Programmaplan Binnenstad 2010 -2014
Binnenstad als Citylounge
Informatie: Bureau Binnenstad Telefoon (010) 440 0728 www.rotterdam.nl/binnenstad
[email protected] 1 december 2010
1
Inhoudsopgave
Hoofdstuk 1 Opgave Binnenstad 1.0 Aanleiding 1.1 Ambitie ‘Binnenstad als Citylounge’ 1.2 Speerpunten in collegewerkprogramma 1.3 Waar staan we nu 1.4 Gebiedsgrenzen binnenstad conform Binnenstadsplan 2008-2020 1.5 Scope programma 1.6 Samenwerking stakeholders 1.7 Naar de uitvoering
3 3 3 5 6 7 8 8 8
Hoofdstuk 2 Programma 2.0 Samenhang in ambities 2.1 Ambitie Levendige binnenstad 2.2 Ambitie Gastvrije binnenstad 2.3 Ambitie Binnenstad om in te wonen 2.4 Ambitie Verbonden binnenstad 2.5 Ambitie Bedrijvige binnenstad
10 10 10 13 16 18 20
Hoofdstuk 3 Organisatie
23
Hoofdstuk 4 Monitor en Sturing
25
Hoofdstuk 5 Communicatie
26
2
Hoofdstuk 1
Opgave Binnenstad 1.0
Aanleiding Op 7 oktober 2010 heeft het college zijn collegewerkprogramma voor de periode 2010-2014 gepresenteerd. Eén van de belangrijke onderdelen daarin is de inzet van het college op de binnenstad. In het collegewerkprogramma is daarom aangekondigd dat er een ‘Programmaplan Binnenstad’ komt, met daarin een integrale aanpak voor een levendige en aantrekkelijke binnenstad. Aantrekkelijk voor bedrijven, bewoners, bezoekers, studenten en investeerders. Dit programma treft u hierbij aan. Het Programmaplan Binnenstad is een uitwerking en concretisering van de ambities van het college zoals in het collegewerkprogramma verwoord. Tevens is het een aanvulling op en een actualisering van het Binnenstadsplan 2008-2020, dat in december 2008 is vastgesteld door de gemeenteraad van Rotterdam. In dit programma staan de uiteenlopende facetten beschreven die in samenhang tot een integrale aanpak leiden. Voor de afzonderlijke facetten blijven, net als voorheen, de portefeuillehouders (wonen, ruimtelijke ordening, verkeer en vervoer, economie, cultuur en sport) primair bestuurlijk verantwoordelijk.
1.1
Ambitie ‘Binnenstad als Citylounge’ In het Binnenstadsplan 2008 - 2020 en het collegewerkprogramma heeft het college haar ambitie voor de binnenstad geformuleerd: “Wij willen dat meer mensen in de binnenstad gaan wonen en werken. Ook willen we dat er meer mensen de binnenstad bezoeken en er langer blijven en meer besteden. Om dit te bereiken gaan we door met het ontwikkelen van de binnenstad tot een plek waar altijd iets te doen is. Een plek waar het aangenaam is om te verblijven en te verpozen voor bewoners, bezoekers, studenten, bedrijven en investeerders”. (Citaat collegewerkprogramma) De binnenstad is het hart van de stad. Aan de buitenkant is Rotterdam stoer, robuust en groots, maar als je er vertoeft, voel je de ziel van de stad die menselijk en zacht is. De binnenstad als citylounge is de metafoor voor de sfeer die we nastreven. Een sfeer die prettig, ‘warm’ en gezellig is. Een stad die uitnodigt om anderen te ontmoeten en langer te verblijven. Rotterdam is anders dan veel andere Nederlandse steden. Die steden hebben veelal een oud historisch stadshart, dat vanzelf sfeer oproept. Rotterdam is anders. Rotterdam is een moderne stad. Dat maakt haar uniek. Rotterdam heeft een onderscheidend profiel tussen de Nederlandse steden. De hoogbouw met zijn skyline en moderne architectuur in combinatie met de ligging aan de Nieuwe Maas zijn speciale kwaliteiten van de Rotterdamse binnenstad. Architectuur vinden we in Rotterdam uit verschillende tijdvakken: vooroorlogs, wederopbouw architectuur, jaren 80 stadsvernieuwing en de hoogbouw van recentere periode. Het is allemaal in Rotterdam te vinden. De architectuur uit de periode vlak na de oorlog, de wederopbouwarchitectuur, wordt steeds meer een bijzondere kwaliteit met aantrekkingskracht op bedrijven, bewoners en bezoekers. Het moderne karakter geeft Rotterdam ook een ander voordeel. Rotterdam is altijd in beweging. Rotterdam heeft in de binnenstad nog ruimte voor nieuwe gebouwen, nieuwe architectuur. Maar de binnenstad kent ook een ruime mentaliteit: nieuwe bedrijven, kunstenaars, nieuwe ideeën en initiatieven krijgen ruim baan. Rotterdam heeft een binnenstad waar zijn bewoners trots op zijn, trots op de internationale allure en de ontwikkelingen die de binnenstad doormaakt.
3
Het speciale karakter van de stad stelt ons echter ook voor een aantal bijzondere opgaven. Rotterdam is na WO II teruggebouwd volgens het principe van het Nieuwe Bouwen als een zakenstad. De woonfunctie ontbrak vrijwel geheel in de wederopbouw. Ook de dichtheid van bebouwing was erg laag in vergelijking tot andere steden. Dat leidde tot een stad die ’s avonds uitgestorven is en geen sfeer kent. Sinds het einde van de vorige eeuw voegen we weer woningen en andere functies aan de binnenstad toe. Dat heeft succes. Het aantal restaurants, goede winkelstraten, zoals Meent en Kruiskade, groeit. De levendigheid in de stad verbetert. Die lijn gaan we door zetten. We blijven bouwen. Een ander gevolg van de opbouw van de stad is het gebrek aan samenhang. De bebouwing stamt uit veel verschillende tijdperken en kent weinig samenhang. Veel gebouwen zijn losse incidenten en maken geen verbinding met de straat. Ook het leven in de stad is versnipperd. Rotterdam is een stad van veel leuke plekken: winkelhart, Witte de Withstraat, Oude Haven, Het Park en de Wilhelminapier. Er is veel, maar het is moeilijk te vinden, als je stad niet kent. De logische routes tussen de verschillende plekken ontbreken. Via aanpak van de buitenruimte, plinten en verbetering leesbaarheid van de stad, willen we een verbonden stad worden. Om inspiratie op te doen voor deze opgave hebben we de aanpak van vergelijkbare steden bestudeerd. Moderne steden bevinden zich vooral buiten Europa. Vancouver en Melbourne zijn moderne steden, die het gelukt is om de omslag te maken van een zakenstad naar een levendige stad, met een zeer aangenaam verblijfsklimaat. Beide steden scoren hoog in ranking van most liveable cities (opgesteld door the Economist). Jan Gehl en Larry Beasly leerden ons over hun aanpak. Ook hun aanpak is gericht op verbetering van het verblijfsklimaat, onze citylounge aanpak. Belangrijke onderdelen van hun aanpak zijn: verdichting door meer woningen toe te voegen, aanpak openbare ruimte, meer groen, aanpak plinten (begane grond/eerste verdieping), terrassen en zorgvuldig hoogbouwbeleid. Deze onderdelen zijn ingepast in onze aanpak. De steden leren ook dat de transitie een zaak is van lange adem. Beiden steden werken al sinds het einde van de vorige eeuw volgens dezelfde aanpak. Een andere inspirator is Gerard Marlet. Hij onderzocht welke factoren Nederlandse steden succesvol maakt. Hij concludeert dat in de steden waar mensen graag willen wonen, ook de werkgelegenheid toeneemt. Dat geldt zeker voor de hoger opgeleiden. Werken volgt wonen. Het is dus belangrijk om een aantrekkelijke woonstad te zijn. De factoren waar bewoners op letten bij de keuze van hun woonplaats, lijken sterk op onze citylounge aanpak. Bewoners kiezen voor een woonplek met een aangenaam verblijfsklimaat. Belangrijke factoren daarbij zijn het avondleven en het cultureel aanbod. Uit de grote woontest blijkt dat er veel vraag is naar centrumstedelijk wonen in Rotterdam. Rotterdam heeft dus kansen. Het college heeft gekozen voor de binnenstad als een kernprogramma. Met die keuze geeft het college aan dat de ontwikkeling van de binnenstad hoge prioriteit heeft. De concurrentie is immers groot. Andere steden ontwikkelen snel. Rotterdam staat niet hoog in rankings en moet een inhaalslag maken. De ontwikkeling van de binnenstad is van groot belang voor de hele stad. De binnenstad is het economisch centrum van de stad. Er zijn 80.000 arbeidsplaatsen. De binnenstad en haven zijn een motor voor de economie van de stad. De invloed van de binnenstad strekt zich uit. De omliggende wijken trekken zich op aan de binnenstad. En natuurlijk is de binnenstad het visitekaartje van de stad voor de bezoeker. Hun indruk van de binnenstad bepaalt het imago van de stad. De binnenstad is van belang voor bewoners, bezoekers en bedrijven. Alle drie profiteren van de verbetering van het verblijfsklimaat in de binnenstad. Ook bedrijven geven aan dat een sfeervolle binnenstad een belangrijke vestigingsvoorwaarde is. Het college wil bij alle drie de groepen groei bereiken. De extra inzet in de binnenstad moet leiden tot groei van het aantal bewoners, bezoekers, en arbeidsplaatsen. Het college heeft de volgende targets geformuleerd: Op 1 januari 2014 telt de binnenstad tov 1 januari 2010: • 5% meer bewoners • 5% meer werknemers • 10% meer bezoekers
4
1.2
Speerpunten in collegewerkprogramma Het college heeft in haar werkprogramma vijf speerpunten gekozen voor de binnenstad. De keuze van de speerpunten vloeit voort uit bovenomschreven ambitie: verbetering van het verblijfsklimaat in de binnenstad. Via inzet op de onderstaande speerpunten willen we de bovengenoemde targets bereiken: • Levendigheid In de binnenstad is er volop gelegenheid voor (tijdelijke) exposities, debatten, verrassende kunstwerken en laagdrempelige sportieve en culturele activiteiten op uiteenlopende locaties. • Gastvrijheid De gastvrijheid en leefbaarheid in de stad zijn gebaat bij een goede ‘leesbaarheid’ van de stad. Bezoekers, of ze nu per OV, per fiets, per auto of te voet komen, moeten zich welkom en prettig voelen bij aankomst in de binnenstad. Daarnaast moet de leesbaarheid van de stad verbeteren, zodat de bezoeker gemakkelijker weet wat de stad te bieden heeft. • Een sterker imago voor Rotterdam De hoofdzaak daarbij is dat op allerlei manieren beter bekend wordt wat Rotterdam allemaal te bieden heeft. • Buitenruimte en gebouwen Samen met andere partijen werkt het college aan een aantrekkelijkere buitenruimte met onder andere: meer groen, een betere benutting van het water en een mooie uitlichting van markante gebouwen en bruggen. De buitenruimte moet niet alleen mooi worden, maar vooral ook uitnodigen om te verblijven. In het oog springende straten, pleinen en gebouwen worden aangepakt. • Binnenstedelijke economie Het college zet in op een aantrekkelijk en onderscheidend voorzieningenaanbod, een kwaliteitsimpuls voor het winkelaanbod en een meer logische verbinding tussen (winkel) gebieden, zodat bezoekers vaker naar de binnenstad komen. Meer bouwen en meer levendigheid In december 2008 heeft de vorige gemeenteraad het document ‘Binnenstadsplan 2008-2020, de Binnenstad als Citylounge’ vastgesteld. Het huidige college onderschrijft deze visie voor de binnenstad en zet de uitvoering door. In het binnenstadsplan staat het begrip Citylounge centraal. Dat was een vernieuwing ten opzichte van eerdere binnenstadsplannen, die een sterk ruimtelijk economisch karakter hadden. Het binnenstadsplan is gebaseerd op twee sporen: 1. Doorgaan met verdichting, doorgaan met bouwen (hardware). Er zijn meer bewoners en bedrijven nodig om een levendige, economisch vitale binnenstad te creëren. 2. Sterker inzetten op levendigheid: activiteiten op straten, pleinen en in plinten (software). Met het huidige collegewerkprogramma 2010-2014 kiest het college voor extra nadruk op het tweede spoor. We gaan door met bouwen in de stad en zetten extra in op de levendigheid.
