Ministerie van Verkeer en Waterstaat
Quick Scan Bleiswijk Kort onderzoek naar het functioneren van de VRI op het kruispunt N209-Hoekeindseweg te Bleiswijk
17 september 2008
Ministerie van Verkeer en Waterstaat Groene Golf Team Kluyverweg 4
Het Zuiderkruis 29
2629 HT Delft
5215 MV ’s Hertogenbosch
........................................................................................
Colofon Uitgegeven door:
Ministerie van Verkeer en Waterstaat, Groene Golf Team
Verantwoordelijke: M. Muller, projectleider A. Wilson, plaatsvervangend projectleider
Opdrachtgever: Contactpersoon:
Provincie Zuid Holland B. Feddes
Informatie: Telefoon: E-mail:
M. Muller 06 5064 6701
[email protected]
Uitgevoerd door:
J. Kokje, adviseur H. Welten, teambegeleider
Projectcode:
Zuid-Holland_03_1
Kruispunt:
N209-Hoekeindseweg te Bleiswijk
Datum:
17 september 2008
i
Quick Scan Bleiswijk
Het Groene Golf Team helpt graag bij het realiseren van een snellere verkeersdoorstroming De doorstroming op de Nederlandse rijkswegen, belangrijke provinciale- en stedelijke routes, is niet overal optimaal. Oorzaken zijn onder meer de groei van het verkeer, tekortschietende capaciteit van de infrastructuur en niet goed afgestelde verkeersregelinstallaties (VRI’s). VRI’s kunnen vaak beter afgestemd worden op de actuele verkeerspatronen. Een betere afstemming van VRI’s bevordert, met name op doorgaande wegen, de verkeersdoorstroming en is goed voor de luchtkwaliteit en/of verkeersveiligheid. Ook betekent het een daling van het aantal voertuigverliesuren voor het verkeer. Het Groene Golf Team (GGT) helpt gemeenten, provincies en het Rijk om de VRI’s beter af te stellen. Dit gebeurt door een analyse van de huidige installaties en het blootleggen van inefficiënte situaties, die in de loop van de tijd zijn ontstaan. Waar mogelijk worden aan de hand van ‘quick scans’ direct eenvoudige en snelle verbeteringen uitgevoerd. Zo is in kort tijdsbestek met een kleine ingreep grote winst te behalen. Uiteraard vindt hierover vooraf overleg met de opdrachtgever plaats. De bevindingen worden altijd in een rapport vastgelegd. De adviezen van het team zijn kosteloos. De (eventuele) uitvoeringskosten van de aanbevelingen zijn voor rekening van de wegbeheerder. Het GGT bestaat uit 20 afgestudeerde HBO’ers en academici met een verkeerskundige opleiding. Ze staan onder supervisie van ervaren verkeerskundigen en werken vanuit Delft en Den Bosch. Inmiddels heeft een groot aantal gemeenten en wegbeheerders advies gekregen van het GGT. Een deel van de adviezen is al gerealiseerd. Gemiddeld is per kruispunt een winst behaald van ruim 15.000 voertuigverliesuren per jaar. De meeste aanpassingen kosten weinig of geen geld, zodat er in maatschappelijk opzicht sprake is van een aantrekkelijk rendement. Het GGT is onderdeel van het project FileProof (fileaanpak op de korte termijn) van het Ministerie van Verkeer en Waterstaat. Bij dit project staan bereikbaarheid en doorstroming centraal. Meer informatie over FileProof vindt u op: www.vananaarbeter.nl onder het kopje ‘filevermindering’.
