Raad voor betwistingen inzake studievoortgangsbeslissingen
Zitting van 06 augustus 2015 Beslissingen i.v.m. overmacht Arrest nr. 2.227 van 6 augustus 2015 in de zaak 2015/082 .................................... 2 Arrest nr. 2.228 van 6 augustus 2015 in de zaak 2015/082bis ............................... 5 Arrest nr. 2.226 van 6 augustus 2015 in de zaak 2015/099 .................................... 8 Arrest nr. 2.229 van 6 augustus 2015 in de zaak 2015/109 .................................. 11 Arrest nr. 2.230 van 6 augustus 2015 in de zaak 2015/127 .................................. 15 Arrest nr. 2.231 van 6 augustus 2015 in de zaak 2015/128 .................................. 17
Rolnr. 2015/082 – 6 augustus 2015
Arrest nr. 2.227 van 6 augustus 2015 in de zaak 2015/082 In zake: Mede inzake: I. Voorwerp van de vordering Verzoekende partij vraagt teruggave van omwille van een overmachtssituatie verloren leerkrediet ten belope van 60 studiepunten voor het academiejaar 2008-2009 en ten belope van 3 studiepunten voor het academiejaar 2012-2013. II. Verloop van de rechtspleging De zaak van de heer werd behandeld op de openbare zitting van 6 augustus 2015. De Raad heeft de zaak in beraad genomen. De Raad heeft acht geslagen op het verzoekschrift, de toegevoegde documenten en de ingewonnen inlichtingen bij de onderwijsinstelling. III. Beoordeling Verzoek tot aangepaste examenregeling Studenten die hun leerkrediet wensen terug te krijgen op grond van een overmachtssituatie, vragen vooreerst aan de instelling om een aangepaste examenregeling. Een verzoek tot aangepaste examenregeling heeft evenwel geen zin wanneer de feiten die tot staving van de overmacht ingeroepen worden of andere feitelijke/juridische elementen hoe dan ook elke aanpassing van de examenregeling uitsluiten. Het onderzoek van de ontvankelijkheid hangt in dat geval derhalve samen met de beoordeling van de grond van de zaak. Overtuigingsstukken Het dossier omvat volgende overtuigingsstukken: Verklaringen van de verzoekende partij waaruit blijkt dat hij tussen 2008-2014 niet kon voldoen aan de evaluatie-eisen of administratieve verplichtingen verbonden aan de studie, met de gegevens van haar geneesheren die haar situatie kunnen bevestigen; Brief van het Universitair Psychiatrisch Centrum KU Leuven waaruit blijkt dat verzoekende partij werd opgenomen van 1 december 2014 tot en met 24 januari 2015 en dat hij gedurende de periode van zijn opname niet in staat werd geacht om zijn studies voort te zetten. Medisch attest d.d. 4 augustus 2015 waaruit blijkt dat verzoekende partij in behandeling is geweest van 10 mei 2010 tot 14 mei 2014 omdat hij problemen had met o.a. studeren en met examens afleggen. Beoordeling van de overmacht Voorliggend beroepschrift betreft een verzoek tot teruggave van leerkrediet in de zin van artikel II.285 van de Codex Hoger Onderwijs. De Raad is met ingang van 1 september 2011 bevoegd om te oordelen over dergelijke verzoeken. De Raad oordeelt in voorkomend geval over: de overmacht op zich, om ervoor te zorgen dat de invulling van de overmacht over de instellingen heen gelijk is; de gegrondheid van de beslissing van de instelling dat er geen aangepaste examenregeling mogelijk is om organisatorische redenen. Indien de overmacht wordt vastgesteld en de beslissing van de instelling is gegrond in die zin dat er geen aangepaste examenregeling meer mogelijk is, krijgt de student op grond van het
Raad voor betwistingen inzake studievoortgangsbeslissingen
2
Rolnr. 2015/082 – 6 augustus 2015 besluit van de Raad ‘ambtshalve’ zijn of haar leerkrediet terug voor de betrokken opleidingsonderdelen. Verzoekende partij motiveert het verzoek als volgt: Verzoekende partij verwijst naar diverse psychiatrische verslagen die de persoonlijke omstandigheden die haar het studeren onmogelijk maakten onderschrijven. Overmacht is “een gebeurtenis die niets van doen heeft met verzoeker, en die niet voorzien, verhinderd of overwonnen kon worden.” (RvS 15 maart 2011, nr. 212.044, Gazan). Op de zitting van 7 juli 2015 is gebleken dat er bijkomende, mogelijk relevante gegevens en documenten zijn voor de beoordeling van de zaak. In het licht daarvan werd de behandeling van de zaak uitgesteld om de partijen in de gelegenheid te stellen deze gegevens en documenten bij te brengen. Verzoekende partij heeft een bijkomend stavingstuk toegevoegd waaruit blijkt dat verzoekende partij in behandeling was omdat hij “problemen had met studeren en met examens afleggen”. De Raad is van oordeel dat dit onvoldoende de ingeroepen overmacht staaft. De Raad heeft weliswaar begrip voor de persoonlijke situatie van verzoeker, doch kan uit de overtuigingsstukken die verzoeker voorlegt, niet opmaken dat verzoeker omwille van medische redenen door overmacht niet in staat was om zijn examenkansen te benutten c.q. in de onmogelijkheid verkeerde om aan de examens deel te nemen. Op basis van de thans voorliggende stukken kan de Raad derhalve niet nagaan of er van overmacht sprake is in de betreffende academiejaren waarvoor teruggave van studiepunten wordt gevraagd (er werd een zeer algemeen geformuleerde verklaring toegevoegd van de student zelf voor de periode van 2008 tot 2014 met verwijzing naar gegevens van zijn geneesheren). Het toegevoegde bewijs van opname in het ziekenhuis betreft het academiejaar 2014 – 2015 waarvoor geen teruggave van studiepunten wordt gevraagd. Het beroep dient derhalve te worden afgewezen. Voor de goede orde wijst de Raad erop dat niets verzoeker verhindert om een nieuw verzoekschrift in te dienen, vergezeld van een medisch attest dat aan de bovenvermelde bewijslast tegemoet komt.
