Schoolgids Basisschool St. Bernardus Schooljaar 2015 – 2016 Loo 109 5571 KP Bergeijk Tel.: 0497 – 571235
[email protected] www.stbernardus.nl
Voorwoord
We hopen dat we weer volledig zijn, maar weten ook dat er gedurende het jaar altijd nog veranderingen kunnen komen. Deze zaken worden dan via het “Loo-pend Vuurtje”, ons 2wekelijks informatieblaadje, doorgegeven.
Voor u ligt de schoolgids van Basisschool St. Bernardus in Bergeijk. In deze schoolgids laten we zien waar we voor staan, op welke manier we kinderen willen laten leren, hoe de sfeer op onze school is, hoe we willen samenwerken en op welke manier we ons onderwijs en de zorg voor de kinderen georganiseerd hebben. Zo weet u als ouder(s)/verzorger(s) wat u van onze school mag verwachten. Daarnaast maakt het voor u ook duidelijk wat wij van u als ouder(s)/ verzorger(s) verwachten in het kader van een goede samenwerking met elkaar. De inhoud van deze schoolgids is tot stand gekomen in samenwerking met het team en de Schoolraad/ Medezeggenschapsraad van de St. Bernardusschool.
Deze schoolgids wordt elk jaar, daar waar nodig, aangepast en geplaatst op onze website. Mocht u een papieren versie willen ontvangen, vraagt u dit aan bij de directie. Heeft u suggesties of opmerkingen aangaande deze schoolgids of heeft u nog vragen?
We vinden het fijn als u dan contact opneemt met de groepsleerkracht of directie voor het maken van een afspraak.
In november 2011 heeft er een directiewissel plaatsgevonden op Basisschool St. Bernardus. In het kader van de hervorming van het directielandschap binnen SKOzoK zijn in de aansturing van de scholen, clusters gevormd van basisscholen. Het cluster van Basisschool St. Bernardus en Basisschool Beisterveld in Bergeijk heeft sinds november 2011 een meerscholendirecteur in de persoon van de heer F. de Lau. Ook de samenstelling van het team heeft een aantal veranderingen doorgemaakt. Naast een aantal nieuwe collega’s die we op onze school zelf mochten verwelkomen, gaan we ook samen verder met onze collega’s van Bs. Beisterveld. Intussen heeft onze deelname in de samenwerking van de basisscholen in de regio Bergeijk, vaste vorm gekregen. We nemen deel aan gezamenlijke studiedagen en werkmomenten waarin onderwerpen m.b.t. onderwijsinhoudelijke ontwikkelingen aan de orde komen. Al met al veel nieuwe gezichten en veranderingen in een kort tijdsbestek waaraan we even moeten wennen maar zeker ook ons voordeel willen gaan doen.
Op 17 juni 2014 heeft de MR van Bs. St. Bernardus instemming gegeven met betrekking tot de inhoud van deze schoolgids. Wij wensen u veel leesplezier en een fijn, leerzaam en gezond schooljaar toe. Directie en team Basisschool St. Bernardus
Per 1 augustus 2014 de nieuwe Wet Passend Onderwijs van start Het is de bedoeling dat Passend Onderwijs de samenwerking tussen regulier en speciaal onderwijs gemakkelijker maakt. Scholen en samenwerkingsverbanden hebben namelijk meer mogelijkheden om hun eigen keuzes te maken. Hierdoor kunnen scholen meer maatwerk bieden voor leerlingen die ondersteuning nodig hebben. Door de invoering van de nieuwe wet verandert er met name veel áchter de schermen: nieuwe samenwerkingspartners, andere procedures en herverdeling van budgetten. Na een intensieve voorbereidingsperiode zijn de grote lijnen helder en de komende jaren zullen we samen verder groeien naar Passend Onderwijs. In deze gids vindt u allerlei schoolinformatie. Elk jaar wordt deze opnieuw vastgesteld en worden eventuele wijzigingen aan de ouders doorgegeven. Een groot deel in deze schoolgids geldt voor een periode van 4 jaren. Bijlage in kleur. Belangrijke gegevens m.b.t. het lopende schooljaar vindt u in de gekleurde bijlage van deze gids. U kunt hier vinden: Namen van teamleden, oudervereniging leden, MR leden en overblijfouders. Verder de vakanties en vrije dagen en alles wat met schooltijden te maken heeft. Ook zaken m.b.t. de organisatie, ontwikkelingen en opbrengsten van de school worden hierin beschreven
1
Inhoudsopgave 1. 1.1 1.2 1.3 1.4
De school Bernardusschool Schoolleiding Schoolbestuur Medezeggenschap op school
2. 2.1
De ouders De ouderraad, klassenouders, activiteiten, ouderhulp, verkeersbrigadiers, ouderbijdrage, vergaderingen OR Informatievoorziening Overblijven Klachtenregeling Inspectie Schoolverzekering Sponsoring
2.2 2.3 2.4 2.5 2.6 2.7
3. 3.1 3.2 3.3 3.4
Het team De verdeling van de formatie over de groepen Vervanging Stagiaires Onderwijsondersteunend personeel
Blz. 3 3 3 3
6. 6.1 6.2 6.2.1 6.2.2 6.3 6.3.1
4
6.4 6.5 6.6 6.7 6.8
5 5 6 7 7 8
6.9 6.10 6.11 6.12 6.13
8 8 8 9
7. 7.1
4. 4.1.1 4.1.2 4.2 4.3 4.4 4.5 4.6 4.7 4.8 4.9 4.10 4.11 4.12 4.13
5. 5.1 5.1.1 5.1.2
5.1.3 5.1.4 5.1.5 5.1.6 5.1.7 5.1.8 5.2 5.3
7.2 7.3.1 7.3.2 7.3.3
De organisatie van het onderwijs De schooltijden 9 Gymnastiektijden 9 Vakanties en vrije dagen 9 Leerplicht 9 Verlof 9 Ziekmelding en bezoek dokter 10 Deelname van leerlingen 10 aan onderwijsactiviteiten Aanmelding van nieuwe leerlingen 10 Kennismaking en instroom 10 van nieuwe leerlingen Wet Passend Onderwijs 10 - 11 Uitstroom van leerlingen 12 Schorsing en verwijdering 12 Schoolregels 12 Het weten waard 12 - 13
Waar onze school voor staat Kenmerken van onze school Missie en visie van SKOzoK Een veilige sfeer voor iedereen Aandacht voor waarden en normen en sociaal emotionele ontwikkeling Een open en heldere communicatie met alle geledingen Een uitdagende leeromgeving Creëren Afstemming van ons onderwijs Het optimaal benutten van elkaars sterke kanten De balans zoeken tussen sturend en zelfontdekkend onderwijs Een goede kwaliteitsbewaking De katholieke identiteit van de school De contacten met de ouders
7.4 7.5 7.6 7.7 7.8 7.9 7.10
De inhoud van het onderwijs kleuteronderwijs Taalonderwijs Aanvankelijk Taal- en leesonderwijs Taal Leesonderwijs Begrijpend lezen en voortgezet technisch lezen Rekenonderwijs Engels Wereldoriëntatie Verkeer Godsdienst en Geestelijke stromingen Sociaal Emotionele Ontwikkeling Expressie en lichamelijke opvoeding Werkvormen die we bij ons onderwijs hanteren. ICT Activiteiten die ons onderwijs nog meer inhoud geven Festiviteiten / Excursies / Projecten Het volgen van de ontwikkeling – OND kinderen Organisatie van zorg voor leerlingen Passend onderwijs-HGW-afstemming Visie op zorg Cirkel van Handelingsgericht werken Begeleiding, onderzoek en advies door externe instanties Onderwijs aan zieke leerlingen Rapportage aan ouders Informatie voorziening gescheiden ouders De overgang naar het voortgezet onderwijs De resultaten van de CITO eindtoets Uitstroom van leerlingen Externe contacten:
14
16 16 16 16 - 17 17 17 17 18 18 18 18 18 18 19 19 19
20 20 20 20 21 21 21 22 22 22 - 23 23 23 23 - 25
GGD (Gemeenschappelijke GezondheidsDienst) CJG (Centrum voor Jeugd en Gezin) Bureau Jeugdzorg SMW (Sociaal Maatschappelijk Werk) Buitenschoolse opvang
14 14 8. 14 14 14 14 - 15 15 15 15 15
2
Gekleurde bladzijden Bijlage met wisselende gegevens.
Bijlage
1 De school
Het adres: Besturenbureau Kempenland Pastoor Janssenplein 21 5504 BS Veldhoven tel. 040-2531201
1.1 De Bernardusschool.
1.4 Medezeggenschap op school De medezeggenschap wordt via de Medezeggenschapsraad (MR) vormgegeven. De MR heeft als taak de belangen van team en ouders te behartigen. Daarnaast werkt de MR mee aan het bepalen van het beleid op school en zorgt voor overleg met de directie. De medezeggenschap is vastgelegd in de Wet Medezeggenschap Scholen (W.M.S.) Deze wet geeft een aantal bevoegdheden met betrekking tot beleidsvoornemens van de directie en/of het bestuur van de school. Het gaat hierbij om:
De school is gehuisvest in een “oud”, maar karakteristiek gebouw. De eerste steen werd in 1951 gelegd door Pastoor Steenbakkers. In 1975 en 1985 is de school uitgebreid en verbouwd. Het gebouw bestaat deels uit twee bouwlagen met daarin 6 lokalen, 2 noodlokalen en een speelzaal voor de groepen 1 en 2. Verder een multifunctioneel lokaal voor overblijven, handvaardigheid en computers. Wij zijn een Rooms Katholieke school. Wij vallen daardoor onder het bijzonder onderwijs. Door voor onze school te kiezen onderschrijft u dat u onze levensvisie respecteert en waardeert. Wij staan open voor anders denkenden.
A. Instemmingsrecht Bepaalde zaken kunnen zonder instemming van de MR niet uitgevoerd worden. Hierbij kunt u denken aan: Verandering van de onderwijskundige doelstellingen van de school. Vaststelling of wijziging van het schoolplan en het schoolreglement. Fusie of overdracht van de school.
1.2 Schoolleiding De dagelijkse leiding van de school ligt in handen van de directeur, de heer Frans de Lau. Hij wordt hierin ondersteunt door de heer Jan van Nunen.
B. Adviesrecht De M.R. wordt vooraf in de gelegenheid gesteld om advies uit te brengen over diverse beleidsvoornemens. Denk hierbij aan: Vaststellen of wijzigen van de hoofdlijnen van het meerjarig financieel beleid. Beëindiging, belangrijke inkrimping of uitbreiding van de werkzaamheden van de school. Aanstelling of ontslag van de schoolleiding.
Het adres: Basisschool St. Bernardus Loo 109 5571 KP Bergeijk Tel: 0497 - 571235 E-mail:
[email protected] of
[email protected] Website: www.stbernardus.nl
C. Recht van initiatief De M.R. kan zelf voorstellen tot beleidsveranderingen doen. De directie en/of het bestuur dient hierop een beargumenteerde reactie te geven.
1.3 Het Schoolbestuur. Sinds de bestuurlijke schaalvergroting van 1 januari 1997 van schoolbesturen uit Bergeijk, Cranendonck, Leende, Sterksel, Valkenswaard en Waalre, valt onze school onder het overkoepelend bestuur van SKOzoK (Samen Koersen Op Zichtbare Onderwijs Kwaliteit). SKOzoK omvat 31 scholen voor Basisonderwijs en 1 school voor Speciaal Basis Onderwijs die hun krachten hebben gebundeld om de kwaliteit van het onderwijs voor de kinderen in de toekomst te kunnen blijven waarborgen. SKOZOK ontwikkelt gezamenlijk beleid ten aanzien van onderwijs, financiën, personele zaken en beheer en onderhoud van de gebouwen. De beleidsvoorbereidingen uitvoering en de dagelijkse leiding van SKOZOK zijn in handen van het College van Bestuur.
De MR werkt volgens een vast jaarprogramma. In het Loo-pend vuurtje wordt steeds vermeld, wanneer de MR vergadert. De vergaderingen zijn openbaar, de agenda en de notulen van de vergaderingen kunt u opvragen bij de secretaris. Verder houdt de MR via het Loo-pend vuurtje ook iedereen op de hoogte van wat er besproken is in de vergaderingen en de daarop te ondernemen acties. Voor meer informatie kunt u contact opnemen met de secretaris. Daarnaast heeft de MR een controlerende rol ten aanzien van de financiën van de oudervereniging en wordt daartoe jaarlijks de begroting gescreend en heeft de MR ook deze rol binnen de Overblijf Commissie, alwaar zo veel als nodig de veranderingen worden bijgewoond. Alle SKOzoK-scholen hebben een MR, daarnaast is er een zogenaamde gemeenschappelijke medezeggenschapsraad (GMR) die zaken dient te behandelen die voor alle aangesloten scholen van gemeenschappelijk belang zijn. Het bestuur van SKOzoK overlegt met de GMR en de directie van de school heeft de MR als gesprekspartner. De samenstelling van de leden van de MR vindt u in het overzicht zoals dit jaarlijks wordt opgenomen in de jaarkalender.
Het CvB van Skozok wordt gevormd door mevrouw I. Sluiter en de heer C. Segers. Voor informatie: www.skozok.nl
3
2. De ouders School en ouders werken samen, om de juiste zorg aan de kinderen te kunnen geven. De contacten met de ouders vinden wij erg belangrijk want zij zijn degenen die hun kinderen voor een periode van acht jaar aan onze school toevertrouwen. Hun bijdrage aan het zo optimaal mogelijk verzorgen van het onderwijs komt dan ook vanuit een heel speciale invalshoek. Deze bijdrage kan bestaan uit het meepraten en meebeslissen over allerlei schoolzaken in de Medezeggenschapsraad of door het bieden van praktische hulp o.a. middels de Ouderraad. Maar vooral door het, tijdens oudergesprekken, in overleg gaan met de leerkrachten en samen te kijken naar de ontwikkeling van het kind. Door op een open en eerlijke manier, samen te werken aan deze ontwikkeling, krijgt die de beste kansen.
ziekte van leerkrachten. De kosten worden betaald uit de ouderbijdrage. Activiteiten Om u een indruk te geven, volgt hieronder een overzicht van de activiteiten van de OR, die overigens alle plaatsvinden onder verantwoordelijkheid van en in samenwerking c.q. samenspraak met het team.
2.1 De Ouderraad (OR) Onze school heeft een oudervereniging. Alle ouders zijn in principe lid van de oudervereniging.
Hulp bij versieren van het gebouw bij diverse feestmomenten Sinterklaas Kerstviering Koninginnedag Verkeersbrigadiers Schoolreis / Schoolkamp Themadag Hulp bij vervoer en uitstapjes Klussen
Ouderhulp Met de hulp van de ouders zijn de leerkrachten in staat om meer en ook beter georganiseerde activiteiten voor en met de kinderen uit te voeren. Daarnaast is ouderhulp belangrijk voor de kinderen omdat zij op die manier ook de betrokkenheid van hun ouders bij de school kunnen ervaren. Via de intekenlijst kan elke ouder zich bij het begin van het schooljaar opgeven voor:
Doelstellingen en bevoegdheden De oudervereniging wil: De samenwerking en verstandhouding tussen ouders en school bevorderen. Het organiseren van ouderhulp bij diverse activiteiten zowel in als buiten de klas. Samen met leerkrachten organiseren van activiteiten die bijdragen tot de goede gang van zaken in het onderwijs en het welzijn van de leerlingen.
