Reclame- en uitstallingenbeleid, gemeente EERSEL 2003 gepubliceerd 15 januari 2003

Reclame- en uitstallingenbeleid, gemeente EERSEL 2003 gepubliceerd 15 januari 2003

Reclame- en uitstallingenbeleid, gemeente EERSEL INHOUDSOPGAVE Inhoudsopgave .......................................................................................................... 1 1. Inleiding ..................................................................................................................2 2. Doelstelling ............................................................................................................ 2 3. Permanente reclames, de wettelijke kaders .......................................................... 2 3.1 Binnen de bebouwde kom.2 3.1.1 Woningwet ........... ............................................................................... 2 3.1.2 Monumentenwet………………………………………….…………………3 3.1.3 Algemene Plaatselijke Verordening ..................................................... 3 3.2 Buiten de bebouwde kom .............................................................................. 3 4. Reclamebeleid voor permanente reclames tot op heden ...................................... 4 5. Gebiedsindeling bij permanente reclames ............................................................. 4 5.1 Buitengebied ................................................................................................. 4 5.2 Bedrijventerrein ............................................................................................. 4 5.3 Winkelgebied ................................................................................................ 4 5.4 Woongebied................................................................................................... 5 5.5 Beschermd Dorpsgezicht............................................................................... 5 5.6 Sportterrein .................................................................................................... 5 5.7 Openbare ruimte ............................................................................................ 5 5.8 Verkooppunt voor motorbrandstoffen ........................................................... 6 6. Wijze van meten ..................................................................................................... 6 7. Tijdelijke reclames .................................................................................................. 7 8. Overgangsbepalingen............................................................................................. 7 9. Handhaving ........................................................................................................... 8 10. Procedure ............................................................................................................ 8 BIJLAGEN RICHTLIJNEN BUITENGEBIED, EXCLUSIEF OPENBARE RUIMTE ....................... 9 RICHTLIJNEN BEDRIJVENTERREIN...................................................................... 10 RICHTLIJNEN WINKELGEBIED .............................................................................. 11 RICHTLIJNEN WOONGEBIED ................................................................................ 13 RICHTLIJNEN SPORTTERREIN ............................................................................. 14 RICHTLIJN OPENBARE RUIMTE, BINNEN DE BEBOUWDE KOM ....................... 15 RICHTLIJNEN BESCHEMD DORPSGEBIED MARKT HINT en VLIERBOS ........... 16 RICHTLIJNEN VERKOOPPUNT VOOR MOTORBRANDSTOF .............................. 17

Reclamebeleid 22-04-’02

gepubliceerd en in werking vanaf 15-01-‘03

2

1. Inleiding De laatste jaren wordt ook onze gemeente geconfronteerd met een toenemende behoefte van ondernemers om reclame te maken. Daarnaast zien we dat de reclametekens zelf steeds groter en opzichtiger worden. Uit overleg met ondernemers is gebleken dat behoefte bestaat aan een kader waarin de mogelijkheden tot het maken van reclame zijn vastgelegd. Nu kan door het overtreffen van elkaar een wildgroei ontstaan die een aantasting van zowel de bebouwde als de onbebouwde omgeving tot gevolg heeft. Onze gemeente kent geen eigen vastgesteld reclamebeleid. Een uitzondering hierop vormt het Beschermd Dorpsgebied Markt-Hint-Vlierbos en een regeling voor tijdelijke reclame en verwijsreclame (groene bordjes). Voor het toetsen van aanvragen wordt het algemene beleid van Welstandszorg Noord-Brabant gehanteerd. Dit beleid wordt met name door ondernemers als te betuttelend en niet werkbaar ervaren. De meeste aanvragen stranden op een negatieve welstandsbeoordeling. Het gevolg hiervan is dat veel illegale reclametekens worden aangebracht. Zowel de ondernemer als de burger hebben echter belang bij een aantrekkelijke uitstraling van de leefomgeving. Sinds ongeveer één jaar worden onderhavige richtlijnen gebruikt als toetsingskader. Afwijkingen hiervan worden in beginsel gehandhaafd. Dit werkt goed. 2. Doelstelling Het te voeren beleid beoogt het scheppen van een beleidskader waarin de mogelijkheden tot het maken van reclame en het plaatsen van uitstallingen zijn vastgelegd. Hierdoor ontstaat een evenredige op de woon- en leefomgeving afgestemde invulling die de woon- en leefomgeving aantrekkelijk maakt en houdt. Het is de bedoeling te komen tot een uniform beleid voor de gehele gemeente. Daarom is het van belang het huidige toetsingskader vast te stellen waaraan vergunningsaanvragen kunnen worden getoetst. Bovendien dient het beleid bij het bestuur een zodanig draagvlak te hebben en te behouden, dat handhaving ervan op een adequate wijze kan plaatsvinden. In deze nota is een onderscheid gemaakt tussen permanente en tijdelijke reclames. Voor tijdelijke reclames zijn voor de herindeling reeds richtlijnen vastgesteld. 3. Permanente reclames, de wettelijke kaders De vrijheid voor het openbaren van gedachten en gevoelens door middel van de drukpers is verankerd in de Grondwet. Hierbij gaat het om reclame-uitingen met een ideëel karakter. Deze zijn niet gebonden aan voorafgaande toestemming van de overheid. Deze notitie beperkt zich tot verwijsreclame voor commerciële doeleinden(handelsreclame), naamsaanduidingen, aankondigingen voor evenementen en festiviteiten. 3.1

Binnen de bebouwde kom 3.1.1 Woningwet Vergunningplichtige bouwwerken Indien een reclameconstructie en/of uiting is aan te merken als een “bouwwerk” in de zin van artikel 40 van de Woningwet, is voor het plaatsen ervan een bouwvergunning vereist. De bouwaanvraag wordt dan getoetst aan het bestemmingsplan, het bouwbesluit de bouwverordening en aan de redelijke eisen van welstand. Uit de jurisprudentie blijkt dat er bij reclametekens al snel sprake is van een bouwvergunningplichtige situatie. licht bouwvergunningplichting Het komt voor dat een reclameconstructie een licht bouwvergunningpichtig bouwwerk is in de zin van de Woningwet. De licht vergunningplichtige aanvraag wordt getoetst aan het bestemmingsplan, stedebouwkundige voorwaarden van de bouwver-



