28 mei 2012 Opdrachtgever Gemeente Amsterdam - Programmateam “Om Het kind!” - Hervormingen Zorg voor de Jeugd Judith Suurmond Projectgroep Judith Suurmond, Renske Emmelkamp, Marc van Gemert en Sybe Bijleveld (DMO) Laurens Waling, Krijn Pons en Gerco Buijk (Alares)
Functioneel Ontwerp Jeugdzorg 3.0
Wat als we eens helemaal opnieuw beginnen?
Wat als we eens helemaal opnieuw beginnen? De jeugdzorg verhuist de komende jaren van de stadsregio naar de gemeente. De gemeente wordt daarmee verantwoordelijk voor alle taken rondom het veilig en gezond opgroeien van alle Amsterdamse kinderen. Wat een kans! Rondom het huidige systeem zijn de nodige problemen bekend. Het aanbod sluit slecht aan bij de vraag, de kosten zijn onbeheersbaar, innovatie vindt beperkt plaats en het imago is niet best. De gemeente Amsterdam heeft daarom in haar visie en programma ‘Om het kind!’ al een aantal duidelijke statements opgenomen over hoe zij de zorg voor jeugd anders wil organiseren.
Inspireren In het proces om samen met aanbieders tot een functioneel ontwerp te komen, blijkt het lastig om van de huidige situatie los te komen. De vraag “Wat als we nu eens helemaal opnieuw beginnen?” stellen we om betrokkenen uit te dagen de jeugdzorg anders in te richten. Onze ambitie is: neem lessons learned mee, maar inspireer elkaar vooral vanuit nieuwe mogelijkheden. Wij realiseren ons dat onderstaand ontwerp verstrekkend is, en zelfs op een aantal punten in de directe toekomst moeilijk realiseerbaar is. Toch zetten we dit ontwerp bewust als een paradigma verschuiving neer, zodat we toekomstige veranderingen altijd in het totaalbeeld van dit innovatieve Functioneel Ontwerp kunnen zien; veranderingen in de context van Jeugdzorg 3.0.
Jeugdzorg 3.0 Dit voorliggend innovatief en alternatief jeugdzorg ontwerp noemen we Jeugdzorg 3.0, naar de analogie van het benutten van de online mogelijkheden om slimmer te organiseren én het centraal zetten van gezin en maatschappij: Jeugdzorg 1.0: het traditioneel aanbod gericht en offline organiseren van jeugdzorg; Jeugdzorg 2.0: het benutten van online mogelijkheden in de traditionele manier van organiseren; Jeugdzorg 3.0: staat voor het opnieuw gezins- en vraaggericht organiseren op basis van online mogelijkheden. In oktober 2012 neemt de Gemeente Amsterdam een koersbesluit over hoe het jeugdzorgstelsel anders te organiseren. Wij, de projectgroep voor dit ontwerp, willen met Jeugdzorg 3.0 een toekomst te schetsen die verleidt tot het maken van een aantal baanbrekende keuzes.
Leeswijzer We bouwen dit functioneel ontwerp op aan de hand van zes hoofdstukken: eerst geven we de uitgangspunten voor ons functioneel ontwerp. Ten tweede beschrijven we de functionaliteiten van de jeugdcloud; de organisatorische basis achter ons ontwerp. Vervolgens benoemen we de verschillende actoren in ons ontwerp. In hoofdstuk 4 doorlopen we het ontwerp met vier cases, vier gezinssituaties met een verschillende eigen kracht niveau. Hoofdstuk 5 zijn de aandachtspunten voor de gemeente. En ten slotte vier veel gestelde vragen. In de bijlage namen we ons advies voor implementatie op, omdat dit eigenlijk buiten de scope van ons functioneel ontwerp zelf ligt.
Tekeningen Bij dit ontwerp hoort een grafische weergave. We maakten deze schets in Prezi, zodat het mogelijk is op verschillende delen in te zoomen. De Prezi en dit ontwerp verspreiden we ook online, zodat het ook andere gemeenten kan inspireren om innovatieve keuzes te maken. De link naar de bijbehorende Prezi (vanaf 31 mei beschikbaar) is: http://bit.ly/jeugdzorg30
30-5-2012
2
Functioneel Ontwerp Jeugdzorg 3.0
Inhoud
Inhoud Wat als we eens helemaal opnieuw beginnen? .................................................................................2 Inspireren ...................................................................................................................................................................... 2 Jeugdzorg 3.0................................................................................................................................................................. 2 Leeswijzer...................................................................................................................................................................... 2 Tekeningen .................................................................................................................................................................... 2
Inhoud ................................................................................................................................................3 Hoofdstuk 1: Uitgangspunten Jeugdzorg 3.0 ......................................................................................4 Uitgangspunt 1: Eigen kracht op drie niveaus.................................................................................................................. 4 Uitgangspunt 2: De jeugdcloud ondersteunt digitaal ....................................................................................................... 4 Uitgangspunt 3: De eigen kracht coach verduidelijkt ....................................................................................................... 4 Uitgangspunt 4: Een virtueel gezinsbudget activeert ....................................................................................................... 4 Uitgangspunt 5: Aanbieders werken vraaggestuurd ........................................................................................................ 5 Uitgangspunt 6: Jeugdzorg 3.0 kan al! ............................................................................................................................ 5 Uitgangspunt 7: Sturing op basis van vertrouwen. .......................................................................................................... 6 Welkom in Jeugdzorg 3.0! .............................................................................................................................................. 6
Hoofdstuk 2: Jeugdcloud als online basis ...........................................................................................7 Functie 1: Gezinsdossier................................................................................................................................................. 7 Functie 2: E-ondersteuning met communities en informatie ........................................................................................... 8 Functie 3: De vraagverduidelijker ................................................................................................................................... 9 Functie 4: De zorgmarktplaats ...................................................................................................................................... 10 Functie 5: Virtueel gezinsbudget .................................................................................................................................. 11
Hoofdstuk 3: Actoren functioneel ontwerp ......................................................................................12 Actor 1: Het gezin met drie eigen kracht niveaus .......................................................................................................... 12 Actor 2: De omgeving................................................................................................................................................... 13 Actor 3: De eigen kracht coach (EK-coach) .................................................................................................................... 14 Actor 4: Aanbieders ..................................................................................................................................................... 15
Hoofdstuk 4: Vier cases ....................................................................................................................17 Casus 1: Sterre ............................................................................................................................................................. 17 Casus 2: Debora ........................................................................................................................................................... 17 Casus 3: Mohammed ................................................................................................................................................... 18 Casus 4: Boyd .............................................................................................................................................................. 19
Hoofdstuk 5: De gemeente in Jeugdzorg 3.0 ....................................................................................20 Aandachtspunt 1: Controleren door te faciliteren ......................................................................................................... 20 Aandachtspunt 2: Financiering van eigen kracht ........................................................................................................... 20 Aandachtspunt 3: Kwaliteitsborging van aangeboden hulp............................................................................................ 20
Hoofdstuk 6: Vier veel gestelde vragen ............................................................................................21 Vraag 1: Jeugdcloud & Privacy ...................................................................................................................................... 21 Vraag 2: Overheid & ICT ............................................................................................................................................... 21 Vraag 3: Zelfredzaamheid van mensen ......................................................................................................................... 21 Vraag 4: Toegankelijkheid van jeugdcloud .................................................................................................................... 21
Bijlage: Implementatie van Jeugdzorg 3.0 ........................................................................................22 Aanbeveling 1: Creëer draagvlak voor 3.0 door goede communicatie ............................................................................ 22 Aanbeveling 2: Ontwikkel een business case Jeugdzorg 3.0 ........................................................................................... 22 Aanbeveling 3: Start met proeftuinen voor onderdelen Jeugdzorg 3.0 ........................................................................... 23 Aanbeveling 4: Ontwikkel geen mega-systeem ............................................................................................................. 24 Aanbeveling 5: Denk domein-overstijgend.................................................................................................................... 24 Aanbeveling 6: Maak afspraken met aanbieders over transitie ...................................................................................... 24
30-5-2012
3
Functioneel Ontwerp Jeugdzorg 3.0
Hoofdstuk 1: Uitgangspunten Jeugdzorg 3.0
Hoofdstuk 1: Uitgangspunten Jeugdzorg 3.0 THE FUTURE IS ALREADY HERE, IT’S JUST NOT VERY EVENLY DISTRIBUTED. GIBSON
Wij ontwikkelden ons ontwerp Jeugdzorg 3.0 vanuit de uitgangspunten in de Amsterdamse visie “Om het Kind!”. Drie ambities staan in deze visie centraal: Ruimte geven aan eigen verantwoordelijkheid en eigen kracht. Kleine problemen blijven klein. Snel effectieve hulp in de vertrouwde omgeving. Deze uitgangspunten worden breed gedeeld en komen onder andere terug in de meer dan 30 visies van de Amsterdamse aanbieders. Toch zijn de consequenties van dit denken in onze ogen nog onvoldoende geoperationaliseerd, zeker in het licht van alle (online) mogelijkheden anno 2012. Hieruit volgen dan ook vernieuwde uitgangspunten voor ons ontwerp Jeugdzorg 3.0.
