Schoolgids Algemeen deel ‘Resultaatgericht voor het kind en kindgericht voor het resultaat!’
Inhoud Woord vooraf ........................................................................................................................ 1. de school .......................................................................................................................... 1.1 Contactgegevens ......................................................................................................... 1.2 Medewerkers en directie ............................................................................................... 1.3 Gereformeerde schoolvereniging .................................................................................... 1.4 Aanmelding en inschrijving ............................................................................................ 1.5 Schoolgebouw en faciliteiten.......................................................................................... 1.6 ‘Voedingsgebied’ .......................................................................................................... 2. Waar de school voor staat .................................................................................................. 2.1 Visie ........................................................................................................................... 2.2 Missie ......................................................................................................................... 2.3 Doelen ........................................................................................................................ 2.4 Schoolklimaat/identiteit ................................................................................................ 3. de organisatie van het onderwijs ......................................................................................... 3.1 Schoolorganisatie ......................................................................................................... 3.2 Team en directie .......................................................................................................... 3.3 Activiteiten .................................................................................................................. Bijbelonderwijs .............................................................................................................. Kerkgeschiedenis ........................................................................................................... Activiteiten in de groepen 0/1 en 2 .................................................................................. Activiteiten in de groepen 3 t/m 8 .................................................................................... 3.4 Huiswerk ..................................................................................................................... 3.5 Onderwijstijd ............................................................................................................... 3.6 Regeling bij afwezigheid van een groepsleerkracht ........................................................... 3.7 Schoolverzuim en verlof, geweld en agressie ................................................................... 3.8 Definitieve verwijdering van leerlingen............................................................................ 3.9 Speciale voorzieningen ................................................................................................. 3.10 Diversen ................................................................................................................... 4. de leerlingenzorg ............................................................................................................... 4.1 Hoe het begint ............................................................................................................. 4.2 Het volgen van de ontwikkeling van de kinderen .............................................................. 4.3 Speciale zorg voor kinderen die dat nodig hebben ............................................................ 4.4 Zorgfederatie Kompas .................................................................................................. 4.5 Naar het voortgezet onderwijs ....................................................................................... 4.6 Jeugdgezondheidszorg op school .................................................................................... 4.7 Schoolmaatschappelijk werk .......................................................................................... 4.8 Veiligheid .................................................................................................................... 4.9 Vieringen .................................................................................................................... 4.10 Overige activiteiten .................................................................................................... 5. de ouders ......................................................................................................................... 5.1 Schriftelijke informatie .................................................................................................. 5.2 Mondelinge informatie .................................................................................................. 5.3 Overblijven ................................................................................................................. 5.4 Hand- en spandiensten ................................................................................................. 5.5 Ouderbijdrage ............................................................................................................. 5.6 Lidmaatschap HAAL ...................................................................................................... 5.7 Contributie .................................................................................................................. 5.8 Inspraak ..................................................................................................................... 5.9 Klachtenregeling / Vertrouwenspersoon .......................................................................... 5.10 Verzekeringen .
Woord vooraf Dit is de schoolgids van de gereformeerde basisschool De Wegwijzer in Hilversum. Voor wie ons (nog) niet kent, is deze brochure een rondleiding door de school. Voor wie de school wel kent, is het een gids waarin de belangrijkste informatie over De Wegwijzer nog eens op een rijtje is gezet. De schoolgids bestaat uit 2 delen: een eerste deel met algemene informatie over de school met de hoofdstukken: de school, waar de school voor staat, de organisatie van het onderwijs, de leerlingenzorg en de ouders. Dit deel staat gepubliceerd op onze website: www.haal.nl/dewegwijzer. Het tweede deel bevat specifieke informatie over de school met de onderwerpen: NAW-gegevens van leerlingen, leerkrachten & geledingen, data vakanties en schoolactiviteiten, jaarkalender e.d. Dit deel staat om privacyredenen gepubliceerd op het ouderportal op de website. De schoolgids geeft informatie over: -de identiteit van de school -de vorm en de inhoud van het onderwijs incl. de kwaliteitszorg -de leerlingzorg -de mogelijkheden om als ouders bij de school betrokken te zijn. We schrijven aan en over ‘ouders’ (meervoud), maar we realiseren ons, dat er ook kinderen zijn met één ouder of een andere verzorger. Zij kunnen zich hiermee dan ook zeker bedoeld weten. De schoolgids vormt enerzijds een document waarin een aantal afspraken vastgelegd zijn, anderzijds is het een werkdocument dat net als de school zelf voortdurend in ontwikkeling is. De kern daarvan vormt de samenwerking tussen de school en de ouders, omdat het om de ontwikkeling van uw kinderen gaat. De schoolgids vormt de weerslag van wat school en ouders over en weer van elkaar kunnen en mogen verwachten. De schoolgids is samengesteld door directie en bestuur van de school in nauwe samenwerking met enkele ouders. De schoolgids wordt elk jaar herzien. De MR heeft ingestemd met de inhoud van deze gids. Reacties op deze uitgave zijn van harte welkom. Als u vragen heeft naar aanleiding van de schoolgids, kunt u altijd contact opnemen met het schoolteam of met het afdelingsbestuur. Wij zijn graag bereid meer informatie over onze school te verstrekken. Erik Verbeek, Locatiedirecteur GBS De Wegwijzer Hilversum, juli 2012
1.
De School
1.1
Contactgegevens
GBS De Wegwijzer Sumatralaan 40 1217 GS Hilversum (035) 624 82 95
[email protected] www.gbsdewegwijzer.net www.haal.nl/dewegwijzer
1.2
Medewerkers en directie
Op school werken 8 groepsleerkrachten, een onderwijsondersteuner (OO) met volledige onderwijsbevoegdheid, een intern begeleider (IB-er), een remedial teacher (RT-er), een in onderwijs gespecialiseerde ICT-er en een locatiedirecteur. Binnen het team van medewerkers is tot op universitair niveau kennis aanwezig over de relevante onderwijskundige processen. Het team wordt in de zorg voor leerlingen extern ondersteund door een logopediste van de GGD, het zorgplatform Kompas, deskundigen uit het speciaal onderwijs en een schoolmaatschappelijk werker.
1.3
Gereformeerde schoolvereniging
De Wegwijzer is een school voor gereformeerd basisonderwijs. De uitwerking hiervan laat zich het best beschrijven als Bijbelgetrouw & positief Christelijk basisonderwijs. Dat wil zeggen dat medewerkers en ook ouders openlijk belijden Christen te zijn en deze identiteit voorleven aan de kinderen. Het onderwijs is er op gericht kinderen vanuit de Christelijke identiteit hun plaats in de wereld te leren kennen waarbij zij zich tegelijkertijd geborgen mogen weten door de liefdevolle bescherming van Christus. In meer formele zin en van oudsher betekent de gereformeerde identiteit dat er onderwijs wordt gegeven vanuit de Bijbel, waarvan de leer is samengevat in de zogenaamde drie formulieren van enigheid (Heidelbergse Catechismus, Nederlandse Geloofsbelijdenis en Dordtse Leerregels). Ouders hebben bij de doop van hun kind beloofd hen in deze leer te (laten) onderwijzen en daar draagt de school aan bij. De school is één van de zes scholen die uitgaan van VGPO HAAL, de Vereniging voor Gereformeerd Primair Onderwijs in Hilversum, Amersfoort, Almere & Leusden, met als motto: HAAL meer uit onderwijs. Op 1 januari 1998 vond de fusie plaats tussen de vier schoolverenigingen in de genoemde plaatsen. Er is een algemeen bestuur en een gemeenschappelijke Medezeggenschapsraad (GMR) voor alle zes scholen. Daarnaast heeft iedere school een afdelingsbestuur en een Medezeggenschapsraad (MR). De locatiedirecteur is verantwoordelijk voor het onderwijskundig beleid op school. Bovenschoolse zaken en het algemeen beleid worden gedaan door de centrale directie. Bestuur, directies, personeelsleden en de leden van de schoolvereniging zijn belijdende leden van één van de Gereformeerde Kerken (Vrijgemaakt) of Christelijke Gereformeerde Kerken. De statuten en reglementen van de vereniging staan in een aparte uitgave. De identiteit en de invulling daarvan zijn wezenlijk voor het bestaansrecht als gereformeerde school. VGPO HAAL heeft constante aandacht voor de invulling en uitwerking van het onderwerp identiteit in verenigingsverband. Beleid in dezen wordt afgestemd op de inbreng van leerkrachten en ouders d.m.v. bijvoorbeeld de jaarlijkse enquête.
1.4
Aanmelding en inschrijving
Ouders die lid zijn van de Gereformeerde Kerken (Vrijgemaakt) of de Christelijke Gereformeerde Kerken, kunnen hun kind(eren) inschrijven als leerling van De Wegwijzer. Ouders die lid zijn van een andere gemeente kunnen toelating tot de school aanvragen bij het bestuur. Deze toelatingsprocedure waarborgt de Christelijke identiteit van de school. In formele zin besluit het bestuur besluit over de toelating volgens een daarvoor vastgestelde procedure die op aanvraag beschikbaar is. De duur van de procedure is ± 6 weken. Aanvragen voor 1 mei kunnen in hetzelfde schooljaar nog in behandeling worden genomen. De school biedt belangstellende ouders de mogelijkheid om onder schooltijd de school te bezoeken. Tevens is informatie beschikbaar over bijvoorbeeld het aanvangsonderwijs in de kleutergroepen. Jaarlijks organiseert de school medio januari een informatieavond voor ouders die hun kind willen aanmelden.
1.5
Schoolgebouw en faciliteiten
De school is gehuisvest in een monumentaal gebouw uit 1930 van de architect W.M. Dudok. Het gebouw is in 1990/91 aan de binnenkant geschikt gemaakt voor eigentijds basisonderwijs. In 1996 is de buitenkant ingrijpend gerenoveerd en weer voorzien van de originele kleuren. Sindsdien staat het gele gebouw met fris oranje raamkozijnen als fraaie blikvanger aan het kruispunt SumatralaanInsulindelaan. In 2007 is een lokaal verbouwd voor multifunctioneel gebruik en is het lokaal voor de kleuters voorzien van een speel/werkverdieping. De school heeft een eigen gymzaal, een studieruimte annex lokaal voor kunst- en cultuuronderwijs en een mediatheek. Alle klassen, behalve de kleutergroepen, zijn voorzien van digiborden en een aantal computers. Sinds enkele jaren beschikt de school over een eigen parkeerplaats met slagboom aan de Insulindelaan naast de tuin van ‘Beeld en Geluid’. De parkeerplaats is alleen toegankelijk voor ouders en medewerkers. Het kruispunt voor de school is voorzien van verkeerslichten waardoor de verkeerssituatie voor kinderen veilig is. Achter het gebouw ligt een royaal en veilig gelegen schoolplein. Grote bomen zorgen er voor beschutting en schaduw. In het midden van het plein vormt de zandbak de grens voor het kleuterdeel en het deel voor de overige kinderen. Er zijn schommels, een groot klimrek, duikelstangen en een tafeltennistafel. Het plein biedt genoeg ruimte voor een voetbalveld en zelfs om te kunnen fietsen. In 2010 is het plein opgeknapt en onder andere voorzien van kunstgras.
1.6
‘Voedingsgebied’
De Wegwijzer is van oorsprong een streekschool en telt ± 110 kinderen. Hoewel de meeste leerlingen tegenwoordig uit Hilversum komen is het voedingsgebied: Baarn/Eemnes, Bussum/Naarden, Hilversum/Kortenhoef/Loosdrecht/Maartensdijk, Huizen/Blaricum/Laren, Loenen/Baambrugge, Mijdrecht/Vinkeveen/Wilnis, Weesp/Nederhorst den Berg. Zoals in paragraaf 1.5 staat aangegeven beschikt De Wegwijzer over een eigen parkeerplaats wat de verkeersveiligheid bij het halen en brengen van leerlingen ten goede komt. Deze veiligheid krijgt dagelijkse aandacht van zowel ouders als het schoolteam. Ook de gemeente Hilversum draagt bij aan die zorg.
