RAPPORT C U LT U U R E D U C AT I E B E R N H E Z E
CUBE 2010
CONTACT EN COLOFON
De Misse 2 5384 BZ Heesch Tel. 06-10894663 www.cubebernheze.nl
[email protected]
COLOFON Auteurs : Dinie van Rossum, vanRossum Cultuureducatie Dian Langenhuijzen, coördinator Cube, Cultuureducatie Bernheze Lay out : Studio Vliegwerk, Jannemeis Snels
RAPPORT CULTUUREDUCATIE BERNHEZE
INHOUDSOPGAVE
1
Inleiding Leeswijzer
5-6 5-6
I. A. 1. 2. 3. 4. 5. B.
BELEID Stand van zaken Visie en beleid De ICC-ers en verdere scholing Scenario samenwerking Draagvlak Tevredenheid en trots Wensen voor beleid
7 7 7 7-8 8-9 9 9-10 10
II. 1. 2. 3. 4. 5. 6. 7. B.
ACTIVITEITEN 11 A. Stand van zaken 11 Kunstvakken 11 Methodes 12 Vakleerkrachten 12 Projecten 13 Voorstellingen 13 Tentoonstellingen, gastdocenten en verkenning van de culturele omgeving 13-14 Kunstmenu van OKVO, Kunstbalie en Raboprojecten 14 Wensen voor activiteiten 14-15
III. A. B.
CONTACT EN SAMENWERKING Stand van zaken Wensen voor samenwerking
15-16 15-16 16
IV.
SAMENVATTING EN CONCLUSIES 1. Beleid 2. Activiteiten 3. Samenwerking 4. Tot slot
V.
AANBEVELINGEN A. Aanbevelingen aan Cube B. Andere aanbevelingen
19-20 19-20 20
Bijlage 1: Bijlage 2: Bijlage 3:
17 17 17-18 18 18-19
21-22 22 23-24
--
RAPPORT CUBE 2010 INLEIDING Aanleiding voor dit rapport was de wens van Cube om drie jaar na de start van haar bestaan de balans op te maken van de ontwikkeling van scholen op het gebied van kunst- en cultuureducatie . Er is immers veel gebeurd in de laatste jaren. Cultuureducatie heeft een meer vanzelfsprekende plaats verworven en sinds enkele jaren zijn er gelden beschikbaar uit de Regeling Versterking Cultuureducatie , waar alle scholen inmiddels gebruik van maken. Daarnaast wordt vanuit de gemeente Bernheze aan de scholen de mogelijkheid geboden om binnen de Projectsubsidie onderwijs €12,15 per leerling geheel of gedeeltelijk te gebruiken voor kunsten cultuureducatie. De bezoeken binnen de Raboscholenprojecten worden kostenloos aangeboden door Rabobank Bernheze Maasland. Hoe is het nu, anno 2010, met cultuureducatie gesteld binnen het primair onderwijs? Cube heeft haar eerste fase van ‘oriëntatie’ en ‘nieuw leven inblazen’ van kunst- en cultuureducatie achter de rug . Waar moet Cube zich in de volgende fase op richten? Welke rol kan en wil Cube hierin spelen? Om de koers van Cube te kunnen bepalen is het natuurlijk erg belangrijk om te weten hoe klanten de huidige producten en diensten beoordelen en vooral waar ze behoefte aan hebben, nu en in de nabije toekomst. Om op bovenstaande vragen een antwoord te krijgen heeft Cube opdracht gegeven aan adviesbureau vanRossum Cultuureducatie om op alle scholen van het primair onderwijs persoonlijke vraaggesprekken te voeren. In de periode van maart tot juli 2010 zijn deze gesprekken gevoerd met de directeur en/of de contactpersoon cultuur, in het bijzijn van de coördinator van Cube. Elke school heeft van het betreffende gesprek een uitvoerig verslag ontvangen dat een beeld geeft van de huidige situatie en toekomstplannen van de school. Het totaal van de bevindingen van de gesprekken vindt u terug in dit rapport dat ingaat op beleid, activiteiten en samenwerking met de cultuuraanbieders. Een rapport dat onder meer verbanden duidelijk maakt tussen beleid, Interne Cultuur Coördinator (ICC-er) , draagvlak en inzet van activiteiten en voorstellingen. Waar mogelijk vergelijken wij de resultaten met landelijke cijfers. Met de twee scholen voor het voortgezet onderwijs zijn ook gesprekken gevoerd. Conclusies en aanbevelingen zijn eind 2010 beschikbaar. Leeswijzer Het eerste hoofdstuk van dit rapport gaat in op de cultuureducatieve visie en het beleid binnen basisscholen. Ook de positie van de ICC-er, de wijze van samenwerken met cultuuraanbieders, het draagvlak voor cultuureducatie en de tevredenheid en trots van de scholen komen in dit hoofdstuk aan bod. Het tweede hoofdstuk schetst in welke mate kunstvakken structureel zijn ingebed binnen de school, of er methodes en vakleerkrachten zijn en in hoeverre leerlingen structureel projecten en voorstellingen krijgen aangeboden. Het hoofdstuk peilt ook de bezoeken aan structurele dan wel incidentele voorstellingen, het inzetten van gastdocenten en de verkenning van de eigen culturele omgeving. Het hoofdstuk beschrijft tenslotte de beoordeling van de diverse (Kunst)menu’s. . Dit rapport is gebaseerd op alle 11 scholen voor het primair onderwijs in Bernheze, contactgegevens van deze scholen zie bijlage 1. . Alle vormen van educatie waarbij cultuur of kunst als doel of middel wordt ingezet. Een verzamelnaam voor kunsteducatie, erfgoededucatie en media-educatie. . Stimuleringsregeling opgesteld door het ministerie van Onderwijs, Cultuur en Wetenschappen en gestart in 2004, waarin middelen voor cultuureducatie ter beschikking worden gesteld voor het primair onderwijs. Het gaat om € 10,90 per leerling. Over de besteding van deze gelden, moet jaarlijks een verantwoording worden afgelegd; bij onvoldoende besteding aan cultuureducatiezaken moeten de gelden worden geretourneerd. . Projectsubsidies onderwijs kunnen ingezet worden voor: • Activiteiten van scholen die de gezonde levensstijl van de leerlingen bevorderen; • Activiteiten van scholen die de sociaal-emotionele ontwikkeling van leerlingen bevorderen; • Activiteiten van scholen, gericht op (mondeling) taalgebruik en lezen; • Activiteiten van scholen, waarbij leerlingen in aanraking worden gebracht met cultuur, het cultureel erfgoed e.d. . Voor de inhoud van de Raboscholenprojecten zie bijlage 3. . Een Interne Cultuur Coördinator (ICC-er) heeft een cursus gevolgd waarbij een beleid voor de eigen school wordt gemaakt en samenwerking met cultuuraanbieders wordt aangegaan. De cursus wordt afgesloten met een landelijk erkend certificaat. Gecertificeerde ICC-ers ontmoeten elkaar regelmatig in netwerkbijeenkomsten waar ze actuele informatie en ervaringen uitwisselen en steun vinden bij elkaar.
--
--
Het derde hoofdstuk geeft een beeld van de samenwerking tussen basisscholen en cultuuraanbieders en laat zien hoe de kwaliteit van de aangeboden activiteiten wordt beoordeeld. Het vierde hoofdstuk beschrijft de conclusies die wij uit de gesprekken kunnen trekken. Eén opmerking maken we hier alvast: de vraaggesprekken zijn als prettig en verhelderend ervaren! Ook Cube heeft de gesprekken als waardevol ervaren. Zij hebben Cube tot nieuwe inzichten gebracht en hebben oude vermoedens gestaafd. Hierdoor wordt Cube opnieuw in actie gebracht. Wij hopen van harte dat dit rapport bij scholen en cultuuraanbieders hetzelfde teweegbrengt. In het vijfde en laatste hoofdstuk doet bureau vanRossum Cultuureducatie aanbevelingen aan Cube en anderen. Cube komt hier later, in haar nieuwe beleidsplan, op terug.
September 2010 Cube
I.BELEID Cultuureducatie heeft in Bernheze de laatste jaren echt een flinke stimulans gekregen. In de gesprekken is ingegaan op een aantal beleidsaspecten, zoals het hebben van visie en beleid en de vraag: ‘Wat moet cultuureducatie bij uw leerlingen teweeg brengen?’. Verder zijn draagvlak binnen het team, het scenario waar scholen zich in herkennen en de invloed van de ICC-er op korte en langere termijn ter sprake gekomen.
