Respectprotocol SWPBS
Concept respectprotocol SWPBS november 2013
1
Wat is SWPBS School Wide Positive Behaviour Support (SWPBS) is een geïntegreerde, schoolbrede aanpak, gericht op het stimuleren van gewenst gedrag. Het doel van PBS is het creëren van een veilig en voorspelbaar onderwijsklimaat voor alle leerlingen, dat het leren bevordert. Met PBS maakt de school concreet wat we qua gedrag van kinderen verwachten in en om de school. Door dit concrete gedrag actief aan te leren en systematisch te bekrachtigen, lukt het leerlingen beter om zich aan regels te houden en gewenst gedrag te laten zien. De PBS-methodiek richt zich op drie niveaus: de school, de afzonderlijke groepen en de individuele leerlingen die extra begeleiding nodig hebben. Daarnaast is PBS een kapstok waaraan alle schoolinterventies en methoden die met gedrag te maken hebben in de school opgehangen worden. Wat al aanwezig is en goed werkt in de school wordt geïntegreerd in PBS.
Basiselementen van PBS Er zijn zes basiselementen van PBS: 1. Leerlingen weten welk gedrag van hen wordt verwacht 2. Goed gedrag wordt aangeleerd 3. Gewenst gedrag wordt bekrachtigd 4. Bij ongewenst gedrag volgt een duidelijke consequentie 5. School, ouders en (jeugd)zorg werken intensief samen 6. Beslissingen worden gemaakt op basis van geregistreerde gegevens
Gedragsteam binnen de school Onder begeleiding van een PBS-coach is er een gedragsteam binnen de school samengesteld. Dit gedragsteam bestaat uit Leerkrachten uit de onderbouw, middenbouw en bovenbouw, internbegeleiders, een ouder en de locatieleider. Het gedragsteam ontwikkelt, onder begeleiding van de PBS-coach, een preventief en schoolbreed beleid. Dit beleid richt zich op het concreet maken van verwachtingen, actief aanleren van die verwachtingen, systematische bekrachtigen, bewaken en borgen van processen. Het gedragsteam is het aanspreekpunt voor en geeft ondersteuning aan collega’s. Tevens houden zij het databasesysteem bij.
Interventies op het groene niveau Gedragsverwachtingen in algemene ruimtes Op school hanteren we gelijke gedragsverwachtingen in e algemene ruimtes. Deze verwachtingen staan beschreven in een schoolbrede matrix. We werken met drie basiswaarden namelijk:
Concept respectprotocol SWPBS november 2013
2
Bij elke ruimte staan gedragsverwachtingen genoemd die van toepassing zijn op de drie basiswaarden, zoals in onderstaand voorbeeld genoemd. Algemene ruimtes Schoolbreed
Veiligheid We houden onze handen en voeten bij onszelf
Respect We zijn zuinig op alle spullen We zijn netjes / beleefd en vriendelijk
Vertrouwen We zijn eerlijk
In bijlage 1 treft u de gehele Matrix voor de Hooiberg . Gedragsverwachtingen in de groep Elke groep heeft een groepsmatrix waarin de gedragsverwachtingen per basiswaarde worden beschreven. Hierdoor weten de leerlingen en eventuele invalleerkrachten wat er binnen de groep en in algemene ruimtes wordt verwacht van de leerlingen. Deze matrix hangt in de klas en is te vinden in het netwerk onder Documenten iedereen mapje PBS “matrixen gedragsverwachtingen” Naast de algemene verwachtingen die gelden binnen de groep kunnen er gedragsverwachtingen zijn die specifiek gelden voor de groep met specifieke behoeften. Hierdoor worden in het begin van het schooljaar de matrixen bekeken, aangepast en geborgd. Kenmerken van effectieve gedragsverwachtingen zijn: Concreet en waarneembaar Duidelijk en eenduidig (alle leerlingen weten wat er van hen wordt verwacht) Positief, kort en bondig In de actieve vorm geformuleerd (“ loop rustig”) Gewenst gedrag bekrachtigen Om gedrag structureel te stimuleren, hanteren alle medewerkers een beloningssysteem in alle ruimtes van de school en in de groep. Gezamenlijke verantwoordelijkheid voor alle kinderen is van belang. De aandacht van ongewenst gedrag wordt minimaal gehouden. Teamleden werken actief aan een verhouding 4:1. Dat betekent vier positieve bekrachtigers tegenover een correctie. Bekrachtigen Concept respectprotocol SWPBS november 2013
