Projecthandleiding BOL niveau 4 jaar 1 Semester 1
Deel A: Project ‘ wonen zoals thuis’ Deel B: Project ‘leren, loopbaan en burgerschap’ Deel C: Lintonderwijs
Groep BOL niv.4 leerjaar 1 Semester 1 januari 2011
: 3ZA0P : 30 augustus 2010 t/m 31
Leerjaar 1 projecthandleiding 1 ‘wonen zoals thuis’ BOL niveau 4 ROCvA Gooi-en Vechtstreek augustus 2010 t/ m januari 2011
1
Leerjaar 1 projecthandleiding 1 ‘wonen zoals thuis’ BOL niveau 4 ROCvA Gooi-en Vechtstreek augustus 2010 t/ m januari 2011
2
Deel A ‘wonen zoals thuis’
Groep BOL leerjaar 1 Semester 1
: 3ZA0P : 30 augustus 2010 t/m 31 januari 2011
Leerjaar 1 projecthandleiding 1 ‘wonen zoals thuis’ BOL niveau 4 ROCvA Gooi-en Vechtstreek augustus 2010 t/ m januari 2011
3
INHOUDSOPGAVE: Deel A: 1 informatie over het project ‘wonen zoals thuis
blz 5
2 casus mevrouw Hartman
blz 8
3 Opdrachten: Opdracht A: schoolopdrachten blz 9 1. ‘spiegelbeeld’, wie ben ik……/ interactie blz 11 2. ADL/ basiszorg en interactie vaardigheden blz 15 3. wonen en leefklimaat/ huishoudkunde blz 17 a. organiseren van kerstlunch/ plannen van zorg blz 18 b. theorievragen maken. blz 21 c. presenteren van voedingsopdracht blz 22 Opdracht B: stage opdracht blz 23 a. ADL/ basiszorg,huishouden en woon,-leefklimaat schriftelijke opdracht blz 23 b. reflecteren op ADL/ basiszorgvaardigheden en interactie in beroepssituaties blz 24 4 ondersteunende lessen - basiszorg/ verpleegkunde - plannen van zorg - omgangskunde - huishoudkunde - project begeleiding 5
blz 24 blz 25 blz 26 blz 27 blz 28 blz 29
onderwijsplanning, toetsen en beoordelen blz 30 a. onderwijsplanning blz 30 b. CE portfolio ‘ondersteunen bij verpleegkundige basiszorg’ blz 31
Leerjaar 1 projecthandleiding 1 ‘wonen zoals thuis’ BOL niveau 4 ROCvA Gooi-en Vechtstreek augustus 2010 t/ m januari 2011
4
Hoofdstuk 1: informatie over het project ‘wonen zoals thuis’. Week 35 t/m week 4 (datum 30 augustus 2010 t/m 31 januari 2011 ) Inleiding
In het eerste semester staat naast kennismaken met school en het beroep het ondersteunen bij het geven van verpleegkundige basiszorg centraal. Daarnaast wordt aandacht besteed aan het ondersteunen bij huishouden en wonen. Bij het geven van de zorg maak je gebruik van de verpleegplannen en protocollen van de zorginstelling. Je maakt kennis met een zorgvrager met dementeringsverschijnselen en zorgvragers met een chronische ziekte, bv CVA en diabetes. Alle kerntaken, werkprocessen en competenties waaraan je werkt in het eerste semester zijn weergegeven in de bijlage ( zie portfolio CE proeve ‘ ondersteunen bij verpleegkundige basiszorg’)
Casus
Hieronder tref je een korte samenvatting van de casus die gebruikt wordt in dit project ( uitgebreide casus is te lezen in hoofdstuk 2 blz. ..) Je loopt stage als een eerste jaar BOL student verpleegkunde in een kleinschalig woon-zorgcomplex voor psychogeriatrische zorgvragers. Mevrouw Hartman is hier twee jaar geleden komen wonen. Haar man is drie jaar geleden plotseling overleden. Mevrouw Hartman heeft dit moeilijk kunnen verwerken. Sinds die tijd gaat mevrouw geestelijk achteruit en vertoont ze een aantal kenmerken van dementie. Ook lichamelijk krijgt mevrouw Hartman steeds meer klachten.
Van jou wordt verwacht dat je de mogelijke zelfzorgtekorten met betrekking tot voeding, basiszorg, huishouden en wonen bij mevrouw Hartman ( een oudere, licht dementerende zorgvrager met lichamelijk klachten) in beeld gaat brengen en dat je mevrouw kan ondersteunen bij de ADL en andere dagelijkse activiteiten. Ook lijkt het een goed idee om voor de feestdagen in december een activiteit te organiseren. Hulp en begeleiding: Opdracht en het resultaat
Projectstappen
Er zijn drie school opdrachten en twee stageopdrachten. Nadat het plan van aanpak is goedgekeurd door de projectbegeleider kun je starten met de opdrachten. Dit betekent viermaal een plan van aanpak.
Ondersteunende Je volgt lessen die ondersteunend zijn voor het werken aan de bijeenkomsten projectopdrachten. Literatuur
Omgangskunde:
Traject, ‘interactie in beroepssituaties’ Traject, ‘zorg voor ouderen’ Plannen van zorg: Trajectboek, ‘plannen van zorg’ Basiszorg/ verpleegkunde/ anatomie: Traject ,’ basiszorgboeken deel 1 en 2’ Huishoudkunde:
Traject ‘zorg voor ouderen’ Traject: reader huishoudkunde
Toetsen en beoordelen:
Leerjaar 1 projecthandleiding 1 ‘wonen zoals thuis’ BOL niveau 4 ROCvA Gooi-en Vechtstreek augustus 2010 t/ m januari 2011
5
Groepsproduct
Individuele beoordeling
Er kan gestart worden met het werken aan de opdracht als het plan van aanpak is goedgekeurd. Dit betekent viermaal een plan van aanpak gemaakt door de projectgroep. Bij de groepsactiviteit wordt een groepsbeoordeling gegeven. Individueel wordt een reflectieverslag geschreven volgens de STAR methode ( zie bijlage blz…) Uitwerken 3 schoolopdrachten 2 en 3: 1. over ADL/ huishouden en wonen en interactie : organiseren van praktijktoets voor de stage: week van 1 november 2010 2. organiseren van december feestactiviteit in december in de week van 20 december 3. geven van presentatie over voeding of inrichten van woon,leefomgeving einde van dit project, week van 24 januari 2011 Bij het uitvoeren van de verschillende activiteiten a. schrijf je een individueel reflectieverslag ( STARR) over onder andere de samenwerking en de individuele bijdrage. b. geeft de betreffende docent individuele feedback op het uitwerken van de school opdracht c. geeft de projectbegeleider een individuele beoordeling over samenwerking in projectgroep. d. werk je aan een eigen levensboek ‘Spiegelbeeld’: presenteren in LLB groep in de week van 20 september 2010 (zie hoofdstuk 4) e. werk je stageopdracht voor ADL en huishouden en wonen uit: zie hoofdstuk 4 f.
werk je stage opdracht met reflecties op uitvoering van ADL/basiszorghandelingen +feedback van begeleider uit
g. word je individueel getoetst over onderwerpen uit de lessen : zie hoofdstuk 6 Aanwezigheidsverplichting: 100%. Zie voor verdere uitleg: opleidings, studiegids 2010-2011 Punten toekenning en registratie
1. De theorietoetsen worden met een cijfer beoordeeld.( zie toetsplan hoofdstuk 6) 2. De verschillende andere onderdelen worden met ‘voldoende/ onvoldoende’ beoordeeld.
Herkansingsregeling
1. Herkansing van de verschillende andere onderdelen vindt plaats op vastgestelde herkansingsmomenten ( zie hoofdstuk 6) 2. Herkansing van de theorietoetsen vinden ook plaats op vastgelegde herkansingsmomenten ( zie hoofdstuk 6)
Organisatie ( roosters) Docentenaanwezigheid
-
vakdocenten zijn volgens rooster beschikbaar
Leerjaar 1 projecthandleiding 1 ‘wonen zoals thuis’ BOL niveau 4 ROCvA Gooi-en Vechtstreek augustus 2010 t/ m januari 2011
6
-
de projectbegeleider begeleidt jou en de projectgroep gedurende het project volgens rooster
-
de loopbaanbegeleider begeleidt jou gedurende het hele schooljaar individueel.
Deelnemersaanwezigheid
100% aanwezigheid tijdens de ondersteunende lessen is verplicht. Met klachten kun je terecht bij;
Klachten
1 de betreffende docent van de workshop 2. de projectcoach 3. de loopbaanbegeleider. 4. de coördinator van de BOL 3/ 4: Peter van Kleij
Leerjaar 1 projecthandleiding 1 ‘wonen zoals thuis’ BOL niveau 4 ROCvA Gooi-en Vechtstreek augustus 2010 t/ m januari 2011
7
Hoofdstuk 2. casus mevrouw Hartman. De zorgvragers in onderstaande casus zijn het uitgangspunt van dit project. In het project maak je kennis met de leefsituatie van een oudere dementerende zorgvrager met lichamelijke achteruitgang
‘ Wonen zoals thuis’,
kleinschalig wonen voor mensen met dementie Mevrouw Hartman ( 82 jaar) woont nu 2 jaar in zorgcentrum de ‘Wiekslag’. De zorgvragers wonen in groepen van zes psychogeriatrische bewoners, verdeeld over 4 woningen, het kleinschalig wonen. Het zorgpersoneel voert samen met de bewoners een huishouding. Dit betekent onder meer dat er elke dag boodschappen gedaan worden om voor zes mensen een maaltijd op tafel te zetten. Als het even kan met hulp van de bewoners zelf. De man van mevrouw Hartman is ruim drie jaar geleden vrij plotseling overleden. Het verlies van haar man heeft mevrouw moeilijk kunnen verwerken. In hun relatie was zij degene die op hem leunde voor de dagelijkse activiteiten. Mevrouw is sinds die tijd geestelijk achteruit gegaan: ze vertoont een aantal kenmerken van dementie. Bij mevrouw Hartman is de ouderdom met gebreken gekomen. Haar gehoor is niet meer wat het geweest is. Gelukkig ziet ze nog goed. Door gewrichtsontsteking en botontkalking zijn haar bewegingen langzaam en voorzichtig. Bij het lopen is vooral het rechterheupgewricht pijnlijk. Gaan zitten en opstaan kost moeite en doet pijn Toen de behandelende specialist, waar mevrouw Hartman kwam voor een jaarlijkse controle, zag hoe moeizaam de bewegingen tot stand kwamen, stelde hij een heupoperatie voor. Maar daar wilde mevrouw Hartman niets van weten. De achteruitgang van een aantal geestelijke functies speelt hierbij waarschijnlijk een rol: ze wordt behoorlijk vergeetachtig en verliest het besef van tijd. Haar dochter die bijna dagelijks even langs komt ziet de veranderingen bij haar moeder. Mevrouw Hartman herkent haar kinderen en kleinkinderen nog goed, maar ze gaat steeds vaker namen door elkaar gebruiken. Ook is mevrouw Hartman sinds een jaar suikerpatient. Ze heeft hiervoor een caloriebeperkt dieet en bloedsuikerverlagende tabletten. Sinds een week zijn haar bloedsuikers weer te hoog en de huisarts heeft de dosis bloedsuikerverlagende tabletten verhoogd. Je vertrouwt het toch niet helemaal en haalt de huisarts erbij. Die meet haar bloedsuiker en ziet dat deze nog steeds te hoog is en laat haar opnemen in het ziekenhuis. Daar constateert men dat haar diabetes flink ontregeld is en men besluit om mevrouw Hartman in te stellen op insuline. Twee keer per dag wordt mevrouw geïnjecteerd met insuline en regelmatig worden de bloedsuikers gecontroleerd.
Leerjaar 1 projecthandleiding 1 ‘wonen zoals thuis’ BOL niveau 4 ROCvA Gooi-en Vechtstreek augustus 2010 t/ m januari 2011
8
Het valt jou nu ook op dat mevrouw wat magerder is geworden. Je vraagt je af of mevrouw wel goed eet. Je besluit de situatie van mevrouw Hartman in te brengen in het teamoverleg.
Leerjaar 1 projecthandleiding 1 ‘wonen zoals thuis’ BOL niveau 4 ROCvA Gooi-en Vechtstreek augustus 2010 t/ m januari 2011
9
Hoofdstuk 3: De opdrachten Opdracht A:
schoolopdracht 1. ‘spiegelbeeld’, wie ben ik……/ interactie 2. ADL/ basiszorg en interactie vaardigheden 3. wonen en leefklimaat/ huishoudkunde 4. organiseren van kerstlunch/ plannen van zorg
Opdracht B
stage opdracht c. ADL/ basiszorg,huishouden en woon,-leefklimaat d. reflecteren op ADL/ basiszorgvaardigheden en interactie in beroepssituaties
Algemene eisen die gesteld worden aan de uitwerking en de inlevering van de verschillende opdrachten. 1. de opdrachten worden ingeleverd in een snelhechter ( niet in plastic hoesjes), tenzij anders vermeld in de opdracht 2. getypt in lettertype Verdana of Ariel 10 of 11, zwart 3. correct Nederlands 4. een voorkant met linksonder: -
naam e-mail groep datum periode naam project naam opdracht naam opdrachtgever/ docent 5. een inhoudsopgave 6. de opdracht ( zoals uitgereikt door de docent) 7. een inleiding 8. de uitwerking van de opdracht 9. een nawoord 10. paginanummering
Let op: Wanneer NIET voldaan wordt aan bovenstaande algemene eisen, kan de docent er voor kiezen om de opdracht NIET in ontvangst te nemen.
