.’ Het Keti-Koti ontbijt aan picknicktafels op het Leidseplein was zijn idee. Zo’n 35 bekende Nederlanders serveerden een ontbijt aan de deelnemers aan de optocht. Job Cohen maakte roerei, Hans Dagelet bakte wentelteefjes en Karin Bloemen pannenkoeken. Dat werd een doorslaand succes met flink wat media-aandacht. Daamen: ‘Het kostte nog wel moeite om 35 bekende Nederlanders op die dag en op dat tijdstip bij elkaar te krijgen. Maar op de ochtend zelf vond iedereen het leuk. Zowel de Keti-Koti deelnemers als de BN’ers die het ontbijt maakten.’ De boterhammen met pindakaas van Rijkman Groenink vonden gretig aftrek, net als het fruitontbijt van Joop Daalmeijer die samen met Freek en Hella de Jonge een stand runden.
Daamen: ‘Ik heb er niet al te veel de nadruk op gelegd, omdat het anders misschien te zwaar zou worden, maar het was natuurlijk niet voor niks dat het allemaal bekende witte Nederlanders waren die het ontbijt maakten voor de Keti-Koti deelnemers die in overwegende mate zwart zijn. Hugo Fernandes, een zwarte BN’er, had zich per ongeluk ook aangemeld om een ontbijtje te maken. Die heb ik opgebeld en verteld dat het toch niet de bedoeling was dat hij mee deed. Dat begreep hij.’ Om elf uur was het tijd voor de Bigi Spikri, die sinds 2002 vanaf de Stopera vertrekt, maar afgelopen jaar dus vanaf het Leidseplein vertrok. Een bonte stoet van inmiddels zo’n duizend mensen ging kletsend, zingend, flanerend en dansend onder begeleiding van brassbands op pad naar het Oosterpark, voor de nationale herdenking. ‘s Avonds was de schouwburg opnieuw het episch centrum van de herdenking toen daar de wereldpremière plaatsvond van de opera Katibu di Shon - Slaaf en Meester, door de Nationale Reisopera met een hoofdrol voor mezzosopraan Tania Kross. Deze eerste opera in het Papiaments was een indrukwekkende afsluiting van de nationale herdenking. Hoe gaat Daamen de aandacht voor het slavernijverleden vasthouden? Daamen: ‘Ik denk dat wij het hierbij laten. Hoe leuk en hoe goed het ook was. We zijn van harte bereid om elk jaar de tocht vanuit de Stadsschouwburg te laten beginnen. Maar het is niet logisch dat wij als Stadsschouwburg jaarlijks een Keti-Koti ontbijt zouden organiseren. 150 jaar was een goede aanleiding om het wel te doen. Maar natuurlijk stellen we ook komende jaren de schouwburg zelf graag ter beschikking.
Keti Koti Ontbijt 1 juli
Hoe duur was de suiker?
Bigi Spikri 1 juli
Recife
30 Cultuur, Media & Podiumkunsten
Keti Koti Ontbijt 1 juli
31
Suikermolens in Brazilië ten tijde van de Nederlandse bezetting. Aan de slaven werden nauwkeurige eisen gesteld. Voor leverbare slaven werden gehouden: degene die niet blind, lam nog gebroken sijn, ende ook dewelke geen besmettelijke siekte hebben. Verder werd bepaald welke leeftijd de slaven mochten hebben en wat hun marktwaarde was. Volwaardige slaven waren vijftien tot zesendertig jaar oud, slaven ouder dan zesendertig kwamen niet in aanmerking voor transport, slaven van zes tot vijftien jaar telden als drie voor de prijs van twee en van twee tot zes jaar twee voor de prijs van één.
33
Masker gaf nieuw gezicht aan vooroudergeloof Marian Markelo is leraar verpleegkunde en praktiserend Winti-priesteres. Ze is actief op het sociaal-maatschappelijk veld in Den Haag, Amsterdam en Rotterdam. Namens de Stichting was ze ambassadeur voor het thema Spiritualiteit en ambassadeur Educatie (zie pagina 73). ‘Je kunt het verleden niet herdenken zonder daar de Spiritualiteit bij te betrekken. Vergeet niet dat de tot slaaf gemaakten hun eigen Afrikaanse traditionele religiositeit niet konden beleven. De mensen die slaven kochten – we mogen dat echt wel criminelen noemen – verboden “hun” slaven om hun eigen religie te beleven. Daarmee waren die niet alleen hun vrijheid, maar ook nog eens hun religie kwijt. Ze werden gedwongen om ondergronds te gaan met hun geloof. Bovengronds moesten ze het christendom accepteren, maar daarin werden ze niet als gelijkwaardig behandeld. Vandaar dat de Stichting vond dat spiritualiteit er gewoon bij hoort.’
Thema Spiritualiteit Marian Markelo
Als Winti-priesteres is Marian Markelo ingewijd in de Afrikaans-Surinaamse religieuze traditie, de Winti. Zij voert rituelen uit op momenten van ondermeer geboorte, huwelijk en overlijden. Maar ook ik-versterkende rituelen waarbij mensen zichzelf in het zonnetje plaatsen. Markelo: ‘Rituelen op de breukvlakken van het leven.’ De energie rondom de herdenking heeft ze als positief en krachtig ervaren. Vooral vanwege het feit dat het eindelijk, na zovele jaren, de eerste
keer was dat wit Nederland ook ruimer aanwezig is geweest bij de herdenking en andere activiteiten. Markelo: ‘Ik zit er al jaren bij en dit heeft het voor mij echt bijzonder gemaakt. Dit is het minst begrepen onderdeel van onze nationale geschiedenis. Mensen moeten zich ervan bewustzijn dat het niet alleen maar de geschiedenis betreft van het Afrikaanse deel van de Nederlandse samenleving, maar om een geschiedenis van de totale samenleving.’ Het hoogtepunt voor Markelo was de presentatie van een voorouder-masker dat ze met medewerking van het Afrikamuseum door kunstenaar Boris van Berkum heeft laten maken. Door de onderdrukking en door het protestante voorschrift uit het Oude Testament dat er geen beelden aanbeden mogen worden, is eigenlijk de verering van voorouders aan de hand van maskers uit de ex-Afrikaanse gemeenschappen verdwenen. Met dit masker gaf Markelo die gemeenschap dat voorouder-geloof op een symbolische manier terug. Het masker werd bij het plengoffer in aanwezigheid van de koning en koningin en alle notabelen gepresenteerd aan de samenleving. Markelo: ‘De mensen waren heel erg onder de indruk. Iedereen heeft gevoeld dat het een bijzondere lading kreeg.’
35
35
Thema Spiritualiteit ‘Zo spelen we Obia’ is een danstheatervoorstelling van Untold waarbij de AfroSurinaamse winti-cultus door middel van dans en muziek op een theatrale manier wordt neergezet. Daarbij worden er vooral accenten gelegd op rites die hun oorsprong vinden in West-Afrika. Het publiek was verrast dat de cast alleen maar uit jongeren bestaat. De voorstelling genoot grote belangstelling van media, overheid en het bedrijfsleven. Enkele bedrijven zijn bereid om de voorstelling in 2014 naar Suriname te brengen.
Obia
Rebelse vrouwen
37
37
‘Ik heb er 51 jaar met weemoed naar uitgekeken’ Perez Jong Loy is de motor achter ‘1873’. In 1863 werd de slavernij weliswaar afgeschaft, maar kwamen de “eigenaren” met de Nederlandse regering overeen dat ze nog tien jaar op min of meer dezelfde voet konden doorgaan. Anders zou, zo werd gesteld, de economie instorten. De nieuwe burgers werden onder staatstoezicht geplaatst, maar zouden pas in 1873 hun volledige burgerrechten verkrijgen. Wat Perez betreft hadden we 150 jaar slavernijverleden dus pas in 2023 moeten herdenken. Dat is één van de aspecten die bij Jong Loy ‘diep zitten’. Een ander aspect is dat hij er 51 jaar op heeft moeten wachten voordat op 1 juli 2013 vanaf het Marine-terrein in Amsterdam de 21 saluutschoten klonken die op dezelfde dag in Suriname sinds heel lang jaarlijks het einde van de slavernij markeren. Jong Loy: ‘Dat was zeker een emotioneel moment. Als kind maakte dat in Suriname elk jaar grote indruk op mij. En nu klonken die schoten voor het eerst ook in Amsterdam. Maar het was ook een moment van gemengde gevoelens. Sinds mijn komst naar Nederland in 1962 heb ik er met weemoed naar uitgekeken.’ Het afgelopen jaar was voor Jong Loy een jaar met veel hoogtepunten, maar ook wel een paar dieptepunten: ‘Ik stuitte her en der op volstrekt onbegrip: “We gaan een carnavalsvereniging toch ook niet subsidiëren”. Er is dus nog veel werk aan de winkel. Ik begrijp niet goed dat mensen “mijn” vrijheidsbesef niet willen vieren, terwijl het toch om een bevrijding van enkele honderden jaren gezamenlijke geschiedenis gaat.’ De reden dat hij zich zo inzet voor ‘1873’ heeft er mee te maken dat de bevrijde slaven – “hoe wrang” – er volgens hem ná 1863 slechter aan toe waren dan vóór 1863. Jong
38 Thema Spiritualiteit
Loy: ‘Ze werden verplicht om nog tien jaar door te werken en waren nóg onvrijer en er feitelijk nóg slechter aan toe omdat nu de plantage-eigenaren de slaven lieten betalen voor huisvesting, medische behandeling en voedsel. Zo hielden de slavenhouders een claim op “hun” mensen. Dat zou ik ook graag herdacht willen zien worden.’ Rondom het grafmonument van Elieser op de Joodse begraafplaats in Ouderkerk a/d Amstel, organiseert Jong Loy al jaren een lesprogramma voor o.a. een school in Amstelveen. Elieser was een door Portugezen ontvoerde en tot slaaf gemaakte man die van ca. 1610 tot 1629 in Amsterdam heeft geleefd. Elieser is de enige die op die begraafplaats in Ouderkerk a/d Amstel een naam heeft. Er liggen nog negen andere anonieme mensen die tot slaaf zijn gemaakt. De dag van Elieser wordt sinds de vereniging ‘Opo Kondreman’ van Jong Loy in 2001 voldoende aandacht voor deze slachtoffers van 16e eeuwse mensenhandel wist te krijgen, altijd op de woensdag vóór 1 juli gehouden. Jong Loy: ‘Voor Elieser, maar eigenlijk voor alle slaven die in Amsterdam hebben geleefd, willen we nu een monument oprichten waarvoor het Amsterdamse Fonds voor de Kunst en het Mondriaan Fonds het leeuwendeel van de financiering voor hun rekening hebben genomen. Fantastisch! Ook The Blue Boat Company wil ik noemen. Die steunt ons vanaf de 1e Elieserdag in 2010 met een meer dan genereuze tegemoetkoming in de kosten van de boten waarmee we naar Ouderkerk a/d Amstel gaan op die dag. En dat gebeurt niet zomaar, tenslotte brachten ze ook de tot slaaf gemaakten met boten naar Ouderkerk a/d Amstel. Big hug ook voor de mensen bij het PMB, het bestuur van stichting Slavernij Herdenking 2013, de burgemeester van Ouderkerk a/d Amstel, de medewerkers van het Stadsarchief, voor het Amsterdam Museum en voor de stadsdeelvoorzitters en de wethouders diversiteit van de stadsdelen Zuidoost en Oud Zuid. Schitterend! Zij allen hebben op mij in de voorbereiding en de viering een onuitwisbare indruk gemaakt door hun grote betrokkenheid bij dit herdenkingsjaar. Geweldig! Een warm bad!’
