SCHOOLGIDS 2015 2016
Schoolgids basisschool Anne Frank
Schooljaar 2015-2016
1
INHOUDSOPGAVE Inleiding Wie zijn wij? Even voorstellen De naam Anne Frank Visie en missie Pedagogisch klimaat Gedragscode Veilige school Anne Frank kindcentrum Iris logopedie Organisatie Wie werken er op basisschool Anne Frank Passend onderwijs Ondersteuningsprofiel Zorg voor kinderen met specifieke onderwijsbehoeften De overgang van groep 2 naar 3 Kwaliteit en opbrengsten De resultaten van het onderwijs Onderwijs en activiteiten De inhoud van het onderwijs aan groep 1 en 2 De inhoud van het onderwijs aan groep 3 t/m 8 Verdeling van lestijd Overige activiteiten Kinderkabinet Rol van ouders Educatief partnerschap Communicatie met ouders (Gemeenschappelijke) medezeggenschapsraad Oudervereniging Ouderbijdrage Sponsoring Praktische informatie Dagelijkse gang van zaken Leerplicht en vrijstelling Maatregelen tegen schoolverzuim Schorsing, verwijdering van leerlingen Zieke leerlingen Vervanging bij ziekte/verlof Medicijnverstrekking en medisch handelen Verzekering Kledingvoorschriften Opvang Tussenschoolse opvang (overblijven) Buitenschoolse opvang en dagarrangementen Naschoolse activiteiten stichting Kix Klachten Klachtenregeling Contactpersoon Schoolbestuur Stichting MosaLira Waarden gestuurd onderwijs
Schoolgids basisschool Anne Frank
Schooljaar 2015-2016
3 4 4 4 6 6 7 7 7 7 9 10 11 13 13 16 17 20 20 21 21 23 24 24 24 25 25 27 28 28 29 29 29 30 30 31 31 32 32 34 34 36
2
INLEIDING Beste ouders, verzorgers, Misschien vormt de schoolgids, die u nu in handen heeft, de eerste kennismaking met basisschool Anne Frank. Wij hopen dat deze schoolgids u de informatie geeft die u nodig heeft. Scholen lijken veel op elkaar, maar als u goed kijkt, zijn er verschillen in sfeer, werkwijze en resultaten. Daardoor verschillen scholen in kwaliteit van elkaar en dat maakt kiezen, voor u als ouder, niet eenvoudig. Iedere school wil ouders helpen een zo goed mogelijke keuze te maken voor de “beste” school. U vertrouwt uw kind tenslotte in de loop der jaren minstens 7.520 uren toe aan de zorg van de leerkrachten van de basisschool. Dat is een belangrijk deel van hun jonge leven. Bij het maken van een keuze kan deze schoolgids dan ook een goede hulp zijn. In deze schoolgids vindt u informatie over onze organisatie, de manier waarop we onderwijs verzorgen, welke doelen we nastreven, welke resultaten we behalen en de wijze waarop ouders bij onze school betrokken worden. Deze schoolgids is samengesteld door de directie en het personeel in samenspraak met de medezeggenschapsraad. Naast deze schoolgids is er ook nog een schoolkalender beschikbaar die allerlei informatie bevat over de dagelijkse gang van zaken op school. De schoolkalender mag gezien worden als het laatste hoofdstuk van de schoolgids. Deze gids wordt jaarlijks verstrekt. Tevens is deze gids in te zien via onze website (www.annefrank-bs.nl). Na het lezen van onze schoolgids heeft u een beeld van de manier waarop wij kwaliteitsonderwijs willen verzorgen. Voor nadere informatie over de school verwijzen we u ook naar de website www.schoolvensterspo.nl Mocht u vragen of opmerkingen hebben, dan horen wij deze graag van u! Daar waar we het in deze schoolgids hebben over ouders, bedoelen we altijd: ouders, verzorgers of voogden. De in deze schoolgids vermelde afspraken en regels zijn uiteraard van toepassing op iedereen binnen onze school. Ze gelden eigenlijk als contract tussen school en ouder!
Wij wensen u veel leesplezier. Namens het team van basisschool Anne Frank, Lou Quaedackers Directeur
Schoolgids basisschool Anne Frank
Schooljaar 2015-2016
3
WIE ZIJN WIJ? EVEN VOORSTELLEN Basisschool Anne Frank ligt in de wijk Heugem, een voormalig dorp, thans een wijk in het zuidoosten van Maastricht. Heugem wordt in het noorden en oosten begrensd door de wijk Randwyck, in het westen door de rivier de Maas en in het zuiden door de gemeente Eijsden-Margraten. Voordat Heugem in 1920 door annexatie bij Maastricht werd gevoegd, maakte het deel uit van de toenmalige gemeente Gronsveld. Het dorp bleef tot eind jaren ‘70 sterk agrarisch van inslag en functioneerde als een zelfstandig kerkdorp binnen de gemeente Maastricht. Dat Heugem van origine geen stadswijk is, is nog duidelijk te zien aan de structuur van de oude dorpskern, die nog min of meer in tact is. Sinds de jaren ‘80 is een groot deel van de weilanden die het dorp omringden verdwenen, als gevolg van ontgrindingen langs de Maas (aan de zuidwestzijde van het dorp) en stadsuitbreidingen (ten noorden en ten oosten van de oude dorpskern). Het gebied ten noorden van Heugem heet thans Randwyck. Basisschool Anne Frank is opgericht in 1966 en bestaat in 2016 dus 50 jaar! Het overgrote deel van de leerlingen dat onze school bezoekt, is afkomstig uit de eigen wijk Heugem. Maar ook kinderen uit verder gelegen wijken bezoeken onze school, zoals vanuit Randwyck en De Heeg. Het aantal leerlingen is, als gevolg van de krimp in de regio, de afgelopen jaren gedaald. Naar verwachting zal het aantal leerlingen de komende jaren rond de 200 leerlingen stabiliseren. Het afgelopen schooljaar hebben we te maken gehad met een lichte daling van het aantal leerlingen. De instroom van 4-jarigen lag weliswaar rond de 30 leerlingen, maar de uitstroom van 34 leerlingen uit groep 8 en enkele verhuizingen verklaart de lichte teruggang van het aantal leerlingen. De doorstroom vanuit peuterspeelzaal Anne Frank is ca. 95%. Er is een toename te bespeuren van het aantal kinderen afkomstig van de Kinderdagverblijven Toermalijn en Villa Luna (Randwyck). Er werken zo’n 18 personeelsleden aan onze school. DE NAAM ANNE FRANK Onze school heet “Anne Frank”. Deze naam is niet alleen onverbrekelijk verbonden met het beroemde boek Het Achterhuis, maar is door het werk van de Anne Frank Stichting méér gaan betekenen. De Stichting is namelijk het symbool geworden van de voortdurende strijd tegen onderdrukking en vooral discriminatie van de mens en in het geval van Anne Frank, het kind in het bijzonder! Kiezen voor de naam “Anne Frank” is dus niet vrijblijvend. Of de bedenkers van deze naam voor onze school dit in gedachten hadden, is niet bekend. Toch is een school een plek waar kinderen en volwassenen elkaar treffen en met elkaar omgaan. Ieder vanuit een achtergrond, met zijn eigen mogelijkheden, zijn eigen dromen, maar ook met zijn eigen problemen, zijn hebbelijk- en onhebbelijkheden. Juist door elkaar te respecteren en te waarderen wordt een school een plaats waar iets moois kan ontstaan, waar belangrijke waarden voor later kunnen worden bijgebracht. Zo bekeken is de naam Anne Frank een prachtnaam. We vinden en zorgen er ook voor dat elke leerling van onze school in zijn schoolloopbaan een bezoek moet kunnen brengen aan dat historische pand in Amsterdam en kennis krijgt van de achtergrond en de geschiedenis van de naam Anne Frank. Dat bezoek plannen we in groep 7. VISIE EN MISSIE Op basisschool Anne Frank draait alles om de ontwikkeling van kinderen. Geborgenheid is op basisschool Anne Frank een belangrijke voorwaarde voor kinderen om zich te kunnen ontwikkelen. Hun ontplooiing krijgt onder meer gestalte in het samenwerkend leren en spelen. We houden daarbij rekening met wat kinderen voor hun ontwikkeling nodig hebben. We investeren in talenten en mogelijkheden van onze leerlingen. Leerkrachten hebben hoge verwachtingen van onze leerlingen. We vinden persoonlijke en stimulerende contacten met kinderen belangrijk.
Schoolgids basisschool Anne Frank
Schooljaar 2015-2016
4
Op basisschool Anne Frank is elk kind uniek. Elk kind is uniek en ontwikkelt zich op zijn eigen wijze. Basisschool Anne Frank biedt ruimte aan de verschillende manieren en niveaus van ontwikkelen en leren. We doen dit (bij voorkeur) binnen ons leerstofjaarklassensysteem, met oog voor het individuele kind. Daarbij leren kinderen samen te werken en rekening te houden met elkaar, ter voorbereiding op hun plaats in de maatschappij. We bieden we zoveel mogelijk passend onderwijs dat is afgestemd op de basis- en specifieke onderwijsbehoeften van de kinderen. Op basisschool Anne Frank staan we voor kwaliteit. We streven op Basisschool Anne Frank naar de hoogst mogelijke kwaliteit. Ons systeem van kwaliteitszorg controleert en waarborgt deze kwaliteit. Zowel leerkrachten, leerlingen als ouders wordt regelmatig de mogelijkheid geboden de kwaliteit te beoordelen. Daarnaast rapporteren we geregeld over onze kwaliteit. De leerlingen worden systematisch gevolgd in hun ontwikkeling met een landelijk genormeerd leerlingvolgsysteem. Met een grondige analyse van toetsen maken we ons onderwijs effectiever en vergroten we de opbrengsten en de kwaliteit ervan. Op basisschool Anne Frank doet de leerkracht er toe. De leerkracht is op basisschool Anne Frank van grote betekenis voor de ontwikkeling van onze leerlingen. Hij of zij doet er toe. Om die reden investeren we als school in de professionalisering van onze leerkrachten. Ons personeel maakt werk van “een leven lang leren”. De leerkracht stuurt het onderwijs en heeft daarbij de regie. Lesmethoden zijn daarbij middel en geen doel. De leerkracht heeft kennis van leerlijnen en tussendoelen. Hij of zij brengt deze met handelingsgericht werken in de praktijk. Uitgangspunt daarbij is: Wat heeft dit kind nodig? De leerkrachten zijn enthousiast en betrokken bij het onderwijs, de leerlingen en hun ouders. Op basisschool Anne Frank zorgen we voor een warm onthaal. Leerlingen, ouders en personeel lopen graag basisschool Anne Frank binnen. We willen dat ze zich welkom voelen. Of ze nu komen om te leren, om te werken of om een bezoek te brengen. We voelen ons hier gezamenlijk verantwoordelijk voor. Basisschool Anne Frank is een plek voor ontmoeting, waar we tijd maken voor elkaar en voor een goed gesprek. Op basisschool Anne Frank zien we ouders als partners in opvoeding en onderwijs. Een goede band tussen school en ouders vinden wij van groot belang. Ouders zijn in de eerste plaats verantwoordelijk voor de opvoeding van hun kinderen. Onze school speelt een ondersteunende rol bij de opvoeding en is in de eerste plaats verantwoordelijk voor het onderwijsleerproces. Ouders helpen daar waar mogelijk, aan mee. De contacten tussen school en ouders zijn doelmatig en vinden met regelmaat plaats. We streven een goede balans na tussen ouderparticipatie en de autonomie van de leerkracht. Op basisschool Anne Frank communiceren wij op een respectvolle wijze. Wij vinden het belangrijk dat leerkrachten, leerlingen en ouders op onze school op een respectvolle wijze met elkaar communiceren. We spreken elkaar open en eerlijk aan. Hoofdregel is dat we mét elkaar in plaats van óver elkaar spreken. We willen goed en actief naar elkaar luisteren. Op basisschool Anne Frank zijn alle partijen gelijkwaardig. In onze samenwerking leren we met en van elkaar. Op basisschool Anne Frank gaan we uit van westerse waarden en normen. Onze school is van oorsprong een Katholieke school met heden ten dage een openbaar karakter waar iedereen welkom is ongeacht huidskleur, geloof of afkomst. We stellen ons dientengevolge neutraal op ten opzichte van de diverse levensbeschouwingen. Aandacht voor levensbeschouwing en geestelijke stromingen is verweven in ons onderwijs. We vinden het belangrijk dat leerlingen op een goede wijze met elkaar omgaan en dat ze respect hebben voor de mening en visie van anderen. In relatie met onze leerlingenpopulatie besteden we aandacht aan specifieke (jaar)feesten die met name gerelateerd zijn aan de Katholieke levensbeschouwing (b.v. Kerst, carnaval en Pasen).
Schoolgids basisschool Anne Frank
Schooljaar 2015-2016
5
Op basisschool Anne Frank werken we samen in een kindcentrum. We zijn er van overtuigd dat een doorgaande pedagogisch-didactische lijn binnen de voorschool, onderwijs en opvang kinderen meer kansen biedt om hun talenten in de volle breedte te ontwikkelen. Daarom werken we binnen kindcentrum Anne Frank nauw samen met de peuterspeelzaal- en de kinderopvangorganisatie. We streven naar één gezamenlijke visie en één doorgaande lijn. Dit is voor iedereen overzichtelijker en efficiënter en schept kansen voor een prettige en uitdagende omgeving voor kinderen. PEDAGOGISCH KLIMAAT De sfeer waarin een kind opgroeit, is van groot belang om een volwaardig mens te worden. Wij willen dat onze kinderen veel leren en elke dag met plezier naar school gaan. Wij werken aan een fijne sfeer in de klassen en de leerkrachten doen er alles aan om uit uw kind te halen wat erin zit. Daarbij speelt u als ouder een belangrijke, stimulerende rol. Wij proberen de kinderen zaken als verdraagzaamheid, behulpzaamheid en de kunst van het luisteren naar een ander bij te brengen. Iedereen die zich thuis voelt bij onze manier van werken en omgaan met kinderen is welkom op onze school. Wij zijn alert op discriminatie en pesten en werken aan het voorkomen ervan. En als het toch een keer de kop op steekt, grijpen we in. Ook vertellen we de kinderen steeds weer dat er regels gelden op school. Orde en regelmaat zorgen er voor dat er ruimte en aandacht voor elk kind is. GEDRAGSCODE Stichting MosaLira en onze school werken aan een veilige school: een school waar het voor iedereen prettig werken en leren is. Goede relaties tussen allen die in de school werken en afspraken over hoe je met elkaar omgaat, zijn daarbij heel belangrijk. Een school kan niet zonder afspraken. Voor kinderen kennen wij schoolregels en voor volwassenen is er een gedragscode opgesteld. Het naleven van de afspraken in deze gedragscode zal leiden tot een veilig, werkbaar en prettig schoolklimaat voor iedereen. Een schoolklimaat dat zich kenmerkt door veiligheid, acceptatie, respect en vertrouwen is een voorwaarde voor alle leden van de scholengemeenschap om optimale leer- en werkprestaties te kunnen leveren. Voorop staat dat iedereen op school gelijkwaardig is en dat er geen enkel onderscheid gemaakt wordt in de manier waarop we elkaar benaderen. Met ‘elkaar’ bedoelen we de relaties tussen leerlingen onderling, leerlingen en volwassenen en volwassenen onderling. Onder volwassenen verstaan wij ouders, personeel, stagiaires en vrijwilligers op school. Het doel van de gedragscode van Mosalira is dat: Duidelijk is wat we van elkaar in school verwachten; Duidelijk is welk gedrag kan en welk gedrag niet kan; We elkaar kunnen aanspreken op het naleven van de afspraken; Het personeel aan de ouders/verzorgers kan uitleggen hoe het omgaat met de leerlingen; Vóór er een problematische situatie ontstaat, duidelijk is hoe de regels zijn; Overtreding van de regels getoetst kan worden aan de Gedragscode; Bij overtreding de juiste maatregelen genomen kunnen worden. Voor personeel gelden de afspraken in de CAO onder het hoofdstuk “ordemaatregelen en disciplinaire maatregelen”. Op de scholen van MosaLira houdt men zich aan de volgende “Gouden Regels”: Wij werken aan een goed en veilig leer- en werkklimaat. Wij delen de taken en verantwoordelijkheden met alle betrokkenen op onze school. Wij werken in een open communicatie, waarbij zorgvuldigheid een leidraad is. We lossen problemen op door erover te praten. Wij nemen elkaar serieus en helpen elkaar waar dat nodig is. Wij hebben respect voor de persoonlijke levenssfeer van de ander. Wij zijn ons bewust van de kwetsbare en afhankelijke relatie tussen leerling en volwassene en tussen leerlingen en volwassenen onderling. Wij houden ons aan de Gedragscode, het mediaprotocol en privacyprotocol en spreken elkaar hierop aan wanneer dat niet wordt gedaan. Wij vertonen professioneel gedrag, gerelateerd aan schoolse activiteiten. De Gedragscode inclusief bijlagen ligt ter inzage op school of via de website van MosaLira (www.mosalira.nl) Schoolgids basisschool Anne Frank
Schooljaar 2015-2016
6
VEILIGE SCHOOL Op onze school streven we naar een veilig pedagogisch klimaat voor leerlingen en volwassenen. Naast fysieke veiligheid – heel belangrijk – gaat het ook om sociale veiligheid. Pas dan kan een mens tot ontwikkeling komen. We zorgen ervoor dat iedereen zichzelf kan zijn, we praten met elkaar, we helpen elkaar om te gaan met problemen en luisteren naar elkaar. Door kinderen te leren dat respect hebben voor elkaar ook betekent, dat je rekening houdt met anderen en dat je mensen respecteert zoals ze zijn, willen we bereiken dat kinderen zich veilig voelen op onze school. Tegen pesten treden we onmiddellijk op. Onze school heeft omgangsregels voor zowel kinderen als volwassenen die afgeleid zijn van de Gedragscode van MosaLira. Onze school onderschrijft het “convenant veilige school”, dat in oktober 2009 door MosaLira is ondertekend. MosaLira heeft ervoor gekozen om een veiligheidsplan op bestuursniveau te formuleren en dit plan vervolgens, waar nodig geacht door de directeur van de school, te laten specificeren voor de individuele scholen in schoolveiligheidsplannen. In dit veiligheidsplan vindt u allerlei documenten waarin beschreven wordt op welke wijze de school de veiligheid voor uw kind probeert te waarborgen. ANNE FRANK KINDCENTRUM Basisschool Anne Frank vormt samen met de peuterspeelzaal (stichting Steps) en de buitenschoolse opvang Anne Frank (stichting MIK) kindcentrum “Anne Frank”. De peuterspeelzaal Anne Frank is gevestigd in hetzelfde gebouw als de kleutergroepen. Hierdoor ontstaat een goede samenwerking tussen de leidsters en de leerkrachten. De kinderen lopen door deze situatie als het ware over en weer tussen de twee afdelingen (organisaties). De peuterspeelzaal is elke ochtend geopend en heeft op dinsdagmiddag een groep voor oudste peuters, waar nadrukkelijk toegewerkt wordt naar de overstap naar de basisschool. Ook de buitenschoolse opvang is in het betreffende gebouw gehuisvest op de begane grond, waar ze de beschikking hebben over twee lokalen. Ons kindcentrum biedt dus een totaalaanbod voor kinderen van 2 t/m 12 jaar. Door de samenwerking tussen de verschillende partijen is het beter mogelijk een eenduidig pedagogisch-didactisch klimaat en doorgaande lijnen aan te bieden. Voor meer informatie en/of aanmelding verwijzen wij u naar onze website met een link naar onze kindpartner. IRIS LOGOPEDIE Vanaf maart 2012 is er een nevenvestiging van IRIS logopedie gestart binnen onze school. IRIS logopedie is voor iedereen toegankelijk, dus ook voor kinderen die niet bij ons op school zitten. Maar ook kinderen van de peuterspeelzaal en het kinderdagverblijf kunnen gebruik maken van deze logopedische praktijk. Voor meer en recente informatie verwijzen wij u naar onze website.