A. Stand van zaken 1.Visie en beleid 36% Van de scholen heeft haar beleid schriftelijk vastgelegd: in enkele gevallen is dit beleid weer aan herziening toe. Bij 45% van de scholen is het beleid ‘in ontwikkeling’. Scholen dienen in hun schriftelijk beleid onder meer aan te geven hoe ze aan hun kerndoelen werken en welke aandacht de componenten actief, receptief en reflectief krijgen. Van de scholen die nog geen beleid hebben geeft 19% aan hier wel behoefte aan te hebben als houvast en richtlijn bij de keuzes voor cultuureducatie. Ook zijn er scholen die veel aan kunst- en cultuureducatie doen maar geen schriftelijk beleid hebben. Voor scholen die het beleid wel op papier hebben gezet heeft dit bijgedragen aan een grotere bewustwording van het belang van kunst-en cultuureducatie en geeft het houvast bij keuzes. Het aantal vaste contactpersonen cultuur en ICC-ers is de laatste jaren fors gegroeid. Dit legt een stevig fundament onder het bouwwerk van kunst- en cultuureducatie. Kunst- en cultureel erfgoededucatie functioneren in de praktijk redelijk tot goed en men heeft over het algemeen een goed beeld van wat daarin belangrijk is. Hierbij moeten wij wel een onderscheid maken tussen cultureel erfgoed en kunst. Cultureel erfgoed is goed vertegenwoordigd op de scholen vanwege de 100% afname van de Raboscholenprojecten. Het onderdeel kunst is goed ingevuld door de afname van een Kunstmenu. Echter, de eigen vraag en/of keuze van de scholen met betrekking tot kunst en cultureel erfgoed én de afstemming op de rest van het onderwijs komen nog relatief weinig aan bod. Tijdens de vraaggesprekken kwam de vraag aan de orde: “Wat moeten kunst en cultuur bij uw leerlingen teweeg brengen?”. Een aantal antwoorden hierop zijn: • Kennismaken met de brede mogelijkheden van kunst en cultuur, ontwikkelen van de creativiteit, verruimen van de blik en bijdrage aan de sociaal-emotionele ontwikkeling zoals o.a. zich beter leren uiten. • Op scholen met een ICC-er wordt verder nog genoemd: talentontwikkeling en zelfvertrouwen vergroten. • Op scholen zonder ICC-er wordt genoemd: verwondering oproepen, ervaren dat kunst dichtbij is. Een andere vraag was: “Wat verstaat u onder kwaliteit bij kunst- en cultuureducatie? “ Enkele antwoorden: • Als leerlingen geïnspireerd raken, als het plezier en voldoening brengt, als er aandacht is voor proces en product, als activiteiten een beroep doen op het creatief vermogen. • Op scholen met een ICC-er wordt genoemd: als kinderen ook reflecteren op kunst en cultuurervaringen. • Op scholen zonder ICC-er wordt nog genoemd: als het aansluit bij de kerndoelen. De vraag die vervolgens bij Cube rijst is: weten scholen wat er allemaal mogelijk is en wat er meespeelt in kwaliteit op het gebied van kunst en cultuur?
2. De ICC-ers en verdere scholing Het aantal vaste contactpersonen cultuur7 en gecertificeerde ICC-ers is in de afgelopen jaren toegenomen. Dit komt vooral omdat Cube deelname aan de ICC-cursus heeft gepromoot en regionaal heeft aangeboden. Op 50% van de scholen zijn ondertussen één of meer gecertificeerde ICC-ers aanwezig. Landelijk is dit 32%. Op veel scholen zijn twee vaste contactpersonen en/of ICC-ers die ieder afkomstig zijn uit een andere bouw. Deze personen vinden vaak veel steun en inspiratie bij elkaar.
7. Deze leerkrachten nemen ICC-taken op zich maar zijn niet gecertificeerd.
--
--
Er is dus een opmars van de functie van ICC-er. Het aantal uren dat deze coördinator ter beschikking heeft loopt overigens erg uiteen: van 30 tot 150 uur op jaarbasis. Meestal maakt deze taak deel uit van de reguliere normjaartaak. Wij zien een duidelijke samenhang tussen het volgen van een ICC-cursus, het planmatig werken en het beschikken over een beleidsplan. Scholen met een ICC-er werken steeds planmatiger en het ad hoc karakter van de activiteiten is afgenomen. Van deze scholen heeft 72% een beleidsplan, bij de rest is het beleid in ontwikkeling. Bij scholen zonder ICC-er heeft 25% een beleidsplan en de rest niet. De ICC-er en/of vaste contactpersoon is duidelijk een voortrekker binnen de scholen en fungeert als organisator, activiteitenbureau en vraagbaak: hij/zij garandeert de continuïteit en is tevens de aanjager voor de ontwikkeling van beleid. Echter, hier zijn de betrokkenheid van het team en de support van de directeur onontbeerlijk. Wil de school echt verder komen dan moeten kunst en cultuur ook daadwerkelijk op de agenda staan en moet het gesprek aangegaan worden. In hoofdstuk 1 A4 Draagvlak gaan wij hier verder op in. Bij scholen die geen ICC-er hebben en ook geen schriftelijk beleid zien wij na verloop van tijd vaak een terugval. Op 2 scholen heeft kunst- en cultuureducatie geen prioriteit en buiten de Kunstmenu’s worden er weinig tot geen kunst- en cultuuractiviteiten ontplooid. Gecertificeerde ICC-ers en vaste contactpersonen ontmoeten elkaar regelmatig in netwerkbijeenkomsten van Stichting Novum (3 x per jaar) of Stichting Primair (3x per jaar). Beide stichtingen staan onder voorzitterschap van een afgevaardigde van de betreffende bovenschoolse directie. Daarnaast organiseert Cube tweemaal per jaar een Bernheze-brede netwerkbijeenkomst die meestal in het teken van deskundigheidsbevordering staat. Deze netwerkbijeenkomsten worden zeer goed bezocht (80%). ICC-ers en/of vaste contactpersonen maken van deze bijeenkomsten gebruik om ervaringen uit te wisselen, men inspireert elkaar en er komen praktische zaken aan de orde. Op één van de culturele instellingen heeft een medewerker de opleiding tot ICC-er gevolgd. Medewerkers en vrijwilligers van Erfgoedinstellingen in Bernheze hebben via Cube en met medewerking van Erfgoedbrabant cursussen gevolgd, t.w.: ’Erfgoed moet je doen’ en/of ‘Kiezen voor klassen’. Deze medewerkers (8 personen totaal) waren afkomstig van de Museumboerderij, Heemkunde, Gilden en Molens.
3. Scenario samenwerking Voor samenwerking tussen scholen en aanbieders zijn landelijk diverse scenario’s gedefinieerd: Scenario 1 : school neemt aanbod af Scenario 2: school stelt vraag aan aanbieder/ kunstenaar Scenario 3 : school ontwikkelt samen met aanbieder In totaal herkent 27% van de scholen zich in scenario 1, 55% in een combinatie van scenario 1+2, 18% in scenario 2, en 0% in scenario 3. Als wij deze gegevens in verband brengen met de aanwezigheid van een ICC-er, blijkt dat scholen zonder ICCer zichzelf allemaal herkennen in scenario 1; scholen met een ICC-er herkennen zich veelal in een combinatie van scenario 1 en 2. Hierbij moet opgemerkt worden dat het wat betreft scenario 2 gaat om énkele projecten en niet over een vraaggerichtheid over de hele linie. Het Kunstmenu wordt als basis gezien waarnaast de school nog met enkele eigen vragen op pad gaat. Geen enkele school herkent zichzelf in scenario 3.
Als wij bovengenoemde gegevens in verband brengen met de overkoepelende stichting waartoe scholen behoren, blijkt dat binnen Stichting Novum het merendeel van de scholen zich herkent in scenario 1+2. Bij Stichting Primair herkennen scholen zich veelal in scenario 1 en de scholen van Stichting Oog herkennen zich in scenario 1 + 2. In hoeverre is een scenarioverandering gewenst? Met andere woorden: hoe willen scholen graag samenwerken met aanbieders? Van alle scholen is 36 % tevreden met het scenario en 64% zou het anders willen. Opvallend hierbij is dat scholen met een ICC-er van scenario willen veranderen (van 1 naar 2 of zelfs 3); deze scholen zijn dus meer in beweging. Zij kiezen steeds meer voor het formuleren van de eigen vraag en het zelf samenstellen van een programma. Deze ontwikkeling is ook op landelijk niveau8 waar te nemen.