3

ordening, de redelijke eisen van welstand (welstandsnota), de regeling met betrekking tot monumenten en de constructieve veiligheid. 3.1.2 Monumentenwet Voor het aanbrengen van reclame op een beschermd monument is op basis van de Monumentenwet 1988 vergunning nodig van burgemeester en wethouders, dan wel van de minister van Welzijn, Volksgezondheid en Cultuur, indien deze moet beslissen op de vergunningaanvraag. Toetsingscriterium is daarbij het landschapsschoon. Indien tevens sprake is van een bouwwerk, gelden daarnaast ook nog de toetsingscriteria als genoemd onder 3.1.1 3.1.3 Algemene Plaatselijke Verordening (APV) Artikel 4.7.2 regelt het maken van handelsreclame waarvoor geen bouwvergunning of melding nodig is. De APV treedt pas in werking als een hogere regeling (zoals de wetten als genoemd onder 3.1.1, en 3.1.2.) niet in dit onderwerp voorzien. Eerst moet dus beoordeeld worden of één van deze wetten van toepassing is, voordat de regels van de APV van toepassing zijn. Handelsreclame Aanbrengen van handelsreclame (commerciële reclame) aan een onroerende zaak is gebonden aan een vergunning van burgemeester en wethouders op basis van artikel 4.7.2 APV. In het vierde lid van art. 4.7.2 APV worden drie toetsingcriteria genoemd: • redelijke eisen van welstand; • verkeersveiligheid; • voorkoming en beperking van overlast voor omwonenden. Voorwerpen of stoffen op, aan of boven de weg. Voor zover er sprake is van het gebruik van de weg of van een weggedeelte, anders dan overeenkomstig de bestemming daarvan, is eveneens een vergunning van burgemeester en wethouders noodzakelijk op grond van artikel 2.1.5.1 APV. Dit artikel is met name van toepassing als het gaat om uitstallingen op de openbare weg en om vlaggenmasten voor commerciële doeleinden. Dit artikel kan eveneens worden gebruikt indien het gaat om winkelwagentjes etc. Parkeren van reclamevoertuigen Op basis van art. 5.1.6 APV is het verboden om een voertuig dat is voorzien van een aanduiding van handelsreclame op de weg te parkeren met het kennelijk doel om daarmee handelsreclame te maken. Van dit verbod kunnen burgemeester en wethouders ontheffing verlenen. 3.2 Buiten de bebouwde kom Voor het gebied buiten de bebouwde kom is de Landschapsverordening NoordBrabant 2002 vastgesteld. Deze verordening bevat in artikel 2 een algemeen verbod tot het voeren van reclames in het buitengebied. Artikel 3 van de verordening maakt een aantal uitzonderingen op dit verbod: • indien de borden kennelijk tot de meubilering of stoffering van een gebouw behoren; • zich in het inwendige gedeelte van een onroerende zaak bevinden; • indien ze worden aangebracht ter voldoening van een wettelijk voorschrift; • indien ze betrekking hebben op enig beroep, bedrijf, of dienst; • ter verkoop/huur/pacht van een onroerende zaak; • de borden betrekking hebben op werk in uitvoering; • de borden zijn geplaatst op een terrein waar een openbare wedstrijd, manifestatie of tentoonstelling wordt gehouden; Reclamebeleid 22-04-’02


4

• • • • •

voor verkoop van agrarische producten ter plaatse waar deze producten worden verkocht; behorend tot de bewegwijzering, verkeerstekens of verkeersaanduidingen of een campagne ten behoeve van de verkeersveiligheid; op een wachtruimte/halteplaats voor openbaar vervoer; die informatie bevatten over een object of gebied; die zijn aangebracht op benzinestations en ANWB Wegenwachtstations; die de weg wijzen naar enig beroep, bedrijf of dienst.(Voor een volledige lijst zie Provinciaal blad van Noord-Brabant in de bijlagen.)

4. Reclamebeleid voor permanente reclames tot op heden Bij de beoordeling van vergunningaanvragen wordt tot nu toe het algemene beleid van welstandszorg Noord-Brabant gehanteerd. Voor het beschermd dorpsgezicht Markt, Hint en Vlierbos is op 11 december 1995 het reclame- en uitstallingen beleid vastgesteld. Er wordt geen toestemming gegeven voor lichtmastreclame. Zowel in de voormalige gemeente Eersel als Vessem ca is een aantal vergunningen voor het maken van reclame afgegeven. In beide gemeenten heeft in het verleden een globale inventarisatie van de illegaliteit op dit terrein plaatsgevonden. 5. Gebiedsindeling bij permanente reclames Op het terrein van reclame-uitingen kunnen aan bijvoorbeeld een bedrijfsterrein andere eisen worden gesteld dan aan een woongebied, en aan het buitengebied andere eisen dan aan een winkelstraat. Om die reden is het zinvol om een splitsing aan te brengen naar soort gebied binnen de gemeente. 1. 2. 3. 4. 5. 6. 7.

Buitengebied Bedrijventerrein Winkelgebied Woongebied Beschermd dorpsgebeid Sportterrein Openbare ruimte

In de bijlage bij deze nota wordt voor elk gebied een nadere specificering van het beleid aangegeven. 5.1

Buitengebied De reclame in het buitengebied wordt geregeld door de Landschapsverordening Noord-Brabant. Uitgangspunt van deze landschapsverordening is dat reclame in beginsel niet is toegestaan. Op deze in artikel 2 verwoordde hoofdregel, worden in artikel 3 echter een aantal uitzonderingen gemaakt.

