Privaatrecht (Les 7) De leer van het rechtsmisbruik Beperkingen stellen aan een volkomen vrije rechtsuitoefening o Wettelijke beperkingen: De wetgever kan grenzen stellen die men bij de uitoefening van een subjectief recht in acht moet nemen Bv Art. 544 BW Eigendomsrecht: geen gebruik maken van dat recht, dat strijdig is met de wetten of met de verordeningen (in dat artikel zit de beperking), voorschriften die de eigendom beperken Bv Huurovereenkomst van beperkte duur, opzegging (dwingend recht) o
Zorgvuldigheidsnorm: men is steeds gebonden door de zorgvuldigheidsnorm Bv Toekomstige medecontractant niet misleiden De leer van de culpa in contrahendo: schadeverwekkende, foutieve handelingen beteugelen in de precontractuele fase (= de fase die het sluiten van het contract voorafgaat, de onderhandelingsfase). De schuld bij het sluiten van het contract
o
Rechtsmisbruik: niet uitdrukkelijk vermeld in het BW, wel ontwikkeld door de rechtspraak en de rechtsleer
Ontwikkeling van de leer van het rechtsmisbruik: o De uitoefening van een recht zonder eigen belang met het opzet aan een ander nadeel te berokkenen Bv Een hoge schoorsteen met de bedoeling om de buurman zijn zonlicht te ontnemen o
De keuze die voor anderen het meest nadelig is (gelijk voordeel voor jezelf, maar je wenst nadeel voor een andere) Bv Een warenhuis aan zijn gevel een reclamepaneel aanbrengen, daardoor het reclamepaneel van een aanpalend warenhuis onzichtbaar wordt
o
Een rechtsuitoefening waarbij er een wanverhouding bestaat tussen het voordeel dat zij oplevert voor de titularis van het recht en de schade die zij voor de wederpartij meebrengt Bv Buurman heeft garage gebouwd 1 cm op de grond van de buurman. Heel garage afbouwen (voordeel voor de buurman => MAAR disproportioneel). Je beschikt over een recht, maar je misbruikt het => en dat mag NIET
Hof van Cassatie (10 september 1971): o De titularis (eigenaar subjectief recht) oefent zijn recht uit op een wijze die kennelijk (= manifest) de grenzen te buiten gaat van de normale uitoefening van dat recht door een redelijke persoon o
Een beperkte of marginale toetsing (= kennelijk en manifest; enkel de extreme gevallen worden gesanctioneerd) van de zorgvuldigheid Men moet zich steeds zorgvuldig gedragen en rekening houden met de belangen van anderen => CUMULATIEF
Emine Özen – Privaatrecht – (2013 – 2014)
Pagina 1
Gevolgen van het rechtsmisbruik: o Geen geldige rechtsgevolgen: in zoverre het recht misbruikt werd, heeft de uitoefening ervan geen rechtsgevolgen o
Degene die rechtsmisbruik heeft gepleegd, kan tot schadevergoeding worden veroordeeld Bv EOT-overeenkomst (Echtscheiding onderlinge toestemming): inzake uitkering aan de ex – echtgenote. Man krijgt zelf een uitkering (ong 1000 euro en 580 euro afstaan aan zijn ex – vrouw). Vrede rechter -> Rechtbank van Eerste Aanleg -> Hof van Cassatie (misbruik van het contractuele recht om dat alimentatiegeld te krijgen). ! Geen alimentatie meer hoeven betalen, beslissing van Rb1steAanleg werd door HvC goedgekeurd. Want anders kan de man niet meer menswaardig leven (Art. 23 GW) => in de context van familierecht misbruik mogelijk
Privaatrecht (Les 8) Subjectieve rechten <> Objectief recht: geheel van rechtsregels dat op een plaats van toepassing is Begrip o Juridisch bekrachtigde aanspraken en bevoegdheden die een rechtssubject op bepaalde zaken (= zakelijke rechten) of jegens bepaalde personen (= vorderingsrechten) kan uitoefenen om zijn doelstellingen te verwezenlijken Nut o
Bevoegdheidsverdeling onder de rechtbanken: Voor geschillen omtrent subjectieve rechten zijn de gewone (niet: de administratieve: RvSt) rechtbanken bevoegd Gewone rb: vrederechter, RbEa
Indeling o Politieke (= uitoefening van staatsgezag) en burgerlijke rechten o Patrimoniale en extra-patrimoniale rechten (= buiten het patrimonium)
Patrimoniale rechten: Alle goederen van een persoon vormen de actiefzijde van zijn vermogen (syn: patrimonium) = het geheel van in geld waardeerbare rechten en verplichtingen Begrip: Gerelateerd aan goederen: zaken waarop de mens zijn heerschappij kan uitoefenen en die op geld waardeerbaar zijn. o Een goed is altijd op geld waardeerbaar !! Maar zakelijke rechten zijn niet altijd op geld waardeerbaar !! o Er zijn twee soorten goederen: Lichamelijke en onlichamelijke Lichamelijke goederen: zintuiglijk waarneembaar, maar niet altijd vatbaar voor heerschappij of toe-eigening (zien / voelen / proeven => tastbaar stoffelijk bestaan)
Emine Özen – Privaatrecht – (2013 – 2014)
Pagina 2
!! Niet (in globo): res communes = gemene zaken, zaken die van iedereen zijn. Lichamelijke goederen !! (niet altijd voor toe-eigening vatbaar) Bv de lucht in het auditorium is van iedereen Bv Zonlicht Bv De Noordzee (niemand kan dit helemaal claimen) Niet voor toe-eigening vatbaar in hun geheel, maar soms wel in zijn onderdeel !!
Wel: res nullius = wel vatbaar voor toe-eigening mits respecteren van de regels (heerloze zaken), zaken die van niemand zijn. Lichamelijke goederen !! Bv wild in de bossen (jachtvergunning=> wel jachten) Bv Forel in stromend water (niet kwekerij !!)
Onlichamelijke goederen: Op geld waardeerbare rechten, zonder stoffelijk bestaan (niet met je zintuigen kunnen waarnemen), vertegenwoordigen een belangrijke patrimoniale waarde 3 categorieën: zakelijke rechten (eigenlijke + bijkomende), vorderingsrechten en intellectuele rechten
1) Zakelijke rechten: Onderscheid: o Eigenlijke zakelijke rechten (zakelijke hoofdrechten) (bv eigendomsrecht, vruchtgebruik,…) Verlenen een genots- en (eventueel) een beschikkingsrecht; hebben betrekking op de zaak zelf o
Bijkomende zakelijke rechten (zakelijke zekerheidsrechten) Additioneel t.a.v. een vorderingsrecht waarvan zij tot zekerheid strekken; hebben betrekking op de geldwaarde van de zaak
o
!! Numerus clausus-beginsel: Het is onmogelijk voor een persoon om nieuwsoortige zakelijke rechten te creëren. Dit recht is voorbehouden aan de wetgever Zakelijke rechten staan in boek III Bw => partijen kunnen zelf GEEN nieuwe zakelijke rechten creëren bij overeenkomst !!