ii
Quick Scan Bleiswijk
Managementsamenvatting Inleiding en opdracht Op verzoek van de provincie Zuid Holland heeft het Groene Golf Team (GGT) een quick scan uitgevoerd van de verkeersregelinstallatie (VRI) op het kruispunt N209-Hoekeindseweg te Bleiswijk. De provincie wil weten of de regeling nog naar behoren functioneert. Daarnaast zijn er klachten van fietsers over onveiligheid bij het oversteken. Tevens heeft de provincie gevraagd om de ontruimingstijden opnieuw te bepalen volgens de CROW-richtlijnen. Constateringen Tijdens observaties op het kruispunt heeft het GGT het volgende geconstateerd: - Er zijn verbeteringen mogelijk in het functioneren van de VRI. - De regelkast van de VRI verkeert in slechte staat. Dit maakt de VRI gevoelig voor storingen. - Het licht voor het naar rechts afslaande verkeer op de Overbuurtseweg wordt cyclisch groen, ook als er geen verkeer is. Vaak is hier geen verkeer en dit leidt ertoe dat het overige verkeer vaak onnodig moet wachten. - De groentijd voor het fietsverkeer is te kort om grote groepen fietsers te laten oversteken over de N209. Dit leidt ertoe dat veel fietsers het rode licht negeren. - In de ochtendspits ontstaat op de Hoekeindseweg een lange wachtrij van verkeer dat naar links afslaat, richting Rotterdam. De wachtrij blokkeert het overige verkeer op de ongeregelde kruising van de Hoekeindseweg met de Merenweg. - In de avondspits ontstaat een wachtrij op de Overbuurtseweg van verkeer dat naar links afslaat, richting de snelweg A12. De maximumgroentijd voor dit verkeer is slechts 10 seconden en te kort om de wachtrij te verwerken. Adviezen Op basis van de bevindingen adviseert het GGT: - de oorzaak te onderzoeken van het cyclische groen voor het naar rechts afslaande verkeer op de Overbuurtseweg en dit cyclische groen te voorkomen als er geen verkeer is, zodat de wachttijd voor het overige verkeer afneemt; - de instellingen voor het fietsverkeer aan te passen, zodat de groentijd afhankelijk wordt van het aantal fietsers dat oversteekt, zodat het kruispunt veiliger wordt omdat groepen fietsers het rode licht niet meer negeren; - enkele maximumgroentijden voor het autoverkeer in zowel ochtend- als avondspits te verhogen, zodat deze voertuigen geen tweede stop meer hebben voor het rode licht; - de wenselijkheid en mogelijkheden te onderzoeken van het verhogen van de maximumgroentijd in de avondspits voor het verkeer op de Overbuurtseweg dat naar links afslaat; - de nieuwe ontruimingstijden in te stellen die het GGT heeft bepaald volgens CROW-richtlijnen.
iii
Quick Scan Bleiswijk
1
Inleiding
Het Groene Golf Team (GGT) van het Ministerie van Verkeer en Waterstaat onderzoekt hoe met eenvoudige aanpassingen de doorstroming op met verkeerslichten geregelde kruispunten kan worden verbeterd. Op verzoek van de provincie Zuid Holland heeft het GGT een zogenaamde quick scan uitgevoerd naar het functioneren van de verkeersregelinstallatie (VRI) op het kruispunt N209-Hoekeindseweg te Bleiswijk. De regeling van het kruispunt stamt uit 1991. Het is niet bekend of de regeling nog naar behoren functioneert. Daarnaast zijn er klachten van fietsers over onveiligheid bij het oversteken en zijn de ontruimingstijden verouderd. De provinciale weg N209 vormt een verbinding tussen Rotterdam en de snelweg A12. De N209 functioneert ter hoogte van Bleiswijk tevens als rondweg van deze plaats. Het voertuigafhankelijk geregelde kruispunt is de zuidelijke van de twee aansluitingen van Bleiswijk. Figuur 1 is een schematische weergave van het kruispunt met richtingnummers. Fietsers en voetgangers kunnen alleen over de noordelijk arm de N209 oversteken (richtingen 21, 22, 31 en 32). Figuur 2 is een luchtfoto van het kruispunt en de omgeving ervan. ...............................
N209 1 2 3
Figuur 1 Schematische weergave kruispunt
N
22/32
21/31
4 5
Overbuurtseweg 11 10
Hoekeindseweg
9 8 7 N209 ...............................
Figuur 2
A12
Luchtfoto kruispunt
Hoekeindseweg
N209
Overbuurtseweg Rotterdam 1
Quick Scan Bleiswijk
Merenweg
2
Observaties
Het GGT heeft het functioneren van de VRI beoordeeld tijdens observaties gedurende een ochtend- en avondspits. Deze observaties hebben plaatsgevonden op donderdag 7 februari 2008. 2.1. Algemene bevindingen De regelkast van de VRI staat scheef (zie figuur 3). De ruimte die hierdoor is ontstaan, is opgevuld met purschuim. Uit notities over het technisch onderhoud blijkt dat ongedierte de kast is binnengedrongen. Verder is de coating van de elektrische bedrading gesmolten (zie figuur 4). Dit soort gebreken en de aanwezigheid van ongedierte maken de VRI gevoelig voor storingen. Dergelijke storingen zijn slecht voor de doorstroming van het verkeer en voor de verkeersveiligheid op het kruispunt. ...............................
