OP ZOEK NAAR DE OORLOGSGESCHIEDENIS VAN JE EIGEN DORPS- OF STADSGEMEENSCHAP
PROVINCIE VLAAMS-BRABANT DE AANLOOP TOT DE BEZETTING De provincie was in de Belgische strategie niet bedoeld als slagveld. De vestingen waar verzet zou worden geboden, lagen immers in de naburige provincies. Enkel de opstelling van het Belgische veldleger was natuurlijk een onbekende factor. Maar er werd van uitgegaan dat dit leger zich aan de grenzen zou opstellen of toch minstens in de Maasvallei om zo het centrum van het land zo lang mogelijk te behoeden voor bezetting. De legerleiding besliste op het laatste ogenblik om de hoofdmacht van het veldleger te concentreren in het centrum van het land. Oost-Brabant werd aangeduid. Van daaruit lagen een resem opties tot verdere operaties open. In principe was de burgerbevolking beschermd door het oorlogsrecht van Genève. In de praktijk was ze dat niet. OP ZOEK NAAR HET BELGISCHE LEGER Denk aan het onderscheid veldleger-vestingleger. De meeste soldaten uit de lotelingentijd voor de militiewet van 1909 behoorden tot de “troupes de forteresse” en werden in meerderheid gevangen genomen of in Nederland geïnterneerd. Jongere lichtingen zijn terug te vinden in de gevechtseenheden van het veldleger. Individuele dossiers van de militairen zijn belangrijk omdat ze feitelijke gegevens bevatten. Bijvoorbeeld de eenheid of de datum van een verwonding. Aan de hand daarvan kan in het archief van de eenheden (vooral op divisieniveau) gezocht worden naar info betreffende de gebeurtenissen. Als je het regiment kent, is het ook mogelijk naar dagboeken en persoonlijke getuigenissen te gaan zoeken. Persoonlijke dossiers zijn verdeeld over: Legermuseum (tot en met geboortejaar 1888). Hoofdkwartier Evere (vanaf geboortejaar 1889). Dienst voor veteranen: www.warveterans.be Officieren: Legermuseum Archieven van eenheden en diensten te vinden in Legermuseum (Jubelpark) Deels in chaos teruggekeerd uit Moskou, deels overgedragen door Historische Dienst van de Krijgsmacht. Militair archief is ook belangrijk voor burgerbevolking. Veel operaties van de eerste drie maanden bewegingsoorlog spelen zich af op Brabantse bodem. De dossiers die de historische dienst daarover samenbracht zijn te vinden in het „Moskou‟-archief in het Legermuseum en digitaal te zoeken op basis van datum en divisie. 1
Krijgsraden In het Rijksarchief te Anderlecht vinden we de vonnisregisters, dossiers (en soms de rollen en pv‟s van de zittingen) van bijna alle Krijgsraden die te velde functioneerden tijdens de oorlog (1914-1919). Elke legerdivisie had gedurende de hele oorlog haar eigen Krijgsraad. Ook de Belgische soldaten verbonden aan de geallieerde legers vielen onder een aparte Krijgsraad (met standplaats in Bourbourg, Duinkerke, Poperinge, Watou, De Panne en Roesbrugge). Bij het algemeen hoofdkwartier was eveneens een Krijgsraad actief (achtereenvolgens in De Panne, Veurne, Wulveringem, Oostvleteren, Houtem en Brussel). Archieven zijn in meerdere rijksarchieven beschikbaar. HORVAT S., De vervolging van militairrechtelijke delicten tijdens Wereldoorlog I: de werking van het Belgisch krijgsgerecht, Brussel, 2009. DEPOORTERE R., La juridiction militaire en Belgique, 1796-1998. Compétences et organisation. Production et conservation des archives, Brussel, 1999. Krijgsgevangenen (en ook burgerlijke gevangenen zoals in Diest) VANDEN BOSCH H., Inventarissen van de archieven van de Belgische Hulpcomités in de krijgsgevangenkampen van Altenau im Harz, Altengrabow, Celle, Dyrotz, Friedrichsfeld, Giessen, Göttingen, Güstrow, Hamelen, Heilsberg, Holzminden, Kassebruch, Kassel, Langensalza, Limburg an der Lahn, Magdeburg, Merseburg, Munster III, Parchim, Schneidemühl, Sennelager, Soltau, Stendal, Wittenberg, Zerbst en van het Hulpcomité in de gevangenis te Diest (1914-1922), Brussel, 2009. MEDISCHE ZORG De archieven van de Medische Dienst van het leger gingen bijna volledig verloren evenals de archieven van de veldhospitalen in Cabour (Adinkerke), Hoogstade, De Panne, Vinkem en Beveren-aan-de-IJzer en van de Belgische ziekenhuizen in