5.2

Bedrijventerrein Op industrieterreinen zal reclame als minder storend worden ervaren. Handelsreclame en of naamsaanduiding is slechts mogelijk op het terrein van de onderneming zelf. Verwijsreclame is uitsluitend middels een bepaalde standaardvoorziening aan de ingang van het industrieterrein toegestaan. Het aan of op een gebouw maken van reclame naar een openbare weg, die buiten het industrieterrein is gelegen, is in beginsel onder voorwaarden toegestaan. De A67 vormt hierop een uitzondering, omdat de aan deze weg gelegen industrieterreinen door een verplichte groenstrook aan het gezicht worden onttrokken.



5

5.3

Winkelgebied Reikwijdte winkelgebied Onder winkelgebied wordt begrepen de Nieuwstraat, het kleinere winkelgebied aan de Lindestraat, Carquefouplein. De hoofd(winkel)straten van de omliggende kernen en het beschermd dorpsgebied van Markt en Hint vallen hier niet onder. Reclame aan gebouwen In het winkelgebied wordt het aanbrengen van reclame in het algemeen niet als storend ervaren. Door de combinatie winkels en (boven)woningen dient het aanbrengen van reclametekens plaats te vinden in de strook tussen de bovendorpel van de winkelpui(en) en de onderdorpel van de ramen op de eerste verdieping. De toegestane afmetingen zijn daarnaast gerelateerd aan de breedte van de winkel. Lichtreclames zijn onder voorwaarde toegestaan. Aan lichtreclames nabij (boven)woningen worden nadere eisen gesteld. Het aanbrengen van vlaggen is mogelijk binnen de toegestane totale hoeveelheid aan reclame-uitingen. Ter verhoging van de sociale veiligheid van deze omgeving mogen de etalages, ook ‘s avonds, licht uitstralen. Het aanbrengen van dichte rolluiken moet derhalve zoveel mogelijk worden tegengegaan. Gelet op de zeer korte loopafstanden binnen deze gebieden en het overzichtelijke karakter ervan wordt verwijsreclame niet toegestaan. Uitstalling van winkelwaren De uitstalling van reclameborden en/of winkelwaren al dan niet op openbaar gebied is in beginsel onder voorwaarden toegestaan. Deze voorwerpen, variërend van reclameborden tot complete winkelrekken mogen niet gevaarlijk, hinderlijk en belemmerend zijn voor hulpverleningsvoertuigen, ander verkeer en/of het winkelend publiek. Bovendien mogen ze geen rommelig straatbeeld veroorzaken. Hiertoe is een afgebakend en in afmeting beperkt gedeelte aangewezen. Onder uitstallingen worden ook verstaan verfraaiingen met potplanten, boompjes en ander meubilair.

5.4 Woongebied In woonwijken wordt reclame zo veel mogelijk geweerd. De wijken hebben een woonfunctie en er is in beginsel geen bedrijfsactiviteit. Op een aantal locaties zijn van oudsher echter al (buurt)winkels en/of bedrijven gevestigd. De toe te stane reclame-uitingen moeten dan ook bezien worden tegen het licht van de plaatselijke situatie. De bestemming van het pand is doorslaggevend voor de toe te stane hoeveelheid aan reclame-uitingen. Het uitstallen van koopwaren en/of reclameborden is in beginsel en onder voorwaarden bij winkels toegestaan. Hiervoor geldt het beleid als omschreven onder 5.3.3 (uitstallingen) 5.5 Beschermd dorpsgebied Binnen dit gebied met cultuurhistorische waarde geldt een zeer terughoudend beleid ten aanzien van reclametekens. Voor reclamevoeringen en/of uitstallingen is aansluiting gezocht bij het winkelgebied, met dien verstande dat de totale hoeveelheid reclametekens is beperkt en neonreclames en lichtbakken niet zijn toegestaan. 5.6 Sportterrein Het voeren van naar binnen toe gerichte reclame is onder voorwaarden toegestaan. Het gaat hierbij vooral om borden rondom de sportvelden, op tribunes en reclame-uitingen aan het clubgebouw. 5.7 Openbare ruimte



6

Reclame langs wegen Vrijstaande reclametekens langs wegen zijn niet toegestaan. Buiten de bebouwde kom wordt dit specifiek geregeld door de Landschapsverordening Noord-Brabant 1999. Reclame op abri’s Onze gemeente beschikt niet over beheerde abri’s waarin reclame kan worden opgehangen. Reclame aan lichtmasten of lantaarnpalen Deze vorm van reclame past niet in een landelijke omgeving en wordt derhalve niet toegestaan. Verrijdbare reclame Verrijdbare reclame betreft reclamevoertuigen en/of borden die geplaatst zijn op een aanhanger of een dusdanige constructie hebben dat de borden makkelijk verplaatsbaar zijn. Deze vorm van reclame maken vindt zowel plaats op de openbare weg, de gemeentelijke groenvoorzieningen en overig onbebouwd terrein zowel binnen als buiten de bebouwde kom. Omdat deze vorm van reclame zeer storend werkt in deze omgeving, daarnaast soms onnodig, de vaak schaarse parkeerruimte inneemt en gevaarlijke verkeerssituaties kan opleveren, is deze vorm van reclamevoering niet toegestaan. Verwijsreclame Verwijzingen al dan niet op openbaar gebied naar bedrijven zijn, met uitzondering van de ingang van een industrieterrein middels een bepaalde standaardvoorziening, niet toegestaan. Toeristische en recreatieve verwijzingen zijn onder voorwaarden toegestaan. Verwijzingen naar openbare gebouwen, instellingen en gebieden geschiedt binnen een bepaalde standaard door de gemeente zelf. Uitstallingen Het uitstallen van koopwaren en/of reclameborden op de openbare ruimte is in beginsel en onder voorwaarden bij winkels toegestaan. Hiervoor geldt het beleid als omschreven onder 5.3.3 (uitstallingen) Vlaggen Onder de in de tabellen genoemde vlaggen worden met reclame-uitingen en of naamsaanduidingen bedrukte vlaggen bedoeld. 5.8

Verkooppunt voor motorbrandstoffen Voor benzine stations is een objectgebonden bijlage gemaakt. Omdat deze objecten in diverse gebieden kunnen liggen en toch een eigen uitstraling hebben. Met name de luifel en de losse reclametekens almede de product en prijs aanduidingsborden zijn de hierin bedoelde bijzondere objecten.

