OCenW-Regelingen
Regeling aansluiting kennisnet voor de bve-sector
Bestemd voor:
d.
• instellingen in de bve-sector.
kennisnet: de gemeenschappelijke transport- en internetdiensten voor het onderwijs.
Algemeen verbindend voorschrift Artikel 2. Datum: 11 februari 2000
Aanvullende vergoeding
Kenmerk: BVE/DenR-2000/1451
De minister voegt eenmalig aan de rijksbijdrage van een
Datum inwerkingtreding: zie artikel 8
instelling aanvullende middelen toe ten behoeve van de
Geldigheidsduur beleidsregel: n.v.t.
aansluiting op kennisnet en de afname van de standaard-
Juridische grondslag: artikel 2.2.3, eerste lid, van de
diensten kennisnet voor de periode van 1 januari 2000 tot
Wet educatie en beroepsonderwijs
1 januari 2003.
Relatie tot eerdere mededelingen: n.v.t. Informatie verkrijgbaar bij:
Artikel 3.
CFI/ICO/VO, 079-3232.444
Hoogte van de aanvullende vergoeding De aanvullende vergoeding bedraagt een voor de instelling evenredig gedeelte van ƒ 72.000.000,- en wordt berekend: De minister van onderwijs, cultuur en wetenschappen,
a.
voor een instelling als bedoeld in artikel 1.3.1 van de wet naar rato van de omvang van de rijksbijdrage
Gelet op artikel 2.2.3, eerste lid, van de Wet educatie en
berekend op grond van de artikelen 2.2.2, eerste lid, en
beroepsonderwijs;
2.4.1, eerste lid, van het Uitvoeringsbesluit WEB, die de instelling over 2000 ontvangt, vermeerderd met het bedrag voor educatie en inburgering dat de instelling voor 1998 heeft ontvangen op grond van een overeen-
Besluit:
komst of overeenkomsten als bedoeld in artikel 2.3.4 van de wet; b.
Artikel 1.
voor een instelling als bedoeld in artikel 12.3.8 van de wet naar rato van de omvang van de rijksbijdrage die
Begripsbepalingen
de instelling over 2000 ontvangt op grond van artikel
In deze regeling wordt verstaan onder:
2.1.1 van de Uitvoeringsregeling WEB, met dien ver-
a.
stande dat de aanvullende vergoeding voor deze instel-
minister: de minister van onderwijs, cultuur en wetenschappen;
b. c.
wet:
lingen tenminste f 14.100 bedraagt; c.
voor een instelling als bedoeld in artikel 12.3.9 van de
de Wet educatie en beroepsonderwijs;
wet naar rato van de omvang van de rijksbijdrage die
instelling:
de instelling over 2000 ontvangt op grond van artikel
een instelling als bedoeld in artikel 1.3.1, een instituut
2.2.1 van de Uitvoeringsregeling WEB.
als bedoeld in artikel 12.3.8 of een hogeschool als bedoeld in artikel 12.3.9 van de wet;
NUMMER 6/7 •
38
• 15 maart 2000
Beroeps onderwijs en volwasseneneducatie
Artikel 4.
Artikel 10.
Verplichtingen
Citeertitel
1.
Het bevoegd gezag van de instelling is, om voor een
Deze regeling wordt aangehaald als: Regeling aansluiting
aanvullende vergoeding in aanmerking te komen, ver-
kennisnet voor de bve-sector.
plicht om over te gaan tot aansluiting op kennisnet en
2.
tot afname van de standaarddiensten kennisnet, over-
De minister van onderwijs, cultuur en wetenschappen,
eenkomstig de in de bijlage bij deze regeling opgeno-
drs. L.M.L.M.A. Hermans
men specificaties.
Regeling aansluiting kennis-
Het bevoegd gezag van de instelling dient zelfstandig
net voor de bve-sector
een contract af te sluiten met Nl.tree te Delft voor het totaal van de af te nemen diensten, binnen het kader
Toelichting
van de in de bijlage bij deze regeling opgenomen specificaties.