5
1.3
Waar staan we nu In het collegewerkprogramma zijn een drietal targets geformuleerd. Hieronder is weergegeven hoe de indicatoren van de targets zich de afgelopen jaren hebben ontwikkeld. 5 procent meer bewoners Gezien de oplevering van het aantal woningen is de verwachting dat de 5 procent inwonerstijging realistisch is.
Aantal inwoners in de binnenstad
Bron: Gemeentelijke Basis Administratie
5 procent meer werknemers Wij verwachten dat de werkgelegenheid de komende periode 5 procent zal stijgen dankzij de toevoeging van het aantal vierkante meters kantoor, winkels en retail. Meer bezoekers betekent ook meer werkgelegenheid. Hieronder zijn de cijfers van de afgelopen vier jaar weergegeven.
Aantal werkzame personen in de binnenstad
Bron: Bedrijvenregister Zuid-Holland
6
10 procent meer bezoekers kernwinkelgebied Gezien bovenstaande targets en de aanpak van levendigheid en gastvrijheid lijkt de ambitie van 10 procent stijging reëel. Onderzoeksbureau Locatus meet het bezoekersaantal in 126 winkelgebieden waaronder het kernwinkelgebied van Rotterdam. Vanaf 2010 zal deze telling ieder jaar plaatsvinden in plaats van iedere 2 jaar. In 2004, 2006 en 2008 zijn de bezoekers in het kernwinkelgebied onderzocht. De gegevens over 2010 zijn in december 2010 beschikbaar.
Aantal bezoekers
Bron: Locatus
1.4
Gebiedsgrenzen binnenstad conform Binnenstadsplan 2008-2020 De binnenstad beslaat de deelgemeente Rotterdam Centrum en een deel van de Kop van Zuid van de deelgemeente Feijenoord. Ondanks dat de bestuurlijke bevoegdheid over de Kop van Zuid over is gegaan naar deelgemeente Feijenoord betrekken we de Kop van Zuid vanuit het stedelijk kader nog steeds in het Programma Binnenstad. Het doel van de ontwikkeling van de Wilhelminapier is het creëren van een binnenstad, met in het hart de Nieuwe Maas met levendige en mooi ingerichte kades. De kaart op de volgende pagina geeft het gebied binnenstad weer met daarin de gebieden die onderscheiden worden.
7
Binnenstadskwartieren Centraal District Rotterdam Laurenskwartier Lijnbaankwartier/ Coolsingel Oude Westen
Wijnhaveneiland/Oudehaven/ Boompjes Cool
EMC/Hoboken Scheepvaartkwartier
Kop van Zuid
1.5
Scope programma Het Programma Binnenstad is een integraal gebiedsprogramma voor de binnenstad. Het creëren van een aantrekkelijke binnenstad is alleen mogelijk als meerdere werkterreinen samen, integraal, deze opgave oppakken zowel bestuurlijk als ambtelijk. Het Programma Binnenstad omvat de werkterreinen: cultuur, sport, sociaal, fysiek (wonen, verkeer/vervoer en buitenruimte), economie, veilig en beheer. Dat betekent niet dat alle inspanningen van de gemeentelijke diensten op al die werkterreinen omschreven staan. Dat zou te ver voeren. In dit programma staan alleen de belangrijkste inspanningen omschreven die de gemeente levert om de doelstellingen uit het binnenstadsplan en het collegewerkprogramma te realiseren.
1.6
Samenwerking stakeholders Het is niet de overheid die alleen aan een aantrekkelijke binnenstad bouwt; veel gebeurt dankzij de eigen kracht van bewoners, bedrijven en instellingen. Samen met de stakeholders willen we de ambities waarmaken. Het samenspel vraagt inspanningen en bijdragen van alle partijen. Het college zoekt intensief de samenwerking met alle betrokken partijen die aan een aantrekkelijke binnenstad willen bijdragen. Zij krijgen ruimte en ondersteuning waar dat mogelijk is, bijvoorbeeld bij het verkrijgen van vergunningen. Daar waar partijen niet willen samenwerken, zal de gemeente dat ook niet doen.
1.7
Naar de uitvoering De targets voor de binnenstad zijn alleen te bereiken door een gemeenschappelijke inspanning van de private sector en de overheid. De marktpartijen zijn eigenaar en ontwikkelaar van al het vastgoed in de binnenstad en daarmee bepalend voor de ontwikkelingen van de binnenstad. De gemeente heeft vrijwel geen vastgoed. Zij heeft wel een belangrijke rol als eigenaar van de openbare ruimte en in de cultuur sector. Verder kan zij een belangrijke rol vervullen als regisseur tussen de verschillende partijen.
8
De aanpak van de binnenstad is een zaak van lange adem. Rotterdam werkt al een aantal jaar succesvol aan het toevoegen van woningen in de binnenstad, en met succes. Velen zijn met plezier in de binnenstad komen wonen en door hun aanwezigheid is al meer levendigheid op straat ontstaan. De inzet op de openbare ruimte is begonnen in 2008. Nu voegt het college daar inzet op levendigheid en gastvrijheid aan toe. Dat zullen we vele jaren moeten volhouden om ons doel te bereiken. Dat betekent echter niet dat de aanpak niet nu begint. Acties die we nu kunnen ondernemen, laten we niet wachten op de lange termijn. In het volgende hoofdstuk is de inzet tot 2014 per ambitie op inspanningen niveau uitgewerkt. Dit programmaplan zal vervolgens uitgewerkt worden in een uitvoeringsprogramma welke in december 2010 gereed zal zijn, zodat inzichtelijk is wie, wat en wanneer realiseert. Daarnaast zal ieder jaar bezien worden of met de geplande inzet de doelen gerealisserd kunnen worden en zal eventueel de uitvoering hierop aangepast worden.
9
Hoofdstuk 2
Programma Van ambitie naar activiteiten De binnenstad is de huiskamer van de stad, de plek waar iedere Rotterdammer en gast zich thuis kan voelen. Het is ook samen met de haven een motor voor de economische ontwikkeling van de stad. Dat verklaart de bijzondere aandacht in het collegewerkprogramma voor de binnenstad. In dit programmaplan geven we aan hoe de collegeambitie vertaald is naar concrete activiteiten.
2.0
Samenhang in ambities De kernopgave van het college is verder uitgewerkt in een integrale strategie. Integraal, omdat er gezocht is naar (nieuwe) verbanden tussen de verschillende deelambities en sectorale opgaven. In het eerste hoofdstuk is de ambitie van het college voor de binnenstad verwoord. De vraag is: hoe bereiken we ons doel? De ambitie van het collegewerkprogramma is uitgewerkt langs vijf lijnen: 1. Levendige binnenstad 2. Gastvrije binnenstad 3. Binnenstad om te wonen 4. Verbonden binnenstad 5. Bedrijvige binnenstad Basis voor deze indeling zijn de thema’s uit het collegewerkprogramma (zie paragraaf 1.2). Hieraan toegevoegd is het thema ‘Binnenstad om in te wonen’. Meer inwoners is immers één van de drie collegetargets. De thema’s gastvrijheid en imago uit het collegewerkprogramma zijn samengevoegd in gastvrije stad. De bovenstaande lijnen zijn volgens de Rotterdamse Standaard Programmatisch Werken verder uitgewerkt. Per onderdeel wordt in de volgende paragrafen de doelstelling geschetst, gevolgd door de resultaten die het college in de periode 2010-2014 wil behalen en de inspanningen (projecten, activiteiten) die daartoe gepleegd moeten worden. Als bijlage 1 is dit hoofdstuk samengevat in een zogenaamde DIM; een Doelen Inspanningen Middelen netwerk.