Thema Spiritualiteit Saluutschoten 1 juli 2013
39
Keti Koti Tafel
Prodo Waka heeft diverse presentaties uitgevoerd, waaronder kledingrituelen, die tijdens de slavernij plaatsvonden. De groep heeft dit uitgebeeld aan de hand van muziek, verhalen en korte workshops. Er kwamen onverwachte aanvragen voor optredens in verzorgingshuizen in diverse stadsdelen.
Thema Spiritualiteit
Opening Keti Koti maand 1 juni
Prodo Waka Samen Stilstaan, Leven & Vieren Stichting Amsterdams Centrum 30 juni- 1 juli Kenneth Renfrum
41
41
‘Er is een netwerk ontstaan van inheemse organisaties hier’ Slavernij begon met de tewerkstelling van Surinaamse inheemse indianen. Dat wordt vaak vergeten. En een vergeten bladzijde in een vergeten hoofdstuk van deze geschiedenis is extra triest. Terwijl er toch zo’n 10.000 nazaten van deze bevolkingsgroepen in Nederland wonen. Zij waren de eerste slachtoffers van kolonisatie en de eerste slaven in hun eigen ‘huis’. Alleen spelen zij geen rol wanneer er wordt stilgestaan bij zaken die verband houden met de kolonisatie van Suriname, zoals de herdenking afgelopen jaar. Hiervoor moet meer aandacht komen aldus Reinier Artist. In 2013 zijn diverse sociaal culturele manifestaties van muziek, zang en dans op touw gezet, waarbij deze bevolking zich presenteerde aan… tja, aan wie eigenlijk? ‘Allereerst aan de inheemse bevolking hier in Nederland, maar ook andere partners die belangstelling hadden voor ons’, zegt Reinier Artist. In mindere mate ging het om kennisoverdracht in de vorm van inleidingen en lezingen. De inheemsen klagen dat ze in Nederland maar heel moeilijk functioneren en het sociaal maatschappelijk bestel van dit land nog niet zo goed doorhebben. Artist is daarom blij met de aandacht die is geschonken aan de inheemse cultuur door met name de lokale radiostations, vooral in de grote steden. Daarvoor waren de contacten met de Stichting Herdenking een grote stimulans. Artist: ‘Mede door die contacten is op dit moment een soort netwerk ontstaan van alle inheemse organisaties in Nederland, SINN of het Surinaams-Inheemse Netwerk Nederland. Dat vind ik toch wel een positief aspect en een positieve bijdrage van vorig jaar. ‘
Thema Spiritualiteit
oogt op zijn minst om de taal en cultuur van de oorspronkelijke bewoners van Suriname levend te houden en om deze bevolkingsgroep bij Keti-Koti een gezicht te geven. Reinier Artist is adviseur van de stichting en hij wijdt zich tevens aan een boek waarin hij de kolonisatie van Suriname vanuit Indiaans perspectief belicht. Hij is blij dat een stichting als Weyu de inheemse cultuur preserveert en Indiaanse jongeren iets bewuster maakt van wie ze zijn en waar ze vandaan komen. Met zijn boek wil hij daaraan bijdragen. Het gebrek aan aandacht voor de inheemse cultuur van Suriname heeft volgens hem wel een verklaring: ‘De inheemse Indianen zijn door het koloniale bestuur nooit serieus genomen. En de Surinaamse regering heeft die lijn simpelweg doorgetrokken. Eerlijkheidshalve moet hij ook opmerken dat ook de inheemsen zich niet helemaal betrokken voelden bij dit gebeuren. Artist: ‘De slavernij werd door de inheemsen gaandeweg als iets Afrikaans gezien. En dat was een voor hen een totaal andere cultuur. Wij hadden geen enkel gevoel van culturele binding. En dat gevoel was wederkerig.’ Maar de laatste jaren is er volgens hem enige verbetering opgetreden. Artist: ‘Ik heb heel wat Marron-vrienden, intellectuelen, waar ik goed mee kan opschieten. We gaan respectvol met elkaar om. Dat probeer ik op mijn manier over te brengen op onze inheemse gemeenschap.’
Elieser 26 juni 2013
Door hun onzichtbaarheid in de publieke opinie is er weinig bekend over het bestaan, het welzijn en dus het lot van Surinaamse inheemsen in Nederland. De stichting Weyu be-
42 Thema Spiritualiteit
43
43
Op de stedenbouwkundige en architectonische aspecten van de grachtengordel valt weinig af te dingen. Uniek in de wereld, alom geroemd. De grachtenpanden werden gebouwd door burgers die hun fortuin in de koopvaardij, handel en het bankwezen hadden gemaakt. Maar dat dat fortuin vaak werd verworven door middel van mensonterende slavenhandel, is minder bekend. In zijn boek geeft Leo Balai een overzicht van regenten en andere belanghebbenden bij de slavenhandel.
45
1 juli 2013 47
1 juli 2013 49
‘Er wordt makkelijker over gepraat’ Harry van Waveren was namens de Stichting ambassadeur voor de musea. Hij is gedeputeerde van Cultuur geweest in de provincie Zeeland. In die hoedanigheid heeft hij veel met musea te maken gehad in het bijzonder het Zeeuws Museum in Middelburg. Van Waveren wil er voor waken dat de herdenking in de toekomst een Amsterdams onderonsje wordt. ‘Het is een nationaal onderwerp.’ Zeeland is in het verleden na Amsterdam het meest actief betrokken geweest bij de slavenhandel. Dit jaar wordt in die provincie aandacht besteed aan 200 jaar afschaffing slavenhandel.
Musea & Archieven
Drie grote musea die daarvoor in aanmerking komen, het Tropenmuseum, het Scheepvaartmuseum en het Amsterdam Museum, hebben aan de herdenking mee gedaan met aansprekende exposities. Hiernaast zijn een aantal kleinere musea actief geweest. Dat vindt Van Waveren ‘een mooi resultaat’. Uitgangspunt voor dat hele herdenkingsjaar was en is dat mensen meer kennis krijgen over datgene wat er gebeurd is, zodat een breder besef ontstaat over de invloed en betekenis die dit verleden nu nog steeds heeft. Van Waveren: ‘Dan zoek je naar aanstekelijke manieren waarop dat aan mensen verteld kan worden. Zodanig dat het ook blijft hangen. En daar kunnen musea een grote rol in spelen. Mijn idee is dat musea bij uitstek een goed vertrekpunt hebben om mensen het een en ander te vertellen en bij te brengen over hoe het zat en wat dat voor nu betekent.’
Harry van Waveren
en daardoor iets minder opvallend. De exposities in het Scheepvaartmuseum en in het Tropenmuseum lopen nog, waarbij die in het Tropenmuseum nog maar net geopend is. Dus is het volgens Van Waveren te vroeg om uitspraken over de bezoekersaantallen te doen. Van Waveren: ‘Wat ik wel constateer is dat er over het algemeen hele goede reacties zijn gekomen op de exposities. Dat het verhaal goed verteld en verbeeld wordt op heel verschillende wijzen. Dus in die zin ben ik daar dik tevreden over.’ Een van doelstellingen van alle activiteiten – waaronder de exposities - die in het kader van 150 jaar herdenking op touw werden gezet, was dat in Nederland het gesprek over de impact van het slavernijverleden een stapje hoger werd gebracht. Dat mensen niet meteen in een kramp schieten en dat er niet direct in tegenstellingen gedacht wordt, maar dat mensen er wat makkelijker en vrijer over kunnen praten en meer de verbindingen gaan zien in plaats van alleen de tegenstellingen. Van Waveren: ‘Ik vind dat we erin geslaagd zijn om veel en inhoudelijk sterke aandacht te genereren voor het onderwerp. En dat er ook meer en makkelijker over gepraat wordt dan, zeg, anderhalf jaar geleden. Maar ik geloof niet dat we zover zijn gekomen dat het automatisme in het innemen van posities is afgenomen. Dan zal het gesprek toch nog wel wat doorgetrokken moeten worden. Dat proberen we nu in Zeeland te doen, maar dat zal ook in Amsterdam en op veel meer plekken moeten gebeuren. Dit jaar heeft daar een prachtige impuls aan gegeven, dus het zou jammer zijn als dat zou wegzakken. Maar het zal nooit meer zover wegzakken als het ooit weggestopt is geweest.’