Algemeen Artikel 5.
Deze regeling dient ter uitvoering van de beleidsvoorne-
Terugvordering
mens zoals verwoord in het uitwerkingsplan ICT in het
Indien de aansluiting op kennisnet en de afname van de
onderwijs ’Onderwijs On line’, verbindingen naar de toe-
standaarddiensten kennisnet bedoeld in artikel 4, eerste
komst (Kamerstukken II, 25 733, 1998/99, nr. 30), in het bij-
lid niet of niet volledig heeft plaatsgevonden vóór 1 sep-
zonder in hoofdstuk 6 ’Kennisnet’, en de nadere afspraken
tember 2000, dan wel niet of niet volledig is voortgezet in
die dienaangaande zijn gemaakt met de Tweede Kamer en
de periode tot 1 januari 2003, kan de minister de aanvul-
de instellingen in de bve-sector.
lende vergoeding geheel of gedeeltelijk terugvorderen dan
Met de regeling wordt de integratie van ICT in het onder-
wel in mindering brengen op de rijksbijdrage van de
wijs nagestreefd door het aansluiten van instellingen op
instelling, bedoeld in artikel 2.2.1. van de wet.
het kennisnet en het via kennisnet gebruik maken van een standaard dienstenpakket, een en ander ter ondersteuning van het onderwijsproces.
Artikel 6.
Terzake van de oprichting en instandhouding van het ken-
Verantwoording
nisnet is tussen de Staat der Nederlanden en Nl.tree te
Het bevoegd gezag van de instelling verantwoordt de aan-
Delft een overeenkomst dienstverlening gesloten waarin
vullende vergoeding afzonderlijk in de jaarrekening met
onder meer afspraken zijn gemaakt over de standaarddien-
inachtneming van de voorschriften die voor het desbe-
sten kennisnet zoals die door Nl.tree aan de instellingen
treffende jaar ten aanzien van de jaarrekening van toepas-
geleverd zullen worden.
sing zijn.
Deze zijn gespecificeerd in de bijlage bij deze regeling. De regeling stelt de instellingen in de BVE-sector in staat om met inachtneming van de in de bijlage bij de regeling
Artikel 7.
opgenomen specificaties nadere afspraken te maken met
Betaling van de aanvullende vergoeding
Nl.tree over de aard en het moment van aansluiting van de
De instelling ontvangt in maart 2000 de aanvullende ver-
relevante instellingslocaties op kennisnet en de bekosti-
goeding.
ging daarvan. In de brief aan de Tweede Kamer van 23 september 1999 is uiteengezet op welke wijze voor de BVE-sector uitvoering
Artikel 8.
gegeven zou worden aan de ’motie Lambrechts’
Inwerkingtreding
(Kamerstukken II, 25 733, nr. 35). Ik heb hierover overleg
Deze regeling treedt in werking met ingang van de derde
gevoerd met de Bve Raad. Dit overleg heeft geresulteerd in
dag na de datum van uitgifte van Uitleg OCenW-
een bestuurlijk akkoord. De voor de BVE-sector gemaakte
Regelingen, waarin deze regeling is geplaatst en werkt
afspraken over een specifiek arrangement zijn in deze
terug tot en met 1 januari 2000.
regeling vastgelegd. In de regeling wordt voorgeschreven dat de instellingen verplicht zijn tot aansluiting op kennisnet (perceel 1) en
Artikel 9.
tot afname van de standaarddiensten kennisnet (perceel 2)
Bekendmaking
overeenkomstig de in de bijlage bij de regeling opgeno-
Deze regeling zal met de toelichting in Uitleg OCenW-
men specificaties. Daarnaast kunnen zij, voor eigen kos-
Regelingen worden geplaatst. Van deze plaatsing zal mede- ten, extra bandbreedte en diensten afnemen. Daartoe sluideling worden gedaan in de Staatscourant.
Beroeps onderwijs en volwasseneneducatie
ten zij aanvullende overeenkomsten met Nl.tree.
