Reisverslag najaar 2015 – Jerry van den Bos en Dinant Pas Avond voor vertrek Om 19.00 uur hebben we een uitdaging aan te gaan: bij Jerry zijn veel spullen als poppenmandjes, tassen met boodschappen etc. in de garage die mee moeten naar Roemenië. Dinant krijgt te horen: “schrik niet hoeveel er mee moet, gaat dat wel lukken in je auto?”. Op één ding na krijgen we alles ingepakt! Betekent wel dat onze persoonlijke bagage morgen op de achterbank mee moet. Maar dat hebben we er voor over! Dag 1 – 4 november We vertrekken om 5.00 uur, alles is nog stil en rustig in Almelo. Het is helder weer en we schieten dan ook snel op. Regelmatig stoppen om even de benen te strekken en een kop koffie te drinken maakt dat we fit blijven om de reis van iets meer dan 1.200 kilometer af te leggen. Rond 13.30 uur passeren we de grens met Oostenrijk. Kort over de grens pauzeren we en neemt Jerry het stuur over van Dinant die tot dan toe gereden heeft. In Oostenrijk hebben we wat meer te maken met nevelig weer, maar niet dat we er hinder van ondervinden. Alleen het uitzicht op het landschap rondom ons wordt daardoor wat belemmerd. Tegen 17.15 uur tanken we nog een keer aan de Oostenrijkse kant van de grens met Hongarije om vervolgens direct over de grens naar ons hotel te gaan. Na een goede maaltijd en uiteraard telefoontjes met het thuisfront hebben we mooie gesprekken met elkaar waarbij Jerry veel vertelt over de projecten in Roemenië. We gaan op tijd slapen, morgen wacht immers het tweede gedeelte van de reis op ons. Dag 2 – 5 november Na een uitstekende nachtrust en een goed ontbijt rijden we rond 9 uur weg. Dan nog niet wetende dat we een groot gedeelte van de route richting Budapest door de mist zullen rijden. Dichte mist die uitzicht op het verkeer belemmert en op het landschap onmogelijk maakt. Kort onder Budapest stoppen we voor een kop koffie. Als we vervolgens verder rijden en de snelweg verlaten om binnendoor richting grens en Oradea te rijden, komen we over de poesta’s. Enorme vlakten waar niemand woont. Tot opeens een plaatsje opduikt. Eenmaal door een plaatsje heen opnieuw die enorme vlakten met landbouwgrond. Tegen 14.45 uur komen we bij de grens aan. En is het ineens 15.45 uur. Roemenië kent immers een uur tijdverschil. Een vignet is nodig, idem wat contant geld. Dat kan op de grens geregeld worden. We rijden vervolgens bijna gelijk Oradea binnen. Jerry kent de weg in de stad naar de familie waar we overnachten. En daar worden we heel gastvrij en hartelijk ontvangen. Een warme maaltijd staat direct klaar voor ons, we kunnen gelijk aanschuiven. Erg lekker smaakt de zelfgemaakte soep en overige spijzen die ons worden voorgeschoteld!