3
gebeurt met name door het geven van complimenten gekoppeld aan waarneembaar, concreet en gewenst gedrag. Elke auditieve bekrachtiging wordt visueel ondersteunt door een gebaar, bijvoorbeeld opsteken van de duim. Leerkrachten zijn vrij in de visuele ondersteuning van deze bekrachtiging. Manieren van bekrachtigen zijn: Compliment geven Bevestigen ( “ ik zie dat jij …”) Gebaar Belonen Leerkrachten belonen gewenst gedrag naast de bekrachtiging van dit gedrag. Op de Hooiberg hebben alle leerlingen een beloningskaart. Na het krijgen van vijf stickers kunnen leerlingen kiezen uit kosteloze beloningen. De lijst met 100 kosteloze beloningen zijn te vinden in bijlage 3. De leerkracht maakt van te voren een selectie uit deze 100 beloningen, op deze manier kiezen kinderen beloningen die daadwerkelijk kunnen. De leerkracht houdt bij welke kinderen een volle kaart hebben gehad en welke beloning ze hebben gekozen. Voorbeeld van een beloningskaart:
Naast de individuele beloningen geven leerkrachten groepsbeloningen. De groepsbeloningen kaart is het zelfde dezelfde afbeelding als op de individuele beloningskaart maar dan afgedrukt op A4. Het hangt op een zichtbare plek in de klas. De groep kan vijf stickers verdienen om tot een groepsbeloning te komen. De groepsbeloning wordt van te voren afgesproken met de leerlingen. Ook nu kan worden gekozen uit de lijst met de 100 beloningen. Gedragslessen Om goed gedrag actief aan te leren, geven we lessen volgens een vaste opbouw. 1. Goed voorbeeld a. Groep voorbereiden b. Modelen, het laten zien van het gewenste gedrag c. Nabespreken 2. Fout voorbeeld door de leerkracht zelf a. Groep voorbereiden b. Fout voordoen c. Nabespreken 3. Goed voorbeeld a. Groep voorbereiden b. Modelen, het laten zien van het gewenste gedrag c. Nabespreken Concept respectprotocol SWPBS november 2013
4
4. Leerlingen oefenen a. Groep voorbereiden b. Leerling laat het gewenste gedrag zien c. Nabespreken
Jaarplanning gedragslessen en overlegmomenten Om er zeker van te zijn dat alle gedragslessen horende bij de algemene ruimtes en binnen de groep gegeven worden hanteren we een jaarplanning. Op deze manier wordt er in alle groepen tegelijk gewerkt aan dezelfde gedragsverwachtingen en kunnen alle personeelsleden hierop in spelen. Wanneer een nieuwe gedragsverwachtig centraal staat wordt er in elke groep op de maandag de gedragsles gegeven. Op deze manier zijn alle medewerkers op de hoogte wanneer de regels zijn aangeboden. Tevens wordt deze planning maandelijks weergegeven in de nieuwsbrief voor ouders. Ouders weten op deze manier waar er op school aan wordt gewerkt. Doordat we ons er bewust van zijn dat er binnen de groepen ook specifieke gedragsverwachtingen worden verwacht is er binnen de jaarplanning ruimte voor eigen invulling van de leerkracht. Tijdens een schooljaar zijn er vaste momenten dat het PBS-gedragsteam bij elkaar komt om de voortgang en nieuwe inzichten te bespreken. Het gedragsteam zorgt voor de terugkoppeling naar het team, bijvoorbeeld tijdens de teamvergaderingen en studiemomenten. Het schooljaar is verdeeld in drie periodes en we werken volgens het PDCA-cyclus. In bijlage 2 is een overzicht van de jaarplanning te zien.