Leerjaar 1 projecthandleiding 1 ‘wonen zoals thuis’ BOL niveau 4 ROCvA Gooi-en Vechtstreek augustus 2010 t/ m januari 2011
10
Opdracht A/ schoolopdracht 1: ‘Spiegelbeeld’, wie ben ik……. Een zelfbeeldbeschrijving in de vorm van een ‘ levensboek’. Songtekst: Willeke Alberti - "Spiegelbeeld", 1963
Spiegelbeeld vertel eens even Ben ik heus zo oud als jij Is het waar, ben ik twintig Is m'n tienertijd voorbij 'k Ben wel jong maar ik ben toch niet zo jong meer als ik was 'k Ging zo graag nog een keertje Terug naar de klas Spiegelbeeld ik kan je haten Want je geeft geen dag terug Waarom gaan toch die jaren Als je jong bent zo vlug 'k Ben wel jong maar er is toch al zoveel herinnering Spiegelbeeld uit al die jaren Vergeet ik geen ding Spiegelbeeld m'n eerste vriendje Was een joch zo oud als ik 'k Kreeg van hem m'n eerste zoentje 't Was een heerlijk ogenblik 'k Ben wel jong maar dat zou ik nog zo graag eens overdoen Quick quick slow, de eerste dansles Wat was ik nog groen 'k Heb alleen nog wat foto's en die zeggen 't me weer 't Is voorbij, m'n eerste baljurk Die draag ik niet meer
Leerjaar 1 projecthandleiding 1 ‘wonen zoals thuis’ BOL niveau 4 ROCvA Gooi-en Vechtstreek augustus 2010 t/ m januari 2011
11
In bovenstaande songtekst kijkt de zangeres in de spiegel en merkt dat er jaren min of meer ongemerkt voorbij zijn gegaan. Dit zal nog niet voor jou gelden. Voor de zorgvragers waar jij in de stage mee te maken krijgt is dit zeker het geval. Sterker nog het verleden zal/is misschien nog belangrijker zijn dan de toekomst.
‘SPIEGELBEELD’, wie ben ik…………….. Als verpleegkundige ga je werken met verschillende groepen mensen onder andere ouderen, mensen met een verstandelijke beperking, chronisch zieken. Om met mensen om te gaan moet je belangstelling hebben en geïnteresseerd zijn in mensen. Je wilt graag weten wie die personen zijn met wie je te maken krijgt. Om de mensen te leren kennen is kennis van en over jezelf ook erg belangrijk. In de opleiding waar je nu aan bent begonnen, de opleiding voor verzorgende/verpleegkundige wordt gevraagd stil te staan bij je zelfbeeld: ‘Wie ben ik’. Wie is die persoon die je ziet wanneer je in de spiegel kijkt. Hoe zie je jezelf? Misschien ben je niet zo gewend om over jezelf en de dingen die je doet na te denken. Je vindt het gewoon allemaal vanzelfsprekend en je bent gewoon jezelf. Je reageert soms bewust en soms onbewust op de dingen die je meemaakt, zonder erbij stil te staan waarom je zo reageert. Het zou ook niet goed zijn om bij alles wat je doet na te denken over het waarom. Daar zou je dol van worden. Aan de ander kant, als je nooit stil staat bij jezelf en bij wat je doet, kan je ook niet leren van de ervaringen die je opdoet. Je weet dan niet hoe je over komt op anderen en wat het effect van anderen op jouw gedrag is. Op zoek gaan naar je zelfbeeld vraagt moed. Je moet je kwetsbaar durven opstellen en je durven openstellen voor anderen en jezelf. Dit is niet voor iedereen even makkelijk. Het kan ook betekenen dat je dingen van jezelf tegenkomt die je niet wist of die je onzeker maken. Vandaar dat veel mensen kiezen voor de veiligheid van de onwetendheid. Toch is zelfkennis een belangrijke voorwaarde om goed met mensen om te kunnen gaan. En is het voor de ontwikkeling van je beroepshouding nodig om stil te staan bij de vraag: "Hoe zie ik mezelf?". Daarbij horen de volgende doelstellingen: • Je kunt aangeven waarom het belangrijk is jezelf goed te kennen als je beroepsmatig met mensen gaat werken. • Je kunt aangeven wat zelfbeeld is en uit welke elementen het zelfbeeld is opgebouwd. • Je weet welke factoren het zelfbeeld kunnen beïnvloeden. • Je kunt het verband aangeven tussen zelfbeeld en zelfvertrouwen
Theorie: Het zelfbeeld: een bouwwerk met drie verdiepingen Er zijn drie grote groepen die met elkaar samenhangen en jouw zelfbeeld vormen.
Leerjaar 1 projecthandleiding 1 ‘wonen zoals thuis’ BOL niveau 4 ROCvA Gooi-en Vechtstreek augustus 2010 t/ m januari 2011
12
A. Erfelijkheid (aanleg): bv uiterlijke kenmerken de kleur van je ogen, je lengte en lichaamsbouw. Bovengenoemde kenmerken zijn meestal erfelijk bepaald, je kunt er weinig of niets aan veranderen, hoewel de medische vooruitgang tegenwoordig alternatieven biedt. B. Milieu en omstandigheden: Bij de vorming van je zelfbeeld, speelt de omgeving, het gezin, de opvoeding een belangrijke rol. Je kunt zeggen dat daar de basis wordt gelegd voor je zelfbeeld. Door de manier waarop je ouders en andere opvoeders je behandelen, leer je of bijv. je klasgenoten, vrienden je graag mogen of niet, of je geaccepteerd wordt of niet. Je wordt ook gevormd door de beïnvloeding van boeken, televisie, internet, mobieltjes. C. Zelfbepaling: Ook jij zelf hebt invloed op de vorming van jouw zelfbeeld. Je kunt er zelf richting aan geven door de keuzes die je maakt. Het is meestal je eigen beslissing wat je wel en niet wilt doen, daarvoor zal je zaken moeten afwegen. Uitwerking en eisen die aan deze opdracht gesteld worden Je gaat je eigen ‘Levensboek’ maken. Dit doe je aan de hand van een beschrijving van de volgende ‘bouwstenen’: 1. je persoonlijke gegevens/ je cv 2. familiegegevens/maak een stamboom o Ouders: - hoe heten je ouders - uit welke stad/streek/land zijn je ouders afkomstig - wat zijn belangrijke achtergronden van je ouders, vertellen ze erover? - wat is gezinssituatie van je ouders - hoe en waar zijn ze opgegroeid - welk beroep hebben je ouders en hoe vinden ze hun werk je broers/zussen en andere familieleden - hoeveel broers en zussen heb je - welke plek hebben zij in je leven - hoe belangrijk zijn andere familieleden voor je: denk hierbij aan grootouders/neven, nichten/ooms, tantes en andere familieleden 3.socialisatie - schrijf iets over je opvoeding, denk hierbij ook aan je leefomgeving - welke normen en waarden zijn voor jou belangrijk - wat betekent religie/ levensovertuiging/ levensmotto voor jou - welke tradities/culturele opvattingen spelen in je leven een rol - welke plaats heeft de school in je leven - schrijf iets over je toekomstplannen mbt opleiding en werk - welke vrienden zijn belangrijk voor jou en waarom 4.levensfases - beschrijf de levens/ontwikkelingsfases vanuit je eigen situatie (baby, peuter, kleuter, schoolkind, puber, adolescent, volwassene) 5.persoonlijke levensgeschiedenis o
Leerjaar 1 projecthandleiding 1 ‘wonen zoals thuis’ BOL niveau 4 ROCvA Gooi-en Vechtstreek augustus 2010 t/ m januari 2011
13
- persoonlijke ervaringen die van invloed zijn op jouw ontwikkeling/gedrag 6.hobby’s/imago/uiterlijk - wat betekent je hobby (sport, muziek,dans enz) voor je - hoe belangrijk zijn kleding, sieraden, tatto’s enz voor je 7.kwaliteiten en gedragskenmerken - welke kwaliteiten heb je - wat kan/doe je goed - waar ben je allergisch voor - welke gedragingen zijn typerend voor jou - wat zou je willen afleren - tip: laat je interviewen door je vader/moeder of ander goede bekende 8.schrijf een reflectieverslag over het project: ‘spiegelbeeld’ Resultaat-eisen: • alle bouwstenen worden beschreven • bestaat uit minimaal 10 - maximaal 20 A4 blaadjes geschreven tekst • wordt getypt, lettertype 10 of 11 • wordt gebundeld in een map ingeleverd • ziet er netjes en verzorgd uit • is geïllustreerd mbv foto’s, kopieën van documenten (bv geboortebewijs/kaart) • Presentatie in de eigen groep tijdens de LLB-uren • inleveren van de opdracht ‘spiegelbeeld’,wie ben ik…..:week 37 ( week van 13 september 2010) • (powerpoint)presentatie in de LLB-groep van ongeveer 10 minuten, tijdstip in overleg met de docent LLB • voldoen aan de resultaat-eisen • beoordeling en bespreking van het project met LLB-er • Nederlands Herkansing • niet op tijd inleveren van je opdracht • niet geven van een (PowerPoint) presentatie • onvoldoende uitwerking van de bouwstenen • geen aandacht besteed aan de uiterlijke vormgeving • niet voldaan aan de eisen die bij Nederlands gesteld zijn Tijdsduur: • 2x1 lesuur omgangskunde • 2 uur Nederlands • 2x2 LLB uren • 15 - 20 uur zelfwerkzaamheid/huiswerk
Leerjaar 1 projecthandleiding 1 ‘wonen zoals thuis’ BOL niveau 4 ROCvA Gooi-en Vechtstreek augustus 2010 t/ m januari 2011
14
Opdracht A/ schoolopdracht 2: ADL/ basiszorg en interactie Inleiding : In de ondersteunende lessen op school ga jij je verdiepen in de basiszorg en de ADL die gegeven wordt aan de oudere, (licht) dementerende zorgvrager met lichamelijke klachten. Ook het methodisch handelen en het geven van zorg volgens verpleegplan heeft aandacht gehad. Mevrouw Hartman uit de casus vindt het niet nodig dat er opgeruimd of schoongemaakt wordt en over het eten maakt zij zich al helemaal geen zorgen. ‘Drink gezellig een kopje koffie mee’, dat vindt mevrouw prettig. Zorg op maat,wat betekent dat voor de zorg die gegeven wordt? Algemene vragen: Als eerste maak je onderstaande vragen met je projectgroep: Ouder worden 1. ga op internet op zoek naar één persoonlijk verhaal van een licht dementerende oudere zorgvrager met een lichamelijke beperking 2. welke invloed heeft leeftijd op de klachten? 3. beschrijf wat verandering van omgeving kan betekenen voor een zorgvrager. 4. hoe kun je de leefomgeving van deze zorgvrager zo vertrouwd mogelijk maken? Mevrouw Hartman 5. bij het begrip ‘wankel evenwicht’ spelen de begrippen draaglast en draagkracht een belangrijke rol. Beschrijf wat deze begrippen betekenen en hoe ze een rol spelen bij een wankel evenwicht. 6. wat betekent een ‘wankel evenwicht’ bij mevrouw Hartman uit de cass? 7. geef een voorbeeld uit de casus waarin sprake is van een wankel evenwicht 8. schrijf nu twee voorbeelden op waarbij er volgens jullie sprake is van een wankel evenwicht. Visie van de zorginstelling 9. ‘Zorg op maat’ is een voorbeeld van een visie hoe er in zorginstellingen zorg verleend wordt. Zoek op internet en je verpleegkundeboeken tenminste drie andere visies op zorg van drie verschillende instellingen en vergelijk deze vier visies met elkaar. Geef per visie uitleg wat er bedoeld kan worden met deze visies. 10.waarom is het belangrijk om je te verdiepen in de visie op zorg van jouw toekomstige stage instelling. 11.maak met elkaar een ‘nieuwe’ visie op zorg. Geef uitleg waarom deze visie jou aanspreekt. ADL vaardigheden en interactie in beroepssituaties
Leerjaar 1 projecthandleiding 1 ‘wonen zoals thuis’ BOL niveau 4 ROCvA Gooi-en Vechtstreek augustus 2010 t/ m januari 2011
15
12.met welke verschillende disciplines zou mevrouw Hartman te maken kunnen hebben? Geef per discipline een uitwerking van de mogelijke taken in relatie tot mevrouw Hartman. 13.En dan de ADL vaardigheden: tijdens de basiszorglessen ben je bezig met praktijkvaardigheden. Ook bij de omgangskunde/ interactie lessen ben je bezig met vaardigheden. Deze vaardigheden ga je in je stage laten beoordelen. Als voorbereiding op de praktijk organiseer je een praktijktoets. 14.In de week voor je stage ( week van 8 november) bereid je met je projectgroep twee vaardigheden ( een ADL en een interactie vaardigheid) voor die door een ander projectgroep uitgevoerd moet worden. 15.In de voorbereiding letten jullie goed op dat er methodisch gewerkt wordt.
