Samenvatting mobiliteitsplan voor de regioBrugge ²Door Ir. Johan Van Everbroeck, Grote Ede 11, 8200 Brugge, 050/390616, 0476/680018.
- Burgerlijk Ingenieur Electro-Mechanica en Informatica - Sinds jongste leeftijd interesse voor mobiliteit (Zand) - eerste keuze beroep: piloot worden - daarna belangstelling voor water: zeescouts, zeilsport - eindwerk Leuven: “de diesel-elektrische tractie” - reserve-officier bij de Marine - Ingenieur en diensthoofd bij BN-Bombardier - Opleiding stadsgids bij gidsenbond, eindwerk “De geschiedenis van de mobiliteit in de regio Brugge” - Bestuurder in alle vzw’s van het Vlaams Mobiel erfgoed, - Speciale interesse opgewekt na voordracht in Antwerpen over BAM 1. Welke zijn de mobiliteitsproblemen in het Brugse? De voornaamste zijn: 1. Gedurende de piekuren is de stadsring verzadigd en geraakt men Brugge moeilijk binnen. 2. De stadsbussen bieden geen alternatief want in de spitsuren zijn ze overvol en zitten ze ook vast in de files, ze hebben een beperkte capaciteit en bieden weinig comfort 3. De fiets is een alternatief op mooie dagen wanneer het niet regent en ook niet te koud is. Echter: een groot aantal mensen kunnen moeilijk fietsen: ouderen, zieken, gehandicapten…. 4. Dieselbussen geven veel uitstoot van CO2 en roet. Zij zijn een van de grote oorzaken van de vervuiling van onze monumenten, de beschadiging van de wegen en het comfort is minimaal(trillingen, geluid, bochten,…). 5. De bewoners van noordelijke en oostelijke randgemeenten (Sint-Jozef, Damme, Sint-Kruis, Sijsele, Moerkerke, Assebroek, …) die naar de E40 willen hebben zware fileproblemen. Al het verkeer wordt geconcentreerd op de stadsring en vervolgens hetzij de Baron Ruzettelaan, hetzij de Albertlaan, l anen die nu reeds het verkeer niet meer aankunnen en feitelijk lokale wegen geworden zijn. 6. Ontsluiting van Zeebrugge: de 3 goederenstromen (weg, spoor, kanaal) hebben nu reeds een tekort aan capaciteit. Belangrijke infrastructuurwerken zijn naar de toekomst noodzakelijk. Voor het ogenblik is enkel de A11 in aanbouw.
Visie op de mob iliteit in Brugge en o mgeving
–
J. Van Everbroeck
- 1-
3. Voorstellen voor een gestructureerde en geïntegreerde mobiliteit. 3.1. Het stedelijk openbaar vervoer. 3.1.1. De aanleg van enkele tramlijnen voor (Light City Movers zie bijlage) als ruggegraat van het openbaar stadsvervoer. Volgende tramlijnen worden voorgesteld: 1. centrumlijn : Station - Zand - Centrum mits aanpassing van de straten: afzonderlijk fietspad, verkeersrme straten. 2. Lijn Zuid: Zand-Station-Steenbrugge-Assebroek-…: Aansluitend op de centrale tramlijn een tramlijn vanaf Zand en Station richting hoge brug en Baron Ruzettelaan, waar overal reeds eigen beddingen zijn, tot aan Steenbrugge, dan inslaan aan de vroegere spoorwegbedding naar Sint-Lucas en Assebroek tot aan de Engelendalewijk. 3. Lijn Noord: Station-Zand-Ring Noord-polderdorpen-Zeebrugge : 4. Lijn ring Oost: Zand-Station-ring oost-Koolkerke: Voordelen "Light City Mover" of "lichte brugse tram" als stedelijk openbaar vervoer: - 1. Confortabel openbaar vervoer. - 2. Milieuvriendelijk transportmiddel (elektrisch, klein maar koppelbaar, gebruik nieuwe technologieën) - 3. Grotere zichtbaarheid, dus beter bekend: - 4. Grotere veiligheid - 5. Mogelijkheid tot bijkomende werkgelegenheid door ontwerp en constructie in Brugge (Bombardier) - 6. Ontlasting op de spoorlijn naar Zeebrugge - 7. Mogelijke bijdrage tot de ontwikkeling van de derde wereld 3.1.2. De aanschaf van of ombouw naar milieuvriendelijke kleine bussen, elektrisch of op waterstof, voor de binnenstad, die aansluiting geven op de centrale tramlijn en op de streeklijnen aan de stadspoorten 3.1.3. De dieselbussen blijven in gebruik in de randgemeenten en op de buurtlijnen waar geen tram langskomt. Aan de ring geven ze aansluiting met de trams of met de kleine bussen van de stadskern en rijden langs de ring tot aan het station of het Zand.
