RtS.Sqe
Notitie Aanscherping Wet Werk en Bijstand
Emmen, december 2011
Inhoudsopgave 1.
Inleiding
3
2. 2.1. 2.2. 2.3. 2.4. 2.5.
Wetswijziging WWB Invoering van de huishoudtoets Plicht tot tegenprestatie naar vermogen Aanpak jongeren Wijzigingen voor de alleenstaande ouder Overgangsrecht
4 4 4 5 6 7
3. 3.1. 3.2. 3.2.1. 3.2.2. 3.2.3. 3.2.4.
Wat betekent dit voor de klant Nieuwe klanten Bestaande klanten Invoering huishoudtoets Plicht tot tegenprestatie naar vermogen Aanpak jongeren Wijzigingen voor de alleenstaande ouders
7 7 7 7 8 8 8
4. 4.1. 4.2. 4.3. 4.4. 4.5. 4.6. 4.7. 4.8. 4.9. 4.10
Wat betekent dit voor Sociale Zaken Beleidsaanpassingen Aanpassingen Werkprocessen Aanpassing ICT Uitvoering overgangsrecht Opleiding Deelname aan werkgroepen Aanpassing sturing en verantwoording Aanpassing fysieke dossiers Samenwerking Gevolgen voor de bedrij fsvoering
8 8 9 9 10 10 10 10 10 11 11
5. 5.1. 5.2.
Financiën Kortingen op het I-deel en W-deel in 2012 Compensatie vanuit het Rijk
11 11 12
6. 6.1. 6.2. 6.3.
Communicatie Communicatieplan Informeren van de klant Informeren van de medewerkers
12 12 13 13
7.
Planning
14
1.
Inleiding
De ontwikkelingen binnen het Sociale Domein volgen elkaar in razend tempo op. De veranderingen gaan gepaard met forse bezuinigingen op de verschillende budgetten in het Sociale Domein. De belangrijkste ontwikkeling is dat de komende jaren een drietal decentralisatie opdrachten bij gemeenten worden neergelegt. Dit heeft betrekking op de decentralisatie van een deel van de AWBZ. Het gaat hierbij om de overheveling van de functie begeleiding en dagbesteding uit de AWBZ naar de WMO. In 2014 dient de overheveling van de begeleiding en dagbesteding gereed te zijn. 2013 is het overgangsjaar, waarbij nieuwe klanten onder het nieuwe regime van de WMO komen. Ook gaat het om de decentralisatie van de Jeugdzorg waarbij de ondersteuning en zorg voor de jeugd wordt ondergebracht bij gemeenten. Uiterlijk eind 2016 moeten alle taken en verantwoordelijkheden zijn overgeheveld. De eerste decentralisatieopdracht waar gemeenten mee te maken krijgen is de invoering van de Wet werken naar Vermogen vanaf 1 januari 2013. Met de invoering van deze wet worden de Wet werk en bijstand (WWB), de Wet Investeren in Jongeren (WIJ), de WAjong en de Wet Sociale Werkvoorziening (WSW) samengevoegd tot één regeling. Een belangrijk onderdeel van deze wet is de afbouw van de huidige Wsw. De Wsw staat straks alleen nog open voor mensen die zijn aangewezen op arbeid in een beschutte omgeving. Het kabinet streeft ernaar om zoveel mogelijk mensen (dus ook die met een beperking) bij reguliere werkgevers aan de slag te krijgen. Zij stelt gemeenten daarvoor een nieuw instrument ter beschikking: loondispensatie. Om de invoering van de Wet werken naar vermogen per 1 januari 2013 soepel te kunnen laten verlopen is een wijziging van de huidige WWB noodzakelijk. De eerste fase van de invoering van de Wet werken naar vermogen is dan ook de aanscherping van de Wet werk en bijstand per 1 januari 2012. Vanuit het Programma Wet werken naar Vermogen is de opdracht gegeven om een notitie op te stellen over de aanscheiping van de Wet Werk en Bijstand. In deze notitie wordt ingegaan op de aanscherping van de WWB de gevolgen daarvan voor de klant en voor Sociale Zaken zelf, waarbij aandacht is voor de ketensamenwerking. Daarnaast wordt ingegaan op het financiële kader en de interne- en externe communicatie. Tenslotte is in deze notitie een planning opgenomen.