6. Wijze van meten Oppervlaktematen van losse letterreclame wordt buitenwerks gemeten. Zie figuur 1

Figuur 1



7

7. Tijdelijke reclames Reeds vóór de herindeling is beleid vastgesteld voor tijdelijke reclames op grond van artikel 4.7.2. van de APV. Voor evenementen binnen onze gemeente is toegestaan maximaal op 25 locaties reclameborden te plaatsen gedurende twee weken en voor evenementen van buiten onze gemeente is het toegestaan op maximaal 10 locaties reclameborden te plaatsen gedurende twee weken. Hieraan worden de volgende voorschriften verbonden: • de reclameborden dienen na afloop van het desbetreffende evenement onmiddellijk te worden verwijderd; • de omvang van de borden mag maximaal 125 x 90 cm bedragen, dan wel een daaraan gelijk te stellen oppervlakte; • de reclameborden mogen uitsluitend aan, respectievelijk tegen de binnen de bebouwde kom staande lantaarnpalen worden aangebracht. In één straat mogen maximaal vier reclameborden per evenement worden aangebracht en per lantaarnpaal mag slechts één reclamebord aanwezig zijn; • de reclameborden mogen niet zodanig worden aangebracht dat zij –met name op kruispunten- het verkeer hinderen of in gevaar brengen; • de reclameborden mogen niet binnen een afstand van 10 m van kruispunten, trottoirs, kruispunten en dergelijke worden geplaatst; • de reclameborden mogen uitsluitend worden aangebracht binnen de rand van het trottoir. Borden die buiten deze rand steken moeten worden teruggeplaatst; • op het trottoir dient een doorgang van ten minste 90 cm te worden vrijgehouden ten behoeve van rolstoelgebruikers en voetgangers; • schade aan personen en/of eigendommen van de gemeente en/of derden, die het gevolg is van het (de) aangebrachte bord(en) komt voor rekening van de personen of instantie aan wie deze vergunning is verleend; • het aanplakken van reclame en/of evenementenposters op straatmeubilair en dergelijke is niet toegestaan; • reclameborden op staanders zijn niet toegestaan; • In het Beschermd Dorpsgezicht Markt-Hint-Vlierbos mogen geen reclameborden worden geplaatst; • De reclameborden mogen niet worden aangebracht op bomen, kabelkasten, muren, schuttingen, trafohuisjes, verkeerspalen, of ander straatmeubilair; • de reclameborden die in strijd met deze vergunning, dan wel zonder vergunning worden geplaatst, kunnen door de gemeente Eersel worden verwijderd zonder voorafgaand contact met degene door wie of in wiens opdracht de borden werden geplaatst. 8. Overgangsbepalingen

•

•

Bestaande reclame-uitingen die geplaatst zijn met de benodigde vergunningen en of melding en afwijken van het nieuwe beleid, worden gerespecteerd. Bij nieuwe aanvragen op dezelfde locatie wordt het reclamebeleid onverkort toegepast. Voor reclame-uitingen die reeds langer gedoogd worden, maar niet in overeenstemming zijn met het reclamebeleid, wordt een overgangstermijn gehanteerd. Hierbij zijn de volgende situaties te onderscheiden: er is geen vergunning en of melding, maar de reclame-uiting past binnen het reclamebeleid: de mogelijkheid wordt geboden om, binnen zes weken na aanschrijving, de reclame-uiting te legaliseren door middel van het aanvragen van een vergunning en of melding. Wordt hiervan geen gebruik gemaakt, dan wordt een handhavingprocedure opgestart; er is geen vergunning en of melding én de reclame-uiting past niet in het reclamebeleid: - de reclame-uitingen die korter dan twee jaar aanwezig zijn, moeten binnen zes weken na aanschrijving worden verwijderd; - de reclame-uitingen die langer dan twee jaar aanwezig zijn, m.u.v. reclame-uitingen die (verkeers)onveilig zijn, moeten binnen 1 jaar verwijderd zijn.

NB: de houder van de reclame-uiting dient zelf aan te tonen dat de betreffende reclame-uiting reeds twee jaar aanwezig is.



8

9.

Handhaving Het al dan niet functioneren van een reclamebeleid valt of staat met de handhaving ervan. Indien er onvoldoende draagvlak is om te handhaven, kan een reclamebeleid geen stand houden. Uitzonderingen op het beleid dienen, in verband met het gelijkheidsbeginsel, te allen tijde goed te worden gemotiveerd. Is dit niet mogelijk dat dient er een belangenafweging om te handhaven plaats te vinden. Bij niet naleving van de wettelijke voorschriften kan bestuursdwang of dwangsom worden toegepast. Bestuursdwang houdt in dat de betreffende reclame-uiting of uitstalling wordt verwijderd op kosten van de overtreder. In geval er een dwangsom wordt opgelegd wordt een bepaald bedrag verbeurd verklaard voor iedere keer, of voor elk tijdvak, dat het wettelijke voorschrift wordt overtreden. Deze vorm van handhaving werkt zeer efficiënt bij dit soort zaken. Daar waar zinvol en mogelijk zal flankerend beleid worden toegepast. Met name als het gaat om reclame-uitingen die schade toebrengen aan gemeente-eigendommen of die verkeersonveilig zijn. Reclametekens op gemeentelijk eigendom kunnen (na aanzegging) op privaatrechtelijke grond direct worden verwijderd. Het toezicht en handhaving van dit beleid is een reguliere taak van de sector Grondgebiedzaken. Verder heeft de provincie aangekondigd in het buitengebied de Landschapsverordening NoordBrabant stringent te zullen handhaven.

9.

