Rapportage Huisbezoek Allochtone Ouderen 60+ 2010 - 2012
Almelo, juli 2012
Rapportage Huisbezoek Allochtone Ouderen 60+ 2010 - 2012 In 2006 is Scoop gestart met het bezoeken van 75-plussers in de gemeente Almelo. Wijk voor wijk worden ouderen benaderd door een vrijwilliger of ze belangstelling hebben voor een huisbezoek. Het Huisbezoek 75+ is een waardvol bewezen methodiek. De combinatie van de inzet van vrijwilligers, het actief benaderen van de ouderen en het vroegtijdig kunnen informeren en signaleren draagt bij tot het langer plezierig en zelfstandig kunnen wonen in een prettige woonomgeving. In 2007 is de wens uitgesproken om een apart project te starten voor het bezoeken van allochtone ouderen. In 2009 is het project Huisbezoek Allochtone Ouderen 60+ van start gegaan. Ten opzichte van het project Huisbezoek 75+ zijn een aantal wijzigingen doorgevoerd. De bezoeken worden afgelegd door een beroepskracht, stagiaires en vrijwillige ouderenbezoekers die afkomstig zijn uit de betreffende groeperingen. Zij kennen de cultuur en spreken de taal. De leeftijdsgrens is verlaagd van 75 naar 60 jaar. Het blijkt dat Turken, Armeniërs en Marokkanen al op veel jongere leeftijd gezondheidsklachten vertonen. Tevens is de checklist aangepast met enkele extra vragen of andere antwoordcategorieën. Deze rapportage heeft betrekking op de huisbezoeken aan allochtone ouderen gedurende de periode najaar 2010 tot en met het voorjaar van 2012.
1
Doel en werkwijze
Doel Huisbezoek Allochtone Ouderen 60+ Het doel van de OuderenAdviesFunctie, waar het Huisbezoek Allochtone Ouderen 60+onder valt, is om ouderen en/of hun cliëntsysteem dié ondersteuning te geven die nodig is om zelfstandig te kunnen (blijven) functioneren en ervoor te zorgen dat ze keuzes kunnen maken die zoveel mogelijk overeenstemmen met hun wensen en behoeften. Het is niet de bedoeling dat de taken van ouderen worden overgenomen. Het gaat erom dat de ouderen zo veel mogelijk de regie in eigen handen houden, zichzelf kunnen aansturen en hun kwaliteit van leven daarmee verbeteren of in stand houden. Dit leidt tot de volgende nevendoelstellingen: - Het actief benaderen van allochtone 60-plussers in Almelo; - Het geven van informatie en advies over de vele mogelijkheden die 75-plussers kunnen helpen zo lang mogelijk zelfstandig te blijven; - Bij complexe vragen of problemen de ouderen, indien gewenst, doorverwijzen naar andere organisaties, het Senioren Advies Team of de ouderenadviseur; - Het vroegtijdig signaleren van behoeften en knelpunten die 75-plussers ervaren op het gebied van wonen, zorg, welzijn en financiën. De doelgroep voor het Huisbezoek Allochtone Ouderen 60+ zijn de zelfstandig wonende ouderen in de gemeente Almelo van 60 jaar en ouder, die geboren zijn in landen zoals Turkije, Marokko, Irak, Iran, Libanon en Syrië. Werkwijze van het Huisbezoek Allochtone Ouderen 60+ Een ouderenadviseur, stagiaires en vrijwilligers die zijn opgeleid tot ouderenbezoeker benaderen de allochtone ouderen voor een huisbezoek. Tijdens de huisbezoeken bieden zij een luisterend oor en kan indien nodig informatie en advies worden gegeven. Tevens vullen ze een checklist in. Huisbezoek Allochtone Ouderen 60+ in het kader van gemeentelijk beleid Het Huisbezoek Allochtone Ouderen 60+ sluit nauw aan op enkele hoofdlijnen die leidend zijn voor de Wet Maatschappelijke Ondersteuning. Hierbij valt te denken aan het behouden van de regie, het belang van welzijn, het bevorderen van de maatschappelijke participatie, ondersteuning van mantelzorgers en vrijwilligerswerk, vraagsturing, wijkgericht werken en het bevorderen van de toegankelijkheid van voorzieningen.
2
Resultaten 2010-2012
In de periode juli 2010 tot en met maart 2012 werden 108 ouderen bezocht. Dit betrof 46 mannen en 63 vrouwen. 72 personen waren gehuwd of woonden samen, 29 personen waren weduwe of weduwenaar en 7 gescheiden of ongehuwd. Als geboorteland hadden 92 ouderen Turkije, 12 kwamen uit Irak en 3 uit Marokko. Van 1 persoon is het geboorteland niet bekend. 58 personen rekenen zich tot de Turkse gemeenschap, 47 tot de Armeense gemeenschap en 3 tot de Marokkaanse gemeenschap. De meeste ouderen (71) zijn tussen 1968 en 1980 naar Nederland gekomen. 4% wil remigreren. 37% gaat in de zomer voor een langere periode terug naar het geboorteland. De bezochte ouderen geven aan dat het prettig is om met een ouderenbezoeker van gedachten te wisselen over hun situatie en de toekomst. De gesprekken duurden gemiddeld 83 minuten. De huisbezoeken hebben een sterke preventieve en informatieve werking. De ouderenadviseur, stagiaires en vrijwilligers hebben over 483 onderwerpen informatie gegeven. Vooral over: Ouderenadviseur, Senioren Advies Team, Scoop, Infowijzer, Dienstencentrum en Trefpunt Elisabeth, activiteiten, thuiszorg, cursussen, financiële regelingen en vervoersmogelijkheden. Soms wordt hulp geboden bij het tot stand brengen van een contact met bijvoorbeeld een hulpverlenende instantie of de ouderenadviseur. Er vonden 173 doorverwijzingen plaats voornamelijk richting Ouderenadviseur (77), Senioren Advies Team (59), thuiszorg (7), Dienstencentrum en Trefpunt (5), Scoop (5), Publiekszaken/Zorgloket (4), inburgeringproject (4) en zelforganisaties (4).