ORGANISATIE WIE WERKEN ER OP BASISSCHOOL ANNE FRANK? Op basisschool Anne Frank werken 15 personeelsleden, in leeftijd variërend van twintigers tot zestigers, verdeeld over de onderstaande taakvelden. Directie Aan het hoofd van de school staat een directeur. De directeur geeft leiding aan de school en is eindverantwoordelijk voor de totale gang van zaken. Managementteam De directeur wordt bijgestaan door een managementteam, waarin 2 leerkrachten (verdeeld over onder- en middenbouw) en de intern begeleider zitting hebben. Zij worden betrokken bij de beleidsvoorbereiding en -uitvoering. Groepsleerkrachten De groepsleerkrachten verzorgen de lessen in de groep, houden de ontwikkeling van elke leerling goed in de gaten en bieden extra zorg aan leerlingen. De leerkrachten besteden veel tijd aan onderlinge samenwerking, overleg en afstemming. Leerkrachten blijven net als de leerlingen
Schoolgids basisschool Anne Frank
Schooljaar 2015-2016
7
voortdurend leren. Ze volgen regelmatig nascholingscursussen en studiemiddagen, zodat ze de nieuwe onderwijsontwikkelingen op de voet kunnen blijven volgen. Intern Begeleider (IB-er) De interne begeleider (IB-er) is een leerkracht die gespecialiseerd is in het coördineren van hulp aan leerlingen die extra zorg nodig hebben. De IB-er begeleidt hierin ook de leerkrachten en coördineert vanuit zijn taak alle zorg. Ondersteunend personeel Onze school heeft een conciërge, een leraarondersteuner en een administratief medewerkster in dienst. De conciërge draagt o.a. zorg voor (klein) onderhoud aan de speelplaats en de schoolgebouwen, kopieerwerkzaamheden en voorraadbeheer. De administratief medewerkster ondersteunt de directeur op administratief gebied. Zo verzorgt zij o.a. de digitale schooladministratiesystemen, staat bezoekers te woord, verzorgt de “kleine” kas en onderhoudt de website. De leraarondersteuner werkt onder leiding van groepsleerkrachten ondersteunend in de klassen, waar ze kleine groepsinstructies en individuele begeleiding verzorgt. Interieurverzorging Vanuit Balanz (sociale werkvoorziening) is dagelijks een interieurverzorgster aanwezig voor het schoonhouden van de schoolgebouwen. Waar mogelijk biedt zij hand- en spandiensten t.b.v. de dagelijkse gang van zaken. ICT-Onderwijsexpert Binnen MosaLira zijn er een aantal bovenschoolse ICT-onderwijsexperts in dienst. Zij beheren het netwerk en ondersteunen de leerkrachten. Zij zijn de directe aanspreekpunten voor bepaalde ICTonderdelen. Samen met de ICT-experts wordt de rijke digitale leeromgeving verder geoptimaliseerd. Stagiaires We vinden het belangrijk dat studenten de kans krijgen om in de praktijk ervaring op te doen. Vandaar dat wij ieder jaar voor verschillende opleidingen een aantal stageplaatsen ter beschikking stellen. Veelal betreft het studenten van het ROC Leeuwenborgh en/of de Hogeschool Zuyd. Studenten van deze opleidingen worden respectievelijk opgeleid tot klassenassistent en vakleerkracht gymnastiek. Hiervoor is de school gecertificeerd als opleidingsinstituut voor Calibris. Alle stagiaires werken steeds onder leiding en verantwoordelijkheid van de groepsleerkracht. Daarnaast bieden we regelmatig leerlingen vanuit het voortgezet onderwijs de mogelijkheid een snuffel of maatschappelijke stage op onze school te lopen. In onderstaand overzicht vindt u Iedereen die werkzaam is aan basisschool Anne Frank: groep Groep 1/2 Groep 2 Groep 3 Groep 4 Groep 5 Groep 6 Groep 7 Groep 8
Schoolgids basisschool Anne Frank
naam Suzanne Wijler Julie Felix en Paolo Schrijnemakers Kim den Ouden en Marcelle Luijsterburg Louise Rutten en Franco Akermans Frances Vermazen en Paola Schrijnemakers Annuschka Sieben en Nicolette Nieuwendijk Vera Mulkens Ingrid Ummels
Schooljaar 2015-2016
8
PASSEND ONDERWIJS PASSEND ONDERWIJS Zorgplicht Vanaf 1 augustus 2014 is de Wet Passend Onderwijs ingegaan. Vanaf dat moment heeft het schoolbestuur een zorgplicht. Dat betekent dat zij vanaf dat moment iedere leerling die extra ondersteuning nodig heeft een passende onderwijsplek moet bieden. Vroeger moesten ouders zelf op zoek naar een geschikte school. Vanaf 1 augustus 2014 melden ouders hun kind aan bij de school van hun keuze. In de Wet Passend Onderwijs wordt een aanmeldingsprocedure geïntroduceerd. Hierin is nieuw dat een leerling voortaan schriftelijk aangemeld moet worden. De school heeft de taak om een passende onderwijsplek te bieden. Op de eigen school of, als de leerling daar beter op zijn plaats is, op een andere school in het reguliere onderwijs of het (voortgezet) speciaal onderwijs. Iedere school heeft een ondersteuningsprofiel opgesteld. Dit profiel is bedoeld om aan te geven welke ondersteuning een school kan bieden. De school van aanmelding bekijkt of ze het kind een passende plek kan bieden. Kan de school uw kind niet toelaten, dan biedt ze binnen 6 weken een plek aan op een andere school waar het kind wel geplaatst kan worden. De school mag deze termijn 1 keer met maximaal 4 weken verlengen. Daarom is het van belang dat u uw kind minimaal 10 weken van te voren inschrijft bij de nieuwe school, zeker als het een verhuizing betreft. Samenwerken Om de zorgplicht te kunnen waarmaken en alle leerlingen een passend aanbod te kunnen bieden, werken reguliere scholen en scholen voor (voortgezet) speciaal onderwijs samen in een samenwerkingsverband. Het samenwerkingsverband heeft een ondersteuningsplan gemaakt. In dit plan ligt vast welke basisondersteuning alle scholen binnen het samenwerkingsverband bieden. Daarnaast is er vastgelegd hoe de extra ondersteuning georganiseerd wordt en hoe ze het geld gaan besteden. Alle basisscholen, en de scholen voor speciaal basisonderwijs en (voortgezet) speciaal onderwijs van MosaLira vallen onder het Samenwerkingsverband Maastricht-Heuvelland. Maatwerk Passend Onderwijs kijkt vooral naar de mogelijkheden van leerlingen en wat er nodig is om het onderwijs te geven dat daarbij past. Dat kan met extra ondersteuning in de klas of het inrichten van nieuwe voorzieningen, maar ook in het (voortgezet) speciaal onderwijs. Onderwijs op maat is nodig om elke leerling tot zijn recht te laten komen. Passend Onderwijs biedt deze ruimte. Wat Passend Onderwijs voor u en uw kind betekent, is afhankelijk van de school en de keuzes die in het samenwerkingsverband worden gemaakt. Deze keuze bepaalt bijvoorbeeld of veel of extra ondersteuning in de reguliere klas wordt geboden, of er binnen het reguliere onderwijs speciale arrangementen worden ingericht of dat juist de extra ondersteuning vooral in het (voortgezet) speciaal onderwijs wordt geboden. In het schoolondersteuningsprofiel (SOP)stelt iedere school vast welke extra ondersteuning de school kan bieden, aanvullend op de basisondersteuning die alle scholen in het samenwerkingsverband bieden. Dit profiel borduurt voort op het ondersteuningsbeleid dat de school al heeft. In de volgende paragraaf vindt u een samenvatting van het profiel, zodat u weet welke extra ondersteuning de school wel en niet kan bieden. Ontwikkelingsperspectief Scholen zijn verplicht een ontwikkelingsperspectief op te stellen voor alle leerlingen in het (voortgezet) speciaal onderwijs en het speciaal basisonderwijs. Ook is het opstellen van een ontwikkelingsperspectief verplicht voor leerlingen die extra ondersteuning krijgen in het regulier basisonderwijs. In een ontwikkelingsperspectief staat beschreven wat de verwachte uitstroombestemming van de leerling is en de onderbouwing daarvan. In het ontwikkelingsperspectief voor leerlingen in het regulier onderwijs wordt ook beschreven welke ondersteuning en begeleiding de leerling nodig heeft en hoe die wordt aangeboden. Het ontwikkelingsperspectief wordt door de Schoolgids basisschool Anne Frank
Schooljaar 2015-2016
9
leerkracht en de Intern Begeleider opgesteld. Een belangrijke rol is ook weggelegd voor u als ouders/verzorgers: u kunt de school van informatie voorzien over de situatie thuis of eerdere begeleiding op een andere school. Het ontwikkelingsperspectief wordt in overleg met de ouders vastgesteld. Ook daarna wordt er regelmatig (tenminste jaarlijks) overleg gevoerd met ouders en de leerling. Als daar aanleiding voor is wordt het ontwikkelingsperspectief bijgesteld. Vragen over Passend Onderwijs? Voor vragen kunt u terecht bij het ouderinformatiepunt 5010 van de Rijksoverheid én de website www.steunpuntpassendonderwijs.nl www.passendonderwijszuid.nl ONDERSTEUNINGSPROFIEL Als school voeren we een helder beleid op het terrein van de begeleiding en ondersteuning van de leerlingen. Het zorgoverleg (overleg tussen directie, intern begeleider en eventueel deskundige) speelt hierbij een belangrijke rol. Daar komen alle zorgaspecten samen en wordt in overleg met ouders en leerkrachten gekeken naar wat er voor een individuele leerling of een groep nodig is. Handelingsgericht werken en handelingsgericht diagnosticeren zijn voor ons belangrijke werkwijzen. In de zorg willen we aansluiten op de onderwijsbehoeften van leerlingen. Deze willen we vertalen in ondersteuning, waarmee de leerling in ontwikkeling komt. Begeleiding van leerlingen met dyscalculie is in ontwikkeling. Voor leerlingen die meer- of hoogbegaafd zijn hebben we een plusaanbod. Onze school biedt ondersteuning op het gebied van sociale veiligheid en kan daarbij omgaan met verschillen in gedrag. Hiervoor gebruiken we de methode Kinderen en hun sociale talenten. De IB-er heeft regelmatig overleg met de directie en daardoor is er goed zicht op zorg in de school. Leerlingen, die aangemeld worden met een specifieke onderwijsbehoefte, worden dan beoordeeld in het managementteam. De beoordeling richt zich dan met name op het feit of wij als school in staat zijn de zorg aan een leerling te bieden, die de leerling dan nodig heeft. Door regelmatig klassenbezoeken af te leggen hebben de directeur en IB-er een goed beeld van de kwaliteitsontwikkelingen in de diverse groepen. Het ondersteuningsprofiel Het ondersteuningsprofiel is opgesteld in het kader van “Passend Onderwijs”. Scholen dienen een ondersteuningsprofiel op te stellen, waarin is opgenomen welke basiszorg en gespecialiseerde zorg de school kan bieden. In het ondersteuningsprofiel geven wij een beschrijving van wat wij op dit moment doen om kinderen met speciale onderwijsbehoeften op te vangen. Daarnaast richten wij ons op de toekomst en stellen ons de volgende vragen: Hoe kunnen wij omgaan met speciale onderwijsvragen en onder welke voorwaarden? Wat doen wij nu al goed en willen wij blijven doen? Wat kunnen wij absoluut niet, nu niet en in de toekomst niet? Welke nieuwe ontwikkelingen kunnen we inzetten? Welke nieuwe expertise kunnen wij ontwikkelen en welke hulp is daarbij nodig? Binnen welke kaders blijven wij bij de aanmelding van (zorg)leerlingen? Aanwezige competenties De leerkrachten in basisschool Anne Frank bieden in de groepen structuur in een ‘warme’ omgeving. Kinderen, soms met bijzondere onderwijsbehoeften, kunnen zich daarom blijven ontwikkelen. Er is een grote bereidheid van alle medewerkers, ouders en kinderen om deze rijke leeromgeving in stand te houden en indien nodig en mogelijk aan te passen; Het delen in de zorg, door collegiale ondersteuning; Teamleden hebben een realistisch beeld van de mogelijkheden van ontwikkeling van kinderen, eigen competenties en vaardigheden en mogelijkheden in de omgeving; Verwachtingen van ouders naar de school en andersom worden duidelijk uitgesproken; De organisatie biedt een veilige omgeving, er is structuur (duidelijkheid) in de school; De school beschikt over een goede zorgstructuur, de cognitieve en emotionele zorg is goed; Wij beschikken over een goed volgsysteem voor zowel de cognitieve als de sociale ontwikkeling; In de randvoorwaardelijke sfeer wordt de medewerking van ouders verwacht. Wij willen naar iedereen openheid en eerlijkheid in een zorgtraject uitstralen. Schoolgids basisschool Anne Frank
Schooljaar 2015-2016
10
Wat kunnen wij wel? Op dit moment volgen ongeveer 200 kinderen onderwijs aan onze school. Ieder kind verdient de zorg die past bij de onderwijsbehoefte. Ons leerlingvolgsysteem voldoet aan de nieuwste eisen. Dankzij de inzet, betrokkenheid en kwaliteiten van het team kunnen wij op dit moment kinderen met de volgende aandachtspunten opvangen (afhankelijk van de precieze aard en zwaarte): Concentratieproblemen, lees-/taalproblemen, dyslexie, taalachterstanden, meerbegaafdheid, kinderen met ADHD en kinderen met PDD/NOS (en belemmeringen in het autisme spectrum). Wat kunnen wij niet? Wij vinden, dat kinderen die wij op school welkom heten, recht hebben op goede begeleiding. Dit kunnen wij helaas voor een beperkte groep kinderen niet bieden. Wij denken hierbij op dit moment aan: Kinderen met zeer zware slechtziendheid en blinde kinderen. Kinderen met zeer zware slechthorendheid/doofheid, in combinatie met spraak/taalproblemen. Wanneer kinderen gewetenloos handelen, extreem agressief gedrag vertonen, waardoor de veiligheid en of welbevinden van de omgeving (groep, leerkrachten e.d.) in gevaar komt. Kinderen met meervoudige zware leer- en gedragsproblematieken. Noodzakelijk medisch handelen welke niet op of door school verzorgd kan worden. Wanneer er structurele 1-op-1 begeleiding nodig is. Kinderen met een reactieve hechtingsstoornis. Kinderen met zware fysieke beperkingen (gebouwelijk gezien) ZORG VOOR KINDEREN MET SPECIFIEKE ONDERWIJSBEHOEFTEN Kinderen die op 4-jarige leeftijd aangemeld worden en waarbij van een ernstige ontwikkelingsstoornis sprake is, kunnen geweigerd worden wanneer de onderwijsbehoefte van dit kind onze zorgmogelijkheden overstijgt. Hiermee bedoelen we: er zijn reeds meerdere zorgkinderen in onze kleutergroepen aanwezig of het probleem is van dien aard, dat wij er geen adequate en gespecialiseerde hulp op kunnen zetten. Zeker wanneer er sprake is van een grote ontwikkelingsachterstand stellen wij ons de vraag of wij de mogelijkheden hebben als school om dit kind voldoende te kunnen ontwikkelen. Het kan zijn dat reeds in een peuterspeelzaal of Medisch Kleuterdagverblijf (MKD) is gesignaleerd dat er sprake is van een in zijn/haar ontwikkeling bedreigde kleuter. We gaan er vanuit dat ouders deze informatie kenbaar maken. Indien ouders deze informatie achterhouden en later blijkt dat er sprake is van een grote problematiek, kunnen we alsnog overgaan tot verwijdering van deze leerling. In het kader van passend onderwijs, zal bij aanname en verwijdering een aparte route gevolgd moeten worden, omdat het schoolbestuur van MosaLira de zorgplicht heeft over alle leerlingen, die bij haar scholen staan ingeschreven of die daar worden aangemeld. Bij kinderen die op latere leeftijd aangemeld worden, gaan we als volgt te werk: Bij aanmelding van deze leerlingen wil onze school altijd weten welke school de leerling tevoren heeft bezocht. Uiteraard is de reden van wisselen van belang. Het kan gaan om verhuizen, maar uiteraard ook om redenen als: niet tevreden zijn met het onderwijs; conflict met de school of de betreffende leerkracht of een specifieke onderwijsbehoefte van het betreffende kind; Als er sprake is van oriëntatie op een andere school, dan is er sprake van een vrijblijvend gesprek. Er zal dan ook geen contact met een andere school worden opgenomen.; Onze school neemt altijd contact op met de school die bezocht is, wanneer er sprake is van aanmelding/inschrijving. De informatie die wij krijgen is belangrijk om een leerling wel of niet aan te nemen. Hierbij zijn de uitgangspunten en hetgeen door school is geformuleerd in het schoolondersteuningsprofiel van doorslaggevende betekenis; Wanneer uit het contact met een andere school blijkt, dat er sprake is van grote leerproblemen (onder- en laaggemiddeld) en eventueel verwijzing naar een school voor Speciaal Basis Onderwijs, dan kan dit leiden tot het besluit niet aan te nemen. Ook hier speelt het schoolondersteuningsprofiel en de zorgplicht van MosaLira een grote rol, als toetskader; Schoolgids basisschool Anne Frank
Schooljaar 2015-2016
11
Indien het een leerling met leerproblemen betreft wordt de beslissing over wel of niet inschrijven afgezet tegen de aard van het probleem en de mogelijkheden die onze school kan bieden voor een succesvol verloop in onze school. Uiteraard is het van belang te mogen zien, dat er in de school waar de leerling vertrekt reeds adequate hulp en programmering heeft plaatsgevonden; Wordt besloten tot aannemen van de betreffende leerling(en) dan wordt een onderwijskundig rapport opgevraagd bij de andere school. In samenspraak met de ouders wordt de leerling in een groep geplaatst.
