Regeerakkoord: wat is de impact op de pensioenen en de verzekeringsproducten? DECAVI – 25 februari 2015
Florence DELOGNE Adjunct-directeur Minister van Pensioenen
1
Impact op de 1e pijler • De huidige toestand van de 1e pijlerpensioenen is intussen gekend. • Het regeerakkoord voorziet maatregelen op korte en middellange termijn. • De maatregelen schrijven zich in in de voorzetting van deze genomen tijdens de vorige legislatuur . • De volgende maatregelen werden reeds aangenomen of staan op het punt om aangenomen te worden. 2
Impact op de 1e pijler 1. Pensioencomplement voor grens- of seizoenswerknemers (Artikel 198 t.e.m. 202 van de programmawet van de 19 december 2014): Overeenkomstig het advies van de sociale partners, werd dit pensioencomplement herzien.
3
Impact op de 1e pijler Enkel de werknemers die voor 1 januari 2015 een activiteit als grens- of seizoenswerknemer kunnen bewijzen, kunnen later nog aanspraak maken op een aanvulling op het rustpensioen ten laste van het Belgische pensioenstelsel. Die aanvulling bij het rustpensioen van grens- en seizoenswerknemers zal pas uitbetaald worden vanaf het moment dat het wettelijke buitenlandse pensioen verkregen voor dezelfde activiteit betaald wordt. 4
Impact op de 1e pijler Voor de berekening van de aanvulling bij het rust- of overlevingspensioen of de overgangsuitkering, zullen alle wettelijke Belgische en buitenlandse pensioenen en alle Belgische en buitenlandse pensioenvoordelen zoals bijvoorbeeld aanvullende pensioenen in aanmerking genomen worden.
5
Impact op de 1e pijler Overgangsmaatregel: De nieuwe bepalingen zijn niet van toepassing op de grens- of seizoenswerknemer die tijdvakken van activiteit als grensof seizoenswerknemer vóór 1 januari 2015 kan bewijzen en die voor 1 december 2015: - hetzij de leeftijd van 65 jaar bereikt; - hetzij voldoet aan de voorwaarden om een vervroegd rustpensioen te verkrijgen.
6
Impact op de 1e pijler 2. Pensioenbonus voor de werknemers, de zelfstandigen en de ambtenaren (Artikel 203 en 204 van de programmawet van 19 december 2014 voor de werknemers en artikel 205 voor de zelfstandigen/ Voor de ambtenaren zal het wetsontwerp in de komende dagen ter ondertekening aan de Koning voorgelegd worden om nadien overgemaakt te worden aan het Parlement):
De pensioenbonus wordt in de 3 pensioenstelsels (werknemer, zelfstandige en ambtenaar) afgeschaft vanaf 1 januari 2015.
7
Impact op de 1e pijler Behalve voor zij die voor 1 december 2014 hetzij voldoen aan de voorwaarden voor het verkrijgen van het vervroegd pensioen, hetzij de leeftijd van 65 jaar en een loopbaan van 40 jaar bereikt hebben.
8
Impact op de 1e pijler 3.
Minimumpensioen
voor de werknemers (Koninklijk Besluit van 9 december 2014): Overeenkomstig het advies van de sociale partners, wordt het minimum aantal dagen voor de berekening van het minimumpensioen vastgelegd op 52 dagen i.p.v. EEN dag voor de jaren bovenop de 30 loopbaanjaren.
