Op een mooie avond in oktober zit ik in Rio de Janeiro met een klant van ons bedrijf in een restaurant te eten. De serveerster lijkt erg haar best te doen om het ons naar de zin te maken. Een knappe meid. Inmiddels twee weken van huis koester ik me in haar belangstelling. De Braziliaanse Cabernet Sauvignon wakkert mijn verlangen tot ongekende hoogte aan. Dat heeft ze al snel in de gaten, want ze daagt vooral mij uit en laat mijn tafelgenoot met rust. ‘Mooie meid, hè’, zegt hij met een vette knipoog. ‘Kijk maar uit.’ Na het diner zet mijn klant me voor mijn hotel af. Nadat ik mijn koffer op mijn kamer heb gezet en wat gemakkelijks heb aangetrokken, besluit ik nog wat te drinken in de hotelbar. Ik pak de lift weer naar beneden, gris een krant mee uit de lobby en laat me in een van de lounge banken zakken. Plotseling zit zij naast me. ‘Hello, there. What a coincidence that we meet again tonight.’ Ze slaat haar lange benen over elkaar en leunt naar mij toe, terwijl ze met een arm op de rugleuning van de bank steunt. Mooie benen en een volle boezem wagen zich opwindend dicht in mijn buurt. ‘Hé, hellooo, do you also stay in this hotel?’, vraag ik haar, terwijl ik haastig mijn krant weer opvouw. ‘Yèèès, mister...?’ zegt ze langgerekt met haar sonore stem. ‘Call me Tom, what is your name?’ ‘I’m Laura, please to meet you, Tom.’ Ze kijkt me van onder haar lange wimpers indringend aan. ‘Hi Laura. A coincidence indeed. Can I please you with a drink?’ ‘Dank je wel, graag, Tom. Ik heb wel trek in een sex-on-the-beach.’ Haar voet raakt mijn benen. De aandacht van zo’n mooie jongedame voor mij, die met gemak haar vader had kunnen zijn, geeft me een warm gevoel. Ik wenk de ober. ‘Two sex-on-the beach for room 608, please.’ ‘Thank you sir,’ en hij verwijdert zich geruisloos. Die ober heeft kans gezien die drankjes ongemerkt neer te zetten, want die twee cocktails staan er ineens. Het gesprek met Laura fladdert tussen mijn werk, mijn hobbies en mijn gezinsleven. Gezelligheid kent geen tijd en de eerste glazen zijn snel leeg. Daarna volgt er een tweede ronde. Als ik al met een dubbele tong praat, laat Laura daarvan niets merken.
Ruud Macco! Copyright 2012, Ruud Macco All rights reserved
1
Als het tweede glas leeg is, zegt ze met haar zwoele stem: ‘Nòg een rondje Tom? laten we daarvoor ergens anders heen gaan. Ik weet een leukere plek dan dit hier.’ ‘Waar is dat’ vraag ik. ‘Dat zul je wel zien. Het zal je verrassen.’ Ze leidt me feilloos door de donkere straatjes naar een van de vele stranden, die Rio de Janeiro rijk is. Eenmaal op het zand schopt ze haar slippers uit en rent lachend voor me uit in de richting van de zee. ‘Ik ben toch veel sneller dan jij,’ roept ze wild zwaaiend met haar lange zwarte haar. Onderweg sneuvelt haar T-shirt, nog voor ze het water in rent. ‘Oh ja, denk je dat?’ roep ik, terwijl ik half hinkend, half rennend de een na de andere schoen en mijn kleren uittrek. Poedelnaakt duik ik in de golven achter haar aan. Vlak voor me houdt ze plagend haar shorts boven haar hoofd. De afstand tussen ons wordt snel kleiner. Ze laat zich gewillig omarmen en slaat haar hoofd achterover. Gretig neem ik de uitdaging van haar pronte borsten aan. Totaal aan haar grillen overgeleverd trekt ze me het strand op, waar we ons in het rulle zand laten vallen. Daar neemt ze gelijk het initiatief. God, wat een sensatie. Haar lippen beroeren elk plekje van mijn lichaam. Langzaam maar zeker kruipt het gevoel van een hoogtepunt naar mijn kruis. Het wordt hoog tijd, dat haar laatste kledingstuk sneuvelt. Sjorrend aan haar slipje voel ik iets, dat er niet hoort te zijn. Hoe snel kan het gevoel van extase verdwijnen. Op zijn vlucht neemt het het bloed uit mijn hoofd mee. Met een kreet van afschuw duw ik haar van me af. ‘Gatver, Je bent een vent,’ schreeuw ik, hard langs mijn lippen vegend met de rug van mijn hand. ‘What the fuck?’ zegt ze en rent weg. In allerijl zoek ik naar mijn spullen, die verspreid over het strand liggen. Al gauw vind ik mijn shirt, een paar schoenen en mijn onderbroek. ‘Waar is verdomme mijn broek gebleven?’ foeter ik. Intussen kleed ik me zover mogelijk aan. ‘Dat verdomde mens heeft vast mijn broek meegenomen.’ Tevergeefs staar ik in de duisternis van het strand of ik die griet of knul of wat het ook is, kan ontdekken. ‘Shit, dan heeft ze ook de sleutel van mijn hotelkamer, want die zit in mijn broekzak.’