BESLISSING De Raad verwerpt het beroep. Dit arrest is uitgesproken te Brussel, in openbare terechtzitting van 6 augustus 2015, door de Raad voor betwistingen inzake studievoortgangsbeslissingen, samengesteld uit: Karla Van Lint,
kamervoorzitter
Daniël Cuypers
bijzitter
Jan Geens
bijzitter
bijgestaan door Melissa Thijs De secretaris
Melissa Thijs
secretaris De voorzitter
Karla Van Lint
Raad voor betwistingen inzake studievoortgangsbeslissingen
3
Rolnr. 2015/082 – 6 augustus 2015 Tegen dit besluit is een beroep bij de Raad van State mogelijk overeenkomstig artikel 14, § 2 van de gecoördineerde wetten op de Raad van State en het Koninklijk Besluit van 30 november 2006 tot vaststelling van de cassatieprocedure bij de Raad van State. Dit beroep dient schriftelijk en aangetekend te gebeuren binnen de dertig dagen na kennisgeving van deze beslissing en ondertekend te zijn door een advocaat. Bij het beroep moeten zijn gevoegd een kopie van het aangevochten arrest, de bijgevoegde stukken dienen genummerd en geïnventariseerd te zijn, en zes eensluidend verklaarde afschriften van het beroep.
Raad voor betwistingen inzake studievoortgangsbeslissingen
4
Rolnr. 2015/082bis - 6 augustus 2015
Arrest nr. 2.228 van 6 augustus 2015 in de zaak 2015/082bis In zake: Mede inzake: I. Voorwerp van de vordering Verzoekende partij vraagt teruggave van omwille van een overmachtssituatie verloren leerkrediet ten belope van 61 studiepunten voor het academiejaar 2009-2010 en ten belope van 16 studiepunten voor het academiejaar 2010-2011. II. Verloop van de rechtspleging De zaak van de heer werd behandeld op de openbare zitting van 6 augustus 2015. De Raad heeft de zaak in beraad genomen. De Raad heeft acht geslagen op het verzoekschrift, de toegevoegde documenten en de ingewonnen inlichtingen bij de onderwijsinstelling. III. Beoordeling Verzoek tot aangepaste examenregeling Studenten die hun leerkrediet wensen terug te krijgen op grond van een overmachtssituatie, vragen vooreerst aan de instelling om een aangepaste examenregeling. Een verzoek tot aangepaste examenregeling heeft evenwel geen zin wanneer de feiten die tot staving van de overmacht ingeroepen worden of andere feitelijke/juridische elementen hoe dan ook elke aanpassing van de examenregeling uitsluiten. Het onderzoek van de ontvankelijkheid hangt in dat geval derhalve samen met de beoordeling van de grond van de zaak. Overtuigingsstukken Het dossier omvat volgende overtuigingsstukken: - Verklaringen van de verzoekende partij waaruit blijkt dat hij tussen 2008-2014 niet kon voldoen aan de evaluatie-eisen of administratieve verplichtingen verbonden aan de studie, met de gegevens van haar geneesheren die haar situatie kunnen bevestigen; - Brief van het Universitair Psychiatrisch Centrum KU Leuven waaruit blijkt dat verzoekende partij werd opgenomen van 1 december 2014 tot en met 24 januari 2015 en dat hij gedurende de periode van zijn opname niet in staat werd geacht om zijn studies voort te zetten; - Brief van de studietrajectbegeleider d.d. 13 januari 2015 waaruit blijkt dat verzoekende partij tijdens de academiejaren 2009-2010 en 2010-2011 niet kon deelnemen aan de examens om medische redenen. - Medisch attest d.d. 4 augustus 2015 waaruit blijkt dat verzoekende partij in behandeling is geweest van 10 mei 2010 tot 14 mei 2014 omdat hij problemen had met o.a. studeren en met examens afleggen. Beoordeling van de overmacht Voorliggend beroepschrift betreft een verzoek tot teruggave van leerkrediet in de zin van artikel II.285 van de Codex Hoger Onderwijs.