2. Aanscherping Wet Werk en bijstand (WWB) In de inleiding is aangegeven dat de eerste fase van de invoering van de Wet werken naar Vermogen de aanscherping van de WWB is. Het wetsvoorstel met betrekking tot de aanscherping van de WWB is op 20 december 2011 aangenomen door de eerste kamer. In dit hoofdstuk wordt ingegaan op de belangrijkste wijzigingen in de WWB. Op de gevolgen voor de huishoudens in Emmen wordt in hoofdstuk 4 ingegaan. 2.1. Invoering van de huishoudtoets Een van de meest belangrijke en de meest ingrijpende wijzigingen in de WWB is de invoering van de huishoudtoets. Meerderjarige kinderen die bij hun ouders wonen, krijgen geen eigen bijstandsuitkering meer. Zij kunnen alleen samen met hun ouders bijstand aanvragen. Er bestaat pas recht op bijstand als het inkomen van alle gezinsleden samen lager is dan de bijstandsnorm voor gezinnen en er niet teveel waardevolle bezittingen zijn. Dit noemt men de huishoudinkomenstoets. Vanaf 1 januari 2012 is er derhalve sprake van een gezinsuitkering. Uitzondering voor Wajongers Op de regel dat gezinsleden pas recht op bijstand hebben als hun gezamenlijke inkomen lager is dan de bijstandsnorm voor gezinnen bestaat 1 belangrijke uitzondering. In sommige gevallen telt een uitkering op grond van de Wajong niet mee: de wajonger behoort tot een gezin dat niet alleen uit echtgenoten/partners bestaat; de wajonger behoort tot een gezin dat niet alleen uit echtgenoten/partners met hun minderjarige (ten laste komende) kinderen bestaat. Daarbij zij opgemerkt dat als de uitzondering geldt, de wajonger nog steeds behoort tot het gezin. Alleen wordt zijn uitkering niet gekort op de bijstand van het gezin. Zijn bezittingen tellen echter wel mee voor het recht op bijstand van de overige gezinsleden. Ook moeten de anderen de aanvraag om bijstand samen met hem indienen. Uitbetaling aan gezinnen De invoering van de huishoudinkomenstoets heeft ook gevolgen voor de uitbetaling van de bijstand. Vanaf 2012 betaalt de gemeente de bijstand in gelijke delen uit aan ieder van de meerderjarige gezinsleden met recht op bijstand. Zij kunnen echter wel samen verzoeken om de bijstand maar aan een van hen uit te betalen. Ook echtgenoten/partners die tot een gezin behoren, kunnen de gemeente vragen om hun delen aan een van beide uit te betalen. 2.2. Plicht tot tegenprestatie naar vermogen Vanaf 1 januari 2012 kan de gemeente aan mensen die een bijstandsuitkering krijgen of hebben de verplichting opleggen om naar vermogen een tegenprestatie te leveren. Bij een tegenprestatie gaat het om het verrichten van bepaalde onbeloonde maatschappelijke nuttige activiteiten. De werkzaamheden worden verricht naast of in aanvulling op reguliere arbeid en mogen niet leiden tot verdringing op de arbeidsmarkt.
Eisen werkzaamheden De werkzaamheden die de gemeente kan opleggen moeten voldoen aan de volgende eisen: het moet gaan om onbeloonde maatschappelijk nuttige activiteiten ze mogen geen belemmering vormen voor het accepteren van werk; ze mogen geen belemmering voor de re-integratie; ze moeten beperkt zijn in omvang (voor mensen die tijdelijk zijn vrijgesteld van de arbeidsplicht mag de omvang groter zijn); ze moeten beperkt zijn in tijdsduur (voor mensen die tijdelijk zijn vrijgesteld van de arbeidsplicht mag het langer duren); ze moeten worden verricht naast of in aanvulling op reguliere arbeid in de organisatie waar ze worden verricht; ze mogen niet leiden tot verdringing op de arbeidsmarkt; de bijstandsgerechtigde moet in staat zijn ze te verrichten; de bijstandsgerechtigde is verzekerd tegen arbeidsongeschiktheid en aansprakelij kheid Opleggen verplichting De gemeente bepaalt aan de hand van de individuele omstandigheden en de beschikbare onbeloonde maatschappelijk nuttige activiteiten, de aard duur een omvang van de tegenprestatie. Hiervoor worden in 2012 door de gemeente Emmen regels opgesteld. Risico 's voor gemeente De mogelijkheid om de plicht tot het leveren van een tegenprestatie naar vermogen op te leggen wordt vanaf 1 januari 2012 in de WWB opgenomen. Zolang de rechter zich nog niet over alle aspecten heeft uitgesproken, kleven aan het opleggen ervan de nodige risico's: De gemeente is mogelijk aansprakelijk voor schade die de bijstandsgerechtigde lijdt tijdens het uitvoeren van de werkzaamheden. De gemeente is mogelijk aansprakelijk voor schade die de bijstandsgerechtigde toebrengt aan derden tijdens het uitvoeren van de werkzaamheden. Er kan snel sprake zijn van strijd met de algemene beginselen van behoorlijk bestuur, wat kan leiden tot veroordeling in de proceskosten voor de gemeente. Als bijstand achteraf wordt teruggevorderd over een periode waarin de verplichting is opgelegd, dan zou de betrokkene of het UWV mogelijk loon of een vergoeding kunnen claimen bij de gemeente voor de verrichtte werkzaamheden. Denk in het bijzonder aan situaties waarin er achteraf recht bestaat op een uitkering van het UWV (die deze verplichting niet kan opleggen) of er sprake is van fraude door een gezinslid (zeker nu per 2012 veel meer personen dan voorheen tot het gezin kunnen behoren). 2.3. Aanpak jongeren De WIJ vervalt per 1 januari 2012, waarbij het aangescherpte regime voor de jongeren wordt opgenomen in de WWB. Uitgangspunt van het aangescherpte regime voor jongeren is dat zij niet in de bijstand horen. Ze moeten naar school of, als onderwijs geen mogelijkheden meer biedt, aan het werk.