Interventie op ongewenst gedrag Negeren In de basis reageren we op gewenst gedrag en negeren we het ongewenste gedrag. De stappen van het negeren zijn: 1. Bedenk wat het gewenste gedrag is 2. Kijk welke leerlingen dit gedrag wel laten zien 3. Geef een compliment aan minstens 3 leerlingen die dit gedrag laten zien 4. Wacht en observeer minimaal 10 seconden 5. Houd de leerling met het ongewenste gedrag in de gaten: complimenteer iedere stap in de goede richting. De reactieprocedure Het reageren op gedrag van kinderen doen we op een gelijke manier. Een manier hiervoor is de reactieprocedure: Stap 1: Vraag de leerling naar de gedragsverwachting. “Lisa, wat is ook alweer de afspraak over het spel op het plein?” Stap 2a: Vertel de leerling wat de gedragsverwachting is en vertel de leerling wat hij nu moet doen. “Lisa, wij spelen met iedereen. Dus deze kinderen mogen meespelen.” De leerling geeft het juiste antwoord en stelt zijn gedrag bij: We geven een concreet compliment. Wanneer de leerling ongehoorzaam is dan verder met stap 2b Stap 2b: Loop weg en wacht 10 seconden. Stap 3 : Benoem het ongewenste gedrag, benoem de afspraak en geef een keuze. Concept respectprotocol SWPBS november 2013
5
“Lisa, ik zie dat die kinderen niet mee mogen doen. De afspraak is dat wij met iedereen spelen. Dus zij mogen nu ook meespelen. Laat hen nu ook meespelen of ga 2 minuten op het bankje zitten. Wat is je keuze?” Stap 4a: Benoem de consequentie die volgt. “Oke, dan ga jij 2 minuten op de bank zitten”. (Plein; blauwe bank, veld: houten bank). Stap 4b: Loop weg. Stap 5 : Haal de leerling na 2 minuten op. “Lisa, de andere kinderen mochten net niet meedoen. Laat nu zien dat zij ook mee mogen doen. Kun je je niet aan deze afspraak houden, dan ga je naar binnen.” Stap 5b: De leerling houdt zich niet aan de afspraak. “Lisa, ik zie dat je je niet aan onze afspraak houdt. Ik breng je nu naar binnen. Je gaat zitten in de hal totdat ik je kom vertellen dat je weer naar je groep mag gaan.” (“ik” is pleinwacht). Stap 6 : Na de pauze ga je naar de leerling in de hal. “Lisa, je ziet hier omdat je je niet aan onze afspraak hebt gehouden. Je mag nu naar de klas en kunt morgen in de pauze laten zien dat je je aan de afspraak kunt houden; “Wij spelen met iedereen.”
Bij stap 4a wordt er gesproken over een consequentie. Deze consequentie is effectief en heeft de volgende kenmerken: Zijn passend bij de leeftijd van het kind Zijn mild en volgen direct op het ongewenste gedrag Worden consequent toegepast door het hele team Mogen geen straf vormen voor de leerkracht of andere kinderen Worden zo geformuleerd dat het kind precies weet wat er wordt verwacht Bieden het kind oefenmogelijkheden in gewenst gedrag Als de consequentie is toegepast geldt de regel: over = over De twee minutenregel Wanneer een teamlid een probleem signaleert omschrijft deze het gedrag wat zichtbaar is. Het teamlid geef de leerling een aanwijzing of een correctie. Ook kan het teamlid de leerlingen wijzen op het gevolg van het gedrag. Wanneer de leerling gehoorzaamt: De medewerking van de leerling wordt erkent. De leerling wordt bedankt, krijgt een compliment of een beloning. Wanneer de leerling niet gehoorzaamt: De leerling krijgt de keuze om alsnog te gehoorzamen, er wordt aangegeven welk gedrag verwacht wordt. Wanneer de leerling nog niet gehoorzaamt dan wordt een ander teamlid geroepen voor hulp.