Procedure/communicatie Bekendmaking van het vastgestelde beleid door middel van voorlichting en publicatie is een goed instrument en noodzakelijk. De preventieve werking die hiervan uit gaat zal daarnaast een positieve uitwerking hebben op eventuele handhaving van het beleid. 10.1 openbare voorbereidingsprocedure De openbare voorbereidingsprocedure als opgenomen in afdeling 3.4 van de Algemene wet bestuursrecht is van toepassing. Dit houdt in: • informeren van alle belanghebbenden over het voorgenomen beleid (Ondernemersverenigingen welstandscommissie, monumentencommissie, verenigingen e.d.); • ter inzage leggen van deze notitie op de gebruikelijke wijze; • behandelen van eventuele zienswijzen; • notitie voorleggen aan de Commissie RO • vaststellen van beleid door het college van Burgemeester en Wethouders; • publiceren van beleid.



9

BUITENGEBIED, EXCLUSIEF DE OPENBARE RUIMTE Algemene uitgangspunten: • alleen bedrijfsgebonden merkreclame, logo en/of naamsaanduiding; • geen verwijsreclame; • de vormgeving, plaats en kleur dient te worden afgestemd op de des betreffende gevelopzet; • geen aanlichting en/ of lichtreclame. RICHTLIJNEN voor het beoordelen van vergunningaanvragen

Plaats

agrarische stemming

bedrijfsbe-

Onbebouwd perceel

geen reclame toegestaan

agrarische bedrijven met nevenactiviteiten

niet agrarische bedrijfsbestemming


• • • •

Vrijstaand op bebouwd perceel

Aan een gebouw


• • • •

max. 1 naamsaanduiding max. 3% van gevelopp. max. 2,5 m2 logische plaatsing op de voorgevel van het gebouw (welstandstoetsing).

• • • • • •

max. opp. per object 1 m2 max. breedte 2 m max. hoogte 1,5 m + maaiv max 2 objecten per terrein directe relatie met toegang vlaggenmasten; maximaal 2, vlag max. 1,5 m2, hoogte max. 6 meter, mits in overeenstemming met het bestemmingsplan

• • •

• • • •

max. 1 naamsaanduiding max. 3% van gevelopp. max. 2,5 m2 Vlaggen; alleen aanwezig tijdens openingstijden max. 1 per 10 m1 gevel met maximum van 2. Vlag max 1 m2 logische plaatsing op de voorgevel van het gebouw (welstandstoetsing).

• • • •

•

• • •

•

max. 0,5 m2 max hoogte 1,5 m + maaiv. max. 1 bord per terrein geen lichtreclame c.q. aanlichting max. opp. per object 1 m2 max. breedte 2 m max. hoogte 1,5 m + maaiv max. 2 objecten per terrein directe relatie met toegang vlaggenmasten; maximaal 2, vlag max 1,5 m2, hoogte max. 6 meter, mits in overeenstemming met het bestemmingsplan

max. 1 naamsaanduiding max. 3% van gevelopp. max. 2,5 m2 Vlaggen; alleen aanwezig tijdens openingstijden max. 1 per 10 m1 gevel met maximum van 2. Vlag max. 1 m2 Logische plaatsing op de voorgevel van het gebouw (welstandstoetsing).

NB: deze richtlijnen zijn slechts actueel voor zover de reclame-uitingen op grond van de Landschapsverordening Noord-Brabant 2002 zijn toegestaan.



10

BEDRIJVENTERREIN Algemene uitgangspunten: • alleen bedrijfsgebonden merkreclame, logo en/of naamsaanduiding; • onder reclame achter en/of op glas wordt tevens makelaarsinformatie verstaan. • geen verwijsreclame; • de vorm, plaats en kleur dient te worden afgestemd op de des betreffende gevelopzet; • verlichting ten behoeve van reclamedoeleinden, mag geen hinderlijke instraling hebben op lichtdoorlatende openingen in gevels of daken van woningen; • Reclame-uitingen dienen naar het bedrijventerrein zelf gericht te zijn; • uitzondering hierop zijn berdrijven die ook een gevel hebben aan een doorgaande verbindingsas. Voor reclamevoering langs deze wegen gelden de richtlijnen als van hoekpercelen. Dit geldt niet langs A67, dit in verband met de daar vanuit het bestemmingsplan vereiste groene inpassing. RICHTLIJNEN voor het beoordelen van vergunningaanvragen

Maximale hoeveelheid reclame

tegen de gevel(s) • aan borden of letters, 5% van betreffende geveloppervlak. • maximaal 10 m2 per 40 m gevelbreedte • (aanlichten toegestaan) of •

Maximale lengte Maximale hoogte reclameobject max. hoogte

totaal-

Maximaal aantal per straatgevel

aan lichtbakken 3% van betreffende geveloppervlak • maximaal 5 m2 lichtreclame per 40 meter gevelbreedte • lichtslingers –lijnen (prikkabels) en/of gebouwcontourlijnen, alleen in gebroken wit en niet knipperend. Elke m1 wordt als 0,2 m2 lichtreclame beoordeeld. • Vlaggen; alleen aanwezig tijdens openingstijden max. 1 per 10 m1 gevel met maximum van 2. Per vlag max. 1 m2 • Achter en/of op ramen, gaat ten koste van 50% van reclame op de gevel (1 m2 achter raam = -0,5 m2 op de gevel) 80 % van gevelbreedte

op de dakrand(en) • 3% van betreffende geveloppervlak • maximaal 5 m2 • (aanlichten of lichtbak toegestaan) • lichtslingers, -lijnen en/of gebouwcontourlijnen, alleen in gebroken wit. Elke m1 wordt als 0,2 m2 lichtreclame beoordeeld. Gaat ten koste van max. hoeveelheid aan reclame tegen de gevel

