rapportage F&C Investments
In dit nummer… ■
Bestemming: Londen – buitenlandse emittenten in groten getale naar LSE en AIM
■
Nooit genoeg? Nog forsere Amerikaanse topbeloningen bij ExxonMobil, Pfizer, Gillette
■
Brits bedrijfsleven wil stringenter klimaatbeleid: F&C maant Blair tot actie
■
Puin ruimen: F&C kijkt naar reactie verzekeraars op een veranderend klimaat
■
Hogere druk op meerderheidsstemming: besturen ExxonMobil, Sprint en St. Pauls Travelers delven het onderspit
■
Ook buiten Afrika: hiv/aids in de BRIC-landen
Expect excellence
2e kwartaal 2006
F&C reo® rapportage
Onze filosofie
reo® staat voor responsible engagement overlay Het doel van reo® is om door middel van de invloed die F&C heeft als vertegenwoordiger van zijn cliënten ondernemingen waarin wordt belegd aan te sporen om te werken aan de verbetering van hun bestuurscultuur, maatschappelijke betrokkenheid en milieubeleid. F&C dient de belangen van zijn cliënten het beste en biedt de beste bescherming van de waarde van hun
aandelenbezit door systematisch en constructief de dialoog aan te gaan met ondernemingen en op een weloverwogen en transparante manier zijn stemrecht te gebruiken. Ondernemingen zullen hierdoor verstandig leren omgaan met de veranderende verwachtingen van aandeelhouders en andere belanghebbenden.
Waarom dit verslag? Onze plicht aan u F&C vertegenwoordigt u: wij zijn aangesteld om uw pensioenen en beleggingen te beheren of om uw belangen te behartigen bij de ondernemingen waarvan u aandeelhouder bent, ook als uw portefeuille bij andere fondsbeheerders is ondergebracht. Als uw vertegenwoordiger hebben wij belangrijke verplichtingen naar u. Wij moeten in het oog houden hoe ondernemingen 1) met uw geld hun toekomstige groei denken te realiseren; 2) hun bedrijfsrisico’s beheren en minimaliseren; en 3) op langere termijn hun financiële rendement veiligstellen.
Wat betekent dit in de praktijk? Dit betekent dat wij, als uw vertegenwoordiger, de directies van de ondernemingen die u in portefeuille heeft actief aanspreken als wij reden tot zorg zien. Het betekent ook dat wij van de betreffende ondernemingen volledige openheid verwachten, zodat wij weten wat er met uw geld gebeurt. Als F&C tevens uw fondsbeheerder is, zullen wij daarnaast ons stemrecht – uw stemrecht – uitoefenen op de algemene en bijzondere
aandeelhoudersvergaderingen van ruim 3000 ondernemingen wereldwijd.
Transparantie: het mes snijdt aan twee kanten Van ondernemingen eisen wij transparantie, dus van ons mag u hetzelfde verwachten: wij vinden dat u als belegger recht heeft om te weten wat ondernemingsdirecties in uw naam en met uw geld doen. Bij F&C vatten wij deze verantwoordelijkheid uiterst serieus op. In dit kwartaalverslag geven wij tekst en uitleg over de vragen en opmerkingen die wij namens u bij ondernemingsdirecties hebben neergelegd, zodat zij weten wat hun aandeelhouders bezighoudt.
Wat kunnen wij beter? Wij hopen dat wij uw zorgen over goed ondernemingsbestuur, milieubewustzijn en de bescherming van werknemers- en mensenrechten goed voor het voetlicht hebben gebracht. Maar wij willen dat graag zeker weten. U vindt een elektronische versie van dit verslag op: www.fandc.com/governance
Feedback: uw geld luistert Uw inbreng stellen wij op prijs. Daarom horen wij graag van u hoe u vindt dat uw geld moet spreken. Stuur uw commentaar per e-mail naar
[email protected] en geef uw bericht als titel ‘feedback reo-verslag’ mee. U kunt uw commentaar ook per post opsturen naar: Jeroen Redeker, F&C Netherlands B.V., Postbus 59094, 1040 KB Amsterdam
reo® wordt bedreven namens:
2
2e kwartaal 2006
Inleiding
In juli is de ergste drukte van het jaarlijkse stemseizoen vrijwel achter de rug. De gebruikelijke onderwerpen – bestuursonafhankelijkheid, de rechten van aandeelhouders en bezoldiging – kregen dit maal gezelschap van twee andere belangrijke thema’s: klimaatverandering – en dan met name de rol die het bedrijfsleven kan spelen bij het stimuleren van een grootscheepse verschuiving naar innovatieve technologieën – en de toenemende aanwezigheid van ondernemingen uit de opkomende markten op de Londense beurs, met als belangrijkste voorbeeld de notering van de Russische oliegigant Rosneft medio juli (in een van de meest omvangrijke beursgangen ooit). In dit nummer richten wij de blik op de mijnbouwsector. Wij kijken met name naar wat er nodig is om het vertrouwen te winnen van overheden en de lokale bevolking. Hun steun is immers een belangrijk vereiste voor operationele stabiliteit en zakelijk succes. Ook hiv/aids staat op het menu. Er is inmiddels een jaar verstreken sinds de publicatie van hiv/aids Beyond Africa – Managing the Financial Impacts, onze grensverleggende studie met UBS. Wij gaan nader in op de manier waarop ondernemingen met de ziekte omgaan, in zowel Afrika als in andere snelgroeiende regio’s waar het probleem steeds grotere vormen aanneemt.
Zij zeiden...
“
Asset managers play a critical role in directing capital to the promising technologies that hold the key to our low-carbon future. There is no shortage of know-how or capital out there, but the risk-reward balance is not right. We can help, but will only be in a position to deliver the scale that is needed to overcome this challenge if the public policy environment enables and encourages such investment.
Alain Grisay, CEO F&C, 1 juni 2006
”
Karina Litvack – Director,
Head of Governance & Socially Responsible Investment, F&C Asset Management plc
Actief aandeelhouderschapsprogramma’s Ondernemingsbestuur
Maatschappij
Ondernemingsbestuur & stemrecht 6-9
Blik op bedrijven en hiv/aids
Milieu
Sector special
Blik op klimaatverandering
10-11
Blik op de mijnbouwsector
12-13
14-15
3
F&C reo® rapportage
In dit rapport opgenomen ondernemingen
Ondernemingsbestuur & stemrecht Bedrijf
blz. 6-9
Landen
Bedrijf
Landen
3M
VS
EMC
VS
ABN Amro
NL
ENEL
IT
Aegis
VK
Enron
VS
Mittal Steel
Aetna
VS
ExxonMobil
VS
North Fork Bancorp
Amgen
VS
Fifth Third Bancorp
VS
Gillette
VS
Arcelor
Bedrijf
Landen
Bedrijf
Landen
Lafarge
FR
St. Paul Travelers
VS
Merrill Lynch
VS
Staples
VS
Suez
FR
VS
Target
VS
Occidential Petroleum
VS
Total
FR
Pfizer
VS
Unitedhealth
VS VS
AT&T
VS
Hermès
FR
Rosneft
RU
VS Bancorp
Boeing
VS
Hewlett-Packard
VS
Royal Dutch Shell
VK
Vivendi
FR
Citigroup
VS
Home Depot
VS
Saint Gobain
FR
Wachovia
VS
Compass
VK
Intel
VS
Schneider
FR
Worldcom
VS
Countrywide Financial
VS
Kazakhmys
RU
SeverStal
RU
Yuganskneftegaz
RU
Danone
FR
KPN
NL
Société Genérale
FR
Yukos
RU
Dell
VS
Kroger
VS
Sprint
VS
Wachovia
VS
Milieu – Klimaatverandering Bedrijf
Landen
Bedrijf
blz. 10-11 Landen
Bedrijf
Landen
Bedrijf
Landen
American International Group
VS
Ford Motor Company
VS
Goldman Sachs
VS
Royal Dutch Shell
BP
VK
General Electric
VS
Johnson Matthey
VK
Sun Microsystems
VS
ExxonMobil
VS
General Motors
VS
Munich Re
DE
Swiss Re
CH
Maatschappij – Bedrijven en hiv/aids Bedrijf
Landen
Bedrijf
blz. 12-13 Landen
Bedrijf
Anglo American
VK
China Telecom
CN
HSBC
Barclays
VK
CNOOC
CN
ICICI Bank
BHP-Billiton
VK/AU
Landen
Bedrijf
Reliance Industries
IN
IN
Standard Chartered
VK
Xstrata
VK
Colgate Palmolive
VS
Johnson & Johnson
VS
VK
ExxonMobil
VS
Lonmin
VK
Cemig
BR
Gazprom
RU
Lukoil
RU
Sector special – Mijnbouwsector Anglo American BHP-Billiton China Shenhua
4
Landen
VK VK/AU CN
Bedrijf
Landen
VK
BP
Bedrijf
VK
blz. 14-15 Landen
Bedrijf
Landen
Companhia Vale do Rio Doce (CVRD) BR
Newmont Mining
VS
Kazakhmys
RU
Rio Tinto
VK
Lonmin
VK
Vedanta Resources
IN
Bedrijf
Xstrata
Landen
VK
2e kwartaal 2006
Activiteitenverslag tweede kwartaal 2006
F&C bereikt met zijn ‘responsible engagement overlay’ een diepere en bredere betrokkenheid dan wie dan ook, zoals uit onderstaande kwartaalcijfers blijkt. Wij onderscheiden ons door: ■ ons 15-koppig team van specialisten op het gebied van goed ondernemingsbestuur en
maatschappelijk verantwoord ondernemen, dat in staat is de portefeuilles volledig te bewaken op risico’s met betrekking tot milieu, maatschappij en ondernemingsbestuur en om waar nodig diepgaand en langdurig met individuele ondernemingen in gesprek te gaan; ■ internationale betrokkenheid en in alle markten; ■ volledige benutting van stemrecht – F&C oefent het stemrecht uit op alle aandelen van cliënten
wereldwijd en doet hier maandelijks verslag van Aantal aangesproken ondernemingen dit kwartaal Programma Goed ondernemingsbestuur 115 Omkoping & corruptie
46
Transparantie & resultaten
59
Milieubeheer & verslaglegging
35
Biodiversiteit
21
Klimaatverandering
55
Arbeidsomstandigheden
34
HIV/AIDS
6
Mensenrechten
33 0
10
20
30
40
50
60
70
80
90
100
110
120
Totaal aantal aangesproken ondernemingen dit kwartaal1
130
239
Aanspreken van in de FTSE-350 opgenomen ondernemingen2
Geografische verdeling VK 35%
aangesproken 60%
Europa vasteland 20%
niet aangesproken 40%
Noord Amerika 39% Japan 1% Azië (ex japan) 4% Overig 1%
In deze tabel staat het land van vestiging van ondernemingen die F&C in het afgelopen kwartaal actief heeft aangesproken op hun beleid.
1 Ondernemingen kunnen op meerdere beleidspunten aangesproken zijn 2 Op basis van marktkapitalisatie
Deze tabel laat zien welk deel van de ondernemingen in de FTSE-350 Index, gemeten naar marktkapitalisatie, F&C in het afgelopen kwartaal actief op het beleid heeft aangesproken.
5
F&C reo® rapportage
Ondernemingsbestuur & stemrecht
Onze doelstellingen ■ Ervoor zorgen dat het bestuur van ondernemingen waarin wij en onze cliënten beleggen aan hoge
kwaliteitsnormen voldoet, zoals uiteengezet in de Richtlijnen voor Ondernemingsbestuur van F&C. Hierin wordt vooral gelet op: ■ de opbouw en samenstelling van de directie; ■ salarissen en andere vergoedingen; ■ interne controle- en risicobeheerssystemen. ■ Steminstructies uitvaardigen voor 100% van de aandelen onder onze hoede.
Verslag stemgedrag De onderstaande tabel geeft een overzicht van ons stemgedrag in het afgelopen kwartaal. Onderneming
Punt van zorg
Gestemd
Aegis (VK)
Benoeming twee bestuurskandidaten voorgedragen door Vincent Bollore
Unitedhealth (VS)
Hoge bezoldiging bestuur
Tegen/Voor ●/●
Steun onthouden aan Johnson als voorzitter van de remuneratiecommissie. Dit omdat de beloning van het bestuur niet strookt met de resultaten van de onderneming. Wel vóór Mundiger als blijk van waardering voor de aanstaande wijzigingen van het beloningsbeleid.
Occidental Petroleum (VS)
Hoge bezoldiging bestuur
Tegen ●
Tegenstem tegen de voorzitter van de remuneratiecommissie Chalsty. Ondanks de sterke resultaatontwikkeling is de bezoldiging van het bestuur buitensporig in vergelijking met de concurrentie. Commissie zou feitelijke prestatiedoelen moeten publiceren.
KPN (NL)
Wijziging bezoldigingsbeleid
Tegen ●
Tegengestemd omdat 50% van het aandelenplan automatisch wordt toegekend, ook als de prestaties benedenmaats zijn. Wij vinden dit onvoldoende stimulerend: niet meer dan 25% zou gemiddeld automatisch moeten worden toegekend.
ABN Amro (NL)
Goedkeuring remuneratieverslag
Onthouden van stemming ●
Onthouden van stemming omdat we ons nog steeds zorgen maken over het ontbreken van prestatievoorwaarden in het aandelen- en winstdelingsplan.
Koninklijke Olie/Shell (VK)
Motie aandeelhouders inzake maatschappelijke en milieutechnische due diligence
Onthouden van stemming ●
Wij hebben ons onthouden van stemming omdat wij over deze onderwerpen regelmatig met de onderneming in gesprek zijn. Wel zijn wij het eens met de uitgangspunten van de motie.
Tegen ●
F&C laat van zich horen Blik op… ondernemingsbestuur in de Verenigde Staten F&C heeft de actieve benadering Vote with a Voice™ de VS voortgezet, onder andere door:
6
■
alle deelnemingen op de hoogte te stellen van het stembeleid van F&C in de VS;
■
belangrijke bestuurskwesties in brieven en één-op-ééngesprekken aan te kaarten;
■
actief stemrecht uit te oefenen voor volmachten;
■
schriftelijk een eventuele tegenstem toe te lichten;
■
toezichthouders commentaar te geven op overheidsbeleid.
Commentaar F&C Gestemd tegen de benoeming van de heren Germond en Hatchuel. De voordracht kwam van een concurrent en kan ernstige belangenverstrengeling in de hand werken.
Aandeelhouders ijveren voor zinvolle bestuursverkiezingen… Er zijn maar weinig Amerikaanse ondernemingen waar bestuurskandidaten een meerderheid van stemmen moeten zien te verwerven. Een systeem van “plurality voting” is over het algemeen gangbaarder. De kandidaat met de meeste stemmen wint dan. In de praktijk is dit systeem echter een wassen neus: per vrijgevallen bestuursfunctie is er meestal maar één kandidaat en alle kandidaten weten zich dus verzekerd van hun benoeming. In 2006 heeft F&C ondernemingen aangeschreven met het verzoek deze gang van zaken te veranderen. Daarnaast hebben wij moties over dit onderwerp gesteund en geijverd voor wetswijzigingen in diverse Amerikaanse staten. Als reactie op deze druk van F&C en
2e kwartaal 2006
andere beleggers hebben bedrijven als Citigroup, Dell en Kroger beleid aangenomen waarbij bestuurders die geen meerderheid van de stemmen krijgen geacht worden hun ontslag aan te bieden. Het is dan aan het bestuur om dat ontslag wel of niet te aanvaarden. Een dergelijk beleid is weliswaar een begin, maar F&C heeft daarnaast ook steun gegeven aan moties waarin om een bindende norm werd gevraagd. Dat gebeurde onder andere bij Amgen, HewlettPackard, Staples en Wachovia. Een dergelijke motie kreeg een meerderheid van stemmen bij ExxonMobil, St. Paul Travelers en Sprint – de eerste keer in de geschiedenis van ExxonMobil dat het bestuur bij stemming een nederlaag leed. Slechts in een heel enkel geval legt een Amerikaanse onderneming de bestuursbenoeming waar die hoort: bij de aandeelhouder. Intel is zo’n uitzondering.
…en af en toe luisterde het bestuur De trend naar jaarlijkse bestuursbenoemingen zette door. Dit proces van board declassification waarin het bestuur in zijn totaliteit moet worden herkozen stelt aandeelhouders in staat jaarlijks hun mening over de bestuursprestaties kenbaar te maken. Na actief ingrijpen door F&C en anderen waagden AT&T, Boeing, 3M en Fifth Third Bancorp de sprong. Ook bij andere ondernemingen in onze portefeuille heeft F&C in éénop-één-gesprekken op een dergelijke stap aangedrongen. Dit voordat men zich daartoe door de publieke opinie genoopt ziet. Target wist vooralsnog te ontkomen aan sancties, maar EMC kreeg van een overweldigende meerderheid van stemgerechtigde aandeelhouders (84%) de opdracht om het bestuur volledig herkiesbaar te stellen. In 2006 heeft F&C deze aanpak nog verder aangescherpt: wij onthielden ons van steun aan de voorzitter van corporate governance-commissies bij alle ondernemingen met een zogenaamde ‘classified board’, dat wil zeggen een bestuursstructuur waarbij maar een deel van de bestuurders op jaarbasis wordt vervangen.