Registratie door het team Wanneer een leerling zich niet houdt aan de juiste gedragsverwachting wordt dit geregistreerd. Elke leerkracht heeft een registratieformulier in de klassenmap. Aan het eind van de week worden deze formulieren door het gedragsteam opgehaald en verwerkt in een datasysteem. Hierdoor wordt inzichtelijke waar de meeste incidenten plaatsvinden, welke leerlingen er betrokken zijn en hoe we op schoolniveau hier op in kunnen gaan. Concept respectprotocol SWPBS november 2013
6
Interventies op het gele niveau Wanneer gaan we een gele interventie inzetten? Een gele interventie betreft vaak een interventie in groepsverband maar dat hoeft niet altijd zo te zijn. Voordat er een gele interventie wordt ingezet moet er vanuit de groene interventies op school altijd worden nagaan: 1. Gedragsverwachting helder? Was het voor de leerlingen helder wat er van hen werd verwacht? Wat was al wel duidelijk? Wat kan nog verder worden verhelderd? 2. Dataregistratie In hoeverre lukte het de leerlingen om te voldoen aan de verwachting? 3. Gedragslessen. Welke kansen zijn er gecreëerd om leerlingen hierin actief te ondersteunen/ de verwachting actief aan te leren? Wat werkte daarin goed? Wat was lastig? Zijn er nog andere mogelijkheden? 4. Bekrachtiging/ beloningssysteem? Voelen leerlingen zich gewaardeerd voor hun inzet om (gedeeltelijk) aan de verwachting te voldoen? Hoe zijn de leerlingen bekrachtigd? Wat werkte daarin goed? Liggen er meer kansen? In hoeverre is het gelukt om aandacht te schenken aan degenen die aan de verwachting voldoen (ipv de leerlingen die dat niet doen)? Wat werkte daarin goed? Waar liggen nog meer kansen? 5. Is er iets extra’s nodig om degenen die niet aan de verwachting voldoen te motiveren dat alsnog te doen? Wat zijn hierin mogelijkheden? Als men tot de conclusie komt dat alles op groen is ingezet, dan kan men een gele interventie overwegen. Kenmerken van gele interventies:
Continue beschikbaar Snel een eenvoudig toegankelijk Minimale tijd en inzet van de leraar Vereiste vaardigheden kunnen gemakkelijk worden geleerd
SWPBS-pijlers komen terug in de gele interventie:
Schoolbreed en preventief , Interventie sluit aan bij de waarden en gedragsverwachtingen van de school.
Concept respectprotocol SWPBS november 2013
7
Deze worden actief aangeleerd en systematisch bekrachtigd. Er wordt data verzameld om effecten te meten. Ouders (en de zorg) worden betrokken. Wordt de interventie op eenduidige wijze ingezet voor alle leerlingen die ervoor in aanmerking komen?
Checklist gele interventie
Kan een leerling snel toetreden tot de interventie? Is de interventie het hele schooljaar door beschikbaar? Werkt (indien van toepassing) het hele schoolteam er mee? Zijn er criteria vastgesteld die de toegang bepalen?
Werken met een Check in – Check out
Vooraf: De leerkracht bespreekt het gedragsprobleem met de intern begeleider. De leerkracht is verantwoordelik voor dit proces, de intern begeleider bewaakt het proces. In een leerlinggesprek bespreekt de leerkracht met de leerling het check-in / check-out systeem. De beloning wordt vastgesteld: Wat wordt verdiend bij welk aantal punten? Beloning op school Beloning thuis Het systeem wordt samen met ouders besproken, inclusief de thuisbeloning. Samenwerking met ouders ligt ten grondslag. Tijdens dit gesprek wordt een evaluatiemoment afgesproken.