4.Draagvlak Landelijk wordt het draagvlak binnen het team voor cultuureducatie in het algemeen gezien als een belangrijke factor voor het realiseren van activiteiten op dit gebied. Scholen geven zichzelf voor draagvlak een cijfer tussen 4 en 8. De meerderheid geeft zichzelf rond de 7 en er zijn 2 uitschieters naar beneden. Voor de mate van draagvlak blijkt het niet uit te maken of er op een school al of niet een ICC-er aanwezig is. Hoewel de meeste scholen zichzelf een redelijk cijfer toeschrijven voor ‘mate van draagvlak’, geven contactpersonen en/of ICC-ers aan dat kunst en cultuur toch vooral op hùn schouders rust. Het lijkt erop dat scholen met een ICC-er andere criteria voor draagvlakscore hanteren dan scholen zonder ICC-er. Op de eerstgenoemde interpreteert men draagvlak als ‘het team gaat er ook voor’ en ‘komt met eigen ideeën en vragen’ terwijl op scholen zonder ICC-er bij draagvlak zaken worden benoemd als ‘het team doet enthousiast mee met de activiteiten’ en ‘is tevreden over wat geboden wordt’. Dit is een essentieel verschil want op scholen met een ICC-er gaat draagvlak ook over ‘initiatief’ en ‘inbedding’. Voor alle scholen is het draagvlak belangrijk. Wat daar dan onder verstaan wordt zou een gespreksonderwerp kunnen zijn tussen scholen waarbij men van elkaar kan leren.
5. Tevredenheid en trots Wij vroegen de scholen hoe tevreden zij waren over cultuureducatie op de eigen school. Een kritische beoordeling dus van de eigen ambities en van wat er gerealiseerd is. Schoolteams zijn redelijk tot goed tevreden over hun eigen programma. Scholen met beleid geven zichzelf qua tevredenheid gemiddeld een 7,4 op een schaal van 10; scholen zonder beleid scoren gemiddeld een 6,4. Bij de opsomming van zaken waar scholen nog niet zo tevreden over zijn noemen zij: ‘gebrek aan implementatie van een methode’ en ‘te weinig Muziek/ Dans’. 8. Monitor: Cultuureducatie in het primair en voortgezet onderwijs , Monitor 2008-2009 Obéron, Sardes
--
-10-
Scholen met beleid geven verder als punt aan: ‘gebrek aan implementatie van een methode’ en ‘vakken die achterblijven’. Scholen zonder beleid noemen zaken als: ‘teveel losse onderdelen’, ‘gebrek aan scholing contactpersoon’, ‘te weinig beleid en houvast’ en ‘te weinig aansluiting op ‘Topondernemers ’.9 Meeropbrengsten zijn lastig te meten maar ‘trots’ is een duidelijk te benoemen effect. Elke school heeft op dit gebied wel iets om trots op te zijn. De genoemde opmerkingen zijn opgenomen in bijlage 2. De opvallendste uitspraak van meerdere scholen is: “wij zijn er trots op dat wij als kleine school toch een heleboel bereiken’’.
B.Wensen voor beleid Scholen hebben wensen op diverse gebieden: In de voorwaardelijke sfeer worden geld10 , tijd en in mindere mate ook vervoer genoemd. Inhoudelijk gaat het om: het maken van een beleidsplan, scholing van contactperso(o)n(en), meer draagvlak, meer vaardigheid bij leerkrachten, implementeren van methodes, meer doorlopende leerlijn11, echte inbedding methode (met name muziek). Scholen zijn redelijk tevreden over cultuureducatie op hun school maar hebben veelal wel de wens om vraaggerichter te gaan werken (naar scenario 2) en te zorgen dat kunst- en cultuur educatie een integraal onderdeel wordt van het schoolprogramma. Scholen met een ICC-er hebben veelal een schriftelijk beleid en zijn in beweging naar het volgende scenario. Scholen zonder ICC-er hebben geen schriftelijk beleid en bevinden zich in scenario 1. Scholen zijn dik tevreden over de ICC-cursus en de vervolgbijeenkomsten over o.a. “Draagvlak”, “Meervoudige intelligentie” en “Scholing Animatie”. De bovenschoolse directies hebben in 2009 afgesproken dat zij ernaar streven dat in de toekomst alle scholen een ICC-er en een schriftelijk beleid hebben. Een fantastische ontwikkeling en een krachtige impuls!! Als alle scholen die nù aangeven dat zij een contactpersoon voor de ICC-cursus willen inschrijven dit ook daadwerkelijk doen, en de cursus gaat door, dan hebben 10 van de 11 scholen in 2011 een ICC-er. Scholen zijn vaak redelijk tot goed op de hoogte van actualiteiten en de mogelijkheden voor activiteiten en ondersteuning; scholen met een ICC-er zijn veelal beter op de hoogte dan scholen zonder ICC-er. Hoewel Cube dit herhaaldelijk onder de aandacht heeft gebracht, lijken nog niet alle scholen te weten dat er subsidiemogelijkheden zijn en dan met name de Kleine Schoolprojecten van Kunstbalie. De nieuwsbrief van Cube wordt goed gelezen en in veel gevallen ook doorgestuurd aan alle collega’s.
9. De methode Topondernemers is een methode wereldoriëntatie. 10. ICC-ers vinden geld vaak een probleem. Eén school van Primair vormt hierop een uitzondering: zij heeft geen geldprobleem terwijl er toch veel activiteiten ontplooid worden. 11. Doorlopende leerlijn; opbouw in kennis, vaardigheden en inleving van groep 1 t/m 8
II.ACTIVITEITEN In dit hoofdstuk zien wij in welke mate kunstvakken een structurele plek hebben binnen de school, of er methodes en vakleerkrachten aanwezig zijn en in hoeverre projecten en voorstellingen een structureel karakter hebben. Verder komt hier aan de orde of tentoonstellingen, gastdocenten en ‘verkenning van de eigen culturele omgeving’ structureel dan wel incidenteel voorkomen. Tot slot meten wij de beoordeling van de Raboprojecten, het OKVO-kunstmenu en het kunstmenu van Kunstbalie.
A. Stand van zaken 1. Kunstvakken De structurele inzet van kunstvakken cq activiteiten is een graadmeter of de school bewust kiest voor een plek in het schoolprogramma (met structureel wordt hier bedoeld: 1x per jaar of vaker, dus opgenomen in het jaarplan). Landelijk wordt de structurele inzet van professionele activiteiten gezien als een van de bouwstenen voor kwaliteit van cultuureducatie. De andere bouwstenen zijn beleid en draagvlak.
Scholen (op een na) nemen een Kunstmenu af. Hiermee zijn alle kunstdisciplines structureel vertegenwoordigd op deze scholen. Daarnaast geeft het schema hierboven de aanwezigheid aan van kunstvakken buiten het Kunstmenu. Buiten het Kunstmenu om staat het vak Beeldend voorop als het gaat om structurele inzet (100%). Direct gevolgd door Muziek en Literatuur, beide 82 % structureel. Dit is niet verwonderlijk daar deze vakken al sinds jaar en dag opgenomen zijn in het curriculum van de school. Drama is op 55% van de scholen structureel aanwezig en dit percentage is vrij hoog. Dans komt meer incidenteel dan structureel voor. Foto-Film komt naar verhouding het minst voor. De oorzaak hiervan kan zijn het ontbreken van apparatuur en technische kennis op de scholen. Cultureel erfgoed is op alle scholen aanwezig mede doordat de Raboprojecten kostenloos worden aangeboden. Op deze manier bereiken de Meierijsche Museumboerderij en Kasteel Heeswijk in principe 100% van leerlingen uit groep 5 en 6. -11-
-12-
2. Methodes Op alle scholen in Bernheze zijn een of meerdere kunstvakmethodes in huis. Dit percentage is erg hoog. Methodes in huis: totaal Beeldend Moet je doen – oud 5 Moet je doen – nw 1 6 Dans Moet je doen - oud 6 Dansspetters 1 7 Drama Moet je doen - oud 6 6 Muziek Moet je doen – oud 3 Moet je doen – nw 7 Liedmachine 1 10 De methode “Moet je doen” 12 voor het vak muziek is het meest aanwezig op de scholen; 3 scholen gebruiken de oude methode en 7 scholen de nieuwe. Blijkbaar vinden scholen een actuele methode voor muziek erg belangrijk. Methodes voor Beeldend, Drama en Muziek zijn evenredig aanwezig (op 6 van de 11 scholen). Dit is mede te danken aan de stimuleringsgelden die Cube in 2009, o.a. hiervoor, ter beschikking heeft gesteld. Hierbij moet worden opgemerkt dat op een klein percentage van de scholen een methode ook inderdaad wordt gebruikt voor het realiseren van een doorlopende leerlijn, met name bij Muziek en Beeldend. Meestal worden de methodes gebruikt als bronnenboek en is er in de praktijk geen sprake van een echte leerlijn; de uitvoering hangt (te)veel af van de individuele leerkracht. Scholen geven aan hier verandering in te willen en methodes weer nieuw leven in te willen blazen. In het verleden werkten scholen vaak ad hoc aan kunst- en cultuureducatie. De afgelopen jaren wordt op veel scholen beter nagedacht over wat ze willen binnen het curriculum. Dit geldt in het bijzonder voor scholen met een ICC-er. Momenteel geeft 1/3 van de scholen aan dat zij behoefte hebben aan opbouw en een doorlopende lijn binnen de school. Met een lijn wordt dan bedoeld: afstemming van de inspanningen van individuele leerkrachten met als doel dat leerlingen een opbouwend programma krijgen aangeboden zodat vaardigheden en inleving groeien. Deze scholen geven aan hier hulp bij nodig te hebben om zich de aanwezige methode eigen te maken en te implementeren. Met name implementatie van een muziekmethode staat hoog op het verlanglijstje.