2. Waar de school voor staat 2.1 Visie De Bijbel leert ons dat de mens goed en zelfs naar Gods beeld is geschapen. Door de zonde zijn de goede gaven niet meer goed bruikbaar. We geloven en belijden dat we door de Heer Jezus Christus en met de kracht van de Heilige Geest weer als kinderen van God de Vader mogen leven. De Wegwijzer ziet ieder kind als uniek schepsel van God. Daarom wordt ieder kind geholpen bij het ontdekken en ontplooien van zijn persoonlijke gaven en talenten. In het onderwijs wordt zoveel mogelijk aansluiting gezocht bij de individuele talenten en ontwikkelingsmogelijkheden van de kinderen. Zo kan het kind leren leven tot Gods eer en tot welzijn van zijn naasten en van zichzelf. De wereld moet ontdekt worden. De mogelijkheden die schepping en cultuur bieden, kunnen we onderzoeken. Leren samen te leven in onze maatschappij. Daarin willen de leerkrachten de kinderen begeleiden. Een weg die ze samen aan de hand van God mogen gaan.
2.2 Missie Als gereformeerde basisschool wil De Wegwijzer samen met de leerlingen bezig zijn tot Gods eer. Dat kan alleen bij een geopende Bijbel en met gevouwen handen. Daarom nemen bijbelvertelling en gebed op De Wegwijzer een centrale plaats in. Elke week leren de kinderen een psalm, gezang of christelijk lied. Met het zoeken van Gods eer sluit de school aan bij wat de kinderen thuis en in de kerk meekrijgen. De kinderen worden toegerust om zelfstandig te kunnen functioneren in kerk en maatschappij. De school kiest daarbij voor een evenwichtige benadering van de kinderen. Zowel de verstandelijke als de sociaal-emotionele ontwikkeling krijgen aandacht. Dit komt tot uiting in het totale onderwijs en in de sfeer op school (het zogenaamde ‘pedagogisch klimaat’).
2.3 Doelen
binnen de jaargroepen: leren we kinderen zich de Bijbelse waarden en normen eigen te maken; streven we de wettelijk voorgeschreven kerndoelen na; willen we de kinderen zoveel mogelijk op hun eigen niveau bezig laten zijn, daarbij is het aanleren van zelfstandig werken een belangrijk hulpmiddel; leren we de kinderen zich langzamerhand bewust te worden van de maatschappij waar we deel van uitmaken.
Bij al deze doelen is er ruime aandacht voor de sociaal-emotionele ontwikkeling van het kind, individueel en in groepsverband. Om deze doelen te kunnen bereiken, moeten de kinderen zich veilig en prettig voelen op school.
2.4 Schoolklimaat/identiteit Het onderwijzen van de kinderen gebeurt met liefde. De leerkrachten beseffen dat ze mogen werken met kinderen, die door God tot Zijn kinderen zijn aangenomen. Met liefde voor het kind wordt kennis overgedragen en vindt algemene vorming plaats. Kernwoorden van het schoolklimaat zijn: warmte, verantwoordelijkheid, openheid en duidelijkheid. Dit geldt voor kinderen, ouders, leerkrachten, directie en bestuur in hun onderlinge relaties. De Wegwijzer vindt dat samenwerking met thuis en kerk een meerwaarde aan het onderwijs geeft. Die band met thuis en kerk is merkbaar in het klimaat op school. Zo zijn er voor ouders veel (in)formele momenten van contact met de leerkracht en de school mogelijk.
We openen en sluiten het schooljaar altijd met de Heer. We doen dat in een kort samenzijn met de kinderen in het gymlokaal. Ouders zijn daarbij natuurlijk welkom. Eén keer per jaar is er een themaweek in samenwerking met de Gereformeerde Kerken (Vrijgemaakt) en de Christelijke Gereformeerde Kerken binnen het voedingsgebied van de school. De predikanten denken mee over het te kiezen thema. In de themaweek zoeken ze in de groepen contact met de kinderen. En op zondag sluiten ze in de kerkdienst aan bij het thema waarmee de kinderen op school en thuis bezig zijn geweest. Een belangrijke doelstelling van de themaweek is het bevorderen van de band tussen gezin, school en kerk. De christelijke feesten krijgen altijd ruime aandacht. Vooral in de dagelijkse bijbelvertellingen en in de liederen die worden geleerd en gezongen. Het kerstfeest wordt in de eigen groep gevierd. Rond Goede Vrijdag/Pasen of Hemelvaart/Pinksteren is er een gezamenlijke viering voor alle kinderen, ouders en leerkrachten. Met muziek en lied denken we dan aan de machtige werken van onze God.
3. de organisatie van het onderwijs Onderwijs geven aan een groep kinderen in een klaslokaal kan op verschillende manieren. Van strak klassikaal (alle kinderen luisteren naar hetzelfde en doen dezelfde opdrachten) tot volledig individueel (elk kind heeft een eigen programma). Strak klassikaal doet geen recht aan de onderlinge verschillen tussen kinderen. Volledig individueel onderwijs is praktisch niet haalbaar en heeft te weinig oog voor de sociale ontwikkeling van het kind. Nadenken over de organisatie van het onderwijs op de basisschool blijft daarom noodzakelijk.
3.1 Schoolorganisatie Op De Wegwijzer worden de kinderen ingedeeld in jaargroepen. In totaal doorlopen de kinderen acht van deze jaargroepen. Een kleuter die in de loop van een cursusjaar vanaf het moment dat hij of zij 4 jaar is geworden, op school komt, stroomt in de zogenaamde instroomgroep in. Deze groep wordt in het vervolg aangeduid als groep 0. Groep 0 wordt gecombineerd met groep 1. Ook al werkt De Wegwijzer met het jaargroepensysteem, uitgangspunt blijft dat ieder mens, dus ook ieder kind, uniek is. Daarom wordt tijdens de lessen aansluiting gezocht bij de mogelijkheden van de kinderen. Dat gebeurt op verschillende manieren. In vaktaal heet dat ‘differentiatie’. Differentiatie kan toegepast worden bij: * de leerstof Met een voorbeeld maken we dit duidelijk. Bij het onderdeel kaartkennis (topografie) van het leergebied aardrijkskunde leren niet alle kinderen dezelfde hoeveelheid aardrijkskundige namen); * de leertijd (voorbeeld: het ene kind heeft meer tijd nodig om een volgend leesniveau te halen dan het andere kind); * de instructie of uitleg (voorbeeld: tijdens een spellingles als onderdeel van de taalontwikkeling krijgen kinderen die dat nodig hebben, meer uitleg dan andere kinderen). Vanwege de grootte van de school verdeelt De Wegwijzer de groepen 0 t/m 8 over 5 groepen. Daarbij zullen een aantal groepen gecombineerd zijn. Een belangrijk uitgangspunt daarbij is dat in de onderbouw (de groepen 0, 1, 2 en 3) maximaal 25 leerlingen per groep zitten. Zelfstandigheid We proberen het zelfstandig werken van de kinderen te bevorderen door in de groepen 4 t/m 8 te werken met dag- en/of weektaken.
3.2 Team en directie Het team van De Wegwijzer bestaat uit enkele leerkrachten met een volledige baan en enkele met een deeltijdbaan. Eén van de leerkrachten verzorgt de remedial teaching (dat is de extra zorg die voor een aantal kinderen binnen en soms buiten de klas nodig is). Dit is de interne remedial teacher (IRT-er). Een andere leerkracht heeft als speciale taak het organiseren en het coördineren van alles wat te maken heeft met de extra zorg voor leerlingen. Dit is de interne begeleider (IB-er) van de school. Er is ook een leerkracht die de speciale taak heeft om het computergebruik te coördineren. Dit is de coördinator informatietechnologie (IT-er) van de school. De dagelijkse en onderwijskundige leiding van de school is in handen van de locatiedirecteur. Het team vergadert meestal op maandag (i.v.m. de aanwezigheid van de interim-directeur) van 15.30 uur tot 17.00 uur.
3.3 Activiteiten Bijbelonderwijs Het Bijbelonderwijs heeft op De Wegwijzer een vaste plaats. De kinderen krijgen kennis van de inhoud van de Bijbel. Ook is er goede aandacht voor het vormende aspect: het brengen van de bijbelse boodschap naar het hart van de kinderen. Bijna iedere dag begint met een bijbelvertelling. De vertelling is een stimulans voor heel het leven en werken op school, zowel voor de kinderen als de leerkrachten. Het aanleren van bijbelse feiten en enkele bijbelteksten hoort ook bij het Bijbelonderwijs. In opdracht van het GPC en de Gereformeerde PABO te Zwolle is door een schrijversgroep een nieuwe bijbelmethode geschreven met als titel: Levend Water. Voor de groepen 5, 6, 7 en 8 is deze methode klaar en wordt deze op De Wegwijzer gebruikt. Ook worden psalmen, gezangen en andere geestelijke liederen aangeleerd.
Kerk en wereldgodsdiensten In de groepen 7 en 8 wordt aandacht besteed aan de geschiedenis van de kerk. We gebruiken de methode ‘De kerk(geschiedenis) in kaart.’ Dit wordt afgewisseld met het behandelen van de wereldgodsdiensten met behulp van de boeken ‘Wat geloof jij?’ en ‘Wereldwijd geloven’.
Activiteiten in de groepen 0/1 en 2 Taalactiviteit De taal is de basis van het denken. Daarom is in het lesprogramma veel aandacht voor de taalontwikkeling van de kinderen. Ze leren de taal te gebruiken in gesprekken, liedjes, spontaan spel en overleg. De leerkracht leest vaak voor en vertelt verhalen. Prentenboeken worden samen bekeken en besproken. Ook het leren luisteren naar elkaar is heel belangrijk. Spelenderwijs worden steeds meer begrippen aangeleerd. We gebruiken hierbij de Basboeken aangevuld met ideeën uit ‘Wat zeg je?’ en ‘Idee’ . De kinderen van groep 1 worden bij het begin van het cursusjaar gescreend op spraak- en taalontwikkeling. Dat wordt gedaan door een logopediste van de GGD (zie blz. 25). Rekenonderwijs Bij het aanvankelijk en voorbereidend rekenen gebruiken we het ideeënboek van de methode ‘Wereld in Getallen’. Schrijven Hierbij gebruiken we ‘Voorbereidend schrijven in de basisschool’. Werken met ontwikkelingsmateriaal Jonge kinderen leren al doende, tijdens hun spel. De school speelt daarop in, door de kinderen ontwikkelingsmateriaal (puzzels, bouwmateriaal, spelletjes, enz.) aan te bieden. Ze kunnen daarmee spelen en ervan leren. Het werken met ontwikkelingsmateriaal is belangrijk voor de kinderen. Ze ontdekken steeds meer van de wereld om hen heen en leren daar steeds meer van te begrijpen. Ook bereiden ze zich met dit spel voor op het latere lees-, taal- en rekenonderwijs. Bewegingsactiviteiten Het kind krijgt voldoende gelegenheid om de mogelijkheden van zijn lichaam (armen, benen, enz.) verder te ontdekken. Dat gebeurt tijdens bewegingsactiviteiten op het plein, in de klas of in het gymlokaal dat tevens is ingericht als speellokaal. Het is daarbij belangrijk, dat het kind de ruimte om zich heen verder ontdekt. We geven bewegingsonderwijs d.m.v. zelf ontwikkelde
leskaarten. Elke week krijgen de kinderen een toestelles en een spelles aangeboden. De toestellessen worden gegeven d.m.v. leskaarten, de spellessen worden klassikaal aangeboden. Op bepaalde momenten worden de kinderen geobserveerd en houden we vorderingen van de leerlingen bij (via ‘Beleves’). De leskaarten en het vakwerkplan zijn ontworpen door Linda de Jong. Expressieactiviteiten Zingen, tekenen, kleuren, plakken, verhaaltjes bedenken, het doen van rollenspelen, enz. zijn activiteiten die vaak gedaan worden. Zo werkt de school aan de creatieve vorming van de kinderen. De methode die gebruikt wordt is Expressie voor kleuters. Daarnaast gebruiken we ‘Moet je doen’. Sociale vaardigheden Bij heel veel activiteiten (bijvoorbeeld het spelen in de poppenhoek, de bouwhoek, op het plein, enz.) leren de kinderen samen spelen en te werken in een groep. Daarnaast wordt er in de groepen gewerkt met de Kanjertraining. We gebruiken ook ideeën uit ‘Een doos vol gevoelens’.
