Raad voor betwistingen inzake studievoortgangsbeslissingen
Zitting van 30 juni 2015 Beslissingen i.v.m. overmacht Rolnr. 2015/053 - 30 juni 2015 ................................................................................ 2 Rolnr. 2015/057 - 30 juni 2015 ................................................................................ 5 Rolnr. 2015/065 - 30 juni 2015 ................................................................................ 8 Rolnr. 2015/075 - 30 juni 2015 .............................................................................. 11 Rolnr. 2015/080 - 30 juni 2015 .............................................................................. 14 Rolnr. 2015/094 - 30 juni 2015 .............................................................................. 17 Rolnr. 2015/095 - 30 juni 2015 .............................................................................. 20 Rolnr. 2015/096 - 30 juni 2015 .............................................................................. 23 Rolnr. 2015/097 - 30 juni 2015 .............................................................................. 26 Rolnr. 2015/103 - 30 juni 2015 .............................................................................. 29 Rolnr. 2015/103bis - 30 juni 2015 ......................................................................... 32
Rolnr. 2015/053 – 30 juni 2015
Rolnr. 2015/053 - 30 juni 2015 Op verzoek van ........ Mede inzake ........ 1. Behandeling van de zaak De zaak van ........ werd behandeld op de openbare zitting van 30 juni 2015. De Raad heeft de zaak in beraad genomen. De Raad heeft acht geslagen op het verzoekschrift, de toegevoegde documenten en de ingewonnen inlichtingen bij de onderwijsinstelling. 2. Voorwerp van het verzoekschrift Verzoekster vraagt teruggave van haar leerkrediet ten belope van het maximale aantal studiepunten, omwille van een overmachtsituatie verloren tijdens het academiejaar 20132014. 3. Samenvatting van de feiten Verzoekster is tijdens het academiejaar 2013-2014 ingeschreven in de opleiding bachelor in de rechten. Verzoekster partij heeft geen verzoek tot aangepaste examenregeling gericht aan de onderwijsinstelling. Bij aangetekend schrijven van 6 maart 2015 diende verzoekende partij een verzoekschrift in bij de Raad. 4. Ontvankelijkheid van het verzoekschrift 1.
Verzoek tot aangepaste examenregeling
Studenten die hun leerkrediet wensen terug te krijgen op grond van een overmachtssituatie, vragen vooreerst aan de instelling om een aangepaste examenregeling. Een verzoek tot aangepaste examenregeling heeft evenwel geen zin wanneer de feiten die tot staving van de overmacht ingeroepen worden of andere feitelijke/juridische elementen hoe dan ook elke aanpassing van de examenregeling uitsluiten. Het onderzoek van de ontvankelijkheid hangt in dat geval derhalve samen met de beoordeling van de grond van de zaak. 2.
Overtuigingsstukken
Het dossier omvat volgende overtuigingsstukken: Medisch attest d.d. 11 april 2014 waaruit blijkt dat verzoekster niet in staat was de lessen bij te wonen van 1 februari tot en met 31 mei 2014 omwille van ziekte; Verklaring van de huisarts d.d. 19 juni 2014 die stelt dat verzoekster om medische redenen (onvoorziene ziektetoestand) haar 1e bachelor rechten (2013-2014) heeft moeten onderbreken, met de vraag de opgenomen studiepunten te kunnen terugkrijgen; Vraag van de huisarts d.d. 7 november 2014 om goedkeuring voor de chronische behandeling van recidiverende herpes met medicatie; Laboresultaten d.d. 17 december 2013, 8 januari 2014 en 10 juni 2014. 3.
Voorwerp van het verzoekschrift
Raad voor betwistingen inzake studievoortgangsbeslissingen
2
Rolnr. 2015/053 – 30 juni 2015
Voorliggend beroepschrift betreft een verzoek tot teruggave van leerkrediet in de zin van artikel II.285 van de Codex Hoger Onderwijs. De Raad is met ingang van 1 september 2011 bevoegd om te oordelen over dergelijke verzoeken. De Raad oordeelt in voorkomend geval over: de overmacht op zich, om ervoor te zorgen dat de invulling van de overmacht over de instellingen heen gelijk is; de gegrondheid van de beslissing van de instelling dat er geen aangepaste examenregeling mogelijk is om organisatorische redenen. Indien de overmacht wordt vastgesteld en de beslissing van de instelling is gegrond in die zin dat er geen aangepaste examenregeling meer mogelijk is, krijgt de student op grond van het besluit van de Raad ‘ambtshalve’ zijn of haar leerkrediet terug voor de betrokken opleidingsonderdelen. 4.
Ontvankelijkheid
Het verzoekschrift van verzoekster is ontvankelijk. 5. Grond van de zaak Verzoekster motiveert haar verzoek als volgt: “Door ziekte was ik voor zowel de eerste als de tweede examenkans niet in staat om deel te nemen aan de examens. Daarom was een aangepaste examenregeling ook niet van toepassing.” De onderwijsinstelling gedraagt zich naar de wijsheid van de Raad. Overmacht is “een gebeurtenis die niets van doen heeft met verzoeker, en die niet voorzien, verhinderd of overwonnen kon worden.” (RvS 15 maart 2011, nr.212.044, Gazan). De Raad is van oordeel dat uit de voorgelegde stukken naar genoegen van recht blijkt dat de verzoekende partij ten gevolge van overmacht haar examenkansen niet volledig heeft kunnen benutten. De Raad oordeelt dat in voorliggend geval om organisatorische redenen er geen aangepaste examenregeling mogelijk was. De Raad is van oordeel dat het leerkrediet ten belope van 31 studiepunten kan worden teruggegeven. Het bij de Raad ingestelde beroep is in die mate ontvankelijk en gegrond. De Raad brengt de Stuurgroep Databank Hoger Onderwijs op de hoogte van dit besluit. BESLUIT Aan ........ wordt een leerkrediet ten belope van 31 studiepunten teruggegeven, verloren door overmacht in het academiejaar 2013-2014. Tegen dit besluit is een beroep bij de Raad van State mogelijk overeenkomstig artikel 14, § 2 van de gecoördineerde wetten op de Raad van State en het Koninklijk Besluit van 30 november 2006 tot vaststelling van de cassatieprocedure bij de Raad van State. Dit beroep dient schriftelijk en aangetekend te gebeuren binnen de dertig dagen na kennisgeving van deze beslissing en ondertekend te zijn door een advocaat. Bij het beroep moeten zijn gevoegd een kopie van het aangevochten besluit, de bijgevoegde stukken dienen genummerd en geïnventariseerd te zijn, en zes eensluidend verklaarde afschriften van het beroep.
Raad voor betwistingen inzake studievoortgangsbeslissingen
3
Rolnr. 2015/053 – 30 juni 2015 Aldus beslist op 30 juni 2015 te Brussel. De voorzitter,
De bijzitters,
Jim Deridder
Piet Versweyvelt
Jan Geens
De secretaris, Freya Gheysen
Raad voor betwistingen inzake studievoortgangsbeslissingen
4
Rolnr. 2015/057 – 30 juni 2015
Rolnr. 2015/057 - 30 juni 2015 Op verzoek van ........ Mede inzake ........ 1. Behandeling van de zaak De zaak van ........ werd behandeld op de openbare zitting van 30 juni 2015. De Raad heeft de zaak in beraad genomen. De Raad heeft acht geslagen op het verzoekschrift, de toegevoegde documenten en de ingewonnen inlichtingen bij de onderwijsinstelling. 2. Voorwerp van het verzoekschrift Verzoekster partij vraagt teruggave van haar leerkrediet ten belope van 53 studiepunten, omwille van een overmachtsituatie verloren tijdens het academiejaar 2013-2014. 3. Samenvatting van de feiten Verzoekster is tijdens het academiejaar 2013-2014 ingeschreven in de opleiding Bachelor in de geneeskunde. Verzoekster heeft onderwijsinstelling.
geen
verzoek
tot
aangepaste
examenregeling
gericht
aan
de
Bij aangetekend schrijven van 11 maart 2015 diende verzoekster een verzoekschrift in bij de Raad. 4. Ontvankelijkheid van het verzoekschrift 1. Verzoek tot aangepaste examenregeling Studenten die hun leerkrediet wensen terug te krijgen op grond van een overmachtssituatie, vragen vooreerst aan de instelling om een aangepaste examenregeling. Een verzoek tot aangepaste examenregeling heeft evenwel geen zin wanneer de feiten die tot staving van de overmacht ingeroepen worden of andere feitelijke/juridische elementen hoe dan ook elke aanpassing van de examenregeling uitsluiten. Het onderzoek van de ontvankelijkheid hangt in dat geval derhalve samen met de beoordeling van de grond van de zaak. 2.
Overtuigingsstukken
Het dossier omvat volgende overtuigingsstukken: Medisch attest d.d. 2 oktober 2014 waaruit blijkt dat verzoekster niet kon deelnemen aan de examens/herexamens van juni/september 2014 omwille van medische redenen; Verslag van elektrofysiologisch onderzoek d.d. 13 november 2014; E-mail naar curriculummanager en trajectbegeleider d.d. 29 september 2014. 3.