Het volgen van de ontwikkeling van de kinderen in de school (leerlingvolgsysteem) In elke basisschool is het van belang de ontwikkeling van kinderen goed te volgen. Dit volgen gebeurt al vanaf de eerste dag in groep 1. We volgen vanaf dat moment nadrukkelijk de sociaal-emotionele en de verstandelijke ontwikkeling van de leerling. Het is van groot belang hierbij, de kennis die elke leerkracht vergaart over elk kind, op systematische wijze vast te leggen. We vergelijken de scores van het kind met het gemiddelde in ons land. Ook kunnen we zien of het kind zich goed blijft ontwikkelen. We hebben een computerprogramma waarin alle toetsgegevens van kinderen opgeslagen worden. Zo kunnen we de ontwikkeling van individuele kinderen en groepen goed blijven volgen. Elke groepsleerkracht legt in zijn/haar klassenschrift deze bijzonderheden vast. Wanneer er sprake is van leer- en ontwikkelingsproblemen komen er meer speciale beschrijvingsprocedures. Het ontwikkelingsperspectief kan ingezet worden, als de leerachterstand zo groot dreigt te worden, dat aparte afspraken tussen school en ouders moeten worden vastgelegd om een gefundeerd ontwikkelingsperspectief voor de betreffende leerling te beschrijven. Voor het formuleren van een ontwikkelingsperspectief is vooraf een onderzoek door een orthopedagoog of psycholoog noodzakelijk. Een ontwikkelingsperspectief beschrijft de inspanningen van de school en de ouders om het eindniveau, zoals dit beschreven is, in groep 8 te halen. Tot en met groep 8 kunnen we in principe de ontwikkeling van leerlingen volgen. Dit is van belang om met elkaar te kunnen blijven vaststellen dat de ontwikkeling voor elke leerling afzonderlijk zo optimaal mogelijk blijft verlopen. Op initiatief van de Interne Begeleider Leerlingenzorg (IB), leerkracht of ouders/ verzorgers wordt een leerling besproken en aangemeld in het zorgoverleg. Van al deze gesprekken en de daarbinnen gemaakte afspraken wordt verslag gemaakt. Deze verslaggeving is strikt vertrouwelijk en wordt daarom binnen de school centraal opgeslagen in een aparte ruimte. Toegang tot deze ruimte kan alleen verkregen worden met toestemming Intern Begeleider Leerlingenzorg. Resultaten van testen, toetsen, rapporten van interne en externe deskundigen worden hier ook opgeslagen. Naast deze wat vrijere manier van signaleren en vastleggen hanteert onze school eveneens landelijke toetsen voor verschillende vakgebieden om objectieve normen te kunnen hanteren in het volgen van de ontwikkeling van elk kind. Wij gebruiken hiervoor de volgende toetsen: Voor het volgen van het technisch leesonderwijs nemen we de Cito-AVI en de Drie-MinutenTest (DMT) af in groep 3 t/m 8; Voor het volgen van de ontwikkeling van het begrijpend en studerend lezen nemen we de Cito-toetsen Begrijpend lezen af in de groepen 4 t/m 8; Voor het volgen van de ontwikkelingen binnen het rekenonderwijs nemen we de Citotoetsen Rekenen & Wiskunde af in de groepen 3 t/m 8; bij kleuters Cito-Rekenen Voor het volgen van de ontwikkelingen binnen het taalonderwijs nemen we de Cito-toetsen Spellingvaardigheid af in de groepen 4 t/m 8; Voor het volgen van de taalontwikkeling van kleuters nemen we de Cito-toets Taal voor Kleuters af in groep 1 en 2; Hiermee sluiten we aan bij de peutertoetsen voor taal en rekenen van Cito, zoals deze al door peuterspeelzaal Anne Frank worden afgenomen. Ook wordt een woordenschattoets afgenomen in de eerste 6-8 weken dat een nieuwe kleuter in onze school start. Voor sociaal-emotionele ontwikkeling gebruiken we Scol voor groep 1-8. We gebruiken de gegevens van het leerlingvolgsysteem van Cito ook om de kwaliteit van ons eigen onderwijs te toetsen. Trendanalyses en dwarsdoorsneden vertellen ons iets over groepsresultaten, kwaliteit van onderwijs en knelpunten. Daar gaan we dan mee aan de slag. Op basis van de eigen Schoolgids basisschool Anne Frank
Schooljaar 2015-2016
12
gegevens van de leerkrachten en de meer objectieve resultaten uit de Cito-toetsen wordt geanalyseerd hoe de ontwikkeling van elke individuele leerling verloopt. Hiertoe voert de Intern Begeleider Leerlingenzorg minimaal meerdere keren per jaar een zogenaamde groepsbespreking over de toetsgegevens, de onderwijsbehoeften, de te verwachten ontwikkeling of de gesignaleerde ontwikkelingsstagnatie. Cito onderscheidt de volgende niveaus: Niveau I : goed tot zeer goed Niveau II : ruim voldoende tot goed Niveau III : matig tot ruim voldoende Niveau IV : zwak tot matig Niveau V : zeer zwak tot zwak DE OVERGANG VAN GROEP 2 NAAR 3 Om te komen tot een verantwoorde keuze of het voor een kind beter is groep 2 te verlengen of door te gaan naar groep 3, hanteren we onderstaand stappenplan: Januari:
Februari: Maart: Mei:
Cito midden afname rekenen en taal voor kleuters. Op basis van de resultaten wordt een groepsplan samengesteld. In dit groepsplan worden ook observaties van de leerkracht meegenomen. Dit wordt geëvalueerd door de leerkracht. Er vindt een oudergesprek plaats met de leerkracht over de resultaten. Hierin wordt ook besproken hoe we verder denken te gaan. Evaluatie gesprek met ouders. Begin mei Cito eind afname rekenen en taal voor kleuters. Er is dan nog voldoende tijd om aan zwakke punten te werken. De leerkracht bespreekt zijn/haar bevindingen met de Intern Begeleider tijdens de groepsbespreking. Samen met ouders wordt de beslissing genomen over het al of niet doorgaan naar groep 3.
Beslissingscriteria over het al of niet naar groep 3 gaan zijn: Sociaal/emotionele ontwikkeling: kind is weerbaar, maakt goed contact met medeleerlingen en leerkracht, kan goed samenwerken en spelen; Motorische ontwikkeling: pen-/potloodgreep, fijne motoriek is voldoende ontwikkeld; Cognitieve ontwikkeling: rekenvoorwaarden zijn voldoende aanwezig, leesvoorwaarden zijn voldoende aanwezig, leerling kan zijn naam schrijven; Taakgerichtheid: zelfstandig, taakgericht, concentratie is voldoende.
KWALITEIT EN OPBRENGSTEN DE RESULTATEN VAN HET ONDERWIJS Cijfers alléén zeggen echter nog niets; zonder de “achtergrond en de bagage”, waarmee elke leerling de school binnenstapt (o.a. thuis- en omgevingssituatie, aanleg, motivatie, welbevinden, zelfbeeld) is nog niet duidelijk of de school voldoende resultaten met een bepaalde leerling heeft geboekt. Daarom worden er door de school ook bepaalde observatietoetsen gehanteerd, die ook iets zeggen over de sociaal-emotionele ontwikkeling van een kind. Naast het bovengenoemde worden alle scholen ook regelmatig door de inspectie bezocht. De resultaten van een dergelijk bezoek, zijn voor de ouders ook van belang om een beeld te krijgen van de dingen waar de school mee bezig is en welke moeten worden verbeterd. De landelijke en regionale kranten publiceren deze resultaten van deze onderzoeken maar al te graag, maar helaas ook onvolledig. Soms halen ze er maar een paar onderdelen uit, waardoor snel de indruk kan ontstaan, dat een bepaalde school minder presteert. Om dit soort zaken te voorkomen en daarnaast ook volledige openheid van zaken te geven, hebben de scholen in Maastricht met elkaar afgesproken, dat zij de ouders informeren wanneer zo’n inspectiebezoek heeft plaatsgevonden. Alleen al gezien het bovenstaande wordt het duidelijk hoe moeilijk het is om de kwaliteit van het onderwijs eenduidig in kaart te brengen. Toch wordt het meten van de kwaliteit in onze school als zeer wezenlijk ervaren. Daarom hebben wij er niets op tegen om op kwaliteit gemeten te worden, zoals die boven omschreven is, mits de resultaten op een correcte wijze aan de ouders worden uitgelegd. En daar staan we voor, gezamenlijk met alle andere basisscholen in Maastricht. Voor de beoordeling van de kwaliteit van het geboden onderwijs acht onze school het Schoolgids basisschool Anne Frank
Schooljaar 2015-2016
13
verder van belang om de leerresultaten van de leerlingen in het voortgezet onderwijs te volgen. Met name de door de leerlingen in de eerste drie leerjaren van het voortgezet onderwijs behaalde resultaten worden vergeleken met het in groep acht gegeven schooladvies. De kwaliteit van een school hangt dus af van een veelheid van factoren. Of onze school een kwaliteitsschool is, mag u zelf beoordelen. Feitelijke resultaten De resultaten van het onderwijsleerproces in de groepen 1-8 worden gemeten met methodegebonden toetsen en methode onafhankelijke toetsen. De methode onafhankelijke toetsen van voornamelijk CITO, zijn opgenomen in een toetskalender. De toetsgegevens worden tweemaal per jaar verwerkt en de algemene conclusies worden in het zorgteam en de teamvergadering besproken. Individuele toetsresultaten worden toegelicht in de groepsbesprekingen. Zo nodig worden er handelingsplannen gemaakt voor extra begeleiding binnen en soms buiten de groep. De inspectie beoordeelt de resultaten tijdens de schoolperiode aan de hand van toetsresultaten op de volgende toetsen:
Technisch Lezen (TL) in groep 3 en groep 4; Rekenen en Wiskunde (RW) in groep 4 en groep 6; Begrijpend Lezen (BL) in groep 6.
Deze toetsen representeren wezenlijke inhouden op cruciale momenten in een basisschoolperiode: In de groepen 3 en 4 dienen leerlingen op een zodanig niveau technisch te leren lezen dat zij met succes kunnen deelnemen aan bijna alle overige onderdelen van het onderwijs. In groep 4 staan de basisvaardigheden in het rekenonderwijs centraal. In groep 6 wordt de overstap gemaakt naar complexere, wiskundige principes. Verder moet in groep 6 het niveau van begrijpend lezen voldoende hoog zijn met het oog op het onderwijs in de zaakvakken. Uitgangspunt is dat de beoordeling is gebaseerd op de resultaten van alle leerlingen in hetzelfde leerjaar. Daarnaast moeten alle te waarderen toetsen in hetzelfde schooljaar zijn afgenomen. Als de resultaten op meer dan de helft van deze toetsen voldoende zijn, is het oordeel van de inspectie voor het onderwijs op de tussenresultaten positief. Beslisregel tussenresultaten
Voldoende Onvoldoende
De resultaten van de leerlingen voor Nederlandse taal en voor rekenen en wiskunde tijdens de schoolperiode liggen ten minste op het niveau dat op grond van de kenmerken van de leerlingenpopulatie verwacht mag worden. De resultaten op de beoordeelde toetsen liggen: Voor meer dan de helft van de toetsen op of boven de norm Voor meer dan de helft van de toetsen onder de norm
Drie minuten toets (DMT) Er zijn geen normen beschikbaar voor de afnameperiode oktober groep 4, omdat deze geen goed beeld opleveren van de leesprestaties in groep 4 (te vroeg in het schooljaar). Voor de afnameperiodes ‘Midden’ en ‘Eind’ zijn de gemiddelde vaardigheidsscores beschikbaar voor groep 3 en 4. Bij de beoordeling van de DMT-resultaten houdt de inspectie geen rekening met leerlinggewichten, omdat uit analyses blijkt dat deze bij technisch lezen niet of nauwelijks van invloed zijn. Het oordeel komt tot stand op basis van de hoogste kaartversie die bij alle leerlingen van de groep is afgenomen. De gemiddelde scores van de school zijn voldoende indien ze op of boven de norm in de onderstaande tabel liggen. Groep Kaart DMT Norm medio Score medio Norm eind Score eind Groep 3 kaart 1+2 (+3) 21 24.9 33 44.3 Groep 4 Kaart 1+2+3 48 48.6 56 56.5 Uitgaande van het waarderingskader van de inspectie is het oordeel t.a.v. de behaalde resultaten op de DMT toets: voldoende.
