Samenvatting onderzoek “Zorg en Gezondheid” Aanleiding en achtergrond van het onderzoek Goede gezondheidszorg wordt steeds belangrijker: ook in Nederland nemen problemen als overgewicht, diabetes en hartproblemen toe. Tegelijkertijd wordt er van werknemers verwacht dat ze langer doorwerken. Iedereen heeft er belang bij om zo lang mogelijk fit en inzetbaar te blijven. Daarnaast komt er steeds meer financiële verantwoordelijkheid te liggen bij werkgevers om werknemers te faciliteren als het aankomt op vitaliteit en inzetbaarheid. Aan het einde van dit jaar loopt het huidige collectieve contract bij Zilveren Kruis Achmea af. Dit houdt in dat de WENb en WWb namens hun leden een marktonderzoek gaan uitvoeren in samenwerking met Aon Hewitt om te zoeken naar de juiste invulling van het zorgcontract per 1 januari 2015. Aon Hewitt heeft hiervoor in samenwerking met de WENb (Werkgeversvereniging voor de Energie-, Kabel & Telecom- en Afval & Milieubedrijven) en de WWb (Werkgeversvereniging Waterbedrijven) een onderzoek opgezet om te inventariseren hoe werknemers staan tegenover de zorgverzekering en wat ze belangrijk vinden, ook als het om preventie en de betrokkenheid van de werkgever gaat. Wijze van verzekeren en motivatie Onder werknemers aangesloten bij de werkgeversvereniging WENb en WWb ligt het aandeel collectieve verzekeringen met 83% hoger dan het gemiddelde in Nederland (70%). Daarbij maakt 69% van de werknemers gebruik van de collectieve verzekering die de werkgever aanbiedt, 14% is collectief verzekerd middels een ander collectief. De werknemers geven aan dat het voornaamste motief om de verzekering af te sluiten via de collectiviteit van de werkgever is dat er korting wordt gegeven op de premie (51%) en de werkgeversbijdragen die eraan gekoppeld is (46%). Daarnaast gaat 42% er ook vanuit dat de werkgever een goede verzekering aanbiedt. Het belangrijkste motief om de verzekering niet af sluiten bij de werkgeverscollectiviteit, is het gegeven dat men al klant was bij de huidige verzekeringsmaatschappij en daar tevreden over is (39%). Sommige werknemers hebben behoefte aan dekking van specifieke zorgkosten en vinden bij een andere verzekeraar een betere dekking. Veel werknemers (40%) kiezen voor de verzekering met de laagste premie. Soms houdt een lagere premie in dat er minder keuzevrijheid ontstaat; bijvoorbeeld in de zorgverleners waar men terecht kan. Voor 29% van de werknemers geldt dat ze bereid zijn om wat in te leveren op de keuzevrijheid. Echter 69% heeft de voorkeur voor keuzevrijheid (boven een voordeligere premie). Deze behoefte zien we toenemen bij de categorie werknemers met een hogere leeftijd. Dit is in de sector interessant omdat de gemiddelde leeftijd van werknemers een stijgende lijn laat zien.
Drie belangrijkste keuzecriteria zorgverzekering naar leeftijd (% aspect als eerste genoemd)
44%
39%
45%
45%
47%
50%
48%
45%
28% 32%
30%
17%
17%
30 tm 34
35 tm 39
15%
24%
23%
30%
24%
24%
21%
55 tm 59
60 +
21%
19%
47%
8% < 29 jaar
Keuzevrijheid
40 tm 44
45 tm 49
50 tm 54
Volledigheid dekking
Hoogte premie
Fig.1: Belangrijke criteria voor de keuze van een zorgverzekeraar
In de sector kiest 11% ervoor om geen enkele aanvullende verzekering af te sluiten. Dit percentage is lager dan het landelijk gemiddelde 1 van 15% die alleen een basisverzekering heeft. De overige werknemers kiezen voor aanvullende verzekering, tandartsverzekering of een combinatie van beiden (zie fig.2). Werknemers die verzekerd zijn via de werkgever, zijn vaker aanvullend verzekerd. Van de werknemers die de verzekering individueel sluiten, is een grotere groep niet aanvullend verzekerd. Van hen heeft 20% geen aanvullende dekking en alleen de basisverzekering. Voor de werkgever is het gunstig als werknemers zich aanvullend verzekeren. De ervaring leert dat een werknemer die niet verzekerd is voor zorg uit het aanvullend pakket (bijv. fysiotherapie) regelmatig een beroep doet op de werkgever voor de vergoeding van zorg die nodig is om aan het werk te kunnen blijven. Aanvullende verzekering? (n=11.861)