Uitgangspunt 1: Eigen kracht op drie niveaus Eigen kracht betekent het zelf initiëren en organiseren van hulp, tenzij dit niet mogelijk is. Daarom spreken wij over drie eigen kracht niveaus in hoofdstuk 3. Het benutten, behouden en versterken van de eigen kracht van het gezin is te allen tijde het uitgangspunt. Het eigen kracht niveau bepaalt in hoeverre er proactief hulp aangeboden wordt.
Uitgangspunt 2: De jeugdcloud ondersteunt digitaal Het totale jeugdzorgproces ondersteunen we met een online omgeving: de jeugdcloud. Van zelfhulp tot het inzetten van online hulpverlening. Dit betekent niet dat er geen face-to-face contacten meer zijn; maar dat we er naar streven de toegevoegde waarde van online mogelijkheden benutten. In het VWS-rapport TECHNISCHE INNOVATIES: KANSEN VOOR DE JEUGDSECTOR1 komt naar voren dat er veel winst te behalen valt op het gebied van: verhogen van de kwaliteit van de dienstverlening, het verminderen van de regeldruk, het verhogen van het bereik, het verbeteren van de onderlinge samenwerking en het verhogen van werkplezier. Zo verhoogt ‘blended care’ vaak de kwaliteit, voorkom je onnodige bureaucratie, verminder je reistijd, en vind je aansluiting bij een digitale generatie (kinderen én ouders). Aanbieders worden op dit gebied door het systeem nog beperkt uitgedaagd.
Uitgangspunt 3: De eigen kracht coach verduidelijkt Gezinnen willen passende hulp en duidelijkheid in hun traject. De financier van de zorg wil dit uiteindelijk ook, om onnodig lange en dure trajecten uit te sparen. De verschillende termen voor hulpverleners die we nu onderscheiden maken de hulpverlening onduidelijk voor cliënt én professional. Wij onderscheiden daarom twee typen: de aanbieders (met verschillende producten) en de eigen kracht coach (EK-coach). De EK-coach ondersteunt gezinnen bij het verduidelijken van hun vragen om ze in staat te stellen op eigen kracht het hulpverleningsproces vorm te geven. Dit functioneel ontwerp zet dus maximaal in op het vinden van de vraag achter de vraag om zo met het gezin te zoeken naar een passend traject. Het is aan de aanbieders om duidelijke dienstverlening neer te zetten.
Uitgangspunt 4: Een virtueel gezinsbudget activeert Door in te zetten op een eigen virtueel gezinsbudget houden we de controle op de uitgave zo dicht mogelijk bij het gezin en zetten we maximaal in op eigen kracht. Op basis van een gezinsplan beoor1
Onderzoek van het Ministerie van Volksgezondheid, Welzijn en Sport in 2010; http://www.samenwerkenvoordejeugd.nl/nl/Actueel/Nieuwsberichten/2010-2010/20-Initiatieven-in-de-jeugdzorg.html
30-5-2012
4
Functioneel Ontwerp Jeugdzorg 3.0
Hoofdstuk 1: Uitgangspunten Jeugdzorg 3.0
deelt een EK-coach of gezinnen een budget krijgen om zorg of andere maatschappelijke diensten in kunnen kopen. Het gezin kan de middelen zelf ophogen, door eigen bijbetaling, door middelen van andere burgers te verkrijgen of in ruil voor verrichte diensten ten behoeve aan de gemeenschap. Gezinnen kunnen ook budget bij elkaar leggen voor bijvoorbeeld de vernieuwing van de speeltuin. Op deze manier willen we aanspraak maken op de eigen kracht van gezinsnetwerken en de maatschappij. Uiteraard kunnen gezinnen met verhoogde zorgvraag extra budget aanvragen.
Uitgangspunt 5: Aanbieders werken vraaggestuurd Via een marktplaats kan het gezin (of de eigen kracht coach namens het gezin) diensten inkopen die worden aangeboden door gecertificeerde aanbieders. Via een “ranking systeem” kunnen gezinnen de kwaliteit en effectiviteit van het product van de organisatie, hulpverlener, of ZZP’er inschatten. De partijen zijn zo genoodzaakt producten op de markt te zetten waarvan zij denken dat deze aansluit op de doelgroep.
Uitgangspunt 6: Jeugdzorg 3.0 kan al! Ons ontwerp Jeugdzorg 3.0 gaat uit van een nieuwe manier van denken. Het is gestoeld op de mogelijkheden van 2012, zoals iedereen online te beschikking over alle informatie geven. Mogelijkheden die tijdens het ontstaan van het huidige systeem nog niet bestonden. Het loslaten van het huidige systeem en het bijbehorende denken is dan ook de grootste uitdaging.
Figuur 1: Inspiratie voor dit functioneel ontwerp komt vanuit succesvolle innovaties
30-5-2012
5
Functioneel Ontwerp Jeugdzorg 3.0
Hoofdstuk 1: Uitgangspunten Jeugdzorg 3.0
Uitgangspunt 7: Sturing op basis van vertrouwen. De gemeente toetst alleen achteraf of het budget terecht is verkregen. Gaat iemand de fout in, dan is dit fraude en dient hier op gestraft te worden. Bijvoorbeeld door terugbetaling en/of ontzegging van toekomstige budgetten. Hierdoor is het systeem maximaal flexibel om snel in te spelen op de vragen die acuut spelen.
Welkom in Jeugdzorg 3.0! Al deze uitgangspunten samen vormen ons stelselontwerp Jeugdzorg 3.0. Onderstaande figuur geeft hiervan een totaal overzicht. In de online presentatie kan op delen van deze tekening worden ingezoomd. Met onderstaande kaders geven we aan waar ons ontwerp verschilt met gangbare visies. In ons ontwerp redeneren we niet vanuit het aanbod, maar gaan we helemaal uit van de vrager. Dit stimuleert aanbieders om kritisch naar hun producten te kijken, goed naar de cliënt te luisteren en te innoveren. We benutten al bestaande online mogelijkheden maximaal om iedereen op basis van het eigen kracht niveau zelf in control te laten zijn. Een beveiligde jeugdcloud omgeving voor iedereen faciliteert hierbij.
Figuur 2: Overzicht jeugdzorg 3.0 ontwerp
THE FUTURE WILL BE LESS ABOUT PREDICTING IT, AND MORE ABOUT COLLABORATIVELY DESIGNING IT. GREEN, PHILIPS DESIGN
30-5-2012
6
Functioneel Ontwerp Jeugdzorg 3.0
Hoofdstuk 2: Jeugdcloud als online basis
Hoofdstuk 2: Jeugdcloud als online basis Informatievoorziening en het innovatief organiseren van zorg gaan hand in hand in de digitale omgeving jeugdcloud. We vernieuwen de procesondersteuning binnen de zorg en doen dat om het kind én zijn of haar omgeving heen. Ieder gezin in Amsterdam kan aanspraak maken op “apps” die aansluiten op de jeugdcloud. In onze huidige visie onderscheiden we vijf basis apps: het gezinsdossier, eondersteuning, een vraagverduidelijker, een zorgmarktplaats en een virtueel gezinsbudget. De cloud is flexibel, dus apps kunnen later toegevoegd, gesplitst of verwijderd worden. Jeugdcloud is geen fictie. Al deze functionaliteiten bestaan al! Tijdens de sessie “haalbaarheid eigen dossier” zagen we een aantal die in de juiste combinatie én in een passende omgeving (de organisatorische afspraken) samen de jeugdcloud kunnen vormen.
Functie 1: Gezinsdossier Eén van de frustraties bij ouders én hulpverleners is de versnippering van informatie door de verschillende dossier systemen. Hulpverleners werken hierdoor lastig samen en is veelal incident gedreven. Daarnaast missen gezinnen het overzicht van en controle over hún informatie. Last but not least is het voor de ‘veel gebruikers’ van zorg demotiverend én tijdverslindend om bij iedere nieuwe hulpverlener hetzelfde intake gesprek te moeten voeren. Het gezin is eigenaar van het dossier in de jeugdcloud. Alleen zij verlenen wel of niet toegang aan hulpverleners. Als zij verhuizen nemen ze het dossier zelf mee. Ieder kind krijgt een dossier op de jeugdcloud. Zo vroeg mogelijk, bij de hielprik in de eerste dagen, op het gemeentehuis bij aangifte of bij vestiging in de gemeente. Via een koppeling aan het bevolkingsregister is de actualiteit van de basis gegevens gegarandeerd. Het digitaal dossier ondersteunt in het hulpverleningstraject, vooral door transparantie te brengen. Het zelf beschikken over doelen, gespreksverslagen, een agenda én het uitwisselen van deze informatie tussen hulpverleners biedt veel zorginhoudelijke voordelen.