Laura! Copyright 2011, Ruud Macco All rights reserved
2
In mijn onderbroek ren ik over het strand en door de duistere straatjes terug naar mijn hotel. Bij de receptie vraag ik een andere sleutel van mijn kamer. ‘Kunt u zich legitimeren?’ vraagt die joker ook nog. ‘Nee natuurlijk niet, kerel. Ik ben beroofd. Als je me een sleutel geeft, dan kan ik een legitimatie van mijn kamer halen.’ ‘Kamer 608 graag.’ ‘Wat is uw naam?’ ‘M.J.C van Aarsen. En schiet alsjeblieft een beetje op.’ ‘Het klopt,’ zegt de receptionist eindelijk, terwijl hij een nieuwe key card in een apparaat stopt om de code te programmeren. ‘Alstublieft.’ Ik gris de kaart uit zijn handen en ren naar de lift. De ogen van de mensen in de lobby branden in mijn rug. ‘Ohhh, die kerel heeft geen broek aan,’ hoor ik een schrille vrouwenstem roepen. ‘Stom wijf,’ denk ik en sla een paar keer op de knop van de lift. ‘Verdomme, die lift moeten ze zeker nog installeren,’ mopper ik en sla weer een paar keer op de knop. Als de lift eindelijk arriveert moet ik tot overmaat van ramp ook nog eens wachten tot een gast met veel te veel koffers er uit is gestommeld. Ik sta al in de lift op knop 6 te drukken, waardoor de man haastig zijn laatste koffer moet grijpen voordat de liftdeuren dicht gaan. Eenmaal boven ren ik naar mijn kamer. Woest frummel ik de kaart in de gleuf en gooi de deur open. Als ik het niet dacht, er is iemand met mijn sleutel binnen geweest. Mijn PC, mijn tas, mijn koffer, zelfs mijn kostuum, dat ik aan de kast had gehangen, alles is weg. Ik ga op de rand van mijn bed zitten. Wat nu? Ik heb niet eens meer een broek om aan te trekken. Mijn ticket, mijn credit card, mijn paspoort. En ik voel me vies, zo vies. Ik gooi mijn kleren aan de kant en stap onder de douche. Zelfs onder de warme douche sta ik te rillen, alsof het water tegen het vriespunt aan zit. Na een half uur voel ik me nog steeds even smerig. Zou ik ooit weer de oude worden? Ik draai de warme kraan verder open. Ik zie hoe mijn huid rood wordt, maar ik voel niets. Dit hier onder die hete douche kan ik niet zijn. Het is alsof ik alles van een afstand beleef. Een lichaam, dat zich probeert schoon te maken met kokend water.
Laura! Copyright 2011, Ruud Macco All rights reserved
3
Dan draait het lichaam de kraan dicht en schiet in een badjas van het hotel. Als ik goed kijk, zie ik hoe de jaren zich in zijn huid hebben gegraveerd. Die oude man loopt naar de deur, gaat de gang op en drukt bij de lift op de knop naar boven. De man wekt mijn medelijden met zijn gebogen schouders, maar wat kan ik doen? Het is duidelijk, dat die vrijpartij eerder op de avond hem geen goed heeft gedaan. Hij loopt alsof er een zware ijzeren bal tussen zijn enkels meesleept. In de lift zie ik pas hoe hij verteerd door schaamte zijn hoofd laat hangen. Eenmaal boven loopt hij met de handen slungelig langs zijn lichaam naar het dakterras om een tijd over de ballustrade heen naar beneden te gaan staan kijken. Er bekruipt mij een angstig gevoel, dat de man iets onherroepelijks in de zin heeft. Zachtjes kom ik dichterbij en ga naast hem staan. ‘Goedmorgen, ik ben Tom. Mooi uitzicht is het niet?’ ‘Ik heb geen uitzicht, Tom. Niet meer.’ ‘Waarom niet? Wat kan er voor jou nou dit prachtige uitzicht vertroebelen?’ ‘Dat ben ik zelf. Vannacht ben ik alles kwijtgeraakt, dat een toekomst voor mij zou kunnen zijn.’ ‘Dat klinkt ernstig. Als je niets doet, komt de toekomst je vanzelf halen voor jouw rol. Haar spel zal nooit meer hetzelfde zijn zonder jou.’ ‘Misschien wordt het spel van de toekomst dan wel mooier, Tom,’ zegt de oude man toonloos. ‘Hoe heet je eigenlijk?’ vraag ik hem. ‘Tom.’ ‘Dat is ook toevallig,’ stel ik vast. Even kijken we elkaar in de ogen. ‘Mijn vrouw wil vast scheiden, als ze hoort wat er vannacht allemaal is gebeurd,’ zegt hij dan en staart weer over de balustrade naar beneden. Hij zet een been op de onderste rand van het hek. ‘Denk je, dat ze er blijer van wordt, als je van het asfalt moet worden afgeschraapt?’ vraag ik hem. ‘Heb je kinderen, Tom?’ vraag ik en na een paar seconden van stilte. ‘Ja, een dochter en een zoon. Binnenkort wordt ik opa.’ ‘Oh,’ zeg ik. ‘Dat is leuk, Tom. Wanneer gaat dat gebeuren?’ ‘Onze Claudia is nu ongeveer vijf maanden zwanger. Ze verwacht haar kindje medio februari.’ Als hij dat zegt, stapt de oude man weg van de ballustrade. Er rolt een traan over zijn wang als hij zijn kamerjas steviger dichtknoopt en weer naar binnenloopt.
Laura! Copyright 2011, Ruud Macco All rights reserved
4
‘Ik kan maar beter aangifte doen van wat me is overkomen en mijn bankpassen laten blokkeren,’ zegt hij, terwijl hij achterom kijkt en mij een flauwe glimlach schenkt. ‘Sterkte, Tom en geniet van je kleinkind.’ roep ik hem na.
Laura! Copyright 2011, Ruud Macco All rights reserved
5