Natuurlijk is meer informatie nuttig voor een analyse van de precieze omvang van de bezoldiging, maar niets zal buitensporige topsalarissen sneller aan banden leggen dan een duidelijke goed- of afkeuring van de aandeelhouders. Precies zo’n voorstel is met steun van F&C aan de jaarvergaderingen van Countrywide Financial, Home Depot, Merrill Lynch en US Bancorp voorgelegd. Verbeteringen waren merkbaar bij een aantal ondernemingen waarbij wij het onderwerp topinkomens hadden aangekaart. Zo maakt Aetna alle emolumenten bekend, ongeacht het precieze bedrag. De onderneming licht daarnaast het hoe en waarom van de beloning in contanten en aandelen aan de CEO in heldere taal toe. Tevreden waren wij tevens over de reactie van EMC op onze suggestie dat beloningen in aandelen met ingang van 2007 beter op de resultaatontwikkeling moet worden afgestemd. Voor 2005 heeft het bestuur aan de CEO echter nog een zeer royale regeling toegekend met een grote aandelencomponent die na verloop van tijd automatisch wordt uitbetaald in plaats van wanneer bepaalde doelen zijn behaald. Dit is teleurstellend: voor beloning naar prestatie is het immers nooit te vroeg. Wij zien uit naar verdere discussies met de remuneratiecommissie van EMC.
Voorzichtig optimistisch Ondernemingen, actieve aandeelhouders en de SEC richten zich steeds sterker op de juiste aandachtsgebieden. De tijd zal leren of de inspanningen van F&C en anderen zich vertalen naar werkelijke verbeteringen in het Amerikaanse bedrijfsleven. ■
Pakken Amerikaanse ondernemingsbesturen de groeiende consensus onder aandeelhouders op en gaan zij over tot bindende normen inzake een meerderheid van de stemmen?
■
Verdwijnt de bestuursstructuur waarbij maar een deel van de bestuurders op jaarbasis wordt vervangen en daarmee ook de verminderde verantwoording aan aandeelhouders en een oneigenlijk struikelblok bij een eventuele overname?
■
Krijgt de remuneratiecommissie eindelijk ruggengraat en wordt paal en perk gesteld aan onverdedigbare topinkomens en pensioenregelingen?
■
Besluit de SEC tot verregaande, aandeelhoudervriendelijke richtlijnen voor de bekendmaking van remuneratie en emolumenten?
Onredelijke beloning strijkt beleggers tegen de haren in… F&C is een warm voorstander van uitzonderlijke beloning voor uitzonderlijke prestaties, maar alleen als de onderneming een dergelijke hoge beloning kan rechtvaardigen aan de hand van vooraf bekende doelstellingen en kan bewijzen dat het bedrijf door toedoen van de topmanagers succesvol groeit. Het afgelopen jaar zagen wij ons voor een aantal onaangename verrassingen gesteld: de CEO’s bij North Fork Bancorp en Gillette kwamen na een fusie beiden weg met meer dan $150 miljoen aan extraatjes. De bekendmaking van een gigantische pensioenvoorziening van respectievelijk $ 80 miljoen en $ 100 miljoen voor de CEO’s van Pfizer en ExxonMobil kwam de remuneratiecommissie op een flinke schrobbering te staan van de aandeelhouders. F&C schaarde zich onder 20% van de ExxonMobil-aandeelhouders in een tegenstem tegen bestuurders die hun goedkeuring aan ernstig oplopende pensioenregelingen hadden gehecht.
…en ook de SEC blaast een partijtje mee Tot ons grote genoegen richtte ook de Amerikaanse Securities and Exchange Commission (SEC) haar pijlen op de omvang en bekendmaking van bestuurdersbezoldiging – een probleem dat wij al jaren in brieven aan onze Amerikaanse beleggingen aan de kaak stellen. Wij hebben onze mening kunnen ventileren over de verbeteringen die de SEC voorstaat, met name de grotere transparantie van beloningen in aandelen, emolumenten, transacties van en voor verbonden partijen enzovoorts. F&C heeft er ook bij de SEC op aangedrongen dat bedrijven hun doelstellingen bij de bepaling van de beloning bekendmaken en dat het verslag van de remuneratiecommissie ter (advies)stemming aan de aandeelhouders wordt voorgelegd.
F&C blijft zich voor deze aandachtsgebieden inzetten bij besturen en leiding van ondernemingen en laat waar nodig via aandeelhoudersvergaderingen van zich horen.
European shareholder activists reach across borders to US
“
Here’s some bad news for U.S. executives frustrated by American shareholder activists: The Europeans are invading with plans to stir up more trouble. Big European institutional investors with sizable U.S. portfolios are pursuing quiet diplomacy, lobbying regulators and breaking with home-country tradition by filing shareholder lawsuits…. “We’re not going to get instant results,” says Ms. Litvack of F&C Asset Management. “It takes four or five years before a behemoth…shifts a few degrees.
Wall Street Journal, 12 juni 2006
”
F&C reo® rapportage
Ondernemingsbestuur & stemrecht
F&C laat van zich horen Bestemming: Londen – het waarom van ‘pas toe of leg uit’ voor buitenlandse ondernemingen Londen trekt groter stuk van de emerging markets-koek Na de val van de Berlijnse muur en de opkomst van het kapitalisme in het nieuwe Europa en de voormalige sovjetrepublieken is Londen uitgegroeid tot de belangrijkste locatie voor een beursnotering. Of zij nu in het Verenigd Koninkrijk of in de rest van de wereld gevestigd zijn, voor beleggers is deze ontwikkeling een goede zaak: meer keuzemogelijkheden en een betere integratie van de kapitaalmarkten. De aantrekkingskracht van Londen ten koste van New York zit hem echter niet alleen in fantastische prestaties in vermogensbeheer, hedgefunds en kapitaalmarkten of zelfs maar in de handige geografische positie tussen Azië en Noord-Amerika. De door President Bush geïntroduceerde wet Sarbanes-Oxley (SOX) die na het Enron en WorldCom schandaal het Amerikaanse bedrijfsleven ‘schoon zou vegen’ speelt minstens zo’n belangrijke rol. De straffe en in onze optiek al te rigide SOX-aanpak van één maat voor iedereen heeft zonder enige twijfel buitenlandse ondernemingen uit New York in de gastvrije armen van de toch wat soepelere London Stock Exchange gedreven.
Tweedeling Sarbanes-Oxley is verplicht van toepassing op alle beursgenoteerde ondernemingen in de Verenigde Staten, ongeacht het land van vestiging. De FSA vraagt daarentegen niet van buitenlandse bedrijven dat zij zich net als hun Britse concurrenten houden aan de Combined Code. Zij hoeven alleen maar toe te lichten op welke manier zij voldoen aan de eigen nationale codes en waarin deze afwijken van de Britse normen. Toen buitenlandse emittenten nog maar een geringe rol speelden in de Britse markten was dit fenomeen ook minder belangrijk. Op dit moment rijzen de volumes echter de pan uit. Met de komst van veel buitenlandse ondernemingen met afwijkende normen zien wij ons inmiddels geconfronteerd met het vooruitzicht van een inconsequent systeem. Bovendien komen vele van deze bedrijven in aanmerking voor opname in belangrijke beursindexen – en dus ook in indexfondsen en andere pensioenfondsen met een laag risicoprofiel.
ondernemingsbestuur hanteren als hun Britse concurrenten. De in de Combined Code verankerde 'pas toe of leg uit'-regel biedt voldoende speelruimte voor flexibiliteit en een pragmatische opstelling. Tegelijkertijd is volledige informatievoorziening en een level playing field voor alle emittenten gewaarborgd. Omgekeerd werkt het niet invoeren van een dergelijke verbetering het risico van ernstige bedrijfsschandalen in de hand en daarmee ook van een ernstige terugslag.
Wat doet F&C? F&C ziet in principe alle nieuwkomers als potentiële beleggingen. Een belangrijk onderdeel van het vooronderzoek bestaat echter wel uit een evaluatie van de kwaliteit van de corporate governance. Van ondernemingen uit de opkomende markten verwacht F&C dat zij zich vanzelfsprekend houden aan de best practices in hun lokale markten. Komen ze naar Londen dan moet de lat volgens ons echter nog hoger: buitenlandse bedrijven zouden zich door de Combined Code moeten laten leiden, mits een en ander volgens de eigen nationale wet- en regelgeving mogelijk is. Waar nodig kunnen zij zich dan bedienen van de ‘pas toe of leg uit’-regel. F&C heeft hiertoe zowel met de Financial Services Authority (FSA) als met ondernemingen overleg gehad. Dat geldt voor huidige emittenten zoals het Kazakstaanse kopermijnconcern Kazakhmys en potentiële emittenten als de Russische oliemaatschappij Rosneft. Bij laatstgenoemde heeft F&C aan de vooravond van een van de grootste beursgangen in de Londense geschiedenis behalve op meer duidelijkheid over het risico van rechtszaken ook aangedrongen op een grotere onafhankelijkheid van het bestuur. Rosneft wordt mogelijk voor de rechter gesleept door de voormalige aandeelhouders van het teloorgegane Yukos over de acquisitie van Yuganskneftegaz, destijds het belangrijkste productieonderdeel van Yukos. F&C wil graag meer informatie hierover.
Wij zeiden...
“
London enjoys an enviable reputation precisely because it has struck the right balance. Not only is diluting standards unnecessary from a competitive standpoint, it also puts this hard-won reputation at risk.
”
Karina Litvack, F&C, geciteerd in “UK melting pot draws business”, The Daily Mail, 15 mei 2006
Weg ermee? Willen wij dan buitenlandse ondernemingen een Londense beursnotering onthouden? Allesbehalve! Een toestroom van buitenlandse emittenten in de Londense kapitaalmarkt is de beste manier om ons op den duur te verzekeren van de ontwikkeling van de beste zakelijke praktijken. Die ondernemingen hebben op deze manier makkelijker toegang tot kapitaal en de toekomst van Londen als internationaal centrum voor uitmuntende zakelijke prestaties is hiermee verder verzekerd. Toch zouden wij graag zien dat dergelijke bedrijven ook dezelfde normen voor transparantie en goed
8
Nieuws – verdere actie Streng maar rechtvaardig in Frankrijk Terwijl de voorgenomen overname van Suez door het Italiaanse ENEL in Frankrijk aan allerlei nationalistische gevoeligheiden raakte, ging F&C onverdroten door met de campagne voor de afschaffing van stemrechtbeperkingen. Samen met andere beleggers diende F&C wijzigingsvoorstellen in bij vijf Franse concerns: Danone, Lafarge, Schneider,
2e kwartaal 2006
Société Genérale en Total. Frankrijk zit nog steeds met een erfenis van ongelijke stemrechten en stemrechtbeperkingen. Hierdoor kan het voorkomen dat aandeelhouders niet op al hun aandelen stemrecht kunnen uitoefenen. F&C is al vijf jaar bezig Franse bedrijven om te krijgen, maar de meeste houden de poot stijf. Ons resteert derhalve niets anders dan harde actie op aandeelhoudersvergaderingen. In 2005 leverde dat een weergaloos succes op bij Vivendi waar 58% van de aandeelhouders stemden voor de afschaffing van stemrechtbeperkingen. Het jaar 2006 liepen wij echter tegen een muur op: de ondernemingen bedienden zich alle vijf van juridische uitvluchten om te zorgen dat geen motie de agenda haalde. F&C heeft laten weten hierover zeer teleurgesteld te zijn en dringt erop aan dat de ondernemingen in de toekomst een dergelijk motie toestaan zonder zich al te veel aan juridische details gelegen te laten liggen.
Compass volgens de VN door omkoping lucratieve contracten in de wacht hebben gesleept. Bij deze ernstige tegenwind traden zowel de voorzitter als de CEO af en werd Compass een “schip zonder kapitein”. Tijdens dit drama heeft F&C voortdurend de vinger aan de pols gehouden. Het hele jaar door is er overleg geweest met de voorzitter, de CEO en andere belangrijke bestuursleden, onder vier ogen en onder auspiciën van de Association of British Insurers (ABI). Dankzij die gesprekken zag het management de noodzaak van veranderingen en dan met name nieuw leiderschap en de aanpak van tekortkomingen in de interne controle. De benoeming van Richard Cousins als CEO in mei 2006 en de promotie van Roy Gardner tot voorzitter luiden voor Compass een nieuwe periode in. F&C staat positief tegenover deze ontwikkelingen en blijft input en advies leveren over de interne controle en de strijd tegen corruptie.
Ook bij Arcelor hingen de rechten van aandeelhouders vijf maanden lang aan een zijden draadje. De Frans-Luxemburgse staalproducent verzette zich met hand en tand tegen een vijandig bod van het in Nederland genoteerde Indiase staalconcern Mittal Steel. Beschermingsconstructies en een eventuele (controversiële) fusie met het Russische SeverStal werden in stelling gebracht. Arcelor probeerde de fusie met SeverStal door te drukken en daarmee de aandeelhouders de kans te ontnemen tussen de twee partners te kiezen. F&C heeft samen met andere aandeelhouders geijverd voor een eerlijker stemmechanisme. Al voor de buitengewone vergadering van aandeelhouders had F&C zich uitgesproken tegen een eventuele fusie met SeverStal en was dan ook verheugd dat Arcelor op het laatste moment besloot het inmiddels veel betere bod van Mittal te accepteren.
Wij zeiden...
“
Given the significance of the transaction, we would like to have the proposed SeverStal combination be proposed to and approved by shareholders in... accordance with best corporate governance practices. These procedures would have the added advantage of allowing shareholders a meaningful opportunity to choose between the SeverStal and Mittal Steel transactions.
”
Fragment uit brief F&C en andere beleggers aan Arcelor, 31 mei 2006
In het kader van ons langdurige gevecht tegen beschermingsconstructies hebben wij ten slotte negatief gestemd bij onder andere Hermès en Saint Gobain die om een langlopende goedkeuring vroegen voor de inkoop van eigen aandelen. Onze redenering is dat een dergelijke vrijbrief voor de inkoop van eigen aandelen kan worden misbruikt als beschermingsconstructie. Ook in het geval van Total waren wij onvermurwbaar: wij stemden voor een motie waarin werd opgeroepen tot een statutaire verplichting van een meerderheid van onafhankelijke leden in het ondernemingsbestuur.
Tegenwind voor Compass Group Bij Compass Group werd met een winstwaarschuwing begin 2005 plotsklaps het einde ingeluid van een lange geschiedenis van succesvolle groei. Uit nadere mededelingen bleken problemen met de strategie en het management van de food services-onderneming. Zo zouden dochterondernemingen van
9
F&C reo® rapportage
Blik op …Klimaatverandering
Onze doelstellingen ■ Het stimuleren van een duidelijk en langetermijnoverheidsbeleid voor een verschuiving naar een
economie die minder afhankelijk is van fossiele brandstoffen ■ Alle ondernemingen aanmoedigen hun broeikasgasuitstoot te meten en openbaar te maken en
ondernemingen in sectoren met een hoge BKG uitstoot aansporen hun strategieën ten aanzien van klimaatverandering toe te lichten.
F&C laat van zich horen De impasse voorbij De meeste wetenschappers zijn het er inmiddels over eens: klimaatverandering is een reëel gevaar. Toch ontbreekt het nog steeds aan effectief internationaal beleid. In dit beleidsvacuüm varieert de reactie vanuit het bedrijfsleven van totaal niet tot sterk en luidruchtig betrokken – aan beide kanten van het debat. Zo werken BP, Shell, Goldman Sachs en andere ondernemingen niet aflatend aan de publieke bewustwording en investeren steeds meer bedrijven (zoals General Electric, Sun Microsystems en Johnson Matthey) in innovatieve technologieën. Maar in door ExxonMobil, GM, Ford en andere bedrijven gefinancierde advertenties wordt Amerikanen daarentegen verteld dat er geen reden is voor paniek en dat de bezorgdheid over smeltende ijskappen en een stijgende zeespiegel sterk overtrokken is. Bij al die polemiek zijn de uit de pan rijzende olieprijzen en de zorg over de veiligheid van de energievoorziening een belangrijke impuls voor een eerste aanpak van klimaatverandering door ondernemingen, namelijk verbetering van de energie-efficiency.
De CLGCC is van mening dat alleen een sterke overheidsinterventie de economische langetermijnimpuls kan geven tot investering in technologieën waaraan weinig tot geen fossiele brandstoffen te pas komen. Internationale actie moet: ■ de markten voor uitstootreductie versterken; ■ prille, niet-fossiele technologieën ondersteunen; ■ investeringen in ‘low-carbon’ in snel groeiende economieën
verhogen; ■ de energie-efficiency in het bedrijfsleven verbeteren; ■ consumentenacties over klimaatverandering stimuleren; ■ wet- en regelgeving ten aanzien van productie en bouw
aanscherpen; ■ het effect van vervoer op klimaatverandering verminderen.
Zij zeiden...
Zij zeiden...