Check-In:
de leerling meldt zich uit zichzelf bij een vaste persoon, voordat hij de klas in gaat. Dit is de begeleider. De leerling neemt de map met dagkaarten mee. de begeleider bespreekt: o de map met dagkaarten: Heb je hem weer meegenomen? / Handtekening ouders? o gesteldheid van de leerling: Hoe gaat het met je? o algemeenheden: Heb je nog iets leuks gedaan gisteren? etc. o kort de doelen van die dag: gedragsdoelen van het contract van de leerling o bijzonderheden van die dag o dingen die gisteren niet zo goed gingen : reminders geven zodat het vandaag wel lukt De leerling krijgt een nieuwe dagkaart van de begeleider. Deze gaat bovenop, in de map. De leerling gaat met zijn map naar de klas. De leerkracht kleurt op de dagkaart de hele dag, ieder uur, de smiles samen met de leerling a.d.h.v. de volgende vragen: o Wat denk je zelf? o Hoe is het gegaan dit uur? o Waarom denk je dat er XX smiles gekleurd worden? Aantal te behalen punten: o 0 smiles: heeft zich niet aan de gedragsverwachtingen gehouden o 2-3 smiles: heeft zich soms niet aan gehouden maar zich wel hersteld o 5 smiles: heeft zich gewenst gedragen
Concept respectprotocol SWPBS november 2013
8
Check-out:
1. de leerling meldt zich bij de begeleider. De begeleider kleurt de eerste en laatste balk en telt het totaal aantal gekleurde smiles op. o focus op wat goed ging o bespreekt kort waar moeilijkheden lagen o bespreekt doelen voor morgen o dagafsluiting: Wat ga je na school doen? / Veel plezier etc. 2. De begeleider geeft de map mee met getekend dagrapport van die dag. 3. Om de leerling ook de vorderingen te laten zien, kleurt de leerling op de dagkaart dagelijks het aantal vakjes van punten. Zo ziet hij / zij de vooruitgang. Deze lijst kan bij de begeleider hangen of in de leerlingenmap zitten.
Achteraf: Om inzicht te krijgen in het gedrag van de leerling, vult de begeleider het data-formulier in. Hier wordt het aantal punten per uur over de week heen zichtbaar gemaakt. Er vindt een evaluatieplaats met ouders en de leerkrachten. De intern begeleider bewaakt het proces.
Interventies op het rode niveau Aanhoudende gedragsproblemen kunnen zich voor doen op een basisschool. Bij deze problemen zal de leerkracht samen met de intern begeleider in kaart brengen of alle te nemen groene en gele interventies juist zijn uitgevoerd. Binnen het gedragsteam wordt de leerling besproken, bewaakt en geëvalueerd. Wanneer de groene en gele interventie goed zijn uitgevoerd zullen de leerkrachten samen met de internbegeleider in gesprek gaan met de ouders.. De leerkrachten en intern begeleider zorgen voor een terugkoppeling met de locatieleider. Contact met ouders Als school vinden we het belangrijk samen met ouders op te gaan wanneer er zich gedragsproblemen voor doen. De ouders worden door de leerkrachten uitgenodigd voor een gesprek, hierbij zal de intern begeleider aanwezig zijn. Met de ouders worden de te nemen stappen doorgesproken. Tevens zal de school aangeven structureel gesprekken te willen. Om de drie weken vindt er een gesprek plaats op school. Bij incidenten worden de ouders van betrokken kinderen altijd gebeld. De stappen die worden ondernomen De intern begeleider bereidt samen met de leerkrachten een GIP (Een gedrags interventie plan) voor. De intern begeleider komt observeren in de groep. Er wordt een gedragsfunctieanalyse (zoals aangegeven door SWPB) gemaakt. De intern begeleider gaat met de leerling in gesprek waarbij de leerling zelf aangeeft te willen veranderen en welke wegen we gaan inslaan. Concept respectprotocol SWPBS november 2013
9
Aan de hand van deze analyse wordt een gedrags interventie plan opgesteld en geïmplementeerd. Het GIP met daarin de verwachtingen worden met de leerling besproken door de intern begleider. Na zes weken wordt het plan geëvalueerd. Tussentijds worden er geen veranderingen aangebracht in het plan. Bij de evaluatie tussen leerkrachten, intern begeleider en ouders. De evaluatie wordt vastgelegd. Tijdens dit gesprek wordt het volgende besproken: o Frequentietelling o Gedragsbeoordelingsschaal o Observaties binnen de groep o Bevindingen van het kind o Bevindingen van de ouders o Kijken of het GIP op een juiste manier geïmplementeerd en uitgevoerd is o Bespreken van het onderhoudsplan Opstellen en werken met een onderhoudsplan. Dit plan is er om terugval tegen te gaan en nieuw gemaakte afspraken vast te leggen.