Figuur 3 (links) Regelkast van de VRI ...............................
Figuur 4 (rechts) Gesmolten coatings van de bedrading
2.2. Verkeersbeeld Ochtendspits In de ochtendspits zijn richtingen 02, 05 en 08 de drukste richtingen. Op richting 05 slaat vrijwel al het verkeer af naar links, in de richting van Rotterdam. Richting 08 (naar de A12) is drukker dan richting 02. Van richtingen 10 en 11 wordt nauwelijks gebruik gemaakt. Op richting 05 ontstond gedurende langere tijd een wachtrij van zo’n 15 tot 20 voertuigen. Deze wachtrij blokkeerde het overige verkeer op de ongeregelde kruising van de Hoekeindseweg met de Merenweg. Avondspits In de avondspits is richting 02 drukker dan richting 08. Enkele malen had het verkeer op richting 02 een tweede stop voor rood licht. Richting 05 was minder druk dan in de ochtendspits. Van richting 11 werd juist meer gebruik gemaakt dan in de ochtendspits. Vermoedelijk betreft dit voornamelijk sluipverkeer vanuit Zoetermeer richting de A12. Van 16:00 tot 16:15 was er zodanig veel verkeer op richting 11, dat dit aanbod niet kon worden verwerkt (zie figuur 5). Richting 11 heeft een maximumgroentijd van 10 seconden en geen opties om de groenfase te verlengen. Hierdoor konden per cyclus slechts 5 voertuigen afrijden.
2
Quick Scan Bleiswijk
...............................
Figuur 5 Wachtrij op richting 11
Fietsverkeer In beide spitsen zijn er grote groepen fietsers die gebruik maken van de oversteek over de N209 (zie figuur 6). Deze fietsers rijden zowel Bleiswijk in als uit. De groentijd van richtingen 21 en 22 is niet lang genoeg om een hele groep fietsers veilig te laten oversteken. Sommigen stoppen wanneer het licht rood wordt, maar het merendeel van de fietsers rijdt door rood. Het fietsverkeer op richting 21 heeft tevens te maken met een lichte helling. Hierdoor hebben deze fietsers een lagere snelheid. Hier moet rekening mee worden gehouden bij het bepalen van de ontruimingstijd. Fietsers op richting 22 hebben juist een hogere snelheid dankzij de lichte helling. ...............................
Figuur 6 Grote groep fietsers over de N209
Overig verkeer Er zijn nauwelijks voetgangers die de N209 willen oversteken. Op alle richtingen van het kruispunt is veel vrachtverkeer. Dit vrachtverkeer vormt zo’n 10% van het verkeersaanbod. Er is openbaar vervoer op het kruispunt. Enkele malen per uur zijn er lijnbussen. Deze hebben prioriteit in de regeling. Deze busprioriteit is niet absoluut en leidt niet tot problemen met de afwikkeling van het overige verkeer.
3
Quick Scan Bleiswijk
2.3. Cyclische groenfase richting 10 Richting 10 heeft cyclisch een groenfase. In beide spitsen is er echter nauwelijks tot geen verkeersaanbod en vaak is deze richting onnodig groen (zie figuur 7). Meestal is deze groenfase tegelijk met andere richtingen, maar meerdere malen was richting 10 als enige groen. Dit leidde ertoe dat het overige verkeer langer moest wachten, in het bijzonder het verkeer op richting 02. Deze richting zit in het volgende blok. De reden voor de cyclische groenfase is onduidelijk. Het verkeer van richting 11 doet geen valse aanvragen en van ondergedrag lijkt geen sprake. Het GGT adviseert om onderzoek te doen naar de oorzaak van het cyclische groen. ...............................
