Schrikken
jullie
ook
waanzinnig
zodra
jullie
de
jaarafrekening
van
de
energieleverancier
aankrijgen?
Verbruiken
jullie
minder
of
evenveel
als
voorheen
maar
betalen
jullie
maandelijks
elk
jaar
weer
meer?
Lijkt
het
leven
steeds
duurder
te
worden?
Willen
jullie
ook
meer
onafhankelijk
worden
van
de
energieleveranciers?
2
Gelukkig
is
het
mogelijk
om
een
deel
van
de
kosten
te
drukken
door
het
toepassen
van
heel
eenvoudige
tips
en
tricks.
In
dit
rapport
zullen
de
101
meest
rendabele
tips
uitgelegd
worden
zodat
u
deze
in
uw
eigen
huishouden
kan
gaan
uitproberen,
zonder
verlies
aan
comfort.
Slechts
een
deel
hiervan
toepassen
kan
al
een
aanzienlijke
kostenbesparing
met
zich
meebrengen,
en
dat
wil
toch
iedereen!
Het
zit
hem
ook
niet
altijd
in
de
grote
dingen,
kleine
dingen
veranderen
mét
een
groots
effect,
het
kan.
0f
zelfs
een
stapje
verder
gaan
door
te
investeren
in
energiebesparende
oplossingen
geeft
gegarandeerd
positieve
resultaten.
Kiezen
voor
hernieuwbare
energie,
steeds
meer
mensen
opteren
hiervoor.
De
voordelen
zijn
legio:
• onuitputtelijk
• bescherming
van
het
milieu
• gemakkelijk
beschikbaar
• geen
vervuiling
• rendabiliteit
blijft
stijgen
• minder
afhankelijk
van
olie‐en
gasproducerende
landen
Op
lange
termijn
kan
dit
enkel
onze
gezondheid
(en
van
de
generaties
na
ons!)
ten
goede
komen,
evenals
het
gezinsbudget,
en
de
kwaliteit
van
lucht
en
leven.
3
Waarom
besparen?
Het
is
geen
geheim
dat
de
prijzen
voor
olie,
gas
en
elektriciteit
de
hoogte
in
blijven
gaan.
Dit
zal
de
komende
jaren
zeker
niet
gaan
stabiliseren,
en
we
kunnen
ons
hier
maar
beter
op
gaan
voorbereiden!
De
fossiele
grondstoffen
geraken
uitgeput.
Olie,
gas,
uranium,
steenkool…ze
zijn
niet
hernieuwbaar.
Er
zijn
eeuwen
nodig
geweest
om
deze
grondstoffen
aan
te
maken
in
de
natuur.
Sedert
de
industriële
revolutie
is
de
mensheid
deze
voorraden
echter
continu
en
in
stijgende
lijn
gaan
aanspreken,
waardoor
het
geen
eeuw
meer
zal
duren
alvorens
het
merendeel
opgebruikt
zal
zijn.
4
De
afgelopen
3
decennia
is
het
verbruik
op
wereldschaal
zelfs
met
75%
gestegen.
Met
de
opkomst
van
het
economisch
bestel
in
China,
India
en
Brazilië
zal
ook
de
vraag
naar
energie
enkel
maar
de
hoogte
in
gaan.
Op
korte
termijn
zal
de
vraag
de
productiecapaciteit
overschrijden,
en
dit
brengt
schaarste
met
zich
mee.
Het
is
wel
duidelijk
wat
de
impact
zal
zijn
op
de
prijzen!
5
Wat
zijn
de
nadelen
van
traditionele
energie?
Allereerst
is
fossiele
energie
erg
vervuilend!
Bij
de
productie
en
verbranding
van
fossiele
brandstoffen
komt
er
C02
(koolstofdioxide)
vrij
in
de
atmosfeer.
Deze
toegenomen
CO2
uitstoot
heeft
vernietigende
gevolgen:
• opwarming
van
de
aarde
• klimaatverandering
• smelten
van
de
ijskappen
• stijging
van
het
zeeniveau
• toename
van
het
aantal
orkanen,
cyclonen,
tornado’s,
overstromingen
6
• dieren
en
planten
die
zich
niet
snel
genoeg
kunnen
aanpassen
zullen
uitsterven
Er
werden
internationaal
en
Europees
afspraken
gemaakt
rond
de
uitstoot
van
broeikasgassen.
Ongeveer
190
landen
ondertekenden
het
Kyotoprotocol,
dat
stelt
dat
eind
2012
de
gemiddelde
uitstoot
5,2%
lager
moet
liggen
dan
in
1990.
De
VS
hebben
dit
echter
nooit
ondertekend,
en
ook
Canada
heeft
zich
eind
vorig
jaar
teruggetrokken.
China
wordt
nog
steeds
beschouwd
als
een
ontwikkelingsland.
Dit
terwijl
de
grootste
uitstoot
zich
net
situeert
in
deze
landen!
Er
zal
dus
wel
degelijk
opnieuw
serieus
moeten
gesproken
worden,
en
afspraken
gemaakt
worden
teneinde
onze
moeder
aarde
niet
verder
te
blijven
vernietigen.
In
2007
hebben
de
Europese
regeringsleiders
afgesproken
dat
Europa
zijn
steentje
bij
wil
dragen
door
de
C02
uitstoot
tegen
2020
met
20%
te
verminderen
(t.o.v.
1990).
Bij
een
internationaal
akkoord
willen
zij
dit
zelfs
opvoeren
tot
30%.
Ook
dient
tegen
2020
ongeveer
20%
van
de
verbruikte
energie
afkomstig
te
zijn
van
hernieuwbare
energiebronnen.
7
8
België,
evenals
Nederland,
is
voor
een
belangrijk
stuk
afhankelijk
van
de
toelevering
van
energie
vanuit
het
buitenland.
Men
zou
kunnen
stellen
dat
dit
een
potentiële
bedreiging
vormt
voor
de
economie,
enerzijds
doordat
er
weinig
controle
op
de
prijszetting
mogelijk
is,
anderzijds
doordat
we
voor
een
verzekerde
bevoorrading
teveel
afhankelijk
zijn
van
het
buitenland.
Wij
kunnen
hier
ons
steentje
bijdragen
door:
• minder
te
gaan
verbruiken
• hernieuwbare
energiebronnen
aan
te
spreken
Voor
het
jaar
2011
betaalde
men
bij
een
gemiddelde
elektriciteitsverbruik
van
3500
kWh/jaar
en
gasverbruik
van
23250
kWh/jaar
volgende
energiefacturen:
België:
‐ elektriciteit:
€
700‐900/jaar
‐ gas:
€
min.1300/jaar
‐
gem.
jaartotaal
ongeveer
€
2.100/jaar
Nederland:
‐ 30%
gas
–
28%
elektriciteit
–
42%
belastingen
‐ gem.
Jaartotaal
ongeveer
€
1.650/jaar
9
101
TIPS
WATER
Wasen
badperikelen
1. Neem
vaker
een
douche
dan
een
bad.
Bij
een
douche
verbruikt
men
ongeveer
30‐40L
water
per
keer.
Een
bad
heeft
100‐130L
nodig.
10
2. Douche
minder
lang.
Een
gemiddelde
douchetijd
duurt
ongeveer
8,5
minuten,
Indien
men
dit
terugbrengt
naar
2
minuten
betekent
dit
een
besparing
van
ong.
€
26/jaar!
Extra
tip:
bevestig
een
zandloper
met
een
zuignapje
aan
de
douchewand
of
gebruik
een
kookwekker.
3. Gebruik
een
waterbesparende
douchekop
met
debietbegrenzer:
besparing
van
meer
dan
50%
4. Powerdouches
verbruiken
meer
tijdens
een
paar
minuten
dan
een
volledig
bad,
deze
zijn
dus
zeker
te
vermijden!
11
(=
elektrische
pomp
die
de
waterstroom
vergroot
in
de
douchekop)
5. In
plaats
van
de
kraan
steeds
volledig
open
te
zetten,
gebruik
een
doorstroom
begrenzer!
Dit
is
een
schuimstraal
mondstuk,
deze
brengt
lucht
in
de
waterstraal,
waardoor
het
lijkt
alsof
de
kraan
open
staat.
Per
minuut
stroomt
er
minder
water
door
de
kraan,
de
waterdruk
blijft
echter
gelijk.