Uitwerking en eisen die aan deze opdracht gesteld worden • • •
inleveren opdracht in week van 8 november 2010 praktijktoets: week van 18 oktober en week van 1 november 2010 voor de uitwerking van de praktijktoets gebruik je vaardigheden die geoefend zijn bij basiszorg,-interactielessen. ( zie vaardigheden in Traject boeken en de vaardighedenlijst)
Leerjaar 1 projecthandleiding 1 ‘wonen zoals thuis’ BOL niveau 4 ROCvA Gooi-en Vechtstreek augustus 2010 t/ m januari 2011
16
Opdracht A/ schoolopdracht 3: Wonen,- en leefklimaat a. organiseren van kerstlunch b. uitwerken voedingsopdracht ( drie onderdelen) met een presentatie als resultaat. Inleiding : Een prettige en veilige woonomgeving is belangrijk. In de casus van mevrouw Hartman heb je kunnen lezen dat ‘zelfstandig’ wonen niet altijd gemakkelijk is. Voor sommige zorgvragers betekent dat zij gaan wonen in een kleinschalige woongroep. Daarom is het belangrijk dat de leefomgeving prettig is en dat er goede afspraken zijn, waar iedereen zich aan houdt. Als zorgverlener zul je moeten leren om uit te gaan van behoeften en wensen van de zorgvrager zelf. De individuele zorgvraag staat centraal en de zorgvrager beslist, waar mogelijk, welke activiteiten hij doet. Deze afspraken staan in het verpleegplan. Tijdens je stage heb je daar iedere dag mee te maken. In het dagelijkse werk laat je zien hoe jij de zorg, beschreven in het verpleegplan, vorm geeft en voer je verschillende handelingen uit. Op school ga je de komende weken voorbereiden op mogelijke situaties tijdens je stage van zeven weken, die te maken hebben met huishouden, wonen en leefklimaat. Deze schoolopdracht wordt afgesloten met twee activiteiten: a.ORGANISEREN ACTIVITEIT IN DECEMBER OP SCHOOL VOOR DE GROEPÆ koken/ sinterklaas of kerst/ methodisch werken, plannen van zorg b.VOEDINGSOPDRACHTÆ PRESENTATIE EINDE PROJECT ( januari 2011)
Leerjaar 1 projecthandleiding 1 ‘wonen zoals thuis’ BOL niveau 4 ROCvA Gooi-en Vechtstreek augustus 2010 t/ m januari 2011
17
3 a. Organiseren van de kerstlunch / plannen van zorg, methodisch werken Wat is de bedoeling van de activiteit? 1 De deelnemer krijgt inzicht in de veelheid van aspecten die overwogen moeten worden bij de keuze, organisatie, uitvoering en evaluatie van een recreatieve activiteit, in dit geval: de organisatie van een kerstlunch. 2 De deelnemer maakt de activiteit duidelijk door het beschrijven en het uitvoeren van de activiteit/de kerstlunch 3 De kerstlunch is op de terugkomdag in week 35 Activiteiten: I Er zijn 4 of 5 subgroepen verantwoordelijk voor de volgende activiteiten: Groep 1 zorgt voor inrichting van het lokaal (+ opruimen) Groep 2 en 5 verzorgen de lunch (+ opruimen) Groep 3 zorgt voor activiteiten rond de kerstlunch en coördineert alles (+ opruimen) Groep 4 zorgt voor de tafelschikking (+ opruimen) II Elk subgroepje gaat de eigen activiteit in al zijn facetten voorbereiden dwz • maakt een plan van aanpak voor de eigen activiteit • geeft concreet aan wat zij doen • legt contacten en maakt afspraken met de andere subgroepen • biedt voorinformatie aan de hele groep en de begeleidende LBB-ers/docenten • zorgt voor eigen aandeel in het draaiboek, voor iedereen ter inzage in de klas • zorgt voor 1 aanspreekpersoon per subgroep,geeft naam door aan LBB-er III Alle groepsleden zijn betrokken bij de kerstlunch IV Elke deelnemer maakt een reflectieverslag, zie verder bij beoordeling. V Op de dag van de kerstlunch zijn er geen andere onderwijs/lesactiviteiten Resultaateisen: De volgende punten worden beoordeeld: 1 Plan van Aanpak (organisatie,taakverdeling, communicatie)/groepsbeoordeling 2 kwaliteit van het product (activiteit zelf)/groepsbeoordeling 3 reflectieverslag/individuele beoordeling 4 Inleveren van de opdracht in week 2/10 januari 2011 tijdens terugkomdag
Leerjaar 1 projecthandleiding 1 ‘wonen zoals thuis’ BOL niveau 4 ROCvA Gooi-en Vechtstreek augustus 2010 t/ m januari 2011
18
Beoordeling: 1 Plan van Aanpak (organisatie, taakverdeling, communicatie) ism projectcoaching
2 Kwaliteit van het product Wat is er gemaakt/geregeld/gedaan
Hoe ziet het product/zien de producten eruit?
Relatie van de producten met kerst
3 Reflectieverslag: organiseren van een kerstlunch ism projectcoaching
4 samenwerkingsverslag ism projectcoaching
Naam deelnemer Beoordeling + datum Beoordeeld door docent
: : voldaan/niet voldaan :
Leerjaar 1 projecthandleiding 1 ‘wonen zoals thuis’ BOL niveau 4 ROCvA Gooi-en Vechtstreek augustus 2010 t/ m januari 2011
19
3 B. organiseren van een presentatie over een voedingsonderwerp. Inleiding ‘Voeding moet een hot item worden’. ( vrij geciteerd uit Nursing het blad voor verpleegkundigen, okt. 2005, blz. 39-40-41 ) Maaltijden, voeding voor veel mensen iets om naar uit te kijken . Waarom is voeding zo belangrijk, wat is goede voeding De laatste tijd is er veel discussie over de kwaliteit van zorg in de verpleeghuizen en ziekenhuizen. Bij één op de vier zorgvragers in een verpleeghuis is sprake van ondervoeding. Bij mevrouw Hartman uit de casus heb je gelezen dat dit ook speelt. Ook al is al langer bekend dat ondervoeding vaker voorkomt dan men denkt, gewichtsverlies bij ouderen wordt nog vaak gezien als een normaal en onvermijdelijk gevolg van het ouder worden. Maar voeding is erg belangrijk voor mensen en bepaalt voor een deel de kwaliteit van zorg én van leven. Voeding is basiszorg. De verantwoordelijkheid voor die basiszorg ligt bij de verzorgende en verpleegkundige. Uitwerking en eisen die aan deze opdracht gesteld worden: 3 b 1. eerst je eigen voedingspatroon: Ook voor ons is voeding belangrijk in ons dagelijks leven, ook bij bijzondere dagen, denk hierbij aan kerst, pasen, ramadan. Breng in kaart hoe jij bezig bent met je eigen ‘voeding en drinken’. Je kunt hierbij denken aan: je voedingspatroon over de hele dag ( wat je allemaal eet, drinkt,hoeveel, hoe laat, waar), diëten…. allerlei reclames mbt voeding, voeding mbt jouw culturele achtergrond/ levensovertuiging ( ramadan) en nog andere niet genoemde items. De uitwerking van deze opdracht bestaat uit minimaal 2A4 blaadjes totaal.
Leerjaar 1 projecthandleiding 1 ‘wonen zoals thuis’ BOL niveau 4 ROCvA Gooi-en Vechtstreek augustus 2010 t/ m januari 2011
20
3 B 2. Heb je voldoende kennis paraat over voeding om onderstaande vragen te maken? Voedingspatroon van mevrouw Hartman Mevrouw Hartman is 82 jaar oud. Haar man vrouw is 3 jaar geleden overleden. Sinds 2 jaar woont ze in een groepswoning van een kleinschalig woonzorgcomplex. Mevrouw Hartman is slecht ter been. Soms heeft zij geregeld maagklachten. Mevrouw Hartman heeft een rollator. Maar omdat de winter zo koud is, komt zij nauwelijks de deur uit. Het zorgpersoneel zorgt voor de dagelijkse maaltijden, soms helpt mevrouw Hartman met de voorbereiding. Het eten vindt ze niet altijd even lekker, per slot van rekening is ze suikerpatiënt en heeft ze een caloriebeperkt dieet. Maar zo erg vindt mevrouw Hartman dit niet, want de roomboterkoekjes van de bakker, die regelmatig bij de koffie worden uitgedeeld, zijn ook erg lekker. 1. Mevrouw Hartman heeft soms duidelijk problemen met haar voeding. In voeding zitten voedingsstoffen. a. Geef aan wat voedingsstoffen zijn b. Geef tenminste 4 voorbeelden van een voedingsstof. c. Noem de drie belangrijkste taken van voedingsstoffen. 2. Mevrouw Hartman is ook nog verkouden, zij heeft een verstopte neus. a. Waarom smaakt het eten zo slecht bij een verstopte neus? b. Waarom is het moeilijker iets vloeibaars dan vast voedsel weg te slikken in een andere houding dan zittend of staand? c. Wat gebeurt er allemaal om het eten weer uit de keel of luchtpijp te krijgen, als mevrouw hoest? 3. Mevrouw Hartman heeft soms maagklachten. a. Noem tenminste twee belangrijke functies van de maag. b. Mevrouw Hartman krijgt geregeld een injectie met een vitamine. Met welke vitamine? c. Wat heeft deze vitamine met de maag te maken? 4. Mevrouw Hartman heeft nooit veel eetlust gehad. a. Beschrijf wat je bij mevrouw Hartman zou zien als er bij haar sprake zou zijn van ondervoeding. b. Beschrijf tenminste twee mogelijke oorzaken van haar slechte eetlust c. Stel: als verpleegkundige kom jij een zorgvrager als mevrouw Hartman tegen. Bedenk drie mogelijke verpleegkundige acties om de eetlust van mevrouw Hartman te stimuleren. 5. Mevrouw Hartman gaat op advies van de huisarts langs bij de diëtiste. a. Wat is de reden van de huisarts om mevrouw Hartman naar de diëtiste te verwijzen b. Mevrouw Hartman krijgt een caloriebeperkt dieet. Wat houdt dit in. Leerjaar 1 projecthandleiding 1 ‘wonen zoals thuis’ BOL niveau 4 ROCvA Gooi-en Vechtstreek augustus 2010 t/ m januari 2011
21
c. Noem twee andere diëten en legt uit wat deze diëten inhouden. d. Noem drie adviezen die mevrouw zeker van de diëtiste zal krijgen. e. Vetten en koolhydraten zijn voedingsstoffen die veel energie geven. Beschrijf een maaltijd voor zorgvragers waar vooral vetten en koolhydraten in voorkomen. Resultaateisen: • De opdracht bestaat uit minimaal 2A4 blaadjes • Inleveren in week 42 • Niet op tijd inleveren: val je in de herkansingsregeling 3 B 3. Tot slot: presentatie van een voedingsonderwerp. - presentatie voeding. Nu hebben jullie de casus gemaakt, antwoorden opgezocht en met elkaar nagekeken. Op internet is veel informatie te vinden over voeding. In overleg met vakdocent gaan jullie op zoek naar informatie in het OLC of thuis over het spijsverteringsstelsel en ( gezonde) voeding op de site van het voedingscentrum: www.voedingscentrum,nl. en www.dietistennet.nl bij gezonde voeding. Zoek informatie op over gezonde voeding, de schijf van vijf, bekijk een animatiefilmpje over de spijsvertering enzovoort, enzovoort Kennis over voeding is belangrijk voor iedereen. Kies in overleg met docent uit de volgende onderdelen; 1. ‘Hoed u voor de overdosis’ ( Volkskrant 2008): te veel voedingssupplementen kunnen schade aanrichten. Fabel of gedegen onderzocht? 2. ‘Ondervoedingbestrijders in de aanval’ ( Nursing 2006). Iedere dag twee stuks fruit en 200 gram groente eten en je blijft gezond? Is dit een vraag of weten jullie het zeker? 3. in goed overleg met huishoudkunde of basiszorgdocent kunnen ook andere onderwerpen over voeding uitgezocht worden. Opdracht: - maak een voorlichtingsposter - een voorlichtingsfolder - een infoboekje - andere mogelijkheden voor oudere zorgvragers en hun familie in een verpleeghuis, verzorgingshuis of voor het buurthuis. - presentatie in de week van 24 januari 2010
Leerjaar 1 projecthandleiding 1 ‘wonen zoals thuis’ BOL niveau 4 ROCvA Gooi-en Vechtstreek augustus 2010 t/ m januari 2011
22
Opdracht B / Stageopdracht 1: ADL/ basiszorg, huishouden en woon,-leefklimaat Deze opdracht maak je tijdens de zeven weken stage: je schrijft een verslag en je voert vaardigheden uit die je laat beoordelen. Dit ga je schrijven: 1. verdiep je en geef een beschrijving van de visie op zorg van de stage instelling 2. kies twee zorgvragers, in overleg met je werkbegeleider, uit je stage instelling waarbij je de ADL/ basiszorg gaat geven. 3. geef een beschrijving van de zelfzorgtekorten bij deze twee zorgvragers ten gevolge van hun ziekte of beperkingen. 4. beschrijf wat de gevolgen zijn voor de zelfzorg. 5. wat kunnen de mogelijke beperkingen zijn tengevolge van deze zelfzorgtekorten 6. welke emotionele problemen kunnen ontstaan? 7. je hebt je verdiept in de visie op zorg van je stage instelling. Beschrijf deze visie. Wat vind jij van deze visie? 8. geef een beschrijving van de disciplines waarmee de zorgvrager met zijn fysieke en geestelijke beperkingen te maken kan krijgen. 9. welke afspraken moeten er gemaakt worden over mogelijke samenwerking? 10.geef een beschrijving van welke protocollen, werkafspraken, of richtlijnen met betrekking tot ADL/ basiszorg binnen jouw stage instelling jij gebruik moet maken 11.wat is jouw taak als verpleegkundige bij de ADL/ basiszorg. 12.welke informatie over de ADL/ basiszorg en ook over huishouden en woon,leefklimaat heb jij nodig? 13. waar kun je deze informatie vinden? 14.geef een beschrijving hoe jij rekening houdt met de wensen van de zorgvrager met betrekking tot ADL/ basiszorg 15.geef ook een beschrijving hoe jij rekening houdt met het woon,-leefklimaat van de zorgvrager. 16.welke aandachtspunten gelden er voor een goede beroepshouding in relatie tot bovengenoemde situaties? 17.zou er bij het geven van ADL/ basiszorg, huishoudelijke werkzaamheden en aandacht voor woon,-leefklimaat sprake van een ethisch dilemma kunnen zijn? Geef een beschrijving hoe jij zou handelen en waarom jij zo zou handelen. 18.Deze opdracht lever je in de week van 17 januari 2011 in bij de huishoudkunde docent.