Na het eten worden er direct zaken gedaan. We gaan naar het depot om de nodige meegebrachte spullen weg te brengen. Een korte rit door de stad naar een in aanbouw zijnde villa die als opslagruimte gebruikt mag worden. Een hond houdt de wacht hierop. Terug wordt overleg gevoerd met Tavy. Ook Ramona de tolk is gearriveerd om dit gemakkelijk te laten verlopen. Twee jonge mensen, die zich hard maken voor hun naasten, hartverwarmend om te zien en te horen. Dinant heeft van het thuisfront bericht ontvangen dat de gezondheid van zijn vader verslechtert. Dat maakt dat alternatieven besproken worden om het programma in te korten. Bijzonder om te zien hoe iedereen op deze gewijzigde omstandigheden reageert en wil meewerken om inkorten van het programma mogelijk te maken. We besluiten als volgt: morgenvroeg eerst de nodige bezoeken in en rond Oradea. In de middag gaan we dan naar Petrosani. Daar gaan we zaterdag de nodige bezoeken afleggen om zondag naar Timisoara te gaan. Zondagavond gaan we terug naar Oradea om daar maandag ook de nodige bezoeken te doen. Dinsdag en woensdag keren we dan terug naar Nederland. Dag 3 – 6 november Het zal een dag worden die we nooit zullen vergeten, alleen weten we dat ‘s-ochtends nog niet. We krijgen een uitstekend ontbijt met gebakken eieren. Een stevige maaltijd voor een
lange dag. Tavy komt ook al vroeg binnen en ontbijt met ons mee. We gaan na het ontbijt direct op pad en halen de pakketten op voor de verschillende families die we vandaag gaan bezoeken. Het is even passen en meten maar mee gaat wat mee moet. Vervolgens halen we onze tolk Ramona op en rijden dan door naar het 1e adres. Voor Dinant de 1e keer om te zien hoe schrijnend situaties zijn in Roemenië. Een kleine kamer waar 5 kinderen en de ouders verblijven. Kale grijze muren van beton, oude versleten matrassen op een bed, meerdere kinderen in één bed enz. Eén ruimte die warm is/te verwarmen is. Het is vakantie en daarom zijn kinderen die wel naar school kunnen, thuis. We informeren hoe het is in algemeenheid maar ook in het bijzonder naar gezondheid van iedereen. En natuurlijk de vraag wat nodig is. En elke situatie is anders en kent andere directe noden. Een bril voor één van de kinderen, of vaseline voor een gehandicapte kleinzoon die niet anders kan dan in bed liggen. Moeder die kanker heeft en met de bus naar het ziekenhuis moet terwijl ze pijn heeft en geld niet uit wil geven voor medicijnen omdat eten voor haar kinderen belangrijker is. Ook worden meegenomen brieven voorgelezen en direct via de tolk vertaald naar het Roemeens. We zien dat Tavy en zijn gemeenschap enige hulp kan bieden doordat ze met geld van sponsoren briketten (voor de kachel) kunnen kopen voor families. Of aardappelen. En overal waar we komen worden we even hartelijk ontvangen, ook bij de familie die buiten op een open vuur een pan met water
aan het koken is voor de aardappelen. Stoelen worden her en der vandaan gehaald met de uitnodiging om te gaan zitten. Buiten, terwijl het begin november is. Maar tijd hebben we niet. Ramona onze tolk helpt om daar waar sprake is van een taalbarrière, deze te slechten en uit te leggen dat we verder moeten.