NUMMER 6/7 •
39
• 15 maart 2000
De specificaties uit de overeenkomst dienstverlening die
Artikelsgewijze toelichting
betrekking hebben op de afname van het standaard dienstenpakket binnen kennisnet, waartoe de instellingen ingevolge deze regeling zijn verplicht, zijn in beknopte
Artikel 1, onderdeel c
vorm opgenomen in de bijlage bij deze regeling. De instellingen ontvangen daarnaast medio februari van Nl.tree een Onder het begrip instelling zijn ook begrepen de instellininformatiepakket met meer gedetailleerde informatie.
gen bedoeld in de artikelen 12.3.5, 12.3.6 en 12.3.7 van de
Regeling aansluiting kennis-
Daarin zal tevens worden ingegaan op de mogelijkheid tot
wet (de vakinstellingen, de roc’s met een breedtegebrek en
net voor de bve-sector
afname – voor eigen kosten – van extra bandbreedte en
de ’laatsten van een richting’). Niet begrepen onder het
diensten.
begrip instelling zijn de aoc’s.
Er wordt vanuit gegaan dat de aanvullende vergoeding die
Artikel 3
de instellingen voor kennisnet ontvangen toereikend is om de in de regeling in artikel 4 opgenomen verplichting tot
De hoogte van de aanvullende vergoeding wordt berekend
aansluiting op kennisnet (perceel 1) en tot afname van de
naar rato van de omvang van de rijksbijdrage beroepson-
standaarddiensten kennisnet (perceel 2) aan te kunnen
derwijs voor het jaar 2000 voor de instelling, zoals vastge-
gaan. De kosten van de uitrol van kennisnet (percelen 1 en
steld bij brief FTO/TBV/99/35008 M van 15 december 1999
2) zijn voor de BVE-sector geraamd op 81 mln. gulden, over van de directie Cƒi. Daarbij wordt tevens rekening gehoueen periode van drie jaar gerekend vanaf 1 januari 2000.
den met het bedrag dat de instelling voor de afgesloten
Besloten is de vergoeding voor deze kosten niet over een
overeenkomsten voor de educatie, met inbegrip van inbur-
periode van drie jaar te spreiden, maar als bedrag ineens
gering (de educatieve programma’s, bedoeld in artikel 6,
in het jaar 2000 beschikbaar te stellen. Het vooraf aan de
eerste lid, van de Wet inburgering nieuwkomers) over 1998
bve-sector voor kennisnet beschikbaar te stellen bedrag is
heeft opgegeven bij de bekostigingstelling beroepsonder-
bepaald op 72 mln. gulden. Daarbij is uitgegaan van de vol- wijs 1998/1999 (voorzien van een accountantsverklaring). gende veronderstellingen:
Toepassing van de voorgaande alinea zou er toe leiden, dat
• de feitelijke aansluiting vindt niet reeds op 1 januari
de 2 instituten voor doven (instellingen bedoeld in artikel
2000 plaats; • in de loop van de contractperiode zullen prijsdalingen
12.3.8 van de wet) een aanvullende vergoeding zouden ontvangen, die zelfs aanzienlijk lager is dan de in de bijlage
optreden. Algemeen is de verwachting dat in de periode
bij deze regeling opgenomen kosten voor deze instellingen
tot 1 januari 2003 de marktprijzen voor vergelijkbare
voor een minimale aansluiting op kennisnet (perceel 1).
diensten zullen dalen met 10-15% per jaar. Nl.tree is con-
Daarom is in het derde lid van artikel 3 voor deze instellin-
tractueel gehouden dalingen van de marktprijzen aan
gen een minimumbedrag vastgesteld voor de aanvullende
de contractanten ten goede te laten komen;
vergoeding.
• de instellingen genereren rente-inkomsten.