Figuur 7 Onnodig groen op richting 10
2.4. Parameterinstellingen Tijdens de observaties heeft het GGT aandacht geschonken aan de instellingen van de volgende parameters: - groentijden; - hiaattijden van de detectielussen; - maximale duur verlengen met de koplussen; - opties om richtingen een meerealisatie te geven; - opties om richtingen te laten meeverlengen. Groentijden: ochtendspits In de ochtendspits hebben richtingen 05 en 08 behoefte aan een langere groentijd. Op richting 05 voorkomt een langere groentijd dat een lange wachtrij ontstaat op de Hoekeindseweg. Op richting 08 voorkomt de langere groentijd dat voertuigen een tweede stop hebben voor rood licht. De langere groentijden voor richtingen 05 en 08 hebben echter langere wachttijden voor het overige verkeer tot gevolg. Om dit effect te beperken, adviseert het GGT om de maximumgroentijd van beide richtingen met slechts 5 seconden te verhogen.
4
Quick Scan Bleiswijk
Groentijden: avondspits In de avondspits hebben richtingen 02 en 11 behoefte aan een langere groentijd. Dit voorkomt dat voertuigen een tweede stop hebben voor rood licht. Voor richting 02 adviseert het GGT een verhoging van de maximumgroentijd van 10 seconden. Voor richting 11 is het echter de vraag of het wenselijk is om de groentijd te verhogen. Een hogere groentijd kan namelijk tot een toename leiden van het sluipverkeer op deze richting. Groentijden: fietsverkeer De oorzaak van de klachten van fietsers over onveiligheid bij het oversteken ligt in de grootschalige roodlichtnegatie door groepen fietsers. Vanwege deze grote groepen fietsers is de vastgroentijd van richtingen 21 en 22 van 8:15 tot 8:45 uur en van 14:25 tot 15:30 uur 15 seconden in plaats van 6 seconden. ’s Ochtends steken echter vanaf 8:00 uur al grote groepen fietsers over. Het nadeel van een hogere vastgroentijd is dat ook wanneer er minder fietsers zijn, deze langere groentijd geldt. Het is efficiënter om de groentijd afhankelijk te laten zijn van het actuele verkeersaanbod. Om het gewenste effect (een grote groep fietsers kan in zijn geheel in groen oversteken) te bereiken, is het nodig om in de regelautomaat de volgende instellingen aan te passen: - De vastgroentijd altijd op 6 sec. instellen, om te voorkomen dat wanneer er geen grote groep fietsers is, deze vastgroentijd onnodig lang is. - Voor richtingen 21 en 22 de ingestelde waarden voor de groenbehoefte in ochtendspits (tijdn. 1) en avondspits (tijdn. 3) verhogen van 10 sec. naar 20 sec. Deze waarde is gelijk aan de maximumgroentijd. Deze wordt op dit moment alleen bereikt wanneer er een realisatie is van de voetgangers en de fietsrichtingen meeverlengen. Met deze aanpassing wordt de tijd waarbinnen de fietsrichtingen op de eigen detectie kunnen verlengen, verhoogd van 10 sec. naar 20 sec.. - Tijdsinstellingen tijd 21.13 en tijd 22.13 verhogen van 15 sec. naar 20 sec.. Deze tijdsinstellingen voorkomen dat een ongewenste aanvraag wordt gedaan door een fietser die in tegengestelde richting rijdt. Wanneer de ingestelde tijd is bereikt, wordt niet meer verlengd op basis van de detectoren. Het verhogen van deze waarde voorkomt dat de detectie stopt voordat de verhoogde tijd waarbinnen verlengd kan worden, is bereikt. Wanneer deze maatregelen in de praktijk niet het gewenste effect blijken te hebben, verdient het aanbeveling om de volgende aanpassingen uit te voeren: - De detectielussen van richtingen 21 en 22 verplaatsen naar vlak voor de stopstrepen. Beide richtingen hebben elk één korte detectielus. Op dit moment ligt de detectielus van richting 21 (d21.1) op 7,5 meter afstand van de stopstreep. Die van richting 22 (d22.2) ligt op 20 meter afstand.
5
Quick Scan Bleiswijk
-
Deze detectoren richtinggevoelig maken. Op dit moment worden aanvragen van fietsers die in tegengestelde richting rijden, voorkomen door bovengenoemde tijdsinstellingen tijd 21.13 en tijd 22.13. Richtinggevoelige detectie is bedrijfszekerder, omdat deze onafhankelijk is van vooraf bepaalde tijdsinstellingen.