3. Vakleerkrachten Kunstvakken worden in het primair onderwijs veelal verzorgd door de eigen groepsleerkrachten. Op 3 (27%) scholen in Bernheze wordt voor een of meer van deze vakken een gespecialiseerde groepsleerkracht of een vakleerkracht13 ingezet en dan met name voor de vakken Beeldend en Muziek. Dit percentage ligt onder het landelijk percentage. Dit heeft waarschijnlijk te maken met het feit dat het gaat om kleine scholen. Met een handjevol mensen moeten veel zaken gerealiseerd worden en er is dus weinig tot geen ruimte voor specialisten. Een aantal scholen wil graag de expertise van de eigen leerkrachten vergroten, bijvoorbeeld voor het in de breedte realiseren van kunstvakken tijdens de Ateliers. Het team van 2 scholen laat zich op het gebied van Beeldend regelmatig bijscholen in bepaalde technieken. Op één school volgen ook ouders deze bijscholing. Gespecialiseerde leerkrachten/ vakleerkrachten op school aanwezig Aantal scholen Percentage Beeldend 2 18% Dans 0 0% Drama 0 0% Muziek 2 18% Literatuur 0 0% Foto/Film 0 0% 12. De methode ‘Moet je doen’ is ontwikkeld voor het primair onderwijs voor de groepen 1 t/m 8. Er zijn 3 delen waar alle 6 kunstdisciplines en erfgoed worden behandeld zowel actief, receptief en reflectief. De methode is zo opgebouwd dat het een lessenreeks is in de doorgaande leerlijn. 13. Een vakleerkracht geeft specifiek les in een kunstvak, in diverse klassen. Een gespecialiseerde groepsleerkracht is in eerste instantie groepsleerkracht, die een diploma van een kunstvak heeft behaald. Hij/zij wordt meestal op vraag ingezet in andere klassen.
4. Projecten Onderwijs in projectvorm is populair. Scholen willen graag dat leerlingen zelf actief aan de slag gaan met de kunsten; alle scholen werken er op een of andere manier mee. Op veel scholen (90 %) worden projecten structureel ingezet en hebben zij een vaste plek in het schoolprogramma. Daarnaast staan dan nog de projecten die in de diverse (Kunst)menu’s opgenomen zijn. Alle scholen besteden aandacht aan de musical van groep 8. Men wil de kwaliteit hiervan graag verbeteren. Ook landelijk 14 is er een tendens om de zaken meer en meer structureel aan te pakken in plaats van ad hoc. De Cultoerbus van Cube is in dit verband een zeer stimulerende ervaring geweest voor zowel leerlingen als leerkrachten. Cube toerde in 2007, 2008 en 2009 met deze bus langs de scholen en bracht zo alle kunstdisciplines onder de aandacht. Ook de inzet van professionele- en amateur kunstenaars en theatergezelschappen was nieuw voor de scholen. Voor de meeste scholen was dit een eye-opener.
5. Voorstellingen Vrijwel alle scholen vinden het belangrijk dat hun leerlingen in aanraking komen met professionele kunstuitingen en bezoeken in het kader van een Kunstmenu een toneel- of dansvoorstelling of een concert. Op bijna alle scholen wordt aan deze receptieve vorm van kunsteducatie gedaan in het kader van een Kunstmenu. Daarnaast bezoeken 7 scholen (64 %) ook nog voorstellingen op eigen initiatief; 2 scholen doen dit structureel , 5 scholen incidenteel. Dit zijn allemaal scholen met een ICC-er. Een enkele school haalt een voorstelling binnen haar muren en maakt bijv. gebruik van een optreden van Pabo-leerlingen of een try-outvoorstelling van een theatergroep.
6. Tentoonstellingen, gastdocenten en verkenning eigen culturele omgeving Bijna alle scholen bezoeken tentoonstellingen binnen het Kunstmenu dat ingekocht is. Scholen geven aan daarnaast ook zelf tentoonstellingsbezoek en/of excursies te organiseren. Verder worden gastdocenten ingezet en leerlingen verkennen de eigen culturele omgeving. Het project ‘’dertien hectare’’ en Natuurtheater de Kersouwe worden bij tentoonstellingsbezoek het vaakst genoemd. Hierbij speelt ongetwijfeld ook mee dat deze instellingen zich in de nabije omgeving bevinden. De bezoeken aan kunstlocatie Wúrth worden gezien als een goede ervaring. De laatste tijd is er over het algemeen wat minder contact. Eén school vormt hierop een uitzondering en heeft structureel contact met deze kunstlocatie. Opvallend is dat het bezoek aan tentoonstellingen en/of excursies hoog is; veel scholen hebben een jarenlange traditie om jaarlijks op bezoek te gaan bij een instelling voor cultureel erfgoed of een museum. Dit gebeurt dan in aansluiting op de leerstof van bijv. Aardrijkskunde, Geschiedenis of Wereldoriëntatie. Met name groep 8 doet hieraan mee, onder andere in het kader van Museumschatjes waarbij ze ook musea bezoeken die wat verder weg liggen. Dit gebeurt meestal in het kader van 5 mei, bijvoorbeeld naar Oorlogsmuseum Overloon, Kamp Vught en Bevrijdende Vleugels in Best. Van het Museum voor Religieuze kunst hebben scholen een traditioneel beeld. Hier kan binnenkort verandering in komen omdat nu een educatief project wordt aangeboden en een aantal scholen voor het komend jaar een bezoek op de agenda heeft staan. Scholen maken op diverse manieren regelmatig gebruik van gastdocenten en ondersteuners. Professionele gastdocenten worden op 7 scholen incidenteel ingezet en op 2 scholen gebeurt dit structureel. Er wordt ook dankbaar gebruik gemaakt van ouders met een kunstdeskundigheid; op 4 scholen incidenteel en op 2 structureel. Hier valt nog wel wat te winnen want veel scholen weten niet wat ouders op dit gebied in huis hebben. Verder zijn er in Bernheze heel veel vrijwilligers actief bij diverse culturele activiteiten (o.a. de Cultoerbus). Onder ‘verkenning van de eigen omgeving’ verstaan wij hier bijv.: het bezoek aan een kunstenaar, een expositie in de eigen kern of een instelling op het gebied van cultureel erfgoed.
14. Monitor: Cultuureducatie in het primair- en voortgezet onderwijs, Monitor 2008-2009 Obéron, Sardes.
-13-
-14-
Bij 7 van de 11 scholen vindt verkenning van de eigen culturele omgeving plaats en bij 3 hiervan is dit structureel. Het gaat hierbij voor het merendeel om het bezoeken van instellingen en locaties behorend tot het cultureel erfgoed en deze zijn in de omgeving in ruime mate voorhanden. Bezoek aan een kunstenaar of expositie gebeurt sporadisch en scholen zijn ook niet op de hoogte van mogelijkheden bij hen in de buurt.