Het minimumbedrag van de aanvullende vergoeding
Voor de begeleiding van de uitrol van kennisnet in de bve-
(ƒ 14.100,-) is gebaseerd op de kosten voor 3 jaar voor de
sector is een (informele) overleggroep in het leven geroe-
aansluiting op kennisnet (perceel 1) bij aansluitmethode
pen waarin de Bve Raad, Nl.tree en het Ministerie van
M10a1, zoals gespecificeerd in de bijlage bij de regeling. De
Onderwijs, Cultuur en Wetenschappen participeren. In
hiervoor in de bijlage genoemde kosten bedragen exclusief
deze overleggroep uitrol kennisnet zal onder meer worden BTW ƒ 12.000,- (eenmalige aansluitkosten van f 300,- en 3x bezien of bovengenoemde veronderstellingen, die aan de
f 3900,- voor de vaste kosten over 3 jaar). Dit is inclusief
berekening van het budget van 72 mln. gulden voor ken-
BTW ƒ 14.100,-. De kosten van perceel 2 zijn voor de bere-
nisnet voor de bve-sector ten grondslag hebben gelegen,
kening van het minimumbedrag buiten beschouwing gela-
juist zijn geweest. In de mate waarin dat niet het geval
ten. Deze kosten kunnen door de betreffende instellingen
mocht zijn, kan na advies van de overleggroep het macro-
worden bestreden uit de in de rijksbijdrage opgenomen
budget voor de bve-sector voor kennisnet aan het eind van
vergoeding voor ICT, dan wel door een latere aansluiting
de contractperiode hiervoor gecorrigeerd worden tot maxi- op kennisnet waarbij een koppeling wordt gelegd met de maal het eerder genoemde bedrag van 81 mln. gulden. Dit
aansluiting van de VO-component van de instelling.
zal in voorkomend geval bij afzonderlijke regeling bekend worden gemaakt.
Artikel 4 en 5 De instelling is verplicht tot een aansluiting op kennisnet en tot afname van de standaarddiensten kennisnet volgens de in de bijlage bij deze regeling opgenomen specificaties. Het specifiek bestemmen van de subsidies leidt ertoe dat bij instellingen die deze verplichting niet of niet volledig
NUMMER 6/7 •
40
• 15 maart 2000
Beroeps onderwijs en volwasseneneducatie
nakomen, de aanvullende vergoeding te zijner tijd geheel
door het aantal gebruikers van uw instelling. Het aantal
of gedeeltelijk kan worden teruggevorderd.
gebruikers (deelnemers en docenten) per instelling wordt door het ministerie van OCenW vastgesteld. Tussen Nl.tree en uw instelling zal daarover geen discussie mogelijk zijn.
Artikel 7
Binnen het kader van de aanbesteding is het niet mogelijk De aanvullende vergoeding wordt in één keer uitbetaald.
om een kleinere aansluiting af te nemen dan op basis van deze berekening is vastgesteld. U kunt echter wel opteren
De minister van onderwijs, cultuur en wetenschappen,
voor een aansluiting met een hogere capaciteit tegen bij-
Regeling aansluiting kennis-
drs. L.M.L.M.A. Hermans
betaling. Dit kunt u rechtstreeks met Nl.tree afspreken.
net voor de bve-sector
Het ministerie heeft de minimale aansluitmethode voor de BVE sector vastgesteld op 5 kilobit per seconde per werkplek (kb/s) per 10 gebruikers. Bij BVE-instellingen worden hiertoe parttimers deels (30%) meegeteld. 5 kb/s is hierbij
Bijlage
het uitgangspunt, en de berekende aansluitcapaciteit wordt afgerond naar de dichtstbijzijnde macht van 2. Zo
Standaarddiensten kennisnet
worden 120 werkplekken van 5 kb/s afgerond naar een In deze bijlage zijn de aansluiting (perceel 1) en de stan-
aansluitmethode van 512 kb/s.
daarddiensten kennisnet (perceel 2) nader omschreven.
U kunt deze bandbreedte naar eigen inzicht verdelen over de verschillende locaties van Uw instelling.