Voorwerp van het verzoekschrift
Voorliggend beroepschrift betreft een verzoek tot teruggave van leerkrediet in de zin van artikel II.285 Codex Hoger Onderwijs.
Raad voor betwistingen inzake studievoortgangsbeslissingen
5
Rolnr. 2015/057 – 30 juni 2015 De Raad is met ingang van 1 september 2011 bevoegd om te oordelen over dergelijke verzoeken. De Raad oordeelt in voorkomend geval over: de overmacht op zich, om ervoor te zorgen dat de invulling van de overmacht over de instellingen heen gelijk is; de gegrondheid van de beslissing van de instelling dat er geen aangepaste examenregeling mogelijk is om organisatorische redenen. Indien de overmacht wordt vastgesteld en de beslissing van de instelling is gegrond in die zin dat er geen aangepaste examenregeling meer mogelijk is, krijgt de student op grond van het besluit van de Raad ‘ambtshalve’ zijn of haar leerkrediet terug voor de betrokken opleidingsonderdelen. 4.
Ontvankelijkheid
Het verzoekschrift van verzoekster is ontvankelijk. 5. Grond van de zaak Verzoekster motiveert haar verzoek als volgt. Verzoekster vraagt leerkrediet terug omdat zij kampte met hartproblemen. Door de aanhoudende medische problemen kon verzoekster zich niet concentreren, heeft ze verscheidene lessen gemist en kon ze niet deelnemen aan examens. De onderwijsinstelling gedraagt zich naar de wijsheid van de Raad. Overmacht is “een gebeurtenis die niets van doen heeft met verzoeker, en die niet voorzien, verhinderd of overwonnen kon worden.” (RvS 15 maart 2011, nr.212.044, Gazan). De Raad is van oordeel dat uit de voorgelegde stukken naar genoegen van recht blijkt dat de verzoekster ten gevolge van overmacht haar examenkansen niet volledig heeft kunnen benutten. De Raad oordeelt dat in voorliggend geval om organisatorische redenen er geen aangepaste examenregeling mogelijk was. De Raad is van oordeel dat het leerkrediet ten belope van 53 studiepunten kan worden teruggegeven. De Raad brengt de Stuurgroep Databank Hoger Onderwijs op de hoogte van dit besluit. BESLUIT Aan ........ wordt een leerkrediet ten belope van 53 studiepunten teruggegeven, verloren door een overmachtsituatie in het academiejaar 2013-2014. Tegen dit besluit is een beroep bij de Raad van State mogelijk overeenkomstig artikel 14, § 2 van de gecoördineerde wetten op de Raad van State en het Koninklijk Besluit van 30 november 2006 tot vaststelling van de cassatieprocedure bij de Raad van State. Dit beroep dient schriftelijk en aangetekend te gebeuren binnen de dertig dagen na kennisgeving van deze beslissing en ondertekend te zijn door een advocaat. Bij het beroep moeten zijn gevoegd een kopie van het aangevochten besluit, de bijgevoegde stukken dienen genummerd en geïnventariseerd te zijn, en zes eensluidend verklaarde afschriften van het beroep. Aldus beslist op 30 juni 2015 te Brussel. De voorzitter,
De bijzitters,
Jim Deridder
Jan Geens
Piet Versweyvelt
De secretaris,
Raad voor betwistingen inzake studievoortgangsbeslissingen
6
Rolnr. 2015/057 – 30 juni 2015
Freya Gheysen
Raad voor betwistingen inzake studievoortgangsbeslissingen
7
Rolnr. 2015/065 – 30 juni 2015
Rolnr. 2015/065 - 30 juni 2015 Op verzoek van ........ Mede inzake ........ 1. Behandeling van de zaak De zaak van ........ werd behandeld op de openbare zitting van 30 juni 2015. De Raad heeft de zaak in beraad genomen. De Raad heeft acht geslagen op het verzoekschrift, de toegevoegde documenten en de ingewonnen inlichtingen bij de onderwijsinstelling. 2. Voorwerp van het verzoekschrift Verzoekende partij vraagt teruggave van haar leerkrediet ten belope van 28 studiepunten, door een overmachtsituatie verloren tijdens het academiejaar 2014-2015. 3. Samenvatting van de feiten Verzoekster is tijdens het academiejaar 2014-2015 ingeschreven in de opleiding Bachelor in PBSO WISK-LO. Verzoekster heeft onderwijsinstelling.
geen
verzoek
tot
aangepaste
examenregeling
gericht
aan
de
Bij aangetekend schrijven van 17 maart 2015 diende verzoekster een verzoekschrift in bij de Raad. 4. Ontvankelijkheid van het verzoekschrift 1. Verzoek tot aangepaste examenregeling Studenten die hun leerkrediet wensen terug te krijgen op grond van een overmachtssituatie, vragen vooreerst aan de instelling om een aangepaste examenregeling. Een verzoek tot aangepaste examenregeling heeft evenwel geen zin wanneer de feiten die tot staving van de overmacht ingeroepen worden of andere feitelijke/juridische elementen hoe dan ook elke aanpassing van de examenregeling uitsluiten. Het onderzoek van de ontvankelijkheid hangt in dat geval derhalve samen met de beoordeling van de grond van de zaak. 2.
Overtuigingsstukken
Het dossier omvat volgende overtuigingsstukken: Medisch attest d.d. 11 februari 2015 waaruit blijkt dat verzoekster omwille van medische redenen belasting van de enkel niet meer mag uitvoeren en dat sportopleiding niet meer mag en kan omwille van medische redenen; Medisch verslag d.d. 13 maart 2015 waaruit blijkt dat verzoekster op 13 maart in het ziekenhuis werd opgenomen voor het uitvoeren van een ligamentaire stabilisatie van de enkel rechts en dat zij een gips met steunverbod had gedurende 10 dagen, daarna een loopgips voor 3 weken; Attest van de studieloopbaancoördinator van ........ dat stelt dat verzoekster om medische redenen haar opleiding moet stopzetten, en dat het daarom aangewezen is om naast de praktische onderdelen ook de theoretische opleidingsonderdelen niet meer af te leggen (6 opleidingsonderdelen voor een totaal van 28 studiepunten);
Raad voor betwistingen inzake studievoortgangsbeslissingen
8
Rolnr. 2015/065 – 30 juni 2015 -
Diverse medische attesten waaruit blijkt dat verzoekster niet is staat was turnlessen te volgen en/of te sporten van 10/09/2014 t.e.m. 3/10/2014, van 29/09/2014 t.e.m. 31/10/2014, van 24/11/2014 t.e.m. 05/12/2014, van 01/12/2014 t.e.m. 10/12/2014, van 02/01/2015 t.e.m. 12/01/2015, van 11/02/2015 t.e.m. 13/03/2015 en een medisch attest waaruit blijkt dat verzoekster niet in staat was te werken van 13/03/2015 t.e.m. 23/03/2015. 3.
Voorwerp van het verzoekschrift
Voorliggend beroepschrift betreft een verzoek tot teruggave van leerkrediet in de zin van artikel II.285 van de Codex Hoger Onderwijs. De Raad is met ingang van 1 september 2011 bevoegd om te oordelen over dergelijke verzoeken. De Raad oordeelt in voorkomend geval over: de overmacht op zich, om ervoor te zorgen dat de invulling van de overmacht over de instellingen heen gelijk is; de gegrondheid van de beslissing van de instelling dat er geen aangepaste examenregeling mogelijk is om organisatorische redenen. Indien de overmacht wordt vastgesteld en de beslissing van de instelling is gegrond in die zin dat er geen aangepaste examenregeling meer mogelijk is, krijgt de student op grond van het besluit van de Raad ‘ambtshalve’ zijn of haar leerkrediet terug voor de betrokken opleidingsonderdelen. 4.
Ontvankelijkheid
Het verzoekschrift van verzoekster is ontvankelijk. 5. Grond van de zaak Verzoekster motiveert haar verzoek als volgt. Omwille van kwetsuren aan haar voet heeft de dokter verzoekster verboden het opleidingsonderdeel LO verder te zetten. Bijgevolg zal verzoekster niet meer in staat zijn haar examens zowel in eerste als tweede zit voor de vakken LO af te leggen. De onderwijsinstelling gedraagt zich naar de wijsheid van de Raad. Overmacht is “een gebeurtenis die niets van doen heeft met verzoeker, en die niet voorzien, verhinderd of overwonnen kon worden.” (RvS 15 maart 2011, nr.212.044, Gazan). De Raad merkt op dat de verzoekster in maart 2015 een teruggave van haar leerkrediet ten belope van 28 studiepunten voor het lopende academiejaar vraagt. Voor wat het opleidingsonderdeel ‘Praktijk 2’ (11 SP) betreft, blijkt uit de ECTS-fiche duidelijk dat er voor dit opleidingsonderdeel geen tweede examenkans mogelijk is in de derde examenperiode. De Raad heeft weliswaar begrip voor de persoonlijke situatie van de verzoekster en erkent de overmachtssituatie voor de eerste examenperiode tijdens het academiejaar 2014-2015, maar wijst er op basis van de thans voorliggende stukken op dat verzoekster partij voor de opleidingsonderdelen ‘........’, ‘........’, ‘........’, ‘........’ en ‘........’ nog de mogelijkheid heeft een tweede examenkans te benutten tijdens de derde examenperiode – zelfs indien een attest dat prima facie zou lijken uit te sluiten – waar zij dan mogelijk wel een credit kan behalen waardoor het leerkrediet niet verloren gaat. De Raad kan zich op dit moment niet met de juridische vereiste zekerheid uitspreken over toekomstige afwezigheden. Een beslissing over de vraag tot teruggave is op dit ogenblik voorbarig voor wat betreft de opleidingsonderdelen ‘........’ (3 SP), ‘........’ (3 SP), ‘........’ (5 SP), ‘........’ (3 SP) en ‘........’ (3 SP).