“
“
Carbon dioxide: They call it pollution. We call it life
”
Advertentiecampagne in 14 Amerikaanse steden tussen 18 en 28 mei 2006. Van de Amerikaanse denktank Competitive Enterprise Institute, die wordt gesponsord door onder andere ExxonMobil, Ford Motor Company Fund en General Motors Corporation4.
Waarom laten landen en regeringen het erbij zitten? Met uitzondering van het Emissions Trading Scheme van de EU maakt men zich veelal zorgen over de kosten en de concurrentiepositie en het gevaar dat men het bedrijfsleven tegen zich in het harnas jaagt. Door het onzekere langetermijnklimaatbeleid zijn bedrijven op hun beurt vooralsnog niet overgegaan tot de omvangrijke en uitermate riskante investeringen die nodig zijn voor een economie waarin het gebruik van fossiele brandstoffen sterk is teruggedrongen. Die impasse heeft de Corporate Leaders Group on Climate Change (CLGCC3) willen doorbreken. De veertien CEO’s van de CLGCC, waaronder ook Alain Grisay van F&C, hebben in een ontmoeting met de Britse premier Tony Blair een aantal ambitieuze aanbevelingen voor een stringent klimaatbeleid overhandigd.
10
Zakelijk leiders dringen aan op strengere maatregelen klimaat
3 De CLGCC bestaat uit ABN Amro, Anglian Water Group, BAA, B&Q, F&C Asset Management, John Lewis Partnership, Johnson Matthey, Reckitt Benckiser, Shell, Standard Chartered Bank, Sun Microsystems, Tesco en Vodafone. De brief aan de Britse premier is te vinden op http://www.fandc.com/new/aboutus/Default.aspx?id=63816. 4 “Can business be cool?”, The Economist, 10 juni 2006
As you know, the scientific evidence is showing that human-induced climate change may be happening even faster than expected. It is clear to us that the need for ambitious and long-term action is becoming ever more urgent.
”
Fragment uit de CLGCC-brief aan de Britse premier Tony Blair, 6 juni 2006
Groep van $ 1 biljoen dringt aan op meer openheid van klimaatzaken De Amerikaanse regering zit over klimaatverandering nog steeds in de ontkenning. F&C heeft zich daarom aangesloten bij 26 Amerikaanse beleggingsinstellingen met een gezamenlijk beheerd vermogen van ruim $ 1 biljoen. De groep wil dat Christopher Cox, de voorzitter van de Securities and Exchange Commission, zich sterk maakt voor meer openheid van zaken over de mogelijke effecten van het klimaat op de zakelijke vooruitzichten van ondernemingen. Als mede-ondertekenaar van een brief van de Investor Network on Climate Risk (INCR) roept F&C op tot een betere handhaving van de bestaande normen voor informatieverschaffing en meer inzicht in het belang van klimaatrisico’s voor de tak van sport waarin een onderneming actief is.
2e kwartaal 2006
Het oog van de storm: verzekeraars en klimaatverandering
Wij zeiden...
Behalve naar Britse, Europese en Amerikaanse toezichthouders gaat onze aandacht uit naar het verzekeringswezen. De sector heeft het zwaar te verduren van steeds vaker voorkomende en steeds ernstigere orkanen, stormen, droogte en overstromingen. De financiële schade door orkanen in het Noord-Atlantische gebied neemt hand over hand toe, van $ 24 miljard tussen 1999 en 2003 tot respectievelijk $ 63 miljard en $ 165 miljard in 2004 en 2005. Door verzekeringen gedekte schade bereikte in 2005 een recordniveau van $ 83 miljard.
Investor F&C Asset Management believes climate change will pose a challenge to the insurance sector with the prospect of “higher or less predictable payouts”…. Alain Grisay, chief executive at F&C, says that …..“The rising frequency, severity, and most worrying of all, unpredictability of extreme weather events mean that the past is no longer an accurate predictor of the future.
Algemene verzekeraars ondervinden hiervan de meest directe gevolgen, maar alle verzekeringsmaatschappijen zien zich geconfronteerd met hogere en minder voorspelbare schadeuitkeringen in combinatie met een neerwaartse druk op de langetermijnrendementen uit vermogensbeheer. In een brief aan 30 toonaangevende verzekeraars in Europa, NoordAmerika en Japan hebben wij onze zorg uitgesproken en hen gevraagd hun strategie ten aanzien van klimaatrisico’s toe te lichten. Belangrijke vragen waren onder meer: ■ Is er bestuurstoezicht op en –verantwoordelijkheid voor dit
onderwerp? ■ Hoe kan verzekeren worden aangepast voor toenemende
klimaatrisico’s? ■ Hoe wordt het klimaatrisico van aandelenbeleggingen
bepaald?
“
”
“Get ready to be blown away”, Insurance Times, 8 juni 2006
Zij zeiden...
“
The fact that no one has an accurate picture of the financial impact climate change could have on the industry is a clear indication that more needs to be done. The industry needs to ... take a new approach to underwriting, with pricing and capital allocation models regularly being updated to reflect the latest scientific evidence.
”
Rapport van Lloyd’s of London getiteld “Climate Change: Adapt or Bust”. Het rapport werd aangehaald in “Lloyd’s warns insurers over climate change”, The Observer, 11 juni 2006
■ Heeft de onderneming producten op de markt die
stimuleren tot een vermindering van CO2-uitstoot? ■ Wat is er aan overheidsbeleid nodig voor een accurate
weergave van klimaatrisico in de prijs van verzekeren? De ultieme klimaatstrategie voor verzekeraars bestaat vooralsnog niet. Wel kennen de meeste Europese verzekeraars expliciete bestuursverantwoordelijkheid voor klimaatverandering. In sommige verzekeringspolissen wordt zelfs voorzichtig rekening gehouden met de effecten van klimaatverandering. Munich Re en Swiss Re buigen zich al jaren over het veranderende klimaat en waarschuwen al veel langer voor het gevaar. Zij hebben inmiddels ook gespecialiseerde verzekeringsproducten op het gebied van duurzame energie en stellen zich actief op in beleidsdicussies.
“
Mention the words “climate change”, and U.S. insurers usually get very, very quiet. The industry just doesn't think “stochastically,” …. Translation: Insurers don't act on the unprovable or hypothetical. But the effect of climate change on the business world is already a certainty. American insurers, missing in action on the climate change debate, should instead be trying to shape national policy.
”
“Waiting for a rainy day”, Redactioneel commentaar, Houston Chronicle, 19 juni 2006
Amerikaanse verzekeraars zijn een stuk trager. In mei 2006 introduceerde American International Group (AIG) als eerste na een lange periode van dialoog met F&C en andere beleggers een klimaatveranderingsbeleid. F&C spreekt niet alleen individuele verzekeraars in Amerika aan. Ook op staatsen federaal niveau werkt F&C aan een efficiëntere werking van de verzekeringsmarkt, zodat de werkelijke kosten van klimaatrisico’s in de verzekeringspolissen tot uitdrukking kunnen komen.
11
F&C reo® rapportage
Blik op …bedrijven en hiv/aids
Onze doelstelling Ondernemingen stimuleren na te denken over de gevolgen van hiv/aids voor hun internationale activiteiten en passende (preventieve) strategieën te ontwikkelen.
F&C laat van zich horen Inleiding Sinds precies 25 jaar geleden het eerste geval van aids in de Verenigde Staten werd gemeld, heeft hiv/aids een verwoestend spoor getrokken door Sub-Sahara Afrika. Het besmettingspercentage in landen als Botswana en Swaziland is opgelopen tot wel 40% en ook Zuid-Afrika, de meest dynamische economie van het Afrikaanse continent, wordt in de epidemie meegesleurd. In sommige Zuid-Afrikaanse ondernemingen – mijnbouwconcern Lonmin bijvoorbeeld – wordt het aantal seropositieve medewekers door diverse studies op 25% geschat. Veel onderzoek richt zich op het effect van de ziekte op de patiënt, hun gezin, familie en de maatschappij en in toenemende mate ook op de mogelijke gevolgen voor de economische groei. Minder aandacht gaat uit naar de invloed van hiv/aids op de wereldwijde financiële markten of op de specifieke ontwikkeling van een onderneming.
Het probleem Het besmettingspercentage ligt hoger dan ooit: wereldwijd leven ruim 40,3 miljoen mensen met hiv. Bijna 65% van dat totaal komt voor rekening van Sub-Sahara Afrika, maar ook in Oost-Europa, Centraal- en Oost-Azië groeit de epidemie (inclusief China, India en de Russische Federatie). Vanuit humanitair perspectief blijft Afrika natuurlijk terecht in het middelpunt van de belangstelling. Wel dient daarbij te worden opgemerkt dat maar 11% van de totale wereldbevolking in Afrika woont en dat het continent slechts 1% van het wereldwijde bbp voor zijn rekening neemt. Voor de financiële markten wordt dan ook een groter gevaar gevormd door de toenemende verspreiding van hiv/aids in Brazilië, Rusland, India en China. Deze zogenoemde BRIC-landen zijn samen goed voor 42% van de wereldbevolking en voor circa 8% van het internationale bbp. Deze sleutelmarkten voor productie en outsourcing zijn van groot strategisch belang voor veel westerse multinationals. Kortom, de sleutel tot de toekomstige wereldwijde groei ligt hier.
De zorgen De opkomende economieën vallen natuurlijk al jaren ten prooi aan een heel scala van ziekten. Niettemin wijkt hiv/aids wat betreft de economische gevolgen op drie punten belangrijk af: ■ In tegenstelling tot andere ziekten die vooral de jongsten of
juist de oudsten treffen, treft hiv/aids vooral de beroepsbevolking op het hoogtepunt van hun economische productiviteit;
12
■ Tussen besmetting en het optreden van de eerste
ziekteverschijnselen kan lang zitten. Hierdoor wordt de ziekte mogelijk vele jaren niet onderkend maar is deze tegelijkertijd wel besmettelijk. Dit probleem wordt versterkt door de geheimzinnigheid en het taboe waarmee hiv/aids in vele delen van de wereld is omgeven; ■ Hogere sterftecijfers en een slechte gezondheid van het
personeel tast de productiviteit aan. Ondernemingen zijn meer tijd en geld kwijt aan medische zorg, een hoger verzuim, werving en opleiding van vervangend personeel, openvallende vacatures en tijd van het topmanagement.
F&C neemt actie – publicatie van F&C/UBSrapport “hiv/aids Beyond Africa” Een unieke samenwerking van F&C met effectenhuis UBS heeft in mei 2005 haar beslag gekregen in een rapport getiteld “hiv/aids Beyond Africa – Managing the Financial Impacts”. Uit de studie blijkt dat de winstmarge van bedrijven in Zuid-Afrika ernstig te lijden heeft van hiv/aids, met name in arbeidsintensieve sectoren. De particuliere consumptie kan eveneens worden aangetast, zij het volgens een minder gangbaar patroon: de terugval is namelijk sterker bij dagelijkse uitgaven dan bij luxegoederen. De studie gaat ook in op de oplossingen: wat ondernemingen doen om de schade te beperken (preventie, behandeling) en welke lering nieuwe markten hieruit kunnen trekken voor het omgaan met hiv/aids. Belangrijkste conclusie is dat, bij een tekortschietend overheidsbeleid door zwakte of corruptie, zakelijk ‘zelf dokteren’ altijd nog goedkoper is dan niets doen. Het bedrijfsleven heeft er belang bij de houding ten opzichte van preventie te helpen veranderen en in voorkomende gevallen ook de behandeling van seropositieve medewerkers te financieren. Op die manier verlengt een onderneming het werkzame leven van de betreffende medewerkers en draagt tegelijkertijd belangrijk bij aan het moreel onder de medewerkers. Voor ondernemingen die in Afrika en de BRIClanden willen opereren, blijven of uitbreiden geeft het rapport duidelijk aan wat zij bij de beoordeling en vermindering van de risico’s wel en niet zouden kunnen doen.
Recente ontwikkelingen Sinds het onderzoek en de publicatie van het rapport heeft F&C een groot aantal multinationals aangesproken op hun aanpak van hiv/aids. Ter verhoging van de algemene bewustwording hebben wij daarnaast ook exemplaren van het rapport verstuurd aan 50 ondernemingen in de opkomende markten Brazilië, Rusland, India en China, waaronder Cemig, Gazprom, Lukoil, Reliance Industries, ICICI Bank, CNOOC en China Telecom.
2e kwartaal 2006
Mijnbouwsector: goed voorbeeld en bittere noodzaak Mijnbouwconcerns zijn over het algemeen actief in tenminste één regio met een hoge hiv/aids-besmettingsgraad. Een en ander hangt samen met de locatie van de hulpbronnen en de arbeidsintensieve aard van de activiteiten. Het wekt dan ook geen verbazing dat juist deze sector bij deze pandemie het voortouw neemt. De volgende ontwikkelingen zijn in lijn met een aantal specifieke aanbevelingen in ons rapport:
■ Uitrol van decentrale antidiscriminatie-, scholings- en
behandelingsprogramma’s bij Colgate Palmolive in heel Latijns-Amerika, Oost-Europa en Centraal-Azië; ■ Een onderzoek door ExxonMobil naar kennis, houding en
praktijk. Doel: meten van de effectiviteit van het StopAIDS preventie- en scholingsprogramma van de onderneming in ruim 20 landen van Sub-Sahara Afrika.
Het huidige en potentiële risico op hiv/aids van het personeel bepalen door vrijwillig testen en begeleiden:
Openlijk aan aandeelhouders en belanghebbenden rapporteren over hoe de onderneming met hiv/aids omgaat:
■ De introductie van complete test- en
■ Publicatie van het internationale hiv/aids-beleid van Johnson
begeleidingsprogramma’s bij de Zuid-Afrikaanse activiteiten van BHP-Billiton; ■ Sterk gestegen deelname aan de test- en
begeleidingsprogramma’s bij Xstrata. Met een programma van voortdurend (her)testen bij de kolenmijnen in Zuid-Afrika vergroot het management sterk het bereik. Waar nodig en wenselijk programma’s uitvoeren voor preventie en behandeling om de ziekte te beheersen en de negatieve gevolgen te beperken: ■ Van de seropositieve medewerkers bij Anglo American en
Lonmin die aidsremmers (ART) krijgen is 90% weer gewoon aan het werk. De productiviteit wordt hierdoor verhoogd; ■ Het management bij Xstrata en Anglo American meldt
sterk verbeterde arbeidsverhoudingen door toegenomen vertrouwen onder de medewerkers. Gevolg: minder stakingen en loonconflicten. Gegevens verzamelen voor een kosten- en batenanalyse van verschillende interventieprogramma’s:
& Johnson, waaronder niet-discriminatie, behandeling en scholing voor alle medewerkers en hun gezin; ■ Samenwerking tussen Barclays en Zuid-Afrikaanse dochter
Absa: hulp aan sterkst getroffen klanten in kleine en middelgrote ondernemingen, plannen voor de gevolgen van hiv/aids; ■ BP heeft de activiteiten doorgelicht op de belangrijkste
risicogebieden voor hiv/aids – Zuidelijk Afrika, IndonesiëPapua, Kaspische staten en opkomende risicogebieden zoals China, Rusland en Egypte; ■ Bij Standard Chartered: de publicatie van de hiv
e-learningmethode voor medewerkers over de hele wereld en het scholingsprogramma “Living with hiv”.
Vervolgmaatregelen Wij blijven ondernemingen aansporen onze aanbevelingen ter harte te nemen en dan met name diegene die ons inziens het grootste risico lopen door hun activiteiten in Sub-Sahara Afrika, Rusland, India en China.
■ Anglo American loopt op dit gebied voorop. De
onderneming concludeert dat de kosten van de behandeling meer dan gecompenseerd worden door onder andere: ■ Geringer verzuim. Medewerkers aan aidsremmers kunnen
na een periode van 12 à 18 maanden weer full-time aan de slag. Dit levert een besparing op van 20% à 60% van de kosten voor aidsremmers; ■ Lagere kosten gezondheidszorg. Gebruik van
voorzieningen neemt in de loop van de behandeling van 18 maanden af en zorgt voor een extra besparing van 45% à 70% van de behandelingskosten.
“
If employers use their resources wisely, they can dramatically reduce the spread of HIV/AIDS in their own workplaces. This is, of course, not just a humanitarian mission; it is good business practice. The pay-off is obvious for companies in South Africa, such as Anglo-American, De Beers and Eskom, all of which have seen AIDS decimate their workforce and affect productivity and profits.
”
“Business has a vital role to play in fighting AIDS”, Richard Holbrooke and Mark Moody-Stuart, Financial Times, Comment & Analysis, 21 mei 2006
Anderen nemen het stokje over, zowel in Afrika als daarbuiten Buiten de mijnbouwsector is de beheersing van de ziekte nog minder ver, maar uit de volgende voorbeelden blijkt wat er gebeurt met onze overige aanbevelingen: Duidelijk overbrengen dat er niet wordt gediscrimineerd op grond van seropositiviteit met als doel het taboe op de ziekte te doorbreken: ■ Ontwikkeling van een antidiscriminatiebeleid bij HSBC, met
speciale nadruk op de bewustwording en scholing van medewerkers in China, India, Maleisië, de Filippijnen en Sri Lanka;
13
F&C reo® rapportage
Blik op …de mijnbouwsector
Onze doelstelling Beschermen aandeelhouderswaarde door zeker te stellen dat mijnbouwondernemingen vraagstukken op het gebied van mens, maatschappij en milieu signaleren en aanpakken en op die manier hun ‘licence to operate’ behouden.