Het slavenverleden was een onderdeel van de tentoonstelling in het Amsterdam Museum over de Gouden Eeuw
51
51
‘Er is meer dan de Gouden eeuw met Rembrandt en Frans Hals’ Roelof Koops was in zijn ambtelijke leven directeur van het Zeeuws Archief. Als bestuurslid van de Stichting was Koops ambassadeur voor de archieven van het thema ‘Musea & Archieven’. Samen met Harry van Waveren coördineerde hij de samenwerking tussen Amsterdam en Zeeland voor wat betreft de herdenkingen in 2013 en 2014 over het Nederlandse slavernijverleden.
Musea & Archieven
‘De Stichting is samen met de gemeente Amsterdam mede door het NiNsee (Nationaal Instituut Nederlands Slavernijverleden en Erfenis) in het leven geroepen. Vanuit NiNsee heeft de wethouder Diversiteit van Amsterdam twee bestuursleden benoemd voor de Stichting, waarvan ik er één was.’ Daarnaast was hij ook betrokken vanuit het Zeeuwse, omdat er een afspraak is gemaakt tussen de gemeente Amsterdam en de Provincie Zeeland voor de afstemming tussen het herdenkingsjaar in Amsterdam in 2013 – afschaffing slavernij - en dat in Middelburg waar in 2014 de nationale herdenking van ‘200 jaar afschaffing van de slavenhandel’ plaatsvindt.
Roelof Koops
Meer inhoudelijk heeft het stadsarchief Amsterdam een website opgezet over ‘Amsterdam en de slavernij’ met tientallen verhalen over de Amsterdamse betrokkenheid bij slavenhandel en slavernij. Die site is tot nu toe door 6.000 bezoekers bekeken. Naast de website was van 30 mei tot en met 31 augustus 2013 in het stadsarchief een presentatie te zien van een aantal indringende archiefstukken op groot formaat, die gezamenlijk een haarscherp en voor de
meeste bezoekers een onthutsend beeld gaven van de organisatie van slavenhandel en slavernij vanuit de stad Amsterdam. Samen met Bureau Monumenten en Archeologie organiseerde het Stadsarchief op de tweede etage een kleine expositie met archeologische vondsten over de Amsterdamse suikerindustrie, die draaide op de productie van rietsuiker van de slavenplantages in het Caribisch gebied. De presentatie in het Stadsarchief is bekeken door de 20.000 bezoekers. Daarnaast heeft het stadsarchief verscheidene publieksbijeenkomsten georganiseerd en meegewerkt aan een aantal culturele programma’s, waardoor in totaal meer dan 50.000 mensen met het Amsterdamse slavernijverleden in aanraking zijn gekomen. Koops: ‘De Stichting heeft ook samen met het Amsterdam Museum, met Open Monumentendagen en het Stadsarchief de Amsterdamse slavernijwandeling georganiseerd langs sporen van het Amsterdamse slavernijverleden onder leiding van Noraly Beyer in het kader van 400 jaar grachten in Amsterdam. Deze wandelingen begonnen in het Amsterdam Museum, waarbij letterlijk en figuurlijk werd stilgestaan bij panden met een slavernijverleden. Wat we aan feedback op de wandelingen hoorden was dat het hier om een redelijk onbekend stuk van ons gezamenlijk verleden gaat en dat het veel mensen de ogen heeft geopend. Er is meer dan de Gouden eeuw met Rembrandt en Frans Hals. We hebben ook een slavernijverleden waar je nog steeds de sporen van in het straatbeeld kunt terugvinden.’
53
53
De Zwarte Bladzijde van de Gouden Eeuw: Een deel van de tentoonstelling De Gouden Eeuw in het Amsterdam Museum is gewijd aan de slavernij. Daarnaast organiseerde het museum allerlei activiteiten, zoals voorleesmiddag tijdens Boekenweek, Keti Koti maaltijd op 5 mei, wandelingen door de Gouden Bocht en het aan de hand van foto’s en verhalen documenteren van de kleding die mensen droegen op 1 juli. Ook voor het museum was het belangrijk om om te gaan met dit vaak nog pijnlijke erfgoed.
Amsterdam Museum 55
Thema Musea & Archieven
Tropenmuseum
Wie is wit en wie is zwart? Wie bepaalt dat eigenlijk? En wat heeft het slavernijverleden daar dan mee te maken? 150 jaar na de afschaffing van de slavernij confronteert het Tropenmuseum zijn bezoekers met deze en andere vragen in de tentoonstelling Zwart & Wit.
57
57
‘Denk na over hoe jij hier zelf over denkt’ Alex van Stipriaan is historicus en hoogleraar aan de Erasmusuniversiteit Rotterdam. Hij is onder andere auteur van het boek Op zoek naar de stilte, sporen van het Nederlands slavernijverleden en was de bedenker van het concept voor de tentoonstelling Zwart & Wit in het Tropenmuseum, die nog loopt tot 1 juli 2014. Van Stipriaan was in het Tropenmuseum conservator Latijns-Amerika. Was inderdaad, want uitgerekend tijdens het herdenkingsjaar werd zijn functie opgeheven. Van Stipriaan: ‘Terwijl juist die functie borg stond voor aandacht aan het slavernijverleden.’ 2013 was, aldus Van Stipriaan, een bijzonder jaar: ‘Omdat ik er al zo lang mee bezig was en benieuwd was wat de impact ervan in Nederland zou zijn. Terugkijkend is er heel veel aandacht geweest. Hij wijst op twee televisieseries, heel veel culturele producties, tentoonstellingen, boeken. Er is geen schoolboekje waar de Nederlandse slavernij niet in wordt behandeld. En daar heeft volgens hem dit jaar nog eens extra aan bijgedragen met alle mogelijke soorten cultuurproducties. Van Stipriaan: ‘Het enige punt van kritiek is dat het wel heel erg een Amsterdams feestje is gebleven. Ik heb door het hele land lezingen gegeven en alle nationale kranten en de televisieprogramma’s hebben er zeker aandacht aan besteed. Maar verreweg de meeste cultuuruitingen zijn toch in Amsterdam geweest. En dan vaak nog alleen gericht op Suriname.’ Voor de tentoonstelling Zwart & Wit werd gekozen voor een vragende invalshoek. De centrale vraag was: Hoe zijn zwarte en witte Nederlanders sinds de slavernij met elkaar omgegaan? Met een nadruk op het heden. Het gaat
58 Thema Musea & Archieven
Thema Musea & Archieven dus alleen over Nederland en bewust niet over Suriname, Antillen of West-Afrika. Van Stipriaan: ‘We wilden het heel bewust op de huid van deze samenleving laten komen.’ Het gaat om persoonlijke vragen aan de bezoeker. In de trant van: willen we echt met elkaar delen? Zijn we al een ‘we’ geworden? Moet dat? Hoe ziet een Nederlander er dan uit? Het zijn vragen over het nu. Boven alle thema’s hangen de vragen letterlijk in neonletters. Van Stipriaan: ‘Museaal gezien is de traditie dat een museum vertelt hoe het was: Zo was de slavernij! Ik wilde een open, vragende benadering: bezoeker, denk na over hoe jij hier zelf over denkt.’ De tentoonstelling wordt erg goed bezocht. Er zijn inmiddels zo’n 50.000 bezoekers geweest en Van Stipriaan verwacht dat het streefaantal van 100.000 zeker gehaald wordt. Van Stipriaan denkt dat het onomkeerbaar is dat het slavernijverleden van Nederland op de kaart staat. Maar dat dat verleden hedendaagse consequenties heeft, daar zal vervolgens nog heel lang aandacht aan gegeven moeten worden en daar is komende jaren weinig geld voor. Hoe hou je de aandacht vast? Van Stipriaan: ‘Een speciaal museum over dit verleden is een idee, het bijna opgeheven NiNsee had die functie, maar het zou nog beter zijn als het een vaste plek krijgt in de bestaande historische en hedendaagse musea. Een apart museum leidt soms tot polarisering en kan ook gemakkelijker worden opgeheven, zoals onder deze regering is gebleken.’
Open Monumentendagen: Een wandeling langs het Amsterdamse slavernijverleden
59
Thema Musea & Archieven
Het Scheepvaartmuseum
De tentoonstelling ‘De Zwarte Bladzijde’ in Het Scheepvaartmuseum bestaat uit een expositie, een onderwijsprogramma en een publieksprogramma. Uitgangspunt van de tentoonstelling is het aangrijpende verhaal van slavenschip Leusden, dat in 1738 verging in Suriname. De Nederlandse Ambassade hoorde van de tentoonstelling in Het Scheepvaartmuseum en gaf het museum “de prachtige opdracht” om de tentoonstelling naar Suriname te halen.