2.1
Ambitie Levendige binnenstad De binnenstad van Rotterdam is na het bombardement teruggebouwd als een zakenstad. Dat leidt tot een binnenstad die levendigheid ontbeert en ’s avonds stil is. De toevoeging van woningen en hoogbouw de afgelopen decennia heeft geleid tot verbetering van het woonklimaat in de binnenstad. Er zijn meer goede winkels, meer restaurants en meer terrassen. Ook de festivals hebben geleid tot meer levendigheid. De binnenstad bestaat echter nog te veel uit losse plekken en kent, op het zomerse festivalseizoen en enkele grote festivals na, te vaak incidentele gebeurtenissen. Er is te veel hoogbouw die te weinig aanspreekt op straatniveau (‘de plint’). Er zijn weinig vanzelfsprekende routes door de binnenstad die de losse gebieden verbinden en de aanwezigheid van het water in de binnenstad wordt niet ten volle benut. Voor wie de stad nog niet goed genoeg kent blijft veel moois daardoor lang verborgen. De binnenstad als geheel kan nog veel levendiger worden, meer sfeer uitstralen. Dit is de kern van ons streven naar de citylounge. In het Cultuurprogramma Binnenstad is een analyse gemaakt van het culturele aanbod en de noodzaak tot vernieuwing. Uit de analyse blijkt dat Rotterdam een cultureel aanbod heeft om trots op te zijn en dat past bij de omvang van de vraag. Wat nog wel ontbreekt, is kleinschalig aanbod en verbindingen tussen de culturele instellingen en het stadsleven. De uitdaging is om
10
een groei aan activiteiten in balans te brengen met een grotere kwaliteit van die activiteiten: niet méér van hetzelfde, niet méér grote evenementen, maar aansprekend, vernieuwend en kleinschalig aanbod met een eigen herkenbaar Rotterdams karakter. Tolerantie staat in Rotterdam hoog in het vaandel, dat is ook zichtbaar in de activiteiten en voorzieningen in de binnenstad. In de binnenstad moet voor iedereen wat te beleven zijn. Inwoners, studenten, zakenmensen, winkelend publiek, iedereen is welkom. Jongeren zijn een belangrijke groep voor de binnenstad. We zullen jongeren steunen die activiteiten willen opzetten die de binnenstad voor hen aantrekkelijker maakt. Doel Het vergroten van de levendigheid in de binnenstad waardoor de attractiviteit toeneemt voor bewoners, bezoekers en bedrijven. Inspanningen 1. Bevorderen van culturele en sportprogrammering in openbare ruimte 2. Concentreren van kleinschalige culturele instellingen 3. Verbreden van het uitgaansaanbod 4. Verlevendigen van het straatniveau: plinten verfraaien en gevels openen 5. Ruimte maken voor creatieve sector 6. Bevorderen van aantrekkelijkheid van de stad voor studenten en jongeren 7. Ruimte voor initiatief en experiment van bewoners, bedrijven, instellingen. Middelen Het college heeft voor deze collegeperiode eenmalig 5,1 miljoen beschikbaar gesteld voor kleinschalige activiteiten die de levendigheid in de binnenstad moet bevorderen. Effect 2010-2014 - Toename aantal bezoekers met 10 procent. - Toename aantal bewoners 5 procent
Toelichting inspanningen Levendige stad 1. Bevorderen van culturele en sportprogrammering in openbare ruimte Wij willen meer activiteiten laten zien in de openbare ruimte: op straat, op pleinen en op andere karakteristieke plekken in de binnenstad. Het gaat daarbij om zichtbaar maken van culturele programmering, sportactiviteiten en festivals. We denken hierbij in eerste instantie aan kleinschalige en vernieuwende activiteiten, zowel vanuit bestaande instellingen als van nieuwe initiatiefnemers. Er zal ruimte zijn voor debat, (tijdelijke) kunstwerken en exposities. We denken hierbij in ieder geval aan het Schouwburgplein, Binnenrotte/Grote Kerkplein, Museumpark/Internationaal Cultuurpodium en Skatepark Blaak, maar ook aan tijdelijke plekken zoals de bouwput van het Stadskantoor. Rond grote sportevenementen kunnen demonstraties in de binnenstad iets extra’s bieden. Dat geldt eveneens voor randactiviteiten in de periode rondom festivals als het Internationaal Filmfestival Rotterdam en North Sea Jazz Festival. Hiermee kan ook de positieve impuls van grote evenementen verlengd worden. Wij zullen instellingen en festivals vragen hieraan een bijdrage te leveren. We willen bewoners de gelegenheid geven om te sporten in een aantrekkelijke omgeving. We streven ernaar om routes voor fietsers, hardlopers, skaters e.d. langs de singels en lanen in de binnenstad en langs de rivier toegankelijk en aantrekkelijk te maken. Zoveel mogelijk betrekken we daarbij ook sportverenigingen. 2. Concentreren van kleinschalige culturele instellingen in de binnenstad Kleinschalige culturele instellingen versterken de aantrekkelijkheid van de binnenstad. We willen
11
deze voorzieningen concentreren in de binnenstad om dit effect te versterken. De herontwikkeling van het pand Gouvernestraat draagt in belangrijke mate bij aan het cultureel profiel van dit deel van de binnenstad. Kleinschalige podia versterken de levendigheid van de binnenstad in de avonduren, we denken daarbij aan muziek, maar ook aan bijvoorbeeld debat, poëzie/spoken word en stand up comedy. In combinatie met horeca kunnen deze podia goed vanuit particulier ondernemerschap worden opgezet. 3. Verbreden uitgaansaanbod Rotterdams imago als vernieuwende uitgaansstad blijkt minder sterk geworden. Het totale aanbod kan meer diversiteit en tolerantie uitstralen: jong en oud, homo en hetero, autochtoon en allochtoon vindt zijn en haar plek in de binnenstad. De terugkeer van een poppodium in de binnenstad is een belangrijke mijlpaal binnen het uitgaansaanbod. Er zijn ook in de tijd tussen ‘werk’ en ‘uitgaan’ voorzieningen nodig. Aandachtspunt is het in harmonie houden van de avondfunctie en de woonfunctie van de binnenstad. De binnenstad is dè woonplek voor mensen die van levendigheid houden. Ook de leesbaarheid, verlengde openingstijden winkels en verbinding tussen uitgaansgebieden heeft in een gastvrije en verbonden stad aandacht nodig. De private sector zal hier een actieve rol in moeten pakken. De gemeente kan hierin alleen faciliteren en stimuleren. 4. Verlevendigen van het straatniveau: plinten verfraaien en gevels openen Te veel plekken in Rotterdam hebben op straatniveau, de ‘plint’, weinig uitstraling. Dit komt niet alleen door leegstand, maar ook door blinde gevels, lamellen bij kantoren en rolluiken. We streven naar verbetering van de uitstraling in vijf straten in samenspraak met de eigenaren, bewoners en winkeliers. Hier geld ook dat de markt aan zet is en de gemeente hierin alleen kan faciliteren en stimuleren. Herinrichtingen van straten en plinten gaat bij voorkeur gelijk op. Het gaat zowel om verbetering ‘aan de plint’ (stenen, groen) als ‘in de plint’ (activiteiten, bedrijvigheid). Aan de plint kunnen planten, kunst of andere zichtbare elementen voor verfraaiing zorgen. Bij (tijdelijke) leegstand kan in de plint voor bedrijvigheid worden gezorgd door realiseren van tijdelijke en/of flexibele bedrijfshuisvesting. Het is wenselijk de gevels van culturele instellingen letterlijk te openen naar de stad, zoals bij de Schouwburg. Culturele instellingen kunnen meer verbinding maken met de stad, niet alleen door hun activiteiten, maar op deze manier ook met hun gebouwen. Mooi voorbeeld is de gerealiseerde open gevel van het ROtheater bij de Witte de Withstraat/William Boothlaan. Wij willen een impuls geven aan het openen van gevels op andere lokaties. Door het verfraaien van plinten en openen van gevels in combinatie met de verbetering van straten zal ook een natuurlijk netwerk van looproutes door de binnenstad ontstaan waarmee karakteristieke plekken, voorzieningen en activiteiten met elkaar worden verbonden. De Rotterdamse binnenstad heeft veel bouw- en sloopplaatsen o.a. langs de looproutes. En ook voor deze bouwplaatsen geldt dat we willen dat de uitstraling aantrekkelijk is en zo veel mogelijk aansluit bij de binnenstad als City Lounge. Inzet is ten eerste op mooie en informatieve bouwplaatsafschermingen op elke bouw/sloopplaats in de binnenstad, samen met de ontwikkelende partij en ten tweede op bouwplaatsprogrammering om de beeldvorming rond bouwplaatsen op een positieve en andere manier te beïnvloeden. In 2009 is het convenant ‘optimalisatie beeldkwaliteit bouwplaatsen binnenstad’ ondertekend met alle ontwikkelende partijen in de binnenstad, waarin deze inzet is onderschreven. Ook tijdelijke inrichtingen van langdurig braakliggende bouwterreinen heeft de aandacht. 5. Ruimte maken voor creatieve sector Vaak staan panden leeg in afwachting van herontwikkeling. Deze ruimtes zijn vaak uitstekend geschikt voor creatieve bedrijvigheid van kunstenaars, ontwerpers enz. In 2010 zijn onder andere Raum (Stadhuisplein) en het Schieblock (Schiekade) ingericht als (tijdelijke) creatieve werkplaats. We gaan door met deze aanpak.
12
6. Aantrekkelijke stad voor studenten en jongeren Ongeveer 30 procent van de Rotterdamse bevolking is jonger dan 25 jaar en het aantal jongeren zal de komende jaren stijgen. Rotterdam is een stad met veel jongeren en onderscheiden zich daarmee van andere steden. Jongeren horen in de binnenstad: zij zorgen voor meer levendigheid. Samen met hen creëren we aansprekende ontmoetingsplekken, die passen bij andere functies van het betreffende gebied. We steunen jongeren die zelf activiteiten willen opzetten in de binnenstad en bieden ruimte aan evenementen voor deze doelgroep. Rotterdam heeft onder ‘zijn’ jongeren ook 60.000 studenten aan Hogescholen en de Erasmus Universiteit. De stad heeft echter te weinig de uitstraling als een studentenstad. Het aantal studenten dat in de (binnen)stad woont, is relatief beperkt. En wie hier niet woont, kunnen we na afstuderen ook niet vasthouden. We willen een binnenstad die ook aantrekkelijk is voor studenten en afgestudeerden. Dit kan door verbeteren en toevoegen van activiteiten en voorzieningen gericht op studenten. Wij zullen vooral aanhaken bij initiatieven die door studenten en hun instellingen zelf worden opgezet. 7. Ruimte voor initiatief en experiment van bewoners, bedrijven, instellingen Ieder initiatief dat de levendigheid bevordert is welkom. Juist de bedrijven, instellingen en bewoners in de binnenstad kunnen hier een belangrijke bijdrage aan leveren. De gemeente wil het vergunningentraject voor kleinschalige en incidentele activiteiten duidelijker en eenvoudiger maken. Tegelijkertijd zullen randvoorwaarden opgesteld worden zodat de juiste programmering op de juiste plek zal landen. Deze zogenaamde locatieprofielen zijn nu alleen voor de grote pleinen opgesteld. Wij zullen de voorstellen verder beoordelen op bijdrage aan de levendigheid van de binnenstad.