1.1) Eigenlijke zakelijke rechten / zakelijke hoofdrechten: Hebben betrekking op een zaak !! Het eigendomsrecht (art. 544 BW)= het meest omvattende zakelijke recht o De titularis kan daden van bewaring stellen (dingen doen dat de zaak niet teniet gaat), heeft het recht van gebruik, genot, beheer én beschikking (overdragen van je beschikkingsrecht zou betekenen < overdracht van je eigendomsrecht)
Emine Özen – Privaatrecht – (2013 – 2014)
Pagina 3
o
Wel zijn er grenzen aan de uitoefening van de rechten (geen rechtsmisbruik!!)
o
Eigendom: eigenaar kan alles doen met zijn goed! Eigenaar worden door verkrijgende verjaring (30j) is mogelijk (maar periode van 30j => men was bezitter en niet de eigenaar)
o
Bezit: bezitter =/= eigenaar. Bezitter heeft de zaak wel in zijn macht en heeft de intentie om eigenaar te zijn = materieel en intentioneel!!) De bezitter is per definitie niet de eigenaar => omdat er een verschil is tussen eigendom en bezit !! Bezit = ook de intentie hebben om eigenaar te worden Juridische bezitter is niet per definitie de eigenaar!!
o
Detentie: enkel de zaak onder zich houden, niet de intentie hebben om eigenaar te worden Bv overeenkomst bewaargeving => de verbintenis van de vestiaire om je jas te bewaren => vestiairehouder is detentor / bewaarnemer !!
Bv kot huren (lichamelijk onroerend goed) => materieel bestanddeel is wel aanwezig, maar het intentioneel bestanddeel ontbreekt. De huurder heeft niet de intentie om eigenaar te worden, dus kan ook geen bezitter zijn
Bv huurder heeft een zakelijk recht op een kot dat hij huurt? FOUT => huurder heeft een vorderingsrecht op de verhuurder. Een goed verhuren =/= recht op bewoning toekennen (= stuk van eigendomsrecht afstaan, zakelijk recht overdragen => moet tegenwerpelijk zijn aan derden => dus overschrijving op hypotheekkantoor
Vruchtgebruik (art. 578-624 BW) o Een zakelijk hoofdrecht, geen vorderingsrecht tav eigenaar !! o Vruchtgebruiker =/= eigenaar o
Het recht om van een zaak waarvan een ander de eigendom heeft, het genot te hebben, zoals de eigenaar zelf, maar onder de verplichting de zaak zelf in stand te houden
o
De “volle” eigendom wordt opgesplitst in: “Blote” eigendom (voor de eigenaar(s)) + vruchtgebruik (voor de vruchtgebruiker)
o
Toepassingen van vruchtgebruik: Bv In het erfrecht: t.v.v. de LLE / LLWSP: De LLE (langstlevende echtgenoot) die in samenloop komt met afstammelingen van de overledene, erft het vruchtgebruik op de gehele nalatenschap (Art. 745bis, § 1, eerste lid B.W.) De langstlevende wettelijk samenwonende partner erft het vruchtgebruik op het onroerend goed dat tijdens het samenwonen het gezin tot gemeenschappelijke verblijfplaats diende en van het daarin aanwezige huisraad (Art. 745octies § 1 eerste lid B.W., ingevoerd door de Wet van 28 maart 2007)
Emine Özen – Privaatrecht – (2013 – 2014)
Pagina 4
≠ het recht op de huur dat de langstlevende wettelijk samenwonende (die geen afstammeling is van de overledene) als enige, met uitsluiting van alle andere erfgenamen, verkrijgt van het onroerend goed dat bij het openvallen van de nalatenschap van de vooroverleden wettelijk samenwonende het gezin tot gemeenschappelijke verblijfplaats diende (+ het vruchtgebruik van het daarin aanwezige huisraad) (art. 745octies § 1 tweede lid B.W.) Ook de LLE verkrijgt het recht op huur van het onroerend goed dat bij het openvallen van de nalatenschap van de overledene tot gemeenschappelijke verblijfplaats diende (art. 745bis § 3 B.W.)
Bv In het huwelijksvermogensrecht: de vruchten van eigen goederen vallen in het gemeenschappelijk vermogen De vruchten van eigen goederen vallen in het gemeenschappelijk vermogen (inkomsten vallen in het gem.verm.), ook al komt dat op een rekening toe => gemeenschappelijke gelden Goederen van voor het huwelijk / schenkingen => blijven eigen
Bv In het familierecht: het ouderlijk vruchtgenot Tot de 18de verjaardag kunnen de ouders spaarrekening van hun kind leeghalen => voor 18de verjaardag? Afhaling geldig !! Kapitaal moet worden aangewend voor het belang van het kind, interest mogen de ouders zelf ontvangen.
