Quick scan Zaandijk VERSIE 1.0 / AUGUSTUS 2010
VERDIE EPTE LIGGING SPOORTRACÉ
1 1
1
SAMENVATTING De gemeente wil de problematiek van de overweg bij de Guisweg oplossen. Eén van de mogelijkheden is het spoor verdiept aan te legg gen zodat het wegverkeer het spoor ongestoord kan passeren.
In deze quick scan wordt in opdracht van gemeente Zaanstad verkend d welke mogelijkheden er zijn voor het verdiepen van het spoor. Hierbij zijn vier varianten onderzocht; Twee korte varianten; één met en één zond der verdiept station Koog-Zaandijk, één langere variant met de verdieping g van de stations Koog-Zaandijk en Koog-Bloemwijk en één waarbij oo ok het spoor naar Hoorn ongelijkvloers wordt gemaakt. De lange varianten gaan uit van een volledige verdiepte ligging van het spoor in Zaanstad, beginnend bij de aftakking van het spoor naar Hoo orn naar en eindigend bij de Guisweg. De minimale variant is enkel verdie ept ter hoogte van de Guisweg.
Conclusie uit het onderzoek is dat de genoemde varianten allen fysiekk inpasbaar zijn in de omgeving, maar de kosten ervan variëren tussen de €125 000 000 en € 379.000.000. €125.000.000 379 000 000
Afb. 1 overzicht uitgewerkte varianten
2
2 2
INHOUDSOPGAVE Samenvatting
2
1
5
Inleiding
1.1 Aanleiding
5
1.2 Werkwijze
5
1.3 Referenties
7
2
Varianten
9
2.1 Uitgangspunten
9
2.2 Variant A1
15
2.3 Variant A2
17
2.4 Variant B
19
2.5 Variant C
21
3
22
Afweging varianten
3.1 Kosten
22
3.2 Meerwaarde verkeersafwikkeling
23
3 3 Meerwaarde 3.3 M d ruimtelijke i t lijk kkwaliteit lit it
24
4 Conclusie
26
Colofon
27
3 3
Afb. 2 Overzicht omgeving van station Koog-Zaandijk
N203
Zaanlijn
4
4 4
1 INLEIDING 1.1 Aanleiding
Om voor de verdiepte ligging van het spoor op een snelle manier in beeld te
De gemeente Zaanstad bestaat uit meerdere kernen, welke gelegen zijn z
krijgen heeft de gemeente Zaanstad aan Movares gevraagd een Quick scan
aan een centrale as. Deze as wordt gevormd door het spoor (de Zaan nlijn)
uit te voeren naar een verdiepte ligging van het spoor in Zaandijk.
en de Provincialeweg, de N203.
Voorliggend rapport is een weergave van deze quick scan.
Doordat het spoor en de weg beiden op maaiveld liggen vormen deze e een barrière, niet alleen voor de gebieden aan weerszijden van de
1.2 Werkwijze
infrastructuur, maar ook onderling, waarbij het verkeer in oost-westrichting
In deze quick scan is van klein naar groot een viertal varianten globaal
gehinderd wordt door het spoor.
geschetst. Hieruit is een grove inschatting van de kosten gemaakt en zijn de effecten van de varianten beschreven. De varianten zijn in een workshop
De hoofdstructuur voor het autoverkeer kent een beperkt aantal
met deelnemers van de gemeente Zaanstad, ProRail en Movares
ongelijkvloerse kruisingen met het spoor. De rest van de
behandeld. Vervolgens wordt gekeken naar de meerwaarde van de
dwarsverbindingen in de kernen kruist het spoor via eveneens een
varianten op het gebied van verkeersafwikkeling , ruimtelijke kwaliteit en
beperkt aantal gelijkvloerse overwegen. De spoorse doorsnijding heefft
ontwikkelmogelijkheden.
een aantal negatieve consequenties. De gemeente is sinds enkele jarren aan het onderzoeken hoe deze negatieve effecten het beste kunnen worden opgeheven. Ontwikkelingen als Inverdan in Zaandam en Poort Clam Dijcke in Krommenie/Assendelft zijn hier belangrijke voorbeelde en van.