Raad voor betwistingen inzake studievoortgangsbeslissingen
5
Rolnr. 2015/082bis - 6 augustus 2015
De Raad is met ingang van 1 september 2011 bevoegd om te oordelen over dergelijke verzoeken. De Raad oordeelt in voorkomend geval over: - de overmacht op zich, om ervoor te zorgen dat de invulling van de overmacht over de instellingen heen gelijk is; - de gegrondheid van de beslissing van de instelling dat er geen aangepaste examenregeling mogelijk is om organisatorische redenen. Indien de overmacht wordt vastgesteld en de beslissing van de instelling is gegrond in die zin dat er geen aangepaste examenregeling meer mogelijk is, krijgt de student op grond van het besluit van de Raad ‘ambtshalve’ zijn of haar leerkrediet terug voor de betrokken opleidingsonderdelen. Verzoekende partij motiveert het verzoek als volgt: Verzoekende partij verwijst naar diverse psychiatrische verslagen die de persoonlijke omstandigheden die haar het studeren onmogelijk maakten onderschrijven. Overmacht is “een gebeurtenis die niets van doen heeft met verzoeker, en die niet voorzien, verhinderd of overwonnen kon worden.” (RvS 15 maart 2011, nr. 212.044, Gazan). Op de zitting van 7 juli 2015 is gebleken dat er bijkomende, mogelijk relevante gegevens en documenten zijn voor de beoordeling van de zaak. In het licht daarvan werd de behandeling van de zaak uitgesteld om de partijen in de gelegenheid te stellen deze gegevens en documenten bij te brengen. Verzoekende partij heeft een bijkomend stavingstuk toegevoegd waaruit blijkt dat verzoekende partij in behandeling was omdat hij “problemen had met studeren en met examens afleggen”. De Raad is van oordeel dat dit onvoldoende de ingeroepen overmacht staaft. De Raad heeft weliswaar begrip voor de persoonlijke situatie van verzoeker, doch kan uit de overtuigingsstukken die verzoeker voorlegt, niet opmaken dat verzoeker omwille van medische redenen door overmacht niet in staat was om zijn examenkansen te benutten c.q. in de onmogelijkheid verkeerde om aan de examens deel te nemen. Op basis van de thans voorliggende stukken kan de Raad derhalve niet nagaan of er van overmacht sprake is in de betreffende academiejaren waarvoor teruggave van studiepunten wordt gevraagd (er werd een zeer algemeen geformuleerde verklaring toegevoegd van de student zelf voor de periode van 2008 tot 2014 met verwijzing naar gegevens van zijn geneesheren). Het toegevoegde bewijs van opname in het ziekenhuis betreft het academiejaar 2014 – 2015 waarvoor geen teruggave van studiepunten wordt gevraagd. Het beroep dient derhalve te worden afgewezen. Voor de goede orde wijst de Raad erop dat niets verzoeker verhindert om een nieuw verzoekschrift in te dienen, vergezeld van een medisch attest dat aan de bovenvermelde bewijslast tegemoet komt. BESLISSING De Raad verwerpt het beroep. Dit arrest is uitgesproken te Brussel, in openbare terechtzitting van 6 augustus 2015, door de Raad voor betwistingen inzake studievoortgangsbeslissingen, samengesteld uit: Karla Van Lint,
kamervoorzitter
Daniël Cuypers
bijzitter
Jan Geens
bijzitter
Raad voor betwistingen inzake studievoortgangsbeslissingen
6
Rolnr. 2015/082bis - 6 augustus 2015
bijgestaan door Melissa Thijs
secretaris
De secretaris
De voorzitter
Melissa Thijs
Karla Van Lint
Tegen dit besluit is een beroep bij de Raad van State mogelijk overeenkomstig artikel 14, § 2 van de gecoördineerde wetten op de Raad van State en het Koninklijk Besluit van 30 november 2006 tot vaststelling van de cassatieprocedure bij de Raad van State. Dit beroep dient schriftelijk en aangetekend te gebeuren binnen de dertig dagen na kennisgeving van deze beslissing en ondertekend te zijn door een advocaat. Bij het beroep moeten zijn gevoegd een kopie van het aangevochten arrest, de bijgevoegde stukken dienen genummerd en geïnventariseerd te zijn, en zes eensluidend verklaarde afschriften van het beroep.