De aansluiting (perceel 1) Met een kennisnetaansluiting krijgt uw instelling toegang
De bandbreedte
tot kennisnet en het Internet op basis van het Internet
De aansluitmethoden kunnen zowel asymmetrisch zijn
Protocol. Er zijn diverse mogelijkheden voor verbindingen
(hoofdgroep 1, men kan sneller data ontvangen dan verstu-
(’aansluitmethoden’) die variëren in capaciteit, bandbreed-
ren) als symmetrisch (hoofdgroep 2, men kan net zo snel
te garanties en prijs.
data versturen als ontvangen). Dat geeft de volgende moge-
De minimale bandbreedte keuze wordt echter bepaald
lijkheden:
Inkomende
Inkomende
Uitgaande
Uitgaande
Eenmalige
Vaste kosten
Variabele
bandbreedte
bandbreedte
bandbreedte
bandbreedte
aansluit-
per jaar
kosten
gegarandeerd piek
gegarandeerd piekcapaciteit kosten
capaciteit
excl. BTW
excl.BTW
Hoofdgroep 1 Downstream
Downstream
Upstream
Upstream
M10a1
128 kb/s
10 Mb/s
64 kb/s
128 kb/s
f. 300,--
f. 3.900,--
M10a2
256 kb/s
10 Mb/s
64 kb/s
128 kb/s
f. 300,--
f. 6.000,--
Nihil
M10a
512 kb/s
10 Mb/s
128 kb/s
128 kb/s
f. 300,--
f. 9.320,--
Nihil
M10b
1 Mb/s
10 Mb/s
128 kb/s
128 kb/s
f. 300,--
f. 21.000,--
Nihil
M10c
2 Mb/s
10 Mb/s
128 kb/s
128 kb/s
f. 300,--
f. 38.000,--
Nihil
M10d
4 Mb/s
10 Mb/s
128 kb/s
128 kb/s
f. 300,--
f.75.000,--
Nihil
F34e1
2 Mb/s
34 Mb/s
2 Mb/s
34 Mb/s
f. 4.250,--
f. 63.000,--
Nihil
F34e2
4 Mb/s
34 Mb/s
4 Mb/s
34 Mb/s
f. 4.250,--
f. 96.500,--
Nihil
F34e
8 Mb/s
34 Mb/s
8 Mb/s
34 Mb/s
f. 4.250,--
f. 148.000,--
Nihil
F34f
16 Mb/s
34 Mb/s
16 Mb/s
34 Mb/s
f. 4.250,--
f. 273.000,--
Nihil
F34g
32 Mb/s
34 Mb/s
32 Mb/s
34 Mb/s
f. 4.250,--
f. 502.000,--
Nihil
F155h
64 Mb/s
155 Mb/s
64 Mb/s
155 Mb/s
f. 4.250,--
f. 926.000,--
Nihil
E*e1
2 Mb/s
2 Mb/s
2 Mb/s
2 Mb/s
f. 4.250,--
f.52.500,--
Nihil
VpoP
128 Kb/s
128 Kb/s
128 Kb/s
128 kb/s
Nihil
Hoofdgroep 2
VpoP dubbel
256 kb/s
256 kb/s
256 kb/s
256 kb/s
VpoP triple
384 kb/s
384 kb/s
384 kb/s
384 kb/s
Beroeps onderwijs en volwasseneneducatie
NUMMER 6/7 •
41
• 15 maart 2000
De in de specificatie vermelde kosten betreffen de maxi-
E-mail op nummer
male prijzen voor perceel 1 voor de periode van 1 januari
Bij deze optie wordt er gebruik gemaakt van de centrale
2000 tot 1 januari 2003. Als in deze periode de marktprij-
mailserver binnen kennisnet en heeft u e-mailadressen in
zen voor vergelijkbare diensten dalen, dan dalen bovenge-
het domein @instellingsnaam.plaatsnaam.kennisnet.nl. De
noemde prijzen mee.
gebruikersnamen bestaan uit volgnummer.brinnummer.
Nb.