Een jongere die zich na 1 januari 2012 meldt bij het UWV-WERKbedrijf om een Wwb-uitkering aan te vragen, krijgt eerst een wachttijd van vier weken. De jongere moet in die vier weken zelf op zoek naar werk. Het UWV-WERKbedrijf geeft aan wat er in deze vier weken moet gebeuren. Bijvoorbeeld hoe vaak de jongere moet solliciteren en bij hoeveel uitzendbureaus hij of zij zich moet inschrijven. Pas als de jongere in die vier weken geen werk gevonden heeft, kan een bijstandsaanvraag worden ingediend. Wanneer de jongere te weinig heeft gedaan om werk te vinden, krijgt hij minder uitkering of wordt de uitkering geweigerd. Voor de jongere met een WW-uitkeiïng worden de laatste 4 weken in de WW aangemerkt als zoektermijn voorde bijstand. Per 1 juli 2012 moet een jongere ook gaan uitzoeken of hij of zij nog naar school kan. Wanneer hij of zij nog naar school kan, bestaat er geen recht op een Wwb-uitkering. Er bestaat ook geen recht op bijstand voor jongeren van 18 tot 27 uit wiens houding en gedragingen ondubbelzinnig blijkt dat ze belangrijke verplichtingen niet na willen komen. Jongeren en het vrijlaten van inkomsten Jongeren kunnen geen gebruik maken van vrijlatingen die bedoeld zijn om bijstandsgerechtigden te prikkelen om aan het werk te gaan, denk hierbij aan premies en inkomensviïj latingen. Recht op ondersteuning en plan van aanpak Als een jongere recht op bijstand heeft, dan moet de gemeente een plan van aanpak opstellen. Hierin staat wat de jongere moet doen om te kunnen gaan werken en wat de gevolgen zijn als hij zich niet aan de afspraken houdt. Als de gemeente hem daarbij moet helpen wordt in het plan van aanpak opgenomen hoe dit vorm wordt gegeven. 2.4. Wijzigingen voor de alleenstaande ouder Voor een alleenstaande ouder met kind onder de vijfjaar blijft de mogelijkheid om te worden ontheven van de arbeidsverplichtingen bestaan als hij of zij bereid is om gebruik te maken van een aangeboden voorziening in de vorm van scholing die tot een startkwalificatie leidt. De ontheffing wordt nu voor maximaal 6 jaar verleend, dit wordt na de aanscherping van de WWB maximaal 5 jaar. Daarnaast moet er na een halfjaar een plan zijn opgesteld waarin het traject gericht op werk of scholing concreet is opgenomen. Dit plan moet periodiek worden herbeoordeeld. In de aangescherpte WWB wordt daarnaast de inkomensviïj lating voor de alleenstaande ouder aangepast. De alleenstaande ouder met een kind tot 12 jaar kan in aanmerking komen voor vrijlating van 12,5% van het netto arbeidsinkomen tot maximaal € 120 per maand voor maximaal 30 aaneengesloten maanden. Deze nieuwe vrijlating vervangt de bestaande vrijlating van de aanvullende alleenstaande ouderkorting en de inkomensafhankelijke combinatiekorting voor een alleenstaande ouder met een kind onder de vijfjaar. Daarnaast kan de alleenstaande ouder voor de nieuwe vrijlating gedurende 30 maanden nog gebruik maken van de vrijlating van 25% van het netto arbeidsinkomen tot maximaal € 187 per maand voor 6 maanden.