Contacten met externen Zat-overleg De intern begeleider heeft drie keer per jaar een Zat-overleg. Dit is een zorg advies team van verschillende geledingen, zoals de schoolarts en een maatschappelijk werkster. Leerlingen met gedragsproblemen worden tijdens dit overleg besproken. Co-overleg Wanneer de gedragsproblemen aanhouden of verslechteren kiest de intern begeleider ervoor deze leerlingen te bespreken tijdens het consultatief overleg met het samenwerkingsverband van wsns. Er kunnen onderzoeken worden afgenomen en er kan advies worden gegeven hoe de school nu kan handelen of dat er een verwijzing wordt geadviseerd naar speciaal (basis) onderwijs. In beide gevallen zullen we goedkeuring vragen aan de ouders. Wanneer ouders niet akkoord gaan met het bespreken van hun kind, kan het kind anoniem worden ingebracht. Overige instanties Wanneer een kind is aangemeld door de ouders bij een bepaalde instantie zoals Bureau Jeugdzorg of een psycholoog dan willen we samen optrekken zodat de lijnen kort zijn. Overleg vindt dan plaats waarbij alle betrokken instanties aanwezig zijn. Schorsing Wanneer alle bovengenoemde stappen gezet zijn en er een situatie ontstaat waarbij de veiligheid van de groep en leerlingen in het geding komen kan het zijn dat de school overgaat tot een schorsing van de leerling. Deze schorsing mag maximaal vijf dagen duren en de school maakt hiervan melding bij de leerplichtambtenaar en de inspectie. De locatieleider zal de ouders uitnodigen voor een gesprek en vragen het kind op te halen. De locatieleider zal de ouders een brief overhandigen met daarin de reden en de duur van de schorsing. Tevens kunnen de ouders bezwaar maken bij het schoolbestuur of algemeen directeur.
Concept respectprotocol SWPBS november 2013
10
Verwijdering van de school De school kan besluiten een leerling te verwijderen. Bijvoorbeeld als: de school een leerling niet de nodige speciale zorg kan bieden waardoor handelingsverlegenheid ontstaat bij de leerkrachten en de school de leerling zich voortdurend fysiek of verbaal agressief gedraagt er ernstige conflicten zijn (ook als de ouders daarbij betrokken zijn). Eerst moet het schoolbestuur naar het verhaal van ouders en de leerkrachten en locatieleider luisteren. Dan pas mag de school beslissen over de verwijdering van een leerling. Bezwaar tegen verwijdering Het schoolbestuur moet de ouders laten weten dat zij bezwaar kunnen maken tegen de beslissing om het kind te verwijderen. Als de ouder bezwaar indient, moet de school binnen 4 weken schriftelijk reageren. Blijft de school bij het besluit het kind te verwijderen, dan kunnen de ouders de zaak voorleggen aan de rechter. Het vinden van een nieuwe school Wanneer de school aangeeft dat het beter is een nieuwe school te zoeken, is de school verplicht dit te doen binnen acht weken. Tot die tijd mag een kind niet definitief van school worden gestuurd omdat het kind leerplichtig is. Wanneer een kind thuis is verzorgd de school werk om mee te geven naar huis. Wanneer een school schriftelijk kan aangeven op zoek te zijn geweest binnen deze acht weken naar een andere school en niet het juste onderwijs heeft kunnen vinden dan mag de school het kind definitief verwijderen. De ouders moeten dan zelf naar een school zoeken. De leerplichtambtenaar kan hierbij de ouders helpen. De Stichting BSV heeft een uitgebreider document waarin de schorsings- of verwijderingsprocedure wordt beschreven. Bijlage 1. De Matrix
