TOETSVRAGEN ONDERDEEL GEDRAGSRECHT BEROEPSOPLEIDING ADVOCATUUR 16 oktober 2009 15.00- 16.00 uur VOORJAARSCYCLUS 2009 EN INHALERS Naam : Cursusgroep
……………………………………………. : ................................................................
a.
U hebt voor deze toets 60 minuten de tijd. VERGEET U NIET UW GEMAAKTE TOETS IN TE LEVEREN BIJ DE SURVEILLANT?
b.
De toets bestaat uit 4 opgaven. U kunt de vragen in een zelf gekozen volgorde beantwoorden.
c.
Er zijn 9 bladzijden, inclusief dit voorblad. Wilt u dit controleren?
d.
U dient duidelijk leesbaar te schrijven. Onleesbare antwoorden worden niet gehonoreerd.
e.
U dient de vragen gemotiveerd, dat wil zeggen geconcretiseerd naar de casus, en in correct Nederlands te beantwoorden; een enkel 'ja' of 'nee' levert geen punten op. Een deugdelijke motivering omvat een toelichting en het noemen van de relevante wetsartikelen. Jurisprudentie behoeft slechts te worden vermeld voor zover deze is opgenomen in het boekje van de Beroepsopleiding.
f.
LET OP: Geef aan welke UITGAVE VAN HET BOEKJE WETGEVING EN BESLUITEN u gebruikt (maart 2009, september 2008, maart 2008, september 2007, enz.): ……………………………………………………………………………………………………….
g.
Aantal te behalen punten: - opgave 1 20 punten - opgave 2 20 punten - opgave 3 30 punten - opgave 4 30 punten Haalt u 55 punten of meer, dan bent u geslaagd.
WIJZIGING PRIVÉADRES: S.v.p. alléén invullen indien u dit nog niet aan het Bureau van de Orde heeft doorgegeven! Straat
: ....................................................................
Postcode + Woonplaats
: ....................................................................
Resultaten Totaal 1e correctie Totaal 2e correctie
Opgave 1
Opgave 2
Opgave 3
Opgave 4
Totaaltelling
Toets Gedragsrecht 16 oktober 2009 OPGAVE 1
(20 punten)
Vraag 1.1 (14 punten) U staat de heer Arslan bij in een arbeidszaak, waarbij u betaling van loon vordert tot een bedrag van € 25.000 euro bruto. Ten behoeve van de heer Arslan wordt door u een toevoeging aangevraagd. Welke van de volgende afspraken zijn wel of niet toegestaan op grond van de Wet op de Rechtsbijstand, en onder welke omstandigheden? Geef per onderdeel een motivering. A.
1e
Afgesproken wordt dat u de toevoeging pas dan zult aanvragen en uw werkzaamheden zult aanvangen, nadat door de heer Arslan een voorschot groot €500 is voldaan op de te verwachten eigen bijdrage en het griffierecht.
2e
Totaal B.
1e
De toevoeging wordt afgegeven en u spreekt met de heer Arslan af, dat deze aan u, naast de toevoegingsvergoeding die u van de Raad voor Rechtsbijstand zult ontvangen, daar bovenop een aanvullend honorarium van €1.000 exclusief BTW zal betalen, indien een bedrag van meer dan € 10.000 zal worden toegewezen en geïncasseerd.
2e
Totaal
2 1e
2e
totaal deze bladzijde
1e
Toets Gedragsrecht 16 oktober 2009 C. In het eerste gesprek met de heer Arslan komt u met hem overeen (hetgeen nadien schriftelijk nogmaals wordt bevestigd), dat indien de loonsvordering integraal wordt toegewezen en geïncasseerd, de heer Arslan reeds nu voor alsdan afstand doet van zijn recht op gefinancierde rechtshulp en instemt met intrekking van de toevoeging. U zult de heer Arslan dan voor uw verrichte werkzaamheden een uurtarief van € 180 vermeerderd met 5% kantoorkosten en 19% BTW in rekening brengen. 2e
Totaal Vraag 1.2 (6 punten) Welke van de navolgende kosten dient uw cliënt, die door u op basis van een toevoeging wordt bijgestaan, geheel zelf te dragen: A. B. C. D. 1e
Deurwaarderskosten voor uitgebrachte exploten (2 punten); Griffierecht (1 punt); Kosten van getuigen en deskundigen ( 2 punten); Proceskostenveroordeling (1 punt).