9
Impact op de 1e pijler 4. Toegelaten arbeid van de gepensioneerden voor de werknemers, zelfstandigen en ambtenaren (Koninklijk Besluit van 20 januari 2015 voor de werknemers en van 18 januari 2015 voor de zelfstandigen/ Voor de ambtenaren zal het wetsontwerp in de komende dagen ter ondertekening aan de Koning voorgelegd worden om nadien overgemaakt te worden aan het Parlement):
De inkomensplafonds voor toegelaten arbeid bij een cumulatie met een rustpensioen dat men ontvangt na de wettelijke pensioenleeftijd (65 jaar) of na een loopbaan van 45 jaar, worden afgeschaft vanaf het inkomstenjaar 2015. 10
Impact op de 1e pijler 5. Aligneren van het minimumpensioen alleenstaande zelfstandigen op het minimumpensioen werknemers (Artikel 207 en 208 van de programmawet van 19 december 2014): De laatste overblijvende verschillen tussen de minimumpensioenen van de zelfstandigen en deze van de werknemers zullen vanaf 1 augustus 2016 opgeheven worden. Op dit moment is enkel het minimum gezinspensioen gealigneerd. Voor alleenstaanden en overlevingspensioenen bestaat er nog steeds een verschil. 11
Impact op de 1e pijler GMP voor een volledige loopbaan
Maandbedrag (bruto)
Jaarlijks bedrag (bruto)
Werknemers Minimum 30 jaar als werknemer (of 2/3 van een volledige loopbaan)
Alleenstaande
1.123,34
13.480,03
Gezinspensioen
1.403,73
16.844,72
Overlevingspensioen
1.105,67
13.268,09
Zelfstandigen Minimum 30 jaar als zelfstandige (of 2/3 van een volledige loopbaan)
Alleenstaande
1.060,94
12.731,28
Gezinspensioen
1.403,73
16.844,76
Overlevingspensioen
1.060,94
12.731,28
12
Impact op de 1e pijler Vanaf 1 april 2015 is een tussentijdse verkleining van het verschil voorzien (voor een definitieve alignering op 1 augustus 2016). • Voor een alleenstaande zal de verhoging 10 EUR bedragen (van 1.060,94 EUR naar 1.070,94 EUR) • Voor de overlevingspensioenen zal de verhoging 7,17 EUR bedragen (van 1.060,94 EUR naar 1.068,11 EUR)
13
Impact op de 1e pijler 6. Afschaffing van de diplomabonificatie voor het berekenen van de loopbaanvoorwaarde voor het opnemen van het vervroegd pensioen voor de pensioenen van de publieke sector (het wetsontwerp zal in de komende dagen ter ondertekening aan de Koning voorgelegd worden om nadien overgemaakt te worden aan het Parlement):
Afschaffing vanaf 2016 met: - 6 maanden/jaar voor diploma’s van 4 jaar en meer; - 5 maanden/jaar voor diploma’s van 2 tot 4 jaar; - 4 maanden/jaar voor diploma’s van minder dan 2 jaar 14
Impact op de 1e pijler De nieuwe bepalingen zijn niet van toepassing: 1/ op personen dit op 1 januari 2015 met verlof voorafgaand aan het pensioen zijn; 2/ op personen die voor 1 januari 2015 een door hun werkgever goedgekeurde aanvraag ingediend hebben om voor 2 september 2015 in verlof voorafgaand aan het pensioen gesteld te worden.
15
Impact op de 1e pijler 3/ op personen die, indien zij een aanvraag gedaan hadden, ten laatste op 1 januari 2015 in verlof voorafgaand aan het pensioen hadden gesteld kunnen worden.
16
Impact op de 1e pijler De nieuwe bepalingen mogen niet als resultaat hebben dat de loopbaan nodig om het pensioen te kunnen opnemen verlengd wordt met: - Meer dan 3 jaar voor personen die 55 of 56 jaar zijn in 2016; - Meer dan 2 jaar voor personen die 57 of 58 jaar zijn in 2016; - Meer dan 1 jaar voor personen die 59 jaar zijn in 2016. 17
Impact op de 1e pijler De maatregel heeft geen impact op de pensioenberekening. De harmonisering van de diplomabonificatie tussen de drie stelsels (werknemer, zelfstandige en ambtenaar) zal voorgelegd worden aan het Nationaal Pensioencomité (zie verder).