Besparing:
40%
6. Opgepast
met
een
lekkende
kraan:
1
druppel/seconde
=
15.000
L/jaar
5
druppels/minuut
=
1
kubieke
meter/jaar
12
Een
straaltje
water
=
100.000
L/jaar
Extra
tip:
Test:
neem
de
meterstand
op
voor
het
slapengaan
en
bij
het
opstaan
tijdens
een
nacht
zonder
waterverbruik.
Zo
kan
je
zien
hoeveel
water
er
verloren
gaat.
7. Bij
het
handen
wassen/tanden
poetsen
laten
we
al
snel
de
kraan
gewoon
open
staan.
1
minuut
open
kraan
=
20
L
water
Extra
tip:
gebruik
een
beker
bij
het
tanden
poetsen.
Draai
de
kraan
dicht
tijdens
het
inzepen
!
8. Plaats
thermostatische
kranen.
De
temperatuur
kan
bijgeregeld
worden
indien
gewenst.
Besparing
=
30%
Weetjes
Wasrituelen
vertegenwoordigen
maar
liefst
50%
van
het
waterverbruik
in
een
huishouden!
4%
van
het
drinkwater
wordt
gebruikt
tijdens
het
koken
en
om
te
drinken.
2,5%
van
het
water
op
aarde
is
zoet
!
13
Boilers
en
zo
9. Instellen
van
de
temperatuur:
Doorloopsysteem:
beperk
de
t°
tot
50°
Boiler:
beperk
de
t°
tot
60°
=
minder
energieverbruik
=
voorkomen
van
kalkaanslag
in
het
toestel
10. Ontkalk
de
boiler
regelmatig,
zoniet
komt
er
kalk
op
de
weerstand
en
dit
zal
de
efficiëntie
van
het
toestel
aanzienlijk
verminderen.
Er
is
dan
meer
energie
nodig
om
het
water
op
te
warmen.
11. Isoleer
de
warmwaterleiding
in
de
onverwarmde
ruimtes.
Het
kleinste
kamertje
12. Een
spoelonderbreker/spaarknop
zorgt
voor
een
besparing
van
7000
L/jaar.
Deze
kunnen
ook
op
oudere
toiletmodellen
gemonteerd
worden.
13. Bezitters
van
oudere
toiletten
kunnen
een
plastic
1L
fles
volledig
vullen
met
water,
en
deze
onderaan
in
de
spoelbak
neerleggen.
Besparing
=
min.1
L
14
14. Een
lek
kan
u
gemakkelijk
als
volgt
herkennen:
Groot
lek:
achteraan
de
toilet
heeft
het
stroompje
water
een
verkleuring
achtergelaten.
Klein
lek:
door
een
paar
druppels
kleurstof
in
de
stortbak
te
doen,
zal
dit
ook
te
zien
zijn
in
de
toiletpot.
15. Gebruik
enkel
natuurlijke
afvalproducten
en
toiletpapier.
Dit
om
verstopping
van
de
afvoer
te
vermijden,
met
eveneens
een
impact
op
de
pompen
van
de
rioolwaterzuiveringsinstallatie.
Verder
in
de
keten
zal
er
daardoor
minder
chemisch
afval
in
zee
terecht
komen,
de
visjes
zullen
je
er
dankbaar
om
zijn.
Ook
de
stranden
blijven
meer
zuiver.
16. Maak
gebruik
van
Grijs
Water
(=
regenwater)
voor
het
doorspoelen
van
het
toilet.
Vaak
worden
er
subsidies
gegeven
voor
het
plaatsen
van
een
regenwaterput,
bij
nieuwbouw
is
het
zelfs
verplicht
in
België.
15
Weetjes
35%
van
het
huishoudelijke
waterverbruik
wordt
gebruikt
in
het
toilet.
We
trekken
meer
dan
1000
keer/persoon/jaar
door.
Oude
stortbakken
van
voor
1950
verbruiken
13
L/keer.
Moderne
stortbakken
slechts
6
L/keer
en
met
de
spaarknop
besparen
we
nog
eens
50%
van
het
water.
Wasjes
en
droogjes
17. De
wasmachine
dient
helemaal
gevuld
te
worden,
er
is
geen
ruimte
met
lucht
nodig
boven
de
was!
Klein
wasje:
gebruik
de
spaarknop
Middelgroot
wasje:
een
halfvolle
machine
verbruikt
nog
steeds
75%
water
en
energie
t.o.v.
een
volle
machine.
18. Sorteer
het
wasgoed
ineens
goed
en
was
het
op
de
juiste
temperatuur.
Lage
t°:
40°
en
60°
=
verbruikt
minder
dan
70%
van
de
energie
die
nodig
is
bij
90°
30°
is
vaak
al
voldoende
!
16
Ecoknop:
wassen
bij
lagere
t°.
De
besparing
t.o.v.
een
gewone
wascyclus
is
30‐40%
19. Meestal
is
een
voorwas
overbodig.
Zonder
voorwas
bedraagt
de
besparing
15%
aan
water
en
energie.
20. Maak
de
filter
regelmatig
schoon.
Dit
verlengt
de
levensduur
van
het
toestel,
en
beperkt
het
energieverbruik.
21. In
de
meeste
supermarkten
kan
men
tegenwoordig
ook
ECO
wasmiddelen
vinden.
Momenteel
is
er
nog
geen
wetgeving
omtrent
biologisch
afbreekbare
wasmiddelen.
De
traditionele
wasproducten
bevatten
veel
chemicaliën
en
additieven
die
vervolgens
in
het
oppervlaktewater
terecht
komen.
Eco
wasproducten
bevatten
extracten
van
planten
en
zijn
volledig
biologisch
afbreekbaar
!
22. Gebruik
de
droogkast
zo
weinig
mogelijk.
Dit
toestel
verbruikt
2
tot
3x
meer
dan
een
wasmachine.
Indien
de
droogkast
toch
gebruikt
wordt,
zwier
de
was
dan
aan
1200
toeren/minuut.
17
23. Koop
een
droogkast
met
afvoer,
klasse
A.
Deze
zal
minder
verbruiken
dan
een
condensatiedroogkast.
24. Leg
nooit
natte
was
op
de
radiator.
Deze
kan
dan
geen
warme
verspreiden
én
door
de
verdamping
van
het
vocht
in
het
wasgoed
zal
er
condensatie
ontstaan
in
de
kamer.
18
Weetjes
Gemiddeld
worden
er
270
wasjes
gedraaid/jaar/huishouden.
Eén
persoon
alleen
is
voordeliger
uit
om
de
was
in
een
wasserette
te
gaan
doen.
De
wasmachines
daar
verbruiken
2/3
minder
water.
Thuis
zou
men
anders
vaker
kleine
wasjes
doen
waardoor
er
meer
water
en
energie
verbruikt
wordt.
Energielabel:
info:
Oud
toestel:
100
L/was
Nieuw
toestel:
50
L/was
Zuinigste
toestel:
30
L/was
Europees
Ecolabel:
Garandeert
besparing
van
water
en
energie.
Het
desbetreffende
toestel
werd
op
een
milieuvriendelijke
manier
geproduceerd.
+
A
label
voor
centrifugeren
(drogen)
19
Handafwas
versus
vaatwasser
Handafwas:
25. Gebruik
geen
te
heet
water.
26. Een
gebruikte
kookpot
vullen
met
een
beetje
water
zodat
dit
fungeert
als
een
voorwas.
20
27. Niets
afspoelen
onder
een
stromende
kraan,
een
dun
straaltje
verbruikt
5
L/min.
28. Een
ecologisch
afwasmiddel
zorgt
ervoor
dat
er
minder
toxische
restanten
achterblijven.
29. Indien
men
toch
wil
afspoelen,
zet
dan
alles
op
een
afdruiprek,
giet
langzaam
een
paar
glazen
koud
schoon
water
over
de
vaat.
Vaatwasser:
30. Een
volgeladen
vaatwasmachine
verbruikt
12
à
20
L/wasbeurt
4x/week
een
machine
=
€
50
31. Was
nooit
2x
hetzelfde
af,
dus
spoel
niet
eerst
alle
vaat
onder
de
kraan
af.
Beter
is
het
alles
van
de
borden
af
te
schrapen.
32. Een
zuinige
afwasmachine
verbruikt
minder
water
dan
bij
een
handafwas,
m.n.
16
L
i.p.v.
40
L.
33. Zuinige
wasprogramma’s
wassen
af
op
een
lagere
t°
en
op
een
kortere
tijdsspanne.
Vaak
heeft
het
toestel
een
Ecoknop.
21
34. Maak
de
filter
regelmatig
schoon
om
de
levensduur
te
verlengen
en
eveneens
het
energieverbruik
te
beperken.