Achtergrond Uit de voortdurende sluitingen en blokkades in de Peruviaanse mijnbouwsector blijkt maar weer eens hoe essentieel het is dat ondernemingen hun systemen voor mens, maatschappij en milieu op orde hebben. De historische en politieke factoren mogen dan van land tot land verschillen, langdurige maatschappelijke spanningen worden vaak verder aangewakkerd door de vermeende oneerlijke verdeling van de welvaart uit de mijnbouw, afbraak van het milieu en, in de meeste opkomende landen, ontoereikende veiligheidsnormen voor medewerkers.
F&C laat van zich horen F&C heeft drie belangrijke terreinen in kaart gebracht die succes kunnen verzekeren of ondermijnen: ■
‘Licence to operate’: het welzijn van de medewerkers, goede banden met de lokale gemeenschap en milieubeheer zijn een eerste vereiste, wil een mijnbouwconcern de activiteiten gesmeerd laten verlopen en kunnen rekenen op de steun van de lokale gemeenschap;
■ De boel netjes achterlaten:
de saneringskosten voor mijnbouwvervuiling kunnen in de tien- en soms zelfs honderdtallen miljoenen lopen, vooral omdat bodemschatten vaak op ecologisch of maatschappelijk gevoelige locaties worden ontdekt. Slimme projectontwikkeling vraagt om een vooruitziende blik en een extra investering in de aanloopfase. Dit betaalt zichzelf echter op termijn dubbel en dwars terug: boetes en rechtszaken blijven uit en de onderneming wordt gezien als een verantwoordelijke en gewenste partij;
■ Binnenlopen:
een bewezen staat van dienst op het gebied van mens, maatschappij en milieu is niet alleen nuttig als een onderneming een vergunning nodig heeft en wil dat de activiteiten gesmeerd verlopen. Ook binnen de sector is een goede reputatie steeds belangrijker bij de evaluatie van een eventueel samenwerkingsverband of een mogelijke overname. De kleinere mijnbouwconcerns, die vaak in de eerste fase de grootste risico’s nemen, realiseren de meeste winst als zij zichzelf aan de ‘grote jongens’ weten te verkopen. Alleen moeten er dan natuurlijk geen onaangename verrassingen opdoemen waar een hoop kosten achter weg komen.
14
Bouwen aan de gemeenschap: probaat middel tegen de pijn? Als de lokale bevolking zich afgesneden en onteigend voelt door de rijke en dikwijls corrupte elite die een land bestuurt, keert men zich nogal eens tegen de buitenlandse mijnexploitanten die immers ‘medeschuldig’ zijn aan alle ellende. Dat gevoel wordt nog sterker als een onderneming voor de beveiliging de hulp inroept van het leger of de politie en als het publiek niet te horen krijgt hoeveel zo’n onderneming aan belastingen en sociale premies bijdraagt. (Vaak zodat corrupte politici zich dat geld kunnen toe-eigenen.) De beste aanpak in zo’n geval is behalve een goede, open en vertrouwensvolle relatie met de gemeenschap, volledige transparantie van betalingen aan en van de overheid, voor zover de wet dat toestaat. F&C stimuleert mijnbouwondernemingen om vanaf een vroeg stadium goed met die risico’s om te gaan. Al in de exploratiefase zou men moeten werken aan een mechanisme voor de verhuizing van de dorpsbewoners en een eerlijke verdeling van de voordelen. Anglo American neemt op dit gebied duidelijk het voortouw, vooral als het gaat om de emancipatie van van oudsher achtergestelde groeperingen in Zuid-Afrika. Xstrata loopt de achterstand echter snel in: op het exploratieterrein in Peru is een fonds in het leven geroepen voor investering in de gemeenschap. Een initiatief dat tot een grotere transparantie van betalingen aan de overheid moet leiden, kan eveneens op de steun van de onderneming rekenen.
De schijnwerper op de mijnbouwinkomsten van de overheid F&C maakt zich al sinds 2003 sterk voor de Extractive Industries Transparency Initiative (EITI), een initiatief van de G8 dat streeft naar een betere fiscale transparantie en verantwoording van overheden die van grondstoffenwinning afhankelijk zijn. Bij dat initiatief zijn olie- en mijnbouwondernemingen, gastlanden, maatschappelijke groeperingen en beleggers betrokken. Anglo American, Newmont Mining en Rio Tinto steunen het initiatief al vanaf het begin. Andere ondernemingen zijn inmiddels ook ingestapt: BHP-Billiton en Xstrata maken nu ook bekend hoeveel zij de regering in de gastlanden toeschuiven en F&C heeft zelfs toonaangevend koperproducent Kazakhmys weten over te halen zich bij het EITI aan te sluiten (als vooralsnog het enige Kazakstaanse concern).
… en op de politieke invloed van bedrijven F&C ijvert voor transparantie over lobbyactiviteiten van zowel bedrijven zelf als de bedrijfsorganisaties waartoe zij eventueel behoren. Zo zouden ondernemingen standaard bekend moeten maken over welke onderwerpen zij bij overheden hebben
2e kwartaal 2006
gelobbyd en welke organisaties namens hen lobbyen. Deze aanbeveling van F&C is inmiddels overgenomen door Anglo American, Rio Tinto en Xstrata. Ook andere ondernemingen worden aangemoedigd in hun voetsporen te treden.
Veilige mijnen De mijnbouwsector wordt nog steeds geplaagd door dodelijke ongevallen en verwondingen. Dit ondanks het feit dat beleggers duidelijk bereid zijn meer te betalen voor goede veiligheidsprestaties en dat slecht gerunde bedrijven het benedengemiddeld doen op de aandelenmarkten. Vooral in ontwikkelingslanden is de situatie verschrikkelijk en slaat de westerse ‘veiligheidscultuur’ maar moeizaam aan: alleen al in de Chinese kolensector sterven jaarlijks 30.000 mensen als gevolg van een dodelijk ongeval. Dat is ongeveer 370 keer zoveel als het percentage bij de grootste marktpartijen5. Degelijke beheersystemen zijn volgens F&C van het grootste belang voor de veiligheid bij mijnen. Wij zijn dan ook erg blij met de drastische herziening van de opleidingssystemen bij Anglo American en Lonmin en de nieuwe ‘veiligheidscultuur’ die voor betere prestaties moet zorgen. Dit is vooral zo prettig omdat F&C nu juist deze twee ondernemingen actief heeft aangesproken, Anglo American waar de relatief slechte veiligheidsprestaties meer in lijn met de concurrentie moesten en Lonmin dat na ernstige ongelukken bij de smeltovens in 2004 alle veiligheidsprocedures moest doorlichten. Mijnveiligheid is een belangrijke taak voor ondernemingen in de opkomende markten, zoals China Shenhua, Kazakhmys en Vedanta Resources uit India. Na enig aandringen van F&C hebben deze ondernemingen alledrie de nodige zekerheid verschaft dat veiligheid een belangrijk aandachtspunt is. Bewijs: Vedanta heeft een speciale bestuurscommissie opgericht voor de bewaking van de veiligheidsprestaties, Kazakhmys heeft een ervaren veiligheidsdeskundige (met een lange staat van dienst bij BHP Billiton) in het bestuur benoemd. Deze persoon moet het aantal (dodelijke) ongevallen in overeenstemming brengen met de gangbare percentages bij de Londense concurrentie. F&C heeft ook China Shenhua aangemoedigd om vergelijkbare maatregelen te treffen.
duidelijk en gedetailleerd beleid en beheersystemen ontwikkeld. Weer andere, waaronder Anglo American, zijn begonnen met het integreren van biodiversiteit in hun milieubeheersystemen en Rio Tinto heeft als eerste in de sector de ambitie uitgesproken om een netto positieve bijdrage te leveren aan biodiversiteit. Rapporteren over biodiversiteitsbeheer is niet makkelijk, want een duidelijke methode voor het verzamelen en meten van gegevens bestaat vooralsnog niet. Sommige ondernemingen, zoals Anglo American, Rio Tinto en Xstrata lossen dit op door moeilijke of ongebruikelijke situaties te belichten en daarnaast informatie over hun beheersystemen te verstrekken. Dat beleid wordt de komende tijd op de proef gesteld in lastige projecten, zoals de nieuwe titaniumdioxidemijn van Rio Tinto in Madagascar. Ook andere ondernemingen hebben de eerste biodiversiteitsschreden gezet: F&C heeft onder andere gesprekken gevoerd met het Braziliaanse Companhia Vale do Rio Doce (CVRD), dat onlangs een eerste biodiversiteitsverslag heeft gepubliceerd.
Zij zeiden...
“
Developing and operating mining projects with attention to the end result fits with the global movement toward sustainable development and will ultimately assist in reducing long-term liabilities and increase stakeholder acceptance.
”
Chip Goodyear, CEO BHP-Billiton, Raising the bar in mine closure planning, ICMM, juni 2006
De uitdaging van biodiversiteit Het beheer van biodiversiteit is niet alleen cruciaal voor het behoud van kwetsbare en economisch waardevolle ecosystemen maar ook voor de steun van de gemeenschap en internationale toezichthouders. In het onderzoeksrapport “Are Extractive Companies Compatible with Biodiversity?” (2004) heeft F&C een twintigtal ondernemingen in de grondstoffensector doorgelicht. Een effectief biodiversiteitsbeheer is immers de sleutel tot wingebieden, een goede relatie met toezichthouders en de lokale bevolking en minder schadeclaims. F&C dringt aan op een duidelijk biodiversiteitsbeleid, beheersystemen, doelstellingen en regelmatige rapportage. Na de publicatie heeft F&C contact gehad met de meeste grote beursgenoteerde mijnbouwondernemingen en hen van de bevindingen en de aanbevelingen op de hoogte gebracht. Sindsdien merken wij een groeiend besef van het effect van mijnbouw op de ecosystemen. Van de ondernemingen die volgens het onderzoek duidelijk bij de best practices achterbleven, hebben BHP-Billiton en Lonmin sindsdien een
5 In 2004 waren er bij de vijf belangrijkste mijnbouwconcerns (Anglo American, BHP-Billiton, Lonmin, Rio Tinto en Xstrata) 81 ongevallen met dodelijke afloop. Bij elkaar hadden de grote vijf dat jaar 256.000 mensen in dienst. Ter vergelijking: in de Chinese kolensector zijn naar schatting bijna zes miljoen mensen werkzaam.
15
Producten F&C biedt een breed pakket aan beleggingsoplossingen voor pensioenfondsen, liefdadigheidsinstellingen, financiële instellingen en overige organisaties. We bieden niet alleen de mogelijkheid tot discretionair vermogensbeheer, maar ook is het mogelijk om in onze institutionele beleggingsfondsen te participeren. Wij beleggen in diverse regio's zakelijke waarden, vastrentende waarden en depositofondsen. Mocht u nog vragen hebben dan kunt u altijd contact met ons opnemen of bezoek onze website op www.fandc.com
Contact +31 (0) 20 582 3000 +31 (0) 20 582 3621 www.fandc.com Jeroen Redeker
[email protected]
Belangrijke informatie. De in dit document weergegeven informatie was bij F&C bekend op 30 juni 2006, tenzij anders vermeld. Dit document is uitsluitend bedoeld voor professionele beleggers en dient niet te worden verstrekt aan niet-professionele beleggers. F&C heeft een “Investment Policy Committee” in het leven geroepen. Deze commissie vergadert ieder kwartaal. De bevindingen die voortkomen uit deze vergaderingen vormen de basis voor dit document. De informatie die verschaft wordt in dit document is alleen bedoeld ter informatie en dient niet te worden beschouwd als enige vorm van advies aan de ontvanger of lezer waar deze op mag/kan vertrouwen bij het nemen van beslissingen over het doen van investeringen, beleggingen of het aangaan van beleggingsovereenkomsten, noch betreft dit een aanbod om dergelijke transacties aan te gaan. De in dit document vervatte informatie, opinies, schattingen en voorspellingen zijn verkregen uit bronnen die wij redelijkerwijs betrouwbaar achten en zijn onderhevig aan wijziging. Door F&C wordt geen enkele garantie, uitdrukkelijk of impliciet, gegeven voor de correctheid of volledigheid van de informatie die dit document bevat. F&C Management Limited en iedere huidige en in de toekomst aan haar gelieerde vennootschap en/of maatschappij kan namens haar cliënten investeringen doen die in dit document worden omschreven. In het verleden behaalde resultaten bieden geen garantie voor de toekomst. De waarde van beleggingen kunnen fluctueren. Het is mogelijk dat beleggers hun inleg niet (volledig) terugkrijgen. Indien beleggingen betrekking hebben op ontwikkelende markten, niet genoteerde effecten of kleinere bedrijven dan kan de prijsvolatiliteit het risico, met betrekking tot de waarde van en de inkomsten uit de belegging, verhogen. Investeerders (al dan niet potentieel) dienen niet over te gaan tot het beleggen in effecten indien zij niet bereid zijn om de risico’s die hiermee gepaard kunnen gaan te accepteren. Deze publicatie wordt verzorgd door F&C Management Limited en F&C Netherlands B.V. F&C Management Limited wordt gereguleerd door en is geregistreerd bij de Financial Services Authority (FSA). F&C Netherlands B.V. wordt gereguleerd door en is geregistreerd bij de Autoriteit Financiële Markten (AFM). Beide ondernemingen maken deel uit van de F&C Groep waarvan F&C Asset Management Plc de moedermaatschappij vormt. ® F&C, F&C Monogram, FANDC, FandC en fandc zijn geregistreerde handelsnamen van F&C Asset Management Plc. © Copyright F&C Asset Management Plc. / F&C Netherlands B.V. 2006. Onder voorbehoud van alle rechten.
F&C Netherlands B.V. Gatwickstraat 1, 1043 GK Amsterdam, Nederland.
F&C/4596-07/06
Expect excellence
rapportage F&C Investments
In dit nummer… ■
De jacht op het groene geld: Tesco en Wal-Mart verhogen de inzet
■
Land van de rijzende… aandeelhouder: F&C pakt in Japan beschermingsconstructies, directiebeloningen en transacties tussen verbonden partijen aan
■
■
Twaalf stappen: het hoe van best practice in milieu-, maatschappij- en goede bestuurrapportages
■
FIFA-koorts en de wispelturige consument van sportartikelen
■
Pijplijnen, havens, voeding, tabak, banken en cement: het effect van biodiversiteit op het nettoresultaat
■
Schoolbussen, raffinaderijen en pijplijnen: het hoofdpijngevoel van FirstGroup en BP
Uitblinken in geheimzinnigheid: hoe 16 banken de transparantie verhogen (of juist niet)
Expect excellence
3e kwartaal 2006
reo® rapportage
Onze filosofie reo® staat voor responsible engagement overlay Het doel van reo® is om door middel van de invloed die F&C heeft als vertegenwoordiger van zijn cliënten ondernemingen waarin wordt belegd aan te sporen om te werken aan de verbetering van hun bestuurscultuur, maatschappelijke betrokkenheid en milieubeleid. F&C dient de belangen van zijn cliënten het beste en biedt de beste bescherming van de waarde van hun
aandelenbezit door systematisch en constructief de dialoog met ondernemingen aan te gaan en op een weloverwogen en transparante manier zijn stemrecht te gebruiken. Ondernemingen zullen hierdoor verstandig leren omgaan met de veranderende verwachtingen van aandeelhouders en andere belanghebbenden.
Waarom dit verslag? Onze plicht aan u F&C vertegenwoordigt u: wij zijn aangesteld om uw pensioenen en beleggingen te beheren of om uw belangen te behartigen bij de ondernemingen waarvan u aandeelhouder bent, ook als uw portefeuille bij andere vermogensbeheerders is ondergebracht. Als uw vertegenwoordiger hebben wij belangrijke verplichtingen naar u. Wij moeten in het oog houden hoe ondernemingen 1) met uw geld hun toekomstige groei denken te realiseren; 2) hun bedrijfsrisico’s beheren en minimaliseren; en 3) op langere termijn hun financiële rendement veiligstellen.
Wat betekent dit in de praktijk? Dit betekent dat wij, als uw vertegenwoordiger, de directies van de ondernemingen die u in portefeuille heeft actief aanspreken als wij reden tot zorg zien. Het betekent ook dat wij van de betreffende ondernemingen volledige openheid verwachten, zodat wij weten wat er met uw geld gebeurt. Als F&C tevens uw vermogensbeheerder is, zullen wij daarnaast ons stemrecht – uw stemrecht – uitoefenen op de algemene en bijzondere
aandeelhoudersvergaderingen van ruim 3000 ondernemingen wereldwijd.