Middelen Het college heeft voor deze collegeperiode eenmalig 5,1 miljoen beschikbaar gesteld voor kleinschalige cultuur die de levendigheid in de binnenstad moet bevorderen. Dit budget komt beschikbaar vanaf 2012. Verder wordt de inzet van reguliere middelen waar mogelijk meer gericht op dit doel. Hierbij werken Sport en Recreatie, OBR, dienst Kunst en Cultuur en (overige) diensten uit het sociale domein samen. Verder zullen ook instellingen en ondernemers in de binnenstad betrokken worden: we vragen een actieve betrokkenheid van iedereen en willen hen aansporen bij te dragen aan verlevendiging van de binnenstad.
2.2
Ambitie Gastvrije binnenstad Rotterdam heeft veel meer te bieden dan menig (potentiële) bezoeker, bedrijf, student en bewoner vaak weet. Het is een stad met veel verborgen parels, die men moet weten te vinden. Ten dele heeft dat te maken met de structuur van de stad, de spreiding van het aanbod en de loopstromen. De gast van de stad is dan ook gebaat bij een betere leesbaarheid en bereikbaarheid van de stad, waardoor hij gemakkelijker weet wat de stad te bieden heeft en daardoor er meer gebruik van zal maken. Gastvrijheid speelt hierin bovendien een belangrijke rol. Op dit moment scoort Rotterdam niet erg goed op gastvrijheid (gemiddeld 3,37 op een schaal van 5), blijkt uit het onderzoek ‘Meest Gastvrije stad 2010’ van Van Spronsen. De grootste minpunten zitten in: vriendelijkheid op straat, groenvoorziening, binnenstad, parkeren, bereikbaarheid met auto, werkzaamheden en gevoel van veiligheid. Het Centraal Station speelt een belangrijke rol in de gastvrije ontvangst in de stad. Binnen dit thema van het Programmaplan kunnen de minpunten die gaan over vriendelijkheid in horeca en winkels, vindbaarheid in de stad en parkeren, worden aangepakt. Daarnaast vinden we de eerste indruk belangrijk: bezoekers aan de binnenstad moeten zich welkom en prettig voelen bij aankomst op CS, in een Park en Walkgarage of (hoofd)metrostations. Gastvrijheid is een totaal concept en een verantwoordelijkheid van alle spelers in de stad, een belangrijke rol is weggelegd voor o.a. gemeentelijke instellingen, bewoners, horeca, hotels, detailhandel en vervoerders (o.a. RET- en taxichaufeurs).
13
Bovendien blijkt in de praktijk dat het imago van Rotterdam, met name binnen Nederland, nog een sterke impuls kan gebruiken, teneinde het beter te laten aansluiten bij de identiteit van de stad. Doel Het verbeteren van de leesbaarheid, de gastvrijheid en het imago van de stad. Inspanningen 1. Gastvrije ontvangst Rotterdam 2. Hospitality: - Hospitality team - Hospitality training - Hospitality desk 3. Welkom bij metro, Park+Ride-terreinen en parkeergarages 4. Modernisering van de bewegwijzering 5. Imagocampagne 6. Veiligheid 7. Bruisende Binnenstad 8. Onderzoek: Meten is weten Middelen Voor de uitvoering van bovengenoemde plannen moeten we bezien welke plannen uitvoerbaar zijn binnen bestaande budgetten van private partijen en (communicatie) budgetten van de gemeente. De uitvoering van de plannen is daarvan afhankelijk. Effect 2010-2014 - Toename aantal bezoekers met 10 procent. - We hebben meer inzicht wie de gast van Rotterdam is, wat hij wil, hoe hij zich gedraagt voorafgaand aan, tijdens en na afloop van zijn bezoek, hoe hij de stad waardeert en waar we als stad beter op in kunnen spelen. - Mede als gevolg hiervan wordt Rotterdam op het gebied van gastvrijheid op alle punten meer dan neutraal beoordeeld en waarderen de gasten de stad op het gebied van vriendelijkheid, vindbaarheid in de stad en parkeren hoger dan in 2009. - Landelijke en internationale imagoverbetering van Rotterdam.
Toelichting inspanningen Gastvrije binnenstad 1. Gastvrije ontvangst Rotterdam (de ‘rode loper’) In deze periode wordt het Centraal Station opgeleverd, inclusief de fietsenstalling onder het Stationsplein en het nieuwe metrostation. In de omgeving wordt de nieuwe Kruispleingarage opgeleverd. Het Stationsplein en het Kruisplein worden opnieuw ingericht en vormen voor de voetganger een loper de stad in. In het nieuwe station willen we een warm welkom voor de bezoeker van de binnenstad. Hier begint de informatieoverdracht aan bezoekers. Er komt een informatiebalie in de zuidhal waar info verkrijgbaar is over het OV én over de stad. Ook moderne electronische middelen zijn inzetbaar zoals een ledscherm met informatie over de stad. Het aantal contactmomenten met bezoekers dat via dit entreegebied de stad binnenkomt zal aanzienlijk verhogen t.o.v. huidige situatie. We realiseren ook faciliteiten om het verblijf in het gebied rondom het station te veraangenamen. 2. Hospitality Hospitality team Hospitality teams bij de toegangen tot de binnenstad, stations, metro en bij evenementen kunnen het welkom van de stad een gezicht geven. Zij kunnen tips en informatie over Rotterdam of evenementen in de stad geven en de weg wijzen e.d.. We willen starten met een team bij het tijdelijke Centraal Station.
14
Hospitality training Frontofficemedewerkers van gemeentelijke instellingen, hotels, i-punten, taxichauffeurs e.d. zijn de ambassadeurs van de stad. Wij willen via informatiebijeenkomsten hun kennis van de stad vergroten. Tevens willen we een digitaal kennisplatform ontwikkelen waar gemeentemedewerkers maar ook werkers in de vrijetijdseconomie informatie kunnen ophalen over de stad en hun kennis kunnen verdiepen. Hospitality desk Mobiel informatiepunt dat ingezet kan worden om bezoekers gastvrij te onthalen bij evenementen, congressen, zee en riviercruiseontvangsten en hun informeert over het toeristische aanbod van de stad. 3. Welkom bij metro, Park+Ride-terreinen en parkeergarages Het station is niet de enige plek waar bezoekers aan de binnenstad arriveren. Ook de metrostations, P+R-terreinen, station Blaak en de parkeergarages zijn belangrijke bronpunten. Daar moet voldoende informatie, faciliteiten en voorzieningen (toilet, pin, chip) beschikbaar zijn. We denken aan informatie over de stad (mondeling en schriftelijk), maar ook aan beschikbaarheid van (fiets) taxi’s, tuktuks, electronische scooters en fietsen. 4. Bewegwijzering De bewegwijzering in de stad is verouderd, niet compleet en niet internationaal. Een intensieve update van de bestaande bewegwijzering staat gepland, daarbij worden de citymaps gekoppeld aan de palen voor de bewegwijzering. Ook digitale vormen van bewegwijzering kunnen verder ontwikkeld worden. In juni 2010 heeft Rotterdam Marketing de Rotterdam applicatie gelanceerd en de mobiele website (m.rotterdam.info). Deze zijn kosteloos bruikbaar op vrijwel iedere mobiele telefoon. Het is een eerste stap die we verder willen gaan uitbreiden en bekend maken. 5. Imagocampagne We willen een imagocampagne starten gericht op de eigen bewoners en de nationale doelgroep. Als de eigen bewoners zich meer bewust zijn van alles wat in Rotterdam geboden wordt en die boodschap uitdragen, zal dat het imago van Rotterdam versterken. Ook voor het nationaal publiek is een imago campagne nodig. In het buitenland lijken we een beter imago te hebben dan in Nederland. We willen het landelijk imago zo positief maken als de stad verdient. 6. Veiligheid Een gastvrije binnenstad is een stad die plezierig en prettig voelt. Veiligheid is een basis-voorwaarde. In een prettige omgeving zijn fysiek/sociaal/economie in balans. De mate van prettig en plezierig wordt beïnvloed door de veiligheidsperceptie. De inzet is om veiligheid vooral preventief vooraan in het proces met andere diensten, bewoners en jongeren bv bij herinrichtingen te borgen, zodat verstoringen zullen uitblijven. Als de gastvrijheid toch verstoord wordt, wordt daar streng tegen opgetreden. 7. Bruisende Binnenstad Met de Ondernemersfederatie Rotterdam City realiseren we het programma bruisende binnenstad, gericht op verhoging van het aantal bezoekers aan de binnenstad. Belangrijk onderdeel van het programma zijn de verruiming van de openingstijden van de winkels en het vergroten van de spin off van de HSL en de communicatie daarvan. Bovendien willen we een loyaliteitsprogramma ontwikkelen dat bewoners en bezoekers beloont voor gewenst gedrag. Daarbij is het belangrijk een relatie met deze bewoners en bezoekers aan te gaan, waardoor we beter kunnen inspelen op de behoefte. 8. Onderzoek: Meten is weten Sturing op het begrip gastvrijheid is een nieuw onderdeel voor het programma voor de binnenstad. Over Gastvrijheid in de binnenstad is nog relatief weinig bekend. Omdat het begrip zich leent voor uiteenlopende invullingen, is een nadere definiëring wenselijk. Het gaat daarbij om de formulering van een eenduidige definitie van ‘Gastvrijheid in Rotterdam’ die binnen de stad breed gedragen wordt. Bovendien moet de doelgroep afgekaderd worden: welke groepen willen
15
we vooral bedienen? Binnen welk financieel kader moet de doelstelling bepaald worden en als we gaan meten, welke cijfers vormen ons vertrekpunt? Om te bouwen aan het imago van Rotterdam is het belangrijk te weten wat het imago van Rotterdam nu is en op welke punten dat afwijkt van de identiteit. Periodieke toetsing blijft van belang.