het buitenland b.v. in Orival, Rouen („bon-secours’), Saint-Aubin en de verschillende King Alberts hospitals in Londen. Ook de archieven van het Atelier de mécanothérapie in Rouen, van het Institut des invalides et mutilés de guerre in Sainte-Adresse en van het Institut de reéducation militaire in PortVillez zijn verdwenen. Belgische Rode Kruis Archiefdienst van het Rode Kruis Vlaanderen Dit archiefbestand valt uiteen in twee delen omdat het Rode Kruis functioneerde in het bezette én het onbezette landsgedeelte. Wat de werking in het bezette grondgebied betreft, vinden we de processen-verbaal van het medisch comité, het directiecomité en van de algemene raad van 28 maart 1915 terug. Daarnaast zijn er briefwisseling met de Duitse afgevaardigde in het directiecomité, statistieken en rekeningen. Deze archieven worden op dit ogenblik geïnventariseerd in detail en zijn daarna ter beschikking in Algemeen Rijksarchief. Ze bevatten onder meer steekkaarten van de gewonde of zieke militairen. ONDER HET DUITSE BEZETTINGSREGIME: Nationale bestuursniveau verdwijnt grotendeels. De regering zit in Le Havre. De Duitsers nemen veel ministeries gedeeltelijk of volledig over. Wat wel nog functioneert en er veel verantwoordelijkheden bij krijgt: 2
GEMEENTELIJK NIVEAU Enkele voorbeelden: Stadsarchief Leuven Hier bevinden zich de notulen van de vergaderingen van de gemeenteraad, het schepencollege en van het comité van notabelen, de stadsrekeningen en de bevolkingsregisters. De Duitse verordeningen werden ontsloten via een aparte inventaris met meer dan 1.000 nummers. Daarnaast zijn er dossiers over de plundering en verwoesting van de stad in augustus 1914, de lokale hulp-comités, de ravitaillering, de steun aan werklozen en oorlogsslachtoffers, de uitgifte van gemeentebonnen, het politietoezicht, de prostitutie, het activisme, de hulp aan de krijgsgevangenen en de opeising van linnen, koper, bomen en paarden. Daarenboven zijn er lijsten van vermiste, gesneuvelde en gewonde soldaten, vluchtelingen, krijgsgevangenen en van ter dood veroordeelde burgers. Uit de naoorlogse periode dateren dossiers over de wapenstilstand, de wederopbouw, de omwisseling van de Marken, de oprichting van oorlogsgedenktekens, de organisatie van officiële plechtigheden en de uitreiking van allerhande attesten aan oorlogsslachtoffers. Het stadsarchief bezit tevens een uitgebreide fotocollectie (ook het stedelijk museum Vander Kelen-Mertens bezit een fotocollectie). De inventaris op steekkaarten werd gedigitaliseerd. Zie ook : Bulletin communal, Leuven, 1914-1918. CEUNEN M. en VELDEMAN P., Aan onze helden en martelaren…beelden van de brand van Leuven (augustus 14), Leuven, 2004. Rapport sur l’administration et la situation des affaires de la ville de Louvain, Leuven, 1919. SCHOLLER P., Het geval Leuven en het Duitse witboek: een kritisch onderzoek van de Duitse documentatie over de gebeurtenissen te Leuven van 25-28 augustus 1914, Leuven, 1958. UYTTENHOVE P. en CELIS J., De wederopbouw van Leuven na 1914, Leuven, 1991. Verzameling van het Stedelijk Museum in Aarschot Het archief van het stadsbestuur werd hier vermengd met verzamelde documentatie en allerhande voorwerpen. Zo bleven de rekeningen, jaarverslagen en notulen van het gemeentebestuur bewaard. Verder zijn er Belgische en Duitse aanplakbrieven, lijsten van de op 19-20 augustus 1914 vermoorde Aarschotse burgers en van de gesneuvelde soldaten. Ook beschikbaar zijn het dagboek van Louis Nijs, een manuscript van Clementine De Leender: „Oorlogsjaren van een 13-jarig meisje’ (over de vlucht naar Tewkesbury in Engeland) en vooral het lijvige (onuitgegeven?) manuscript van een boek over de gebeurtenissen in Aarschot van E.H. De Vroey. Te vermelden zijn ook de documentatie over de moord op pastoor Dergent van Gelrode en de krantenknipsels over de herdenkingen. De nodige medailles, doodsprentjes, affiches, foto‟s van de verwoestingen, oud-strijders, monumenten, schilderijen en tekeningen onder andere van de hand van pater Raskin (zie archief Scheutisten in KADOC) vervolledigen de verzameling. Tenslotte