2.5. Overgangsrecht De aanpassingen in de WWB gaan voor nieuwe aanvragen in op 1 januari 2012. Klanten die nu al een uitkering hebben, krijgen in de meeste gevallen 6 maanden om aan de veranderingen te wennen. Deze gewenningsperiode gaat in op 1 januari 2012. Het overgangsrecht geldt alleen als er tussen 1 januari 2012 en 1 juli 2012 geen veranderingen zijn in de situatie. Als er wel iets verandert, dan wordt de situatie opnieuw beoordeeld op grond van de nieuwe wet die geldt per 1 januari 2012. 3. Wat betekent dit voor de klant De aanscherping van de WWB heeft gevolgen voor de bestaande klanten, maar ook voor de nieuwe klanten. In dit hoofdstuk wordt eerst ingegaan op de gevolgen voor de nieuwe klanten en daarna op de gevolgen voor de bestaande klanten. 3.1. Nieuwe klanten Alle inwoners van de gemeente Emmen die vanaf 1 januari 2012 een uitkering ingevolge de WWB aanvragen krijgen direct te maken met de aangescherpte WWB. Dat betekent dat zij als eerste te maken krijgen met de huishoudtoets, waarbij wordt gekeken naar de gehele inkomens- en vermogenssituatie in een huishouding. De uitkering moet ook door het gehele gezin worden aangevraagd. De jongere van 18 tot 27 jaar die zelfstandig een uitkering aanvraagt of tot een gezin behoort die een uitkering aanvraagt, krijgt vanaf 1 januari 2012 al te maken met wachttijd van 4 weken. Het enige van de aanscheipte WWB waarmee een klant nog niet direct op 1 januari 2012 te maken krijgt is de tegenprestatie. Aan de tegenprestatie wordt door de gemeente in 2012 vorm en inhoud gegeven. 3.2. Bestaande klanten Voor de bestaande klanten wijzigt er tot 1 juli 2012 niets, tenzij er wijzigingen zijn in de situatie van de klant. Als er wijzigingen zijn, dan wordt de nieuwe situatie opnieuw beoordeeld op grond van de aangescheipte WWB. In het onderstaande wordt ingegaan op de gevolgen van de verschillende onderdelen van de aanscherpte WWB voor de bestaande klant. 3.2.1. Invoering huishoudtoets De huishoudtoets heeft tot gevolg dat het recht en de hoogte van de uitkering van klanten die in hetzelfde huis wonen met een partner, meerderjarige kind(eren) en stiefkind(eren), de meerderjarige partner(s) van een meerderjarige (stief)kind(eren), de vader en/of moeder of een broer en/of zus opnieuw moet worden vastgesteld. Uit de bestandsanalyse blijkt dat in Emmen ongeveer 750 klanten te maken krijgen met de huishoudtoets. Het gaat hierbij om mensen met zowel een WWB-uitkeiïng als een WIJ-uitkering. Deze groep klanten krijgt vanaf 1 juli 2012 te maken met een gewijzigde en in veel gevallen een lagere uitkering of met een beëindiging van de uitkering. Tot 1 juli 2012 krijgen zij de tijd om te wennen aan de veranderingen.
3.2.2. Plicht tot tegenprestatie naar vermogen De gemeente Emmen heeft in het nieuwe participatiebeleid opgenomen dat, in het kader van wederkerigheid, een tegenprestatie wordt opgelegd aan zowel bestaande als nieuwe klanten. Dit betekent dat klanten maatschappelijk nuttige werkzaamheden moeten verrichten om gebruik te kunnen en blijven maken van een uitkering. Aan het niet voldoen aan deze plicht tot tegenprestatie worden consequenties verbonden. De gemeente zal in 2012 de tegenprestatie vorm en inhoud gaan geven, zodat deze vanaf 1 januari 2013 aan de klanten kan worden opgelegd. Duidelijk is dat iedere bestaande en nieuwe klant te maken gaat krijgen met de plicht tot het leveren van een tegenprestatie naar vermogen. 