Schoolgids basisschool Anne Frank
Schooljaar 2015-2016
14
Begrijpend lezen De Cito-leerlingvolgsysteemtoets voor begrijpend lezen wordt alleen afgenomen in het midden van het schooljaar. Groep Schoolgroep Norm medio Score medio Groep 6 ‹ 15% gewogen lln. 32 33.8 Uitgaande van het waarderingskader van de inspectie is het oordeel t.a.v. de behaalde resultaten op de toets begrijpend lezen: voldoende Rekenen en wiskunde De Cito-leerlingvolgsysteemtoets voor rekenen wordt twee maal per jaar afgenomen in het midden en op het einde van het schooljaar. Groep
Schoolgroep
Groep 4
Norm medio 50
Score medio
Norm eind
Score eind
‹ 15% 53.7 61 63.1 gewogen lln. Groep 6 ‹ 15% 84 88.4 89 96.8 gewogen lln. Uitgaande van het waarderingskader van de inspectie is het oordeel t.a.v. de behaalde resultaten op de toets rekenen & wiskunde: voldoende Uitstroom voortgezet onderwijs In deze paragraaf zijn de resultaten van de CITO-eindtoetsen en de uitstroomgegevens vermeld. De resultaten zijn onder meer sterk afhankelijk van intelligentie, specifieke mogelijkheden van een kind en de betrokkenheid van ouders en leerlingen bij de school en het onderwijs. De inspectie voor het onderwijs beoordeelt de resultaten aan de hand van de ongecorrigeerde schoolscore. De onder- en bovengrens zijn afhankelijk van de schoolgroep waartoe de school behoort. Het percentage gewogen leerlingen op de hele school is hiervoor bepalend. In 2015 was basisschool Anne Frank ingedeeld in schoolgroep 5. Jaar
Ondergrens
2013 2014 2015
Landelijk gemiddelde 534.7 534.7 534.8
534.0 534.3 534.5
De eindresultaten van een bepaald jaar zijn Goed Voldoende Onvoldoende
Bovengrens
Score school
538.0 538.3 538.5
538.9 538.3 536.2
Als de standaardscore Op of boven de bovengrens ligt Op of boven de ondergrens en onder de bovengrens ligt Onder de ondergrens ligt
Op basis van bovenstaande normering van de inspectie scoorde onze school in 2013 en 2014 goed en in 2015 voldoende op de eindtoets. De advisering van en de uitstroom naar het voortgezet onderwijs in het schooljaar 2014/2015 is als volgt opgebouwd:
Praktijkonderwijs VMBO kader/gemengde leerweg VMBO theoretische leerweg Theoretische leerweg/Havo Havo HAVO / VWO VWO Totaal Schoolgids basisschool Anne Frank
Schooljaar 2015-2016
Percentage 00.0% 30.3% 21.2% 21.2 % 00.0% 15.1% 12.2% 100.0%
15
Omdat “Meten weten is” zouden we er goed aan doen kinderen niet alleen gedurende en vooral aan het eind van de basisschool te toetsen, maar ook aan het begin om later beter te kunnen weten of we ook het maximaal bereikbare uit een kind wisten te halen. Na de basisschool stromen onze leerlingen uit naar allerlei vormen van voortgezet onderwijs. Het belangrijkste is dat ieder kind op een school terecht komt die het beste past bij zijn of haar ontwikkelingsmogelijkheden. Onze ervaring met het vervolgonderwijs is, dat onze schooladviezen als reëel worden ervaren, waardoor leerlingen niet vroegtijdig afhaken maar eerder nog een stapje hoger kunnen zetten. Kwaliteitsmetingen In maart 2015 zijn binnen alle scholen van MosaLira wederom kwaliteitsmetingen afgenomen onder leerlingen van groep 5 t/m 8, ouders, medewerkers en management. Voor leerlingen en medewerkers is deelname verplicht en bedraagt het percentage dus ook 100%. Het deelname percentage van de ouders bedroeg 53%. Deelnemers Leerlingen Ouders
Rapportcijfer 2011 8.3 7.4
Rapportcijfer 2013 8.2 8.0
Rapportcijfer 2015 8.1 7.8
De kwaliteit van een school, dus ook de onze, hangt af van een veelheid van factoren. Hoe de kwaliteit van onze school is, kunt u wellicht door de vele contacten zelf beoordelen. Over één ding zijn alle personeelsleden van basisschool Anne Frank het eens: er wordt in onze school hard gewerkt en dit gebeurt in een prima sfeer!
ONDERWIJS EN ACTIVITEITEN DE INHOUD VAN HET ONDERWIJS AAN GROEP 1 EN 2 De kleutergroepen zijn homogeen samengesteld. Dit betekent dat 4, 5 en 6 jarigen in gesplitste groepen zitten. De aanpak in groep 1 en 2 verschilt van die in andere groepen. Ook de inrichting van de lokalen is anders. In de kleutergroepen gaat men niet uit van vakken, maar wordt er eerst gekeken naar het totale functioneren van een kind om vervolgens de aandacht te richten op onderdelen: gedragsaspecten (kring-, werk-, spel- en sociaal-emotioneel gedrag) en ontwikkelingsaspecten (taal, motoriek, ruimtelijke structuren en zintuiglijk waarnemen). Het is heel belangrijk dat jonge kinderen wennen aan het schoolritme en er zijn dan ook drie onderdelen die elke dag terugkomen: kringactiviteiten, werken met allerlei soorten materialen en spelen. Tijdens deze activiteiten neemt taal een belangrijke plaats in omdat dit het fundament is voor alle andere ontwikkelings- en vormingsgebieden. Bij kringactiviteiten wordt er o.a. verteld over actuele gebeurtenissen, voorgelezen uit prentenboeken, poppenkast gespeeld en worden leergesprekjes gehouden. Daarnaast worden er b.v. spelletjes gedaan, gericht op de ontwikkeling van de zintuigen (voelen, zien, horen enz.) en worden er rollenspellen gespeeld. Bij deze activiteiten letten we erop dat de onderwerpen actueel zijn en aansluiten bij de belevings- en ervaringswereld van de kinderen. Dit geldt natuurlijk ook voor het "werken" in de klas. Met werken bedoelen we spelen met allerlei zelf gekozen of door de leerkracht aangeboden materialen. Zo kunnen de kinderen spelen/werken in b.v. de bouw-, ontdek- of computerhoek, met het smartboard, constructiemateriaal, puzzels, kralenplanken, lotto's e.d. Al spelend doen de kinderen allerlei ervaringen op, vergroten ze hun kennis. Ook expressie- activiteiten nemen een belangrijke plaats in (b.v. knippen, schilderen, plakken, zingen, dansen). De kinderen werken meestal individueel of in groepjes en soms klassikaal. Binnen- en buitenspel staan ook regelmatig op het rooster. Wanneer de kinderen buiten gaan spelen, kunnen ze rijdend materiaal of klautermateriaal gebruiken. Binnen kunnen de kinderen in de speelzaal vrij spelen met grote (klimtoestellen) of kleine (ballen, touwtjes, hoepels) materialen. Er wordt niet alleen vrij gespeeld, maar er worden ook “lessen” gegeven met zang- en tikspelen, bewegen op muziek en het uitbeelden van verhalen. Bij al dit “bewegen” wordt de grove en fijne motoriek steeds verder ontwikkeld.
Schoolgids basisschool Anne Frank
Schooljaar 2015-2016
16
In groep 1 ligt de nadruk op het leren samen spelen, samenwerken, voor jezelf opkomen, het omgaan met conflicten en het vergroten van het zelfvertrouwen. In groep 2 ligt de nadruk van de aangeboden activiteiten meer op de voorbereiding op het leren lezen, rekenen en schrijven. Bij de voorbereidende rekenactiviteiten leren de kinderen b.v. sorteren en maken ze zich belangrijke rekenbegrippen eigen zoals meer, minder, erbij, eraf. Bij voorbereidende taalactiviteiten wordt er o.a. gewerkt in de lees/luisterhoek en wordt veel aandacht besteed aan het spreken en luisteren van kinderen. In de groepen 1 en 2 wordt gewerkt met de methode Schatkist. In de methode Schatkist komen de volgende leerlijnen aan bod: mondelinge taal, woordenschat, beginnende geletterdheid, beginnende gecijferdheid en sociaal-emotionele ontwikkeling. Beginnende geletterdheid en beginnende gecijferdheid zijn wat nadrukkelijker aanwezig dan de rest. Schatkist is opgebouwd rondom ankers (thema’s). De ankers zijn opgebouwd volgens de vier seizoenen. Aan de basis van een anker ligt het ankerverhaal. In ieder seizoen kan de leerkracht kiezen uit vier verschillende ankers. In totaal zijn er 16 verschillende ankers. Om voldoende aanbod van tussendoelen te garanderen, dient minimaal één anker per seizoen uitgevoerd te worden. Ieder anker kent een vaste opbouw in vier fasen: kennismaking met het anker, ankerverhaal activiteiten, ankerpunten, afronding. Het werken met een anker neemt gemiddeld vier weken in beslag. De leerkracht is vrij om langer of korter over een anker te doen. Het gonst en het zoemt. Het wordt kleutergroep genoemd. Het is een beweeg en gekrioel. Het is een onbeschrijflijk gevoel. DE INHOUD VAN HET ONDERWIJS AAN GROEP 3 T/M 8 De groepen 3 t/m 8 zijn op basis van leeftijd samengesteld. Afhankelijk van het aantal leerlingen en de beschikbare formatie wordt er ieder jaar opnieuw gekeken of en waar een combinatiegroep gevormd moet worden. Vanaf groep 3 komen de verschillende vakgebieden op meer methodische wijze aan bod. Het lesrooster geeft aan op welke dag en op welk uur een vak gegeven wordt. Sommige vakken zoals lezen, taal en rekenen staan dagelijks op het lesrooster. Andere, bijvoorbeeld geschiedenis, tekenen en gymnastiek, één of twee keer per week. Voor de meeste vakgebieden gebruiken we methodes die speciaal ontwikkeld zijn voor kinderen vanaf groep 3 of 4. Rekenen en wiskunde Voor het vakgebied rekenen en wiskunde gebruikt onze school de methode “Pluspunt”. Dit is een zogenaamde realistische rekenmethode, hetgeen betekent dat zij uitgaat van rekensituaties uit het dagelijkse leven en niet alleen saaie rijtjes sommen aanbiedt. Daarom wordt in de methode veel gebruik gemaakt van sommen in een context, in een verhaaltje. De methode tracht de leerlingen niet slechts “trucjes” bij te brengen om een som op te lossen, maar ook daadwerkelijk inzicht te verschaffen in de manier waarop de som wordt opgelost. Lezen In groep 3 wordt officieel een start gemaakt met het leren lezen. We gebruiken hiervoor de methode “Veilig leren lezen”, welke zijn waarde in de loop der jaren in heel Nederland heeft bewezen. VLL is een geïntegreerde taal-/leesmethode met veel aandacht voor woordenschat, leren luisteren en spreken in het openbaar, spelling en begrijpend lezen. Vanaf groep 4 gebruiken we de methode “Estafette”. Dit is een methode voor voortgezet technisch lezen, die naadloos aansluit op VLL in groep 3. Voor begrijpend lezen maken we in de groepen 4 t/m 8 gebruik van de methode “Lezen in Beeld”. Lezen doe je ook voor je plezier. We hebben gedurende het schooljaar structurele momenten ingebouwd tijdens welke we aandacht aan leesbevordering besteden. Op dit moment heeft iedere groep een eigen klassenbieb, waar de kinderen dagelijks een boek uit kunnen kiezen. Ook de kleuters kunnen wekelijks gebruik maken van hun eigen kleuterbibliotheek. Hierdoor vindt al vroeg een stimulering van leesplezier en bevordering van leesgedrag plaats.
Schoolgids basisschool Anne Frank
Schooljaar 2015-2016
17
Taal en spelling In groep 3 is taal en spelling geïntegreerd in de leesmethode (zie lezen). In de groepen 4 t/m 8 wordt gebruik gemaakt van de methodes “Taal in Beeld” en “Spelling in Beeld”. Het taalonderwijs in de methodes is veelomvattend: niet alleen wordt de woordenschat uitgebreid, maar ook is er aandacht voor taalgebruik, spreken en luisteren, stellen en taalbeschouwing (ontleden). Met de methode Spelling in Beeld leren de kinderen een goede spelvaardigheid te ontwikkelen. Schrijven In groep 1 gebruiken we Schrijfkriebels. Dit is een handboek voor bewegingservaringen in het platte vlak. Het kind wordt getraind om zijn bewegingen aan te passen aan steeds nieuwe omstandigheden. Veel oefeningen worden met muziek ondersteund. In de groepen 2 t/m 7 maken we gebruik van de methode “Pennenstreken”, welke aansluit bij de methode “Veilig leren lezen”. Deze methode wil de leerlingen eerst laten ervaren hoe het is om een soepele doorgaande schrijfbeweging te maken, voordat er op netheid gelet gaat worden. Men wil de leerlingen in eerste instantie voor de druk van “netjes” schrijven behoeden, omdat dit vaak tot verkramping en frustratie bij kinderen leidt. In groep 8 maken we voor het laatste jaar gebruik van de methode “Handschrift” Wereldoriëntatie Groep 3 maakt gebruik van de methode “Veilig de wereld in”. Deze methode integreert aardrijkskunde, geschiedenis, biologie en techniek op speelse wijze voor jonge kinderen. Kinderen gaan actief aan de slag en leren door te doen, onderzoeken en ervaren. Ze ontwikkelen begrip door te werken vanuit betekenisvolle situaties. Daarnaast sluit de methode qua thema’s en woordenschatonderwijs naadloos aan op de leesmethode “Veilig Leren Lezen”. Natuuronderwijs en Techniek De methode “Natuniek”, die we gebruiken vanaf groep 4, integreert natuurkennis en techniek. Leerlingen maken kennis met aspecten uit biologie, natuurkunde, milieukunde, gezond gedrag en techniek. Als aanvullend materiaal hebben we de beschikking over de Techniektorens voor de groepen 1 t/m 8. Aardrijkskunde Voor het vak aardrijkskunde gebruiken we vanaf groep 4 de methode “Een Wereld van Verschil”. Een Wereld van Verschil sluit aan bij de actualiteit en biedt hierdoor een realistisch beeld van de werkelijkheid. Geschiedenis Met “Speurtocht”, dé geschiedenismethode voor de groepen 4 t/m 8, doorlopen de leerlingen in 5 jaar tijd de tien tijdvakken drie keer. Ze leren zo hoe de geschiedenis in elkaar steekt en krijgen meer historisch besef. De lesmethode maakt het vak geschiedenis spannend door steeds weer de link te leggen met de omgeving van de leerlingen. Geschiedenis met aandacht voor taal. Verkeer Het Verkeersonderwijs wordt vormgegeven aan de hand van Rondje Verkeer voor de groepen 1 t/m 3, Stap Vooruit voor groep 4, op Voeten en Fietsen voor groep 5/6 en de Jeugd Verkeerskrant voor groep 7/8. De verkeerseducatielijn wordt elk jaar vernieuwd en is daarmee altijd actueel. Vernieuwingen op het gebied van verkeersregelgeving en verkeersveiligheid vinden we direct terug in het lesmateriaal. Tevens vindt in groep 7 het theoretisch en praktisch verkeersexamen plaats. Engels We maken in groep 5 t/m 8 gebruik van de methode “Take it Easy”. Sociaal-Emotionele Ontwikkeling Omdat we pro-actief aan de slag willen gaan met de sociaal-emotionele ontwikkeling van de kinderen werken we structureel aan het verbeteren van de sociale vaardigheden. Hiervoor maken we gebruik van de methode “Kinderen en… hun Sociale Talenten”. De methode is gebaseerd op de hedendaagse visie op de ontwikkeling van sociale competentie bij kinderen en is uitvoerig getest in de praktijk van Schoolgids basisschool Anne Frank
Schooljaar 2015-2016
18