Samenstelling en verkiezingen De Ouderraad bestaat uit: voorzitter, secretaris, penningmeester, een vertegenwoordiger in de overblijfcommissie en algemene bestuursleden. Het bestuur van de oudervereniging wordt samengesteld uit ouders van leerlingen, aangevuld met 1 teamlid. Bestuursleden worden gekozen voor een periode van 3 jaar. Deze verkiezing vindt plaats op de algemene ledenvergadering aan het begin van het nieuwe schooljaar. Veranderingen in de samenstelling van het bestuur tijdens deze jaarvergadering kunt u lezen in het Loo-pend vuurtje.
Hulp in de klas. Hulp bij buitenschoolse activiteiten. Hulp en organisatie en voorbereiding van de diverse activiteiten.
De klassenafgevaardigden zorgen op verzoek van de leerkrachten voor een goede verdeling van de hulp van de ouders over de diverse activiteiten. De inzet en medewerking van de ouders op onze school is erg groot. Daar zijn wij heel erg blij mee en daar zijn wij ook erg trots op! De oudervereniging doet verslag van al haar activiteiten in de jaarvergadering. Voor verdere informatie hierover kunt u terecht bij de secretaris.
De klassenouders Elke groep heeft een klassenouder. Een overzicht hiervan vindt u jaarlijks in de gekleurde bijlage.
Verkeersbrigadiers Een belangrijke activiteit van onze oudervereniging is de organisatie van de verkeersbrigadiers. De hulp van de ouders bij het oversteken is voor onze kinderen onmisbaar.
De taak van deze klassenouder bestaat uit de volgende punten: Aanspreekpunt voor de leerkracht naar de ouders toe inzake het inschakelen van hulpouders voor klassenactiviteiten als lezen, knutselen, vervoer etc. Er voor zorgen dat de communicatie naar de leerkracht open blijft. Wanneer hij of zij signalen ontvangt vanuit de ouders betreffende schoolzaken, adviseert hij of zij om zo snel mogelijk zelf contact op te nemen met de desbetreffende leerkracht. De klassenouder kan, wanneer er zaken spelen die de hele groep betreffen of raken, ook zelf contact opnemen met de leerkracht om zodoende de communicatie tussen ouders en leerkracht optimaal te houden. Daarnaast zorgt de klassenouder voor een attentie namens de ouders bij verjaardagen en langdurige
Daarom zijn we blij dat we reeds een aantal jaren kunnen beschikken over een groep goed functionerende
4
Ouderavonden: Informatieavond voor elke groep bij het begin van het schooljaar. Oudergesprekken.
verkeersbrigadiers. Graag rekenen wij m.b.t. de volgende punten ook op uw medewerking: 1.
2.
Ouders die hun kinderen met de auto naar school brengen worden vriendelijk verzocht de auto te parkeren in de Fr. Rombouts-straat, dus aan overzijde van de school. Let op dat u niet voor de uitrit van woonhuizen parkeert. Voor de ouders uit de Hei is er achter de school parkeergelegenheid.
Overig: Bij inschrijven van nieuwe leerlingen Kijken in de kleutergroepen: op afspraak Schriftelijke rapportage, drie maal per jaar, door middel van rapporten en overzichten van het LOVS
Verder willen we er op wijzen dat het niet de bedoeling is dat kinderen "helpen" bij het brigadieren (het open en dicht doen van de slagbomen). Alle kinderen blijven tijdens het brigadieren op de speelplaats. Dit is in het belang van de veiligheid voor iedereen.
Ouderbijdrage Om alle activiteiten te kunnen realiseren vraagt de Ouderraad elk jaar, na toelating van het kind op school, een vrijwillige ouderbijdrage per kind. Dit noemen wij de ouderbijdrage. De hoogte van de ouderbijdrage wordt tijdens de jaarvergadering vastgesteld. Momenteel is deze bijdrage: €. 12,50 per leerling. Deze bijdrage hoeft pas na de jaarvergadering overgemaakt te worden. Bericht hierover komt t.z.t. in het Loo-pend vuurtje. Het bankrekeningnummer van oudervereniging 't Loo is: 10.64.05.640. Naast de vrijwillige ouderbijdrage wordt ook een bijdrage gevraagd voor het schoolreisje voor de kinderen van groep 4 t/m 8. De hoogte van dit bedrag wordt ook jaarlijks vastgesteld. De ouderraad heeft o.a. tot taak om toe te zien op een juiste besteding en verantwoording van dit bedrag.
2.3 Overblijven Tijdens de middagpauze kunnen de kinderen overblijven. In de handenarbeidruimte wordt gezamenlijk gegeten. Er wordt thee, melk, yoghurtdrank en chocolademelk geschonken. Brood en een stukje fruit brengen de kinderen zelf mee. De tussenschoolse opvang is een vast onderdeel van de schoolorganisatie. Onze school voldoet aan de basisvoorwaarden waaraan de tussenschoolse opvang op de SKOzoK-scholen moeten voldoen. Er is een overblijfcommissie, deze bestaat uit een afgevaardigde vanuit de MR./Schoolraad, oudervereniging en directie.
Vergaderingen ouderraad/contacten Om alles in goede banen te leiden vergadert de OR ongeveer 7 maal per schooljaar. Bij deze vergaderingen is ook een afgevaardigde van het team aanwezig. Indien nodig worden tussentijdse vergaderingen ingelast. De vergaderingen van de OR zijn openbaar. De agenda en de notulen zijn op te vragen bij de secretaris.
Voor ouders of verzorgers die geïnteresseerd zijn in de wijze waarop de tussenschoolse opvang is georganiseerd ligt het “Protocol Tussenschoolse opvang Basisschool St. Bernardus” op school ter inzage.
2.2 Informatievoorziening Een goed contact tussen ouders en school is uiteraard erg belangrijk. Om de ouders de mogelijkheid te bieden regelmatig kennis te nemen van wat er op school gebeurt, zijn er de volgende informatiemogelijkheden: Schriftelijke informatie: De schoolgids en de jaarkalender. De website: www.stbernardus.nl Het Loo-pend Vuurtje Tussentijdse informatie en mededelingen: Telefonisch contact, liefst een kwartier voor en na schooltijd. Volgens afspraak met de leerkracht, de kwaliteitsondersteuner (KO) of de directie.
Omdat tussenschoolse opvang een schoolactiviteit is, geldt de afgesloten WA-verzekering ook voor deze opvang.
5
De groepsgrootte: Tussen de 1 en 15 overblijvers: 1 overblijfkracht Tussen de 16 en 25 overblijvers: 2 overblijfkrachten Tussen de 26 en 35 overblijvers: 3 overblijfkrachten Tussen de 36 en 45 overblijvers: 4 overblijfkrachten enz.
Een overblijfcoördinator draagt namens deze commissie zorg voor een goede organisatie van de overblijfregeling. (zie jaarkalender) De procedure t.a.v. aanmelding en betaling TSO. In de gekleurde bladzijden staan de procedures t.a.v. aanmelding en betaling zoals deze voor het lopende schooljaar gelden. Mail-adres:
[email protected]
Ziekmeldingen lopen via school
Vaste dagen Deze staan 40 weken vast voor de maandagdinsdag-donderdag. Kan 8x per jaar gewisseld worden. Bij wissel meteen de nieuwe datum doorgeven. Feestdagen die vallen op de vaste overblijfdagen kunnen gewisseld worden doorgeven via de mail (datum van wissel) Bij langdurige ziekte doorgeven via de mail. (langer dan 3 overblijfdagen)
De regels betreffende de dagelijkse gang van zaken Rust in gangen, niet rennen of schreeuwen. Netjes zijn op spullen: tassen, jassen, spelmateriaal. Wc-gebruik eerst vragen. Respect voor elkaar. Er wordt samen met de kinderen opgeruimd. De overblijfkrachten controleren na afloop of zowel binnen als buiten goed is opgeruimd: tafels schoon, afval weggegooid, stoelen netjes aangeschoven, speelmateriaal opgeborgen. Bij slecht weer kan er binnen worden gespeeld in het overblijflokaal en in de speelzaal Om de veiligheid van de kinderen te waarborgen geldt de gang van zaken van de school betreffende EHBO-spullen, ontruimingsplan en BHV-ers. De overblijfcommissie behoudt zich het recht voor om kinderen om beargumenteerde redenen te weigeren. In het kader van schoolafspraken omtrent gezonde voeding, vragen wij u dringend uw kinderen geen snoep mee te geven voor de lunch. Tijdens het overblijven is het de bedoeling boterhammen, fruit en drinken te nuttigen.
De betaling Alle ouders die gebruik willen maken van de overblijf/ regeling ontvangen aan het begin van het schooljaar een inschrijfformulier. Hierop kan men aangeven of kinderen op een vaste dag of dagen dan wel incidenteel overblijven. Het is het bijvoorbeeld mogelijk om een abonnement te nemen maar ook een rittenkaart behoort tot de mogelijkheden. De betaling geschiedt middels een door u ondertekende automatische machtiging. Formulieren zijn op school verkrijgbaar
Toelichting Overblijfkrachten zorgen ervoor dat de kinderen in een goede sfeer kunnen overblijven. De kinderen van groep 1-2 worden opgehaald en de overige kinderen komen zelf naar de overblijfruimte. De kinderen eten samen en na afloop worden er spelletjes gespeeld of wordt er buiten gespeeld. Overblijfkrachten vullen een presentielijst in. Wanneer er een bijzondere gebeurtenis wordt gesignaleerd, worden de leerkracht en de ouders hiervan op de hoogte gesteld. Ons uitgangspunt is: een veilig en gezellig overblijfuurtje te geven aan de kinderen Het aantal overblijvers geeft recht op het aantal overblijfmedewerkers. Planning is erg belangrijk voor de veiligheid van de kinderen. Graag op tijd doorgeven als een kind overblijft Mochten er zich situaties / gebeurtenissen voor doen: neem dan contact op, dan kunnen wij als team uitleg geven en misverstanden voorkomen. Bij vragen neem dan contact op via mail of telefoon met de coördinator
2.4 Klachtenregeling Omgaan met klachten Interne contactpersonen Overal waar gewerkt wordt zijn wel eens misverstanden of worden fouten gemaakt. Dat is op onze school niet anders. Ouders zijn altijd welkom bij de klassenleerkrachten om dergelijk zaken te bespreken en samen zal dan naar een goede oplossing gezocht worden. Ons streven is dat elke leerkracht u altijd serieus neemt en goed naar u luistert om samen naar de beste oplossing te zoeken. Als dat niet naar wens verloopt, is het mogelijk om met vragen, problemen of klachten over het onderwijs, de aanpak van de kinderen of andere zaken, naar de directeur te stappen. Deze zal proberen zo’n probleem in overleg met de ouders, de groepsleerkracht en eventuele andere betrokkenen zo snel mogelijk op te lossen. Als ouders niet tevreden zijn over de manier waarop een probleem of klacht wordt opgepakt, kunnen ze de zaak bespreken met contactpersonen inzake klachten op onze school. Deze zijn door het bestuur van de school aangesteld om ervoor te zorgen dat klachten van kinderen of ouders altijd serieus worden genomen en op een passende manier worden afgehandeld.
6
2.5 Inspectie Rijksinspectiekantoor Eindhoven Inspectie BaO-04 Zernickestraat 6 Postbus 530 5600 AM Eindhoven Tel. 040 - 2197000 Inspecteur: Dhr. B. de Goei
Onze school heeft 2 contactpersonen waarbij u terecht kunt inzake klachten: Eén lid namens de ouders en één leerkracht. Mevr. M Kemner (ouders) LOO 74 5571 KS Bergeijk Tel. 0497-575105
Mevr. H. Walbers Zandstraat 33 3665 As (België) Tel. 0497- 571235
[email protected]
Vragen over onderwijs 0800 – 8051 ( gratis). Externe vertrouwenspersonen Klachtmelding over seksuele intimidatie, seksueel misbruik, ernstig psychisch of fysiek geweld. Ook voor signalen inzake discriminatie, onverdraagzaamheid, fundamentalisme, radicalisering, extremisme en dergelijke zaken kunt u zich wenden tot:
Elke ouder of elk kind kan een beroep op hen doen als er problemen zijn. Het gesprek wordt vertrouwelijk behandeld en er worden geen stappen gezet zonder uw toestemming. De contactpersoon inzake klachten gaat in overleg met u over wat er moet worden gedaan of wie er moet worden ingeschakeld om tot een goede oplossing te komen. Als dat nodig mocht zijn, wordt een klacht doorverwezen naar de externe vertrouwenspersonen van SKOZOK.
Meldpunt vertrouwensinspecteurs Tel. 0900 – 1113111 ( lokaal tarief) Op werkdagen te bereiken van 08.00-17.00 uur.
Externe vertrouwenspersonen SKOZOK Henk Karsmakers Tel. 06 - 11216536 e-mail:
[email protected]
Inspectie van het onderwijs, E-mail:
[email protected] Internet: www.onderwijsinspectie.nl
Als u met een klacht bij hem komt, zal deze in eerste instantie nagaan of door bemiddeling een oplossing kan worden bereikt. Lukt dat niet, of is de klacht dermate ernstig dat verder gaan noodzakelijk geacht wordt, dan kan de klacht ter behandeling voorgelegd worden aan de door de VBKO (Vereniging Besturen Katholiek Onderwijs) ingestelde algemene klachtencommissie, waarbij ons schoolbestuur aangesloten is.
Als school zijn wij verplicht om signalen van kindermishandeling te melden bij Advies en Meldpunt Kindermishandeling: Advies en meldpunt Kindermishandeling Oost-Brabant, Kasteel Traverse 88, 5701 NR Helmond, tel. 0492-508410, fax 0492-508411 2.6 Schoolverzekering Door de school zijn twee verzekeringen afgesloten waarover zo af en toe vragen komen. Daarom treft u onderstaand een beknopte toelichting op die verzekeringen aan. Het is uiteraard geen juridisch sluitend geheel waaraan rechten kunnen worden ontleend.
Adres Landelijke Klachtencommissie Landelijke Klachtencommissie KBO Postbus 82324, 2508 EH Den Haag. Tel. 070-3925508
Ongevallenverzekering: De school heeft via het besturenbureau een collectieve ongevallenverzekering afgesloten voor alle leerlingen, onderwijzend en niet onderwijzend personeel en hulpkrachten van de school.
Ook is het mogelijk dat u zich rechtstreeks wendt tot de externe vertrouwenspersoon of tot de algemene klachtencommissie. Dat laatste moet altijd schriftelijk gebeuren. Samengevat: 1. 2. 3. 4.