Raad voor betwistingen inzake studievoortgangsbeslissingen
7
Rolnr. 2015/099 - 6 augustus 2015
Arrest nr. 2.226 van 6 augustus 2015 in de zaak 2015/099 In zake: Mede inzake:
I. Voorwerp van de vordering Verzoekende partij vraagt teruggave van omwille van een overmachtssituatie verloren leerkrediet ten belope van 6 studiepunten voor het academiejaar 2008-2009, ten belope van 48 studiepunten voor het academiejaar 2009-2010, ten belope van 24 studiepunten voor het academiejaar 2010-2011 en ten belope van 3 studiepunten voor het academiejaar 20122013. II. Verloop van de rechtspleging De zaak van de heer werd behandeld op de openbare zitting van 6 augustus 2015. De Raad heeft de zaak in beraad genomen. De Raad heeft acht geslagen op het verzoekschrift, de toegevoegde documenten en de ingewonnen inlichtingen bij de onderwijsinstelling. III. Ontvankelijkheid Het verzoekschrift van verzoekende partij is ontvankelijk voor zover haar verzoek de teruggave van leerkrediet op grond van overmacht betreft. Voor wat betreft het verzoek van verzoekende partij waarbij zij stelt dat de eerste 60 studiepunten niet volledig dubbel zijn teruggegeven is het beroep niet ontvankelijk. De Raad wijst verzoekende partij erop dat voor een aanvraag tot rechtzetting van een materiële vergissing of onjuistheid bij de vaststelling van het leerkredietsaldo in uitvoering van artikel IV.93 Van de Codex Hoger Onderwijs, zij vooreerst de procedure voor rechtzetting van materiële vergissingen en onjuistheden via de instelling en de databank Hoger Onderwijs (DHO) dient uit te putten. De beslissingen genomen door het instellingsbestuur en door de stuurgroep Databank Hoger Onderwijs op grond van de procedure bedoeld in artikel IV.93 kunnen vervolgens worden aangevochten voor de Raad. IV. Beoordeling Verzoek tot aangepaste examenregeling Studenten die hun leerkrediet wensen terug te krijgen op grond van een overmachtssituatie, vragen vooreerst aan de instelling om een aangepaste examenregeling. Een verzoek tot aangepaste examenregeling heeft evenwel geen zin wanneer de feiten die tot staving van de overmacht ingeroepen worden of andere feitelijke/juridische elementen hoe dan ook elke aanpassing van de examenregeling uitsluiten. Het onderzoek van de ontvankelijkheid hangt in dat geval derhalve samen met de beoordeling van de grond van de zaak. Overtuigingsstukken Het dossier omvat volgende overtuigingsstukken: -
Verklaringen van verblijf d.d. 15 mei 2015 in psychiatrisch ziekenhuis Duffel van 05/04/2011 tot 08/04/2011 en van 01/07/2013 tot 05/07/2013;
Raad voor betwistingen inzake studievoortgangsbeslissingen
8
Rolnr. 2015/099 - 6 augustus 2015 -
-
-
-
Verklaring van huisarts d.d. 26 mei 2015 waaruit blijkt dat verzoekende partij een chronische verslavingsproblematiek waarvoor hij herhaaldelijk diende opgenomen te worden; Verklaring van psychiater d.d. 9 mei 2015 waaruit blijkt dat verzoekende partij sinds oktober 2011 ambulant begeleid wordt wegens een recidiverende majeur depressieve stoornis; Verklaring van huisarts d.d. 14 juli 2015 waaruit blijkt dat verzoekende partij hem geregeld consulteerde in de periode januari 2008 tot december 2014 wegens verslavingsproblematiek en psychische problemen. Daarvoor werd verzoekende partij tevens enkele malen opgenomen in een psychiatrische instelling. Verklaring van psychiater d.d. 18 juli 2015 waaruit blijkt dat verzoekende partij sinds oktober 2011 ambulant begeleid wordt wegens een recidiverende majeur depressieve stoornis; Beoordeling van de overmacht
Voorliggend beroepschrift betreft een verzoek tot teruggave van leerkrediet in de zin van artikel II.285 van de Codex Hoger Onderwijs. De Raad is met ingang van 1 september 2011 bevoegd om te oordelen over dergelijke verzoeken. De Raad oordeelt in voorkomend geval over: de overmacht op zich, om ervoor te zorgen dat de invulling van de overmacht over de instellingen heen gelijk is; de gegrondheid van de beslissing van de instelling dat er geen aangepaste examenregeling mogelijk is om organisatorische redenen. Indien de overmacht wordt vastgesteld en de beslissing van de instelling is gegrond in die zin dat er geen aangepaste examenregeling meer mogelijk is, krijgt de student op grond van het besluit van de Raad ‘ambtshalve’ zijn of haar leerkrediet terug voor de betrokken opleidingsonderdelen. Verzoekende partij motiveert het verzoek als volgt: Verzoekende partij leed onder een chronische verslavingsproblematiek en depressie, waarvoor hij herhaaldelijk werd opgenomen en behandeld. Overmacht is “een gebeurtenis die niets van doen heeft met verzoeker, en die niet voorzien, verhinderd of overwonnen kon worden.” (RvS 15 maart 2011, nr. 212.044, Gazan). De Raad stelt vast dat verzoekende partij intussen wel zijn masterdiploma heeft behaald. Bijgevolg worden er 140 studiepunten afgetrokken. Bij de teruggave van het leerkrediet zal rekening gehouden worden met de intussen verworven studiepunten zodat in casu maximaal 71 studiepunten kunnen worden toegevoegd. Studiepunten kunnen niet dubbel worden teruggegeven omwille van een overmachtssituatie. Een student die een perfect parcours aflegt kan na aftrek van 140 studiepunten maximaal 60 studiepunten overhouden (hij start met 140 studiepunten en de eerste 60 verworven studiepunten worden dubbel teruggegeven). De Raad is van oordeel dat uit de voorgelegde stukken naar genoegen van recht blijkt dat de verzoekende partij ten gevolge van overmacht haar examenkansen niet volledig heeft kunnen benutten. De Raad oordeelt dat in voorliggend geval er geen aangepaste examenregeling mogelijk was. De Raad is van oordeel dat het leerkrediet ten belope van 71 studiepunten kan worden teruggegeven. De Raad brengt de Stuurgroep Databank Hoger Onderwijs op de hoogte van dit besluit. BESLISSING 1. Het beroep is ontvankelijk en gedeeltelijk gegrond.
