Schooljaar 2015-2016: Spelletjes in je taal- en rekenles Workshop 2: Spelletjes in je rekenles
25 november 2015 14.45 – 17.00 uur
Willeke Beuker Elselien Boekeloo
Spelletjes in je taal- en rekenles
7 oktober 2015 Workshop 1: Spelletjes in je taalles Wat heb je gedaan? 25 november 2015 Workshop 2: Spelletjes in je rekenles
Agenda Workshop 2 1. Introductie 1.1: Voorstellen 1.2: Programma* en doelen workshop 2. Spellen in de leerlijn rekenen 2.1: De basisvaardigheden 2.2: De vier hoofdfasen 3. Vijf spellen 4. Reflectie en afsluiting
Doelen voor deze bijeenkomst
Aan het eind van deze bijeenkomst: -
-
Heb je geoefend met vijf rekenspellen waarmee leerlingen rekensommen automatiseren en/of memoriseren. Kun je deze spellen meteen morgen inzetten.
2.1 Drempels bij basisvaardigheden Drempel Basisvaardigheid
Voorbeeld
0
Getalbegrip tot 10 en 20
Tellen, ordenen
1
Rekenen onder de 10
4 + 3, 7 - 2, 8 = 2 + ..
2
Getalbegrip en sprongen onder de 100
Sprong van 1 en 10, naar het tiental
3
Rekenen over de 10
6 + 7, 13 - 5
4
Rekenen onder de 100
37 + 20, 57 + 5 57 - 20, 37 - 9
5
Makkelijke en moeilijke tafels
2, 3, 4, 5 en 10 6, 7, 8 en 9
http://rekenspel.slo.nl
2.2 De vier hoofdfasen van elke leerlijn
Fase 4
Toepassen en flexibel rekenen
Fase 3
Vlot rekenen en automatiseren
Fase 2
Inzicht in strategieën en ontwikkeling procedure
Fase 1
Begripsvorming
2.2 Automatiseren, memoriseren, consolideren Memoriseren: meteen weten, paraat hebben als feitje Automatiseren: binnen 5 seconden tot een antwoord komen door vlot toepassen van een strategie Consolideren: onderhouden van kennis, beschikbaar houden
2.2 Basisvaardigheden gememoriseerd Basisvaardigheid
Gememoriseerd
Splitsen t/m 10
Eind groep 3
Optellen onder de 10
Eind groep 3
Aftrekken onder de 10
Eind groep 3
Optellen over de 10
Midden groep 4
Aftrekken over de 10
Midden groep 4
Tafels 2, 5, 10
Eind groep 4
Tafels 3, 4
Eind groep 4
Tafels 6, 7, 8, 9
Midden groep 5
Deeltafels 2, 3, 4, 5, 10
Eind groep 5
Deeltafels 6, 7, 8, 9
Midden groep 6
SPELKAARTEN
DE WERELD ROND - KEER GROEP 5 SPEL VOOR DE HELE GROEP
Nodig: alle kaartjes van het kopieerblad De wereld rond - keer Voorbereiding: Iedere leerling krijgt een kaartje. Als er meer kaartjes dan leerlingen zijn, krijgen sommige leerlingen twee kaartjes. De kaartjes moeten namelijk allemaal uitgedeeld zijn! Nu gaan we de wereld rond! De leerling met het kaartje waarop staat ‘Onze wereldreis begint! Wie heeft 2 x 6?’ leest hardop zijn kaartje voor. Alle leerlingen bekijken hun kaartje. Daarna leest de leerling met het kaartje waarop staat: ‘Ik heb 12. Wie heeft 9 x 6?’ zijn kaartje hardop voor. Zo gaan we de wereld (klas) rond tot we bij het kaartje ‘We zijn de wereld rond!’ zijn. Je kunt ook de tijd opnemen! Hoe snel zijn jullie de wereld rond? Kunnen jullie het sneller?
’De wereld rond’ in andere groepen • • • • • • • •
Erbij-sommen tot 20 Eraf-sommen tot 20 Keersommen (tafels) Deelsommen Breuken Toetssommen Klok Geld
Kopieerbladen downloaden: http://jufyvon.blogspot.nl
SPELKAARTEN
SOMMENMEMORY GROEP 5 SPEL VOOR 2 TOT 4 LEERLINGEN
Nodig: 20 witte, vierkante papiertjes Voorbereiding: Maak setjes van twee kaartjes. Op het ene kaartje schrijf je een som tot 1.000 (plus of min). Op het andere kaartje schrijf je het antwoord op de som. Bedenk ook stipsommen, zoals bijvoorbeeld 245 + … = 1.000. Leg de kaartjes ondersteboven op tafel en hussel de kaartjes. Speler 1 draait één kaartje om en leest hardop de som of het getal voor. Nu draait hij nog een kaartje om. Als de kaartjes bij elkaar horen, mag hij de kaartjes houden en mag hij nog een keer. Als de kaartjes niet bij elkaar horen, is speler 2 aan de beurt. Als alle kaartjes op zijn, is het spel afgelopen. De speler met de meeste kaartjes is de winnaar.