het basisonderwijs. De methode gaat uit van de acht gedragscategorieën van het meetinstrument de SCOL (Sociale Competentie ObservatieLijst). Sociale competentie is het vermogen om adequaat te kunnen handelen in sociale situaties. Belangrijk is hoe je met jezelf en met elkaar omgaat; het gaat om meedoen en meebepalen. Niet alleen over je voegen naar de anderen: de groep, de maatschappij. Sociale competentie is ook invloed uitoefenen op je omgeving. Het gaat daarbij om het evenwicht. De verwachtingen die je aan sociaal competent gedrag mag stellen, zijn voor elke leeftijd anders. Een kleuter lost een ruzie bijvoorbeeld anders op dan een leerling uit de bovenbouw. Iemand is sociaal competent als deze persoon zowel rekening houdt met zijn eigen belangen als met die van een ander. En als hij dit doet volgens de waarden en normen die in zijn samenleving gelden. Hiervoor zijn kennis, vaardigheden en een juiste houding nodig. • Kennis heeft te maken met weten en kennen • Vaardigheden hebben te maken met doen en kunnen • Houding heeft te maken met willen en durven Er zijn natuurlijk ook andere aspecten van invloed op de houding van een kind, zoals de gevoelens van een kind en het beeld dat hij of zij van zichzelf en de ander heeft. Lichamelijke oefening Tot nog toe maken we voor onze lessen lichamelijke oefening gebruik van het “Vakwerkplan bewegingsonderwijs”. In het nieuwe schooljaar zijn we voornemens een nieuwe actuele methode te kiezen en te implementeren. Tijdens de lessen wordt o.a. aandacht besteed aan turnen, spel en atletiek. Waar mogelijk maken we vanaf groep 3 gebruik van het aanbod van kennismakingslessen van de Gemeente Maastricht van verschillende sporten, zoals tennis, streetdance, hockey, volleybal etc. I.v.m. de beschikbaarheid en de (verre) ligging van de sportaccommodatie, krijgen de leerlingen van groep 3 t/m 8 wekelijks een blokuur bewegingsonderwijs. Handvaardigheid Als leidraad bij deze lessen maken we o.a. gebruik van de methode “Handvaardig” en ideeën die internet biedt. In deze lessen wordt er gewerkt met uiteenlopende materialen en technieken. Muziek Muziek wordt geven door de groepsleerkrachten aan de hand van de methode “Moet je doen”. Tekenen Als leidraad bij deze lessen maken we o.a. gebruik van de methode “Tekenvaardig” en ideeën die internet biedt. In deze lessen wordt gewerkt met uiteenlopende materialen en technieken. Burgerschapsvorming Scholen in het basis– en voortgezet onderwijs zijn bij wet verplicht een bijdrage te leveren aan de integratie van leerlingen in de Nederlandse samenleving. Actief burgerschap en sociale integratie dienen deel uit te maken van het onderwijsaanbod. Concreet dienen leerlingen in het kader van burgerschapsvorming: Sociale gedragsregels te leren door op een respectvolle manier samen te leven; Te leren mee te doen in school: mee te praten en mee te beslissen (Kinderkabinet); Kennis op te doen van de principes van onze democratie en daar meningen over te vormen; Een eigen levensovertuiging te leren vormen om vanuit een eigen identiteit te kunnen deelnemen aan de samenleving; Kennis te verwerven van en ontmoetingen te hebben met stromingen en mensen met andere overtuigingen; Bewustzijn te ontwikkelen van de eigen sociale omgeving en daar zorg voor te ontwikkelen; Te leren wat het betekent om Europees en wereldburger te zijn; Om leren gaan met sexuele diversiteit; Om leren gaan met social media; Actief anti-pestbeleid. Schoolgids basisschool Anne Frank
Schooljaar 2015-2016
19
VERDELING VAN LESTIJD Leerlingen dienen in 8 leerjaren 7520 lesuren te krijgen wat neerkomt op 880 lesuren voor de groepen 1-4 en 1000 lesuren voor de groepen 5-8. per jaar. Het aantal lesuren per week voor groep 1 t/m 2 is 24 uur. Het aantal lesuren per week voor groep 3 t/m 8 is 26 uur. De lestijden zijn per week op de volgende wijze verdeeld over de verschillende vak- en vormingsgebieden: groep 1 groep 2 groep 3 groep 4 groep 5 groep 6 groep 7 groep 8 Zintuiglijke ontwikkeling
9
9
Motorische ontwikkeling
3,75
3,75
Taal
2,5
3,25
3,25
3,5
3,5
Spelling
2,5
2,5
2,5
2
2
Lezen technisch
8
3,5
2,5
2
1,5
1,5
Lezen begrijpend
0,5
0,5
1,5
1,5
1,75
1,75
5
5
5
5
5
5
Aardrijkskunde
0,25
0,75
0,75
0,75
1
Geschiedenis
0,25
0,75
0,75
0,75
1
Rekenen Wereldorïentatie
0,5
0,5
1
Natuur en techniek
0,5
0,5
0,75
0,75
0,75
Verkeer
0,75
0,75
0,5
0,5
0,5
0,5
0,5
0,5
Schrijven
0,75
0,75
2,25
2
1
0,75
0,75
0,5
0,75
0,75
0,75
0,5
SEO
0,75
0,75
0,75
0,75
0,75
0,75
0,75
1
ICT
0,5
0,5
0,5
0,5
1
1
1
1
6
6
2
2
2
2
2
2
Muziek
0,5
0,5
0,5
0,5
0,5
0,5
0,5
0,5
Expressie (hv + tek)
1,5
1,5
1,25
1
1
1
1
0,75
0,5
0,5
0,5
1
1,5
1,5
1,25
1,25
1,25
1,25
1,25
1,25
24
24
26
26
26
26
Engels
Lichamelijke oefening
Keuzetijd Pauze Totaal
24
24
Voor een overzicht van alle vakanties en vrijdagen verwijzen we u naar de schoolkalender OVERIGE ACTIVITEITEN EN VOORZIENINGEN School TV In alle groepen wordt regelmatig gekeken naar programma's van de Nederlandse Onderwijs Televisie. Deze programma's sluiten aan bij of vormen een aanvulling op de lesprogramma's in de klas. Met name wereldverkenning neemt bij deze programma's een belangrijke plaats in. Bij het kijken naar (teken)films houden we ons aan de adviezen van de “Kijkwijzer”. Speelkwartier Het leerproces van kinderen wordt positief beïnvloed wanneer ze zich regelmatig eventjes kunnen ontspannen. Derhalve is het van belang dat leerlingen dagelijks de mogelijkheid krijgen vrij te spelen. Hiervoor is op het lesrooster tijd ingeruimd. ICT Op verschillende plaatsen in het gebouw staan leerling-computers. Dat kan in de klas zijn, op de gang, in de hal, in het tussenlokaal, bij de IB-er of in het ICT-lokaal. De software die we gebruiken biedt ondersteuning bij het onderwijsleerproces en is vaak onderdeel van de gehanteerde methodes.
Schoolgids basisschool Anne Frank
Schooljaar 2015-2016
20
Iedere groep maakt wekelijks volgens een rooster gebruik van het ICT-lokaal. Of zoveel vaker als nodig/wenselijk is. Het doel is tevens om de leerlingen voldoende ICT-vaardigheden aan te leren, zodat zij toegerust naar het Voortgezet Onderwijs kunnen overstappen. De ICT-ontwikkelingen zullen de komende jaren een gigantische vlucht laten zien. Willen we kinderen voorbereiden op een volwaardige plek in de maatschappij, mogen we hierin als school niet achterblijven. Wij zien ICT dan ook als een middel om ons onderwijs beter af te stemmen op de onderwijsbehoeften van de kinderen. Afscheid groep 8 In de maand april wordt er voor de leerlingen van groep 8 een schoolkamp georganiseerd. De leerlingen trekken er samen met begeleiders een paar dagen op uit. Daarnaast wordt door de leerlingen van groep 8 een feestelijk avondprogramma georganiseerd voor ouders en leerkrachten. Speciale projecten, excursies, gastsprekers Om ons onderwijs zo aanschouwelijk en aantrekkelijk mogelijk te maken, bouwen we regelmatig speciale projecten, excursies en gastsprekers in ons lesprogramma in. Te denken valt b.v. aan excursies naar de kinderboerderij, het Natuur Historisch Museum en de oorlogsbegraafplaats in Margraten, deelname aan het GIPS (Gehandicapten Integratie Project Scholen) project en acties voor het goede doel. Sportactiviteiten Naast de reguliere gymlessen op school nemen wij ook deel aan het schoolvoetbaltoernooi. In het deelnemen denken we overigens "Olympisch", d.w.z. we vinden de deelname belangrijker dan het resultaat. KINDERKABINET Om de leerlingen te leren dat zij niet alleen medeverantwoordelijk zijn voor het gebeuren in de groep, maar ook voor het gebeuren in de hele school, hebben wij een leerlingenraad: Het zogenaamde Kinderkabinet. Hier hebben 2 kinderen per groep zitting in (groep 5 t/m 8). Zes keer per jaar gaat de directeur in gesprek over algemene schoolse zaken. De gesprekspunten kunnen door alle kinderen van de groepen 5 t/m 8 worden ingebracht. Door middel van een gesprek dat de groepsleerkracht met de groep houdt, bepaalt de groep welke punten worden ingebracht. Twee leerlingen (uit de groepen 7 en 8) maken samen met de directeur de agenda en de notulen van de vergadering. Het verslag wordt vervolgens weer door de leerlingen van het kinderkabinet in de groep besproken. Ook op deze manier proberen we de betrokkenheid van de leerlingen te vergroten.
ROL VAN OUDERS EDUCATIEF PARTNERSCHAP MosaLira laat zich in haar verantwoordelijkheid leiden door de navolgende missie: ‘MosaLira biedt een veilige uitdagende leeromgeving waarin kinderen zich ontwikkelen tot verantwoordelijke en succesvolle medeburgers. Ouders zijn partners bij het onderwijs. Persoonlijke talenten, respect voor elkaar en een duurzame samenleving zijn voor MosaLira leidend. Vanuit deze missie heeft MosaLira strategische doelstellingen en ambities geformuleerd. MosaLira acht het van eminent belang, dat elke school ouders actief betrekt als partner bij de ontwikkeling van hun kind. Dit zogenaamde primaire partnerschap heeft een cruciale plek in het dagelijks handelen van alle professionals binnen MosaLira. M.b.t. de samenwerking en de verdere vormgeving van kindcentra vormen andere onderwijsorganisaties en kind- en agogische partners de meest voor de hand liggende partners. In dit geval spreken we van secundair partnerschap.
Schoolgids basisschool Anne Frank
Schooljaar 2015-2016
21
Educatief partnerschap is een proces waarbij school, ouders en andere instellingen rondom de ontwikkeling en opvoeding van kinderen elkaar wederzijds ondersteunen en opteren zoveel mogelijk samen te werken en op elkaar af te stemmen met als doel het bevorderen van het leren, de motivatie en de ontwikkeling van kinderen. Primair partnerschap. De keuze voor gelijkwaardig of educatief partnerschap wordt ingegeven door een aantal overwegingen. Zowel ouders/verzorgers als school zijn nauw betrokken bij de opvoeding en de begeleiding van kinderen. Ze hebben een gezamenlijk belang, namelijk het zorgen voor optimale omstandigheden voor de ontwikkeling en het leren van kinderen, op school en thuis. Door de koppeling aan dat gezamenlijk belang wordt duidelijk dat partnerschap geen doel op zich is. Partnerschap dient in feite drie doelen (zie schema). Deze doelen worden sterk ingekleurd door de keuze voor educatief partnerschap. De relatie tussen school en ouders/verzorgers krijgt zo een sterke focus mee. Immers, alle activiteiten die verband houden met die relatie, laten zich beoordelen vanuit de bijdrage die ze leveren aan één van die doelen, met als uiteindelijk criterium: worden de kinderen er beter van? Educatief partnerschap past ook prima bij de ontwikkeling waarin scholen zichzelf weer positioneren als leef- en leergemeenschap waarin naast kinderen en professionals ook de ouders/verzorgers participeren. Ouders/verzorgers staan bij educatief partnerschap niet aan de zijlijn (zie het organisatorische en het participatiedoel in onderhavig schema ). Doelen voor de relatie tussen school en ouders Pedagogisch doel Organisatorisch doel
Participatiedoel
Invulling bij de keuze voor gelijkwaardig partnerschap Realiseren van enige afstemming in de benadering van kinderen thuis en op school Ouders leveren een bijdrage aan het reilen en zeilen van de school – ze voeren activiteiten niet alleen mee uit maar denken daar bijvoorbeeld ook over mee Ouders denken en beslissen informeel en formeel mee met de school. De school legt verantwoording af over haar werk aan de ouders
Partnerschap is vervolgens herkenbaar in: Een grondhouding Voorbeeld: Zowel ouders als leerkracht nemen elkaar serieus. Ze luisteren naar elkaar, tonen inlevingsvermogen, gaan respectvol en vriendelijk met elkaar om. Ouders en leerkrachten gaan met elkaar om op basis van gelijkwaardigheid. Beide hebben een rol in de opvoeding van hun kind/de leerling. Samenwerking vindt dan ook plaats op basis van acceptatie van ieders rol/expertise. Een professionele cultuur Voorbeeld: Een cultuur die een open en ondersteunende houding van leerkrachten ten opzichte van ouders bevordert Communicatie Pedagogisch profiel Educatief partnerschap is uiteindelijk een belangrijk kwaliteitskenmerk van de school en impliceert: Past bij de school als leef- en leergemeenschap Dient een gezamenlijk belang Is doelgericht Gaat uit van gelijkwaardigheid Impliceert wederzijdse betrokkenheid Erkent verschillen in eindverantwoordelijkheden Vraagt een investering van beide partners Vraagt een consistente toonzetting Vraagt een partner die het voortouw neemt Schoolgids basisschool Anne Frank
Schooljaar 2015-2016
22
Secundair partnerschap (Integrale) kindcentra Elke school heeft een bredere functie dan kennisoverdracht. Dit komt onder andere goed tot uitdrukking in de realisatie van (integrale) kindcentra. Ofschoon kindcentra lokale initiatieven zijn, die per gemeente, dorpskern of wijk in doelstellingen, aard en omvang kunnen verschillen, is een kindcentrum een samenwerkingsverband tussen verschillende instellingen rondom kinderen, hun ouders en de buurt. Wij zijn van mening dat onze basisscholen een belangrijke schakel in die keten vormen. Bijna altijd betreft het samenwerking tussen basisscholen, peuterspeelzalen en kinderopvang, vaak uitgebreid met bibliotheken, consultatiebureaus, welzijnswerk, schoolmaatschappelijk werk, GGD, muziekschool, centrum voor kunst en cultuur en sportverenigingen. Wat ook de bandbreedte van een kindcentrum mag zijn, ouders en kinderen hebben baat bij meer samenhang tussen onderwijs, voor-, tussen-, en naschoolse opvang en welzijnsactiviteiten: met andere woorden een kindcentrum biedt meer kansen voor kinderen. Dat kan in een gebouw zijn, maar het hoeft niet. We zijn wel van mening dat bij de ontwikkeling van elk kindcentrum maatwerk nodig is om tot goede oplossingen te komen, waarin continuïteit van partners en middelen, naast draagvlak binnen de gemeenschap, belangrijke criteria zijn. Als er in een kindcentrum concept sprake is van een situatie dat alle betrokken partners zich verbinden aan een gedeelde visie, dan kan men spreken van een ultieme vorm van educatief partnerschap. COMMUNICATIE MET OUDERS Positieve betrokkenheid van ouders is een belangrijke factor die bijdraagt aan de ontwikkeling van een kind. Kinderen voelen zich beter thuis op school wanneer hun ouders weten wat zij op school doen, erover praten en er rekening mee houden. Een goed contact tussen ouders en school vinden wij daarom essentieel. Dit doen we o.a. middels: Informatieavonden Aan het begin van elk schooljaar is er in iedere groep een algemene informatieavond, waarbij u kennis kunt maken met de groepsleerkracht en uitleg krijgt over de gang van zaken in de betreffende groep. Rapportgesprekken Deze zijn bedoeld om informatie te geven over de leervorderingen en de sociaal-emotionele ontwikkeling van uw kind en vinden drie keer per jaar plaats. Het mag duidelijk zijn dat wij het belangrijk vinden dat elke ouder gebruik maakt van deze gelegenheid. Uiteraard kunt u te allen tijde tussentijds een afspraak maken met de groepsleerkracht om over uw kind te komen praten. Website/facebook/e-mail Ook wij maken ruimschoots gebruik van nieuwe media. Op onze website vindt u naast allerlei informatie over school vele foto’s van schoolactiviteiten. Actuele berichten en foto’s kunt u vinden op onze (nog op te starten) facebook pagina. Voor het versturen van berichten en brieven aan ouders maken we gebruik van e-mail. Schoolkalender/schoolgids Jaarlijks ontvangt u bij aanvang van het schooljaar een schoolkalender met allerlei praktische informatie en de planning van de activiteiten. Daarnaast beschikken we over deze schoolgids met uitgebreidere informatie over school. Nieuwe ouders ontvangen de schoolgids bij aanmelding, alle andere ouders kunnen op verzoek een papieren versie ontvangen of de schoolgids inzien via onze website. Nieuwsbrief Eén keer per 4 schoolweken verschijnt er een nieuwsbrief. Zo blijft u op de hoogte van allerlei gebeurtenissen in en om de school.