Hierbij staat Brinnummer voor een door het ministerie
VPoP wordt toegepast op locaties waar het kabelnet nog
toegekend instellingsnummer. Dit is een standaarddienst.
Regeling aansluiting kennis-
niet geschikt is voor twee-weg verkeer en geldt ter vervan-
net voor de bve-sector
ging voor een hoofdgroep 1-aansluiting. Er wordt dan gebruik gemaakt van één of meer ISDN-verbindingen.
E-mail op naam Uw instelling kan een namenlijst aanleveren in standaardformaat. Hiermee worden bovenstaande e-mailadressen op
Standaarddiensten kennisnet (perceel 2)
nummer omgezet naar e-mailadressen op naam. Het formaat dient een exportbestand te zijn uit een databasepakket dat op veel instellingen wordt gebruikt voor de registratie van leerlingen. Het verwerken van deze gegevens is een standaarddienst. Kunt u niet voldoen aan de vraag om
Webservices
een standaard formaat te leveren of er is sprake van maat-
Met uw browser (Netscape Communicator, MS Internet
werk in de opzet van de lijst, dan zijn er echter wel extra
Explorer) kunt u zowel over het kennisnet als over
kosten aan verbonden.
Internet ’surfen’. Het verkeer richting Internet gaat via proxyservers, waarmee een goede performance is gewaarborgd. De Webservice is een standaarddienst voor alle ken-
Een eigen e-mail server
nisnet gebruikers.
U kunt ook zelf een mailserver inrichten. Voor deze dienst
Kennisnet is door een aantal beveiligings- en beheersfacili-
dient uw instelling te beschikken over een eigen domein-
teiten een gecontroleerd afgeschermd deel van het
naam. Bij gebruik van deze dienst wordt aanbevolen om
Internet. Op deze wijze worden ongewenste verschijnselen ook van de functionaliteit van het adresboek gebruik te zoals die zich op het Internet voordoen (zoals spam en
maken, zodat de e-mailadressen op de eigen server net als
ongewenste content) zoveel mogelijk buiten gesloten.
de overige kennisnet e-mailadressen in het adresboek op te zoeken zijn. Ook hiervoor levert u een lijst in standaardformaat (zie vorige paragraaf ). Daarnaast moet uw instel-
Webhotel instellingen
ling beschikken over een eigen configuratie met daarop
Het webhotel biedt u de mogelijkheid op eenvoudige wijze een standaard SMTP gateway. Deze moet voldoen aan de webpagina’s te publiceren. Hiertoe wordt binnen het web-
standaardbeveiliging zoals die geldt voor de centrale ken-
hotel een website aangemaakt die u zelf kan onderhouden. nisnet mailservers (dus: anti spam-relay). De instelling krijgt de beschikking over schijfruimte plus een gebruikersnaam en wachtwoord op de server voor het beheer van de site. Standaard ontvangt elke instelling 5Mb
News
ruimte.
De dienst News geeft toegang tot een wereldwijd netwerk
De website is standaard te bereiken onder
van discussiegroepen, vergelijkbaar met een elektronisch
instellingsnaam.plaatsnaam.kennisnet.nl. Ook domeinnamen
prikbord. De discussiegroepen zijn gerangschikt naar
met .com, .org en .net zijn mogelijk. Indien u over een
onderwerp en heten nieuwsgroepen. Een bijdrage aan een
eigen domeinnaam beschikt, kan een verwijzing worden
nieuwsgroep heet een artikel; het inzenden van een artikel
opgenomen van www.instellingsnaam.nl naar
wordt posten genoemd.
instellingsnaam.plaatsnaam.kennisnet.nl.