5.
Het betreft een ongevallenverzekering met de zogenaamde schooltijdendekking. Dit houdt in dat alle hierboven genoemde personen voor ongevallen verzekerd zijn tijdens de schooltijden en vanaf het moment van thuis weggaan, tot het moment waarop zij thuis komen, tot een maximum van 15 minuten vóór en ná schooltijd. Tevens vallen alle activiteiten, die door de school georganiseerd worden, zoals sportdagen, schoolreisjes, schoolverlaterdagen etc., onder deze verzekering. Ook ouders die bij deze activiteiten betrokken zijn, zijn dan verzekerd
Altijd eerst overleg met de klassenleerkracht Bij onvoldoende resultaat naar 2. Overleg met de directie Bij onvoldoende resultaat naar 3. Overleg met de contactpersoon inzake klachten Bij onvoldoende resultaat naar 4. Inschakelen van externe vertrouwenspersonen van SKOzoK Bij onvoldoende resultaat naar 5. Indienen van de klacht bij de klachtencommissie KBO.
Klachtenregeling ook te vinden op website SKOzoK. Bij SKozoK is de Klachtenregeling van 30-06-1998 nog steeds van toepassing. De tekst hiervan is op school aanwezig en beschikbaar voor ouder(s), verzorger(s). U kunt deze opvragen bij de directie. U kunt deze klachtenregeling, zonder tussenkomst van school, ook rechtstreeks raadplegen op de website van SKOzoK onder het kopje “ouders”.
7
Aansprakelijkheidsverzekering: Deze verzekering heeft ten doel om schade aan personen of goederen te vergoeden (aan derden), welke ontstaat door een verwijtbaar handelen van bestuur, bestuursleden, leden van de ouderraad en schoolraad/medezeggenschapsraad, onderwijzend en nietonderwijzend personeel en ouder participanten. Er moet als het ware iets zijn gedaan of nagelaten, dat niet door de beugel kan en waardoor schade aan derden is berokkend. Deze verzekering dekt alleen de schade als de eigen aansprakelijkheidsverzekering de schade níet dekt.
Daarnaast zijn er regelmatig overlegsituaties met de KO-er in het kader van de leerlingenzorg, de ICT-er die richting geeft aan het computeronderwijs op school. Als team voelen wij ons heel verantwoordelijk voor de kwaliteit van ons onderwijs en daarom streven wij er steeds naar om onze gezamenlijke en individuele deskundigheid te vergroten. We doen dit o.a. door heel nauw samen te werken; door met elkaar structureel onze bevindingen uit te wisselen en door nascholing te volgen. We werken samen met de SKOzoK scholen in de regio. Naast het lesgeven zijn er nog legio taken die behoren tot het werkgebied van de leerkrachten. We denken hierbij aan het bijwonen van teamvergaderingen, bouwoverleg , groeps- en leerlingbesprekingen, deelname aan Medezeggenschapsraad, oudercontacten, thema- en klassenavonden, projecten, het organiseren van activiteiten en festiviteiten en veelvuldig overleg tussen de leerkrachten onderling.
2.7 Sponsoring Wanneer we als school extra gelden kunnen aanwenden om het onderwijs aan onze kinderen te versterken zullen we dit niet nalaten. Voorwaarde daarbij is wel dat er naar de school of de leerlingen toe geen verplichtingen aan verbonden zijn en dat de sponsor op geen enkele wijze invloed heeft op ons onderwijs. Op die manier voorkomen we dat we in een afhankelijke positie van de sponsor terecht komen. Het aanbieden van producten aan ouders vindt alleen maar plaats binnen het stimuleren van de beoogde ontwikkeling van de kinderen (tijdschriften en boekpromotie). Leuke, goede en leerzame productaanbiedingen worden wel gemeld aan ouders.
3.1 De verdeling van de formatie over de groepen De directie maakt elk jaar een of meerdere voorstellen voor de verdeling van de leerkrachten over de groepen. Deze voorstellen worden vervolgens besproken en vastgesteld in het team en besproken met de MR. Leerkrachten die gebruik maken de Levensloop / BAPOregeling (Bevordering Arbeids Participatie voor Ouderen) hebben recht op een aantal vrije dagen. Deze dagen worden in overleg met de directie gepland. Een andere collega neemt dan de groep over. 3.2 Vervanging Wanneer een leerkracht niet aanwezig is, wordt voor vervanging gezorgd. Het uitgangspunt hierbij is dat het onderwijs aan de kinderen zo optimaal mogelijk doorgang kan vinden. Via een centraal meldpunt (P-centrum) wordt in voorkomende gevallen zo snel mogelijk voor vervanging gezorgd. Mocht dit door omstandigheden niet meteen lukken dan hanteren we het volgende beleid dat op SKOZOK niveau is tot stand is gekomen: In eerste instantie wordt een vervanger gezocht. Indien dit niet lukt worden interne oplossingen gezocht, door b.v. vrijgeroosterde leerkrachten in te zetten, studenten onder toezicht met groepjes kinderen te laten werken, of de groep te verdelen over andere groepen (maximaal voor één dag en alleen als het redelijkerwijs mogelijk is). Kunnen bovengenoemde mogelijkheden geen oplossingen bieden, dan kan de betreffende groep, de tweede dag in het uiterste geval, naar huis worden gestuurd. Voor leerlingen die geen opvang hebben, regelen we opvang binnen de school. Ouders worden in een dergelijke situatie altijd, schriftelijk dan wel per mail, de hoogte gesteld.
3 Het team Op Basisschool St Bernardus werken leerkrachten, verdeeld over de groepen in een full-time of parttime betrekking. Hierdoor is het mogelijk dat meerdere leerkrachten samen de groepsverantwoordelijkheid dragen voor één groep. Daarnaast hebben we soms de mogelijkheid om een leraar in opleiding (LIO-er) te benoemen. Een Lio-er studeert in het betreffende schooljaar af en heeft als onderdeel van de opleiding de taak om een groep zelfstandig te begeleiden. Jaarlijks kan het team ook nog worden uitgebreid met stagiaires van de PABO en het ROC.
3.3 Studenten (Collega’s in Opleiding) Onze basisschool biedt aan studenten van Pedagogische Hogescholen en aan toekomstige onderwijs- en klassenassistenten van het R.O.C. (Regionaal Opleidings Centrum) Eindhoven de gelegenheid om zich in de praktijk verder te ontwikkelen. Het zogeheten ‘werkplekleren’. Doordat de studenten hun theoretische kennis wekelijks in de (onderwijs-) praktijk kunnen brengen, ontwikkelen zij zich het best. Door sámen activiteiten voor te bereiden en onderwijssituaties te bespreken wordt de ervaring van de leerkracht gecombineerd met de vernieuwde kennis van de student. Op die manier zijn zij een waardevolle ondersteuning en aanvulling van de leerkrachten.
Op onze school is ook een Kwaliteitsondersteuner (KO-er) aangesteld. Mevr. Maartje Amptsl coacht en begeleidt leerkrachten die in hun groep leerlingen hebben die extra zorg nodig hebben. De directie ligt in handen van directeur Frans de Lau vanaf 1 november 2011. In zijn taak als meerscholendirecteur wordt hij ondersteunt door Jan van Nunen. Hij heeft regelmatig overlegsituaties zowel intern als extern. Daarom is het verstandig, als u een gesprek wilt dat u dat eerst telefonisch afspreekt. De directie is om die reden dan ook zoveel mogelijk vrij geroosterd van lesgevende taken.
8
4.3 Leerplicht Kinderen worden leerplichtig vanaf de eerste schooldag van de nieuwe maand nadat zij hun vijfde verjaardag hebben gevierd. Vanaf die dag moeten alle lessen en activiteiten, die de school in de genoemde schooltijden organiseert, gevolgd worden.
We hebben op die manier immers meer ideeën en meer handen oftewel ‘leerkracht’, beschikbaar voor de begeleiding van de kinderen. De dagelijkse begeleiding van de student is in handen van de leerkracht in wiens klas de praktijkervaring wordt opgedaan. De Pabo studenten kunnen daarnaast wekelijks een beroep doen op de School Loopbaan Begeleider van Fontys. De directie zal als Interne Coach de begeleiding en ontwikkeling van de studenten nauwlettend in de gaten houden en ondersteunen. Het aantal studenten kan per jaar verschillend zijn.
4.4 Verlof De leerplichtwet geeft in het kader van verlof aan dat als de ouders extra verlof wensen voor hun kind, dit altijd aan de directeur gevraagd dient te worden. Deze dient zich dan wettelijk aan de volgende afspraken te houden: een keer per schooljaar kan ten hoogste tien dagen extra verlof gegeven worden, als de ouders aantoonbaar vanwege hun beroep (bijv. in de agrarische sector of in de horeca), niet in de reguliere vakanties weg kunnen. Deze dagen mogen echter niet vallen in de eerste twee weken van het schooljaar. Als het extra verlof meer dan twee weken betreft, mag de directeur dit niet geven. Dit moet dan gevraagd worden bij de leerplichtambtenaar van de gemeente.
3.4 Onderwijsondersteunend personeel Dit zijn de mensen die in ondersteunende zin belangrijk zijn voor het onderwijs op onze school. Zo kunnen wij een beroep doen op de bovenschoolse ICTer die beschikbaar is voor alle werkzaamheden rondom netwerk- en computerbeheer. Vijf dagen in de week is er een conciërge op school aanwezig die ondersteunende werkzaamheden verricht. Op enkele dagdelen kan de school beschikken over een administratief medewerkster. De schoonmaak wordt verzorgd door twee vaste interieurverzorgsters
• Bij verhuizing binnen de gemeente een dag verlof, buiten de gemeente twee dagen. • Voor het bijwonen van een huwelijk in de familie. Richtlijn: een dag verlof. • Bij een sterfgeval in de familie. Richtlijn: afhankelijk van wat noodzakelijk is. • Bij een huwelijks of ambtsjubileum. Richtlijn: verlof op de dag van het feest. Dat betekent dat geen verlof gegeven kan worden voor: • Een extra vakantie. • Op wintersport gaan buiten de schoolvakantie. • Een dag eerder dan de schoolvakantie naar het vakantieadres vertrekken. • Een lang weekend, waarbij de vrijdag of de maandag vrij gevraagd wordt.
4. Organisatie van het onderwijs
Hoe gaan we om met ongeoorloofd schoolverzuim?
4.1.1 Schooltijden voor de groepen 1 tot en met 8:
• Als blijkt dat ongeoorloofd extra verlof opgenomen is, wordt dit als zodanig genoteerd in onze administratie. De ouders worden hiervan op de hoogte gesteld.
Maandag, dinsdag en donderdag: 08.30 – 12.00 uur en 13.15 - 15.15 uur
• Als dit meerdere malen per jaar voorkomt, meldt de directeur ongeoorloofd verzuim aan de gemeente.
Woensdag en vrijdag: 08.30 uur – 12.30 uur
• Als het ongeoorloofd verzuim plaatsvindt op drie achtereenvolgende schooldagen, dan is de directeur verplicht dit bij de gemeente te melden.
Woensdag- en vrijdagmiddag zijn dus alle kinderen vanaf 12.30 uur vrij. Ook voor de kinderen die gedurende het schooljaar instromen gelden dezelfde schooltijden.
Wij hopen dat ouders begrijpen dat extra verlof geven niet zomaar kan. We hebben ons gewoon aan de regels te houden en het komt het onderwijs niet ten goede als regelmatig kinderen in een groep ontbreken en daardoor uitleg of instructie missen. Daarom is ons dringend verzoek aan de ouders: “Houdt u m.b.t. extra verlof aan de geldende afspraken en plan vakanties in de daarvoor geldende 12 weken schoolvakantie”. Wilt u verlof aanvragen, dan moet u dat schriftelijk doen. Op school liggen aanvraagformulieren. Daarop geeft u de reden van de verlofaanvraag aan. De directeur zal het verlof al dan niet toekennen.
4.1.2 Gymnastiektijden Bij aanvang van het nieuwe schooljaar krijgen de kinderen via de bijlage bericht, op welke dagen de gymlessen voor hun groep gepland zijn. 4.2 Vakanties en vrije dagen Voor de vakantieregeling houden we ons aan de landelijke afspraken m.b.t. de vakantiespreiding. In o.a. de jaarkalender worden deze vakanties aangegeven. Tevens worden bij het begin van het nieuwe schooljaar ook de extra vrije dagen (b.v. studiedagen team) aan u bekend gemaakt.
9
4.8 Kennismaking en instroom van nieuwe leerlingen Kinderen mogen in Nederland naar school vanaf hun vierde verjaardag. Ze moeten naar school, vanaf de eerste schooldag van de nieuwe maand, volgend op hun vijfde verjaardag. Vanaf dat moment is de leerplicht van toepassing. Na aanmelding en inschrijving krijgt u, enkele weken voordat uw kind vier jaar wordt, een uitnodiging van de desbetreffende groepsleerkracht voor een aantal kennismakingsmorgens van uw kind. Deze zijn desgewenst in overleg te regelen. Uw kind mag dan vervolgens definitief naar school komen op de dag na de vierde verjaardag. 4.5 Ziekmelding en bezoek aan de dokter Als een kind vanwege ziekte of bezoek aan de dokter niet naar school kan komen, is het heel belangrijk dat de ouders dit vóór schooltijd aan ons doorgeven. Anders mist de leerkracht het kind en maakt zich ongerust terwijl dit misschien niet nodig is. Wij stellen het op prijs als ouders proberen om afspraken bij dokter of tandarts buiten schooltijd te plannen. Mocht een kind onder schooltijd onverhoopt ziek worden dan bellen we de ouders om het kind op te komen halen als dit nodig mocht zijn. In ons administratiesysteem bestaat de mogelijkheid om ook andere telefoonnummers van grootouders, buren etc. op te geven als tweede telefoonnummer. We sturen kinderen nooit alleen naar huis.
Kinderen die van een andere basisschool overstappen naar de onze (bijvoorbeeld bij een verhuizing) kunnen het gehele schooljaar instromen. In overleg met de ouders en de school waar het kind vandaan komt, wordt afgesproken wanneer het kind komt kennismaken en vanaf welke dag het kind onze school zal gaan bezoeken.
4.6 Deelname van leerlingen aan alle onderwijsactiviteiten De leerlingen van onze school zijn wettelijk verplicht om deel te nemen aan alle voor hen bestemde onderwijsactiviteiten. Op verzoek van de ouders is het mogelijk dat de directeur een leerling vrijstelling verleent voor het volgen van het vak godsdienst. Een dergelijk verzoek dient schriftelijk ingediend te worden bij de directeur van de school. Als de directeur deze vrijstelling verleent, geeft hij tevens aan welke onderwijsactiviteit voor de leerling in plaats komt van die waarvoor vrijstelling wordt verleend.