Ook voor de woonkern Zaandijk is gestudeerd op het opheffen van de e barrièrewerking van het spoor. Hier vormt de Guisweg de belangrijkstte lokale oost oost-west west verbinding verbinding. Tot op heden kruist ook de Guisweg het spoor via een overweg, zie afbeelding 2. Een aantal varianten is opgesteld om deze kruising ongelijkvloers te brengen. Er zijn in principe twee keuzes, één om het spoor verdiept aan te leggen of om de weg onder het spoor aan te leggen leggen.
5 5
6
Afb. 3 Overzicht verdiepte ligging Abcoude
Afb. 4 Referentie verdiept station n Rotterdam Blaak
Afb. 6 Overzicht verdiepte ligging Rijswijk
Afb. 7 Referentie verdiept station n Rijswijk
Afb. 5 Referentie verdiepte ligging in Rotterdam Zuid
Afb.8 Referentie (zicht) verdiepte ligging in Rijswijk
6 6
1.3 Referenties Open tunnelbak Op nevenstaande afbeeldingen is een plattegrond van Abcoude weergegeven. Hier is enkel de tunnelbak onder de kruisende rivier gelegd. Op de plattegrond is duidelijk de hellingbaan en het kruisende e deel te zien. In variant A1 is voor een gelijke oplossing gekozen.
Ondergronds station Als referenties voor ondergrondse stations zijn Station Rijswijk en Sta ation Blaak opgenomen. Hierbij is geen open bak gemaakt, maar een dichtte tunnel, met enkele gaten ten behoeve van daglichttoetreding op de perrons. Op de afbeeldingen is te zien hoe het maaiveld ingericht kan n worden en hoe met licht en vides toch een aangename sfeer ontstaatt. Varianten A2, B en C hebben één of twee ondergrondse stations.
Zowel bij een open tunnelbak als een afgedekte tunnel zal aan weerszijden een hellingbaan ontstaan.
Afb. 9 Referentie Hellingbaan in Almelo
7 7
Afb. 10 Overzichtomgeving station Koog--Zaandijk Incl. reservering verdieptte ligging
Afb. 11 Halfverdiepte tunnelbak/ Kruisende infrastructuur halfverhoogd
Afb. 12 Verdiepte open tunnelbak/ Kruisende infrastructuur op maaiveld
Afb. 13 Verdiepte gesloten tunnelbak/ Kruisende structuur op maaiveld/ i i hti openbare inrichting b ruimte i t
8
8 8
2 VARIANTEN De bekeken varianten zijn schetsmatig in beeld gebracht, in doorsned de en
Geheel verdiept/half verdiept
in plattegrond. Hierbij is rekening gehouden met de in 2.1 genoemde
Er zijn vele vormen van verdiept spoor denkbaar, bijvoorbeeld half
uitgangspunten.
verdiept, waarbij de kruisende wegen half verhoogd worden. Dit is van invloed op de wegenstructuur in de omgeving.
De tekeningen vormen de basis voor de kostenraming, die volgens de e
Andere mogelijkheden zijn geheel verdiept met open bak of geheel
SSK-systematiek is opgesteld. De in dit rapport genoemde kosten zijn n de
verdiept en overkluist, waardoor een tunnel ontstaat en het hierdoor
investeringskosten (bouwkosten + bijkomende kosten van engineering g,
ontstane maaiveld heringericht kan worden. Deze laatste biedt over het
overige bijkomende kosten en kosten opdrachtgever), exclusief BTW.. De
algemeen de meeste meerwaarde voor onder andere het geluid en de
kosten worden, overeenkomstig de vroege planfase en het globale de etail
openbare ruimte, maar kost ook het meeste geld. Bij de geheel verdiepte
van uitwerking, aangegeven met een bandbreedte -25%/+40% bij een n
ligging in een open bak of in een tunnel zal de (de hoogte van de)
betrouwbaarheid van 70%.
verkeersstructuur gehandhaafd kunnen blijven, waarbij relatief eenvoudig nieuwe dwarsverbindingen over het spoor gemaakt kunnen worden.