Figuur 3: Eén online gezinsdossier waarvan de toegang door het gezin zelf wordt beheerd
30-5-2012
7
Functioneel Ontwerp Jeugdzorg 3.0
Hoofdstuk 2: Jeugdcloud als online basis
De Wet Bescherming Persoonsgegevens en de WGBO stellen hoge eisen aan de uitwisseling van informatie tussen hulpverlenende organisaties. Ook technisch zijn systemen vaak lastig te koppelen. De sleutel ligt bij de eigenaarschap van het systeem: leg die bij de cliënt en laat deze toegang verlenen aan de hulpverlener (of niet).2 In theorie kan via een zelf-beheerd systeem maximale eigen regie plaatsvinden en volledige informatie-uitwisseling met alle betrokkenen plaatsvinden. Twee majeure problemen op dit moment.
Functie 2: E-ondersteuning met communities en informatie De jeugdcloud biedt online ondersteuning voor iedereen, zonder kosten voor het gezin, als een nutsfunctie voor de stad. Zowel voor cliënten als voor hulpverleners. Hulpverleners worden in hun dienstverlening gesteund, ouders en cliënten hebben een laagdrempelige manier voor (preventieve) informatie en contact. We onderscheiden twee soorten informatie: 1) kwalitatief goede online informatie en 2) steun vanuit (anonieme) communities. In de communities worden ervaringen gedeeld, steun gevonden bij lotgenoten en online vragen gesteld aan andere ouders óf een hulpverlener. Je hebt ook toegang tot allerlei (afgeschermde) fora, waarin andere mensen actief zijn die jou kunnen helpen bij jouw vraag. Een afgeschermde chatmodule zoals die van de kindertelefoon biedt verdere laagdrempelige toegang tot zorg gerelateerde vragen voor jongeren.
Figuur 4: Online ondersteuning om zonder dure hulp problemen op te lossen
Er is een grote behoefte aan kwalitatief hoogwaardige informatie. Googlen levert naast goede resultaten ook veel onzin op. Op het platform kunnen professionals informatie bieden waarop zij de kwaliteitscontrole hebben gedaan. Wiki-systemen die in samenwerking met professionals tot stand zijn gekomen kunnen gezinnen verder helpen zonder dat er professionele hulp bij nodig is. Het hulp2
De resultaten van het Alares onderzoek naar de “Haalbaarheid eigen dossiers” zijn opgenomen in een aparte notitie.
30-5-2012
8
Functioneel Ontwerp Jeugdzorg 3.0
Hoofdstuk 2: Jeugdcloud als online basis
aanbod dat je krijgt is afgestemd op jouw cloudgegevens met jouw (lokale) persoonlijke of gezinssituatie, waardoor je tijdig gewezen wordt op risico’s en hulpmogelijkheden die voor jou relevant kunnen zijn. Wanneer gezinnen de weg naar zelfhulp leren kennen kunnen zij maximaal aan het gezond en veilig opgroeien van hun kinderen werken, zonder dat hiervoor dure hulp wordt ingeschakeld.
Functie 3: De vraagverduidelijker Zorg om het kind is specialistisch werk en vaak voor een gezin of ouder moeilijk te overzien. Laat staan om helder te krijgen wat de vraag achter de vraag is. Dit zegt echter niets over de eigen kracht van het gezin. Bovendien zijn hulpverleningstrajecten effectiever en vooral plezieriger als de diagnosestelling op een zo vroeg mogelijk stadium zo accuraat mogelijk is. Daarom maakt de jeugdcloud het op een laagdrempelige manier mogelijk de vraag te verduidelijken. Dit bereiken we enkel door de gezinnen zélf de vraag te laten formuleren en hun daarbij professioneel, kosteloos en laagdrempelig te ondersteunen met de vraagverduidelijker. Deze functionele toepassing binnen de cloud is vrijwillig voor de eigen kracht niveaus 1 en 2. Op basis van de dossierinformatie en alle andere gestelde vragen doet Jeugdcloud suggesties voor gecategoriseerde vragen die bij de gezinssituatie passen. Dit bespaart tijd en zorgt ervoor dat er direct geschikte hulp gevraagd kan worden (effectiviteit).
Figuur 5: Online ondersteuning bij het verduidelijken van de vraag
De EK-coach staat voor raad en daad achter de vraagverduidelijker. Online, maar desgewenst ook tijdens een ‘keukentafelgesprek’. De uitkomst van een vraagverduidelijker kan gezien worden als een boodschappenlijst van zorg. Deze lijst is tevens het startdocument om bij aanbieders zorg in te kopen. Het boodschappenlijstje wordt bij eigen kracht niveau 1 en 2 door het gezin ingevuld (eventueel met ondersteuning van de EK-coach) en bij eigen kracht niveau 3 door de EK-coach.
30-5-2012
9
Functioneel Ontwerp Jeugdzorg 3.0
Hoofdstuk 2: Jeugdcloud als online basis
Functie 4: De zorgmarktplaats Vraag en aanbod komen in de jeugdcloud samen op de zorgmarktplaats. Als je professionele hulp wilt inschakelen stel je jouw vraag aan het netwerk van aanbieders op de marktplaats. Gewapend met de zorg boodschappenlijst is het relatief eenvoudig producten te selecteren. Je vindt het bijbehorende aanbod; uit de hele stad én daarbuiten, op alle niveaus en tegen verschillende prijzen. Het systeem toont bovenaan de aanbieders die de hoogste beoordeling kregen van anderen gebruikers die dezelfde vraag stelden. De gemeente laat aanbieders toe op de marktplaats. Hoe meer hoe beter. Zij mogen nu zelf producten aanbieden. Jeugdcloud laat zien hoe anderen de gekregen hulpproducten waardeerden. Hierdoor kun je snel een betrouwbare keuze maken voor kwalitatief goede hulp.
Figuur 6: Op een online zorgmarktplaats vinden gezinnen aanbieders en beoordelen ze de ervaren hulp
De gemeente Amsterdam stelt vanuit haar regierol vast wie en volgens welke kwaliteitscriteria jeugdzorg mag aanbieden op de marktplaats. Voor de aanbieders bepaalde minimale eisen, zoals verklaring omtrent gedrag, een opleiding, een kwaliteitssysteem en continuïteitseisen. Wanneer ze hieraan voldoen krijgen ze een virtuele marktkraam en kunnen ze producten gaan aanbieden. Een rating systeem bepaalt de kwaliteit van de producten. Criteria in het ratingsysteem zijn betrokkenheid, communicatie en effectiviteit. Elke cliënt beoordeelt regelmatig (tussentijds en na afloop) tijdens het traject de verkregen hulp. Uiteindelijk leidt dit er toe dat er van elke interventie een effectmeting is ‘evidence based’ onderzoek en aanbod is zo in het systeem ingebakken. Zorgaanbieders kunnen zelf met nieuwe aanbod komen en hier hun prijs voor bepalen. Cliënten betalen met hun gezinsgebonden budget. Dit schept ruimte én beloning voor een experimenteel aanbod, iets waar veel behoefte aan is bij de aanbieders. Zij blijven verantwoordelijk voor de kwaliteit en kunnen hiervoor het ratingssysteem benutten.
30-5-2012
10
Functioneel Ontwerp Jeugdzorg 3.0
Hoofdstuk 2: Jeugdcloud als online basis
Functie 5: Virtueel gezinsbudget Het werken met een virtueel gezinsbudget in plaats van vooraf gebudgetteerde instellingen faciliteert de eigen regie. In de aanloop naar het feitelijk verlenen van hulp, moet de aanbieder inzicht verschaffen in de wijze waarop zij hulp verleent en de kosten van het traject. De gebruiker ontvangt, beoordeelt en betaalt zelf de hulpverlening vanuit het eveneens online beheerde gezinsbudget. Idee: de kinderbijslag als basisbudget laten dienen, om zo jeugdcloud voor iedereen relevant te maken.
Figuur 7: Met een virtueel gezinsbudget betalen gezinnen de ontvangen hulp, ze kunnen ook gezamenlijk hulp aankopen.
De enige manier om de prikkels voor kwaliteitscontrole en betaalbaarheid op de lange termijn in de hand te houden is deze op de plek te beleggen waar de zorg ervaren wordt: in het gezin. Wie betaalt bepaalt; en dat past helemaal bij het eigen regie denken. Om de eigen kracht maximaal in te zetten heeft het virtueel gezinsbudget drie eigenschappen: Diensten kopen op de marktplaats - Het gezinsbudget maakt het mogelijk voor gezinnen om zich op de marktplaats te bewegen. Het gezin is zélf verantwoordelijk voor hun budget en maakt dus zelf de afweging waarin wordt geïnvesteerd. Een gezin zal dus eigen belang voor laten gaan. Het is aan de gemeente, de EK-coach en de aanbieders om bij over- of onderconsumptie te acteren. Budgeten met anderen uitwisselen - Familie, vrienden of andere mensen in het netwerk van een hulpbehoevend gezin willen vaak een steentje bijdragen. Dit kan in natura, maar nu ook via het virtuele gezinsbudget. Het is mogelijk om budget over te hevelen naar een andere ‘rekening’. Het is een teken van eigen kracht van een gezin dat geen of weinig zorgvraag heeft het budget af te staan aan een gezin die dat wel heeft. Budgeten samenvoegen - Virtuele budgeten schakelen maken grote resultaten mogelijk. Zo kan er een wijkbudget samengesteld worden waar activiteiten van betaald kunnen worden. Van dit samengebrachte gemeenschapsgeld kunnen wellicht ook speeltoestellen aangeschaft worden, of het straatbeeld opgeknapt met mooie schilderingen of extra groene perkjes. De gemeente kan dit soort bewegingen starten (via de EK-coach), maar de wijk of buurt moet het afmaken. Het virtueel gezinsbudget ondersteunt zo de ‘civil society’.
