Protocol Hygiëne thuiszorg Algemene hygiëne De woning van de cliënt mag niet zodanig vervuild zijn dat de zorgverlener of het zorgverleningsproces wordt geschaad. Als de algemene hygiënische omstandigheden in de woning van de cliënt risico’s opleveren voor de gezondheid van medewerkers, kan ABC-‐ Zorgcomfort de zorg (tijdelijk) weigeren. ABC-‐Zorgcomfort zal in deze uitzonderlijke situaties instanties inschakelen (zoals bijvoorbeeld de GGD) die kunnen bemiddelen om ervoor te zorgen dat de situatie verbetert zodat de gewenste zorginzet kan worden geleverd. Hygiëne bij het uitvoeren van thuiszorgwerkzaamheden Hygiëne is een belangrijke factor bij het uitvoeren van werkzaamheden in de thuiszorg. De uit te voeren werkzaamheden bepalen de maatregelen die nodig zijn om hygiënisch te kunnen werken. Dit protocol licht toe welke maatregelen voor de verschillende werkzaamheden nodig zijn om hygiënisch te kunnen werken. Hygiëne aspecten: Onderwerp: Richtlijnen: Persoonlijke hygiëne Infecties bij medewerkers -‐ Wanneer onder behandeling vanwege infectie, raadpleeg behandelend arts; -‐ Niet onder behandeling, pleeg overleg met de zorgmanager. Kleding -‐ Draag goed wasbare kleding, bovenkleding bij voorkeur wasbaar op 60 graden; -‐ Draag een overschort bij werkzaamheden met water in vervuilde situaties; -‐ Draag handschoenen bij mogelijkheid van contact met uitscheidings-‐ producten of bloed van de cliënt; Draag geen open schoeisel Nagels -‐ Kortgeknipt en schoon; -‐ Geen kunstnagels. Haarverzorging -‐ Kort of bijeengebonden/ opgestoken; -‐ Baard en/of snor: schoon 1
Hygiëne aspecten:
Onderwerp: Sieraden Zakdoeken
Handen wassen
Hygiëne in de huishouding
Algemene werkvolgorde
Direct contact
Warmte en vocht
Overbrengen besmettingsbronnen 2
Richtlijnen: en kortgeknipt -‐ Het dragen van ringen, armbanden en polshorloge is verboden. -‐ Gebruik papieren zakdoeken; -‐ Gooi zakdoeken na 1x gebruiken weg; -‐ Handen wassen na gebruik zakdoek. -‐ Voor aanvang van werkzaamheden bij iedere cliënt; -‐ Na toiletbezoek; -‐ Na gebruik zakdoek; -‐ Na vuil werk; -‐ Na beëindiging werkzaamheden bij iedere cliënt. -‐ Verwijder eerst het grove vuil; -‐ Verwijder dan het droge stof; -‐ Voer dan natte werkzaamheden uit; -‐ Maak gebruikte materialen schoon en berg het op; -‐ Gooi werkdoekjes in de was. -‐ Plaatsen die frequent worden aangeraakt, dienen vaak schoongemaakt te worden: trekker toilet, deur-‐ en lichtknoppen, handdoeken ed. -‐ Keuken en sanitaire ruimten verdienen extra aandacht bij het schoonmaken. -‐ Aparte werkmaterialen (zoals emmers en doekjes) gebruiken voor
Hygiëne aspecten:
Onderwerp:
Zichtbaar verontreinigde oppervlakten
Hygiëne van voedsel en voedselbereiding
Voorkomen van besmetting van voedsel met bacteriën
Bereiden van voedsel
3