Ergens later in de middag treffen we Eugen Stoica, de pastor uit Petrosani. Met hem gaan we eerst naar het depot om daar zijn gele VW bus tot de nok toe vol te laden met alle dozen die vanuit Nederland eerder zijn vervoerd naar het depot in Oradea. Er past geen doos meer bij, maar alles kan mee. Nadat we Tavy hebben afgezet en Eugen gegeten heeft gaan we op weg naar Petrosani. Een lange reis van bijna 400 kilometer. Langzaam wordt het donker en mistig en rijden we over Roemeense wegen naar het zuiden. Vreemde en niet ongevaarlijke inhaalacties zien we met grote regelmaat. Maar we worden ook door velen gewaarschuwd als er ergens een controle staat, iedereen knippert dan met de koplampen. Een kleine dienst die men elkaar bewijst om vervolgens elders weer flink de fout in te kunnen gaan. En in elk klein plaatsje dat we doorkomen, ruiken we de hout gestookte kachels die in deze tijd van het jaar hard nodig zijn nu het in de nacht iets onder het vriespunt raakt. En ergens voorbij Arad krijgen we een telefoontje van het thuisfront....de vader van Dinant is overleden. Overleg is nodig, ook met het thuisfront. Zij ondersteunen het mooie en noodzakelijke werk waarvoor we naar Roemenië zijn gegaan. Dinsdagavond in Nederland terug zijn is de bedoeling. Een dag eerder dan het alternatief dat al van toepassing is. Om 23.00 uur plaatselijke tijd schuiven we aan voor een verlate maaltijd. Maar ondanks dit late tijdstip worden we ook in Petrosani op een hartelijke en gastvrije wijze maaltijd getrakteerd. Dag 4 – 7 november Het is zaterdag, maar als je zo met elkaar op pad bent en zoveel indrukken op doet en de emotie daar nog eens bij komt, is er geen besef van dag of tijd. Na het ontbijt, opnieuw voorzien van alles om een goede start te maken van de dag, laden we de bus van Eugen in met de spullen die nodig zijn voor twee families. Beiden wonen in de bergen en we moeten
eerst een bergpas over; een flinke afstand moet afgelegd worden, ruim 120 kilometer. Het bergachtige landschap is in deze tijd van het jaar mooi. Veel blad moet nog van de bomen vallen, maar is al wel flink gekleurd. Alle herfstkleuren worden door het zonnige weer aan
ons gepresenteerd. Het laatste gedeelte van de reis gaat de bergen in over een smalle bergweg, alleen geschikt voor paard en wagen, een geschikte 4x4 terreinauto of een oude VW bus met een dieselmotor die meer dan een half miljoen kilometer heeft gereden. En laten wij nu zo’n VW bus bij ons hebben! Begin van de middag arriveren we bij het 1e gezin. Al bij het zien van de bus beginnen de kinderen te glunderen en te zwaaien. Tijd om uit te
stappen is er maar net, iedereen wil handen schudden. Als de eerste mandjes en poppen uit de auto komen en aan de kinderen gegeven worden is het met geen pen te beschrijven hoe intens blij deze kinderen (14 stuks totaal in de leeftijd van 2 tot 24) hiermee gemaakt worden. Eugen Stoica wil graag laten zien wat hier door de sponsoren en de stichting bereikt is, het is: ‘Dinant, come here and see’ keer op keer op keer. De tuin, de dieren, het bergpad naar de kerk, de pasgeboren biggetjes (11 stuks), de kassen maar ook het huis moet en zal bekeken worden. We zien dat er twee kamers zijn samengevoegd tot een nieuwe ‘woonkeuken’. We zien boven twee aparte kamers, we zien de aangelegde badkamer. Zoveel bereikt, waar allen zo trots op zijn en zo blij maar vooral gelukkig mee zijn. Het straalt er vanaf. “Leven in een ander dimensie” zeggen we vandaag keer op keer tegen elkaar. Echt gelukkig zijn met wat je hebt en wat je krijgt, hoe weinig dat ook is. Een schril contrast met velen in Nederland die veel tot alles hebben maar niet gelukkig zijn. En we ontkomen er niet aan, een maaltijd wordt geserveerd. En alles ‘selfmade’, van de soep tot het brood, de kip, de pasta, de groenten. En de smaak is om nooit meer te vergeten. Zo krijg je dit nergens gekocht, zo lekker! Na het eten, het loopt dan al tegen 14.30 uur, stappen we weer in de bus. Een uurtje later arriveren we bij het tweede gezin. Het is dan rond 15.30 uur. Ook hier een gastvrij welkom, en ook hier moeten we alles zien. Ook hoe op de