Hiaattijden van de detectielussen De koplussen op alle richtingen staan ingesteld met een hiaattijd van 2,0 seconden. De lange detectielussen hebben een hiaattijd van 0,0 seconden. Richtingen 02, 05 en 08 beschikken tevens over elk twee detectielussen op afstand. Op basis van de observaties ziet het GGT geen reden om de instellingen aan te passen. Bij een hoog verkeersaanbod, werd de maximumgroentijd bereikt en werden richtingen niet voortijdig afgekapt. Werkingsduur verlengen met de koplussen De koplussen op richtingen 02, 05 en 08 kunnen gedurende de eerste 10 seconden de groentijd verlengen. Op richtingen 10 en 11 is deze optie niet beschikbaar. De werkingsduur van de koplussen op deze twee richtingen is onbeperkt, omdat er geen lange detectielussen zijn. Op de overige richtingen kunnen de koplussen gedurende de eerste 8 seconden de groentijd verlengen. Op basis van de observaties ziet het GGT geen reden om de instellingen aan te passen. Opties om richtingen een meerealisatie te geven De mogelijkheden om richtingen een meerealisatie te geven, worden ten volle gebruikt. Op basis van de observaties ziet het GGT geen reden om de instellingen aan te passen. Opties om richtingen te laten meeverlengen De mogelijkheden om richtingen te laten meeverlengen, worden ten volle gebruikt. Op basis van de observaties ziet het GGT geen reden om de instellingen aan te passen.
3
Nieuwe ontruimingstijden
De ontruimingstijden op het kruispunt zijn verouderd. Op verzoek van de provincie heeft het GGT de ontruimingstijden opnieuw bepaald volgens de CROW-richtlijnen. Hierbij is voor het verkeer op richtingen 02 en 08 uitgegaan van een oprijsnelheid en afrijsnelheid van 70 km/u. Vanwege de helling op richting 21 is uitgegaan van een lagere afrijsnelheid voor deze fietsers: 4 m/sec in plaats van 5 m/sec. In tabel B1 staat een overzicht van de huidige ontruimingstijden. In tabel B2 staan de nieuwe ontruimingstijden vermeld. De verschillen tussen de huidige en de nieuwe ontruimingstijden staan in tabel B3. De tabellen zijn te vinden in bijlage 1.
6
Quick Scan Bleiswijk
4
Conclusies en adviezen
Het GGT heeft tijdens de quick scan van het kruispunt N209Hoekeindseweg te Bleiswijk het volgende geconstateerd: - Er zijn verbeteringen mogelijk in het functioneren van de VRI. - De regelkast van de VRI verkeert in slechte staat. Dit maakt de VRI gevoelig voor storingen. - Richting 10 heeft cyclisch een groenfase. Er is echter nauwelijks verkeer op deze richting. Dit leidt ertoe dat het overige verkeer vaak onnodig moet wachten. - De groentijd van fietsrichtingen 21 en 22 is te kort om grote groepen fietsers te laten oversteken over de N209. Dit leidt ertoe dat veel fietsers het rode licht negeren. - In de ochtendspits ontstaat een lange wachtrij op richting 05. Deze wachtrij bestaat voornamelijk uit verkeer dat naar links afslaat, richting Rotterdam. De wachtrij blokkeert het overige verkeer op de ongeregelde kruising van de Hoekeindseweg met de Merenweg. - In de avondspits ontstaat een wachtrij op richting 11. Deze wachtrij bestaat voornamelijk uit verkeer dat naar links afslaat, richting de snelweg A12. De maximumgroentijd van richting 11 is slechts 10 seconden en te kort om de wachtrij te verwerken. Op basis van deze bevindingen adviseert het GGT het volgende: - onderzoek doen naar de oorzaak van de cyclische groenfase van richting 10 en deze groenfase voorkomen wanneer er op deze richting geen verkeer is; - de instellingen voor fietsrichtingen 21 en 22 aanpassen, zodat deze richtingen langer kunnen verlengen op basis van de eigen detectie dan nu het geval is; - de vastgroentijd van richtingen 21 en 22 voor alle tijdsperioden instellen op 6 seconden; - in de ochtendspits de maximumgroentijden van richtingen 05 en 08 met 5 seconden verhogen; - in de avondspits de maximumgroentijd van richting 02 met 10 seconden verhogen; - de wenselijkheid en mogelijkheden onderzoeken van het verhogen van de maximumgroentijd in de avondspits voor richting 11; - de nieuwe ontruimingstijden instellen die het GGT heeft bepaald volgens CROW-richtlijnen (met inachtneming van de garantie-ontruimingstijden). Vanwege de aard van het project was het niet mogelijk om een berekening uit te voeren van de doorstroomwinst die het uitvoeren van deze adviezen oplevert. Aan het uitvoeren van de adviezen zijn geen kosten verbonden, omdat de provincie Zuid Holland de instellingen op afstand kan aanpassen vanuit de eigen verkeerscentrale.