2.3
Ambitie Binnenstad om in te wonen De Rotterdamse binnenstad heeft relatief weinig inwoners, iets meer dan 30.000. Andere grote steden hebben een grotere woondichtheid in binnenstad dan Rotterdam. Meer inwoners betekent, meer klandizie voor de winkels, meer markt voor restaurants en meer publiek op de terrassen. Vooral ’s avonds brengen bewoners van de binnenstad meer levendigheid. De laatste decennia zijn er veel woningen bijgebouwd. Het inwonersaantal stijgt niet evenredig, omdat het aantal inwoners per woning afneemt. De huishoudens worden steeds kleiner. Dat speelt vooral in het Oude Westen. De woningmarkt in de binnenstad is een vragersmarkt. We moeten mensen verleiden om naar de binnenstad te komen. Uit onderzoek (Grote Woontest) blijkt dat de potentiële vraag groot is. Vooral bewoners met een creatieve, vrije woonstijl en de ambitieuze woningzoekenden, die een woning wensen met bijzondere uitstraling en veel comfort, willen graag in de binnenstad wonen. Het woningaanbod moet wel aan hun wensen voldoen. Belangrijk zijn buitenruimte, dakterrassen, speelruimte voor kinderen, e.d.. Doel De binnenstad ontwikkelen tot een grootstedelijk woonmilieu dat meer inwoners aantrekt. Inspanningen 1. Start nieuwbouw 2. Oplevering nieuwbouw 3. Kindvriendelijkheid wijken 4. Voorzieningenaanbod 5. Duurzame bouwprojecten 6. Vraaggericht bouwen Middelen Woningbouw in de binnenstad wordt gerealiseerd middels particuliere investeringen. Het gaat om zeer grote investeringen die de gemeentelijk investeringen vele malen overtreffen. Voor kindvriendelijke wijken en voorzieningen zijn geen specifieke budgetten beschikbaar. Voor de benodigde maatregelen moet dekking gevonden worden in de reguliere budgetten van gemeente en deelgemeente. Effect 2010-2014 Toename aantal inwoners met 5 procent
Toelichting inspanningen Binnenstad om in te wonen 1. Start nieuwbouw Voor de start bouw van circa 1.500 woningen (waarvan 150 specifiek voor ouderen en 300 voor starters) zijn plannen in voorbereiding. Ervaring leert dat niet alle plannen volgens planning starten, de markt bepaalt uiteindelijk welke projecten starten. 2. Oplevering nieuwbouw Bij oplevering van woningen, ontstaat de gewenste groei van het aantal inwoners. De bouwtijd
16
in de binnenstad beslaat vaak meerdere jaren, waardoor het lang duurt voordat we de groei van het aantal inwoners realiseren. In deze periode verwachten we een toevoeging van +/- 2.000 nieuwe woningen door o.a. de oplevering van de New Orleans,Karel Doorman, de Calypso, de B-tower, Westerlaantoren en het Stadskantoor. 3. Kindvriendelijkheid wijken Er is een groeiende groep gezinnen die binnenstedelijk wil wonen. De wijken: Cool zuid, Laurenskwartier en het Oude Westen lenen zich hier goed voor. De drie wijken zullen getoetst worden aan de criteria voor kindvriendelijke wijken. Op basis van deze scan wordt een overzicht opgesteld van de te nemen maatregelen. Te denken valt aan extra speelgelegenheid, veilige routes naar school, kinderopvang, postzegelparkjes met speelvoorzieningen e.d., maar ook extra aandacht voor samenvoegen van woningen tot gezinswoningen 4. Voorzieningenaanbod Als we meer inwoners wensen in de binnenstad moet ook het voorzieningenaanbod daarop afgestemd zijn. Scholen, sportgelegenheid, gezondheidszorg e.d. moeten in voldoende mate aanwezig zijn en vooral zijn afgestemd op de doelgroep. Er wordt onderzoek gedaan naar het voorzieningenaanbod. Op basis daarvan wordt bepaald welke aanpassingen nodig en mogelijk zijn. 5. Duurzame bouwprojecten Duurzaamheid is in de bouw een steeds belangrijker issue. We willen in de binnenstad duurzame bouwprojecten realiseren. De markt is daar uiteraard in belangrijke mate sturend in. We zullen nader definiëren aan welke certificering de projecten moeten voldoen en welke projecten het zijn. Daarnaast heeft duurzame renovatie onze aandacht. 6. Vraaggericht bouwen De binnenstad heeft behoefte aan bouwplannen die de aantrekkelijkheid en levendigheid van de binnenstad vergroten. Bouwplannen met een goede woonkwaliteit op basis van de woonprofielen, een goede buitenruimte, een goede uitstraling en goed gebruik op straatniveau (plint) en maatwerk voor bewonersparkeren zullen ook de afzetbaarheid vergroten. De gemeentelijke rol hierin is vooral faciliteren en stimuleren.
2.4
Ambitie Verbonden binnenstad De openbare ruimte van de binnenstad moet uitnodigen om in te verblijven en in te bewegen. Op die manier kan ze bijdragen aan de levendigheid op straat, aan een aantrekkelijk woonklimaat én een goed (economisch) vestigingsklimaat. De ervaringen in andere steden hebben ons geleerd hoe een aanpak van de buitenruimte, kan bijdragen aan een vitale stad. In 2008 heeft de gemeenteraad de visie Openbare Ruimte Binnenstad ‘De Verbonden Stad’ vastgesteld. We gaan door met uitvoering van deze visie. We zetten in op betere verbindingen, meer groen, betere benutting van de rivier en het water in de binenstad en minder verrommeling in de buitenruimte. De buitenruimte projecten worden uitgevoerd in Rotterdamse stijl. In het hart van de binnenstad, het Stadscentrum, wordt de Centrumstijl toegepast. We willen in de binnenstad meer ruimte bieden aan de voetganger. Maar ook een goede autobereikbaarheid van de binnenstad is een ‘unique sellingpoint’ van Rotterdam, die we graag willen behouden. Dat geldt natuurlijk ook voor de bereikbaarheid met de fiets en openbaar vervoer. In het verkeersplan binnenstad, vastgesteld door de gemeenteraad in 2009, is vastgelegd hoe we de bereikbaarheid van de binnenstad voor alle vervoersoorten garanderen. Een belangrijk uitgangspunt daarbij is dat het doorgaand verkeer zoveel mogelijk afgewikkeld wordt via de wegen om de binnenstad (’s-Gravendijkwal, Boompjes, Weena, Goudsesingel). Aan die wegen worden ook Park & Walkgarages aangelegd, zodat de bezoeker niet met de auto de binnenstad in hoeft te rijden. De binnenstad zal voldoende fietsparkeermogelijkheden hebben. En ander vervoer zoals tuk-tuks, elektrische scooters of segways zal gestimuleerd worden.
17
Duurzaamheid is een derde issue bij de aanleg van de openbare ruimte. De verwachting is dat elektrisch vervoer in deze periode uit de onderzoeksfase komt en een groeiend aandeel krijgt in het vervoer. In het kader van klimaatadaptatie en de wateropgave is vooral de aanleg van groene daken, waterpleinen en waterberging van belang. De binnenstad met zijn platte daken als gevolg van de wederopbouw, biedt daartoe vele mogelijkheden. Groene daken bevorderen niet alleen duurzaamheid, maar aangezien veel mensen vanuit de hoogbouw op platte daken kijken, maakt het de binnenstad op het zogenaamde tweede maaiveld aantrekkelijk en aangenamer. Doel Een aantrekkelijk en duurzaam ingerichte openbare ruimte met goede verbindingen en met een goed evenwicht tussen voetganger, fietser en auto bevorderen de Citylounge Inspanningen 1. Herinrichting boulevards, winkelstraten, pleinen en kades 2. Coolsingel 3. Kleine groenplekken/Groene gevels 4. Groene daken 5. Verrommeling tegengaan 6. Uitvoering verkeersplan binnenstad 7. Oplevering 3 Park & Walkgarage 8. Faciliteren Elektrisch vervoer en andere duurzame vervoersmiddelen 9. Stimuleren gebruik van de fiets 10. Beheer buitenruimte Middelen - Investeringsfonds Rotterdam 2011-2014 is € 35 miljoen beschikbaar - Inzet van middelen duurzaamheid voor stimulering e-vervoer en groene daken. - Beheer 2011 en 2012 wordt gedekt uit IFR, daarna wordt andere financiering gezocht.. Effect 2010-2014 Toename aantal bezoekers aan de binnenstad met 10 procent Toename aantal inwoners met 5 procent Toename aantal werknemers met 5 procent.