7. Kunstmenu van OKVO, Kunstbalie en Raboscholenprojecten In bijlage 3 worden de Kunstmenu’s van OKVO, Kunstbalie en de Raboscholenprojecten toegelicht. Raboscholenprojecten Scholen beoordelen de diverse onderdelen allemaal met een ‘goed’, waarbij de Meierijsche Museumboerderij en Kasteel Heeswijk soms zelfs een 9 scoren. De beoordeling blijkt mede afhankelijk van de persoon (vrijwilliger) die de rondleiding verzorgt. Het bezoek aan sterrenwacht Halley heeft volgens meerdere scholen te weinig of geen kunst- en cultuurgehalte en dit geldt ook voor de BankBattle. Echter, de leerlingen vinden het bezoek aan Sterrenwacht Halley en de kennisquiz wèl erg leuk. Kunstmenu OKVO Scholen beoordelen dit Kunstmenu gemiddeld met een 7,3, zowel voor de kwaliteit als voor de aansluiting bij de leerlingen. Elke discipline komt goed aan bod en de door professionals geschreven lesbrieven worden over het algemeen goed ontvangen. Het feit dat alle activiteiten op Oss zijn gericht wordt niet altijd even goed ontvangen. Dit is met name het geval bij scholen uit gemeenten die zelf ook iets te bieden hebben op het gebied van bijv. Cultureel erfgoed, Literatuur of Beeldend. Men ziet graag een plek voor lokaal aanbod in het Kunstmenu. De netwerkbijeenkomsten van OKVO worden als belastend ervaren: de inhoudelijke meerwaarde is gering ten opzichte van de tijdsbesteding. Scholen hebben behoefte aan een meer klantgerichte houding. Daarnaast leeft het verzoek om de OKVO-bijeenkomsten en die van Cube op elkaar af te stemmen; te kijken naar wat samen kan en waar het elkaar aanvult. Kunstmenu Kunstbalie Scholen beoordelen het Kunstmenu van Kunstbalie met gemiddeld een 7,6 voor zowel kwaliteit als aansluiting bij de leerlingen. Het hoge, kwalitatieve niveau van de voorstelling en de toepasbaarheid van de lesbrieven worden zeer gewaardeerd. Enkele scholen geven aan de thematiek van de onderbouwvoorstellingen soms wat moeilijk te vinden voor de doelgroep. Voor de toekomst is wellicht de afname van het Basismenu van Kunstbalie een optie. Dit is een menu waar lokale kunstuitingen een plek krijgen in het Kunstmenu. Met name bij Stichting Novum wordt hierover gesproken.
B. Wensen voor activiteiten Uit de gesprekken zijn diverse wensen voor activiteiten naar voren gekomen. Scholen willen meer structurele invulling van de kunstvakken met behulp van een methode. Deze is vaak al in huis maar wordt (te) weinig gebruikt. Meestal wordt de methode gebruikt als bronnenboek en is er in de praktijk geen sprake van een echte leerlijn. Hierdoor hangt de uitvoering teveel af van de individuele leerkracht. Er is behoefte aan een doorlopende lijn binnen de school. Scholen vragen hulp bij het zich eigen maken van de aanwezige methode en het implementeren ervan, met name op het gebied van Muziek. Veel scholen halen kunstenaars en kunstvakdocenten in huis. Bij 3 scholen gebeurt dit structureel, bij 6 scholen incidenteel. Men is hier zeer tevreden over. Deze input wordt ervaren als een kwaliteitsimpuls en een krachtig middel om het ‘vuurtje aan te wakkeren en gaande te houden’. Scholen hebben de wens dit voort te zetten. Organisatievormen als Ateliers en Expressiemiddagen worden steeds meer gezien als de plaats waar kunstactiviteiten een plek kunnen krijgen. Ondersteuning bij een brede, inhoudelijke invulling is gewenst.
Een aantal scholen geeft aan dat zij willen werken aan de vergroting van de expertise van hun eigen team van leerkrachten, zodat deze steeds meer kunstactiviteiten zelf kunnen geven. Deze expertise zou men zich eigen kunnen maken door het inzetten van gastdocenten of door het volgen van scholing. Scholen willen graag activiteiten die aansluiten op het lesprogramma. Scholen die werken met de wereldoriëntatie methode Topondernemers geven expliciet aan met kunst en cultuur hierop aan te willen sluiten. Ze vragen hierbij hulp van Cube. Eén school die werkt met kernconcepten vanuit Ontwikkelingsgericht onderwijs is op zoek naar activiteiten die hierbij aansluiten. III. CONTACT EN SAMENWERKING Het onderdeel contact en samenwerking met culturele instellingen is ook aan de orde geweest in de gesprekken. Met wie hebben scholen contact en hoe wordt de kwaliteit van de activiteiten beoordeeld.
A. Stand van zaken Veel scholen vinden het belangrijk om de deur uit te gaan en contact te hebben met allerlei aanbieders op het gebied van kunst en cultuur.
Als wij kijken naar de afgelopen drie jaar zien wij, naast de activiteiten die in het schema staan vermeld, het volgende beeld. De Bibliotheek heeft contact met alle scholen door middel van activiteiten, zoals leskisten-per-thema, projecten en bibliotheekbezoek. Ook De Bernhezer Kunst Kring bereikt met haar initiatieven alle scholen. Hoewel het opviel dat de meeste scholen de naam ‘De Bernhezer Kunst Kring’ niet kenden, maar de activiteiten wel. Daarna volgt ‘’dertien hectare’’: 8 van de 11 scholen brachten aan deze beeldende buitententoonstelling een bezoek. Natuurtheater de Kersouwe wordt door 5 scholen bezocht. De theaterkist van Thézinda wordt door 6 scholen afgenomen. De diverse Gilden bereikten samen 7 van de 11 scholen. De ‘kwaliteit van de activiteiten’ van diverse cultuuraanbieders wordt beoordeeld van 6 tot 9. De Theaterkist die geleverd wordt door theatergroep Thézinda loopt hierin voorop: de inhoud van deze kist krijgt gemiddeld een 8,5 voor kwaliteit. Deze kist is ontwikkeld met subsidiegeld van Kunstbalie. Cube heeft hierin een stimulerende rol gespeeld. Als wettelijke vertegenwoordiger heeft De Bernhezer Kunst Kring garant gestaan. De Bernhezer Kunst Kring volgt op de voet met een 8,3. Activiteiten als “De Poëziebundel” en “Het Grote gedicht” in school, worden door bijna elke school genoemd als absolute toppers. del en Theatergroep “De lachende zon”. -15-
-16-
Het contact met de Bibliotheek wordt zeer gewaardeerd (8,2 op een schaal van 10) met name de ondersteuning, laagdrempeligheid en klantvriendelijkheid. Over de flexibiliteit en vernieuwing is men minder tevreden. Openluchttentoonstelling “dertien hectare” krijgt gemiddeld een 7,2 . Hierbij moet worden aangetekend dat de beoordeling van de tentoonstellingen in voorgaande jaren beduidend hoger is dan die van het afgelopen jaar: men vindt de thematiek en vormgeving te abstract voor de leerlingen. De actieve lessen en de verwerkingsactiviteiten werden wel heel goed ontvangen. De beoordeling van de bezoeken van het Gilde is over het algemeen goed. Een enkele school geeft aan de meerwaarde van het Gilde niet te zien. Door enkele scholen wordt nog samengewerkt met andere aanbieders, zoals het Brabants Museum, het Romeins Museum, Bevrijdende Vleugels, Oorlogsmuseum Overloon en Nationaal Kamp Vught, Jan Heestershuis in Schijn Voor een bezoek aan de molen wordt komend jaar ook een project aangeboden. Cube heeft hierin een rol gespeeld door het aanjagen en het draaien van pilots met dit project, Erfgoed Brabant heeft het project ontwikkeld en voor het komende schooljaar hebben diverse scholen zich hiervoor al ingeschreven. De beoordeling van ‘de aansluiting bij de leerlingen’ vertoont een zelfde beeld als de beoordeling van de ‘kwaliteit’. Veel scholen zien kwaliteit niet los van aansluiting bij de leerlingen. De redenering is, dat een activiteit pas kwaliteit heeft als het bij de leerlingen aansluit. Het lijkt erop dat scholen niet echt stilstaan bij wat kwaliteit nog meer zou kunnen zijn.