bovenverdieping 3 kamers in aanbouw zijn. Opnieuw ‘selfmade by family’. En uiteraard moeten we de kerk zien. Een orgeltje, een preekstoel, een zes-tal bankjes en de Bijbel is voldoende. En ook hier moeten we aan tafel. Gebakken aardappeltjes met kip, brood, groente. Alles met zorg en liefde gemaakt. En dat proef je. En ook hier geldt: “leven in een andere dimensie”. Met de vader van de familie worden de mogelijkheden m.b.t zijn vraag (of hij geholpen kan worden met de aanschaf van een koe) besproken. Als we de maaltijd genuttigd hebben wordt er gezongen, vader begeleidt op de accordeon, de oudste zoon op de trompet, en allen zingen mee. Op de jongste, de ondeugendste, na. Die blijft lekker
eigenwijs spelen en geeft een grote grijns als er eventjes een gek gezicht naar hem (of was het haar?) getrokken wordt. Na de maaltijd maken we gebruik van het buitentoilet voordat we in de auto stappen om een reis van een aantal uurtjes te maken om weer in Petrosani aan te komen. Opnieuw mistig; en veel verkeer op de weg. Maar het gevoel dat we vandaag twee families zo gelukkig hebben gemaakt en gezien doet veel vergeten. Veel: dag, tijd, plaats, maar wat de hele dag blijft is de gedachte aan de familie thuis, die een begrafenis moet voorbereiden. Waar verdriet is en waar je niet bij bent. Om 20.00 uur zijn we weer in Petrosani. Opnieuw staat een maaltijd klaar en kunnen we direct aanschuiven. Aanschuiven bij de familie van de pastor, een warm gezin met aandacht en liefde voor elkaar. Dat voel je en merk als gast. Dag 5 – 8 november We starten de dag met een ontbijt. Een eenvoudig ontbijt op ons verzoek. Kort na het ontbijt laden we auto vol en nemen afscheid van de familie. We komen er niet weg zonder dat we het nodige meekrijgen. Zelfgemaakte jam en drinken. “Erg lekker” zegt pastor Eugen Stoica in correct Nederlands. En dat is simpelweg de waarheid, dat hadden we al geproefd. We hebben een lange reis te maken naar Timisoara. Daar bezoeken we iemand die al 14 jaar lang in het sponsorprogramma zit. En we horen en zien graag hoe het nu is. Daarnaast heeft Jerry door al deze jaren heen een band opgebouwd waardoor er reden is om langer te verblijven op dit adres. We komen er rond 12.00 uur aan. Na een kort welkom en uitwisselen van eerste ervaringen worden we ook hier uitgenodigd om de maaltijd met hen te delen. Ook hier een hartelijk en gastvrij onthaal. In Roemenië krijg je vaak als afsluiting van de maaltijd cake of taart. Zo ook vandaag weer één die overheerlijk smaakt, het past nog net
met al het andere lekkers dat we al genuttigd hebben. Overigens zien we op dit adres wat 14 jaar hulp uiteindelijk betekent: een leven dat weer zoveel te bieden heeft dat mensen open staan voor anderen en in elkaar tijd en liefde willen investeren omdat men elkaar iets te bieden heeft. Een relatie is aangegaan die voor de toekomst veel betekent in positieve zin. Tegen 16.00 uur vertrekken we dan ook met een goed gevoel. Maar ook hier niet zonder iets mee te krijgen: een flesje wijn en voor Dinant een zelfgemaakt schilderij om de eerste indrukken van Roemenië nooit meer te vergeten. Van Timisoara naar Oradea is ongeveer 3 uur rijden. We komen dan ook rond 19.00 uur aan in Oradea. Op het adres waar we deze reis gestart zijn in Roemenië. En het laat zich al raden: de maaltijd staat klaar. Met als afsluiting kleine stukjes taart/cake gebakken door twee schoondochters van de familie. Het adres is overigens het inloop- of verzameladres voor de familie merken we. Iedereen komt binnenvallen, zonen/dochters met partner en kinderen. Het is een vrolijke bende waar iedereen te eten krijgt. En als de tafel vol zit, wordt er wel gewacht tot een plekje vrij komt. Of gaat er een bord naar een andere kamer. Iedereen is even welkom en krijgt te eten. Zo is het niet meer dan logisch dat Tavy en Ramona (de tolk) er ook zijn. Met hen wordt het schema van de volgende dag besproken en worden nog de nodige administratieve zaken