Schoolgids basisschool Anne Frank
Schooljaar 2015-2016
23
(GEMEENSCHAPPELIJKE) MEDEZEGGENSCHAPSRAAD De “Wet Medezeggenschap Scholen” (W.M.S.) schrijft voor, dat iedere school een medezeggenschapsraad (M.R.) moet hebben. De M.R. is een gekozen vertegenwoordiging van ouders en personeelsleden en regelt de samenwerking tussen ouders, school en schoolbestuur. Iedere ouder kan zich voor de M.R. verkiesbaar stellen, indien hij/zij de grondslag van de school respecteert. De M.R. van onze school bestaat uit 6 leden (3 ouder- en 3 personeelsleden). De M.R. bespreekt allerlei schoolzaken op o.a. onderwijskundig, organisatorisch en financieel gebied. Door het geven van advies en/of het verlenen van instemming kan de M.R. daadwerkelijk meebeslissen over de gang van zaken op school. Als u uw kind(eren) bij onze school inschrijft, kunt u vragen naar het medezeggenschapsreglement. Voor de actuele samenstelling van de medezeggenschapsraad verwijzen wij u naar onze schoolkalender. De Stichting “Mosalira” heeft voor alle scholen van de stichting een gemeenschappelijke medezeggenschapsraad (G.M.R.) waar men onderwerpen bespreekt die voor alle medezeggenschapsraden van de afzonderlijke scholen van het bestuur van belang zijn. Het spreekt voor zich dat ook de bevoegdheden van de G.M.R. nauwkeurig in een reglement zijn vastgelegd. Zowel M.R. als G.M.R. zijn bevoegd om voorstellen te doen, standpunten kenbaar te maken, adviezen te geven, instemming te verlenen of zich te onthouden van voorstellen van het bestuur. Het vormgeven en uitvoeren van het beleid van de school is steeds meer een taak van ouders, leerkrachten, directie en bestuur samen. De M.R. en de G.M.R. bieden hiervoor voldoende ruimte. OUDERVERENIGING De ouders op onze school zijn georganiseerd in een oudervereniging (O.V.), waarvan alle ouders automatisch lid zijn. Meedenken, meebeslissen en meehelpen zijn begrippen die op onze school heel normaal zijn. De O.V. houdt contact met de directie, het team en de medezeggenschapsraad. De werkzaamheden van de O.V. bestaan o.a. uit het samen met teamleden meedenken over en organiseren van het schoolreisje, het Sinterklaasfeest, de sportdag en het Carnavalsfeest. Hulp en betrokkenheid van ouders bij allerlei activiteiten is van groot belang. Buiten het feit dat uw kind ervan geniet als u op enige manier bij de school betrokken bent, is het ook zo dat wij uw hulp hard nodig hebben bij het organiseren van velerlei activiteiten. Aan het begin van het schooljaar ontvangt u de schoolkalender met daarin opgenomen alle belangrijke activiteiten en data. U kunt de dagen waarop wij uw hulp nodig hebben dus ruim van tevoren in uw agenda noteren en vrijhouden. Alle activiteiten die u als ouder op onze school verricht, vinden te allen tijde plaats onder verantwoordelijkheid van de school. Voor de actuele samenstelling van de oudervereniging verwijzen wij u naar onze schoolkalender. OUDERBIJDRAGE De ouderbijdrage is een vrijwillige bijdrage, die wordt geïnd door de school en jaarlijks – na instemming van de oudergeleding van de MR – wordt vastgesteld. De directie legt jaarlijks verantwoording af aan de MR over de jaarlijkse hoogte en bestemming van de ouderbijdragen. Dit wordt ook gepubliceerd in de schoolgids. U kunt, nadat uw kind op onze school is toegelaten, lid worden van de oudervereniging. De contributie voor het lidmaatschap van de oudervereniging wordt geïnd door de oudervereniging en jaarlijks vastgesteld tijdens de algemene ledenvergadering. De oudervereniging legt jaarlijks verantwoording af over de hoogte en de bestemming van deze contributie aan de ouders en de directie. Hoe vrijwillig is deze bijdrage? Nadat uw kind op onze school is toegelaten (dit is niet afhankelijk van het betalen van een geldelijke bijdrage), wordt er aan u een bijdrage gevraagd voor extra activiteiten en andere zaken die niet tot het gewone onderwijs behoren. Mocht u de bijdrage niet of slechts gedeeltelijk betalen, dan kan uw kind worden uitgesloten van de activiteiten waarvoor niet betaald is. De school is wèl verplicht om uw kind deel te laten nemen aan het reguliere onderwijsprogramma. De ouderbijdrage voor het schooljaar 2015-2016 bedraagt € 35,-- per jaar per kind
Schoolgids basisschool Anne Frank
Schooljaar 2015-2016
24
SPONSORING Het komt steeds vaker voor dat scholen op de een of andere manier gesponsord worden. Te denken valt aan het schenken van sporttenues, het drukken van het schoolblad of een bijdrage aan toestellen voor het schoolplein. Het sponsoren van scholen is gebonden aan “spelregels”. Die spelregels zijn vastgelegd in een overeenkomst. Die overeenkomst is opgenomen in het zogenaamde Handboek van het bestuur en dus voor iedereen ter inzage beschikbaar ( www.mosalira.nl).
PRAKTISCHE INFORMATIE DAGELIJKSE GANG VAN ZAKEN Schooltijden Basisschool Anne Frank hanteert de volgende schooltijden: De ochtend : 08.30 - 12.00 uur; De middag : 13.15 - 15.15 uur; Woensdag : 08.30 - 12.30 uur; De groepen 1 t/m 4 hebben op vrijdagmiddag vrij (vanaf 12.00 uur). Inloopkwartier Bij de groepen 1 t/m 3 kunnen ouders/verzorgers hun kind vanaf 8.15 uur en 13.00 uur naar binnen brengen. U kunt dan uw kind helpen met het ophangen van de jas en wegzetten van de tas. Tevens kunt u gemaakte werkjes of schriftjes van uw kind bekijken. Mochten er bijzonderheden zijn, dan kunt u dat op dat moment kort aangeven bij de leerkracht. U zult begrijpen dat dit moment voor inhoudelijke gesprekken niet het juiste moment is. Daarvoor kunt u beter een aparte afspraak maken met de leerkracht. Gedurende het schooljaar zal in groep 3 het inloopkwartier afgebouwd worden. Dit om de zelfstandigheid van de kinderen te ontwikkelen. Tot de herfstvakantie verandert er niets. Tussen de herfst en de Kerst vragen wij u als ouders/verzorgers om “het in de klas blijven” samen met uw kind af te gaan bouwen. Na de Kerstvakantie stopt het inloopkwartier van groep 3. Als de bel gaat zullen zij ook buiten in de rij wachten en opgehaald worden door de leerkracht. ’s Morgens is er voor de groepen 1 t/m 8 een kwartier pauze gepland. De pauzes van de kleutergroepen, de groepen 3 t/m 5 en de groepen 6 t/m 8 zijn vanwege veiligheid en praktische gesplitst. De leerlingen mogen vanaf 8.15 u. en 13.00 u. op het schoolplein aanwezig zijn. Vanaf die tijdstippen is er ook toezicht. Vijf minuten vóór aanvang van de school wordt er gebeld en gaan de leerlingen onder begeleiding van hun leerkracht naar binnen. We vragen ouders/ verzorgers het schoolplein niet eerder dan 5 minuten voor het einde van de schooltijd op te lopen. Eerste Heilige Communie / Vormsel De EHC en het Vormsel worden uitgevoerd onder verantwoordelijkheid van de parochie Sint Michaël. School treedt in deze alleen faciliterend op o.a. door het beschikbaar stellen van een leslokaal. Elk jaar worden de kinderen van groep 4 uitgenodigd om deel te nemen aan de toediening van de Eerste Heilige Communie en leerlingen van groep 8 aan het Vormsel. De kinderen worden door een werkgroep van ouders/vrijwilligers in meerdere lessen voorbereid op het betreffende sacrament. Van de ouders waarvan het kind deelneemt aan EHC/Vormsel wordt een actieve bijdrage verwacht in de voorbereiding. Deelname aan beide sacramenten gebeurt op basis van vrijwilligheid. De voorbereiding vindt plaats na schooltijd, maar wel op school. ICT-koptelefoons Om een tweetal redenen krijgt ieder kind zijn eigen ICT-koptelefoon. We willen de kinderen zelf verantwoordelijk maken voor hun eigen koptelefoon. Als een koptelefoon kwijt raakt of kapot gaat, is het namelijk niet toegestaan die van een ander kind te gebruiken. Mocht, om wat voor een reden dan Schoolgids basisschool Anne Frank
Schooljaar 2015-2016
25
ook, vervanging nodig zijn, dan is een nieuwe koptelefoon te kopen bij de administratie tegen betaling van € 1,25. Ook de hygiëne is voor ons een reden geweest om tot deze opzet over te gaan. Iedere koptelefoon wordt bewaard in een afsluitbaar zakje. Ook hier dienen de kinderen zorgvuldig mee om te gaan. Een nieuw zakje is ook bij de administratie te koop tegen betaling van € 0,10. Voedingsbeleid Eén van de onderwerpen die we in basisschool Anne Frank belangrijk vinden, is het omgaan met gezondheid en gezond eten. Hiervoor willen we graag een aantal dingen met ouders afspreken. In het tienuurtje is het de bedoeling, dat kinderen een kleinigheidje eten en drinken. Geen hele maaltijden, omdat hier de tijd voor ontbreekt. Gedurende de lunch is het prettig als kinderen voldoende te eten hebben, om er de rest van de dag weer goed tegen te kunnen. Snoepen in de school wordt zoveel mogelijk beperkt. Ook bij verjaardagen liever niet op snoep trakteren. Er zijn veel lekkere en gezonde alternatieven te bedenken. Om het milieu niet onnodig te belasten trachten we de kinderen zoveel mogelijk hun eten en drinken mee te laten nemen in broodtrommeltjes en kunststof drinkbekers, die zij na gebruik weer mee naar huis nemen. Indien er gebruik gemaakt wordt van drinken in pakjes, nemen de kinderen de lege verpakkingen mee terug naar huis. Blikjes drinken zijn niet toegestaan. Gevonden voorwerpen Gevonden voorwerpen worden verzameld in een doos in de hal van het hoofdgebouw. Spullen die niet worden opgehaald worden naar de kledingcontainer gebracht. Het gebruik van fietsen De verkeerssituatie rondom de school is niet altijd optimaal. Om het autoverkeer te verminderen en de kinderen meer te laten bewegen is het goed de kinderen te stimuleren te voet of met de fiets (eventueel samen met de ouders) naar school te komen. Er zijn voldoende fietsenstallingen. Het stimuleren van gezond gedrag betekent ook: afstappen als je de speelplaats op komt. Lopen met de fiets aan de hand en je fiets stallen achter de rode lijn. Hoofdluis Hoofdluis is een regelmatig terugkerend probleem. Op plaatsen waar veel mensen bij elkaar komen kan deze besmetting gemakkelijk van de ene persoon naar de andere persoon worden overgebracht. De school is, ongewild, een dergelijke plaats. Wij zijn van mening dat zowel ouders als school verantwoordelijkheid dragen met betrekking tot de bestrijding van hoofdluis. Ouders dienen zorg te dragen voor een snelle behandeling van hoofdluis. Het is belangrijk dat zij op school melden wanneer hun kind hoofdluis heeft. Het is de verantwoordelijkheid van school een aantal voorzorgsmaatregelen te nemen, waardoor de verspreiding van hoofdluis zoveel mogelijk wordt beperkt. Om het hoofdluisprobleem onder controle te houden is op basisschool Anne Frank gekozen voor een systematische aanpak. Dit houdt in dat de school een aantal voorzorgsmaatregelen neemt die verdere verspreiding beperkt. Daartoe bestaat er een ouderwerkgroep, die als taak heeft om op een aantal vaste tijdstippen ca. 6 x per jaar (in de eerste week na elke vakantie), alle leerlingen op school op hoofdluis te controleren. Tevens kan de werkgroep ingeschakeld worden bij tussentijdse meldingen van hoofdluis in een groep. Wanneer er hoofdluis bij een van de kinderen wordt geconstateerd, zal de coördinator (Mariëlle Monsuwé) de ouders/verzorgers van het kind hiervan op de hoogte stellen. Tevens krijgen alle ouders uit de betrokken groep een brief via e-mail. De ouderwerkgroep wordt ondersteund en geïnstrueerd door de GGD. De controlerende ouders zullen zorgvuldig omgaan met de privacy van kinderen en hun ouders. Wanneer u vragen heeft over deze werkgroep, kunt u contact opnemen met de coördinator. Partners Als school hebben we o.a. contacten met de volgende externe instellingen: de Pabo, het Voortgezet Onderwijs, het Centrum Natuur- en Milieu Educatie, het Centrum voor de Kunsten, Centrum Leerlingenzorg, het Bureau Jeugdgezondheidszorg, de GGD, Centre Céramique, afdeling Onderwijs van de Gemeente, AZM, La Valence, MIK en STEPS, Parochie St. Michaël.
Schoolgids basisschool Anne Frank
Schooljaar 2015-2016
26
Leerlingenvervoer door ouders Regelmatig vinden er uitstapjes en excursies plaats waarbij de kinderen door ouders met auto’s vervoerd worden. Voorwaarde om kinderen in een auto te mogen vervoeren is dat de chauffeur een inzittende verzekering voor meer dan 2 personen heeft. De basisregel is dat kinderen kleiner dan 1,35 m in een goedgekeurd en passend kinderbeveiligingssysteem moeten zitten. Goedgekeurd zijn zitjes met labels ECE R44/03 en R44/04. Passend betekent dat het kinderbeveiligingssysteem aangepast moet zijn aan de lengte en gewicht van het kind. Kinderen vanaf 1,35 m en volwassenen moeten gebruik maken van de veiligheidsgordel. De uitzonderingen Kinderen van 3 jaar en ouder mogen een autogordel gebruiken in plaats van een kinderbeveiligingssysteem als op de betreffende zitbank al twee kinderbeveiligingssystemen zijn aangebracht en in gebruik zijn, waardoor er geen plaats meer is voor een derde zitje. Dit kind mag niet zonder kinderbeveiligingssysteem op de voorbank vervoerd worden. Kinderen vanaf 3 jaar mogen de autogordel gebruiken bij vervoer door een ander persoon dan de eigen (pleeg)ouder in incidentele gevallen, waarin redelijkerwijze niet verwacht kan worden dat de bestuurder een kinderbeveiligingssysteem bij zich heeft. Het kind wordt dan vervoerd op de achterbank. Het dient hierbij om vervoer over beperkte afstand te gaan, zoals bijvoorbeeld een uitstapje naar het plaatselijke zwembad. Het begrip incidenteel moet letterlijk genomen worden. Van incidenteel vervoer is geen sprake meer als bijvoorbeeld oma elke week de kleinkinderen naar school brengt. Een korte afstand is volgens het ministerie een afstand van maximaal 50 km. LEERPLICHT EN VRIJSTELLING Hier volgen de voornaamste regels die wij als school zelf of volgens de wet moeten uitvoeren bij leerlingen die onze school bezoeken: Toelatingsleeftijd: Op onze school is het regel dat een kind vanaf zijn vierde verjaardag naar school mag komen. Ondanks het feit dat de leerplicht pas vanaf 5 jaar geldt, vinden wij een regelmatig schoolbezoek, gezien een goede ontwikkeling van het kind, niet alleen wenselijk maar zelfs noodzakelijk. Leerplichtige leeftijd Vanaf het 5e jaar begint de leerplichtige leeftijd. Mocht u de schooldag voor uw kind te lang vinden, dan mag de schoolweek met vijf uur gekort worden. In overleg met de schoolleiding kunnen hier nog eens vijf uren aan toegevoegd worden. Vanaf het 6e jaar is dit niet meer mogelijk. De basisschool is er voor 4- tot 12-jarigen, maar wanneer kinderen meer tijd nodig hebben, mogen ze langer op de basisschool blijven. Het schooljaar waarin ze 14 jaar worden, moet volgens de wet het laatste jaar op de basisschool zijn. In welke gevallen kunt u extra verlof aanvragen? De Leerplichtwet kent geen snipperdagen (bijvoorbeeld om een dag eerder met wintersport te gaan om de files voor te zijn), maar in bepaalde bijzondere omstandigheden kunt u wel extra verlof aanvragen. Extra verlof is mogelijk als de volgende omstandigheden zich voordoen: Huwelijk van bloed- of aanverwanten tot en met de 3e graad van het kind: maximaal 2 dagen 12,5- of 25-jarig huwelijksjubileum van ouders: 1 dag 25-, 40-, of 50-jarig ambtsjubileum van ouders of grootouders: 1 dag Ernstige ziekte van ouders, bloed- of aanverwanten tot en met de 3e graad van het kind: duur in overleg met de directeur Overlijden van bloed- of aanverwanten tot en met de 4e graad van het kind: duur in overleg met directeur Verhuizing van gezin: 1 dag Sommige religieuze feesten: in overleg met directeur
Schoolgids basisschool Anne Frank
Schooljaar 2015-2016
27
Extra verlof kunt u aanvragen bij de school of de leerplichtambtenaar. Om tijd te creëren voor overleg of een eventuele bezwaarprocedure, dient uw verlofaanvraag minimaal acht weken van tevoren bij de directeur van de school binnen te zijn. Dit geldt niet in het geval er sprake is van bijzondere omstandigheden. Bij de administratie zijn standaard verlofaanvraag formulieren te verkrijgen. De schooldirecteur is bevoegd een besluit te nemen over een extra verlofaanvraag voor maximaal tien dagen in een schooljaar (aaneensluitend of bij elkaar opgeteld). De leerplichtambtenaar is bevoegd een besluit te nemen over een extra verlofaanvraag voor meer dan tien dagen. Hij doet dit altijd in overleg met de schooldirecteur. Na ontvangst van uw ingevulde formulier, ontvangt u het formulier retour, voorzien van de vermelding van de directeur : akkoord, dan wel niet akkoord. Indien nodig neemt de directeur telefonisch contact met u op. Een kopie van de verlofaanvraag bewaren we in het leerling-dossier. De leerkracht vindt het verleende verlof terug op de maandelijkse absentielijst. Vakantie onder schooltijd De Leerplichtwet stelt heel duidelijk dat vakantie onder schooltijd vrijwel onmogelijk is. Alleen als het gaat om een gezinsvakantie, die het gezin niet in de schoolvakantie kan opnemen door de specifieke aard van het beroep van (één van) de ouders, kan extra verlof worden verleend. Hierbij moet gedacht worden aan seizoensgebonden werkzaamheden in de agrarische sector en de horeca. In dat geval mag de schooldirecteur eenmaal per schooljaar het kind vrij geven (voor maximaal 10 schooldagen), zodat het gezin toch op vakantie kan. Het gaat daarbij om de enige gezinsvakantie in dat schooljaar. De verlofperiode mag overigens niet in de eerste twee weken van het schooljaar vallen. Op het aanvraagformulier is een werkgeversverklaring opgenomen. Bijzondere talenten Sommige kinderen hebben bijzondere talenten op het gebied van sport of kunst. Als zij iets met hun talenten doen, kan het voorkomen dat zij hiervoor lessen moeten verzuimen. De Leerplichtwet biedt hiervoor echter geen vrijstellingsmogelijkheid. Het is wel mogelijk hierover afspraken te maken met de schooldirecteur; hij kan vrijstelling geven van bepaalde onderwijsactiviteiten. Dit zijn structurele afspraken die jaarlijks bij het begin van het schooljaar worden gemaakt. Incidentele verzoeken om te mogen verzuimen vallen buiten deze regeling. Verplichtingen voor schooldirecteuren Schooldirecteuren hebben op basis van de Leerplichtwet de verplichting om ongeoorloofd schoolverzuim te melden aan de leerplichtambtenaar van de gemeente waar de betreffende leerling staat ingeschreven. Wanneer niet aan bovenstaande verplichtingen is voldaan, dan is er sprake van vermoedelijk ongeoorloofd schoolverzuim. Dit kan een proces-verbaal tot gevolg hebben. MAATREGELEN TEGEN SCHOOLVERZUIM Elke ochtend wordt geïnventariseerd welke leerlingen afwezig zijn. Indien een leerling niet is afgemeld wordt telefonisch contact opgenomen met ouders om de reden van het verzuim te achterhalen. Zonder geldige reden wordt de afwezigheid van een leerling als ongeoorloofd geregistreerd. Bij veelvuldig ongeoorloofd schoolverzuim worden ouders hier op aangesproken. Verbetert de situatie niet, wordt melding gemaakt bij de leerplichtambtenaar van de gemeente Maastricht. Op het einde van ieder kwartaal wordt het totale verzuim in de achterliggende periode door de IB-er en de directeur geanalyseerd. Ook wanneer er sprake is van geoorloofd schoolverzuim (b.v. afwezigheid door ziekte) maar dit onevenredig vaak voorkomt, worden ouders hierop aangesproken. SCHORSING, VERWIJDERING VAN LEERLINGEN De beslissing over schorsing en verwijdering van leerlingen ligt bij het bevoegd gezag, nadat de school en eventueel de ouders/verzorgers hierover zijn gehoord. Indien een leerling om welke reden dan ook niet meer toegelaten kan worden tot onze school kan het bevoegd gezag overgaan tot verwijdering van deze leerling. Het bevoegd gezag dient wel alles in het werk te stellen een andere school bereid te vinden deze leerling op te nemen. Indien dit ondanks alle inspanningen niet lukt is het bevoegd gezag gerechtigd na 8 weken deze leerling toch van school te verwijderen. De regeling “Toelating, schorsing en verwijdering” ligt ter inzage op school.