61
61
Detail van het fronton van het Paleis op de Dam: Afrika legt haar schatten aan de voeten van Amsterdam. De driehoekshandel tussen Europa, de westkust van Afrika en Zuid-Amerika maakte Amsterdamse regentenfamilies puissant rijk. Van de opbrengst van die handel bouwden zij hun stadspaleizen in de Gouden Bocht. Afrikaanse slavenhandelaren werden betaald met textiel, wapens, buskruit, messen, drank en kaurischelpen. Amsterdam was zelfs het centrum van de handel in kaurischelpen. (Foto: Klaas Schoof)
63
Hoe ging de slavenhandel precies in zijn werk? Van de 353 door de Kroon benoemde burgemeesters zijn er maximaal tien van allochtone afkomst. Franc Weerwind is er daar één van. Zijn beide ouders zijn afkomstig uit Suriname en hij is zelf een geboren Amsterdammer. Zijn familienaam Weerwind heeft hij te danken aan een Nederlandse plantagehouder: ‘We hebben die naam gekregen bij het afschaffen van de slavernij in 1863. Vervolgens mochten mijn voorouders nog eens tien jaar gedwongen arbeid verrichten op de plantage alvorens zij hun heil elders mochten zoeken.’
Thema Economie & Handel
Franc Weerwind
Weerwind kent zijn geschiedenis. Hij weet dat zijn voorouders verscheept zijn in West-Afrika en verhandeld op Barbados, om uiteindelijk te werk te worden gesteld in Suriname op een plantage. Wat moeilijker wordt is om te achterhalen wáár uit Afrika zijn voorouders vandaan kwamen. Weerwind: ‘Dan moet je genetisch onderzoek laten doen, wat sommigen ook doen. Mijn voorouders konden overal uit Afrika vandaan komen. Er was binnen Afrika een intensieve slavenhandel waarbij mensen van bijvoorbeeld Oost-Afrika naar West-Afrika werden getransporteerd. Opvallend is wel dat veel van de Afrikaanse gebruiken en gewoontes van de Surinaams-creoolse bevolkingsgroep, in casu de inwoners van het Amazonegebied, duidelijke overeenkomsten vertonen met die van verschillende inwonersgroepen uit Afrika. Dat zie je bijvoorbeeld aan het eten, de manier waarop het land bewerkt wordt en aan diverse rituele gewoontes.’
Wat heeft de werkgroep ‘Economie & Handel’ het afgelopen jaar gedaan? Weerwind: ‘We hebben onder andere gekeken naar de geschiedenis van de Amsterdamse slavenhandel. En dat onderzoek hebben we vast laten leggen in een boek, geschreven door Leo Balai. Het boek getiteld De geschiedenis van de Amsterdamse slavenhandel, kwam vorig jaar uit en legt heel precies vast hoe de slavenhandel in zijn werk ging, wie erbij betrokken waren, en waar die particulieren in Amsterdam precies woonden.’ En op 2 december 2013, de internationale dag van de afschaffing van de slavernij, werd er een goed bezochte bijeenkomst georganiseerd door en voor jongeren tussen de 16 en 27 jaar. Doel was hen meer kennis bij te brengen over het werken in de nautische sector, lees: de kansen op werk in het werkgebied Amsterdam en omstreken. Het Amsterdams Havenbedrijf was één van de organisatoren en medefinanciers van de bijeenkomst. Weerwind: ‘Je kan lang en veel praten over herstelbetalingen, maar door het inzetten van je kennis, kunde en kwaliteiten is het ook mogelijk om nu en in de toekomst werk te vinden in de nautische sector van Amsterdam en omstreken.’
65
65
‘Tot 1713 was Nederland dé slavenhandelsnatie’ Leo Balai schreef het boek Geschiedenis van de Amsterdamse slavenhandel, waarin hij namen en rugnummers noemt van Amsterdamse regentengeslachten die over de ruggen van slaven hun fortuin hebben gemaakt. Balai wijst de grachtenpanden aan die met overzees bloed, zweet en tranen zijn betaald. Gedurende het afgelopen jaar hield hij negen lezingen in Amsterdam. ‘Het was een hectisch jaar. Balai is ‘heel positief’ over 2013. Het heeft een heleboel mensen getriggerd. Hij ziet dat mensen zijn gaan nadenken over de rol van Amsterdam bij de slavernij en de slavenhandel. Ook aan de verkoopcijfers. Zijn uitgever meldde onlangs dat zijn boek over de Amsterdamse slavenhandel in de boeken top-10 staat. Maar hij ziet het ook aan de discussie over Zwarte Piet. Balai: ‘Het is een bewustwordingsproces. In Amerika zijn ze in dit opzicht veel verder. Daar begrijpen ze best dat je een Sinterklaasfeest kunt geven, maar dat je voorzichtig moet zijn met het opvoeren van – wat ze daar noemen – black faces, dus mensen vermommen als zwarten die dan om zo’n witte man heen lopen. Het is storend voor zwarte mensen. Houd daar rekening mee. Maar dat is dus het proces. De bewustwording dat dit in een beschaafde samenleving niet meer kan.’ Zijn lezingen werden goed bezocht. Op de voorlopig laatste lezing op 1 december in het Stadsarchief kwamen zelfs meer dan honderd mensen af. Er kon niemand meer bij. Gemiddeld kwamen er zo’n vijftig mensen op af. Meer wit dan zwart. Balai: ‘Dat is gebruikelijk. Ik weet vanuit de Surinaamse gemeenschap dat je mensen niet makkelijk naar een lezing krijgt. Ook niet over dit onderwerp.’ Op een
66 Thema Economie & Handel
lezing in november in de openbare bibliotheek in Zuidoost was de verhouding wel fifty-fifty. Balai: ‘Dan ontstaat er een dialoog tussen witte en zwarte mensen die elkaar vaak al kennen en samen naar zo’n lezing komen.’ De organisatie van het herdenkingsjaar is er volgens Balai goed in geslaagd om het thema onder de aandacht te brengen. Op een objectieve manier. Balai: ‘Het is gelukkig niet meer zo dat we alleen maar naar de positieve kanten van onze geschiedenis hoeven te kijken, maar ook met elkaar kunnen praten over de zwarte bladzijden.’ Balai heeft er op gestudeerd. Wat moeten we volgens hem zeker weten over de betrokkenheid van Nederland bij de slavenhandel? Balai: ‘Dat die tot 1713 substantieel was. Als je naar de aantallen kijkt hoor je vaak dat Nederland “maar” 550.000 van de in totaal 12,5 miljoen Afrikanen heeft verscheept. Maar dat zegt niks over de impact die Nederland heeft gehad in de slavenhandel.’ Tot 1713 was Nederland, aldus Balai, de meest prominente slavenhandelsnatie. Daarna zijn ‘we’ overvleugeld door de Engelsen en de Spanjaarden. In Engeland is volgens Balai veel meer aandacht voor het slavernijverleden. Daar wordt veel gepubliceerd. Wat hem tijdens zijn onderzoek ook verbaasde was dat er in de Gouden Eeuw zoveel zwarte mensen in Nederland waren. Vanaf de 15e, 16e eeuw. Deels als slaven van Joodse vluchtelingen uit Portugal en Spanje, maar ook als vrije, vermogende Afrikanen. Het derde punt dat hem bij zijn onderzoeken opvalt is de totale afwezigheid van weerstand tegen vormen van slavernij gedurende 300 jaar. Maar ook dat is van alle tijden. Balai: ‘Hier halen de mensen vandaag ook hun schouders op over de misstanden in de bouw van de stadions in Qatar waar arbeiders als slaven worden behandeld. Terwijl we tegenwoordig veel beter op de hoogte zijn van wat zich in andere delen van de wereld afspeelt. Dat is ontnuchterend.’
Op dit moment is Balai bezig met het vervolg op een ander boek dat hij schreef, getiteld: Het slavenschip Leusden. Dat schip verging op 1 januari 1738 voor de monding van de Marowijnerivier in Suriname. Van de 700 in Afrika ingescheepte gevangenen overleefden er slechts 16 de ramp. Hoewel het de grootste tragedie is uit de Nederlandse scheepvaarthistorie, is deze ramp vrijwel onbekend. Balai is op zoek naar het wrak van dat schip: ‘Ik ben daarvoor afgelopen jaar drie keer naar Suriname geweest samen met een aantal maritiem archeologen proberen we het wrak te lokaliseren. Dat is nogal een klus, ook al omdat niemand in Suriname op de hoogte was van dit drama.’
Thema Economie & Handel
Leo Balai Geschiedenis van de Amsterdamse slavenhandel Uitgeversmaatschappij Walburg Pers ISBN 978.90.5730.907.6 67
Thema Economie & Handel
Kompas naar succes, ontmoet je eigen toekomst
Jongerenevenement 2 december ‘Kompas naar succes, ontmoet je eigen toekomst’ was een evenement in het kader van de ‘Internationale dag voor de afschaffling van de slavernij’. De bijeenkomst was bedoeld voor jongeren tussen de 16 en 27 jaar.
69
Afschaffing van de slavernij in Curaçao in 1863. Na de afschaffing van de slavenhandel door Nederland in 1814 duurde het nog geruime tijd voordat ook de slavernij zelf werd afgeschaft. De Engelsen schaften de slavernij af in 1834, de Fransen in 1848. Vanaf dat moment drong de Nederlandse regering er bij de plantagehouders op aan om “hun” slaven goed te behandelen. Toen de slavernij in 1863 eenmaal was afgeschaft, werden de slaven echter nog gedwongen om tien jaar op de plantages door te werken.