wijzen we nog op het rijke documentatie- en fotomateriaal verzameld door Ivo Van Hee ter voorbereiding van een boek (krantenknipsels, doodsprentjes, prentbriefkaarten van krijgsgevangenen en vluchtelingen). Er bestaat een plaatsingslijst op trefwoord. Stadsarchief Tienen Ten eerste worden in dit bestand de jaarverslagen, de notulen van de gemeenteraad, de kas- en grootboeken, de begrotingen en de rekeningen van het Weldadigheidsbureel en de Burgerlijke Godshuizen bewaard. Daarnaast er is briefwisseling met de Bezirkskommandantur, dossiers over de ravitaillering, de opeisingen, de inkwartieringen en de oorlogsschade, een lijst van de 3
in het bezette gebied toegelaten kranten en tijdschriften en een lijst van de Belgische soldaten begraven in de oude kerk van Grimde en op het stedelijk kerkhof op 18 augustus 1914. Te signaleren is ook het verslag van politiecommissaris Franssen over de rellen bij een activistische manifestatie in 1918. Uit de naoorlogse periode dateren dossiers over de oprichting van het militair kerkhof in Sint-Margriete-Houtem, de herdenking van de slag bij Sint-Margriete-Houtem en het gedenkteken, de oprichting van het oorlogsmonument (met plannen van architect L.J. Goovaerts). Ten tweede bevat dit bestand veel documentatie en losse archiefstukken afkomstig van andere archiefvormers. Zo vinden we hier een lijst van de gewonden verzorgd in het annunciatenklooster, de oorlogsherinneringen van archivaris Jan Wauters, foto‟s van soldaten en naoorlogse plechtigheden, noodgeld, patriottische pamfletten, krantenknipsels over de militaire gebeurtenissen in de buurt in augustus 1914 en uitnodigingen, toegangs- en menukaarten en affiches van de activiteiten georganiseerd door de Nationale Oud-Strijdersbond van Tienen. Inventaris van het hedendaags archief van Tienen. Het stadsarchief bewaart ook het archief van het plaatselijk Hulp- en Voedingscomité, maar dit wordt nu geïnventariseerd. Stadsarchief Halle Hier berusten de brievenboeken, de briefwisseling van de medische commissie, de briefwisseling inzake de oorlogsschade, het opeisingenregister, de nodige rekeningen, mandaten en dossiers over de herdenkingen en monumenten. Te vermelden zijn eveneens de aanplakbrieven betreffende de bevoorrading en enkele stukken over ereburger generaal Jacques de Dixmude. Verder zijn er notulen van de vergaderingen van het hulpcomité Aide et Protection aux œuvres de l’ enfance (1915-1918) en van het Comité voor Volksontwikkeling, een affiche van het Nationaal Werk voor Oorlogswezen en het ledenboek van de samenwerkende vennootschap Les sinistrés de la région de Hal. Een deel van het archief van het lokaal Hulp- en Voedingscomité verzeilde hiertussen. Plaatsingslijst ter plaatse raadpleegbaar. Een parallelle „administratie‟: HULP- EN VOEDINGSCOMITÉ Veel is vernietigd van het Nationaal Hulp- en Voedingscomité, het Hulp- en Voedingscomité van de provincie Brabant en van tal van lokale comités. Wegens plaatsgebrek in het Algemeen Rijksarchief werd een groot aantal archiefbestanddelen in de jaren 1950-1960 eenvoudig weggegooid door de toenmalige archivarissen. Voor Brabant: dit archiefbestand bevat de verslagen en notulen van het provinciaal comité, het uitvoerend comité en het directiecomité, omzendbrieven en instructies, dossiers en briefwisseling met de aangesloten comités, een rijke reeks thematische dossiers (o.a. over de relaties met de bezetter en met de gerechtelijke autoriteiten), dossiers over de verdeling van kleding, inspectie-dossiers van de lokale comités en stukken i.v.m. hulp aan families van Franse soldaten en andere Franse en Belgische vluchtelingen Wat er wel nog is in het Algemeen Rijksarchief, te zoeken via: AMARA M., Inventaire des archives du Comité Nationale de Secours et d’Alimentation, Brussel, 2009. AMARA M., Inventaire des archives du Comité nationale de Secours et d’Alimentation pour le Brabant, Brussel, 2009 Zie ook : CASTIAU M., Heures de détresse. L’œuvre du Comité national de secours et d’alimentation et de la Commission for relief in Belgium, Brussel, 1915.