Schoolgids basisschool Anne Frank
Schooljaar 2015-2016
28
ZIEKE LEERLINGEN Als blijkt dat uw kind door ziekte het onderwijs niet (regelmatig) kan volgen, dan is het van belang dat u als ouders dit aan de leerkracht kenbaar maakt. De leerkracht kan dan samen met u bekijken hoe het onderwijs aan uw kind toch voortgezet kan worden. Hierbij kan gebruik gemaakt worden van de deskundigheid van een Consulent Onderwijsondersteuning aan Zieke Leerlingen van de onderwijsbegeleidingsdienst: OZL in Midden- en Zuid- Limburg of van de Educatieve Voorziening van een academisch ziekenhuis. Vanzelfsprekend is het continueren van het onderwijs belangrijk omdat een zieke leerling dan actief blijft met wat bij het dagelijkse leven hoort namelijk: onderwijs. Hierdoor wordt voorkomen dat een leerling die ziek is achterstand oploopt, waarbij zelfs sprake zou kunnen zijn van doubleren. Als u meer wilt weten over onderwijs aan zieke leerlingen, dan kunt u informatie vragen aan de leerkracht van uw kind. Meer informatie en de bereikbaarheid van consulenten in uw regio kunt u vinden op de website van Ziezon, het landelijk netwerk Ziek Zijn & Onderwijs, www.ziezon.nl. VERVANGING BIJ ZIEKTE/VERLOF Het vinden van vervanging bij ziekte of andere afwezigheid van leerkrachten is soms problematisch. We trachten de opvang van de groep leerlingen als volgt op te lossen: Inzetten van een vervanger van de vervangerslijst van Mosalira; Inzetten van een leerkracht die op de betreffende dag niet staat ingeroosterd (vanwege parttime werken, ouderschapsverlof e.d.); Inzetten van een leerkracht die op de betreffende dag geen lesgevende maar andere taken heeft, b.v. de IB-er; Inzetten van onderwijsondersteunend personeel onder verantwoordelijkheid van een groepsleerkracht; Leerlingen verdelen over andere groepen (maximaal één dag). Bieden voorgaande mogelijkheden geen oplossing, dan kan de betreffende groep leerlingen vrijaf krijgen. Hierbij volgen we de richtlijnen van de inspectie, waarbij we de volgende uitgangspunten hanteren: Alleen in het uiterste geval; In principe niet de eerste dag; Ouders vooraf schriftelijk op de hoogte stellen onder verwijzing naar de schoolgids; Leerlingen die geen opvang hebben, worden de eerste dag binnen school opgevangen; Op opeenvolgende dagen worden in principe verschillende groepen naar huis gestuurd; Uren die hierdoor verloren gaan, hoeven niet te worden gemeld bij de inspectie en op een later moment te worden gecompenseerd. MEDICIJNVERSTREKKING EN MEDISCH HANDELEN Het komt regelmatig voor, dat een leerling ziek wordt of een ongeluk krijgt op school, waarbij de leerkracht direct bepaalt wat er moet gebeuren; vaak kan het verholpen worden met eenvoudige middelen. Ook krijgt de schoolleiding steeds vaker het verzoek van ouder(s)/verzorger(s) om hun kinderen de door een arts voorgeschreven medicijnen te laten toedienen of leerkrachten een medische handeling te laten verrichten. De schoolleiding aanvaardt met het verrichten van dergelijke handelingen een aantal verantwoordelijkheden en kan ervoor kiezen wel of geen medewerking aan het toedienen van medicijnen en het verrichten van medische handelingen te verlenen. Voor de individuele leerkracht geldt dat hij mag weigeren handelingen uit te voeren waarvoor hij zich niet bekwaam acht. Eén en ander staat beschreven in het protocol medicijnverstrekking en medisch handelen van MosaLira, dat ter inzage ligt op school.
Schoolgids basisschool Anne Frank
Schooljaar 2015-2016
29
VERZEKERING Via het bestuur van MosaLira is een collectieve wettelijke aansprakelijkheidsverzekering gesloten. Deze verzekering omvat: De wettelijke aansprakelijkheid van het schoolbestuur, de afzonderlijke bestuursleden, docenten en het overige personeel; De wettelijke aansprakelijkheid van het schoolbestuur, docenten, leiders/ leidsters tijdens schoolreisjes, fiets- en wandeltochten die in schoolverband onder verantwoordelijkheid van het schoolbestuur worden gemaakt; De wettelijke aansprakelijkheid van ouders indien zij met goedvinden van het schoolbestuur enz. de leerlingen in groepsverband begeleiden tijdens de schooluren van en naar school. De verzekering treedt eerst in werking indien een beroep op andere (particuliere) afgesloten verzekeringen faalt. De verzekering dekt niet de aansprakelijkheidsschade aan goederen: Die de verzekeringsnemer of de aansprakelijk gestelde verzekerde toebehoren; Die de verzekeringsnemer of de aansprakelijk gestelde verzekerde of een ander voor hem ten vervoer, in huur, gebruik, bewerking, bewaring of herstelling of uit welke hoofde dan ook onder zich had, met dien verstande dat bij de uitvoering van werkzaamheden bij derden bij schade aan goederen van de contractpartner van de verzekeringsnemer, deze uitsluiting alleen van toepassing is op die goederen, die ter uitvoering van de overeengekomen werkzaamheden worden gebruikt, dan wel in bewerking zijn. Uitgesloten is tevens de aansprakelijkheid voor diefstal, vermissing of verwisseling van kledingstukken, geld, geldswaardige papieren, lijfsieraden, kleinoden, horloges en leermiddelen. Daarnaast heeft onze school een collectieve scholierenongevallenverzekering afgesloten. Deze verzekering betreft een dekking van het ongevalrisico tijdens het reizen naar en van school, tijdens het verblijf op school en tijdens alle activiteiten die in schoolverband worden georganiseerd. Deze verzekering verstrekt o.a. uitkeringen in geval van overlijden, blijvende invaliditeit en tandheelkundige en geneeskundige behandeling van de verzekerde in geval van een ongeval. Het is wellicht voor ouders of verzorgers interessant voor hun kinderen een zogenaamde eigendommenverzekering af te sluiten. Informatie hierover kunt u bij de schoolleiding krijgen. Basisschool Anne Frank en/of het bestuur van de Stichting “MosaLira” kunnen niet aansprakelijk worden gesteld voor verlies, diefstal en/of beschadigingen van eigendommen. KLEDINGVOORSCHRIFTEN Er is en wordt de laatste tijd nog steeds veel gepraat en geschreven over kledingvoorschriften in scholen. In 2003 kwam de minister van onderwijs zelfs met een schrijven, namelijk “Leidraad kleding op scholen”. Hiermee rekening houdend hebben we binnen onze school de volgende afspraken gemaakt:
Het dragen van zogenaamde “bad- en strandkleding” is niet toegestaan. Een bekend voorbeeld hiervan is het naveltruitje. In de klas worden geen baseballpetjes, caps en meer van dergelijke hoofddeksels gedragen. Bij gymlessen dragen de leerlingen een T-shirt met korte of lange broek, dus geen turn- en/ of balletpakjes. Uit het oogpunt van veiligheid mogen er geen armbandjes, horloges, oorbelletjes e.d. worden gedragen. Het gebruik van turnschoentjes wordt afgeraden, omdat de zool onvoldoende houvast biedt op de vloer van de hal. In de sporthal zijn sportschoenen met een zwarte zool verboden.
Kledingvoorschriften die met vrijheid van godsdienst te maken hebben. Voor zover het geloofsuitdrukking betreft, respecteren we het dragen van bepaalde kleding als het dragen van een hoofddoekje, mits de hygiëne en veiligheid niet in gevaar komen. Het dragen van een hoofddoekje, kruisje om de hals, sieraden e.d. tijdens het bewegingsonderwijs is dus om veiligheidsredenen niet toegestaan. Verder dienen de leerlingen zo gekleed te zijn dat een goede Schoolgids basisschool Anne Frank
Schooljaar 2015-2016
30
communicatie, m.n. de pedagogische, niet wordt verhinderd. We denken dan aan bepaalde vormen van islamitische kleding op basis van geloofsovertuiging. Kledingvoorschriften die te maken hebben met vrijheid van meningsuiting Het zal bij kinderen tussen 4 en 12 jaar niet gauw voorkomen dat ze met hun kleding laten zien zich te willen identificeren met bepaalde politieke ideeën. We gaan ervan uit dat dit binnen onze schoolmuren niet van toepassing hoeft te zijn. Handhaving kledingvoorschriften Als er problemen zijn bij het naleven van deze kledingvoorschriften zullen we contact opnemen met de ouders en in overleg proberen tot een oplossing te komen. Als het niet lukt een oplossing te vinden, kan een schorsing als maatregel worden gehanteerd. Het spreekt vanzelf dat goed communiceren een veel betere oplossing is. Sociale redzaamheid Een kind zal in voldoende mate sociaal redzaam moeten zijn om in een school te kunnen functioneren. Het moet bovendien de bij zijn of haar leeftijd passende taken kunnen uitvoeren. Zo hoeft een kleuter nog niet te kunnen strikken, maar moet bijvoorbeeld wel zindelijk zijn. Een ongelukje kan gebeuren, maar we merken dat kleuters steeds vaker problemen hebben met het zindelijk zijn. U zult begrijpen dat een leerkracht niet regelmatig een hele groep kinderen alleen kan laten om een kind te verschonen. Als de zindelijkheid een structureel probleem is, dan zal in overleg met ouders/verzorgers afgesproken worden wie er gebeld kan worden om het kind te komen verschonen. In onvoorziene situaties en/of ontbreken van beleid, beslist de directie.
OPVANG TUSSENSCHOOLSE OPVANG (OVERBLIJVEN) Onze school (formeel het bevoegd gezag) stelt leerlingen in de gelegenheid de middagpauze op school door te brengen. De kosten die hieruit voortvloeien zijn voor rekening van de ouders of verzorgers (€ 1 per kind per keer). De kinderen blijven over in het gebouw waarin ze les krijgen en we trachten de groepen niet groter dan 20 leerlingen te maken. De verantwoordelijkheid voor de TSO ligt bij de schoolleiding. De coördinatie wordt uitgevoerd door de overblijfcoördinatrice mw. J. Limpens. Gedurende het overblijven houden vrijwilligers toezicht. Het bevoegd gezag van onze school heeft zowel voor de leerlingen als voor de vrijwilligers een aansprakelijkheidsverzekering afgesloten. Een beschrijving van deze verzekering, die onderdeel is van een minipakketpolis afgesloten bij de Vereniging Besturenorganisaties Katholiek Onderwijs, treft u aan in het zogenaamde HANDBOEK van stichting MosaLira. In school bevindt zich een exemplaar. Als ouder heeft u de keuze uit de volgende betalingsmogelijkheden: per keer € 1,- betalen, via strippenkaart van € 10,- of € 20,- of vooraf contante betaling van het aantal weken tussen twee vakanties/het hele schooljaar. De laatste optie is alleen mogelijk, indien uw kind(eren) structureel overblijft/overblijven. BUITENSCHOOLSE OPVANG EN DAGARRANGEMENTEN Sedert 1 augustus 2007 bestaat voor het schoolbestuur de wettelijke verplichting tot het organiseren van een voorziening voor buitenschoolse opvang. Buitenschoolse opvang (BSO) is bedoeld om kinderen voor en na schooltijd en in de schoolvakanties (m.u.v. wettelijk erkende feestdagen) op te vangen. BSO is een gezamenlijke aangelegenheid van het schoolbestuur (stichting MosaLira) en de ouders. Binnen de stad Maastricht is door de gezamenlijke schoolbesturen besloten de buitenschoolse opvang uit te besteden aan erkende kinderopvangorganisaties. Voor onze school betekent dit dat er een samenwerkingsovereenkomst is gesloten met stichting MIK (Meerwaarde In ‘n Kinderleven). Op deze manier voldoet het schoolbestuur aan haar zorgplicht; de verantwoordelijkheid voor de uitvoering van de opvang ligt bij de opvangorganisatie zelf. Alle zaken Schoolgids basisschool Anne Frank
Schooljaar 2015-2016
31
rondom kwaliteit, personeel en huisvesting zijn dus een verantwoordelijkheid van de kinderopvangorganisatie. Ouders dienen zelf een overeenkomst met de eerder genoemde organisatie af te sluiten. Vanzelfsprekend staat het u als ouder vrij om voor een andere aanbieder van kinderopvang te kiezen. Voor adresgegevens van kinderopvangorganisaties in Maastricht verwijzen we u naar het register kinderopvang. Dit kunt u vinden op de website van de gemeente Maastricht: www.maastricht.nl (ga naar: kinderopvang en peuterspeelzalen, register kinderopvang). Met dag-arrangementen wordt een doorlopend en goed op elkaar aansluitend aanbod van onderwijs, opvang, welzijn en mogelijke activiteiten tussen 7.30 uur en 18.30 uur bedoeld. Doel van deze dagarrangementen is om de voor-, tussen- en naschoolse opvang beter op elkaar te laten aansluiten met name om werkende ouders met kind(eren) ondersteuning te bieden bij het combineren van zorg en werk. De mogelijkheden van dag-arrangementen zullen in de naaste toekomst ook voor onze school verder uitgewerkt en ingevuld worden. Kinderopvang is mogelijk goedkoper dan u denkt: werkende ouders hebben immers in bijna alle gevallen recht op een kinderopvangtoeslag. Ook indien u niet werkt, maar aan bepaalde voorwaarden voldoet, heeft u recht op deze toeslag. Voor nadere informatie over de kinderopvangtoeslag verwijzen we u naar de website van de belastingdienst: www.belastingdienst.nl (ga naar: privé; toeslagen; informatie over toeslagen; kinderopvangtoeslag). NASCHOOLSE ACTIVITEITEN STICHTING KIX De na- en buitenschoolse activiteiten vormen een onderdeel van het aanbod in het kader van dagarrangementen binnen ons kindcentrum/onze school. Deze naschoolse activiteiten worden sinds schooljaar 2013-2014 in Maastricht centraal gecoördineerd door Stichting KIX. Samen willen we er voor zorgen dat alle kinderen van 2-13 jaar in Maastricht via de naschoolse activiteiten kunnen kennismaken met allerlei leuke en uitdagende activiteiten op het gebied van sport, spel, cultuur, creatieve vormgeving, natuur, techniek, theater, dans en muziek. De aangeboden activiteiten vinden plaats in of nabij ons kindcentrum. Voor meer informatie en inschrijving voor de naschoolse activiteiten van ons kindcentrum/onze school kunt u terecht op de website www.kix-maastricht.nl Via nieuwsbrieven houden wij u en de kinderen steeds op de hoogte op welke activiteiten en in welke periode kan worden ingeschreven. De keuze van activiteiten wordt in nauw overleg tussen KIX en de kindcentrumpartners bepaald: dus een aanbod op maat en gestuurd door de vraag!