Raad voor betwistingen inzake studievoortgangsbeslissingen
9
Rolnr. 2015/065 – 30 juni 2015 Zo verzoekster op grond van de voormelde medische attesten aantoont dat zij effectief aan de derde examenkans niet heeft deelgenomen, kan zij teruggave van het leerkrediet vragen voor de opleidingsonderdelen waarvoor die examenkans op het ogenblik van de huidige procedure nog benutbaar was. De Raad is van oordeel dat op dit ogenblik het leerkrediet ten belope van 11 studiepunten kan worden teruggegeven voor het academiejaar 2014-2015. Het beroep is in die mate ontvankelijk en gegrond. De Raad brengt de Stuurgroep Databank Hoger Onderwijs op de hoogte van dit besluit. Besluit Aan ........ wordt een leerkrediet ten belope van 11 studiepunten teruggegeven, verloren ten gevolge van overmacht in het academiejaar 2014-2015. Tegen dit besluit is een beroep bij de Raad van State mogelijk overeenkomstig artikel 14, § 2 van de gecoördineerde wetten op de Raad van State en het Koninklijk Besluit van 30 november 2006 tot vaststelling van de cassatieprocedure bij de Raad van State. Dit beroep dient schriftelijk en aangetekend te gebeuren binnen de dertig dagen na kennisgeving van deze beslissing en ondertekend te zijn door een advocaat. Bij het beroep moeten zijn gevoegd een kopie van het aangevochten besluit, de bijgevoegde stukken dienen genummerd en geïnventariseerd te zijn, en zes eensluidend verklaarde afschriften van het beroep. Aldus beslist op 30 juni 2015 te Brussel. De voorzitter,
De bijzitters,
Jim Deridder
Piet Versweyvelt
Jan Geens
De secretaris, Freya Gheysen
Raad voor betwistingen inzake studievoortgangsbeslissingen
10
Rolnr. 2015/075 – 30 juni 2015
Rolnr. 2015/075 - 30 juni 2015 Op verzoek van ........ Mede inzake ........ 1. Behandeling van de zaak De zaak van ........ werd behandeld op de openbare zitting van 30 juni 2015. De Raad heeft de zaak in beraad genomen. De Raad heeft acht geslagen op het verzoekschrift, de toegevoegde documenten en de ingewonnen inlichtingen bij de onderwijsinstelling. 2. Voorwerp van het verzoekschrift Verzoeker vraagt teruggave van zijn leerkrediet, verloren door een overmachtsituatie, ten belope van 13 studiepunten, verloren tijdens het academiejaar 2012-2013 en ten belope van 57 studiepunten, verloren tijdens het academiejaar 2013-2014. 3. Samenvatting van de feiten Verzoeker is tijdens het academiejaar 2012-2013 ingeschreven in de opleiding Bachelor in de biomedische wetenschappen en is tijdens het academiejaar 2013-2014 ingeschreven in de opleiding Bachelor in de informatica. Verzoeker heeft geen onderwijsinstelling.
verzoek
tot
aangepaste
examenregeling
gericht
aan
de
Bij aangetekend schrijven van 14 april 2015 diende verzoeker een verzoekschrift in bij de Raad. 4. Ontvankelijkheid van het verzoekschrift 1. Verzoek tot aangepaste examenregeling Studenten die hun leerkrediet wensen terug te krijgen op grond van een overmachtssituatie, vragen vooreerst aan de instelling om een aangepaste examenregeling. Een verzoek tot aangepaste examenregeling heeft evenwel geen zin wanneer de feiten die tot staving van de overmacht ingeroepen worden of andere feitelijke/juridische elementen hoe dan ook elke aanpassing van de examenregeling uitsluiten. Het onderzoek van de ontvankelijkheid hangt in dat geval derhalve samen met de beoordeling van de grond van de zaak. 2.
Overtuigingsstukken
Het dossier omvat volgende overtuigingsstukken: Medisch attest in kader van terugvordering studiepunten d.d. 10 maart 2015 waaruit blijkt dat er bij verzoeker sprake was van een ernstige medische problematiek tijdens de schooljaren 2012-2013 en 2013-2014 die een belangrijke negatieve impact met zich meebracht tijdens deze examenperiodes; Formulier d.d. 9 maart 2015 waaruit blijkt dat verzoeker een blijvende psychiatrische functiebeperking heeft, hetgeen een functie-uitval op schoolse activiteiten tot gevolg heeft. 3.
Voorwerp van het verzoekschrift
Raad voor betwistingen inzake studievoortgangsbeslissingen
11
Rolnr. 2015/075 – 30 juni 2015
Voorliggend beroepschrift betreft een verzoek tot teruggave van leerkrediet in de zin van artikel II.285 Codex Hoger Onderwijs. De Raad is met ingang van 1 september 2011 bevoegd om te oordelen over dergelijke verzoeken. De Raad oordeelt in voorkomend geval over: de overmacht op zich, om ervoor te zorgen dat de invulling van de overmacht over de instellingen heen gelijk is; de gegrondheid van de beslissing van de instelling dat er geen aangepaste examenregeling mogelijk is om organisatorische redenen. Indien de overmacht wordt vastgesteld en de beslissing van de instelling is gegrond in die zin dat er geen aangepaste examenregeling meer mogelijk is, krijgt de student op grond van het besluit van de Raad ‘ambtshalve’ zijn of haar leerkrediet terug voor de betrokken opleidingsonderdelen. 4.
Ontvankelijkheid
Het verzoekschrift van verzoeker is ontvankelijk. 5. Grond van de zaak Verzoeker motiveert zijn verzoek als volgt. Door medische redenen kon verzoeker niet en/of niet goed deelnemen aan voorbije examens. De onderwijsinstelling gedraagt zich naar de wijsheid van de Raad. Overmacht is “een gebeurtenis die niets van doen heeft met verzoeker, en die niet voorzien, verhinderd of overwonnen kon worden.” (RvS 15 maart 2011, nr.212.044, Gazan). Voor wat het academiejaar 2012-2013 betreft, is de Raad van oordeel dat uit de voorgelegde stukken naar genoegen van recht blijkt dat de verzoeker ten gevolge van overmacht zijn examenkansen voor de twee opleidingsonderdelen ‘........’ (6 studiepunten) en ‘........’ (7 studiepunten) niet volledig heeft kunnen benutten. Voor wat het academiejaar 2013-2014 betreft, stelt de Raad vast dat verzoeker 57 studiepunten terugvraagt. De Raad herinnert er aan dat een teruggave van leerkrediet voor opleidingsonderdelen in een bepaald academiejaar slechts mogelijk is indien er geen credit werd behaald of indien niet alle examenkansen benut konden worden wegens overmacht. In casu behaalde verzoeker een credit voor het opleidingsonderdeel ‘........’ (3 studiepunten). Verder stelt de Raad vast dat verzoeker voor de opleidingsonderdelen ‘........’ (6 studiepunten) en ‘........’ (6 studiepunten) twee examenkansen heeft benut, wat een teruggave van leerkrediet voor deze opleidingsonderdelen uitsluit. De Raad is van oordeel dat voor de overige opleidingsonderdelen uit de voorgelegde stukken naar genoegen van recht blijkt dat verzoeker ten gevolge van overmacht zijn examenkansen niet volledig heeft kunnen benutten. De Raad oordeelt dat in voorliggend geval om organisatorische redenen er geen aangepaste examenregeling mogelijk was. De Raad is in die omstandigheden van oordeel dat het leerkrediet ten belope van 58 studiepunten kan worden teruggegeven. Het beroep is in de aangegeven mate ontvankelijk en gegrond.