Erfdienstbaarheden (art. 637-710bis BW) o Lasten die op een erf (lijdend erf: het dragen van een last) gelegd worden tot gebruik en tot nut van een erf (heersend erf) dat aan een andere eigenaar toebehoort o (Onroerend recht, nooit verbonden aan een persoon) o Drie categorieën erfdienstbaarheden: Natuurlijke erfdienstbaarheden (bv. het aflopen van water) Eigenaar van een hoger gelegen erf mag geen dam bouwen => lager gelegen erf heeft geen water
Wettelijke erfdienstbaarheden (bv. een recht van uitweg, het ladderrecht) Verplicht toestaan
Erfdienstbaarheden bij de wil van de mens (bv. een recht om water te putten, een weiderecht) Conventioneel / bij overeenkomst / mondeling
Het recht van opstal (wet 10 januari 1824) o Het recht om gebouwen, werken of beplantingen op andermans erf te bezitten o Maximaal voor 50 jaar, maar verlengbaar <> erfpacht !! o Techniek van het recht van opstal: De grondeigenaar draagt conventioneel de voordelen van zijn recht van natrekking over, al dan niet tegen vergoeding o
Nut van het opstalrecht: dubbel voordeel Voor de grondeigenaar (opstalgever): kan een vergoeding ontvangen; wordt eigenaar bij de beëindiging van het opstalrecht, tegen betaling van de actuele waarde v/d opstallen
Emine Özen – Privaatrecht – (2013 – 2014)
Pagina 5
Voor de opstalhouder: moet niet investeren in de aankoop van de grond Bv Bouwpromotie (huizen bouwen op gronden die niet van de firma is, maar particuliere eigenaar => huis verkopen: 2 verkopers aanwezig (grond + huis)). Bij de notariële akte zullen er drie partijen zijn (koper + grondeigenaar + eigenaar van huis)
Erfpacht (wet 10 januari 1824) o !! mogelijke examenvraag !! 2 gelijkenissen en 2 verschillen tussen erfpacht en opstal !! o Het recht om het vol genot te hebben van een aan een ander toebehorend onroerend goed, onder de verplichting om aan deze laatste een jaarlijkse pacht (cijns) te voldoen, hetzij in geld, hetzij in voortbrengselen of vruchten o
Erfpacht moet minstens 27 jaar en mag maximaal 99 jaar duren
o
De erfpachter mag het goed bebouwen en de bestemming ervan wijzigen, zonder de waarde van de grond te verminderen Bv In erfpacht aanbieden van huizen (tot max 99j) => geen eigenaar ervan worden, wel erfpachter (volle genot tot 99j misschien)
1.2) Zakelijke zekerheidsrechten / bijkomende: Een bepaald goed strekt tot zekerheid (waarborg) van de terugbetaling van een schuld (verhouding SA – SE) De schuldeiser met een zekerheid (= over een zakelijk zekerheidsrecht beschikken) wordt bij voorrang betaald met de opbrengst van dat goed o Zekerheid is gekoppeld aan een goed (= doorbreking van de paritas creditorum (= gelijkheid onder de SE) en de pondspondsgewijze verdeling) !!OPZOEKEN!! Drie categorieën zakelijke zekerheidsrechten: o Voorrechten: Geen voorrecht zonder wettekst !! Een recht dat de schuldeiser, krachtens de wet en uit hoofde van de aard van de schuldvordering toekomt, waardoor hij voorrang verkrijgt boven alle andere schuldeisers (Bv het voorrecht wegens kosten tot behoud van de zaak, het voorrecht v/d begrafenisondernemer) o
Hypotheken: Onroerend goed altijd !! <> pand (roerend goed) !! Een recht op een onroerend goed, dat bestemd is tot zekerheid van een schuldvordering, zonder dat de schuldenaar zijn goed uit handen geeft Bv Je mag in het huis blijven wonen => de bank beschikt wel over de mogelijkheid -als je je lening niet afbetaalt- om beslag te leggen op je huis => het doen verkopen
(Wettelijk of conventioneel gevestigd)
Emine Özen – Privaatrecht – (2013 – 2014)
Pagina 6
o
(In)pand(geving): Roerend goed altijd !! <> hypotheek (onroerend goed) !! Een contract waarbij de schuldenaar een roerend goed afgeeft aan zijn schuldeiser, tot zekerheid van de schuld, waarbij de schuldenaar zijn goed uit handen geeft Steeds conventioneel, mbt lichamelijke of onlichamelijke goederen Bv schuldvordering (vorderingsrecht) in pand geven kan
Altijd conventioneel
2) Vorderingsrechten: Geven recht op de prestatie van een andere persoon: o Doen Bv huurovereenkomst sluiten => goed ter beschikking stellen o
Laten (= niet – doen) Bv Niet – concurrentiebeding
o
Geven (= overdracht van een zakelijk recht) Bv Iets verkopen, zakelijke rechten die vroeger van jouw waren, ben je nu kwijt
Zakelijke rechten vs vorderingsrechten: Klassieke opvatting (achterhaald onderscheid!!): o Zakelijke rechten gelden erga omnes (tav iedereen) o Vorderingsrechten gelden enkel inter partes (tussen de partijen) Modernere visie (achterhaald onderscheid!!): o Het onderscheid tussen beide categorieën rechten is enkel manifest wat hun interne werking betreft o Niet qua externe werking Interne werking: o Het voorwerp van het recht is duidelijk verschillend Zakelijk recht slaat op een zaak terwijl een vorderingsrecht betrekking heeft op personen Externe werking: o Ook vorderingsrechten zijn tegenwerpelijk aan derden, die de uitoefening van andermans vorderingsrecht niet mogen verhinderen (derde-medeplichtigheid aan contractbreuk is een fout) De titularis van een zakelijk (zekerheids)recht geniet o !! Volgrecht: hij kan de zaak waarop het recht slaat, terugvorderen (als eigenaar) of doen verkopen (als hypothecaire of bevoorrechte schuldeiser), ongeacht in wiens bezit de zaak is Bv Bank kan de zaak volgen en eventueel doen verkopen (hypotheek uitwinnen, via beslagprocedure) => de zaak in beslag nemen en dan doen verkopen
Emine Özen – Privaatrecht – (2013 – 2014)
Pagina 7
o
!! Voorkeurrecht: hij wordt in principe bij voorrang betaald (belang v/d publiciteit bij hypotheken) Bv 2 leningen bij verschillende banken => in eerste rang (bank) = goed!! => wie als eerst hypotheek laten INSCHRJIVEN (niet overschrijven)=> als eerste betaald worden
3) Intellectuele rechten: Verschaffen een tijdelijk en exclusief exploitatierecht op een (originele of nieuwe) creatie van de menselijke geest M.a.w.: derden wordt verboden om van deze creaties gebruik te maken of ze te miskennen De voornaamste soorten zijn: (definities zie boek!!) o Auteursrecht: rechten overdragen aan de uitgeverij o Octrooi: exploitatierecht op originele technische creaties o Tekeningen en modellen o Chips o Computerprogramma’s en databanken
Extrapartimoniale rechten: Hebben betrekking op niet in geld waardeerbare belangen, behoren niet tot het vermogen van een persoon en zijn onvervreemdbaar Twee categorieën: o Persoonlijkheidsrechten Recht op fysieke (bv geen gedwongen DNA-onderzoek), psychische en morele integriteit Recht op naam: Het recht op een naam is een persoonlijkheidsrecht, dat als grondrecht wordt gekwalificeerd. Dit impliceert het recht om een naam te dragen (niet: om zijn/haar naam door te geven)
o
Recht op afbeelding Het recht om niet afgebeeld te worden !!
Recht op privacy Bv betrapping op overspel mag niet tussen 9u ’s avonds en 5u ‘s morgens
Familierechten Recht op huwelijk (Art. 12 EVRM) Recht om uit de echt te scheiden Recht om een wettelijk samenwoning aan te gaan Recht om een afstammingsvordering in te leiden (Art. 331 quater Bw) Bv Man heeft een kind verwekt buiten het huwelijk, maar had ook nog twee andere kinderen (binnen huwelijk!!) => huwelijkskinderen proberen een deal te sluiten met dat buitenechtelijk kind => overeenkomst in orde?? Overeenkomst schendt de Openbare Orde Afstammingsvordering instellen zou door iedereen moeten lukken !! Overeenkomst zou absoluut nietig zijn !!