B.Wensen voor samenwerking Hoewel scholen die samenwerken met cultuuraanbieders redelijk tevreden zijn over kwaliteit en aansluiting, worden er nog een aantal punten genoemd die niet altijd voldoende aandacht krijgen. In algemene zin missen de scholen vaak de aansluiting bij thema’s en leerstof waar ze op dat moment mee bezig zijn. Een cultuurbeleving staat nu nog vaak los van andere activiteiten op school. De beleving van een rondleiding bij een cultuurinstelling is over het algemeen goed. Daar waar dit verzorgd wordt door vrijwilligers zou het goed zijn (voor zover dat nog niet is aangeboden) dat de betreffende instelling voor begeleiding en scholing zorgt zodat de aanpak en de informatie klopt bij het leerling-niveau. Ook zou, waar dit nog niet gebeurt, een uitgewerkt lespakket aangeboden kunnen worden. Scholen zouden graag meer samenwerken met Cultureel Centrum De Pas. De zalen van De Pas worden nu wel gebruikt als locatie voor de podiumvoorstellingen binnen het Kunstmenu van Kunstbalie, maar er is verder geen contact. Diverse scholen zouden graag gebruik willen maken van de theaterzaal voor een Jubileumpresentatie maar zij geven aan dat zij de huidige kostprijs niet kunnen opbrengen. Ook een “kijkje achter-de-schermen” zou zeer gewaardeerd worden. In voorgaande jaren is door verschillende scholen samengewerkt met het plaatselijke Gilde. Dit is redelijk tot goed bevallen. Op dit moment geven de meeste Gilden aan de activiteiten niet te kunnen realiseren vanwege een tekort aan vrijwilligers. Een optie zou zijn om juist tijdens een grote festiviteit van het Gilde samen met de school iets te doen, zoals bijvoorbeeld gebeurde tijdens het Europees Schutterstreffen in 2007. Op een aantal scholen komt de samenwerking met de plaatselijke Harmonie en Fanfare de laatste tijd op gang. Men zoekt steeds meer naar een mogelijkheid om gezamenlijk de leerlingen op een leuke en laagdrempelige wijze kennis te laten maken met muziek. Scholen vinden het plezierig als hierbij niet te veel nadruk ligt op de ledenwerving. Voor het komende schooljaar staat het project Windkracht 6 op de rol voor de scholen in Heeswijk, Dinther en Loosbroek. Harmonie en Fanfare speelt hierin een centrale rol.
IV. SAMENVATTING EN CONCLUSIES De basisscholen in het werkgebied van Cube zijn over het geheel genomen redelijk tot zeer tevreden over de cultuureducatie op hun school. Ieder gesprek leverde inspiratie of informatie op of een inzicht dat er daarvoor niet was. De gesprekken hebben ook weer aangezet tot een volgende stap op het gebied van kunst en cultuur en/of een nieuwe afspraak met Cube.
1.Beleid
Iedereen heeft wel een begin gemaakt met beleid of het formuleren van een visie. Veel scholen worstelen in meerdere of mindere mate met het voltooien hiervan of het vormgeven in de praktijk. Iedere school heeft een aantal eigen speerpunten bepaald op grond van de algemene visie en uitgangspunten van de school. Waar scholen vooral nog behoefte aan hebben is hulp bij het schrijven of realiseren van een beleidsplan. Cube kan hierbij een essentiële rol vervullen. Scholen zijn op zoek naar activiteiten bij hun onderwijsthema’s. Zij willen kunst- en cultuuractiviteiten en andere onderwijsgebieden meer op elkaar afstemmen. Dit geldt voor alle scholen en met name voor de 2 scholen die werken met het wereldoriëntatieprogramma Topondernemers. Cube wordt gevraagd hierin mee te denken. De helft van de scholen in Bernheze heeft een gecertificeerde ICC-er. Deze scholen hebben veelal een schriftelijk beleid, werken planmatiger en willen vraaggerichter gaan werken. Kortom: scholen met een ICC-er zijn bewuster bezig met kunst en cultuur en zijn meer ‘’in beweging’’. Opvallend is dat veel scholen een 2de contactpersoon cultuur en/of ICC-er hebben. Dit werkt heel goed: contactpersonen hebben steun aan elkaar en kunnen weloverwogen een idee of richting voorleggen aan de directie en het team. Dit werkt met name goed als de contactpersonen afkomstig zijn uit verschillende bouwen. Op een groot aantal scholen wordt erkend dat het creëren van draagvlak erg belangrijk is om kunst en cultuur echt een plek te geven op school. Op enkele scholen is hier met het team expliciet aandacht aan besteed en wordt er ook door het team zelf deelgenomen aan kunstactiviteiten. Scholen kunnen van elkaars succesvolle aanpak ook nog leren…! De mate waarin leerkrachten zelf ‘kunst-minded’ zijn speelt hierbij natuurlijk ook een rol. Op een enkele school functioneert een schoolorkest of schooltoneel (door leerlingen, leerkrachten en ouders) en hier is de kunstzin ‘automatisch’ hoger.
2. Activiteiten
Alle scholen hebben minstens één methode in huis of werken met onderwijsthema’s en willen hier meer mee gaan werken. Meerdere scholen geven met name aan met de (nieuwe) muziekmethode van ‘Moet je doen’ aan de slag te willen en hiermee ook in een doorgaande leerlijn te gaan werken. De inzet van structurele vakleerkrachten lijkt geen haalbare kaart op de veelal kleine scholen. Scholen zetten wel zo nu en dan professionele gastdocenten en kunstenaars in en ervaren dit als zeer stimulerend: hiermee wordt kunst en cultuur levend gehouden. Wij zien dit vooral op scholen waar een ICC-er werkzaam is. Op het gebied van activiteiten zien we dat de inzet, zowel bij projecten als bij voorstellingen, overwegend structureel van aard is. Scholen willen dus graag behouden wat goed bevalt en niet steeds weer opnieuw tijd steken in eenmalige ad hoc activiteiten. Het aantal activiteiten is flink gegroeid en aangejaagd door o.a. de inzet van de Cultoerbus, die de breedte van kunsteducatie en de inzet van professionele kunstenaars indringend onder de aandacht heeft gebracht. Projecten zijn het meest populair. Scholen zien er het belang van in dat leerlingen zelf actief aan de slag gaan en zelf ervaren wat een kunstactiviteit hen kan brengen. Organisatievormen als Ateliers en Expressiemiddagen worden steeds meer gezien als werkvormen waarin cultuureducatie een vaste plek kan krijgen. Er is behoefte aan ondersteuning met name op inhoudelijk gebied en wellicht ook op het terrein van nascholing. Ook wil men graag de musical van groep 8 professionaliseren.
-17-
-18-
Bezoek aan voorstellingen komt daarnaast veelvuldig voor: alle scholen bezoeken jaarlijks een of meermalen een voorstelling, binnen dan wel buiten het Kunstmenu. Opvallend is dat scholen met een ICC-er vaker zelf het initiatief nemen tot voorstellingsbezoek De Raboscholenprojecten worden met een ‘’goed’’ beoordeeld. Van de onderdelen “Bezoek Sterrenwacht” en de “BankBattle” vindt men het kunst- of erfgoedgehalte te laag. Dit zou bijstelling behoeven bijv. door de koppeling met een kunstzinnige discipline. Kunstmenu van Kunstbalie wordt als kwalitatief ‘’hoog’’ beoordeeld; ook de toepasbaarheid (van de bijgeleverde lesbrieven) is hoog. Kunstmenu van OKVO wordt ook positief ontvangen. Nadeel hiervan is de gerichtheid op Oss. Men ziet graag o.a. een kunstroute in de eigen kern als onderdeel van het Kunstmenu. Op één school na nemen alle scholen een Kunstmenu af en dit biedt de school professionele kunstconfrontaties in alle disciplines. Hierdoor zijn scholen verzekerd van een kwalitatief goed aanbod van kunst en cultuur. Het is echter de vraag of de keuze voor een Kunstmenu altijd een bewuste keuze is geweest. Of is het Kunstmenu er omdat het nu eenmaal schooloverstijgend zo geregeld is….. ? Scholen blijken vaak niet te weten wat de verschillende kunst- en cultuurprogramma’s, zoals Raboprojecten, Kunstmenu Kunstbalie en Kunstmenu OKVO, inhouden.
3. Samenwerking Een aantal scholen werkt al veel samen met allerlei cultuuraanbieders en is tevreden over de kwaliteit en de aansluiting bij de leerlingen. Er is veel tevredenheid over het aanbod over de hele linie! Wel zijn er nog enkele verbeterpunten wat betreft de aansluiting bij schoolthema’s en de deskundigheid. Het is belangrijk om hier voortdurend aandacht aan te geven. Ongeveer de helft van de scholen geeft aan steeds meer haar eigen vraag te willen gaan formuleren. Dit betekent dat cultuuraanbieders er op bedacht moeten zijn dat er velerlei vragen op hen af kunnen komen en dat alleen het formuleren van aanbod niet meer volstaat. Scholen en aanbieders zullen meer met elkaar in gesprek moeten. Cube kan hierbij helpen. Scholen komen veel in aanraking met instellingen op het gebied van cultureel erfgoed. Deze bevinden zich in de nabijheid van de school en zijn dus gemakkelijk bereikbaar. Een aantal scholen geeft aan meer te willen samenwerken met Cultureel Centrum De Pas en met de plaatselijke Harmonie/Fanfare en de Heemkundekring (Heesch). Verbazingwekkend is dat bij veel scholen niet bekend is wie de aanbieder is van een bepaald project. Vaak is men enthousiast over een bepaald produkt maar weet men niet van welke cultuuraanbieder dit afkomstig is.