Bijlage 2. Jaarplanning 2013-2014
Gedragslessen Schooljaar 2013-2014 Week Gedragverwachtingen aan de hand van de Gedragslessen 19 aug Schoolbrede gedragsverwachting Middagpauze 26 aug Speelplaats / sportveld en fietsenstalling 2 sept Toiletten en kopieerruimte 9 sept Herhaling bovenstaande verwachtingen 16 sept Hal & gangen 23 sept Fluisterzone en stilte ruimte 30 sept Groepsafhankelijke gedragsverwachtingen 7 okt Groepsafhankelijke gedragsverwachtingen Herfstvakantie 21 t/m 25 oktober Concept respectprotocol SWPBS november 2013
11
28 okt Herhaling bovenstaande verwachtingen Periode 1 4 nov Gymzaal (incl. Kleedkamers) en speellokaal (incl. Om- en aankleden) 11 nov Bibliotheek 18 nov Wasruimte 25 nov Groepsafhankelijke gedragsverwachtingen 2 dec herhaling verwachtingen okt en nov Kerstvakantie 23 dec t/m 3 jan 2014 6 jan Herhaling verwachtingen periode 1 13 jan Kantoorruimtes 20 jan Handvaardigheidslokaal / concergie 27 jan Groepsafhankelijke gedragsverwachtingen 3 febr Groepsafhankelijke gedragsverwachtingen 10 febr Herhaling verwachtingen jan en febr. Voorjaarsvakantie 17 t/m 21 febr. 24 febr Herhaling verwachtingen periode 1 3 mrt Herhaling verwachtingen periode 2 10 mrt Groepsafhankelijke gedragsverwachtingen 17 mrt Groepsafhankelijke gedragsverwachtingen 24 mrt Groepsafhankelijke gedragsverwachtingen 31 mrt Herhaling Speelplaats / sportveld en fietsenstalling 7 apr Groepsafhankelijke gedragsverwachtingen 14 apr Groepsafhankelijke gedragsverwachtingen 21 apr Groepsafhankelijke gedragsverwachtingen Meivakantie 28 apr t/m 5 mei 6 mei Herhaling verwachtingen periode 1 (schoolbreed, hal, gangen, fluister- en stilte ruimte) 12 mei Herhaling verwachtingen periode 1 (speelplaats, fietsenstalling, toiletten en kopieer) 19 mei Herhaling verwachtingen periode 2 (Gymzaal, bibliotheek en wasruimte) 26 mei Herhaling verwachtingen periode 2 ( Kantoorruimte en handvaardigheidslokaal) 2 juni Groepsafhankelijke gedragsverwachtingen 9 juni Groepsafhankelijke gedragsverwachtingen 16 juni Groepsafhankelijke gedragsverwachtingen 23 juni Groepsafhankelijke gedragsverwachtingen Zomervakantie 7 juli t/m 15 aug 2014
Maanden Augustus
Planning schooljaar 2013-2014 adhv PDCA-cyclus Start Periode 1 Gouden weken: Gedragslessen alg.ruimten Reactieprocedure
September
Consequenties ongew.gedrag Cico Eind evaluatie Periode 1: Registratie en Gouden weken Start periode 2 gedragslessen
Oktober November December Januari Februari
Tussenevaluatie Periode 2:
Concept respectprotocol SWPBS november 2013
12
Beloningssysteem Maart April
Mei Juni
Juli
Eind evaluatie periode 2 gedragslessen beloningsstysteem Registratie Periode 3 Eind evaluatie Schooljaar: Beloningsyst Gedragslessen Planning nieuw schooljaar: Gedragslessen Nieuwe afspraken Beleid evt. aanpassen
Bijlage 3. 100 kosteloze beloningen
Concept respectprotocol SWPBS november 2013
13