71
Thema Educatie
Ze zeggen: ‘Wij zijn Afro-Europeanen’ Marian Markelo was, behalve ambassadeur voor Spiritualiteit ook ambassadeur voor het thema Educatief. ‘Met educatie kunnen we nog beter gaan delen wat het verleden aan ons doorgeeft.’ De Stichting was van mening dat het onderwijssysteem in Nederland er nog onvoldoende duidelijk op gericht is om het echte verhaal van de slavernij en de erfenis die er ligt, te vertellen op school. Markelo: ‘Met educatie kunnen we nog beter gaan delen wat het verleden aan ons doorgeeft. Maar we kunnen er ook op een verantwoorde manier mee naar de toekomst kijken. Want je kunt vandaag niet verklaren als je niet weet hoe dingen gisteren geweest zijn. Je kunt morgen geen stevige basis geven als je niet in staat bent om wat je vandaag ziet op een goede manier te vertalen naar doelen voor de toekomst.’ In het kader van 150 jaar afschaffing slavernij zijn er boeken gemaakt, lesbrieven, DVD’s. Markelo: ‘Mensen hebben echt hun best gedaan. Op de ‘Onderwijsbijeenkomst Slavernijverleden 2013’ in het Tropenmuseum waren er meer dan vijftig mensen aanwezig die de producten die ze gemaakt hebben rondom slavernij presenteerden en te koop aanboden. We waren als organisatie echt verrast hoeveel Amsterdamse basis- en middelbare scholen daarop afkwamen.’ Er komt volgens Markelo een generatie aan die zelfbewuster is dan de huidige generatie: ‘Het was mooi om te zien hoe tijdens een educatieve manifestatie op de Westergasfabriek zóveel jongeren op het podium kwamen met een
mening met een visie over gisteren, vandaag en morgen.’ Juist omdat er op scholen onvoldoende aandacht is voor dit verleden, omdat er in hun opvoeding niet gesproken wordt over zaken die hun identiteit vormen, kunnen AfroEuropese kinderen in de knel komen met zichzelf en hun omgeving. Markelo: ‘En wat doen ze dan? Ze gaan op zoek naar iets waarvan ze denken dat het bij hen hoort. En als ze dat hebben gevonden, heb ik gemerkt, dan zijn ze in staat om dat op een goede manier in te zetten. Dat hebben ze bewezen op een mini-conferentie in het Tropenmuseum en op de manifestatie in de Westergasfabriek. Ze hebben programma’s opgezet waarin ze heel kritisch de samenleving beschreven maar even kritisch hun eigen rol daarin betrokken.’ Welke identiteit vinden ze dan? Markelo: ‘Ze zeggen: Wij zijn Afro-Europeanen, wij zijn ook Europeanen, maar dan met Afrikaanse roots. Daar moeten we een synthese van maken.’ Haar vraag is wel hoe Amsterdam de energie die afgelopen jaar vrijkwam vast kan houden. Markelo: ‘Wethouder van Es heeft echt de intentie om daarover na te denken, maar het blijft toch een aandachtspunt. Het heeft 150 jaar geduurd voordat op Amsterdams niveau geld vrijgemaakt is om heel bewust iets te doen met de slavernijgeschiedenis. Voor het rijk heeft dit geen prioriteit. Wat als straks andere politici Amsterdam besturen? Vandaar mijn vraag: hoe kunnen wij dit momentum verankeren zodat deze thematiek altijd op een waardige, spirituele en educatieve manier onder de aandacht blijft?’
73
73
Thema Educatie
Stripboek slavernij
Stripboek slavernij is een spannend ik-verhaal over een jongen die werkelijk in slavernij terechtkwam. Lezers volgen zijn ontvoering in het huidige Ghana, zijn deportatie, zijn leven in Paramaribo, op de plantages en tenslotte in Nederland. Ook de slavernij op de voormalig Nederlandse Antillen komt aan bod. Het boek is bedoeld voor een breed publiek vanaf 11 jaar. Docentenhandleiding en lesmateriaal bij de strip is met name voor leerlingen van klas 2 en 3 VO, alle niveaus. Tekeningen van Eric Heuvel, bekend van de strips over de Tweede Wereldoorlog. Onderzoek en scenario: Ineke Mok.
75
75
‘Ook onze voorouders hebben dit land opgebouwd’ Otmar Watson is vooral met jongeren bezig. Hij artistiek leider van Untold dat drie theaterproducties maakte waar slavernij een onderdeel van was en daarnaast uitwisselingsprojecten en debatten organiseert. Verder is hij managing director van de stichting Eternity Percussion dat zich bezig houdt met muziekeducatie voor jongeren en is hij jongerenprogrammeur in NoLimit, een cultuurhuis in Amsterdam Zuidoost. Jongeren van Surinaamse, Antilliaanse en West-Afrikaanse afkomst hebben volgens Watson vaak geen idee wie ze zijn en waar ze vandaan komen. Ze weten natuurlijk wel waar hun ouders vandaan komen, maar hebben verder geen idee van de geschiedenis en daarmee geen idee waarom ze in Nederland wonen. En op school wordt er volgens Watson nauwelijks aandacht besteed aan de slavernij. Watson: ‘Terwijl die juist heel belangrijk is geweest voor de opbouw van de Nederlandse en eigenlijk voor heel veel Europese samenlevingen. Dat Nederland zo rijk is geworden heeft vooral te maken met het slavernijverleden.’ Dat is het verhaal dat Watson op het Altra-College in Zuidoost vertelt. Volgens hem is het belangrijk dat deze jongeren weten wie ze zijn en dat hun voorouders een belangrijke bijdrage hebben geleverd aan de opbouw en welvaart van de Nederlandse samenleving. Watson: ‘Die wetenschap maakt jongeren veel zekerder, veel assertiever. Ze staan positiever in het leven en hebben meer respect voor hun cultuur. Ze worden daardoor zelfstandiger, onafhankelijker. Het valt mij ook op dat ze gerichter een keus maken voor een opleiding waarmee ze ook een bijdrage kunnen leveren aan het versterken en in standhouden van deze cultuur.’
76 Thema Educatie
Hij houdt zich al jaren bezig met dit onderwerp vanuit Untold en Eternity. Uit beide stichtingen organiseert hij museumbezoeken en excursies naar onder andere Engeland, Gambia en Egypte. Zeventig procent van het benodigde budget komt van Europese en nationale subsidies en van het eigen vermogen en dertig procent moeten de jongeren zelf inbrengen. Watson: ‘Wij vinden het belangrijk dat jongeren een eigen bijdrage betalen aan hun ontwikkeling. Alleen komen daar de jongeren in hun vrije tijd op af, dus ná school. Maar vanaf vorig jaar zijn we ook begonnen met reguliere programma’s op scholen. Daarvoor hadden we ook wel incidenteel workshops gegeven, maar door de Stichting Herdenking Slavernijverleden 2013 zijn we ook in staat geweest om een goede start te maken om scholen structureel te interesseren voor les over slavernij.’
Onderwijsbijeenkomst 13 november
Thema Educatie
School is heel belangrijk. Watson: ‘School is de tweede opvoeder van het kind, na de ouders. Wij, de culturele sector, zijn de derde opvoeder. Ook ouders benadrukken het belang van school. Dus op het moment dat je scholen verplicht om aandacht te besteden aan dit onderwerp, ben je al heel ver. Alleen moet dat niet alleen in Amsterdam, maar in heel Nederland gebeuren. Het is een gedeelde geschiedenis. Wij proberen er nu voor te zorgen dat het in elk geval op alle scholen in Amsterdam wordt geaccepteerd. En met de stimulans die we nu hebben gekregen met de viering van vorig jaar kunnen we weer verder.’ Jongeren in Engeland zitten volgens Watson op dezelfde manier in dit verhaal als de jongeren uit Nederland. De Engelsen hebben echter één voordeel: daar hebben ze alle culturele organisaties die geld krijgen van de overheid en alle scholen verplicht om elk jaar in de maand oktober aandacht te besteden aan de slavernij. Dat noemen ze daar Black History Month. In Amerika is dat de maand februari. Watson: ‘Voor Nederland zou juni een goede maand zijn. Dan kan iedereen ook met trots elk jaar op 1 juli de afschaffing van de slavernij vieren.’
77
77
Thema Educatie
HOLY Animatie Clips over Slavernij daagt jongeren uit om creatief en oplossingsgericht over het slavernijverleden en hedendaagse vormen van slavernij na te denken. Geprikkeld door het speciaal ontwikkelde online lesmateriaal, vertalen zij hun ideeën over slavernij naar een zelf gemaakte animatieclip. Opvallend was dat de bespreking van het onderwerp een sfeer van solidariteit en saamhorigheid creëerde in de klas. Niet de scheiding tussen zwart en wit werd benadrukt, maar er ontstond juist een gedeeld gevoel van rechtvaardigheid tegen onrechtvaardigheid.
Holy Animatie
Verkocht
VERKOCHT is een locatievoorstelling over slavernij toen en nu. Over wreedheid en eindeloze werkdagen. Over heimwee en de troost van een klein gebaar. Over consumptie en de prijs die daarvoor wordt betaald. Maar vooral over het gevecht om mens te blijven. VERKOCHT toont slavernij als systeem dat in verschillende vormen van alle tijden is: wie heeft waar belang bij, wie verdient waar aan, ten koste van wie? Alleen diepgevoelde empathie kan dit systeem weerstand bieden. Het kan het aantasten, en wie weet ooit verslaan.
79
Thema Educatie
Doel van Untold, the Story is om leerlingen van het voortgezet- en basisonderwijs te informeren over het Nederlandse slavernijverleden. Leerlingen hebben een positiever beeld van Afrika gekregen. Ze begrijpen nu ook beter hoe migratie tot stand is gekomen en waarom het belangrijk is om elkaar te respecteren en te waarderen.