3.2.3. Aanpak jongeren Met de invoering van de aangescherpte WWB per 1 januari 2012, vervalt de WIJ. Dit betekent dat alle bestaande WIJ-uitkeringsgerechtigden en de samenlopers WIJ/WWB voor 1 juli 2012 worden overgezet naar de WWB. Deze groep krijgt een halfjaar de tijd om te wennen aan de veranderingen die in de WWB zijn aangebracht. In Emmen kan hierbij gedacht worden aan de 413 WIJ uitkeringsgerechtigden. Daarbij zij opgemerkt dat een deel van deze jongeren ook al te maken krijgen met een herbeoordeling van het recht op bijstand in verband met de huishoudtoets. 3.2.4 Wijzigingen voor de alleenstaande ouders Alleenstaande ouders die op 1 januari 2012 gebruik maken van de vrijlating voor alle bijstandsgerechtigden (max € 187 per maand), behouden deze tot het moment dat deze normaliter af zou lopen (deze vrijlating geld voor maximaal 6 maanden). Daarna kunnen zij aansluitend gebruik maken van de nieuwe vrijlating voor alleenstaande ouders. De alleenstaande ouders worden geïnformeerd over het feit dat de ontheffing van de arbeidsverplichting voor maximaal 5 jaar in plaats van 6 jaar kan worden verleend. 4. Wat betekent dit voor Sociale Zaken ? De aanpassing van de WWB en de intrekking van de WIJ in combinatie met de invoering van de Wet werken naar Vermogen hebben tot gevolg dat er veel aangepast of veranderd moet worden in een zeer kort tijdsbestek. Dit heeft niet alleen consequenties voor de beleidsplannen en de werkprocessen, maar ook voor de communicatie en het personeel. In dit hoofdstuk wordt hierop ingegaan. 4.1. Beleidsaanpassingen Het beleid van Sociale Zaken is vastgesteld in verordeningen, beleidsregels, werkinstructies en het beleidsinstructieboek. De wijzigingen in de WWB zorgen ervoor dat het beleid van Sociale Zaken moet worden aangepast op de nieuwe wetgeving. Dit betekent dat alle verordeningen, waaronder de maatregelenverordening, de re-integratieverordening en de handhavingsverordening moeten worden gewijzigd. Bovendien krijgt de gemeente vanaf 1 januari 2012 de verplichting om een verordening met betrekking tot de participatie van kinderen op te stellen.
Op basis van de aangepaste verordeningen worden ook alle beleidsregels, waaronder die van verhaal kosten bijstand, en het beleidsinstructieboek aangepast. En als laatste moeten ook alle werkinstructies worden aangepast. 4.2. Aanpassingen Werkprocessen De werkprocessen moeten in verband met de wetswijzigingen worden aangepast, te denken valt hierbij aan onder meer het volgende: het aanvraagproces van de jongeren in verband met de zoektermijn van vier weken het aanvraagproces voor gezinnen met gezinsleden ouder dan 27 jaar in verband met het feit dat er een aanvraag per gezin gedaan moet worden. Daarnaast moeten de aanvraagformulieren voor zowel de algemene bijstand als de bijzondere bijstand worden aangepast. Ditzelfde geldt voor alle standaardbrieven- en beschikkingen en alle informatiemateriaal. 4.3. Aanpassing ICT Sociale zaken maakt gebruik van de pakketten Civision uitkeringen (CUK) en Civision Inkomen (CIK) van Pink Roccade. Onlangs werd duidelijk dat met name CUK om technische redenen niet kan worden aangepast aan de nieuwe regelgeving. Daarnaast heeft Pink Roccade op 1 september het automatiseringsbedrijf Planconsult overgenomen. Planconsult is actief binnen de sociale zekerheid met het pakket SZWnet. Het pakket gaat onder de vlag van Pink Roccade verder onder de naam Civision Werk Inkomen en Zorg (WIZ). SZW-net bestaat al een aantal jaren en draait bij 60 gemeenten in Nederland. Het heeft een modernere architectuur dan de huidige programma's van Pink Roccade. WIZ kan niet alleen worden gezien als vervanger voor de programma's CIK en CUK, maar mogelijk ook voor de bij sociale zaken Emmen draaiende programma's Stratech (Re-integratie) en Liaan (Sociale recherche). Dit pakket kan wel worden aangepast aan de nieuwe regelgeving per 1 januari 2012. Half september 2011 werd sociale zaken Emmen benaderd door Pink Roccade met de mededeling