Registratie na opleiding in het buitenland Beleidsregel Uitwerking van de bepalingen inzake de registratie als verpleegkundig specialist na het volgen van een opleiding in het buitenland, zoals vastgelegd in het Algemeen Besluit CSV van 16 december 2008, in de artikelen 4 en 41. Besloten door de Registratiecommissie Specialismen Verpleegkunde op 16 september 2015.
Begripsomschrijving Onder registratie na opleiding in het buitenland wordt verstaan: Registratie in het Verpleegkundig Specialisten Register van een verpleegkundige die haar opleiding in het buitenland heeft gevolgd, nadat is vastgesteld: o dat zij beschikt over de vereiste beroepskwalificaties en competenties behorend bij het verpleegkundig specialisme, en o dat zij voldoet aan de registratievereisten. Zoals hierboven geschetst bestaat de procedure uit twee fasen: de eerste fase leidt al dan niet tot erkenning van de beroepskwalificaties, de tweede fase leidt al dan niet tot registratie als verpleegkundig specialist. Hoewel het mogelijk is dat uitsluitend erkenning van beroepskwalificaties wordt aangevraagd, gaat de procedurebeschrijving in deze beleidsregel uit van een integrale aanvraag tot erkenning van beroepskwalificaties én registratie als verpleegkundig specialist.
Inhoud Bij registratie na opleiding in het buitenland wordt onderscheid gemaakt in: 1. Verpleegkundigen die hun opleiding in het verpleegkundig specialisme hebben gevolgd in een lidstaat van de Europese Unie, dan wel in IJsland, Noorwegen, Liechtenstein of Zwitserland. 2. Verpleegkundigen die hun opleiding als verpleegkundige én hun opleiding in het verpleegkundig specialisme hebben gevolgd in een ander land buiten Nederland dat niet genoemd staat onder 1. Voor beide groepen geldt een eigenstandige route om in aanmerking te komen voor registratie. Route voor verpleegkundigen uit groep 1: Indien de verpleegkundige nog geen BIG-registratie heeft: aanvragen en verkrijgen van registratie in het BIG-register als verpleegkundige op basis van artikel 3 Wet BIG. Deze procedure verloopt via de website van het BIG-register. Aanvragen van registratie in het Verpleegkundig Specialisten Register bij de Registratiecommissie Specialismen Verpleegkunde (RSV) op basis van een buitenlands diploma. Indien de aanvragend verpleegkundige nog niet in het BIG-register is geregistreerd, moeten de aanvragen voor het BIG-register en voor het specialistenregister gelijktijdig via het 1-loket bij het BIG-register worden ingediend.
RSV Beleidsregel 'Registratie na opleiding in het buitenland'
versie: september 2015
Route voor verpleegkundigen uit groep 2: Indien de verpleegkundige nog geen BIG-registratie heeft: aanvragen en verkrijgen van registratie in het BIG-register als verpleegkundige op basis van artikel 3 Wet BIG. Deze procedure verloopt via de website van het BIG-register. Behalen van de vereiste beroepskwalificaties door het volgen van een erkende MANP-opleiding in Nederland. Hierbij kan de erkende opleidingsinstelling besluiten om op onderdelen vrijstelling te verlenen op basis van elders verworven competenties (EVC's). Voldoen aan de eisen en verplichtingen van een verpleegkundig specialist in opleiding zoals die zijn vastgelegd in het Algemeen Besluit. Verkrijgen van het MANP-diploma. Aanvragen van registratie in het Verpleegkundig Specialisten Register bij de Registratiecommissie Specialismen Verpleegkunde (RSV) op basis van een Nederlands diploma conform de reguliere procedure. Omdat de route voor groep 2 gelijk staat aan de reguliere route voor opleiding en registratie, wordt in onderstaande uitwerking uitsluitend ingegaan op de route voor verpleegkundigen uit groep 1. Vanaf het moment dat de aanvraag is ontvangen wordt binnen 4 maanden een besluit genomen ten aanzien van de erkenning van de beroepskwalificaties en/of de compenserende maatregelen die door de RSV worden opgelegd.