Emine Özen – Privaatrecht – (2013 – 2014)
Pagina 8
Privaatrecht (Les 9) Indeling van het materieel privaatrecht
Burgerlijk recht (civiel recht / privaatrecht) Handelsrecht Sociaal recht Internationaal privaatrecht
Burgerlijk recht: o Regelt de private rechtsbetrekkingen tussen de burgers onderling o
= het gemeen (= gewoon verwijzen naar gemeen recht, basisprincipes van burgerlijk recht zijn dan van toepassing) (privaat) recht en wordt ingedeeld in… Personen- en familierecht (= extra – patrimoniaal familierecht) Vermogensrecht (= patrimoniaal recht, hebben te maken met geld) Familiaal vermogensrecht (= patrimoniaal familierecht, hebben te maken met geld)
o
Personenrecht: De persoon en de juridische persoonlijkheid (= begint bij de levende en levensvatbare geboorte & eindigt bij de dood / het overlijden)
Er zijn twee soorten personen die voor het recht kunnen bestaan (fysieke personen en rechtspersonen) Beschermingsstatuut voor minderjarigen (ouderlijk gezag, voogdij, ontvoogding, pleegvoogdij) Personenbeschermingsrecht (algemeen en bijzonder): Algemeen personenbeschermingsrecht: (de persoonlijkheidsrechten) Bv Recht op eerbiediging van het privé – leven: de leden van een jongenspopgroep hebben het recht hun veronderstelde homoseksualiteit voor zichzelf te houden en zich in hun relatie met hun vrouwelijke fans een imago van heteroseksualiteit aan te meten, omdat het iedereen vrijstaat zelf de grenzen van zijn privé - leven uit te tekenen. Of overspel enkel van 9u ’s avonds tot 5u ’s morgens. Seksuele geaardheid van de mens moet ook gerespecteerd te worden
Bv Recht op afbeelding: naaktfoto’s van de spelers van Club Brugge, genomen in de kleedkamer tijdens de feestroes bij de kampioenenviering 1991-92, mogen niet zonder toestemming gepubliceerd worden (ook al zijn dit publieke personen). Zich verzetten tegen de publicatie van de foto’s
Bv Recht op eer en goede naam: moet worden bekeken in het licht van het recht op persvrijheid en het recht van antwoord. Allerlei lasterlijke reacties (laster en eerroof => strafrechtelijke veroordeling mogelijk)
Emine Özen – Privaatrecht – (2013 – 2014)
Pagina 9
o
Bijzonder personenbeschermingsrecht: Minderjarigen (= beschemingsstatuut: ouderlijk gezag, voogdij, ontvoogding en pleegvoogdij) Geesteszieken (= nu bestaan: de verlengde minderjarigheid, voorlopig bewind, gerechtelijk onbekwaamverklaarden, bijstand van gerechtelijk raadsman)
Familierecht: Verticale familiale relaties: Bv Afstamming: de dalende lijn van bloedverwantschap tussen verschillende generaties. !! Moederschap wordt vermoed !! Betwisting van afstamming vereist een gerechtelijke procedure, maar de vaststelling ervan vereist geen vonnis
Bv Adoptie: een instelling waarbij tussen twee personen een juridische band min of meer gecreëerd wordt die, naargelang het soort adoptie, dezelfde rechtsgevolgen met zich meebrengen als de gewone afstammingsband Gewone adoptie: blijft het kind familie van de beide familie; zonder dat de banden van de oorspronkelijke ouders doorknipt worden (adoptieband is beperkter)
Volle adoptie: wordt het kind zogenaamd uit zijn oorspronkelijke familie genomen om te worden opgenomen in zijn nieuwe familie, je maakt in principe geen deel meer uit van je oorspronkelijke familie meer je treedt volledig in de familie van de adoptant
Bv Beschermingsstatuten voor minderjarigen Bv Beschermde meerderjarigen
Horizontale familiale relaties: Bv Huwelijk: het burgerlijk huwelijk is het wettelijke huwelijk Toetredingsovereenkomst tot een burgerlijk instituut (het tot stand brengen van een duurzame levensgemeenschap) Maar huwelijksbeletselen (uitzondering op genotsbekwaamheid) !! Elk gehuwd paar is onderworpen aan een huwelijksvermogensstelsel Echtgenoten die geen huwelijkscontract gesloten hebben, zijn onderworpen aan het wettelijk stelsel Het eigen vermogen van de ene echtgenoot Het eigen vermogen van de andere echtgenoot Het gemeenschappelijk vermogen
Bv Echtscheiding: de rechter beëindigt de rechter uw huwelijk, wijze om een rechtsgeldig afgesloten huwelijk te ontbinden =/= echtscheiding niet nietigverklaring!! (het huwelijk wordt ontbonden Bij nietigverklaring => ex tunc (retroactief) Bij echtscheiding => ex nunc (enkel voor de toekomst)
Emine Özen – Privaatrecht – (2013 – 2014)
Pagina 10
!! Schijnhuwelijk nietigverklaring => schendt de openbare orde
Bv E.O.T.: gebaseerd op een onderling akkoord van de echtgenoten op alle punten. Vooraf moeten de echtgenoten een overeenkomst opstellen waarin zij een regeling vastleggen omtrent: De wederzijdse rekeningen en de vereffening of verdeling van hun gemeenschappelijk vermogen De verblijfplaats van elk van beiden tijdens de procedure De kinderen, namelijk over de uitoefening van het ouderlijk gezag, over de verblijfsregeling en over het onderhoudsgeld De eventuele onderhoudsuitkering tussen de echtgenoten
Bv Wettelijke samenwoning: twee personen die samenwonen dienen bij hun gemeente en verklaring af te leggen van wettelijk samenwonen. Deze aangifte geeft een zekere juridische bescherming. Geldt voor heteroseksuele of homoseksuele partners Stukje gelijklopend met het huwelijk maar er is geen gemeenschap Er is zelfs geen samenlevingsverplichting Rechten en plichten van de samenwonenden: De bescherming van de gezinswoning Samenwonenden moeten bijdragen in de lasten van het samenleven naar evenredigheid van hun mogelijkheden In bepaalde schulden bestaat er hoofdelijke verbintenis tussen samenwonenden