dat de huidige programma's CUK en CIK in 2012 worden vervangen door Civision WIZ. Het nieuwe programma WIZ moet voor nieuwe klanten van sociale zaken draaien op 1 januari 2012. Bestaande klanten kunnen tot 1 juli 2012 worden bediend met de pakketten CIK en CUK. Als al genoemd heeft de invoering van de huishoudtoets per 1 januari 2012 tot gevolg dat nieuwe klanten van sociale zaken vanaf deze datum moeten worden ingevoerd in WIZ. Bestaande klanten kunnen tot 1 juli 2012 nog worden bediend vanuit CIK en CUK. Dit betekent dat op zeer korte termijn het programma WIZ moeten worden geïmplementeerd bij de gemeente Emmen. Het betekent ook dat vanaf 1 januari 2012 bij sociale zaken moet worden gewerkt met twee zelfstandig naast elkaar draaiende automatiseringsprogramma's. De wijzigingen in de WWB raken niet alleen de uitkeringssystemen, maar ook aanpalende zaken. Hierbij kan gedacht worden aan het Digitaal Klantendossier,
Stratech en Liaan. Ook in deze systemen zullen wijzigingen moeten worden doorgevoerd. 4.4. Uitvoering overgangsrecht Een onderdeel van de implementatie van de wetswijzigingen is het overgangsrecht. Alle besluiten die het college heeft genomen op grond van de WIJ, gelden met ingang van 1 januari 2012 als besluiten genomen op grond van de WWB. Binnen zes maanden na intrekking van de WIJ moeten alle besluiten in overeenstemming worden gebracht met de WWB, mochten zij daarvan afwijken. Daarbij kan bijvoorbeeld gedacht worden aan de omzetting van het werkleeraanbod naar een plan van aanpak. Maar ook het restant vrij te laten vermogen moet worden vastgesteld. Daarnaast moet via een bestandsvergelijking geanalyseerd worden welke bestaande uitkeringsgerechtigden te maken krijgen met de gevolgen van de aanscherping van de WWB, waaronder de huishoudtoets. Voor de klanten die hiermee te maken krijgen moet het recht op bijstand opnieuw worden beoordeeld en vastgesteld. Tenslotte moet ook gedacht worden aan bijvoorbeeld de gevolgen voor bijvoorbeeld de collectieve zorgverzekering. Ook voor deze groep gaat de huishoudtoets gelden, hetgeen betekent dat ook dit bestand moet worden geanalyseerd. 4.5. Opleiding Alle medewerkers zullen een opleiding moeten volgen om op de hoogte gesteld te worden van de wijzigingen in de WWB, zodat zij het kunnen toepassen in de praktijk. Ook zullen de medewerkers zich op de hoogte moeten stellen van de aangepaste verordeningen, beleidsregels etc, zodat zij ook deze veranderingen kunnen toepassen in de praktijk. Medewerkers moeten de veranderende wetgeving niet alleen kunnen toepassen in de praktijk, maar dit ook kunnen uitleggen aan de klanten van Sociale Zaken en andere partijen. In verband met het feit dat Sociale Zaken per 1 januari 2012 ook gebruik gaat maken van een nieuw automatiseringssysteem zullen alle medewerkers moeten worden opgeleid om hiermee te kunnen werken. 4.6. Deelname aan Werkgroepen Bij de implementatie van de wetswijzigingen zijn verschillende medewerkers van Sociale Zaken betrokken. Zij nemen deel aan werkgroepen en dragen bij aan de nieuwe verordeningen, beleidsregels, werkinstructies, maar ook aan de veranderingen met betrekking tot de werkprocessen. Daarnaast moeten zij het overgangsrecht, waarbij de bestaande WWB en WIJ klanten onder de nieuwe aangescherpte WWB worden gebracht, uitvoeren. 4.7. Aanpassing sturing en verantwoording Diverse producten in de P&C-cyclus moeten worden aangepast. Er moeten nieuwe kwaliteitseisen en prestatie-indicatoren worden vastgesteld. 4.8. Aanpassing fysieke dossier Per uitkering zullen meerdere meerderjarigen betrokken kunnen zijn. Er moet nagedacht worden hoe dit wordt gearchiveerd. Zeker als de gezinsleden af en toe wel en af en toe geen gezin vormen.