Raad voor betwistingen inzake studievoortgangsbeslissingen
12
Rolnr. 2015/075 – 30 juni 2015 De Raad brengt de Stuurgroep Databank Hoger Onderwijs op de hoogte van dit besluit. BESLUIT Aan ........ wordt omwille van verlies door overmacht, een leerkrediet teruggegeven van 13 studiepunten voor het academiejaar 2010-2013 en van 45 studiepunten voor het academiejaar 2014-2104. Tegen dit besluit is een beroep bij de Raad van State mogelijk overeenkomstig artikel 14, § 2 van de gecoördineerde wetten op de Raad van State en het Koninklijk Besluit van 30 november 2006 tot vaststelling van de cassatieprocedure bij de Raad van State. Dit beroep dient schriftelijk en aangetekend te gebeuren binnen de dertig dagen na kennisgeving van deze beslissing en ondertekend te zijn door een advocaat. Bij het beroep moeten zijn gevoegd een kopie van het aangevochten besluit, de bijgevoegde stukken dienen genummerd en geïnventariseerd te zijn, en zes eensluidend verklaarde afschriften van het beroep. Aldus beslist op 30 juni 2015 te Brussel. De voorzitter,
De bijzitters,
Jim Deridder
Jan Geens
Piet Versweyvelt
De secretaris, Freya Gheysen
Raad voor betwistingen inzake studievoortgangsbeslissingen
13
Rolnr. 2015/080 – 30 juni 2015
Rolnr. 2015/080 - 30 juni 2015 Op verzoek van ........ Mede inzake ........ 1. Behandeling van de zaak De zaak van ........ werd behandeld op de openbare zitting van 30 juni 2015. De Raad heeft de zaak in beraad genomen. De Raad heeft acht geslagen op het verzoekschrift, de toegevoegde documenten en de ingewonnen inlichtingen bij de onderwijsinstelling. 2. Voorwerp van het verzoekschrift Verzoekster vraagt teruggave van haar leerkrediet ten belope van 29 studiepunten, verloren tijdens het academiejaar 2013-2014, omwille van een overmachtssituatie. 3. Samenvatting van de feiten Verzoekster is tijdens het academiejaar 2013-2014 ingeschreven in de opleiding ......... Verzoekster heeft onderwijsinstelling.
geen
verzoek
tot
aangepaste
examenregeling
gericht
aan
de
Bij aangetekend schrijven van 28 april 2015 diende verzoekster een verzoekschrift in bij de Raad. 4. Ontvankelijkheid van het verzoekschrift 1. Verzoek tot aangepaste examenregeling Studenten die hun leerkrediet wensen terug te krijgen op grond van een overmachtssituatie, vragen vooreerst aan de instelling om een aangepaste examenregeling. Een verzoek tot aangepaste examenregeling heeft evenwel geen zin wanneer de feiten die tot staving van de overmacht ingeroepen worden of andere feitelijke/juridische elementen hoe dan ook elke aanpassing van de examenregeling uitsluiten. Het onderzoek van de ontvankelijkheid hangt in dat geval derhalve samen met de beoordeling van de grond van de zaak. 2.
Overtuigingsstukken
Het dossier omvat volgende overtuigingsstukken: Medisch attest d.d. 6 november 2013 waaruit blijkt dat verzoekster niet in staat was om de lessen te volgen van 6 november 2013 t.e.m. 7 november 2013 wegens ziekte. Medisch attest d.d. 8 november 2013 waaruit blijkt dat verzoekster niet in staat was om de lessen te volgen vanaf 7 november 2013 t.e.m. 7 december 2013 wegens ziekte. Verscheidene medische verslagen d.d. 27 maart 2014, 14 mei 2014, 19 juni 2014 (er werd geadviseerd om niet deel te nemen aan de herexamens), 20 augustus 2014, 30 oktober 2014 en 12 december 2014. Toekenning bijzonder statuut voor het academiejaar 2014-2015 (d.d. 22 oktober 2014).
Raad voor betwistingen inzake studievoortgangsbeslissingen
14
Rolnr. 2015/080 – 30 juni 2015
3.
Voorwerp van het verzoekschrift
Voorliggend beroepschrift betreft een verzoek tot teruggave van leerkrediet in de zin van artikel II.285 van de Codex Hoger Onderwijs. De Raad is met ingang van 1 september 2011 bevoegd om te oordelen over dergelijke verzoeken. De Raad oordeelt in voorkomend geval over: de overmacht op zich, om ervoor te zorgen dat de invulling van de overmacht over de instellingen heen gelijk is; de gegrondheid van de beslissing van de instelling dat er geen aangepaste examenregeling mogelijk is om organisatorische redenen. Indien de overmacht wordt vastgesteld en de beslissing van de instelling is gegrond in die zin dat er geen aangepaste examenregeling meer mogelijk is, krijgt de student op grond van het besluit van de Raad ‘ambtshalve’ zijn of haar leerkrediet terug voor de betrokken opleidingsonderdelen. 4.
Ontvankelijkheid
Het verzoekschrift van verzoekster is ontvankelijk. 5. Grond van de zaak Verzoekster motiveert haar verzoek als volgt: “Op 27 september 2013 heb ik een auto-ongeval gehad waar ik een zware hersenschudding aan heb ondergehouden. Hierdoor heb ik zware hoofdpijn aanvallen en concentratiestoornissen waardoor mijn examens gefaald zijn. In de tweedekansexamenperiode mocht ik dan ook geen examens meer meemaken van de dokter.” De onderwijsinstelling gedraagt zich naar de wijsheid van de Raad. Overmacht is “een gebeurtenis die niets van doen heeft met verzoeker, en die niet voorzien, verhinderd of overwonnen kon worden.” (RvS 15 maart 2011, nr.212.044, Gazan). De Raad is van oordeel dat uit de voorgelegde stukken naar genoegen van recht blijkt dat verzoekster ten gevolge van overmacht haar examenkansen niet volledig heeft kunnen benutten. De Raad oordeelt dat in voorliggend geval om organisatorische redenen er geen aangepaste examenregeling mogelijk was. De Raad is van oordeel dat het leerkrediet ten belope van 29 studiepunten kan worden teruggegeven. De Raad brengt de Stuurgroep Databank Hoger Onderwijs op de hoogte van dit besluit. BESLUIT Aan ........ wordt een leerkrediet ten belope van 29 studiepunten teruggegeven, tijdens het academiejaar 2013-2014 verloren wegens overmacht. Tegen dit besluit is een beroep bij de Raad van State mogelijk overeenkomstig artikel 14, § 2 van de gecoördineerde wetten op de Raad van State en het Koninklijk Besluit van 30 november 2006 tot vaststelling van de cassatieprocedure bij de Raad van State. Dit beroep dient schriftelijk en aangetekend te gebeuren binnen de dertig dagen na kennisgeving van deze beslissing en ondertekend te zijn door een advocaat. Bij het beroep moeten zijn gevoegd
Raad voor betwistingen inzake studievoortgangsbeslissingen
15
Rolnr. 2015/080 – 30 juni 2015 een kopie van het aangevochten besluit, de bijgevoegde stukken dienen genummerd en geïnventariseerd te zijn, en zes eensluidend verklaarde afschriften van het beroep. Aldus beslist op 30 juni 2015 te Brussel. De voorzitter,
De bijzitters,
Jim Deridder
Jan Geens
Piet Versweyvelt
De secretaris, Freya Gheysen
Raad voor betwistingen inzake studievoortgangsbeslissingen
16
Rolnr. 2015/094 – 30 juni 2015
Rolnr. 2015/094 - 30 juni 2015 Op verzoek van ........ Mede inzake ........ 1. Behandeling van de zaak De zaak van ........ werd behandeld op de openbare zitting van 30 juni 2015. De Raad heeft de zaak in beraad genomen. De Raad heeft acht geslagen op het verzoekschrift, de toegevoegde documenten en de ingewonnen inlichtingen bij de onderwijsinstelling. 2. Voorwerp van het verzoekschrift Verzoekster vraagt teruggave van haar leerkrediet ten belope van 60 studiepunten, omwille van een overmachtsituatie verloren tijdens het academiejaar 2013-2014. 3. Samenvatting van de feiten Verzoekster is tijdens het academiejaar 2013-2014 ingeschreven in de opleiding Bachelor in de psychologie. Verzoekster heeft onderwijsinstelling.
geen
verzoek
tot
aangepaste
examenregeling
gericht
aan
de
Bij aangetekend schrijven van 21 mei 2015 diende verzoekster een verzoekschrift in bij de Raad. 4. Ontvankelijkheid van het verzoekschrift 1. Verzoek tot aangepaste examenregeling Studenten die hun leerkrediet wensen terug te krijgen op grond van een overmachtssituatie, vragen vooreerst aan de instelling om een aangepaste examenregeling. Een verzoek tot aangepaste examenregeling heeft evenwel geen zin wanneer de feiten die tot staving van de overmacht ingeroepen worden of andere feitelijke/juridische elementen hoe dan ook elke aanpassing van de examenregeling uitsluiten. Het onderzoek van de ontvankelijkheid hangt in dat geval derhalve samen met de beoordeling van de grond van de zaak. 2.
Overtuigingsstukken
Het dossier omvat volgende overtuigingsstukken: Technisch verslag van het onderzoek van de kwaliteit van de woning d.d. 10 maart 2014; Vonnis van de vrederechter d.d. 8 januari 2015; Foto’s van het appartement. 3.