Untold, the Story 81
81
Thema Educatie
Eén, twee, drie, vier, hoofddoek van plezier! Eén, twee, drie, vier, hoofddoek van plezier! is een kleurrijk kinderboek van Jeanine Cronie over de Surinaamse hoofddoek (angisa). Dit cultureel erfgoed heeft zijn oorsprong in West-Afrika, is met slavenvrouwen meegegaan naar de voormalige koloniën en wordt nu nog steeds gebruikt. Ook in Nederland. Het is geen boek met uitleg, het is vooral de bedoeling dat kinderen vragen gaan stellen en in dialoog gaan met de verteller. In het bijbehorend lesmateriaal wordt achtergrondinformatie gegeven en via de angisa een brug gemaakt naar het slavernijverleden.
83
83
Thema Educatie
DoReMixMax is een online lespakket van stichting ‘Cine Musica’ voor groep 7 en 8 Primair Onderwijs en de brugklas Voortgezet Onderwijs (lesstof vervangend). Het thema slavernij wordt op een toegankelijke manier behandeld via de insteek van muziek en dans uit Brazilië, Angola en Nederland. Leerlingen volgen een filmspoor op de website www.doremixmax.org. Daarnaast kunnen leerlingen actief aan de slag met het mixen van muziek, en het aanleren van een Braziliaans ritme en dans. Een basisschool in Amsterdam Zuidoost heeft gevraagd of het lespakket gebruikt mag worden als uitgangspunt voor de musical die groep 8 dit jaar gaat maken.
85
‘Hoe gaan we dit boek afsluiten?’ Radio Frimangron is een communicatief slavernijmonument ter ere van de slachtoffers en hun nazaten. Het is een initiatief van Roy Groenberg, voorzitter van de stichting Eer en Herstel. Onverwerkte pijn, daar gaat het om. Volgens Groenberg lijden de nazaten tot op de dag van vandaag nog aan de trauma’s die hun voorouders door de slavernij hebben opgelopen. Groenberg: ‘En daarover moet je natuurlijk met de achterban praten.’ Bij zijn lokale zender Radio Frimangron, afgeleid van Freeman Ground, coördineert hij de programmering en heeft ook een eigen programma WI-EGI-SANI, ons eigen ding. Radio Frimangron besteedde afgelopen jaar aandacht aan de zoektocht van Leo Balai naar het wrak van slavenschip Leusden, aan de verworven rijkdom van Amsterdam in het licht van de Trans-Atlantische mensenhandel, aan de ‘Gouden Bocht’ met al zijn schuldige grachtenpanden en aan de residentie van de burgemeester, Herengracht 502, gebouwd door Paulus Godin of Godijn die zijn fortuin onder meer had gemaakt met de mensenhandel. Groenberg: ‘De luisteraars werden geïnformeerd. Er zijn heel veel dingen gepasseerd waar ze nog niks van wisten.’ Hij vond het goed dat Amsterdam liet zien dat haar instituties ook weet hebben van dit deel van hun geschiedenis. Al heeft hij wel het gevoel dat de hoofdmoot van de aandacht in 2013 uitging naar 400 jaar grachtengordel, 200 jaar Koningshuis en 125 jaar Concertgebouw. Groenberg: ‘Toen heeft iemand bedacht: we kunnen dit soort zaken niet organiseren zonder ook naar ons slavernijverleden te kijken. Er zijn heel veel nazaten, Amsterdammers, die vinden dat er veel meer had kunnen gebeuren, maar goed, dat is nou eenmaal zo in Nederland. Mensen willen altijd meer. Al met
86 Thema Educatie
al zijn we niet ondankbaar. Het had beter gekund, maar je kunt niet alles hebben!’ Een van de verworvenheden is in elk geval dat de keti-koti-memre waka (keti-koti- herdenkingstocht) van 1 juni langs op de ‘schuldige’ grachtenpanden een jaarlijks terugkerend evenement zal zijn. Dat mag zeker als verworvenheid van de 140 / 150 jaar herdenking worden aangemerkt. Groenberg: ‘Met deze tocht willen we samen met alle andere Amsterdammers werken aan een betere onderlinge verstandhouding.’
Thema Educatie
Wat had hij nog meer gewild? Groenberg: ‘Wij hadden bijvoorbeeld een verzoek ingediend om met een Amsterdamse gemengde delegatie af te reizen naar de plaats delict, Suriname, om daar mensen in Paramaribo te ontmoeten en daar een project te doen over slavernij. Met als doel om daar de mensen te laten zien dat Nederland, Amsterdam, niet vergeten is wat er in het verleden is gebeurd en dat we dat samen met die mensen een plek kunnen geven. Want ik kan me geen toekomst voorstellen zonder een goede relatie tussen Nederland en Suriname in het algemeen en in het bijzonder tussen Amsterdam en Paramaribo. Want zoals je weet is Amsterdam zeker 100 tot 150 jaar eigenaar van de kolonie geweest.’ Met zijn stichting zal Groenberg zich blijven inzetten voor eerherstel en herstelbetalingen. Een van zijn belangrijkste doelstelling is de realisatie van een eigen cultureel centrum waar de herinnering aan het verleden op een spirituele manier levend gehouden kan worden. Hoe hoog die herstelbetalingen moeten zijn, weet hij niet. Groenberg: ‘Een mogelijkheid is dat Amsterdam of Nederland het basisonderwijs in Suriname voor 50 jaar adopteert. Een andere vorm van eerherstel zou kunnen zijn dat de Nederlandse samenleving ons helpt om de Winti-tempel te bouwen. Er zijn mensen die denken aan 50 miljard euro. Zelf vind ik dat uiteindelijk Nederland en Suriname met elkaar toch tot een vergelijk moeten komen op dit punt. Met elkaar bekijken: hoe gaan we dit boek afsluiten? Ik denk dat Nederland daar ook klaar voor is.’
Kranslegging burgemeester 1 juni
87
Nawoord Dankzij de inzet van veel mensen is het herdenkingsjaar 150 jaar afschaffing slavernij een succes geworden. Ik wil iedereen daarvoor bedanken. Er is veel positieve energie vrijgekomen. Veel activiteiten hebben gezorgd voor ontroering en beroering. Bij iedereen! En dat is precies de aandacht die slavernij nodig heeft. Gedurende het jaar nam de belangstelling voor de geschiedenis van slavernij alleen maar toe. Overal waren mensen wit en zwart, jong en oud, mannen en vrouwen – met elkaar in gesprek over slavernij en de gevolgen daarvan. Vaak waren dat hele persoonlijke verhalen over overgrootouders die de slavernij nog aan den lijve hadden meegemaakt.
wordt verkocht en ergens ver weg onder dwang werken moet. De uitdaging waar we nu voor staan is hoe houden we de belangstelling voor slavernij vast? Voor mij blijft het belangrijkst: onze kinderen bouwen een gemeenschappelijke toekomst in de stad. De gedeelde kennis over de geschiedenis is daarvoor onontbeerlijk. Ik doe een beroep op u allen om actief te blijven. Want wij kunnen allemaal op onze eigen manier zorgen dat het vlammetje blijft branden en wordt doorgegeven.