2.1 Uitgangspunten Algemene bouwwijze
In deze quickscan wordt in alle varianten uitgegaan van het aanleggen
Aan de westzijde van de bestaande sporen worden twee nieuwe sporren
van een geheel verdiept spoor in een open bak. Zo kan het best een
in een verdiepte openbak aangelegd. Ook de hellingbanen liggen
inschatting gegeven worden van de effecten en de kosten.
hierbuiten het bestaande spoortracé. De bouw van de tunnelbak vindtt
Ten opzichte van deze open bakvarianten kan in de ontwerpfase
plaats l t naastt het h t huidige h idi spoor en zall d daarom nauwelijks lijk hi hinder d geven n
opgewaardeerd d d worden d naar een overdekte d kt ttunnel,l off kkan jjuist i t iin een
aan het treinverkeer. De aansluiting van dit nieuwe oostelijke spoor op p het
optimalisatieslag de hoogteligging worden aangepast, bijvoorbeeld
bestaande spoor zal op maaiveld via een vloeiende lijn worden
driekwart of half verdiept, met aanheling van de aansluitende
aangelegd. In een buitendienststelling van het spoor wordt de aansluiiting
wegenstructuur.
definitief gemaakt en het spoor omgezet omgezet. Een buitendienststelling worrdt bij de Nederlandse Spoorwegen aangevraagd op het moment dat er
De kruisende wegen komen in met de gekozen varianten min of meer op
werkzaamheden nabij de spoorbaan uitgevoerd moeten worden.
maaiveld te liggen. De aanlegdiepte , die gemeten wordt aan de
elijk Het spoor zal dan voor een paar dagen niet beschikbaar zijn. Uiteinde
bovenkant van het spoor (BS) wordt in dit onderzoek gesteld op
kan het bestaande spoor worden opgeheven opgeheven, waardoor er ruimte ontsstaat
ongeveer 7 7.0 0 meter onder het maaiveld. maaiveld
tussen het nieuwe verdiepte spoor en de Provincialeweg.
9 9
Afb. 14 Vereenvoudigde doorsnede en plattegrond met twee sporen in open tunnelbak
Afb. 15 Vereenvoudigde doorsnede en plattegrond van station met zijperrons in open tunnelbak
Afb. 16 Vereenvoudigde doorsnede en plattegrond l tt d van station t ti mett eilandperron in open tunnelbak
10
10 10
Lengte verdiepte gedeelte De lengte van het verdiepte spoor is in de varianten uitgewerkt. Het spoor heeft een bepaalde lengte nodig om op diepte te komen en vervolgen ns de Guisweg ongelijkvloers te kunnen kruisen, deze lengte is de hellingba aan.
Stations In de varianten komen geen, één of twee stations verdiept te liggen. Dit D is op een eenvoudige manier weergegeven. Hierbij is uitgegaan van een n layout met zijperrons, zodat de bak zo smal mogelijk is. Immers bij ee en eilandperron, zoals nu ook bij Koog- Zaandijk en Koog-Bloemwijk het geval is moeten de sporen wijken om aan de buitenkant van het perro on te komen, hierdoor is over grotere lengte een bredere bak nodig, wat dirrect van invloed is op de kosten (zie afbeelding).
Afb. 17 Visualisatie voor een verdiepte ligging in Dieren (planfase)
Op de verdiepte stations Koog- Zaandijk en Koog-Bloemwijk halteren geen intercities. De perrons zijn daarom 220m lang, met aan weerszijde nog eens 30m extra die nodig is voor het zicht van de machinist (dit is de zichtlengte). i htl t )
Bij de stations is een eenvoudige voetbrug over het spoor gedacht alss perronontsluiting, welke gecombineerd kan worden met een fietsverbinding De ruimte die ontstaat ter plekke van het huidige spoo fietsverbinding. or wordt dan benut om een goede voorplein inrichting te realiseren tusse en station en weg. Vanaf deze verbinding zal per perron een trap en een n lift worden aangelegd.
11 11
Varian nt A1
Varian nt A2
Varia ant B
Afb. 18 O Overzicht i ht ruimtebeslag i t b l varianten i t quick i k scan verdiepte ligging
12
Varia ant C
12 12
Ontwerpnormen Spoor
Aantal sporen
De ontwerpvoorschriften geven voor het ontwerp van verdiepte sporen
Op dit moment liggen er twee hoofdsporen op het tracé, voor de verdiepte
eisen en wensen aan voor de toe te passen horizontale en verticale
ligging wordt uitgegaan van een open tunnelbak met twee sporen. De
en boogstralen. Zo ligt de helling van het spoor in een bandbreedte tusse
toekomstvastheid van de sporen is hiermee niet gewaarborgd, er wordt
1:40 (eis) en 1:200 (wens). Afhankelijk van de situatie kan gekozen
wel eens gesproken over viersporigheid op de Zaancorridor . Dit is nog
worden voor krappere verticale boogstralen die de lengte van de
niet vastgesteld en daarmee niet als uitgangspunt meegenomen voor
tunnelbak verkorten. Om de kosten beperkt te houden wordt in Zaand dijk
deze Quick scan. Met vier sporen zou de verdiepte ligging natuurlijk flink
de 1:40 eis aangehouden. Om een eis 1:40 te mogen toepassen is he et
duurder uitvallen.