Voorwerp van het verzoekschrift
Voorliggend beroepschrift betreft een verzoek tot teruggave van leerkrediet in de zin van artikel II.285 van de Codex Hoger Onderwijs.
Raad voor betwistingen inzake studievoortgangsbeslissingen
17
Rolnr. 2015/094 – 30 juni 2015 De Raad is met ingang van 1 september 2011 bevoegd om te oordelen over dergelijke verzoeken. De Raad oordeelt in voorkomend geval over: de overmacht op zich, om ervoor te zorgen dat de invulling van de overmacht over de instellingen heen gelijk is; de gegrondheid van de beslissing van de instelling dat er geen aangepaste examenregeling mogelijk is om organisatorische redenen. Indien de overmacht wordt vastgesteld en de beslissing van de instelling is gegrond in die zin dat er geen aangepaste examenregeling meer mogelijk is, krijgt de student op grond van het besluit van de Raad ‘ambtshalve’ zijn of haar leerkrediet terug voor de betrokken opleidingsonderdelen. 4.
Ontvankelijkheid
Het verzoekschrift van verzoekster is ontvankelijk. 5. Grond van de zaak Verzoekster motiveert haar verzoek als volgt. Verzoekster partij heeft veel colleges moeten missen door problemen met (water)schade in haar huurappartement, hetgeen heeft geresulteerd in een rechtszaak. Door de stress die dit met zich bracht kon ze zich niet concentreren en is ze niet geslaagd voor haar examens. De onderwijsinstelling gedraagt zich naar de wijsheid van de Raad. Overmacht is “een gebeurtenis die niets van doen heeft met verzoeker, en die niet voorzien, verhinderd of overwonnen kon worden.” (RvS 15 maart 2011, nr.212.044, Gazan). De Raad kan begrip opbrengen voor de moeilijke huisvestingssituatie waarin verzoekster verkeerde en de beslommeringen die zulks met zich kan hebben gebracht. Deze omstandigheden zijn naar oordeel van de Raad evenwel geen geval van overmacht zoals bedoeld in artikel II.204 van de Codex Hoger Onderwijs. De decreetgever heeft bij invoering van de overmachtregeling immers overwogen dat het moet gaan om uitzonderlijke gevallen van overmacht zoals een zware of langdurige ziekte, een zwaar verkeersongeval e.d. waardoor de student niet aan de examens kon deelnemen (Parl. St. Vl. Parl. 2009-2010, nr. 526/1, 52). De Raad is van oordeel dat de decreetgever hierdoor in essentie enkel die situaties heeft beoogd waarin het voor de student materieel onmogelijk was om aan het examen deel te nemen. De volgende overwegingen in de memorie van toelichting ((Parl. St. Vl. Parl. 2009-2010, nr. 526/1, 53) bevestigen deze lezing: “Door de aard van de overmacht – zware ziekte, verkeersongeval enzovoort – bevindt de student zich dikwijls al in een kwetsbare situatie, waarbij hij niet extra belast moet worden om zelf alle stappen te zetten om nog een bijkomende procedure op te starten bij een externe instantie.” Hoe behartigenswaardig de omstandigheden ook kunnen zijn waarin verzoekster zich bevindt, zij beantwoorden niet aan het begrip ‘overmacht’ zoals de decreetgever het voor ogen had. Het beroep van verzoekster is ontvankelijk doch ongegrond. BESLUIT De Raad verwerpt het beroep. Tegen dit besluit is een beroep bij de Raad van State mogelijk overeenkomstig artikel 14, § 2 van de gecoördineerde wetten op de Raad van State en het Koninklijk Besluit van 30 november 2006 tot vaststelling van de cassatieprocedure bij de Raad van State. Dit beroep
Raad voor betwistingen inzake studievoortgangsbeslissingen
18
Rolnr. 2015/094 – 30 juni 2015 dient schriftelijk en aangetekend te gebeuren binnen de dertig dagen na kennisgeving van deze beslissing en ondertekend te zijn door een advocaat. Bij het beroep moeten zijn gevoegd een kopie van het aangevochten besluit, de bijgevoegde stukken dienen genummerd en geïnventariseerd te zijn, en zes eensluidend verklaarde afschriften van het beroep. Aldus beslist op 30 juni 2015 te Brussel. De voorzitter,
De bijzitters,
Jim Deridder
Jan Geens
Piet Versweyvelt
De secretaris, Freya Gheysen
Raad voor betwistingen inzake studievoortgangsbeslissingen
19
Rolnr. 2015/095 – 30 juni 2015
Rolnr. 2015/095 - 30 juni 2015 Op verzoek van ........ Mede inzake ........ 1. Behandeling van de zaak De zaak van ........ werd behandeld op de openbare zitting van 30 juni 2015. De Raad heeft de zaak in beraad genomen. De Raad heeft acht geslagen op het verzoekschrift, de toegevoegde documenten en de ingewonnen inlichtingen bij de onderwijsinstelling. 2. Voorwerp van het verzoekschrift Verzoekster partij vraagt teruggave van haar leerkrediet ten belope van 15 studiepunten, verloren tijdens het academiejaar 2014-2015, omwille van een overmachtssituatie. 3. Samenvatting van de feiten Verzoekster is tijdens het academiejaar 2014-2015 ingeschreven in de opleiding Bachelor in het kleuteronderwijs. Verzoekster heeft onderwijsinstelling.
geen
verzoek
tot
aangepaste
examenregeling
gericht
aan
de
Bij aangetekend schrijven van 23 mei 2015 diende verzoekster een verzoekschrift in bij de Raad. 4. Ontvankelijkheid van het verzoekschrift 1. Verzoek tot aangepaste examenregeling Studenten die hun leerkrediet wensen terug te krijgen op grond van een overmachtssituatie, vragen vooreerst aan de instelling om een aangepaste examenregeling. Een verzoek tot aangepaste examenregeling heeft evenwel geen zin wanneer de feiten die tot staving van de overmacht ingeroepen worden of andere feitelijke/juridische elementen hoe dan ook elke aanpassing van de examenregeling uitsluiten. Het onderzoek van de ontvankelijkheid hangt in dat geval derhalve samen met de beoordeling van de grond van de zaak. 2.
Overtuigingsstukken
Het dossier omvat volgende overtuigingsstukken: Medisch attest d.d. 27 maart 2015 waaruit blijkt dat verzoekster een ingreep ondergaan heeft; Medisch attest d.d. 12 mei 2015 waaruit blijkt dat verzoekster een chirurgische ingreep ondergaan heeft op 12 mei 2015. 3.
Voorwerp van het verzoekschrift
Voorliggend beroepschrift betreft een verzoek tot teruggave van leerkrediet in de zin van artikel II.285 van de Codex Hoger Onderwijs.
Raad voor betwistingen inzake studievoortgangsbeslissingen
20
Rolnr. 2015/095 – 30 juni 2015 De Raad is met ingang van 1 september 2011 bevoegd om te oordelen over dergelijke verzoeken. De Raad oordeelt in voorkomend geval over: de overmacht op zich, om ervoor te zorgen dat de invulling van de overmacht over de instellingen heen gelijk is; de gegrondheid van de beslissing van de instelling dat er geen aangepaste examenregeling mogelijk is om organisatorische redenen. Indien de overmacht wordt vastgesteld en de beslissing van de instelling is gegrond in die zin dat er geen aangepaste examenregeling meer mogelijk is, krijgt de student op grond van het besluit van de Raad ‘ambtshalve’ zijn of haar leerkrediet terug voor de betrokken opleidingsonderdelen. 4.