4.9 Passend onderwijs Met ingang van 1 augustus 2014 gaat Passend Onderwijs van start en houden de huidige samenwerkingsverbanden Weer Samen Naar School op te bestaan. Dit houdt in dat SKOzoK deel gaat uitmaken van een nieuw samenwerkingsverband Passend Onderwijs De Kempen 30-09. In dit nieuwe samenwerkingsverband (SWV) participeren schoolbesturen voor regulier basisonderwijs en speciaal (basis)onderwijs.
4.7 Aanmelding van nieuwe leerlingen Nieuwe leerlingen kunnen na een (telefonische) afspraak altijd worden aangemeld. Breng uw kind bij aanmelding gerust mee. Samen bekijken we dan de school en maken kennis met de leerkrachten. Ook zijn er per jaar altijd 2 kijkdagen om de school te komen binnenlopen. Op die momenten is de school gewoon bezig en kunt u de dagelijkse gang van zaken van dichtbij meemaken. Deze data worden t.z.t. in de Eykelbergh bekend gemaakt. Bij aanmelden vragen wij u een kopie van het sofinummer van uw kind mee te nemen. Ook wordt gevraagd naar de opleiding van vader en moeder, of deze opleiding met een diploma is afgesloten, in welk jaar het diploma behaald is en op welke school de opleiding werd genoten. Het is gemakkelijk als u bij aanmelding deze gegevens paraat hebt.
Met passend Onderwijs streven we naar een passende onderwijsplek voor alle leerlingen. Ook voor leerlingen die extra ondersteuning nodig hebben. Voor de meeste leerlingen zal er door de invoering van passend onderwijs in de dagelijkse praktijk weinig veranderen. Er verandert met name veel áchter de schermen: nieuwe samenwerkingspartners, andere procedures en herverdeling van budgetten. Zorgplicht Schoolbesturen krijgen vanaf 1 augustus 2014 zorgplicht. Dit betekent dat de scholen ervoor moeten zorgen dat iedere leerling, die bij de school staat ingeschreven of is aangemeld en die extra ondersteuning nodig heeft, een passend onderwijsaanbod krijgt. Bij de aanmelding van uw kind op onze school kijken we samen wat uw kind nodig heeft om zich optimaal te kunnen ontwikkelen. Wanneer extra ondersteuning nodig is, bekijken we of de school die ondersteuning zelf kan realiseren, eventueel met ondersteuning vanuit SKOzoK of het samenwerkingsverband. Mochten we de ondersteuning niet zelf kunnen bieden en blijkt dat uw kind het beste naar een andere school kan gaan dan zullen wij, in overleg met u, zorgen dat er een andere school gevonden wordt die wel een passend aanbod
Een kind dat 4 jaar is, mag naar school. Een kind dat 5 jaar is, moet naar school. Gelukkig komen de meeste kinderen met 4 jaar naar school. Dit is zeer aan te raden. In overleg met de leerkracht van groep 1 wordt voor een nieuwe leerling een “kennismakingsprogramma" afgesproken.
10
kan doen aan uw kind. Dit kan een andere basisschool zijn, maar ook een school voor speciaal basisonderwijs of speciaal onderwijs. We gaan ervan uit dat we in gezamenlijkheid tot een passende oplossing komen voor uw kind. Het kan voorkomen dat dit niet lukt. In dat geval kunt u zich wenden tot verschillende commissies:
Geschillencommissie Passend Onderwijs. Deze commissie beslecht geschillen in po, vo en (v)so, over toelating van leerlingen, die extra ondersteuning behoeven, de verwijdering van leerlingen en het ontwikkelingsperspectief.
De Coördinator Passend Onderwijs is verantwoordelijk voor het bepalen van arrangementen voor leerlingen die (lichte) ondersteuning nodig hebben. Een arrangement kan zeer divers zijn. Er kan een expert ingezet worden die de leerkracht helpt bij het realiseren van een passend onderwijsaanbod voor het kind. Ook kan er worden gekozen om een leerling te plaatsen op een school voor speciaal basisonderwijs.
U als ouder wordt nauw betrokken bij het opstellen van het arrangement voor uw kind.
Zware ondersteuning In niet alle gevallen is lichte ondersteuning voldoende. Dan kan een arrangement zware ondersteuning aangevraagd worden bij het SWV De Kempen PO 30-09. De procedures hiervoor zijn in ontwikkeling en moeten voor 1 augustus 2014 helder zijn. Informatie hierover volgt.
Bezwaaradviescommissie toelaatbaarheidsverklaring. Het samenwerkingsverband heeft een eigen bezwaaradviescommissie ingericht, waartoe ouders zich kunnen richten bij een bezwaar tegen een besluit over een toelaatbaarheidsverklaring. Bij deze bezwarencommissie kunnen ouders en/of scholen terecht alvorens een stap te zetten naar de genoemde Geschillencommissie Passend Onderwijs.
Leerlinggebonden financiering (LGF) De regeling van het rugzakje (LGF) komt te vervallen. De inhoud van het rugzakje, de middelen, blijven in onze regio grotendeels beschikbaar voor extra ondersteuning. In het SWV is afgesproken dat het rugzakje in het overgangsjaar 2014-2015 gehandhaafd wordt voor alle leerlingen die na 1-8-2014 nog een geldige beschikking cluster 3 of 4 hebben. In de loop van het schooljaar 2014-2015 wordt duidelijk hoe de toeleiding naar zware ondersteuning er vanaf 2015-2016 uit gaat zien en hoe deze arrangementen uitgevoerd gaan worden.
Voor meer informatie zie: www.geschillenpassendonderwijs.nl Ondersteuningsprofiel Alle scholen binnen SKOzoK hebben in 2013 een ondersteuningsprofiel opgesteld, waarin de school beschrijft welke basisondersteuning zij kan bieden. De medezeggenschapsraad heeft adviesrecht op het vaststellen van het ondersteuningsprofiel dat minimaal vierjaarlijks geactualiseerd wordt. Het ondersteuningsprofiel speelt een rol in het toelatingsbeleid van de school en is voor ouders een informatiebron die geraadpleegd kan worden als zij op zoek zijn naar een school voor hun kind.
LGF Cluster 1 en 2 Schoolbesturen speciaal onderwijs voor blinde en slechtziende en dove en slechthorende en spraak/taalgebrekkige leerlingen (cluster 1 en 2) vallen buiten de wet Passend Onderwijs. Met deze besturen zijn samenwerkingsafspraken gemaakt. Meer informatie cluster 1 zie www.visio.org Meer informatie cluster 2 zie www.taalbrug.nl
De visie en organisatie van ons ondersteuningsprofiel staat nader omschreven in hoofdstuk 7 van deze schoolgids
Meer informatie nodig? De transitie naar de nieuwe Wet Passend Onderwijs is niet met ingang van het schooljaar 2014-2015 afgerond. De regering zal ook komend schooljaar nog vele aanpassingen en aanvullingen op de huidige wet bekend maken en de schoolbesturen moeten ten aanzien van verschillende thema’s nog verder beleid ontwikkelen. Al deze ontwikkelingen worden op termijn opgenomen in de schoolgids. Echter beleidsontwikkeling zal sneller gaan dan bijstelling in deze schoolgids, vandaar dat we u graag wijzen op belangrijke aanvullende informatiebronnen, te weten:
Extra ondersteuning Het SWV wordt verantwoordelijk voor het arrangeren van extra ondersteuning die sommige leerlingen nodig hebben. Daarbij onderscheiden we lichte ondersteuning en zware ondersteuning. In onze regio is ervoor gekozen de lichte ondersteuning door de schoolbesturen zelf uit te laten voeren. Dat geeft ons de ruimte om lichte en preventieve arrangementen voor kinderen en of groepen zelf vorm te geven passend bij onze visie en werkwijze. Lichte Ondersteuning
Op onze school is een goede zorgstructuur aanwezig. De leerkracht probeert zoveel mogelijk maatwerk te bieden in de groep. De KO-er (KwaliteitsOndersteuner) ondersteunt de leerkracht hierbij. De onderwijsbehoeften van een kind kunnen zeer complex zijn, waardoor ons onderwijs onvoldoende aansluit bij wat uw kind nodig heeft. In die situaties neemt de KO-er in samenspraak met de ouders en leerkracht contact op met de Coördinator Passend Onderwijs van SKOzoK.
11
www.steunpuntpassendonderwijs.nl www.passendonderwijs.nl www.medezeggenschap-passendonderwijs.nl www.mensenrechten.nl www.onderwijsconsulenten.nl
4.10 Uitstroom van leerlingen Voor iedere leerling die de school verlaat, wordt onder verantwoordelijkheid van de directeur, door de klassenleerkracht van de betreffende leerling een onderwijskundig rapport opgesteld. Dit rapport geeft aan wat het onderwijsaanbod van onze school geweest is en welke resultaten de leerling daarbij behaald heeft. Het onderwijskundig rapport wordt naar de nieuwe school van de leerling gestuurd. Voor sommige vormen van Voortgezet Onderwijs kan het nodig zijn dat aanvullend onderzoek ( b.v. NIO – intelligentieonderzoek / PMTK –prestatie/motivatietoets) en gegevens nodig zijn. Hierover wordt altijd eerst contact met de ouders opgenomen en overleg gevoerd.
Speelplaatsregels achter:
4.11 Schorsing en verwijdering Schorsing is een tijdelijke verwijdering van een leerling en dit kan gebeuren bij wijze van ordemaatregel door de directeur in overeenstemming met de leerkrachten. De directeur meldt dit voorval aan de algemeen directeur van Skozok en aan de ouders. Definitieve verwijdering van een leerling neemt het schoolbestuur in overweging op voorstel van de directeur. Vanuit het bestuur vindt overleg plaats met betrokken ouders en leerkrachten. Bij de uiteindelijke beslissing wordt aandacht besteed aan de situatie waarin de betreffende leerling zich bevindt en aan de gevolgen voor zijn/haar ontwikkelingskansen. Het definitief verwijderen of schorsen van kinderen dient op basis van voldoende gegronde redenen te gebeuren. In beide gevallen zal dit telkens schriftelijk aan de betrokken ouders worden bevestigd, waarbij gewezen wordt op de beroepsmogelijkheden door middel van de klachtenprocedure en bij de burgerlijke rechter.
Binnenregels: jassen en tassen aan de kapstok rustig lopen in de gang en op de trap alle lokalen netjes achterlaten rechts houden op de trap en geen sprongen maken 4.13 Het weten waard Op de fiets naar school Alleen de kinderen die werkelijk ver van school wonen, mogen met de fiets naar school komen. We willen namelijk graag de fietsen goed in de fietsenstalling en fietsenrekken plaatsen zodat ze niet beschadigd raken. Kinderen die dichter bij de school wonen worden verzocht de fiets thuis te laten en te voet naar school te komen. Anders nemen de fietsen te veel ruimte in beslag wat ten koste gaat van de speelruimte.
4.12 Schoolregels We vinden dat iedereen zich binnen en buiten de school veilig moet kunnen voelen. We willen ook allemaal een fijne schooltijd dus: accepteren we elkaar zoals we zijn zorgen we ervoor dat de ander zich net zo goed voelt in de klas als jijzelf proberen we iemand die verdriet heeft te helpen doen we bij een ander niets waarvan we ook niet willen dat het bij onszelf gebeurt noemen we elkaar bij de voornaam en gebruiken we geen bijnaam of scheldnaam lachen we met elkaar en niet om elkaar. Wanneer je zelf of een ander wordt gepest, mag je dat tegen de juf of meester zeggen, dat is géén klikken. Word je gepest? Praat er dan ook thuis over, houd het niet geheim
Onze jongste kinderen halen en brengen Wij zien het als vanzelfsprekend, dat we op elkaars kinderen letten. Vooral onze jongste kinderen is het belangrijk dat we een extra oogje in het zeil houden. Zeker gezien de verkeerssituatie rondom onze school. Het is het raadzaam om even een andere ouder in te schakelen als u een keer niet in staat bent uw kind(-eren) tijdig op te halen van school. We rekenen op de hulp van ouders en leerkrachten dat ze er mede op toezien dat als ze een jong kind zien vertrekken zonder ouder / begeleider, dat dit kind wordt aangesproken en teruggebracht wordt naar de leerkracht. Toezicht Vanaf een kwartier voor de ochtend- en middagschooltijd is er toezicht op de speelplaats door een van de leerkrachten. Om die reden is het dan ook wenselijk als kinderen niet eerder op de speelplaatsen aanwezig zijn. Als om 08.25 / 13.10 uur de bel gaat verzamelen de kinderen zich om gezamenlijk naar binnen te gaan. Laat uw kind dus s.v.p. niet te vroeg én niet te laat naar school komen.
Speelplaatsregels voor:
maximaal een kwartier voor school op schoolplein als de bel gaat meteen rustig naar binnengaan niemand loopt voor schooltijd of in het speelkwartier naar binnen voetballen op het grasveld, afhankelijk van weersomstandigheden inrit hoort niet bij speelplaats alle afval in de kliko we zijn zuinig op de natuur, dus spelen we niet in de struiken jassen en tassen slingeren niet rond op speelplaats fruit(bakjes), per groep, in de daarvoor bestemde bakken witte lijnen geven de grenzen aan van de speelplaats fiets aan de hand tot aan het fietspad
Kinderen verzamelen zich bij aanvang schooltijden op daarvoor aangewezen plaats. leerkrachten van groep 1/2/3 zien erop toe dat alle kinderen door hun ouders worden opgehaald voor en na schooltijd speelt niemand op het klimrek en in de zandbak, tijdens de pauzes geeft de surveillerende leerkracht al dan niet toestemming alle afval in de kliko alle kinderen komen/gaan alleen via de poort we zijn zuinig op de natuur, dus spelen we niet in de struiken bij buitenspel gaan we niet voorbij de witte lijn
Op tijd aanwezig Maak er een goede gewoonte van dat uw kind op tijd aanwezig is. Dit voorkomt dat de eerste activiteit die de leerkracht met de kinderen doet telkens verstoord wordt door de laatkomers.
12
Later naar huis Het kan voorkomen dat kinderen even wat langer op school blijven om klusjes te verrichten, werk af te maken of om nog even een gesprekje met de leerkracht te hebben. Dit duurt dan maximaal 15 minuten. Kinderen worden na afloop door de leerkracht begeleid bij het oversteken. Duurt het toch langer dan neemt de leerkracht even contact op met de ouders.
Hoofdluis We streven ernaar om na elke vakantie een hoofdluiscontrole te laten uitvoeren door een ouderwerkgroep. Mocht er bij uw kind hoofdluis geconstateerd worden dan wordt u zo snel mogelijk hiervan door de leerkracht op de hoogte gesteld om maatregelen te kunnen nemen en het kind op te halen. Mocht u zelf bij uw kind hoofdluis geconstateerd hebben dan gaan wij er van uit dat uw kind pas ná de behandeling naar school komt om verspreiding te voorkomen! Graag altijd even melden bij de groepsleerkracht om verdere verspreiding tegen te gaan.