Kokkerellen
35. Leg
de
groenten
in
een
kom
met
water
om
ze
te
wassen,
daarna
kan
je
ze
drogen
in
een
slacentrifuge.
36. Bij
het
stomen/koken
van
groenten
komen
er
in
het
water
veel
smaakstoffen
en
in
water
oplosbare
vitamines
vrij.
Deze
kunnen
gebruikt
worden
al
basis
voor
soep/saus/ovenschotel.
Ze
verbeteren
de
smaak
van
andere
gerechten.
37. Stomen
kan
ook
in
bamboe
stoommandjes.
De
groenten
smaken
lekkerder
en
zijn
ook
nog
eens
gezonder.
38. Probeer
meerdere
dingen
in
1
pan/pot
te
koken,
bijvoorbeeld
groente
met
ei.
Dit
bespaart
water
en
energie.
39. Een
vegetarisch
menu
bevat
minder
vet
en
meer
vitamines,
maar
is
ook
om
andere
redenen
milieuvriendelijker.
22
De
watervoetafdruk
van
bijvoorbeeld
een
hamburger
:
2400
L
Voor
1
kg
rundvlees
was
15x
meer
water
nodig
dan
voor
1
kg
graan
(veevoeder
voor
en
drinken
door
de
dieren).
40. Biologisch
geteelde
groenten
en
fruit
hebben
minder
water
nodig
gehad.
Er
werden
geen
bestrijdingsmiddelen
gebruikt
en
er
moest
geen
kunstmest
verdund
worden.
Ze
zijn
ook
nog
eens
veel
lekkerder
van
smaak!
41. Veel
van
het
verborgen
waterverbruik
kan
men
terugvinden
in
de
voedselproductieketen.
70%
van
het
drinkwater
wordt
voor
bewatering
gebruikt.
1
kopje
koffie
bijvoorbeeld
heeft
een
watervoetafdruk
van
140
L.
42. Gebruik
het
afgekoelde
kookwater
voor
het
begieten
van
planten.
43. Indien
de
waterketel
zich
op
zolder
bevindt,
is
het
energiebesparend
om
een
elektrische
waterboiler
in
de
keukenkast
te
installeren.
Dit
om
te
vermijden
dat
1000den
L
koud
water
verloren
gaan.
23
ENERGIE
IN
HUIS
Thermische
isolatie
Ongeveer
30%
van
de
CO2
uitstoot
staat
op
rekening
van
huishoudens:
dit
kan
met
2/3
teruggebracht
worden!
Hoe
kan
dit?
Door
een
betere
isolatie
–
door
de
verwarming
lager
te
zetten
–
door
energiezuinige
apparaten
aan
te
schaffen
–
etc.
Een
slechte
isolatie
zorgt
ervoor
dat
¾
van
de
warmte
door
het
dak
(25%),
de
ramen
(30%
bij
enkel
glas),
de
muren
(30%)
en
deuren
verloren
gaat.
Dit
oplossen
zorgt
voor
een
lagere
energierekening.
De
bijhorende
investering
is
bijgevolg
snel
terugverdiend!
24
44. Isoleer
uw
dak
zorgvuldig,
dit
zorgt
voor
een
onmiddellijke
besparing.
‐ glaswol
of
polystyreen:
bevat
veel
chemische
stoffen,
en
vraagt
veel
energie
bij
productieproces
‐ natuurlijke
isolatiematerialen:
kan
na
gebruik
gerecycled
worden,
weinig
productie‐energie,
weinig
chemische
stoffen.
Bijvoorbeeld:
schapenwol,
cellulose,
hennep
of
vlaswol,
houtvezelplaat
25
45. Via
de
muren
kan
ook
veel
warmte
verloren
gaan,
het
is
zeker
zinvol
de
spouwmuren
op
te
vullen
met
isolatiemateriaal.
Indien
dit
niet
mogelijk
is,
kan
men
langs
de
buitenmuur
een
dunne
laag
isolatie
aanbrengen
met
daarvoor
nieuwe
bekleding.
Of
men
kan
de
binnenmuur
isoleren
door
een
houten
frame
aan
te
brengen
met
isolatiemateriaal
en
afwerken
met
gipsplaten.
46.
Ramen:
‐
Tochtvrij
maken
(tochtstrips).
‐
Plaats
een
borstel
in
de
brievenbus
in
de
voordeur.
‐
Elke
buitendeur
dient
een
tochtborstel
aan
de
onderkant
te
hebben.
46. Het
plaatsen
van
dubbelglas
beperkt
het
warmteverlies
met
50%.
Nog
beter
kan
men
opteren
voor
hogerendementsglas
(HR+,
HR++):
5x
hoger
rendement
dan
enkel
glas,
2x
hoger
rendement
dan
dubbel
glas.
26
27
47.
Isolatie
zonder
investering:
‐ Sluit
deuren.
‐ ’s
Nachts
gordijnen/luiken
sluiten
(voor
de
radiator
mag
geen
gordijn
hangen).
48.
Isolatie
met
een
lichte
investering:
‐ Plaats
rubberen
of
synthetische
dichtingen
(of
tochtbanden
–
tochtdieren)
om
tocht
via
vensters
en
deuren
te
beperken.
‐ Gebruik
reflecterende
panelen
(piepschuim
en
aluminium)
tussen
de
muren
en
de
radiatoren.
Het
warmteverlies
via
de
muur,
indien
het
een
niet‐geïsoleerde
buitenmuur
betreft,
kan
tot
70%
teruggedrongen
worden.
‐ Isoleer
leidingen
met
een
schuimrubberen
omhulsel
in
de
niet‐verwarmde
delen
van
uw
huis.
Besparing
=
€
6/jaar/meter.
‐ Vergeet
niet
te
ventileren!
Door
het
koken,
verwarmen,
ademen
wordt
de
lucht
vervuild,
en
wordt
er
waterdamp
geproduceerd.
De
omgeving
zal
te
vochtig
worden
en
dit
kan
de
aanwezigheid
van
bacteriën
en
schimmels
in
de
hand
werken.
28
Ventilatie
en
airco
49. Een
airco‐installatie
verbruikt
2x
meer
elektriciteit
dan
een
wasmachine
die
3x/week
draait.
Dit
betekent
een
stijging
van
25%
van
uw
energiekosten.
50. Sluit
de
luiken
overdag
langs
de
zonkant.
Open
de
vensters
’s
morgens
en
’s
nachts,
op
momenten
dat
de
temperatuur
buiten
lager
is
dan
binnen.
51. Zet
de
ramen
tegen
elkaar
open
of
zorg
voor
een
verticale
luchtafvoer
van
beneden
naar
boven.
52. Tijdens
een
warme
periode
kan
er
beter
gebruik
worden
gemaakt
van
een
ventilator.
Uiteraard
koelt
deze
de
ruimte
niet
af,
maar
het
maakt
de
hitte
wel
draaglijker,
en
verbruikt
alleszins
een
pak
minder
dan
airco.
Een
plafondventilator
geeft
een
trage
en
regelmatige
ventilatie.
53. Laat
planten
groeien
tegen
de
gevels
en
op
het
dak.
29
Verwarming
54. Verwarm
uw
huis
tot
max.
19
à
20°
C.
Zet
de
verwarming
1°
lager
en
uw
energiefactuur
zal
dalen
met
6
à
7%
!
Een
gevoelige
thermostaat
is
daarbij
zeer
nuttig,
evenals
het
beter
timen
van
de
momenten
waarop
het
huis
al
dan
niet
dient
verwarmd
te
worden.
30
55. Een
thermostaat
met
een
digitale
klok
kan
nieuw
geplaatst
worden
zonder
de
ketel
te
vervangen.
56. ’s
Nachts
en
op
momenten
dat
u
niet
thuis
bent,
dient
de
t°
niet
hoger
dan
16°
C
ingesteld
te
staan.
Bent
u
langer
van
huis
dan
is
12°
C
meer
dan
voldoende.
31
57. Stel
de
thermostatische
kranen
goed
af
per
kamer:
‐ slaapkamer:
16°
C
‐ woonkamer:
20°
C
Het
plaatsen
van
thermostatische
kranen
kan
een
besparing
opleveren
van
10%.
Deze
investering
is
binnen
de
2
jaar
terugverdiend.
Enkel
opletten
dat
er
geen
thermostatische
kraan
geplaatst
wordt
in
de
kamer
waar
de
thermostaat
staat,
aangezien
dit
verstoringen
kan
teweeg
brengen.