noodzakelijk om ProRail om toestemming te vragen. Er wordt uitgega aan van een ontwerpsnelheid van 140 km/uur. En er wordt voor het ontwe erp niet uitgegaan van gebruik door goederentreinen. Het spoor blijft wel geschikt voor goederentreinen, maar deze kunnen in het gehele gebie ed niet tot stilstand komen omdat de kans op koppelbreking bij het remm men en of optrekken hoog is. Bij een hellingpercentage van 25‰ dient rekening te worden gehouden met een hellingbaanlengte van ca 350m m. In deze 350m kan de baan van maaiveld tot -7m dalen. Er liggen geen wissels in het genoemde baanvak.
Het aansluitgebied op de bestaande baan en begin helling zal wegenss de ontwerpsnelheid bestaan uit een ruime S-boog met stralen van ca 400 00m; de benodigde lengte om deze boog te kunnen inpassen is circa 630m m. Op de afbeelding is een S S-boog boog schematisch weergegeven weergegeven, deze afbeeld ding laat tevens de extra benodigde ruimte voor het spoortracé zien. Er wo ordt
S-boog
dan rekening gehouden met een nieuwe spoor-as, die12m uit de bestaande spooras komt te liggen. Hierdoor is er ruimte om met minim male hinder te bouwen. bouwen Deze ruime bogen zijn nodig om ervoor te zorgen d dat de zichtlijnen zo optimaal mogelijk blijven.
Afb. 19 Aansluiting sporen door middel van een S-boog
13 13
Afb. 20 Schets variant A1
14
14 14
2.2 variant A1 Spoor onder Guisweg Variant A1 is de variant waarbij het spoor onder de Guisweg door zal gaan. Het spoor zal verdiept worden met een helling van 25%o en zal in de lengte 350m bedragen. Wanneer de sporen op maaiveld liggen is er een ruimte van 630m nodig om de sporen te laten aansluiten op het huidige sporennet. Het station ligt net buiten de tunnelbak en daarmee e bovengronds, maar zal wel verplaatst moeten worden. Er ontstaat tusssen het nieuwe spoor en de N203 een ruimte die opnieuw ingericht kan worden.
Variant A1 • Spoor onder Guisweg • Verdieping p g zo kort mogelijk g j • Station Koog Zaandijk, bovengronds verplaatst • Effect over ca 2210m
Afb. 21 Doorsnede variant A1 (bestaande Afb situatie boven)
15 15
Afb. 22 Schets variant A2
16
16 16
2.3 variant A2 verdiept station Koog-Zaandijk Variant A2 gaat net als variant A1 onder de Guisweg door, maar heefft tevens een verdiept station. De tunnelbak wordt hiermee met 220 metter verlengd. De tunnelbak zal net na de A8 op maaiveld zijn en daarna aansluiten op het huidige spoornet. In nevenstaande doorsnede is de huidige situatie van station KoogZaandijk geschetst en de variant A2 met de verdiepte ligging. In deze schets is gekozen voor twee zijperrons, met opgangen en een loopfietsbrug over de tunnelbak.
Variant A2 • Spoor onder Guisweg • Verdiept p station Koog g -Zaandijk j • Effect over ca 2210m
Afb. 23 Doorsnede variant i t A2 (b (bestaande t d situatie boven)
17 17
Afb. 24 Schets variant B
18
18 18
2.4 variant B Variant B heeft een tunnelbak over een lengte van 2360m, deze tunnelbak kan zowel gesloten als open worden uitgevoerd. Wanneer en gekozen wordt voor een open bak zal op een aantal plaatsen viaducte over de bak geplaatst moeten worden. Naast de lengte van 2360m is een ruimtereservering van 630m aan weerszijde nodig om het nieuwe spo oor op het huidige spoor te laten aantakken. De stations Koog-Zaandijk en Koog Bloemwijk zullen beide verdiept in de tunnelbak worden aangele egd.
Momenteel liggen er aan de westzijde van het spoor enkele watergan ngen, het verdiepen van het spoor zal aan deze zijde gebeuren wat beteken nt dat er een groot deel van het water zal verdwijnen en gecompenseerd die ent te worden.