Negatief: kan eenzijdig worden ontbonden => eens beëindigd dan bestaan er geen bescherming meer (je kunt wel naar de vrederechter gaan om voorlopige maatregelen te vragen) !! Vanaf 1 september => naar de familierechter gaan maar naar de vrederechter Wel fiscale voordelen (!! Creëert wel erfrecht, maar niet veel)
Bv Feitelijke samenwoning: niet wettelijk geregeld, geen relatie vermogensrecht (dus men moet naar de rechter van kortgeding gaan => wel urgentie bewijzen) Alles wat niet huwelijk en wettelijke samenwoning is Wordt niet geregeld door het recht !! Er zijn in het Gerechtelijk Wetboek geen regels die gaan over feitelijke samenwonen Feitelijk samenwonen vraagt totaal geen formaliteiten Algemeen principe: goed voor de economisch sterkere partij (niet goed voor de economisch zwakkere)
Emine Özen – Privaatrecht – (2013 – 2014)
Pagina 11
o
Vermogensrecht: Zakenrecht (bv eigendom, bezit, zakelijke genotsrechten dus patrimoniaal recht) Zekerheidsrecht (bv persoonlijke en zakelijke zekerheden, zekerheden enkel nodig als mensen hun verbintenissen niet correct uitvoeren (insolventie en executierechten)) Vorderingsrechten (bv in feite verbintenissenrecht, verbintenissen die men moet uitvoeren) Intellectuele rechten (bv auteursrecht)
o
Familiaal vermogensrecht: Huwelijksvermogensrecht: Geheel van regels die enerzijds de vermogensrechterlijke belangen tussen de echtgenoten regelen omtrent hun levensgemeenschap die ontstaat tijdens het huwelijk en anderzijds hun vermogensverhouding ten opzichte van derden Primair huwelijksstelsel: regels van vermogensrechtelijk aard die van toepassing zijn op alle gehuwde ongeacht hun huwelijksvermogensstelsel. Van deze regels kan bij huwelijkscontract niet worden afgeweken
o
Secundair wettelijk huwelijksstelsel: de echtgenoten kunnen vrij het secundair stelsel kiezen dat hun geschikt lijkt, zonder daarbij echter de regels van het primair huwelijksstelsel te overtreden, die op alle gehuwden van toepassing zijn
Erfrecht: Deel van het burgerlijk rechte dat de erfopvolging / successie regelt (regelen van wat er zal gebeuren met de bezittingen en schulden van iemand als die sterft) Boek III Bw
+ Estate planning: het beheer van iemand z`n kapitaal en vermogen, met als doel de nalatenschap belastingtechnisch zo voordelig mogelijk over te dragen aan de erfgenamen Georganiseerde vormen om belasting te ontduiken, bijzondere aandacht aan de fiscale gevolgen van de geplande vermogenstransactie Van belang voor mensen die veel geld hebben
Bronnen: Nationale bronnen: Het Burgerlijk Wetboek van 1804 Een “code”: gecodificeerde wetgeving (als concept veel beter) Drie boeken: Personen Goederen en verschillende beperkingen van de eigendom Op welke wijze eigendom verkregen wordt
Emine Özen – Privaatrecht – (2013 – 2014)
Pagina 12
Structuur en tekst van het BW zijn niet meer aangepast aan de noden van de hedendaagse maatschappij Wijzigingen gebeurden pas de laatste decennia en vaak partieel, zonder goed oerzicht op het geheel
Talrijke bijzondere wetten Bv Wet bankverrichtingen minderjarigen Bv Orgaantransplantatiewet Bv Jeugdbeschermingswet Bv Erfpachtwet van 10 jan 1824 Bv Opstalwet van 10 jan 1824
Rechtspraak en rechtsleer Rechtspraak: Bv De leer van het rechtsmisbruik (Cass. 10/9/1971) Handig gebruik maken van een wettelijk recht louter om een ander te schaden
Rechtsleer: Bv De theorie van de gekwalificeerde benadeling Er is sprake van gekwalificeerde benadeling wanneer een wanverhouding tussen wederzijdse verbintenissen haar oorsprong vindt in het misbruik door één van de contractanten van de inferioriteit (zwakheid, hartstocht, onwetendheid, onervarenheid) van de andere partij. De theoretische grondslag is omstreden, maar men zou kunnen zeggen dat de functie ervan bestaat in het sanctioneren van het misbruik van de vrijheid tot contracteren. De theorie kan slechts met grote omzichtigheid worden toegepast, met name wanneer drie toepassingsvoorwaarden cumulatief vervuld zijn: - de benadeelde dient zich in een inferieure positie te bevinden ten opzichte van zijn medecontractant - de bevoordeelde dient misbruik te maken van de minderwaardige positie - het misbruik dient te resulteren in een grof benadelend contract.
Emine Özen – Privaatrecht – (2013 – 2014)
!! In het Bw is er geen enkele regel die gaat over gekwalificeerde benadeling (maar de gewone benadeling wordt wel geregeld in het Bw) => Rechtspraak heeft hier rechtsleer gevolgd
Pagina 13
De gebruiken Bv Art. 1754 Bw: “Herstellingen ten laste van de huurder, of geringe herstellingen tot onderhoud, waartoe, behoudens andersluidend beding, de huurder gehouden is, zijn die welke door het plaatselijk gebruik als zodanig beschouwd worden en, onder andere, (…)”. Bv schade aan haard / muur / vloertegels => schade is voor de huurder, maar afhankelijk van de plaatselijke gebruiken
Internationale bronnen: Internationale verdragen zoals het EVRM (wel directe werking), het IVRK (= het Internationaal Verdrag inzake de Rechten van het Kind (een mondiaal verdrag, wel een comité voor de ‘afdwinging’: comité kan enkel aanbevelingen doen, dringt niet door in de Belgische rechtsorde)…
+ Rechtspraak van het EHRM Bv het arrest Marckx v. Belg Een arrest van het Europees Hof voor de Rechten van de Mens van 13 juni 1979 in de zaak Marckx tegen België. Alexandra Marckx is het kind van een bewust ongehuwde moeder die bij de geboorte van haar kind tot de ontdekking kwam dat ze het moest erkennen om de afstammingsband wettelijk vast te stellen, terwijl een gehuwde moeder dat niet moest doen. Het Europees Hof voor de Rechten van de Mens gaf haar gelijk en oordeelde in 1979 dat de Belgische Staat een einde moest maken aan de discriminatie tussen wat men vroeger natuurlijke en wettige kinderen noemde.