4
JUSTITIE bestaat nog wel Archieven te vinden en te raadplegen via de rijksarchieven. Vredegerechten Zowat elk Vredegerecht heeft inmiddels zijn archieven neergelegd bij het Rijksarchief (althans in Vlaanderen). Deze archieven worden doorgaans opgedeeld in burgerlijke zaken (bescheiden betreffende de verzoenings-procedure, de contentieuse en de willige rechtsmacht) en strafzaken. Het gaat in de eerste plaats om de minuten van de akten en vonnissen (al dan niet met -uitgegeven- repertoria), de voogdijregisters, de rollen en zittingsregisters, de registers der verzoeningen en de vonnisregisters. De eigenlijke dossiers bleven slechts zeer sporadisch bewaard. MUYS E., Inventaris van de archieven van de vredegerechten van Vlaams-Brabant (18981975), Brussel, 1996. VELLE K., (red.) Inventarissen van de archieven van de vredegerechten Asse ((1796) 18571972), Borgerhout (1825-1978), Brecht (1818-1970), Herentals (1803-1985), Herzele (18171970), Izegem (1912-1914), Landen (1858-1955), Nederbrakel (1796-1970), Oosterzele (1880-1966), Puurs (1834-1987), Ronse (1850-1975), Tienen (1892-1936), Zandhoven (1829-1957 en 1945-1977) en Zottegem (1849-1876). Overdrachten 1996-2000, Brussel, 2000. Politierechtbanken De politierechter vonnist de overtredingen en kleine wanbedrijven. Jeugdrechtbanken In de bestanden van de Jeugdrechtbanken van Leuven, zijn dossiers terug te vinden uit de periode 1914-18. Het betreft doorgaans de minuten van de vonnissen, de proces- en de persoonsdossiers. Eerder sporadisch bewaard zijn de zittingsrollen, klappers, repertoria en dossiers betreffende seponering en officieuze berispingen. BOUDREZ F., Inventarissen van de archieven van de rechtbanken van eerste aanlegjeugdrechtbanken te Antwerpen, Brugge, Dendermonde, Gent, Hasselt, Kortrijk, Leuven, Mechelen, Oudenaarde, Tongeren en Veurne, Brussel, 2001. Rechtbanken van koophandel De archieven van de Handelsrechtbanken van Antwerpen, bevatten stukken uit de periode 1914-1918. Doorgaans vindt men de rollen, stukken i.v.m. de verkiezing van de handelsrechters, de minuten van de vonnissen en akten (en zittingsbladen), dossiers inzake faillissementen, dossiers inzake concordaten, uittreksels uit huwelijkscontracten, uittreksels uit akten van vennootschappen, repertoria en de processen-verbaal van de neerlegging van fabrieks- of handelsmerken terug. Gevangenissen In de archieven van de Belgische gevangenissen, gevestigd in zowat elke grote stad, vinden we stukken terug uit de periode 1914-1918. Het betreft de notulen en de briefwisseling van de administratieve commissie, archieven van de directeur, de dienstorders, de personeelsregisters en -dossiers, financiële stukken, de notulen van de personeelsconferentie, de indicateurs van de aankomst en vertrek van gedetineerden, de zgn. „bevolkingsregisters‟, de waardevolle registers van de morele verslaggeving, het register van de aan de gedetineerde opgelegde straffen, de (inhoudelijk zeer rijke) opsluitingsdossiers, de rollen van het arresthuis, het strafhuis en het huis van bewaring en uitzonderlijk het dagboek van de geneesheer.