Zowel aanvullend dekkend als tandarts; 45%
Geen enkele aanvullende verzekering; 11%
Alleen aanvullend tandarts; 14%
Alleen aanvullende dekking; 30%
Fig.2: Belangrijke criteria voor de keuze van een zorgverzekeraar
1
Vektis Zorgthermometer 2014
Uit het onderzoek blijkt dat 85% van de werknemers een standaard eigen risico heeft van EUR 360. De beweegredenen hiervoor zijn dat men de risico’s van hoge kosten willen vermijden (41%), men ziet geen voordeel qua premie opbrengsten (38%). Daarnaast geeft 14% aan vrij hoge ziektekosten te hebben. Van de werknemers in de sector kiest 12% , vaak zeer bewust, voor een hoger eigen risico. Dit ligt in lijn met het landelijk gemiddelde (11%). Het belangrijkste motief om voor een hoger eigen risico te kiezen, is een gevoel dat men nauwelijks ziektekosten heeft (39%). Voor 28% speelt het premievoordeel mee om voor een hoger eigen risico te kiezen. En 21% vindt het extra risico beperkt en geeft aan dit te kunnen dragen. Werknemers zonder enige aanvullende verzekering, kiezen aanzienlijk vaker (25%) voor een hoger eigen risico. Een klein percentage werknemers maakt de keuze omdat ze elke euro die ze kunnen besparen hard nodig hebben. Voor deze groep betekent het vaak ook dat als er kosten gemaakt worden ze deze niet kunnen betalen. Ongeacht de inspanningen die de werkgevers verrichten bij de begeleiding van de zorgverzekering, is een groot deel van de werknemers hier niet tevreden over. Belangrijke aandachtspunten voor de werkgever zijn te vinden in informatievoorziening, zichtbaarheid, motivering (hoe en waarom keuze voor een specifieke verzekeraar) en betrokkenheid. Rol van de werkgever bij ziekte en preventie Werknemers zien het belang dat de werkgever een actieve rol dient te spelen bij ziekte, maar met name het voorkomen ervan. Echter een grote groep ziet deze rol van de werkgever niet terug en vindt dat de werkgever te weinig doet op dit vlak. • •
88% van de werknemers vindt een actieve rol van de werkgever belangrijk bij de begeleiding en re-integratie van werknemers die ziek zijn. 50% van de werknemers vindt dat de werkgever zeker een actieve rol dient te hebben in relatie tot preventie van ziekte. 13% ziet deze rol overigens zeker niet, in verband met privacy.
Opvallend is dat lager opgeleiden en mannen iets meer behoefte hebben aan preventieve hulpmiddelen. Mogelijk is dit gerelateerd aan het type functies dat door deze groepen wordt uitgeoefend (buitendienst, fysiek zwaar werk) waardoor men ook meer risico loopt om gezondheidsklachten. Slechts 30% van de werknemers geeft aan dat de werkgever activiteiten aanbiedt om het bewustzijn over de gezondheid te vergroten. En maar 26% van de werknemers vindt dat de werkgever hierin voldoende ondersteuning biedt. Bij de vraag wat ze dan graag aangeboden krijgen vanuit de werkgever springt de periodieke gezondheidscheck erboven uit. De werknemer hecht grote waarde aan deze controle: 85% van de werknemers vindt het (zeer) belangrijk dat de werkgever deze checks aanbiedt. Vervolgens is nog gekeken welke andere activiteiten de werknemer van belang vindt bij de ondersteuning ten aanzien van gezondheid en of dat ook wordt aangeboden:
Activiteit Cursussen (gezondheidscursussen, time management, etc): Fitnessprogramma’s Afdelingsactiviteiten Informeren
% werknemers dat hier belang aan hecht 71 %
Aanbod werkgever (volgens % werknemer) 23%
67% 68% 66%
20% 20% 15%
Werknemers zijn van mening dat de werkgever een actievere rol moet innemen bij het creëren van bewustzijn en preventie. De werknemers geven in dit onderzoek aan dat ze bepaalde zaken verwachten/graag zien vanuit de werkgever maar dat dit vaak niet wordt aangeboden. Het kan heel goed zijn dat werkgevers bepaalde zaken wél aanbieden maar dat dit niet bij de werknemer bekend is. In dat geval is het belangrijk om het bewustzijn van de werknemers ten aanzien van het aanbod te vergroten (door communicatie, preventie- en gezondheidsbeleid, etc). Lifestyle en gezondheid van werknemers In het onderzoek is ook gevraagd aan de werknemers wat zij zelf ondernemen om hun gezondheid te onderhouden of verbeteren. Daar komt uit dat: • • • •