7
Quick Scan Bleiswijk
Bijlage 1: Ontruimingstijden ...............................
1 2 3 4 5 7 8 9 10 11 21 22 31 32 91 92
1 . . . . 3 . . 3 . . 2 5 6 . . 7
2 . . . . 3 . . 3 1 2 3 4 6 . . 6
3 . . . . 3 0 0 . . 2 3 3 7 . . 6
4 . . . . . . 3 . . 3 4 0 . 2 2 .
5 0 2 2 . . . 3 2 0 2 . . . . . .
7 . . 3 . . . . . . 3 . . . . . .
8 . . 3 1 2 . . . . 3 4 0 . 0 0 .
9 0 0 . . 2 . . . . 1 . . . . . .
10 11 21 22 31 32 91 92 . . 2 0 2 . . 1 2 2 2 0 2 . . 2 . 2 1 0 1 . . 2 . 0 0 3 . 3 3 . 3 3 . . . . . . . 0 . . . . . . . 2 2 5 . 5 5 . . 2 . . . . . . . . . . . . . . . . 2 5 . 5 5 . . 3 . . . . . . . 0 . . . . . . . . . . . . . . . 0 . . . . . . . 0 . . . . . . . . . . . . . .
1 2 3 4 5 7 8 9 10 11 21 22 31 32 91 92
1 . . . . 1 . . 3 . . 1 4 2 . . 10
2 . . . . 0 . . 3 0 0 2 3 5 . . 5
3 . . . . 0 0 0 . . 1 3 2 10 . . 2
4 . . . . . . 1 . . 2 4 0 . 1 1 .
5 0 0 2 . . . 1 2 0 1 . . . . . .
7 . . 2 . . . . . . 0 . . . . . .
8 . . 1 0 0 . . . . 0 1 0 . 0 0 .
9 0 0 . . 1 . . . . 0 . . . . . .
10 11 21 22 31 32 91 92 . . 1 0 1 . . 0 0 1 0 0 0 . . 0 . 1 0 0 0 . . 1 . 0 0 3 . 4 4 . 3 2 . . . . . . . 0 . . . . . . . 0 0 3 . 4 4 . . 3 . . . . . . . . . . . . . . . . 0 5 . 6 6 . . 3 . . . . . . . 0 . . . . . . . . . . . . . . . 0 . . . . . . . 0 . . . . . . . . . . . . . .
Tabel B1 Huidige ontruimingstijdenmatrix (seconden)
...............................
Tabel B2 Ontruimingstijdenmatrix volgens CROW-richtlijnen (seconden)
8
Quick Scan Bleiswijk
...............................
Tabel B3 Verschillen in ontruimingstijdenmatrices huidig en volgens CROW-richtlijnen (seconden)
1 2 3 4 5 7 8 9 10 11 21 22 31 32 91 92
1 . . . . 2 . . 0 . . 1 1 4 . . -3
2 . . . . 3 . . 0 1 2 1 1 1 . . 1
3 . . . . 3 0 0 . . 1 0 1 -3 . . 4
4 . . . . . . 2 . . 1 0 0 . 1 1 .
5 0 2 0 . . . 2 0 0 1 . . . . . .
7 . . 1 . . . . . . 3 . . . . . .
8 . . 2 1 2 . . . . 3 3 0 . 0 0 .
9 0 0 . . 1 . . . . 1 . . . . . .
10 11 21 22 31 32 91 92 . . 1 0 1 . . 1 2 1 2 0 2 . . 2 . 1 1 0 1 . . 1 . 0 0 0 . -1 -1 . 0 1 . . . . . . . 0 . . . . . . . 2 2 2 . 1 1 . . -1 . . . . . . . . . . . . . . . . 2 0 . -1 -1 . . 0 . . . . . . . 0 . . . . . . . . . . . . . . . 0 . . . . . . . 0 . . . . . . . . . . . . . .
Groene cellen zijn kortere ontruimingstijden. Rode cellen zijn langere ontruimingstijden. Witte cellen zijn ongewijzigde ontruimingstijden.
9
Quick Scan Bleiswijk