Activiteiten in de groepen 3 t/m 8 Nederlandse taal – lezen In groep 3 wordt een begin gemaakt met het systematisch leren lezen. Hiervoor wordt de methode Veilig Leren Lezen (VVL) gebruikt. In groep 4 t/m 8 gebruiken we de methode Nieuwsbegrip. De techniek van het lezen wordt door veel oefenen in de groepen 3 t/m 8 verder uitgebouwd. Het aanbod van de leesstof wordt daarbij afgestemd op het leesniveau van elk kind. Daarnaast wordt aandacht besteed aan: • het goed voorlezen, • het plezier krijgen in lezen, • het begrijpen van de tekst, • het gebruiken van wat het kind gelezen heeft. De methode die hierbij gebruikt wordt in de groepen Nederlandse taal – taalgebruik De Wegwijzer geeft veel aandacht aan goed gebruik van de Nederlandse taal. Er worden allerlei taalactiviteiten gedaan naast en in combinatie met het lezen. De kinderen vanaf groep 4 leren systematisch de spellingregels voor gewone woorden. Vanaf groep 6 is er aandacht voor de spelling van de werkwoorden en voor de grammatica van de taal. Ook de ‘speelse’ kant van de taal komt aan de orde: spreekwoorden, gezegdes, enz. De kinderen leren dit alles toe te passen in mondeling en schriftelijk taalgebruik: * mondeling allerlei zaken worden besproken, niet alleen tijdens de taallessen maar ook tijdens andere lessen; kinderen (vanaf groep 4) verzorgen spreekbeurten; * schriftelijk er worden brieven, verhalen, werkstukken, enz. geschreven. De methode die voor het taalonderwijs gebruikt wordt, is Taal op Maat. Nederlandse taal – schrijven Halverwege groep 3 wordt een begin gemaakt met het systematisch aanleren van het licht hellend aan-elkaar-schrijven. De methode die gebruikt wordt is Schrijven in de basisschool. Vanaf groep 7 komt er ruimte voor de ontwikkeling van het eigen handschrift. Engels In de groepen 7 en 8 wordt een eenvoudig begin gemaakt met het aanleren van de engelse taal. In het dagelijks leven komen kinderen het gebruik van de engelse taal al vaak tegen, bijvoorbeeld bij kleding, sport en informatica. Aansluitend bij die ‘leefwereld’, leren de kinderen engels op een zeer eenvoudig niveau te gebruiken. De methode die gebruikt wordt is Hello World.
Rekenen/wiskunde Vroeger bestond rekenen vooral uit veel rijtjes sommen maken: optellen, aftrekken, vermenigvuldigen en staartdelingen, breuken, procenten, en noem maar op. Daar moesten maniertjes voor geleerd worden. Nu leren de kinderen al deze dingen ook. Maar nu gebeurt dat veel meer vanuit en gericht op de praktijk van het dagelijkse leven. Een serie rekenlessen begint met een situatie of een verhaaltje uit het leven van alledag. Van daaruit leren kinderen rekenen door het oplossen van praktische probleempjes. Ze leren daarbij onder andere ook het lezen en opstellen van tabellen en grafieken. De Wegwijzer houdt bij de organisatie van de rekenles rekening met de verschillen tussen de kinderen wat betreft hun rekenmogelijkheden: • niet alle kinderen moeten precies dezelfde sommen kunnen maken; • niet alle kinderen moeten precies evenveel sommen maken; • niet alle kinderen krijgen precies dezelfde uitleg: het ene kind heeft nauwelijks uitleg nodig terwijl het andere kind veel uitleg nodig heeft. Rekenen/wiskunde wordt gegeven aan de hand van de methode Wis en reken. Oriëntatie op mens en wereld Het is een belangrijke taak van de school de kinderen te helpen bij het ontdekken van de grote wereld om hen heen. Een wereld vol met mensen, dieren, planten en dingen. De Wegwijzer wil de kinderen leren als christenen aan de hand van God de weg in deze wereld te vinden. Daarom komen verschillende zaken nadrukkelijk aan de orde: Het omgaan met de medemens (de naaste): de sociaal-emotionele ontwikkeling. Dit krijgt aandacht wanneer een gebeurtenis daar aanleiding toe geeft. Maar het blijft niet beperkt tot incidentele aandacht. Elk cursusjaar is er een aantal lessen aangewijd. Het doel van deze lessen is de kinderen te leren hoe zij als kinderen van de Heer mogen omgaan met zichzelf en hun naasten. Het ontdekken van alles wat door God in de natuur gegeven is. Het natuuronderwijs richt zich zowel op het levende (dieren, planten, het menselijk lichaam), als op het niet-levende. De methode die gebruikt wordt is Natuur buitengewoon. Het ontdekken van de aarde waarop we leven. Eerst dichtbij, later verder weg. Dit hoort thuis in wereldoriëntatie of aardrijkskunde. Daarbij is in groep 5 aandacht voor een aantal algemene onderwerpen, zoals het omgaan met plattegronden en oefeningen in kaartlezen. In groep 6 wordt de aardrijkskunde en topografie van Nederland behandeld. In de groepen 7 en 8 komen Europa en de overige werelddelen aan de orde. De methoden die gebruikt worden zijn Geobas en Een Wereld van Verschil. Het ontdekken van de geschiedenis. Eerst dichtbij (binnen de belevingswereld van de kinderen) en later verder weg (langer geleden). De methode die gebruikt wordt is Wijzer in de tijd. Speciale aandacht is er voor het aanleren van goed gedrag in het verkeer. Daarvoor is het aanleren van de verkeersregels nodig. De kinderen van groep 7 doen mee met een landelijk theoretisch verkeersexamen. Verder is er aandacht voor: het ontdekken van de multiculturele maatschappij; het verantwoord omgaan met het milieu o.a. door te werken met programma´s als Nieuws uit de natuur en Huisje boompje bezig; het verantwoord omgaan met je eigen lichaam (gezond gedrag); iets ontdekken van de mogelijkheden van de techniek; iets ontdekken van kunst en cultuur met behulp van het aanbod van Globe Project Elk jaar wordt er gedurende anderhalve week in alle groepen gewerkt aan een gezamenlijk project. Bij zo’n project leren de kinderen op een speelse manier allerlei kennis en vaardigheden combineren rond een bepaald onderwerp. De afgelopen jaren waren de onderwerpen bijvoorbeeld ‘Uit de kunst’ en ‘Gezonde voeding en sport’. De resultaten daarvan laten de kinderen aan hun ouders zien tijdens een avond waarmee het project wordt afgesloten. Musical Tijdens de afscheidsavond van groep 8 voeren de kinderen een musical op.
Lichamelijke opvoeding De kinderen ontwikkelen hun motoriek door middel van beweging- en spellessen in de gymzaal. Deze zaal maakt deel uit van het schoolgebouw en is voorzien van materialen die voor de beweging- en spellessen nodig zijn. We geven bewegingsonderwijs d.m.v. leskaarten. Elke week krijgen de kinderen een toestelles en een spelles aangeboden. De toestellessen worden gegeven d.m.v. leskaarten, de spellessen worden klassikaal aangeboden. Bij de spellessen maken we ook gebruik van de materialen van de ´Sportieve school´ die op alle Hilvesumse basisscholen rouleren. Op bepaalde momenten worden de kinderen geobserveerd en houden we een leerlingvolgsysteem bij (Beleves). De leskaarten en het vakwerkplan zijn ontworpen door Linda de Jong. Bij de gymlessen is het dragen van gymkleding (korte broek,T-shirt/turnpakje en gymschoenen) verplicht. Een keer per jaar is er een sport-/zwemdag voor alle kinderen. En dat is elke keer een sportief feest. Creatieve vorming Allerlei aspecten van de creatieve vorming krijgen aandacht. Vooral op het gebied van tekenen, handvaardigheid en textiel. Vrijdagmiddag hebben de groepen 5 t/m 8 creamiddag van 13.00 uur tot 14.30 uur. Kinderen mogen kiezen uit verschillende activiteiten, er wordt groepsdoorbrekend gewerkt. Diverse ouders bieden hierbij de helpende hand. Sociale Vaardigheid (SoVa) Aan de hand van de Kanjertraining oefenen de kinderen schoolbreed sociale vaardigheden. Elk onderwerp krijgt gedurende een bepaalde periode de aandacht.
3.4 Huiswerk In de bovenbouw krijgen de kinderen kleine hoeveelheden huiswerk mee. Zo wennen ze langzamerhand aan het maken van huiswerk. Bovendien kunnen kinderen omdat ze jong zijn, betrekkelijk makkelijk iets uit het hoofd leren. De hoeveelheid huiswerk wordt gedurende het doorlopen van de bovenbouw langzaam opgevoerd. Vanaf groep 3 wordt er wekelijks een vers van een psalm of gezang opgegeven.
3.5 Onderwijstijd aantal uren De school is verplicht om aan de groepen 1 t/m 4 over vier schooljaren verspreid minimaal 3520 uur les aan te bieden. Dit is gemiddeld 880 uur per groep. Voor de groepen 5 t/m 8 is dat 4000 uur. Dat komt neer op 1000 uur per groep. lessentabel Per week hebben de groepen 1 en 2 elk twintig uur les. De groepen 3 t/m 8 elk 25 uur en veertig minuten les. In onderstaande tabel staat hoe per week de activiteiten over de uren verdeeld zijn. Activiteiten gr 0/1 gr 2 gr 3 gr 4 gr 5 gr 6 gr 7 gr 8 Bijbelonderwijs Kerkgeschiedenis Zintuiglijke en lichamelijke Ontwikkeling Lichamelijke oefening Bevordering taalgebruik Taal Lezen Schrijven Rekenen en wiskunde Engels Wereldoriëntatie Aardrijkskunde Geschiedenis Natuur en milieu w.o.
2.00
2.00
7.20
7.20
3.00
3.00
0.30
2.05
2.05
2.05
2.05
2.05 0.35
2.05 0.35
1.30 1.15 5.00 1.30 1.20 5.45
1.30 1.15 4.15 1.35 1.10 5.15
1.30 1.15 4.15 1.35 1.00 4.30
1.30 1.15 4.15 1.25 0.45 4.30
1.30 0.30 4.15 1.50 0.30 4.15 0.30
1.30 0.30 4.15 1.50 0.30 4.15 0.30
1.15
0.40 0.45 1.00 0.55
1.20 1.30 0.55
1.50 1.30 1.15
1.50 1.30 1.15
0.30
0.45
biologie en gezond gedrag Sociale redzaamheid Verkeer Expressie (creatieve vorming) Muziek Keuzeactiviteit Pauze TOTAAL
0.15 0.30 2.00
0.15 0.45 2.25
0.15 0.45 1.15
0.15 0.45 1.15
0.15 0.20 1.15
0.15 0.20 1.15
6.40
6.40
1.00
1.00
0.45 1.30 1.15
0.55 1.15 1.15
0.55 1.15 1.15
0.55 1.15 1.15
0.30 1.15 1.15
0.30 1.15 1.15
20.00
20.00
25.40
25.40
25.40
25.40
25.40
25.40
schooltijden en vakanties Groepen 0/1 en 2: maandag, dinsdag, donderdag en vrijdag: woensdag: Groep 3: maandag, dinsdag, donderdag en vrijdag: woensdag: Groepen 4 t/m 8 zijn: maandag, dinsdag, donderdag en vrijdag: woensdag:
8.45 - 11.50 en 13.00 - 15.00 uur geen school 8.45 - 12.20 en 13.00 - 15.00 uur 8.45 - 12.30 uur (de eerste 7 woensdagen zijn vrij) 8.45 - 12.20 en 13.00 - 15.00 uur 8.45 - 12.30 uur
Elke schooldag hebben de groepen 0 t/m 8 een ochtendpauze van 10.30 - 10.45 uur. Bij het vaststellen van de vakantiedata door de opeenvolgende schooljaren heen, hanteert de school de regel dat het ene cursusjaar de herfst- en de voorjaarsvakantie worden aangepast aan de regio Noord en het andere cursus jaar aan de regio Midden. Data van vakanties en vrije dagen staan vermeld op het ouderportal op de website.