10
4.9. Samenwerking De problematiek van (voortijdig) schoolverlaten en jeugdige werklozen moet integraal worden benaderd. Samenwerking op diverse terreinen is daarom nodig. Samenwerking waar nodig met hulpverleningsorganisaties. Samenwerking met het RMC als het gaat om niet leerplichtige voortijdig schoolverlaters. Samenwerking met onderwijsinstellingen in verband met de verplichting om te zoeken naar regulier bekostigd onderwijs. Samenwerking met het UWV, nu de eisen rond de melding voor jongeren zijn gewijzigd De gemeenten Emmen, Borger-Odoorn en Coevorden werken al samen in BOCEverband. Op basis van de deelovereenkomst is er sprake van een opdrachtgeveropdrachtnemerrelatie, waarin samenwerking op gebied van (uitvoerend) beleid en communicatie is afgesproken en de uitvoering (nagenoeg geheel ) is overgedragen aan de gemeente Emmen. De gewijzigde wetgeving en de verbreding van de doelgroep is van invloed op deze samenwerking in BOCE verband. De samenwerking zal daar waar nodig op deze ontwikkelingen worden aangepast. Daarnaast zal het beleid daar waar mogelijk op elkaar worden afgestemd. 4.10. Gevolgen voor de bedrijfsvoering Uit dit hoofdstuk blijkt dat de aanscherping van de WWB in de komende periode extra inzet van de medewerkers van Sociale Zaken zal vragen. Zij zullen naast hun reguliere werkzaamheden in het kader van de aanscherping van de WWB extra werkzaamheden moeten verrichten. En bovendien zich de veranderende wetgeving eigen moeten maken. Dit betekent dat in de komende periode veel van de bedrijfsvoering zal worden gevraagd. Deze notitie heeft niet tot doel de gevolgen voor de bedrijfsvoering onder de aandacht te brengen. Mocht daarvoor facilitering nodig zijn, dan wordt dit via de reguliere procedures aangevraagd. Het doel van de notitie het informeren over de aanscherping van de WWB en de gevolgen hiervan voor zowel de klant als Sociale Zaken. 5 Financiën De invoering van de aangescherpte WWB gaat gepaard met forse bezuinigingen. In verband hiermee is binnen het Programma Wet werken naar vermogen, waarbinnen het project aanscherping van de WWB valt, een programmagroep Financiën ingesteld. In dit hoofdstuk wordt ingegaan op de bezuinigingen vanuit het Rijk en op de compensatie die gemeenten vanuit het Rijk krijgen. 5.1. Kortingen op het I- en W-deel in 2012 Het Rijk voert in 2012 forse bezuinigingen door op het I-deel en het W-deel. In het onderstaande wordt ingegaan op de ontwikkelingen van het budget.
1
Met uitzondering van de uitvoering van taken op het gebied van bijvoorbeeld re-integratie van de gemeente Coevorden.
11
Participatiebudget Voor het participatiebudget vindt de grootste klap al plaats in 2012, dan wordt het landelijke budget al met meer dan 40% verlaagd. Voor de gemeente Emmen betekent dit dat het participatiebudget wordt verlaagd van € 13.629.000 naar € 7.035.8262. Ontwikkeling w-deel \\-(lccl(\ 2011 1000) Budget W-deel | 11.350 |
2012
20 H
2014
2015
7.035
6.239 |
5.805 |
5.803 |
De aanscherping van de WWB en de invoering van de WWnV betekenen naast een korting op het re-integratiebudget ook een korting op het inkomensbudget. Deze korting ziet er landelijk alsvolgt uit: InkomniMlcd 2012 20 H 2014 2015 Miuctuml i (min) Maatregelen | ^50l -100 -100 | -100 | -100 WB 5.2. Compensatie vanuit het Rijk De verwachting is dat de invoering van de huishoudtoets tot gevolg heeft dat het aantal bijstandsgerechtigden vanaf 2012 gaat dalen. In verband met de invoering van de huishoudtoets zal het Rijk een korting doorvoeren op het macrobudget WWB van gemeenten. Minder bijstandsgerechtigden leidt tot minder middelen. Om gemeenten financieel te ondersteunen wordt de korting in verband met de huishoudtoets nog niet doorgevoerd in 2012. Hiermee worden gemeenten financieel gecompenseerd voor de invoering van de aangescherpte WWB. Hoe hoog deze financiële compensatie zal zijn is ook nog niet duidelijk. Sociale Zaken stelt, op basis van het bovenstaande, een voorstel op om middelen vrij te maken uit het I-deel voor de diverse uitvoeringskosten (waaronder de uitvoering van het overgangsrecht). Hierbij is ook de afloop van het huidige bestuursakkoord van belang en de verdeelsystematiek. 6 Communicatie Uit deze notitie blijkt dat de wetswijzigingen gevolgen hebben voor zowel de klant als onze medewerkers. Zij zullen over de veranderingen binnen de WWB geïnformeerd moeten worden. Er is voor de communicatie rondom de aanscherping van de WWB en de invoering van de Wet werken naar Vermogen (WWnV) een aparte werkgroep communicatie opgericht. In dit hoofdstuk wordt ingegaan op het communicatieplan en de verschillende manieren waarop de klanten en de medewerkers worden geïnformeerd. 6.1. Communicatieplan Er wordt een communicatieplan opgesteld waarin wordt aangegeven op welke wijze, met wie en via welke wegen en kanalen wij kunnen communiceren over de aankomende veranderingen binnen de WWB. Daarnaast wordt daarin aangegeven wat we willen bereiken. Voorlopig vastgesteld budget 2012