Raad voor betwistingen inzake studievoortgangsbeslissingen
9
Rolnr. 2015/099 - 6 augustus 2015
2. Aan
wordt het verloren leerkrediet ten belope van 71 studiepunten
teruggegeven. Dit arrest is uitgesproken te Brussel, in openbare terechtzitting van 6 augustus 2015, door de Raad voor betwistingen inzake studievoortgangsbeslissingen, samengesteld uit: Karla Van Lint,
kamervoorzitter
Daniël Cuypers
bijzitter
Jan Geens
bijzitter
bijgestaan door Melissa Thijs De secretaris Melissa Thijs
secretaris De voorzitter Karla Van Lint
Tegen dit besluit is een beroep bij de Raad van State mogelijk overeenkomstig artikel 14, § 2 van de gecoördineerde wetten op de Raad van State en het Koninklijk Besluit van 30 november 2006 tot vaststelling van de cassatieprocedure bij de Raad van State. Dit beroep dient schriftelijk en aangetekend te gebeuren binnen de dertig dagen na kennisgeving van deze beslissing en ondertekend te zijn door een advocaat. Bij het beroep moeten zijn gevoegd een kopie van het aangevochten arrest, de bijgevoegde stukken dienen genummerd en geïnventariseerd te zijn, en zes eensluidend verklaarde afschriften van het beroep.
Raad voor betwistingen inzake studievoortgangsbeslissingen
10
Rolnr. 2015/109 - 6 augustus 2015
Arrest nr. 2.229 van 6 augustus 2015 in de zaak 2015/109 In zake: Mede inzake:
I. Voorwerp van de vordering Verzoekende partij vraagt teruggave van omwille van een overmachtssituatie verloren leerkrediet ten belope van 124 studiepunten voor de academiejaren 2009-2010, 2010-2011, 2011-2012 en 2012-2013. II. Verloop van de rechtspleging De zaak van mevrouw
werd behandeld op de openbare zitting van 6 augustus
2015. De Raad heeft de zaak in beraad genomen. De Raad heeft acht geslagen op het verzoekschrift, de toegevoegde documenten en de ingewonnen inlichtingen bij de onderwijsinstelling. III. Beoordeling Verzoek tot aangepaste examenregeling Studenten die hun leerkrediet wensen terug te krijgen op grond van een overmachtssituatie, vragen vooreerst aan de instelling om een aangepaste examenregeling. Een verzoek tot aangepaste examenregeling heeft evenwel geen zin wanneer de feiten die tot staving van de overmacht ingeroepen worden of andere feitelijke/juridische elementen hoe dan ook elke aanpassing van de examenregeling uitsluiten. Het onderzoek van de ontvankelijkheid hangt in dat geval derhalve samen met de beoordeling van de grond van de zaak. Overtuigingsstukken Het dossier omvat volgende overtuigingsstukken: -
Medisch attest d.d. 14 april 2015 waaruit blijkt dat verzoekende partij aan een ernstige dwangstoornis (obsessief compulsieve stoornis) lijdt, met fors disfunctioneren tot gevolg, waardoor ze de afgelopen jaren niet in staat was haar hogere studies te onderhouden, met de vraag om het aantal creditpoints te herevalueren zodat ze toch nog de mogelijkheid zou krijgen om verder te studeren;
-
Advies van de behandelend therapeut d.d. mei 2015 waaruit blijkt dat verzoekende partij sinds najaar 2014 in therapeutische begeleiding is (zowel tijdens opname als ambulant) en voorafgaand geruime tijd in een andere instelling was opgenomen, omwille van een ernstige vorm van smetvrees. Dit psychisch lijden zorgde de laatste jaren voor het wegvallen van de mogelijkheden tot normaal dagdagelijks functioneren. Deze problematiek zorgde er ook voor dat zij niet langer in de mogelijkheid verkeerde om haar studies verder te zetten, waardoor zij een grote hoeveelheid van haar
Raad voor betwistingen inzake studievoortgangsbeslissingen
11
Rolnr. 2015/109 - 6 augustus 2015 leerkrediet verloor. De therapeut stelt dat zij in de overtuiging is dat verzoekende partij niet in staat was om deel te nemen aan de examenkansen; -
Toekenning van het bijzonder statuut voor de academiejaren 2009-2010 en 20102011 op basis van functiebeperking;
-
Medisch attest d.d. 31 januari 2012 met de chronologische evolutie van het ziektebeeld;
-
Medisch attest waaruit blijkt dat verzoekende partij werd opgevolgd op de raadpleging van het Centrum voor Algemene & Liaison Psychiatrie van 24/11/2005 t.e.m. 31/08/2006;
-
Attest van de psycholoog waaruit blijkt dat verzoekende partij op regelmatige basis psychotherapeutische raadplegingen volgde van 22/11/2006 t.e.m. 29/06/2007;
-
Attest van de psycholoog waaruit blijkt dat verzoekende partij psychotherapeutische begeleiding genoot van 13/02/2008 tot 02/12/2009;
-
Attest waaruit blijkt dat diverse problemen van verzoekende partij werden behandeld met acupunctuur van 29/04/2010 tot 08/02/2012;
-
Attest van een CLB verpleegkundige waaruit blijkt dat verzoekende partij gedurende het schooljaar 2005-2006 een aantal keren in begeleiding is geweest bij het CLB omwille van medische problemen. Beoordeling van de overmacht Voorliggend beroepschrift betreft een verzoek tot teruggave van leerkrediet in de zin
van artikel II.285 van de Codex Hoger Onderwijs. De Raad is met ingang van 1 september 2011 bevoegd om te oordelen over dergelijke verzoeken. De Raad oordeelt in voorkomend geval over: -
de overmacht op zich, om ervoor te zorgen dat de invulling van de overmacht over de instellingen heen gelijk is;
-
de gegrondheid van de beslissing van de instelling dat er geen aangepaste examenregeling mogelijk is om organisatorische redenen.