Toelichting Verpleegkundigen die hun opleiding als verpleegkundige én hun opleiding in het verpleegkundig specialisme hebben gevolgd in een lidstaat van de Europese Unie, dan wel in IJsland, Noorwegen, Liechtenstein of Zwitserland, vallen onder de richtlijn 2005/36/EG van het Europees Parlement en de Europese Raad betreffende de erkenning van beroepskwalificaties (verder: richtlijn). De richtlijn is voor de Nederlandse situatie geïmplementeerd in de Algemene wet erkenning EGberoepskwalificaties van december 2007. Zowel het beroep van verpleegkundige als van de verpleegkundig specialist zijn gereglementeerde beroepen in de zin van de richtlijn. Dit betekent dat beoefenaren van deze beroepen uit bovengenoemde landen in beginsel als geschikt worden beschouwd om het beroep uit te oefenen in één van de andere bovengenoemde landen, zonder dat de opleidingseisen voor dat beroep van tevoren zijn geharmoniseerd. De richtlijn gaat uit van wederzijdse erkenning van beroepen, maar sluit niet uit dat compenserende maatregelen kunnen worden genomen wanneer aanzienlijke verschillen worden vastgesteld tussen de opleiding die de migrant heeft genoten en die welke in de ontvangende lidstaat is vereist. Deze compenserende maatregelen hebben de vorm van ofwel een aanpassingsstage of een proeve van bekwaamheid. De Minister van VWS is bevoegd een besluit te nemen over de toelating tot het verpleegkundig basisberoep op grond van artikel 3 Wet BIG, wat gedelegeerd is aan het BIG-register. De RSV is bevoegd een besluit te nemen over de toelating tot het beroep verpleegkundig specialist op grond van artikel 14 Wet BIG. De kosten voor de behandeling van de registratie-aanvraag, het assessment, de aanpassingsstage en de proeve van bekwaamheid komen voor rekening van de aanvragend verpleegkundige.
Procedure De procedure voor registratie na opleiding in het buitenland bestaat uit onderstaande stappen. De stappen 1 t/m 9 leiden al dan niet tot erkenning van de beroepskwalificaties. De stappen 9 t/m 13 leiden al dan niet tot registratie. De RSV rondt binnen vier maanden de procedurestappen 1 t/m 9 af met een beslissing.
RSV Beleidsregel 'Registratie na opleiding in het buitenland'
versie: september 2015
Erkenning beroepskwalificaties 1. Verzoek om erkenning en registratie Een in het buitenland opgeleide verpleegkundige die voor registratie als verpleegkundige specialist in aanmerking wil komen, meldt zich bij de RSV en verzoekt om: erkenning van haar beroepskwalificaties, én om 1 registratie in een van de registers voor verpleegkundig specialisten . Zij levert hierbij de documenten aan die de RSV noodzakelijk acht. 2. Vaststelling niveau De RSV beoordeelt of het diploma en de bijbehorende beroepskwalificaties van de gevolgde 2 opleiding ten minste op het bachelor-niveau zijn. Indien dit niet het geval is wordt het verzoek beargumenteerd afgewezen. 3. Reglementering in het buitenland De RSV onderzoekt of de opleiding is gereglementeerd in het land waar zij is gevolgd. Indien dit niet het geval is, geldt als aanvullende eis dat in de tien jaar voorafgaand aan de aanvraag het beroep – zoals dat in Nederland is gedefinieerd - ten minste twee jaar voltijds moet zijn uitgeoefend. Indien dit niet het geval is wordt het verzoek beargumenteerd afgewezen. 4. Toetsing aan Nederlandse eisen De RSV toetst in welke mate de beroepskwalificaties en de beroepswerkzaamheden van de opleiding aansluiten op de eisen die in Nederland worden gesteld in het Algemeen Besluit en het Specifieke Besluit van het specialisme waarvoor de verpleegkundige registratie heeft aangevraagd. Indien de beroepskwalificaties en beroepswerkzaamheden volledig aansluiten op de Nederlandse eisen, dan worden de beroepskwalificaties erkend (stap 10). 5. Verschillen met de Nederlandse opleiding De beroepskwalificaties en beroepswerkzaamheden sluiten niet volledig aan op de Nederlandse eisen indien er wezenlijke verschillen zijn. Hiervan is sprake in tenminste één van de volgende gevallen: De gevolgde opleiding bestaat uit ten hoogste 60 Europese studiepunten (European Credits, afgekort EC). De gevolgde opleiding heeft betrekking op vakken/vaardigheden die wezenlijk verschillen van de vakken van de in Nederland vereiste opleiding. Het beroep van verpleegkundig specialist in Nederland omvat een of meer gereglementeerde beroepswerkzaamheden die niet bestaan in hetzelfde beroep in het buitenland en dit verschil komt tot uitdrukking in de opleiding die in Nederland wordt vereist. 6. Compensatie door verworven kennis of werkervaring Als één of meerdere van deze vragen bevestigend wordt beantwoord, dan wordt nagegaan of deze wezenlijke verschillen ondervangen worden door de aanvullende kennis en/of de werkervaring die de verpleegkundige tijdens haar beroepsuitoefening heeft verworven. Indien de verschillen volledig worden gecompenseerd door de aanvullende kennis en/of werkervaring, worden de beroepskwalificaties erkend. 7. Compensatie door aanpassingsstage Indien de verschillen niet volledig worden gecompenseerd door de aanvullende kennis en/of werkervaring, wordt vastgesteld of zij kunnen worden gecompenseerd door een aanpassingsstage. Indien dit mogelijk wordt geacht, krijgt de aanvragend verpleegkundige een aanpassingsstage opgelegd, conform de beschrijving in deze beleidsregel. Indien compensatie door een aanpassingsstage niet mogelijk wordt geacht, worden de beroepskwalificaties niet erkend.