KLACHTEN KLACHTENREGELING Door de klachtenregeling, die door de overheid verplicht is gesteld, krijgen ouders en leerlingen wettige mogelijkheden hun klachten aan de orde te stellen. Onze school wil stimuleren, dat ouders en leerlingen een passend gebruik maken van deze nieuwe wetgeving, omdat klachten door team en directie beschouwd worden als een hulpmiddel, een handreiking om een veilig schoolklimaat te behouden. Veiligheid op school in de praktijk van alle dag is voor kinderen, ouders en personeel van groot belang. Klachten kunnen gaan over bijvoorbeeld onderwijskundige zaken, pedagogisch klimaat, leerkrachten, discriminerend gedrag, geweld, pesten of vermoedens van seksuele intimidatie. Veruit de meeste klachten over de dagelijkse gang van zaken in de school zullen in onderling overleg tussen ouders, leerlingen, personeel en directie op de juiste wijze afgehandeld kunnen worden. Indien dat echter niet mogelijk is, gezien de aard van de klacht of indien de afhandeling niet naar tevredenheid heeft plaatsgevonden, kan men een beroep doen op de klachtenregeling. In het stappenplan is een en
Schoolgids basisschool Anne Frank
Schooljaar 2015-2016
32
ander schematisch weergegeven. Voor het Reglement Klachtencommissie voor het Katholiek Onderwijs zie: http://www.geschillencommissiesbijzonderonderwijs.nl/index.php/klachten of www.mosalira.nl. Een exemplaar van dit reglement ligt ter inzage bij de schoolleiding en een exemplaar bij de contactpersonen van de school. Voor de klachtenregeling van MosaLira zie: www.mosalira.nl. Een exemplaar van deze klachtenregeling ligt ter inzage bij de schoolleiding en een exemplaar bij de contactpersonen van de school. Stappenplan klachtenregeling: Stap 1 De klager gaat met zijn klacht zo mogelijk in gesprek met degene tegen wie de klacht gericht is. (de aangeklaagde) De klacht is afgehandeld indien de klager tevreden is, indien niet: volg stap 2. Stap 2 De klager gaat met zijn klacht zo mogelijk in gesprek met de schoolleiding. De klacht is afgehandeld indien de klager tevreden is. Indien niet, dan attendeert de schoolleiding de klager op de interne contactpersoon die de klager de weg wijst in de mogelijke klachtroutes. Stap 3 De klager kan, via de schoolleiding of de interne contactpersoon, een externe (bemiddelende) vertrouwenspersoon (laten) inschakelen om te bemiddelen tussen klager en aangeklaagde. De klacht is afgehandeld indien de klager tevreden is, indien niet: volg stap 4. Stap 4 De klager kan, al dan niet bijgestaan door een andere externe vertrouwenspersoon, (deze vertrouwenspersoon is niet dezelfde persoon als de bemiddelend vertrouwenspersoon waarnaar verwezen wordt in stap 3.) een klacht indienen bij het bestuur. Het bestuur neemt de klacht in behandeling. De klacht is afgehandeld indien de klager tevreden is, indien niet: volg stap 5. Stap 5 De klager kan, al dan niet bijgestaan door een vertrouwenspersoon, een klacht indienen bij de landelijke klachtencommissie. Deze onafhankelijke klachtencommissie onderzoekt de klacht en adviseert het bevoegd gezag hierover. De klachtencommissie geeft advies over: a. de (niet-) ontvankelijkheid van klacht; b. de (on-) gegrondheid van de klacht; c. het nemen van maatregelen; d. overige door het bevoegd gezag te nemen besluiten. Het indienen van een klacht bij de landelijke klachtencommissie moet binnen een jaar, gerekend vanaf de dag na die waarop de feiten waarop de klacht betrekking heeft moet hebben plaatsgevonden, dan wel vanaf de dag waarop de klager daarvan heeft kennis genomen. Binnen 4 weken na ontvangst van het advies van de klachtencommissie zal het bevoegd gezag het besluit hierop kenbaar maken aan: a. de klager, b. de aangeklaagde, c. klachtencommissie, d. directie school, e. onderwijsinspectie Externe vertrouwenspersoon Voor het inschakelen van de externe vertrouwenspersoon kan contact worden opgenomen met: MosaLira stichting voor leren, onderwijs en opvoeding Bestuursondersteuner MosaLira, mevr. A. Lemmens tel. 043-35 40 133 /
[email protected] Adres College van Bestuur MosaLira MosaLira stichting voor leren, onderwijs en opvoeding Voorzitter College van Bestuur, dhr. T. van Mulken Pastoor Habetsstraat 40a, 6217 KM Maastricht Tel. 043- 35 40 133 www.mosalira.nl /
[email protected] Adres landelijke klachtencommissie: Klachtencommissie voor het Katholiek Onderwijs Ambtelijk secretaris dhr. Mr. H.N. Nentjes Postbus 82324 2508 EH DEN HAAG Tel. 070-3 86 16 97 / Fax. 070-302 08 36 www.geschillencommissiesbijzonderonderwijs.nl
[email protected]
Schoolgids basisschool Anne Frank
Schooljaar 2015-2016
33
CONTACTPERSOON Contactpersonen zijn personeelsleden van de school; zij praten over, horen van en zien onveilige situaties. De contactpersoon is voor iedereen die betrokken is bij de school aanspreekpunt met betrekking tot klachten over de schoolsituatie, bijvoorbeeld over pedagogisch klimaat, begeleiding van leerlingen, toepassing van een strafmaatregel, (cyber)pesten, intimidatie, roddels, discriminatie, agressie, een medewerker die zijn handen niet thuis kan houden, enzovoorts. Bij de behandeling van een klacht zet de contactpersoon de procedure in werking. De contactpersoon controleert en bewaakt of een klacht volgens de procedure juist wordt behandeld, maar bemiddelt niet tussen klager en aangeklaagde. Voor de procedure, zie stappenplan in de klachtenregeling van MosaLira. De contactpersoon van onze school is: Vera Mulkens (leerkracht groep 7)
SCHOOLBESTUUR STICHTING MOSALIRA MosaLira stichting voor leren, onderwijs en opvoeding is opgericht in 2003 en gevestigd te Maastricht. MosaLira is het bevoegd gezag van 17 scholen voor basisonderwijs, twee scholen voor speciaal basisonderwijs, drie voorzieningen voor speciaal onderwijs en United World College Maastricht (Primary). Op onze scholen werken circa 740 personeelsleden voor ruim 5.400 leerlingen. Het marktaandeel van MosaLira binnen het basisonderwijs in Maastricht is bijna 67%. De stichting heeft zonder winstoogmerk ten doel het geven van basisonderwijs, speciaal basisonderwijs, speciaal onderwijs en voortgezet speciaal onderwijs van één of meer richtingen en openbaar onderwijs in afzonderlijke scholen voor bijzonder onderscheidenlijk openbaar onderwijs in Maastricht en omgeving. Daarnaast heeft MosaLira tevens ten doel het verzorgen van kinderopvang-, peuterspeelzaal- en overige pedagogische begeleidingsactiviteiten. Missie MosaLira biedt een veilige uitdagende leeromgeving waarin kinderen zich ontwikkelen tot verantwoordelijke en succesvolle medeburgers. Ouders zijn partners bij het onderwijs. Persoonlijke talenten, respect voor elkaar en een duurzame samenleving zijn voor MosaLira leidend. Hoofddoelstelling MosaLira streeft naar het behalen van maximale leeropbrengst voor ieder kind, waarbij in een waarde gerichte benadering de vorming en het welbevinden van het gehele kind centraal staat. MosaLira denkt dat haar hoofddoelstelling het meest effectief gerealiseerd kan worden door te werken aan de hieronder genoemde drie strategische doelstellingen. Visie MosaLira heeft in haar toekomstvisie richting 2025 samen met het directeurenberaad en de GMR de onderstaande richtinggevende uitgangspunten geformuleerd. Deze punten vormen de stip op de horizon waar naartoe gewerkt wordt. De talentontwikkeling van kinderen wordt zoveel als mogelijk vormgegeven in een inclusieve setting, waarbij alle beschikbare expertise en middelen worden ingezet om kinderen passend en thuisnabij bij hun onderwijs- en ondersteuningsbehoefte te kunnen bedienen. Intensieve en professionele samenwerking op alle niveaus intern en extern is noodzakelijk om de ambities en doelstellingen te realiseren. Het professionaliseringsbeleid is gericht op de continue ontwikkeling en kwaliteitsverbetering van zowel de organisatie als ook individuele personeelsleden. Het personeelsbeleid, onder andere mobiliteit en scholing, is gericht op een evenwichtige verdeling op basis van leeftijd, expertise en duurzame inzetbaarheid. De omvang en organisatie van scholen en de stichting zijn passend bij een effectieve en efficiënte inzet van middelen en de realisatie van de gestelde doelen en maatschappelijke opdracht.
Schoolgids basisschool Anne Frank
Schooljaar 2015-2016
34
Identiteit Het onderwijs binnen alle MosaLira scholen wordt gegeven met aandacht voor de godsdienstige, levensbeschouwelijke en maatschappelijke waarden zoals die leven in de Nederlandse samenleving en met onderkenning van de betekenis van de verscheidenheid van die waarden. Hierbij wordt geen onderscheid gemaakt tussen katholieke, protestants-christelijke, interconfessionele, algemeen bijzondere of openbare scholen. MosaLira is een waarden gestuurde stichting. De sturende waarden van de stichting en haar scholen geven richting aan het denken, voelen en handelen van alle betrokkenen, aan de wijze van besturen, aan de inhouden en de vormen van leren, onderwijs en opvoeding en aan de relatie met de ouders en andere opvoedingspartners en de samenleving. Het College van Bestuur van MosaLira heeft een commissie ‘Onderwijs en Identiteit’ in het leven geroepen die gevraagd en ongevraagd adviseert met betrekking tot levensbeschouwelijke zaken en die de levensbeschouwelijke oriëntatie van het onderwijs op alle scholen van MosaLira stimuleert, versterkt, begeleidt en ondersteunt. De commissie voert haar taak uit vanuit de aanname dat de levensbeschouwelijke oriëntatie van de stichting en haar scholen de basis en de toetssteen vormt voor een waarden gestuurde ontwikkeling. Alle scholen van MosaLira formuleren de voor hen sturende waarden en beschrijven die in hun schoolondernemingsplannen en schoolgidsen. Ze geven daarbij aan op welke wijze zij zich verhouden tot hun levensbeschouwelijke grondslag, het wat en hoe van hun onderwijs en opvoeding, het wat en hoe van hun levensbeschouwelijke educatie en hoe zij de relatie vormgeven met ouders, andere opvoedingspartners, kerkgenootschappen en de samenleving. Dit geheel geeft een eigen kleur aan elke school, het bepaalt wie de school wil zijn, het geeft haar een eigen gezicht, het bepaalt haar identiteit. Voor onze school zijn de volgende waarden sturend in haar pedagogische en educatieve omgang met kinderen en ouders en in de omgang met de samenleving : Persoonlijke ontwikkeling Respect voor elkaar Welbevinden Duurzaamheid Wat deze keuze concreet betekent beschrijven wij in paragraaf Visie en missie Bestuur De stichting kent 2 organen: Het College van Bestuur en de Raad van Toezicht Het College van Bestuur Het College van Bestuur is belast met het besturen van de stichting en komt alle taken en bevoegdheden toe die wettelijk het bestuur van de stichting toekomen, met uitzondering van de taken en bevoegdheden die in de statuten en de wet expliciet aan de Raad van Toezicht zijn toegekend. Het College van Bestuur is verantwoordelijk voor de eenheid van het totale beleid en schept op bestuursniveau waarborgen ter bescherming van en bevordering van de denominatieve identiteit respectievelijk het openbaar karakter van de stichting en van de onderscheiden onder zijn beheer staande scholen en overige voorzieningen. Het College van Bestuur heeft zijn werkzaamheden vastgelegd in het bestuursstatuut. Het College van Bestuur bestaat uit de volgende personen: Voorzitter: Dhr. T. van Mulken Lid: Dhr. D. Huntjens De Raad van Toezicht De Raad van Toezicht houdt toezicht op de verwezenlijking van de doelstelling van de stichting, de algemene gang van zaken binnen de stichting alsmede het functioneren van het College van Bestuur. De Raad van Toezicht heeft de taken en bevoegdheden van de Raad van Toezicht vastgelegd in het bestuursstatuut.
Schoolgids basisschool Anne Frank
Schooljaar 2015-2016
35
De Raad van Toezicht bestaat uit de volgende personen: Voorzitter Dhr. F. Groutars Lid Dhr. H. Manders Lid Dhr. R. Wedler Lid Mevr. M. Depondt Lid Mevr. A. Boeijen Directeurenberaad De directeuren van de scholen ressorterend onder de stichting vormen tezamen het directeurenberaad. Dit is een overlegorgaan met een adviserende functie. De volgende scholen ressorteren onder het bevoegd gezag van MosaLira: Bs. St. Aloysius, Bs. Amby, Bs. Anne Frank, Bs. de Vlinderboom, UWC Primary , Bs. John F. Kennedy, Bs. De Lètterdoes, Bs. Manjefiek, Bs. Het Mozaïek, Bs. De Maasköpkes, Bs. Montessori Binnenstad, Bs. St. Oda, Bs. Petrus en Paulus, Bs. St. Pieter, Bs. de Schans, Bs. Scharn, Bs. ’t Spoor, Bs. Wyck, SBO De Opstap, SBO de Sprong, ZMLK Jan Baptist SO en VSO, Don Bosco SO en VSO diplomastroom, IvOO SO, VSO diplomastroom, VSO AD, JRK. Adresgegevens MosaLira MosaLira stichting voor leren, onderwijs en opvoeding Pastoor Habetsstraat 40a, 6217 KM Maastricht Tel. : 043-35 40 133 e-mail:
[email protected] website: www.mosalira.nl WAARDEN GESTUURD ONDERWIJS Onze school is van oorsprong een Katholieke school met, heden ten dage, een open karakter. Niet elk gezin en dus ook niet elk kind is Katholiek of lid van een kerkgenootschap. Bij het aannemen van leerlingen gaan wij ervan uit, dat ieders opvatting op dit punt gerespecteerd wordt. Dat betekent dat ook anders of niet gelovige leerlingen passen in het beeld van de identiteit zoals wij die vorm trachten te geven: door de samenstelling van onze schoolpopulatie bieden wij de leerlingen op onze school de mogelijkheid in een multiculturele samenleving op te groeien en te leren samenwerken met respect voor elkanders opvattingen. Deze identiteit heeft haar invloed op de dagelijkse gang van zaken. Zij krijgt gestalte in de wijze waarop leerkrachten en kinderen met elkaar omgaan. Dit betekent dat: We recht proberen te doen aan ieder kind; We een veilig klimaat creëren en elke vorm van discriminatie of pestgedrag afwijzen; We elkaar leren dat ieder mens gelijkwaardig is; We leren om verantwoordelijkheid te dragen voor elkaar en elkaars welzijn; We normen en waarden bijbrengen die gebaseerd zijn op onze Christelijke achtergrond; We leren vanuit een houding van verwondering te kijken naar de wereld om ons heen.
Schoolgids basisschool Anne Frank
Schooljaar 2015-2016
36