50% van gevelbreedte 0,8 meter

2 meter

Bestemmingsplan

2 aan de voorgevel en bij hoekpercelen max. 3 op 2 gevels

1 op de voorgevel bij hoekpercelen max. 1 per straatgevel

Voorkeur voor losse letters boven borden of lichtbakken

Voorkeur letters



voor

2 meter 3 meter oppervlakte max. 1,5 m2 •

Bestemmingsplan

Nadere eisen Algemeen

Vrijstaand • 3 m2 per bedrijf eventueel dubbelzijdig • Vlaggenmasten

losse

vlag

3 meter + maaiveld • vlaggenmast 6 meter +mv. 2 op het voorterrein, mits in overeenstemming met het bestemmingsplan Verkeersveilige plaatsing. Voorkeur voor vormgegeven object

11

WINKELGEBIED Algemene uitgangspunten: • uitsluitend op begane grond, verkeersveilige plaatsing en een vrije doorgang van 1,25 meter trottoir; • onder reclame achter en/of op glas wordt tevens makelaarsinformatie verstaan. • alleen bedrijfsgebonden merkreclame, logo en/of naamsaanduiding; • geen verwijsreclame; • de vorm, plaats en kleur dient te worden afgestemd op de des betreffende gevelopzet; • verlichting ten behoeve van reclamedoeleinden, mag geen hinderlijke instraling hebben op lichtdoorlatende openingen in gevels of daken van woningen; • lichtreclame of aanlichten nabij ramen van woningen moeten voldoen aan NEN 1010; • vrijstaande reclame en uitstallingen, (m.u.v. vlaggenmasten) mogen alleen aanwezig zijn tijdens openingstijden. RICHTLIJNEN voor het beoordelen van vergunningaanvragen

Maximale hoeveelheid reclame

Maximale lengte Maximale hoogte Plaats

Maximaal aantal per straatgevel

Tegen de gevel(s) • maximaal 3 m2 per 10 m gevelbreedte • max. 0,8 m2 loodrecht op de gevel • eventueel dubbelzijdig • gaat ten koste van max. Hoeveelheid aan reclame op of tegen de luifel • lichtslingers, -lijnen (prikkabels) en/of gebouwcontourlijnen, alleen in gebroken wit en niet knipperend. Elke m1 wordt als 0,2 m2 lichtreclame beoordeeld. • Vlaggen; alleen aanwezig tijdens openingstijden max. 1 per 10 m1 gevel met maximum van 2. Gaat ten koste van reclame haaks op de gevel. Per vlag max. 1 m2 • Achter en/of op ramen, gaat ten koste van 50% van reclame op de gevel (1 m2 achter raam = -0,5 m2 op de gevel) • in gevelvlak 80 % van de winkelbreedte • haaks 1 meter 1 meter

op of tegen luifel • maximaal 3 m2 per 10 m gevelbreedte • max. 0,8 m2 loodrecht op de gevel • eventueel dubbelzijdig • gaat ten koste van max. Hoeveelheid aan reclame tegen de gevel • voorkeur voor losse letters • lichtslingers, lijnen en/of gebouwcontourlijnen, alleen in gebroken wit. Elke m1 wordt als 0,2 m2 lichtreclame beoordeeld. • Vlaggen; alleen aanwezig tijdens openingstijden max. 1 per 10 m1 gevel met maximum van 2. Gaat ten koste van reclame haaks op de gevel. Per vlag max 1 m2

Vrijstaand • 1 m2 per bedrijf dubbelzijdig • vlaggenmasten; maximaal 1, vlag max 1,5 m2, hoogte max 6 meter, mits in overeenstemming met het bestemmingsplan

•

in gevelvlak 50% van luifelbreedte • haaks 1 meter 0,5 meter

2 meter

Niet boven de onderdorpel van 1e verdiepingsramen en lager dan 4 m + maaiveld

niet boven de onderdorpel van 1e verdiepingsramen en lager dan 4 m + maaiveld

2 aan de voorgevel, bij hoekpercelen max. 3 op 2 gevels

2 aan de voorgevel, bij hoekpercelen max. 3 op 2 gevels

binnen een strook van 1 meter vanaf de voorgevel van de winkel of op door gemeente aangegeven markering (i.v.m. een verkeersveilige plaatsing). 2 stuks



1,5 meter

12

Uitstalling van winkelwaren

• • • • •

max. 2 m2 per 10 m1 gevelbreedte max.1 m2 planten-/bloembakken per 10 m1 gevel direct aansluitend en evenwijdig aan de voorgevel maximale hoogte van winkelrekken 2 m geen overkappingen toegestaan



13

WOONGEBIED Algemene uitgangspunten: • alleen bedrijfsgebonden merkreclame, logo en/of naamsaanduiding; • geen verwijsreclame; • de vormgeving, plaats en kleur dient te worden afgestemd op de des betreffende gevelopzet; • alleen op begane grond toegestaan; • verkeersveilige plaatsing en een vrije doorgang van 1,25 meter trottoir • verlichting ten behoeve van reclamedoeleinden, mag geen instraling hebben op lichtdoorlatende openingen in gevels of daken van woningen; • lichtreclame of aanlichten nabij ramen van woningen moeten voldoen aan NEN 1010; • vrijstaande reclame en uitstallingen, (m.u.v. vlaggenmasten) mogen alleen aanwezig zijn tijdens openingstijden. RICHTLIJNEN voor het beoordelen van vergunningaanvragen Bestemming Woning met praktijkruimte en/of makelaars kantoor. Bedrijfs- en horecabestemming

Tegen de gevel(s)

Vrijstaand op voorerf

• • • •

• • • • • • • • • • • • •

max. 0,5 m2 enkelzijdig max. hoogte 1 m + maaiveld max. 1 bord per terrein zeer zwakke aanlichting (welstandstoetsing) directe relatie met toegang geen lichtreclame max. 1 m2 dubbelzijdig max hoogte 1 m + maaiveld Max. 1 bord per terrein Zeer zwakke aanlichting (welstandstoetsing Directe relatie met toegang Geen lichtreclame vlaggenmasten; maximaal 1, vlag max 1,5 m2, hoogte max. 6 meter, mits in overeenstemming met het bestemmingsplan

• • • • •

max. 1 m2 per winkel eventueel dubbelzijdig maximaal 1,5 m hoog binnen 1 m vanaf de voorgevel van de winkel max. aantal 2 stuks; vlaggenmasten; maximaal 1, vlag max 1,5 m2, hoogte max 6 meter, mits in overeenstemming met het bestemmingsplan