4. Tot slot Door de vraaggesprekken op de scholen zijn een groot aantal zaken rondom positie en inhoud van cultuureducatie op school duidelijker geworden. Het leverde nieuwe informatie op en inzichten in de breedte van de mogelijkheden. Scholen zijn tevreden tot zeer tevreden over Cube, met name als aanjager en als meedenker over de gewenste invulling van kunst- en cultuureducatie. Het enthousiasme en de voortvarendheid waarmee Cube ideeën en activiteiten de scholen binnen brengt, wordt gewaardeerd. Cube is een goede bekende op de scholen en met name de contactpersonen cultuur en/of ICC-ers kloppen makkelijk bij Cube aan en voelen zich ook daadwerkelijk gesteund. Daarbij moet worden opgemerkt dat een aantal projecten al werd afgenomen voor het ontstaan van Cube. Een aantal scholen geeft aan zonder Cube niet gekomen te zijn waar ze nu zijn op het gebied van kunst en cultuur! Opmerkelijk is dat scholen zich vaak niet bewust zijn van het feit dat Cube hen van dienst kan zijn bij een uiteenlopend aantal zaken, zoals: hulp bij opstellen beleidsplan, procesbegeleiding op teamniveau of hulp bij aanvragen van subsidies. Het lijkt er op dat Cube bekendheid heeft gekregen door de organisatie van allerlei activiteiten (o.a. de Cultoerbus), waardoor een beeld is ontstaan van Cube als activiteitenbureau.
Dit betekent dat Cube nog meer haar best moet doen om als bemiddelaar en adviseur zichtbaar te zijn, zodat duidelijk wordt dat scholen (en aanbieders) bij Cube terecht kunnen voor alle vragen over cultuureducatie. Wat verder vraagtekens oproept is dat zaken als ‘talentontwikkeling’, ‘meervoudige intelligentie’ en ‘leerstofvervangende cultuuractiviteiten’ in de gesprekken niet worden genoemd door de scholen, terwijl hier door Cube wel aandacht aan is besteed in de afgelopen tijd. Wat opvalt op scholen in Bernheze, in vergelijking met het landelijk beeld, is: • Scholen komen veel in aanraking met cultureel erfgoed. Dit komt door het lokaal menu op dit gebied (Raboprojecten) en de nabijheid van allerlei erfgoedinstellingen. • De scholen in deze kernen hebben een sterke betrokkenheid bij het lokale aanbod. Erfgoedinitiatieven of een kunstenaar uit de eigen kern kunnen zich verheugen in een hoge belangstelling. Kunst en erfgoed krijgen hier een (menselijk) gezicht. • Alle scholen (op één na) nemen een Kunstmenu af; dit is zo geregeld door de overkoepelende onderwijsorganisaties Novum en Primair. • Scholen zijn opmerkelijk tevreden over het activiteitenaanbod over de hele linie. • Op bijna alle scholen zijn 2 contactpersonen cultuur actief. • In alle scholen is kunst in meerdere of mindere mate zichtbaar aanwezig (kunstwerken , foto’s, werken van de kinderen). • Scholen zijn vaak trots op wat ze als kleine school en met een beperkte formatie voor elkaar krijgen, en terecht. Kunst en cultuur leven echt in Bernheze! • In Bernheze werken veel vrijwilligers mee aan het realiseren van kunst en cultuur op de scholen. Het betreft hier een groot aantal personen die een geweldige inzet vertonen!
V. AANBEVELINGEN A. Aanbevelingen aan Cube Cube heeft in de eerste 3 jaren kunst- en cultuureducatie prima aangejaagd. Door o.a. de Cultoerbus, scholing en vele andere activiteiten in samenwerking met cultuuraanbieders is kunst- en cultuureducatie onder de aandacht gebracht. Daarnaast heeft Cube gestimuleerd dat de activiteiten vanuit het cultureel erfgoed geprofessionaliseerd werden. Alle kinderen hebben kunnen ervaren wat kunst en cultuur voor hen betekent. Cube heeft tot nu toe de rol van aanjager en projectenbureau vervuld; ze heeft een actieve rol gehad bij het invullen van de vraag vanuit het onderwijs. De scholen van Bernheze hebben ondertussen allemaal kleine of grotere stappen gezet op het gebied van kunst- en cultuureducatie. Iedere school heeft de nodige activiteiten ondernomen en is een stapje verder met het bepalen van keuzes, van visie en beleid. Er zijn, zo bleek uit de gesprekken, eigen aandachtspunten per school en een (begin van een) plan hiervoor. Vaak wordt hierbij ondersteuning van Cube gewenst. Er zijn ook een aantal algemene vragen en ontwikkelingen aan te geven, waarbij ondersteuning van Cube gevraagd wordt. Ten aanzien van beleid, ondersteuning bij: • het schrijven en implementeren van een beleidsplan • ICC-cursus opnieuw aanbieden, ook voor cultuuraanbieders • verdergaande scholing aanbieden aan ICC-ers (mbt. bewustwording, kwaliteit) • het formuleren en invullen van de eigen vraag van scholen, aansluitend bij het lesprogramma van de school (vraagontwikkeling) • vergroten van het draagvlak • het definiëren van het begrip ‘kwaliteit’ en hoe deze verbeterd kan worden Ten aanzien van activiteiten, ondersteuning bij: • invulling van disciplines als Dans en Foto-Film • het gebruik/implementatie van aanwezige methodes (met name Muziek) • structurele vormgeving en brede invulling van werkvormen als ‘Ateliers’ en ‘Expressiemiddagen’ • professionaliseren van eindmusical groep 8 -19-
-20-
• zoeken naar activiteiten die aansluiten op de rest van het onderwijs o.a. bij wereldoriëntatie methode Topondernemers • vergroten van de expertise van de leerkrachten • in kaart brengen van kunstactiviteiten in de directe omgeving van de school Ten aanzien van samenwerking cultuuraanbieders, ondersteuning bij: • onderzoeken mogelijkheden tot samenwerking met Cultureel Centrum De Pas • bespreken inhoud Raboscholenproject inzake cultureel erfgoed • afstemmen van de invulling van de ICC-netwerkbijeenkomsten tussen OKVO en Cube • onderzoek naar behoefte inzet Basismenu Kunstbalie, waaraan lokale aanbieders hun aanbod kunnen koppelen Kortom: Cube zal haar rol als aanjager en projectenbureau moeten blijven vervullen; de scholen hebben daar behoefte aan. Om verdere professionalisering van het kunst- en cultuuronderwijs mogelijk te maken zal de rol van de contactpersoon cultuur en/of ICC-er moeten worden verstevigd. De inzet en zelfwerkzaamheid van het team zal mede daardoor groeien. De geïnterviewde scholen willen meer nadruk gaan leggen op het maken van keuzes, het vergroten van haar eigen kracht en het consolideren van verworvenheden. De rol van Cube zal daardoor op termijn verschuiven van projectbureau en makelaar naar die van coach en kwaliteitsverbeteraar. Scholen leren hun vraag beter formuleren en Cube ondersteunt hen bij deze vraagontwikkeling. Onder andere door de bemiddeling van Cube kunnen cultuuraanbieders zich beter profileren en aansluiting zoeken bij de vraag vanuit het onderwijs.
B. Andere aanbevelingen Aanbevelingen aan directieoverleg • Stimuleren beleidsvorming bovenschools • Stimuleren nieuwe ICC-cursus en aanstellen 2e ICC-er op iedere school Aanbevelingen aan aanbieders • Verdiep je in waar scholen mee bezig zijn en waar zij behoefte aan hebben • Volg de ICC-cursus of andere scholingen die door Cube worden aangeboden • Ga in op de vraag van de scholen • Profileer jezelf, maak duidelijk wat jij nog meer voor scholen kunt betekenen • Biedt ook teamactiviteiten aan: dit is een goede stimulans voor het draagvlak !! Aanbevelingen aan gemeente • Gemeentegelden voor kunst en cultuur structureel maken. • Momenteel kan Bernheze zich laten voorstaan op een levende, bruisende cultuureducatie voor alle kinderen in Bernheze. Scholen kunnen kwalitatief goede en passende kunst en cultuur in huis halen; zowel receptief als actief. Dit is voor een deel te danken aan gemeentelijke middelen in de vorm van de Projectsubsidie onderwijs. De bijdrage van €12,15 per leerling kan geheel of gedeeltelijk besteed worden aan kunst en cultuur. Dit biedt volop meerwaarde. • Blijvende ondersteuning van Cube: zij fungeert als grote voortrekker en steun en toeverlaat voor de scholen • Kwaliteitsniveau binnen de school blijven stimuleren, o.a. door meer professionals, onder andere ‘combinatiedocenten cultuur’ in de school mogelijk te maken en de kwaliteit van de Ateliers te verhogen • Kunst- en kwaliteitsgehalte verhogen van amateur-instanties in de directe omgeving, zoals: Stichting de Eijnderic en de verschillende Harmonie/ Fanfares en anderen.