Transparantie: het mes snijdt aan twee kanten Van ondernemingen eisen wij transparantie, dus van ons mag u hetzelfde verwachten: wij vinden dat u als belegger het recht heeft om te weten wat ondernemingsdirecties in uw naam en met uw geld doen. Bij F&C vatten wij deze verantwoordelijkheid uiterst serieus op. In dit kwartaalverslag geven wij tekst en uitleg over de vragen en opmerkingen die wij namens u bij ondernemingsdirecties hebben neergelegd, zodat zij weten wat hun aandeelhouders bezighoudt.
Wat kunnen wij beter? Wij hopen dat wij uw zorgen over goed ondernemingsbestuur, milieubewustzijn en de bescherming van werknemers- en mensenrechten goed voor het voetlicht hebben gebracht. Maar wij willen dat graag zeker weten. U vindt een elektronische versie van deze rapportage op: www.fandc.com/governance
Feedback: uw geld luistert Uw inbreng stellen wij op prijs. Daarom horen wij graag van u hoe u vindt dat uw geld moet spreken. Voor vragen en/of opmerkingen kunt u contact opnemen met uw accountmanager. U kunt uw commentaar ook per post opsturen naar: F&C Netherlands B.V., Postbus 75471, 1070 AL Amsterdam
reo® wordt bedreven namens:
3e kwartaal 2006 2e
Inleiding De afgelopen hete zomermaanden ging de aandacht nog weer eens extra uit naar het opwarmende klimaat. De jacht op het groene geld was geopend: in het Verenigd Koninkrijk buitelden de supermarkten over elkaar heen om de consument te doordringen van hun goede voornemens om hun energieverbruik, CO2uitstoot en afval terug te dringen en tegelijkertijd de visstand en landarbeiders te beschermen. En terwijl de voetbalkoorts om zich heen greep, werden fabrikanten van sportartikelen door een meedogenloos onderzoek naar de arbeidsomstandigheden bij hun toeleveranciers nog weer even fijntjes herinnerd aan de kwetsbaarheid van een internationaal merk. F&C richtte ook de blik op het oosten: meer dan 250 van de 500 Japanse bedrijven waar stemrecht was uitgeoefend, zijn aangeschreven met verbeterverzoeken, variërend van bestuur dat op de schop moest tot de aanscherping van de beloningsstructuur en een einde aan beschermingsconstructies. Na drie jaar volhouden beginnen onze inspanningen eindelijk effect te sorteren. Ook in de Verenigde Staten viel het afgelopen kwartaal weer het nodige te verhapstukken over bezoldiging, de kwaliteit van de verslaglegging, werknemersrelaties, biodiversiteit en nog veel meer.
Zij zeiden...
“
As these issues have become more mainstream, those supermarkets for whom this has been less of an issue have woken up to the fact that their customers are demanding it. If they don’t respond, there’s an opportunity for those who have been doing this for a long time to steal their customers.
”
Justin King, Chief Executive, J Sainsbury, “The GREEN Grocers – Why Britain’s supermarkets are falling over themselves to prove their environmental credentials”, The Sunday Times (Business), 24 september 2006
Karina Litvack – Director,
Head of Governance & Socially Responsible Investment F&C Asset Management
In dit nummer richten wij de blik op het bankwezen. Wij kijken met name naar de enorme vooruitgang die veel van de belangrijkste financiële instellingen hebben geboekt in de aanpak van het effect van de kredietverlening op het milieu en de lokale gemeenschap – en naar de steeds groter wordende kloof tussen de koplopers en de achterblijvers
Actief aandeelhouderschapsprogramma’s Ondernemingsbestuur Ondernemingsbestuur & stemrecht 6-7 Blik op rapportage en duurzaamheidsverslaggeving 8-9 Blik op transparantie in 10 het bankwezen
Maatschappij Blik op arbeidsomstandigheden 14-15
Milieu
Sector special
Blik op biodiversiteit & milieubeheer 11-13
Blik op supermarkten
16-18
reo® rapportage
In dit rapport opgenomen ondernemingen
Ondernemingsbestuur & stemrecht Bedrijf
Landen
Bedrijf
blz. 6-7 Landen
Bedrijf
Landen
Bedrijf
Landen
Advantest
JP
Mitsubishi Electric
JP
Furukawa Electric
JP
Sumitomo Realty
JP
Astellas Pharma
JP
Nippon Electric Glass
JP
Glory Ltd
JP
Suzuki Motor
JP
Bank Tokyo-Mitsubishi
JP
Nishimatsu Construction
JP
Godo Steel
JP
Tokuyama
JP
Benesse Corp
JP
Okumura Corp
JP
Hitachi
JP
Toshiba
JP
Central Glass
JP
Sharp
JP
JFE Holdings
JP
Tosho Corporation
JP
Dai Nippon Printing
JP
Shiseido
JP
Komatsu
JP
Shiseido
JP
Daiwa Securities
JP
Sieyu
JP
Marusan Securities
JP
Yamaha
JP
Dowa Mining
JP
Sumitomo Corporation
JP
Mazda
JP
Zeon
JP
Fuji Photo Film
JP
Sumitomo Metal
JP
Mitsubishi Corporation
JP
Transparantie – resultaten Bedrijf
Landen
Bedrijf
blz. 8-10 Landen
Bedrijf
Landen
Bedrijf
Landen
ABN-Amro
NL
Charter
VK
NG
NL
Standard Chartered
Aegis
VK
Citigroup
VS
JPMorgan Chase
VS
Verizon
VS
Alliance & Leicester
VK
Commerzbank
DE
Kroger
VS
Wachovia
VD
Barclays
VK
Goldman Sachs
VS
Lloyds TSB
VK
Wendy’s
VS
BBVA
ES
Group4 Securicor
VK
Pendragon
VK
BNP Paribas
FR
Home Depot
VS
Prodesse
VK
Cairn Energy
VK
HSBC
VK
Rabobank
NL
Milieu – biodiversiteit & mileubeheer Bedrijf
Landen
AngloGold Ashanti
VK
BAT Boots
Bedrijf
blz. 11-13 Landen
Bedrijf
Landen
JP
Bedrijf
ExxonMobil
VS
Mitsubishi Corporation
VK
Forth Ports
VK
PPB Oil Palms
MY
Wm Morrison
VK
Freeport-McMoRan
VS
Rio Tinto
VK
Woodside
BP
VK
HSBC
VK
Royal Dutch Shell
Cadbury Schweppes
VK
Illinois Tool Works
VS
Sainsbury’s
VK
Chevron
VS
Lafarge
FR
Total
FR
NL/VK
Unilever
Xstrata
Maatschappij – arbeidsomstandigheden Bedrijf
Landen
Bedrijf
VK
Landen
VK VK AUS VK
blz. 14-15 Landen
Bedrijf
Landen
Bedrijf
Landen
adidas Group
DE
Costco
VS
JJB Sports
VK
Puma
Altria
VS
Dell
VS
KarstadtQuelle
DE
Time Warner
VS
Bed Bath & Beyond
VS
FirstGroup
VK
Kimberly-Clark
VS
Umbro
VK
BP
VK
Hasbro
VS
Mattel
VS
Walt Disney
VS
Coopers Industries
VS
IBM
VS
Nike
VS
Yue Yuen Industrial
CN
Sector – supermarkten Bedrijf
Landen
IT
blz. 16-18 Bedrijf
Landen
Bedrijf
Landen
Bedrijf
Landen
Carrefour
FR
J Sainsbury
VK
Tesco
VK
Wal-Mart
VS
Co-op
VK
Marks & Spencer
VK
Waitrose
VK
Wm Morrison
VK
3e kwartaal 2006
Activiteitenverslag derde kwartaal 2006 F&C bereikt met zijn responsible engagement overlay een diepere en bredere betrokkenheid dan wie dan ook, zoals uit onderstaande kwartaalcijfers blijkt. Wij onderscheiden ons door: ■ ons 15-koppig team van specialisten op het gebied van goed ondernemingsbestuur en
maatschappelijk verantwoord ondernemen, dat in staat is de portefeuilles volledig te bewaken op risico’s met betrekking tot milieu, maatschappij en ondernemingsbestuur en om waar nodig diepgaand en langdurig met individuele ondernemingen in gesprek te gaan; ■ internationale betrokkenheid in alle markten; ■ volledige benutting van stemrecht – F&C oefent het stemrecht uit op alle aandelen van cliënten
wereldwijd en doet hier maandelijks verslag van. Aantal aangesproken ondernemingen dit kwartaal Programma Goed ondernemingsbestuur 42
Omkoping & corruptie 33
Transparantie & resultaten 77
Milieubeheer & verslaglegging 20
Biodiversiteit 10
Klimaatverandering 18
Arbeidsomstandigheden 14
HIV/AIDS
2
Mensenrechten 16 0
10 20 30 40 50 60 70 80 Totaal aantal aangesproken ondernemingen dit kwartaal1 Aantal moties
90
100
110
120
130
137 26555
Aantal vergaderingen waar is gestemd2 Stemmen tegen directie3
5288
Brieven aan directie over ondernemingsbestuur
1744
3106
Aanspreken van in de FTSE-350 opgenomen ondernemingen4
Geografische verdeling UK 32%
Aangesproken 49%
Continental Europe 18%
Niet aangesproken 51%
North America 44% Japan 1% Asia (ex japan) 1% Other 4%
In deze tabel staat het land van vestiging van ondernemingen die F&C in het afgelopen kwartaal actief heeft aangesproken op hun beleid.
1 2 3 4
Ondernemingen kunnen op meerdere beleidspunten aangesproken zijn Ondernemingen kunnen op meerdere beleidspunten aangesproken zijn Dat wil zeggen, vergaderingen waarvoor F&C steminstructies heeft afgegeven Stemmen tegen directie of onthoudingen
Hierboven kunt u zien welk deel van de ondernemingen in de FTSE-350 Index, gemeten naar marktkapitalisatie, F&C in het afgelopen kwartaal actief op het beleid heeft aangesproken.
reo® rapportage
Ondernemingsbestuur & stemrecht Onze doelstellingen
■ Ervoor zorgen dat het bestuur van ondernemingen waarin wij en onze cliënten beleggen aan hoge
kwaliteitsnormen voldoet, zoals uiteengezet in de Richtlijnen voor Ondernemingsbestuur van F&C. Hierin wordt vooral gelet op: ■ de opbouw en samenstelling van de directie; ■ salarissen en andere vergoedingen; ■ interne controle- en risicobeheerssystemen. ■ Steminstructies uitvaardigen voor 100% van de aandelen onder onze hoede.
Verslag stemgedrag De onderstaande tabel geeft een overzicht van ons stemgedrag in het afgelopen kwartaal. In een aantal gevallen volgde onze stem ten gunste van de directie pas na een uitgebreide dialoog, waarin wij onderling tot een compromis kwamen of overeenstemming bereikten. Stemgedrag
Aantal
%
Totaal aantal vergaderingen
3106
-
Aantal landen waarin is gestemd
54
-
Aantal moties
26555
100
Aantal stemmen vóór directie
21267
74,7
Aantal stemmen tegen directie
1719
6,1
Onthoudingen
3569
12,5
Geen stemming
1906
6,7
Analyse stemmen Betreft
% voor % tegen % onthouden
% stemmen op % geen onderdelen stemming
Routinezaken
79
4
7
0
10
Directie
76
2
18
0
4
Vermogen
77
10
2
0
11
Fusies/reorganisaties
90
1
4
0
5
Aandelenopties enz.
64
12
15
0
8
Beschermingsconstructies
50
50
0
0
0
Overige
76
7
10
0
7
Aandeelhoudersmoties aantal stemmen voor of tegen directie
voor
tegen
onthouden
113
343
106
F&C laat van zich horen Japan: ‘A Vote with a Voice™’
In Japan combineert F&C net als elders de actieve uitoefening van het stemrecht op de aandeelhoudersvergadering met een uitgebreide dialoog met de ondernemingen waarin belegd is. Vóór de vergadering wordt in een brief ons beleid ten aanzien van goed ondernemingsbestuur uit de doeken gedaan en achteraf motiveren wij onze eventuele stem tegen de directie. Deze unieke benadering resulteert in betere informatie, pragmatischer stemgedrag en indringende één‑op‑één gesprekken.
Begin 2006 stuurden wij onze richtlijnen voor goed ondernemingsbestuur aan 500 Japanse ondernemingen. Daarin werden met name ook onze belangrijkste zorgen over de effectiviteit van het bestuur en de rechten van de aandeelhouders voor het voetlicht gebracht. Hoewel wij blij zijn met een aantal wijzigingen in het Japanse vennootschapsrecht met ingang van 2005 (de nieuwe transparantieregels voor de onafhankelijkheid van de bestuurders bijvoorbeeld) zijn wij tegen het feit dat het bestuur in Japan in sommige gevallen tot actie mag overgaan zonder eerst de aandeelhouders te hebben geraadpleegd.
3e kwartaal 2006
Na de stemrondes hebben wij ruim 250 brieven geschreven waarin wij onze eventuele stem tegen de directie motiveerden of aandacht vroegen voor nog lopende zaken. Er valt weliswaar nog steeds een heleboel te doen, maar A Vote with a Voice™ begint vruchten af te werpen: het bestuur is bij sommige bedrijven inmiddels ingekrompen (o.a. Nishimatsu Construction), de bezoldiging van de bestuurders ter stemming aan de aandeelhouders voorgelegd (Sumitomo Corporation) of een onafhankelijke raad van statutaire accountants ingesteld (Suzuki Motor). F&C heeft verder deelgenomen aan de consultatieronde over de Discussion Paper on Improvements to the Listing System die door de beurs in Tokio werd gehouden. Verheugd waren wij over de roep om een grotere transparantie van de bedrijfsrapportages. Daarnaast hebben wij Japanse bedrijven behalve tot bekendmaking van alle wezenlijke transacties tussen verbonden partijen ook aangespoord tot openbaarmaking van eventuele verdere belangen in het bedrijf die hun grootaandeelhouders indirect, via belangen in andere ondernemingen of beleggingsfondsen, hebben. Tot slot hebben wij aangedrongen op bepalingen voor het respecteren van de rechten van de minderheidsaandeelhouder.
Ongewenste veranderingen in statuten… In 2006 was sprake van een ware explosie van bestuursverzoeken waarin werd gevraagd om ruimte voor het bepalen van de dividenduitkering of de inkoop van eigen aandelen zonder toestemming van de aandeelhouders vooraf. In alle gevallen hebben wij tegen gestemd, onder andere bij Benesse Corp, Bank Tokyo-Mitsubishi, Daiwa Securities Group Inc, Hitachi Information Systems en Mitsubishi Electric. Wij zien een jaarlijkse stemming over dergelijke verzoeken namelijk als een belangrijke manier voor het afleggen van verantwoording van een onderneming aan de feitelijke eigenaars: de aandeelhouders.
… en getouwtrek over beschermingsconstructies Ook in 2006 stond de beschermingsconstructie (de poison pill) weer hoog op de agenda. Het nieuwe vennootschapsrecht in Japan staat bepaalde beschermingsconstructies toe zonder overleg vooraf met de aandeelhouders. Dit druist regelrecht in tegen de oproep van internationale beleggers, F&C incluis, om de poison pill af te zweren en een gedragscode rond overnames af te spreken. F&C heeft bij Central Glass, Dowa Mining, Sharp, Yamaha en Zenrin tegen de directie gestemd om onze zorg over te brengen over het feit dat het bestuur akkoord is gegaan met beschermingsmaatregelen zonder voorafgaande toestemming van de aandeelhouders. Ook bij Shiseido, Sumitomo Metal Industries, Sumitomo Realty & Development Company, Tokuyama, Tosho Corp en Zeon stemden wij tegen beschermingsconstructies en daarmee samenhangende statutenwijzigingen. Onze redenering was en is dat goed management nog altijd het beste wapen is tegen ongewenste overnames. Wij hebben daarentegen wel onze goedkeuring gegeven aan beschermende maatregelen bij Marusan Securities en Nippon Electric Glass. Het betrof hier namelijk tijdelijke constructies waarvoor beide ondernemingen eerst de goedkeuring van de algemene vergadering van aandeelhouders hadden gevraagd. Wij hebben beide concerns op het hart gedrukt zich sterk te maken voor de ontwikkeling van een gedragscode rond overnames, waardoor dergelijke beschermingsconstructies in de toekomst niet meer nodig zijn.
F&C kijkt strenger naar effectiviteit bestuur… De Raad van Bestuur van een Japanse beursgenoteerde onderneming is vaak erg groot, met soms wel 55 bestuurders en maar weinig en soms zelfs helemaal geen onafhankelijke directieleden. Op de effectiviteit van het bestuur valt in Japan dus heel wat af te dingen. Wij hebben onze zorg hierover kenbaar gemaakt door bij zulke bedrijven tegen tenminste één bestuursbenoeming te stemmen, onder andere bij Fuji Photo Film, Glory Ltd en Godo Steel. Verder blijven wij ons inzetten voor aparte commissies voor audit, beloning en benoeming, omdat zo een effectieve en controleerbare besluitvorming het beste gewaarborgd is. Al in 2003 werd het Japanse vennootschapsrecht aangepast om de instelling van een structuur van drie commissies mogelijk te maken. Zo'n 36 ondernemingen waagden direct de sprong (o.a. Hitachi, Sieyu, Toshiba), maar anderen hielden de boot af.