2e
Totaal
3 1e
2e
totaal deze bladzijde
Toets Gedragsrecht 16 oktober 2009 OPGAVE 2 (20 punten) Mr. A. van den Berg is advocaat te Middelburg. Op zijn briefpapier staat dat zijn kantoor is aangesloten bij de Geschillencommissie Advocatuur. In de opdrachtbevestiging wordt dit nog eens schriftelijk bevestigd. Mr. Van den Berg heeft een zaak behandeld voor de heer G. Gerritsen, welke zaak heeft geleid tot een inmiddels in kracht van gewijsde gegaan vonnis van de Rechtbank Middelburg. Mr. Van den Berg heeft de heer Gerritsen een declaratie gestuurd ten bedrage van € 2.250,00 (excl. BTW). Na ontvangst van de declaratie neemt de heer Gerritsen contact op met mr. Van den Berg en informeert naar de wijze waarop de declaratie is berekend. Mr. Van den Berg deelt zijn cliënt mede dat in rekening zijn gebracht 9 uur á € 250,- (excl. BTW). De heer Gerritsen betwist dat mr. Van den Berg 9 uur aan zijn zaak heeft besteed en weigert de declaratie te betalen. Verder meent de heer Gerritsen dat mr. Van den Berg een fout heeft gemaakt door over een te korte periode jegens de wederpartij aanspraak te maken op vergoeding van de wettelijke rente. Hierdoor is door de Rechtbank Middelburg aan de heer Gerritsen een bedrag ad € 795,00 terzake de wettelijke rente te weinig toegekend. Vraag 2.1 (5 punten) Mr. Van den Berg stelt zich op het standpunt dat de heer Gerritsen het gehele gedeclareerde bedrag dient te voldoen. Aangezien de heer Gerritsen de hoogte van de declaratie betwist, legt mr. Van den Berg de declaratie ter begroting voor aan de Raad van Toezicht. 1e
Hoe luidt uw mening met betrekking tot de door mr. Van den Berg bewandelde weg? 2e
Totaal
1e
Vraag 2.2 (5 punten) Als een cliënt, zoals in casu de heer Gerritsen, bezwaar maakt tegen een declaratie van zijn advocaat, is een advocaat dan gehouden de cliënt informatie te geven over de in een dergelijk geval bestaande regelingen? 2e
Totaal
Vraag 2.3
(5 punten)
4 1e
2e
totaal deze bladzijde
Toets Gedragsrecht 16 oktober 2009 De heer Gerritsen stelt zich op het standpunt dat mr. Van den Berg de door hem geleden schade ad € 795,dient te vergoeden. Mr. Van den Berg weigert dit. Op welke wijze kan de heer Gerritsen het eenvoudigst en goedkoopst bereiken dat mr. Van den Berg wordt verplicht een schadebedrag ad € 795 euro aan de heer Gerritsen te betalen? 1e
2e
Totaal
1e
Vraag 2.4 (5 punten) Op welke wijze kan de heer Gerritsen een bindende uitspraak verkrijgen over het door hem aan mr. Van den Berg verschuldigde bedrag terzake de advocaatkosten? 2e
Totaal
OPGAVE 3 (30 punten) U bent advocaat en heeft een bloeiende incassopraktijk.