Ontvankelijkheid
Het verzoekschrift van verzoekster is ontvankelijk. 5. Grond van de zaak Verzoekster motiveert haar verzoek als volgt: “Door een operatie aan mijn appendix eind maart 2015 heb ik één week stage niet kunnen uitoefenen. Op 12 mei 2015 is er een laparoscopie uitgevoerd. (…) Door deze 2 operaties kort na elkaar was ik medisch gezien niet in staat om verder de stages uit te oefenen en de lessen te volgen. Aangezien elke operatie een herstelperiode vraagt van minimum 3 weken (6 weken voor heffen en tillen).” De onderwijsinstelling gedraagt zich naar de wijsheid van de Raad. Overmacht is “een gebeurtenis die niets van doen heeft met verzoeker, en die niet voorzien, verhinderd of overwonnen kon worden.” (RvS 15 maart 2011, nr.212.044, Gazan). De Raad is van oordeel dat uit de voorgelegde stukken naar genoegen van recht blijkt dat verzoekster ten gevolge van overmacht haar examenkansen niet volledig heeft kunnen benutten. Uit de ECTS-fiche van het opleidingsonderdeel ‘Praktijk 1’ (15 studiepunten) blijkt immers dat verzoekende partij geen tweede examenkans zal kunnen benutten die haar toelaat voor dit opleidingsonderdeel een credit te behalen tijdens de derde examenperiode. De Raad oordeelt dat in voorliggend geval om organisatorische redenen er geen aangepaste examenregeling mogelijk was. Het beroep is ontvankelijk en gegrond. De Raad is van oordeel dat het leerkrediet ten belope van 15 studiepunten kan worden teruggegeven. De Raad brengt de Stuurgroep Databank Hoger Onderwijs op de hoogte van dit besluit. BESLUIT Aan ........ wordt een leerkrediet van 15 studiepunten teruggegeven, verloren ten gevolge van overmacht tijdens het academiejaar 2014-2015. Tegen dit besluit is een beroep bij de Raad van State mogelijk overeenkomstig artikel 14, § 2 van de gecoördineerde wetten op de Raad van State en het Koninklijk Besluit van 30 november 2006 tot vaststelling van de cassatieprocedure bij de Raad van State. Dit beroep dient schriftelijk en aangetekend te gebeuren binnen de dertig dagen na kennisgeving van deze beslissing en ondertekend te zijn door een advocaat. Bij het beroep moeten zijn gevoegd
Raad voor betwistingen inzake studievoortgangsbeslissingen
21
Rolnr. 2015/095 – 30 juni 2015 een kopie van het aangevochten besluit, de bijgevoegde stukken dienen genummerd en geïnventariseerd te zijn, en zes eensluidend verklaarde afschriften van het beroep. Aldus beslist op 30 juni 2015 te Brussel. De voorzitter,
De bijzitters,
Jim Deridder
Jan Geens
Piet Versweyvelt
De secretaris, Freya Gheysen
Raad voor betwistingen inzake studievoortgangsbeslissingen
22
Rolnr. 2015/096 – 30 juni 2015
Rolnr. 2015/096 - 30 juni 2015 Op verzoek van ........ Mede inzake ........ 1. Behandeling van de zaak De zaak van ........ werd behandeld op de openbare zitting van 30 juni 2015. De Raad heeft de zaak in beraad genomen. De Raad heeft acht geslagen op het verzoekschrift, de toegevoegde documenten en de ingewonnen inlichtingen bij de onderwijsinstelling. 2. Voorwerp van het verzoekschrift Verzoeker vraagt teruggave van zijn leerkrediet ten belope van 21 studiepunten, verloren tijdens het academiejaar 2013-2014, en ten belope van 31 studiepunten, verloren tijdens het academiejaar 2014-2015, telkens omwille van een overmachtssituatie. 3. Samenvatting van de feiten Verzoeker is tijdens de academiejaren 2013-2014 en 2014-2015 ingeschreven in de opleiding Bachelor in Bedrijfsmanagement (Marketing). Verzoeker heeft geen onderwijsinstelling.
verzoek
tot
aangepaste
examenregeling
gericht
aan
de
Bij aangetekend schrijven van 23 mei 2015 diende verzoeker een verzoekschrift in bij de Raad. 4. Ontvankelijkheid van het verzoekschrift 1. Verzoek tot aangepaste examenregeling Studenten die hun leerkrediet wensen terug te krijgen op grond van een overmachtssituatie, vragen vooreerst aan de instelling om een aangepaste examenregeling. Een verzoek tot aangepaste examenregeling heeft evenwel geen zin wanneer de feiten die tot staving van de overmacht ingeroepen worden of andere feitelijke/juridische elementen hoe dan ook elke aanpassing van de examenregeling uitsluiten. Het onderzoek van de ontvankelijkheid hangt in dat geval derhalve samen met de beoordeling van de grond van de zaak. 2.
Overtuigingsstukken
Het dossier omvat volgende overtuigingsstukken: Medisch attest d.d. 22 januari 2015 waaruit blijkt dat verzoeker niet kon deelnemen aan herexamens in augustus en september 2014; Verklaring van de osteopaat d.d. 19 december 2014 waaruit blijkt dat verzoeker wegens ziekte niet kon deelnemen aan de herexamens noch aan de lessen vanaf september 2014. 3.
Voorwerp van het verzoekschrift
Voorliggend beroepschrift betreft een verzoek tot teruggave van leerkrediet in de zin van artikel II.285 van de Codex Hoger Onderwijs.
Raad voor betwistingen inzake studievoortgangsbeslissingen
23
Rolnr. 2015/096 – 30 juni 2015
De Raad is met ingang van 1 september 2011 bevoegd om te oordelen over dergelijke verzoeken. De Raad oordeelt in voorkomend geval over: de overmacht op zich, om ervoor te zorgen dat de invulling van de overmacht over de instellingen heen gelijk is; de gegrondheid van de beslissing van de instelling dat er geen aangepaste examenregeling mogelijk is om organisatorische redenen. Indien de overmacht wordt vastgesteld en de beslissing van de instelling is gegrond in die zin dat er geen aangepaste examenregeling meer mogelijk is, krijgt de student op grond van het besluit van de Raad ‘ambtshalve’ zijn of haar leerkrediet terug voor de betrokken opleidingsonderdelen. 4.
Ontvankelijkheid
Het verzoekschrift van verzoeker is ontvankelijk. 5. Grond van de zaak Verzoeker motiveert zijn verzoek als volgt. Verzoeker is sinds juli 2014 ziek. De symptomen en bijhorende psychische stress lieten niet toe om examens af te leggen of lessen te volgen. De onderwijsinstelling gedraagt zich naar de wijsheid van de Raad. Overmacht is “een gebeurtenis die niets van doen heeft met verzoeker, en die niet voorzien, verhinderd of overwonnen kon worden.” (RvS 15 maart 2011, nr.212.044, Gazan). Voor wat het academiejaar 2013-2014 betreft, is de Raad van oordeel dat uit de voorgelegde stukken naar genoegen van recht blijkt dat verzoeker ten gevolge van overmacht zijn examenkansen niet volledig heeft kunnen benutten. De Raad oordeelt dat in voorliggend geval om organisatorische redenen er geen aangepaste examenregeling mogelijk was. Voor wat het academiejaar 2014-2015 betreft, heeft de Raad weliswaar begrip voor de persoonlijke situatie van de verzoekende partij, maar hij wijst er op basis van de thans voorliggende stukken op dat verzoeker nog de mogelijkheid heeft om een tweede examenkans te benutten tijdens de derde examenperiode, waar hij dan mogelijk wel credits kan behalen waardoor het leerkrediet niet verloren gaat. De Raad kan zich op dit moment niet met de juridische vereiste zekerheid uitspreken over toekomstige afwezigheden. Een beslissing over de vraag tot teruggave is voor die studiepunten op dit ogenblik voorbarig. De Raad is van oordeel dat het leerkrediet ten belope van 21 studiepunten kan worden teruggegeven. Het beroep is in die mate gegrond. De Raad brengt de Stuurgroep Databank Hoger Onderwijs op de hoogte van dit besluit. BESLUIT Aan ........ wordt een leerkrediet ten belopen van 21 teruggeven, verloren omwille van overmacht tijdens het academiejaar 2013-2014. Tegen dit besluit is een beroep bij de Raad van State mogelijk overeenkomstig artikel 14, § 2 van de gecoördineerde wetten op de Raad van State en het Koninklijk Besluit van 30 november 2006 tot vaststelling van de cassatieprocedure bij de Raad van State. Dit beroep dient schriftelijk en aangetekend te gebeuren binnen de dertig dagen na kennisgeving van deze beslissing en ondertekend te zijn door een advocaat. Bij het beroep moeten zijn gevoegd
Raad voor betwistingen inzake studievoortgangsbeslissingen
24
Rolnr. 2015/096 – 30 juni 2015 een kopie van het aangevochten besluit, de bijgevoegde stukken dienen genummerd en geïnventariseerd te zijn, en zes eensluidend verklaarde afschriften van het beroep. Aldus beslist op 30 juni 2015 te Brussel. De voorzitter,
De bijzitters,
Jim Deridder
Jan Geens
Piet Versweyvelt
De secretaris, Freya Gheysen
Raad voor betwistingen inzake studievoortgangsbeslissingen
25
Rolnr. 2015/097 – 30 juni 2015
Rolnr. 2015/097 - 30 juni 2015 Op verzoek van ........ Mede inzake ........ 1. Behandeling van de zaak De zaak van ........ werd behandeld op de openbare zitting van 30 juni 2015. De Raad heeft de zaak in beraad genomen. De Raad heeft acht geslagen op het verzoekschrift, de toegevoegde documenten en de ingewonnen inlichtingen bij de onderwijsinstelling. 2. Voorwerp van het verzoekschrift Verzoekster vraagt teruggave van haar leerkrediet ten belope van 60 studiepunten, verloren tijdens het academiejaar 2013-2014, omwille van een overmachtssituatie. 3. Samenvatting van de feiten Verzoekster is tijdens het academiejaar 2013-2014 ingeschreven in de opleiding Bachelor in de biomedische wetenschappen. Verzoekster heeft onderwijsinstelling.
geen
verzoek
tot
aangepaste
examenregeling
gericht
aan
de
Bij aangetekend schrijven van 26 mei 2015 diende verzoekster een verzoekschrift in bij de Raad. 4. Ontvankelijkheid van het verzoekschrift 1. Verzoek tot aangepaste examenregeling Studenten die hun leerkrediet wensen terug te krijgen op grond van een overmachtssituatie, vragen vooreerst aan de instelling om een aangepaste examenregeling. Een verzoek tot aangepaste examenregeling heeft evenwel geen zin wanneer de feiten die tot staving van de overmacht ingeroepen worden of andere feitelijke/juridische elementen hoe dan ook elke aanpassing van de examenregeling uitsluiten. Het onderzoek van de ontvankelijkheid hangt in dat geval derhalve samen met de beoordeling van de grond van de zaak. 2.