32
58. Verschillende
keren
per
jaar
dienen
de
radiatoren
ontlucht
te
worden
(indien
het
onderste
deel
van
de
radiator
warm
wordt
en
het
bovenste
deel
blijft
koud).
De
verwarmingsketel
dient
hiervoor
niet
uitgeschakeld
te
worden.
Best
is
om
beneden
te
beginnen
en
zo
naar
boven
toe
te
werken.
59. Leg
niets
op
de
radiatoren,
of
zet
er
niets
voor
(ook
geen
gordijn).
Dit
doet
de
efficiëntie
dalen
met
10%.
60. Bij
een
lange
afwezigheid,
of
tijdens
de
zomer,
is
het
beter
de
waakvlam
uit
te
zetten.
Deze
verbruikt
24/24
energie.
Jaarlijks
gaat
op
deze
manier
tot
250
kubieke
meter
aan
gas
verloren.
Bij
afwezigheid
van
langer
dan
een
week
doet
u
er
dus
goed
aan
deze
uit
te
schakelen,
en
eveneens
de
gaskraan
af
te
sluiten.
Nieuwe
ketels
hebben
een
automatische
ontsteking.
33
61. Geniet
optimaal
van
zonlicht
en
warmte
en
open
de
gordijnen
en
luiken
zodat
de
ruimte
op
natuurlijke
wijze
kan
verwarmd
worden.
62. Zorg
ervoor
dat
de
verwarmingselement
stofvrij
blijven.
63. Laat
de
verwarmingsketel
regelmatig
onderhouden:
3‐5%
besparing
op
brandstof
én
het
is
veiliger.
64. Bij
een
condensatieketel
kan
een
buitensonde
geïnstalleerd
worden
zodat
het
water
op
de
ideale
temperatuur
opgewarmd
wordt
in
functie
van
de
buitentemperatuur,
dit
gaat
automatisch.
Dit
is
niet
mogelijk
bij
een
klassieke
verwarmingsketel.
34
65. Een
goede
ventilatie
in
de
stookruimte
is
belangrijk
voor
een
optimale
werking.
66. Een
ketel
die
ouder
is
dan
20
jaar
kan
beter
vervangen
worden
door
bijvoorbeeld
een
hoogrendementsketel
(HR+
lage
t°)
of
een
condensatieketel
(HT
Top).
Elektriciteit
KWh
=
de
eenheid
van
elektriciteit
die
wordt
gebruikt
om
gedurende
1
uur
1
kilowatt
(1000
watt)
te
leveren.
Elke
KWh
uit
het
landelijk
lichtnet
die
werd
aangemaakt
in
de
elektriciteitscentrale
veroorzaakt
een
CO2
uitstoot
van
ong.600
gr.
Dit
kan
men
vergelijken
met
de
uitstoot
die
een
wagen
veroorzaakt
bij
het
rijden
van
ong.400
km
afstand
35
67. Groenere
lampen:
een
gemiddeld
gezin
heeft
ongeveer
23
lampen
in
huis.
Een
gloeilamp
verbruikt
4x
meer
dan
een
spaarlamp
en
gaat
slechts
1/12e
van
de
levensduur
van
een
spaarlamp
mee.
Vanaf
1
september
2012
mogen
er
geen
gloeilampen
meer
verkocht
worden
in
de
winkels.
LED‐lampen
zijn
veel
milieuvriendelijker
en
zuiniger,
met
een
lange
levensduur.
De
laatste
jaren
is
er
een
enorme
evolutie
gekomen
in
de
kwaliteit
van
licht
van
deze
lampen.
In
de
toekomst
zal
dit
type
van
lamp
het
voortouw
gaan
nemen.
36
68. Monitoring:
het
is
mogelijk
het
elektriciteitsverbruik
te
gaan
monitoren,
om
zo
te
traceren
waar
de
grote
verbruikers
zitten,
evenals
mogelijke
verliespunten.
Dergelijke
meter
kan
draadloos
verbonden
worden
aan
de
elektriciteitsmeter
en
kan
overal
in
huis
gebruikt
worden.
37
69. Toestellen
zoals
de
koelkast
en
de
wasmachine
worden
bestempeld
als
zijnde
witgoed.
Zij
staan
in
voor
ong.40%
van
het
totale
stroomverbruik
in
een
huishouden.
De
aanschaf
van
energiezuinige
apparaten
verdient
dan
ook
een
aanbeveling.
Dit
beoordelen
gaat
steeds
gemakkelijker
met
behulp
van
de
Energielabels.
70. Een
mooie
grote
plasma
TV
verbruikt
tot
2x
zoveel
energie
als
een
traditioneel
toestel.
Indien
de
voorkeur
uitgaat
naar
een
groot
scherm,
dan
kan
beter
geopteerd
worden
voor
een
projectie
TV
i.p.v.
plasma.
Een
andere
mogelijkheid
is
het
kiezen
van
een
plat
LCD
scherm
(met
vloeibare
kristallen).
Hoe
groter
het
scherm,
hoe
groter
het
verbruik
!
38
71. Veel
toestellen
met
verschillende
functies
werken
quasi
uitsluitend
met
een
afstandbediening,
en
hebben
geen
aan/uit
knop.
Daardoor
zal
het
toestel
op
stand‐by
overschakelen
(i.p.v.
uit).
Het
hoogste
stand‐by
verbruik
noteren
we
bij
spelcomputers,
deze
blijven
in
wezen
continu
in
werking,
zelfs
tijdens
stand‐by.
72.
Beperk
het
overschakelen
op
stand‐by:
‐
uitzetten
van
de
schakelaar,
of
de
stekker
uit
het
stopcontact
halen
‐
gebruik
een
contactdoos
met
een
uitschakelaar,
zo
kan
alles
met
1
knop
volledig
uitgezet
worden
‐
let
bij
aankoop
(op
de
doos
staat
deze
informatie)
op
een
laag
stand‐by
verbruik.
Minder
dan
1
watt
is
prima.
39
72. Adapters
blijven
vaak
na
het
opladen
nog
in
het
stopcontact
zitten.
Ze
blijven
dan
ook
stroom
verbruiken.
Als
je
bedenkt
dat
er
jaarlijks
1
miljard
nieuwe
adapters
op
de
markt
komen,
en
indien
die
zoals
in
het
hierboven
beschreven
geval
merendeels
full
continu
stroom
verbruiken,
dan
betekent
dit
een
massale
hoeveelheid
energie
die
verloren
gaat.
Vaak
worden
toestellen
’s
nachts
opgeladen,
het
kan
dan
ook
beter
zijn
deze
bij
thuiskomst
gedurende
korte
tijd
op
te
laden,
i.p.v.
een
ganse
nacht
in
het
stopcontact
te
laten
zitten.
73. Herlaadbare
batterijen
zijn
zuiniger
en
milieuvriendelijker!
74.
En
wat
met
computers?
‐
Een
laptop
verbruikt
70%
minder
dan
een
desktop.
40
‐
Ook
hier
blijft
het
stroomverbruik
continu
indien
de
computer
op
stand‐by
of
in
slaapstand
staat.
‐
Stand‐by:
verbruik
45
watt.
De
stekker
uittrekken
(of
de
contactdoos
met
uitschakelknop)
zorgt
voor
0
watt
verbruik,
plus
dat
het
een
effectieve
firewall
is.
‐
Het
is
wel
zinvol
om
de
slaapstand
in
te
stellen,
tijdens
de
periode
dat
er
actief
met
de
computer
wordt
gewerkt,
dit
op
bijv.5
of
10
minuten.
‐
Het
verbruik
is
afhankelijk
van
hoe
hard
ze
werken.
‐
Een
screensaver
zal
enkel
het
inbranden
van
het
beeldscherm
tegengaan,
maar
bespaart
geen
energie.
‐
Computers
met
hogere
specificaties
verbruiken
ook
meer
energie.
Snellere
processors
en
grotere
beeldschermen
zijn
hier
mede
schuldig
aan.
‐
Een
computer
dient
altijd
gerecycled
te
worden!
Ze
bevatten
veel
giftige
stoffen
en
zware
metalen.
41
‐ Sta
even
stil
bij
uw
printer!
Printers
verbruiken
meer
stille
energie
dan
computers.
Zij
hebben
geen
slaapstand
en
zullen
nooit
volledig
uitstaan.
Best
kan
hier
de
stekker
uitgetrokken
worden.
42
Keuken
6
tot
8%
van
het
elektriciteitsverbruik
in
een
huishouden
staat
op
rekening
van
het
kookproces.
Ovens
en
kookplaten
verbruiken
daarvan
50%,
waterkokers
1/3e
.