1
Zoals in de begripsomschrijving reeds aangegeven, kan ook uitsluitend erkenning van beroepskwalificaties worden aangevraagd. 2
Een diploma tot afsluiting van een opleiding op het niveau van het hoger of universitair onderwijs met een duur van ten minste drie maar minder dan vier jaar.
RSV Beleidsregel 'Registratie na opleiding in het buitenland'
versie: september 2015
8.
9.
Goed gevolg Indien de aanpassingsstage met goed gevolg is doorlopen, worden de beroepskwalificaties erkend. Indien de aanpassingsstage en/of de proeve van bekwaamheid niet met goed gevolg is doorlopen, worden de beroepskwalificaties niet erkend. Erkenning van beroepskwalificaties De beroepskwalificaties worden door de RSV al dan niet erkend op grond van de voorgaande stappen.
Registratie als verpleegkundig specialist 10. Toetsing BIG-registratie Nadat erkenning van de beroepskwalificaties heeft plaatsgevonden, toetst de RSV of de aanvragend verpleegkundige een ongeclausuleerde inschrijving in het BIG-register heeft. Dit wil zeggen dat er sprake is van een definitieve inschrijving in BIG-register, en niet van een voorlopige inschrijving waarbij nog aan bepaalde voorwaarden moet worden voldaan. Indien er geen sprake is van ongeclausuleerde inschrijving, wordt de aanvragend verpleegkundige niet geregistreerd als verpleegkundig specialist. 11. Andere beperkingen De RSV onderzoekt of er nog andere beperkingen zijn waardoor de aanvragend verpleegkundige niet voldoet aan de eisen van het Algemeen Besluit of aan de vereiste beheersing van de Nederlandse taal. Indien er geen sprake is van andere beperkingen, wordt de aanvragend verpleegkundige geregistreerd (stap 13). Indien er wel sprake is van andere beperkingen, dan kan de RSV eisen dat aanvullende scholing wordt gevolgd. 12. Toetsing De aanvragend verpleegkundige levert de RSV bewijslast dat de geconstateerde beperkingen zijn opgeheven door middel van scholing. Indien de bewijslast aantoont dat de beperkingen niet langer bestaan, wordt de aanvragend verpleegkundige geregistreerd als verpleegkundig specialist Indien de bewijslast niet aantoont dat de beperkingen zijn opgeheven, wordt de aanvragend verpleegkundige niet geregistreerd als verpleegkundig specialist. 13. Registratie in VSR De RSV registreert de aanvragend verpleegkundige in het register voor verpleegkundig specialisten waarvoor zij registratie heeft aangevraagd indien aan alle voorwaarden is voldaan.
Eisen
De aanvrager van registratie: o is als verpleegkundige geregistreerd in een lidstaat van de Europese Unie, dan wel in IJsland, Noorwegen, Liechtenstein of Zwitserland; o is ongeclausuleerd geregistreerd als verpleegkundige in het BIG-register; o beschikt over beroepskwalificaties op masterniveau, behorend bij een opleiding op een deelgebied van de verpleegkunde en kan dit aantonen door middel van een gewaarmerkte kopie van het diploma; deze gewaarmerkte kopie is niet ouder dan drie maanden; o beschikt over een originele verklaring, afgegeven door de bevoegde autoriteit in het land waar het diploma is behaald, waaruit blijkt dat de registratie als verpleegkundig specialist nog steeds geldig is (Certificate of Good Standing); deze verklaring is niet ouder dan drie maanden; o beschikt over documenten waaruit blijkt over welke beroepservaring zij beschikt alsmede welke aanvullende opleiding en bij- en nascholing zij heeft gevolgd, zoals een CV, originele werkgeversverklaring(en) en het officiële curriculum van de gevolgde opleiding. o beheerst de Nederlandse taal zodanig dat de taalvaardigheid geen belemmering vormt voor de communicatie met patiënten, beroepsgenoten en professionele werkomgeving;
RSV Beleidsregel 'Registratie na opleiding in het buitenland'
versie: september 2015
o o
heeft geen andere beperkingen waardoor niet wordt voldaan aan de eisen van het Algemeen Besluit of die de uitoefening van het beroep van verpleegkundig specialist in de weg staan; vraagt registratie aan overeenkomstig de voorwaarden die de RSV stelt in haar aanvraagformulier.