Overtuigingsstukken
Het dossier omvat volgende overtuigingsstukken: Medisch attest d.d. 26 november 2014 waaruit blijkt dat in januari 2014 bij verzoeker de diagnose Mononucleosis Infectiosa werd gesteld, waardoor hij regelmatig lessen heeft gemist. Hij is nog steeds in behandeling. Verzoeker vertoont oververmoeidheid en wordt aangeraden om zo veel mogelijk te rusten; Medisch attest d.d. 27 januari 2015, waaruit blijkt dat verzoeker reeds meer dan een jaar met postinfectieuse vermoeidheid kampt, waardoor hij niet 100% presteerde in de (praktijk)lessen. Verzoeker is momenteel nog in behandeling voor post-EVBvermoeidheid; Toekenning bijzonder statuut voor het academiejaar 2014-2015 d.d. 17 december 2014.
Raad voor betwistingen inzake studievoortgangsbeslissingen
26
Rolnr. 2015/097 – 30 juni 2015 3.
Voorwerp van het verzoekschrift
Voorliggend beroepschrift betreft een verzoek tot teruggave van leerkrediet in de zin van artikel II.285 van de Codex Hoger Onderwijs. De Raad is met ingang van 1 september 2011 bevoegd om te oordelen over dergelijke verzoeken. De Raad oordeelt in voorkomend geval over: de overmacht op zich, om ervoor te zorgen dat de invulling van de overmacht over de instellingen heen gelijk is; de gegrondheid van de beslissing van de instelling dat er geen aangepaste examenregeling mogelijk is om organisatorische redenen. Indien de overmacht wordt vastgesteld en de beslissing van de instelling is gegrond in die zin dat er geen aangepaste examenregeling meer mogelijk is, krijgt de student op grond van het besluit van de Raad ‘ambtshalve’ zijn of haar leerkrediet terug voor de betrokken opleidingsonderdelen. 4.
Ontvankelijkheid
Het verzoekschrift van verzoeker is ontvankelijk. 5. Grond van de zaak Verzoeker motiveert zijn haar verzoek als volgt. In januari 2014 werd bij verzoeker de diagnose Mononucleosis Infectiosa (klierkoorts) vastgesteld. In de examenperiode van 2014 heeft hij slechts twee examens kunnen meedoen, die niet goed waren wegens ziekte. Hij heeft de lessen van het tweede semester praktisch niet kunnen volgen wegens oververmoeidheid en kon hierdoor ook niet deelnemen aan de examens van het tweede trimester en deze van de tweede zittijd. Verzoeker is voor deze ziekte nog steeds in behandeling. Hiernaast lijdt hij ook onder het overlijden en ziekte van (naaste) familieleden. De onderwijsinstelling gedraagt zich naar de wijsheid van de Raad. Overmacht is “een gebeurtenis die niets van doen heeft met verzoeker, en die niet voorzien, verhinderd of overwonnen kon worden.” (RvS 15 maart 2011, nr.212.044, Gazan). De Raad is van oordeel dat uit de voorgelegde stukken naar genoegen van recht blijkt dat verzoeker ten gevolge van overmacht zijn examenkansen niet volledig heeft kunnen benutten. De Raad oordeelt dat in voorliggend geval om organisatorische redenen er geen aangepaste examenregeling mogelijk was. De Raad is van oordeel dat het leerkrediet ten belope van 60 studiepunten kan worden teruggegeven. Het beroep is ontvankelijk en gegrond. De Raad brengt de Stuurgroep Databank Hoger Onderwijs op de hoogte van dit besluit. BESLUIT Aan ........ wordt een leerkrediet van 60 studiepunten teruggegeven, verloren door overmacht tijdens het academiejaar 2013-2014. Tegen dit besluit is een beroep bij de Raad van State mogelijk overeenkomstig artikel 14, § 2 van de gecoördineerde wetten op de Raad van State en het Koninklijk Besluit van 30 november 2006 tot vaststelling van de cassatieprocedure bij de Raad van State. Dit beroep dient schriftelijk en aangetekend te gebeuren binnen de dertig dagen na kennisgeving van deze beslissing en ondertekend te zijn door een advocaat. Bij het beroep moeten zijn gevoegd
Raad voor betwistingen inzake studievoortgangsbeslissingen
27
Rolnr. 2015/097 – 30 juni 2015 een kopie van het aangevochten besluit, de bijgevoegde stukken dienen genummerd en geïnventariseerd te zijn, en zes eensluidend verklaarde afschriften van het beroep. Aldus beslist op 30 juni 2015 te Brussel. De voorzitter,
De bijzitters,
Jim Deridder
Jan Geens
Piet Versweyvelt
De secretaris, Freya Gheysen
Raad voor betwistingen inzake studievoortgangsbeslissingen
28
Rolnr. 2015/103 – 30 juni 2015
Rolnr. 2015/103 - 30 juni 2015 Op verzoek van ........ Mede inzake ........ 1. Behandeling van de zaak De zaak van ........ werd behandeld op de openbare zitting van 30 juni 2015. De Raad heeft de zaak in beraad genomen. De Raad heeft acht geslagen op het verzoekschrift, de toegevoegde documenten en de ingewonnen inlichtingen bij de onderwijsinstelling. 2. Voorwerp van het verzoekschrift Verzoeker vraagt teruggave van zijn leerkrediet ten belope van 17 studiepunten, verloren tijdens het academiejaar 2013-2014, omwille van een overmachtssituatie. 3. Samenvatting van de feiten Verzoeker is tijdens het academiejaar 2013-2014 ingeschreven in de opleiding Bachelor in de psychologie. Verzoeker heeft geen onderwijsinstelling.
verzoek
tot
aangepaste
examenregeling
gericht
aan
de
Bij aangetekend schrijven van 21 mei 2015 diende verzoeker een verzoekschrift in bij de Raad. 4. Ontvankelijkheid van het verzoekschrift 1. Verzoek tot aangepaste examenregeling Studenten die hun leerkrediet wensen terug te krijgen op grond van een overmachtssituatie, vragen vooreerst aan de instelling om een aangepaste examenregeling. Een verzoek tot aangepaste examenregeling heeft evenwel geen zin wanneer de feiten die tot staving van de overmacht ingeroepen worden of andere feitelijke/juridische elementen hoe dan ook elke aanpassing van de examenregeling uitsluiten. Het onderzoek van de ontvankelijkheid hangt in dat geval derhalve samen met de beoordeling van de grond van de zaak. 2.
Overtuigingsstukken
Het dossier omvat volgende overtuigingsstukken: Technisch verslag van het onderzoek van de kwaliteit van de woning d.d. 10 maart 2014; Beslissing van de vrederechter d.d. 8 januari 2015; Foto’s van het appartement. 3.
Voorwerp van het verzoekschrift
Voorliggend beroepschrift betreft een verzoek tot teruggave van leerkrediet in de zin van artikel II.285 van de Codex Hoger Onderwijs. De Raad is met ingang van 1 september 2011 bevoegd om te oordelen over dergelijke verzoeken. De Raad oordeelt in voorkomend geval over:
Raad voor betwistingen inzake studievoortgangsbeslissingen
29
Rolnr. 2015/103 – 30 juni 2015 -
de overmacht op zich, om ervoor te zorgen dat de invulling van de overmacht over de instellingen heen gelijk is; de gegrondheid van de beslissing van de instelling dat er geen aangepaste examenregeling mogelijk is om organisatorische redenen.
Indien de overmacht wordt vastgesteld en de beslissing van de instelling is gegrond in die zin dat er geen aangepaste examenregeling meer mogelijk is, krijgt de student op grond van het besluit van de Raad ‘ambtshalve’ zijn of haar leerkrediet terug voor de betrokken opleidingsonderdelen. 4.