5 1e
2e
totaal deze bladzijde
Toets Gedragsrecht 16 oktober 2009 Op zekere dag ontvangt u van een u onbekend bedrijf een e-mail met het verzoek een vordering van € 10.000 euro te incasseren op Jansen BV, een bedrijf dat bij u in de buurt is gevestigd. Bij de e-mail van uw nieuwe cliënte zijn maar weinig stukken gevoegd, maar u kunt er wel de casus uit afleiden. Het blijkt dat Jansen BV via internet goederen heeft gekocht van uw cliënte. Deze goederen zijn wel geleverd, maar nog niet betaald. Volgens uw cliënte “flikt Jansen BV dit kunstje wel vaker “. Uw cliënte wil haar geld. Nadat u een aanmaning heeft verzonden waarop niet is gereageerd, besluit u tegen Jansen BV een verzoek tot faillietverklaring in te dienen. Als incasso-advocaat weet u dat dit vaak een probaat incassomiddel is. Vanzelfsprekend (omdat dit nu eenmaal een wettelijk vereiste is krachtens artikel 1 van de Faillissementswet) stelt u in het verzoekschrift dat Jansen BV “meerdere schulden onbetaald laat en derhalve verkeert in de toestand van te hebben opgehouden te betalen”. Enkele weken later vindt de zitting plaats. Dan verschijnt Jansen BV en wordt het verweer gevoerd dat er helemaal geen andere schulden zijn. U heeft geen steunvorderingen en moet, na enige aandrang van de rechter, het verzoek intrekken. Overigens worden uw cliënte na de zitting wel snel betaald, dus het doel is bereikt! Jansen BV is echter hoogst beledigd en dient een klacht tegen u in om dat u haar ten onterechte ervan heeft beschuldigd dat zij haar schulden niet zou betalen, waaraan zij toevoegt dat wanneer zij toevallig wegens vakantie tijdelijk zou zijn gesloten, zij misschien wel ten onrechte failliet verklaard zou zijn!
1e
Vraag 3.1 (10 punten) Welke maatstaf zal de tuchtrechter hanteren nu het een klacht van een wederpartij betreft? 2e
Totaal
Vraag 3.2 (5 punten) Is de klacht, gegeven de onder vraag 3.1 gevonden maatstaf, gegrond of ongegrond? 1e
2e
Totaal
Stel: Nadat u aan Jansen BV een aangetekende brief met sommatie tot betaling heeft gezonden, ontvangt u een brief van een collega advocaat waarin deze stelt:
6 1e
2e
totaal deze bladzijde
Toets Gedragsrecht 16 oktober 2009 “Het is juist dat cliënt een bedrag van € 10.000 van uw cliënt heeft ontvangen voor een internetbestelling van goederen. Helaas is mijn cliënt thans als gevolg van de kredietcrisis niet in staat de bestelde goederen te leveren. Mijn cliënt is doende een regeling te treffen met zijn crediteuren. In dat verband mag ik u namens mijn cliënt een betaling van 20% van de gevorderde hoofdsom tegen finale kwijting aanbieden. Graag verneem ik binnen veertien dagen van u of uw cliënt dit aanbod accepteert, waarna een bedrag van € 2.000,- direct aan uw cliënt zal worden overgemaakt.” Uw cliënt neemt met dit aanbod geen genoegen en vraagt u de incassoprocedure voort te zetten. U besluit een faillissementsrekest in te dienen. Vraag 3.3 (9 punten) Mag u bij het faillissementsrekest de brief van uw collega advocaat als productie overleggen? Op welke wijze dient u te handelen? 1e
2e
Totaal
Stel: Nadat u de in de vorige vraag bedoelde brief van uw collega advocaat heeft ontvangen, neemt de directeur van Jansen BV zelf telefonisch contact met u op om u uit te leggen hoe vervelend hij het allemaal vindt en dat hij zijn uiterste best doet om zoveel mogelijk van de uitstaande schulden te voldoen, maar dat hij nu eenmaal geen ijzer met handen kan breken, en dat hij nu zelf maar even belt omdat advocaten duur zijn, enzovoorts, enzovoorts ….
1e
Vraag 3.4 (6 punten) Hoe behoort u op het telefoontje van de wederpartij te reageren? 2e
Totaal
OPGAVE 4 (30 punten) Ruim vijf jaar geleden bent u eenmalig opgetreden voor Aannemingsbedrijf De Geschaafde Plank B.V. Het betrof een geschil over een aannemingsovereenkomst met financieringsmaatschappij Lenen Kost Geen Geld B.V. Sindsdien hebt u geen vervolgopdrachten van De Geschaafde Plank B.V. gekregen.