Aanpassingsstage De aanpassingsstage bestaat uit onderstaande stappen. a. Eventueel assessment Voorafgaand aan de aanpassingsstage kan de RSV de aanvragend verpleegkundige verzoeken deel te nemen aan een assessment. b. Programma van eisen De RSV stelt een programma van eisen voor de aanpassingsstage vast, rekening houdend met de voor de uitoefening van het specialisme benodigde competenties en de kwalificaties waarover de aanvrager blijkens zijn opleiding, werkervaring en de eventuele resultaten van de in het eerste lid bedoelde assessment beschikt. In het programma van eisen wordt ten minste vastgelegd: de duur van de aanpassingsstage en de omvang van de eventuele opleiding; de onderwerpen die tijdens de aanpassingsstage en de opleiding in elk geval aan de orde dienen te komen. c. Duur De duur van de aanpassingsstage bedraagt ten hoogste drie jaar. d. Eventueel aanvullende opleiding Als onderdeel van de aanpassingsstage kan de registratiecommissie een aanvullende opleiding voorschrijven. e. Relevantie specialisme De aanpassingsstage en in geval van een aanvullende opleiding, het praktijkgedeelte van die opleiding, worden gevolgd in een voor het betreffende specialisme relevante functie in een praktijkinstelling. f. Cursorisch gedeelte In geval van een aanvullende opleiding, wordt het cursorisch gedeelte daarvan gevolgd in een opleidingsinstelling. g. Aanwijzing hoofdopleider en praktijkopleider De registratiecommissie wijst een erkend hoofdopleider voor het betreffende specialisme aan die verantwoordelijk is voor de inrichting en de beoordeling van de aanpassingsstage, alsmede een erkende praktijkopleider voor de begeleiding van de aanvragend verpleegkundige tijdens de aanpassingsstage. h. Opleidingsprogramma In geval de registratiecommissie een aanvullende opleiding voorschrijft, stelt de hoofdopleider na overleg met de aanvragend verpleegkundige het opleidingsprogramma vast, alsmede de eisen waaraan de opleiding moet voldoen. Schriftelijke en mondelinge uitdrukkingsvaardigheid in de Nederlandse taal wordt hierin meegenomen. i. Voortgang en beoordeling De hoofdopleider beoordeelt ten minste een maal per half jaar de voortgang van de aanpassingsstage. Hierbij betrekt hij het oordeel van de praktijkopleider. In geval van een aanvullende opleiding ziet de hoofdopleider erop toe dat sprake is van beoordeling van alle onderdelen hiervan. j. Tussentijdse beëindiging De hoofdopleider kan om opleidingsinhoudelijke redenen in het kader van een tussentijdse beoordeling de aanvragend verpleegkundige adviseren de aanpassingsstage te beëindigen. k. Verlenging Indien het deskundigheidsniveau na afronding van de aanpassingsstage als onvoldoende wordt beoordeeld, bestaat de mogelijkheid tot eenmalige verlenging van de aanpassingsstage met maximaal een half jaar.
RSV Beleidsregel 'Registratie na opleiding in het buitenland'
versie: september 2015
l.
m.
Eindoordeel Na afronding van de aanpassingsstage brengt de hoofdopleider zijn oordeel over het deskundigheidsniveau ter kennis van de registratiecommissie. Indien de hoofdopleider van oordeel is dat de aanpassingsstage met goed gevolg is doorlopen, geeft deze een eindverklaring af waarin wordt aangegeven dat de competenties van de aanvragend verpleegkundige op het vereiste niveau zijn. Erkenning van beroepskwalificaties Nadat de RSV zich heeft vergewist dat de eindverklaring op goede gronden is afgegeven, worden de beroepskwalificaties van de aanvragend verpleegkundige erkend.
_________________________________________
RSV Beleidsregel 'Registratie na opleiding in het buitenland'
versie: september 2015