• • • • • •

• •

Winkelbestemming

• • • • • • •

• •

max. 0,5 m2 zeer zwakke aanlichting (welstandstoetsing) geen lichtreclame Achter en/of op ramen, gaat ten koste van 50% van reclame op de gevel (1 m2 achter raam = 0,5 m2 op de gevel) maximaal 1,5 m2 per 10 m gevelbreedte enkelzijdig max. 50% van gevelbreedte zwak aanlichten toegestaan (welstandstoetsing) lichtreclames max. 0,8 m2 eventueel dubbelzijdig bij plaatsing haaks op de gevel Vlaggen; alleen aanwezig tijdens openingstijden max. 1 per 10 m1 gevel met maximum van 2. Gaat ten koste van reclame haaks op de gevel. Per vlag max 1 m2 logische plaatsing op de voorgevel van het bedrijfsgedeelte (welstandstoetsing) Achter en/of op ramen, gaat ten koste van 50% van reclame op de gevel (1 m2 achter raam = 0,5 m2 op de gevel) maximaal 3 m2 per 10 m gevelbreedte max. 50% van gevelbreedte Zwak aanlichten toegestaan (welstandstoetsing) lichtbakken hoogte max. 0,5 m aan lichtreclames max. 0,8 m2 eventueel dubbelzijdig bij plaatsing haaks op de gevel Vlaggen; alleen aanwezig tijdens openingstijden max. 1 per 10 m1 gevel met maximum van 2. Gaat ten koste van reclame haaks op de gevel. Per vlag max 1 m2 logische plaatsing op de voorgevel van het bedrijfsgedeelte (welstandstoetsing) Achter en/of op ramen, gaat ten koste van 50% van reclame op de gevel (1 m2 achter raam = 0,5 m2 op de gevel)


Uitstalling • max. 2 m2 per 10 m1 gevel; • max. 1 m2 planten-/bloembakken per 10m1 gevel. • direct aansluitend en evenwijdig aan de voorgevel • maximale hoogte van winkelrekken 2 m • maximale breedte van uitstalling en eventuele reclame-uitingen 2 m • geen overkappingen toegestaan


14

SPORTTERREIN Algemene uitgangspunten: • reclame is alleen toegestaan om de velden of terreinen waarop de sport beoefend wordt; • m.u.v. de clubnaam en/ of de naam van het sportpark mag geen reclame zich richten naar de openbare weg en/ of ruimte; • reclameborden moeten zodanig bevestigd zijn dat zij geen gevaar vormen voor bezoekers. RICHTLIJNEN voor het beoordelen van vergunningaanvragen

tegen tribunes

op of tegen gevel(s)

Vrijstaand

naar veld gericht

• • • •

•

naam vereniging maximaal 2 m2 aanlichten toegestaan naam in lichtreclame maximaal 1 m2 merkreclame maximaal 1 m2 tegen de gevel(s)van clubgebouwen

• • •



naam vereniging maximaal 2 m2 reclameborden rond velden geen lichtreclame en/of aanlichten vlaggenmasten; maximaal 2 per clubgebouw, vlag max. 1,5 m2, hoogte max. 6 meter, mits in overeenstemming met het bestemmingsplan

15

OPENBARE RUIMTE BINNEN DE BEBOUWDE KOM Algemene uitgangspunten: • dit beleid geldt niet tijdens evenementen en markten op het evenementen marktterrein; • verkeersveilige plaatsing en een vrije doorgang van 1,25 meter trottoir • uitstallingen mogen de vrije doorgang van het publiek of wegverkeer niet belemmeren; • eventuele verlichting en of aanlichting e.d. moeten voldoen aan NEN 1010 • reclame op fietsenrekken is niet toegestaan. RICHTLIJNEN voor het beoordelen van vergunningaanvragen Soort

op openbaar gebied

Permanente reclame, zoals borden, platen, aanhangers, wagens, vlaggen e.d.

niet toegestaan

Verwijzingen, zoals borden, platen, aanhangers, wagens, vlaggen, e.d.

in principe niet toegestaan. Uitzondering: • plaatsnaamaanduidingen • gemeentelijke verwijzingen • bewegwijzering ANWB • evenement en/of tentoonstelling met vergunning • betrekking hebbend op werk in uitvoering • in verband met campagne verkeersveiligheid • ter2 voldoening aan wettelijk voorschrift maximaal 0,5 m



16

BESCHERMD DORPSGEBIED MARKT HINT en VLIERBOS Algemene uitgangspunten: • dit beleid geldt niet voor markten en festiviteiten met vergunning; • uitsluitend op de begane grond, dus niet boven de onderdorpel van de 1e verdiepingsramen en lager dan 4 m + maaiveld; • slechts bedrijfsgebonden merkreclame, logo en/of naamsaanduiding; • geen verwijsreclame; • geen lichtbakken; • lichtreclame alleen toegestaan in vorm van neon buis in gesloten doosletters in kleuren wit of groen; • de vormgeving, plaats en kleur dient te worden afgestemd op de desbetreffende gevelopzet; • verkeersveilige plaatsing en een vrije doorgang van 1,25 meter trottoir • verlichting ten behoeve van reclamedoeleinden mag geen hinderlijke instraling hebben op lichtdoorlatende openingen in gevels of daken van woningen; • lichtreclame of aanlichten nabij ramen van woningen moeten voldoen aan NEN 1010. RICHTLIJNEN voor het beoordelen van vergunningsaanvragen Bestemming Woning met praktijkruimte en/of bijzondere doeleinden Bedrijfsbestemming