‘Sommenmemory’ in andere groepen • Samen 10
8 2
‘Sommenmemory’ in andere groepen • Samen 1
0,1 0,9
‘Sommenmemory’ in andere groepen • Samen 100
75 25
‘Sommenmemory’ in andere groepen • Samen 100
75 25
‘Sommenmemory’ in andere groepen • Keersommen
2x5
10
‘Sommenmemory’ in andere groepen • Breuken en breukencirkels
v
10
‘Sommenmemory’ in andere groepen • Het dubbele en de helft
25
50
‘Sommenmemory’ in andere groepen • Gelijkwaardige breuken
v
2
‘Sommenmemory’ in andere groepen • Breuken en kommagetallen
2
0,25
‘Sommenmemory’ in andere groepen • Maten omzetten
1 kg
1.000 g
SPELKAARTEN
KLOKKEN FLITSEN GROEP 6 SPEL VOOR 2 TOT 4 LEERLINGEN
Nodig: kopieerblad Klokken flitsen Voorbereiding: Knip de vierkanten uit. Teken de wijzers in de klok en schrijf op de achterkant de tijd in woorden of in cijfers (digitale tijd) op. Leg de kaartjes op een stapel. Een speler laat een kaartje met een klok zien, waarna de andere speler zo snel mogelijk zegt hoe laat het is. Als de speler het goed heeft, mag hij het kaartje houden. Als alle kaartjes aan de beurt geweest zijn, is het spel afgelopen. Hoeveel kaartjes had je goed? Je kunt het spel ook met meer spelers spelen: wie het eerst de goede tijd zegt, mag het kaartje houden. Winnaar is de speler met de meeste kaartjes.
Online ‘Flitsen’ 1 www.canrinus.nl 2 www.gynzy.com (zoekterm sommenflitser) 3 www.rekenweb.nl (zoekterm flitsbeelden) 4 www.oefensite.rendierhof.nl (digibord / rekenen / temporekenen)
‘Flitsen’ in andere groepen • • • • • • • • • • •
Getalbeelden flitsen (dobbelsteen, vingers, rekenrek) Samen 10 (je ziet 2, je zegt 8) Samen 100 (je ziet 20, je zegt 80) Sommen tot 10 (5 - 3 = ..) Sommen tot 20 (15 - 8 = ..) Welke breuk? (je ziet een breukenstrook, je zegt breuk) Breuk met percentage (je ziet ¼, je zegt 25%) Percentage met kommagetal (je ziet 70%, je zegt 0,7) Tafels en deeltafels Samen 1 (je ziet 0,2 en je zegt 0,8) De helft (je ziet 90, je zegt 45)
‘Flitsen’ Afspraken maken over: • Hoeveel seconden wachten? • Wat zeg je tegen elkaar? • Goed. • Jammer, fout.
• Met meerdere kinderen: wat bij gelijk roepen? Andere werkvormen: • Binnenkring - buitenkring • Duo’s door de klas
SPELKAARTEN
MIX EN KOPPEL GROEP 5 SPEL VOOR DE HELE GROEP
Nodig: voor iedere leerling een wit papiertje Voorbereiding: Leerlingen bedenken in tweetallen een moeilijke minsom tot 1.000 en schrijven de som op het eerste papiertje. Het antwoord op de som schrijven ze op het andere papiertje. Dan worden alle kaartjes opgehaald, geschud en uitgedeeld. Alle leerlingen krijgen één kaartje. Nu gaan we mixen en koppels maken! Als de leerkracht START zegt, gaat de tijd lopen en ga je het kaartje zoeken dat bij jouw kaartje hoort. Als je een koppel (met z’n tweeën) bent, ga je zitten. Hoe snel zit iedereen? Kunnen jullie het sneller?
‘Mix en koppel’ extra opdracht Klaar-opdracht: Bedenk samen een verhaalsom bij de som.
SPELKAARTEN
STAPELTJE TAFELS GROEP 6 SPEL VOOR 2 LEERLINGEN
Nodig: 20 witte, vierkante papiertjes Voorbereiding: Schrijf de cijfers van 1 tot en met 10 op de kaartjes. Zorg dat je van ieder cijfer twee kaartjes hebt (dus 2 kaartjes met een 1 erop, 2 kaartjes met een 2 erop, en zo verder tot 10). Schud de kaartjes en maak 2 stapels. Iedere speler krijgt een stapeltje. Allebei keren de spelers tegelijk een kaartje om. Vermenigvuldig de cijfers op de kaartjes met elkaar (bijvoorbeeld een 2 en een 5: dan doe je 2 x 5). De speler die als eerste het antwoord zegt (10) mag de twee kaartjes houden. Als alle kaartjes op zijn, is het spel afgelopen. Winnaar is de speler met de meeste kaartjes.
‘Stapeltje tafels’ in andere groepen • • • • • • •
Dobbelstenen optellen Erbij-sommen tot 10 (hoogste getal is 5, 3 + 3) Erbij-sommen tot 20 (hoogste getal is 10, 8 + 7) Eraf-sommen tot 10 (het hoogste getal vooraan, 9 - 8) Eraf-sommen tot 20 (het hoogste getal vooraan, 13 - 6) Met sprongen van 10 (1 stapel alleen tientallen, 23 + 20) Sommen tot 100 (1 stapel alleen eenheden, 43 - 8)
Tip: Stapeltje tafels (keersommen) kun je ook met de kaarten 2 t/m 9 van een kaartspel spelen.
Reflectie en afsluiting
!
sel uit s i w l e wand las.
1. Je
de k r o o d t loop
teken
p o t s t ! ls je he a l i t s a 2. St ort.
ho duo.
n ! e e t m vor 3. Je n
e e t l e t ! r / juf s e t s e e m 4. De .
ag vra d aan
r o o w t ! elt je an t r e v e 5. J ander. e d On Beuker&
derwijs
VRAGEN: - Welk spel ga je morgen doen? - Hoe ga je zorgen dat je de komende tijd meer spellen gaat doen?
Evaluatie en afsluiting Wil je het evaluatieformulier weer invullen? Volgende keer: Coöperatieve werkvormen!
Nog een tip voor ons? Plak een post-it met je tip op de deur!