Eten op school De kinderen mogen tijdens de pauze iets eten als zij daar behoefte aan hebben. U kunt uw kind wat fruit meegeven en een moeilijk etende kleuter kan eventueel ook een gezonde boterham meegegeven worden. Het is zeker bij de kleuters wel raadzaam om zo’n pakketje te voorzien van een naam. U moet het 10-uurtje wel zien als een klein tussendoortje, dus niet teveel meegeven en bij voorkeur uitsluitend fruit!
Mobiele telefoons Het is niet toegestaan dat kinderen een mobiele telefoon mee naar school nemen. Alleen in zeer bijzondere omstandigheden kan een schriftelijk verzoek worden ingediend bij de directie.
Verjaardagen Vader en moeder zijn in groep 1 en 2 tijdens de viering uiteraard van harte welkom. Alle kinderen mogen op school trakteren als zij jarig zijn. Wij verzoeken u echter om zoveel mogelijk een verantwoorde traktatie mee te geven en deze klein en beperkt te houden. Liever geen speelgoed of snoep, er zijn genoeg gezonde alternatieven. Als de leerkracht jarig is, zijn cadeaus echt niet nodig. Uw kind kan zelf bijv. een leuke tekening maken of eventueel iets knutselen. De klassenouder zorgt voor een cadeau namens de groep bij de viering op de meester – of juffendag.
Communieviering De kosten van de voorbereiding op de communieviering worden rechtstreeks bij de ouders in rekening gebracht. Fotografie en video Tijdens het onderwijsleerproces is het niet toegestaan opnames te maken. Het kan echter voorkomen dat er tijdens genoemd proces opnames worden gemaakt door een hulpverlener met een bepaalde opdracht. Deze beelden zijn slechts bedoeld voor intern gebruik en worden uiteindelijk vernietigd. Tijdens verjaardagsvieringen in groep 1 en 2 is het toegestaan foto- en video-opnames, voor eigen gebruik, te maken. Met de verkregen beelden dient te worden omgegaan volgens de algemeen geldende normen en waarden binnen onze samenleving. In opdracht van de school kunnen foto- en video- opnames van evenementen of onderwijssituaties worden gemaakt, voor onderwijskundige doeleinden of voor bijvoorbeeld gebruik op de website. Deze worden echter pas gebruikt, na controle door (een) leerkracht(en). Beelden die worden beoordeeld als zijnde niet geschikt om ‘naar buiten te brengen’, worden vernietigd. Hierbij worden eveneens de eerder genoemde algemeen geldende normen en waarden gehanteerd. Buiten het gebouw respecteren we het recht op vrije nieuwsgaring. Ouders, die bezwaar hebben tegen het maken van opnames in algemene zin (dus ook plaatsing hiervan op onze eigen website), kunnen dit bezwaar, reeds bij inschrijving, kenbaar maken bij de directeur.
Schoolverlaterskamp Voor de leerlingen van groep 8 wordt het schooljaar afgesloten met een schoolkamp. Speelgoed De kinderen mogen geen speelgoed meebrengen naar school. Voor de groepen 1/2 maken we op maandagmorgen hiervoor een uitzondering. Natuurlijk hebben we er ook geen bezwaar tegen als een kind gedurende de eerste onwennige periode zijn of haar knuffel zou willen meebrengen of als er in het kader van een thema door de leerkrachten om gevraagd wordt. Iets maken voor verjaardagen De kinderen van groep 1 en 2 mogen op school iets maken voor hun jarige ouders- en grootouders (niet voor hun overige familieleden). Voor ons is het gemakkelijk als we ruim van tevoren weten wie er jarig is. Daarom graag in het begin van het schooljaar de verjaardagskalender invullen. Speciale gebeurtenissen zoals een huwelijk, jubileum graag even doorgeven aan de leerkracht.
De schoolfotograaf Een keer per jaar komt de schoolfotograaf op school. Er worden dan van alle kinderen individuele foto’s gemaakt en van elke groep een groepsfoto. Ook is het mogelijk een gezinsfoto te laten maken. Het is aan de ouders om te beslissen of zij de foto’s afnemen of niet. Bibliotheek Op onze school hebben we een groot aantal boeken. Deze zijn bestemd voor de groepen 1 t/m 4. De kinderen van groep 5, 6, 7 en 8 kunnen via een gratis abonnement boeken lenen bij de bibliotheek op ’t Hof.
13
5. Waar onze school voor staat.
5.1.2 Aandacht voor waarden en normen en sociaal emotionele ontwikkeling Het ontwikkelen van een door onze maatschappij geaccepteerd waarden en normen besef is de basis voor goed sociaal functioneren. Dit besef komt niet vanzelf. Hier moeten kinderen in worden begeleid en soms met vallen en opstaan in groeien. Juist in het sociaal functioneren leren kinderen zichzelf kennen en dat is weer de voorwaarde voor emotioneel vrij zijn. We willen met ons onderwijs een zodanige bijdrage aan de ontwikkeling van de kinderen leveren, dat kinderen straks in staat zijn eigen keuzes te maken. Keuzes waar ze zelf verantwoordelijkheid voor kunnen dragen en die bijdragen aan een gelukkig leven voor zichzelf en voor de mensen om hen heen.
Missie SKOzoK. De SKOzoK scholen vormen een krachtige leeromgeving waarin kinderen en volwassenen uitgedaagd worden om in een positieve sfeer samen veel te leren. Visie SKOzoK. We verzorgen eigentijds, kwalitatief goed onderwijs, waarin de mogelijkheden en interesses van het kind centraal staan. De leerling leert in de dialoog met medeleerlingen, de leerkracht en de omgeving. We bieden een passend onderwijsarrangement aan, zo dicht mogelijk bij de plek waar het kind woont. SKOzoK is een open en lerende omgeving voor de medewerkers waarin op professionele wijze wordt gewerkt. Dit houdt onder andere in dat we verantwoordelijkheid nemen, afspraken nakomen en voorbeeldgedrag belangrijk vinden en dat we elkaar hier op aanspreken. We hebben een actieve en duurzame samenwerkingsrelatie met ouders, gemeenten en ketenpartners. Onze organisatie wordt gedreven door efficiëntie en effectiviteit om de beschikbare middelen zo goed mogelijk te benutten. We beschikken over relevante managementinformatie om te kunnen sturen op kwaliteit en continuïteit.
5.1.3 Een open en heldere communicatie tussen alle betrokkenen Leren is een proces dat gebeurt in een samenspel met de omgeving en de ander. Daarvoor is een goede communicatie noodzakelijk. Open communicatie tussen leerkrachten, kinderen en ouders blijft voortdurend om onze aandacht vragen. 5.1.4 Een uitdagende leeromgeving creëren Kinderen moeten gestimuleerd worden om met de vele talenten die ze hebben te wíllen leren. Ze moeten op allerlei terreinen meer eigen verantwoordelijkheid krijgen. Verantwoordelijk voor materialen, verantwoordelijkheid voor sfeer, orde en rust in de klas en voor hun eigen leerproces. Verantwoordelijkheid kun je alleen maar nemen als je de ruimte krijgt om je zelfstandig op te stellen. Wij willen de leerlingen steeds meer zelfstandigheid geven. Zelfstandigheid betekent dan voor leerlingen dat zij keuzes kunnen en durven maken. Dat gaat niet vanzelf, maar dat moet je leren, bijvoorbeeld als het gaat over: keuzes in taken, keuzes in tijdstippen waarop je een taak maakt, keuzes in opdrachten. Kiest een kind voor een bepaalde weg dan wordt hij/zij daar dan ook verantwoordelijk voor gesteld. We willen dit realiseren door een uitdagende leeromgeving te scheppen. Deze uitdaging kunnen we vinden in verschillende werkvormen en door de te verkennen wereld binnen te halen of juist te gaan bezoeken. Door de leeromgeving stimulerend te maken, dagen we de kinderen uit zelf op zoek te gaan naar informatie. Te leren om deze opgedane informatie toe te passen, te delen en te verwerken.
5.1 Kenmerken van onze school Met deze visie en missie van Skozok in het achterhoofd hebben we een aantal richtinggevers geformuleerd die we als uitgangspunt nemen voor ons onderwijs:
Een veilige sfeer voor alle kinderen. Ruime aandacht voor waarden en normen en de sociaal emotionele ontwikkeling. Een open en heldere communicatie tussen alle betrokkenen. Een uitdagende leeromgeving creëren. Afstemming van het onderwijs op de ontwikkelingsbehoefte van het kind. Het optimaal benutten van elkaars sterke kanten. De balans vinden tussen aanbodgestuurd en vraaggestuurd onderwijs. Een continue bewaken van en werken aan kwaliteitsverhoging
5.1.1 Een veilige sfeer voor iedereen Kinderen hebben een gevoel van veiligheid nodig om zich goed te kunnen ontwikkelen. Ze moeten zich gewaardeerd voelen, zich thuis voelen, en het gevoel hebben erbij te horen. We kiezen daarom voor een positieve benadering met duidelijke regels en afspraken. Door problemen te zien als uitdagingen en ze te bespreken met de kinderen, leren we de kinderen hoe we de sfeer goed en veilig kunnen houden.
5.1.5 Afstemming van ons onderwijs Ieder kind is anders in aanleg en ontwikkeling. Wij willen ons onderwijsaanbod zoveel mogelijk afstemmen op deze individuele verschillen tussen de kinderen. Dit doen we door het leerstofaanbod, de instructie en de verwerking op verschillende niveaus aan te bieden. Maar ook door verschillende werkvormen te hanteren. Instructie en begeleiding in kleine groepjes, pre-instructie en zelfs het volgen van individuele leerlijnen zijn mogelijkheden die zorgen voor afstemming op de specifieke ontwikkeling van het individuele kind. 5.1.6 Het optimaal benutten van elkaars sterke kanten. Verschillende mensen hebben verschillende kwaliteiten. Als volwassenen en als kinderen, moeten we ons daar bewust van zijn, mee om leren gaan en vooral gebruik van maken. We kunnen vaak het meeste leren van mensen die anders zijn, door ons daar voor open te stellen.
14
Door als leerkrachten echt samen te werken, kunnen wij de kinderen optimaal begeleiden. Door de kinderen samen te laten werken, kunnen zij nog meer van elkaar leren. Hoekenwerk, opdrachten in groepsverband, het samen bedenken van oplossingen en samen voorbereiden en presenteren van werkstukken, zijn mogelijkheden om dit te stimuleren.
De kinderen maken ook kennis met andere godsdiensten zoals het Jodendom, de Islam, het Hindoeïsme en het Boeddhisme. De geloofsopvoeding is een taak van de ouders. Samen met die ouders probeert de school vorm en inhoud te geven aan de katholieke identiteit. Dat doen we:
5.1.7 De balans zoeken tussen sturend en zelfsturend onderwijs. Door te zorgen voor activiteiten die voor de kinderen Betekenisvol zijn, raken zij intensief betrokken bij het onderwijs, waarmee wij onze Bedoelingen willen bereiken. Bij een optimale Betrokkenheid leren kinderen het makkelijkst en hebben zij de minste sturing nodig. Dit is dan ook ons streven. Helaas is die betrokkenheid niet altijd optimaal te krijgen voor alle leerlingen. Om dan toch de Bedoelingen (doelstellingen) te bereiken, zal de leerkracht wat meer aanbodgestuurd moeten begeleiden. Deze balans tussen aanbodgestuurd door de leerkracht en vraaggestuurd door het kind is vaak voor ieder kind en iedere activiteit anders. En daarin moeten wij de balans vinden die zorgt voor een optimaal leerrendement.
Door niet alleen te praten over normen en waarden, die we willen overbrengen. Kinderen, ouders en collega's moeten die ook in de dagelijkse praktijk ondervinden. Door er van uit te gaan dat ieder mens, ieder kind uniek is, dus anders, maar daarin ook juist gelijk en gelijkwaardig. We respecteren en waarderen de verschillen die er zijn tussen de kinderen. We proberen kinderen de ruimte te geven om te kunnen zijn wie ze zijn en hen te leren ook op deze manier met elkaar om te gaan. Door ervan overtuigd te zijn dat ieder mens er het beste van wil maken. Daarom zoeken we in de eerste plaats naar het goede in leerlingen, collega's en ouders en hebben we vertrouwen in hun goede wil. Door veel waarde te hechten aan samenwerken, elkaar helpen en samen delen. Door de kinderen proberen op te voeden tot verantwoordelijkheidszin voor elkaar en voor de wereld om hen heen. Door in de lessen, waar dit van toepassing is, aandacht te besteden aan het maken van keuzes vóór rechtvaardigheid, medemenselijkheid, vrede, vrijheid, tolerantie, milieubewust leven en tégen geweld, discriminatie en vooroordelen.
Daarnaast blijkt het katholieke karakter van onze school ook uit zaken die direct verband houden met de katholieke geloofstraditie, zoals:
5.1.8 Een continu bewaken van en werken aan kwaliteitsverhoging Jaarlijks stellen we onze onderwijsdoelen vast, die we dan ook aan het eind van het schooljaar evalueren. Dit gebeurt op schoolniveau, op groepsniveau en ook op het niveau van de persoonlijke ontwikkeling. Leerkrachten volgen cursussen of trainingen, zowel intern verzorgd door SKOzoK als extern door derden. Daarnaast werken we tijdens studiedagen en studiemiddagen als team, maar ook in samenwerking met de andere schoolteams van de Bergeijkse basisscholen, aan onze kwaliteit door dan onze eigen vaardigheden verder te ontwikkelen en/of te werken aan ons onderwijsaanbod. Het meeste wordt er echter nog wel geleerd door het dagelijks in de praktijk samen verantwoordelijk zijn.
De lessen godsdienst en levensbeschouwelijke vorming. We werken met de methode ‘reis van je leven’. De ondersteuning die we geven aan de werkgroepen bij de voorbereiding op de Eerste Heilige Communie en het Vormsel. Door de kinder- en gezinsvieringen. De viering van de Christelijke feestdagen.
5.3 De contacten met de ouders Het begeleiden van kinderen in hun ontwikkeling is een gezamenlijke taak van ouders en school, waarin ieder zijn eigen verantwoordelijkheden heeft, maar waarin afstemming op elkaar van wezenlijk belang is. Daarom stelt de school een goed en zorgvuldig contact met de ouders erg op prijs. We zijn er van overtuigd dat alleen middels een goede samenwerking tussen ouders en school, de begeleiding van de kinderen optimaal kan verlopen. We proberen dan ook om de ouders zo goed mogelijk bij de school te betrekken en hen op de hoogte te houden van wat er op school speelt. Er wordt op diverse manieren informatie gegeven over de vorderingen van de kinderen zodat de ouders in staat zijn om het ontwikkelingsproces van hun kind(eren) goed te volgen. We vinden het fijn als ouders regelmatig de school binnen lopen om een informeel praatje te maken over hun kind(eren).