75. Tips
bij
het
koken:
• Open
de
ovendeur
zo
min
mogelijk
tijdens
het
proces
zodat
er
geen
warmte
nodeloos
verloren
gaat.
43
• Een
hogedrukpan
zorgt
voor
een
besparing
van
40‐70%
in
tijd
en
energie.
• Een
gas‐of
inductieplaat
verbruikt
minder
dan
een
gewone
of
keramische
elektrische
kookplaat.
• De
grootte
van
de
pan/pot
dient
in
verhouding
te
zijn
met
de
diameter
van
de
kookpit.
• Het
deksel
op
de
pan
houden
tijdens
het
koken
bespaart
50%
aan
energie/maaltijd.
De
inhoud
wordt
sneller
warm
en
gaar.
• Gebruik
niet
teveel
water
in
de
pot,
enkel
wat
er
nodig
is.
• Water
kan
eerst
op
het
kookpunt
gebracht
worden
d.m.v.
een
warmwaterkoker.
• Pasta
zal
ook
gaar
worden
zonder
het
water
voortdurend
aan
de
kook
te
houden.
Even
koken,
en
daarna
het
vuur
uitzetten
geeft
even
goede
resultaten.
De
thermische
inertie
doet
hier
zijn
werk.
• Haal
de
benodigde
voedingsmiddelen
sneller
uit
de
diepvries.
44
76.
Magnetron:
• Dit
toestel
verbruikt
minder
energie,
enkel
het
eten
zelf
wordt
opgewarmd.
Dit
in
tegenstelling
tot
een
oven
die
volledig
zal
opwarmen.
Het
verbruik
ligt
75%
lager
dan
bij
een
oven.
• De
microgolfoven
is
zeer
goed
geschikt
om
restjes
op
te
warmen.
77.
Koude
apparaten:
• Koop
de
koelkast
en
diepvriezer
op
maat.
• Plaats
deze
toestellen
niet
dicht
bij
een
verwarming
of
warmtebron.
45
• Idealiter
staan
ze
in
een
onverwarmde
plaats.
46
•
• •
•
Alvorens
er
voedingswaren
in
te
plaatsen,
dienen
deze
eerst
afgekoeld
te
zijn.
Sluit
de
deuren
steeds
snel.
Haal
regelmatig
het
stof
weg
van
de
condensatorspiraal
langs
de
achterkant
van
het
toestel.
Daardoor
zal
de
warmte
sneller
afgevoerd
kunnen
worden.
Ontdooi
regelmatig
de
diepvriezer.
Bij
een
dun
ijslaagje
van
2mm
stijgt
het
verbruik
al
met
10%.
• De
diepvriezer
dient
zo
vol
mogelijk
geladen
te
worden.
Desnoods
kunnen
lege
plaatsen
opgevuld
worden
met
piepschuim.
• De
koelkast
kan
daarentegen
best
niet
overladen
worden.
Het
energieverbruik
stijgt
hierdoor
en
de
bewaartijd
van
het
eten
zal
korter
worden.
• Controleer
regelmatig
de
deurpakking.
Vaak
dienen
de
dichtingen
van
de
koelkast
en
de
diepvriezer
vervangen
te
worden.
De
besparing
kan
oplopen
tot
10%.
Het
testen
zelf
kan
door
een
stukje
papier
tussen
de
deur
te
steken.
47
Probeer
het
er
terug
tussenuit
te
trekken.
Bij
weerstand
is
de
dichting
nog
in
prima
staat.
• Controleer
eveneens
de
temperatuur
instellingen:
koelkast
4‐6°
C;
diepvriezer
‐18°
C.
• Koelkast
en
diepvriezer
samen
verbruiken
samen
meer
dan
25%
van
het
totale
elektriciteitsverbruik.
78.
Verlichting:
48
• We
hebben
licht
nodig
ter
bescherming
van
de
ogen,
maar
het
is
niet
nodig
teveel
licht
aan
te
steken
en
daardoor
energie
te
gaan
verspillen.
Verlicht
zeer
doelgericht.
• Zonlicht
is
het
beste
licht
dat
er
bestaat.
Laat
het
natuurlijk
licht
vlot
binnenkomen
door
de
gordijnen
overdag
te
openen.
• Het
maakt
een
enorm
verschil
indien
de
muren
in
een
lichtere
tint
worden
geschilderd.
Bij
donkere
muren
ligt
de
benodigde
lichtsterkte
2
tot
3
keer
hoger.
Dit
is
ook
van
toepassing
bij
lampenkappen.
• Doof
het
licht
in
een
ruimte
als
er
niemand
aanwezig
is.
TL
lampen
kunnen
best
uitgeschakeld
worden
indien
er
gedurende
min.20
minuten
geen
licht
nodig
zal
zijn.
• Het
regelmatig
wassen
van
lichtdoorlatende
gordijnen
helpt
bij
het
verhogen
van
het
lichtrendement,
evenals
het
afstoffen
van
lampen
en
lampenkappen.
• Op
de
verpakking
van
de
lampen
staat
veel
informatie.
Er
zijn
diverse
energieklassen,
van
A
49
tot
G,
waarbij
A
voor
energiezuiniger
staat
en
G
best
kan
vermeden
worden.
• Gloeilampen
hebben
een
laag
rendement
doordat
95%
van
de
energie
wordt
omgezet
in
warmte,
en
slechts
5%
in
licht.
• Halogeenlampen
verbruiken
veel
energie.
€
50
tot
€
80/jaar/lamp
van
300
Watt.
• Lampen
met
een
laag
verbruik
zijn
spaarlampen.
Hun
lichtsterkte
ligt
min.4x
hoger
dan
dat
van
gloeilampen,
en
de
energiebesparing
bedraagt
75‐80%.
De
lampen
worden
niet
zo
warm
waardoor
de
levensduur
ook
tot
15x
hoger
ligt.
• Neonlampen
kunnen
best
als
bijkomende
verlichting
gebruikt
worden
indien
nodig.
Het
verbruik
is
te
vergelijken
met
dat
van
de
spaarlampen.
• Oppassen
met
het
recycleren
van
lampen!
Gloei‐ en
halogeenlampen
mogen
bij
het
gewone
afval,
spaar‐en
neonlampen
echter
niet!
Zij
bevatten
kwik
en
moeten
bij
het
gevaarlijk
afval
terecht
komen.
50
• LEDlampen.
79. LED‐verlichting:
• LED
=
light
emitting
diode.
De
werking
van
een
diode
kan
beschouwd
worden
als
een
halfgeleiderstechniek,
waarbij
de
diode
licht
geeft
als
er
een
stroom
doorheen
loopt.
• Ze
is
90%
energiezuiniger
dan
gloeilampen,
en
gaat
50x
langer
mee.
• Geen
chemisch
afval.
51
• Ze
is
energiezuinig
doordat
ze
werkt
op
een
laagvoltage,
tussen
de
2
en
5
Watt.
Vergelijk
dit
met
een
gloeilamp
(30/50
Watt)
en
een
spaarlamp
(5/12
Watt)
en
zie
het
voordeel.
• Door
de
hoge
lumen/Watt
verhouding
wordt
er
zeer
efficiënt
met
energie
omgegaan.
• De
elektrische
energie
wordt
rechtstreeks
in
licht
omgezet,
met
een
zeer
geringe
warmteproductie
van
slechts
10%.
• Stel
dat
u
een
LED
lamp
gedurende
een
jaar
continu
zou
laten
branden,
dan
zou
dit
kunnen
aan
€
2,
tegenover
de
gloeilamp
aan
€
50.
• Gemiddeld
is
er
sprake
van
50.000
branduren,
voor
sommige
lampen
is
ook
100.000
haalbaar.
Halogeen:
3000
branduren
Spaarlamp:
6000
branduren
Gloeilamp:
1000
branduren
Indien
de
LED
verlichting
gedurende
4u/dag
zou
branden,
kan
deze
in
principe
50
jaar
actief
blijven.
52
• De
lampjes
zijn
onbreekbaar,
watervast
en
schokbestendig,
en
bestand
tegen
koude
en
trillingen.
• Doordat
er
geen
ultraviolette
of
infrarode
straling
is,
zullen
kleuren
niet
zo
snel
verbleken.
• De
lampen
zijn
in
vele
kleuren
te
verkrijgen.
• Doordat
de
lampjes
klein
en
compact
zijn
kunnen
ze
gemakkelijk
in
design
armaturen
geplaatst
worden.
• Ze
hebben
geen
opwarmtijd
nodig
om
de
juiste
kleur
en
lichtsterkte
te
verkrijgen.