5
Vermeldenswaard zijn ook de rollen van de politieke gedetineerden die door de bezetter opgesloten werden tijdens de Eerste Wereldoorlog.2. ELSLANDER S. en VELLE K., Inventarissen van het archief van de centrale gevangenis (1860-1940) en van de hulpgevangenis (1951-1970) te Leuven. Overdrachten 19971998, Brussel, 1999. VELLE K., Inventarissen van het archief van het interneringscentrum en van de hulpgevangenis te Leuven (1808-1986), Brussel, 1998. rechtbanken en hoven voor oorlogsschade De Rechtbanken en Hoven voor Oorlogsschade, opgericht bij besluitwet van 23 oktober 1918, moesten uitspraak doen over het herstel van de lichamelijke en materiële schade die de Belgen geleden hadden als gevolg van het oorlogsgeweld. De Hoven voor Oorlogsschade, waar men in beroep kon gaan, waren gevestigd in Gent, Brussel en Luik. Helaas bleven enkel de minuten van de vonnissen bewaard (soms met klappers en rollen). De dossiers werden vermoedelijk vernietigd. Er bestonden Rechtbanken voor Oorlogsschade in Leuven. E. ARCHIEVEN VAN PRIVATE PERSONEN Schmit Emile Advocaat Schmit was de Leuvense schepen van Onderwijs gedurende de oorlog. Hij was nauw betrokken bij het lokaal Hulp- en Voedingscomité. In dit persoonsarchief vinden we de verslagen van het Nationaal en het Provinciaal Hulp- en Voedingscomité van Brabant, de notulen van de vergaderingen van het arrondissementeel bevoorradingscomité (1914-1915) en de verslagen van het lokaal Hulp- en Voedingscomité (vooral de afdelingen voeding en schoolmaaltijden komen aan bod). Verder zijn er ook dossiers over de hulp aan geteisterden en oorlogsinvaliden, het herstel van de oorlogsschade, het onderwijs en het gevangeniswezen bewaard. In Stadsarchief Leuven. Er bestaat een onuitgegeven inventaris. Thielemans Louis Louis Thielemans werd in 1915 schepen van Financiën in Leuven en schopte het later tot socialistisch senator. In dit persoonsarchief vinden we de notulen van de plaatselijke oogst-commissie (uit 1917), de rekeningen van soepuitdelingen en schoolmaaltijden en de verslagen van de coöperatie L’alimentation dans la région de Louvain (1917-18). In Stadsarchief Leuven Jan Boon (in KADOC) In dit archief vinden we de verslagen van de literaire kring Hooger-Op, de statuten, ledenlijst, verslagboeken en briefwisseling van de Groeningerwacht in Halle en het verslag van de algemene vergadering van het Verbond der Groeningerwachten. Tevens is er briefwisseling i.v.m. de medewerking van Boon aan Vlaamsch Leven, Zelfstandig Vlaamsch Geïllustreerd Weekblad. Ook het dagboek van Jan Boon bleef bewaard. Daarnaast zijn er de nodige stukken betreffende de gerechtelijke vervolging van Boon wegens activisme, (officiële stukken, briefwisseling en het dagboek van zijn gevangenschap). Boon verzamelde krantenknipsels
6
over het uitbreken van de oorlog, het activisme, de vernederlandsing van de Gentse universiteit en de Vlaamse Beweging in Halle. NAUWELAERTS W. e.a., Inventaris van de papieren van Jan Boon- Maria Ceulemans, Leuven, 1987. Leo Magits De Leuvense activist Magits (1899-1990) vluchtte in november 1918 samen met Pieter Ursi naar Duitsland en later naar Nederland. In België werd hij bij verstek veroordeeld. In zijn archief bevinden zich het programma van de Vlaamse Revolutionaire Socialistenpartij en ledenlijsten van de Vlaamsche Gouwbonden in Leuven, Tienen, Aarschot en Leefdaal. Een manuscript van een brochure over de socialisten en de Eerste Wereldoorlog (1919) vervolledigt het archief. In AMSAB te Gent DE CONINCK R., Stortingslijst Leo Magits (2006). Alfred Nerinckx (1872-1943) was