Winkel en/of horecabestemming

Uitstalling Alleen tijdens openingstijden en alleen voor winkels en of horeca

tegen de gevel(s) vrijstaand op eigen voorerf • maximaal 0,5 m2 • maximaal 0,5 m2 • zeer zwak aanlichten toegestaan (welstandstoet- • gaat ten koste van maximale hoeveelsing) heid reclame op of tegen de luifel • gaat ten koste van maximale hoeveelheid reclame op of tegen de luifel • maximaal 0,5 m2 • maximaal 1 m2 per 10 m gevelbreedte • maximaal 50 % van de gevelbreedte • Zeer zwak aanlichten toegestaan • zwak aanlichten toegestaan (welstandstoetsing) • logische plaatsing op de voorgevel van het bedrijfsgedeelte • Achter en/of op ramen, gaat ten koste van 50% van reclame op de gevel (1 m2 achter raam = -0,5 m2 op de gevel) • maximaal 1 m2 per winkel of horecapand • maximaal 1 m2 per 10 m gevelbreedte • maximaal 50 % van de gevelbreedte • eventueel dubbelzijdig • zwak aanlichten toegestaan (welstandstoetsing) • maximaal 1,5 m hoog • lichtslingers, -lijnen (prikkabels) en/of gebouwcon- • binnen 1 m vanaf de voorgevel van de tourlijnen, alleen in gebroken wit en niet knippewinkel of horecapand of op door de gerend. Elke m1 wordt als 0,2 m2 lichtreclame bemeente aangegeven markering indien oordeeld. dat noodzakelijk is voor een verkeersveilige plaatsing • eventueel dubbelzijdig bij plaatsing haaks op de gevel • maximaal 2 stuks • Vlaggen; alleen aanwezig tijdens openingstijden • losse borden alleen tijdens openingstijmax. 1 per 10 m1 gevel met maximum van 2. den toegestaan. Gaat ten koste van reclame haaks op de gevel. • Kleurstelling; Groen/mosterdgeel Per vlag max. 1 m2 • Parasols allen waar terrasvergunning is verleend en in kleuren groen, ecru of • logische plaatsing op de voorgevel van het bebordeaux rood drijfsgedeelte (welstand) • Achter en/of op ramen, gaat ten koste van 50% van reclame op de gevel (1 m2 achter raam = -0,5 m2 op de gevel) • maximaal 2 m2 per 10 m1 gevel • maximaal 1 m2 planten-/bloembakken per 10 m1 gevel • direct aansluitend en evenwijdig aan de voorgevel • maximale hoogte van de winkelrekken 2 m • maximale breedte van uitstallingen en eventuele reclame-uitingen 2 m • geen overkappingen toegestaan



17

VERKOOPPUNT VOOR MOTOROBRANDSTOFFEN Algemene uitgangspunten: • slechts bedrijfsgebonden merkreclame, logo en/of naamsaanduiding en interne spaaracties • geen verwijsreclame; • lichtreclame alleen toegestaan tegen de luifelrand, de pompeilanden en de pompshop; • brandstrofproducten- /prijsborden alleen inwendig zwak verlichten of zwak aanlichten. Oplichtende tekst en cijfers zijn niet toegestaan. • verlichting ten behoeve van reclamedoeleinden mag geen hinderlijke instraling hebben op lichtdoorlatende openingen in gevels of daken van woningen; • de vormgeving, plaats en kleur dient te worden afgestemd op de desbetreffende gevelopzet; • verkeersveilige plaatsing en een vrije doorgang van 1,25 meter trottoir • lichtreclame of aanlichten nabij ramen van woningen moeten voldoen aan NEN 1010. RICHTLIJNEN voor het beoordelen van vergunningsaanvragen Tegen de gevel(s) Maximale • Aan borden of letters, hoeveelmaximaal 5 % van de heid reclabetreffende gevel met me borden een maximum van 10m2 per 40 m1 gevel. • aan lichtreclame 3%van betreffende gevelopzet met en maximum van 5m2 per 40m1 gevel. • Achter en/of op ramen, gaat ten koste van 50% van reclame op de gevel (1m2 achter raam = -0,5 m2 op de gevel). Maximale • Dakranden en boeidehoeveellen in huisstijlkleuren heid kleurmax. 15 % van betrefaccenten fende geveloppervlak. • gaat ten koste van maximale hoeveelheid reclameborden. • Verlichting alleen naar de weg toegekeerde zijde. Max. lengte 80 % van de gevelbreedte Reclameborden Maximale 2 meter hoogte

Vlaggen en Vlaggen: alleen aanwezig spandoetijdens openingstijden, max. ken 1 per 10 m1 gevel met max. van 2 stuks. Gaat ten koste van reclame op de gevel. Uitstallingen


Op de dakrand Luifel • 3% van betreffende geveloppervlak • maximaal 5 m2 • (aanlichten of lichtbak toegestaan) • Gaat ten koste van max. hoeveelheid aan reclame tegen de gevel •

•

dakranden en boeidelen in huisstijlkleuren met logo of brandstof merk toegestaan. Verlichting alleen naar de weg toegekeerde zijde.

Vrijstaand • Max. 1 brandstofproduct-/prijsbord met een afmeting van 1,5 m2 per pompeiland met een max. van 6 m2 • eventueel dubbelzijdig. • Per pompeiland 1 aanbiedingen- of actiebord van 1,25 m2. • Max. 2 instructie- of verwijsborden voor nevenfuncties (wasstraat, water en lucht) van max. 0,5 m2. •

Aan en op de pompeilanden max. 2,5 m2

2 meter

1,5 meter

0,7 meter

•

•

2 spandoeken voor acties alleen onder de luifel en maximaal 2 m2.


• • • •

prijs en productbord max. hoogte gelijk aan toegestane aantal m2 1,5 meter Maximaal 2 vlaggenmasten van 6 meter hoog. Oppervlakte vlag max. 1,5 m2 Binnen een strook van 1 meter vanaf de voorgevel (hoofdentree) van de pompshop 18

• • • •



Max. 2 m2 per 10 m1 gevel Maximale hoogte 2 meter Max. breedte 1,5 meter Geen overkappingen toegestaan.

19

Reclame- en uitstallingenbeleid, gemeente EERSEL 2003 gepubliceerd 15 januari 2003

Recommend Documents