3.6 Regeling bij afwezigheid van een groepsleerkracht De school doet er alles aan om er voor te zorgen dat bij afwezigheid of ziekte van een leerkracht de kinderen gewoon naar school blijven gaan. Toch kan het in bijzondere gevallen gebeuren dat opvang niet mogelijk is. In die situatie zijn de kinderen vrij. Ouders worden hiervan zo snel mogelijk op de hoogte gesteld.
3.7 Schoolverzuim en verlof, geweld en agressie Leerplicht De leerplicht geldt vanaf de eerste van de maand volgend op de maand waarin een kind 5 jaar geworden is. De leerplicht eindigt nadat een kind twaalf volledige schooljaren achter de rug heeft, of aan het eind van het schooljaar waarin een kind 16 jaar is geworden. Schoolverzuim In alle groepen wordt elke dag de presentielijst ingevuld. Bij afwezigheid wordt nagegaan of de leerling geoorloofd afwezig is. Bij (vermoedelijk) ongeoorloofd verzuim neemt de directie zo mogelijk nog dezelfde dag contact op met de ouders/verzorgers van het betreffende kind, met als doel om het verzuim ongedaan te maken. Ongeoorloofd verlof wordt doorgegeven aan de leerplichtambtenaar. Als een kind ziek is moeten de ouders de school hiervan in kennis stellen. Dit kan middels een telefoontje of briefje. We stellen het op prijs, dat er voor schooltijd bericht wordt gegeven als een kind niet op school kan komen. Dit is in het belang van de kinderen, omdat we anders niet weten waar de kinderen zijn. Bezoek aan huisarts en tandarts dient buiten schooltijd plaats te vinden. Onze ervaring leert, dat bijna alle artsen hieraan meewerken. Afspraken bij specialisten vormen hierop een uitzondering.
Voor een extra vrije dag (bruiloft, jubilea, e.d.) of voor buitengewone verlofdagen moet er toestemming worden gevraagd aan de locatiedirecteur. Verzuim zonder toestemming wordt gemeld als ongeoorloofd verzuim. Wilt u vrij vragen voor het kind, dan kunt u dit op de volgende manier doen: Vraag een leerkracht naar het 'formulier verlofaanvraag'. U kunt dit formulier invullen en aan de leerkracht geven. De directie bepaalt of dit verzoek in overeenstemming is met de regelgeving. Dit wordt aangegeven op het formulier dat u via de leerkracht terug krijgt. Geoorloofd verzuim Als uw kind 4 jaar is, mag het naar school. Omdat kinderen veel indrukken op doen en niet altijd hele dagen op school volhouden, kunt u in overleg met de juf uw kind bepaalde momenten thuis houden. Vanaf zijn/haar 5e verjaardag is het kind partieel leerplichtig. Indien noodzakelijk kunt u – i.o.m. de school – uw kind maximaal 5 uur per week thuis houden. Is uw kind 6 jaar, dan geldt dit niet meer, uw kind is dan volledig leerplichtig. Extra vrij: - Scholen moeten kinderen vrij geven voor de dagen waarop ze vanwege geloofs- of levensovertuiging niet op school kunnen zijn. - vanwege gewichtige omstandigheden. Gewichtige omstandigheden zijn in beginsel externe omstandigheden. Het kan gaan om doktersbezoek, verhuizing, huwelijk van bloed- en aanverwanten, huwelijks- of ambtsjubileum, ernstige ziekte of overlijden van familieleden. Wanneer u in verband met gewichtige omstandigheden vrijstelling van schoolbezoek wenst, kunt u een verzoek voorleggen aan de locatiedirecteur. Bij een verzoek tot vrijstelling voor meer dan tien schooldagen, ligt de beslissing bij de leerplichtambtenaar van de woongemeente. Vakantieverlof U moet zich houden aan de vastgestelde schoolvakanties. Dat geldt ook voor wintersportvakanties of bezoek van buitenlandse kinderen aan hun eigen land. In heel bijzondere gevallen mag de directeur een leerling vrij geven om met zijn ouders op vakantie te gaan. Dat mag hooguit één keer per jaar, voor een periode van ten hoogste 10 dagen. Dat geldt alleen voor ouders die door hun beroep niet in de schoolvakanties op vakantie kunnen gaan ( nemen). U moet dan een verklaring van uw werkgever laten zien waaruit blijkt dat u niet op een ander moment met vakantie kunt. De directeur mag geen toestemming geven als het gaat om de eerste twee weken na de grote vakantie. Meldingsplicht De Wet op de leerplicht geeft aan, dat ouders of verzorgers die zonder de vereiste toestemming een leerplichtig kind van school houden, een strafbaar feit begaan. Een directeur die (vermoedelijk) ongeoorloofd schoolverzuim niet meldt bij de leerplichtambtenaar, begaat ook een strafbaar feit. Vrijstelling van het onderwijs Het bevoegd gezag kan voor individuele leerlingen een bepaalde vrijstelling van lessen mogelijk maken. We noemen de volgende gevallen: Voor jonge, niet leerplichtige leerlingen voor wie het nog te zwaar is de hele dag op school te zijn. Voor leerlingen die deels de basisschool volgen en deels speciaal onderwijs. Wanneer een leerling op medische indicatie een bepaalde les niet kan of mag volgen (bijvoorbeeld gymnastiek) zal hij/zij een vervangend programma op school moeten volgen. Hetzelfde geldt voor het niet kunnen meedoen aan bijvoorbeeld een schoolreis vanwege bepaalde omstandigheden.
Leerlingenbeleid en veiligheid
Op school willen we zorg dragen voor een veilige omgeving voor alle kinderen en medewerkers. Een structurele aanpak is in de eerste plaats gericht op leerlingen en gaat uit van drie strategieën. Deze kunnen niet los van elkaar worden gezien. * Bevorderen van een sociaal klimaat Leerlingen voelen zich thuis op scholen, waar de leerkracht hen serieus neemt, met respect behandelt en blijft accepteren. Ook waarderen zij het als leraren gezag uitoefenen en duidelijke gedragsregels hanteren * Intensieve begeleiding van kinderen met gedragsproblemen Als leerlingen zich lastig(er) gaan gedragen, is het goed om actief in te grijpen en niet af te wachten tot dit gedrag vanzelf overdrijft. Juist adequaat reageren kan voorkomen dat problemen ernstiger worden. * Inspringen op acute situaties Als zich ernstige incidenten voordoen, moet hierop onmiddellijk worden ingesprongen door de leerkracht, de directie, het schoolteam of eventueel externe instanties zoals de jeugdhulpverlening. Daarbij zijn duidelijke - en soms ook harde - maatregelen nodig. Datzelfde geldt voor situaties waarin probleem leerlingen hardnekkig volharden in agressief en gewelddadig gedrag. Ongewenst gedrag moet duidelijk worden afgekeurd zonder dat het kind wordt afgewezen. We hopen dat er op onze school geen leerlingen behoeven te worden verwijderd voor kortere of lange termijn, maar in sommige situaties is het voor de leerling en de school beter. Een leerling die de rust of veiligheid op school ernstig verstoort, kan worden verwijderd. Het moet gaan om herhaald wangedrag, dat onmiskenbaar een negatieve invloed heeft op andere leerlingen en een goede gang van zaken ernstig belemmert. Hierbij hanteren we het beleid 'leerlingenbeleid en veiligheid' dat binnen de HAAL-scholen is vastgesteld. De volledige regeling is de te downloaden via www.haal.nu Geweld en agressie Op verschillende manieren kan de school in aanraking komen met agressie en geweld: Het kind kan bedreigd worden door geweld en agressie in eigen omgeving. Het kind kan zich gewelddadig of agressief uiten naar anderen. Ouders die zich gewelddadig of agressief naar school toe gedragen. Een leerkracht gedraagt zich gewelddadig of agressief. Onder geweld en agressie verstaan we het gebruik van lichamelijk geweld zoals slaan en schoppen het gebruik verbaal geweld zoals schelden, en persoonlijke beledigende taal. De school is tegen het gebruik van geweld en agressie en zal als zich dat voordoet zich hier ook met maatregelen tegen verzetten. Als geconstateerd wordt dat een kind te maken heeft met een situatie in de thuissituatie waarin geweld en agressie worden gebruikt, dan zal de school dit melden aan de vertrouwenspersoon van de school. In overleg met de VP zal besloten worden het meld- en adviespunt kindermishandeling in te schakelen. Als een kind zich bij herhaling gewelddadig of agressief uit, is een leerkracht verplicht dit te melden in het schoolteam. Daar zullen afspraken gemaakt worden over eventueel te nemen maatregelen naar aanleiding van de ernst van de situatie. Wat wel en niet toelaatbaar is in deze situatie staat omschreven in de gedragscode van de school. Als ouders zich gewelddadig of agressief naar school toe gedragen meldt de leerkracht dit in elk geval aan de locatiedirecteur en de vertrouwenspersoon. In overleg zullen die gepaste maatregelen nemen om herhaling te voorkomen. In het geval dat er strafbare handelingen hebben plaatsgevonden wordt een aanklacht bij de politie ingediend. Als er klachten komen over gewelddadig of agressief gedrag van een leerkracht ten opzichte van een kind, ouders of collega's, dan wordt dit aangemeld bij de contactpersoon of de vertrouwenspersoon. In overleg met de school worden gepaste maatregelen genomen. Indien daar aanleiding voor is wordt aangifte bij de politie gedaan.
3.8 Definitieve verwijdering van leerlingen Een leerling die de rust of veiligheid op school ernstig verstoort, kan worden verwijderd. Het moet gaan om herhaald wangedrag, dat onmiskenbaar een negatieve invloed heeft op andere leerlingen en een goede gang van zaken ernstig belemmert.
De beslissing over toelating, schorsing en verwijdering van leerlingen berust bij het bevoegd gezag (het algemeen bestuur). Voordat wordt besloten tot schorsing en/of verwijdering hoort het bevoegd gezag de betrokken groepsleerkracht. Definitieve verwijdering van een leerling vindt niet plaats dan nadat het bevoegd gezag er zorg voor heeft gedragen dat een andere school bereid is de leerling toe te laten. Indien aantoonbaar gedurende 8 weken zonder succes is gezocht naar een zodanige school of instelling waarnaar kan worden verwezen, kan in afwijking van het voorgaande, tot definitieve verwijdering worden overgegaan. De school moet eerst het voornemen tot verwijdering kenbaar maken aan de ouders. De ouders kunnen tegen de verwijdering een bezwaarschrift indienen bij het schoolbestuur. Bij een negatieve beslissing kunnen de ouders via een kort geding proberen verwijdering tegen te gaan.