Toelichting inspanningen Verbonden binnenstad 1. Herinrichting boulevards, winkelstraten, pleinen en kades In het programma buitenruimte binnenstad staan alle straten en pleinen aangegeven die aangepakt worden in kader van uitvoering van de visie openbare ruimte binnenstad. In deze collegeperiode staan o.a. de herinrichtingen van de Lijnbaan, het Weena, de Meent, Stadhuisplein, Schouwburgplein, Stadswater, Boompjeskade, Museumpark, Parkkade en Markthal e.o. in de planning. In bijlage 2 is het uitvoeringsprogramma buitenruimte binnenstad opgenomen. Dit is een indicatieve planning, mocht in de praktijk een project flink vertragen of als de participatie te gering is dan wordt een reserveproject naar voren gehaald in de planning. 2. Coolsingel De Coolsingel mist de allure die past bij belangrijkste straat van Rotterdam. In deze periode werken we een integrale strategie uit voor de transformatie van de Coolsingel naar een boulevard met internationale allure. Deze strategie wordt ontwikkeld met de eigenaren en de gebruikers van de gebouwen aan de Coolsingel en met de input van in- en externen van de stad Rotterdam, zoals bewoners, bezoekers, etc. Daaruit volgt een compleet pakket grote en kleine ingrepen/maatregelen voor o.a. gebouwen, plintenaanpak, programmering kunst en levendigheid, kiosken en de buitenruimte. In deze periode zullen ieder jaar kleine ingrepen uitgevoerd worden. Denk daarbij aan herinrichting omgeving bij nieuwbouw, aanpak terrassen, kunsttoe-
18
passingen, e.d. De definitieve inrichting is afhankelijk van het moment waarop budget beschikbaar is. 3. Kleine groenplekken/Groene gevels Rotterdam wordt groener. In de binnenstad zullen we (kleine) groeninitiatieven steunen. We denken daarbij aan herinrichting kleine pleinen, hoven, braakliggende terreinen en zeker ook aan groene gevels. Ook worden naast de geplande herinrichtingen zo veel als mogelijk extra bomen in de binnenstad gepland. 4. Groene daken De binnenstad heeft door de wederopbouw veel platte daken die bij uitstek groen gemaakt kunnen worden. Groene daken dienen meerdere doelen: wateropvang, energiebesparing (koeling), prettig aanzien vanuit de hoogbouw (het zogenaamde tweede maaiveld) en een slimme manier van omgaan met de stedelijke buitenruimte d.m.v. dakterrassen. We streven naar de aanleg van zo veel mogelijk groene daken. De inzet van andere partijen is hierbij van grote waarde. 5. Verrommeling tegengaan Er staan te veel losse objecten in de buitenruimte waardoor deze rommelig wordt. Het nieuwe reclamebeleid en terrassenbeleid zijn inmiddels door het college vastgesteld. Een nieuw standplaatsenbeleid volgt binnenkort. In deze periode ligt de nadruk op uitvoering en handhaving. Daarnaast is er continue aandacht om het aantal palen in de openbare ruimte te beperken. 6. Uitvoering verkeersplan binnenstad In het verkeersplan binnenstad zijn de uitgangspunten vastgelegd voor het verkeersbeleid. In een uitvoeringsprogramma wordt vastgelegd welke maatregelen noodzakelijk zijn. Een groot deel van de maatregelen wordt meegenomen bij de uitvoering van inrichtingsplannen. Soms zijn specifieke verkeersmaatregelen nodig. 7. Oplevering 3 Park & Walkgarage De bouw van Park en Walkgarages is essentieel voor de uitvoering van het verkeersplan. Vanuit de garages is iedere bestemming in de binnenstad te voet binnen 10 minuten bereikbaar. In deze periode worden 3 garages opgeleverd: Kruisplein, Museumpark en Grote Markt. Samen met de al aanwezige Terweakker- en Erasmusbruggarage is daarmee het netwerk voor de binnenstad op de Rijnhavengarage na compleet. 8. Faciliteren Elektrisch vervoer en andere duurzame vervoersmiddelen De binnenstad is pilot gebied voor de introductie van elektrisch vervoer. In het Centraal District komt een demonstratiecentrum voor allerlei vormen van e-vervoer. We stimuleren de aanleg van oplaadpunten in parkeergarages. Marktinitiatieven als de binnenstadsservice voor bevoorrading, Tuktuk, fietstaxi’s e.d. krijgen steun. 9. Stimuleren gebruik van de fiets We stimuleren gebruik van de fiets. Er is grote vraag naar stallingplekken voor fietsen. In deze periode wordt de ondergrondse fietsenstalling bij Rotterdam Centraal opgeleverd. Ook streven we naar een stalling bij station Blaak. Het beleid voor fietsparkeren zal geactualiseerd moeten worden. We komen met voorstellen voor het realiseren van kleinschalige stallingvoorzieningen. 10. Beheer Buitenruimte Aanleg van kwalitatief hoogwaardige buitenruimte is zinloos als ook de inzet van beheer niet is afgestemd op dit niveau. De nieuwe buitenruimte vraagt om extra en intensiever onderhoud en meer inzet reiniging. We geven uitvoering aan het opgestelde beheerplan.
19
Toelichting middelen - Voor het uitvoeringsprogramma buitenruimte binnenstad is in deze periode 35 miljoen beschikbaar uit Investeringsfonds Rotterdam. Daaruit wordt ook een bijdrage aan de kleine groenplekken en de quicks wins Coolsingel gefinancierd. - We doen een beroep op middelen uit het duurzaamheidprogramma voor stimulering e-vervoer en groene daken. - De Park & Walkgarages zijn reeds gefinancierd via het Bouw & Investeringsprogramma Parkeren. - Beheer: de extra inzet vraagt in 2011; 1,1 miljoen extra oplopend tot 2,5 miljoen in 2014. In 2011 en 2012 worden extra kosten gedekt uit IFR. In 2013 en 2014 zal dekking gevonden worden in de keten buitenruimte. Een zeer belangrijk uitgangspunt bij investeringen in de openbare ruimte is steeds cofinanciering door marktpartijen. De gemeente zal haar middelen daar inzetten waar vastgoedeigenaren en ondernemers ook een bijdrage leveren. Dat kan door cofinanciering in de buitenruime, maar ook door het opknappen van de plint, programmering buitenruimte e.d.
2.5
Ambitie Bedrijvige binnenstad Een moderne binnenstedelijke economie heeft een inspirerende omgeving nodig, met veel uitwisseling, wederzijdse beïnvloeding en synergie. Een aantrekkelijke en gevarieerde binnenstadsomgeving hoort daarbij. De bereikbaarheid van de binnenstad was al goed en wordt met het nieuwe HSL station nog beter. Dat kan als ‘selling point’ benut worden. Kansrijke sectoren voor de binnenstad zijn de zakelijke dienstverlening, de medische sector, creatieve economie, detailhandel en de vrijetijdseconomie. De binnenstad is een motor voor de stedelijke economie. Er werken nu 80.000 mensen in de binnenstad. De financiële crisis heeft invloed op de werkgelegenheid in de binnenstad. De financiële sector concentreert haar vestigingen in Utrecht en Amsterdam. In de zakelijke dienstverlening zijn vooral de havengerelateerde bedrijven (notariaat, accountants) en de kleinere bedrijven kansrijk. In de medische sector geeft de nieuwbouw van het Erasmus MC kansen voor spin off in de vorm van nieuwe bedrijven. De hotelsector groeit in de stad. Het winkelhart is nog steeds het grootste in Zuid Holland en het tweede van Nederland en heeft goede kansen op groei met de realisatie van nieuwe trekkers als de the Post, Markthal en de Cool.Singel. Doel Realiseren van een binnenstad, die een gewilde vestigingsplek is voor ondernemers op alle niveaus (van multinational tot MKB) en vooral in de kansrijke clusters (maritiem zakelijke dienstverlening, medische sector, consumentendiensten en starters). Inspanningen 1. Centraal District 2. Hoboken (inclusief Erasmus MC/Coolhaven) 3. Herontwikkeling kantoren/aanpak leegstand 4. Start bouw nieuw winkeloppervlak 5. Start bouw hotels 6. Upgrading Lijnbaan gebied 7. Kwaliteit winkelstraten 8. Acquisitie/Accountmanagement 9. Energievoorziening en besparing 10. Bedrijvigheid aan/op het water
20
Middelen De private sector investeert in de nieuwe bedrijven, kantoren, winkels, hotels enz. Het gaat om vele honderden miljoenen. De overheidsinvesteringen richten zich hoofdzekelijk op de openbare ruimte en in beperkte mate op stimuleringsbijdragen voor kwaliteitsverbetering. De beschikbare middelen zijn: - 1 miljoen voor bruisende binnenstad - max. 5.6 miljoen voor West Kruiskade - 5 miljoen ontwikkeling Coolhaven uit Investeringsfonds Rotterdam - Grondexploitatie Centraal District Effect 2010-2014 Toename aantal werknemers met 5 procent.
Toelichting inspanningen Bedrijvige binnenstad 1. Centraal District Rond het nieuwe centraal station komt een attractief en levendig centraal stedelijk gebied met een dynamisch, levendig straatbeeld (‘mixone’). Er is in dit gebied nog ruimte voor bouwlocaties. Wanneer er passende initiatieven vanuit de private sector zijn, faciliteert de gemeente deze. Als onderdeel van het nieuwe station worden het NS-kantoor en andere commerciële voorzieningen deze periode opgeleverd. 2. Hoboken (inclusief Erasmus MC/Coolhaven) Zowel het nieuwe Erasmus medische centrum als de ernaast gelegen bouwlocatie Coolhaven zal voor aanzienlijk meer bedrijvigheid zorgen in de binnenstad. Er is ruimte voor medisch gerelateerde bedrijven, uitbreiding van de hogeschool en woningbouw. De bouw Coolhaven start in deze periode, de verbouwing van het Erasmus MC is reeds in volle gang. 3. Herontwikkeling kantoren/aanpak leegstand Leegstand is slecht voor levendigheid. Relatief valt de leegstand in Rotterdam mee. Om de leegstand verder te bestrijden zetten wij in op de volgende onderdelen: - Beperking nieuwbouw kantoren, toevoeging bij voorkeur alleen in Centraal District en Wilhelminapier. - Gericht aantrekken van bedrijven voor de leegstaande kantoorpanden. - Streven naar herbestemming van minimaal vijf verouderde kantoorpanden voor andere functies (hotel, onderwijs, wonen). Veel kantoren in de Rotterdamse binnenstad die vlak na de oorlog gebouwd zijn voldoen niet meer aan de eisen van de moderne kantoorgebruiker. - Ook sloop en nieuwbouw kan een oplossing zijn voor de leegstand. - Inzet tijdelijk leegstaande panden als creatieve werkplaats voor creatieve beroepen. 4. Start bouw extra winkeloppervlak Marktonderzoek heeft uitgewezen dat er ruimte is voor uitbreiding van het winkeloppervlak in de binnenstad. In de komende tijd vindt uitbreiding plaats via realisatie van o.a. nieuwe winkels in de Markthal, het voormalige Postkantoor en de Cool.Singel en een aantal kleinere projecten. 5. Start bouw hotels Er is vanuit de markt veel belangstelling voor de realisatie van hotelruimte in de binnenstad. We stimuleren en ondersteunen de bouw van nieuwe hotels. 6. Upgrading Lijnbaankwartier Het Lijnbaankwartier en de Coolsingel waren ten tijde van hun aanleg top(winkel)gebieden, met de Lijnbaan als het hart van het winkel- en uitgaansgebied. Nu mist het gebied deze allure. Er is met bewoners, eigenaren, ondernemers en ontwikkelaars uit het Lijnbaankwartier een traject gestart om gezamenlijk een toekomstagenda op te stellen. Modernisering en toekomst-
21
bestendig maken van dit topwinkelgebied is de inzet. De toekomstagenda moet nog verder uitgewerkt worden, maar duidelijk is dat deze agenda inzet op vier essentiële thema’s: 1. Kwaliteit en gebruik openbare ruimte (verblijfsklimaat) 2. Diversiteit winkels en horeca. 3. Aantrekkelijke woonmilieus 4. Monumentale status Dit leidt tot een strategie uitgewerkt in kleine en grote ingrepen. 7. Kwaliteit winkelstraten We streven naar meer kwaliteit en diversiteit in de winkelstraten. De stadstraten zoals Meent, Hoogstraat, Van Oldenbarneveltstraat, Aert van Nesstraat, Witte de Withstraat e.d. zijn daarbij van groot belang. De afgelopen jaren zien we duidelijke een verbetering van de kwaliteit van de winkels. Er is vrijwel geen leegstand. In de komende tijd zetten we extra in op de verbetering van de West Kruiskade. Samen met corporatie Woonstad en deelgemeente is daartoe de alliantie West Kruiskade opgezet. 8. Acquisitie/Accountmanagement De gemeente blijft inzetten op de werving van bedrijven voor de binnenstad via PR/marketing, evenementen en netwerken. Bedrijven moeten zich welkom voelen in de binnenstad. Een goede relatie met bedrijven en inzicht inzicht in hun behoeften is belangrijk bij de verdere ontwikkeling van de binnenstad. De gemeente wil, onder meer in samenwerking met partijen als de OFRC en Downtownberaad, haar relaties met het bedrijfsleven goed onderhouden. Daarom is accountmanagement ingevoerd voor de top 100 van de belangrijkste bedrijven. 9. Energievoorziening en besparing/duurzaamheid De stad streeft naar reductie van de CO2 uitstoot en besparing van energie. We streven naar duurzame energievoorzieningen van gebouwen. Actueel is de wijze waarop warmte en koude leverantie plaatsvindt. Daartoe ontwikkelen we een voorstel. Met ontwikkelaars, bedrijven en beleggers/woningcorporaties maken we afspraken over energiebesparing in nieuwbouw en bestaande bouw en in de bedrijfsvoering. 10. Bedrijvigheid aan/op het water Om de ultieme kracht van Rotterdam als stad aan het water (Nieuwe Maas, Stadswater) en als wereldhavenstad beter te benutten, zal het waterfront aantrekkelijker en levendiger moeten worden. Veel aanmeren en afvaren van schepen genereert een aantrekkelijke dynamiek. Activering van het waterfront is dus van belang.