Visie op de mob iliteit in Brugge en o mgeving
–
J. Van Everbroeck
- 2-
3.2. De scheepsvaart De binnenscheepvaart moet snel over alternatieven beschikken voor de ontlasting van de ringvaart die het trafiek niet meer aankan en het wegverkeer dikwijls hindert. Volgende alternatieven werden reeds voorgesteld: Estuaire vaartuigen (soort kustschepen die via de Schelde ook een stuk op de binnenvaart kunnen), Aanleg van het Noorderkanaal of Schipdonkkanaal (in de diepvries) , Indien geen van voorgaande realiseerbaar is kan men binnen Brugge aan de oostgrens een nieuw oostelijk kanaal aanleggen vanaf de haven die aansluit op het kanaal naar Gent in Oostkamp waar dit kanaal reeds uitgediept is. Het verder verbreden en verdiepen van het huidig stedelijk vestingskanaal is zinloos en zal enkel de mobiliteit in Brugge en rond Brugge nog slechter maken.
3.3 De aanleg van een oostelijke autoweg naar de autosnelweg E19 (zie bijlage 5.3.). De nieuwe oostelijke autoweg kan vertrekken aan de Herdersbrug van het Boudewijnkanaal, dan de oostelijke grens van Brugge volgen tussen Brugge en Damme-Sijsele (brug over Damse vaart), langs Male, Ver-Assebroek en over een nieuwe hoge brug over de Gentse vaart aansluiten op de ringlaan van Oostkamp (plan in bijlage) Voordelen: - Ontlasting van de overbelaste kleine ringlaan. - Verminderd verkeer in de randgemeenten en de gewestwegen. - Ontlasting van de Baron Ruzettelaan:en de brug Steenbrugge. - Ontlasting van de expressweg. - Mogelijkheid om de ring te sluiten in het zuiden indien verantwoord (in stippe llijn aangegeven).
3.4. Aanleg van een goederenspoor parallel met de oostelijke ringweg.
Visie op de mob iliteit in Brugge en o mgeving
–
J. Van Everbroeck
- 3-
3.5. Creatie van een ware goederencorridor Indien het autoweg op de oostgrens van Brugge wordt aangelegd kan terzelfdertijd ook het kanaal hierlangs worden aangelegd evenals een spoorlijn die van Zeebrugge komt en in Beernem aansluit op de spoorlijn naar Gent die volgens plan uitgebreid wordt. Zie bijlagen.
3.6. Constructie van verhoogde bruggen langs de ringvaart.
De "bruggenmiserie" is een probleem dat in Brugge reeds 100 jaar oud is. De oplossing bestaat erin verhoogde bruggen te bouwen zodat de meeste vaartuigen hieronder kunnen zonder de bruggen te moeten draaien. Men zou kunnen beginnen met een verhoogde brug te bouwen aan de coupure waardoor de miserie aan de kruispoort en de gentpoort kan opgevangen worden. Vervolgens zou een hoge brug aan " De Warande" het meest efficiënt zijn.
Visie op de mob iliteit in Brugge en o mgeving
–
J. Van Everbroeck
- 4-
3.7. Oplossing knooppunt Unesco rotonde: verkeer vanaf ringlaan zuid naar Sint-Michiels op brug over de rotonde.
Visie op de mob iliteit in Brugge en o mgeving
–
J. Van Everbroeck
- 5-
4. Samenvatting van de voordelen van deze geïntegreerde oplossingen Op het gebied van milieu: - Geen schadelijke uitlaatgassen door het openbaar vervoer in de binnenstad - Vermindering van de uitlaatgassen langs de kleine ring en de Baron Ruzettelaan Op het gebied van openbaar vervoer aanbod: - Comfortabel, flexibel en proper openbaar vervoer op de drukke stadslijnen. - Minder onderhoud en herstelling aan de bestrating. - Invoering van nieuwe technologieën (opvangen remenergie, rijden zonder voedingsdraad) Op het gebied van het wegvervoer: - Ontlasting van de kanaalringlaan oost in de spitsuren door de aanleg van de ringautoweg oost. - Minder beschadiging van het wegdek in de centrale ring Zand-Markt Schouwburgplein, Zand. - Volledige ontlasting van de oostelijke ringvaartweg, de Ruzettelaan, Unesco-rotonde, de Albertlaan. - Vlotter verkeer langs de kleine ring gezien de bruggen veel minder zullen draaien - Minder bruggenmisere met verhoogde bruggen. Op het gebied van het spoorvervoer: Ontlasting van de spoorlijn Brugge-Zeebrugge: door de aanleg van een tramlijn kan eventueel het aantal passagierstreinen naar Zeebrugge verminderd worden wat ten goede kan komen aan het toenemend goederenvervoer. Op het gebied van vervoer te water: Verhoging van de goederencapaciteit door ofwel de uitdieping van het Schipdonkkanaal ofwel de aanleg van een oostelijk kanaal naast de oostelijke ring. Dit betekent een grote ontlasting van de kleine ringvaart. Op het gebied van de werkgelegenheid: Nieuwe tramsystemen, ringvaart, ringweg en ringspoor zullen grote infrastructuurwerken vereisen. G
Visie op de mob iliteit in Brugge en o mgeving
–
J. Van Everbroeck
- 6-
Op het gebied van steun aan landen in ontwikkeling: Indien wij een type rijtuig kunnen ontwikken dat eenvoudig is, functioneel, weinig onderhoud vraagt en daardoor geschikt is om eveneens in landen in ontwikkeling zoals Congo te beantwoorden aan de enorme nood aan mobiliteit die er is en als daarbij later ook een gedeelte ter plaatse kan geproduceerd worden in partnerschap.