3.9 Speciale voorzieningen Overblijven (TSO) In alle groepen is er gelegenheid om op school te blijven eten. Dit wordt tussenschoolse opvang (TSO) genoemd. In de praktijk blijkt dat alle kinderen daar gebruik van maken. Het algemeen bestuur is eindverantwoordelijk voor de tussenschoolse opvang. Deze verantwoordelijkheid is op schoolniveau ondergebracht bij de locatiedirecteur. Ouders blijven ingeschakeld bij het overblijven. Eén ouder is aangesteld als TSO-coördinator. Deze coördinator organiseert het overblijven en onderhoudt het contact met de locatiedirecteur en een binnen HAAL aangestelde bovenschoolse coördinator (zie paragraaf 5.4). Buitenschoolse opvang (BSO) Op grond van de wettelijke verplichting heeft De Wegwijzer buitenschoolse opvang geregeld voor ouders die daaraan behoefte hebben. Daartoe is samenwerking aangegaan met de Stichting Kinderopvang Hilversum (SKH). De SKH verzorgt op alle dagen van de week – ook in de vakanties - de naschoolse opvang van onze leerlingen in een BSO-locatie op loopafstand van De Wegwijzer. Ook kinderen van andere scholen worden hier opgevangen. Meer informatie is te lezen op www.kinderopvanghilversum.nl. Het telefoonnummer van de SKH is 035-683 44 99. Ouders kunnen hun kind(eren) rechtstreeks bij de SKH inschrijven. Op de site staan ook de kosten. Ouders krijgen hierin van de belastingdienst een tegemoetkoming tot – afhankelijk van het inkomen – 96,5%. Bedragen boven de € 6,02 vallen niet onder deze regeling. Hoeveel de tegemoetkoming per individueel geval bedraagt, is na te gaan bij de belastingdienst: telefoon 0800 – 0543 of www.toeslagen.nl. Lokalen Het schoolgebouw telt zes groepslokalen, een gymzaal (die ook wordt gebruikt als speellokaal) en een handvaardigheidlokaal. Documentatiecentrum De Wegwijzer heeft de beschikking over een goed geoutilleerd documentatiecentrum (op de bovenverdieping). Leerkrachten kunnen er terecht voor hun lesvoorbereiding en kinderen voor het maken van werkstukken en spreekbeurten. Drie ouders verzorgen het documentatiecentrum wekelijks. Bij het documentatiecentrum behoort ook een videotheek. Orthotheek-ruimte De Wegwijzer heeft ook een orthotheek: een verzameling materialen (boeken, naslagwerken, testinstrumenten, hulpmaterialen, enz.) waarvan de leerkrachten gebruik maken voor kinderen met speciale behoeften. Computers De Wegwijzer beschikt over een computernetwerk. Dit netwerk is begin 2007 geheel vernieuwd. Bij dit netwerk behoren ook drie digitale interactieve schoolborden. Deze schoolborden worden in de lokalen van de groepen 3 t/m 8 gebruikt. De computer wordt vooral ten behoeve van het onderwijs gebruikt. Dat gebeurt bij:
het lees-, spelling-, reken- en topografisch onderwijs; de hulp aan kinderen die extra begeleiding nodig hebben; opdrachten voor kinderen die meer leerstof aankunnen.
Het netwerk van de school heeft een open verbinding met Kennisnet. Kennisnet is een breedbandig kabelnetwerk tussen scholen in Nederland. Via dit net kunnen scholen informatie over onderwijs uitwisselen. Ook de kinderen maken gebruik van het Kennisnet. Het netwerk wordt via een filter beschermd tegen ongewenste sites. Met de kinderen zijn duidelijke afspraken gemaakt over het gebruik van Kennisnet en het internet. De kinderen hebben geen eigen e-mailadressen op school.
3.10 Diversen Stagiaires De Wegwijzer is vaste stageschool voor studenten van de Gereformeerde Hogeschool te Zwolle, afdeling Basisonderwijs. Op verzoek biedt de school soms plek aan stagiaires van andere opleidingen. Wanneer er stagiaires in de school aan het werk zijn, wordt dit aan de ouders meegedeeld. Sparen Maandaggeld Elke maandagochtend wordt er in de groepen geld opgehaald dat kinderen vrijwillig meenemen voor een goed doel. De doelen zijn: ‘Redt een kind’ (een christelijke hulporganisatie die langjarige hulp biedt aan kinderen in Derde Wereldlanden). We betalen voor de adoptie van Manju Lata Singh, een meisje dat geboren is op 2 januari 1993 en woont in het Krendrapara Children’s Home in India (per jaar €455,-). Acties Soms wordt er geld ingezameld of worden spullen bijeengebracht om bij te dragen aan hulp in nood. Rond het Sinterklaasfeest doen de kinderen mee met de actie ‘Schoenendoos’. In de jaarlijkse project- en/of themaweek sparen de kinderen voor een bijpassend doel. Oud papier In de fietsenstalling staan containers waar oud papier in gedeponeerd kan worden. De opbrengst wordt gebruikt voor pleinmateriaal. Lege batterijen In de hal staat een ronde container waarin lege batterijen gedeponeerd kunnen worden.
4. de leerlingenzorg Een kind is net 4 jaar geworden en wordt door zijn ouders vanuit het veilige thuis naar een groot gebouw gebracht met onbekende juffen en meesters en heel veel andere kinderen. Dat is geen kleinigheid. Acht jaar lang zal het een groot deel van zijn tijd op die basisschool doorbrengen. Dat is ook niet niks. Dat vraagt om zorgvuldige leiding en begeleiding door het basisschoolteam. En dat wil De Wegwijzer de kinderen die aan haar zorgen worden toevertrouwd graag bieden.
4.1 Hoe het begint Nadat ouders hun kind als leerling hebben aangemeld, volgt de eerste kennismaking van het kind met de school. Regeling voor de jongste kleuters. De kinderen kunnen, zodra ze vier jaar zijn geworden, instromen in de betreffende groep, met uitzondering van de maanden november/december en 6 weken voor het einde van het schooljaar. Van tevoren mogen ze maximaal twee dagdelen op school komen kennismaken. De ouders krijgen hierover bericht via de leerkracht. We proberen op school zorg aan kinderen in de onderbouw te geven door deze groepen niet te groot te laten worden. Door combinaties van groepen is er ruimte voor instroom. Om goede aandacht aan de kinderen te blijven besteden is een maximale groepsgrootte van 25 leerlingen in de onderbouw voor ons een grens. Bij de start van het cursusjaar zal ruimte worden geboden voor instroom in één van de kleutergroepen. Ook kunnen we, afhankelijk van de groei en de getalsmatige verhoudingen in de groepen 0, 1 en 2, bepalen of een halfjaarlijkse overgang noodzakelijk is. Bij een halfjaarlijkse overgang worden leerlingen van de ene kleutergroep naar de andere overgeplaatst. Dit kunnen we doen met het oog op een evenredige verdeling tussen de groepen en het bieden van zorg aan bepaalde (groepen) leerlingen. Tenslotte behouden we ons het recht toe om per maart / april een wachtlijst te hanteren m.b.t. kinderen die in de periode maart t/m juli 4 jaar hopen te worden. Criterium bij het toepassen van voorgenoemde regelingen is steeds het kunnen realiseren van de gewenste onderwijskundige kwaliteit. Bij de opvang van kinderen die van een andere school komen, krijgen de ouders zowel schriftelijke als mondelinge informatie over De Wegwijzer. De ouders en de kinderen kunnen een rondleiding in en om de school krijgen. De kinderen kunnen ook een dag of een dagdeel kennismaken met de nieuwe groep waarin zij komen. De locatiedirecteur is contactpersoon bij deze opvang.
4.2 Het volgen van de ontwikkeling van de kinderen Kinderen goed leiden en begeleiden kan alleen op een school met: Gezamenlijke aandacht Iedere leerkracht is als eerste verantwoordelijk en aanspreekbaar voor de kinderen van de eigen groep. Maar dat betekent niet, dat deze leerkracht daarin alleen staat. Op De Wegwijzer is de zorg voor de kinderen een zaak van alle teamleden gezamenlijk. Om die gezamenlijke aandacht zo goed mogelijk vorm te geven, heeft een van de leerkrachten de functie van interne begeleider (IB-er) gekregen. De taak van de IB-er is: het coördineren van de organisatie van de zorg voor de kinderen. Goed volgen De ontwikkeling van de kinderen wordt (samengevat) op de volgende manier gevolgd: De leerkrachten van de groepen 0/1 en 2 doen in hun groep gerichte observaties. Door middel van deze observaties kunnen de leerkrachten in hun groep vaststellen hoever de kinderen binnen de verschillende ontwikkelingsgebieden zijn. De observaties worden besproken en bewaard in een computersysteem en (zonodig) in klassenmappen. Voor kinderen die dat nodig hebben, worden individuele handelingsplannen geschreven om stimulansen te geven op de punten waar de ontwikkeling achterblijft. Het werk van de kinderen van de groepen 3 t/m 8 krijgt zoveel mogelijk dagelijkse feedback door middel van bespreking of nakijken. Na het doorwerken van een bepaalde hoeveelheid leerstof wordt door middel van toetsen gekeken of de leerstof door de kinderen goed is opgepakt. Toetsen worden gegeven voor de
vakken taal, rekenen en (vanaf groep 6) geschiedenis en aardrijkskunde. De gegevens worden bewaard in een computersysteem en in klassenmappen. Met het ‘leerlingvolgsysteem’ wordt de leerontwikkeling van de kinderen op de gebieden lezen, spelling en rekenen/wiskunde zo objectief mogelijk gevolgd. Dit gebeurt voornamelijk met toetsen die door het CITO zijn ontwikkeld. Vanwege het belang dat De Wegwijzer hecht aan de sociaal-emotionele vorming, wordt ook de sociaal-emotionele ontwikkeling binnen het leerlingvolgsysteem gevolgd. De IB-er coördineert dit systeem en zorgt ervoor dat de uitkomsten van het leerlingvolgsysteem verzameld en via een computersysteem bewaard worden. Minstens 2 keer per jaar spreekt de IB-er alle groepen met de verantwoordelijke leerkrachten door.
Goed rapporteren Ouders hebben het recht om op de hoogte gehouden te worden van de ontwikkeling van hun kind. Dit gebeurt door middel van een rapport dat het kind twee keer per cursusjaar mee naar huis krijgt: het eerste rapport in december; het tweede rapport in mei. In de weken na het uitdelen van het eerste en tweede rapport, worden op school kijk- en spreekavonden gehouden. Ouders kunnen dan, mede naar aanleiding van het rapport, met de leerkracht de ontwikkeling van hun kind doorspreken. De gesprekken tijdens deze avonden duren 20 of 30 minuten. Het rapport dat De Wegwijzer gebruikt, heeft de mogelijkheid om via woorden, via een vijfpuntsschaal of via cijfers aan te geven hoe het staat met de ontwikkeling van het kind. Dit rapport is voorzien van een begeleidend schrijven voor de ouders. Gedurende het hele schooljaar kunnen ouders ook zelf, los van de rapporten, bij de leerkracht terecht met vragen over de ontwikkeling van hun kind. Hetzelfde geldt voor de leerkracht: wanneer hem of haar iets bijzonders opvalt, zal hij contact met de ouders zoeken.
4.3 Speciale zorg voor kinderen die dat nodig hebben We volgen de leerlingen in hun ontwikkeling door observaties, toetsen, leerlingenwerk en dergelijke. Bij het zorgvuldig volgen van de ontwikkeling van de kinderen kan een leerkracht signaleren, dat een leerling problemen ondervindt. Dat kan een probleem zijn op het gebied van de leerontwikkeling, van de lichamelijke ontwikkeling of op het gebied van de sociaal-emotionele ontwikkeling. De leerkracht probeert erachter te komen wat het probleem is en hoe de leerling het beste begeleid kan worden. Dit doet de leerkracht door gesprekken te voeren met de ouders, de IB’er en met collega’s. Extra hulp die dan nodig is, kan gegeven worden binnen of buiten de eigen groep. Hulp binnen de eigen groep De groepsleerkracht meent dat er op grond van observaties of afgenomen toetsen voldoende aanleiding is om binnen de groep tot remediërend handelen over te gaan. In sommige gevallen zal er dan een foutenanalyse gemaakt en een diagnostische toets afgenomen worden teneinde vast te stellen waar in de leerstof hiaten en/of problemen zitten en eventueel welke remediërende middelen gebruikt kunnen gaan worden. De groepsleerkracht maakt voor de betreffende leerling(en) een HP (handelingsplan) en voert dit binnen de groep zelf uit. Hulp buiten de eigen groep Als blijkt dat de hulp in de groep niet voldoende is kan de leerling hulp krijgen buiten de groep van de RT. Ook kan de RT-er ( Remedial Teacher) extra onderzoek doen bij een leerling. Het kind wordt dan buiten de groep door de RT-er onderzocht of het krijgt extra individuele hulp. Ook kunnen beide hulpvormen worden aangeboden. De individuele hulp wordt gegeven aan de hand van een handelingsplan. De hulp binnen en buiten de groep worden op elkaar afgestemd. Ook kan gebruik gemaakt worden van het Zorgteam Kompas (zie paragraaf 4.4). Ouders worden bij al deze vormen van hulp geïnformeerd. Soms worden ze er ook rechtstreeks bij betrokken. Zitten blijven/versnellen Soms komt het voor, dat een kind de lesstof van een jaargroep een heel jaar moet overdoen. Ook kan het voorkomen dat een kind versneld doorstroomt naar een volgende jaargroep. Zowel het
zitten blijven als het versnellen gebeurt alleen wanneer de leerkrachten en ouders er van overtuigd zijn, dat dit zinvol is voor de ontwikkeling van het kind. De kleuters van oktober/november en december worden altijd besproken voor de overgang naar de volgende groep. Dan wordt gekeken of ze doorgaan naar de volgende groep of de groep nog een keer overdoen. In principe moeten alle onderdelen van de observatielijst voldoende zijn, als het kind kan doorstromen naar de volgende groep. Er wordt gekeken naar de sociaal -emotionele ontwikkeling, cognitieve ontwikkeling en ook de motorische ontwikkeling.