Indien de overmacht wordt vastgesteld en de beslissing van de instelling is gegrond in die zin dat er geen aangepaste examenregeling meer mogelijk is, krijgt de student op grond van het besluit van de Raad ‘ambtshalve’ zijn of haar leerkrediet terug voor de betrokken opleidingsonderdelen. Verzoekende partij motiveert het verzoek als volgt: “Omwille van psychische decompensatie
waarvoor
er
verschillende
intensieve
therapieën
en
behandelingen
genoodzaakt waren, was ik niet in staat om de gehele academiejaren af te werken. Ten gevolge was ik afwezig gedurende een groot deel van de examenperiodes.”
Raad voor betwistingen inzake studievoortgangsbeslissingen
12
Rolnr. 2015/109 - 6 augustus 2015 Overmacht is “een gebeurtenis die niets van doen heeft met verzoeker, en die niet voorzien, verhinderd of overwonnen kon worden.” (RvS 15 maart 2011, nr. 212.044, Gazan). Voor wat de academiejaren 2009-2010, 2011-2012 en 2012-2013 betreft, is de Raad van oordeel dat uit de voorgelegde stukken naar genoegen van recht blijkt dat de verzoekende partij ten gevolge van overmacht haar examenkansen niet volledig heeft kunnen benutten. Voor wat het academiejaar 2010-2011 betreft, herinnert de Raad er aan dat een teruggave van leerkrediet voor opleidingsonderdelen in een bepaald academiejaar slechts mogelijk is indien er geen credit werd behaald of indien niet alle examenkansen benut konden worden wegens
overmacht.
In
casu
behaalde
verzoekende
partij
een
credit
voor
alle
opleidingsonderdelen waarvoor zij ingeschreven was in dit academiejaar. De Raad oordeelt dat in voorliggend geval om organisatorische redenen er geen aangepaste examenregeling mogelijk was. De Raad is van oordeel dat het leerkrediet ten belope van 124 studiepunten kan worden teruggegeven. De Raad brengt de Stuurgroep Databank Hoger Onderwijs op de hoogte van dit besluit. BESLISSING 1. Het beroep is ontvankelijk en gegrond. 2. Aan
wordt het verloren leerkrediet ten belope van 45 studiepunten
voor het academiejaar 2009-2010, ten belope van 33 studiepunten voor het academiejaar 2011-2012 en ten belope van 46 studiepunten voor het academiejaar 2012-2013 teruggegeven. Dit arrest is uitgesproken te Brussel, in openbare terechtzitting van 6 augustus 2015, door de Raad voor betwistingen inzake studievoortgangsbeslissingen, samengesteld uit:
Karla Van Lint,
kamervoorzitter
Jan Geens
bijzitter
Daniël Cuypers
bijzitter
bijgestaan door Melissa Thijs
secretaris
De secretaris
De voorzitter
Melissa Thijs
Karla Van Lint
Tegen dit besluit is een beroep bij de Raad van State mogelijk overeenkomstig artikel 14, § 2 van de gecoördineerde wetten op de Raad van State en het Koninklijk Besluit van 30 november 2006 tot vaststelling van de cassatieprocedure bij de Raad van State. Dit beroep dient schriftelijk en aangetekend te gebeuren binnen de dertig dagen na kennisgeving van deze beslissing en ondertekend te zijn door een advocaat. Bij het beroep moeten zijn gevoegd een kopie van het aangevochten arrest, de bijgevoegde stukken dienen genummerd en geïnventariseerd te zijn, en zes eensluidend verklaarde afschriften van het beroep.