Visie op de mob iliteit in Brugge en o mgeving
–
J. Van Everbroeck
- 7-
5. Bijlagen. 5.1. Beschrijving en kenmerken van de nieuwe Light City Mover of Lichte Brugse Tram. Een dergelijke Brugse tram zou volgende kenmerken hebben: - Naar de vorm: . Rijtuigmodules met 20 zitplaatsen, dus kleine rijtuigen, die gemakkelijk koppelbaar zijn zodat de vervoerscapaciteit flexibel aanpasbaar is aan de vraag. . Achterste platform met lage vloer voor minder validen. . De breedte is 2,20m wat 3 reizgers per venster (1m) toelaat. . Dergelijke stellen kunnen aan elkaar gekoppeld worden volgens de noodzaak aan capaciteit zonder bijkomend personeel noodzakelijk te maken. De koppeling moet van het eenvoudig type zodat geen bijk omend personeel noodzakelijk is om trams te koppelen.
1. 1935:Brugse stadstram op de markt, 2. Oudste type Brugse stadstram op het Zand. 3. 2012: Gerenoveerde stadstram in Lissabon.
Visie op de mob iliteit in Brugge en o mgeving
–
J. Van Everbroeck
- 8-
Schets van een mogelijke lichte stadstram in Brugge (Light City Mover): lengte tram = 10m, breedte = 2,20m lengte platform = 2m, lengte zitruimte=6m 18 zitplaatsen, 6 klapstoelen op achterplatform, 20 staanplaatsen lage platform achteraan voor mindervaliden. - Technologieën: . Een tram is duurder maar gaat ook veel langer mee. Derhalve moeten technieken gebruikt worden die bewezen hebben lang mee te gaan, op een eenvoudige manier zelf te onderhouden zijn en waarvan men zeker is dat wisselstukken nog minstens 30 jaar later nog te vinden of gemakkelijk te produceren zijn. Snufjes en ove rbodige technologieën moeten gemeden worden, eenvoud moet troef zijn: de reiziger verlangt hoofdzakelijk een tram die op tijd is, voldoende frequent is en comfortabele zitplaatsen heeft voor de beperkte tijd die hij/zij erin doorbrengt. . Het aandrijfsysteem moet zo zuinig mogelijk zijn en hiervoor de nodige technologieën bevatten. Energierecuperatie gebeurt door omzetting van de verplaatsingsenergie in luchtdruk of in elektrisch opslagbare energie. De bijkomende systemen (deuren, remmen, verwarming,...) zijn duurzaam en gemakkelijk te installeren en te onderhouden. De snelheid van de tram moet gestuurd worden door hakkers (choppers) die besparen op energie bij het aanzetten en traag rijden. . Om in het historisch centrum zonder voedingskabel te rijden zijn verschillende mogelijkheden: 1) een systeem met kleine dieselmotor, snel oplaadbare hoogcapaciteitsbatterijen of capaciteiten of persluchtreservoirs moeten ervoor zorgen dat de trams aan de haltes en buiten het centrum snel elektrisch kunnen opladen. De dieselmotor moet ervoor zorgen dat indien het toch gebeurt dat de batterijen leeg komen buiten een halte, en er onvoldoende energie opgeslagen is, de tram verder kan rijden tot aan de volgende halte. Alternatieven zijn: 2) het inductieve overbrengen vanuit een kabel die onder de sporen ligt (Bombardier) 3) een derde spoor dat op spanning komt wanneer de tram erover rijdt (Alsthom in Reims).
Visie op de mob iliteit in Brugge en o mgeving
–
J. Van Everbroeck
- 9-
5.2 TRAMS EN ELEKTRISCHE BUSJES in de stad Voorstellen openbaar vervoer in de stad: TRAMS
Visie op de mob iliteit in Brugge en o mgeving
BUSJES
–
J. Van Everbroeck
- 10 -
Mogelijk alternatief en uitbreidingen van de tramlijnen
Centrum verkeersarm door segmantatie
Schets hoofdstraat
met afzonderlijk
voetpad fietspad tram en auto parkeerstroken
Visie op de mob iliteit in Brugge en o mgeving
–
J. Van Everbroeck
- 11 -
5.3. Samenvattende kaart van de mobilitietsprojecten : Donkergroen: Tramlijnen, Donkerblauw: Uitdieping Schipdonkkanaal of oostelijke ringvaart Oranje: Autobaan ring oost. Zwarte streepjeslijn : oostelijke goederenspoorweg
Ir. Johan Van Everbroeck.
Visie op de mob iliteit in Brugge en o mgeving
–
J. Van Everbroeck
- 12 -