18
Impact op de 1e pijler 7. Welvaartsenveloppe De sociale partners hebben beslist over de toewijzing van de welvaartsenveloppe 2015-2016. Inzake pensioenen worden volgende maatregelen voorzien: - Verhoging van 2% van de GMP; - Verhoging van 1% van de pensioenen ingegaan voor 1/1/1995;
19
Impact op de 1e pijler - In 2015: verhoging met 2% van de pensioenen die ingegaan zijn in 2010 (cohorte 5 jaar); - In 2016: verhoging met 2% van de pensioenen die ingegaan zijn in 2011 (cohorte 5 jaar); - Verhoging van het vakantiegeld ; - Aligneren van het GMP voor een gemengde loopbaan op het GMP werknemer.
20
Impact op de 1e pijler • De maatregelen die in de loop van de volgende maanden genomen zullen worden, zijn de volgende. 1. Oprichting van het Nationaal Pensioencomité, het Kenniscentrum en de Academische Raad (juni 2015). De volgende opdrachten worden prioritair toevertrouwd aan het Nationaal Pensioencomité: - Het in aanmerking nemen van de zwaarte van het werk - De mogelijkheid om een deeltijds pensioen op te nemen 21
Impact op de 1e pijler Het Nationaal Pensioencomité zal eveneens belast worden met: - Het opzetten van een pensioensysteem met punten; - De automatische aanpassingen in samenhang met de demografische en financiële evoluties en de stijging van de levensverwachting; - Het moderniseren van onze pensioensystemen voor wat betreft de gezinsdimensie;
22
Impact op de 1e pijler - Het harmoniseren van de diplomabonificatie voor de pensioenberekening tussen de drie pensioenstelsels.
23
Impact op de 1e pijler 2. Voorwaarden voor het opnemen van het vervroegd pensioen en optrekken van de wettelijke pensioenleeftijd (eerste semester 2015) De wettelijke pensioenleeftijd zal opgetrokken worden naar 66 jaar in 2025 en naar 67 jaar in 2030.
24
Impact op de 1e pijler Ingevolge de hervorming Di Rupo, zijn de voorwaarden voor het opnemen van het vervroegd pensioen: - In 2015, 61,5 jaar en een loopbaan van 40 jaar OF voor een lange loopbaan: 60 jaar en een loopbaan van 41 jaar. - In 2016, 62 jaar en een loopbaan van 40 jaar OF voor een lange loopbaan: 60 jaar en een loopbaan van 42 jaar of 61 jaar en een loopbaan van 41 jaar. Vanaf 2017 worden de voorwaarden voor het opnemen van een vervroegd pensioen verder opgetrokken. 25
Impact op de Voorwaarden vervroegd pensioen
e 1
pijler
2016
2017
2018
2019
Leeftijd vervroegd pensioen
62
62,5
63
63
Loopbaan vervroegd pensioen
40
41
41
42
Leeftijd uitzondering lange loopbaan
60
61
60
61
60
61
60
61
Loopbaan uitzondering lange loopbaan
42
41
43
42
43
42
44
43
26
Impact op de 2e pijler • Democratisering van de aanvullende pensioenen: De regering zal de inspanningen verderzetten om ervoor te zorgen dat de meerderheid van de werknemers of zelfs alle werknemers een aanvullend pensioen opbouwen dat een significante aanvulling vormt op hun wettelijk pensioen.
27
Impact op de 2e pijler • Om te streven naar deze democratisering, voorziet het regeerakkoord de volgende maatregelen.
28
Impact op de 2e pijler 1. Vrij aanvullend pensioen voor werknemers Het wordt mogelijk gemaakt voor de werknemers om een vrij aanvullend pensioen op te bouwen in de tweede pijler. Dit zal gefinancierd worden door inhoudingen op het loon verricht door de werkgever.
29
Impact op de 2e pijler De werknemers zullen, binnen bepaalde grenzen, vrij het bedrag van deze inhoudingen bepalen. De fiscale voordelen zullen gelijk zijn aan deze die van toepassing zijn op de persoonlijke bijdragen gestort in het kader van aanvullende pensioenen die door de werkgevers worden ingesteld.