Variant B • Spoor onder Guisweg tot aftakking spoor • Verdiept station Koog -Zaandijk Zaandijk • Verdiept station Koog Bloemwijk • Effect over 3620m
Afb. 25 Doorsnede variant B (bestaande Afb situatie boven)
19 19
Afb. 26 Schets variant C
20
20 20
2.5 variant C Variant C is gelijk aan variant B tot de aftakking van het spoor. In Variiant C is de tunnelbak verder doorgetrokken waardoor de aftakking naar Purmerend wordt verhoogd. Momenteel is deze aftakking deels verho oogd uitgevoerd en deels op maaiveld. Door beide sporen te verhogen verdwijnt de barrière van het spoor. De vrijgekomen openbare ruimte zal opnieuw moeten worden ingericht, hoeveel dit nu echt is zou verder onderzocht moeten worden. Deze variant heeft de grootste ruimtelijke e impact met een totale lengte van circa 5600m.
Variant C • Spoor onder Guisweg tot aftakking spoor (als variant B) • Sporen naar Purmerend beiden verhoogd • Verdiepte stations Koog Zaandijk en Koog Bloemwijk (als B) • Effect over circa 5600m
Afb. 27 Doorsnede variant C (bestaande situatie boven)
21 21
3 Afweging varianten 3.1 Kosten
Variant C
Zie bijlage voor de ramingen
Civiele kosten: ca. € 260.000.000,-
A1: ca. € 125.000.000,-
Baan & spoorbouw: ca. € 43.000.000,-
A2: ca. € 168.000.000,-
Overig: ca. € 76.000.000,-
B: ca. € 333.000.000,C: ca. € 379.000.000,-
Totalen zijn investeringskosten exclusief BTW, met een bandbreedte van – 25 / +40%, bij een betrouwbaarheid van 70%.
De kosten zijn onderverdeeld in civiele kosten, kosten baan en spoorbouw en overige kosten. Onder overige kosten vallen de kosten n van
De kosten van een dergelijke ingreep zijn altijd hoog, maar dat wil niet
het tijdelijke en definitieve station, de fietstunnel en aanpassingen aan n
zeggen dat deze overal hetzelfde zijn. De kosten van de ingreep zijn erg
viaducten.
afhankelijk van de specifieke situatie. Soms worden lagere bedragen bekend gemaakt op basis van andere gebouwde spoortunnels of verdiept
Variant A1
gelegen spoorbakken in den lande. In Zaanstad zijn de kosten erg hoog in
Civiele kosten: ca. € 78.500.000,-
vergelijking met andere, zelfs al bij een korte variant.
Baan & spoorbouw: ca. € 20.000.000,Overig: ca. € 26.500.000,-
De reden waarom dit soms in andere gebieden goedkoper uit lijkt te vallen, kan de volgende oorzaken hebben;
V i t A2 Variant
•
D grondgesteldheid De d t ldh id iin Z Zaanstad t d iis uitermate it t llastig ti om iin tte b bouwen.
Civiele kosten: ca. € 112.000.000,-
Door de hoge waterstand met slappe grond is het maken van de
Baan & spoorbouw: ca. € 23.000.000,-
constructie veel duurder dan bijvoorbeeld in de hogere zandgronden.
Overig: ca. € 33.000.000,-
•
De regelgeving ten aanzien van veiligheid, bijvoorbeeld blussystemen en vluchtwegen wordt alsmaar aangescherpt aangescherpt. Hierdoor is het nu
Variant B
duurder een tunnel of verdiepte bak aan te leggen dan enkele jaren
Civiele kosten: ca. € 222.000.000,-
geleden.
Baan & spoorbouw: ca. € 35.000.000,Overig: ca ca. € 76.000.000,76 000 000
•
Niet altijd wordt gerekend met investeringskosten, soms worden bouwkosten genoemd genoemd, maar dan zijn de totale (investerings (investerings-)) kosten veel hoger.
22
22 22
3.2 Meerwaarde verkeersafwikkeling De kruising van de Guisweg met het spoor wordt in alle varianten ongelijkvloers opgelost. Dit zal de verkeersafwikkeling verbeteren, wa ant wachttijden voor een dichte spoorboom zijn dan niet meer aan de orde. Ook de veiligheid neemt hierdoor toe.