professor aan de rechtsfaculteit in Leuven. Van 25 augustus 1914 tot 1 februari 1915 was hij de officieuze burgemeester van Leuven en stond hij aan het hoofd van het comité van notabelen. Na de oorlog werd hij senator voor de katholieke partij. In dit bestand treffen we een relaas van de verwoesting van Leuven aan, een notaboekje en dossiers i.v.m. humanitaire hulp aan burgerlijke gevangenen, gijzelaars en gedeporteerden. Ook over de bevoorrading van de stad en de werking van het regionaal Hulp- en Voedingscomité is materiaal voorhanden. De wederopbouw, de ordehandhaving, het taalgebruik en de rechterlijke macht komen eveneens aan bod. Er bestaat een onuitgegeven inventaris. In Stadsarchief Leuven. AMSAB-ISG Gent Archief van de coöperatieve vennootschap De Proletaar in Leuven. Hier vinden we de notulen van de algemene vergaderingen, van de beheerraad en van de bestuursvergaderingen. Daarnaast valt er informatie te rapen over de brooduitdelingen en over de wederopbouw van het Volkshuis in de Leuvensestraat in Aarschot. LAPLASSE J., Inventarissen van de archieven van de Vlaamse socialistische verbruikscoöperaties, Gent (2003). F. De “RAAD VAN VLAANDEREN” Het activisme als politieke beweging. Het bleek erg moeilijk om voor de provincie een centraal, coördinerend secretariaat voor de propaganda op touw te zetten. Toch werd er een “Gouwraad” opgericht. gouwraad Brabant 651.
Dossier “Briefwisseling Gouwraad Brabant”, inzake de voorbereiding van de oprichting van een Gouwraad voor Brabant.
652.
Dossier “Uitnoodiging Brabantsche Gouwraad”, uitnodigingsbrieven voor de vergaderingen van de voorbereidingscommissie.
653.
Dossier “Geloofsbrieven Brabant”, verklaringen van activistische verenigingen inzake hun verkozen leden, ten tijde van de volksraadpleging.
7
654.
Dossier “Inrichting Gouwraad Brabant”, voornamelijk briefwisseling inzake de inrichting van de volksraadpleging en zijn gevolgen. Verdeeld in twee subdossiers arrondissement Brussel-Halle-Vilvoorde met kenletter (A) en arrondissement Leuven met kenletter (B).
655.
Dossier “Geloofsbrieven Brabant”, verklaringen van het Provinciaal Kieskomiteit en de Vlaamschen Gouwbond van Leuven inzake de verkozenen; klachtenbrief van Jan Eggen, notulen inzake het onderzoek van de geloofsbrieven.
Voorbeelden van dienstbetoondossiers Op basis van trefwoord “Teralfene”: 808. Dossier “Kolenverdeeling, klachten”, inzake de werking van Kolenverdeeling in de gemeenten Houthem, Vilvoorde, Ganshoren, Bocholt, Alsemberg, Melsbroek, Tombeek, Asse, Huizingen, Sint-Pieters-Rode, Teralfene. 1327. Dossier inzake gemeente Teralfene: verslagen door Callebaut, naamlijst, volksvergaderingen en vlugschriften. Twee kiezerslijsten 1912-1913. 2878. Neuckermans Jan. B, Teralfene, dossier inzake zijn overplaatsing van Mannheim naar Göttingen. 3535. Gowie, Teralfene, dossier inzake graanlevering aan de Ernte Kommission en leveringen van steenkool door Kolenverdeeling voor Vlaanderen, bijkantoor te Ternat. 4012. Verhegge Maria, Teralfene, dossier inzake de vertalingen van vaktermen voor het onderwijs in snit- en naad. 4298. Van Audenhoven Rufien, Teralfene, dossier inzake de vrijlating van deze naar Duitsland gedeporteerde dwangarbeider. DUITSE STRIJDKRACHTEN Te vinden in: Bundesarchiv-Militärarchiv Freiburg Bijna alles is vernietigd. De NAOORLOG Een grote massa van archieven - ter verwerking - ter bestraffing - voor de wederopbouw - ter herdenking. - Commissie voor Onderzoek naar de Duitse oorlogsmisdaden (Algemeen Rijksarchief) Zeer belangrijke verzameling getuigenissen betreffende Duitse misdaden.