Leerjaar 1 projecthandleiding 1 ‘wonen zoals thuis’ BOL niveau 4 ROCvA Gooi-en Vechtstreek augustus 2010 t/ m januari 2011
23
Uitwerking en eisen die aan deze opdracht gesteld worden Dit ga je doen/ laten zien: 1. Je hebt bovenstaande opdracht uitgewerkt en nu de praktijk. 2. Je gaat de twee beschreven zorgvragers, zo mogelijk, ondersteunen bij het uitvoeren van taken die te maken hebben met de ADL, maaltijden, veiligheid, ontspanning en huishouden en wonen. Maak hierbij ook gebruik van de vaardigheden lijst ADL/ basiszorg 3. je gaat acht interventies die betrekking hebben op de ADL/ basiszorg en acht interventies die betrekking hebben op huishouden en wonen uitvoeren. Let op: tenminste een van de interventies heeft te maken met ontspanningsactiviteit of dagopvang. 4. je hebt je verdiept in de protocollen en werkafspraken die van toepassing zijn op de situatie. 5. je hebt een werkplanning gemaakt en deze overlegt met je begeleider. 6. In goed overleg met de werkbegeleider heb jij beschreven en besproken hoe, wat, waar, wanneer, met wie jij verschillende interventies uitvoert. 7. bij de uitvoering van deze interventies motiveer en stimuleer je de zorgvrager om handelingen zoveel mogelijk zelf uit te voeren. 8. je vraagt uiteindelijk feedback aan de zorgvrager. 9. in tenminste zeven verslagen reflecteer je op afgesproken wijze (STARR) op alle interventies. Per reflectieverslag reflecteer je op tenminste 2 interventies. Je verwerkt hierin de gegeven feedback en geeft aan wat de leerervaring is geweest. Ook maak je duidelijk welke protocollen/ werkafspraken gebruikt zijn. Indien mogelijk voeg je protocollen toe bij je verslag. Je hebt duidelijk aangegeven aan welke kerntaken, werkprocessen en competenties je gewerkt hebt. 10. Deze verslagen laat je door je werkbegeleider schriftelijk beoordelen met datum en handtekening. 11. Deze verslagen lever je eind januari 2011 in bij de basiszorgdocent. 12. uiteindelijk worden deze bewijzen opgenomen in het CE portfolio ‘ondersteunen bij verpleegkundige basiszorg’.
Leerjaar 1 projecthandleiding 1 ‘wonen zoals thuis’ BOL niveau 4 ROCvA Gooi-en Vechtstreek augustus 2010 t/ m januari 2011
24
Hoofdstuk 4: ondersteunende lessen. Lessen verpleegkunde/ basiszorg ‘wonen zoals thuis’: Inhoud: • ondersteunen bij de persoonlijke basiszorg: ondersteunen bij persoonlijke lichamelijk verzorging, bij uitscheiding, bij mobiliteit bij vinden van evenwichtig slaap-en waakritme en bij eten en drinken • ontwikkelt kennis over stoornissen, beperkingen, functioneringsproblemen en gezondheidsproblemen bij bovenstaande doelgroep. • laat zien kennis van normale verouderingsproces, bv vermindering van zintuigen te hebben • heeft kennis van relevante wetgeving: ARBO, kwaliteitszorg, hygiëne, veiligheid en ergonomisch werken • past de beroepscode voor verpleegkundige toe in het geven van ondersteuning bij de basiszorg • heeft kennis over voeding, in het bijzonder voedingsleer en dieetleer • toepassen van materialen en hulpmiddelen voor de persoonlijke basiszorg, bv. tillift, rolstoel, glijzeil • signaleert verwaarlozing en slechte voedingssituatie • voert werkzaamheden uit aan de hand van planning • maakt kennis met verpleegkundige zorg voor zorgvrager met dementeringsverschijnselen • maakt kennis met zorgvrager met chronische ziekte, bv CVA of diabetes. Literatuur en andere hulpmddelen: • Traject: Basiszorg 1 en 2 • Internet • Vakliteratuur: Nursing, Bijzijn • Vaardighedenlijst Resultaat: • maakt met projectgroep voorbereiding op praktijktoets • afnemen praktijktoets voor de stage in week van 18 oktober en 1 november 2010. • verzamelt bewijzen dat behandelde vaardigheden in praktijk zijn beoordeeld • maakt in de stage bijgevoegde basiszorgopdracht ‘ • presentatie schoolopdracht 3 project over voeding in januari 2011 ( in overleg met docent huishoudkunde) • afgeronde toetsen basiszorg 1 mbt hygiene en mobiliteit Tijdsinvestering: • 11 weken van 4 uur basiszorg • 11 weken van 3 uur anatomie, fysiologie en pathologie ter ondersteuning van basiszorg • Tijdens de stage: 7 weken met 2 basiszorg en 2 uur anatomie Leerjaar 1 projecthandleiding 1 ‘wonen zoals thuis’ BOL niveau 4 ROCvA Gooi-en Vechtstreek augustus 2010 t/ m januari 2011
25
Lessen plannen van zorg ‘wonen zoals thuis: In dit eerste semester staat plannen van zorg vooral met betrekking tot de basiszorg en methodisch hanelen centraal. Inhoud: • verzamelt gegevens over wonen en de persoonlijke basiszorg van de zorgvrager en maakt daarbij gebruik van verpleegkundige theorieën ( Nanda,Gordon,Orem) • werkt planmatig en methodisch volgens een werkplan • maakt gebruik van verschillende zorginformatiesystemen: bijvoorbeeld EPD • EBP • Start klinisch redeneren
Literatuur en andere hulpmddelen: • Traject: ‘plannen van zorg’ • in overleg Resultaat • voert de gewenste zorg uit aan de hand van een werkplanning. Organiseert een kerstlunch in week van 20 december • heeft kennis gemaakt met het doel en inhoud van een verpleegplan. • kan aan de hand van verschillende verpleegkundige theorieën mogelijke interventies beschrijven in relatie tot persoonlijke basiszorg en huishouden en wonen. • kennistoets plannen van zorg 1 in week 17 januari 2011
Tijdsinvestering: • tijdens 11 schoolweken: 2 uur/ week • tijdens de 7 stage weken: geen plannen van zorg
Leerjaar 1 projecthandleiding 1 ‘wonen zoals thuis’ BOL niveau 4 ROCvA Gooi-en Vechtstreek augustus 2010 t/ m januari 2011
26
Lessen omgangskunde ‘wonen zoals thuis’: In de casus maak je kennis met een licht dementerende zorgvrager met zelfzorgproblemen. Inhoud: • kent verschillende woonvormen voor ouderen. • heeft inzicht in het begeleiden van de zorgvrager bij zelfredzaamheid • ontwikkelt communicatieve vaardigheden • toont zich in gesprekken sociaal vaardig door feedback te geven, te vragen en te ontvangen • ontwikkelt een beroepshouding • ontwikkelt een visie op mens en op verplegen • heeft basiskennis van gerontologie • heeft basiskennis van de dementerende zorgvrager • kan kennis over ethisch denken en handelen toepassen in projectcasus • heeft kennis van het werkveld waar gewerkt wordt/ kent de sociale kaart/disciplines die te maken hebben met dementie. • Maakt een eigen levensboek als opdracht voor LLB Literatuur en andere hulpmddelen: • Traject: interactie in beroepsituaties • Internet • DVD en ander materiaal Resultaten: • je hebt inzicht in wat een normaal verouderingsproces inhoudt • je weet hoe men afwijkend gedrag bij ouderen verklaart en probeert te veranderen • je kunt de visie van je stage-instelling koppelen aan jouw eigen visie op zorg • je kunt elementen uit de beroepshouding van een verpleegkundige laten zien in je gedrag en werkt dit uit in de stage opdracht • behandelde vaardigheden zijn beschreven als interventies voor de eerste stage en beoordeeld • tweemaal een schriftelijk kennistoets interactie 1 en 2. • presenteren levensboek tijdens LLB uur in week 20 en 27 september Tijdsinvestering: • tijdens 11 schoolweken:2 uur/week • tijdens 7 stage weken: 1 uur/week
Leerjaar 1 projecthandleiding 1 ‘wonen zoals thuis’ BOL niveau 4 ROCvA Gooi-en Vechtstreek augustus 2010 t/ m januari 2011
27
Lessen huishoudkunde ‘wonen zoals thuis’. Tijdens deze workshop staat ondersteunen bij wonen, zorg voor het leefklimaat en voeding centraal
Inhoud: • • • • • •
achtergond hoe woon-, leef en slaapruimten verzorgd worden kennis hoe woon, - en groepsruimte(s) aangenaam en veilig kunnen zijn inzicht in planmatig en methodisch werken kennis van voeding en bereiden van maaltijden voor ouderen kennis van diëten voor ouderen kennis van en handelt naar wet, -en regelgeving en protocollen met betrekking tot hygiëne, veiligheid, ARBO, kwaliteitszorg, HACCP en ergonomisch werken.
Gebruikte boeken en hulpmiddelen • • • • •
Trajectboeken in overleg: huishouden en wonen Internet Kookboeken Tijdschriften over voeding en wonen Vaardighedenlijst
Resultaat: •
• • •
behandelde vaardigheden zijn uitgevoerd en beoordeeld in de stage instelling aan de hand van reflectieverslagen volgens de STARmethode; acht interventies hebben betrekking op woon, - leefklimaat maakt stage opdracht met betrekking tot huishouden en wonen. Inleveren week van 17 januari 2011 projectgroep presentatie eind januari 2011 schoolopdrachten voeding ( in overleg met docent basizorg) theorietoets in week van 8 november 2010
Tijdsinvestering: •
11 schoolweken: 1 uur week
Leerjaar 1 projecthandleiding 1 ‘wonen zoals thuis’ BOL niveau 4 ROCvA Gooi-en Vechtstreek augustus 2010 t/ m januari 2011
28
Inhoud projectbegeleiding: Bij projectbegeleiding staat het werken aan dit project centraal. De projectbegeleider heeft aan de hand van de uitslag van de leerstijlentest van Kolb groepen samengesteld van studenten met verschillende leerstijlen. Inhoud: • afhankelijk van project in te vullen door projectbegeleider • (samen)werken aan projectopdrachten • kunnen maken van reflectieverslag • kunnen maken van plan van aanpak • reflecteren op samenwerking Resultaat: • je stelt je collegiaal op: benoemt wat je moet doen om effectief/ goed samen te werken en je kunt aangeven wat je belangrijk vindt tijdens de samenwerking • plan van aanpak mbt project: driemaal - spiegelbeeld - ADL/ basiszorg en interactie - Wonen en leefklimaat • samenwerkingsverslag over bovenstaande drie schoolopdrachten • reflectieverslagen over de drie schoolopdrachten • beoordeling projectbegeleider voor portfolio CE ondersteunen bij verpleegkundige basiszorg Tijdsinvestering: • tijdens 13 schoolweken: 2 uur • tijdens de 7 stageweken: 1 uur
Leerjaar 1 projecthandleiding 1 ‘wonen zoals thuis’ BOL niveau 4 ROCvA Gooi-en Vechtstreek augustus 2010 t/ m januari 2011
29
Hoofdstuk 5: onderwijsplanning, toetsen en beoordelen ONDERWIJSPLANNING PROJECT 1 ‘WONEN ZOALS THUIS’ BOL NIVEAU 4 30 augustus 2010– 28 januari 2011 PERIODE 1 Week datum nummer 35 30 aug ‘10 36 06 sep ‘10
lesweek
Inhoud/activiteit/actie
1.1
- introductieweek/zie introductieprogramma
1.2
- les volgens rooster - uitdelen en algemene uitleg project 1 door projectbegeleider - uitleg project 1 schoolopdrachten door ‘vakdocenten’
37
13 sep ‘10
1.3
- inleveren verslag ‘spiegelbeeld’ bij interactie docent en projectbegeleider
38
20 sep ‘10 27 sep ‘10
1.4
- presentatie ‘spiegelbeeld’ bij LBB-er
1.5
- presentatie ‘spiegelbeeld’ bij LBB-er - bekend maken stageplek door stagecoördinator
40
04 okt ‘10
1.6
- voorbereiden op de stage door LBB-er - uitdelen en bespreken stage gids - maken stagewerkplan
41
11 okt ‘10 18 okt ‘10 25 okt ‘10 01 nov ‘10
1.7
- inleveren stagewerkplan bij LBB-er
1.8
- goedkeuring stagewerkplan door LBB-er - uitvoeren praktijktoets ADL/basiszorg HERFSTVAKANTIE
1.9
08 nov ‘10
1.10
-
39
42 43 44
45
uitvoeren praktijktoets ADL/basiszorg goedkeuring stagewerkplan door LBB-er kennismaken met stage-instelling kennismaken met contactpersoon uitleg stage opdracht door LBB-er kennismaken met stage-instelling kennismaken met contactpersoon stage
Leerjaar 1 projecthandleiding 1 ‘wonen zoals thuis’ BOL niveau 4 ROCvA Gooi-en Vechtstreek augustus 2010 t/ m januari 2011
30
instelling - inleveren schoolopdracht voeding bij huish.kunde docent/ basiszorgdocent en projectbegeleider - toets van de lessen: • Toets 1 Huishoudkunde • Toets 1 ADL/basiszorg • Toets 1 Interactie in beroepssituaties • Toets 1 anatomie
PERIODE 2 Week Datum Nummer 46 15 nov ‘10 47 22 nov ‘10 48 29 nov ‘10
Lesweek 2.1 2.2 2.3
49
06 dec ‘10
2.4
50
13 dec ‘10
2.5
Inhoud/activiteit/actie - Start stage 1 - bespreken stage opdracht - Stage - Stage - Inleveren schoolopdracht bij huisk-docent en projectcoach over: voeding - Stage - Voorbereiden schoolopdracht: kerstlunch bij docent plannen van zorg - contactpersoon neemt contact met stageinstelling - Stage - Voorbereiden schoolopdracht kerstlunch bij plannen van zorg - contactpersoon neemt contact op met stageinstelling - herkansingsweek
51
20 dec ‘10
52
27 dec ‘10 03 jan ‘11 10 jan ‘11
1 2
2.6
- Stage - Uitvoeren kerstlunch bij plannen van zorg docent KERSTVAKANTIE KERSTVAKANTIE
2.7
- Inleveren schoolopdracht kerstlunch bij plannen van Zorg docent en projectbegeleider - Laatste stageweek: - Stagebeoordeling
Leerjaar 1 projecthandleiding 1 ‘wonen zoals thuis’ BOL niveau 4 ROCvA Gooi-en Vechtstreek augustus 2010 t/ m januari 2011
31
3
17 jan ‘11
2.8
- Inleveren stageopdracht: • Huishouden en wonen: huishoudkunde docent • ADL/basiszorg; basiszorgdocent
4
24 jan ‘11
2.9
- presentatie van de schoolopdracht van voeding - Toetsen van de lessen: • toets 2 ADL/basiszorg • toets 1 Plannen van Zorg • toets 2 Interactie in beroepssituaties invullen en bespreken van houdingsformulier met LBB-er
•
Zie voor verdere informatie over toetsen en beoordelen: certificeerbare eenheid ‘ondersteunen bij verpleegkundige basiszorg’
Leerjaar 1 projecthandleiding 1 ‘wonen zoals thuis’ BOL niveau 4 ROCvA Gooi-en Vechtstreek augustus 2010 t/ m januari 2011
32
Leerjaar 1 projecthandleiding 1 ‘wonen zoals thuis’ BOL niveau 4 ROCvA Gooi-en Vechtstreek augustus 2010 t/ m januari 2011
33
Projecthandleiding Semester 1 Deel B: Leren, Loopbaan en Burgerschap Kerntaak 1: de deelnemer benoemt zijn eigen ontwikkeling en gebruikt middelen en wegen om daarbij passende leerdoelen te bereiken Kerntaak 2: de deelnemer stuurt de eigen loopbaan
Groep BOL niv 4 leerjaar 1 Semester 1 2011
: 3ZA0P : 30 augustus 2010 t/m 31 januari
Leerjaar 1 projecthandleiding 1 ‘wonen zoals thuis’ BOL niveau 4 ROCvA Gooi-en Vechtstreek augustus 2010 t/ m januari 2011
34
INHOUDSOPGAVE: 1
informatie over project ‘leren, loopbaan en burgerschap’ Kerntaak 1 en 2 blz 36
2
inhoud loopbaanbegeleiding
3
blz 38
inleiding op Leren Loopbaan en burgerschap blz 39 Hoofdstuk 1 competentiegericht leren, waar gaat dit over blz 40 Hoofdstuk 2 opdracht ‘mijn leerstijl ‘ blz 42 Hoofdstuk 3 mijn talent blz 43 Hoofdstuk 4A samenwerkend leren blz 45 4B opdracht ‘samenwerkend leren’ blz 46 Hoofdstuk 5A ‘reflectie’ blz 48 5B opdracht ‘reflectiegesprek’ blz 49 Aanvullingen ‘Korthagen’,Star(rt) blz 51 Hoofdstuk 6 POP blz 52 Hoofdstuk 7 A Kennismaken met stage instelling blz 53 Hoofdstuk 7 B vervolg kennismaken stage instelling blz 54
4 aftekenlijst kerntaak 1 en opdrachten: een overzicht 5 aftekenlijst kerntaak 2 en opdrachten: een overzicht
blz 55 blz 57
6 uitwerking van kerntaken 1 en 2 met bij behorende werkprocessen blz 59
Leerjaar 1 projecthandleiding 1 ‘wonen zoals thuis’ BOL niveau 4 ROCvA Gooi-en Vechtstreek augustus 2010 t/ m januari 2011
35
Project Groep 3ZA10P Week 35 t/m week 5
Leren, loopbaan en Burgerschap (datum 30 augustus 2010 t/m 31 januari 2011 )
Inleiding
In het eerste semester van leerjaar1 staat kennismaken met de …………… Je start met 10 weken op school met aansluitend 7 weken stage Daarna sluit je met 3 weken school het project af. In dit project maak je kennis met de kerntaken 1 en 2 van Leren,Loopbaan en Burgerschap..