Er is binnen kennisnet een newsserver die een aantal groepen in de exclusief door kennisnet te gebruiken hiërarchie aanbiedt. Het onderwijsveld zelf bepaalt welke groepen dit
NUMMER 6/7 •
42
E-mail
zijn. Groepen uit de publieke hiërarchie worden na toe-
Met e-mail kunnen gebruikers berichten versturen naar en
stemming pas doorgegeven. Alleen nieuwsgroepen die
ontvangen van andere kennisnet- en Internetgebruikers.
acceptabel en interessant zijn voor de gebruikers van ken-
Het is tevens mogelijk om een centrale mailbox te benade-
nisnet komen in aanmerking voor toestemming. Op deze
ren vanaf het internet.
manier wordt er een duidelijke scheiding gewaarborgd tus-
Standaard wordt de e-mail service geleverd met 10 MB
sen de publieke nieuwsgroepen en de interne kennisnet-
beschikbare ruimte per persoon.
nieuwsgroepen die alleen door de kennisnetgebruikers te
De maximale grootte van een enkel bericht kan 3 Mb zijn.
benaderen zijn.
• 15 maart 2000
Beroeps onderwijs en volwasseneneducatie
FTP (File Transport Protocol) services
kennisnet. Ook de contracten met individuele instellingen
Gebruikers kunnen met standaard FTP-clients FTP-servers
zullen vallen onder de regels zoals vastgelegd in het bevei-
binnen kennisnet en (via de proxies) op het Internet berei-
ligingsdocument.
ken. Kennisnet biedt geen centrale door de leverancier
Het beveiligingsdocument kent een viertal kenmerken:
geleverde FTP-voorzieningen. Kennisnet biedt geen toe-
• beschikbaarheid van de dienstverlening;
gang tot lokale FTP- servers op instellingen voor gebrui-
• integriteit (het waarborgen van de correctheid en de vol-
kers die vanaf Internet komen.
ledigheid van informatie, diensten en dienstverlening); • vertrouwelijkheid (het beschermen van gevoelige informatie) en
Reverse proxy
Regeling aansluiting kennisnet voor de bve-sector
• controleerbaarheid (het voldoen aan de eisen ten aan-
Reverse proxy maakt de communicatie tussen een
zien van de vorige drie kenmerken dient controleerbaar
Internetgebruiker en een server op kennisnet op een
en reproduceerbaar te zijn).
gecontroleerde manier mogelijk. Hierdoor kunt u bijvoorbeeld een webserver op locatie bij de instelling via kennis-
Uitgangspunten bij de informatiebeveiliging van kennisnet
net toegankelijk maken voor gebruikers vanuit Internet.
zijn dat:
Dit wordt toegepast voor alle kennisnetwebservers, inclu-
• kennisnet een specifieke netwerkdienst is ten behoeve
sief het webhotelcluster.
van het onderwijs, die centraal voor de instellingen wordt beheerd en beveiligd; • kennisnet een besloten op het IP-transportprotocol geba-
Clustering
seerd beheerd netwerk is, waarop op basis van beveilig-
Om diverse redenen kan het zinvol zijn om bij instellingen
de koppelingen relevante instellingen aangesloten zijn
met diverse (kleinere) locaties, gebruik te maken van één
en dat door middel van een beveiligde koppeling met
(of meer) centrale aansluitingen op kennisnet, met een
het openbare Internet verbonden is;
hogere capaciteit. Vervolgens worden dan de locaties onderling verbonden, zodat kennisnet wel desgewenst vanaf alle locaties bereikbaar blijft. Deze clustering van locaties biedt zowel voordelen aan de Nl.tree (efficiency) als ook aan de instelling (betere benutting van bandbreedte). Een instelling behoudt ten alle tijden de vrije keuze omtrent clustering. Instellingen en Nl.tree maken hierover zelfstandig afspraken.