… ijvert voor onafhankelijkheid accountants… In Japan, waar bijna ieder bedrijf nog traditiegetrouw werkt met een eigen ‘Board of Statutory Auditors’, moet het principe van onafhankelijke en onder de verantwoordelijkheid van het bestuur vallende accountantscontrole nog vaste voet aan de grond krijgen. Tot die tijd nemen accountants die op de loonlijst van de betreffende onderneming staan rustig zitting in het accountantscollege en bemoeit de Raad van Bestuur zich niet formeel met de gang van zaken. F&C gaat verder dan het Japanse vennootschapsrecht. Wij vinden namelijk dat in ieder geval een meerderheid van de leden van een dergelijk accountantscollege van buiten het bedrijf moet komen. Uit ons stemgedrag blijkt deze strenge opvatting: wij hebben ons onthouden van stemming waar een benoeming het accountantscollege in meerderheid niet onafhankelijk maakte. Verder stemden wij tegen aanpassingen die de aansprakelijkheid van de accountants moesten verminderen, onder andere bij Advantest, Astellas Pharma, Dai Nippon Printing, Fuji Photo Film, JFE Holdings, Mazda Motor Corp en Mitsubishi Corporation. Reden: de nog steeds zwakke kwaliteit van de accountantscontrole en het toezicht in deze markt.
…en steunt wijziging financiële prikkels De nieuwe trend sinds 2005 is de afschaffing van de gouden handdruk bij pensionering (o.a. bij Furukawa Electric). In de meeste gevallen worden deze maatregelen door F&C verwelkomd als een stap in de richting van een eigentijdse beloningsstructuur, behalve als de omvang van de compensatieregeling niet openbaar is of als onafhankelijke bestuurders op een dergelijke manier worden beloond (Okumura Corp). Verder hebben wij ons uitgesproken vóór nieuwe aandelenoptieplannen (bij onder andere Komatsu) en ervoor gepleit deze te koppelen aan de prestaties.
reo® rapportage
Blik op… rapportage en duurzaamheidsverslaggeving Onze doelstellingen
■ Bedrijven aanmoedigen zich te houden aan de richtlijnen van F&C voor goed en maatschappelijk
verantwoord ondernemingsbestuur, waarbij vooral wordt gelet op: ■ directieverantwoordelijkheid en effectieve structuren om deze verantwoordelijkheid uit te oefenen; ■ formeel beleid voor belangrijke duurzaamheidsvraagstukken; ■ beheer- en bewakingssystemen voor de invoering van duurzaamheidsbeleid; ■ openbare verslaglegging.
F&C laat van zich horen
Best practice
F&C verwacht hoge transparantienormen van de ondernemingen waarin wordt belegd. Onderdeel van die transparantie is een uitgebreide beschrijving in het jaarverslag van de trends en de factoren die de resultaten en toekomstige ontwikkelingen van het bedrijf beïnvloeden. Dit verhalende onderdeel van de verslaglegging, dat in het Engelse taalgebied bekend staat als narrative reporting, vormt een belangrijk mechanisme voor de verbetering van de kwaliteit van de dialoog tussen onderneming en aandeelhouders en omvat alle factoren die ten grondslag liggen aan de winstgevendheid op de lange termijn. Tot die narrative reporting behoren onder andere ook terreinen die van oudsher niet in het jaarverslag aan de orde kwamen, zoals duurzaamheidsonderwerpen van materieel belang over milieu, maatschappij en goed bestuur. Vooral in sectoren die een grote invloed op hun omgeving hebben, verwachten wij dat ondernemingen met een allesomvattend duurzaamheidsverslag komen waarin meer in detail op de zaken wordt ingegaan en dat is gericht op de lokale gemeenschap, instellingen zonder winstoogmerk en vertegenwoordigers van de overheid. Duurzaamheidsverslaggeving varieert natuurlijk per regio en sector, maar wij geven hier een aantal richtlijnen voor best practice.
■ Toelichten hoe het duurzaamheidsbeleid zich verhoudt tot de belangrijkste bepalende operationele en financiële factoren;
Wat verwacht F&C?
Twaalf stappen: best practice in duurzaam heidsverslaggeving Minimaal ■ Bepalen en uitleggen van de verantwoordelijkheid van het bestuur voor duurzaamheidsvraagstukken; ■ Signaleren belangrijke duurzaamheidsrisico’s en -kansen voor het bedrijf; ■ Formuleren beleid voor de belangrijkste duurzaamheidsvraagstukken en toelichten van de invoering en bewaking daarvan; ■ Publiceren belangrijkste duurzaamheidsdoelstellingen en prestatie-indicatoren (KPI’s) voor de internationale activiteiten; ■ Beschrijven systemen voor de scholing van bestuur en medewerkers over duurzaamheidsvraagstukken; ■ Rapporteren feitelijke prestaties ten opzichte van beleid.
■ Beschrijven overlegprocedures met de belangrijkste belanghebbenden en verzorgen feedback over de diverse meningen; ■ Niet alleen de succesverhalen maar ook de uitdagingen en tegenslagen rapporteren; ■ Beschrijven procedures voor de verificatie van gegevens (incl. externe verificatie); ■ Meewegen algemeen aanvaarde richtlijnen voor de verslaggeving, bijvoorbeeld het Global Reporting Initiative; ■ Beschrijven op welke manier de duurzaamheidsdoelstellingen in de bedrijfscultuur zijn verankerd, onder meer hoe deze doorwerken in het beloningsbeleid en andere instrumenten op het gebied van prestatiemanagement.
F&C benadert toezichthouders over kwaliteitsverbetering Diverse landen zijn momenteel bezig de grondslagen voor de verslaglegging te actualiseren. F&C heeft de International Accounting Standards Board (IASB) opgeroepen tot een hoge standaard voor narrative reporting met richtlijnen voor best practice. Dit is niet alleen van belang voor een wereldwijde verbetering van de verslaglegging maar ook voor een eerlijkere concurrentieomgeving in alle markten. In het Verenigd Koninkrijk heeft F&C de overheid op het hart gedrukt dat de kwaliteit van de verslaglegging in de zogenoemde ‘Business Review’ omhoog moet. Dit naar aanleiding van de onverwachte afschaffing van het bestuursverslag (de Operating & Financial Review of OFR) eind 2005. Een en ander is met name van belang met het oog op de introductie van uitgebreide ‘ontsnappingsclausules’ voor bestuurders, waarin tegemoet wordt gekomen aan de zorg over de persoonlijke aansprakelijkheid voor uitspraken over de toekomst. F&C is van mening dat, om standaardverhalen te voorkomen, dergelijke clausules weliswaar van belang zijn, maar vindt wel dat een en ander gepaard dient te gaan met een aanzienlijke verbetering van de kwaliteit van de verslaggeving.
3e kwartaal 2006
Stemmen met de voeten
Wij zeiden...
“
The Government should create strong incentives for best practice narrative reporting based on the framework set out in the Accounting Standards Board’s Reporting Statement… Under this non-prescriptive approach, it will be for investors to then evaluate whether this level of disclosure is adequate for their purposes and the onus will be on companies to explain any omissions, including on any significant governance, social and environmental issues.
”
Uit brief F&C aan de Britse regering, 23 maart 2006
In 2005 heeft F&C zich vanwege ontoereikende verslaggeving over duurzaamheidsvraagstukken onthouden van stemming of gestemd tegen de jaarverslagen en -rekeningen van meer dan tien Britse ondernemingen, waaronder Cairn Energy, Group4 Securicor en Pendragon. In 2006 zijn verbeteringen beloond met een stem ten gunste van het management (onder ander bij Cairn en Pendragon) terwijl een slechte openheid van zaken bij onder andere Aegis Group en Charter PLC aanleiding was om ons van stemming te onthouden. Ook Prodesse kon niet op onze stem rekenen. Het concern had niet gemeld hoeveel de beloningen voor onafhankelijke bestuurders bedroegen en het beloningsbeleid bovendien niet ter goedkeuring aan de aandeelhouders voorgelegd. In de Verenigde Staten schaarden wij ons achter de herhaalde roep om een duurzaamheidsverslag bij fast food-keten Wendy’s en supermarktketen Kroger. Verder drongen wij aan op een betere rapportage over politieke donaties bij onder andere Verizon en over gelijke kansen op de werkplek bij Home Depot.
reo® rapportage
Blik op... transparantie in het bankwezen
Belangrijkste aandachtspunten ■ Net als iedere andere onderneming met een groot
personeelsbestand en activiteiten over de hele wereld hebben banken een aanzienlijk direct effect op het milieu en de maatschappij. Dat effect valt echter in het niet bij de indirecte invloed van de financiering van klantactiviteiten. Behalve het verhoogde risico van wanbetaling staat namelijk ook de reputatie van een bank op het spel. Een reputatie waar hard voor is gewerkt en die is gebaseerd op zorgvuldigheid en vertrouwen. Van oudsher zien banken zich geconfronteerd met tegenstrijdige krachten die werkzaam zijn bij de transparante melding en rapportage van de activiteiten. Immers, de informatiestroom wordt ingeperkt door stringente nalevingseisen en waarborging van de vertrouwelijkheid van de klant. Niettemin dringt F&C al heel lang aan op verhoging van de transparantie. Uitgangspunt is dat de aandeelhouders op de hoogte horen te zijn van duurzaamheidsvraagstukken die van invloed kunnen zijn op het nettoresultaat en de relatie met de voornaamste belanghebbenden.
F&C onderneemt actie … kredietverlening in de schijnwerpers ■ F&C hamert al sinds 2002 op een grotere openheid
van zaken. Wij willen daarbij vooral weten hoe banken risico’s van milieu en maatschappij integreren in hun (beslissingen tot) kredietverlening. Op diverse terreinen en in verschillende mate is inmiddels voortgang geboekt. De belangrijkste banken zijn het er over eens dat alleen rapportage over de interne milieuprestaties ontoereikend is. Dat blijkt wel uit de diverse onderdelen van de duurzaamheidsverslagen met koppen als ‘verantwoord bankieren/lenen’, ‘de markt’, ‘milieuinvloeden’ of ‘bescherming van ons milieu’. Na de publicatie van onze baanbrekende vergelijkende studie ‘Environmental Credit Risk in the Pan-European Banking Sector’ in 2002 zijn een aantal banken, waaronder ABN AMRO, Barclays, Citigroup, Goldman Sachs, HSBC, ING, JPMorgan Chase, Standard Chartered en Wachovia, overgegaan tot de publicatie van milieubeleid en richtlijnen voor de kredietverlening aan sectoren die een zware stempel op hun omgeving drukken. ■ Dat een en ander minder snel gaat bij maatschappelijke
kwesties blijkt uit een studie met de titel ‘Banking on Human Rights’ die F&C samen met KPMG heeft gepubliceerd. Een beetje schot zit er wel in, want Alliance & Leicester, Barclays, HSBC, ING, Lloyds TSB, Rabobank en Standard Chartered hebben de afgelopen jaren een mensrechtenbeleid geformuleerd. ABN AMRO onderscheidt zich als koploper: voor de risicoanalyse van landen en projecten hanteert de bank een beleidskader voor landen-, sociale en ethische risico’s (Country Social and Ethical Risk Framework/ SCERF) en verschaft gedetailleerde informatie over hoe mensenrechten, corruptie, politieke en militaire stabiliteit in dat kader worden verdisconteerd. 10
■ F&C ijvert tevens voor een betere rapportage over
de invoering van de Equator Principles (EP) voor projectfinanciering. De in 2003 met actieve deelneming van F&C ontwikkelde Equator Principles integreren de gedrags- en richtlijnen van de Wereldbank voor sociale en milieuaspecten met de financieringsovereenkomsten voor grote projecten zoals pijpleidingen en dammen. F&C is met ruim 25 banken in gesprek gegaan over de verbetering van opleiding, risicobeoordelingstechnieken en prestatiemeting en -bewaking. In 2006 hebben ABN AMRO, Barclays, Citigroup en HSBC uitgebreid verslag gedaan van de implementatie van de Equator-beginselen, het aantal en de waarde van de transacties waarop EP van toepassing was en welke stappen zijn ondernomen ten bate van de naleving van de negen EP-beginselen.
Volgende stap … de boodschap uitdragen De openheid over maatschappelijk verantwoord ondernemen is sterk verbeterd, maar onevenwichtig verdeeld. Banken als Commerzbank, BBVA en BNP Paribas melden bijvoorbeeld nog steeds alleen directe invloeden. Banken in andere delen van Europa (o.a. Griekenland) bieden steeds interessantere groeikansen, maar worden gekenmerkt door een extreem beperkte aanpak van en rapportage over duurzaamheid. F&C blijft zich sterk maken voor de invoering van internationale best practice-normen in deze en minder ontwikkelde markten. De voortrekkers kunnen duidelijk maken hoe beheer van duurzaamheidskwesties het nettoresultaat ten goede kan komen doordat hiermee activiteiten met een hogere marge kunnen worden binnengehaald, het concurrentievoordeel kan worden verbeterd, de reputatie kan worden versterkt en/of de medewerkers sterker kunnen worden gemotiveerd.
3e kwartaal 2006
Blik op… milieu Onze doelstellingen
■ Biodiversiteit:alle ondernemingen die de biodiversiteit serieus bedreigen aansporen tot het opzetten
van een biodiversiteitsbeleid en een proces voor het beheersen van biodiversiteitseffecten; ■ Milieubeheer & verslaglegging: ervoor zorgen dat ondernemingen deugdelijke systemen invoeren voor
het opsporen van risico's voor maatschappij en milieu; effectieve milieubeheersystemen ontwikkelen voor het omgaan met risico's; rapporteren over de prestaties en formuleren van een toepasselijke strategie.
Biodiversiteit
Achtergrond: het belang van ecosysteemdiensten In het lijvige VN-rapport Millennium Ecosystem Assessment (waarin ook een bijdrage van F&C over het bedrijfsleven en biodiversiteit is opgenomen) werd de nadruk gelegd op het belang van ‘ecosysteemdiensten’ voor een productieve economie, oftewel de toegevoegde maatschappelijke en economische waarde van de diverse functies van het natuurlijke ecosysteem (bijvoorbeeld schoon water, voedsel, bouwmaterialen).
F&C laat van zich horen In ons onderzoeksrapport ‘Is biodiversity a material risk for companies?’ (2004) zijn negen sectoren aangewezen die een sterke wissel op de biodiversiteit trekken en waarop wij onze actieve aanpak richten. Door de complexiteit van de materie, zelfs voor de professionals, bestaan er geen standaardregels voor biodiversiteitsbeheer voor ondernemingen. Wij signaleren drie ontwikkelingen in de benadering van biodiversiteitsbeheer. De volgende technieken kunnen rekenen op onze actieve goedkeuring en steun:
Onafhankelijk panel Veel ondernemingen zijn voor hun activiteiten afhankelijk van biodiversiteit of ecosysteemdiensten en derhalve kwetsbaar voor eventueel slecht beheer door andere partijen. Weer andere bedrijven kunnen de biodiversiteit die aan dergelijke diensten ten grondslag ligt belangrijk verbeteren of juist schaden, maar zijn zich daarvan vaak niet bewust. Ondernemingen met een negatieve invloed kunnen op een dag onaangenaam worden verrast door toezichthouders of door gerichte en goed geïnformeerde campagnes over vraagstukken als duurzame bevissing of tropisch hardhout. Ze kunnen daarentegen ook de biodiversiteit verhogen door hogere kwaliteitsnormen van de bedrijfskolom te eisen of door eventuele grond goed te beheren. Uit onderzoek van F&C blijkt dat een strategische aanpak vaak ontbreekt en dat ondernemingen het moeilijk vinden biodiversiteit te integreren in de aanwezige milieubeheersystemen. Te laat ingrijpen of verontachtzaming van belangrijke milieufactoren is het gevolg. Met biodiversiteit samenhangende kwesties als toegang tot wingebieden, de relatie met toezichthouders en de stabiliteit van het aanbod van natuurlijke producten kunnen direct in de ondernemingsresultaten doorwerken.
Diverse bedrijven richten voor het toezicht op een specifiek project een onafhankelijk of extern panel op. Een van de eerste betreft het Tangguh-gasproject in Indonesië en de Baku-Tbilisi-Ceyhan-pijplijn in Centraal-Azië, beide van BP. Ook Koninklijke Olie/Shell had een panel voor het Sakhalin II-offshoreproject in Rusland. Onlangs is nog een vergelijkbaar panel in het leven geroepen door Woodside Petroleum in Mauritanië, Xstrata in Las Bambas (Peru) en Forth Ports in Schotland. Laatstgenoemd panel verzorgt het toezicht op de voorgenomen overslag van het ene naar het andere schip in de Firth of Forth. Vaak buigen panels zich over heel wat meer zaken dan alleen biodiversiteit. Ze kunnen van grote waarde zijn bij het oplossen of wegnemen van de zorgen van belanghebbenden en het weerleggen van beschuldigingen van vooringenomenheid. F&C neemt zelf ook deel aan paneloverleg en is een sterk voorstander van de oprichting van geloofwaardige panels voor nieuwe projecten (dat geldt ook voor de hierboven al genoemde panels). Belangrijke kenmerken van een goed panel zijn onder andere de onafhankelijkheid van de leden, de geloofwaardigheid van de experts, openstaan voor de input van belanghebbenden, openbare verslaglegging en, zeer wezenlijk, vroeg in het projectontwikkelingsproces aan de slag gaan.