• Tegenover
deze
enorme
voordelen
staan
slechts
een
paar
minpuntjes.
Zo
wordt
het
licht
nog
vrij
beperkt
verspreid
en
in
een
beperkte
hoek.
Daar
zijn
echter
ook
oplossingen
voor.
• De
kostprijs
wordt
vaak
als
een
belangrijk
minpunt
aangehaald.
Als
we
echter
zien
dat
1
LED
lamp
zorgt
voor
een
minverbruik
van
55
KWh/jaar,
en
een
verlaging
van
de
kosten
met
€
12
wordt
het
duidelijk
dat
de
terugverdientijd
enorm
kort
is.
Ook
dient
men
25
jaar
lang
geen
nieuwe
lamp
meer
aan
te
schaffen,
én
zal
de
besparing
te
voelen
zijn
in
de
energiefactuur!
53
Maak
gebruik
van
de
zon!
80. Een
juiste
plaatsing
van
de
ramen
maakt
veel
verschil
uit.
Zo
kunnen
de
grootste
ramen
54
best
langs
de
zuidkant
worden
gemonteerd,
en
langs
de
noodkant
minder
en
kleinere
ramen.
81. Kies
voor
dubbel
glas
met
een
lage
emissie,
de
coating
bevindt
zich
aan
de
binnenkant
(HR+
en
HR++).
Dit
glas
laat
het
zonlicht
door
zodat
de
ruimte
warm
kan
worden,
maar
weerkaatst
eveneens
het
infrarood
licht
uit
de
kamer,
zodat
de
warmte
niet
naar
buiten
kan.
82. Het
voordeel
van
een
goed
geplaatste
serre
is
dat
ze
kan
fungeren
als
buitenisolatie,
en
dat
de
lucht
voorverwarmd
kan
worden.
Een
goede
locatie
is
langs
de
zuid
of
zuidoost
kant
van
het
huis,
liefst
gescheiden
van
het
huis.
De
serre
dient
normaliter
niet
verwarmd
te
worden.
Een
raamventilator
zuigt
de
verwarmde
lucht
in
huis.
De
ventilatie
gebeurt
via
het
dak
of
via
de
bovenramen.
55
83. Een
portiek
is
erg
praktisch,
en
kan
als
sluis
dienen.
84. Elektrische
verwarming
is
het
minst
efficiënt.
Een
gas
cv
ketel
heeft
daarentegen
een
rendement
van
meer
dan
90%.
85. Veel
voordeliger
en
milieuvriendelijker
is
het
om
gebruik
te
maken
van
een
zonneboiler
om
het
water
op
te
warmen!
56
• Standaard:
zonnecollector
met
een
voorraadvat
of
een
compacte
boiler
waarbij
het
water
in
de
zonnecollector
wordt
opgewarmd
en
opgeslagen.
• Tijdens
de
zomer
kan
de
t°
van
het
water
oplopen
tot
60°
C.
Tijdens
de
winter
zal
de
zonneboiler
het
water
reeds
voorverwarmen,
waardoor
er
ook
dan
energie
wordt
bespaard.
• De
zonnereceptoren
op
het
dak
nemen
zonlicht
op
in
de
vorm
van
warmte.
• Momenteel
verleent
de
overheid
in
België
enorm
hoge
subsidies
bij
de
aanschaf
van
een
zonneboiler.
Veel
gemeentes
dragen
eveneens
hun
steentje
bij.
57
58
86.
Warmtepompen:
• Er
wordt
warmte
onttrokken
uit
de
lucht,
water,
de
bodem.
Het
is
een
hybride
techniek:
zowel
hernieuwbare
energie
als
fossiele
brandstoffen
(er
is
elektriciteit
nodig).
Dit
laatste
kan
uiteraard
opgevangen
worden
door
te
gaan
werken
met
zonnepanelen
voor
het
opwekken
van
elektriciteit,
de
efficiëntie
is
dan
optimaal.
• Het
is
het
omgekeerde
principe
van
een
koelkast
in
die
zin
dat
het
warmte
opvangt
en
deze
in
geconcentreerde
vorm
gaat
overbrengen
op
het
water
in
het
verwarmingssysteem
59
• Voor
elke
KWh
elektriciteit
wordt
3
KWh
aan
warmte
opgewekt,
wat
heel
efficiënt
kan
genoemd
worden.
• Lage
CO2
uitstoot.
• Het
is
een
betrouwbaar
systeem
dat
weinig
vervuilend
is.
Echter
niet
alle
woningen
kunnen
hiervan
gebruik
maken.
• Een
grondwaterpomp
is
het
meest
efficiënt.
De
buizen
onder
de
grond
worden
met
vloeistof
gevuld.
Ze
worden
1
tot
1,5m
diep
geplaatst,
waardoor
de
temperatuur
het
ganse
jaar
door
gelijk
blijft.
• Een
luchtwarmtepomp
werkt
op
hetzelfde
principe,
maar
dan
door
warmte
aan
de
buitenlucht
te
onttrekken.
Bij
erge
koude
werkt
dit
systeem
minder
efficiënt.
60
61
87. Gas:
• De
huidige
condensatieketels
hebben
een
efficiëntie
van
maar
liefst
90%
doordat
er
meer
warmte
wordt
opgevangen
uit
de
uitlaatgassen.
• Een
ketel
die
ouder
is
dan
15
jaar
verbruikt
35%
meer.
Dit
weerspiegelt
zich
in
de
energiefactuur.
Er
is
ook
sprake
van
een
hogere
CO2
uitstoot.
62
88.
Hout:
• Veel
verwarmingsketels
werken
tegenwoordig
met
gebruik
name
van
houten
pellets.
• De
efficiëntie
bedraagt
ongeveer
80%.
• Pellets
bestaat
uit
afval
van
hout
vanuit
de
industrie.
Er
worden
geen
bomen
voor
gehakt.
• Zo’n
kachel
is
relatief
zuinig
in
gebruik.
• Er
is
een
vulruimte
voor
opslag
voorzien.
Om
de
paar
dagen
dient
men
slechts
bij
te
vullen.
63
64
Elektriciteit
opwekken
Bijna
elke
soort
energie
kan
worden
opgeslagen
en
in
elektriciteit
worden
omgezet.
Meestal
gaan
grote
elektriciteitscentrales
fossiele
brandstoffen
zoals
kolen,
olie
en
gas
verbranden.
Er
zijn
ook
nog
vele
andere
mogelijkheden.
89. Zonne‐energie:
65
• Zonnepanelen
bevatten
fotovoltaïsche
zonnecellen
van
halfgeleiders
die
lichtenergie
direct
in
elektriciteit
gaan
omzetten.
• De
investering
is
tegenwoordig
zeer
budgetvriendelijk,
en
men
kan
de
energiefactuur
onmiddellijk
aanzienlijk
doen
verminderen.
• In
België
worden
nog
steeds
subsidies
verstrekt
door
de
overheid
bij
aanschaf
van
zonnepanelen.
Ook
Nederland
heeft
sinds
kort
een
subsidiesysteem.
Het
is
echter
zo
dat
zelfs
zonder
subsidie
het
systeem
zichzelf
erg
snel
terugverdient.
• Het
bevat
geen
bewegende
delen.
• Het
systeem
is
zeer
gemakkelijk
in
onderhoud.
• Afhankelijk
van
de
grootte
van
het
dak
kan
men
een
zeer
groot
deel
van
het
verbruik
zelf
gaan
opwekken!
• Zonlicht
is
er
altijd
en
is
nog
steeds
gratis
66
67
90.
Windenergie:
• Het
betreft
één
van
de
oudste
vormen
van
energieopwekking.
Denk
maar
aan
molens
en
zeilboten.
• De
opbrengst
wisselt
met
het
weer.
• Het
betreft
een
snel
groeiende
industrie.
68
• Windturbines
bestaan
er
in
allerlei
vermogens,
van
1
KW
tot
ettelijke
Mw.
91. Kernenergie:
• Het
is
een
niet‐duurzame
bron
van
energie.
• Uraniumerts
is
schaars.
• De
veiligheidsproblematiek
is
en
blijft
aan
de
orde
!
• Wat
met
het
gevaarlijke
afval?
69
92. Diverse
andere
vormen
van
energie
opwekking:
• Waterkrachtcentrales
• Getijdenenergie
• Onderwaterturbines
• Golven
• Biomassa
70
93. Kies
voor
groenere
stroom:
• De
samenstelling
van
de
prijs
kan
verschillend
zijn
per
leverancier.