Context/ casus
In het eerste semester ben je bezig met je eigen ontwikkeling en ga je werken aan persoonlijk leerdoelen en ook aan stage leerdoelen. Je loopbaan krijgt een centrale rol bij kerntaak 2. Je reflecteert op eigen kwaliteiten en stuurt je eigen loopbaan.
Opdracht en het resultaat
-
het maken en presenteren van jouw eigen levensboek het maken van de opdrachten horend bij kerntaak 1 het maken van de opdrachten horend bij kerntaak 2
Hulp en begeleiding: Projectstappen
Er zijn een aantal eindopdrachten. Voordat aan de opdrachten gewerkt kan worden, zal de levensboekopdracht met een voldoende beoordeeld moeten zijn. Dit is voorwaarde om door te kunnen gaan met LLB
Ondersteunende Je volgt lessen die ondersteunend zijn voor het werken aan de bijeenkomsten projectopdrachten. De ondersteunende lessen worden tijdens interactie en loopbaanbegeleiding gegeven Literatuur
- document LLB van de werkmaatschappij Gooi-en Vechtstreek - Boek: interactie hoofdstuk 2 - internet
Toetsen en beoordelen: Groepsproduct
Individuele beoordeling
Maken van een samenwerkingsverslag
Bij het uitvoeren van de verschillende activiteiten wordt •
presentatie van jouw levensboek individueel beoordeeld
•
een individuele reflectieverslag over onder andere de samenwerking en de individuele bijdrage.
•
er wordt individuele feedback gegeven door de betreffende
•
projectbegeleiding heeft een individuele beoordeling over dit
vakdocent en loopbaanbegeleider projectonderdeel Punten toekenning en
1. voldoende afronden en presenteren van levensboek)
Leerjaar 1 projecthandleiding 1 ‘wonen zoals thuis’ BOL niveau 4 ROCvA Gooi-en Vechtstreek augustus 2010 t/ m januari 2011
36
registratie
2. De verschillende andere onderdelen worden met ‘voldaan/ niet voldaan’ beoordeeld.
Herkansingsregeling
•
Herkansing van de verschillende andere onderdelen vindt volgens toetsplanning plaats (zie studie gids)
Organisatie ( roosters) Docentenaanwezigheid
-
Vakdocenten zijn volgens rooster beschikbaar
-
Gedurende het project word je volgens rooster door projectbegeleider begeleid
Deelnemersaanwezigheid
Klachten
100% aanwezigheid tijdens de ondersteunende lessen is verplicht.
Met klachten kun je terecht bij; 1 de betreffende vakdocent 2. de project begeleider 3. de loopbaanbegeleider. 4. de coördinator van de BOL 3/ 4: Peter van Kleij
Leerjaar 1 projecthandleiding 1 ‘wonen zoals thuis’ BOL niveau 4 ROCvA Gooi-en Vechtstreek augustus 2010 t/ m januari 2011
37
Inhoud loopbaanbegeleiding ‘waar ben je slim in?’ Hoe leer je je beroep steeds beter uit te oefenen en daarbij steeds beter zelf te bepalen wat je wilt, kunt, doet en presteert? Hoe kun je je eigen weg vinden en kennis opbouwen om te leren en te ontwikkelen vanuit wat jij belangrijk vindt? Veel mensen om je heen zeggen wat je moet doen. Je kunt alleen zelf zeggen op welke manier je wilt leren Jij alleen kunt zeggen wat jij leuk vindt. Leren is niet gemakkelijk. Als je kunt leren, vind je het wel makkelijker. Met loopbaanbegeleiding ga je leren om te leren. In een ‘vriendengroep’ leer ook nog samenwerken. Met je loopbaanbegeleider heb je tenminste tweemaal per jaar een individueel gesprek. En wat ook belangrijk is om te weten: als het tussendoor even niet zo lekker gaat met jou maak je eerder een afspraak. Inhoud: • Levensboek • hoe ga je de leerstijlentest gebruiken • beeldvorming toekomstige beroep • kennis over doelgroep • POP/PAP ( portfolio en stage werkplan) • formuleren leer, -ontwikelingsdoelen: SMART • intervisie • introductie van kerntaken 1 en 2 • zie verder bijgevoegde planning Literatuur: • Marije Draaijer- van der Kooi: Brondocument Leren Loopbaan en Burgerschap • Opdrachten blz. 39 t/m 54 • Opdrachten bij kerntaak 1 en 2 uit Brondocument, blz. 55 t/ m 63 Resultaat: • je hebt een Levensboek gemaakt en gepresenteerd tijdens loopbaanuren in week 37. • je maakt een persoonlijk ontwikkelingsplan (POP) • je maakt twee leer- of ontwikkelingsdoelen • je schrijft reflectieverslagen en hebt hier feedback op gekregen • je hebt een verpleegkundige geïnterviewd • je hebt een stagewerkplan/ PAP gemaakt • je hebt stage wensen en doelen geformuleerd • opdrachten zijn met voldoende beoordeeld. Tijdsinvestering: • tijdens de 13 schoolweken: 2 uur • tijdens de 7 stageweken: 1 uur Leerjaar 1 projecthandleiding 1 ‘wonen zoals thuis’ BOL niveau 4 ROCvA Gooi-en Vechtstreek augustus 2010 t/ m januari 2011
38
Inleiding op Leren loopbaan en burgerschap Voor jullie ligt de handleiding ( blz. 39 t/m blz. 54) over de oriëntatieperiode van de opleiding verzorgende BOL/ BBL en verpleegkundige niveau 4 BOL. Deze handleiding is beschreven in drie verschillende onderdelen. Dit zijn: 1. Het opleidingsbeeld. Je krijgt een helder beeld van de opleiding en de werkwijze die gehanteerd wordt. Je gaat leren samenwerken in werkgroepen . 2. Het zelfbeeld. Je gaat met je eigen onderwijsleerproces aan de slag door het ontwikkelen van het leren reflecteren en het bewust worden van je eigen leerproces. Je gaat op zoek naar je eigen talenten en leert hoe je je eigen ontwikkelingen kunt vastleggen in het portfolio. 3. Het beroepsbeeld. Je krijgt een overzicht van het toekomstig beroep van verschillende zorgcategorieën door te kijken in het heden en het verleden. Het leerproces wordt begeleid door de docent, waarbij de docent de rol van coach zal vervullen. Jij vervult tijdens de oriëntatieperiode een actieve rol in je eigen leerproces. De handleiding is daarbij een ondersteuning van jouw leerproces. De handleiding is jouw eigendom. Dit betekent dat de handleiding is gebaseerd op beroepscompetenties en een actieve en zelfsturende werkwijze van jou als student vraagt. De docent vervult een ondersteunende rol. Leren is leuk, straks weet je ook waarom.
Leerjaar 1 projecthandleiding 1 ‘wonen zoals thuis’ BOL niveau 4 ROCvA Gooi-en Vechtstreek augustus 2010 t/ m januari 2011
39
Hoofdstuk 1 Competentiegericht leren; waar gaat dit over? Zoals je waarschijnlijk al in allerlei tijdschriften en kranten hebt kunnen lezen verandert het onderwijs de laatste jaren. Er is verandering gekomen in de manier waarop je les krijgt en de manier waarop je geholpen en ondersteund wordt tijdens je leerproces. Wat houdt dit nu precies in? We zullen in het kort uitleggen welke grote veranderingen er plaats hebben gevonden. Jij hebt tijdens je middelbare-schoolperiode vast nog les gehad waarbij de docent voor de klas stond en vertelde waarover de les ging en hij stelde daarbij een aantal vragen over de lesstof die hij behandelde. Daar gaat nu verandering in komen. Want jij krijgt nu de mogelijkheid je eigen leerproces vorm te geven. In het begin van de opleiding krijg je daar ondersteuning bij van een docent. Deze ondersteuning wordt minder naarmate de opleiding vordert. Jij krijgt de mogelijkheid je te ontplooien als beginnend beroepsbeoefenaar die dit beroep zelfstandig vorm kan geven en uit kan voeren. De docent vervult tijdens de opleiding een coachende rol. Hij zal inspelen op jouw leervragen en je ondersteunen waar nodig. Samen met je studiegenoten leer je samenwerken in een projectgroep. Zo leer je met anderen te leren. Je gebruikt elkaars talenten om studievaardigheden aan te leren zodat jij jou talent kan ontwikkelen. Zo staat het ‘leren, leren ‘ centraal. Competentiegericht onderwijs, projectonderwijs, kerntaken, werkprocessen: Wat houdt dit precies in vraag je misschien af. Wij zullen dat in het kort uitleggen. Het doel van de competentiegerichte kwalificatiestructuur is een optimale aansluiting van de opleiding op de arbeidsmarkt. Een competentiegerichte opleiding geeft meer bagage voor jouw verdere leven. Het heeft als ideaal een perfecte mix van kennis, vaardigheden, persoonlijke eigenschappen en houding. Met één woord: competenties. Bij het invoeren van competentiegericht onderwijs zijn de kwalificatieprofielen de onmisbare ingrediënten. Leerjaar 1 projecthandleiding 1 ‘wonen zoals thuis’ BOL niveau 4 ROCvA Gooi-en Vechtstreek augustus 2010 t/ m januari 2011
40
Ze beschrijven de kerntaken, werkprocessen en competenties die beginnende beroepskrachten op mbo-niveau in hun bagage moeten hebben. Kwalificatieprofielen beschrijven competenties, kerntaken en kernopgaven, oftewel de eisen die de beroepspraktijk stelt. Ze beschrijven dus niet het leertraject of de opleiding zelf, maar het doel waar de opleiding naar toe werkt. Een kwalificatieprofiel bestaat uit: 1. Kerntaken. 2. Werkprocessen 3. Competenties Wat betekenen deze begrippen? 1. Kerntaken Kerntaken zijn beschreven taken, hoe je als beginnend beroepsbeoefenaar die taken uit moet voeren. In het kwalificatieprofiel voor mbo verpleegkundigen is deze verdeeld in 3 kerntaken, welke worden beschreven in aparte kernopgaven. Bijvoorbeeld kerntaak1 is ‘ bieden van zorg en ondersteuning op basis van een verpleegplan’. 2. werkprocessen Werkprocessen beschrijven het proces van een bepaalde vakmatige handeling die leidt tot resultaat. De werkprocessen worden gebruikt als toetsingsmiddel. Zij beoordelen de student (jij dus) of deze voldoet aan de eisen die de praktijk en de opleiding stelt als beginnend beroepsbeoefenaar. 3. Competenties Deze laat in één oogopslag zien welke competenties een aankomend beroepsbeoefenaar moet ontwikkelen om de werkprocessen naar behoren uit te kunnen uitvoeren. Een extra uitleg over de werkwijze met de kerntaken, werkprocessen en competenties krijg je tijdens projectcoaching en loopbaanbegeleiding. Samengevat: Het kwalificatieprofiel is de bouwsteen van competentiegericht onderwijs.