Ontvankelijkheid
Het verzoekschrift van verzoeker is ontvankelijk. 5. Grond van de zaak Verzoeker motiveert zijn verzoek als volgt. Verzoeker heeft veel colleges moeten missen door problemen met (water)schade in zijn huurappartement, hetgeen in een rechtszaak geresulteerd is. Door de stress die dit met zich meebracht en door het missen van de colleges heeft hij slecht gescoord op de examens. De onderwijsinstelling gedraagt zich naar de wijsheid van de Raad. Overmacht is “een gebeurtenis die niets van doen heeft met verzoeker, en die niet voorzien, verhinderd of overwonnen kon worden.” (RvS 15 maart 2011, nr.212.044, Gazan). De Raad kan begrip opbrengen voor de moeilijke huisvestingssituatie waarin verzoeker verkeerde en de beslommeringen die zulks met zich kan hebben gebracht. Deze omstandigheden zijn naar oordeel van de Raad evenwel geen geval van overmacht zoals bedoeld in artikel II.204 van de Codex Hoger Onderwijs. De decreetgever heeft bij invoering van de overmachtregeling immers overwogen dat het moet gaan om uitzonderlijke gevallen van overmacht zoals een zware of langdurige ziekte, een zwaar verkeersongeval e.d. waardoor de student niet aan de examens kon deelnemen (Parl. St. Vl. Parl. 2009-2010, nr. 526/1, 52). De Raad is van oordeel dat de decreetgever hierdoor in essentie enkel die situaties heeft beoogd waarin het voor de student materieel onmogelijk was om aan het examen deel te nemen. De volgende overwegingen in de memorie van toelichting ((Parl. St. Vl. Parl. 2009-2010, nr. 526/1, 53) bevestigen deze lezing: “Door de aard van de overmacht – zware ziekte, verkeersongeval enzovoort – bevindt de student zich dikwijls al in een kwetsbare situatie, waarbij hij niet extra belast moet worden om zelf alle stappen te zetten om nog een bijkomende procedure op te starten bij een externe instantie.” Hoe behartigenswaardig de omstandigheden ook kunnen zijn waarin verzoeker zich bevindt, zij beantwoorden niet aan het begrip ‘overmacht’ zoals de decreetgever het voor ogen had. Het beroep van verzoeker is ontvankelijk doch ongegrond. BESLUIT De Raad verwerpt het beroep. Tegen dit besluit is een beroep bij de Raad van State mogelijk overeenkomstig artikel 14, § 2 van de gecoördineerde wetten op de Raad van State en het Koninklijk Besluit van 30 november 2006 tot vaststelling van de cassatieprocedure bij de Raad van State. Dit beroep dient schriftelijk en aangetekend te gebeuren binnen de dertig dagen na kennisgeving van deze beslissing en ondertekend te zijn door een advocaat. Bij het beroep moeten zijn gevoegd
Raad voor betwistingen inzake studievoortgangsbeslissingen
30
Rolnr. 2015/103 – 30 juni 2015 een kopie van het aangevochten besluit, de bijgevoegde stukken dienen genummerd en geïnventariseerd te zijn, en zes eensluidend verklaarde afschriften van het beroep. Aldus beslist op 30 juni 2015 te Brussel. De voorzitter,
De bijzitters,
Jim Deridder
Jan Geens
Piet Versweyvelt
De secretaris, Freya Gheysen
Raad voor betwistingen inzake studievoortgangsbeslissingen
31
Rolnr. 2015/103bis – 30 juni 2015
Rolnr. 2015/103bis - 30 juni 2015 Op verzoek van ........ Mede inzake ........ 1. Behandeling van de zaak De zaak van ........ werd behandeld op de openbare zitting van 30 juni 2015. De Raad heeft de zaak in beraad genomen. De Raad heeft acht geslagen op het verzoekschrift, de toegevoegde documenten en de ingewonnen inlichtingen bij de onderwijsinstelling. 2. Voorwerp van het verzoekschrift Verzoeker vraagt teruggave van zijn leerkrediet ten belope van 26 studiepunten, verloren tijdens het academiejaar 2013-2014, omwille van een overmachtssituatie. 3. Samenvatting van de feiten Verzoeker is tijdens het academiejaar 2013-2014 ingeschreven in de opleiding Bachelor in het bedrijfsmanagement (Marketing). Verzoeker heeft geen onderwijsinstelling.
verzoek
tot
aangepaste
examenregeling
gericht
aan
de
Bij aangetekend schrijven van 21 mei 2015 diende verzoeker een verzoekschrift in bij de Raad. 4. Ontvankelijkheid van het verzoekschrift 1. Verzoek tot aangepaste examenregeling Studenten die hun leerkrediet wensen terug te krijgen op grond van een overmachtssituatie, vragen vooreerst aan de instelling om een aangepaste examenregeling. Een verzoek tot aangepaste examenregeling heeft evenwel geen zin wanneer de feiten die tot staving van de overmacht ingeroepen worden of andere feitelijke/juridische elementen hoe dan ook elke aanpassing van de examenregeling uitsluiten. Het onderzoek van de ontvankelijkheid hangt in dat geval derhalve samen met de beoordeling van de grond van de zaak. 2.
Overtuigingsstukken
Het dossier omvat volgende overtuigingsstukken: Technisch verslag van het onderzoek van de kwaliteit van de woning d.d. 10 maart 2014; Vonnis van de vrederechter d.d. 8 januari 2015; Foto’s van het appartement. 3.
Voorwerp van het verzoekschrift
Voorliggend beroepschrift betreft een verzoek tot teruggave van leerkrediet in de zin van artikel II.285 van de Codex Hoger Onderwijs. De Raad is met ingang van 1 september 2011 bevoegd om te oordelen over dergelijke verzoeken. De Raad oordeelt in voorkomend geval over:
Raad voor betwistingen inzake studievoortgangsbeslissingen
32
Rolnr. 2015/103bis – 30 juni 2015 -
de overmacht op zich, om ervoor te zorgen dat de invulling van de overmacht over de instellingen heen gelijk is; de gegrondheid van de beslissing van de instelling dat er geen aangepaste examenregeling mogelijk is om organisatorische redenen.
Indien de overmacht wordt vastgesteld en de beslissing van de instelling is gegrond in die zin dat er geen aangepaste examenregeling meer mogelijk is, krijgt de student op grond van het besluit van de Raad ‘ambtshalve’ zijn of haar leerkrediet terug voor de betrokken opleidingsonderdelen. 4.
Ontvankelijkheid
Het verzoekschrift van verzoeker is ontvankelijk. 5. Grond van de zaak Verzoeker motiveert haar verzoek als volgt. Verzoeker heeft veel colleges moeten missen door problemen met (water)schade in zijn huurappartement, hetgeen in een rechtszaak geresulteerd heeft. Door de stress die dit met zich bracht en door het missen van de colleges heeft hij slecht gescoord op de examens. De onderwijsinstelling gedraagt zich naar de wijsheid van de Raad. Overmacht is “een gebeurtenis die niets van doen heeft met verzoeker, en die niet voorzien, verhinderd of overwonnen kon worden.” (RvS 15 maart 2011, nr.212.044, Gazan). De Raad kan begrip opbrengen voor de moeilijke huisvestingssituatie waarin verzoeker verkeerde en de beslommeringen die zulks met zich kan hebben gebracht. Deze omstandigheden zijn naar oordeel van de Raad evenwel geen geval van overmacht zoals bedoeld in artikel II.204 van de Codex Hoger Onderwijs. De decreetgever heeft bij invoering van de overmachtregeling immers overwogen dat het moet gaan om uitzonderlijke gevallen van overmacht zoals een zware of langdurige ziekte, een zwaar verkeersongeval e.d. waardoor de student niet aan de examens kon deelnemen (Parl. St. Vl. Parl. 2009-2010, nr. 526/1, 52). De Raad is van oordeel dat de decreetgever hierdoor in essentie enkel die situaties heeft beoogd waarin het voor de student materieel onmogelijk was om aan het examen deel te nemen. De volgende overwegingen in de memorie van toelichting ((Parl. St. Vl. Parl. 2009-2010, nr. 526/1, 53) bevestigen deze lezing: “Door de aard van de overmacht – zware ziekte, verkeersongeval enzovoort – bevindt de student zich dikwijls al in een kwetsbare situatie, waarbij hij niet extra belast moet worden om zelf alle stappen te zetten om nog een bijkomende procedure op te starten bij een externe instantie.” Hoe behartigenswaardig de omstandigheden ook kunnen zijn waarin verzoeter zich bevindt, zij beantwoorden niet aan het begrip ‘overmacht’ zoals de decreetgever het voor ogen had. Het beroep van verzoekster is ontvankelijk doch ongegrond. BESLUIT De Raad verwerpt het beroep. Tegen dit besluit is een beroep bij de Raad van State mogelijk overeenkomstig artikel 14, § 2 van de gecoördineerde wetten op de Raad van State en het Koninklijk Besluit van 30 november 2006 tot vaststelling van de cassatieprocedure bij de Raad van State. Dit beroep dient schriftelijk en aangetekend te gebeuren binnen de dertig dagen na kennisgeving van deze beslissing en ondertekend te zijn door een advocaat. Bij het beroep moeten zijn gevoegd
Raad voor betwistingen inzake studievoortgangsbeslissingen
33
Rolnr. 2015/103bis – 30 juni 2015 een kopie van het aangevochten besluit, de bijgevoegde stukken dienen genummerd en geïnventariseerd te zijn, en zes eensluidend verklaarde afschriften van het beroep. Aldus beslist op 30 juni 2015 te Brussel. De voorzitter,
De bijzitters,
Jim Deridder
Jan Geens
Piet Versweyvelt
De secretaris, Freya Gheysen
Raad voor betwistingen inzake studievoortgangsbeslissingen
34