Het
is
goed
om
dit
goed
uit
te
pluizen
en
ook
jaarlijks
te
herbekijken.
Op
de
website
www.vreg.be
kan
dit
vergeleken
worden.
• Doordat
de
vraag
groter
is
dan
het
aanbod
dient
er
geïmporteerd
te
worden.
Men
is
verplicht
te
melden
waar
deze
stroom
vandaan
komt.
• Vaak
is
er
toch
sprake
van
een
mengeling
van
groen/grijs.
Ideaal
is
om
je
eigen
elektriciteit
te
gaan
opwekken.
Dit
brengt
belangrijke
voordelen
met
zich
mee
zoals:
• Het
aanzienlijk
verlagen
van
de
energiefactuur.
• Het
ondersteunen
van
een
nieuwe
industrie.
• Het
verminderen
van
de
CO2
uitstoot.
71
72
Groene
daken
en
de
tuin
Groene
daken
Het
betreft
een
dunne
laag
aarde
bovenop
uw
dak,
beplant
met
vetplanten
en
mossen
tot
zelfs
een
volledig
beplante
daktuin.
73
Er
bestaan
3
soorten:
• extensief
=
dunne
laag
grond
of
grind
met
mossen
of
vetplanten
• eenvoudig
intensief
=
iets
dikkere
laag
grond
met
gras
of
kruiden
• intensief
:
dikke
laag
grond
met
gras,
vaste
planten
en
struiken
Vooral
sterke
planten
komen
in
aanmerking.
74
94. Het
aanleggen
van
een
groen
dak
heeft
een
aantal
voordelen:
• Het
oogt
mooi
en
bijzonder.
• Het
draagt
bij
aan
het
absorberen
van
CO2
en
luchtvervuiling.
• Het
vermindert
de
afvoer
van
overtollig
regenwater.
• De
isolatiewaarde
van
het
dak
wordt
vergroot
tot
max.
10%.
Vaak
wordt
de
aanleg
ook
gesubsidieerd.
• Er
worden
leefgebieden
gecreëerd
voor
insecten,
vogels
en
vlinders.
75
Tuinen
95. 7%
van
het
waterverbruik
in
een
gezin
gaat
naar
de
tuin.
Hier
kan
op
bespaard
worden
door
rekening
te
houden
met
volgende
factoren:
• Keuze
van
de
planten:
droge
tuinplanten
en
grassoorten
die
weinig
water
nodig
hebben
–
planten
met
kleine
of
harige
bladeren
–
struiken
met
een
houtige
stengel.
• Maak
gebruik
van
regenwater
door
een
regenton
aan
te
sluiten
op
de
regenpijp.
Op
het
dak
komt
jaarlijks
10.000en
liters
water
terecht.
Zet
de
ton
op
een
verhoog
zodat
de
gieter
onder
de
kraan
kan
gezet
worden.
Op
het
water
kunnen
polystyreen
bolletjes
vermijden
dat
er
insecten
op
afkomen.
76
77
• Gebruik
grijs
water
vanuit
het
huis.
• Begiet
de
planten
’s
morgens
vroeg
of
na
zonsondergang,
en
giet
het
water
op
de
wortel
van
de
plant.
• Rond
de
planten
kan
een
mulchlaag
ervoor
zorgen
dat
de
grond
minder
gaat
verdampen,
en
daardoor
de
behoefte
aan
water
minder
zal
worden.
Hiervoor
kunnen
materialen
zoals
schors,
grind,
compost
en
bladaarde
gebruikt
worden.
• Een
moestuin
met
spinazie
en
erwten
heeft
minder
water
nodig
dan
eentje
met
tomaten
en
courgettes.
96. Doordat
er
steeds
minder
groene
voortuinen
te
zien
zijn
in
de
stad,
is
er
ook
minder
opname
van
de
vervuilende
stoffen.
Auto’s
rijden
over
het
trottoir
wat
een
impact
heeft
op
de
veiligheid.
Er
vinden
ook
meer
plotselinge
overstromingen
plaats
doordat
er
minder
oppervlakte
is
die
het
water
bij
zware
regenval
kan
opnemen.
78
• Gebruik
beter
geen
tegels
of
beton,
of
anders
tegels
met
afvoergaten.
Er
bestaan
ook
waterdoorlatende
tegels
van
gerecycleerd
materiaal.
• Indien
grind
als
bodembedekking
wordt
gekozen,
zorg
er
dan
voor
dat
er
geen
waterdichte
laag
onder
zit.
• Een
auto‐oprit
kan
bestaan
uit
2
rijen
tegels,
met
daar
tussenin
een
open
ruimte
waar
sterke
planten
kunnen
geplaatst
worden.
79
97. Door
te
werken
met
een
composthoop
waar
je
al
je
organische
afval
in
kwijt
kan,
maak
je
tegelijkertijd
eigen
teeltaarde
door
50%
tuinaarde
te
mengen
met
50%
compost.
98.
Gebruik
bij
voorkeur
geen
pesticiden.
80
99. Het
is
van
belang
om
zoveel
mogelijk
groen
in
de
stad
te
integreren:
• Dit
maakt
de
lucht
schoner
door
het
neutraliseren
van
giftige
gassen
en
fijn
stof.
De
stad
zal
minder
als
warmte‐eiland
fungeren,
waardoor
het
klimaat
aldaar
koeler
is.
• Het
vormt
een
biotoop
voor
insecten
en
vogels.
Tijdens
de
verschillende
jaargetijden
kan
er
genoten
worden
van
de
diversiteit
en
schoonheid
van
de
natuur.
• Zware
regenval
kan
beter
geabsorbeerd
worden,
waardoor
er
minder
risico
bestaat
op
plotse
overstromingen.
81
100. Strategisch
geplante
bomen
kunnen
een
vermindering
tot
25%
van
de
energiebehoefte
met
zich
meebrengen.
Tijdens
de
zomermaanden
zorgen
ze
voor
schaduw
en
koelte,
tijdens
de
winter
laten
de
bladervrije
bomen
meer
licht
door.
82
101. Vervoer:
• Het
budget
dat
voorzien
wordt
voor
het
vervoer
is
vaak
bijna
even
groot
als
dat
voor
het
huishouden
!
• Het
drukke
verkeer
veroorzaakt
opstoppingen,
luchtvervuiling,
stress,
ongevallen,
files.
• Kleine
afstanden
met
de
auto
rijden
zijn
het
meest
vervuilend,
onder
de
3
km
zou
het
beter
zijn
de
wagen
in
de
garage
te
laten.
83
• Openbaar
vervoer
is
prima
voor
langere
trajecten.
Het
is
goedkoper,
sneller
en
veiliger.
• Alternatieven
zijn
carpooling,
carsharing
en
het
nemen
van
een
taxi,
auto
lenen.
• Hanteer
een
soepele
rijstijl
!
In
eco‐drive
bedraagt
de
brandstofbesparing
20‐40%.
‐ Start
zacht.
‐ Schakel
snel
door
naar
een
hogere
versnelling
(toerental
<
2500/min
bij
een
benzinemotor
‐
<
2000/min
bij
een
dieselmotor).
‐ Vermijd
plots
optrekken
en
bruusk
remmen.
‐ Gebruik
de
motorrem
vaker
i.p.v.
het
rempedaal.
‐ Schakel
de
motor
uit
bij
zodra
de
wagen
langer
dan
1
minuut
stil
staat.
• Het
is
met
de
huidige
techniek
niet
meer
nodig
de
motor
te
verwarmen
84
• Ga
spaarzaam
om
met
de
airco.
Bij
een
onafgebroken
gebruik
en
aan
vol
vermogen
stijgt
het
verbruik
met
30%.
‐ Indien
nodig
even
opzetten
na
het
ventileren.
‐ Vermijd
te
lage
temperatuur.
De
ideale
temperatuur
voor
een
goede
gezondheid
bedraagt
max.5°
minder
dan
de
buitentemperatuur.
‐ Elke
week
kan
men
best
de
airco
gedurende
1
minuut
te
laten
werken,
dit
ter
voorkoming
van
lekken,
zodat
er
ook
geen
gassen
kunnen
ontsnappen,
wat
dan
weer
de
ozonlaag
zal
aantasten.
85
• Controleer
regelmatig
de
bandenspanning
en
de
profieldiepte
van
de
banden
op
slijtage,
bij
voorkeur
elke
maand.
Een
druktekort
van
0,14
bar
=
stijging
van
het
verbruik
met
1%.
Een
goede
bandenspanning
zal
de
slijtage
vertragen,
en
verhoogt
eveneens
de
veiligheid.