Leerjaar 1 projecthandleiding 1 ‘wonen zoals thuis’ BOL niveau 4 ROCvA Gooi-en Vechtstreek augustus 2010 t/ m januari 2011
41
Hoofdstuk 2
Opdracht: mijn leerstijl
Inleiding Let op: deze opdracht heb je misschien al bij projectbegeleiding gemaakt. Gebruik die uitwerking dan voor deze opdracht. De leerstijlen van Kolb beschrijven een manier om te kijken naar jouw persoonlijke leerstijl. Een leerstijl wil zeggen: een manier van omgaan met leerstof en leeractiviteiten. Er zijn bijvoorbeeld mensen die het fijn vinden om te leren door veel vragen te stellen. Anderen willen het liefst meteen met iets aan de slag. Daarnaast zie je studenten die eerst willen weten wat de theorie erover zegt of die direct een beslissing nemen en met de opdracht starten. Veel studenten die een test over leerstijlen maken, denken op dat moment voor het eerst na over hun manier van leren. Het is niet zozeer belangrijk in welk hokje je wordt ingedeeld (doener, denker, dromer of beslisser), maar het is nuttig dat je voortaan jezelf kunt observeren terwijl je leert. De ene leerstijl is niet beter dan de andere. Wel leent de ene stijl zich beter voor de ene dan voor de andere leersituatie. Dit verklaart bijvoorbeeld waarom sommige studenten niet op hun best zijn in een klassikale situatie, maar wel tot hun recht komen tijdens een practicum. Wat wordt er van je verwacht: 1. Zoek op internet literatuur over de leerstijlen van Kolb. Wat ga je doen: 1. Je maakt de leerstijlentest van Kolb; je maakt gebruik van internet in het OLC. 2. In je projectgroep bespreek je de uitkomst van de opdrachten.
Leerjaar 1 projecthandleiding 1 ‘wonen zoals thuis’ BOL niveau 4 ROCvA Gooi-en Vechtstreek augustus 2010 t/ m januari 2011
42
Hoofdstuk 3
Opdracht: Mijn talent
Inleiding Me, myself and I: mijn talent! Een van de waarden van ROC van Amsterdam is het ontwikkelen van talenten. ‘Jouw talent, jouw toekomst’ is een slogan van het ROC. Heel leuk, maar wat als ik vind dat ik geen talent heb? Wat, als je vindt dat je nergens beter in bent dan anderen? Wat, als je behoort tot de grijze massa? Joris speelt goed gitaar, Maaike kan erg goed tekenen, Nicole heeft altijd heel leuke ideeën. En ik? Ik loop er maar een beetje bij! Bij mij komen ze om hun verhaal kwijt te kunnen. Ik mag ze steeds complimentjes geven omdat ze zo goed zijn. Ik voel mij soms zo'n saaie muts… Het is een hele klus om te ontdekken wat je sterke kanten zijn. Vaak ken jij je zwakke kanten wel, anderen hebben je er vast wel eens op gewezen! Maar waar vind ik mijn sterke kanten? Waar liggen mijn talenten? Wat kan ik nou eigenlijk? Welke risico's neem ik in mijn leven? Welke mogelijkheden heb ik allemaal? Het ontdekken van je talenten en van alle mogelijkheden om ze te gebruiken is een levenslang proces. Iedereen kan iets en vaak kun je meer dan je zelf denkt! Met een beetje goede wil en vertrouwen in jezelf haal je meer uit het leven dan je zou denken! Geef antwoord op de volgende vragen: 1. Noteer 5 talenten/kwaliteiten van jezelf. Waar ben je goed in? Waarom ben je aan deze studie begonnen? Wat zijn je beste prestaties tot nu toe? Benadruk je sterke kanten. 2. Welke risico's heb jij genomen in je leven om je talenten te ontdekken? Met andere woorden: waar heb je veel moeite mee als het om jezelf gaat? Wat zou je graag veel beter kunnen? Zie je bepaalde obstakels voor het verdere verloop van je studie? Benoem er 2. 3. Waarom heb je vertrouwen in jezelf nodig om talenten te kunnen ontdekken? Bedenk 2 redenen. 4. ‘Gitaar kunnen spelen is helemaal niet belangrijk, het gaat om het bezoeken van gevangenen; je inzetten voor een betere wereld, een zieke troosten. Daar liggen je talenten.’ a. Ben jij het eens met deze uitspraak? b. Denk jij dat deze talenten waardevoller zijn dan bijvoorbeeld goed kunnen tekenen of succesvol kunnen sporten? Geef je mening over deze uitspraak. c. Geef ook aan wat je opleiding kan bijdragen aan deze uitspraak. 5. Lees onderstaande vier verhaaltjes. Op twee verhaaltjes ga je in: . - Je (serieuze) reactie laat zien dat je het wel of niet eens bent met de schrijver. - Je bedenkt drie argumenten waarom je voor of tegen bent. Maak hier een kort verslag van.
Leerjaar 1 projecthandleiding 1 ‘wonen zoals thuis’ BOL niveau 4 ROCvA Gooi-en Vechtstreek augustus 2010 t/ m januari 2011
43
A. Me, myself and I - Anouk ‘Talenten. Juist de variatie in talenten maakt de mens interessant. Het zou behoorlijk saai zijn als iedereen overal even goed in is. Talenten ontwikkelen moet je wel van binnenuit doen. Het moet niet aangemoedigd worden door anderen. Stap zelf eens ergens op af! Laten we vooral positief denken en die onontdekte talenten gaan ontwikkelen!’ B. Me, myself and I - Anita ‘Iedereen heeft zijn kwaliteiten en talenten. Of iemand zijn talenten gebruikt maakt mij niet uit. Ik weet niet of ik de parabel van de talenten letterlijk kan nemen. Ik vind het belachelijk dat je gestraft wordt omdat jij je talenten niet goed gebruikt hebt! Ik denk wel dat iedereen talenten bezit. De een heeft meer kwaliteiten en talenten dan de ander. Ik denk dat door opvoeding, de omgeving waar de persoon is opgegroeid en door lichamelijke aanleg talenten meer ontwikkeld kunnen worden.’ C. Me, myself and I – Martijn ‘Talenten zijn denk ik, ontstaan door afwijkingen in je genetische materiaal. Ik bedoel hiermee dat iedereen eigenlijk dezelfde mogelijkheden moet hebben. Een talent moet volgens mij dan ontstaan doordat er een kleine afwijking optreedt. Dit deed je in je werk niet goed. Daardoor richt jij je op iets anders. Dit ga je dan verder ontwikkelen! En zo ontstaat dan je talent. D. Me, myself and I - Sofie Iedereen heeft talenten. Alleen is dat zo'n cliché geworden dat je er bijna aan gaat twijfelen. Kun je van een bankovervaller zeggen dat hij daar best getalenteerd in is?
Leerjaar 1 projecthandleiding 1 ‘wonen zoals thuis’ BOL niveau 4 ROCvA Gooi-en Vechtstreek augustus 2010 t/ m januari 2011
44
Hoofdstuk 4 A ‘ Samenwerkend leren’ Inleiding Misschien ben je vanuit je vorige school gewend, dat de docent voor de klas staat. Je hebt vast gemerkt dat je hier veel samenwerkt met je medestudenten. Waarom werken we eigenlijk samen? Wat ga je leren? 1. je kunt 3 voorwaarden benoemen voor samenwerkend leren. 2. je kunt herkennen wat samenwerking voor jezelf betekent, dit blijkt uit de opgestelde leervragen. 3. je kunt benoemen wat jij zelf kan bijdragen aan een goede samenwerking. Hoe bereid je dit voor? 1. Lees de in Jette van der Hoeven het hoofdstuk over samenwerken of je krijgt een kopie van de docent. Vragen hierover neem je mee naar de les. 2. Voor de les beschrijf je in het kort een situatie die betrekking heeft op samenwerking die: - Positief of negatief ervaren is door jou. - Waarbij je beschrijft wat jouw aandeel was in deze situatie. - Deze situatie is niet lang geleden geweest. Wat wordt van jou verwacht?. 1. De ervaringen worden door middel van een presentatie aan de lesgroep getoond. 2. je maakt een samenwerkingsplan/ contract ( zie Jette van der Hoeven) 3. je geeft een korte presentatie over wat jullie als werkgroep belangrijk vinden bij samenwerking
Leerjaar 1 projecthandleiding 1 ‘wonen zoals thuis’ BOL niveau 4 ROCvA Gooi-en Vechtstreek augustus 2010 t/ m januari 2011
45
Hoofdstuk 4 B
Opdracht ‘samen werkend leren’ Casus Margreet
Deze casus bestaat uit 2 keuzemogelijkheden. Maak samen met je projectgroep een keus aan welke casus jullie de komende uren gaan werken. De beginsituatie en het eindproduct is bij beide varianten hetzelfde. Succes! Beginsituatie Margreet is dit schooljaar begonnen met de verpleegkunde opleiding niveau 4. Op vrijdag gaat ze niet naar school, maar naar verzorgingshuis Avondrood, waar ze een stage plek heeft. Ze vindt het prettig om mee te werken en na enkele weken wast ze zelfstandig enkele bewoners. Afgelopen vrijdag vroeg haar begeleidster of Margreet de medicijnen aan Mw. Glastra wilde geven. Ze stonden al klaar op het dienblad. Margreet doet dit, trots dat ze deze verantwoording krijgt. Wie weet zit er straks een vakantiebaantje voor haar in. Mogelijkheid 1 a. Hoe zou je zelf reageren als aan jou gevraagd werd de medicijnen uit te delen? b. Vergelijk deze situatie met iets dat jezelf is overkomen. a. Wat zegt de wetgeving hierover? b. Herken je de leerstijl van Margreet? c. Hoe zou je deze situatie anders kunnen aanpakken? d. Zoek bij je oplossingen de meest passende leerstijl. e. Welke leerstijlen hanteren jullie zelf? f. Wat betekent dit voor jullie samenwerking? g. Stel samen met je werkgroep een samenwerkingsplan op (maximaal 1 A4), waarin jullie afspraken maken met betrekking tot de samenwerking. Tip: neem naast alle ervaringen ook de informatie uit de aanbevolen literatuur mee. h. Bedenk een leuke manier om in 5 minuten jullie samenwerkingsplan en visie op samenwerken te presenteren. i. Minimaal 10 minuten voor het einde van de les evalueren jullie deze bijeenkomst. Handige vragen daarbij kunnen zijn: - Hoe was jouw deelname aan de opdracht? - Wat vond je moeilijk, wat vond je makkelijk? - Wat betekent dit voor een volgende keer? - Welke leervraag zou jij jezelf mee willen geven de volgende keer? - Wat verliep goed in de samenwerking? - Wat zijn aandachtspunten met betrekking tot samenwerking voor de volgende keer?
Afsluitend stel je met elkaar een top 10 op, met speerpunten voor samenwerking
Leerjaar 1 projecthandleiding 1 ‘wonen zoals thuis’ BOL niveau 4 ROCvA Gooi-en Vechtstreek augustus 2010 t/ m januari 2011
46
Mogelijkheid 2 Op maandag in de klas bij de leereenheid over recht gaat Margreet twijfelen over haar handelswijze. Ze besluit in haar projectgroep/ loopbaangroep dit voorval voor te leggen. Tijdens projectcoaching vertelt iedereen druk over het weekend. Margreet wacht een gelegenheid af om haar voorval in te brengen. Er is echter bij haar groep weinig motivatie om te werken, lachend wordt gevraagd of Margreet soms ongesteld is. Om de sfeer wat te verhogen wordt een muziekje opgezet. a. Stel vast wat hier precies aan de hand is b. Vergelijk de werkwijze van dit leerteam, met jullie werkwijze. c. Vergelijk deze werkwijze met de informatie over samenwerking uit de aanbevolen literatuur. d. Benoem de overeenkomsten en verschillen. e. Stel, jij bent Margreet, hoe zou jij deze situatie aanpakken? f. Stel samen met je werkgroep een samenwerkingsplan op (maximaal 1 A4), waarin jullie afspraken maken met betrekking tot de samenwerking. Tip: neem naast alle ervaringen ook de informatie uit de aanbevolen literatuur mee. g. Bedenk een leuke manier om in 5 minuten jullie samenwerkingsplan en visie op samenwerken te presenteren. h. Minimaal 10 minuten voor het einde van de les evalueren jullie deze bijeenkomst. Handige vragen daarbij kunnen zijn: - Hoe was jouw deelname aan de opdracht? - Wat vond je moeilijk, wat vond je makkelijk? - Wat betekent dit voor een volgende keer? - Welke leervraag zou jij jezelf mee willen geven de volgende keer? Neem de leervragen ook op in jullie plan. - Wat verliep goed in de samenwerking? - Wat zijn aandachtspunten met betrekking tot samenwerking voor de volgende keer?
Afsluitend stel je met elkaar een top 10 op, met speerpunten voor samenwerking
Leerjaar 1 projecthandleiding 1 ‘wonen zoals thuis’ BOL niveau 4 ROCvA Gooi-en Vechtstreek augustus 2010 t/ m januari 2011
47
Hoofdstuk 5 A ‘Reflectie’ Inleiding Op dit moment ben je gestart met een nieuwe opleiding. Een nieuwe uitdaging in je leven. Maar soms denk je terug aan de periode op de middelbare school. Wat heb je toen geleerd? Hoe heb je toen gereageerd en wat voelde je daarbij? Allemaal vragen waar jij in je gedachten antwoord op kunt geven. Misschien heb je dit wel opgeschreven in een dagboek. Tijdens de opleiding ga je ook regelmatig terugkijken op wat je gedaan hebt en hoe je daar in de toekomst mee verder kan gaan of wat je zal gaan veranderen. Wat ga je leren? 1. je weet wat het begrip reflecteren betekent. 2. je kunt de STAR(RT) methode of de cyclus van Korthagen benoemen. 3. je kunt, met behulp van een opdracht in spelvorm, de stappen van de STA(RT) methode of de cyclus van Korthagen doorlopen. 4. je kunt een individueel reflectieverslag schrijven gebruikmakend van een voorbeeld gegeven door de docent. Wat ga je maken? Je maakt een individueel reflectieverslag volgens de STA(RT) methode of de de cyclus van Korthagen. (De situatie: een gebeurtenis van de afgelopen twee weken).