Raad voor betwistingen inzake studievoortgangsbeslissingen
13
Rolnr. 2015/109 - 6 augustus 2015
Raad voor betwistingen inzake studievoortgangsbeslissingen
14
Rolnr. 2015/127 - 6 augustus 2015
Arrest nr. 2.230 van 6 augustus 2015 in de zaak 2015/127 In zake: Mede inzake: I. Voorwerp van de vordering Verzoekende partij vraagt teruggave van omwille van een overmachtssituatie verloren leerkrediet ten belope van 53 studiepunten voor het academiejaar 2013-2014. II. Verloop van de rechtspleging De zaak van de heer werd behandeld op de openbare zitting van 6 augustus 2015. De Raad heeft de zaak in beraad genomen. De Raad heeft acht geslagen op het verzoekschrift, de toegevoegde documenten en de ingewonnen inlichtingen bij de onderwijsinstelling. III. Beoordeling Verzoek tot aangepaste examenregeling Studenten die hun leerkrediet wensen terug te krijgen op grond van een overmachtssituatie, vragen vooreerst aan de instelling om een aangepaste examenregeling. Een verzoek tot aangepaste examenregeling heeft evenwel geen zin wanneer de feiten die tot staving van de overmacht ingeroepen worden of andere feitelijke/juridische elementen hoe dan ook elke aanpassing van de examenregeling uitsluiten. Het onderzoek van de ontvankelijkheid hangt in dat geval derhalve samen met de beoordeling van de grond van de zaak. Overtuigingsstukken Het dossier omvat volgende overtuigingsstukken: -
-
Medisch attest waaruit blijkt dat verzoekende partij niet in staat was om de lessen te volgen, noch aan de examens deel te nemen van 1 juli 2014 tot en met 31 maart 2015. Brief van een psychotherapeut waaruit blijkt dat verzoekende partij op consultatie kwam op 10 februari 2014. Beoordeling van de overmacht
Voorliggend beroepschrift betreft een verzoek tot teruggave van leerkrediet in de zin van artikel II.285 van de Codex Hoger Onderwijs. De Raad is met ingang van 1 september 2011 bevoegd om te oordelen over dergelijke verzoeken. De Raad oordeelt in voorkomend geval over: de overmacht op zich, om ervoor te zorgen dat de invulling van de overmacht over de instellingen heen gelijk is; de gegrondheid van de beslissing van de instelling dat er geen aangepaste examenregeling mogelijk is om organisatorische redenen. Indien de overmacht wordt vastgesteld en de beslissing van de instelling is gegrond in die zin dat er geen aangepaste examenregeling meer mogelijk is, krijgt de student op grond van het besluit van de Raad ‘ambtshalve’ zijn of haar leerkrediet terug voor de betrokken opleidingsonderdelen. Verzoekende partij motiveert het verzoek als volgt: Medische omstandigheden. Overmacht is “een gebeurtenis die niets van doen heeft met verzoeker, en die niet voorzien, verhinderd of overwonnen kon worden.” (RvS 15 maart 2011, nr. 212.044, Gazan).
Raad voor betwistingen inzake studievoortgangsbeslissingen
15
Rolnr. 2015/127 - 6 augustus 2015 De Raad is van oordeel dat uit de voorgelegde stukken naar genoegen van recht blijkt dat de verzoekende partij ten gevolge van overmacht haar examenkansen niet volledig heeft kunnen benutten. De Raad oordeelt dat in voorliggend geval om organisatorische redenen er geen aangepaste examenregeling mogelijk was. De Raad is van oordeel dat het leerkrediet ten belope van 53 studiepunten kan worden teruggegeven. De Raad brengt de Stuurgroep Databank Hoger Onderwijs op de hoogte van dit besluit. BESLISSING 1. Het beroep is ontvankelijk en gegrond. 2. Aan
wordt het verloren leerkrediet ten belope van 53 studiepunten
voor het academiejaar 2013-2014 teruggegeven. Dit arrest is uitgesproken te Brussel, in openbare terechtzitting van 6 augustus 2015, door de Raad voor betwistingen inzake studievoortgangsbeslissingen, samengesteld uit: Karla Van Lint,
kamervoorzitter
Daniël Cuypers
bijzitter
Jan Geens
bijzitter
bijgestaan door Melissa Thijs De secretaris Melissa Thijs
secretaris De voorzitter Karla Van Lint
Tegen dit besluit is een beroep bij de Raad van State mogelijk overeenkomstig artikel 14, § 2 van de gecoördineerde wetten op de Raad van State en het Koninklijk Besluit van 30 november 2006 tot vaststelling van de cassatieprocedure bij de Raad van State. Dit beroep dient schriftelijk en aangetekend te gebeuren binnen de dertig dagen na kennisgeving van deze beslissing en ondertekend te zijn door een advocaat. Bij het beroep moeten zijn gevoegd een kopie van het aangevochten arrest, de bijgevoegde stukken dienen genummerd en geïnventariseerd te zijn, en zes eensluidend verklaarde afschriften van het beroep.