4.4 Zorgfederatie Kompas De Wegwijzer maakt deel uit van de Zorgfederatie Kompas. Deze zorgfederatie staat in dienst van dertig gereformeerd-vrijgemaakte scholen in Gelderland, Utrecht en Noord-Holland. Een daarvan is De Werf in Amersfoort, een school voor speciaal basisonderwijs. Het Kompas draagt verantwoordelijkheid voor optimale zorg voor alle leerlingen op de dertig scholen. Het uitgangspunt is de kinderen op de eigen school de zorg te bieden die ze nodig hebben. Mocht het team van De Wegwijzer constateren, dat het die zorg niet kan bieden, dan kan er binnen de zorgfederatie worden doorverwezen naar een school voor speciaal basisonderwijs of een ander school met aangepast onderwijs. Ondersteuning door de Zorgteam Kompas Op 25 mei 2005 is onze zorgfederatie gefuseerd met de schoolvereniging voor gereformeerd speciaal onderwijs te Amersfoort. Daarmee heeft onze federatie ook een nieuwe naam gekregen: Zorgfederatie Kompas. Doordat de zorgmiddelen nu gebundeld zijn, is er meer mogelijk om leerkrachten op onze basisscholen te ondersteunen. Dit kan nodig zijn als er leerproblemen zijn, of andere zorgen over de ontwikkeling van uw kind. Vanuit de zorgfederatie is er een Taakeenheid Zorg die speciaal voor die ondersteuning is opgericht. Ervaren leerkrachten uit het SBO en drie orthopedagogen zijn daarvoor beschikbaar. Wanneer voor uw kind die extra begeleiding nodig is, wordt u daar natuurlijk van op de hoogte gebracht. Er wordt namelijk een trajectplan opgesteld. Ook u moet weten wat daarin staat. Het zorgteam Kompas bestaat uit drie trajectbegeleiders: Gea van Lieshout - Jongsma (kleuters), Netty van Ommen (middenbouw) en Wim Meijer (bovenbouw), en drie (ortho)pedagogen: Jeannet Smit, Els van Dongen en Daphne Olde. Zij werken onder de verantwoordelijkheid van de zorg manager: Piet Immerzeel. Vanuit de zorgfederatie wordt er per cursusjaar een schoolbegeleider (een orthopedagoog) voor De Wegwijzer aangewezen. Onze schoolbegeleider (Jeannet Smit) bezoekt de school minimaal 2 keer per cursusjaar. 10 stappenplan Optimale zorg is in de eerste plaats preventief van aard. De leerkracht houdt in het onderwijs rekening met de leerbehoeften van de kinderen. In de tweede plaats is het van groot belang om tijdig in te spelen op kinderen die extra hulp nodig hebben. Daarbij hanteren we als verband een vaste procedure ook wel genoemd het 10 stappenplan. stap 1
De leerkracht signaleert een probleem en legt dit vast.
stap 2
De leerkracht geeft het betreffende kind extra hulp binnen de groep.
stap 3
Levert stap 2 niet het gewenste resultaat op, dan wordt het kind besproken in het IBoverleg en/of de teamvergadering. Als het probleem niet voldoende helder is, wordt er extra onderzoek binnen de school gedaan. De ouders worden van de genomen stappen op de hoogte gesteld en worden vanaf nu regelmatig geïnformeerd.
stap 4
Er wordt een handelingsplan opgesteld en er wordt extra hulp gegeven binnen of buiten de groep door de leerkracht of remedial teacher.
stap 5
Er vindt een evaluatie plaats van het handelingsplan. Afhankelijk van de geboekte resultaten wordt de extra hulp voortgezet of beëindigd.
stap 6
Als de hulp, die in de school gegeven is, ontoereikend blijkt te zijn, kan de schoolbezoeker geconsulteerd worden. De ouders worden daarvan op de hoogte gesteld. Een andere mogelijkheid is (i.p.v. bovenstaande, of als vervolgstap) dat de
school in overleg met de ouders het kind aanmeldt bij het Zorgteam Kompas. De ouders moeten daarvoor schriftelijk toestemming geven. De aanmelding kan gebeuren tijdens het reguliere schoolbezoek. Als een snellere voortgang nodig is, kan telefonisch of via de website de procedure versneld worden. stap 7
Het onderzoek of de ondersteuning die door het Zorgteam Kompas is geadviseerd, wordt uitgevoerd. Dit kan gedaan worden door de schoolbegeleider of middels trajectbegeleiding van het Zorgteam. Daarnaast is het mogelijk om andere deskundigen in te zetten zoals een maatschappelijk werker. Deze inzet wordt na een periode geëvalueerd.
Stap 8
Er vindt een evaluatie plaats van het handelingsplan. Afhankelijk van de geboekte resultaten wordt de extra hulp voortgezet of beëindigd.
stap 9
Als de voorgaande stappen niet leiden tot verbetering, dan kan de betreffende leerling aangemeld worden bij de Permanente Commissie Leerlingenzorg (PCL). Ter voorbereiding wordt een Onderwijskundig Rapport opgesteld. Dit wordt via de schoolbegeleider voor advies aan het Zorgteam Kompas voorgelegd. Wanneer het om problematiek gaat die onder één van de clusterscholen valt, wordt een aanmelding bij de commissie van Indicatiestelling (CvI) gedaan. Ook dan wordt een Onderwijskundig Rapport opgesteld. De schoolbegeleider wordt daarover geïnformeerd.
stap 10
Het Onderwijskundig Rapport wordt met het advies van het Zorgteam ingediend bij de PCL. Deze commissie beoordeelt of de aangemelde leerlingen toegelaten kunnen worden op de speciale school voor basisonderwijs. In de beoordeling wordt het advies van het Zorgteam Kompas betrokken. Het is ook mogelijk dat de PCL adviseert om de leerling op de basisschool te laten blijven, maar dat de leerling regelmatig extra begeleiding krijgt. De PCL kan ook adviseren om de leerling naar een andere basisschool te laten gaan binnen de federatie, omdat de betreffende school een specialisme in huis heeft, dat de huidige school niet kan bieden. Deze stappen kunnen alleen genomen worden met instemming van de ouders.
Klachtencommissie PCL De Zorgfederatie Kompas heeft, gelet op de bepalingen van de Wet op het Primair Onderwijs, een klachtenregeling Permanente Commissie Leerlingenzorg vastgesteld. De complete tekst en de daarbij horende toelichting is op school beschikbaar. Het adres van de klachtencommissie is: Gereformeerd Primair Onderwijs Zorgfederatie Kompas Secretariaat: Postbus 139, 3800 AC Amersfoort [033-4753555]
4.5 Naar het voortgezet onderwijs Eindelijk komt de eindstreep van het basisonderwijs in zicht. Maar dat betekent nog niet het eind van de leerplicht. En dus moet er een keuze gemaakt worden uit het aanbod van het vervolgonderwijs: LWOO (leerweg ondersteunend onderwijs), VMBO (voorbereidend middelbaar beroepsonderwijs), HAVO of VWO. Uiteindelijk maken de ouders samen met hun kind zelf een keuze. De school adviseert daarbij kind en ouders. Begeleiding van de kinderen In groep 8 worden de kinderen langzamerhand voorbereid op het komende vervolgonderwijs. De leerkracht vertelt hen iets over de verschillende mogelijkheden. Hij geeft hen informatiemateriaal mee. Ook praat de leerkracht met de kinderen over het doen van een juiste keuze. Want er mag niet zomaar wat gekozen worden. Vragen als ‘Wat wil je?’ en ‘Wat kun je?’ spelen bij het maken van een keuze een grote rol. Bij de vraag ‘Wat kun je?’ wordt de eindtoets voor het basisonderwijs van het GPC als hulpmiddel gebruikt. Met het oog op deze toets maken de kinderen al in groep 7 de ‘instaptoets’ van het CITO.
Begeleiding van de ouders In eerste instantie is het de leerkracht van groep 8 die de ouders adviseert over de schoolkeuze. Zij heeft daarover overleg gehad met de locatiedirecteur. De eerste gesprekken van de leerkracht van groep 8 met de ouders vinden plaats rond de eerste kijk-spreekavonden (eind november/begin december). Tijdens vervolggesprekken in de maanden januari en februari wordt toegewerkt naar een definitieve keuze. Ouders moeten zelf zorgdragen voor de aanmelding van hun kind bij de school voor voortgezet onderwijs. Aanmeldingsformulieren voor het gereformeerd vervolgonderwijs worden via de basisschool verstrekt aangezien veel leerlingen van De Wegwijzer daar naar toe gaan.
4.6 Jeugdgezondheidszorg op school GGD/Jeugdgezondheidszorgteam De onderzoeken die op school plaatsvinden worden uitgevoerd door medewerkers van de Gewestelijke Gezondheidsdienst Gooi & Vechtstreek. Hiervoor bestaat een Jeugdgezondheidszorgteam. Groep 1 De kinderen van groep 1 worden aan het begin van het cursusjaar gescreend door de logopediste van de GGD. Groep 2 De kinderen van groep 2 worden, met hun ouders, voor een onderzoek door de schoolarts op school uitgenodigd. Er wordt gekeken naar de groei, de motoriek, de gezondheid en het functioneren van het kind thuis en op school. Voordat de onderzoeken plaatsvinden, vertelt de schoolarts aan de kinderen wat er tijdens het onderzoek gaat gebeuren. Groep 7 Alle ouders van de kinderen van groep 7 ontvangen in het cursusjaar 2007-2008 een brief van het jeugdgezondheidszorgteam waarin zij de mogelijkheid bieden, wanneer u dat wenst, u aan te melden voor een onderzoek van uw kind. Nieuwe werkwijze In het schooljaar 2008-2009 gaat het jeugdgezondheidszorgteam een nieuwe werkwijze implementeren. Vaccinaties In het jaar dat een kind 9 wordt, ontvangen ouders een oproep van de GGD voor twee inentingen: de DTP- en de BMR-prik. Wanneer ouders denken dat hun kind onvolledig is ingeënt, kunnen zij hierover bellen met de GGD [telefoon (035)-692 62 50]. Alle groepen Extra onderzoek bij klachten of vragen kan door ouders aangevraagd worden bij de GGD. Het adres van deze dienst staat in hoofdstuk 6.
4.7 Schoolmaatschappelijk werk U kunt terecht bij het schoolmaatschappelijk werk met allerlei vragen rondom de sociaal/emotionele en de gedragsmatige ontwikkeling van uw kind. Wanneer u daarover met de schoolmaatschappelijk werkster van onze school wilt praten kan dat. Haar naam is Mw. Barrie Modderman en is telefonisch bereikbaar op 06 14207756. We houden u op de hoogte van de spreekuren die eens per maand gehouden worden op school. Schoolmaatschappelijk werk houdt het volgende in: schoolmaatschappelijk werk ondersteunt de onderwijsleersituatie schoolmaatschappelijk werk verbreedt de leerlingenzorg op scholen op de gebieden preventie en hulpverlening schoolmaatschappelijk vervult een brugfunctie tussen kind, ouders, school en (Jeugd)zorg instellingen Schoolmaatschappelijk werk is een onafhankelijke functie en valt niet binnen de organisatie van de school. De schoolmaatschappelijk werker is dus geen lid van het team.