Leerjaar 1 projecthandleiding 1 ‘wonen zoals thuis’ BOL niveau 4 ROCvA Gooi-en Vechtstreek augustus 2010 t/ m januari 2011
48
Hoofdstuk 5 B opdracht ‘ reflectiegesprek’ Het rollenspel De groepsgrootte Twee personen per rollenspel. Tijdsduur Maximaal 10 minuten. Materialen Er kan gebruik gemaakt worden van vooraf opgestelde vragen aan de hand van de STA(RT) methode of de cyclus van Korthagen. Samenstelling van de groep Een persoon is de vraagsteller. De andere beantwoordt de vragen. De opdracht ¾ Voer samen met een klasgenoot een rollenspel uit aan de hand van een gebeurtenis uit de afgelopen periode. ¾ Beschrijf de situatie op een half A4. ¾ Deze gebeurtenis vertel je na met gebruik van de STA(RT) methode of de cyclus van Korthagen. Wat ga je nu maken? 1. Je zoekt een maatje uit de klas om de opdracht te kunnen maken. 2. Je zoekt de STA(RT) methode of de cyclus van Korthagen op en gebruikt de vragen van het reflectiemodel. 3. Beschrijf een situatie aan de hand van een gebeurtenis uit de afgelopen periode. (omschrijving maximaal een half A4) 4. Gebruik nu de vragen die je hebt opgesteld (STAR(RT) of reflectiecyclus van Korthagen) en verzin hier een antwoord bij. 5. Speel de situatie uit tijdens de opdracht waarbij speler 1 de situatie in het kort vertelt en de vragen beantwoord. Speler 2 stelt de vragen.
Leerjaar 1 projecthandleiding 1 ‘wonen zoals thuis’ BOL niveau 4 ROCvA Gooi-en Vechtstreek augustus 2010 t/ m januari 2011
49
Aanvulling: Reflectie schrijven volgens Korthagen. Fase 1 Handelen en evaringen op doen (of Handelend ervaringen op doen) Wat wilde ik bereiken? Waar wilde ik op letten? .Wat wilde ik uitproberen? Fase 2 Wat gebeurde er concreet? Wat wilde ik? Wat deed ik?. Wat dacht ik? Wat voelde ik? Fase 3 Formuleren van essentiële aspecten Hoe hangen de antwoorden op de vorige vragen samen . Wat betekent de invloed van de context van de school als geheel? Wat betekent dat nu voor mijzelf? Wat is het probleem?(of positieve ontdekking)? Fase 4 Alternatieven ontwikkelen en daar uit kiezen. Welke alternatieven zie ik (oplossingen of manieren om gebruik te manken van mijn ontdekking)? Welke voor- en nadelen hebben die? Wat neem ik me nu voor ten aanzien van de volgende keer
Leerjaar 1 projecthandleiding 1 ‘wonen zoals thuis’ BOL niveau 4 ROCvA Gooi-en Vechtstreek augustus 2010 t/ m januari 2011
50
Reflectie volgens STAR(RT)-methode
1.Situatie Wat was de situatie? * wat gebeurde er? * wie waren er bij betrokken? * waar speelde de situatie zich af? * wanneer speelde deze situatie?
2.Taak Algemeen: * wat was je taak? * wat was je rol? * wat werd er van je verwacht?
5.Reflectie * hoe vond je dat je het deed? * was je tevreden met het resultaat? * wat zou je een volgende
Persoonlijk: * wat wilde je bereiken? * wat verwachtte je van jezelf in
keer anders doen? * wat heb je daarvoor nodig? * welke specifieke competenties (kennis
die situatie?
en vaardigheden) zet een gekwalificeerde medewerker
4.Resultaat * wat kwam er uit? * hoe is het afgelopen? * wat was het resultaat van je handelen? * hoe reageerde(n) de ander(en)?
3.Actie * wat heb je precies gezegd en/of gedaan? * hoe was je aanpak? * en toen? * hoe reageerde(n) de ander(en) op jou? * wat heb je vervolgens gezegd en/of
Leerjaar 1 projecthandleiding 1 ‘wonen zoals thuis’ BOL niveau 4 ROCvA Gooi-en Vechtstreek augustus 2010 t/ m januari 2011
51
Hoofdstuk 6 ‘maken van een POP’
Inleiding De leerstijlen en ‘mijn talent’ zijn aan de orde geweest. Ook hebben je al geoefend met het reflectiemodel volgens de STAR(RT) en van Korthagen. Dit zijn onderwerpen die tijdens de opleiding steeds terug zullen komen en waar je veel mee zult werken. Van jou als toekomstig verzorgende of verpleegkundige niveau 4 wordt een reflectieve houding noodzakelijk geacht. Dat wil zeggen dat je in staat moet zijn kritisch na te denken over je eigen handelen. Ook moet je dit handelen zonodig bij kunnen stellen en hierin onderbouwde keuzes kunnen maken Knelpunten daarin worden met behulp van persoonlijke leervragen vastgelegd en bijgesteld in je Persoonlijk Ontwikkelings Plan. Wat 1. je 2. je 3. je
ga je leren en wat ga je doen? kan verwoorden wat een POP is. kan verwoorden wat een PAP is. hebt een globale POP voor dit jaar gemaakt.
Leerjaar 1 projecthandleiding 1 ‘wonen zoals thuis’ BOL niveau 4 ROCvA Gooi-en Vechtstreek augustus 2010 t/ m januari 2011
52
Hoofdstuk 7 A. ‘kennismaken met een stage-instelling’ ( onder voorbehoud!) Inleiding Let op; deze opdracht kunnen allen uitgevoerd worden indien bekend is waar je stage gaat lopen. Deze periode ga je met een groep een stage instelling bezoeken en onderzoek je d.m.v. een interview de visie, de doelgroep en de werkwijze van deze instelling. Samen met je loopbaanbegeleider overleg je met welke instelling jullie contact zullen maken. Je krijgt de tijd om je bezoek voor te bereiden samen met je groepsgenoten. Wat ga je leren? 1. je maakt een planning gemaakt voor het te houden interview bij de stageinstelling. 2. je bereidt het interview voor het werkveld bezoek schriftelijk voor. 3. je oefent in het samenwerken in een subgroep. Wat ga je maken? 1. De voorbereiding op het bezoek aan de leerafdeling leg je schriftelijk vast. 2. Ook wordt er een procesverslag gemaakt over de samenwerking. 3. Deze lessen zijn onbegeleid, echter de docent is wel beschikbaar voor vragen. Wat wordt geëvalueerd? Hoe wordt geëvalueerd? De voorbereiding van het bezoek wordt d.m.v. een procesverslag geëvalueerd. In dit verslag beschrijf je ook de samenwerking.
Leerjaar 1 projecthandleiding 1 ‘wonen zoals thuis’ BOL niveau 4 ROCvA Gooi-en Vechtstreek augustus 2010 t/ m januari 2011
53
Hoofdstuk 7 B instelling’
Opdracht
‘kennismaken met een stage-
Inleiding Om een eerste indruk te krijgen van de verschillende stage-instellingen, die bij deze opleiding aangesloten zijn, krijg je nu de gelegenheid om echt te zien wat de stage-instelling betekent en wat jij wilt weten over deze organisaties/instelling. Je houdt een interview met verschillende personen uit de instelling, waar jij vorige week voor gekozen hebt. Om de medestudenten van jouw lesgroep een beeld te geven van de door jou bezochte zorginstelling bereid je een presentatie voor. Deze presentatie wordt als afsluiting gehouden. Wat ga je leren? 1. je neemt een interview af bij een van de zorginstellingen, die bij deze opleiding verbonden zijn. 2. je hebt je voorbereid op de te houden presentatie. Wat ga je maken? 1. Na het interview maak je een verslag over jullie bevindingen. Deze gegevens gebruik je bij de voorbereiding van de presentatie. 2. De voorbereiding van de presentatie beschrijf je op 2 A-4tjes en lever je na de presentatie in bij de docent. 3. De invulling van de presentatie is vrij. (Max. 15 min per groepje) Wat wordt geëvalueerd? 1. De samenwerking van de groep en het bezoek aan de leerafdeling worden geëvalueerd. 2. De evaluatie vindt plaats door het bezoek aan de zorginstelling en de samenwerking van je groepje te beschrijven in een verslag.
Leerjaar 1 projecthandleiding 1 ‘wonen zoals thuis’ BOL niveau 4 ROCvA Gooi-en Vechtstreek augustus 2010 t/ m januari 2011
54
Onderstaande overzicht zijn bewerkingen uit het Brondocument dat je aan het begin van jaar 1 hebt gekregen.
1. kerntaak 1 en opdrachten KERNTAAK 1 en OPDRACHTEN
‘LEREN’ Deelnemers niveau 3-4 Kerntaak:1 Benoemt de eigen ontwikkeling en gebruikt middelen en wegen om daarbij passend leerdoel te bereiken
Doel kerntaak 1 Voor deze kerntaak toon je aan dat je je hebt ontwikkeld. Met behulp van de competentie 0-meting krijg je inzicht in wat je kunt. Je leert je leerdoelen benoemen, plannen en uitvoeren.
Verzamel de volgende bewijzen in jaar 1: Levensboek, zie opdracht project 1
Leerstijlen test van Kolb en bijbehorend opdracht 2 op blz. 40
Opdracht ‘samenwerkend leren’ casus Margreet op blz. 44 en blz. 45
Maken van twee reflectieverslagen volgens de STARR-methode op blz. 49
Een Persoonlijk Ontwikkelingsplan (POP) , zie uitwerking op blz. 61
Bewijs dat er aan minimaal 4 leerdoelen is gewerkt, zie ook schrijven stage werkplan/ stage gids
Competentie 0-meting ( wordt uitgedeeld)
Feedback van derden over het behalen van leerdoelen naar aanleiding van stage.
Minimaal 2 Persoonlijke Actieplannen (PAP)
Alle schriftelijke bewijsstukken op B1 niveau Nederlands
Wanneer voldoende? Voor dit eerste schooljaar heb je aangetoond dat je de kerntaak voldoende hebt als alle te behalen resultaten als voldaan beoordeeld zijn. Je kunt de bewijzen dan toevoegen aan je portfolio.
Leerjaar 1 projecthandleiding 1 ‘wonen zoals thuis’ BOL niveau 4 ROCvA Gooi-en Vechtstreek augustus 2010 t/ m januari 2011
55
Zorg dat je de volgende resultaten hebt behaald: 1. Je hebt in je POP/PAP:
opgesteld en deze minimaal drie maal bijgesteld, bij aanvang, tussentijds en laatste jaar opleiding.
minimaal vier leerdoelen die belangrijk zijn voor je beroep SMART geformuleerd.
beschreven hoe je aan vier leerdoelen heeft gewerkt (STARR1).
een competentie 0-meting/ ingevulde leerstijlentest van Kolb
gereflecteerd op de uitkomsten van je competentie 0-meting.
aangegeven hoe jij het beste leert.
feedback opgenomen van derden2 over de manier waarop je jouw leerdoelen heeft
uitgevoerd.
aangetoond hoe jij vanuit jouw leerstijl aan je leerdoelen werkt.
uitgelegd waarom je bepaalde middelen inzet om aan jouw leerdoelen te werken.
een planning voor het uitvoeren van jouw leerdoelen opgenomen.
Twee verschillende bewijzen waarin je reflecteert op je leerproces.
Je woordgebruik is gevarieerd, je gebruikt lidwoorden meestal correct
Je tekst heeft samenhang door begin-midden-slot.
Je spelling is redelijk correct, spelfouten tasten de begrijpelijkheid niet aan.
Grammaticaal maak je in beperkte mate fouten, de fouten tasten de begrijpelijkheid niet Je bewijzen
2.
hebben Nederlands niveau B1 (niveau 3 deelnemers)aan.
3.
Al je bewijzen hebben
Voorblad met: Titel, kerntaak, deelnemersnummer, opleiding, vak, klas/groep,
naam, datum, naam beoordelaar.
Inhoudsopgave
Inleiding, Opbouw en Conclusie
1
Situatie, Taak, Actie, Resultaat, Reflectie
2
Bijvoorbeeld docent, stagebegeleider, mededeelnemer etc.
Leerjaar 1 projecthandleiding 1 ‘wonen zoals thuis’ BOL niveau 4 ROCvA Gooi-en Vechtstreek augustus 2010 t/ m januari 2011
56
2. kerntaak 2 en opdrachten
KERNTAAK 2 en OPDRACHTEN
‘LOOPBAAN’ Deelnemers niveau 3-4 Kerntaak:2 Stuurt de eigen loopbaan. Doel kerntaak 2 Voor deze kerntaak toon je aan dat je je hebt ontwikkeld. Dat doe je door je te oriënteren op toekomstig beroep. Je vormt je een beeld van jouw toekomstige beroep. Je onderzoekt wat je competenties zijn en zoekt uit of deze aansluiten bij wat je wilt.
Zorg dat je de volgende bewijzen hebt verzameld: Zo mogelijk interview met verzorgende/ verpleegkundige van je stage instelling. Zie hoofdstuk 7 blz. 51 en verder Opdracht over sterkte/ zwakte kanten van jezelf over je kwaliteiten. Zie hoofdstuk 3 blz. 41 en verder Stagewerkplan. Zie ook schrijven PAP en stage gids Feedbackverslagen ,ook van de projectbegeleider over het werken aan het project Schrijven en laten beoordelen van reflectieverslagen tijdens de stage Alle schriftelijke bewijsstukken op B1 niveau Nederlands
Wanneer voldoende? Voor dit eerste schooljaar heb je aangetoond dat je de kerntaak voldoende hebt als alle te behalen resultaten als voldaan beoordeeld zijn. Je kunt de bewijzen dan toevoegen aan je portfolio.