7 1e
2e
totaal deze bladzijde
Toets Gedragsrecht 16 oktober 2009 Financieringsmaatschappij Lenen Kost Geen Geld B.V. heeft de afgelopen jaren De Geschaafde Plank bedrijfskredieten verstrekt. Sinds enige tijd komt De Geschaafde Plank haar rente- en aflossingsverplichtingen niet meer na. Lenen Kost Geen Geld B.V., nog steeds onder de indruk van uw toenmalig optreden, verzoekt u namens haar de achterstallige betalingen te incasseren. Namens Lenen Kost Geen Geld B.V. stuurt u een sommatie aan De Geschaafde Plank. Laatstgenoemde moet binnen tien dagen alle achterstallige betalingen hebben weggewerkt, zorgen voor stipte betaling van de toekomstige termijnen bij gebreke waarvan de geldleningen zullen worden opgezegd respectievelijk een faillissementsrekest zal worden ingediend. Na het verzenden van de sommatiebrief meldt zich namens De Geschaafde Plank B.V. een gewaardeerde collega. Zij stelt zich op het standpunt dat u zich moet terugtrekken omdat er sprake zou zijn van een tegenstrijdig belang. U bent in het verleden voor De Geschaafde Plank opgetreden, u weet hoe De Geschaafde Plank zich in juridische discussies opstelt en welke tactiek zij gebruikt bij schikkingonderhandelingen. U zou van die kennis gebruik kunnen maken. Vraag 4.1 (10 punten) Mag u voor Lenen Kost Geen Geld B.V. blijven optreden? En op grond van welke overwegingen? 1e
2e
Totaal
Een paar dagen na het versturen van de sommatiebrief laat Lenen Kost Geen Geld B.V. weten dat zij via via heeft gehoord dat De Geschaafde Plank niet zal betalen. Uw sommatiebrief zou hooghartig in de prullenbak zijn gegooid. Lenen Kost Geen Geld B.V. kan niet vertellen van wie zij dat gehoord heeft. Om verder tijdsverlies te voorkomen krijgt u opdracht zonder nadere aankondiging een faillissementsrekest in te dienen. Vraag 4.2 (10 punten) Handelt u klachtwaardig als u nog voor het verstrijken van de gegeven termijn van tien dagen overgaat tot het indienen van een faillissementsrekest?
8 1e
2e
totaal deze bladzijde
1e
Toets Gedragsrecht 16 oktober 2009 2e
Totaal
Drie dagen voor het verstrijken van de sommatietermijn hebt u andermaal contact met de advocate van De Geschaafde Plank. Zij vraagt u of u bereid bent op basis van vertrouwelijkheid/confraternaliteit over een schikking te praten. U doet de toezegging dat het gesprek vertrouwelijk/confraterneel is. Zij vertelt u dat De Geschaafde Plank een grote vordering heeft op de beleggingsmaatschappij Zie Maar Dat Je Aan Je Centen Komt B.V. en dat het de verwachting is dat er op korte termijn een flink gedeelte van de vordering wordt betaald. Zij doet de nadrukkelijke toezegging dat na ontvangst van dat bedrag de vordering van uw cliënte integraal zal worden voldaan. Zij vraagt u de voorgenomen rechtsmaatregelen op te schorten. U zegt toe te zullen overleggen met uw cliënte. Na beëindiging van het telefoongesprek neemt u contact op met uw cliënte, u vertelt tot in detail over het gesprek waarna u het faillissementsrekest intrekt en conservatoir derdenbeslag legt onder Zie Maar Dat Je Aan Je Centen Komt B.V. Vraag 4.3 (10 punten) Handelt u in dit geval klachtwaardig, welke afwegingen moeten door u gemaakt worden? Welke gedragsregels spelen hier een rol? 1e
2e
Totaal Einde Toets
9 1e
2e
totaal deze bladzijde