Door de verbeterde doorstroming zijn de effecten op leefklimaat al verminderd, doordat auto’s minder remmen en optrekken verbeterd de d luchtkwaliteit en de geluidssituatie.
In de meer uitgebreide varianten is het mogelijk om nog meer verbindingen van oost naar west aan te leggen op maaiveld. In varian nt C wordt ook de gelijkvloerse kruising van het (enkele) spoor naar Hoorn n vervangen door een ongelijkvloerse kruising, waardoor ook hier de verkeersafwikkeling en de veiligheid verbetert.
3.3 Meerwaarde ontwikkeling D l iis d Doel de ruimtelijke i t lijk kwaliteit k lit it in i alle ll varianten i t te t verbeteren. b t Het H t effe ff ctt verschilt per variant. Door de verdiepte ligging die aan de westkant van het bestaande spoor komt te liggen ontstaat er een ruimte tussen het spoor en de N203, dit is de strook waar nu het spoor ligt. Deze ruimte e zal opnieuw ingericht moeten worden worden.
Het ligt voor de hand om te denken over ontwikkeling van gebouwd programma op de vrijkomende grond, dit is immers een zeer centrale plek aan de hoofdstructuur van Zaanstad Zaanstad, op een goede zichtlocatie. zichtlocatie Dit g geldt met name voor de varianten B en C, waar een lange strook vrijkomt.
Afb. 28 Vrijkomende strook voor ontwikkeling, ca 10 meter breed
23 23
Voor de bebouwing aan de Pellekaanstraat en Parallelweg aan de
breedte van de strook, er zal mogelijke overlast voor het verkeer
overzijde van de Provincialeweg zou bebouwing van de strook een
optreden.
meerwaarde kunnen hebben: •
•
•
et Er ontstaat een afscherming van het geluid van het spoor naar he
Met name door het eerste punt van de beperkte ruimte en de milieukwaliteit
westelijk woongebied. Ook wanneer dit geen gesloten wand vormt,
is het lastig een geschikte functie te werven. Woningen en kantoren zijn erg
zoals bij een geluidsscherm kan dit positieve effecten hebben op het h
lastig te plaatsen in deze strook, waarmee het onwaarschijnlijk is dat een
leefklimaat.
ontwikkeling zich ook vertaalt in redelijk rendement uit de grondwaarde.
Door de bebouwing van de strook zijn ook de treinen uit het zicht. Dit kan als voordeel ervaren worden, maar ook kan het verminderd zicht
3.4 Meerwaarde ruimtelijke kwaliteit
een nadeel zijn.
Ook wanneer er geen geschikte functie gevonden wordt voor ontwikkeling
Door het tweezijdig bebouwen van het profiel van Provincialeweg zal
van de strook, zal de vrijkomende ruimte een waarde kunnen generen voor
het meer het karakter krijgen van een stedelijke weg.
de omgeving. Het gaat dan met name om de benutting van de strook voor (kijk) groen of verkeersruimte.
Voor ontwikkeling kent de locatie wel wat nadelen: •
•
De strook is echter wel zeer smal waarmee de mogelijkheden
In variant A1 is de impact op de openbare ruimte relatief gering, de
ingeperkt worden. Door de ligging tussen spoor en weg is het ook
tunnelbak is zo kort mogelijk en het station zal verplaatst worden naar het
moeilijk een aantrekkelijk milieu te bieden, er is altijd hinder van ge eluid
noorden. De verplaatsing van het station heeft consequenties voor de
en dergelijke. d lijk O Ook k veiligheid ili h id kkan een b belangrijke l ijk roll spelen, l dit iis nu
verkeersafwikkeling k f ikk li , d de ffuncties ti voor voor- en natransport t t mett het h t
niet onderzocht.
bijbehorend ruimtebeslag en de openbare ruimte. Deze functies zullen wel
Ondanks de ligging aan de weg is de bereikbaarheid niet eenvoud dig,
zichtbaar op het maaiveld blijven. Door de verlegging van het spoor naar het
er is geen ruimte voor parallelwegen en een extra ontsluitingsweg
westen is er in de vrijkomende strook wat meer ruimte voor deze functies.
mag niet ten koste gaan van de doorstroming op de Provincialewe eg eg.
•
Een zogenaamde fietsstraat, waarin de fietsroute gecombineerd wordt w
In variant A2 is de tunnelbak langer door de verdiepte ligging van station
met bestemmingsverkeer lijkt de enige optie.