Bijlage 1 Namen van scholen en personen waarmee de gesprekken gevoerd zijn Scholen die onder St. Primair vallen in het werkgebied van Cube: Basisschool Emmaus Mw. Silvi Habets, directeur* Mw. San van Vugt gecertificeerde icc-er* ** Dr. Saal van Zwanenberglaan 115 5384 BV HEESCH Basisschool De Kiem Dhr. Sjef Groenemans, directeur Mw. Karin Grosveld, gecertificeerde icc-er* Mw. Wilma Harpe, gecertificeerde icc-er* De Ploeg 101 5384 HL HEESCH Basisschool De Toermalijn Dhr. Ad van der Heijden, directeur Mw. Marjan Cremers, gecertificeerde icc-er* Mw. Mandy van Kilsdonk, gecertificeerde icc-er* Mw. Marianne van der Burgt, gecertificeerde icc-er* Postbus 48 5384 ZG HEESCH Scholen die onder St. OOG vallen binnen het werkgebied van Cube: Basisschool Delta Mw. Joke Schopping, directeur* (vanaf half november directeur De Bolderik) Mw. Alexandra Machielse, vast contactpersoon* ** Postbus 28 5384 ZG HEESCH Basisschool De Bolderik Dhr. Fred Lennings, directeur* (tot half november en dan wordt mw. Schopping directeur) Dhr. William van Lith, gecertificeerde icc-er Postbus 20 5473 ZG HEESWIJK-DINTHER Scholen die onder St. Novum vallen: Basisschool Het Mozaïek Mw. Ivonne de Vrind, directeur* Mw. Miek Leeijen, gecertificeerde icc-er* (tot 1 sept. 2010) Mw. Linda Frunt, contactpersoon** Mw. Alice van der Heijden, contactpersoon Pastoor Maasstraat 15 5473 CG HEESWIJK-DINTHER Basisschool ’t Palet Mw. Mary-Ann van Hoof, directeur* Mw. Astrid Verzijl, gecertificeerde icc-er* Mw. Lieke Wagemakers, contactpersoon* Postbus 9 5473 ZG HEESWIJK-DINTHER -21-
-22-
Basisschool Sint Albertus Dhr. René Hoezen, directeur* Mw. Judith Holleman, gecertificeerde icc-er* Mw. Linda Verhagen, vast contactpersoon* ** Dorpsstraat 44 5471 NB LOOSBROEK Basisschool De Beekgraaf Dhr. Dirk Verwijst, directeur Mw. Wendy van Boekel, vast contactpersoon* Postbus 34 5388 ZG NISTELRODE Basisschool ’t Maxend Mw. Marja Timmers, directeur Mw. Mireille van Sommeren, gecertificeerde icc-er* ** Mw. Nicole van Orsouw, contactpersoon Postbus 23 5388 ZG NISTELRODE Basisschool Op Weg Mw. Ria Bongers, directeur* Mw. Chantal Kanters, vast contactpersoon* ** Eggerlaan 8 5476 KL VORSTENBOSCH
*aanwezig tijdens het jaargesprek ** hebben zich opgegeven of hebben serieuze interesse getoond voor deelname ICC-cursus 2010/2011
Bijlage 2 Overzicht ‘’Waar zijn scholen trots op”: • klein theater + geluidsinstallatie • dat kinderen best veel kunnen • dat we als kleine school toch een heleboel doen • wat er in totaal al bereikt is • op onze goede, fijne werkgroep kunst en cultuur (tbv. Activiteiten én beleid) • ouderbedankavond met kunstzinnig tintje • (kunstactiviteiten bij) 25-jarig jubileum • dat kunst en cultuur is geïmplementeerd in de kernconcepten (bij ontwikkelingsgericht onderwijs) • er wordt heel veel gedeeld en uitgewisseld • er zijn veel coöperatieve ouders • op enthousiasme van team • wat we samen neerzetten • op onze ‘Ateliers’ • op Expressiemiddagen • Kunstmenu van Kunstbalie
Bijlage 3 Raboscholenprojecten Alle scholen in het werkgebied van Cube krijgen de zogenaamde Raboscholenprojecten aangeboden die worden gesponsord door Rabobank Bernheze Maasland. Per drie jaar wordt het contract vastgelegd tussen de scholen en de lokale aanbieders. Groep 4 Spelen Wereldwijd Het voorbereidende lesmateriaal is gericht op spelen vroeger en nu, spelen wereldwijd en de rechten van het kind. Het is ontwikkeld met subsidie van Kunstbalie. Aansluitend vindt een bezoek plaats aan St. De Eijnderic met workshop door beeldend kunstenaar Groep 5 Jet en Jan Het voorbereidende lesmateriaal is gericht op “Grootmoeders tijd, rond 1910”. Aansluitend vindt een bezoek plaats aan De Meierijsche Museumboerderij met een spelencircuit. Het project “Jet en Jan” is ontwikkeld door Erfgoed Brabant en aangepast voor de Museumboerderij. Groep 6 Rondleiding kasteel De leerlingen brengen een bezoek aan Kasteel Heeswijk en krijgen daar een rondleiding. Naar alle waarschijnlijkheid wordt in het volgende schooljaar de ‘Middeleeuwse leskist” ter voorbereiding in de klas gebruikt. Deze kist is in ontwikkeling bij Erfgoed Brabant. Groep 7 Sterrenwacht Bezoek Sterrenwacht Halley Groep 8 BankBattle Digitale Landelijke kennisquiz met o.a. kunstvragen
Kunstmenu van OKVO Een Kunstmenu is een programma-aanbod voor de hele school met alle disciplines. In het programmaanbod worden altijd de actieve, receptieve en/of reflectieve componenten toegevoegd. Het programma wordt geleverd tegen een vaste prijs per leerling en voldoet aan de kerndoelen. De scholen die vallen onder de overkoepelende organisatie van Stichting Primair nemen allemaal het OKVOkunstmenu af en in het werkgebied van Cube zijn dat 3 scholen. Afname gebeurt steeds voor een contractperiode van 3 jaar. Het OKVO-Kunstmenu wordt samengesteld door de samenwerkende kunst- en cultuurinstellingen in Oss. Alle activiteiten vinden ook in Oss plaats. Voor iedere groep is er een activiteit in een bepaalde kunstdiscipline: het gaat om een voorstelling of expositie bij een culturele instelling in Oss. Bij iedere activiteit wordt begeleidend lesmateriaal geleverd. Groep 1/2 Groep 3 Groep 4 Groep 5 Groep 6 Groep 7 Groep 8
Poppentheater Marag. poppentheater Muziektheater Muzelinck, centrum voor de kunsten Mimevoorstelling Bibliotheek Dansvoorstelling Muzelinck Stadstocht Stadsarchief Oss Museumbezoek Museum Jan Cunen Filmvoorstelling Cultuurpodium Groene Engel
Drama Muziek Literatuur Dans Cultureel erfgoed Beeldende vorming Audiovisueel
Kunstmenu van Kunstbalie De scholen die vallen onder Stichting Novum en basisschool Delta van St. OOG, nemen het Standaard-kunstmenu van Kunstbalie af (7 scholen). Afname gebeurt steeds voor een contractperiode van 4 jaar. Het Standaardmenu is een uitgebreid kunstabonnement van Kunstbalie. Leerlingen komen tijdens hun basisschoolcarrière in het Standaardmenu tweemaal in aanraking met zes kunstdisciplines door professionals. (Beeldend, Dans, Drama, Foto/Film, Literatuur en Muziek)
-23-
-24-
Het grote voordeel van het Standaardmenu is dat de kinderen zowel in de onder- als de bovenbouw met alle disciplines kennismaken. Omdat de leerlingen bij de twee kunstconfrontaties in een andere ontwikkelingsfase zitten, beleven ze dat ook op een andere manier. Bovendien krijgen ze de tweede keer met een ander product te maken. Alle voorstellingen en tentoonstellingen vinden plaats op een locatie in Bernheze en het theater en gaan soms roulerend langs de scholen. Bij al deze kunstuitingen wordt ondersteunend lesmateriaal geleverd en dit kan door de school uitgebouwd worden tot een groter project.
-25-