30-5-2012
11
Functioneel Ontwerp Jeugdzorg 3.0
Hoofdstuk 3: Actoren functioneel ontwerp
Hoofdstuk 3: Actoren functioneel ontwerp Het functioneel ontwerp Jeugdzorg 3.0 kent vier kernactoren: het gezin, de omgeving, de eigen kracht coach en de aanbieders. Dit ontwerp kent zo min mogelijk partijen; dat is overzichtelijk en begrijpelijk voor iedereen.
Actor 1: Het gezin met drie eigen kracht niveaus Gezinnen zijn zelf in staat zijn om hun eigen hulp in te schakelen en te organiseren vanuit de jeugdcloud. De jeugdcloud geeft het gezin de beschikking over de benodigde informatie en tools hiervoor. We werken vanuit het vertrouwen dat het gezin daar mee om kan gaan. We noemen dit eigen kracht niveau 1 en staat los van de zwaarte van de zorgvraag, want een gezin dat veel zorg nodig heeft kan dit soms prima op eigen kracht organiseren
Figuur 8: Gezinnen kunnen in drie eigen kracht niveaus staan. In niveau 3 heeft de EK-coach tijdelijk de regie in handen.
Mocht blijken dat het gezin in mindere of meerdere mate niet zelfstandig zorg kan organiseren, verschuiven we naar eigen kracht niveau 2. Hulpverleners zoeken actief contact met het gezin (aanbellen of sturen een digitaal “porretje”) en ondersteunen in principe ongevraagd in het organiseren van zorg. Het dossier blijft van de cliënt en hulpverleners moeten vragen om toegang tot de jeugdcloud. Zo blijft de regie bij het gezin en is de ondersteuning er op gericht de eigen regie weer terug te brengen naar niveau 1. Wanneer, bijvoorbeeld uit signalen van kindermishandeling, bescherming op maat én dwingend noodzakelijk blijkt, kunnen hulpverleners tijdelijk (desnoods via kinderrechter) dwingend zorg organiseren. Ze krijgen dan ook toegang tot de jeugdcloud van het gezin. Zo dwingt de jeugdzorg de hulp voor het gezin af. Zoveel mogelijk in samenspraak met het gezin en met de doelstelling zo snel mogelijk terug te vallen op een lager eigen kracht niveau. De lokale eigen kracht coach borgt zo de hulpverlening.
30-5-2012
12
Functioneel Ontwerp Jeugdzorg 3.0
Hoofdstuk 3: Actoren functioneel ontwerp
Tabel 1: Drie eigen kracht niveaus
Beschrijving Jeugdcloud Criteria
Eigen kracht niveau 1 Zelf regie In eigen beheer Iedereen, tenzij...
Eigen kracht niveau 2 Ondersteunde regie Open gesteld op voorwaarde gezin Behoefte aan ondersteuning
Eigen kracht niveau 3 (tijdelijk) weggevallen regie overnemen Beheer overgenomen Veiligheid kind en omgeving in geding
Kracht van dit ontwerp is dat het schakelen tussen niveaus door de EK-coach direct kan gebeuren. Dit geldt bij opschalen, zoals het acuut ingrijpen en bij het vervallen van de noodzaak tot ondersteuning. Wanneer er een melding van kindermishandeling bij het AMK komt start een AMK-medewerker een onderzoek. Hiervoor kan deze EK-coaches van een wijk benaderen. Deze kan in overleg met de ouders tot vrijwillige oplossingen komen. Wanneer er geen medewerking is, en het AMK een daartoe aanleiding gevend onderzoek bij de Raad voor Kinderbescherming neerlegt kunnen zij via de rechter gezinsvoogdij afdwingen. De EK-coach kan het gezin ondersteunen in de keuze van ‘gezinsvoogdij’ als een product op de marktplaats. Het gezin is dan gedwongen deze hulp af te nemen. De EK-coach blijft tijdens het project betrokken om bij beëindiging van de voogdij klaar te staan. Iedereen krijgt de maximale mogelijkheden voor eigen regie, tenzij het nodig is de eigen kracht ondersteuning op te schalen op basis van afnemende zelfstandigheid van het gezin. Dit is onafhankelijk van de hoeveelheid zorgvraag. We normaliseren daarmee jeugdzorg en sturen (waar nodig ondersteund) op het zelf-oplossend vermogen.
Actor 2: De omgeving Studies laten zien dat de leefomgeving een bepalende factor (in positieve én negatieve zin) is bij het opgroeien van kinderen. Nu wordt de leefomgeving vaak onvoldoende meegenomen en betrokken bij het hulpproces. Met de mogelijkheden rond het delen van de budgets, de e-ondersteuning in de cloud en andere middelen die de jeugdcloud aanreikt activeren we de omgeving. Ook de school speelt een belangrijke rol bij het stimuleren van het maatschappelijke bewustzijn van kinderen.
Figuur 9: De Jeugdcloud betrekt de omgeving van het gezin
30-5-2012
13
Functioneel Ontwerp Jeugdzorg 3.0
Hoofdstuk 3: Actoren functioneel ontwerp
De jeugdcloud brengt de omgeving in kaart en maakt de mogelijkheden inzichtelijk om de eigen kracht te activeren. Signaleren en participeren van de directe omgeving biedt kansen om in een vroeg stadium verzwaring van hulp te voorkomen. Door de toegankelijkheid van de jeugdcloud voor allerlei spelers in de omgeving, is het leren ondersteunen niet voorbehouden aan hulpverleners. De sportcoach, medewerker van de muziekvereniging of de oma kan ook vragen stellen over zijn of haar rol in de buurt. Of over situaties die in het dagelijks leven voorbij komen rondom het opgroeien. Het activeren van vaak lokaal waardevolle structuren waarin vrijwilligers een rol spelen kan ook vanuit de jeugdcloud plaatsvinden. Door elkaar te ondersteunen ontstaat wederkerigheid. Samen sta je sterk. Stimuleringsmaatregelen, zoals een maatschappelijke stage voor scholieren, versterken deze wederkerigheid. Hier is een belangrijke rol weggelegd voor maatschappelijke organisaties. De leraar kan signaleren, ondersteunen of overdragen. Ook de naschoolse opvang, (wijk)agent, jongerenwerker en sporttrainer zijn stakeholders en wil je (online) kunnen betrekken. Juist maatschappelijke organisaties staan dichtbij het gezin en moeten - zonder dat het voor hen een belasting wordt - de mogelijkheid krijgen om simpel mee te denken in het bieden van hulp. Scholen geven nu aan dat het lastig is zorg rond een kind te organiseren en zijn soms huiverig kinderen over te dragen aan het systeem. In het belang van het kind, maar ook ter ondersteuning van de (onderwijs) professionals, is het nodig dat het gezin vanuit eigen kracht zorg kan organiseren. Ondersteuning hierin is fijn, maar de basisbehoefte ligt bij een overzichtelijk functioneel ontwerp waar maatschappelijke organisaties snel en effectief hun weg weten. Ook is er een informatiebehoefte waarin de jeugdcloud ondersteund.
Actor 3: De eigen kracht coach (EK-coach) De eigen kracht coach (EK-coach) ondersteunt gezinnen, wijken, scholen en netwerken waar nodig in het activeren van de eigen kracht. De EK-coach staat klaar met raad en daad voor allerlei soorten (zorg) vragen. Het gezin kan de EK-coach inzetten bij het verduidelijken van de zorgvraag. Dit kan aan de keukentafel, maar ook online via de vraagverduidelijker. Zo is de EK-coach de onafhankelijke adviseur die gezinnen in kunnen zetten bij het zoeken naar oplossingen voor problemen. De EK-coach ontzorgt waar mogelijk en verwijst door waar noodzakelijk om onnodige zorgverzwaring te voorkomen. De EK-coach kan uit de wijk komen, maar dat hoeft niet. Ook zijn er de coach met verschillende (inhoudelijke) achtergronden. Als het gezin liever een coach heeft die zich in mindere mate in de privésfeer van het gezin bevindt, dan is dat uiteraard mogelijk. Een aantal zijn medisch geschoold (gekoppeld aan huisartsenpraktijken), anderen komen meer vanuit een pedagogische hoek. Als het niet klikt met de coach is het mogelijk snel en gemakkelijk van EK-coach te wisselen. Je kunt als cliënt iedere coach kiezen, zonder dat die relatie wordt vastgelegd. De gemiddelde EK-coach heeft dus een aantal lokale cliënten, maar ondersteunt ook gezinnen (online) van buiten de wijk. De EK-coach heeft naast een coachende ook een signalerende functie. De meeste EK-coaches bevinden zich namelijk direct in de wijk, of bijvoorbeeld op scholen en in samenwerking met de wijkagent. Zo kent hij of zij de omstandigheden in de wijk en heeft voelsprieten op de hoeken van de straat. De EK-coach is gemachtigd om zelfstandig tussen eigen kracht niveaus 1 en 2 te schakelen. Indien noodzakelijk, dan kan de EK-coach in samenspraak met het Openbaar Ministerie overgaan tot eigen kracht niveau 3, waardoor de hulpverleners direct toegang tot de jeugdcloud krijgen.