Andrée van Es, wethouder Diversiteit
Het is belangrijk om over die geschiedenis te blijven praten omdat het gaat over een gedeelde geschiedenis. Die boodschap is ook door de media goed opgepakt. Met als hoogtepunt de live NOS-uitzending van de Keti Koti Herdenking in het Amsterdamse Oosterpark waar minister Asscher namens de Nederlandse regering woorden van berouw en diepe spijt heeft uitgesproken. Alle activiteiten die dit jaar plaatsvonden hebben ervoor gezorgd dat de kennis over ons Nederlandse slavernijverleden bij velen flink is toegenomen. Tijdens een gastles op een Amsterdamse basisschool zag ik dat kinderen zich heel goed kunnen inleven in wat het met je doet als je zomaar bij je ouders wordt weggehaald,
88
89
Projecten Stichting Herdenking Slavernijverleden 2013* Cultuur, Media & Podiumkunsten Start Herdenkingsjaar Slavernijverleden 2013 Stichting Herdenking Slavernijverleden 2013 feestelijke bijeenkomst 19 januari 2013 in het Tropenmuseum Amsterdam Tula, The Revolt Tula The Movie Rights bv, Jeroen Leinders Internationale speelfilm première 25 juni 2013 in het Tropenmuseum Anton de Kom heeft het laatste woord Stichting Soul Rebel Movement, Jerry K.L. Afriyie Evenement 30 maart 2013 in het Bijlmer Park Theater The next step Africa in Picture, Heidi Lobato Masterclass Filmfestival Africa in the Picture 2014 Mi no ta katibu “Ik ben geen Slaaf” Stichting ProFor, Lucia Martis Audiovisuele reis (bijeenkomsten aan de hand van DVD) februari tot en september 2013 Amsterdam, Curaçao en Aruba Tula su Kosecha (Tula’s Oogst) TweeduizendTwintig Producties, Jermain Lo Televisieserie (6-delig) uitzending voorjaar 2014 Nederland en Caribisch deel Koninkrijk Ruta dit Tula Erwin van Amstel Foto-expositie Verdeeld Verleden Hans van Rhoon Foto-expositie 2013 Zeeland, Brazilië, Angola
Documentaire serie De slavernij voorbij? Bosch Films, Peter Bosch en Julia von Graevenitz Televisie (4-delig) september 2013 NTR, http://programma.ntr.nl/10581/de-slavernij-voorbij Curaçao Cultuuragenda 2013 Sinaya Wolfert Curaçao Cultuuragenda 2013 Filmdocumentaire “Afro Surinaamse mannen ontbloot” Boa Producties, André Reeder en Afra Jonker Filmdocumentaire, eind 2014 Slavenschip Leusden Stichting Rol, Jessica Dikmoet en Henry Strijk Filmdocumentaire 24 juni–augustus 2013 Suriname en Nederland Hoe duur was de suiker? PV Pictures, Paul Voorthuysen, regie Jean van de Velde Internationale speelfilm première 25 september 2013 Nederlands Film Festival Exhibit B van Brett Bailey Stichting Holland Festival, Annet Lekkerkerker voorstelling voorstellingen tijdens het Holland Festival in 2013 Afschaffing slavernij vieren we allemaal Stichting Overlegorgaan Caribische Nederlanders (OCAN), Glen Helberg, Marnix Arendhorst cultureel programma in Amsterdam Zuidoost 15 december 2013 Geen liefde zonder vrijheid Stroom Management, Izaline Calister voorstelling zomer 2013 Theaterstuk Opo yu kloru Surinaamse Vrouwen Bijlmermeer (SVB), Willy Esajas voorstelling Reading 7 december 2013, officiële presentatie voorjaar 2014
*Dit overzicht omvat projecten waar de Stichting financieel aan heeft bijgedragen en projecten die de Stichting zelf heeft ontwikkeld en uitgevoerd. 90
Festival Traditionele Dansen Surinaamse Vrouwen Bijlmermeer (SVB), Willy Esajas voorstelling, voorjaar 2014 Metropole Orkest, Crossover herdenkingsconcert 1 juli 2013 IKO Foundation, Robert Sordam concert, 1 juli 2013 Rebelse Vrouwen NiNsee, Krater Theater theatervoorstelling, 7 maart t/m 1 juli 2013 Boekenweek thema Gouden tijden, zwarte bladzijden CPNB en Stichting Herdenking Slavernijverleden 2013 boeken, 16 maart t/m 24 maart 2013 Filmfestival Rialto World Cinema ‘Ketenen Verbroken” Rialto en Stichting Herdenking Slavernijverleden 2013 filmfestival, 16 en 18 augustus 2013 Tula Herdenking, drie speciale voorstellingen tijdens het Grachtenfestival Grachtenfestival en Stichting Herdenking Slavernijverleden 2013 voorstellingen, 17 augustus 2013 Amsterdam Jongerenevenement “Kompas naar succes, ontmoet je eigen toekomst” IZI Solutions BV in opdracht van Stichting Herdenking Slavernijverleden 2013 evenement, 2 december 2013 MC Theater Amsterdam Nobody for Sale Tuhuteru en Partners in opdracht van Stichting Herdenking Slavernijverleden 2013 evenement, 2 december 2013 MC Theater Amsterdam
Economie & Handel Geschiedenis van de Amsterdamse slavenhandel Walburg Pers, Leo Balai boek, in april 2013 verschenen
Educatie Slavenhandel in de Atlantische wereld. Van driehoeks-
handel tot Anansi’s web Centre for Historical Cultures, Erasmus Universiteit, Stephan Klein educatieve website Gelanceerd op 6 juni 2013, www.atlantischeslavenhandel.nl, www.atlanticslavetrade.eu Clips over Slavernij HOLY Animatie, Merel Mirage online lesmateriaal vertalen naar een zelf gemaakte animatieclip Amsterdamse scholen 2013, www.clipsoverslavernij.nl Eén, twee, drie, vier: Hoofddoek van plezier! Jeanine Cronie & Maopé Books Kleurrijk kinderboek, vanaf 4 jaar Uitgebracht 24 juni 2013 Bewust van ons verleden, verbindt ons in de toekomst Stichting Openschoolgemeenschapbijlmer, Marjon Post 14 lessen over slavernijperiode met afsluitend mozaïek kunstwerk maart tot en met juli 2013 DoReMixMax, speuren naar het slavernijverleden via muziek Stichting CineMusica, Miranda van der Spek online lespakket voor groep 7 en 8 PO en de brugklas VO sinds mei 2013, Brazilië, Angola vanaf januari 2014 Stripboek slavernij NiNsee en Cultuursporen, Ineke Mok-Redhill, Eric Heuvel educatief stripboek, begin 2015 Untold, The Story Stichting Untold, Otmar Watson educatieproject: dvd en lesbrief voor het voorgezet onderwijs en basisonderwijs Oktober t/m december 2013 op scholen in Amsterdam Zuidoost MUNESCO UNESCO scholennetwerk v.o., Ron Dekker Leerlingen VO simuleren Algemene Vergadering
91
van UNESCO 21 en 22 november 2013, Tropenmuseum Amsterdam Het verhaal van Julius Koenders Boa Producties, André Reeder boek met biografische beschrijving publicatie 1 juli 2014 Verkocht! Toneelmakerij, Liesbeth Colthof locatievoorstelling Van 7 september t/m 3 november 2013 in Amsterdam Weblog slavenschip d’Eenigheid 1761-1763 Zeeuws Archief, Anneke van Waarden-Koets weblog, 2013-2015 Onderwijsmodule ‘Slavernijgeschiedenis’ Onderwijstijdverlenging Amsterdam Nieuw-West en Stichting Herdenking Slavernijverleden 2013 Lesmodules, juni 2013 Lesbrief Stichting Herdenking Slavernijverleden 2013 Lesbrief, juni 2013 Onderwijsbijeenkomst Herdenking Slavernijverleden 2013 Gemeente Amsterdam, Tropenmuseum, Het Scheepvaartmuseum en Stichting onderwijsbijeenkomst 13 novemnber 2013, Tropenmuseum Amsterdam
Spiritualiteit Opening Keti Koti Maand 1 juni, kranslegging bij de ambtswoning Stichting Eer en Herstel, Roy Groenberg herdenking en viering, 1 juni 2013 Amsterdam Samen Stilstaan, Leven & Vieren Stichting Amsterdams Centrum 30 juni-1 juli , Kenneth Renfrum stedelijke herdenking 30 juni 2013 Surinameplein, Amsterdam
Nationale Voorouderavond, Keti Koti Kabra Neti 2013 Stichting Eer en Herstel, Roy Groenberg spirituele herdenking, 29 juni 2013, Muiderkerk Amsterdam
Elieser herdenkingsboottocht Vereniging Opo Kondreman, Perez Jong Loy herdenking en viering, 26 juni 2013, Oudekerk a/d Amstel
Internationale Conferentie Slavernij en Verzet Vereniging Ons Suriname conferentie. 28 en 29 juni 2013 Amsterdam
Zoektocht in vrijheid Zeister Zendingsgenootschap (ZZg), Age Kramer boek en dvd, Uitgebracht en presentatie 24 mei 2013
Nationale Herdenking en Keti Koti Festival in het Oosterpark NiNsee en Stichting Herdenking Slavernijverleden 2013 herdenking en viering, 1 juli 2013 Oosterpark Amsterdam
Symposium “Uitsluiting maakt ziek” Surinaamse Vrouwen Bijlmermeer (SVB), Willy Esajas symposium, 26 oktober2013 Amsterdam Zuidoost
Conferentie Keti Koti 1863-2013 van slavernij naar bevrijding Evangelische Broedergemeente (EBG), Christoph Reichel conferentie 19 t/m 21 oktober 2012, Mennenrode Prodo Waka 2013 Kopro Beki via Stichting Multicultureel Festival Zuidoost presentaties, workshops, 1 juli 2013 Amsterdam God is niet wit GIDSnetwerk Rotterdam, Gea Gort en Eva Mabayoje boek, 25 maart 2013 Rotterdam Keti Koti Tafels Stichting Keti Koti Tafels, Mercedes Zandwijken geritualiseerde dialoogtafel 17 Keti Koti Dialoogtafels van maart tot november 2013, http://ketikotitafel.nl Zo spelen we Obia Vereniging Untold, Otmar Watson theatervoorstelling start optredens 5 oktober 2013, loopt door in 2014 Keti Koti 2013 SAN Oost herdenking en viering 23 juni 2013 Kastanjeplein Amsterdam