5.2 De katholieke identiteit van de school Basisschool St. Bernardus is een katholieke school. De school staat echter open voor alle kinderen en hun ouders, ongeacht hun levensovertuiging. Gezamenlijk proberen we de katholieke identiteit gestalte te geven door in ons doen en laten een aantal waarden die in de christelijke traditie van belang zijn, waar te maken. In samenwerking met de parochie, geven we ondersteuning aan de parochiële werkgroepen ter voorbereiding en organisatie van de Eerste Heilige Communie en het Vormsel.
15
De thema’s zijn opgenomen in een beredeneerd aanbod.
We stellen het zeer op prijs als ouders een afspraak maken met de leerkracht als zij iets bijzonders te bespreken hebben. De ouders zijn vertegenwoordigd in de Medezeggenschapsraad en in de Ouderraad. Meer informatie hierover vindt u in hoofdstuk 2 van deze schoolgids. 6. De inhoud van het onderwijs 6.1 Kleuteronderwijs Hoewel de groepen 1 en 2 natuurlijk deel uit maken van de “basisschool”, vraagt de begeleiding van de kleuters toch een heel specifieke aanpak. Een van de belangrijkste uitgangspunten hierbij is: “spelen is leren”. Een kleuter ontwikkelt zich spelenderwijs, dus spel is een eerste vereiste. Wij zorgen voor een omgeving waarin het kind zich optimaal kan ontwikkelen, een omgeving die het kind uitdaagt. We observeren en volgen kinderen, zodat we kunnen inspringen als dat nodig is en bieden hulp bij eventuele geconstateerde achterstanden. Hierbij krijgen onderstaande ontwikkelingsgebieden de nodige aandacht:
De sociaal-emotionele ontwikkeling: - het leren omgaan met elkaar, redzaamheid, sociale vaardigheden
De zintuiglijke ontwikkeling - gehoor, gezicht, tast, reuk, smaak
Voorbereidend rekenen / wiskunde -tellen, meten, ordenen
Taal-denk-ontwikkeling -taalgebruik, woordenschat, kennismaken met geschreven taal
Motorische ontwikkeling - grove motoriek: rennen, springen, balanceren, rollen enz. - fijne motoriek: kleuren, kralen rijgen, borduren, mozaïek enz.
Muzische/creatieve ontwikkeling - dans, drama, muziek, handvaardigheid, tekenen
Catechese
6.2 Taalonderwijs Op onze school willen we met goed taalonderwijs een belangrijke bijdrage leveren aan de persoonlijkheidsontwikkeling van ieder kind. We gebruiken hiervoor als leidraad bij de kleuters o.a. ”Schatkist taal “. In groep 3 “Veilig leren lezen“ en bij de overige groepen gebruiken we de methode “Taal Actief “. 6.2.1 Aanvankelijk Taal – en Lees onderwijs Voor het aanvankelijk lezen gebruiken we de methode “Veilig Leren Lezen”. De basis van Veilig leren lezen is de zogenoemde structuurmethode. Door zorgvuldig gekozen woorden veelvuldig te structureren (ontsleutelen en samenvoegen) leren kinderen: - dat een woord uit klanken (fonemen) bestaat; - dat die klanken door grafische tekens (grafemen/letters) worden weergegeven; - dat je nieuwe woorden kunt lezen door grafemen van een woord te verklanken en die klanken te verbinden tot een woord. De methode Veilig leren lezen biedt ruimte voor verschillen en maakt adaptief onderwijs praktisch uitvoerbaar, zodat we nog beter kunnen inspelen op de verschillen tussen leerlingen . De methode biedt daarvoor concrete materialen voor zelfstandige verwerking op verschillende niveaus. Ook moderne hulpmiddelen zoals de computer worden ingezet.
Tegelijkertijd moeten we zorgen voor de doorgaande lijn in groep 1 t/m 8. Daarom hebben we gekozen voor gezamenlijke methodes voor de hele school voor de muzische vorming en catechese. Voor voorbereidend rekenen gebruiken we de voorloper van de methode De Wereld in Getallen en de methode Schatkist. Voor de taalontwikkeling gebruiken we voornamelijk de methode “Schatkist”.
6.2.2 Taal Taal maakt ordening mogelijk; met taal kan een kind ervaringen onder woorden brengen. Met taal treden we in contact met anderen; we laten kinderen vertellen over hun ervaringen, belevenissen, gedachten en gevoelens.
Het is natuurlijk van belang, dat al deze activiteiten zodanig in een programma worden ingepast, dat ze aansluiten bij de interesse en de belevingswereld van de kinderen. Daarom wordt er ook veel gewerkt rond thema’s , b.v. de kinderboekenweek, Sinterklaas, Kerstmis, Carnaval, beroepen, wonen, water, vakantie, geboorte, enz. Verder zijn er allerlei onderwerpen uit de belevingswereld van de kinderen, die ze zelf aangedragen.
16
6.3.1 Begrijpend lezen en voortgezet technisch lezen: Omdat het begrijpen van geschreven tekst, voor kinderen in allerlei situaties zo enorm belangrijk is, zijn we in het schooljaar 2013/2014 gestart met de methode van Nieuwsbegrip XL. Een door het CED ontwikkelde methode die wekelijks digitale lessen op niveau verzorgt en volgens een 6- tal vaste strategieën te werk gaat. Naast de inzet van het digibord waarbij we gebruik kunnen maken van diverse tools die bij deze methode passen, biedt Nieuwsbegrip elke week een nieuw onderwerp uit de actualiteit aan. Goed herkenbaar en aansluitend bij de beleveniswereld van de kinderen. Het gedeelte XL bestaat uit aanvullende computeropdrachten waarbij de kinderen kennismaken met andere tekstsoorten over het onderwerp van die week.
We scheppen ruimte voor discussie en overleg; creatief spel en dramatiseren. Bij het spellen van woorden leert het kind, dat taal ook gebonden is aan regels. Alleen woorden die het kind op dit moment nodig heeft voor schriftelijke communicatie worden ingeoefend. In een programmatische opbouw worden de volgende taalvaardigheden geoefend: Spreken: Ontwikkelen van het vermogen tot communiceren. Taalschat: Uitbreiden woordenschat Relaties leren leggen tussen woorden en woordgroepen. Leren werken met begrippen als betekenis, beeldspraak, letterlijk/figuurlijk taalgebruik enz.
6.4 Rekenonderwijs: Voor het vakgebied rekenen gebruiken we de rekenmethode:‘De wereld in getallen’. Wij zijn ervan overtuigd dat deze methode ons in staat stelt om nog beter in te spelen op realistische leersituaties. Kinderen leren om herkenbare probleemsituaties uit het dagelijks leven op te lossen. Ze leren om te gaan met plattegronden, grafieken en tabellen en ze leren inzicht te krijgen in ons getalsysteem. Inzicht is belangrijker dan het aanleren van rekentrucjes die je zelf eigenlijk niet eens begrijpt. Kinderen mogen de voor hen meest handige manier van rekenen hanteren. Begrijpen wat je leert, is het uitgangspunt van deze methode. ‘De wereld in getallen’ sluit volledig aan bij de visie die wij op onderwijs hebben. De balans tussen aanbod gestuurd( wat de leerkracht je leert) en vraaggestuurd leren is heel wezenlijk in ons rekenonderwijs. De methode heeft een sterk adaptief karakter zodat ook de aftstemming op het niveau van het kind hier tot uiting komt.
Taalspel: Uiting leren geven aan gedachten en gevoelens d.m.v. taal. Stellen: Gedachten, gevoelens en bedoelingen leren uiten in verhaal, dialoog, enz. Teksten leren schrijven waarin eigen mening, waardering of kritiek doorklinkt. Verschillende soorten brieven leren schrijven. Werkstukken leren maken. Anderszins functioneel leren stellen. Spellen: Leren toepassen van de afspraken m.b.t. de spelling van onveranderlijke en veranderlijke woorden. Luisteren: Leren vasthouden, reproduceren, en verwerken van boodschappen en mededelingen. Ontwikkelen van motivatie tot luisteren. Leren begrijpen wat de bedoeling van een bepaalde boodschap is. We gebruiken hiervoor de methode Taal Actief en Taal Actief Woordenschat 6.3 Leesonderwijs Het leesonderwijs op onze school heeft de afgelopen jaren veel vernieuwing ondergaan. Wanneer leerlingen zich de eerste technische leesvaardigheden eigen hebben gemaakt, kunnen ze ieder op hun eigen niveau verder oefenen middels het AVI-lezen. Kinderen die extra hulp nodig hebben worden op school extra begeleid. In het groepsplan wordt omschreven op welke manier en wanneer deze kinderen de extra hulp ontvangen. B.v. extra oefenen op woord- en tekstniveau, duo- en tutorlezen, inzet van hulpprogramma’s op computer, begeleid door leerkracht enz. Tutors zijn oudere leerlingen, ervaren lezers, die jongere leerlingen helpen bij het leesproces. Ook doen we dan een beroep op de ouders om sámen met hun kind thuis iedere avond te lezen.
6.5 Engels Het vak Engels wordt gegeven aan de leerlingen van de groepen 7 en 8. We starten dit schooljaar met digitale methode Groove me. De kinderen leren in een veelheid van situaties nuttig gebruik te maken van het Engels als taal. 6.6 Wereld-oriënterende vakken Tijdens de wereldoriënterende vakken krijgen de kinderen op alle mogelijke manieren informatie. Dit gebeurt d.m.v. verhalen, dia’s, tv. lessen, klassengesprekken, platen, teksten en computer. De start van een les zal meestal klassikaal verlopen. De verwerking vindt zowel in groepen als individueel plaats. Wereldoriëntatie wordt op onze school in zaakvakken gesplitst gegeven. Dat wil zeggen dat aardrijkskunde,
De vaardigheden schrijven en lezen liggen dicht bij elkaar. Kinderen vinden het leuk wanneer anderen hun verhaaltjes of briefjes lezen. Schrijven vereist de nodige technische vaardigheid, waar we dan ook veel aandacht aan besteden. We gebruiken hiervoor de methode “Pennenstreken “
17
geschiedenis en natuuronderwijs (waaronder biologie) apart gegeven worden. Voor alle zaakvakken hebben we een methode tot onze beschikking. Aardrijkskunde Geschiedenis Natuurkunde
De activiteiten voor de kinderen zijn motiverend en aansprekend. De nadruk daarbij ligt op ervaren en doen. Sociaal-emotionele vaardigheden leer je immers niet uit een boekje.
De blauwe planeet Bij de tijd Wijzer door de natuur
6.7 Verkeer Bij de verkeerslessen proberen we zo goed mogelijk aan te sluiten bij het huidige verkeer, zoals kinderen het dagelijks ervaren als voetganger en/of fietser. De nadruk ligt ook op handelend bezig zijn. Door structureel te oefenen in de praktijk hebben we het Brabants Verkeersveiligheids Label behaald.( BVL) Wij gaan er op uit en organiseren excursies. Een methode is uitgangspunt voor het geven van de verkeerslessen. We gebruiken “Wijzer door het verkeer”.
6.10 Expressie en lichamelijke opvoeding Naast de instrumentele vaardigheden geven we ook voldoende aandacht aan de creatieve vakken als handvaardigheid, tekenen, muziek,dans en drama. We gebruiken hiervoor o.a. de materialen van “Moet je doen“. Vanuit de werkgroep Culturele Vorming worden voor de kinderen elk jaar culturele activiteiten georganiseerd die d.m.v. een project worden voorbereid en verwerkt. Tijdens de bewegingslessen richten we ons op het ontwikkelen van een goede en veelzijdige motoriek, op het plezier van de kinderen in bewegen en spelen en op het bevorderen van sociaal gedrag in bewegings- situaties. Er zijn toestellessen en spellessen.
6.8 Godsdienst en geestelijke stromingen In alle groepen wordt godsdienstonderwijs gegeven. Daarvoor gebruiken we de methode ‘Reis van je leven’. We verlenen medewerking aan de voorbereiding van gezinsvieringen, EHC en Vormsel van de parochie. Ouders en parochie nemen initiatieven bij de voorbereiding. De school faciliteert in organisatie en comunicatie. Wat de geestelijke stromingen betreft maken de kinderen kennis met de grote wereldgodsdiensten zoals Jodendom, Christendom, Islam en Hindoeïsme. Ook burgerschap en integratie zijn topics binnen dit “vakgebied”. De nieuw in te voeren kring- en forum activiteiten zijn hiervoor uitermate geschikt.
In onze gemeente zijn twee zgn. combinatiefunctionarissen aangesteld. Onder de noemer “Bergeijk Actief “verzorgen zij gymlessen op onze school en organiseren ze sportclinics waarin kinderen kennis kunnen maken met diverse sporten van verenigingen in de eigen omgeving. 6.11 De werkvormen die wij bij ons onderwijs hanteren Instructielessen Binnen de vakken taal, lezen en rekenen wordt uitgegaan van het leerstofjaarklassensysteem. Dat wil zeggen dat kinderen van een zelfde leeftijd bij elkaar in de groep zitten.
6.9 Sociaal Emotionele ontwikkeling We vinden het erg belangrijk om op een positieve en concrete manier aandacht aan de sociaal-emotionele ontwikkeling van kinderen te besteden. Dit draagt bij aan een prettig schoolklimaat en geeft de kinderen een goede basis mee voor later. We starten het schooljaar op met “Krachtig van Start”. In de weken tot de herfstvakantie besteden we extra aandacht aan het maken van afspraken en regels en werken we aan een leer- en werkomgeving waarin het voor iedereen fijn is om naar school toe te gaan en zich gewaardeerd te voelen. In dit kader worden ook ouders uitgenodigd om naar school te komen voor een zgn. oudervertelgesprek.
Om daarbinnen recht te doen aan de verschillen tussen leerlingen wordt er op meerdere niveaus instructie gegeven. Hierbij gaan we te werk volgens het zes fasen instructiemodel. Zes vaste stappen die we hanteren tijdens onze lessen. Kinderen die moeite hebben met de leerstof krijgen verlengde instructie, zij worden extra geholpen om het
18
basisprogramma te kunnen verwerken en eventuele achterstand in leerstof nogmaals aan de orde te laten komen. (Drijfvermogen) De gemiddelde leerlingen krijgen de instructie die ze nodig hebben en kunnen dan zelfstandig de stof verwerken.(Basisaanbod) Kinderen die verder zijn in ontwikkeling krijgen een korte instructie of een aangepaste instructie op hun niveau waarna ze de stof zelfstandig verwerken en waarna ze een verrijkingsprogramma kunnen maken. (Verdieping) Zelfstandig werken We vinden het belangrijk dat kinderen leren om een taak zelfstandig uit te voeren en dat ze elkaar daarbij kunnen helpen. We verstaan onder zelfstandig werken het volgende:
Excursies Deze worden door de verschillende groepen gemaakt in het kader van diverse projecten, waarbij de inhoud zal aansluiten bij wat leeft onder de kinderen of bij wat aan de orde is op school. Zo worden er bijvoorbeeld elk jaar diverse culturele activiteiten georganiseerd door de werkgroep Culturele Vorming. Ook een bezoek aan de bibliotheek staat voor diverse groepen gepland. Groep 8 maakt kennis met de scholen voor Voortgezet Onderwijs.
de leerlingen plannen hun eigen werk. ze werken met een weektaak. er worden vaste momenten op het rooster ingepland om hieraan te werken. er zijn verplichte- en keuzeonderdelen. we koppelen deze zelfstandig werkmomenten o.a. aan taal, lezen en rekenen. we komen tegemoet aan de verschillen tussen de kinderen. op het formulier geeft het kind aan of het alleen gewerkt heeft of samen met een ander het gaat vooral om het inoefenen van leerstof de organisatie is erop gericht dat de leerling zelfstandig leert te werken en de leerkracht tijd heeft voor extra instructie en of begeleiding.