4.8 Veiligheid Veiligheid is een belangrijk aspect van het school- en werkklimaat. De kinderen moeten zich veilig voelen op school. Daarbij zijn de begrippen 'orde', 'regelmaat' en 'rust' van groot belang. In eerste instantie zijn de leerkrachten hiervoor verantwoordelijk. De school heeft daarom diverse maatregelen getroffen. De school wil een open school zijn voor de ouders. Als er iets is, wacht er niet te lang mee om het door te geven aan de groepsleerkracht Openheid Kinderen geven thuis veel signalen af als ze zich niet veilig voelen op school, bijvoorbeeld bij pleinvrees of pesterijen. Wanneer dat bij uw kind het geval zou zijn, vragen wij u dit vroegtijdig door te geven aan de groepsleerkracht. Regels Binnen de school worden de kinderen duidelijke afspraken en regels voorgehouden. Er zijn regels voor het plein (zie paragraaf 5.4). Er zijn regels voor de gangen en lokalen, zoals: tassen en jassen hang je in je luizentas aan de kapstok, en: je klopt aan voordat je tijdens een les een lokaal binnenstapt. Er zijn regels opgesteld voor het gebruik van de computer door de kinderen. Zo mogen de kinderen niet zonder toestemming van meester of juf het Internet op. En natuurlijk zijn er regels met betrekking tot de onderlinge omgang. Een preventieve regel is, dat leerkrachten niet door kinderen getutoyeerd mogen worden. Brutaliteit in woord of gedrag wordt niet genegeerd maar besproken en zonodig bestraft. Ouders die op school meewerken, krijgen informatie over de regels en afspraken die gelden ten aanzien van orde en opruimen. Pleinwacht Voor schooltijd verzamelen de kinderen zich op het plein van de school. De kinderen van de groepen 0/1 en 2 (wel of niet weggebracht door hun ouders) vanaf 8.30 uur de school binnenkomen om naar hun klaslokaal te gaan. De kinderen van de groepen 5 t/m 8 blijven buiten totdat de bel gaat. Vanaf 8.30 uur is er toezicht van een van de leerkrachten op het plein. Vanaf dat moment is de school verantwoordelijk voor de dan aanwezige kinderen. Tijdens de ochtendpauze van de kinderen van de groepen 3 t/m 8 zijn de kinderen van de groepen 0/1 en 2 in hun lokalen. Eén van de leerkrachten houdt toezicht op het plein. Tijdens de pauze tussen de middag zijn alle kinderen buiten. Op het kleuterplein, waar de kinderen van de groepen 0/1 en 2 spelen, houden twee overblijfouders toezicht. Op het grote plein, waar de kinderen van de groepen 3 t/m 8 spelen, houden twee pleinwachtouders de spelende kinderen in het oog. Bij het uitgaan van de school let een leerkracht op de kinderen die moeten wachten op vervoer naar huis. Daarvoor verzamelen alle kinderen zich op het schoolplein van de school. Ouders worden daarom verzocht hun kinderen van het plein te komen ophalen. Zonodig loopt een leerkracht mee met de kinderen die bij station Hilversum-Noord op de bus of trein stappen. Luizenprotocol Om een hoofdluizenplaag te voorkomen hebben wij op school een luizenprotocol opgesteld. In dat protocol staat onder andere: In de regel zullen op de eerste maandag van de maand alle kinderen gecontroleerd worden op luizen. Deze controle wordt uitgevoerd door moeders: 2 moeders voor elke groep. Elk kind heeft een luizentas. Deze tas wordt door de ouders, via school, aangeschaft voor ongeveer €3,50. De kinderen moeten hun jas in de luizentas aan de kapstok hangen. Aan het begin van het schooljaar krijgen alle ouders een informatiepakketje over luizen. Het aanspreekpunt over dit onderwerp is Saskia van der Klok, (035) 685 04 19. Protocol pesten van de basisschool de Wegwijzer in Hilversum Het goed met elkaar omgaan, vindt zijn oorsprong in de wet van God. De kinderen mogen leren dat zij hierbij de hulp van de Here mogen vragen en verwachten.
Pesten doet pijn! Je voelt je eenzaam en weet vaak niet wat je moet doen. Wij willen elkaar helpen het pesten te stoppen. Daarom maken we afspraken waaraan we ons allemaal houden: We mogen onszelf en de ander aanvaarden als schepsel van God. Iedereen is uniek. We hebben respect voor elkaar. We gaan zorgvuldig om met de spullen van school en van elkaar. We spreken positief over een ander; aan roddel doen we niet mee. We luisteren echt en goed naar elkaar. We spreken de ander aan bij zijn of haar echte naam, geen scheldnamen. Ook als we digitaal gaan….. blijven de twee bovenstaande regels staan!! We zijn belangrijk voor de groep en werken mee aan een goede werksfeer. We helpen elkaar. Een ruzie praten we uit. We gaan elkaar niet slaan of schoppen. Als je ruzie met een ander hebt en je komt er zelf niet uit dan mag je hulp aan de leerkracht vragen. Dit wordt niet gezien als klikken! Als je wilt praten over moeilijke situaties kan dat op school ook altijd met de vertrouwenspersoon. Doe een briefje in een van de vertrouwensbrievenbussen of vraag wanneer een gesprek mogelijk is. Door ons als leerlingen, leerkrachten en ouders te houden aan deze afspraken kan er een veilig klimaat heersen waarin pesten niet thuishoort! Wat te doen als pesten toch optreedt? Als je wordt gepest mag je hulp aan de leerkracht en /of vertrouwenspersoon vragen. Dit wordt niet gezien als klikken! Een medeleerling is ook verantwoordelijk om een pestprobleem aan de orde te stellen bij de leerkracht en/of vertrouwenspersoon. De leerkracht en/of vertrouwenspersoon brengt de partijen bij elkaar voor een verhelderinggesprek en probeert samen met hen de ruzie of pesterijen op te lossen en afspraken te maken. Bij herhaling van ruzies en pesterijen tussen dezelfde leerlingen volgen sancties. Leerkrachten en ouders proberen in goed overleg samen te werken om het pestprobleem op te lossen. De leerkracht en/of vertrouwenspersoon biedt altijd hulp aan de gepeste en begeleidt de pester zonodig in overleg met de ouders en/of deskundigen. Ongewenste intimiteiten De school heeft een regeling getroffen om ongewenste intimiteiten te voorkomen. Er is een vertrouwenspersoon aangesteld. Kinderen of ouders kunnen bij haar terecht met klachten over (vermoedelijke) ongewenste intimiteiten in de seksuele sfeer. (Zie ook paragraaf 5.10). Gedragscode In verband met het bovenstaande is er voor de leerkrachten een gedragscode vastgesteld. Deze gedragscode is ter inzage in de school aanwezig. Ontruimings- en calamiteitenplan Op school is een ontruimingplan dat in werking treedt bij een calamiteit binnen het gebouw, bijvoorbeeld brand. In het geval van een calamiteit buiten het gebouw is er een calamiteitenplan. Respect Naast de verantwoordelijkheid van de leerkrachten is er ook de verantwoordelijkheid van de kinderen ten opzichte van elkaar. Op De Wegwijzer worden de kinderen bij het ouder worden in toenemende mate daarop aangesproken. Dat gebeurt door: afspraken en regels zo te hanteren dat de kinderen zich verantwoordelijk gaan voelen voor het houden van deze afspraken en regels, daarover met de kinderen te praten, niet alleen naar aanleiding van specifieke gebeurtenissen, maar ook tijdens de lessen sociale ontwikkeling, met de kinderen te praten over respect hebben voor elkaar vanuit Gods liefdegebod.
4.9 Vieringen Christelijke feestdagen De christelijke feestdagen worden in de regel gevierd binnen de eigen groep. Binnen het rooster van de bijbelvertellingen van elke groep zijn de vertellingen opgenomen die passen bij het te vieren feest. Het kerstfeest wordt in de klas gevierd. Rond Goede Vrijdag/Pasen of rond Hemelvaart/Pinksteren of tijdens een themaweek vindt er met alle kinderen, ouders en leerkrachten een viering plaats in een van de kerkgebouwen van de Gereformeerde Kerk (vrijgemaakt) of de Christelijk Gereformeerde kerk te Hilversum. Opening en afsluiting schooljaar De Wegwijzer opent en sluit een schooljaar altijd met de Heer. In aanwezigheid van kinderen, ouders en leerkrachten is er een kort samenzijn van gebed en lied in het gymlokaal. De kinderen van groep 8 organiseren met hun leerkracht voor ouders en team een afscheidsavond, waarop veelal een musical wordt opgevoerd. Verjaardagen De verjaardagen van de leerkrachten worden doorgaans met de eigen groep gevierd. De verjaardagen van de kinderen worden ook in de eigen groep gevierd. De klas zingt de jarige toe en de jarige mag zijn klasgenoten trakteren. Voor de verjaardagen van vaders en moeders of opa’s en oma’s mogen de kinderen een kleurplaat of een tekening maken. Sinterklaasfeest Het Sinterklaasfeest wordt (zo mogelijk op 5 december) door de hele school gevierd. Voor de groepen 0/1, 2 en 3 (en een klein beetje voor de andere groepen en de leerkrachten) komt Sint met zijn Pieten op school. De kinderen van de groepen 4 t/m 8 trekken in hun groep een lootje.
4.10 Overige activiteiten Schoolreisjes groep 0/1 t/m 7 Alle kinderen van De Wegwijzer gaan elk jaar een keer op schoolreis. Het ene jaar is dat een ‘ver’ schoolreisje met bussen. Het andere jaar is dat een reisje met een doel dichtbij. De kinderen van de groepen 0/1 t/m 4 gaan dan met auto’s en de kinderen van de groepen 5 t/m 7 gaan op de fiets. Schoolkamp groep 8 Kinderen die in het laatste jaar op De Wegwijzer zijn gaan een paar dagen (en nachten) met hun leerkracht op kamp. De kamplocatie is per fiets te bereiken. De kosten variëren per jaar en zijn gedeeltelijk voor rekening van de ouders. Excursies In de loop van het jaar kunnen afzonderlijke groepen excursies maken, bijvoorbeeld naar een (kinder)boerderij, het bos of een museum. Voor elke groep wordt gebruikgemaakt van het gesubsidieerde aanbod van verschillende instellingen voor kunst en cultuur. De subsidie wordt gegeven door de gemeente Hilversum en de provincie Noord-Holland. Wanneer voor een excursie gebruik wordt gemaakt van ouders-en-auto is het volgende van belang: in een auto mogen niet meer dan het wettelijk toegestane aantal kinderen vervoerd worden en de eigenaar van de auto moet een inzittendenverzekering hebben.
5. de ouders Opvoeden en onderwijzen is allereerst de taak van de ouders. Het onderwijskundig deel wordt uitbesteed aan de school. Samenwerking en onderling contact tussen ouders en leerkrachten zijn van groot belang. Informatie over de ontwikkeling van het kind moet dan ook regelmatig uitgewisseld worden. Bij De Wegwijzer gebeurt dat op verschillende manieren. Het gaat dan ook om algemene zaken die inzicht geven in het totaal van de schoolactiviteiten. Informatie over het onderwijskundig beleid van De Wegwijzer wordt gegeven door middel van een ‘Onderwijskundig jaarverslag’ over het afgelopen kalenderjaar en door het aangeven van ‘Onderwijskundige voornemens’ voor het nieuwe kalenderjaar.