geregeld. Maar ook hebben we het met elkaar over de drijfveren om dit werk te doen. Naast een baan, naast een gezin met kleine kinderen. Bewonderenswaardig! Dag 6 – 9 november De dag begint vroeg. Om 6.30 uur gaat de wekker en om 7.30 uur zitten we aan het ontbijt. Tavy komt ons al vroeg halen om vanmorgen nog twee bezoeken af te leggen. We gaan naar iemand die al langere tijd in het sponsorprogramma zit en we gaan naar een gezin dat door Tavy wordt aangedragen om te gaan helpen. Een mogelijk nieuw gezin voor het sponsorprogramma. We vertrekken rond 8.10 uur. Omdat we richting het oosten gaan, is het mogelijk om Ramona, de tolk, thuis op te halen. We hebben nog even te gaan. De wegen zijn druk en we moeten de heuvels in die zich ten oosten van de stad Oradea bevinden. We komen voorbij Valea Mare, waar de stichting haar start gemaakt heeft ruim 15 jaar geleden. Ons eerste bezoek is kort, maar we horen wat er gaande is, of alles goed gaat. Er wordt gevraagd naar de twee kleinkinderen, hoe is het met hen? We krijgen positieve berichten. Er is ambitie om een opleiding te volgen aan de Universiteit in Oradea. Er zijn mogelijkheden aan de universiteit om, als je bij het toelatingsexamen excellente cijfers haalt, de opleiding gratis te volgen. Dat biedt perspectief. Vervolgens gaan we naar ons tweede bezoek. Als we aankomen, zien we een keurig huis. Maar Tavy wijst naar een ander huisje, iets lager tegen de heuvel aan, waar hij met de auto niet bij kan komen. De situatie die we aantreffen is schrijnend. De inrichting van het huisje bestaat uit erg oud meubilair. Veel is gammel en kapot. De WC is een houten huisje buiten. Er zijn 5 kleine kinderen, één daar van is een baby die op een bed ligt. Vader heeft geen werk, er is geen inkomen. Hier is dringend hulp nodig. Positief is dat er geen schulden zijn, elektra aanwezig is en er geen zieken zijn. Water heeft het huisje niet, maar kunnen ze elders gratis halen. En vader kan zelf hout halen voor de kachel. Op relatief korte afstand, op 2 km is een bos waar hij hout sprokkelt en met zijn kar naar huis kan brengen. Maar daar is alles mee gezegd. Er
zijn wel 7 monden/mondjes die dagelijks gevoed moeten worden. En de elektra moet betaald worden maandelijks. We laten een kerstpakket achter en we laten direct een geldbedrag bij moeder achter. De familie is erg dankbaar met deze hulp en met wat Tavy al voor hen doet. Om wat te bekomen van hetgeen we gezien en gehoord hebben gaan we iets verderop even pauzeren en praten na wat er moet gebeuren. Hulp is nodig. Het plan was om nog een bezoek aan de bank te brengen, om zaken voor de stichting en Tavy te regelen, maar de tijd laat het niet toe. We keren terug naar Oradea en schuiven rond
12.00 uur aan voor de lunch die al weer klaar staat. Aansluitend pakken we onze koffers, we moeten immers de reis door Hongarije nog maken, richting Hotel Paprika. Om 14.00 uur Roemeense tijd passeren we de grens met Hongarije. We maken een tijdreis want de klok gaat direct terug naar 13.00 uur. Het verkeer zit gelukkig mee, we kunnen goed opschieten. Het is een beetje mistig, maar het hindert ons niet. We stoppen onderweg twee keer: eenmaal halverwege de grens en Budapest en eenmaal voorbij Budapest. Bij de tweede stop worden we op de parkeerplaats direct aangeschoten door Hongaren: of we mobieltjes willen kopen. Dat doen we maar niet, ten eerste