Projecten Regelmatig vinden er in alle groepen thematische projecten plaats. Tijdens projecten werken kinderen thematisch aan onderwerpen die binnen hun ervarings- en belevingswereld liggen.
6.12 ICT en de inhoud van ons onderwijs. De computer is helemaal geïntegreerd in ons schoolgebeuren en wordt dagelijks gebruikt in alle groepen. Ook het gebruik van tablets neemt steeds toe. We maken gebruik van het SKOOL-netwerk dat is aangepast aan het niveau van de basisschoolleerling. We stimuleren de kinderen om de computer op de volgende manieren te gebruiken:
Naast nieuwe projecten zien we ook een aantal min of meer “vaste” projecten die jaarlijks terugkeren in ons aanbod:
Als leermiddel: programma’s voor taal, spelling, lezen, rekenen en wereldoriëntatie
Als middel voor informatieverwerving en verwerking: Internet Hanteren zoekmachines Word Powerpoint Als middel voor presentaties: Verhaaltjes met afbeeldingen Werkstukken, spreekbeurten Powerpoint 6.13 Activiteiten die ons onderwijs, nog meer inhoud geven. Festiviteiten Festiviteiten zijn ook onderdeel van ons schoolgebeuren. We denken hierbij aan verjaardagen, jubilea, Sinterklaas, Kerstmis, Carnaval en nog veel meer. Gezamenlijke vieringen zoals een opening of afsluiting van een project komen regelmatig voor. Ook evenementen zoals themadag, Buchtdag, sportdag en schoolreisje horen hierbij.
19
De Kinderboekenweek Nationaal schoolontbijt (voeding) Project rondom culturele vorming Week van de Lentekriebels (relaties en seksualiteit) De Rode Draad (bibliotheek /leesbeleving)
7. Volgen van de ontwikkeling – OND kinderen Het volgen van de ontwikkeling van kinderen vinden we heel belangrijk. Wanneer we weten waar een kind staat in zijn ontwikkeling kunnen we het onderwijs daar zo goed mogelijk op afstemmen. Om de ontwikkeling van een kind goed in kaart te kunnen brengen, observeren we de kinderen en nemen we regelmatig toetsen af. We noemen dit een ‘leerlingvolgsysteem’.
Centraal in het project staat dat passend onderwijs geboden wordt, waarin alle leerlingen zich optimaal kunnen ontwikkelen op basis van hun mogelijkheden en talenten.
In de groepen 1 en 2 wordt gewerkt met een observatielijst. Hierin worden de ontwikkelingen van elk kind bijgehouden. Eind groep 1 en in groep 2 wordt een Cito toets afgenomen om een beeld te krijgen van de voorbereidende lees-, schrijf- en rekenvaardigheden. Op deze manier verkrijgen we ook de nodige objectieve informatie over de vorderingen van het kind, op dát moment.
7.3.1 Visie op zorg Ieder kind op onze scholen verdient onze zorg. Vanuit Het traject afstemming werken de scholen aan deze zorg. Het handelingsgericht werken (HGW) is het kader van waaruit we de kindbegeleiding gestalte geven. Met HGW beogen wij de kwaliteit van ons onderwijs en de begeleiding van al onze kinderen te verbeteren. HGW maakt adaptief onderwijs en doeltreffende kindbegeleiding concreet, zodat ons team effectief kan omgaan met verschillen tussen kinderen.
Via handelingsgericht werken willen we het onderwijs afstemmen op de onderwijsbehoeften van de leerlingen. Vanuit deze gedachten hebben we onze visie op zorg ontwikkeld.
Speciale aandacht is er voor de kinderen die geboren zijn in de maanden oktober, november of december. Binnen SKOzoK is er een uniform beleid geformuleerd betreffende kinderen die instromen in groep 1, in één van deze maanden. Deze zgn. “OND-kinderen” stromen immers regulier in minder dan 2 jaren door naar groep 3. Hoe we daar mee omgaan en de criteria die hierbij een rol spelen zijn schriftelijk vastgelegd en bij de directie verkrijgbaar.
HGW is een planmatige en cyclische werkwijze waarbij we de volgende zeven uitgangspunten toepassen. 1.
2.
Vanaf groep 3 wordt op een aantal momenten getoetst hoe het staat met de basisvaardigheden. Hieronder verstaan we de volgende vakgebieden: rekenen, begrijpend lezen, technisch lezen, taal en spelling. We gebruiken hiervoor toetsen van CITO - LOVS (Centr. Instituut voor Toetsontwikkeling). Stagnatie of terugval in de ontwikkeling van het kind kan op deze manier tijdig gesignaleerd worden. Naast de cognitieve ontwikkeling volgen we ook de sociaalemotionele ontwikkeling van het kind. Hiervoor gaan we toekomstig het programma Zien voor gebruiken. Dit is een expertsysteem dat de leerkracht helpt bij het bevorderen van de sociaal-emotionele ontwikkeling van de leerlingen. De observaties en toetsuitslagen, bespreekt de leerkracht 3 maal per jaar met de Kwaliteits-ondersteuner (KO-er) tijdens de groepsbespreking. Alle gegevens van het leerlingvolgsysteem worden bewaard in het leerling-dossier. Dit is strikt vertrouwelijk. Alleen ouders kunnen hier, op afspraak, inzage in krijgen.
3.
4.
5.
6.
7.1 Organisatie van zorg voor leerlingen Op onze school is als Kwaliteitsondersteuner (KO-er) aangesteld Juffrouw Maartje Ampts Zij coacht en begeleidt leerkrachten die in hun groep leerlingen hebben die extra zorg nodig hebben. Wanneer blijkt uit de observaties en toetsen dat kinderen zich op sociaal en/of cognitief vlak minder goed ontwikkelen, wordt er extra hulp geboden. De leerkracht stelt ,eventueel in samenspraak met de KO-er of collega, een groepsplan op. Ouders worden hier tijdens een rapportgesprek of een tussentijds gesprek van op de hoogte gesteld.
7.
De onderwijsbehoeften van kinderen staan centraal: wat heeft een kind nodig om onderwijsdoelen te behalen? Het gaat om afstemming en wisselwerking: het gaat niet alleen om het kind, maar om het kind en de wisselwerking met zijn omgeving. Het gaat om het kind in deze groep, bij deze leerkracht, op deze school en van deze ouders. De leerkracht doet ertoe: de leerkracht realiseert passend onderwijs en levert daarmee een cruciale bijdrage aan een positieve ontwikkeling van de kinderen. Positieve aspecten zijn van groot belang: van zowel kind, leerkracht, school, de groep en ouders. Positieve factoren bieden aanknopingspunten voor het stellen van ambitieuze doelen en om een succesvol plan van aanpak te kunnen uitvoeren. We werken constructief samen: samenwerking tussen leerkracht, kind, ouders interne en externe begeleiders is noodzakelijk om een effectieve aanpak te realiseren. Ons handelen is doelgericht: het team formuleert korte- en lange termijndoelen voor het leren, de werkhouding en het sociaal-emotioneel functioneren van alle kinderen en evalueert deze in een cyclus van planmatig handelen. De werkwijze is systematisch, in stappen en transparant: het is voor betrokkenen duidelijk hoe de school wil werken en waarom.
De zeven uitgangspunten bieden een kader. We streven ernaar alle uitganspunten tot hun recht te laten komen binnen een cyclisch proces. Het werken volgens de zeven uitgangspunten kunnen een omslag in denken betekenen, zoals:
7.2 Passend Onderwijs – HGW - afstemming In het kader van Passend Onderwijs hebben schoolbesturen straks de plicht om aan elk kind een passend arrangement van onderwijs en zorg te bieden. Ons samenwerkingsverband heeft ervoor gekozen om via het project Afstemming (handelingsgericht werken) passend onderwijs te realiseren.
20
Van wat een kind heeft (het probleem) naar wat een kind nodig heeft van de leerkracht: Van probleem gericht naar oplossingsgericht denken en handelen: Van een school die ouders informeert naar een school die tevens de ervaringsdeskundigheid van ouders benut in haar onderwijs.
7.3.2 De cirkel van handelingsgericht werken
Realiseren
Waarnemen
Plannen
Begrijpen
Daarnaast bieden buitenschoolse instanties mogelijkheden tot scholing en training voor leerkrachten, teams en directies. Een traject met een externe instantie verloopt meestal op de volgende manier:
In een eerste gesprek leggen leerkracht en KO-er uit wat het probleem is en wat de vraag aan de externe hulpverlener is. Afhankelijk van het probleem wordt afgesproken of er verder onderzoek moet plaatsvinden en zo ja, welke onderzoeksactiviteiten dit zullen zijn.
De ouders ontvangen een toestemmingsformulier. Hierin wordt toestemming gevraagd voor het onderzoek en voor het uitwisselen van gegevens met andere instanties die betrokken zijn bij het kind.
Fase 1. Waarnemen/signaleren Stap 1: verzamelen van kind gegevens in een groepsoverzicht Stap 2: signaleren van kinderen die extra begeleiding nodig hebben Stap 3: bepalen van de doelen voor de komende periode
Vervolgens vindt het onderzoek plaats. Er zijn verschillende onderzoeksactiviteiten mogelijk zoals een observatie, psychologisch onderzoek om de verstandelijke- en of persoonsontwikkeling van een kind in kaart te brengen, afname vragenlijsten enz.
Fase 2. Begrijpen/analyseren Stap 4: benoemen van de onderwijsbehoeften van alle kinderen
De resultaten van het onderzoek worden besproken met de ouders, leerkracht en KO-er. Meestal is bij dit gesprek een medewerker van de uitvoerende instantie aanwezig. Het uiteindelijke verslag van de onderzoeksresultaten gaat naar de ouders en naar de school. Als laatste ontvangen ouders een evaluatieformulier. Hierop kunnen zij hun mening geven over de geboden hulp door de externe instantie. De gegevens die over het kind zijn verzameld, worden in het administratiesysteem in bewaard. Deze gegevens worden alleen met toestemming van ouders doorgegeven aan derden.
We onderscheiden vier verschillende fases met in totaal zeven stappen.
Fase 3. Plannen Stap 5: clusteren van kinderen met vergelijkbare onderwijsbehoeften Stap 6: opstellen van een groepsplan
Fase 4. Realiseren Stap 7: uitvoeren van het groepsplan
7.4 Onderwijs aan zieke leerlingen. Als blijkt dat uw kind door ziekte langere tijd niet naar school kan komen, dan is het van belang dat u dit aan de leerkracht kenbaar maakt. De leerkracht kan dan samen met u bekijken hoe het onderwijs aan uw kind toch voortgezet kan worden. Hierbij kan gebruik gemaakt worden van de deskundigheid van een consulent onderwijsondersteuning zieke leerlingen die verbonden is aan de SBD of het academisch ziekenhuis. Als u meer wilt weten over onderwijs aan zieke leerlingen kunt u informatie opvragen bij de intern begeleiders. U kunt ook informatie vinden op de volgende site, www.ziezon.nl.
De cyclus van handelingsgericht werken doorlopen we drie keer per jaar. Tijdens de groepsbespreking bespreken we het wel en wee van de groep; hoe gaan kinderen met elkaar om en hoe zijn de leerresultaten van de kinderen. Als er kinderen zijn die meer specifieke onderwijsbehoeften hebben dan bespreken we deze tijdens een leerling bespreking. Op het moment dat er zorgen zijn rondom een kind worden de ouders altijd op de hoogte gebracht. Het kan dus niet zo zijn dat uw kind wordt besproken zonder dat u hier van op de hoogte bent. We kijken altijd vanuit een positieve insteek; wat heeft dit kind, op deze school, in deze groep, met deze leerkracht, met deze ouders nodig om zich zo optimaal mogelijk te kunnen ontwikkelen.
7.5 Rapportage aan ouders. We vinden het belangrijk om ouders goed te informeren over de ontwikkelingen en de vorderingen van hun kind op school. Contacten met de ouders van de kleuters gaan in de vorm van oudergesprekken op school. Bij de kleuters is er als eerste een kennismakingsgesprek. De ouders vertellen over hun kind. Als houvast hebben de ouders een kijklijst gekregen die ze thuis mogen invullen. Het tweede gesprek komt vanuit de juf. Zij vertelt over de vorderingen van het kind. Aan het eind van het schooljaar krijgen de kinderen een Pompommetje mee naar huis. (De mascotte van Schatkist). Hebben de ouders hier nog vragen over, kunnen ze zelf een gesprek aanvragen bij de juf.
7.3.3 Begeleiding, onderzoek en advies door externe instanties Om mede de juiste zorg voor kinderen te kunnen bepalen, kunnen we als school advies vragen bij diverse externe instanties. Zij adviseren en bieden hulp aan leerkrachten bij de begeleiding van leerlingen. Soms doen ze dit aan de hand van een onderzoek.
21
Deze informatie kan op verzoek verstrekt worden aan de ouder die niet de dagelijkse zorg uitoefent of die niet belast is met het ouderlijk gezag. De betreffende ouder kan op aanvrage over de schriftelijke informatie beschikken. Met de school wordt dan een afspraak gemaakt op welke manier deze schriftelijke informatie verstrekt wordt. Voor mondelinge informatie kan de betreffende ouder een afspraak maken met de school. Wanneer het belang van het kind zich tegen deze informatieverschaffing verzet, zal naar het oordeel van de schoolleiding deze informatie niet worden verstrekt. Het gaat dan om zwaarwegende omstandigheden. De ouder die zich benadeeld voelt door de weigering kan zich wenden tot het bestuur en uiteindelijk zelfs tot de rechter. Om welke informatie/contacten gaat het niet ?
Hierin wordt verslag gedaan over diverse ontwikkelingsgebieden o.a. van taal, ordenen, zelfredzaamheid, soc. emotionele ontwikkeling. Daarbij komt ook nog een overzicht bij van de signaleringstoetsen (2x per jaar) LOVS voor kleuters op het gebied van rekenen en taal. De kinderen van groep 3 t/m 8 krijgen driemaal per jaar een rapport mee naar huis. Na het eerste en tweede rapport wordt u uitgenodigd om het rapport met de leerkracht te bespreken in een 10- minuten gesprek. Tijdens het oudergesprek licht de leerkracht het rapport verder toe en probeert samen met de ouders de ontwikkeling van het kind zo optimaal mogelijk te volgen. Ook worden de resultaten en de ontwikkelingen van de kinderen gevolgd door de resultaten van de (methode onafhankelijke - ) toetsen van het LOVS te overleggen en met de ouders te bespreken. Indien daartoe aanleiding is, worden ouders tussentijds uitgenodigd voor een gesprek om de ontwikkelingen van het kind te bespreken. Dit kan zowel op initiatief van de ouders als op initiatief van de leerkracht. U kunt na schooltijd altijd binnenlopen om een afspraak met de leerkracht te maken.
1.
Algemene ouderavonden en startavonden. De informatie die op deze bijeenkomsten gegeven wordt is gericht op zaken die van belang zijn voor de ouder die de dagelijkse zorg voor het kind uitoefent.
3.
Vieringen, sport- en speldagen, ouderparticipatie (leesouders e.d.), ouderraad en schoolraad. De deelname en bijbehorende informatie is voorbehouden aan de ouder die het dagelijks gezag uitoefent.
7.7 De overgang naar het voortgezet onderwijs. Alle leerlingen verlaten na groep 8 de basisschool om hun onderwijsloopbaan in het voortgezet onderwijs te vervolgen. Het is van groot belang dat de schoolkeuze die dan gemaakt moet worden zo verantwoord mogelijk gebeurt. Wij vinden het erg belangrijk om in het advies op een lijn te komen met de ouders en het kind. Dit lukt gelukkig bijna altijd. In het begin van het schooljaar wordt er op een ouderavond uitvoerig informatie gegeven over de procedure ten aanzien van het voortgezet onderwijs. Er wordt een jaaroverzicht uitgereikt met relevante data zoals info-avonden op de diverse scholen en inschrijfdata. Ook gaat groep 8 bij een aantal scholen op bezoek om zich te oriënteren en de sfeer te proeven van die scholen. Er vinden in het algemeen twee oudergesprekken plaats over de schoolkeuze. In het eerste gesprek, dat in november plaatsvindt, wordt mogelijk al op basis van alle leerling-gegevens vanuit het leerlingvolgsysteem, aangevuld met aanvullende toetsen en/of onderzoeken, gesprekken met collega’s en de wensen van de leerling en de ouders, een voorlopig advies gegeven. Daarnaast nemen alle leerlingen van groep 8 in april deel aan de Cito-eindtoets. Hierin worden de schoolvorderingen van de school en van elke leerling afzonderlijk gemeten. Tegenvallende – of juist heel positieve uitslagen van de citoeindtoets zijn niet direct van invloed op de het advies zoals deze door de leerkracht(-en) is gegeven. Immers het advies komt tot stand uit tal van factoren die een rol gespeeld hebben gedurende de basisschoolperiode: leerlingkenmerken zoals concentratie, zelfstandigheid, prestatie en motivatie, interesse, behaalde resultaten, enz.
7.6 Informatie voorziening gescheiden ouders Informatie aan de ouder die niet de dagelijkse zorg uitoefent of die niet belast is met het ouderlijk gezag. (Conform het SKOzoK beleid, gebaseerd op de wettelijke regelgeving) Na de scheiding van ouders kent de school de normale omgang met de ouder die de dagelijkse zorg uitoefent en daarnaast de informatieplicht aan de ouder die niet het dagelijks gezag uitoefent of die niet met het ouderlijk gezag is belast. Bij geregistreerd partnerschap geldt dezelfde omgang. Het kenmerk van de informatieplicht aan de ouder, die niet het dagelijks gezag uitoefent of die niet met het ouderlijk gezag is belast, is dat deze tot stand komt op verzoek. Hoe gaat de school daarmee om? 1. Informatie vanuit de school: • De schoolgids • De schoolkalender • Het infoblad.
In februari/maart nog voordat de cito-uitslag bekend is, volgen er opnieuw gesprekken. Dan geeft de school een definitief advies. Dit advies wordt vermeld in het onderwijskundig rapport dat digitaal naar de betreffende school wordt gestuurd. Met dit onderwijskundig rapport melden de ouders hun kind aan op het voortgezet onderwijs.
2. Informatie over het kind: • Rapport • Rapportgesprekken • Gesprekken bij specifieke problemen • Advisering voortgezet onderwijs
22
Alle leerlingen worden vervolgens door de leerkracht van groep 8 doorgesproken met de coördinator van de brugklas. Hierna krijgen de ouders bericht of hun kind op de school van hun keuze is aangenomen. Gedurende de brugklasperiode houdt het voortgezet onderwijs ons op de hoogte van de rapportcijfers van onze oud-leerlingen. Na een half jaar spreken we de vorderingen van onze oudleerlingen met de klassenmentoren door tijdens de zgn. BoVo- markt. Op grond van deze gegevens gaan we na hoe verantwoord ons advies is geweest.
Onze school werkt samen met het team Jeugdgezondheidszorg van de GGD. Dit team bestaat uit een jeugdarts, jeugdverpleegkundige, assistente, psycholoog en een preventiemedewerker We leggen kort uit wat dit team voor de ouders, verzorgers en leerlingen kan betekenen. Antwoord op vragen Ontwikkelt mijn kind zich goed? Waar komt die lichamelijke klacht vandaan? Is dit gedrag normaal? Opvoedtwijfels? Voor dit soort vragen kunnen u en uw zoon of dochter terecht bij het team Jeugdgezondheidszorg. Zij geven advies en bekijken samen met u of verder onderzoek nodig is.
7.8 De resultaten van de CITO Eindtoets We zijn blij te zien dat onze adviezen voldoende verantwoord zijn en voor het grootste deel overeenkomen met het uiteindelijk behaalde resultaat. Hoewel niet iedere klas hetzelfde eindniveau haalt, iedere groep is immers anders wat betreft intelligentie, zelfstandigheid, doorzettingsvermogen,motivatie enz. kunnen we met trots vermelden dat de score bij de Citotoets van de groep 8 leerlingen al jaren boven het landelijk gemiddelde zit. Een overzicht van de scores vindt u in de bijlage van deze schoolgids.
Contactmomenten Tijdens de basisschoolperiode komen alle leerlingen van groep 2 en 7 op een vast moment in contact met de medewerkers van het team Jeugdgezondheidszorg. Zij kijken naar de lichamelijke, psychische en sociale ontwikkeling van uw kind. Denk aan groei, motoriek, leefstijl, spraak en taal, maar ook aan schoolverzuim en gedrag. U kunt bij elk contactmoment aanwezig zijn. Inentingen In het jaar dat uw kind 9 jaar wordt, krijgt hij of zij de laatste twee inentingen tegen DTP (Difterie, Tetanus en Polio) en BMR (Bof, Mazelen en Rode hond). Meisjes van 12 jaar krijgen ook de vaccinatie tegen HPV (baarmoederhalskanker) De GGD verstuurt hiervoor uitnodigingen.
7.9 Uitstroom van leerlingen Uitstroomgegevens van de afgelopen jaren vindt u in de gekleurde bijlage 7.10 Externe contacten Om goed onderwijs te kunnen verzorgen, hebben de school en de omgeving elkaar nodig. Eerst betrokkenen daarbij zijn de ouders, maar daarnaast is het noodzakelijk dat de school een goed afgestemde samenwerking heeft met de diverse instellingen die op de een of andere manier raakvlakken hebben ten aanzien van onderwijs en opvoeding. Zo onderhoudt onze school contacten met:
Gezonde school De GGD helpt bij het realiseren van een veilige, gezonde en hygiënische school. Bijvoorbeeld door het voorkomen en bestrijden van hoofdluis en het geven van voorlichting over een gezonde leefstijl. Ook doet de GGD metingen over een gezond leefklimaat en adviseert de school hierin. Over de GGD Vanuit de Wet Publieke Gezondheid is de GGD verantwoordelijk voor de jeugdgezondheidszorg van kinderen van 4 t/m 19 jaar. De GGD zet zich in om eventuele gezondheidsproblemen en – risico’s op te sporen en zo veel mogelijk te beperken. Onder meer via gezondheidsonderzoeken houdt de GGD (in samenwerking met de school) zicht op de lichamelijke, geestelijke en emotionele ontwikkeling van kinderen en jongeren. Zo ook op de gezondheidssituatie van uw kind. De GGD gaat zorgvuldig om met alle persoonsgegevens van u en uw kind.
Onderwijsbegeleidingsdienst Giralis GGD SMW Dommelregio Scholen voor basisonderwijs gemeente Bergeijk Buurthuis Terlo Bibliotheek Bergeijk Art4U – centrum voor muziek en dans Peuterspeelzaal Parochie Nummer Een (voor en naschoolse opvang) Scholen voortgezet onderwijs Gemeente Bergeijk, afd. onderwijs Scholenbureau Kempenland (administratie) Inspectie basisonderwijs PABO “Fontys ” te Eindhoven SKOzoK
De GGD is partner in het centrum voor Jeugd en Gezin Heeft u vragen? Stuur een e-mail naar
[email protected] Vermeld altijd de voor- en achternaam en geboortedatum van uw kind
Jeugdgezondheidszorg Gemeenschappelijke Gezondheidsdienst.
Of bel de GGD Brabant –Zuidoost via: 008 0031 414 op maandag t/m vrijdag: Tussen 09.00 – 11.00 uur en 14.00-15.00 uur
Kijk op de website www.ggdbzo.nl/ouders
GGD Brabant – Zuidoost. Postadres: Postbus 8684 Bezoekadres: Clausplein 10
23
5605 KR Eindhoven 5611 XP Eindhoven
Diversiteit kleurt je leven, ook op school. Meer weten? www.vrijzoalsjebent.nl Bureau Jeugdzorg Kinderen en jongeren tot 18 jaar met opvoedings- en opgroeiproblemen en hun ouders kunnen voor hulp terecht bij Bureau Jeugdzorg. Wij kijken wat er nodig is, geven informatie en advies en bieden de route naar passende hulp. De jeugdbeschermingsmaatregelen voogdij, gezinsvoogdij en jeugdreclassering, voert Bureau Jeugdzorg zelf uit. Voor andere vormen van jeugdzorg regelt Bureau Jeugdzorg de toegang. Het Advies- en Meldpunt Kindermishandeling (AMK) en de Kindertelefoon maken deel uit van Bureau Jeugdzorg. Centrum voor Jeugd en Gezin – CJG Bergeijk Kinderen en hun ouders/verzorgers moeten dicht bij huis terecht kunnen voor informatie en advies over en hulp bij opgroeien en opvoeden. In het Centrum voor Jeugd en Gezin werken allerlei instellingen samen met in elk geval één herkenbaar, laagdrempelig inlooppunt, waar ouders en kinderen terecht kunnen met vragen die snel worden beantwoord. Het CJG biedt jeugdgezondheidszorg en waar nodig hulp, bij ingewikkelde problemen.
Bij het AMK kan iedereen terecht die zich zorgen maakt om een kind en denkt aan kindermishandeling. Het AMK is bereikbaar via het landelijke telefoonnummer 0900-1231230.
Kindertelefoon Speciaal voor kinderen die problemen of vragen hebben waarmee ze liever niet naar hun ouders of leerkrachten gaan, is er een kinder- of jongerentelefoon. Daar is van 14.00 tot 18.00 uur altijd iemand aanwezig, die naar je luistert, eventueel advies geeft en helpt. Je hoeft je naam niet te zeggen als je belt. Het gratis telefoonnummer is : 0800-0432.
Op de website van het CJG, www.cjgbergeijk.nl , vind je opvoedinformatie en -tips over veel verschillende thema’s. Op veel vragen geeft de website al antwoord. Verder heeft het CJG een uitgebreide databank van adressen van organisaties die zich bezighouden met kinderen, jongeren en hun ouders.
Schoolmaatschappelijk werk ( SMW) Heeft u of uw kind een probleem dat van invloed is op de schoolsituatie, dan kunt u terecht bij SMW van Dommelregio. De schoolmaatschappelijk werksters stellen samen met u of met de school een plan op. Dat kan bijvoorbeeld inhouden:
Binnen het CJG Bergeijk werken instanties samen die zich gespecialiseerd hebben in opvoed- en opgroeivragen. Elke instantie binnen het CJG heeft zijn eigen expertise. Meestal is het duidelijk waar je met je opvoed- of opgroeivragen terecht kunt, bijvoorbeeld bij het consultatiebureau, het infopunt opvoeding of het maatschappelijk werk.
Maar soms is de vraag niet zo duidelijk of zie je door de bomen het bos niet meer. Loop dan binnen of bel het CJG Bergeijk via telefoonnummer 0497-551366 of stel je vraag via het contactformulier
Het geven van informatie en advies. Een aantal gesprekken met de leerling. Een aantal gesprekken met de ouders en/of de leerkracht. Bemiddeling tussen ouders en school. Praktische ondersteuning in de thuissituatie.
Dommelregio Valkenswaard tel. 040-2048500. Voor meer informatie kunt u kijken op www.dommelregio.nl Je vindt het CJG in Bergeijk op de volgende adressen: Buitenschoolse Opvang
Gemeentehuis CJG/WMO loket, Burgemeester Magneestraat 1, 5571 HB Bergeijk, tel. 0497-551366. Maandag t/m vrijdag van 09.00 - 11.30 uur en dinsdagmiddag van 14.00 - 17.00 uur.
Kinderopvang Onze school werkt samen met Nummereen Kinderopvang. Nummereen Kinderopvang is de overkoepelende naam voor kinderdagverblijf De Paraplu, kinderdagverblijf Duimelot, het peuterprogramma en buitenschoolse opvang Clup Hasta la Pasta. Ook coördineert Nummereen Kinderopvang het overblijven op diverse basisscholen, genaamd TSO De Kempen. Voor kinderen van onze school biedt Nummereen Kinderopvang buitenschoolse opvang.
Elsbeth van Genuchten Jeugdverpleegkundige GGD Aanwezig: ma. di. wo. do. vr.
Buitenschoolse opvang: Clup Hasta la Pasta Nummereen Kinderopvang verzorgt voor de kinderen op onze school buitenschoolse opvang (bso), genaamd Clup Hasta la Pasta.
Gezondheidscentrum, Klaproosstraat 60, 5571 JH Bergeijk, tel. 088-0031349. Infopunt opvoeden, vrijdagochtend om de twee weken (op afspraak, u kunt telefonisch of per email:
[email protected] een afspraak maken) Bemand door: Elsbeth van Genuchten
24
Clup Hasta la Pasta is 52 weken per jaar geopend. Dus ook tijdens schoolvakanties en op studiedagen. Elke dag na school zijn er activiteiten voor de kinderen gebaseerd op de pijlers cultuur, natuur, sport en techniek. Maar natuurlijk is er ook volop ruimte om lekker vrij te spelen! Tijdens schoolvakanties zijn er uitgebreide vakantieprogramma’s, met een divers activiteitenaanbod en leuke uitstapjes. Meer informatie over Clup Hasta la Pasta is te vinden op www.nummereen.com. Ook is hier het digitale inschrijfformulier te vinden.
Tussenschoolse opvang, het overblijven Dit wordt door de school zelf geregeld. Zie hoofdstuk 2.3
25