12
6.2. Informeren van de klant De klanten van Sociale Zaken worden geïnformeerd via de klantenkrant "Sociale Zaken helpt". Deze klantenkrant komt 4 keer per jaar uit en wordt verspreidt onder alle klanten van Sociale Zaken en diverse relaties. In de editie van december wordt met name aandacht besteed aan de komende veranderingen van de WWB en de intrekking van de WIJ door een themanummer. Er wordt samengewerkt met BorgerOdoorn en Coevorden. In de klantenkrant van december stond onder andere uitleg over de verschillende wijzigingen, met daarbij -in een eenvoudig schema- een samenvatting van de veranderingen per 1 januari. Ook wordt er uitleg gegeven over wat de grenzen zijn van wat de gemeente mag beslissen, aangezien het om een landelijke wet gaat. De Cliëntenraad WWB/Wij wordt gevraagd wat zij belangrijke onderwerpen vinden waar aandacht aan moet worden besteed. Zo kan er zoveel mogelijk in worden gespeeld op de wensen van de klanten. De klantenkrant wordt in een grotere oplage geprint dan normaal gesproken en kan vervolgens op allerlei locaties worden verspreid als algemene informatiefolder. Daarnaast wordt er op de gemeentelijke website socialezakenhelpt.nl aandacht besteed aan de veranderingen binnen de WWB. Op de homepage komen nieuwsberichten en op de pagina's van Sociale Zaken uitgebreidere informatie met onder andere een lijst van veelgestelde vragen. De nieuwsberichten worden automatisch doorgeplaatst op het gemeentelijke twitteraccount. Het is belangrijk om klanten op de hoogte te houden. Er wordt procesinformatie gegeven en aangeven wat we al weten en wanneer de rest van de informatie bekend wordt gemaakt. Ook worden de klanten die, bijvoorbeeld te maken krijgen met de invoering van de huishoudtoets, individueel benaderd en geïnformeerd. Tenslotte worden er op de gemeentelijk informatiepagina INemmen enkele algemene artikelen geplaatst over de aankomende veranderingen. Hierin wordt met name uitleg gegeven over de invulling van het gemeentelijk beleid. 6.3. Informeren van de medewerkers De medewerkers van de gemeente Emmen, waaronder natuurlijk de medewerkers van Sociale Zaken, maar ook andere medewerkers zoals de medewerkers van het klantcontactcentrum moeten worden geïnformeerd over de wijzigingen. De medewerkers van de gemeente worden via intranet geïnformeerd. Op het intranet wordt een (projecfjpagina gemaakt over de veranderingen van de WWB. Hierop wordt algemene informatie geplaatst. Ook worden er op belangrijke momenten nieuwsberichten geplaatst die op de beginpagina van het intranet te zien zijn. Hierin wordt doorverwezen naar de projectpagina. Ook is er ruimte voor een lijst met veelgestelde vragen. Op een afgesloten pagina kan informatie worden gedeeld door de verschillende werkgroepleden en andere betrokkenen. Daarnaast wordt er in het weekbericht van Sociale Zaken regelmatig algemene informatie gegeven over de veranderingen. Hierbij wordt telkens de vraag gesteld wat de wijzigingen nu concreet voor de medewerkers van Sociale Zaken betekent.
13
De bewoners van het Werkplein worden geïnformeerd via de nieuwsbrief Werkplein. Het gaat hierbij om algemene informatie over wat er gaat veranderen, hoe we daarin samenwerken en wat het betekent voor de medewerkers van Sociale Zaken. Tenslotte wordt er in de verschillende werkoverleggen aandacht besteed aan de veranderingen. 7. Planning De planning rondom de implementatie van de aanscherping van de WWB ziet er alsvolgt uit. Verantwoordelijke Vastgesteld Activiteit/Product werkgroep Communicatieplan opgesteld Communicatie 1 oktober 2011 en uitgevoerd februari 2012 Beleid Aangepaste en vastgestelde verordeningen Beleid februari 2012 Nieuwe en/of aangepaste beleidsregels WWB Beleid 1 januari 2012 Nieuwe en/of aangepaste uitvoeringsvoorschriften 1 januari 2012 ICT- oplossingen ingericht op ICT aanpassingen WWB en operationeel Werkprocessen 1 januari 2012 Interne organisatie ingericht Werkprocessen 1 januari 2012 Formuliereri/beschikkingen/ rapporten beschikbaar Financiën 1 januari 2012 Management informatie (behoefte) geïnventariseerd en beschikbaar Werkprocessen 1 juli 2012 (m.u.v. Impactanalyse gevolgen verblijfsduur intrekken WIJ buitenland 1 april 2012) Financiën 1 januari 2012 Impactanalyse Financiën
14