21 Saluutschoten Koninklijke Marine Amsterdam en Stichting Herdenking Slavernijverleden 2013 herdenking, 1 juli 2013 Marinekazerne Amsterdam Opera Katibu di Shon van Tania Kross Nationale Reisopera, Stadsschouwburg en Stichting Herdenking Slavernijverleden 2013 voorstelling, 1 juli 2013 Stadsschouwburg Amsterdam Herdenking Purmerend 150 jaar afschaffing slavernij in Suriname Wijkvrouwen Netwerk Purmerend herdenking en viering 15 juni 2013 Purmerend
Wetenschap & Moderne Slavernij Expositie Slavernij Vroeger en Nu Fairwork, Sandra Claassen Expositie. Online: https://www.pinterest.com/fairwork/slavernij-vroeger-en-nu 17 juni-19 juli 2013 Stoperaplein in Amsterdam, 19 juli5 augustus 2013 Museumplein in Amsterdam, 9 juni-7 juli 2014 in Middelburg, 2014 Groningen en Assen Het Slavernijverleden op de kaart Vrije Universiteit, Dienke Hondius Digitale kaarten, www.let.vu.nl activiteiten gehele jaar 2013
”Hoe diep zit de pijn” Stichting Gedeeld Verleden Gezamenlijke Toekomst boek, publicatie 26 juni 2013
Drie debatten in de Balie De Balie en Stichting Herdenking Slavernijverleden 2013 debatten, 15 februari, 16 mei en 26 november 2013
Keti Koti Gran Krutu Stichting WiSTEN, Glenn Codfried herdenking en viering, 23 juni 2013 Amsterdam
92
“Symposium Mensenrechten, bedrijven en de strijd tegen hedendaagse slavernij“ College Rechten van de Mens en Stichting Herdenking Slavernijverleden 2013 symposium, 26 november De Bazel Amsterdam
Musea & Archieven De Zwarte Bladzijde Het Scheepvaartmuseum, Anne-Marie Hoogerwerf tentoonstelling, 27 juni 2013 t/m 31 augustus 2014 in Het Scheepvaartmuseum Amsterdam De Zwarte Bladzijde van de Gouden Eeuw Amsterdam Museum, Annemarie de Wildt tentoonstelling 5 juni -30 augustus 2013 in het Amsterdam Museum Keti Koti Krosi (kleding) Amsterdam Museum, Annemarie de Wildt virtuele tentoonstelling 1 juli 2013, Oosterpark Amsterdam, http://hart.amsterdammuseum.nl/64748/nl/keti-koti-krosi Zwart & Wit Tropenmuseum, Alex van Stipriaan tentoonstelling, 1 november 2013 t/m 1 juli 2014 Amsterdam en Slavernij Stadsarchief Amsterdam, Marens Engelhard tentoonstelling en website (gelanceerd op 30 mei 2013) 31 mei t/m 30 augustus in het Stadsarchief, website gelanceerd op 30 mei 2013, http://www.amsterdam-slavernij.nl Een wandeling langs het Amsterdamse slavernijverleden Amsterdam Museum, Open Monumentendagen, Stads archief en Stichting Herdenking Slavernijverleden 2013
93
wandeling en DVD, 14 juli, 15 en 15 september 2013 tijdens de Open Monumentendagen
Overzicht educatieve websites Stichting Herdenking Slavernijverleden 2013 en OVT Nieuw-West Lesbrief en Onderwijsmodule ‘Slavernijgeschiedenis’ www.herdenkingslavernijverleden2013.nl www.beukeronderwijs.nl Het Scheepvaartmuseum De Zwarte Bladzijde www.hetscheepvaartmuseum.nl Bosch Films De Slavernij Voorbij? http://programma.ntr.nl/10581/de-slavernij-voorbij Stichting Amsterdams Centrum 30 juni – 1 juli Onderwijsproject 2013 www.30juni-1juli.nl Stichting Untold Educatieproject Untold, The Story www.untold.nl NiNsee Slavernij en jij www.slavernijenjij.nl www.ninsee.nl HOLY animatie Clips over Slavernij www.clipsoverslavernij.nl www.holy.nl Samenwerkingsverband tussen Stichting Herdenking Slavernijverleden 2013, Amsterdam Museum, Stadsarchief en Open Monumentendagen Een wandeling langs het Amsterdamse slavernijverleden www.herdenkingslavernijverleden2013.nl http://hart.amsterdammuseum.nl/66487/nl/stadswandeling
http://www.youtube.com/watch?v=8Zbnc7Hpkl8 Amsterdam Museum Tentoonstelling De Zwarte Bladzijde van de Gouden Eeuw http://hart.amsterdammuseum.nl/64748/nl/keti-koti-krosi http://hart.amsterdammuseum.nl Tropenmuseum Tentoonstelling Zwart & Wit www.tropenmuseum.nl
Netwerk UNESCO-scholen vo MUNESCO www.unescoscholen.nl www.wikiwijs.nl MiraKa Educatie Educatie van het Nederlands slavernijverleden
[email protected] Maisa Spirit Slavernij nooit meer! www.maisaspirit.nl
Jeanine Cronie en Uitgeverij Maopé Books Eén, twee, drie, vier: Hoofddoek van Plezier! www.maope.nl
Stichting CineMusica DoReMixMax - Speuren naar het slavernijverledenvia muziek www.doremixmax.org
Stichting Kalebas Produkties / Stichting Vista Far Reaching Visuals Anansi Masters Wijnand Stomp - Jean Hellwig - Mories Römkens De Kracht van het Verhaal www.wijnandstomp.nl
Stichting Projecten Suriname Ik neem je mee; kinderen vertellen www.hillivertelt.nl
Stadsarchief Amsterdam Amsterdam en Slavernij www.amsterdam-slavernij.nl
Erasmus Universiteit / Tropenmuseum / NiNsee Slavenhandel in de Atlantische wereld www.atlantischeslavenhandel.nl www.atlanticslavetrade.eu
Verhalenkoffer Storytelling Eliza’s Vlucht (verhaal) www.verhalenkoffer.nl
Zeeuws Archief Weblog slavenschip d’Eenigheid 1761-1763 (2013-2015) http://eenigheid.slavenhandelmcc.nl www.zeeuwsarchief.nl
Vrije Universiteit Slavernijverleden op de kaart www.let.vu.nl
Zeister Zendingsgenootschap (ZZg) Boek en DVD Zoektocht in vrijheid www.zzg.nl/zoektocht
NiNsee-Cultuursporen (Ineke Mok) Redhill (Eric Heuvel) Stripboek slavernij www.cultuursporen.nl www.cultuursporen.nl/blog www.eric-heuvel.nl
Verder lezen? Geschiedenis van de Amsterdamse slavenhandel Leo Balai Uitgeversmaatschappij Walburg Pers ISBN 978.90.5730.907.6
Stichting FairWork Expositie Slavernij Vroeger en Nu www.fairwork.nu
94
Het Kasteel van Elmina Marcel van Engelen Bezige Bij ISBN 9023477049 Slavernij; Een geschiedenis Dirk J. Tang Uitgeversmaatschappij Walburg Pers ISBN 978.90.5730.905.2 God is niet wit Gea Gort en Eva Mabayoye Ark Media ISBN 9033800233 Nederland & de Slavernij Gert Oostindie. Aspha Bijnaar, Valika Smeulders en Alex van Stipriaan Uitgeverij Veen Media ISBN 978.90.8571.369.2 Slavenschip Leusden; Moord aan de monding van de Marowijnerivier Leo Balai Uitgeversmaatschappij Walburg Pers ISBN 978.90.5730.951.9 Slavernij en vrijheid op Curaçao; De dynamiek van een achttiende-eeuws Atlantisch handelsknooppunt Han Jordaan Uitgeversmaatschappij Walburg Pers ISBN 978.90.5730.923.6 Topa/Ontmoet Tula (gedichtenbundel) Olga Orman en Giselle Ecury Amrit Consultancy ISBN 9074897657
95
Colofon Redactie: Joan Ferrier, John Leerdam, Anna-Maria Brondi, Ellen Dijkshoorn, Bob Duynstee, Lubbert Hakvoort Concept:
DuynsteePolak communicatie, Amsterdam
Interviews: Bob Duynstee Vormgeving: Karl Leidsman, Leidsman Koncept Fotografie: Omslag en pag’s 46, 47, 48, 49: Arwind Gajadien, pag’s. 8, 29, 74: Wibo Hommersom, pag. 9: Chris Houts, pag’s. 16 (linksboven): Martijn de Vries, pag’s. 24-25: Sinaya Wolfert, pag. 31: Hans van Rhoon, pag’s. 62–63: Klaas Schoof, pag’s. 68-69: Photo Republic, pag’s. 74-75: Eric Heuvel, pag’s. 7879: HOLY Animatie
Vele initiatiefnemers van projecten in het kader van het herdenkingsjaar van ons slavernijverleden hebben gehoor gegeven aan de oproep van de Stichting om materiaal in te sturen dat wij mochten gebruiken voor dit naslagwerk. Daarvoor willen we iedereen bedanken. De redactie heeft keuzes moeten maken uit het aangeboden beeld- en tekstmateriaal. Deze keuzes zijn gebaseerd op verschillende criteria, zoals beeldkwaliteit en verhoudingen van de thema’s en de beperking van het aantal pagina’s van deze uitgave. De redactie is zich ervan bewust dat daardoor niet ieder project even uitvoerig is besproken. Dat neemt niet weg dat de redactie alle inzenders wil bedanken die het herdenkingsjaar zo bijzonder en waardevol hebben gemaakt.
Zoveel mogelijk is getracht de eventuele rechthebbenden van de foto’s te achterhalen. Rechthebbenden die in dit verband niet zijn genoemd, wordt verzocht zich in verbinding te stellen met ProjectManagement Bureau Amsterdam. Beeld: Pag. 12-13, 20-21, 32-33, 44-45, 62-63, 7071 uit: Geschiedenis van de Amsterdamse slavenhandel; Leo Balai; Walburg Pers. Druk: Drukkerij de Bij
96
3
In 2013 werd het slavernijverleden herdacht. In dat jaar werden vanuit de samenleving tal van initiatieven gepresenteerd; van lesprogramma’s tot theatervoorstellingen, van tentoonstellingen tot wetenschappelijke publicaties, van symposia tot manifestaties als de officiële herdenking in het Oosterpark in het bijzijn van het Koninklijk paar.
Met dit boekwerk wil de Stichting Herdenking Slavernijverleden 2013 de hartverwarmende energie die gedurende dat jaar bij zoveel betrokken mensen en organisaties vrij kwam nog een keer in herinnering roepen. De Stichting wil daarbij andermaal benadrukken dat het om “ons” slavernijverleden en dus om een gedeeld verleden gaat. En dat dit verleden ons niet alleen vraagt om samen te herinneren maar ook om om ons heen te kijken en samen te strijden tegen alle vormen van uitbuiting, racisme en hedendaagse slavernij.