30-5-2012
14
Functioneel Ontwerp Jeugdzorg 3.0
Hoofdstuk 3: Actoren functioneel ontwerp
Figuur 10: De EK-coach is er voor iedereen
De onafhankelijke EK-coach kent het gezin en kan waar nodig schakelen tussen de EK-niveaus, doorverwijzen naar gespecialiseerd aanbod en extra gezinsbudgetten toekennen. Om zijn rol goed te kunnen vervullen is de EK-coach onafhankelijk ten opzichte van het aanbod. De coach maakt budgettaire afwegingen in het belang van het gezin. Voor de gezinnen is de coach laagdrempelig en dus kosteloos. Er zijn geen voorwaarden verbonden aan het inschakelen van de EKcoach, behalve dat het contact uiteindelijk in dienst staat van de zorg om het kind. Tot slot dient de EK-coach een flinke dosis systeem- en casekennis te bezitten. Dit wil nadrukkelijk niet zeggen dat de coach hoog opgeleid moet zijn, of dat zij over diepgaande zorgkennis beschikt. De competentie om de vraag achter de vraag, door zich goed in het gezin te kunnen inleven, te kunnen achterhalen is van bovengeschikt belang.
Actor 4: Aanbieders De aanbieders op de zorgmarktplaats van de jeugdcloud profileren zich met een duidelijk omschreven aanbod. Iedereen met een hulpvraag moet kunnen begrijpen wat je met het virtueel budget kunt inkopen. Voor de gebruiker van de zorgmarktplaats wordt de kwaliteit op twee manier gewaarborgd: Elke zorgaanbieder moet voldoen aan een basis set kwaliteitsafspraken om actief te kunnen participeren op de zorgmarktplaats. De gemeente heeft hierin de regierol en bepaalt aan welke eisen moet worden voldaan; Zorggebruikers kunnen de kwaliteit van de geleverde producten aan hun ranken en daarmee aangeven wat hun oordeel is over de geleverde zorg. Er is vertrouwen in de zorgaanbieder op zowel de levering van het goede product met de daar bijhorende kwaliteit, als vertrouwen op de input die zij leveren in de preventieve e-ondersteuning. Aan-
30-5-2012
15
Functioneel Ontwerp Jeugdzorg 3.0
Hoofdstuk 3: Actoren functioneel ontwerp
bieders kunnen ook van buiten de gemeente Amsterdam hun zorg leveren, wat inhoudt dat ook andere aanbieders van buiten de gemeente Amsterdam kunnen participeren. Misschien wel een online zorgaanbieder uit Groningen. Het doel is te komen tot een variatie van producten en product marktcombinaties gebaseerd op de vraag van de zorggebruiker. De marktplaats stimuleert innovaties, waardoor nieuwkomers een kans krijgen mits zij voldoen aan de kwaliteitsafspraken die de gemeente stelt.
Figuur 11: De marktplaats stimuleert aanbieders met innovatieve producten te komen
30-5-2012
16
Functioneel Ontwerp Jeugdzorg 3.0
Hoofdstuk 4: Vier cases
Hoofdstuk 4: Vier cases We kijken even mee met Sterre (13), Debora (17), Mohammed (17) en Boyd (36) hoe zij in het nieuwe systeem ieder in hun eigen kracht ondersteund worden. Casus 1 t/m 3 vertegenwoordigen de eigen kracht niveaus 1 t/m 3. In casus 4 laten we zien hoe een gezin met een hoge zorgvraag toch uitstekend in eigen kracht niveau 1 kan blijven.
Casus 1: Sterre Functionaliteiten
Fora in de jeugdcloud e-Hulpvraag stellen Vraagverduidelijker
Informeert bij wijkagent Bundeling van signalen
Online delen ervaringen
Monitoring EK-coach
Kennis delen
Familie de Boer met dochter Sterre (13) uit Amsterdam Slotervaart Sterre hangt ’s avonds met jongens in een park vlakbij huis. Moeder heeft twijfels of dat wel goed gaat. Aanleiding voor deze twijfels was een nieuwe gouden ketting die Sterre pas heeft gekregen van een van de jongens met wie ze omgaat. Ze ziet dat Sterre door jongens met scooters ’s avonds laat wordt thuisgebracht. Soms zitten er ook andere meiden achterop. Moeder en dochter hebben de laatste tijd wat moeizamer contact. Sterre vertelt weinig over wat ze op de hangplek doet. Wat kan moeder het beste doen? Moeder heeft zich in diverse fora ingelezen en hier vragen gesteld. Omdat ze zich nog steeds zorgen maakt stelt ze een e-hulpvraag binnen de jeugdcloud aan de EK-coach. De vraag die ze stelt wordt door het systeem gecategoriseerd. Hierdoor komt deze bij de juiste EK-coach terecht. De wijk EK-coach reageert snel en brengt de situatie in kaart. Hiervoor kijkt hij naar andere signalen. De EK-coach kan via de jeugdcloud ook even bij de wijkagent naar bijzonderheden informeren. De EK-coach ziet in de jeugdcloud dat diverse ouders uit de buurt dezelfde vragen hebben. De coach bundelt de verschillende vragen van de ouders en opent een speciaal besloten forum voor de betrokkenen. De ouders delen op een eigen forum signalen online. Een aantal van de ouders hebben behoefte aan een bijeenkomst en spreken af. Ze houden elkaar verder online op de hoogte. De ouders besluiten dit actief in de gaten te houden door regelmatig te gaan kijken bij de hangplek. De EK-coach neemt afstand, maar blijft het proces online monitoren. Gelukkig blijkt uit diverse gesprekken tussen ouders onderling dat er niet veel bijzonders speelt bij de hangplek. Ouders blijven gedurende een aantal maanden nog contact houden over hoe het met de kinderen gaat op straat. Er zijn vanuit deze situatie nieuwe contacten ontstaan tussen ouders en de samenhang in de wijk is vergroot. Tot slot verwerkt de EK-coach het verloop van deze casus in een geanonimiseerde versie en stelt deze beschikbaar voor EK-coaches in andere wijken.
Casus 2: Debora Functionaliteiten
Signalering school
Forum seksualiteit
30-5-2012
Debora (17) uit Amsterdam Noord De ouders van Debora zijn gescheiden. Ze woont bij haar vader in Amsterdam Noord. Vader heeft geen werk en is regelmatige drinker. Soms is hij ook een aantal dagen van huis en dan moet Debora zichzelf zien te redden. De moeder van Debora woont in een andere wijk van Amsterdam. Debora heeft een verstoorde verhouding met de vriend van haar moeder. Tijdens conflicten blijkt hij losse handjes te hebben. Hierdoor komt ze weinig bij haar moeder over de vloer. Debora hangt regelmatig met haar vriendengroep in het park in Amsterdam Zuid. Ze is leerplichtig, maar verschijnt te weinig op school. Zij heeft hiervoor onlangs een laatste waarschuwing gehad en haar vader is niet op komen dagen op een voortgangsgesprek op school. De waarschuwing is opgenomen in haar jeugdcloud. Debora heeft een aantal maanden geleden onveilige seks gehad met meerdere jongens uit haar vriendengroep. Sindsdien merkt ze dat er van alles verandert in haar lichaam. In haar thuissituatie heeft ze geen luisterend oor. Daarom zoekt ze online naar ant-
17
Functioneel Ontwerp Jeugdzorg 3.0
Contact EK-coach Meerdere signalen in de jeugdcloud
Huisarts Zorgmarktplaats
Betrekken eigen netwerk
Gebruik virtueel budget op de zorgmarktplaats
Dossierbeheer in cloud
Kennisdeling
Regie en helicopterview EK-coach
Hoofdstuk 4: Vier cases
woorden op haar vragen over haar veranderende lichaam. Door een van haar vragen in het forum over seksualiteit in de jeugdcloud komt ze in aanraking met de EK-coach uit haar postcodegebied. De EK-coach plant een afspraak met Debora in en wordt bijna gelijktijdig geïnformeerd door het maatschappelijk werk van de school van Debora. In overleg met Debora probeert de EK-coach in contact te komen met haar ouders. Die geven zoals gebruikelijk niet thuis. De EK-coach maakt in overleg met Debora een plan van aanpak en verwijst haar eerst door naar de huisarts. Als blijkt dat Debora inderdaad zwanger is kijken zij samen naar het aanbod van organisaties op de online zorgmarktplaats en kiezen ze een aanbieder die Debora gaat helpen bij het maken van de juiste keuzes. Tijdens de gesprekken blijkt dat Debora weer contact heeft met haar oma. Oma had door alle problematiek afstand van het gezin, maar wil graag een rol spelen in de situatie van Debora. Omdat Debora zelf nog niet volledig in staat is om het financiële gedeelte te beheren, maakt de eigen kracht coach de keuze om hiervoor expertise in te huren bij een welzijnsorganisatie. De EK-coach en Debora besluiten dat er eerst meer perspectief moet komen in de situatie, voordat uitgezocht wordt wie de vader is. Haar gevoel zegt dat het wel eens Mohammed zou kunnen zijn van de hangplek. Er wordt een traject ingezet waarbij Debora al op jonge leeftijd toewerkt naar zelfstandigheid en het opvoeden van haar kind. De EK-coach beheert het dossier van Debora en legt haar casus ter controle voor aan collega’s in de jeugdcloud. Er wordt in samenwerking met jeugdzorg een procedure opgezet om de voogdij over Debora te regelen. Er worden ook verdere gesprekken met oma gevoerd over haar rol een betrokkenheid bij Debora. Vanaf het eerste contact met de EK-coach wordt het aantal betrokken instanties en professionals tot een minimum beperkt. Hier heeft de EK-coach de regie in.