22
Hoofdstuk 3
Organisatie Het Programma Binnenstad is een integraal gebiedsprogramma voor het binnenstadsgebied. Het creëren van een aantrekkelijke binnenstad is alleen mogelijk als meerdere werkterreinen samen, integraal, deze opgave oppakken zowel bestuurlijk als ambtelijk. Het Programma Binnenstad omvat de werkterreinen: cultuur, sport, sociaal, fysiek (wonen, verkeer/vervoer en buitenruimte), economie, veilig en beheer. Voor de projecten binnen de afzonderlijke werkterreinen blijven, net als voorheen, de portefeuille houders (Wonen, Ruimtelijke ordening en Vastgoed, Werk, Sociale Zaken en Stedelijke economie, Sport en Recreatie, Kunst en Cultuur, Haven, Verkeer en Regionale Economie) primair bestuurlijk verantwoordelijk. Het Programma Binnenstad is niet bedoeld om de verantwoordelijkheid over te nemen, maar gericht op samenwerking en verbinding van partijen/werkterreinen/portefeuilles in de binnenstad om zo in samenhang gericht te werken aan het realiseren van de doelen.
Schema: Samenwerking en besluitvorming Programma Binnenstad
Rollen en verantwoordelijkheden Stuurgroep In de stuurgroep vindt besluitvorming plaats over het programma als geheel. Ook worden projecten besproken die afstemming vragen tussen de bestuurders. Projecten die 1 discipline betreffen worden besproken in de staf van de wethouder.
23
Directieraad De directieraad bereidt besluitvorming in de stuurgroep voor. Ook is het de plaats voor strategische discussie over de gewenste aanpak. Iedere maand wordt een thema uitgediept. Programmateam Het programmateam stelt aan de hand van het programmaplan ieder jaar een uitvoeringsprogramma. Tevens bewaakt zij de voortgang van de uitvoering en verzorgt afstemming met de andere ambities. Per ambitie is een trekker aangewezen die verantwoordelijk is voor het uitvoeringsdeel van het programma. Hij/zij stelt zelf een overlegstructuur samen met andere diensten/instellingen die nodig is om te komen tot realisatie van zijn/haar deel van het programma. Managers van de gebieden zijn verantwoordelijk voor de uitvoering van de projecten in hun gebied. Zij stemmen af met de trekkers. Eenmaal per kwartaal is er op programmaniveau afstemming tussen gebied en programma.
24
Hoofdstuk 4
Monitor en Sturing Het Doelen-Inspanningen-Middelen netwerk (DIM) geeft een schematisch overzicht van onze inzet in de binnenstad. We leggen daarmee de gemeentelijke inzet vast. Veel resultaten zijn echter afhankelijk van in zet van marktpartijen. Zij zijn ontwikkelaar, eigenaar van vastgoed of ondernemer in de binnenstad. De DIM van het Binnenstadsprogramma 2010-2014 (zie bijlage 1) is de leidraad voor de sturing op het programma Binnenstad. De programmasturing cyclus voor het programma binnenstad betreft: - Een jaarlijks op te stellen uitvoeringsprogramma waarin per ambitie vernoemd worden welke inspanningen dat jaar prioriteit hebben zodat we op koers blijven bij het realiseren van de doelen van het binnenstadsprogramma 2010-2014. - Tweemaal per jaar, in april en augustus, een voortgangrapportage over het uitvoerings programma. - Eenmaal per twee jaar, eerstvolgende in 2011, op te stellen effectrapportage, de Binnen stadsmonitor. De laatste is door het COS gemaakt in 2009. Op basis van de Binnenstads monitor en de beoogde effecten uit de DIM is een effectendashboard gemaakt,
Schematisch als volgt weer te geven:
25
Hoofdstuk 5
Communicatie De communicatiedoelstellingen voor de binnenstad zijn een afgeleide van de ambities die zijn neergelegd in het programmaplan. Uit de ambities zijn de doelstellingen geformuleerd die een bijdrage leveren aan het behalen van de targets van het programmaplan. Daarnaast wordt gewerkt aan de doelstellingen die horen bij de participatieaanpak die geldt in de stad en het behouden van doelgroepen in de stad (de ‘basis op orde’). Ook de VIP-gebieden krijgen de nodige aandacht. Kernboodschap Om te kunnen bepalen welke algemene of kernboodschap relevant is voor de binnenstad om te gebruiken is het noodzakelijk te kijken naar de boodschap van de stad. Op verschillende niveaus worden boodschappen over de stad gebruikt. De boodschap van Rotterdam is: Internationale stad aan het water met een daadkrachtige en nuchtere mentaliteit. De binnenstad: Het hart van de stad waar altijd iets te doen is. Daarna volgen de VIP-gebiedsniveaus en het projectniveau. De propositie dat in de binnenstad altijd wat te doen is, leidt tot de volgende kernboodschap over de binnenstad: “In de binnenstad is elke dag wat te beleven, voor iedereen.” Boodschap VIP-gebieden De VIP-gebieden zitten qua communicatieboodschap in hiërarchie onder de binnenstadsboodschap. De communicatie van de binnenstad op VIP-niveau moet er op toezien dat de boodschap altijd een combinatie is van de kernboodschap en de boodschap voor de desbetreffende ambitie. Boodschap projectniveau Op projectniveau geldt in principe hetzelfde als op VIP-niveau. Het project neemt de boodschap mee van de desbetreffende ambitie van de binnenstad, eventueel aangevuld op VIP-niveau maar altijd teruggrijpend op de kernwaarden of kernboodschap van de binnenstad. Hierdoor worden er geen losse projecten meer gecommuniceerd, maar schetst de communicatie de totaalopgave van de binnenstad. Hiermee wordt gebiedscommunicatie gerealiseerd. Kernwaarden De binnenstad van Rotterdam kent vele eigenschappen die haar unieker maken dan andere steden in Nederland. Een duidelijke en heldere positionering is essentieel om dit onderscheid zichtbaar te maken en staat aan de basis van alle communicatie. De binnenstad beschikt over vier kernwaarden die het meest kenmerkend en typerend zijn voor de stad en die gezamenlijk haar identiteit vormen: 1. Anders: De stad is vitaal en innoverend, loopt voorop in allerlei ontwikkelingen en wijkt daarbij zo nodig af van de gebaande paden: ze is onorthodox en anders. 2. Het hart: De City Lounge is het hart van Rotterdam. Aan de buitenkant is ze stoer, robuust en groots, maar als je er vertoeft voel je de ziel van de stad die menselijk en zacht is. 3. Ruimte: De City Lounge is een plek die ruimte biedt. Ruimte voor het verkeer, voor flanerende voetgangers, voor verschillende culturen en voor verandering. 4. Trots/wij: De City Lounge is een plek waar bewoners trots op zijn, trots op de internatio nale allure en de ontwikkelingen die ze doormaakt. Het wij-gevoel is sterk ontwikkeld en bewoners willen dit tonen, ze praten over de stad en laten deze graag zien. Iedere boodschap heeft als vertrekpunt één of meerdere thema’s. De boodschap omvat daarnaast ook altijd één van de bovenstaande waarden. Door deze waarden steeds centraal te stellen in de communicatie over de binnenstad, staat een unieke positie in het brein van de beoogde doelgroepen. De bovengenoemde waarden worden vanaf nu naast tekst ook meer verbeeld met beeldtaal en gedrag (evenementen, gebeurtenissen etc.). Strategie Om de gelaagdheid in de communicatie helder te maken is deze verdeeld in drie belangrijke stappen: informeren, binden door informeren en participatie en beïnvloeden (imago).