Leerjaar 1 projecthandleiding 1 ‘wonen zoals thuis’ BOL niveau 4 ROCvA Gooi-en Vechtstreek augustus 2010 t/ m januari 2011
57
Zorg dat je de volgende resultaten hebt behaald: 1. Je hebt in je POP/PAP:
feedbackverslagen van minimaal 2 docenten, één stagebegeleider en één collega
met behulp van je ontvangen feedback aangegeven aan welke competenties je gaat werken
uitlegt welke middelen je inzet om aan je leerdoelen te werken
recentelijk bijgewerkt.
2. Je hebt een bewijs waaruit blijkt
of je competenties en je toekomstige beroep bij elkaar passen
of je wensen en je toekomstige beroep bij elkaar passen
dat je je hebt georiënteerd op je toekomstig beroep. Je geeft hierin aan of en waarom dit werk je past.
dat je een instantie hebt benaderd om je te oriënteren op je toekomstig beroep / BPV.
dat je weet wat jou (beroeps) mogelijkheden zijn na het afronden van je opleiding.
dat je recentelijk een verslag hebt geschreven van een beoordelingsgesprek
dat je hebt gereflecteerd op een gevoerd beoordelingsgesprek
3. Je bewijzen hebben Nederlands niveau B1 (niveau 3 deelnemers)
Je woordgebruik is gevarieerd, je gebruikt lidwoorden meestal correct
Je tekst heeft
Je spelling is redelijk correct, spelfouten tasten de begrijpelijkheid niet aan.
Grammaticaal maak je in beperkte mate fouten, de fouten tasten de begrijpelijkheid niet aan.
samenhang door begin-midden-slot.
. 4. Al je bewijzen hebben
Voorblad met: Titel, kerntaak, deelnemersnummer, opleiding, vak, klas/groep,
naam, datum, naam beoordelaar.
Inhoudsopgave
Inleiding, Opbouw en Conclusie
Leerjaar 1 projecthandleiding 1 ‘wonen zoals thuis’ BOL niveau 4 ROCvA Gooi-en Vechtstreek augustus 2010 t/ m januari 2011
58
Kerntaak:1 Benoemt de eigen ontwikkeling en gebruikt middelen en wegen om daarbij passende leerdoelen te bereiken Tijdens het panelgesprek wordt formeel vastgesteld dat de deelnemer zich heeft ontwikkeld conform het betreffende werkproces. Werkproces en competenties
Met behulp van het examen Op grond van de te behalen resultaten zijn de dossier toont de deelnemer aan dat bewijsstukken voor het examendossier voldaan hij voor elke indicator bewijzen of niet voldaan. heeft verzameld. Indicatoren De deelnemer kan aantonen:
Te behalen resultaten kerntaak 1
1.1
1.1.1
1.1.1.1
Benoemt leerdoelen voor Welke leerdoelen hij zich gedurende de opleiding heeft de eigen ontwikkeling gesteld/bereikt. - Formuleren en Rapporteren - Analyseren - Onderzoeken - Gedrevenheid en ambitie tonen
V
De deelnemer heeft een POP opgesteld en minimaal drie maal bijgesteld (bij aanvang, tussentijds en laatste jaar opleiding) 1.1.1.2 De deelnemer heeft minimaal vier leerdoelen relevant voor zijn beroep 3 SMART geformuleerd in een POP. 1.1.1.3. De deelnemer heeft in een POP beschreven hoe hij aan vier leerdoelen heeft gewerkt (STARR4).
1.2
1.2.1
Inventariseert geschikte manieren van leren
Dat hij een valide competentie De deelnemer heeft in zijn POP een 0-meting heeft onderzocht en competentie 0-meting. geanalyseerd.
- Formuleren en Rapporteren - Analyseren - Onderzoeken - Gedrevenheid en ambitie tonen
1.2.1.1
1.2.1.2 De deelnemer heeft in zijn POP gereflecteerd op de uitkomsten van zijn competentietest.
1.2.1.2 De deelnemer heeft in een POP aangeven hoe hij het beste leert.
3
Specifiek, Meetbaar, Acceptabel, Realistisch, Tijdgebonden 4
Situatie, Taak, Actie, Resultaat, Reflectie
Leerjaar 1 projecthandleiding 1 ‘wonen zoals thuis’ BOL niveau 4 ROCvA Gooi-en Vechtstreek augustus 2010 t/ m januari 2011
59
NV
1.3
1.2.2
1.2.2.1
Welke feedback hij heeft ontvangen
De deelnemer heeft in zijn POP feedback opgenomen van derden5 over de manier waarop hij zijn leerdoelen heeft uitgevoerd.
1.3.1
1.3.1.1
Kiest bij de situatie en bij Op welke manieren hij leert. zichzelf passende manieren van leren
De deelnemer heeft minimaal twee PAP’s waarin hij aantoont hoe hij vanuit zijn leerstijl aan zijn leerdoelen werkt.
- Beslissen en activiteiten 1.3.2 initiëren - Analyseren Welke middelen hij inzet om - Creëren en innoveren zijn leerdoel te bereiken
1.3.2.1
1.4
1.4.1.1
1.4.1
De deelnemer heeft minimaal twee PAP’s waarin hij uitlegt waarom hij bepaalde middelen inzet om aan zijn leerdoel te werken.
Plant zijn eigen leerproces De deelnemer kan aantonen De deelnemer heeft minimaal twee en voert het uit hoe hij zijn leerdoelen plant en PAP’s waarin hij een planning voor zijn leerdoelen heeft opgenomen. uitvoert. - Beslissen en activiteiten initiëren - Plannen en organiseren
1.5
1.5.1
1.5.1.1
Evalueert de gekozen
De deelnemer kan aantonen dat hij kan reflecteren op zijn manier van leren in een bepaalde situatie
De deelnemer heeft minimaal twee producten waarin hij reflecteert op zijn leerproces. Hij verwijst hierbij naar zijn POP.
manier van leren - Analyseren - Leren
1.5.1.2 De deelnemer heeft een volledig ingevuld ‘voorbereidingsformulier panelgesprek’.
5
Bijvoorbeeld docent, stagebegeleider, mededeelnemer etc.
Leerjaar 1 projecthandleiding 1 ‘wonen zoals thuis’ BOL niveau 4 ROCvA Gooi-en Vechtstreek augustus 2010 t/ m januari 2011
60
1.1 t/m 1.5
Stijleisen aan bewijzen
Een voorblad/kant met: titel, kerntaak, deelnemersnummer, opleiding, vak, klas/groep. Naam, datum, naam beoordelaar. Inhoudsopgave Inleiding Opbouw Conclusie Bronvermelding
Eisen Nederlands Schrijfvaardigheid B1 ( niv. 3 ) Eisen Nederlands Schrijfvaardigheid B2 ( niv. 4 )
Woordgebruik: redelijk gevarieerd Tekst: enige samenhang, over het algemeen begrijpelijk Spelling: spelfouten tasten begrijpelijkheid niet aan Woordgebruik: gevarieerd, fouten in zeer beperkte mate Tekst: coherent betoog Spelling: meestal correct, fouten in zeer beperkte mate Grammatica: fouten in beperkte mate
Leerjaar 1 projecthandleiding 1 ‘wonen zoals thuis’ BOL niveau 4 ROCvA Gooi-en Vechtstreek augustus 2010 t/ m januari 2011
61
Informatie SMART formuleren
Onderstaand schema kan je helpen bij het SMART formuleren van je leerdoel SMART Specifiek
Meetbaar
Acceptabel/ambitieus
Realistisch
Fout Leidinggeven
Goed Corrigerend optreden
Te algemeen, leidinggeven is een te breed leerdoel, het bevat te veel kleinere elementen (motiveren, coachen, corrigeren, grenzen stellen, overzicht behouden etc.) waar ga je aan werken? Feedback van medestudenten en tutor
Dit is éénduidig. Je kunt je op één element concentreren.
Feedback waarop? Op welke criteria? Ik vind het goed Of: Ik vind het moeilijk en dus ambitieus
Dit is meetbaar
Wat is goed? Waarom ambitieus?
Dit is de ambitie van de student en dus acceptabel voor hem.
Ja, het is goed te doen
Dit is haalbaar, omdat ik in de volgende periode als projectleider 8 weken de tijd heb om te oefenen in het corrigerend optreden.
Waarom denk je dat?
Tijdgebonden
Dit moet ik aan het eind van mijn studie kunnen Of: Je blijft je hele elven leren. Je bent nooit klaar.
Elke week minimaal drie verbeterpunten te geven aan mijn teamleden
Ik wil de effectiviteit van de groep en de kwaliteit van de eindproducten verhogen door corrigerend op te treden als projectleider
Dit is realiseerbaarheid is aannemelijk gemaakt. Aan het eind van periode 3 heb ik mijn leerdoel behaald. Stimulans om resultaatgericht aan de gang te gaan.
Geen meet momenten en dus ook geen aanleiding om met deerdoel aan de slag te gaan Leerdoel SMART geformuleerd: In periode drie treed ik als projectleider corrigerend op door elke week minimaal drie verbeterpunten te benoemen aan mijn teamleden.
Leerjaar 1 projecthandleiding 1 ‘wonen zoals thuis’ BOL niveau 4 ROCvA Gooi-en Vechtstreek augustus 2010 t/ m januari 2011
62
Format POP / PAP formulier Naam deelnemer: Opleiding: 1
klas:
leerjaar:
periode:
Werkproces / competentie ________________________________________________________________
2
Leerdoel (concrete beschrijving) ________________________________________________________________
3
Gewenst resultaat ________________________________________________________________
4
Activiteiten (wat ga je doen om het leerdoel te behalen) ________________________________________________________________ ________________________________________________________________ ________________________________________________________________ ________________________________________________________________
5
Tijdplanning (binnen welke tijd wil je het leerdoel behalen?) ________________________________________________________________
6
Prestatie indicator (hoe meet je of het doel behaald is?) ________________________________________________________________ ________________________________________________________________
7
Randvoorwaarden (wat heb je nodig om het doel te bereiken?) ________________________________________________________________ ________________________________________________________________ ________________________________________________________________ ________________________________________________________________
8
Reflecteren: Kijk terug op de afgelopen periode met behulp van het STARR model.
9
Behaald resultaat ________________________________________________________________ ________________________________________________________________ ________________________________________________________________ ________________________________________________________________
Leerjaar 1 projecthandleiding 1 ‘wonen zoals thuis’ BOL niveau 4 ROCvA Gooi-en Vechtstreek augustus 2010 t/ m januari 2011
63
Onderwijsplanning LLB semester 1 10 weken school-----2 lesuren LBB Lesweek • Uitdelen studiegids en LLB brondocument 1 werkmaatschappij Gooi,-en Vechtstreek. • Uitleg studiegids: kerntaken, werkprocessen, competenties • werken aan eigen levensboek ‘Spiegelbeeld’ Lesweek • verdere uitleg kerntaken, werkprocessen, competenties 2 • ingaan op document LLB ; zie opdrachten inleiding LLB blz. 39 en verder Lesweek • 0-meting competenties maken en bespreken 3 • inleveren ‘Spiegelbeeld’; start presentaties Lesweek 4
• •
Lesweek 5
• •
Lesweek 6
• • • • • • • •
Presentaties levensboek ‘Spiegelbeeld’ Inventariseren geschikte manier van leren; projectbegeleiding leerstijlentest gebruiken. Presentaties ‘Spiegelbeeld’ Hoofdstuk 3 ‘Mijn talent’ : maken en bespreken opdrachten bespreken voor stage,- en schoolopdrachten uit project Uitleg over reflecteren / Starrt methode Hoofdstuk 5 A en 5B Uitleg stage gids en stage werkplan verwerken stage opdracht in stage werkplan uitleg POP, hoofdstuk 6 Zelfstandig werken aan stagewerkplan Hoofdstuk 7A en 7B indien mogelijk
Lesweek 9
• • •
Uitleg portfolio Zo mogelijk individuele gesprekken Kennismaken met contactpersonen van stage instelling
Lesweek 10
• • • •
verdere uitleg POP/ persoonlijke leerdoelen Intervisie groepjes samenstellen. opdrachten van afgelopen weken op orde? Zo mogelijk individuele gesprekken
Lesweek 7 Lesweek 8
7 weken stage--------1 lesuur begeleiding Lesweek 1 - Intervisie gesprekken over de stage, - met meerdere leerlingen samenwerkingscontract maken Lesweek 2 Lesweek 3 Lesweek 4
- stagewerkplan,POP, - reflectieverslagen. - Stage opdrachten - Individuele gesprekken, - POP, - reflectieverslagen. - intervisie gesprekken over de stage, met meerdere leerlingen - contact met contactpersoon van de stage instelling
Lesweek 5
- Intervisie gesprekken over de stage, met meerdere leerlingen
Lesweek 6
- Individuele gesprekken, - POP, - reflectieverslagen.
Leerjaar 1 projecthandleiding 1 ‘wonen zoals thuis’ BOL niveau 4 ROCvA Gooi-en Vechtstreek augustus 2010 t/ m januari 2011
64
Lesweek 7
- Individuele gesprekken, - POP, - reflectieverslagen. - afronding stage
3 weken school------2 lesuur begeleiding Lesweek 8 Terugkijken op de stage, hoe ging de stage opdracht. Lesweek 9
Reflectieverslag over de stage
Lesweek 10
Stagewerkplan schrijven, 2e stage Afronding project 1
Leerjaar 1 projecthandleiding 1 ‘wonen zoals thuis’ BOL niveau 4 ROCvA Gooi-en Vechtstreek augustus 2010 t/ m januari 2011
65