3
Opvallende punten
Woonsituatie Bijna een kwart van de bezochte ouderen woont, al dan niet met partner, met de kinderen in één woning. 8% wil verhuizen naar een andere woning. 90% woont graag in de huidige woning. Belangrijkste pluspunten zijn juiste grootte, fijne buren, mooie ligging en tuin. Meest genoemde minpunten zijn te duur, te veel trappen, te gehorig, te groot, niet aangepast en moeilijk warm te stoken. Voorzieningen die het wonen zouden verbeteren zijn een traplift, toilet boven, speciale grepen en steunen en zitmogelijkheid op de douche. 94% woont graag in de huidige omgeving. Belangrijkste pluspunten zijn fijne buren (86), veilige wijk (63), rustige buurt (45), veel groen (40), voorzieningen dichtbij (37) en openbaar vervoer dichtbij (36). Minpunten zijn hondenpoep (15), burenoverlast (7), geluidsoverlast (6), veel inbraken in de buurt (6) en ’s avonds niet op straat durven (5). De voorzieningen die het meest gemist worden in de buurt zijn een huisarts (7), kerk/moskee (7), bushalte (4) en winkels voor dagelijkse boodschappen (4). Gezondheid 98% heeft lichamelijke klachten. 8% beoordeelt de eigen gezondheid als goed, 29% als redelijk, 48% als matig en 15% als slecht. 95% van de ouderen gebruikt medicijnen. 85% maakt zich weleens zorgen. Dit betreft vooral de eigen gezondheid (75), de kinderen en kleinkinderen (64), de toekomst (59), de partner (45) en anderen (35). De invoering van de eigen bijdrage voor psychische hulp heeft ertoe geleid dat allochtone ouderen hier minder gebruik van maken. Sociaal netwerk Men heeft regelmatig contact met de kinderen 95%, verder met kleinkinderen (65%), landgenoten in Nederland (51%), buren (44%) en andere familie (37%). 84% vindt het contact voldoende. Als men het contact onvoldoende vindt, mist men vooral een vertrouwenspersoon bij wie men zijn verhaal kwijt kan en iemand om samen erop uit te gaan. Als oorzaken voor het onvoldoende contact noemt men: vervoersprobleem (9), niet goed spreken van de taal (5), onvoldoende energie (4) en moeilijk om ergens op af te stappen (4). De meest genoemde hobby’s zijn: TV kijken/radio luisteren (60), wandelen (24), tuinieren/volkstuin (16), fietsen (13) en handwerken (13). 20% neemt deel aan activiteiten, in het bijzonder koffiedrinken (9), kerkactiviteiten (7) en buurtactiviteiten (5). 55% kan een gesprek in het Nederlands voeren, 45% niet of nauwelijks. Van de ouderen die niet of nauwelijks Nederlands spreken, wil 11% Nederlands leren, 89% niet. Weinig ouderen missen activiteiten in de buurt. Als ze iets missen is dat koffiedrinken binnen hun eigen vereniging, kerk of moskee. 38% van de ouderen is actief binnen de kerk of moskee. 31% is mantelzorger.
Vervoer Wat betreft het vervoer verplaatst men zich meestal met de auto, waarbij anderen rijden (51). Verder wordt gebruikt gemaakt van de benenwagen (38), openbaar vervoer (33), auto die men zelf rijdt (23), scootmobiel en fiets (beide 19). 44% zou wel vaker op pad willen. Het belangrijkste wat daar voor nodig is, is het vervoer en/of iemand die meegaat. Zelfredzaamheid Het blijkt dat veel allochtone ouderen behoefte hebben aan hulp. Zo werd 71% van de bezochte ouderen doorverwezen naar de ouderenadviseur. De ouderenadviseur kreeg veel vragen over de Wmo, vooral over het aanvragen van vervoer (scootmobiel) en huishoudelijke hulp. 51% krijgt hulp bij de persoonlijke verzorging, dit wordt voornamelijk geboden door familie (38), partner (17) of professionals (17). 78% krijgt hulp bij huishoudelijke werkzaamheden, deze hulp wordt geboden door familie (57), professionals (37) of de partner (30). 82% redt zich niet met de overige werkzaamheden. Dit betreft vooral de administratie en invullen van formulieren (86), belastingaangifte (64), klusjes in en om huis (50) en onderhoud van tuin en balkon (34). 79% krijgt hulp in de vorm van familie (80), professionals (25) en partner (18). Financiën 20% van de allochtone ouderen geeft aan dat ze zich financieel goed kunnen redden. 80% kan dit met moeite. Belangrijkste oplossingen als de financiën niet voldoende zijn, zijn: gebruik van vermogen/spaargeld (50), geld lenen/rood staan (44), geen vakantie (31), niet meer uitgaan (27), bezuinigen op kleding (24) en grote aanschaffingen (19).