Casus 3: Mohammed Functionaliteiten Signalering vanuit jeugdzorg
EK-coach toegang tot jeugdcloud OM krijgt toegang tot jeugdcloud Eigen netwerk krijgt toegang tot jeugdcloud van Mohammed Samenwerking en signalen uitwisselen Beheren van toegang door gezin zelf Opschalen naar EK niveau 3
30-5-2012
Mohammed (17) uit Amsterdam Oost Mohammed woont met zijn moeder en vier broertjes in Amsterdam Oost. De vader van Mohammed is al jarenlang uit beeld. Mohammed gaat niet naar school en besteedt veel tijd op straat. Mohammed is vrij recent op heterdaad betrapt tijdens een beroving bij een tankstation. Omdat het de eerste keer is dat Mohammed op deze manier met justitie in aanraking komt, mag hij tot aan het proces thuis blijven. In afwachting van het proces heeft het Openbaar Ministerie voorwaarden verbonden aan zijn verblijf thuis. Mohammed heeft hier mee ingestemd, en zijn EK-coach toegang gegeven tot zijn jeugdcloud. Om ervoor te zorgen dat Mohammed zich aan deze voorwaarden houdt, kijkt heeft EK-coach regelmatig contact met Mohammed via zijn jeugdcloud. De EK-coach stemt de omstandigheden van deze bezoeken wekelijks af met het OM. Hiertoe heeft ook het OM toegang gekregen. Naast bezoek van de EK-coach is er nog een familielid met positieve invloed dat regelmatig over de vloer komt bij het gezin. De EK-coach onderhoudt contact met dit familielid. Ook de advocaat van Mohammed krijgt toegang tot de jeugdcloud. Uit signalen van verschillende betrokkenen blijkt dat Mohammed zich niet aan de gemaakte afspraken houdt. Hij veroorzaakt een verergering van de problematiek binnen het gezin. Er wordt nadrukkelijk geprobeerd om moeder te activeren in haar rol, maar ze blijft de hulpverleners afwijzen en werkt niet mee. De EK-coach bespreekt deze signalen met het OM. Zij besluiten samen, omdat duidelijk is dat de situatie in het gezin onhoudbaar is geworden over te gaan tot een gedwongen opname van Mohammed. Zijn jeugdcloud krijgt EK niveau 3 en alle hulpverleners die betrokken zijn krijgen van EK-coach toegang tot zijn jeugdcloud.
18
Functioneel Ontwerp Jeugdzorg 3.0
EK-coach geeft toegang na rechterlijk besluit Zorgmarktplaats Budget toekennen door EK-coach Plan van aanpak in de jeugdcloud Inkoop zorgtraject Schakelen tussen eigen krachtniveaus
Hoofdstuk 4: Vier cases
De rechter autoriseert de benodigde hulpverleners tot toegang in de cloud. De EKcoach voert dit uit. Er wordt in de jeugdcloud gekozen voor een regionale aanbieder van gesloten jeugdzorg. De EK-coach en kent hiervoor een hulpverleningsbudget aan het gezin toe, op basis waarvan de hulp betaald wordt. De EK-coach maakt een plan van aanpak om het gezin weer in de eigen kracht te zetten. Gezien de uitkomsten van een risicoanalyse en grote kans op toekomstige hulpvragen, koopt de EK-coach namens het gezin gezinstherapie in. Ook tijdens dit traject wordt ingezet op het versterken van de eigen kracht van moeder. Door de gerichte behandeling blijkt dat na een aantal maanden moeder meer open staat voor een gezamenlijke aanpak en kan ze meer handelen vanuit eigen kracht. Mohammed komt af en toe op dagverlof en ook deze bezoeken gaan steeds beter.
Casus 4: Boyd Functionaliteiten
Zorg zelf organiseren via de jeugdcloud
Contact opnemen met EK-coach
Online contact met EKcoach Koppeling met Wmodoelen (bijv. voorkomen burn-out)
Toegang tot dossier voor huisarts en EK-coach Plan van aanpak maken Zorgmarktplaats Zelf organiseren van zorg
Online hulpverlening en voortgang bespreken Hulpverleners geven aan geen toegang meer nodig te hebben
30-5-2012
Vader Boyd (36), moeder Marloes (31) en dochter Merel (3) uit Amstelveen Boyd, Marloes en hun dochter Merel wonen in een eengezinswoning in Amstelveen. Bij dochter Merel is er vanaf geboorte sprake van een meervoudige handicap. Om die reden is er al jarenlang sprake van een intensief zorgtraject en zijn er al de nodige aanpassingen in het huis gedaan. Vader heeft vanaf de geboorte voor zijn dochter Merel een jeugdcloud ingericht en daarvan uit alle regie gehad over de inkoop en alle zorgtaken rondom hun dochter. De afgelopen maanden lukte het Boyd steeds minder goed om alles thuis en op het werk goed draaiende te houden. Hij merkt dat de afgelopen jaren erg belastend zijn geweest en voelt dat hij een periode bij moet tanken. In de jeugdcloud van Merel ziet hij dat er een mogelijkheid bestaat om als mantelzorger een gesprek aan te vragen met een EK-coach. Boyd vindt het moeilijk om voor zichzelf te kiezen, maar na een goed gesprek met Marloes besluit hij toch een afspraak te maken. Voor de afspraak vindt er al een korte online uitwisseling met de EK-coach plaats. De EK-coach inventariseert het verhaal van Boyd en komt tot te conclusie dat hij voorafgaand aan de afspraak het beste ook even langs de huisarts kan gaan. Tijdens de afspraak met de EK-coach blijkt dat er sprake is van een vrij ernstige overbelasting voor Boyd. De huisarts heeft aangegeven dat Boyd een grote kans op een burn-out maakt en dat hij er verstandig aan doet om tijdelijk rustiger aan te doen en ondersteuning te vragen bij zijn hulptaken voor Merel. Boyd geeft toestemming om het verslagje van de huisarts beschikbaar te stellen voor de EK-coach. De EK-coach maakt samen met Boyd een plan van aanpak om tijdelijke ondersteuning te regelen in de zorg voor Merel. Boyd zoekt in de zorgmarktplaats van de cloud een zorgaanbieder die hem kan ondersteunen bij het hervinden van zijn oude energieniveau. Hij vindt een persoonlijke coach. Merel gaat de komende periode in een aantal weekenden naar een specialistisch logeerhuis en Boyd vindt samen met de EK-coach een tijdelijke ambulante begeleider en coördinator voor Merel. Via de cloud houden Boyd en de betrokken professionals onderling contact om de voortgang van de zorg te bespreken en om in de toekomst het moment te kunnen bepalen wanneer Boyd weer meer taken op zich kan gaan nemen. Boyd en Marloes voelen zich ondersteund in het hele traject en Boyd kan met een gerust hart een stap terug doen. Na een paar maanden dient het moment zich dan ook aan dat Boyd de regierol weer terugneemt en de EK-coach en de andere betrokken professionals trekken zich terug.
19
Functioneel Ontwerp Jeugdzorg 3.0
Hoofdstuk 5: De gemeente in Jeugdzorg 3.0
Hoofdstuk 5: De gemeente in Jeugdzorg 3.0 Als het nieuwe stelsel er eenmaal is, is de rol voor de gemeente beperkt. De gemeente is faciliterend, financiert en borgt de kwaliteit.