5.1 Schriftelijke informatie Schoolgids Deze gids heeft u nu onder ogen en bevat algemene informatie over de vorm, inhoud en identiteit van het onderwijs. Het deel met data, adressen, enz. van het betreffende schooljaar ontvangen ouders en andere belanghebbenden in de vorm van een handzaam boekje. Onderwijskundig jaarverslag In de maand januari van elk nieuw jaar wordt aan de ouders per e-mail het onderwijskundig jaarverslag van het afgelopen jaar en de onderwijskundige voornemens voor het nieuwe jaar verzonden. Een en ander zal ook op de website van De Wegwijzer gepubliceerd worden. Weer Wat Wijzer Eenmaal per twee weken wordt per e-mail voor leerlingen en ouders de Weer Wat Wijzer (WWW) verzonden met actuele informatie over zaken waar de groepen mee bezig zijn, het huiswerk en soms bijzondere gebeurtenissen of activiteiten. Het streven is om drie keer per jaar een Weer Wat Wijzer-speciaal met een specifiek onderwerp te laten verschijnen. Brieven Over zaken die niet in de WWW gepubliceerd kunnen worden of die slechts bestemd zijn voor een deel van de ouders, schrijft het team een brief. Ook het afdelingsbestuur en de Medezeggenschapsraad informeren af en toe op deze wijze. Deze ‘post’ wordt zoveel mogelijk per e-mail verzonden. Schoolkrant Voor leerlingen, ouders, leden en donateurs verschijnt twee keer per jaar de schoolkrant. De krant biedt informatie over zaken die tijdens de twee keer per jaar te houden ouderavond/ledenvergadering aan de orde komen. Rapporten De leerlingen krijgen tweemaal per jaar een rapport mee naar huis. Zo worden ouders op de hoogte gehouden van de voortgang in de ontwikkeling van hun kind op alle mogelijke (leer-) gebieden.
5.2 Mondelinge informatie Telefoon In veel gevallen is de telefoon een goed middel om elkaar te informeren of om even wat te vragen. Daarom wil De Wegwijzer graag weten waar de ouders telefonisch te bereiken zijn. De leerkrachten kunnen niet onder schooltijd gebeld worden maar natuurlijk wel na 15.00 uur. Zij kunnen ook thuis gebeld worden.
Informatieavond Aan het begin van elk schooljaar is er voor de groepen 2 t/m 8 een avond waarop informatie gegeven wordt over de plannen van de school voor het nieuwe seizoen. In de lokalen geven de groepsleerkrachten dan een toelichting op de methodes, regels, huiswerk, enz. Zo’n avond is ook een gelegenheid waarop ouders van leerlingen uit dezelfde groep elkaar kunnen ontmoeten. Kijk-spreekavonden Na de ontvangst van het eerste en tweede rapport kunnen ouders zich aanmelden voor een (20 of 30 minuten durend) gesprek op een kijk-spreekavond. Zij kunnen dan met de leerkracht het werk van hun kind bekijken en bespreken. Voor ouders van kinderen uit groep 8 zijn er extra avonden waarop de keuze van het vervolgonderwijs aan de orde komt. Projectavond Jaarlijks is er een schoolproject waaraan alle groepen meewerken. Het project duurt meestal tien dagen en wordt afgesloten met een projectavond waarop de leerlingen dit werk laten zien aan ouders en andere belangstellenden. Ledenvergadering afdelingsbestuur en ouderavond Dit is de vergadering voor leden en ouders over verenigingszaken. Omdat op deze vergadering ook een opvoed- en onderwijskundig thema besproken wordt is deze bijeenkomst tegelijk een ouderavond. Per jaar worden er twee van dergelijke bijeenkomsten georganiseerd. Alle ouders zijn van harte welkom.
5.3 Overblijven Groepen 0/1 en 2 In de groepen 0/1 en 2 eten de kinderen onder toezicht van overblijfouders. Om de beurt komen de ouders van de kinderen van de groepen 0/1 en 2 hiervoor op school. Dit gebeurt volgens een rooster, dat wordt samengesteld door een ouder die het overblijven coördineert. Er zijn pleinregels en pedagogische aandachtspunten geformuleerd. Iedere ouder ontvangt deze bij het rooster. Groepen 3 t/m 8 In de groepen 3 t/m 8 eten de kinderen samen met de eigen leerkracht. De kinderen nemen zelf brood en drinken mee. Regel is, dat bij deze dagelijkse voeding geen snoep hoort. Traktaties op verjaardagen zijn daarop een leuke uitzondering. Van 12.30 tot 13.00 uur spelen de kinderen op het plein. De pleinwacht wordt verzorgd door ouders: er is een vast team van vier ouders. Deze ouders worden volgens een rooster door de overige ouders geassisteerd. Er worden 2 roosters van ± 20 weken per cursusjaar gemaakt. Ouders worden ingeroosterd in een 3-wekelijkse cyclus, wat neerkomt op 6 à 7 keer (per cursusjaar). Per middagpauze zijn er twee ouders op het plein. De organisatie van het overblijven wordt tot nu toe door het afdelingsbestuur gedaan. Deze organisatie is in handen van twee TSO-coördinatoren. Deze organiseren het overblijven en onderhouden contact met de locatiedirecteur en de bovenschoolse coördinator van HAAL. Er zijn pleinregels en pedagogische aandachtspunten geformuleerd. Iedere ouder ontvangt deze bij het rooster.
5.4 Hand- en spandiensten De Wegwijzer wil ouders actief bij de school betrekken en de onderlinge band tussen ouders en school verstevigen. Daarom worden ouders gevraagd te helpen bij activiteiten op en voor de school. Te denken valt aan hulp bij het overblijven van de kleuters, pleinwacht, vervoer bij een excursie, het documentatiecentrum, kleine reparaties, de was, schoonmaak van lesmaterialen, de schoolkrant, enz. Vele handen maken licht werk.
5.5 Ouderbijdrage De Wegwijzer onderneemt activiteiten waarvoor geen overheidsvergoeding wordt ontvangen, zoals schoolreisjes en gezellige dingen op of rond de school die de sfeer
verhogen. Om zulke zaken mogelijk te maken wordt aan de ouders een bijdrage gevraagd. Deze ouderbijdrage is vrijwillig en hierover wordt een schriftelijke overeenkomst met de ouders afgesloten. Dit vindt plaats nadat de kinderen zijn toegelaten. De hoogte van de ouderbijdrage wordt jaarlijks op de ledenvergadering vastgesteld. Voor 2008/2009 is dat € 50,– per gezin. Dit bedrag dient te worden overgemaakt op: girorekening 810339 t.n.v. VPGO HAAL Afd. GBS de Wegwijzer. Het afdelingsbestuur legt hierover verantwoording af. Ouders ontvangen hiervoor een brief. Incidenteel wordt voor een activiteit nog apart geld gevraagd, zoals voor het schoolkamp voor groep 8.. Ouders, grootouders of andere belangstellenden kunnen (voor minimaal € 11,35) donateur worden van De Wegwijzer. Het bankrekeningnummer van de Vereniging tot steun van gereformeerd onderwijs in het Gooi en omstreken te Hilversum is 41.30.45.447 Om aan extra middelen te komen, kan de school ook aan sponsoring doen. Een duidelijke regel daarbij is, dat kinderen niet worden ingeschakeld bij een eventuele tegenprestatie. Niet elk bedrijf komt voor sponsoring in aanmerking. Er wordt duidelijk rekening gehouden met het eigen karakter van de school. In de toekomst wordt hierover concreet beleid geformuleerd.
5.6 Lidmaatschap HAAL Tot het lidmaatschap van HAAL, vereniging voor gereformeerd primair onderwijs kunnen alleen leden van één van de Gereformeerde Kerken (Vrijgemaakt) en de Christelijke Gereformeerde Kerken in Nederland worden toegelaten. Wanneer u uw kind aanmeldt op De Wegwijzer kunt u lid worden door een aanmeldingsformulier in te vullen. De leden zijn verplicht tot het betalen van één of meer jaarlijkse bijdragen, waarvan de hoogte door de algemene ledenvergaderingen zal worden vastgesteld. Ouders, van wie de kinderen worden toegelaten, die geen lid (kunnen) worden van de vereniging, zijn donateur. Zij betalen een bijdrage die gelijk is aan de contributie.
5.7 Contributie Per 1 januari 1998 zijn de gereformeerde schoolverenigingen te Hilversum, Almere, Amersfoort en Leusden (HAAL) gefuseerd. vanaf deze datum valt de heffing van de contributie/verenigingsbijdrage onder de verantwoordelijkheid van het Algemeen Bestuur van HAAL. De contributie is voor het cursusjaar 2007/2008 vastgesteld op € 36,50 per jaar. Dit staat los van de ouderbijdrage die door het afdelingsbestuur van De Wegwijzer wordt geïnd (zie 5.6). Leden zonder (schoolgaande) kinderen betalen € 11,35 per jaar.
5.8 Inspraak HAAL, vereniging voor gereformeerd primair onderwijs installeert per school een Medezeggenschapsraad (MR) geïnstalleerd met daarin een vertegenwoordiging van ouders (oudergeleding) en van personeel (personeelsgeleding). Er is ook een gemeenschappelijke Medezeggenschapsraad (GMR) voor alle zes de HAAL-scholen.
5.9 Klachtenregeling / Vertrouwenspersoon Als school vinden we het belangrijk dat u uw opmerkingen / klachten ergens kwijt kunt. Als u ergens niet tevreden over bent, gaat u in de eerste plaats naar de persoon die daar direct bij betrokken is. Als het probleem niet is opgelost, kan de opmerking of klacht worden voorgelegd aan: IB-er (alleen leerling-zaken) Directie Centrale directie Algemeen bestuur Het bestuur is aangesloten bij de landelijke Klachtencommissie voor het gereformeerd onderwijs. Mocht de interne procedure (tot een oplossing komen binnen school) geen resultaat opleveren, dan kunt u zich wenden tot de externe vertrouwenspersoon (VP) die speciaal voor school is aangesteld.
Soms is het lastig om te zien welke weg bij een klacht of opmerking het beste bewandeld kan worden. Daarom hebben we in school een contactpersoon aangesteld die u daarbij wil helpen. De contactpersoon (CP) luistert naar u en gaat met u na wat u in uw geval het beste kunt doen. Als het nodig is, brengt de contactpersoon u in contact met de vertrouwenspersoon. De vertrouwenspersoon is een onafhankelijke partij die zo nodig kan helpen bij het formuleren van een klacht. De klacht moet worden ingediend bij het Algemeen Bestuur of rechtstreeks bij de Klachtencommissie. Wanneer de klacht om mogelijk strafbare feiten gaat, kan de vertrouwenspersoon u steunen bij het doen van aangifte bij politie en justitie. Overigens hebben personeelsleden van school (en ook de contactpersoon) meldplicht en heeft het bevoegd gezag (Algemeen bestuur) aangifteplicht wanneer er vermoeden is van een seksueel misdrijf. . De volledige klachtenregeling (met een toelichting erbij) is op school in te zien. De regeling staat ook op de website van HAAL (www.haal.nl). Daarnaast is er in verband met de kwetsbaarheid van sommige zaken, de mogelijkheid om bij de contactpersoon of bij de vertrouwenspersoon een exemplaar van de klachtenregeling aan te vragen. De adresgegevens van de contactpersoon en van de vertrouwenspersoon staan vermeld in de bijlage van de schoolgids. Elke jaar krijgen de kinderen een folder, waarin het werk van de contactpersoon wordt uitgelegd.
5.10 Verzekeringen Via het LVGS (Landelijk Verband Gereformeerde Schoolverenigingen) heeft het bestuur voor de school een WA-verzekering afgesloten. Deze verzekering dekt alle aansprakelijkheid van schoolbestuurders, personeelsleden en ouderparticipanten voorzover zij handelen als bestuurder, personeelslid of ouder (bijvoorbeeld als overblijfmoeder, leesmoeder, begeleider tijdens een schoolreisje, enz.). De kinderen zijn niet verzekerd. Wanneer een leerling schade veroorzaakt en daarvoor aansprakelijk is, valt dit niet onder de WA- verzekering van de school. De schade kan worden verhaald op de ouder(s) van het schadeveroorzakende kind. De meeste ouders hebben hiervoor een gezins-WA- verzekering afgesloten. De schade wordt wel door de school-WA-verzekering gedekt, wanneer schade (mede) te wijten is aan nalatigheid van bijvoorbeeld een pleinwacht. Ook is niet verzekerd de schade, die ontstaat na een ongeval. De school heeft geen schoolongevallenverzekering afgesloten.