Samenwerkingsverbanden met deskundige instellingen Naast specifieke panels voor biodiversiteitsvraagstukken per project hebben sommige ondernemingen (o.a. British American Tobacco, ExxonMobil, Rio Tinto, Lafarge en HSBC) voor het toezicht op de aanpak en de activiteiten van de organisatie ook strategische panels opgericht of zijn samenwerkingsovereenkomsten aangegaan met gespecialiseerde NGO’s. F&C staat niet negatief ten opzichte van deze aanpak, maar dringt wel aan op openheid van zaken over dergelijke relaties en eventuele tastbare resultaten
11
reo® rapportage
die daaruit voortvloeien. Het gevaar bestaat immers dat een onderneming wordt beschuldigd van het ‘zoet houden’ van de critici als dergelijke samenwerkingsverbanden niet transparant en resultaatgericht zijn. Na een trage start vormt de samenwerking tussen British American Tobacco (BAT) en vier toonaangevende milieuorganisaties een goed model. Als belangrijke inkoper van tabak van ruim 250.000 boeren in de ontwikkelingslanden ziet BAT zich in de bedrijfskolom geconfronteerd met twee biodiversiteitsvraagstukken: duurzame landbouw en de productie van het hout dat voor het drogen van de tabak wordt gebruikt. Samen met de NGO’s signaleert het concern de negatieve effecten voor de biodiversiteit en introduceert men landbouw- en houtproductiemethoden die ‘biodiversiteitsvriendelijk’ zijn.
Sectorsamenwerking Een belangrijke hindernis bij de bescherming van de biodiversiteit is dat vrijwel geen onderneming, hoe groot ook, eigenhandig gevestigde patronen kan doorbreken. Dat geldt vooral voor de manier waarop de landbouw is geregeld en grondstoffen worden verhandeld. Steeds vaker komen concurrenten en leveranciers dan ook samen minimumnormen overeen. F&C moedigt een dergelijke bundeling van krachten aan. Wij hebben op die manier een aantal supermarkten, producenten, voedingsmiddelenfabrikanten en cosmeticabedrijven aan de rondetafel over palmolie gekregen, de Round Table on Sustainable Palm Oil (RSPO). Wm Morrison, Tesco en Sainsbury’s hebben onlangs de gelederen versterkt van deze inmiddels 128 leden tellende organisatie met onder andere Boots, Cadbury Schweppes, Unilever en lokale producenten IOI Corp en PPB Oil Palms. De RSPO streeft naar de duurzame winning van palmolie met praktische middelen als certificering. Daarnaast zijn er acht best practice-beginselen geformuleerd. Een onverwachte wending in de vraag- en aanbodsituatie is de opkomst van de biodieselfabrikant als potentieel belangrijke afnemer. F&C probeert nu dan ook energiebedrijven en zwaar industriële ondernemingen over te halen lid te worden van de RSPO (o.a. BP en Mitsubishi Corporation). Een strategische beslissing over alternatieve energie moet namelijk ook voldoende rekening houden met de invloed van oliepalmplantages op de biodiversiteit.
12
De grondstoffensector: het best en het slechtst De toegang tot (olie)reserves of mineraalrechten is van groot belang voor grondstoffenconcerns. Die rechten of toegang worden duidelijk bemoeilijkt als de hulpbronnen zich in beschermde of ecologisch gevoelige gebieden bevinden. Ondernemingen die hebben bewezen oog te hebben voor biodiversiteit krijgen beter of sneller toegang tot reserves en zien zich bij de projectontwikkeling met minder vertragingen geconfronteerd. De werkwijze van grondstoffenbedrijven varieert van zorgvuldig en innovatief tot extreem slecht. Vooral bij de kleinere spelers en in opkomende markten als China zitten rotte plekken. Als onderdeel van een voortgaande exercitie en op basis van de analyse in ons rapport uit 2004 ‘Are Extractive Companies Compatible with Biodiversity?’ houden wij bij deze concerns voortdurend de vinger aan de pols. Behalve de langlopende dialoog met BP, Royal Dutch Shell, Total, ExxonMobil en Chevron zijn onder meer de volgende ondernemingen onlangs aangesproken: ■ Rio Tinto op verbetering van de rapportage over de
activiteiten in Madagascar; ■ Freeport-McMoRan op verbetering van de integratie van
biodiversiteit in de milieubeheersystemen en rapportage; ■ AngloGold Ashanti op de openbaarmaking van
prestatie-indicatoren voor biodiversiteit en rapportage aan de hand van die KPI’s.
3e kwartaal 2006
Milieubeheer & verslaglegging Meten is beheersen…
In 2005 kwam het Amerikaanse industriële conglomeraat Illinois Tool Works (ITW) op de zwarte lijst van de Toxic Release Inventory van de Amerikaanse Environmental Protection Agency, als een van de top 100 vervuilers. Omdat ITW zijn bevestigingsmiddelen, industriële vloeistoffen, machines en andere producten alleen bij bedrijven afzet, kan de onderneming ontsnappen aan de eventuele wraak van de consument. Zonder duidelijk inzicht in het beheer van milieurisico’s bij ITW kreeg F&C onvoldoende hoogte van de kwaliteit van het management en de interne controle. F&C heeft geprobeerd het gesprek aan te gaan, maar ons verzoek om grotere openheid over het milieubeheer van de organisatie bleek aan dovemansoren gericht. Na een jaar nul op rekest te hebben gekregen heeft F&C in november 2005 een motie ingediend waarin de aandeelhouders van ITW werden opgeroepen te stemmen voor een betere melding over het milieubeleid in de vorm van een jaarlijks duurzaamheidsverslag. Reactie van ITW was om onmiddellijk de dialoog met beleggers aan te gaan. Publicatie van een tussentijds duurzaamheidsverslag medio 2006 werd toegezegd en een volledige rapportage vóór de algemene vergadering van aandeelhouders van 2007. De daarop volgende gesprekken brachten diverse tekortkomingen in de bestaande milieubeheersystemen van ITW aan het licht, waaronder het ontbreken van groepsbrede energie- en uitstootgegevens. De dialoog vormde een goede gelegenheid voor de uitwisseling van informatie over goed beheer bij andere ondernemingen en de verwachtingen van de aandeelhouders over volledige rapportage. ITW is uiteindelijk akkoord gegaan met een formeel proces van milieuprestatiemeting en –rapportage. Men zag in dat dit de onderneming in staat zou stellen de efficiëntie te verhogen en de risico’s terug te dringen. F&C heeft de aandeelhoudersmotie vervolgens ingetrokken en is in plaats daarvan uitgebreid ingegaan op het aanstaande duurzaamheidsverslag.
Wij zeiden... We are increasingly concerned that Illinois Tool Works is falling behind its peers in the industrial manufacturing sector where public disclosure is standard practice…. We believe ITW’s lack of disclosure undermines the company’s positive efforts in producing environmentally friendly products and addressing health and safety.
”
Brief F&C aan Illinois Tool Works, 16 november 2005
Zij zeiden...
“
The collection and analysis of this data will… be used to help develop projects and programs to improve environmental performance, further protect our employees and continue to reduce overall costs.
”
Illinois Tool Works Interim Report on Corporate Citizenship, juni 2006
13
reo® rapportage
Blik op… arbeidsomstandigheden Onze doelstellingen
■ Ondernemingenaansporen een gedragscode op te stellen met betrekking tot
arbeidsomstandigheden (gebaseerd op de ILO Core Conventions), een beheersysteem te ontwerpen voor de implementatie van deze code, toe te zien op naleving ervan en met leveranciers samen te werken aan eventuele zwakke punten; ■ Ondernemingen aansporen tot het instellen van hogere normen en beheersystemen met betrekking
tot discriminatie, de balans tussen werk en privé, glazen plafonds en diversiteitsmanagement.
F&C laat van zich horen
F&C onderneemt actie Stimuleren internationale gedragsnormen
Ondernemingen staan vandaag de dag voor een uitdaging: zij moeten concurrerend zijn en dus tegen de laagst mogelijke kosten produceren. Vaak betekent dat echter opereren in regio's waar de arbeidsomstandigheden niet voldoen aan internationaal aanvaarde veiligheids- en fatsoensnormen. Ondernemingen riskeren hierdoor reputatieschade, want het grotere publiek maakt zich druk over uitbuiting van werknemers in ‘sweatshops’. F&C is van mening dat de bedrijfsrisico's aanzienlijk zijn, met name voor bedrijven die bekende merken verkopen in landen waar pressiegroepen goed gebruik maken van de media. Die bedrijven moeten dan ook aantonen dat zij goed met deze risico's weten om te gaan.
F&C is van mening dat ondernemingen om internationaal mee te komen een gedragscode moeten opstellen die is gebaseerd op de ILO Core Conventions, waarin de minimale arbeidsomstandigheden zijn vervat. Het afgelopen jaar hebben wij de arbeidsomstandigheden bij 200 ondernemingen onder de loep genomen alvorens tot een belegging over te gaan. Bij ondernemingen met een hoog risico hebben wij aangedrongen op een gedragscode volgens de ILO Core Conventions. In de Verenigde Staten worden arbeidsomstandigheden doorgaans op algemene vergaderingen van aandeelhouders aangekaart bij de directie. Volgens F&C lopen de volgende ondernemingen een verhoogd risico en is derhalve gestemd voor een aandeelhoudersmotie waarin werd opgeroepen tot onderschrijving van de ILO Core Conventions: Altria Group, Bed Bath & Beyond Inc, Coopers Industries Ltd, Costco Wholesale Corporation, Dell Inc, Hasbro, International Business Machines, Kimberly-Clark, Mattel, Time Warner en de Walt Disney Company.
Inleiding
Wat staat er op het spel? Klantbehoeften: om hun commerciële doelen te bereiken moeten bedrijven in ontwikkelde en opkomende markten goed omgaan met werknemers zowel binnen hun eigen personeelsbestand als in de bedrijfskolom. Arbeidsconflicten, een lage productiviteit of personeelstekort kunnen hun bedrijfsvoering immers lamleggen. Op productieve werknemers kun je daarentegen rekenen en met die medewerkers lukt het om orders van klanten goed af te handelen en nieuwe orders binnen te halen. Reputatie: beschuldigingen van uitbuiting en rechtszaken kunnen bedrijven de toegang tot markten kosten en het moeilijk maken de beste mensen aan te trekken. Bedrijven die bekend staan als goede werkgevers kunnen daarentegen rekenen op trouwe en productieve medewerkers en genieten de sympathie van het publiek. Dit komt hun merk en hun relaties met consumenten en toezichthouders ten goede.
Wat wil F&C? F&C heeft ondernemingen aangespoord de arbeidsomstandigheden voor hun eigen personeel en in de bedrijfskolom te verbeteren door: ■ Implementatie van internationale gedragscodes: willen goede
arbeidsomstandigheden een onderdeel worden van de dagelijkse praktijk, dan moeten ondernemingen de risico's op dit gebied beoordelen, goede gedragscodes instellen en toetsen hoe goed deze codes in de praktijk worden nageleefd en bij een slechte naleving effectieve actie ondernemen; ■ Versterking beheersystemen en resultaten gezondheid en veiligheid; ■ Verbetering rapportage over de gang van zaken in de bedrijfskolom, inclusief een eerlijk verhaal over de vorderingen bij leveranciers en de uitdagingen die er nog liggen. 14
Veel ondernemingen hebben inmiddels gedragscodes geformuleerd op basis van de ILO Core Conventions. Toch is er kritiek op sommige bedrijven omdat die niet voldoen aan deze veeleisende normen (onder andere het recht op organisatie en collectieve onderhandelingen). Na beschuldigingen als zou het Britse transportbedrijf FirstGroup zich in de Amerikaanse poot al te sterk tegen de vakbonden keren is F&C in gesprek gegaan met de CEO en de voorzitter. Daarnaast is er apart overleg geweest met de Amerikaanse vakbondsvertegenwoordigers. Uit deze gesprekken bleek dat de arbeidsomstandigheden bij de onderneming bij de norm achterbleven. De bedrijfsprestaties lopen hierdoor potentieel gevaar. Zo zouden eventuele contracten van FirstGroup met overheidsinstanties kunnen lijden onder een reputatie voor slechte arbeidsomstandigheden. Ons advies was dan ook dat FirstGroup de interne, groepsbrede controle moet aanscherpen. Dit zou moeten gebeuren in de vorm van een duidelijk, aan de medewerkers gecommuniceerd beleid waarin het recht op organisatie en collectieve onderhandelingen expliciet wordt gewaarborgd, scholing van het Amerikaanse management van FirstGroup op het gebied van best practices en transparante rapportage over de implementatie van het beleid.
3e kwartaal 2006
Onder aanhoudende druk van F&C en andere beleggers heeft de CEO van FirstGroup een herziening van het beleid in overeenstemming met best practice aangekondigd. Hij verzekerde beleggers dat de contracten met klanten geen gevaar liepen, kondigde een scholingsprogramma aan voor de Amerikaanse medewerkers en zegde toe dat in de toekomst zou worden gerapporteerd over de feitelijke prestaties ten opzichte van het beleid. Omdat de onderneming zich zo coöperatief had opgesteld, heeft F&C zich vervolgens onthouden van stemming bij een motie van aandeelhouders over onderschrijving van de ILO Core Conventions.
Nog meer hoofdpijn bij BP Gezondheid en veiligheid van de medewerkers is voor sommige ondernemingen zo’n basisvoorwaarde dat aan de score op dit onderdeel de kwaliteit van het management kan worden afgelezen. Dat geldt met name voor ondernemingen die actief zijn in sectoren of regio’s die op zich grote risico’s met zich meebrengen of ondernemingen met activiteiten over de hele wereld waar discrepanties kunnen ontstaan tussen het beleid van het hoofdkantoor en de feitelijke invoering op verre locaties. BP had een goede staat van dienst op het gebied van veiligheid en gezondheid. In maart 2005 veroorzaakte een verwoestende explosie bij de raffinaderij van BP in Texas City echter 15 doden en een niet nader bevestigd aantal gewonden. Nader onderzoek naar dit duidelijke geval van ernstig tekortschieten bracht vijf onderliggende oorzaken aan het licht en leverde 81 verbeterpunten op. En dit bleek geen incident: ook bij de activiteiten in Alaska waren al eerder voorvallen gerapporteerd. Een en ander leidde tot ongerustheid over eventuele vergelijkbare problemen bij de rest van de Noord-Amerikaanse activiteiten. Ongerustheid die onlangs werd versterkt door de sluiting van de helft van de productiecapaciteit in Prudhoe Bay in Alaska nadat men ernstige roestvorming in het pijpleidingensysteem op het spoor was gekomen. F&C is al sinds 2002 in gesprek met BP over diverse hiermee samenhangende zaken: de vraag in welke mate de onderneming in staat is wereldwijd beleid op lokaal niveau te implementeren; de effectiviteit van de klokkenluidersregeling; de omvang en tijdigheid van onderhoud; de mate waarin prestatieprikkels aanzetten tot maximalisatie van de productie ten koste van het volgen van operationele procedures; en of de steeds weer terugkerende problemen in Noord-Amerika een systeemcrisis in het management betekenen die is veroorzaakt doordat de afgelopen acht jaar de ene na de andere overname is gedaan. Door de recente problemen in Prudhoe Bay zijn de leiderschapsambities van BP op het terrein van maatschappij en milieu ook onderuitgegaan. F&C beschouwde BP hierin van oudsher als een van de sterkste presteerders, met name op het gebied van klimaatverandering. Door deze aaneenschakeling van fouten en ongelukken is de geloofwaardigheid van de onderneming echter in het geding gekomen. De vraag is of het topmanagement eigenlijk wel in staat is om waar te maken waartoe het zich heeft verplicht.