Aandachtspunt 1: Controleren door te faciliteren De gemeente ondersteunt het proces door een functionerende Jeugdcloud te garanderen en in te zetten op activiteiten die actoren in staat stelt aan dit proces deel te nemen. Zo krijgt de gemeente een backoffice functie met een verantwoordelijkheid voor de juiste werking van het hele systeem. De gemeente is eigenaar van de infrastructuur en verantwoordelijk voor beheer, investeringen/doorontwikkeling. Het is hierin van belang een balans vinden tussen bottom-up versterken van eigen kracht van hulpvragers en systemen in de wijk en het vormen van een kader met een heldere analyse van de beheersbaarheid en risico’s. In de regierol voor de gemeente ligt er een kans om ook de eigen kracht van alle professionele spelers binnen de jeugdzorg (rondom de transitie) te versterken. Een inzet sturing op behoud van de positieve verworvenheden binnen de jeugdzorg en het afstoten van dat wat niet werkt of niet te bekostigen is. De gemeente werkt via de inzet van de jeugdcloud het zelfreinigend vermogen van de sector in de hand en vergroot de keuzevrijheid van de hulpvragers. De jeugdcloud maakt de regie over het jeugdzorgstelsel beheersbaar, overzichtelijk en toekomstbestendig. De gemeente krijgt vanuit haar regierol de kans om binnen de jeugdcloud via korte lijnen en lokale sturing een duurzame beleidsmatige en stabiliserende functie uit te oefenen.
Aandachtspunt 2: Financiering van eigen kracht De gemeente besteedt haar geld aan drie stromen. De genoemde voorbeeldpercentages dienen puur ter verduidelijking. 20% De gemeente bekostigt direct de EK-coaches. 60% Via de jeugdcloud van gezinnen (virtuele gezinsgebonden budgetten) bekostigt de gemeente de aanbieders. Aan de hand van zorgbehoefte toe te kennen (PGB). 15% Daarnaast houdt de gemeente een gedeelte van het geld voor doelgerichte projecten in eigen kracht van buurten (maatschappelijke organisaties en initiatieven) waar dat nodig is. 5% overhead - jeugdcloud Hierdoor kan zij sturen op waar eigen kracht versterkt moet worden. In twee gevallen zien wij de noodzaak om bij te sturen: Overvragen - Wanneer een gezin/wijk te veel vraagt van het systeem, en de eigen kracht nog niet maximaal benut. Ondervragen - Wanneer een gezin/wijk niet in staat is om de juiste vragen te stellen, en dus ook de eigen kracht niet benut.
Aandachtspunt 3: Kwaliteitsborging van aangeboden hulp Het is in de zorgmarktplaats mogelijk om verschillende aanbieders te kiezen. Voor de gebruiker gaat het uiteindelijk om het product. De gemeente borgt kwaliteit door: De toelating tot de marktplaats van aanbieders te verbinden aan een aantal eisen. De beoordeling van cliënten bepaalt dat minder effectieve of niet op de vraag-aansluitende pakketten minder worden gekozen.
30-5-2012
20
Functioneel Ontwerp Jeugdzorg 3.0
Hoofdstuk 6: Vier veel gestelde vragen
Hoofdstuk 6: Vier veel gestelde vragen “DE MOEILIJKHEID IS NIET HET NIEUWE TE BEGRIJPEN, MAAR HET OUDE TE VERGETEN” J.M. KEYNES
Wanneer men niet vanuit dit paradigma denkt en met de nieuwe mogelijkheden geconfronteerd wordt ontstaan vragen. We benoemen de vijf belangrijkste kort.
Vraag 1: Jeugdcloud & Privacy In de cloud staat zeer privacygevoelige informatie. De jeugdcloud dient daarom aan de hoogste veiligheidseisen te voldoen. Het zijn echter niet zo zeer de hackers die het belangrijkste zorgpunt zijn. Het is vooral de overheid zelf. Is Big brother watching? De jeugdcloud maakt duidelijk onderscheid tussen dossierinhoudelijke informatie en informatie over de besteding van het budget. De dossierinhoud is alleen voor het gezin, en zij bepalen te allen tijde wie toegang krijgt. De informatie over welke hulp is afgenomen is uiteraard van wezenlijk belang voor het functioneren van het stelsel en te allen tijde beschikbaar voor de gemeente. Alleen door deze twee functies expliciet te scheiden en misschien wel in verschillende systeemonderdelen (apps) onder te brengen kan dit onderscheid worden gegarandeerd. Wanneer dit lukt, is de jeugdcloudoplossing het ultieme antwoord op alle privacyvraagstukken. Zie ook onze rapportage haalbaarheid van dossiers.
Vraag 2: Overheid & ICT De overheid moet toch geen grootschalig ICT-systeem gaan beheren? Nee. Jeugdcloud zoals wij het presenteren is een open platform, waarop allerlei apps door aanbieders aanboden worden. Daardoor wordt dit geen grootschalig ICT-initiatief, maar een basis voor allerlei later toe te voegen functionaliteiten. Hiermee blijft ook de flexibiliteit behouden, en kan met het systeem ook in de toekomst continu op nieuwe wensen worden ingespeeld. Ons advies is dus per app uit de jeugdcloud te bekijken welke in beheer van de overheid moet zijn (marktplaats bijvoorbeeld) en welke ook prima door andere partijen geïnitieerd kunnen worden (denk aan e-communities). De invulling van het eigenaarschap van de infrastructuur van de gemeente vraagt om verdere uitwerking, waar we graag in een expertsessie met ‘Overheid & ICT’-experts verder op in willen gaan.
Vraag 3: Zelfredzaamheid van mensen Professionals weten toch beter wat voor zorg je nodig hebt? Het is een nog vaak gehoorde vraag. De realiteit (professionals blijken ook niet altijd effectief) was een van de hoofdgedachten om het systeem te willen veranderen. We weten dat als professionals alleen vanuit één domein kijken, zij het totale gezinssysteem beperkt meenemen. Uiteindelijk zijn alleen de gezinsleden zelf expert in de specifieke gezinssituatie. Zij moeten leren op zichzelf te kunnen passen. Tot op zekere hoogte is het juist de kunst terug te treden en de samenleving zelfoplossend te laten zijn. Pas daarna in te grijpen.
Vraag 4: Toegankelijkheid van jeugdcloud Ook veel gehoord: Alleen hoger opgeleiden kunnen zo’n systeem bedienen? Wij denken daar positief over. Goede computer-interactie designers kunnen gebruiksvriendelijke apps maken voor alle doelgroepen. We vergeten vaak dat lager opgeleiden meer online zijn dan hoger opgeleiden. Een online video kan veel duidelijk maken. Internet maakt bovendien vertaling mogelijk naar alle talen. En internet zelf is tegenwoordig (al dan niet mobiel) voor iedereen beschikbaar.
30-5-2012
21
Functioneel Ontwerp Jeugdzorg 3.0
Bijlage: Implementatie van Jeugdzorg 3.0
Bijlage: Implementatie van Jeugdzorg 3.0 De Amsterdamse visie Om het Kind legt de ambities van een innovatieve zorg voor jeugd vast. Dit functioneel ontwerp Jeugdzorg 3.0 sluit aan bij deze ambities om grootschalig te veranderen. Hoewel iedereen overtuigd is dat het beter kan, en ook de visies op oplossingsrichtingen elkaar niet tegen spreken, wordt het nog nergens concreet. Men moet met name het huidige aanbod durven los te laten en zeg maar “creative destruction” durven toepassen. Jeugdzorg 3.0 is daarom verstrekkend ten opzichte van huidige situatie. Het vergt technische, organisatorische, financiële en gedragsaanpassingen op vele fronten. Hierbij is het zaak om de visie van maximale eigen kracht vast te houden bij de stappen die we zetten. Zo voorkomen we het vallen in oude valkuilen, waarop het 3.0-denken juist een antwoord is.
Aanbeveling 1: Creëer draagvlak voor 3.0 door goede communicatie Aandachtspunten bij de realisatie, waarvoor we adviseren aparte acties uit te zetten: Burgers betrekken met goede communicatie en e-participatie Kern van het functioneel ontwerp is het activeren van de doelgroep. Dit kan alleen als we tijdens de implementatie de doelgroep (ouders en kinderen) al actief betrekken. Draagvlak creëren voor Jeugdzorg 3.0 bij alle organisaties - De ideeën zijn voor een aantal organisaties vergaand en het creëren van commitment onder de verschillende partijen én de gemeente is dus van groot belang.