Raad voor betwistingen inzake studievoortgangsbeslissingen
16
Rolnr. 2015/128 - 6 augustus 2015
Arrest nr. 2.231 van 6 augustus 2015 in de zaak 2015/128 In zake: Mede inzake: I. Voorwerp van de vordering Verzoekende partij vraagt teruggave van omwille van een overmachtssituatie verloren leerkrediet ten belope van 180 studiepunten voor het academiejaar 2014-2015. II. Verloop van de rechtspleging De zaak van de heer werd behandeld op de openbare zitting van 6 augustus 2015. De Raad heeft de zaak in beraad genomen. De Raad heeft acht geslagen op het verzoekschrift, de toegevoegde documenten en de ingewonnen inlichtingen bij de onderwijsinstelling. III. Beoordeling Verzoek tot aangepaste examenregeling Studenten die hun leerkrediet wensen terug te krijgen op grond van een overmachtssituatie, vragen vooreerst aan de instelling om een aangepaste examenregeling. Een verzoek tot aangepaste examenregeling heeft evenwel geen zin wanneer de feiten die tot staving van de overmacht ingeroepen worden of andere feitelijke/juridische elementen hoe dan ook elke aanpassing van de examenregeling uitsluiten. Het onderzoek van de ontvankelijkheid hangt in dat geval derhalve samen met de beoordeling van de grond van de zaak. Overtuigingsstukken Het dossier omvat volgende overtuigingsstukken: Medisch attest waaruit blijkt dat verzoekende partij werd opgenomen op de afdeling algemene medische oncologie op 6 juli 2015 en dat verzoekende partij sedert april 2014 in behandeling is voor een ernstige ziekte. Beoordeling van de overmacht Voorliggend beroepschrift betreft een verzoek tot teruggave van leerkrediet in de zin van artikel II.285 van de Codex Hoger Onderwijs. De Raad is met ingang van 1 september 2011 bevoegd om te oordelen over dergelijke verzoeken. De Raad oordeelt in voorkomend geval over: de overmacht op zich, om ervoor te zorgen dat de invulling van de overmacht over de instellingen heen gelijk is; de gegrondheid van de beslissing van de instelling dat er geen aangepaste examenregeling mogelijk is om organisatorische redenen. Indien de overmacht wordt vastgesteld en de beslissing van de instelling is gegrond in die zin dat er geen aangepaste examenregeling meer mogelijk is, krijgt de student op grond van het besluit van de Raad ‘ambtshalve’ zijn of haar leerkrediet terug voor de betrokken opleidingsonderdelen. Verzoekende partij motiveert het verzoek als volgt: Kanker. Overmacht is “een gebeurtenis die niets van doen heeft met verzoeker, en die niet voorzien, verhinderd of overwonnen kon worden.” (RvS 15 maart 2011, nr. 212.044, Gazan). De Raad stelt vast dat verzoekende partij gedurende het academiejaar 2014-2015 was ingeschreven in het tweede semester voor 20 studiepunten. Dit is dan ook het maximale aantal studiepunten dat kan teruggeven worden. De Raad stelt vast dat verzoekende partij zich heeft uitgeschreven bij de onderwijsinstelling op 2 juni 2015, waardoor deelname aan de derde examenperiode niet meer mogelijk is en de credits dus niet langer verworven kunnen worden. Een uitschrijving op 2 juni van het betreffende academiejaar is echter te laat om nog leerkrediet te kunnen recupereren voor de studiepunten waarvoor verzoekende partij was ingeschreven in het tweede semester. Gezien
Raad voor betwistingen inzake studievoortgangsbeslissingen
17
Rolnr. 2015/128 - 6 augustus 2015 zijn bewezen overmachtssituatie kunnen deze verloren studiepunten wel worden teruggegeven. De Raad is van oordeel dat uit de voorgelegde stukken naar genoegen van recht blijkt dat de verzoekende partij ten gevolge van overmacht haar examenkansen niet volledig heeft kunnen benutten. De Raad oordeelt dat in voorliggend geval om organisatorische redenen er geen aangepaste examenregeling mogelijk was. De Raad is van oordeel dat het leerkrediet ten belope van 20 studiepunten kan worden teruggegeven. De Raad brengt de Stuurgroep Databank Hoger Onderwijs op de hoogte van dit besluit. BESLISSING 1. Het beroep is ontvankelijk en gedeeltelijk gegrond. 2. Aan
wordt het verloren leerkrediet ten belope van 20 studiepunten
voor het academiejaar 2014-2015 teruggegeven. Dit arrest is uitgesproken te Brussel, in openbare terechtzitting van 6 augustus 2015, door de Raad voor betwistingen inzake studievoortgangsbeslissingen, samengesteld uit: Karla Van Lint,
kamervoorzitter
Daniël Cuypers
bijzitter
Jan Geens
bijzitter
bijgestaan door Melissa Thijs
secretaris
De secretaris
De voorzitter
Melissa Thijs
Karla Van Lint
Tegen dit besluit is een beroep bij de Raad van State mogelijk overeenkomstig artikel 14, § 2 van de gecoördineerde wetten op de Raad van State en het Koninklijk Besluit van 30 november 2006 tot vaststelling van de cassatieprocedure bij de Raad van State. Dit beroep dient schriftelijk en aangetekend te gebeuren binnen de dertig dagen na kennisgeving van deze beslissing en ondertekend te zijn door een advocaat. Bij het beroep moeten zijn gevoegd een kopie van het aangevochten arrest, de bijgevoegde stukken dienen genummerd en geïnventariseerd te zijn, en zes eensluidend verklaarde afschriften van het beroep.
Raad voor betwistingen inzake studievoortgangsbeslissingen
18