26
Informeren Inwoners, ondernemers en andere belanghebbenden informeren over (bouw-)werkzaamheden behoort tot de wettelijke taak. En heeft als bijkomend doel het kweken van begrip voor mogelijke overlast. Binden door informeren In het collegewerkprogramma wordt gesproken over het creëren van aantrekkelijke woonmilieus waardoor mensen in de stad willen blijven wonen. Onderzoek (juni 2010) toont aan dat 76 procent van de respondenten (totale populatie 700) begrip heeft voor de (bouw-)overlast. Het begrip en het loyaliteitsprogramma vormen de basis om deze groep blijvend te binden aan de binnenstad. Ook participatietrajecten dragen bij aan binding. Beïnvloeden - een beter imago voor Rotterdam Rotterdam heeft veel te bieden aan potentiële bezoekers, bedrijven en bewoners. Het is daarom zaak dat alle positieve en interessante dingen die Rotterdam in zich heeft, breed bekend worden gemaakt. Het zichtbaar maken van de pluspunten van de binnenstad leidt naar een beter imago van de binnenstad en stad als geheel. Tactiek De tactiek die gevolgd wordt om de communicatiestrategie gestalte te geven is om communicatie over de binnenstad zichtbaar, herkenbaar, effectief en vindbaar te laten zijn. Zichtbaar In het straatbeeld (bijvoorbeeld schuttingen en evenementen), in tekst en beeld. En in de media, zowel algemeen als vakpers. Herkenbaar Alle communicatie over de binnenstad gebeurt onder in de huisstijl van de gemeente Rotterdam. De afzender bij communicatie is in alle gevallen de gemeente Rotterdam. Effectief De inspanningen op het gebied van communicatie worden gemeten. Als metingen worden de bezoekcijfers van de website, het aantal bezoekers van evenementen en de mediawaarde van publicaties berekend. Vindbaar Alle communicatie over de binnenstad die een bijdrage levert aan het bereiken van de doelstellingen en een beter imago is vindbaar op de website www.rotterdam.nl/binnenstad. Daartoe wordt de hele website verrijkt met informatie van andere partijen. Meer interactie, meer ruimte voor verhalen, een betere agenda om de belofte ‘in de binnenstad is altijd wat te doen’ waar te maken. Doelgroepen De doelgroepen waar communicatie in de binnenstad zich op richt zijn (potentiële) bewoners, ondernemers, studenten en bezoekers. Communicatiedoelstellingen per ambitie Levendige binnenstad - Doelgroepen zien en vertellen zelf over een levendige stad. - Doordat het bedrijfsleven en kunst- en cultuurinstellingen samen met Rotterdam initiatie ven ontplooien ervaren (potentiële) ondernemers, bewoners en bezoekers het City Lounge-gevoel. Gastvrije binnenstad - Doelgroepen weten waar zij informatie kunnen krijgen over de stad en maken gebruik van de geboden informatie. - Doelgroepen ervaren de stad als gastvrij. Binnenstad om in te wonen - Doelgroepen weten waar informatie te vinden is over het actuele woonaanbod. - Doelgroepen worden betrokken door middel van participatieprojecten bij de ontwikkeling van bouwlocaties. - Doelgroepen weten hoe aantrekkelijk wonen in de binnenstad is.
27
Verbonden binnenstad - Door (potentiële) bewoners te informeren en te betrekken bij de plannen voor de binnen stad weten zij dat Rotterdam werkt aan een aantrekkelijke buitenruimte in de binnenstad. - Bezoekers weten door de inzet van verschillende informatiekanalen die de gemeente Rotterdam inzet de weg naar de binnenstad en Park & Walkgarages te vinden en maken ook gebruik hiervan. Bedrijvige binnenstad - Door (potentiële) ondernemers te informeren over de ontwikkellocaties in de binnenstad weten zij de voordelen van de Rotterdamse Binnenstad te benoemen. - Bedrijvige stad als onderdeel van de imagocampagne meenemen. - Ondernemers (nationaal en internationaal) weten te bereiken en Rotterdam neerzetten als ideaal vestigingsklimaat. Inspanningen vanuit het communicatieteam Binnenstad Levendige binnenstad - Organisatie Parfum de Boem Boem. - VIP-bijeenkomst voor doelgroep huidige bewoners en ondernemers. - Aansluiten bij bestaande initiatieven zoals de Livin’. - Fotoreportages, (online) films en evenementen om City Lounge te ervaren. De doelgroep aansporen om hun City Lounge ervaring met ons te delen bijvoorbeeld door een wedstrijd. - Overleg IFFR over speciale editie Parfum de Boem Boem. Gastvrije binnenstad - Er zijn diverse partijen in de stad die allemaal met activiteiten bijdragen aan de beleving van doelgroepen van de stad. De ene partij richt zich op evenementen, de andere juist op het aantrekken van buitenlandse bezoekers maar allemaal hebben we een doel: de stad beter op de kaart zetten. Daarom moet beter worden samengewerkt dan nu het geval is. - Oprichten Imago-werkgroep met partners in de stad en onderzoeken of een imago campagne gedragen wordt en gerealiseerd kan worden. Communicatieteam is de initiatief nemer hiervan. Voor de ambitie een beter imago, worden aparte doelstellingen geformu leerd. Binnenstad om in te wonen - Nauwe samenwerking met Rotterdam.INFO tijdens de jaarlijkse Woonmaand. - Edities van Parfum de Boem Boem ontwikkelen met als thema’s de binnenstad en wonen (2010 ‘Gluren bij de buren’). - Inzet toolkit Wonen van Stadsontwikkeling. - Adviseren participatietrajecten bij grote fysieke ingrepen. Verbonden binnenstad - Informeren via bijvoorbeeld informatieavonden en combineren en bundelen van informatie. Een standaardaanpak ontwikkelen voor projectleiders. - Ondersteuning van de projectleider door het communicatieteam Binnenstad bij participatie projecten. - De campagne ‘Hoor hier bonkt’: eenheid in de communicatie-uitingen aanbrengen. Bedrijvige binnenstad - Voor het realiseren van communicatie rond de ambitie Bedrijvige stad wordt op de website www.rotterdam.nl./binnenstad ruimte gemaakt om informatie gericht op ondernemers te plaatsen. - Verder worden sociale netwerken onderzocht om te bekijken of daar deze doelgroep actief is en te benaderen is om een dialoog met hen aan te gaan. - Ook is een mogelijkheid om speciale uitgaven (glossy, film, online special of perstour) te ontwikkelen gericht op de doelgroep ondernemers. Ook samenwerking zoeken met business clubs om gezamenlijk Rotterdam te profileren is een goede vorm. - Gebruik blijven maken van digitale Nieuwsbrief OndernemersFederatie. Voor alle communicatie worden de Binnenstadskrant, de emailnieuwsbrief en de website benut.
28
CWP TARGET
STRATEGIE
COLLEGE PORTEFEUILLE
DOEL
29
Middelen
INSPANNINGEN
1. 2. 3. 4. 5. 6.
1. Gastvrije ontvangst Rotterdam 2. Hospitality: - Hospitality team, - Hospitality training, - Hospitality desk. 3. Welkom bij metro, Park+Ride-terreinen en parkeergarages 4. Modernisering van de bewegwijzering 5. Imagocampagne 6. Veiligheid 7. Bruisende Binnenstad 8. Onderzoek: Meten is weten
1. Bevorderen van culturele en sportprogrammering in openbare ruimte 2. Concentreren van kleinschalige culturele instellingen 3. Verbreden uitgaansaanbod 4. Verlevendigen van het straatniveau: plinten verfraaien en gevels openen 5. Ruimte maken voor creatieven 6. Bevorderen van aantrekkelijke stad voor studenten en jongeren 7. Ruimte voor initiatief en experiment van bewoners, bedrijven, instellingen
5,1 mln kleine (culturele)initiatieven
reguliere inzet
Start nieuwbouw Oplevering nieuwbouw Kindvriendelijkheid wijken Voorzieningenaanbod Duurzame bouwprojecten Vraaggericht bouwen
De binnenstad ontwikkelen tot een grootstedelijk woonmilieu dat meer inwoners aantrekt
- Haven, Verkeer en Regionale Economie - Sport en Recreatie, Kunst en Cultuur - Duurzaamheid, Binnenstad en Buitenruimte - Arbeidsmarkt, Hoger Onderwijs, Innovatie en Participatie - Werk, Sociale zaken en stedelijke economie
Het verbeteren van de leesbaarheid, de gastvrijheid en het imago van de stad.
Binnenstad om in te wonen
Het vergroten van de levendigheid in de binnenstad waardoor de attractiviteit toeneemt voor bewoners, bezoekers en bedrijven.
Gastvrije Binnenstad
5% meer werkgelegenheid in de binnenstad
- Onderwijs, Jeugd en Gezin - Sport en Recreatie, Kunst en Cultuur - Duurzaamheid, Binnenstad en Buitenruimte - Wonen en ruimtelijke ordening en Vastgoed
10 % meer bezoekers kernwinkelgebied
- Haven, Verkeer en Regionale Economie - Duurzaamheid, Binnenstad en Buitenruimte - Werk, Sociale zaken en stedelijke economie
Levendige Binnenstad
Binnenstad als citylounge
35 mln buitenruimte
1. Herinrichting boulevards, winkelstraten, pleinen en kades 2. Coolsingel 3. Kleine groenplekken/Groene gevels 4. Groene daken 5. Verrommeling tegengaan 6. Uitvoering verkeersplan binnestad 7. Oplevering 3 Park & Walkgarage 8. Faciliteren Elektrisch vervoer en andere duurzame vervoersmiddelen 9. Stimuleren gebruik van de fiest 10. Beheer buitenruimte
Een aantrekkelijk en duurzaam ingerichte openbare ruimte met onderlinge verbindingen en met een beter evenwicht tussen voetganger, fietser en auto bevorderen de Citylounge
- Haven, Verkeer en Regionale Economie - Duurzaamheid, Binnenstad en Buitenruimte
Verbonden binnenstad
Bedrijvige binnenstad
5 mln coolhaven
1. Central District 2. Hoboken (incl. Erasmus MC/Coolhaven) 3. Herontwikkeling kantoren/aanpak leegstand 4. Start bouw winkeloppervlak 5. Start bouw hotels 6. Upgrading Lijnbaan gebied 7. Kwaliteit winkelstraten 8. Acquisitie/ Accountmanagement 9. Energievoorziening en besparing.Duurzaamheid 10. Bedrijvigheid aan/op het water
Realiseren van een binnenstad, die een gewilde vestigingsplek is voor ondernemers op alle niveaus (van multinational tot MKB) en vooral in de kansrijke clusters ( maritiem zakelijke dienstverlening, medische sector, consumentendiensten en starters).
- Haven, Verkeer en Regionale Economie - Duurzaamheid, Binnenstad en Buitenruimte - Arbeidsmarkt, Hoger Onderwijs, Innovatie en Participatie - Werk, Sociale zaken en stedelijke economie - Wonen en ruimtelijke ordening en Vastgoed
5% meer inwoners in de binnenstad
De binnenstad ontwikkelen als vitale kwaliteitsplek voor ontmoeting, verbllijf en vermaak om zodoende een essentiële bijdrage te leveren aan de Rotterdamse leefstijl.
Bijlage 1: DIN-Binnenstad Doel-Inspanningen-Netwerk
Bijlage 2: Meerjaren uitvoeringsprogramma buitenruimte
gereed voor 2011 meerjarenprogramma buitenruimte 2011-2014 reserveprojecten buitenruimte meerjarenprogramma aanpak na 2014
30
Programmaplan Binnenstad 2010-2014
Binnenstad als Citylounge 31