Aanbeveling 2: Ontwikkel een business case Jeugdzorg 3.0 De mogelijke opbrengsten die gerealiseerd kunnen worden uitwerken. Het invoeren van een jeugdzorg 3.0 stelsel kost een initiële inspanning, maar levert ook direct quick wins op. Enkele voorbeelden van winstpunten: Winst voor de samenleving a. De samenleving pakt zelf meer op. Door het ontzorgen en normaliseren maken we de collectieve zorg goedkoper. We besparen ook op zorgkosten doordat men kritischer kiest welke zorg tegen welke prijs men wil. b. Een samenleving die beter in de eigen kracht staat groeit, dit levert gelukkigere en productievere mensen op (arbeidsproductiviteit) en werkt preventief op toekomstige zorgkosten. Uiteindelijk leidt dit tot economische groei. c. Innovatie op de zorgmarktplaats zorgt voor kwalitatief betere zorgproducten, die effectiever werken en mensen sneller ‘beter’ maken. Winst voor de aanbieder a. Online hulpverlening bespaart op reistijd, vergadertijd en locatiekosten. Kostenbesparing doordat de burger zelf zorg gaat organiseren (minder begeleiding nodig). b. Het werkplezier voor hulpverlener stijgt. Zij kunnen zich concentreren op de kern van hun professie, namelijk hulpverlenen in plaats van administreren, verantwoorden en vergaderen. c. Betere zorg door betere informatie-uitwisseling tussen samenwerkende hulpverleners (ook efficiëntie). Winst voor cliënten a. De tijd die het gezinnen zelf bespaart om hulp te vinden, organiseren en ondergaan vermindert sterk. b. Betere zorg door betere informatie (de cliënt checkt alle informatie); c. Meer vertrouwen door de cliënt en daardoor betere betrokkenheid bij zijn/haar zorg. Winst voor gemeente a. Flinke kostenbesparing door vanuit 1 systeem in plaats van groot aantal verschillende systemen te werken.
30-5-2012
22
Functioneel Ontwerp Jeugdzorg 3.0
Bijlage: Implementatie van Jeugdzorg 3.0
b. Kans om domein-overstijgende oplossingen aan burgers aan te bieden, dus meer maatwerk. c. Aansluiten op de jeugd en de toekomst door de mogelijkheden van nieuwe media mee te nemen. Door deze mogelijkheden beter benutten creëren we een flexibeler en toekomstbestendiger systeem en dit bespaart in de toekomst geld. d. De regierol van de gemeente kan beter worden uitgevoerd. We adviseren een business case Jeugdzorg 3.0 op te stellen, om deze voordelen in kaart te brengen.
Aanbeveling 3: Start met proeftuinen voor onderdelen Jeugdzorg 3.0 Een totale proeftuin jeugdzorg 3.0 is veelomvattend. We adviseren de essentiële onderdelen van jeugdzorg 3.0 in losse proeftuinen in te voeren, en de samenhang hiertussen goed te managen. Dit leidt tot synergie en meerwaarde voor de zorg Om het Kind. Onze aanbeveling is om zo snel mogelijk te starten, de tijd is rijp voor 3.0: Start waar het animo het hoogst is: innovatoren - De minste weerstand voor een dergelijke grootschalige verandering verwachten we bij groepen jonge ouders die open staan voor innovatieve online ondersteuning en die zich nu al afvragen waarom er nog zo weinig online wordt aangeboden. Start bij winstpunten: bijvoorbeeld multi-problem gezinnen - Daarnaast is er een groep waarbij de urgentie om zaken echt slimmer aan te pakken, zoals de multi-problem gezinnen, waar veel hulpverleners over de vloer komen. Hier kan een betere afstemming tot veel winst leiden. We zien drie mogelijkheden voor quick wins; snel te realiseren en met veel draagvlak: Start een marktplaats – Er zijn diverse sociale kaart initiatieven en het soort zowel aanbieders als de gemeente dat er nog geen duidelijk overzicht is. Op basis van de huidige contracten kan al snel een eerste overzicht gemaakt worden. Experimenteren met rating - Onderzoeken hoe we het beste het aanbod door de cliënten zelf kunnen laten beoordelen. Communities - Burgers met opvoedvragen elkaar laten ontmoeten en helpen in een beveiligde omgeving. Hoogwaardige informatie - Verzamelen kwalitatief goede opvoedinformatie en biedt deze online aan. Denk aan nuttige video’s met opgroeirisico’s. Dit is de content die als lokkertje voor ouders werkt om het platform te gaan gebruiken voor allerlei vragen. Iets meer voeten in aarde, maar zeker in een losse proeftuinen uit te proberen zijn: Gezinsgebonden budgetten - De eigen kracht en keuzevrijheid van de burgers: in keuze hulpverlener met behulp van een virtueel GGB. EK-coaches in school/buurtteams - Lokale onafhankelijke ondersteuning bij vraagverduidelijking en de inzet van het eigen netwerk en/of professionele hulp. Leid EK-coaches op. Betrek de omgeving in Jeugdzorg 3.0 denken - Faciliteer buren, onderwijs en maatschappelijke organisaties om hun eigen kracht te gaan versterken. Investeren bijvoorbeeld in signalerende en ondersteunende krachten van buurt, school en maatschappelijke organisaties. Gezinsdossiers - Op twee manieren kan met gezinsdossiers worden begonnen. o Het delen van informatie in één dossier met burger als dossiereigenaar bij gezinnen die nu hulp ontvangen. o Start met één opschaalbaar eigen dossier bij ieder pasgeboren kind. Denk aan basis gegevens, zoals: groei, vaccinaties en bijvoorbeeld de cijferlijst van school.
30-5-2012
23
Functioneel Ontwerp Jeugdzorg 3.0
Bijlage: Implementatie van Jeugdzorg 3.0
In alle proeftuinen adviseren we klein te beginnen, met een later opschaalbare online ondersteuningsomgeving. Start binnen de proeftuinen met kleine groepen hulpverleners en ouders die hier voor open staan en hiermee willen experimenteren. Vanuit het enthousiasme en de ervaringen bij kleinere groepen ontstaat een olievlekwerking.
Aanbeveling 4: Ontwikkel geen mega-systeem Begin tijdig met het realiseren van een integrale infrastructuur voor de jeugdcloud. Het ‘web-based’ klaar maken van een beveiligde technische infrastructuur kent uitdagingen. Het contracteren van een aanbieder hiervoor en het technisch realiseren van de jeugdcloud neemt tijd in beslag. In de tussentijd kunnen allerlei functionaliteiten los op kleine schaal worden aangeboden. Begin met een opschaalbaar open platform. Het is niet reëel te verwachten dat jeugdcloud als een compleet product wordt ontwikkeld en in één keer neergezet kan worden. Het integreren van steeds meer functionaliteiten in de jeugdcloud en het steeds verder uitbreiden van doelgroepen voor de jeugdcloud vergt een open platform. Dit betekent standaardisering en het maken van afspraken over taal. Een totale jeugdcloud bestaat vooral uit standaarden tussen losse onderdelen die door verschillende leveranciers ontwikkeld worden. Het ontsluiten van gegevens via de ‘cloud’ neemt een aantal uitdagingen met zich mee. In gesprekken over de jeugdcloud vormt dit onderwerp vaak een aandachtspunt. Zorg voor een goede infrastructuur, met een basis voor verdere doorontwikkeling. Zorg voor veilige inlog (bijvoorbeeld DigiD) voor alle burgers. Zorg voor een open platform waarop andere leveranciers hun diensten kunnen aanbieden. Maak afspraken met zorgaanbieders over het aanleveren van hun digitale dossiers volgens open standaarden. Benader verschillende leveranciers voor specifieke functionaliteiten als zorgmarktplaats, budgetbeheer, vraagverduidelijker en e-ondersteuning. Bepaal waar voor één uniforme leverancier wordt gekozen en waar meerdere leveranciers naast elkaar op het platform hun functionaliteiten kunnen aanbieden.
Aanbeveling 5: Denk domein-overstijgend We denken groot. De jeugdcloud zal op termijn alle online aspecten raken van het sociale domein rondom het gezin. Het biedt één integrale omgeving om tal van bestaande systemen te (voor de cliënt) te vervangen. Het maakt een koppeling tussen publieke domeinen als ‘Werken en inkomen’, Zorg, Welzijn en Jeugdzorg mogelijk. De Gemeente Amsterdam kan via één platform haar complete dienstverlening aanbieden. Het hulpaanbod dat je krijgt is afgestemd op jouw cloudgegevens met jouw (lokale) persoonlijke of gezinssituatie, waardoor je tijdig gewezen wordt op risico’s en hulpmogelijkheden die voor jou relevant kunnen zijn. Daarvoor is het nodig om vanuit de eigen cloud ook gegevens uit zorg, welzijn, onderwijs en andere relevante domeinen te kunnen raadplegen. De cloud wordt een integrale ondersteuning van de leefomgeving om veilig en gezond op te groeien. De visie van jeugdcloud is te verbreden naar andere domeinen. Zo is het ook mogelijk om in de cloud een rolstoel te bestellen of online het traject van schuldhulpverlening te ondersteunen en beheren. De focus ligt nu bij jeugdzorg, maar houdt rekening met de koppeling naar andere domeinen.
Aanbeveling 6: Maak afspraken met aanbieders over transitie Afspraken met huidige aanbieders - Hoe komen zij van Jeugdzorg 1.0 naar Jeugdzorg 3.0? Welke (nieuwe) eisen stelt de gemeente aan hen, welke eisen gelden niet meer en vanaf wanneer? Hoe kan de gemeente hen ondersteunen bij de interne transitie?
30-5-2012
24