8
- Administratie “Verwoeste gewesten”. De wederopbouw. Daarin kan gezocht worden op naam van de gemeenten. De Dienst der Verwoeste Gewesten werd als openbare instelling opgericht in april 1919. Zwaar geteisterde gemeenten konden zich laten „adopteren‟ door de staat om de wederopbouw te bespoedigen. In ruil voor financiële hulp kreeg de staat ruime bevoegdheden i.v.m. de heraanleg. In totaal lieten 242 gemeenten zich aannemen (waarvan 100 in WestVlaanderen). De dienst, geleid door kolonel A. Demeure, had de volgende taken: zorgen voor de repatriëring en huisvesting van de vluchtelingen (terugkeerpremie), puin en bunkers ruimen, openbare wegen herstellen, publieke en private gebouwen heropbouwen, kredieten verstrekken aan de gemeenten en het gebruik hiervan controleren. Raphaël Verwilghen was het hoofd van de bouwdienst. In totaal zouden ongeveer 20.000 gebouwen heropgebouwd worden, waaronder 140 gemeentehuizen, 237 kerken, 392 scholen en 412 andere openbare gebouwen, ter waarde van 1 miljard BEF. Ten eerste vinden we hier de algemene dossiers van de dienst: omzendbrieven, boekhouding, aanbestedingen, contracten, notulen van de vergaderingen van diverse commissies, geschillendossiers, enz. Verder zijn er specifieke dossiers over het Koning Albertfonds, architectuurtentoonstellingen, de aanleg van tuinwijken, militaire begraafplaatsen en gedenktekens,… De ware rijkdom van het archiefbestand ligt echter vooral in de dossiers die bewaard zijn voor elk heropgebouwd gebouw (met plannen, foto‟s, briefwisseling, aanbesteding, contracten en facturen). Van Leuven werden veel dossiers bewaard. NOTEBAERT A. e.a., Inventaris van het archief van de Dienst der Verwoeste Gewesten, Brussel, 1986. NOTEBAERT A. e.a., Inventaris van het archief van de Dienst der Verwoeste Gewesten, 7 dln., Brussel, 1995. MAHAIM E., La Belgique restaurée, Brussel, 1926. Resurgam. De Belgische wederopbouw na 1914, Brussel, 1985. - Het archief van de “Services patriottiques” over spionage en verzet. Lijst beschikbaar in de leeszaal van het Algemeen Rijksarchief. Geordend op basis van de naam van het netwerk. - Sekwesterdossiers van Ministerie van Financiën Enkel als het gaat om eigendommen van „vijandelijke‟ personen of bedrijven. Er kan op naam van een bedrijf en op plaatsnaam gezocht worden. Onder andere talrijke eigendommen van de familie Arenberg. Bijvoorbeeld: 1093.Dossier inzake de bomen langs de grote baan van Leuven naar Diest. Enkele voorbeelden: 1055. Dossier inzake de school aan de Rattemanspoort te Leuven. (1923-1928). 3384. Dossier “Eric Egon Igel en van Ackeren Sophie Florence Rachel”, Leuven. 3459. Dossier inzake de zusters-franciskanessen te Leuven. 3472. Dossier “Schülze Otto”, Leuven. 4113. Dossiers “Weinhold-Appenrodt Auguste”, en aandelen in de “Moulins Hungaria” te Leuven en de toepassing van artikel 11 van het K.B. van 21/09/1926. 5276. Dossier “Dr. Kreuter”, tijdens de bezetting Zivilkommissar in het arrondissement Leuven. 2096. Dossier “Freiberg Auguste”, Tienen. 9
2280. Dossiers “Cleff-Blyckaerts Guillaume en minderjarige dochter Marie Madeleine”, Brussel. Huis te Tienen, gronden en weiden te Sint-Margriet-Houtem, Kumtich, Outgaarden, Goetsenhoven, Willebringen, Hoegaarden, Overwingen, Bunsbeek en Roosbeek. Hakendover; huis te Elsene, bouwgrond te Malderen. 3423. Dossier “Scheer-Piers Georges”, Tienen. 12403. Dossier “Potten Emile”, Zaventem. 3149. Dossier “Feldheim Alexandre”, Zaventem.