Handelsrecht: o Een specialisatie van het burgerlijk recht, van toepassing op handelaren en commerciële verrichtingen o Ontstaan is historisch te verklaren o Indeling: Handelsrecht (sensu stricto): Amalgaam van rechtsregelen die van toepassing zijn op commerciële verrichtingen en op handelaars Hoofdzakelijk privaatrechtelijk van aard Economisch recht: Marktrecht = omvat de organisatie van de markt en de ondernemingsactiviteit Hoofdzakelijk publiekrechtelijk van aard Financieel recht: Regelt het krediet, het geld, de effecten en de effectenmarkt o
Verhouding handelsrecht – burgerlijk recht Onderscheid: Aanvullend handelsrecht (additioneel): Regelt privaatrechtelijke aspecten van het economisch leven die niet in het BW worden behandeld omdat de gewone burger er niet mee geconfronteerd wordt Bv Vennootschappen, verzekeringen, vervoersovereenkomst
Emine Özen – Privaatrecht – (2013 – 2014)
Pagina 14
Afwijkend handelsrecht: Afwijkende regels ivm materie die wel in het burgerlijk recht is behandeld Het bestaan zelf is gecontesteerd: in andere landen geldt een eenvormige regeling voor eenieder Toepassingsgebied van het afwijken handelsrecht (afgebakend aan de hand van twee begrippen): Daden van koophandel: limitatief opgesomd (= enkel degene die daar zijn opgesomd) <> exemplatief (bij wijze van voorbeeld) in Art. 2, 2bis en 3 WKh Soms gaat het om volgehouden activiteiten, soms worden ook eenmalige handelingen geviseerd: o Elke aankoop van voedingsmiddelen en koopwaren, om die, al dan niet na bewerking of verwerking, weder te verkopen o Alle verbintenissen uit wisselbrieven, mandaten, orderbriefjes of ander order –of toonderpapier o Alle verrichtingen van ondernemingen van openbare or particuliere werken
Emine Özen – Privaatrecht – (2013 – 2014)
Het gaat hier om objectieve daden van koophandel: verrichtingen die wegens hun aard als daden van koophandel worden beschouwd. Zij zijn aan het afwijkend handelsrecht onderworpen, op voorwaarde dat zij met winstoogmerk werden gesteld (subjectieve beoordeling, beoogt men die daden ja of neen) o Het winstoogmerk wordt vermoed, maar het tegenbewijs kan worden geleverd, waarna het burgerlijk recht (en niet het afwijkende handelsrecht) geldt o Tegenbewijs: dan geldt het gemeen recht en niet afwijkend handelsrecht Bv Is de exploitatie, door een pastoor, van een zwembad, een daad van koophandel o Neen! o Het gaat om een “onderneming van openbare schouwspelen” in de zin van Art. 2 WKh, die evenwel door gebrek aan winstoogmerk, niet kan worden beschouwd als een handelsonderneming (Cass. 19 jan 1973)(niet voldaan aan het subjectieve criterium)
Pagina 15
o
Tot de objectieve daden van koophandel behoren: o De distributie (warenhuizen) o De industriële productie (grote en kleine bedrijven die iets produceren) o Een groot deel v/d dienstensector o De bank -, verzekerings - en financiewereld
Maar niet: o De landbouw (boeren) en de mijnbouw o De vrije beroepen (artsen, advocaten en notarissen)
Handelaar: (kooplieden) zijn “zij die daden uitoefenen, bij de wet daden van koophandel genoemd, en daarvan, hoofdzakelijk of aanvullend, hun gewoon beroep maken” Art. 1 WKh Een handelaar oefent dus beroepsmatig daden van koophandel uit (met winstoogmerk) Buitenstaanders ervaren moeilijkheden met deze kwalificatie, vandaar dat de wet een weerlegbaar vermoeden heeft ingevoerd, ter bescherming van niet-handelaars… “Alle verbintenissen van kooplieden betreffende zowel onroerende als roerende goederen [zijn subjectieve daden van koophandel], tenzij bewezen is dat ze een oorzaak hebben vreemd aan de koophandel” (Art. 2 in fine W.Kh.)
Inhoud van het afwijkend handelsrecht: Gevolgen van het onvermogen: het faillissement (enkel een handelaar kan failliet worden verklaard) Bewijs van rechtshandelingen (Art. 1341 BW: tussen handelaars is geen schriftelijk bewijs vereist boven de 375 euro). Ook al een rechtshandeling boven 375 euro => gemeen bewijsrecht geldt hier niet => vormloos bewijs leveren Bevoegdheid van de rechtbanken
Bronnen: Nationale bronnen: Wetboek van Koophandel (recente codificatie !) Wetboek van Vennootschappen (recente codificatie !) Bijzondere wetgeving: Wet marktpraktijken en consumentenbescherming Wet consumentenkrediet Faillissementswet
Emine Özen – Privaatrecht – (2013 – 2014)
Pagina 16
Rechtspraak en rechtsleer De gewoonte en het rechtsgebruik Bv Het vermoeden van hoofdelijkheid tussen handeldrijvende schuldenaars en de informele wijze van ingebrekestelling tussen handelaars !! 1 echtgenoot koopt een wasmachine => de verkoper kan van de andere echtgenote vorderen => het volledige bedrag van de andere kunnen vorderen (schoolrekening, opvoedingsschulden => niet betalen ? => hoofdelijke gehoudenheid => echtgenote moet dit betalen !! Hoofdelijkheid wordt niet vermoed
Feitelijke contractuele gebruiken en gebruikelijke bedingen De algemeen gangbare handelspraktijken, die hun bindende kracht ontlenen aan de wil van partijen (expliciet of stilzwijgend geuit)
Internationale bronnen: Internationale verdragen Europees recht: Verordeningen: EU beslist => moet nageleefd worden (dwingend en bindend!) Richtlijnen: binnen een tijd omzetten van Europese wetgeving in nationale wetgeving (niet bindend, maar men dient zich wel eraan te houden)
Privaatrecht (Les 10) Sociaal recht: een geheel van rechtsregels ivm arbeids (recht), bestaanszekerheid (sociaalzekerheidsrecht) en sociale bijstand (welzijnsrecht) o
Arbeidsrecht: Regelt de beroepsarbeid verricht op de officiële arbeidsmarkt die een inkomen oplevert
+ Bestrijding van de informele arbeid (“zwartwerk”= illegale arbeid (bv het kweken van cannabis) Vorm van arbeid met miskenning van sociale zekerheidsrechten en fiscaalrecht Ontduiking van btw (men betaalt geen btw). Gunst >> meestal 6 procent btw uitsparen
Voordeel voor de werknemer: bij contractuele wanprestatie kan men niet de werknemer aanspreken, want er is geen overeenkomst. Als er iets mis loopt =>zwartwerker aanklagen kunnen aanklagen? Neen, kan niet !! Want btw ontduiken mag niet => geen verhaal op de zwartwerker als er wanprestatie is
Zwartwerknemer betaalt geen inkomstenbelastingen (voordeel WN is groter dan voordeel WG)
Emine Özen – Privaatrecht – (2013 – 2014)