45% van de werknemers vindt dat hij of zij voldoende nachtrust krijgt / neemt 43% van de werknemers vindt dat hij of zij zo gezond mogelijk leeft 41% van de werknemers sport regelmatig (minimaal 1 keer per week) 26% van de werknemers laat regelmatig het bloed controleren
Opvallend is dat een grote groep werknemers aangeeft stress te ervaren en wakker te liggen van werk gerelateerde situaties. Hierbij ervaren veel werknemers drempels om gezondheidsvragen te bespreken met de werkgever: • •
•
24% van de werknemers ligt regelmatig wakker ‘van het werk’ 22% van de werknemers heeft last van stress op het werk 15% van de werknemers vindt dat gezondheidsvragen goed kunnen worden besproken met de werkgever
De mentale gezondheid is op dit moment ook onderwerp in de maatschappelijke discussie en relevantie, zoals ook blijkt uit een onderzoek van het Rijksinstituut voor Volksgezondheid en Milieu. Ongeveer vier van de tien Nederlandse bedrijven blijkt (continu of vaak) preventiemaatregelen te treffen die gericht zijn op de mentale gezondheid van de werknemers. De maatregelen die werkgevers treffen, zijn zeer divers en variëren van persoonlijke ontwikkelplannen, coaching, healthchecks, aandacht voor balans werk-privé tot programma’s om stress te verminderen, yoga, e-health of andersoortige structurele mentale gezondheidsprogramma’s. Bij veel van de bovenstaande interventies/programma’s die de werkgever kan aanbieden kan een zorgverzekeraar ondersteuning bieden. Denk hierbij aan het afstemmen van het aanbod op de behoefte, het inkopen en afhankelijk van de gemaakte afspraken zijn in sommige gevallen ook vergoedingen mogelijk.
Conclusies en aanbevelingen Uit het onderzoek onder de werknemers in de sector is de nodige informatie naar voren gekomen. Deels bevestigt het wat reeds al bekend was of wat vermoed werd: namelijk dat de volledigheid van de dekking en de premie voor werknemers een belangrijke factor is in de keuze voor een zorgverzekeraar. Daarnaast blijkt men het gevoel te hebben dat er beter gecommuniceerd zou kunnen worden door de werkgever over de mogelijkheden van een collectieve verzekering. In de keuze voor een zorgverzekeraar blijkt ook de keuzevrijheid van zorgverleners belangrijk te zijn voor werknemers. Het belang hiervan neemt toe naarmate de leeftijd van de werknemer toeneemt. Voor de werknemer is het aanbod van preventieve middelen in de verzekering niet een belangrijke factor in de keuze voor een zorgverzekering. Aan de andere kant hebben ze wel behoefte aan het aanbod van diverse preventieve/ lifestyle gerelateerde faciliteiten. Het lijkt erop dat de werknemers vooral een rol voor de werkgever zien weggelegd om dit soort zaken te faciliteren. Niet alle werknemers zijn even bewust bezig met hun levensstijl, een behoorlijk aandeel van werknemers ervaart stress door het werk en de werknemers geven aan dat ze van hun werkgever meer verwachten qua ondersteuning op dat gebied dan dat er geboden wordt. De werkgever doet er dus goed aan om een zorgcontract te hebben waar e.e.a. vanuit de werkgever goed gefaciliteerd kan worden en te stimuleren dat er zoveel mogelijk werknemers aan deelnemen. Dit laatste zal met name bewerkstelligd worden door goede communicatie over de keuze en mogelijkheden ten aanzien van een collectiviteit. Vervolgstappen Vanuit de werkgeversverenigingen wordt de informatie vanuit het onderzoek meegenomen in het marktonderzoek naar een nieuw collectief contract per 1 januari 2015 voor de sector. Hiermee wordt een partij gecontracteerd die aansluit op de behoefte die blijken te leven in de sector. Bent u nieuwsgierig geworden naar aanleiding van deze samenvatting of wilt u meer informatie? Neem dan contact op met de WENb of WWb:
[email protected]