• kennisnetgebruikers van alle gebruikelijke Internetdiensten gebruik kunnen maken; • per locatie van een instelling één koppelvlak met de transportdienst wordt geboden, tenzij specifiek anders overeengekomen; • de QoS (Quality of Service) parameters, overeengekomen tussen Nl.tree en het ministerie zijn volledig van toepassing; • kennisnet in essentie voldoet aan de eisen die gesteld zijn in het ’Voorschrift Informatiebeveiliging
Begeleiding bij migraties Vele BVE instellingen hebben reeds Internet en/of WAN voorzieningen. Door aansluiting op kennisnet, al dan niet in combinatie met clustering en/of VPN, zal het waarschijnlijk noodzakelijk zijn om delen van de bestaande
Rijksdienst’ alsmede aan alle relevante wet- en regelgeving m.b.t. informatiebeveiliging; • kennisnet bestand is tegen alle ’common knowledge attacks’. Verzoeken van individuele instellingen voor nieuwe of
infrastructuur binnen een BVE te migreren naar de nieuwe extra functionaliteiten binnen kennisnet zullen altijd door situatie. Nl.tree kan hierbij behulpzaam zijn. Hieromtrent
nl.tree getoetst worden aan de geldende beveiligingsnor-
zijn de volgende afspraken gemaakt: in geval een instel-
men.
ling al een aansluiting op het Internet of Surfnet heeft, spant Nl.tree zich maximaal in om een soepele migratie van de aansluiting mogelijk te maken. Hiertoe treedt
SLA (Service Level Agreement) Normen
Nl.tree in elk geval in overleg met de betreffende instel-
Nl.tree rapporteert aan het ministerie over de voortgang
ling.
van de planning en de kwaliteit van de opgeleverde diensten. Rapportage items zijn onder meer beschikbaarheid, performance en responstijden. Deze rapportages vormen
Beveiliging
de basis voor een collectieve boeteregeling.
Kennisnet geldt als een beveiligde omgeving. Om dit te
De boeteregeling is alleen van toepassing op het collectie-
waarborgen zijn er specifieke afspraken gemaakt omtrent
ve contract tussen nl.tree en het ministerie, en niet op de
beveiligingsaspecten binnen kennisnet. Deze afspraken
individuele contracten met instellingen.
vormen een integraal onderdeel van de overeenkomst
In de SLA zijn onder andere de volgende normen opgeno-
dienstverlening met Nl.tree, en stellen grenzen aan het-
men:
geen technisch of organisatorisch toegestaan is binnen
Beroeps onderwijs en volwasseneneducatie
NUMMER 6/7 •
43
• 15 maart 2000
Service, support en maintenance windows Het service window is permanent geopend. In deze tijd is de dienstverlening in principe beschikbaar. Het support window is geopend van maandag tot en met vrijdag van 7.00 tot 17.00 uur. Tijdens het support window wordt binnen 30 minuten na een storingmelding met de oplossing ervan begonnen. 95% van de storingen zal binRegeling aansluiting kennis-
nen 4 uur zijn opgelost.
net voor de bve-sector
Het maintenance window is geopend van maandag tot en met vrijdag van 21.00 tot 07.00 uur. Mits van tevoren aangekondigd kan de leverancier tijdens het maintenance window (preventief ) onderhoud plegen, die eventueel kan leiden tot het tijdelijk onbeschikbaar zijn van de dienstverlening. Service level(s)
Gegarandeerde standaardbeschikbaarheid
99,2%
binnen supportwindow Gegarandeerde beschikbaarheid buiten
95,0%
het supportwindow
Kosten De kosten van de standaarddiensten bedragen ƒ 36,- excl. BTW per gebruiker per jaar. Perceel 2 heeft betrekking op alle gebruikers (deelnemers en docenten) van de instelling. Het aantal gebruikers per instelling voor perceel 2 wordt door het Ministerie van Onderwijs, Cultuur en wetenschappen vastgesteld. Tussen Nl.tree en uw instelling zal daarover geen discussie mogelijk zijn.
Betalingen Als instelling sluit u zelfstandig een overeenkomst af met Nl.tree voor het totaal van af te nemen aansluitcapaciteit en diensten. Daarnaast draagt u zelfstandig zorg voor betaling via automatische incasso.
De minister van onderwijs, cultuur en wetenschappen, drs. L.M.L.H.A. Hermans
NUMMER 6/7 •
44
• 15 maart 2000
Beroeps onderwijs en volwasseneneducatie