Pagina 17
o
Diverse deelgebieden: Arbeidsreglementering / administratief recht: (= werknemer beschermen tijdens uitvoering arbeid, arbeidsduur is vastgelegd, vakantie). Enkel regels! Voornamelijk administratiefrecht, geen materieel privaatrecht
Arbeidsovereenkomstenrecht of verbintenissenrecht: (= wederzijdse en contractuele rechten en verplichtingen van werknemers en werkgevers). Puur materiaal privaatrecht, beëindiging en het sluiten van arbeidsovereenkomsten. Bv Bellens (ontslagen, beëindiging door de WG, wegens fout) Beëindiging: door de WN (eigenlijk opzegging) => men moet de opzeggingstermijn respecteren Ontslag: door de WG
Loonregeling en -bescherming + vorming v/d WN
Collectief arbeidsrecht: collectieve verhoudingen werkgever en werknemer. Altijd over een groep werknemers, deal sluiten met 1 of meerdere WG
Arbeidsmarktrecht: toegang tot het arbeidsproces (werkgelegenheid en intrede werkzoekenden in de arbeidsmarkt, economisch en publiekrecht)
Sociaal handhavingsrecht: naleving van het arbeidsrecht, toezichtmaatregelen en sancties (vooral strafrecht). Aangevuld met sociaal strafrechtboek Bv zwartwerk zal gestraft worden, handhaving van de bepalingen van het sociaal recht
Socialezekerheidsrecht: Beoogt dekking te bieden tegen sociale risico’s door toekenning van sociale uitkeringen Sociale risico’s: Bv ziekte (=> ziekte-uitkering van de mutualiteit) Bv invalide Bv ontslag Bv zwangerschap (= kinderlast wordt als sociale risico gezien / kinderen worden als een last gezien=> zwangerschapsuitkering van de mutualiteit) Bv werkloosheid (= werkloosheidsuitkering) Bv arbeidsongeval Bv beroepsziekte Bv overlijden
Gebaseerd op het verzekeringsprincipe (bijdragen) Maar ook op solidariteit
Emine Özen – Privaatrecht – (2013 – 2014)
Pagina 18
o
Het “sociaal statuut der zelfstandigen” is beperkt tot (wel veel aftrekkosten> minder belastingen betalen): Gezinsbijslag (dat heeft iedereen) Pensioenregeling: krijgen minder pensioen Ziekte- en invaliditeitsverzekering !! De zelfstandigen kunnen geen werkloosheidsuitkering krijgen! Maar bijkomende verzekeringen zijn mogelijk
Sociale bijstand (volledig solidariteit) Biedt hulp aan al wie niet in zijn levensonderhoud kan voorzien en die niet in aanmerking komt voor socialezekerheidsuitkeringen
Gefinancierd met overheidsmiddelen
Behoeftigheid volstaat om hulp te verkrijgen Bv Tegemoetkomingen aan gehandicapten Bv Gewaarborgd inkomen aan bejaarden zonder pensioen Bv Gewaarborgde gezinsbijslag aan studenten met kinderen Bv Leefloon: vroegere staatsminimum Door OCMW: mag leefloon terugvorderen van de onderhoudsplichtigen, noden binnen de familie eerst door de familie tegemoetkomen. Ouders zouden de studies moeten betalen. In sommige gemeenten (heel veel terugvorderen van leefloon). In de praktijk te weinig teruggevorderd
o
Bv andere hulp in geld of in natura (looprekken en dergelijke)
Bronnen: Nationale bronnen (!!! Er bestaat geen sociaalrecht wetboek !!) Afzonderlijke wetten (en KB’s), sociaal recht wijzigt ongelooflijk!! Kaderwetten met uitvoeringsbesluiten Individuele arbeidsovereenkomsten (overeenkomst kan ook een bron van recht zijn) !! Collectieve arbeidsovereenkomst (CAO’s), collectiviteit van werknemers: Een collectieve arbeidsovereenkomst is een akkoord gesloten tussen één of meer werknemersorganisaties en één of meer werkgeversorganisaties of één of meer werkgevers, waarbij de individuele en collectieve betrekkingen tussen werkgevers en werknemers in ondernemingen of in een bedrijfstak worden vastgelegd en de rechten en de verplichtingen van de contracterende partijen worden geregeld Op ondernemingsvlak, bedrijfsvlak en op nationaal niveau
Internationale bronnen: Internationale verdragen Verordeningen Richtlijnen Verklaringen Naar een “sociaal Europa”?
Emine Özen – Privaatrecht – (2013 – 2014)
Pagina 19
Internationaal Privaatrecht / conflictenrecht (geen materieel recht, is keuzerecht, welke keuzes moet er in bepaald geval gemaakt worden) o Bestaansreden: Talrijke grensoverschrijdende rechtsbetrekkingen hebben aanknopingspunten met meerdere rechtsstelsels, waardoor bijzondere juridische vragen rijzen (chronologie 1-2-3) 1) Internationale bevoegdheid: in welk land moet/kan een gerechtelijke procedure gevoerd worden? Voor welke rechter kan ik die zaak brengen
o o
o
2) Toepasselijk recht: welke (nationale) rechtsregels zijn van toepassing? Welk recht moet de rechter toepassen
3) Erkenning en tenuitvoerlegging (van buitenlandse gerechtelijke uitspraken in België), rechtsgevolgen in Belgische rechtsorde, bv inroepbaar in Duitsland
= rechtskeuzerecht !! Weens Koopverdrag => koop verkoop tussen verschillende landen => enkel ROERENDE LICHAMELIJKE ZAKEN !! = regels dezelfde voor alle partijen (uniforme rechtsregels die in zeer vele landen gelden) 3 mogelijke theoretische oplossingen: Eenmaking van het recht Territorialiteitsbeginsel: rechtskeuze => elke rechter past het recht van zijn eigen territorium toe (eigen nationaal recht krijgt voorrang !!). Handig voor de rechter, voordeel (goed gekend door de rechter !!) =>problemen Personaliteitsbeginsel: de rechter past het recht toe van de nationaliteit van de eiser, de rechter moet het recht van de nationaliteit het slachtoffer toepassen
o
Genuanceerde oplossing in het huidige ipr Alle ipr ter wereld (= elk land heeft zijn eigen ipr) (Belgisch ipr =/= Duits ipr) !! Ipr in zekere zin nationaal !! !! Ipr zelf is in essentie nationaal recht !! Verwijzingsregels, die het rechtsstelsel aanduiden dat op een bepaalde categorie juridische problemen van toepassing is. Vooraleer zoeken naar de keuzeregel =>geschil analyseren, kwalificeren Bepaling van de relevantie categorie = kwalificatie, door middel van een aanknopingsfactor
o
Aanknopingsfactoren: Nationaliteit: inzake staat en bekwaamheid, naam (lex patriarium?), huwelijk, afstamming en adoptie (Bv betwisting van vaderschap => afstammingsprobleem =>aanknopen bij de nationaliteit => toepasselijke recht? => vaderschap echtgenoot => bv het Turkse recht toepassen)
Gewone verblijfplaats: inzake ouderlijk gezag, voogdij, onbekwamen, huwelijk, echtscheiding en alimentatie
Ligging van de goederen: inzake zakenrecht en erfovergang van onroerende goederen (lex citae?)
Emine Özen – Privaatrecht – (2013 – 2014)
Pagina 20
Inzake contracten: EVO-verdrag (Europees Verdrag inzake Overeenkomsten) van 19 juni 1980: rechtskeuze (in de overeenkomst zelf kan men het toepasselijk recht kiezen) of (bij gebrek daaraan) recht van het land van de nauwste binding
o
!! Renvoi (terugverwijzing): Door toepassing van Belgisch ipr aangewezen vreemd recht, verwijst – via vreemd ipr – terug naar Belgisch nationaal recht !! Wordt enkel uitzonderlijk nog aanvaard !! (maar was vroeger het principe) (Zie art. 16 Wetboek IPR)
o
Ongewenste gevolgen van de toepassing van een (blinde) verwijzingsregel kunnen worden gecorrigeerd door de (Belgische) internationale openbare orde Een geheel van rechtsnormen van essentieel belang voor het behoud van de morele, politieke en economische orde die in België is gevestigd
Bv moeder wil vaderschap van echtgenoot betwisten (binnen 1 jaar na geboorte) => afstammingsgeding => Turks recht (afstamming van een Turkse man) => naar Turks recht heeft de moeder geen vorderingsrecht (enkel de vader kan vaderschap betwisten) => morele en politieke orde =>Turks recht terzijde schuiven obv Art. 21 WIPR => want resultaat zou leiden tot een situatie die onaanvaardbaar is >> exceptie van Belgische internationale openbare orde
Bv draagmoederschap Bv hinkende rechtsverhouding
o
Art. 21 Wetboek IPR: de toepassing van vreemd recht wordt geweigerd voor zover zij tot een resultaat zou leiden dat kennelijk onverenigbaar is met de openbare orde Rekening wordt gehouden met de mate waarin het geval met de Belgische rechtsorde verbonden is en met de ernst van de gevolgen die de toepassing van dat buitenlands recht zou meebrengen
o
Bronnen: Internationale bronnen: Haagse adoptie verdrag... Talloze internationale verdragen (vele daarvan voorbereid door de Haagse Conferentie voor Internationaal Privaatrecht) orgaan gericht om zoveel verdragsrecht te maken hoe meer verdragen hoe meer uniform Verordeningen (bv. de Brussel I en Brussel IIbis-verordeningen) en richtlijnen !! Rome III–verordeningen => inzake echtscheiding !!
Nationale bronnen: Het Wetboek van internationaal privaatrecht, in werking sinds 1 oktober 2004
Emine Özen – Privaatrecht – (2013 – 2014)
Pagina 21
Professionele actoren in het privaatrecht De rechter: o Beslecht geschillen over burgerlijke en politieke rechten o
!! Oefent de rechterlijke macht uit namens de natie
o
Voor het leven benoemd (onafhankelijkheid)
o
!! Wedde vastgesteld bij wet (onafhankelijkheid)
o
!! Altijd voltijds !!
o
Examen beroepsbekwaamheid
De advocaat: o Adviseert een procespartij, staat deze bij, pleit voor hem en kan hem vertegenwoordigen (geen volmacht geven in bepaalde gevallen) o
Vrij beroep, onderworpen aan een specifieke deontologie
o
Bezoldigd via honorarium betaald door cliënt (bedrijven kunnen btw recupereren maar de particulieren niet). Enorm veel zwartgeld (strafrecht)
Zie Art. 459 Ger W over het verboden pactum de quota litis =>overeenkomst over de afloop van het geschil
o
BUBA: bekwaamheid uitoefening beroepsadvocatuur
De gerechtsdeurwaarder: o !! Ministerieel ambtenaar, benoemd door de Koning !! o
Bevoegd om in een bepaald arrondissement exploten op te stellen en te betekenen en te zorgen voor de tenuitvoerlegging van rechterlijke uitspraken
o
Tarief van zijn akten en verplaatsingskosten is bij KB vastgesteld; kosten worden voorgeschoten door degene die beroep op hem doet
o
Vrij beroep, gehouden aan specifieke deontologie
o
Persoonlijk professioneel verantwoordelijk (fout maken, voor eigen rekening)
o
!! Dient de uitvoerende macht en de rechterlijke macht !!
De notaris: o Bevoegd om authentieke akten te verlijden o
Waakt over de belangen van alle bij de akte betrokken partijen en geeft hen raad
o
Openbaar ambtenaar + vrij beroep
o
Onderworpen aan specifieke deontologie
o
Persoonlijk professioneel verantwoordelijk
o
Notaris int belastingen => 10 % registratiekosten (=> doorstorten, maakt geen deel uit van ereloon)
o
Deeltijds kan !!
o
Er gelden CAO'S die gunstiger zijn!
o
Sociaalrechterlijk interessant => groepsverzekering
Emine Özen – Privaatrecht – (2013 – 2014)
Pagina 22
De hypotheekbewaarder: o Belast met het houden van de boeken waarop de publiciteit van zakelijke rechten en zekerheden op onroerend goed is gebaseerd o
Levert getuigschriften en afschriften af uit de registers
o
!! Is een leidinggevend ambtenaar (FOD Financiën) !!
o
Is persoonlijk aansprakelijk voor fouten uit zijn ambt
De ontvanger van het registratiekantoor: o Registreert authentieke en onderhandse akten en int de daaraan verbonden registratierechten o
Oefent geen vrij beroep uit
o
!! Is een ambtenaar van de FOD Financiën !!
De bedrijfsjurist: o Begeleidt een onderneming op juridisch vlak o
Werkt in de regel in dienstverband, maar kan ook als zelfstandige (consulent) meerdere bedrijven juridisch adviseren & begeleiden
Emine Özen – Privaatrecht – (2013 – 2014)
Pagina 23