- Rechtbanken en Hoven voor Oorlogsschade De Rechtbanken en Hoven voor Oorlogsschade, opgericht bij besluitwet van 23 oktober 1918, moesten uitspraak doen over het herstel van de lichamelijke en materiële schade die de Belgen geleden hadden als gevolg van het oorlogsgeweld. Helaas bleven enkel de minuten van de vonnissen bewaard (soms met klappers en rollen). De dossiers werden vermoedelijk vernietigd. VELLE K. en DHONDT J., Inventarissen van de archieven van de hoven en rechtbanken voor oorlogsschade in Vlaanderen (1919-1936), Brussel, 2001. KERKELIJKE ARCHIEVEN Vooral op niveau van het bisdom. Onder meer de naoorlogse rapporten van de parochiale geestelijkheid. Maar ook archieven van congregaties kunnen zeer rijk zijn en onverwachte vondsten opleveren. Bisschoppelijk archief van Mechelen Mercier werd in 1906 gewijd tot aartsbisschop van het bisdom Mechelen. Tijdens de bezetting groeide hij uit tot het boegbeeld van het Belgisch patriottisme. Door zijn herderlijke brieven, waarin het verzet van de bevolking tegen de Duitse bezetting tot uiting kwam, kreeg hij groot aanzien in binnen- en buitenland. Hij kantte zich tegen de Flamenpolitik. Na de oorlog verzette hij zich ook tegen het Vlaamse Minimumprogramma. Ten eerste verdient het dagboek van Mercier (1907-1925) een vermelding want dit is een zeer rijke bron (ook voor de lokale Mechelse geschiedenis). Ten tweede bleven ook de befaamde herderlijke brieven, toespraken, sermoenen en retraites van Mercier bewaard (veel van deze brieven en toespraken werden echter reeds tijdens de oorlog clandestien uitgegeven). Ten derde komen we heel wat te weten over de relaties tussen de kardinaal, de GeneraalGouverneur en de andere bezettende overheden. Mercier hield tevens per brief contact met paus Benedictus, het Vaticaan, de pauselijke nuntius in Brussel, koning Albert I, koningin Elisabeth, de Broqueville, Carton de Wiart en Schollaert. Mercier kreeg veel steunbetuigingen van buitenlandse bisschoppen en priesters. Er bleven ook stukken bewaard over zijn reis naar Rome n.a.v. de begrafenis van paus Pius X en het daaropvolgende conclaaf. In 1916 zou Mercier nogmaals naar Rome afreizen. Mercier stond in nauw contact met hoofdaalmoezenier Marinis zodat ook de moeilijkheden tussen de Vlaamsgezinde aalmoezeniers en de legerleiding aan bod komen. Ook over de volgende thema‟s is materiaal te vinden: de inval en de Duitse gruweldaden, de bezettingsjaren en de bevrijding van Mechelen, de aanhouding van burgemeester Dessain, de opvang van vluchtelingen in Groot-Brittannië, de wederopbouw van beschadigde kerken, kloosters en pastorieën, de vredesvoorstellen, ravitaillering en landbouw, onderwijs, 10
hulpverlening aan vluchtelingen, oorlogswezen, gewonden, krijgsgevangenen enz., het protest van Mercier tegen deportaties en tegen de opeising van de klokken, de houding van de katholieke partij, de Vlaamse kwestie en het activisme. Uit de periode onmiddellijk na de oorlog dateren dossiers over de repatriëring van de gedeporteerden uit Duitsland, het verdrag van Versailles, de herstel-betalingen, de Ruhrbezetting, de heropbouw van de Leuvense universiteit en haar bibliotheek, de inhuldiging van allerlei monumenten (o.a. voor Edith Cavell in Ukkel in 1919). Mercier ontving na de oorlog een uitgebreid internationaal huldebetoon o.a. tijdens zijn rondreis in Verenigde Staten in 1919. Daarnaast zijn nog een aantal foto‟s voorhanden en het oorlogsdagboek van soldaat Jean-Charles Mercier (het petekind van de kardinaal) uit 1917. Na de oorlog zette een interdiocesane commissie de pastoors aan tot het schrijven van een verslag over de oorlogsgebeurtenissen in hun parochie. Deze verslagen zijn rijke bron voor de lokale geschiedenis, hoewel zij van wisselvallige kwaliteit zijn. Kamiel Mertens verzorgde de uitgave van de verslagen van de Antwerpse parochies. In het archief van het aartsbisdom staat tevens een uitgebreide bibliotheek over de Eerste Wereldoorlog ter beschikking van de vorser. Veel auteurs schonken immers een exemplaar aan de kardinaal. Het archief bezit tevens een volledige collectie van het dagblad De Stem uit België. Ook de archieven van de congregaties kunnen zeer interessant zijn.
11