Voetbalkoorts… maar een rode kaart voor sweatshops Op het moment dat de hele wereld klaar zat voor de FIFA World Cup™ van 2006, stuurde F&C een belangrijke waarschuwing aan de grote internationale sportkledingfabrikanten en sponsors van de diverse voetbalteams dat ze hun merk moesten beschermen en met name dat ze eerdere beloftes over de afschaffing van sweatshops in de bedrijfskolom moesten waarmaken. De sportkledingbranche heeft sinds de wereldkampioenschappen van 1998 en 2002 en de beschuldigingen over kinderarbeid enorme vooruitgang geboekt. Er is een gedragscode opgesteld,
fabrieken worden onafhankelijk geïnspecteerd en toonaangevende merken als Nike publiceren een eerlijk verhaal over de vorderingen en de uitdagingen die er nog liggen. De consument is echter nog niet over de streep. Bij de eerste aftrap van de wereldkampioenschappen 2006 kwam er weer een prominente actiegroep met beschuldigingen over verbroken beloftes aan werknemers. Een totale verandering van de ene op de andere dag is natuurlijk onmogelijk. Wel zou het een goed begin zijn als ondernemingen transparant rapporteren over de ontwikkeling in de bedrijfskolom en de obstakels die nog moeten worden overwonnen. Voorafgaand aan de wereldkampioenschappen van 2006 heeft F&C zes bedrijven aangeschreven, waaronder ook de sponsor van het Italiaanse team Puma, FIFA-partners adidas Group en KarstadtQuelle, alsmede JJB Sports, Umbro en Yue Yuen Industrial. F&C drong erop aan dat deze bedrijven in kaart zouden brengen met welke toeleveranciers het hoogste risico wordt gelopen, dat van die toeleveranciers de fabrieken worden geïnspecteerd en bewaakt, dat werknemers in staat worden gesteld vertrouwelijk melding te maken van eventuele punten van zorg, dat fabrieksmedewerkers scholing en opleiding krijgen ter verbetering van eventuele zwakke plekken en dat beleid en praktijk openbaar worden gemaakt. Uit de reactie van adidas Group, Puma, KarstadtQuelle en Yue Yuen Industrial vallen tekenen van een aanzienlijke verbetering op te maken. Van JJB Sports en Umbro hebben wij daarentegen nog niets gehoord.
Zij zeiden...
“
In short, our brand is visible all over the world. Current developments that further increase our visibility are the 2006 FIFA World CupTM in Germany. This will draw even more attention to the adidas Group with millions of people watching the games... From a social compliance perspective, managing this increased visibility is a challenge, as we know from issues raised at previous World Cups. adidas Group, Connected by Football, Social & Environmental Report 2005
”
Wij zeiden...
“
We welcome the company’s focus on labour standards at Sialkot and more broadly, the leadership position that the adidas Group has taken to improve labour standards performance, particularly the establishment of new Key Performance Indicators to raise the bar among suppliers.
”
Uit de brief van F&C aan de Global Director Social & Environmental Affairs van adidas Group, juni 2006
15
reo® rapportage
Blik op… supermarkten
Onze doelstellingen
■ Ondernemingenstimuleren om kwesties op het gebied van milieu, maatschappij en goed bestuur die
van invloed kunnen zijn op de aankoopbeslissingen van klanten of de toezichthouders te signaleren en te beheersen; ■ Ondernemingen aansporen tot hogere standaardnormen voor productinformatie op
voedingsetiketten, klimaatverandering, overleg met de gemeenschap en beheer van de bedrijfskolom.
Zij zeiden...
Wat zit er achter deze nieuwe strijd om de klant?
The battle to win customers in the 21st century will increasingly be fought not just on value, choice and convenience but on being good neighbours, being active in communities, seizing the environmental challenges, and on behaving responsibly, fairly and honestly in all our actions. It requires leadership, risk and innovation. We embrace this challenge.
De kassa rinkelt … De marktwaarderingen van detailhandelsconcerns zijn sterk afhankelijk van de vooruitzichten voor de afzetgroei. In een volgroeide markt betekent dit dat een handjevol grote supermarkten naar de gunsten van wispelturige klanten dingen. Het is dan ook zaak dat zij innovatieve manieren vinden om klanten aan zich te binden en de verkopen te stimuleren. Supermarktketens als Tesco hebben zich aan de ene kant op non-food (DVD’s, huishoudartikelen en kleding) gestort, maar anderzijds dienen zich ook nieuwe verkoopmogelijkheden aan: klanten laten zich steeds meer gelegen liggen aan hun gezondheid en het milieu. Dat blijkt wel uit de sterke groei van biologische producten, waarvan de verkoop in 2005 met 30% steeg.5
“
”
Sir Terry Leahy, CEO, bij de introductie van het Community Plan van Tesco op 10 mei 2006
Zij zeiden...
“
Green issues are now about attracting and retaining customers rather than just about morals …successful companies stay slightly ahead of trends and this is now a very major trend and a great business opportunity
”
David McCarthy, Managing Director, European Food Retail Team, Citigroup, in een bericht aan de klanten van 31 augustus 2006
F&C laat van zich horen
De Britse klant en het groene geld In het Verenigd Koninkrijk is onder de grote supermarktketens een ware strijd om het ‘groene geld’ losgebarsten. Een heel scala aan nieuwe duurzaamheidsinitiatieven heeft inmiddels het daglicht gezien:
De roep om verantwoording… Het hangt af van de (positieve) bijdrage die een supermarkt levert aan de lokale economie of deze het groene licht krijgt voor een nieuwe vestiging. Dat geldt voor zowel de westerse thuismarkt als voor de opkomende markten, waar de komst van buitenlandse detailhandelsgiganten vaak op een gemengd onthaal kan rekenen. De grote spelers hebben de bui dan ook niet zien hangen: zij werden overrompeld door actiegroepen, politici en kleine winkels die hun effect op de samenleving aan de kaak stelden. Vooral Wal-Mart heeft in Amerika en Canada de nodige aanvaringen gehad met lokale gemeenschappen die zich tegen de vestiging van nieuwe winkels keerden. Het concern heeft inmiddels een geolied lobby-apparaat voor het opvijzelen van de reputatie. Het voorbeeld van Wal-Mart vormt een waarschuwing voor alle grote supermarkten: negeer de risico’s voor mens en milieu en je speelt met vuur!
■ Tesco steekt als onderdeel van een nieuw Community
Plan € 145 miljoen in duurzame energie en bonuspunten voor het hergebruik van plastic tassen; ■ Sainsbury heeft afbreekbaar verpakkingsmateriaal voor
de huismerkproducten geïntroduceerd; ■ Asda (van het Amerikaanse Wal-Mart) heeft beloofd dat er
binnen vier jaar geen afval meer naar de stort gaat; ■ In een nieuwe advertentiecampagne onder de leus ‘Look
Behind the Label’ stimuleert M&S de klant om op zoek te gaan naar wat echt maatschappelijk verantwoord is;
16
5 Volgens gegevens van de Soil Association is in het Verenigd Koninkrijk de verkoop van biologische voeding in 2005 met 30% gestegen ten opzichte van 2004 (tot € 2,3 miljard).
3e kwartaal 2006
F&C onderneemt actie F&C is al ruim drie jaar in gesprek met internationale voedingsmiddelenconcerns Wal-Mart, Carrefour en Tesco over het verband tussen de bedrijfsprestaties enerzijds en de risico’s voor het milieu, de maatschappij en deugdelijk ondernemingsbestuur anderzijds. In het Verenigd Koninkrijk is inmiddels hevige kritiek losgebarsten. De toezichthouder heeft beloofd de sector nader te onderzoeken en ook F&C heeft de dialoog met Tesco, J Sainsbury, Wm Morrison Supermarkets en Marks & Spencer aangescherpt. Wij sporen deze ondernemingen aan tot:
De sector reageert en… …geeft prioriteit aan signalen van de klant ■ Dat gebeurt op diverse terreinen. Zo verkoopt Marks &
Spencer inmiddels katoenen kleding van Fair Trade en heeft Carrefour een voedingsstrategie ontwikkeld voor ernstig overgewicht (obesitas); ■ Marks & Spencer, Sainsbury en Tesco hebben
hun beleid voor duurzame bevissing aangescherpt. Wm Morrison heeft hen daarin gevolgd. In de Verenigde Staten heeft Wal-Mart toegezegd dat alle in het wild gevangen vis en zeeproducten voor Noord-Amerika binnen drie à vijf jaar alleen zullen worden gevangen in kwekerijen met het keurmerk van de Marine Stewardship Council;
■ Een strategische benadering van kwesties op
het gebied van milieu, maatschappij en goed bestuur. Wij hebben de betreffende ondernemingen aangeraden een duidelijk strategie te formuleren waarmee zij inspelen op kwesties die klanten kunnen beïnvloeden. Punten van zorg zijn onder andere vetzucht onder kinderen, productinformatie op voedingsetiketten, klimaatverandering, de bescherming van de visstand en de winning van palmolie;
■ Tesco, J Sainsbury, Wm Morrison en M&S zijn
toegetreden tot de Roundtable on Sustainable Sourcing of Palm Oil, die ijvert voor het gebruik van palmolie uit duurzame ontwikkeling in plaats van plantages waarvoor tropische regenwouden zijn gekapt.
… geeft blijk van een grotere politieke gevoeligheid ■ In het Verenigd Koninkrijk lag vooral Tesco onder vuur
■ Effectieve beheersing van kwesties die de
politieke verhoudingen kunnen beïnvloeden. Wij raden ondernemingen aan in kaart te brengen welke duurzaamheidsvraagstukken hun operationele klimaat aanzienlijk kunnen beïnvloeden en om het politieke proces hierover zorgvuldig in te gaan. Wij benadrukken de noodzaak van de inlevende aanpak, bijvoorbeeld overleg met de lokale gemeenschap over plannen voor nieuwe winkelvestigingen. Daarnaast hameren wij op onberispelijk gedrag bij politieke donaties en lobbying, een aspect dat steeds kritischer wordt bekeken; ■ Stringente interne controle van
aandachtsgebieden die onder toezicht staan. Wij willen bewijzen zien van processen voor de naleving van wet- en regelgeving over concurrentie en arbeidsverhoudingen. De sector wordt immers nader onderzocht.
van de publieke opinie. Het concern heeft onlangs gezegd meer te zullen overleggen met de gemeenschap en te willen werken aan sterke banden met niet-gouvernementele organisaties (NGO’s). Daarnaast heeft Tesco toegezegd zich te zullen buigen over het totaalbedrag aan politieke donaties waarvoor de goedkeuring van de aandeelhouders wordt gevraagd.
… en scherpt de interne controle aan ■ Tesco is brandschoon uit het onderzoek van de
toezichthouders gekomen, maar heeft niettemin als een van de eerste supermarktketens de interne controle op anti-concurrentiepraktijken verbeterd. Tesco heeft voor de naleving van de UK Supermarkets Code of Practice een speciale compliance manager aangesteld. De gedragscode regelt de relatie met toeleveranciers en versterkt het rapportagemechanisme voor zorgpunten van toeleveranciers; ■ Vooruitlopend op de nieuwe Gangmasters Licensing Act
stimuleren Tesco, J Sainsbury, M&S, Waitrose6 en Wm Morrison hun toeleveranciers om vroegtijdig te voldoen aan deze wet, die betere arbeidsomstandigheden in de landbouw en verwante sectoren beoogt.
Terugkeer van de verloren zoon: Tesco neemt de leiding Als het op vier na grootste voedingsmiddelenconcern ter wereld heeft Tesco belangrijke stappen ondernomen in de richting van een meer verantwoorde aanpak. De CEO heeft zich publiekelijk verbonden aan duurzaam leiderschap en is met een duidelijk actieplan gekomen. Deze publiekelijk aangegane verplichting van Tesco vormt een keerpunt voor de internationale voedingsmiddelenbranche. Uit de Britse ‘groene oorlog’ blijkt dan ook dat veranderingen op til zijn.
6 Waitrose is niet beursgenoteerd, maar eigendom van de John Lewis Partnership. F&C is daarvan een obligatiehouder.
17
reo® rapportage
Uitdaging voor de sector: concurreren of samenwerken? Concurrentie binnen de branche bevordert de innovatie. Dit komt zowel de consument als het nettoresultaat bij de toonaangevende bedrijven ten goede. Concurrentie heeft ook bij biologische producten waarde toegevoegd, een terrein waarop inmiddels duidelijke normen bestaan en waar groei heeft geleid tot een ruimere keuze en lagere prijzen. Moeilijker ligt het op gebieden waar de omvang van het probleem zo groot is dat één concern niet op eigen houtje het tij kan keren. Dat geldt bijvoorbeeld voor de bescherming van de visstand en tropische regenwouden, waar dure en ingrijpende veranderingen van de internationale aanbodsystemen nodig zijn. De oplossing is samenwerking: supermarkten en producenten moeten de handen ineenslaan en met schaalgrootte en een sterke marktpositie veranderingen afdwingen. Vooralsnog is er weinig tot geen vooruitgang geboekt in kwesties als chemische veiligheid, arbeidsomstandigheden in de bedrijfskolom en meer recent ook de winning van palmolie.
Opinie F&C F&C is van mening dat de strijd om het groene geld in het Verenigd Koninkrijk alleen kan worden gewonnen als CoOp, Waitrose, M&S, J Sainsbury, Tesco, Asda en Wm Morrison aan hun duurzaamheidsprofiel werken binnen een sterk kader van normen en gebruiken op het gebied van milieu, maatschappij en goed bestuur. Ook zullen zij aan de klant moeten overbrengen wat zij op dit gebied doen. De ontwikkeling van sectorbrede normen speelt een belangrijke rol bij de realisatie van de noodzakelijke veranderingen. Alleen dan kan de sector voorkomen dat zij de schietschijf wordt van consumenten en toezichthouders.
In de pers
“
If you make empty promises you end up with mud on your face. This can’t be just about greenwash. Consumers want green choices.
”
Sue Dibb, National Consumer Council, The Financial Times, 14 september 2006
18
Wij zeiden...
“
At the end of the day…the industry's reputation is only as good as its weakest player. If consumers face confusion when it comes to green shopping, there is a risk they will simply be turned off. So getting Tesco, Sainsbury, Waitrose, Asda, Wm Morrison, the Co-op and Marks & Spencer to agree certain basic standards could help their customers make better-informed decisions, create efficiencies and ward off red tape.
”
Karina Litvack, Head of GSRI, F&C Asset Management, The Sun, 11 september 2006
3e kwartaal 2006
19
Producten F&C biedt een breed pakket aan beleggingsoplossingen voor pensioenfondsen, liefdadigheidsinstellingen, financiële instellingen en overige organisaties. We bieden niet alleen de mogelijkheid tot discretionair vermogensbeheer, maar ook is het mogelijk om in onze institutionele beleggingsfondsen te participeren. Wij beleggen in diverse regio's zakelijke waarden, vastrentende waarden en depositofondsen. Mocht u nog vragen hebben dan kunt u altijd contact met ons opnemen of bezoek onze website op www.fandc.com
Contact +31 (0) 20 582 3000 +31 (0) 20 582 3621 www.fandc.com
Belangrijke informatie. De in dit document weergegeven informatie was bij F&C bekend op 30 september 2006, tenzij anders vermeld. Dit document is uitsluitend bedoeld voor professionele beleggers en dient niet te worden verstrekt aan niet-professionele beleggers. F&C heeft een “Investment Policy Committee” in het leven geroepen. Deze commissie vergadert ieder kwartaal. De bevindingen die voortkomen uit deze vergaderingen vormen de basis voor dit document. De informatie die verschaft wordt in dit document is alleen bedoeld ter informatie en dient niet te worden beschouwd als enige vorm van advies aan de ontvanger of lezer waar deze op mag/kan vertrouwen bij het nemen van beslissingen over het doen van investeringen, beleggingen of het aangaan van beleggingsovereenkomsten, noch betreft dit een aanbod om dergelijke transacties aan te gaan. De in dit document vervatte informatie, opinies, schattingen en voorspellingen zijn verkregen uit bronnen die wij redelijkerwijs betrouwbaar achten en zijn onderhevig aan wijziging. Door F&C wordt geen enkele garantie, uitdrukkelijk of impliciet, gegeven voor de correctheid of volledigheid van de informatie die dit document bevat. F&C Management Limited en iedere huidige en in de toekomst aan haar gelieerde vennootschap en/of maatschappij kan namens haar cliënten investeringen doen die in dit document worden omschreven. In het verleden behaalde resultaten bieden geen garantie voor de toekomst. De waarde van beleggingen kunnen fluctueren. Het is mogelijk dat beleggers hun inleg niet (volledig) terugkrijgen. Indien beleggingen betrekking hebben op ontwikkelende markten, niet genoteerde effecten of kleinere bedrijven dan kan de prijsvolatiliteit het risico, met betrekking tot de waarde van en de inkomsten uit de belegging, verhogen. Investeerders (al dan niet potentieel) dienen niet over te gaan tot het beleggen in effecten indien zij niet bereid zijn om de risico’s die hiermee gepaard kunnen gaan te accepteren. Deze publicatie wordt verzorgd door F&C Management Limited en F&C Netherlands B.V. F&C Management Limited wordt gereguleerd door en is geregistreerd bij de Financial Services Authority (FSA). F&C Netherlands B.V. wordt gereguleerd door en is geregistreerd bij de Autoriteit Financiële Markten (AFM). Beide ondernemingen maken deel uit van de F&C Groep waarvan F&C Asset Management Plc de moedermaatschappij vormt. ® F&C, F&C Monogram, FANDC, FandC en fandc zijn geregistreerde handelsnamen van F&C Asset Management Plc. © Copyright F&C Asset Management Plc. / F&C Netherlands B.V. 2006. Onder voorbehoud van alle rechten.
F&C Netherlands B.V. Jachthavenweg 109 k, 1081 KJ Amsterdam, Nederland.
F&C/4737-10/06
Expect excellence