Koog-Zaandijk. Deze verdiepte ligging betekent meer ruimtebeslag en een
Hoewel de rails nu op een zandlichaam liggen, is de grond nog nie et
bredere tunnelbak. Het station kan wel op de huidige locatie gehandhaafd
geschikt voor bebouwing bebouwing, waarschijnlijk dient deze gesaneerd te
blijven maar dan in een verdiepte bak bak. Door middel van een brug voor
erkte worden. Ook in de bouwfase is lastig te organiseren door de bepe
langzaamverkeer worden beide zijden en de perrons verbonden.
24 24
Ook hier ontstaat wat meer ruimte voor een pleintje met functies van voorv en natransport in de strook waar nu nog het spoor ligt.
00m De varianten B en C hebben met een lengte tussen de 3000m en 500 een grote impact op de omgeving. De barrière van het spoor zal verminderd worden en er ontstaat een strook ruimte tussen het spoorr en de Provincialeweg die opnieuw ingericht kan worden. Ter plekke van de twee stations er is ruimte voor inrichting van een pleintje met stationsfuncties. De barrièrewerking van het spoor neemt af, maar de ruimtelijke barriè ère van de Provincialeweg blijft bestaan. Wanneer blijkt dat een verdiepte e ligging van het spoor financieel haalbaar is, kan nog verder gestudeerrd worden op een goede inpassing van het verdiepte spoor in relatie tott de weg.
Bij variant C zal de barrière voor het verkeer verminderen, maar ruimttelijk zal de inpassing van een hoge brug nog een belangrijke ontwerpopga ave vormen. Verder V d ontstaat t t t ookk hier hi ruimte i t onder d h hett spoor, welke lk vraag gtt om een nieuwe inrichting.
Verder geldt dat overal waar het spoor verdiept ligt de geluidsoverlastt van het spoor iets wordt ingeperkt. ingeperkt Met het toepassen van akoestisch materiaal op de wanden zal de situatie nog verder verbeteren. Bij een n echte ondertunneling is de geluidsreductie maximaal.
25 25
4 CONCLUSIE Aan de hand van de varianten uit de quick scan kunnen de volgende conclusies worden getrokken:
•
00 en De genoemde varianten worden geraamd tussen de €125.000.00 € 379.000.000, (investeringskosten exclusief BTW, met een bandbreedte van – 25 / +40%, bij een betrouwbaarheid van 70%);
•
De varianten zijn fysiek inpasbaar ten westen van de bestaande sporen, maar de inpassingsconsequenties zullen nader onderzoch ht moeten worden;
•
Er is uitgegaan van tweesporigheid, waarmee de varianten mogeliijk niet toekomstvast zijn;
•
De barrière wordt niet geheel opgeven; de verkeersafwikkeling verbetert wel sterk door de ongelijkvloerse oplossing van de Guisw weg. De ruimtelijke meerwaarde is beperkt, door dat de Provincialeweg blijft liggen. Mogelijkheden om de barrierewerking verder te vermindere en door ook de weg aan te passen zouden later verder onderzocht kunnen worden.
•
D ruimte De i t di die vrijij kkomtt voor andere d d doeleinden l i d iis ongeveer d de stro t ookk waar nu het spoor ligt. De mogelijkheden voor gebiedsontwikkeling g in deze strook zijn beperkt, het ligt voor de hand om deze strook her in te richten als water- en groen zone of te benutten voor verkeersdoeleinden of parkeren parkeren. Het verdient aanbeveling om ookk hier integraal naar te kijken , dus gecombineerd met de weg, de gehele verkeersstructuur, de stations en andere ontwikkelingen.
26
26 26
COLOFON Quick scan Zaandijk - Verdiepte ligging spoortracé
Opdrachtgever
Gemeente Zaanstad Eric de Niet
Uitgave
Movares Nederland B.V. Leidseveer 10 Postbus 2855 3500 GW Utrecht
Telefoon
030 265 55 55
Telefax
030 265 55 62
Projectteam
Willem Ottevanger (projectleider) Nicole van der Waart (stedenbouwkundige) Martijn Dijkers (kostendeskundige) Albert Roeleveld (spoordeskundige) Remco van der Wosten (verkeerskundige) Lonneke van den Elshout (stedenbouwkundige)
Projectnummer
MR101787
Versie
Definitief, versie 1.0 Augustus 2010
27 27