30
Impact op de 2e pijler 2. Aanvullend pensioen voor contractuelen: Het huidige juridische kader van de aanvullende pensioenen zal aangepast worden om de openbare besturen en de overheidsbedrijven aan te moedigen om een aanvullend pensioenstelsel aan te bieden aan de contractuele medewerkers met een voldoende bijdrageniveau.
31
Impact op de 2e pijler Parallel daarmee, zal een gemengd pensioen (d.w.z. een pensioen als werknemer voor de jaren gewerkt als contractueel medewerker en een pensioen openbare sector voor de jaren gewerkt als ambtenaar) ingevoerd worden.
32
Impact op de 2e pijler De openbare besturen zullen geleidelijk aan verplicht worden om de uitvoering van hun aanvullende pensioenen toe te vertrouwen aan een pensioeninstelling (verzekeringsmaatschappij of instelling voor bedrijfspensioenvoorziening).
33
Impact op de 2e pijler 3. Aanvullend pensioen voor zelfstandigen– natuurlijke personen De mogelijkheid zal gecreëerd worden voor zelfstandigen–natuurlijke personen om, naast het VAPZ, een aanvullend pensioen in de tweede pijler te verwerven waarvan de voordelen en grenzen gelijk zullen zijn aan deze voor zelfstandige bedrijfsleiders.
34
Impact op de 2e pijler 4. De 3%-doelstelling: Om de aanvullende pensioenen te consolideren, zullen de sociale partners uitgenodigd worden om een percentage van de loonstijgingen te bepalen dat, mits het respecteren van de onderhandelingen, aangewend kan worden voor bijdragestortingen in aanvullende pensioenplannen totdat op termijn, in elke sector, een bijdrageniveau van minimum 3% van het loon is bereikt.
35
Impact op de 2e pijler • Uitbetaling van de voordelen: Om het aanvullende karakter van de 2e pensioenpijler ten opzichte van de 1e pensioenpijler te versterken, zullen de aanvullende pensioenvoordelen slechts uitgekeerd worden op het moment waarop het wettelijke pensioen ingaat of vanaf de wettelijke pensioenleeftijd.
36
Impact op de 2e pijler • Vervroegde uittreding: Om in lijn te blijven met het beleid van de regering dat de burgers wil aanzetten om langer te werken, zullen gunstige vervroegingsmaatregelen in de pensioenplannen verboden worden.
37
Impact op de 2e pijler • Rendementsgarantie: De sociale partners zullen uitgenodigd worden om binnen de Nationale Arbeidsraad hun reflectie voort te zetten met betrekking tot het niveau van de minimale rendementsgarantie zoals voorzien door de WAP. Hierbij wordt het noodzakelijke vertrouwen van de werknemers in de aanvullende pensioenen als een betrouwbare pijler in het pensioensysteem gerespecteerd.
38
Impact op de 2e pijler • Fiscale maatregelen: – Herziening van de regel van de 80% : – Deze zal berekend worden op basis van identificeerbare parameters die rekening houden met de reeds gepresteerde loopbaan. – Het gemiddelde loon over een aantal jaren zal in aanmerking genomen worden om kunstmatige loonsverhogingen te voorkomen (op het einde van de loopbaan).
– De parameters voor de berekening van de nieuwe grens zullen in overeenstemming gebracht worden met de beschikbare informatie in de DB2P.
– Behoud van de fiscale voordelen
• Parafiscale maatregel: – Onderzoeken van de parameters die in aanmerking genomen worden voor de berekening van de solidariteitsbijdrage. 39
Impact op de 2e pijler • Uitbetaling in rente: – De fiscale behandeling van de uitbetaling in rente zal beter afgestemd worden op deze van de uitbetaling in kapitaal. – Er zal een analyse gemaakt worden van de maatregelen die genomen kunnen worden om het aanbod van renteproducten op de markt te stimuleren.
40
Impact op de 3e pijler • Het regeerakkoord voorziet dat de regering de middelen zal onderzoeken om de 3e pensioenpijler te versterken.
41