• Overlaadt
de
wagen
niet,
vooral
niet
bovenop
het
dak.
Dit
kan
een
stijging
van
het
verbruik
tot
40%
veroorzaken.
De
zwaarste
stukken
dienen
het
meest
naar
voren
gezet
te
worden.
Fietsen
achteraan
de
wagen.
Fietsen
op
het
dak
geven
dan
weer
een
meerverbruik
tussen
de
20‐30%.
• Een
regelmatig
onderhoud
van
de
wagen
is
aan
te
bevelen,
zoniet
kan
dit
een
meerverbruik
van
50%
met
zich
meebrengen.
Wat
dient
er
zeker
gecontroleerd
te
worden?
:
‐ de
staat
van
de
bougies
‐ de
staat
van
de
luchtfilter
‐ de
injectie
‐ de
geometrie
of
de
balancering
van
de
wielen
• Meer
en
meer
mensen
kiezen
voor
de
aankoop
van
een
schone
auto,
die
niet
enkel
zuiniger
is
qua
verbruik,
maar
ook
minder
vervuilend.
86
Vanaf
12/1/2012
krijgt
elke
auto
een
energielabel
of
CO2
etiket,
zodat
men
het
verbruik
van
de
auto
kent,
evenals
de
CO2
uitstoot.
87
• Een
boordcomputer
of
econometer
is
een
zeer
handige
tool.
De
econometer
zorgt
ervoor
dat
oververbruik
wordt
tegengegaan,
de
boordcomputer
geeft
significante
informatie
over
het
gemiddelde
en
het
realtimeverbruik.
88
• Hou
voldoende
afstand
tijdens
het
rijden,
met
een
constante
snelheid.
89
Dit
waren
de
101
tips!
Ter
afsluiting
volgen
er
nog
een
aantal
links
naar
interessante
websites,
in
functie
van
energiebesparing.
Voor
België:
www.energiesparen.be/zuinig_met_energie/tips_e nergiezuinig_leven
Hier
zijn
een
aantal
energiecalculators
terug
te
vinden,
evenals
terugverdientijden.
www.greenseat.com
Op
deze
website
kan
je
de
impact
berekenen
van
je
reis
op
het
milieu.
Zij
bereken
welke
bijdrage
men
dient
te
betalen
voor
de
aanplanting
van
bossen
om
de
schadelijke
uitstoot
uit
de
lucht
te
halen.
www.premiezoeker.be
www.ODE.be
www.livios.be
www.bouwsite.be
www.natuurpunt.be
www.vlaanderen.be
www.energiecertificatie.be
90
Voor
Nederland:
www.rijksoverheid.nl/onderwerpen/energiebespari ng
www.infomil.nl
www.epadesk.nl
Alles
i.v.m.
het
Energie
Prestatie
Advies.
www.dubo‐centrum.nl
Informatie
omtrent
duurzaam
bouwen.
www.agentschap.nl/programmas‐ regelingen/subsidieregeling‐zonnepanelen
Momenteel
kan
men
nog
inschrijven
voor
de
subsidies
bij
de
aanschaf
van
zonnepanelen!
www.milieucentraal.nl
www.consuwijzer.nl
Indien
u
de
prijzen
van
de
energieleveranciers
wil
vergelijken.
91
En
als
toemaatje
nog
enkele
cijfers,
waarbij
de
jaarlijkse
winst
in
euro
per
besparing
wordt
aangegeven.
Verdeling
totale
energieverbruik
Verwarming
60%
Verlichting
6%
Wassen
en
drogen
5%
Warm
water
15%
Koelkast
en
diepvriezer
6%
Koken
5%
Overige
(Hifi,
TV,
computer)
3%
92
UW
WINSTEN
!!
Verwarming:
‐ thermostaatkraan:
7/8
=
€
5/kraan
‐ condensatieketel
aardgas:
HR‐Top
besparing
30%
energie
=
€
300/jaar
‐ isoleren
van
de
leidingen:
€
12/m
isolatie
‐ reflectiescherm/alu
folie
achter
de
radiator
aan
een
niet‐geïsoleerde
buitenmuur:
=
€
7/m2
folie
‐ temperatuur
20°
dag
–
16°
nacht
=
besparing
7%
brandstof
=
€
40/jaar
93
‐ nachtstand
een
uur
voor
slapen
gaan
inschakelen
=
€
20/jaar
‐ temperatuur
verlagen
in
weinig
gebruikte
ruimtes
(vorstvrij
6°
C)
=
€
20/jaar
‐ kieren
en
spleten
tochtvrij
maken
:
€
10/m
tochtstrip/jaar
Verlichting:
‐ spaarlampen:
11W
i.p.v.
60W
5
spaarlampen
=
€
36/jaar
‐ verwijderen
halogeenlampen:
€
7/lamp/jaar
‐ gebruik
van
zon‐en
daglicht
=
€
10/jaar
‐ lichte
kleuren
interieur
=
€
10/jaar
‐ rechtstreekse
verlichting
=
€
17/jaar
per
100Watt
lager
vermogen
94
Warm
Water:
‐ 3
à
4
pers.:
90L
warm
water/dag
=
15%
‐ spaardouchekop=
energiebesparing
op
water
en
energie
van
40%
3
emmers
water
=
1
douche
=
€
47/jaar
‐ douche
i.p.v.
bad:
bad
is
13
emmers
van
10L
=
€
26/jaar
‐ kraan
dicht
bij
tandenpoetsen
=
€
40/jaar
‐ warmwaterboiler
temperatuur
van
65°
=
€
13/jaar
‐ elektrische
keukenboiler
met
timer,
’s
nachts
uitzetten
=
€
10/jaar
‐ doorstroomtoestel
i.p.v.
voorraadboiler:
€
20/jaar
‐ Zonneboiler:
levenslang
gratis
warm
water
!
95
Koelen
en
vriezen:
‐ toestellen
op
koele
plaats
(diepvriezer
in
een
ruimte
van
15°
i.p.v.
20°)
=
€
30/jaar
‐ toestellen
staan
10cm
van
de
muur
:
€
12/jaar
‐ diepvriezer
is
een
horizontale
kist,
voordeel
tegenover
kastmodel
=
15%
energie
besparing
=
€
8/jaar
‐ ontdooien
min.1/jaar
=
€
12/jaar
‐ ontstoffen
1/jaar
=
€
12/jaar
‐ A‐label
‐
A+
‐
A++
=
€
64/jaar
(t.g.o.
D)
Wassen
en
drogen:
‐ spaartoetsen:
10%
voordeel
op
verbruik
‐ Katoenwas
op
40°
‐
witte
was
op
60°
=
€
44/jaar
–
voordeel
van
40%
t.o.v.
was
op
90°
96
‐ vol
wasmachine
=
€
9/jaar
‐ uitzwieren
aan
hoge
snelheid
=
€
15/jaar
(drogen
duurt
15
min.
minder
lang)
‐ was
op
waslijn
(1
op
2
wasjes)
=
€
30/jaar
‐ droogkast
met
luchtafvoer
=
€
8/jaar
‐ strijkijzer
afzetten
(niet
stand‐by)
=
€
5/jaar
Koken:
‐ koken
met
deksel
op
de
pot
=
€
10/jaar
‐ vuur
afzetten
voor
einde
van
de
kooktijd
=
10%
op
verbruik
‐ aardappelen
in
de
microgolf
=
€
8/jaar
‐ weinig
water
gebruiken,
wokken
en
stomen:
€
10/jaar
‐ koffie
in
thermoskan
gieten
=
€
15/jaar
‐ dampkap
zo
kort
mogelijk
opzetten
=
30
min.
minder/dag
=
€
10/jaar
97
‐ oven
op
gas,
warmeluchtfunctie
:
€
15/jaar
Andere:
‐ vermijden
van
stand‐by
=
€
30/jaar
‐ transformator
uit
stopcontact
=
€
25/jaar
‐ stekker
uittrekken,
contactdoos
met
uitschakelaar
:
€
10/jaar
‐ TV
niet
als
achtergrond
gebruiken
=
€
15/jaar
Heel
veel
succes
met
het
toepassen
van
dit
alles
en
wij
horen
graag
van
u
wat
u
heeft
bespaard!
98
Voor
verdere
informatie
omtrent
besparen
met
groene
energie
staat
ons
team
graag
voor
u
klaar.
Voor
een
afspraak:
www.synergreen.be
99
DE
101
beste
energietips
voor
minder
verbruiken
!
én
meer
besparen
!
100
101
102