omdat we die niet nodig hebben en ten tweede omdat het zeer waarschijnlijk om gestolen handel gaat. De criminaliteit straalt er zogezegd vanaf. Jerry neemt na een korte pauze en een kop espresso het stuur over van Dinant en brengt ons veilig naar Hotel Paprika. Rond 17.30 uur komen we daar aan. Moe, omdat het een lange dag was en we vanaf 8 uur voornamelijk in de auto hebben gezeten. We gaan nog even eten bij het restaurant en kruipen al vroeg onder de wol: morgen gaat de wekker om 3.45 uur. We willen rijden om 4.30 uur. Terug naar Nederland, waar familie is die zich aan het voorbereiden is op een begrafenis. Dag 7 – 10 november 4.30 uur rijden was de bedoeling, maar om 3.30 uur lopen we het hotel al uit. Jerry is per abuis vergeten zijn wekker een uur te verzetten, die stond nog op de Roemeense tijd. Een uurtje eerder dus. Omdat de benzine in Hongarije goedkoper is dan in Oostenrijk en Duitsland tanken we in de nachtelijke uren de auto nog een keer volledig af. Om 3.45 uur passeren we vervolgens de dan nog onbewaakte grens. Dinant merkt na een uurtje rijden dat hij toch niet helemaal uitgeslapen is en vraagt of Jerry het stuur overneemt. Dat gebeurt kort na Wenen. Jerry stuurt de auto geheel Oostenrijk door. De wegen zijn rustig en het schiet hard op. Rond 7.00 uur passeren we de grens met Duitsland, het gaat snel. Totdat we ergens tussen Nürnberg en Würzburg in een file terechtkomen. We staan 40 minuten stil, geen enkele beweging in de lange rij auto’s. Als deze vervolgens rijdt zijn we hooguit twee kilometer verder als de rij auto’s opnieuw stopt. Opnieuw volledige stilstand, nu 30 minuten lang. Het enige dat je beide keren kunt doen is de stoel iets verder achterover zetten en wat wegdommelen, toch nog iets rust pakken. Onderweg in Duitsland stoppen we een aantal keren, om te tanken en om een kop koffie te nuttigen. Zowel auto als mens heeft wat nodig af en toe. Gelukkig komen we onze verdere reis geen bijzonderheden tegen. Wel kijken we de laatste kilometers nauwlettend naar ons benzineverbruik. We willen niet eerder dan na aankomst in Nederland opnieuw tanken, zodat we de tankpas van de leasemaatschappij kunnen gebruiken. Het lukt net met de laatste paar druppels in de tank om Enschede te bereiken, het lampje van een lege tank brandt dan al enige tijd. De grens Duitsland-Nederland is rond 16.45 uur gepasseerd. Nog een klein eindje, en we zijn thuis om 17.15 uur. Al met al 1200 kilometer (Hongaarse grens naar Almelo) afgelegd in 13,5 uur. De
filetijd van 70 minuten zitten daar dan bij in, we hebben de afstand dan ook in relatief korte tijd gereden. 7 dagen van huis, waar het er 11 hadden moeten zijn. Het programma moeten afbreken ivm een overlijden. Dat is verdrietig en moeilijk. Maar toch kijken we terug op een paar intensieve dagen waar we veel hebben kunnen betekenen voor anderen, waar we een aantal belangrijke bezoeken hebben kunnen afleggen. Waar mensen intens dankbaar en blij zijn met onze komst. De belangrijkste bezoeken hebben we kunnen afleggen. Een aantal geplande bezoeken helaas moeten schrappen. Maar dat is in overleg met Tavy in Oradea en pastor Stoica in Petrosani goed afgestemd. En het is goed om hen ‘face to face’ gesproken te hebben. Dan wordt er meer besproken dan via email of telefoon gebeurt. Een klein gebaar of een gelaatsuitdrukking zegt dan soms zoveel meer dan het met woorden omschrijven van een situatie. Persoonlijk contact, door ter plaatse aanwezig te zijn, is nodig. En dat persoonlijk contact is er deze reis opnieuw geweest, ondanks het moeten inkorten/afbreken van het programma.
P.S. Je komt wat tegen aan voertuigen die nog volop in gebruik zijn: