RAPPORTAGE Studie- en beroepskeuze- onderzoek en advies Strikt vertrouwelijk

RAPPORTAGE Studie- en beroepskeuzeonderzoek en advies

Strikt vertrouwelijk

Studie- en beroepskeuzeonderzoek en -advies / Voorbeeld HBO / pagina 1

A. ALGEMENE GEGEVENS

Cliëntgegevens Naam

:

Adres

:

PC/Plaats

:

Bureau- en trajectinformatie Studiekeuzeadviseur LCN : Toine Werst Telefoon

: 040-2455559

E-mail

: [email protected]

Postadres

: Postbus 2164

PC/Plaats

: 5600 CD Eindhoven

Deelname onderzoek

: 08 januari 2014

Datum rapportage

: 09 januari 2014

Vraag- en doelstelling onderzoek en advies Onderzoek naar intellectuele capaciteiten, persoonskenmerken, waarden/drijfveren en interesses. Op basis hiervan advisering over passende studie- en beroepsmogelijkheden.

Inhoud adviesrapportage A. Algemene gegevens

pagina 02

B. Samenvatting, conclusies en studieadvies

pagina 03

C. Testuitslagen en toelichting bij testbevindingen

pagina 05

a. Intellectuele capaciteiten (MCT-H)

pagina 05

b. Werkwaarden (WVL)

pagina 07

c. Beroepeninteresse (BKT-H)

pagina 10

d. Persoonlijkheid (MPT-BS-QS)

pagina 16



De in dit rapport beschreven bevindingen zijn specifiek gericht op de door de cliënt geformuleerde vraagstelling.



Dit betekent dat de inhoud van dit rapport niet zonder mee te generaliseren is.



De onderzoeksresultaten zijn twee jaar na de onderzoeksdatum niet langer zonder meer als betrouwbaar te beschouwen.



De gegevens uit het testdossier worden twee jaar na de onderzoeksdatum vernietigd.



Voor vragen zijn wij tijdens kantooruren telefonisch bereikbaar op nummer (040)2455559 of per e-mail via [email protected].


B. SAMENVATTING, CONCLUSIES EN STUDIEADVIES

In vergelijking met de normgroep eerstejaars HBO-studenten presteer jij overall op een ruim gemiddeld niveau voor de gemaakte capaciteitentest. Voor de redeneertests die jouw verbale, numerieke en abstract-analytische denkvermogen meten, presteer jij allen op een ruim gemiddeld niveau. Jouw schoolse vaardigheden op het vlak van taal en rekenen zijn van gemiddeld niveau. Deze resultaten wijzen erop dat het met succes kunnen volbrengen van een opleiding op HBO-niveau haalbaar zou moeten zijn voor jou.

Vanuit het onderzoek naar persoonlijkheidskenmerken en waarden kom jij naar voren als iemand die behoorlijk emotioneel evenwichtig in het leven staat en die is opgewassen tegen ‘normale’ vormen van (werk)druk. Jij komt niet als een erg consciëntieus ingesteld persoon naar voren hetgeen zich vooral uit in een mindere ordelijkheid en een selectieve zorgvuldigheid bij het werken aan taken. Op voor jouw belangrijke gebieden kan jij echter wel (heel) precies zijn. Jouw behoefte aan vaste patronen en zekerheden is niet zo groot en te maken krijgen met onverwachte zaken en met afwisseling vind jij wel aantrekkelijk. Presteren vind jij van boven gemiddeld belang en je kunt er ook van genieten wanneer mensen zich positief uitlaten over jou en jouw functioneren. Vanuit het persoonlijkheidsonderzoek komt als sterk kenmerkende karaktertrek naar voren extraversie. Je gaat graag met mensen om en jij vindt het leuk om in een team met anderen samen te werken. Je hebt er echter ook geen moeite mee om zelfstandig aan eigen taken te werken en onafhankelijkheid is eveneens belangrijk voor je. Verder kom jij naar voren als iemand die graag de eigen mening uitdraagt en jij neemt ook graag de leidende rol op je. Jij wilt anderen wel ergens mee helpen maar daarbij blijf je wel vrij zakelijk en verlies jij jouw eigen belangen of organisatiebelangen niet uit het oog. Verder kom je naar voren als iemand die zich in een ruime mate opstelt voor nieuwe ervaringen, inzichten en ideeën.

In een interessevragenlijst toon jij veruit de meeste interesse voor de sector Cultuur en Media. Verder toon jij een ruim interesse voor de (enigszins verwante sectoren) Juridisch en Overheid & Veiligheid. De activiteit die jou het meeste aantrekt is Bedenken & vormgeven gevolgd door Organiseren en Praktisch werken.

Bij verdere exploratie van jouw voorkeuren komen als voor jou aansprekende taken naar voren:  lezen voor informatie, schrijven;  interviewen voor informatie, (intuïtief) waarnemen, signaleren/opletten, lezen voor informatie;  plannen en organiseren, manifestaties verzorgen, coördineren;  toezicht houden, beslissingen nemen, veranderingen bewerkstelligen;  omgaan met gevoelens, bemiddelen, motiveren van mensen, gastvrouw zijn;  ideeën ontwikkelen, visualiseren, afbeeldingen maken, optreden/presenteren.


Verder toon je affiniteit met de werkvelden:  iets met: kranten/tijdschriften, radio/televisie/media, communicatie/PR, cultuur;  iets met: rechtspraak en advocatuur politiek en openbaar bestuur;  iets internationaals;  iets met: psychiatrie.

Het geheel aan onderzoeksbevindingen overziend, adviseer ik jou om je te oriënteren op de hieronder genoemde beroeps- en studierichtingen:

1. Op het vlak van media/communicatie en/of journalistiek o

HBO Media, Informatie en Communicatie

o

HBO Journalistiek

Eventueel: o

HBO Communicatie

o

HBO Communicatie en Multimediadesign

2. Op het vlak van cultuur en/of infotainment/entertainment o

HBO Cultureel Erfgoed (Reinwardt Academie)

Eventueel: o

HBO Media- en entertainmentmanagement

o

HBO International Lifestyle Studies

3. Op het vlak van recht, openbaar bestuur en/of internationale betrekkingen o

HBO European Studies / Hogere Europese Beroepenopleiding (voor zover mogelijk i.v.m. eis t.a.v. tweede modern vreemde taal)

o

HBO Recht

Voor mee informatie over beroepen en opleidingen kan onze online database H-Trjct worden geraadpleegd. Voor een toelichting op deze rapportage kan uiteraard contact worden opgenomen met ondertekenend adviseur. Tot slot wens ik je veel succes bij het maken van een studiekeuze en in jouw verdere (studie)loopbaan.

A. Werst studie-, beroepskeuze- en loopbaanadviseur Studie- en beroepskeuzeonderzoek en -advies / Voorbeeld HBO / pagina 4

C. TESTUITSLAGEN en TOELICHTING bij TESTBEVINDINGEN

a. Intellectuele capaciteiten De capaciteitentest die jij maakte bestaat uit verschillende onderdelen (subtests) waarbij opgaven gemaakt moeten worden die iets met cijfers, taal of met figuren te maken hebben. In onderstaand overzicht worden eerst de resultaten weergeven in een overzicht waarna jouw scores verder worden toegelicht. Jouw resultaten zijn vergeleken met een normgroep. Dat is een representatieve vergelijkingsgroep waarmee jouw score wordt vergeleken. De normgroep staat vermeld onder het overzicht van testresultaten.

Algemeen capaciteitenniveau De totaalscore is de score over alle gemaakte onderdelen van de capaciteitentest. Deze score geeft een algemeen capaciteitenniveau aan en heeft een voorspellende waarde voor het algemeen haalbare opleidingsof functieniveau. Jouw algemeen capaciteitenniveau is beneden gemiddeld in vergelijking met de normgroep.

Factorscores Behalve de totaalscore vind jij in het overzicht de ‘factorscores’ oftewel de gecombineerde scores. Dit zijn de scores gebaseerd op combinaties van bepaalde onderdelen van de test (indien afgenomen) en zeggen iets over jouw verschillende capaciteiten. De factorscores zijn: Numerieke capaciteiten, Verbale capaciteiten, Perceptuele snelheid en Ruimtelijk en redeneervermogen. Subtestscores Iedere subtest meet een specifieke intellectuele capaciteit. Hieronder wordt een beschrijving gegeven van de meetpretentie van iedere subtest en wordt aangeven hoe jij presteert in vergelijking met de normgroep. Studie- en beroepskeuzeonderzoek en -advies / Voorbeeld HBO / pagina 5

Cijferreeksen

Bij deze test gaat het om jouw vermogen om met getallen te redeneren waarbij de samenhang gevonden worden tussen getallen die in rij worden gepresenteerd. Voorbeeld vraag: 1 2 3 4 5 ? Jij scoort voor deze test op ver beneden gemiddeld niveau.

Rekenvaardigheid

De subtest die rekenvaardigheid meet bestaat uit rekensommen. Voorbeeld vraag: 23 - 19 + 9 = ? Jij scoort voor deze test op ruim beneden gemiddeld niveau.

Woordanalogieën

Bij deze test gaat het om jouw verbaal redeneervermogen. Bij deze test moet het verband tussen woorden worden gevonden. Voorbeeld vraag: arm - hand = been - ? Jij scoort voor deze test op krap gemiddeld niveau.

Woordrelaties

Hier gaat het om de mate waarin jij de betekenis van Nederlandse woorden kent. De subtest die kijkt naar woordenschat bestaat uit woorden die ongeveer hetzelfde of ongeveer het tegenovergestelde betekenen. Voorbeeld vraag: rond - bol - droog - langzaam Jouw scoort voor deze test op gemiddeld niveau.

Controleren

De subtest Controleren kijkt beoordeeld jouw perceptuele snelheid, jouw vermogen om onder tijdsdruk snel en nauwkeurig te kunnen werken aan een opdracht die niet bekend is. Bij deze subtest die hiernaar kijkt moet in korte tijd beantwoord worden of twee rijen letters / cijfers gelijk aan elkaar zijn of niet. Perceptuele snelheid is vooral van belang bij het uitvoeren van routinematige werkzaamheden. Voorbeeld vraag: 216770 – 216770 (gelijk of ongelijk?) Voor de subtest Controleren waarmee jouw perceptuele snelheid is beoordeeld zien we dat jij werkt in een krap gemiddeld tempo in vergelijking met de normgroep en met een zeer goede nauwkeurigheid.

Exclusie

Bij deze test gaat het om jouw vermogen om logisch te kunnen redeneren. Bij het redeneren met figuren moet uit vijf figuren één gekozen worden die er niet bij hoort. Voorbeeld vraag:

Jij scoort voor deze test op gemiddeld niveau.


b. Werkwaarden Jij hebt een waardenvragenlijst (WVL) ingevuld waarbij je hebt aan aangegeven hoe belangrijk bepaalde uitspraken zijn voor je. Waarden zijn belangrijke motieven of drijfveren die, bewust of onbewust, van invloed zijn op jouw verwachtingen en op jouw handelingen en beslissingen. Er worden totaal 13 waarden gemeten. Deze waarden kunnen worden ingedeeld in drie clusters of groepen: Persoonlijke waarden, Sociale waarden en Werkgerelateerde waarden. Hieronder geven we eerst een overzicht van de door jouw behaalde scores. Het belangrijk om je te realiseren dat je hierbij bent vergeleken met een normgroep die staat vermeld onder het overzicht. Dat is een representatieve vergelijkingsgroep waarmee jouw score wordt vergeleken. Vervolgens lichten we de schalen toe en geven we aan hoe belangrijk een bepaalde waarde voor jou is.

Het eerste cluster meet persoonlijke waarden. Dit gebeurt aan de hand van 4 schalen die iets zeggen over hoe belangrijk jij bepaalde persoonlijke behoeften vindt. Hierbij is gekeken naar de waarde die jij hecht aan zekerheid, onafhankelijkheid, afwisseling en emotionele beheersing. Onderstaand treft jij een beschrijving van de betekenis van deze schalen. Bij de beschrijving wordt een voorbeeld van een uitspraak gegeven die hoort bij de schaal. Zekerheid

Zekerheid zegt iets over hoe belangrijk iemand het vindt te werken volgens vaste regels en gewoonten en niet af te wijken van vooraf gemaakte plannen. Een voorbeelduitspraak is "Pas aan iets beginnen als je weet hoe het afloopt". Jij geeft aan in een krap gemiddelde mate waarde te hechten aan Zekerheid.

Onafhankelijkheid

De schaal Onafhankelijkheid meet de mate waarin iemand er belang aan hecht vrij te zijn om te doen wat hij/zij zelf wil en om zelf beslissingen te kunnen nemen. Een voorbeeld van een uitspraak die hoort bij deze schaal is "Precies kunnen doen wat je zelf wilt". Studie- en beroepskeuzeonderzoek en -advies / Voorbeeld HBO / pagina 7

Jouw behoefte aan Onafhankelijk is van ruim gemiddeld niveau. Afwisseling

De schaal Afwisseling meet de mate waarin iemand belang hecht aan het hebben van nieuwe en afwisselende ervaringen. Een voorbeeld van een uitspraak die hoort bij deze schaal is "Dingen doen die jij nog nooit eerder heeft gedaan". Jij geeft aan in ruim gemiddelde mate waarde te hechten aan Afwisseling.

Emotionele beheersing

De schaal Emotionele beheersing meet de mate waarin iemand er belang aan hecht om emotioneel beheerst en stabiel te zijn. Een voorbeeld van een uitspraak die hoort bij deze schaal is "Je emoties niet laten merken". In vergelijking met de normgroep zien we dat jij in een krap gemiddelde mate waarde hecht aan Emotionele beheersing.

Het tweede cluster meet sociale waarden. Dit gebeurt aan de hand van 4 schalen die iets zeggen over de waarde die jij hecht aan specifieke zaken in jouw contact met anderen. Hier wordt gekeken naar omgaan met anderen, waardering, assertiviteit en altruïsme. Onderstaand treft jij een beschrijving van de betekenis van de schalen. Bij de beschrijving wordt een voorbeeld van een uitspraak gegeven die hoort bij de schaal. Omgaan met anderen

De schaal Omgaan met anderen zegt iets over de mate waarin iemand plezier beleeft aan frequente sociale contacten. Een stelling uit de waardenvragenlijst die hoort bij deze schaal is "Gemakkelijk nieuwe contacten kunnen leggen". Omgaan met anderen is in een ruim gemiddelde mate van belang voor jou.

Waardering

De schaal Waardering zegt iets over hoeveel belang iemand hecht aan erkenning door anderen. Een voorbeeld van een uitspraak die hoort bij deze schaal is "Waardering krijgen voor wat je doet". Waardering krijgen van anderen is in een boven gemiddelde mate van belang voor jou.

Assertiviteit

De schaal Assertiviteit zegt iets over hoe belangrijk iemand het vindt om voor zijn/haar mening uit te komen en deze te onderbouwen met argumenten. Een stelling die hoort bij deze schaal is "Anderen kunnen overtuigen van jouw gelijk". Voor de schaal Assertiviteit zien we een ruim boven gemiddelde score in de waardenvragenlijst.

Altruïsme

De schaal Altruïsme zegt iets over hoe belangrijk iemand het vindt om anderen te helpen en met hen mee te leven. Een voorbeeld van een uitspraak die hoort bij deze schaal is "Altijd voor andere mensen klaarstaan".


Jij geeft aan het in een beneden gemiddelde mate van belang te vinden om in helpende zin iets voor anderen te kunnen betekenen. Het derde cluster meet werkgerelateerde waarden. Dit gebeurt aan de hand van 5 schalen die iets zeggen over de waarden die van invloed zijn op jouw werkaanpak. Hierbij wordt gekeken naar het belang dat jij hecht aan leidinggeven, prestaties, zorgvuldigheid, doelgerichtheid en flexibiliteit. Onderstaand tref jij een beschrijving van de betekenis van de schalen. Bij de beschrijving wordt een voorbeeld van een uitspraak gegeven die hoort bij de schaal. Leiderschap

De schaal Leiderschap geeft aan in welke mate iemand het leiding geven aan een groep mensen belangrijk vindt, en in hoeverre iemand besluiten wilt nemen voor de groep. Een voorbeeld van een uitspraak is "De leiding hebben over het werk van anderen". Leiding geven komt naar voren als een drijfveer die van ruim boven gemiddeld belang is voor jou.

Prestatiebehoefte

De schaal Prestatiebehoefte meet de mate waarin iemand er belang aan hecht om (zeer) goed te presteren en om ambitieuze doelen na te streven. Een voorbeeld van een uitspraak die hoort bij deze schaal is "Meer doen dan van je verwacht wordt". Jouw score voor de schaal Prestatiebehoefte is boven gemiddeld.

Zorgvuldigheid

De schaal Zorgvuldigheid zegt iets over hoe belangrijk iemand het vindt om zorgvuldig en precies te zijn in zijn/haar handelen. Een voorbeeld van een uitspraak is "Zaken ordelijk en nauwkeurig afhandelen". Jij hecht in een ruim beneden gemiddelde mate waarde aan Zorgvuldigheid.

Doelgerichtheid

De schaal Doelgerichtheid zegt iets over hoe belangrijk iemand het vindt om duidelijke doelen voor ogen te hebben en om deze doelen te proberen te bereiken. Een voorbeeld van een uitspraak is "Vooraf goed weten wat je wilt gaan doen". Doelgerichtheid is in gemiddelde mate van belang voor jou.

Flexibiliteit

De schaal Flexibiliteit meet de mate waarin iemand er belang aan hecht om zich gemakkelijk te kunnen aanpassen in onbekende situaties. Voorbeeld van een uitspraak die bij deze schaal hoort is "Je zonder veel moeite aanpassen aan nieuwe situaties". In vergelijking met de normgroep is jouw score voor de schaal Flexibiliteit boven gemiddeld.


c. Beroepeninteresse In deze rapportage worden jouw resultaten van de interessetest weergegeven. Deze test bestaat uit beschrijvingen van activiteiten, waarbij jij moest aangeven in welke mate jij de activiteit leuk of interessant vindt. Met deze test worden jouw interesse voor 14 verschillende beroepssectoren en 11 verschillende activiteiten gemeten. Hieronder geven we eerst een overzicht van de door jouw behaalde scores. Het belangrijk om je te realiseren dat je hierbij bent vergeleken met een normgroep die staat vermeld onder het overzicht. Dat is een representatieve vergelijkingsgroep waarmee jouw score wordt vergeleken. Vervolgens lichten we de schalen toe en geven we aan hoe sterk jouw interesse is voor de omschreven sector of activiteit.


Interesses voor beroepensectoren: Techniek

De werkzaamheden in deze sector hebben betrekking op het werken met technische installaties en elektronische apparatuur. Voorbeelden van beroepen in deze sector zijn werktuigbouwkundige, constructeur, elektrotechnisch ontwerper en docent techniek. Voorbeelden van taken binnen deze beroepen zijn: onderzoek verrichten op het vlak van technologische wetenschappen, technisch tekenen, berekenen, meten, constructies ontwerpen. In vergelijking met de normgroep heb jij een krap gemiddelde belangstelling voor "Techniek".

Bouw

De werkzaamheden in deze sector hebben betrekking op het ontwerpen en bouwen van gebouwen of civiel technische werken. Voorbeelden van beroepen in deze sector zijn bouwfysicus, opzichter bouw, architect, aannemer en bouwprojectleider. Voorbeelden van taken binnen deze beroepen zijn: ontwerpen en construeren van gebouwen, leiden van de uitvoering van het werk op de bouwplaats. In vergelijking met de normgroep heb jij een ruim gemiddelde belangstelling voor "Bouw".

Logistiek

De werkzaamheden in deze sector hebben betrekking op het organiseren van verkeer in het algemeen en op het transport van goederen en mensen. Voorbeelden van beroepen in deze sector zijn verkeerskundige, expediteur, luchtverkeersleider, transportplanner en logistiek manager. Voorbeelden van taken binnen deze beroepen zijn: regelen van het luchtverkeer op en rond vliegvelden, plannen en controleren goederenstroom. In vergelijking met de normgroep heb jij een beneden gemiddelde belangstelling voor "Logistiek".

Informatietechnonogie

De werkzaamheden in deze sector hebben betrekking op automatisering en het werken met computers. Voorbeelden van beroepen in deze sector zijn informaticus, ICT-beheerder, webdesigner, informatiemanager en internetconsultant. Voorbeelden van taken binnen deze beroepen zijn: ontwerpen van software, installeren/configureren van besturingssystemen en netwerkcomponenten. In vergelijking met de normgroep heb jij een gemiddelde belangstelling voor "IT".

Sociaal Welzijn

De werkzaamheden in deze sector hebben betrekking op de geestelijke gezondheid. Voorbeelden van beroepen in deze sector zijn maatschappelijk werker, studieadviseur, beleidsmedewerker welzijnswerk, orthopedagoog, cultureel werker en sociaal raadsman. Voorbeelden van taken binnen deze beroepen zijn: adviseren over loopbaan, opleiding(splan), geven van sociaal-juridisch advies, therapeutisch begeleiden.


In vergelijking met de normgroep heb jij een gemiddelde belangstelling voor "Sociaal Welzijn". Medisch Welzijn

De werkzaamheden in deze sector hebben betrekking op de lichamelijke gezondheid. Voorbeelden van beroepen in deze sector zijn arts, artsenbezoeker, verpleegkundige, mondhygiënist, afdelingshoofd ziekenhuis en docent verzorging. Voorbeelden van taken binnen deze beroepen zijn: informeren over de operatieve ingreep, verplegen van mensen, afhandelen van recepten, gebitsreiniging. In vergelijking met de normgroep heb jij een krap gemiddelde belangstelling voor "Medisch Welzijn".

Onderwijs

De werkzaamheden in deze sector hebben betrekking op het overbrengen van kennis en kunde aan (jonge) personen. Voorbeelden van beroepen in deze sector zijn onderwijskundige, docent, cursuscoördinator en decaan. Voorbeelden van taken binnen deze beroepen zijn: les geven op een vakgebied, leerprocessen begeleiden van leerlingen, contacten onderhouden met leerlingen en ouders. In vergelijking met de normgroep heb jij een gemiddelde belangstelling voor "Onderwijs".

Planten, dieren en milieu

De werkzaamheden in deze sector hebben betrekking op planten en dieren en hun leefomgeving. Voorbeelden van beroepen in deze sector zijn geoloog, plantenveredelaar, dierenartsbezoeker, milieubeheerder, tuinarchitect en milieukundig voorlichter. Voorbeelden van taken binnen deze beroepen zijn: ontwerpen van tuinen, parken en landschappen, adviseren over milieuzaken. In vergelijking met de normgroep heb je een beneden gemiddelde belangstelling voor "Planten, dieren en milieu".

Cultuur en Media

De werkzaamheden in deze sector hebben betrekking op allerlei vormen van kunst, ontspanning, vermaak en media. Voorbeelden van beroepen in deze sector zijn theaterwetenschapper, recensent, uitgever, musicus, decorontwerper, hoofdredacteur en omroeper bij de radio of televisie. Voorbeelden van taken binnen deze beroepen zijn: bespelen van instrument, schrijven en redigeren van teksten In vergelijking met de normgroep heb jij een ver boven gemiddelde belangstelling voor "Cultuur en Media".

Sport

De werkzaamheden in deze sector hebben betrekking op sportactiviteiten en op organisaties die zich met sport bezighouden. Voorbeelden van beroepen in deze sector zijn sportpsycholoog, topsporter, voorzitter van een sportvereniging en docent lichamelijke opvoeding. Voorbeelden van taken binnen deze beroepen zijn: deelnemen aan wedstrijden en evenementen, sportactiviteiten organiseren en begeleiden. Studie- en beroepskeuzeonderzoek en -advies / Voorbeeld HBO / pagina 12

In vergelijking met de normgroep heb jij een gemiddelde belangstelling voor "Sport". Overheid en veiligheid

De werkzaamheden in deze sector hebben betrekking op het maken en uitvoeren van overheidsbeleid en op het verbeteren van de veiligheid van mensen. Voorbeelden van beroepen in deze sector zijn politicoloog, beleidsmedewerker, burgemeester, overheidsmanager, hoofdinspecteur en voorlichter brandpreventie. Voorbeelden van taken binnen deze beroepen zijn: adviseren en voorlichten, verrichten veldonderzoek of inspecties, presenteren plannen. In vergelijking met de normgroep heb jij een boven gemiddelde belangstelling voor de sector "Overheid en veiligheid".

Juridische sector

De werkzaamheden in deze sector hebben betrekking op de kennis van wetgeving en de uitvoering van het rechtssysteem. Voorbeelden van beroepen in deze sector zijn jurist, advocaat, officier van justitie, rechter en juridisch adviseur. Voorbeelden van taken binnen deze beroepen zijn: opmaken van akten, contracten, overeenkomsten, verdedigen van een partij voor de rechtbank. In vergelijking met de normgroep heb jij een ruim boven gemiddelde belangstelling voor de "Juridische sector".

Financieel economische dienstverlening

De werkzaamheden in deze sector hebben betrekking op het verlenen van diensten die verband houden met geldzaken. Voorbeelden van beroepen in deze sector zijn econoom, actuaris, accountant, controller en beleggingsadviseur. Voorbeelden van taken binnen deze beroepen zijn: toezicht houden financiën, boekhouden, financieel/economisch adviseren. In vergelijking met de normgroep heb jij een gemiddelde belangstelling voor "Financieel economische dienstverlening".

Zakelijke dienstverlening

De werkzaamheden in deze sector hebben betrekking op het verlenen van diensten aan bedrijven en andere organisaties. Voorbeelden van beroepen in deze sector zijn communicatiewetenschapper, adviseur personeel en organisatie, interim-manager, communicatietrainer en marktonderzoeker. Voorbeelden van taken binnen deze beroepen zijn: leidinggeven aan een bedrijf, ontwikkelen/organiseren van trainingen/cursussen, geven van management- en organisatieadvies. In vergelijking met de normgroep heb jij een ruim gemiddelde belangstelling voor "Zakelijke dienstverlening".


Interesses voor activiteiten: Onderzoeken

Met onderzoeken wordt het verzamelen van gegevens bedoeld om tot de oplossing van een bepaald probleem te komen of een zaak meer in bijzonderheden te leren kennen. Voorbeelden van beroepen waarin deze activiteit vooral voorkomt zijn informatiekundige, universitair onderzoeker, bodemkundige, cultureel antropoloog, arbeidsdeskundige en jurist. In vergelijking met de normgroep heb jij een ruim gemiddelde belangstelling voor "Onderzoeken".

Ontwikkelen en toetsen

Iets doen ontstaan en op eigenschappen onderzoeken hoort bij Ontwikkelen en toetsen. Voorbeelden van beroepen waarin deze activiteit een belangrijke rol speelt zijn ICT-ontwikkelaar, biotechnoloog, procestechnoloog, econometrist, cursusontwikkelaar en beleidsmedewerker. In vergelijking met de normgroep heb jij een ruim gemiddelde belangstelling voor "Ontwikkelen en toetsen".

Bedenken en vormgeven

Door nadenken iets ontwerpen en tot een bepaalde (opvallende) vorm brengen is de omschrijving van de activiteit Bedenken en vormgeven. Voorbeelden van beroepen waarin deze activiteit een belangrijke rol speelt zijn multimediavormgever, architect, elektrotechnisch ontwerper, modeontwerper en reclametekenaar. In vergelijking met de normgroep heb jij een ruim boven gemiddelde belangstelling voor "Bedenken en vormgeven".

Organiseren

Organiseren kan omschreven worden als zaken zodanig regelen dat verschillende onderdelen van iets een systematisch geheel vormen. Voorbeelden van beroepen waarin deze activiteit een belangrijke rol speelt zijn aannemer, manager, cursuscoördinator, treindienstleider. Bovendien is deze activiteit van groot belang bij het organiseren van diverse evenementen zoals tentoonstellingen, conferenties en grote evenementen. In vergelijking met de normgroep heb jij een boven gemiddelde belangstelling voor "Organiseren".

Informeren en opleiden

Iemand op de hoogte stellen van iets, of iemand de nodige kennis en vaardigheid bijbrengen hoort bij de activiteit Informeren en opleiden. Voorbeelden van beroepen waarin deze activiteit een belangrijke rol speelt zijn docent, cursusleider, praktijkbegeleider, persvoorlichter en trainer. In vergelijking met de normgroep heb jij een beneden gemiddelde belangstelling voor "Informeren en opleiden".

Praktisch werken

Bij Praktisch werken heeft men taken met veel lichamelijke activiteit. Studie- en beroepskeuzeonderzoek en -advies / Voorbeeld HBO / pagina 14

Voorbeelden van beroepen waarin deze activiteit een belangrijke rol speelt zijn constructeur, dierenarts, tandarts, reparateur, acteur, activiteitenbegeleider, politierechercheur en topsporter. In vergelijking met de normgroep heb jij een boven gemiddelde belangstelling voor "Praktisch werken". Zorgen en begeleiden

Deze activiteit omvat het zorgen voor anderen die hulp nodig hebben en het ondersteunen van mensen bij de uitoefening van hun taak. Voorbeelden van beroepen waarin deze activiteit een belangrijke rol speelt zijn maatschappelijk werker, verpleegkundige, personeelschef en psycholoog. In vergelijking met de normgroep heb jij een gemiddelde belangstelling voor "Zorgen en begeleiden".

Beheren en controleren

Bij Beheren en controleren gaat het om het toezicht houden op beleid, gedrag, de werking van iets en op het naleven van voorschriften. Voorbeelden van beroepen waarin deze activiteit een belangrijke rol speelt zijn ICT-beheerder, milieuinspecteur, kwaliteitskundige, boekhouder, corrector en overheidsinspecteur. In vergelijking met de normgroep heb jij een beneden gemiddelde belangstelling voor "Beheren en controleren".

Adviseren

Adviseren is het als deskundige raad geven. Voorbeelden van beroepen waarin deze activiteit een belangrijke rol speelt zijn ICT-specialist, consultant, landbouwconsulent, financieel adviseur, decaan, sociaal raadsman, juridisch adviseur en organisatieadviseur. In vergelijking met de normgroep heb jij een gemiddelde belangstelling voor "Adviseren".

Ondernemen en handel drijven

Het kopen en verkopen van goederen en diensten valt onder de activiteit Ondernemen en handel drijven. Voorbeelden van beroepen waarin deze activiteit een belangrijke rol speelt zijn makelaar, account manager, handelaar, exporteur en vertegenwoordiger. In vergelijking met de normgroep heb jij een gemiddelde belangstelling voor "Ondernemen en handel drijven".

Leiding geven

Leiding geven is het verantwoordelijk zijn voor het aansturen van anderen. Voorbeelden van beroepen waarin deze activiteit een belangrijke rol speelt zijn manager, uitvoerder, directeur, projectleider, regisseur, bestuursvoorzitter. In vergelijking met de normgroep heb jij een krap gemiddelde belangstelling voor "Leiding geven". Studie- en beroepskeuzeonderzoek en -advies / Voorbeeld HBO / pagina 15

d. Persoonlijkheid In deze rapportage worden jouw resultaten op de persoonlijkheidsvragenlijst (MPT-BS-QS) weergegeven. Deze vragenlijst bestaat uit vragen, waarvan jij steeds hebt aangegeven in hoeverre jij het met de vraag eens bent. Een voorbeeld van een dergelijk vraag is ‘Ik kan mijn gevoelens goed beheersen’ of ‘Ik stel hoge eisen aan mijzelf’. Jouw antwoorden geven een beeld van jouw persoonlijkheid. Hiermee wordt een beeld verkregen van zes eigenschappen of kenmerken van jouw persoon. Deze kenmerken (schalen) zijn: 1. Emotionele stabiliteit / 2. Consciëntieusheid / 3. Extraversie / 4. Vriendelijkheid / 5. Openheid / 6. Integriteit. Hieronder wordt een overzicht gegeven van jouw scores bij de persoonlijkheidsvragenlijst. Het belangrijk om je te realiseren dat je hierbij bent vergeleken met een normgroep. Dat is een representatieve vergelijkingsgroep waarmee jouw score wordt vergeleken. De normgroep staat vermeld onder het overzicht van testresultaten. Vervolgens worden de schalen omschreven en jouw scores genoemd.

Emotionele stabiliteit

De schaal Emotionele stabiliteit geeft een beeld van het algemene welbevinden van een persoon. Mensen die hoog scoren zijn kalm en ontspannen en blijven onder druk rustig, beheerst en effectief werken. Zij laten zich door negatieve gevoelens zoals irritatie, frustratie en ergernis niet ontregelen en zullen hier niet lang door worden beïnvloed. Mensen die laag scoren zijn sneller angstig en bezorgd. Ze maken zich sneller zorgen en twijfelen vaker aan zichzelf. Zij zijn meer dan anderen ontvankelijk voor gevoelens van neerslachtigheid en somberheid. Jouw score op Emotionele Stabiliteit is gemiddeld in vergelijking met de normgroep.

Consciëntieusheid

De schaal Consciëntieusheid geeft een beeld van de mate van de gerichtheid op aanpassing en discipline van een persoon. Mensen die hoog scoren zijn vaak in hoge mate bereid om zich aan regels te houden die door de meerderheid zijn vastgesteld en vertonen meestal geen of weinig on(aan)gepast gedrag. Zij zijn gewetensvol, ambitieus en gedreven en zij hebben vaak een sterke wil om een taak af te ronden en een gesteld doel te realiseren. Daarbij werken zij vaak ook ordelijk en systematisch en schenken zij aandacht aan details.


Mensen die laag scoren op de schaal consciëntieusheid hebben ook waarden, normen en regels maar vinden het minder belangrijk om zich hier altijd strak aan te houden. Zij gaan meer ontspannen om met doelstellingen en taken en kunnen daardoor ook nonchalanter of slordiger zijn. Jouw score op Consciëntieusheid is beneden gemiddeld in vergelijking met de normgroep. Extraversie

De schaal Extraversie geeft een beeld van de mate van externe gerichtheid van een persoon versus interne gerichtheid van een persoon. Mensen die hoog scoren voor deze schaal zijn naar buiten gericht en zoeken graag en vaak het gezelschap van anderen mensen. Zij hebben vaak een optimistische kijk op het leven en zij tonen zich vaak energiek en levenslustig. Zij treden makkelijk op de voorgrond en hebben er geen moeite mee wanneer de aandacht op hen is gevestigd. Mensen die laag scoren zijn meer gericht op hun eigen interne belevingswereld. Anderen ervaren deze mensen als afstandelijker, geslotener en stiller. In een groep houden ze zich liever op de achtergrond. Vaak reflecteren zij meer op hun eigen gedrag dan extraverte mensen. Jouw score op Extraversie is ruim boven gemiddeld in vergelijking met de normgroep.

Vriendelijkheid

De schaal Vriendelijkheid geeft een beeld van hoe iemand staat tegenover andere mensen en hoe iemand omgaat met de belangen, behoeftes en gevoelens van anderen. Mensen die hoog scoren zijn altijd graag bereid om andere mensen te helpen, proberen zich in anderen te verplaatsen en denken graag mee met andere mensen. Ze vertrouwen anderen en gaan er vanuit dat anderen goede bedoelingen met hen hebben. Mensen die laag scoren zijn meer gericht op hun eigen belang dan op belangen van anderen. Zij geven eerder kritiek en gaan meestal sneller de confrontatie aan. Zij stellen zich zakelijker op en vinden dat mensen in eerste instantie toch vooral zelf hun problemen moeten oplossen. Jouw score op Vriendelijkheid is beneden gemiddeld in vergelijking met de normgroep.


Openheid

Kenmerkend voor personen met een hoge score voor de schaal Openheid is dat zij graag originele oplossingen of nieuwe manieren bedenken om een probleem aan te pakken. Zij houden van afwisseling in hun werkzaamheden en van avontuur en verrassingen. Routinematig werk kan hen vrij snel gaan vervelen. Vaak besteden zij graag tijd aan het opdoen van kennis en nieuwe ervaringen. Zij hebben behoefte aan spanning en zij zijn bereid om risico’s te nemen. Mensen die laag scoren zijn meer behoudend ingesteld en houden graag vast aan een bestaande en vertrouwde werkwijze. Zij kiezen meer voor het bekende en voor veiligheid dan voor vernieuwing en experimenten. Jouw score op Openheid is ruim gemiddeld in vergelijking met de normgroep.

Integriteit

De schaal Integriteit geeft een beeld van de mate waarin iemand eerlijkheid en oprechtheid belangrijk vindt en in hoeverre iemand waarde hecht aan bezit en status. Mensen die hoog scoren voor de schaal Integriteit laat zich in hoge mate leiden door het gevoel van rechtvaardigheiden en houden zich strikt aan geschreven en ongeschreven afspraken. Iemand met een hoge score doet zich niet anders voor en houdt strikt vast aan ethisch normen. Ook wordt door deze personen vaak weinig waarde gehecht aan status en bezit. Personen die laag scoren zijn hier veel minder strikt in. Zij vinden dat je flexibel moet kunnen omgaan met regels en afspraken en vinden het niet of minder erg om zaken anders voor te spiegelen als je daarmee een doel kunt bereiken. Jouw score op Integriteit is gemiddeld in vergelijking met de normgroep.


RAPPORTAGE Studie- en beroepskeuze- onderzoek en advies Strikt vertrouwelijk

Recommend Documents