Richtlijnen: huiskamer, toilet, keuken en badkamer. -‐ Oppervlakten verontreinigd door lichaamsvloeistoffen dienen gereinigd te worden met huishoudhandschoenen; -‐ Daarna oppervlakte reinigen met chloor of alcohol 70%; -‐ Huishoudhandschoenen na contact met lichaamsvloeistoffen desinfecteren. -‐ Vóór aanvang voedselbereiding altijd handen goed wassen met warm water en zeep; -‐ Voedsel zo min mogelijk aanraken met de handen; -‐ Gebruik maken van schone hand-‐, thee, vaatdoek; -‐ Overgiet vaatdoek na gebruik met kokend water; -‐ Maak altijd gebruik van schoon keukengerei; -‐ Gebruik een kunststof afwasborstel; -‐ Maak de koelkast maandelijks schoon. -‐ Zorg voor goede ventilatie in de keuken; -‐ Houd zieke mensen uit de keuken. -‐ Houd rauwe producten gescheiden van voedsel wat klaar is om te eten; -‐ Verhit voedsel, en vooral (gemalen) vlees, door en
Hygiëne aspecten:
Wasgoed
Onderwerp:
Richtlijnen: door; -‐ Maak gerechten zo kort mogelijk van tevoren klaar; -‐ Als voedsel verwarmd moet blijven, doe dit dan zo warm mogelijk; -‐ Voedselresten direct opruimen in een afgesloten afvalbak; -‐ Haal producten zo kort mogelijk voor bereiding uit de koelkast; Bewaren van voedsel -‐ Temperatuur van de koelkast moet 4 graden zijn; -‐ Gebruik een koelkastthermometer; -‐ Berg voedsel altijd op in koele ruimtes en/of in gesloten potten/bussen/dozen; -‐ Dek voedsel, ook in de koelkast, af met huishoudfolie of een koelkastdoos; -‐ Zet bederfelijke levensmiddelen na gebruik meteen weer in de koelkast; -‐ Ontdooi vlees in de koelkast, in een schaal; -‐ Vries voedsel dat ontdooit is nooit opnieuw in; Was bevuild met -‐ Apart wassen; lichaamsvloeistoffen. (bloed, -‐ Bij voorkeur wassen op urine, ontlasting, sputum, minimaal 80 graden met braaksel, sperma, vaginaal het langste programma; vocht) Indien heet wassen onmogelijk is: -‐ Apart wassen; -‐ Wasgoed minimaal een half uur weken in een 4
Hygiëne aspecten:
Onderwerp:
Verpleging en verzorging
Hand hygiëne
Handhygiëne bij cliënten met een normale weerstand
Handhygiëne bij cliënten met een verminderde weerstand.
5
Richtlijnen: verdunde chlooroplossing 0,1%; -‐ Wassen op de hoogst mogelijke temperatuur en het langste programma; -‐ Strijken: doodt bacteriën. -‐ Handen wassen: met water en zeep; -‐ Handen desinfecteren: met bacteriedodende, chemische middelen. -‐ Wassen na lichamelijk onderzoek en verpleegkundige handelingen; -‐ wassen en desinfecteren voor wondverzorging; -‐ wassen en desinfecteren na lichamelijk contact of verpleegkundige handelingen bij cliënt met infectieziekte; -‐ Handen wassen en desinfecteren na contact met lichaamsvloeistoffen. -‐ Wassen voor het wassen van een cliënt en vluchtige contacten; -‐ Wassen na lichamelijk onderzoek en verpleegkundige handelingen; -‐ Desinfecteren voor lichamelijk onderzoek en verpleegkundige handelingen; -‐ Wassen en desinfecteren voor wondverzorging; -‐ Wassen en desinfecteren na contact met lichaamsvloeistoffen.
Hygiëne aspecten:
Onderwerp: Gebruik van handschoenen
Gebruik van overschort/jas
Dragen van een mondmasker
6
Richtlijnen: -‐ Verplicht bij alle handelingen waarbij men in aanraking kan komen met lichaamsvloeistoffen te weten: bloed, urine, ontlasting, sputum, braaksel, sperma, vaginaal vocht of artikelen die daarmee besmet zijn. -‐ Verplicht bij alle handelingen waarbij men in aanraking kan komen met lichaamsvloeistoffen of artikelen die daarmee verontreinigd zijn; -‐ Noodzakelijk in situaties waarbij er kans is op het uithoesten van sputum door de cliënt.
